SCHOOLREGLEMENT DEELTIJDS KUNSTONDERWIJS TITEL I: ALGEMENE BEPALINGEN HOOFDSTUK 1 - Rechtsgrond en definities Artikel 1 Het deeltijds kunstonderwijs is georganiseerd in uitvoering van het decreet van 31 juli 1990 betreffende het onderwijs - II, zoals gewijzigd, hierna “het decreet” genoemd en de besluiten van de Vlaamse regering van 31 juli 1990 houdende organisatie van het deeltijds kunstonderwijs, studierichting “Beeldende kunst”, en studierichtingen “Muziek”, “Woordkunst” en “Dans”, hierna “de besluiten” genoemd. Artikel 2 Definities: school: een pedagogisch geheel of instelling, waar onderwijs wordt georganiseerd en dat onder leiding staat van één directeur. De school is gevestigd in een hoofdinstelling, vestigingsplaatsen in dezelfde gemeente en filialen; hoofdinstelling: de vestigingsplaats van een school die als administratieve zetel door de inrichtende macht is aangeduid; filiaal: een vestigingsplaats van een school, gevestigd op het grondgebied van een andere gemeente; schoolbestuur: de inrichtende macht die verantwoordelijk is voor de scholen van de stad Gent, nl. de gemeenteraad. Inzake daden van dagelijks beheer is het college van burgemeester en schepenen bevoegd; schoolgemeenschap: de gemeenschap die wordt gevormd door de leerlingen en hun ouders en het personeel van een school; directeur: de directeur van de school of zijn/haar afgevaardige; regelmatige leerling: de leerling(e) die beantwoordt aan de toelatingsvoorwaarden, die ingeschreven is voor het geheel van de vakken van een bepaald leerjaar, die daadwerkelijk en regelmatig deze vakken volgt met het doel op het einde van het schooljaar eventueel de rechten te bekomen die verbonden zijn aan het welslagen in de proeven en die het eventueel vereiste inschrijvingsgeld heeft betaald. Bovendien wordt “als regelmatige leerling” aangezien de leerling(e) die, in afwijking van wat voorafgaat, slechts een deel van de vakken daadwerkelijk en regelmatig volgt op grond van vrijstelling voor die vakken die reeds met vrucht werden gevolgd op een gelijkwaardig of hoger niveau van het voltijds secundair onderwijs, van het deeltijds kunstonderwijs, of van het kunstonderwijs met beperkt leerplan; ouders: de personen die het ouderlijk gezag uitoefenen of in rechte of in feite de minderjarige onder hun bewaring hebben. Vanaf zijn/haar meerderjarigheid kan de leerling(e) autonoom optreden; meederjarige leerling: de leerling(e) die vanaf zijn/haar meederjarigheid autonoom optreedt; onderwijsvorm: het deeltijds kunstonderwijs. Het deeltijds kunstonderwijs is het onderwijs dat aan regelmatige leerlingen wordt verstrekt gedurende veertig weken per jaar, naar rata van minimum één wekelijkse lestijd en maximum twaalf wekelijkse lestijden; SCHOOLREGLEMENT DEELTIJDS KUNSTONDERWIJS Goedgekeurd in zitting van de gemeenteraad van 21 juni 1999. Gewijzigd in zitting van de gemeenteraad van 27 juni 2000.
graad: een geheel van leerjaren, tijdens dewelke een bepaald opleidingsniveau dient bereikt en dat wordt afgesloten met een getuigschrift of een oriënteringsattest; studierichting: het geheel van de opties betreffende de expressievormen “Beeldende Kunst”, “Dans”, “Muziek” of “Woordkunst”; optie: een samenhangend geheel van vakken dat tot doel heeft een specifieke opleiding te verschaffen; sectie: het geheel van leerjaren van een studierichting “Muziek” “Woordkunst” en “Dans”, enkel toegankelijk voor jongeren of voor volwassen leerlingen; jongere: de leerling(e) in de studierichtingen “Muziek”, “Woordkunst” en “Dans” die op 31 december van het schooljaar waarvoor hij/zij inschrijft, jonger is dan 15 jaar of die een schooljaar voordien als dusdanig werd ingeschreven en sedertdien zijn/haar studies niet onderbrak; volwassene: de leerling(e) die niet voldoet aan de definitie van “jongere”. De volwassene wordt beschouwd als meerderjarige leerling; intern reglement van de school: de bepalingen en de leefregels die gelden voor één school. Het intern reglement van de school is een aanvulling op onderhavig schoolreglement; jaarkalender: kalender waarin voor een schooljaar de vakanties en vrije dagen worden bepaald; lesverplaatsing: een lesverplaatsing is elke les die verplaatst wordt binnen het voor de school vastgelegde uurrooster; rapport: het rapport is een schriftelijk verslag van ieders dagelijks werk (permanente evaluatie) en waar van toepassing de examenresultaten (productevalautie); delibererende raad: het orgaan dat als emanatie van het schoolbestuur belast wordt met de deliberatie. De delibererende raad fungeert als enig orgaan op het vlak van de beslissingen en inzake het al dan niet geslaagd zijn, hetgeen voor de regelmatige leerlingen leidt tot studiebekrachtiging en de eventuele rechten op toelating tot het volgend leerjaar. beroepscommissie: de commissie die bevoegd is bij de beroepsprocedure ingesteld door de ouders of de meerderjarige leerling bij betwisting van de door de delibererende raad genomen beslissing. De beroepscommissie bestaat uit drie leden en drie plaatsvervangende leden. Het schoolbestuur duidt de leden van de beroepscommissie aan. De commissie wordt aangeschreven, Beroepscommissie Secundair Onderwijs, Onderwijs - Stad Gent, p/a Nederpolder 2, 9000 Gent.
HOOFDSTUK 2 - TOELATINGSVOORWAARDEN Artikel 3 § 1 De inschrijving gebeurt aan de hand van een van volgende officiële documenten: • • • • •
de identiteitskaart van de leerling(e); een uittreksel uit de geboorteakte; het trouwboekje van de ouders; het bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister; de reispas voor vreemdelingen;
of in uitvoering van art. 2. van het eerste aanvullend protocol bij het Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens en de Fundamentele Vrijheden, ondertekend te Parijs op 20 maart 1952 en goedgekeurd bij de wet van 13 mei 1955. SCHOOLREGLEMENT DEELTIJDS KUNSTONDERWIJS Goedgekeurd in zitting van de gemeenteraad van 21 juni 1999. Gewijzigd in zitting van de gemeenteraad van 27 juni 2000.
Artikel 4 De leerling(e) wordt tot een bepaald leerjaar toegelaten in overeenstemming met de toelatings- en overgangsvereisten zoals vastgelegd in Hoofdstuk III van de besluiten.
HOOFDSTUK 3 - AFWEZIGHEDEN Artikel 5 Als gewettigde afwezigheden worden beschouwd: • de afwezigheden op school wegens medische reden; • de afwezigheden wegens het bijwonen van een familieraad of begrafenis- of huwelijksplechtigheid, wegens de oproeping of dagvaarding voor een rechtbank, • Leerlingen met aan A- of B-statuut topsport worden een aantal dagen afwezigheid toegestaan op basis van het topsportconvenant van 25 maart 1998; • Leerlingen die een aantal feestdagen inherent aan hun door de grondwet erkende levensbeschouwelijke overtuiging willen beleven, worden een aantal dagen van afwezigheid toegestaan. Concreet gaat het over de volgende levensbeschouwingen en de respectieve feestdagen: voor de Islam: het Suikerfeest (1 dag) en het Offerfeest (1 dag); voor de Joodse religie: het Joods nieuwjaar ( 2 dagen), de Grote Verzoendag (1 dag), het Loofhuttenfeest (4dagen), het Paasfeest (4 dagen) en het Wekenfeest (2 dagen); • Leerlingen die zetelen in de raad van bestuur en de algemene vergadering van de Vlaamse scholierenkoepel v.z.w. en deelnemen aan activiteiten in toepassing van het decreet van 30 maart 1999 houdende de leerlingenraden in het secundair onderwijs komen in aanmerking voor de afwezigheden n.a.v. de bedoelde activiteiten.” • de afwezigheden wegens tijdelijke uitsluiting als tuchtmaatregel; • de afwezigheden op die dagen dat proeven worden afgelegd voor de examencommissie van de Vlaamse Gemeenschap voor het voltijds secundair onderwijs, te bewijzen aan de hand van bescheiden uitgaande van dezelfde commissie; • de afwezigheden wegens school- of beroepsverplichtingen, mits mededeling aan de directeur; • de afwezigheden om persoonlijke redenen, mits mededeling aan de directeur (maximum drie dagen per schooljaar). Artikel 6 Bij afwezigheden op school wegens medische reden is een medisch attest vereist voor: • een afwezigheid van meer dan twee opeenvolgende schooldagen; • elke afwezigheid nadat de leerling(e) in datzelfde schooljaar reeds viermaal om medische reden afwezig is geweest zonder dat een medisch attest vereist was; • elke afwezigheid tijdens audities, toetsen of examens. Artikel 7 Wie vooraf weet dat hij/zij wegens een geldige reden de lessen niet zal kunnen bijwonen, dient de directeur daarvan op de hoogte te brengen door middel van een door een van de ouders of de meerderjarige leerling geschreven en ondertekende verantwoording. Artikel 8 In geval van onvoorziene afwezigheid delen de ouders of de meerderjarige leerling de dag zelf aan de directeur de reden mee; de afwezigheid wordt ten laatste binnen een periode van twee werkdagen volgend op de eerste dag van afwezigheid schriftelijk verantwoord. SCHOOLREGLEMENT DEELTIJDS KUNSTONDERWIJS Goedgekeurd in zitting van de gemeenteraad van 21 juni 1999. Gewijzigd in zitting van de gemeenteraad van 27 juni 2000.
Artikel 9 Voor elke afwezigheid bezorgt de leerling(e) de directeur een geschreven verantwoording vanwege de ouders of de meerderjarige leerling en vereiste bewijsstukken. Artikel 10 Afwezigheden brengen de “regelmatigheid van de leerling” in het gedrang. Elke afwezigheid waarvoor geen schriftelijke verantwoording werd verstrekt, wordt ter kennis van de ouders of de meerderjarige leerling gebracht. Artikel 11 § 1 Bij elke afwezigheid tijdens de aangekondigde toetsen en de examens is een attest vereist. De directeur beslist in samenspraak met het lerarenkorps of de niet gemaakte aangekondigde toetsen en examens ingehaald moeten worden en, zo ja, hoe en wanneer. § 2 Wie aan een overhoring, klasoefening of persoonlijk werk niet deelneemt, kan verplicht worden die, of een gelijkwaardige, achteraf te maken. § 3 De beslissing wordt aan de ouders of de meerderjarige leerling medegedeeld. Artikel 12 § 1 Studie-uitstappen en dergelijke, behoren tot de normale schoolactiviteiten. § 2 Wie een ernstige reden heeft om niet aan een van deze aangekondigde activiteiten deel te nemen, moet dit per kerende, behoudens in geval van overmacht, gemotiveerd melden aan de directeur. De directeur zal beslissen over de geldigheid van de door de ouders of de meerderjarige leerling schriftelijk aangevoerde reden. Bij niet-tijdige melding zullen de hiervoor eventueel verschuldigde bijdragen worden aangerekend. Artikel 13 § 1 Leerlingen moeten tijdig aanwezig zijn. Herhaald te laat komen wordt aan de ouders of de meerderjarige leerling gemeld. § 2 De aanwezigheid buiten de voor de leerling(e) geldende lesuren wordt door de ouders of de meerderjarige leerling schriftelijk aan het schoolhoofd aangevraagd. De beslissing van het schoolhoofd in deze aangelegenheid is definitief en wordt schriftelijk aan de ouders of de meerderjarige leerling meegedeeld.
HOOFDSTUK 4 - GEDRAGSREGELS Artikel 14 Wanneer het gedrag van een leerling(e) moet worden bijgestuurd, worden meer bindende gedragregels of een begeleidingsplan afgesproken. Artikel 15 Voor wie zich niet voldoende inspant, zich storend gedraagt of de gemaakte afspraken niet naleeft, worden passende maatregelen getroffen. SCHOOLREGLEMENT DEELTIJDS KUNSTONDERWIJS Goedgekeurd in zitting van de gemeenteraad van 21 juni 1999. Gewijzigd in zitting van de gemeenteraad van 27 juni 2000.
Artikel 16 Wie het lesverloop of het schoolgebeuren ernstig stoort, kan uit de klas worden verwijderd. Artikel 17 De in artikelen 14, 15 en 16 genomen maatregelen worden via de schoolagenda of een speciaal formulier aan de ouders gemeld. Artikel 18 Uit eerbied voor ieders filosofische, ideologische en godsdienstige opvattingen zal men er zich van onthouden deze opvattingen te propageren.
HOOFDSTUK 5 - DOCUMENTEN Artikel 19 - Schoolagenda Indien het intern reglement van de school de schoolagenda oplegt, wordt die iedere les, op aanwijzing van de leraar ingevuld. Elke leerkracht controleert voor zijn/haar vak geregeld de agenda. Tenminste iedere week wordt de agenda door een van de ouders ondertekend. Artikel 20 - Werkboeken De leerling(e) noteert op aanwijzing van de leraar leerstof en oefeningen. Schriften moeten steeds nauwgezet en volledig bijgehouden zijn. Artikel 21 - Persoonlijk werk Taken en oefeningen worden zorgvuldig gemaakt en op het afgesproken tijdstip afgegeven. Artikel 22 - Rapport In de loop van het schooljaar wordt geregeld gerapporteerd.
HOOFDSTUK 6 - LESVERPLAATSINGEN Artikel 23 - Beperkingen § 1 Een lesverplaatsing kan alleen worden toegestaan omwille van actieve deelname aan artistieke activiteiten (repetities, uitvoeringen, opnamen, vernissages, deelname aan de examencommissies van DKOinstellingen,...). § 2 Lessen kunnen niet worden verplaatst naar een vakantiedag of wettelijke feestdag. § 3 Het contingent van het toegelaten aantal te verplaatsen lessen is per leerkracht en per schooljaar bepaald als volgt: voor een leerkracht met • 1 tot en met 9 lesuren per week: het dubbel aantal lesuren per jaar, maximaal 18 lesuren lesverplaatsing per jaar; • 10 tot en met 15 lesuren per week: maximaal 20 lesuren lesverplaatsing per jaar; SCHOOLREGLEMENT DEELTIJDS KUNSTONDERWIJS Goedgekeurd in zitting van de gemeenteraad van 21 juni 1999. Gewijzigd in zitting van de gemeenteraad van 27 juni 2000.
• 16 tot en met 22 lesuren per week: maximaal 25 lesuren lesverplaatsing per jaar. Lesverplaatsingen gespreid over een periode van meer dan 10 opeenvolgende kalenderdagen zijn niet toegelaten. Het contingent is uitgedrukt voor het geheel van het deeltijds kunstonderwijs ingericht door het schoolbestuur. Artikel 24 - Regelmatigheid voor de leerlingen en continuïteit van het onderwijs Lesverplaatsingen die de continuïteit van het onderwijs in het gedrang brengen, worden niet toegestaan. Bij langdurige en regelmatig terugkerende lesverplaatsingen moet gebruik worden gemaakt van een reglementair voorzien verlofstelsel. Artikel 25 - Normale aanvraagprocedure § 1 Leerkrachten/begeleiders die lesverplaatsingen wensen aan te vragen, doen dit ten laatste dertig kalenderdagen vóór de te verplaatsen les via het daartoe bestemde formulier. § 2 Het formulier vermeldt: de naam en voornaam van de leerkracht, het vak, de reden van de lesverplaatsing met een duidelijk omschreven motivering, plaats, datum en uur van de lesverplaatsing(en) en van de inhaalles(sen). De datum van de aanvraag en handtekening van de aanvrager. De aanvraag is gericht aan de directeur en vergezeld van een verantwoordingsstuk. Artikel 26 - Uitzonderingsprocedure In bijzondere en uitzonderlijke gevallen kan afgeweken worden van de normale aanvraagprocedure. De leerkracht motiveert met de nodige bewijsstukken het bijzonder en uitzonderlijk karakter. De directeur geeft, na beoordeling van de motivering, al of niet een schriftelijke toestemming. De directeur is verantwoordelijk voor de melding aan de ouders en aan de meerderjarige leerling en neemt de nodige maatregelen voor een adequaat toezicht. Artikel 27 - Inhaalles § 1 De leerkracht legt na overleg met de leerlingen de datum en uur van de inhaalles vast. De directeur keurt dit goed. § 2 De inhaalles moet binnen een periode van 10 kalenderdagen voor of na het oorspronkelijke lesuur worden gegeven, met inachtneming van een redelijke spreiding. Artikel 28 - Mededeling van de toegestane lesverplaatsing en de inhaalles De mededeling van de toegestane lesverplaatsing en de inhaalles gebeurt door de directeur aan: • de leerkracht via het aanvraagformulier binnen de tien kalenderdagen na datum van aanvraag; • de leerlingen via schriftelijke mededeling; • de inspectie indien de lesverplaatsing binnen een doorlichtingsinspectie valt. Alle aanvragen en beslissingen inzake lesverplaatsingen worden bijgehouden in een register dat ter inzage ligt van het schoolbestuur, de schoolinspectie en de verificateur. Artikel 29 - Klachten Bij klachten wenden de leerkrachten, de ouders of meerderjarige leerlingen zich schriftelijk tot het diensthoofd van het Departement Onderwijs, p/a Nederpolder 2, 9000 Gent. SCHOOLREGLEMENT DEELTIJDS KUNSTONDERWIJS Goedgekeurd in zitting van de gemeenteraad van 21 juni 1999. Gewijzigd in zitting van de gemeenteraad van 27 juni 2000.
HOOFDSTUK 7 - DE BEGELEIDING BIJ DE STUDIES Artikel 30 § 1 Een of meer verantwoordelijken zijn belast met de begeleiding van de leerlingen. Men kan bij hen terecht met vragen en problemen in verband met studie of persoonlijke situatie. De leerkracht volgt zijn/haar leerlingen van zeer nabij. § 2 Leerlingen die van leerkracht wensen te veranderen, melden dit aan de directeur.
HOOFDSTUK 8 - DE EVALUATIE Artikel 31 Tijdens het schooljaar wordt van iedere leerling(e) een schriftelijke evaluatie bijgehouden, aan de hand van een evaluatiefiche. Artikel 32 - Permanente evaluatie Ze omvat de beoordeling van ieders klasoefeningen, persoonlijk werk, resultaten van overhoringen, leerhouding, zoals inzet in de klas, medewerking aan opdrachten, groepswerk, enz... Deze evaluatie verstrekt aan de leraar informatie over bepaalde aspecten van de studievordering en ontwikkeling. De leraar kan onaangekondigd in elke les leerstofonderdelen individueel of klassikaal overhoren. Artikel 33 - Overgangs- en eindproeven of productevaluatie § 1 Aan het einde van elk leerjaar worden overgangsproeven georganiseerd. § 2 Aan het einde van elke graad worden eindproeven georganiseerd. § 3 De bedoeling hiervan is na te gaan of de leerling(e) welomschreven gedeelten van de leerstof kan verwerken. De periodes worden in de jaarkalender opgenomen. De school behoudt zich het recht voor om daar in geval van onvoorziene omstandighedenvan af te wijken. De leerlingen zijn verplicht deel te nemen aan de proeven georganiseerd op het einde van het leerjaar waarvoor zij zijn ingeschreven. § 4 De leerlingen die meer dan 1/3 van de lessen niet hebben bijgewoond zonder dat hun afwezigheid gewettigd was, worden niet toegelaten tot de proeven en zijn derhalve niet geslaagd. § 5 Spieken en andere vormen van bedrog worden bestraft. De directeur bepaalt de strafmaat. Artikel 34 - Beeldende kunst § 1 De leerling(e) die bij de beoordeling voor elk vak tenminste 50% van de punten en voor het geheel van de vakken 60% van de punten behaald heeft, beëindigt met vrucht zijn/haar leerjaar. § 2 Het intern reglement van de school deelt de examenregeling mee met inbegrip van de bepalingen m.b.t. de evaluatie, proeven en bekrachtiging van de studies zoals ze gelden door de besluiten. SCHOOLREGLEMENT DEELTIJDS KUNSTONDERWIJS Goedgekeurd in zitting van de gemeenteraad van 21 juni 1999. Gewijzigd in zitting van de gemeenteraad van 27 juni 2000.
Artikel 35 - Muziek, Woordkunst en Dans § 1 Voor de overgangsproeven aan het einde van een leerjaar geldt dat om met vrucht het leerjaar te beëindigen, de leerling(e) voor het geheel van de vakken 50% van de punten behaalt. Daarenboven dient de leerling(e) in • de lagere graad 1-2-3, minstens 60% van de punten te behalen voor algemene muzikale vorming; • de middelbare graad 1-2, minstens 60% van de punten te behalen voor algemene muziekcultuur; • de hogere graad 1-2, minstens 60% van de punten te behalen voor: het vak algemene muzikale vorming binnen de optie algemene muzikale vorming; het vak muziekgeschiedenis binnen de optie muziekgeschiedenis; het vak muziektheorie binnen de optie muziektheorie; het vak instrument binnen de optie instrument of samenspel; het vak stemvorming binnen de optie stemvorming; het vak zang binnen de optie zang. § 2 Voor de eindproeven moet de leerling(e) voor elk vak 60 % van de punten behalen. Aan de eindproeven kan men pas deelnemen als men ook voor het individueel vak de lessen heeft gevolgd van het laatste leerjaar van de graad. Artikel 36 De leerling(e) heeft inzagerecht in de eigen, gecorrigeerde toetsen, proefwerken, of examens. Artikel 37 - Informatie aan de ouders § 1 Rapport 1° Door het rapport is het mogelijk de werkzaamheden van de leerling(e) op de school te volgen, te evalueren en bij te sturen. De directeur overhandigt dit rapport op de data die vermeld staan in de jaarkalender. Elk rapport wordt door een van of beide ouders ondertekend. De leerling(e) bezorgt het de eerstvolgende schooldag terug. 2° Op het einde van het schooljaar overhandigt de directeur het rapport dat de resultaten bevat van de overgangs- of eindproeven. § 2 Informatie Individuele contacten met het bestuurs- en onderwijzend personeel zijn mogelijk na afspraak. Artikel 38 - Betwisting door de ouders van de genomen beslissing § 1 Als de ouders het oneens zijn met de beslissing die de delibererende raad heeft genomen, kunnen zij uiterlijk op de derde werkdag na de uitdeling van de rapporten in een persoonlijk onderhoud met de directeur, hun bezwaren kenbaar maken. § 2 Dit onderhoud kan ertoe leiden dat : • de directeur er de ouders aan de hand van het dossier kan van overtuigen dat de genomen beslissing gegrond is : er is geen betwisting meer; • de directeur van oordeel is dat de redenen die de ouders bij hun betwisting aandragen, het overwegen waard zijn. In dit geval wordt de delibererende raad onmiddellijk opnieuw samengeroepen; de betwiste beslissing wordt opnieuw overwogen. Naargelang van het resultaat van deze bijeenkomst, die schriftelijk aan de ouders wordt meegedeeld, blijft de betwisting al dan niet bestaan; • de directeur oordeelt dat de door de ouders aangebrachte elementen geen nieuwe bijeenkomst van de SCHOOLREGLEMENT DEELTIJDS KUNSTONDERWIJS Goedgekeurd in zitting van de gemeenteraad van 21 juni 1999. Gewijzigd in zitting van de gemeenteraad van 27 juni 2000.
delibererende raad rechtvaardigen, maar de ouders zijn het daar niet mee eens, de betwisting blijft bestaan. § 3 Uiterlijk vijf werkdagen nadat blijkt dat de betwisting is blijven bestaan, hetzij na het persoonlijk onderhoud, hetzij na de nieuwe bijeenkomst van de delibererende raad, kunnen de ouders schriftelijk beroep instellen bij de daartoe opgerichte beroepscommissie. De beroepscommissie onderzoekt de klacht grondig en deelt het resultaat mee aan de inrichtende macht. De beroepscommissie beslist op grond van het door haar uitgevoerde onderzoek of de delibererende raad wel of niet opnieuw moet samenkomen. § 4 Indien de delibererende raad niet opnieuw moet samenkomen, deelt de beroepscommissie deze beslissing onverwijld schriftelijk aan de ouders mee met een aangetekende brief of tegen afgifte van een gedateerd ontvangstbewijs. Deze beslissing moet gemotiveerd zijn. § 5 Indien de delibererende raad opnieuw dient samen te komen om een definitieve beslissing te nemen, dient dit te gebeuren uiterlijk op 15 september van het daaropvolgend schooljaar. De ouders worden door de beroepscommissie van deze gemotiveerde beslissing zowel mondeling als schriftelijk per aangetekende brief of tegen afgifte van een gedateerd ontvangstbewijs in kennis gesteld. § 6 De beroepsprocedure wordt opgeschort met ingang van 11 juli en voor de duur van zes weken daaropvolgend.
TITEL II INTERN REGLEMENT VAN DE SCHOOL Artikel 39 Het college van burgemeester en schepenen stelt de jaarkalender en de schooluren vast. Artikel 40 § 1 De schoolgemeenschap stelt haar bepalingen en leefregels op in overeenstemming met haar eigen pedagogisch project. § 2 Het intern reglement van de school wordt door het college van burgemeester en schepenen goedgekeurd. Artikel 41 § 1 De directeur informeert de ouders schriftelijk bij de eerste inschrijving van de leerling(e) over: • het pedagogisch project van de school; • de juridische aard en samenstelling van het schoolbestuur; • het Centrum voor Leerlingenbegeleiding - stad Gent - interstedelijk centrum voor leerlingenbegeleiding (CLB). § • • •
2 De directeur bezorgt de ouders eveneens: het pedagogisch project voor alle scholen van het schoolbestuur; het schoolreglement; het intern reglement van de school.
SCHOOLREGLEMENT DEELTIJDS KUNSTONDERWIJS Goedgekeurd in zitting van de gemeenteraad van 21 juni 1999. Gewijzigd in zitting van de gemeenteraad van 27 juni 2000.
TITEL III MAATREGELEN VAN INWENDIGE ORDE Artikel 42 Volgende maatregelen van inwendige orde kunnen worden genomen : • de verandering van klas; • de preventieve schorsing. Artikel 43 In het belang van het onderwijs of van de medeleerlingen kan de directeur, na advies van de betrokken leerkrachten te hebben ingewonnen, een leerling(e) van klas veranderen. Alvorens de beslissing te nemen hoort de directeur de leerling(e) en de ouders. Van dit onderhoud wordt een verslag opgemaakt dat door de betrokkenen wordt ondertekend. De gemotiveerde beslissing houdende de verandering van klas wordt ten laatste de werkdag volgend op het nemen van de ordemaatregel aan de ouders schriftelijk meegedeeld. Artikel 44 De directeur kan na, advies van de betrokken leerkrachten te hebben ingewonnen en de leerling(e) en de ouders te hebben gehoord, een leerling(e) preventief schorsen, telkens voor ten hoogste vijf schooldagen in afwachting van een vooropgestelde tuchtmaatregel van de uitsluiting. De leerling(e) en de ouders hebben inzage in het dossier. Van het onderhoud met de leerling(e) en de ouders wordt een verslag opgemaakt dat door betrokkenen wordt ondertekend. Ten laatste de werkdag volgend op het nemen van de beslissing wordt ze aangetekend aan de ouders meegedeeld. De beslissing van de directeur dient gemotiveerd te zijn. In geval van preventieve schorsing wordt de leerling(e) uit de leerlingengroep, waartoe hij/zij behoort, verwijderd. Artikel 45 Tegen geen enkele ordemaatregel is er beroep mogelijk.
TITEL IV TUCHTMAATREGELEN Artikel 46 Volgende tuchtmaatregelen kunnen worden genomen : 1. een waarschuwing; 2. een berisping; 3. de schorsing. De schorsing houdt in dat de gesanctioneerde leerling(e) gedurende een periode van ten hoogste veertien dagen de lessen en activiteiten van zijn/haar leerlingengroep niet mag volgen, maar betekent niet dat de betrokkene niet op de school moet zijn; 4. de uitsluiting. De uitsluiting houdt in dat de gesanctioneerde leerling(e) definitief uit de school wordt verwijderd op het moment dat deze leerling(e) in een andere school is ingeschreven en uiterlijk één maand, vakantieperioden niet inbegrepen, na schriftelijke kennisgeving van de beslissing aan de meerderjarige leerling(e) of de ouders. In afwachting daarvan bevindt de leerling(e) zich in dezelfde toestand als een geschorste leerling(e). 10 SCHOOLREGLEMENT DEELTIJDS KUNSTONDERWIJS Goedgekeurd in zitting van de gemeenteraad van 21 juni 1999. Gewijzigd in zitting van de gemeenteraad van 27 juni 2000.
Artikel 47 § 1 De onder artikel 46, 1, 2, 3 opgesomde maatregelen worden door de directeur genomen, na vooraf de leerling(e) en de ouders gehoord te hebben en vervolgens het gemotiveerd advies van de betrokken leerkrachten te hebben ingewonnen. De onder artikel 46, 4, bedoelde maatregel wordt door het college van burgemeester en schepenen genomen, na de leerling(e) en de ouders te hebben gehoord. De zaak wordt aangebracht bij het college van burgemeester en schepenen op schriftelijk verzoek van de directeur, na het gemotiveerd advies van de betrokken leerkrachten te hebben ingewonnen. De leerling(e) en de ouders kunnen zich tijdens voornoemde verhoren laten bijstaan, maar niet door een personeelslid van de school. § 2 Elke tuchtbeslissing moet gemotiveerd zijn en wordt binnen drie werkdagen, nadat de beslissing werd genomen, schriftelijk bij aangetekende brief of tegen afgifte van een gedateerd ontvangstbewijs aan de meerderjarige leerling of de ouders ter kennis gebracht. Artikel 48 Binnen de vijf werkdagen na ontvangst van de beslissing houdende een tuchtmaatregel kunnen de meerderjarige leerling of de ouders bij aangetekende brief, gericht aan de burgemeester, beroep instellen bij het college van burgemeester en schepenen tegen de in artikel 46, 1,2, 3 en bij de gemeenteraad tegen de in artikel 46, 4 uitgesproken tuchtmaatregelen. De tuchtinstantie in beroep doet uitspraak binnen één maand na ontvangst van het beroep. Alvorens uitspraak te doen, hoort ze de leerling(e) en de ouders. zij kunnen zich laten bijstaan. De beslissing wordt binnen drie werkdagen, nadat ze is genomen, schriftelijk met aangetekende brief of tegen afgifte van een gedateerd ontvangstbewijs aan de betrokkenen ter kennis gebracht. De beslissing dient gemotiveerd te zijn. Artikel 49 De zittingen van de tuchtinstanties zijn niet openbaar. Artikel 50 In iedere fase van de procedure hebben de meerderjarige leerling of de ouders en/of diegene die hen bijstaat het recht het tuchtdossier in te zien alvorens zij worden gehoord. Bij uiteindelijke beslissing kan geen rekening worden gehouden met documenten en feiten die niet vooraf aan de meerderjarige leerling of de ouders werden bekendgemaakt en/of niet bij het tuchtdossier waren gevoegd. Behoudens uitdrukkelijke en schriftelijke toestemming van de ouders kan onder geen beding aan een derde inzagerecht van het dossier worden verleend. Artikel 51 De meerderjarige leerling en de ouders worden ten laatste vijf kalenderdagen voordien schriftelijk op de hoogte gebracht van de plaats en het tijdstip van de hoorzitting. Deze brief vermeldt tevens de modaliteiten die het inzagerecht van het tuchtdossier regelen. Artikel 52 Van de hoorzittingen wordt door de secretaris van de tuchtinstantie proces-verbaal opgemaakt dat de betrokkenen tekenen voor kennisneming. 11 SCHOOLREGLEMENT DEELTIJDS KUNSTONDERWIJS Goedgekeurd in zitting van de gemeenteraad van 21 juni 1999. Gewijzigd in zitting van de gemeenteraad van 27 juni 2000.
Als secretaris zetelt in geval van tuchtmaatregelen bedoeld in de artikel 46, 1, 2, 3 het personeelslid van de school dat geen lid is van de betrokken leerkrachten bedoeld in artikel 47 § 1 en hiervoor door de directeur wordt aangeduid en de stadssecretaris bij de onder artikel 46, 4 bedoelde tuchtmaatregelen alsmede bij de hoorzittingen van tuchtinstanties in hoger beroep. Alle leden van een tuchtoverheid, die deelnemen aan de zittingen en/of deliberaties over een tuchtmaatregel, zijn gebonden door geheimhouding. Artikel 53 Tuchtmaatregelen en leerlingendossiers die er verband mee houden, zijn niet overdraagbaar naar andere onderwijsinstellingen.
TITEL V - SLOTBEPALINGEN Artikel 54 Eénieder kan schriftelijk aan de heer stadssecretaris, Stadhuis Gent, Botermarkt 1, 9000 Gent, om inzage en een afschrift vragen van de volledige tekst van het meest recente doorlichtingsverslag van de school en van het eventuele hierop door het schoolbestuur geformuleerde antwoord. Artikel 55 Een exemplaar van dit schoolreglement, van het intern reglement van de school en van de eventuele wijzigingen aan beide documenten en van de schriftelijke informatie zoals bedoeld in artikel 41, §1 en § 2, zal aan de ouders tegen ontvangstbewijs ter kennisname worden overhandigd. Indien de ouders weigeren het ontvangstbewijs te ondertekenen kan dit aanleiding geven tot het niet inschrijven van de leerling. Elke wijziging aan het schoolreglement zal aan de ouders schriftelijk worden meegedeeld. Artikel 56 De klachtenmeldingsprocedure wordt als bijlage gehecht aan onderhavig reglement en maakt er deel van uit.
12 SCHOOLREGLEMENT DEELTIJDS KUNSTONDERWIJS Goedgekeurd in zitting van de gemeenteraad van 21 juni 1999. Gewijzigd in zitting van de gemeenteraad van 27 juni 2000.
INHOUD SCHOOLREGLEMENT TITEL I
ALGEMENE BEPALINGEN
HOOFDSTUK 1 - RECHTSGROND EN DEFINITIES artikelen 1 & 2 HOOFDSTUK 2 - TOELATINGSVOORWAARDEN artikelen 3 & 4 HOOFDSTUK 3 - AFWEZIGHEDEN artikelen 5 t.e.m. 13 HOOFDSTUK 4 - GEDRAGSREGELS artikelen 14 t.e.m. 18 HOOFDSTUK 5 - DOCUMENTEN artikelen 19 t.e.m. 22 HOOFDSTUK 6 - LESVERPLAATSINGEN artikelen 23 t.e.m. 29 HOOFDSTUK 7 - DE BEGELEIDING BIJ DE STUDIES artikel 30 HOOFDSTUK 8 - DE EVALUATIE artikelen 31 & 38 TITEL II
INTERN REGLEMENT VAN DE SCHOOL artikelen 39 t.e.m. 41
TITEL III MAATREGELEN VAN INWENDIGE ORDE artikelen 42 t.e.m. 45 TITEL IV TUCHTMAATREGELEN artikelen 46 t.e.m. 53 TITEL V
SLOTBEPALINGEN artikel 54 t.e.m. 56
13 SCHOOLREGLEMENT DEELTIJDS KUNSTONDERWIJS Goedgekeurd in zitting van de gemeenteraad van 21 juni 1999. Gewijzigd in zitting van de gemeenteraad van 27 juni 2000.
OPENBAAR ONDERWIJS KLACHTENMELDINGSPROCEDURE (Aanvulling bij het schoolreglement)
In het Onderwijs Stad Gent bestaat een klachtenprocedure ter behandeling van klachten van gebruikers (of van hun vertegenwoordigers) van een school of een instelling. Klachten moeten in principe binnen de school of instelling zelf kunnen worden opgelost. De school of instelling werkt daarvoor een schooleigen procedure uit, die aan een aantal minimale voorwaarden moet voldoen, te weten: • Bij de ontvangst van een klacht wordt een dossier aangelegd. • Alle betrokken partijen worden gehoord en een schriftelijk verslag wordt opgemaakt. • Wanneer alle feiten gekend zijn, wordt de bemiddeling tussen klagers en personen tegen wie de klacht gericht is, gestart. • Wanneer de leidinggevende door de aard van de klacht niet kan bemiddelen of wanneer geen vergelijk mogelijk blijkt, zal om externe bemiddeling verzocht worden bij het Centrum voor Leerlingenbegeleiding – stad Gent – interstedelijk centrum voor leerlingenbegeleiding (CLB) of de Pedagogische Begeleidingsdienst (PBD). • Wanneer de bemiddeling slaagt, wordt de zaak als afgehandeld beschouwd. Er wordt voor een schriftelijk spoor gezorgd. Indien de klacht niet afgehandeld kan worden in de school of instelling kan men zich richten tot een centraal meldpunt met als adres: Departement Onderwijs van de stad Gent Meldpunt voor klachten Nederpolder 2, 9000 Gent Tel. 09 269 70 00 - Fax 09 225 87 79 Binnen de drie werkdagen krijgen betrokkenen een bericht van ontvangst. Het dossier wordt dan bij de school of instelling opgevraagd en er wordt een onderzoek ingesteld. Over de ontvangen klachten en het resultaat van het onderzoek wordt verslag uitgebracht bij de schepen van Onderwijs en Opvoeding.
14 SCHOOLREGLEMENT DEELTIJDS KUNSTONDERWIJS Goedgekeurd in zitting van de gemeenteraad van 21 juni 1999. Gewijzigd in zitting van de gemeenteraad van 27 juni 2000.
Handelsactiviteiten, sponsoring en reclame (Aanvulling bij het schoolreglement)
Handelsactiviteiten Het schoolbestuur, de inrichtende macht en het Centrum voor Volwassenenonderwijs kunnen handelsactiviteiten verrichten, voor zover ze geen daden van koophandel zijn. Deze handelsactiviteiten mogen niet gericht zijn op persoonlijke verrijking. Indien zij niet rechtstreeks bijdragen tot de verwezenlijking van de onderwijsopdracht, moeten zij een uitzonderlijk karakter hebben. Reclame Reclame is een openbare aanprijzing om de verkoop van goederen of diensten te bevorderen. De in de scholen of het Centrum voor Volwassenenonderwijs verstrekte leermiddelen, materialen en verplichte activiteiten blijven vrij van reclame. Niet verplichte activiteiten blijven vrij van reclame, behalve indien deze reclame er louter de aandacht wil op vestigen dat een activiteit of een gedeelte ervan tot stand komt door middel van een gift, een schenking of een prestatie, gratis of onder de reële prijs, verricht door een bij naam genoemde natuurlijke persoon, rechtspersoon of feitelijke vereniging. Leerlingen moeten kritisch leren omgaan met informatie en daarom ook met reclame. Leerlingen worden in het basisonderwijs best niet geconfronteerd met reclame op school. Leerlingen in het secundair onderwijs moeten wel in staat zijn reclame op school te verwerken. Sponsoring. Sponsoring is het dragen van de kosten in ruil voor een tegenprestatie. In de scholen en het Centrum voor Volwassenenonderwijs kan sponsoring enkel in ruil voor de naambekendheid van de sponsor. Sponsoring van scholen mag niet in de plaats treden van de subsidies noch van de eigen middelen die de inrichtende macht voor haar scholen en het centrum moet voorzien. Basisprincipes inzake reclame en sponsoring 1. De reclame en sponsoring moeten verenigbaar zijn met de pedagogische en onderwijskundige taken en doelstellingen van de school of het Centrum voor Volwassenenonderwijs. 2. De reclame en sponsoring mogen niet strijdig zijn met de objectiviteit, de geloofwaardigheid en de betrouwbaarheid en brengen de onafhankelijkheid van de school en het Centrum voor Volwassenenonderwijs niet in het gedrang.
15 SCHOOLREGLEMENT DEELTIJDS KUNSTONDERWIJS Goedgekeurd in zitting van de gemeenteraad van 21 juni 1999. Gewijzigd in zitting van de gemeenteraad van 27 juni 2000.
Middelen De middelen worden schoolgebonden of schooloverstijgend verzameld. Buurtgebonden sponsoring komt altijd de school of het centrum ten goede. Het basisonderwijs kan ook gesponsorde middelen verwerven die centraal worden beheerd. Het secundair, het deeltijds kunst- en het volwassenenonderwijs kunnen ook gesponsorde opleidingsgebonden middelen verwerven. Dit mag er niet toe leiden dat de school en het centrum afhankelijk worden van de sponsor. Tegenprestatie Buiten de school kunnen de sponsors zich uiten over hun sponsoring. Binnen de school kunnen buurtgebonden sponsors zich occasioneel bekendmaken. In het secundair, het deeltijds kunst- en het volwassenenonderwijs kunnen sponsors van opleidingsgebonden middelen zich op bescheiden wijze uiten. Controle Een begeleidingscommissie per school of centrum voor volwassenenonderwijs is belast met de controle op de toepassing van deze regeling. In de scholen van het basis- en secundair onderwijs is deze begeleidingscommissie de participatieraad. Hij heeft een overlegbevoegdheid met betrekking tot de bedoelde controle. In de scholen voor deeltijds kunstonderwijs en in het Centrum voor Volwassenenonderwijs is de begeleidingscommissie de school- of centrumraad. Hij streeft een consensus na bij de bedoelde controle. Indien geen consensus wordt bereikt, beslist de inrichtende macht.
16 SCHOOLREGLEMENT DEELTIJDS KUNSTONDERWIJS Goedgekeurd in zitting van de gemeenteraad van 21 juni 1999. Gewijzigd in zitting van de gemeenteraad van 27 juni 2000.