Schoolgids De Waterwilg Schooljaar 2015-2016
De leefregels van De Waterwilg, in kindertaal Deze leefregels hangen in ieder lokaal en door de school heen. 1.
Wees zuinig op jezelf, een ander en op de dingen om je heen.
2.
Wees aardig voor elkaar.
3.
Wees eerlijk.
4.
Samen spelen, samen delen.
5.
Praat beleefd.
6.
Laat zien waar je goed in bent.
7.
Doe goed je best.
8.
Houd je aan de regels.
9.
Probeer geen ruzie te maken.
10.
Luister goed naar elkaar.
De Waterwilg is een rooms katholieke basisschool. De school ressorteert onder het bestuur van Lucas Onderwijs. Lucas Onderwijs is een dynamisch en betrokken onderwijsbestuur.
RKBS De Waterwilg Kerstdiner
De Poort 4 2631 PT NOOTDORP Telefoon : 015 310 53 00 Internet : www.dewaterwilg.nl E-mail :
[email protected] De naam De Waterwilg is gekozen, omdat dit de naam is van een boom, met een betekenis. Het is een stevige boom met een goed verankerd wortel-stelsel. De boom heeft een breed bladerdak en mannelijke en vrouwelijke elementen. Daarnaast ligt onze nieuwe school in de wijk ’s-Gravenhout, de naam van de school past bij die wijk. Kortom een naam voor een school die geworteld is binnen Nootdorp.
Tekst: De Waterwilg Foto’s: De Waterwilg Tekstverantwoording: Inhoud van deze schoolgids heeft de instemming van de medezeggenschapsraad (MR) van RKBS De Waterwilg. Jaarlijks ontvangen de ouders via het oudste kind uit het gezin deze schoolgids. Meestal is dit in de eerste schoolweek van het nieuwe schooljaar. Verder wordt de gids gedurende een schooljaar verzonden of uitgereikt aan ouders die informatie aanvragen over de school om eventueel tot inschrijving over te gaan. Daarnaast wordt de schoolgids verstuurd naar o.a. het Bestuur, de Inspectie, de Parochie, de Kinderopvang en overige belangstellenden.
1
Voorwoord
Augustus 2015
Voor u ligt de schoolgids van RKBS De Waterwilg. In de schoolgids beschrijven wij onze visie en missie. Wij willen u zo goed mogelijk informeren. Soms kan het voorkomen, dat u een onderwerp meerdere keren terug ziet komen in onze schoolgids. Dit heeft te maken met de indeling. Ons uitgangspunt is, dat het opvoeden van de kinderen een samenspel is tussen ouders en leerkrachten. De Waterwilg heeft naast het geven van goed onderwijs ook een opvoedkundige taak. Wij vinden een veilige en ontspannen sfeer op onze school erg belangrijk. De omgang tussen kinderen, het team en de ouders geschiedt op basis van respect. Het team heeft samen met de MR een waarden- en normenstelsel opgesteld. Het zijn de leefregels van de school. Deze leefregels hangen in elke klas en door de school heen, zodat elke bezoeker kan zien en lezen waar wij met elkaar voor staan. Aan het begin van het schooljaar 2015-2016 accentueren wij deze leefregels door middel van aandacht voor het Project Zinloos Geweld, waarbij voor de jonge leerlingen het accent ligt op Lieve het lieveheersbeestje. Voor de oudere leerlingen ligt het accent op de leefregels en de afspraken hoe je met elkaar omgaat. Wij bespreken, wat wij met elkaar (team en kinderen) moeten doen om voor een iedereen, een mooi, leuk, gezellig, leerzaam en respectvol jaar te maken. Dit jaar wordt de regel: ‘Aandacht voor je zelf en elkaar, de leefomgeving en het milieu’; tijdens de opening van het nieuwe schooljaar op vrijdag 28 augustus besteden wij daar specifieke aandacht aan. De Waterwilg is een school in beweging, de kinderen die onze school bezoeken komen meestal met een sterke bagage naar binnen. De uitdaging voor onze school ligt in het optimaal benutten en uitbreiden van deze bagage en in het ontwikkelen van andere competenties bij kinderen. Die andere competenties liggen op het vlak van de sociaal-emotionele, de motorische, de zintuiglijke, de communicatieve ontwikkeling en de ontwikkeling van creatieve vaardigheden. Voor elk kind moet er in ons onderwijs een uitdaging zitten. Wij willen kinderen leren zelfstandig te zijn en verantwoordelijkheid te dragen voor alles wat zij doen. Beweging is voor een school belangrijk. Vernieuwingen kunnen niet uitblijven. Schooljaar 2015-2016 wordt het managementteam gevormd door de directeur Marijke Paap en de Intern Begeleiders (IB’ers): Anneke Peters en Juliëtte Goemans. Daarnaast blijven de IB’ers zich richten op het overkoepelend beleid t.a.v. zorg en onderwijskwaliteit. De organisatorische en coördinerende taak t.a.v. een jaargroep ligt in handen van een leerjaarcoördinator. Richting het management zijn zij ondersteunend en meedenkend t.a.v. het beleid. De Waterwilg vindt het belangrijk leerlingen goed te begeleiden, te volgen en te helpen. Voor leerlingen met een specifieke zorgbehoefte hebben wij wederom de SEN groep (Special Educational Needs). Wij hebben 4 dagdelen gereserveerd om aan leerlingen ondersteuning te bieden leerlingen, wanneer prestaties achterblijven. Daarnaast is één dag per week specifiek voor onderzoeken beschikbaar, omdat De Waterwilg een orthopedagoog in school heeft. Voor leerlingen met een ontwikkelingsvoorsprong hebben wij de Kangoeroegroep. Voor wat dit laatste betreft is er een verandering wat betreft locatie en tijd. De Kangoeroegroep verhuist naar de ruimte van het zgn. handjes lokaal. Naast de Pittige torens komt hier ook het Techniekkasteel en de ruimte wordt zo meer een multifunctionele ruimte. Wat betreft de dagdelen zal er een verandering komen maar ook t.a.v. invulling; leerlingen van de groepen 1 t/m 4 gaan in het nieuwe schooljaar op elke dinsdagochtend naar de Kangoeroegroep en leerlingen van de groepen 5 t/m 8 gaan elke maandag naar de Kangoeroegroep. Daarnaast is De Waterwilg een samenwerking aangegaan met Hilde Cromjongh van Plus Klus Klas/ Kolibrie Talentontwikkeling voor jonge leerlingen met een ontwikkelingsvoorsprong. Zij krijgt daarbij ondersteuning van Anthonet Kempen. Annemarie Sluis zal de Kangoeroe leerlingen van de groepen 5 t/m 8 begeleiden. Ook andere veranderingen gaan er plaatsvinden. De grootste verandering vindt daarbij plaats op ICT gebied. Vanaf groep 4 t/m 8 zal er gewerkt gaan worden met de tablets van Snappet. Waarbij het werkschrift steeds meer zal verdwijnen. De leerkracht kan op de tablet zien hoe er gewerkt wordt en 2
kan daardoor meteen inspelen op de leerstof. Snappet biedt daarnaast ook de mogelijkheid, dat de leerling op zijn eigen niveau verder kan. De mogelijkheid om het ouderportaal school breed te introduceren, waardoor een ouder thuis kan kijken wat zijn of haar kind die dag heeft gedaan, staat nog ter discussie. Nauwlettend zal daarbij de ontwikkeling van het schrijven worden gevolgd en zoekt De Waterwilg een goede balans tussen het werken op de tablets en meer ruimte voor natuur- en creative activiteiten. Een andere ontwikkeling binnen het ICT vlak betreft de vervanging van de smartboarden voor Prowise-borden. De Waterwilg heeft er al 5 en dit schooljaar komen er nieuwe Prowise-borden bij. De laatste ontwikkeling op dit gebied is het leren programmeren bij de groepen 1 t/m 4 met de BeeBots. Dit is een kindvriendelijke robot in de vorm van een bij. De knoppen op de rug van “de bij” kunnen worden bediend, waardoor ‘de bij’ opdrachten moet gaan uitvoeren. De Waterwilg gaat nu daadwerkelijk op SEEF, een praktische verkeersmethode voor de groepen 1 t/m 8. En er komen meer externe partijen in de school. Wij zijn verheugd u te kunnen vertellen, dat De Waterwilg een samenwerking is aangegaan met SKS Alles Kids, waardoor er opvang is na schooltijd in het schoolgebouw, specifiek voor leerlingen van De Waterwilg. Uiteraard kunt u ook gebruik blijven maken van andere buitenschoolse opvangorganisaties. U gaat immers het contract aan. Een nieuwe partner na schooltijd is de vestiging van RT Praktijk Remedial Teaching. Deze praktijk biedt na schooltijd RT en huiswerkbegeleiding aan. De laatste verandering betreft de schooltijden. De schooltijden van de groepen 1 t/m 4 gaan ook van 8.30 uur naar 12.00 uur, met een uitzondering op de woensdag van 8.30 uur naar 11.30 uur (groep 5 t/m 8 tot 12.30u). Dit geeft uiteindelijk de mogelijkheid, gezien het aantal onderwijsuren dat een leerling vanaf groep 1 naar groep 8 dient te krijgen, om alle leerlingen 6 vrije dagen te geven naast de reguliere vakanties. De schooltijden in de middag zijn van 13.30 tot 15.30 uur. Soms kunnen prestaties van uw kind, vragen bij u oproepen. In eerste instantie verzoeken wij u de groepsleerkracht van uw kind hierover te benaderen; hij of zij is de eerstverantwoordelijke persoon op dit terrein. In tweede instantie kunt u het management met uw vragen benaderen. Voor administratieve zaken, overblijf en verlof aanvragen kunt u bij de administratie terecht. Als school zijn wij ons bewust van onze verantwoordelijkheden. Wij spannen ons op tal van manieren in om u goed te informeren, maar zijn ook bereikbaar en aanspreekbaar voor individueel advies of het beantwoorden van uw vragen. Om goed onderwijs te kunnen blijven geven is het voor de school belangrijk om te weten wat u van de school vindt. De MR is daarbij een goede sparring partner. Bent u verder nieuwsgierig naar het onderwijs op de scholen in Nederland, dan kunt u een kijkje nemen op de site; http://www.povensters.nl. Hierop stellen scholen uit het primair onderwijs informatie beschikbaar over diverse onderwerpen. In schooljaar 2015-2016 vinden er dit jaar weer tal van activiteiten plaats; de jaarlijks terugkerende en nieuwe activiteiten zijn terug te vinden op de schoolkalender. Daarnaast ondersteunen wij studenten; De Waterwilg heeft een Calibris erkenning, d.w.z. dat wij als school stagiaires van een MBO opleiding mogen opleiden. Het afgelopen jaar merkten wij echter dat wij veel aanvragen kregen voor een maatschappelijke en/of snuffelstage; een verzoek gedaan door oud-leerlingen. Het opvoeden en leren is zoals al eerder beschreven, een samenspel tussen ouders en de school. U als ouder kan bijdragen op tal van manieren, door de inbreng van de Oudervereniging (OV) en de Medezeggenschapsraad (MR). U kunt ook persoonlijk helpen bij onze activiteiten. 185 hulpouders ondersteunen ons op verschillende manieren; de klasouders, de luizenmoeders, de klusouders, de dinsdagochtend groep, de ouders die de speelplaats en het groen verzorgen, de versierploeg die de school steeds weer prachtig omtovert in een bepaald thema, de ouders die de ramen zemen. Als laatste onze grootste groep: de overblijfkrachten die er met elkaar voor zorgen dat uw en onze kinderen tussen de middag op een professionele manier kunnen overblijven. Ik wens tot slot ouders en kinderen een fijn, plezierig en leerzaam schooljaar toe. Met vriendelijke groet, Namens het team, Marijke Paap 3
VOORWOORD 2-3 HOOFDSTUK 1 ALGEMENE GEGEVENS RKBS De Waterwilg 6 Team van De Waterwilg 7 Huisvesting 9 Schooltijden, vakanties en vrije dagen 10 Vrijaf vragen, meldingen bij ziekte en dergelijke 11 Wetenswaardigheden voor nieuwe ouders 13 HOOFDSTUK 2 WAAR DE SCHOOL VOOR STAAT 2.1. Identiteit… een bijzonder uitgangspunt 17 2.2. Algemene uitgangspunten: 17 2.2.2 Zinloos Geweld, Burgerschapszin en Kanjertraining en Adoptiegroepen 19 HOOFDSTUK 3 ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS 3.1. Schoolorganisatie 24 3.2. De aanmelding van nieuwe leerlingen 24 3.2.1. Regeling schorsing en verwijdering 26 3.2.2. Burgerservice nummer (BSN) 27 3.3. Organisatie 27 3.3.1. Organisatie in de kleuterbouw 27 3.3.1.1. Praktische zaken groep 1-2 30 a. Wennen 30 b. Eten en drinken 31 c. Gym 31 d. Verjaardagen 32 e. Verjaardag van de juf 32 f. Inloopochtenden en Kijkmiddag 32 g. Contact- en rapportagemomenten 32 h. Halen en brengen 33 i. Informatieavond 33 j. Gedragscode Kledingprotocol 33 k. Bibliotheek bezoek 33 l. Vader- en moederdag 34 3.3.2. Alg. gegevens en basisvaardigheden voor de groepen 3 t/m 8 34 a. Jarig zijn 34 b. Rapporten 34 c. Contact- en rapportagemomenten 34 d. Huiswerk 35 e. Eten en drinken 37 f. Boekbesprekingen, spreekbeurten en werkstukken 37 g. Creaworkshops/Ateliers 37 h. Mobiele telefoons 37 i. MP3-spelers/iPods 38 j. Tablets 38 k. Gedragscode 38 l. Vader- en Moederdag 38 m. Seksuele voorlichting 38 n. Groep 8. Bijzondere activiteiten met data 39 3.3.2.1. Lezen 41 3.3.2.2. Taal / Spelling 43 3.3.2.3. Schrijven 44 3.3.2.4. Rekenen en wiskunde 44 3.3.2.5. Wereldoriënterende vakken 45 Topondernemers, het ándere zaakvakonderwijs 45 Topografie 47 Schooltelevisie op het smartboard 47 Verkeer 47 Techniek 48 Engels 49 3.3.2.6. Culturele Creatieve vakken 50 3.3.2.7. Bewegingsonderwijs 51 3.3.2.8. Moderne Media 53 3.4. Catechese (groep 1 t/m 8) 56 3.5. Bijzondere activiteiten 56 4
HOOFDSTUK 4 DE ZORG VOOR KINDEREN 4.1. De Zorgstructuur van de school 58 4.1.1. De Interne Zorgstructuur 58 4.2. De Externe zorgstructuur 61 4.2.1. De aan school gelieerde externe zorgstructuur 62 4.2.1.1. Onderwijsadvies West Zuid-Holland (OA) 62 4.2.1.2. Onderzoek op initiatief van de ouders 62 4.2.1.3. Onderzoek door orthopedagoge verbonden aan school 62 4.2.1.4. Samenwerkingsverband 2802 PPO Delflanden 62 4.2.1.5 Schoolondersteuningsprofiel 64 4.2.1.6. De Lokale Ondersteuningsadviseur 64 4.2.1.7. Extra Ondersteuning en Lesplaatsen 64 4.2.1.8. Ontwikkelingsperspectief 65 4.2.1.9. Zorgondersteuning/RT 65 4.2.2. De niet aan school gelieerde zorgstructuur 65 4.3. Het leerling- en onderwijs volgsysteem 66 4.3.1. Interpretatie van de Citotoetsen 68 4.4. Het volgen van de vorderingen van de technische leesvaardigheid 68 4.5. Het onderwijs aan (hoog)begaafde kinderen 71 4.6. Van Basisonderwijs naar Voortgezet Onderwijs 72 HOOFDSTUK 5 DE LEERKRACHTEN 5.1. Wijze van vervanging bij verlof, scholing en ziekte 76 5.2. Scholing van leerkrachten 76 5.3. Begeleiding en inzet van stagiaires 77 HOOFDSTUK 6 DE OUDERS 6.1. Contact tussen ouders en leerkrachten 78 6.2. Informatievoorziening 78 6.2.1. Informatieavonden 79 6.2.2. Nieuwsbrief algemeen 79 6.2.3. Nieuwsbrief kleutergroep / groepen 3 en 4 79 6.2.4. De site van De Waterwilg 80 6.3. De Oudervereniging (OV) 80 6.4. De contributie voor de Oudervereniging 81 6.4.1. Ontheffingsprocedure 82 6.5. De Medezeggenschapsraad (MR) 82 6.6. De leerlingenraad 84 6.7. Hulpouders 84 6.8. Klasouder 84 6.9. Verzekeringen 85 6.10. De financiën van De Waterwilg 85 6.11. De overblijf 88 6.12. Klachtenregeling 90 HOOFDSTUK 7 ONTWIKKELING VAN HET ONDERWIJS IN DE SCHOOL 7.1. Het onderwijs en de werkvormen 7.2. Nieuwe Methoden en Ontwikkelingen in de school 7.3. Rapporten 7.4. Resultaten van het onderwijs 7.5. Kwaliteitsverbetering
92 92 95 96 98
HOOFDSTUK 8 DIVERSEN 8.1. Gevonden voorwerpen 100 8.2. Speelplaats afspraken 100 8.3. Verkeersveiligheid 101 8.4. Sponsoring 101 8.4.1. Het Kenia project 101 8.4.2. Het Makena project 103 8.4.3. Het Busara project 104 8.5. Ontruimingsplan 105 8.6. De Waterwilg, een rookvrije school 106 8.7. Jeugdgezondheidszorg 106 8.8. Zorgnetwerk 108 8.9. Verwijsindex 108 8.10. Meldcode 109 8.11. Overige zaken (voor- en naschoolse opvang) 110 HOOFDSTUK 9 HET BESTUUR 113 HOOFDSTUK 10 HANDIGE ADRESSEN 115
5
HOOFDSTUK 1
ALGEMENE GEGEVENS
RKBS De Waterwilg De Poort 4 2631 PT NOOTDORP Telefoon : 015 310 53 00 Internet : www.dewaterwilg.nl E-mail :
[email protected]
Het hoofdgebouw van De Waterwilg bestaat uit 2 gebouwen, verbonden door de loopbrug met elkaar. Daarnaast is er een dependance (de Buis) gelegen achter de sporthal. In de Villa: Begane grond:de teamkamer de reproruimte de directie de administratie ruimte vakdocenten bewegingsonderwijs 1 spreekkamer 3 groepen 1-2
In het Koetshuis: (gebouw links op de speelplaats) Begane grond: 1 groepen 3 4 groepen 1-2 Verdieping: 3 groepen 4 2 groepen 3
Dependance (de Buis): Verdieping: 3 groepen 5 3 groepen 7 3 groepen 6 3 groepen 8 ruimte intern begeleider 1 Media ruimte/ de teamkamer Kangoeroe en Technieklokaal RT / ruimte 6
Team van De Waterwilg Management Marijke Paap Anneke Peters Juliëtte Goemans
directeur IB groep 4-5-6 IB groep 7-8
Groepsleerkrachten Carola Jeursen groep 1a-2a Marloes Olsthoorn groep 1b-2b Nicole van der Zwan ma, di, vrij groep 1c-2c Pauline Grobben woe, do groep 1c-2c Mandy Binkhorst ma, woe, do, vrij groep 1d-2d Babette Maronier di groep 1d-2d Milou v.d. Ree groep 1e-2e Gonnie de Groot di, woe, do, vrij groep 1f-2f Anthonet van Kempen ma groep 1f-2f Monique Collee groep 1g-2g Sylvia Post ma, di, woe, do groep 3a Annette Snelders vrijdag groep 3a Corine Kester ma, di, do, vrij groep 3b Regine Reinders woe groep 3b Esther van der Geest ma, di groep 3c Martine Karskens woe, do, vrij groep 3c Marjolijn Duinker groep 4a Hanneke Gravendeel ma, di, woe groep 4b Annemarie Sluis do, vrij groep 4b Monique de Koff groep 4c Joyce Marrevee groep 5a Mariska Brandenburg groep 5b Cindy van Veen groep 5c Tom Reinking groep 6a Regine Reinders ma groep 6b Recep Yildiz di, woe, do, vrij groep 6b Judith Haring ma, di, woe, do groep 6c Regine Reinders vrij Adriënne Klop ma, di, woe groep 7a Nadia van Beek woe, do, vrij groep 7a Tamara Stork ma, di, woe, do groep 7b Evelien Wasserman vrij groep 7b Maike Kouwenhoven groep 7c Jolijn van Zanten ma, di, woe, do groep 8a Babette Havenaar vrij groep 8a Michelle Onderwater ma, di, woe wissel do, vrij groep 8b Esther van der Geest woe is wissel groep 8b Caroline de Croon ma, di, woe, do groep 8c Sylvia Post vrij groep 8c * Als er niets staat vermeld achter de naam van een teamlid, houdt dit in, dat dit teamlid full time voor de groep staat. Personeelsleden vetgedrukt zijn de leerjaarcoördinatoren. 7
Overige taken/personeel: Agneta Tuijl Carla Yperlaan
administratie administratie
Hilde Cromjongh Athonet Kempen Annemarie Sluis
kangoeroegroep 1 t/m 4 kangoeroegroep 1 t/m 4 kangoeroegroep 5 t/m 8
Anneke Peters Jolijn van Zanten
kanjercoach kanjercoach
Babette Havenaar Paulien van Kempen Annette Snelders
Orthopedagoge IB groep 1-2 RT ondersteuning en SEN groep RT ondersteuning
Cor van der Plas
schoolmaatschappelijk werker
Jeroen Kroon Youri Deelen
vakleerkracht bewegingsonderwijs vakleerkracht bewegingsonderwijs
Paula Veger vervanging Evelien Wasserman vervanging De Waterwilg heeft 27 groepen: 7 kleutergroepen, daarna van elke groep er 3; 3 groepen 3, 3 groepen 4 enz. Ook heeft De Waterwilg 1 Kangoeroegroep (voor leerlingen die meerdere uitdagingen nodig hebben) en 1 SEN groep (voor leerlingen met een specifieke onderwijs behoefte ) De gemiddelde groepsgrootte varieert. Bij de kleuters is de groepsgrootte bij aanvang van het schooljaar klein, afhankelijk van het jarig zijn, stroomt een groep vol. Het streven is de groepsgrootte te houden op 28 leerlingen. Dit is een keuze. De keuze is gemaakt met de MR en heeft alles te maken met het financiële plaatje van De Waterwilg. Een school zoals De Waterwilg heeft jarenlang een andere groepsgrootte gekend. Financieel is dit helaas niet meer haalbaar. De omvang van de groepen heeft echter ook direct te maken met de missie en de visie van school. Er zijn keuzes en afwegingen gemaakt.
Personeel Bij aanvang van het schooljaar 2015-2016 telt de school 623 leerlingen. Er zullen naar verwachting nog 48 kinderen binnenstromen en er zijn 45 mensen werkzaam. Binnen het team zijn er leerkrachten die fulltime werken en leerkrachten die parttime werken. Dit schooljaar gaan er 4 leerkrachten een studie masterclass volgen en zijn daarom op vrijdag afwezig. 1 leerkracht gaat de post HBO Mediawijsheid volgen en is daardoor op woensdag afwezig. 1 leerkracht gaat een studie Talentontwikkeling volgen en is daardoor op dinsdag afwezig. Er zijn daarnaast 3 leerkrachten die gebruik maken van de vitaliteitssregeling. Deze regeling is er voor personeelsleden vanaf 52 jaar. Hierdoor kan ouder personeel minder gaan werken. De regeling is ingevoerd om senioren in het onderwijs te behouden voor het onderwijs.
8
Schooljaar 2015-2016 bestaat het management uit de directeur Marijke Paap en de intern begeleiders Juliëtte Goemans en Anneke Peters. Zij gaan zich puur richten op het overkoepelend beleid t.a.v. zorg en onderwijskwaliteit.
De organisatorische taken t.a.v. de jaargroep blijven een taak van de leerjaarcoördinator. Een leerjaarcoördinator organiseert en coördineert de praktische zaken van de jaargroep. Richting het management zijn zij ondersteunend en meedenkend t.a.v. het beleid. Managementleden staan niet voor de groep, een leerjaarcoördinator is tevens groepsleerkracht. Voor u als ouder betekent dit concreet dat u voor zaken aangaande het onderwijs, gegeven in de groep van uw kind, terecht kunt bij de groepsleerkracht. Voor overige zaken (schoolbeleid, zorg en onderwijs, klachten, complimenten etc.) kunt u terecht bij het management. De directeur heeft in deze de eindverantwoordelijkheid. Er zijn dit schooljaar 3 intern begeleiders werkzaam te weten: Babette Havenaar Anneke Peters Juliëtte Goemans
voor de groepen 1-2-3 voor de groepen 4, 5 en 6 voor de groepen 7 en 8
et nieuwe logo
Dit schooljaar zal de begeleiding van (hoog)begaafde leerlingen gedaan worden voor de groepen 1 t/m 4 leerlingen door Hilde Cromjongh met ondersteuning van Anthonet Kempen op de dinsdagochtend en Annemarie Sluis. Annemarie Sluis werkt elke maandag met de leerlingen van de 5 t/m 8 leerlingen van de groepen 1 t/m 4. Paulien van Kempen richt zich op RT en de SEN groep, Babette Havenaar richt zich op de onderzoeken. José Voorham is op afroep werkzaam op De Waterwilg. Zij is een bovenschoolse coach, vanuit Lucas Onderwijs. Personeelsleden volgen bij haar een coachingstraject. Binnen het management is er een coachingstraject opgesteld met instemming van het personeel en de MR. Het traject is er om personeelsleden te ondersteunen en te begeleiden om de kwaliteit van het onderwijs te waarborgen. José Voorham doet deze werkzaamheden voor leerkrachten van groep 1 t/m 8. In het kader van de coaching en begeleiding kan het zijn dat er video-/filmopnames plaatsvinden. Net als bij andere begeleidingsfunctionarissen wordt er een beroepscode gehanteerd, waarin staat dat de gemaakte opnames alleen gebruikt worden voor intern gebruik of dat zij worden gebruikt als leertraject op een opleidingsschool. Elke ouder heeft aan het begin van het schooljaar een formulier ontvangen om daarvoor toestemming te verlenen of niet. Het management krijgt ondersteuning en begeleiding van Lucas Onderwijs, het bestuur waar De Waterwilg onder ressorteert. Bij afwezigheid van de directeur wordt deze vervangen door leden van het managementteam.
Huisvesting Ons hoofdgebouw biedt huisvesting aan 19 groepen. De Waterwilg streeft naar een evenwichtige groepsgrootte. De groei en de grootte van de groepen zijn aandachtspunten en agendapunten in het overleg, dat de school regelmatig heeft met de MR. De groepen 5 en 6 zijn gehuisvest in de dependance en de overige groepen zijn gehuisvest in het hoofdgebouw. De Gemeente Pijnacker-Nootdorp heeft in 2004 een semipermanent gebouw neergezet achter de sporthal. Dit gebouw moet 15 jaar blijven staan om het aantal basisschoolleerlingen te kunnen
9
opvangen. Het semipermanente gebouw heeft 13 lokalen, waarvan 6 voor de PC school De Regenboog en 7 lokalen voor RKBS De Waterwilg zijn. De lokalen hebben dezelfde afmeting als in het hoofdgebouw. Daarnaast heeft de dependance de beschikking over een eigen magazijn, toiletten, teamruimte, IB/Directieruimte, een inpandige berging en een eigen ingang. De ingang is alleen bedoeld voor team, ouders en leerlingen van De Waterwilg. Het is niet de bedoeling om het gebouw te benaderen via de entreedeur van De Regenboog. Om het gebouw is een speelplaats die gedeeld wordt met De Regenboog. In het zgn. ‘handjeslokaal’. (Dit lokaal heet zo, omdat er een groot schilderij met handafdrukken hangt, gemaakt door leerlingen en als cadeau aangeboden, toen wij het nieuwe gebouw betrokken) is de mediatheek te vinden, het Ontdekkasteel en huisvest de Kangoeroegroep.
Dependance Eerste lokaal aan de rechterkant Tweede lokaal aan de rechterkant Derde lokaal aan de rechterkant
groep 5a groep 5c groep 6b
juf Joyce juf Cindy meester Recep en juf Regine
Eerste lokaal aan de linkerkant Tweede lokaal aan de linkerkant Derde lokaal aan de linkerkant
groep 5b groep 6c groep 6a
juf Mariska juf Judith en juf Regine meester Tom
Management lid en tevens IB-er Anneke Peters vindt u aan het eind van de gang, achter de oranje deur aan de rechterkant.
Schooltijden Groepen 1 t/m 8 maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag 8.30 uur - 12.00 uur 13.30 uur - 15.30 uur Om de uitstroom goed te laten verlopen komen de kinderen uit de groepen 1-2 vijf minuten eerder naar buiten; 11.55 en om 15.25 uur woensdag groepen 1 t/m 4 groepen 5 t/m 8
8.30 uur - 11.30 uur 8.30 uur - 12.30 uur
Op woensdagmiddag hebben alle kinderen vrij. Voor wie zijn de entree deuren ? De deur op de begane grond bij het Koetshuis is de entreedeur voor de groepen 1a–2a, 1b-2b, 1c-2c, 1d-2d en voor groepen 3 en 4. De deur bij de Villa aan de grote speelplaatskant is de entreedeur voor de groepen 7 en 8. De deur bij de Villa aan de kant van het parkeerterrein is de entreedeur voor de groepen, 1e-2e, 1f-2f en 1g-2g. De dependance (voor de groepen 5 en 6) heeft een eigen deur voor De Waterwilg, aan de kopse kant vlak bij de sporthal.
10
De ouders van de groepen 1-2 begeleiden hun kinderen naar binnen. De ouders van de groep 3 kinderen mogen echter slechts mee naar binnen tot de herfstvakantie. De kinderen van de groepen 4 komen zelfstandig naar binnen.
Wij merken dat leerlingen steeds vroeger naar school komen, wij hebben echter géén pleinwacht.
Vakanties en vrije dagen Herfstvakantie Kerstvakantie Voorjaarsvakantie Paasweekend Koningsdag Meivakantie Zomervakantie
19 oktober 2015 t/m 26 oktober 2015 18 december 2015 t/m 04 januari 2016 19 februari 2016 t/m 26 februari 2016 24 maart 2016 t/m 28 maart 2016 27 april 2016 02 mei 2016 t/m 17 mei 2016 08 juli 2016 t/m 19 augustus 2016
(start is op vrijdag) (start is op vrijdag) (start is op donderdag)
(start is op vrijdagmiddag)
Vrije dagen groepen 8: Dinsdag Vrijdag Dinsdag Vrijdag Dinsdag
15 dec 10 juni 14 juni 17 juni 5 juli
2016 groepen 8 in de middag 2016 groep 8b en 8c i.v.m de musical 2016 groep 8a en 8b i.v.m de musical 2016 groep 8a en 8c i.v.m de musical 2015 groepen 8
Vrije woensdag groep 1 t/m 8 i.v.m. studiedag Woensdag 11 november 2015 Woensdag 16 maart 2016
Opbrengst voor dierenpension in Rijswijk
Vrije woensdag groepen 1 en 2 i.v.m. studiedag Woensdag 27 januari 2016 Woensdag 1 juni 2016 Naast dit overzicht van de vrije dagen, geeft De Waterwilg een activiteitenkalender uit. Aan het begin van het nieuwe schooljaar zult u deze kalender van ons ontvangen. Op de kalender vindt u per maand de activiteiten, de vakanties en extra vrije dagen. Er kan van de planning op de kalender afgeweken worden. Vrijdagmiddag 28 augustus wordt het schooljaar geopend. Er wordt dan aandacht besteed aan ons project Zinloos Geweld, met daarbij Lieve het lieveheersbeestje voor de kleintjes en onze Leefregels. Schoolbreed wordt er in het schooljaar 2015-2016 aandacht besteed aan de Leefregel: ‘Aandacht voor je zelf en elkaar, de leefomgeving en het milieu’.
Protocol Vrijaf vragen Nu de vakanties en vrije dagen zo ruim van tevoren bekend zijn, kunt u tijdig uw vakanties en vrije dagen indelen zonder vrij te hoeven vragen voor verzuim op schooldagen. Toch kan het voorkomen dat u in de loop van het schooljaar, door verschillende oorzaken, een vrije dag wilt aanvragen. Op de site of bij de administratie vindt u dit formulier. Door het invullen van dit speciaal daarvoor bestemde formulier kan uw aanvraag worden behandeld. De directeur bepaalt of het verlof wel of niet wordt toegestaan. U krijgt het formulier ondertekend terug met daarop vermeld of het verlof wel of niet is toegestaan.
11
Op de achterkant van het formulier staan de criteria aangegeven op grond waarvan de directie het verlof mag goedkeuren: • in gevallen waarin een werknemer volgens de gangbare CAO’s vrij krijgt; • door uw werkgever wordt u geen vakantieverlof toegekend tijdens de schoolvakanties (een werkgeversverklaring is in deze vereist); • in gevallen van bijzondere familie omstandigheden (éénmalige gebeurtenis); het bijvoegen van een kopie van bijv. uitnodigingskaart is noodzakelijk; • het lidmaatschap van een regionale of nationale selectie; het bijvoegen van een kopie van de betreffende bond of organisatie is noodzakelijk; • indien er sprake is van een eenmanszaak of seizoensbedrijf en men voor de inkomsten in belangrijke mate aangewezen is op arbeid tijdens de schoolvakanties; • in andere bijzondere gevallen kunt u zich wenden tot de directie. De directie is verplicht in geval van ongeoorloofd verzuim de leerplichtambtenaar van de gemeente Pijnacker-Nootdorp op de hoogte te stellen. Uw kind is leerplichtig, vanaf het moment dat het vijf jaar geworden is. Ook voor onze vierjarigen vragen wij u het verlofformulier in te vullen. Het rooster van vakanties en regels voor vrijaf geven geldt ook voor de andere basisscholen in Pijnacker-Nootdorp.
Aanvraag van verlof in geval van afspraak Ook kan het zo zijn, dat u even verlof nodig heeft, omdat u een afspraak heeft met uw kind bij de dokter, tandarts, specialist etc. Afspraken tot 9.00 uur of vanaf 14.45 uur kunnen telefonisch worden doorgegeven. Voor afspraken buiten deze tijden om, moet u een verlofformulier invullen. U kunt het aanvraagformulier verlof vinden op de site of bij de administratie. Wij verzoeken u echter, om de afspraak niet midden op de of tijdens een toets periode te maken. Wanneer uw kind toch een afspraak heeft midden op de dag, dan verzoeken wij u om uw kind op te halen van school; wij sturen kinderen nl. niet alleen naar huis. Dit geldt niet voor leerlingen uit groep 7 en 8.
Traject na afwijzing van de aanvraag tot verlof Indien uw aanvraag tot verlof wordt afgewezen door de directeur van de school, kunt u een heroverweging aangaande het verlof indienen bij de afwijzer van het verlof, in deze de directeur. Aanvragen betreffende een langer verlof (b.v. een week vakantie) legt de directeur altijd voor aan de leerplichtambtenaar. Indien het verlof na heroverweging opnieuw wordt afgewezen, dan kunt u tegen beslissingen van de directeur en/of de leerplichtambtenaar een bezwaarschrift indienen, als u het er niet mee eens bent. De gemeente kan u informeren over de zogenaamde Awb procedure. Als u een bezwaarschrift wilt indienen, moet u dit doen bij degene die de beslissing heeft genomen, waar u het mee oneens bent. Een bezwaarschrift moet worden ingediend binnen 6 weken nadat de beslissing aan u is verzonden en/of overhandigd. Van de gesprekken aangaande afwijzing van het verlof, wordt een verslag gemaakt. Dit verslag leggen wij voor aan de ouders en vragen hen te tekenen voor gezien, wordt er niet getekend dan noteren wij dat. Ongeoorloofd of véélvuldig afwezig zijn van leerlingen wordt gemeld bij de leerplichtambtenaar.
Protocol melding bij ziekte en dergelijke
12
Als uw kind ziek is en daardoor niet naar school kan, dan verzoeken wij u dit voor aanvang van de les door te geven. Wij zijn altijd telefonisch te bereiken, omdat De Waterwilg een antwoordapparaat heeft. Tevens kunt u via de site www.dewaterwilg.nl de ziekmelding doorgeven. Is uw kind langer dan een week ziek, dan nemen wij contact op om te informeren hoe het gaat. Daarnaast is het voor u als ouder verplicht om melding te maken van:
• Kinkhoest. De school moet dit de GGD melden in geval van meerdere meldingen. Indien er veel gevallen worden gemeld, moet de school dit berichten aan de overige ouders. • Overige kinderziektes en ziektes. • Luizen. De Waterwilg wordt net zoals elke andere school in Nederland geconfronteerd met luizen. Op onze school is er een team van ouders (uit de groep van uw kind), die u en ons helpt luizen te voorkomen. Dit team van ouders controleert na elke vakantie. De gang van zaken rondom de luizen hebben wij beschreven in het luizenprotocol. Het luizenprotocol vindt u op de site van De Waterwilg, onder het kopje protocollen. Om de luizen nog beter te bestrijden kunt u op school een luizencape kopen. Dit is onderdeel van het beleid van de school. Wij gaan daarbij voor uniformiteit van de luizencapes. Onze luizencape is te koop is bij de administratie. (N.B. alleen de luizencapes van school kunnen gebruikt worden).
Wetenswaardigheden voor nieuwe ouders Adoptiegroepen Dit zijn twee klassen die met elkaar samenwerken. Het betreft een samenwerking tussen jonge en oudere leerlingen zodat zij zich in een grote school met elkaar verbonden voelen en van elkaar kunnen leren. Meestal zijn de groepen 1-2 verbonden aan de groepen 5-6 en de groepen 7-8 hebben een groep 3-4 geadopteerd.
Gekke Kapseldag
Boekenpret Dit schooljaar doet de school weer mee met het project Boekenpret. Al in 2003 is Boekenpret op drie basisscholen in Pijnacker gestart. Het project is een succes. Mede daardoor heeft de gemeente besloten Boekenpret aan te bieden aan alle basisscholen in Pijnacker-Nootdorp. Boekenpret is een leesbevorderingsproject voor peuters en kleuters. Het moedigt kinderen en hun ouders aan te genieten van het samen lezen. Zo wordt de taalontwikkeling gestimuleerd. Cultuurochtend Deze ochtend staat in het teken van Cultuuractiviteiten. De Derde Kamer wat is democratie? Om die vraag draait het gratis lespakket ‘De Derde Kamer der Staten Generaal’. Het lespakket is bedoeld voor klassikaal gebruik door de 8. Het behandelt onderwerpen zoals: onderwijs, sport, milieu en andere zaken die leerlingen direct aangaan. De leerlingen leren aan de hand van een debatspel met de groep hoe politiek werkt. In het spel kan gestemd worden over stellingen, plannen verdedigen. De klas leert democratisch te beslissen. De groep ontvangt een koffertje met een dvd. Op de dvd leggen leden van de Eerste en Tweede Kamer uit hoe de Nederlandse democratie werkt. Gekke Kapseldag Een initiatief in schooljaar 2011-2012 bedacht vanuit de Leerlingenraad. Een groot succes gebleken, dat wordt herhaald. Leerlingen van de groepen 5 t/m 8 mogen deze dag met een bijzonder kapsel naar school komen.
13
Kabouter seizoenpaden; dit zijn speurtochten met opdrachten voor de groepen 1-2. In kleine groepjes gaan de kleuters onder begeleiding van ouders de wijk in op zoek naar kabouters. Bij elke kabouter hoort een opdracht. Per schooljaar wordt er een keuze gemaakt, welk seizoen aan de beurt is. Voor dit schooljaar hebben wij gekozen voor het Lentepad. Kerstdiner en de kerstborrel Op de woensdagavond voor de Kerst komen de kinderen van groep 1 t/m 7 van 17.30 uur tot 19.00 uur naar school voor het kerstdiner. Het diner wordt verzorgd door de kinderen, ieder kind maakt of neemt iets mee voor het kerstdiner. Het thema is ‘van elkaar voor elkaar’. Tijdens het diner kunt u op de speelplaats genieten van een hapje en een drankje. De speelplaats is omgetoverd in kerstsferen. Het hapje en drankje bieden wij deels aan, deels moet u er voor betalen. De opbrengst is voor ons Kenia project. Groep 8 komt de dinsdagavond voor kerst naar school. Zij zullen deze avond een echt kerstgaladiner krijgen. De leerlingen zullen voorafgaand aan deze avond, de middag vrij hebben. Inloopochtenden De inloopochtenden zijn bedoeld voor de ouders van de kinderen uit de groepen 1 t/m 4. Deze inloopochtenden vinden twee maal in het jaar plaats. Een keer in de eerste helft van het schooljaar en een keer in de tweede helft van het schooljaar. De data staan op de activiteitenkalender vermeld. De ouders kunnen aan het begin van de ochtend van 8.30 uur tot 9.15 uur in de klas van hun kind komen kijken. Zo kunnen de ouders zien en ervaren hoe de kinderen in de klas werken. Daarnaast worden specifieke inloopmomenten georganiseerd voor andere leerjaren. Op deze momenten staat dan 1 specifieke methode of les centraal zoals bijvoorbeeld Kanjertraining of Snappet. Juf- en Meesterdag Dit schooljaar zullen de leerkrachten van de groepen 1 en 2 de verjaardagen vieren op een zelfgekozen dag. De leerlingen mogen deze dag dan ook verkleed naar school komen. De juffen en meesters van de groepen 3 t/m 8 zullen de verjaardagen vieren op de ochtend voorafgaand aan De Waterwilg middag. Deze ochtend zal dan geheel in een feestelijke stemming zijn. Kwartiermakers Lezen is cruciaal voor de persoonlijke ontwikkeling. De leesvaardigheid van kinderen neemt toe als leerlingen elke dag een kwartier lezen. Lezen verrijkt en opent deuren en vergroot je wereld. Met een kwartier lezen per dag ontwikkelt een kind een grote woordenschat, goed taalbegrip. Elke dag lezen wij in de groep 15 minuten samen met de leerkracht. Door een hoger leesniveau worden andere vakken toegankelijker en kunnen kinderen hun talent beter ontwikkelen. De Waterwilg is het afgelopen schooljaar gestart met de pilot ‘lees 15 minuten per dag’. Ook dit schooljaar zullen wij hier weer aandacht aan besteden. Meeloopmiddag In de kleuterperiode bieden wij u ook de mogelijkheid om een middag in de klas te komen kijken. Op deze manier kunt u zelf ervaren hoe er in de groep van uw kind wordt gewerkt. Voor een middag worden maximaal 2 ouders uitgenodigd. Via een mededeling op het prikbord bij het klaslokaal kunt u zich inschrijven. 14
Musical De groepen 8 voeren elk jaar een musical op. Dit gebeurt in het culturele centrum, CulturA in de Dorpsstraat te Nootdorp. Elke groep heeft diverse uitvoeringen, voor de leerlingen en voor de ouders. Elke groep 8 heeft dezelfde musical, ieder met hun specifieke invulling. Opa en Oma Inloop Wat is er leuker dan je opa en oma een kijkje te laten nemen in de klas? Op de Opa en Oma Inloop zijn onze opa’s en oma’s van harte welkom. Wel wordt er een schema gemaakt op achternaam, anders stroomt de school te vol. Opening schooljaar Het schooljaar wordt traditiegetrouw geopend op de eerste vrijdag van het nieuwe schooljaar. Op de speelplaats laten de kinderen aan elkaar zien en horen hoe de leefregel van het schooljaar ‘Aandacht voor je zelf en elkaar, de leefomgeving en het milieu’ betekenis en inhoud krijgt. Tevens wordt het thema van de Projectweek bekend gemaakt en ontvangen de kinderen in de groepen een gezonde traktatie.
Kabouter seizoenpad
Peuterestafette De peuterestafette is een overdrachtsinstrument waarmee de overgang van peuterspeelzaal en kinderdagverblijf naar de basisschool kan worden vergemakkelijkt. Het beoogt de samenwerking tussen voorschool en basisschool te versterken, zodat het kind snel kan wennen op de basisschool. Pietenochtend Deze ochtend is er voor de leerlingen van de groepen 1 t/m 4. In de ochtend gaan de leerlingen in groepjes door de school heen allerlei activiteiten doen die met Sinterklaas te maken hebben. Projectweek Dit jaar hebben wij gekozen voor het thema: Natuur, Wetenschap en Techniek Schoonmaakavond Op De Waterwilg wordt er door een schoonmaakbedrijf elke dag schoongemaakt; de toiletten, de gangen en de lokalen van de kleutergroepen worden iedere dag schoongemaakt en gedweild. De andere lokalen en ruimtes worden volgens een schema schoongemaakt. Tevens vinden er extra werkzaamheden plaats, zoals het in de was zetten van de vloeren, het schoonmaken van de entreedeuren, het ontsmetten van de deurklinken en de trapleuningen en het zemen van de buitenramen (2 keer per jaar). Toch hebben ouders aangegeven in de ouderenquête, dat zij graag zagen, dat er meer wordt schoongemaakt. Met elkaar hebben wij daarop bedacht ouders in te schakelen voor een schoonmaakavond. Ook kan het zo zijn, dat een groepsleerkracht daarnaast vraagt om hulp bij een extra schoonmaak. De leerlingen van de leerlingenraad hebben aangegeven, dat zij in de groepen extra aandacht blijven besteden aan het toiletgebruik.
15
De Verbeelding dit is een kunstmanifestatie in Pijnacker (de laatste week van september). De Waterwilg huurt op de creamarkt een kraam, waarbij er door de kinderen zelfgemaakte kunst en Keniaanse kunst wordt verkocht voor het meisjesproject. Het meisjesproject op De Waterwilg heet Het Makena project. (Activiteit groep 8) Voorleesontbijt De start van de Nationale Voorleesdagen begint met een voorleesontbijt voor de groepen 1 t/m 4. De leerlingen mogen dan in pyjama naar school komen. Opa’s en oma’s worden uitgenodigd om te komen voorlezen en de leerlingen nuttigen een klein ontbijtje. Waterwilg dag De Waterwilg dag is een dag, die in het teken staat van leuke activiteiten van kinderen voor kinderen. Zo kunnen kinderen iets opvoeren, een dansje laten zien, playbacken, etc. Ouders zijn deze middag van harte welkom, indien De Waterwilg dag buiten gevierd kan worden. Bij slecht weer vindt deze activiteit plaats in de sporthal.
Voorleesontbijt
Workshops na schooltijd Afgelopen schooljaar is De Waterwilg gestart met het organiseren van workshops. De workshops worden gegeven door externe organisaties. Verschillende disciplines kwamen aan bod: karate, dans en techniek. Dit schooljaar worden de workshops in samenwerking gegeven met SKS Alles Kids. Bij sommige clinics kan een bijdrage worden gevraagd. De workshops vinden na schooltijd plaats op verschillende dagen in een periode van 6 weken en duren 1 uur. Via de nieuwsbrief wordt u over de workshops geïnformeerd en kunt u inschrijven.
16
HOOFDSTUK 2
WAAR DE SCHOOL VOOR STAAT
2.1. Identiteit... een bijzonder uitgangspunt Onze basisschool is een katholieke school. Dat betekent dat ons leven en werken in de school mede bepaald wordt door een christelijke levenshouding. Soms zal dit duidelijk aanwijsbaar zijn, wanneer wij stilstaan bij de tekst van de dagopening bij aanvang van de lessen, of wanneer wij de nadruk leggen op specifiek katholieke activiteiten zoals Kerstmis en Pasen. Vaak zal deze levensbeschouwing ‘verborgen’ aanwezig zijn. Vanuit onze methode Trefwoord, vertellen wij Bijbelverhalen, maar ook verhalen die meer maatschappelijk van aard zijn, zodat het kind een leidraad meekrijgt om in het leven te kunnen staan. Deze methode wordt gebruikt voor de groepen 1 t/m 6. De leerlingen van de groepen 7 en 8 krijgen lessen uit de methode Wereldwijd Geloven. In twintig thema’s komen de belangrijkste kenmerken van de grote wereldgodsdiensten aan de orde. De feesten, de heilige boeken, de gebedshuizen, goed en kwaad, leven na de dood en de godsdienst thuis komen allemaal aan bod. Aan de hand van foto’s, tekeningen en korte teksten krijgt de lezer een beeld van de godsdiensten. Wereldwijd geloven zet de godsdiensten op een gelijkwaardige manier naast elkaar.
Waterwilgdag
Een bezoek aan de kerk kan een onderdeel hiervan zijn. Echter de specifieke vieringen rondom Pasen en Kerst vinden plaats in onze eigen school. Het speellokaal wordt veranderd in het thema. Er zijn 4 vieringen, waarbij adoptiegroepen vaak aan elkaar gekoppeld zijn. Leerlingen uit de groepen 4 kunnen deelnemen aan de Eerste Heilige Communie en leerlingen van de groepen 8 kunnen deelnemen aan het Heilig Vormsel. Bij de viering van de Eerste Heilige communie zal er namens het team iemand aanwezig zijn. Bij de viering van het Heilig Vormsel niet. De leerlingen die aan het Vormsel deelnemen, ontvangen een kaart vanuit de school. De leerlingen van de groepen 4 en 7, brengen in het schooljaar 2015-2016 een bezoek aan de kerk. Wij vinden het belangrijk de normen en waarden vanuit onze identiteit mee te geven aan de kinderen.
2.2. Algemene uitgangspunten Ons uitgangspunt is, dat het opvoeden van de kinderen een samenspel is tussen ouders en leerkrachten. De Waterwilg heeft, naast het geven van goed onderwijs, ook een opvoedkundige taak. Wij vinden een veilige en ontspannen sfeer op onze school erg belangrijk. De omgang tussen kinderen, het team en de ouders geschiedt op basis van respect. Het team heeft samen met de MR een waarden- en normenstelsel opgesteld. Het zijn de leefregels van de school. Deze leefregels hangen in elke klas en door de school heen, zodat elke bezoeker kan zien en lezen waar wij met elkaar voor staan. 17
Onze leefregels zijn: 1. Aandacht voor jezelf en elkaar, de leefomgeving en het milieu 2. Respect hebben voor elkaar 3. Eerlijk en open zijn 4. Verdraagzaam zijn 5. Samen werken en samen spelen 6. Vriendelijk en beleefd spreken 7. Een gevoel van eigenwaarde opbouwen 8. Zich inspannen om zichzelf te ontplooien 9. Werk en (t)huiswerk goed verzorgen naar een ieders vermogen 10. Conformeren aan de schoolregels. De gezamenlijke verantwoordelijkheid komt tot uitdrukking in een goede wederzijdse informatieoverdracht en een open communicatie. In de groepen hangen de regels vertaald in kindertaal. Geven ouders hun kind op voor De Waterwilg, dan conformeren zij zich aan de visie, missie en de afspraken die wij hebben. Dit betekent dus dat de regels door ouders en kinderen nageleefd moeten worden. Respect vinden wij zeer belangrijk. In geval van agressie, bedreiging of verbaal geweld, doen wij melding bij de politie. De Waterwilg heeft ook protocollen. Het protocol rouwverwerking melden wij in het bijzonder. Wij hebben besloten dit protocol op de site te plaatsen, zodat u ziet wat wij als school doen wanneer er een ouder overlijdt. Het protocol geeft aan hoe wij leerlingen en ouders van informatie voorzien, welk verhaal wij voorlezen, hoe wij een rouwboeket maken en hoe wij omgaan met rouwverwerking. Andere protocollenzijn o.a. protocol aannamebeleid, protocol camerabewaking, protocol kindermishandeling, het luizen protocol, protocol mediawijsheid, protocol medicijnverstrekking, de Meldcode, protocol onderwijs aan het zieke kind het pestprotocol, het protocol school en scheiding en het protocol schorsen en verwijderen (u kunt deze vinden op de site of bij de administratie). Zowel door de leefregels als de protocollen proberen wij een opvoedkundig en onderwijskundig klimaat te creëren waarin kinderen zich veilig en geborgen voelen en waarbinnen zij zich optimaal kunnen ontwikkelen. Rustig optreden, een open en vriendelijke communicatie en je houden aan afspraken en regels zijn een aantal zaken die ons helpen dit te realiseren. De leerkrachten vervullen een belangrijke voorbeeldfunctie, immers ‘een goed voorbeeld doet goed volgen’. Natuurlijk vinden wij het fijn als een kind met plezier naar school gaat. Met plezier naar school gaan, draagt in onze missie en visie bij aan optimale ontplooiing van uw kind(eren). De school dient een basis te leggen. Een basis voor het kind om zich in de maatschappij te kunnen ontplooien en daaraan een zinvolle verrijking voor zichzelf en voor de wereld om zich heen te kunnen geven. Door veranderingen in de wereld worden er nieuwe eisen aan het onderwijs gesteld. Ook op De Waterwilg wordt gekeken hoe wij onze leerlingen kunnen voorbereiden op de toekomstige maatschappij, waarin zij zich kunnen ontplooien tot wereldburgers. Het stimuleren van de zogenaamde 21st Century Skills krijgt in toenemende mate een plek in ons onderwijs. Vakken als taal en rekenen zijn bekende vakken; wij besteden ook aandacht aan het ontwikkelen van probleemoplossend vermogen, kritisch denken, communiceren, samenwerken, sociaal-culturele vaardigheden, creativiteit en ICT-geletterdheid.
18
Naast de verstandelijke ontwikkeling dienen alle facetten van het kind in het schoolgebeuren naar voren te komen. Hierbij denken wij aan de sociaal-emotionele, de motorische, de zintuiglijke, de communicatieve ontwikkeling en de ontwikkeling van creatieve vaardigheden. Wij willen kinderen leren zelfstandig te zijn en verantwoordelijkheden te dragen. Door het onderwijs zodanig in te richten dat het afgestemd is op het ontwikkelingsniveau van het kind, kunnen de kinderen een ontwikkeling doormaken, die past bij hun eigen mogelijkheden.
Tegen Zinloos Geweld De afgelopen 8 jaar is er tijdens de opening van het schooljaar aandacht besteed aan de actie Tegen Zinloos Geweld, met daarbij voor de leerlingen van de groepen 1 t/m 4 specifieke aandacht voor Lieve, het lieveheersbeestje en de groepen 5 t/m 8 werken vanuit het project Tegen Zinloos Geweld. Zo worden de leefregels die de school heeft opgesteld geborgd. Deze leefregels worden elk jaar opgenomen in de schoolgids en hangen in elke groep en gemeenschapsruimte. De leefregel die dit schooljaar extra belicht wordt is: ‘Aandacht voor jezelf en elkaar, de leefomgeving en het milieu’. Door deze twee onderwerpen met elkaar te combineren ontstaat er specifieke aandacht voor het pedagogische klimaat op de school.
Burgerschapszin
Kanjertraining
Burgerschapszin wil zeggen dat kinderen moeten leren dat zij onderdeel uitmaken van een maatschappij en daar een actieve bijdrage aan leveren. Het begrip is de afgelopen jaren op grote schaal ingevoerd in de wereld. Nederland kon niet achterblijven, vond de Onderwijsraad. De raad wil scholen vrij laten in de manier waarop zij leerlingen burgerschap aanleren. Dat kan in een apart vak maar dat hoeft niet. Goed burgerschap begint volgens de raad op schoolniveau waar kinderen moeten leren zich te gedragen volgens de schoolregels. Ook deelname aan b.v. een leerlingenraad kan het schoolklimaat bevorderen. Kanjertraining draagt bij aan de burgerschapszin. Wij borgen kanjertraining in onze school door de kanjerwerkgroep onder leiding van de kanjercoördinator.
Kanjertraining Op school besteden wij niet alleen aandacht aan leervakken als rekenen, taal en spelling maar ook werken wij aan de sociaal-emotionele vaardigheden van uw zoon/dochter. Hierbij hanteren wij de methode ‘Kanjertraining’. Kanjertraining wordt gegeven in alle leerjaren. Hiermee geeft De Waterwilg invulling aan de Wet Actief Burgerschap en Sociale Integratie. Vrijwel alle leerkrachten hebben hiervoor een aparte opleiding tot kanjertrainer voor gevolgd. Sinds november 2014 mag De Waterwilg zich een kanjerschool noemen. Mei 2014 heeft de commissie van het Nederlands Jeugd Instituut 13 anti-pestmethodes positief beoordeeld. Tot de top 6 methodes behoort de bij ons op school gehanteerde aanpak “ Kanjertraining”. In het rapport van het NJI staat dat Kanjertraining wordt erkend als een training: 1. waarmee pesten kan worden aangepakt en het zelfvertrouwen kan worden verbeterd. 2. waarmee leerlingen in hun sociaal-emotionele ontwikkeling kunnen worden gevolgd. 3. waarbij ouders nadrukkelijk worden betrokken 4. waarmee invulling wordt gegeven aan de Wet burgerschap en sociale integratie.
Kanjertraining gaat uit van de vijf basis-afspraken: 1. Wij vertrouwen elkaar. 2. Wij helpen elkaar. 3. Niemand speelt de baas. 4. Niemand lacht uit. 5. Niemand doet zielig. Deze vijf basisafspraken zult u regelmatig terug horen in de verhalen van uw zoon/dochter.
19
Om in gesprek te gaan over gedrag bij kinderen, maken wij bij de Kanjertraining gebruik van petjes met vier verschillende kleuren. Wanneer er zich een probleem of stressvolle situatie voordoet, hebben we een keuze om verschillend te reageren. Binnen de psychologie wordt dit coping genoemd. Zolang je handelt vanuit vertrouwen en op basis van wederzijds respect, zijn deze verschillen tussen mensen goed en waardevol. Wanneer je zo handelt, noemen we dat binnen de Kanjertraining dat je een drager bent van de witte pet. Je durft jezelf te zijn, je bent zelf te vertrouwen en durft ook anderen te vertrouwen. Kortom: je bent een kanjer. Je kunt een kanjer zijn op verschillende manieren. Je kunt jezelf zijn in combinatie met de zwarte pet. Dan reageer je op een stoere manier. Je vertoont leiderschapsgedrag. Je kunt je grenzen aangeven. Je durft plannetjes te maken en bent ondernemend. Zolang naast de zwarte pet ook de witte pet van het vertrouwen aanwezig is, zullen deze kinderen zich op een hele positieve en krachtige wijze gedragen. Je kunt ook een kanjer zijn in combinatie met de rode pet. Dan ben je vol levenslust. Je hebt een goed gevoel voor humor. Je bent optimistisch en je verstaat de kunst van het relativeren. Zolang naast de rode pet ook de witte pet van het vertrouwen aanwezig is, zullen deze kinderen op een hele positieve en opgewekte manier weten te reageren. Je kunt ook een kanjer zijn in combinatie met een gele pet. Dan ben je vriendelijk, bescheiden en aardig. Zolang naast de gele pet ook de witte pet van het vertrouwen aanwezig is, zullen deze kinderen op een hele positieve en rustige manier weten te reageren. Uiteraard zijn er ook verschillende combinaties van petten mogelijk. Belangrijk gegeven is dat het hierbij gaat om coping. De petten zijn hulpmiddelen om op een respectvolle wijze over gedrag te kunnen praten. Kinderen zijn niet het gedrag van de pet, maar de petten staan voor de keuzes die de kinderen kunnen maken. Kinderen wordt daarmee geleerd dat ze zelf verantwoordelijkheid dragen voor de gedragskeuzes die ze maken. Zolang je drager bent van de witte pet van vertrouwen kun je ook niet zeggen dat de ene combinatie beter is dan de andere combinatie van petten. Wanneer ontstaan de echte problemen? Dat is wanneer de witte pet van het vertrouwen wegvalt. We vervallen dan in reacties die niet meer passen bij de cultuur van wederzijds respect. Het recht van de sterkste begint te gelden. Voor de zojuist genoemde positieve eigenschappen komt dan het woordje ‘te’ te staan. Kinderen reageren dan te krachtig, te stoer en smeden plannen die ten koste gaan van anderen. De vrolijke kinderen reageren nu te lollig met humor dat ten koste gaat van een ander en/of zichzelf. Het gedrag is onvoorspelbaar onbetrouwbaar, niet serieus te nemen en beledigend. De vriendelijke en bescheiden kinderen reageren nu angstig en te lief. Deze kinderen cijferen zichzelf helemaal weg en worden als het ware onzichtbaar. De eerste mept van de weeromstuit van zich af, de tweede maakt er een grap van en de derde geeft het op. Als het onderling vertrouwen wegvalt in een groep, dan is de kans groot dat verschillende kinderen zich depressief ontwikkelen.
Daders en slachtoffers
20
De opvatting bestaat dat kinderen zijn in te delen in pesters en gepesten (of in daders en slachtoffers). Deze eenzijdige kijk op pesten maakt de problemen groter en is niet de wijze van oplossen die de Kanjertraining voorstaat. Pesten is een complex probleem waarbij dader en slachtoffer lang niet altijd zo eenvoudig is te scheiden en soms een en dezelfde persoon is. Kanjertraining richt zich
daarom niet alleen op de pester of op de gepeste, maar op de gehele groep. De aanpak moet zo zijn dat alle kinderen er baat bij hebben. Kern van de Kanjeraanpak is: Zet het onderling vertrouwen terug in de groep. Zoek met elkaar oplossingen die ook in de toekomst houdbaar zijn. Zowel kinderen, leerkrachten als ouders worden bij de aanpak betrokken. De Kanjertraining heeft veel oefeningen, zowel preventief als curatief om het vertrouwen en de respectvolle omgang met elkaar te bewerkstelligen. De petjes zijn hierbij een hulpmiddel en helpen om een duidelijk onderscheid te maken tussen ‘de wereld van vertrouwen’ en ‘de wereld van wantrouwen’. Bovenstaande informatie is ontleend aan de website van Kanjertraining: www.kanjertraining.nl
Kanjerlessen: Ieder leerjaar kent zijn eigen boeken. In de onderbouw is Max de centrale persoon die terugkomt in het verhaal. In de bovenbouw wordt gewerkt met kanjeroefeningen en opdrachten uit het kanjerwerkboek. D.m.v. extra informeren wij u over de thema’s die behandeld zullen worden in de klas. Elk leerjaar behandelt 10 thema’s, te weten: 1. Jezelf voorstellen 2. Iets aardigs zeggen 3. Weet jij hoe je je voelt? 4. Kun jij nee zeggen? 5. Luisteren en vertellen 6. Luisteren en samenwerken 7. Vriendschap 8. Vragen stellen 9. Er zijn mensen die van je houden 10. Kanjertraining toepassen in je omgeving Deze thema’s komen ieder jaar terug. In de bovenbouw worden ook de thema’s: omgaan met kritiek en kritiek geven aangeboden. Kanjertraining wordt aan alle groepen gegeven. De groepsleerkrachten geven de kanjerlessen. Uitzondering hierop zijn de groepen 6. De kanjercoördinator geeft in alle groepen 6 aanvullende Kanjerlessen. Vanaf de leeftijd van ongeveer 9-10 jaar, verandert er veel in de sociale interactie tussen leeftijdsgenoten. Vaak is de wereld groter. Niet alleen spelen de kinderen verder van huis en neemt het toezicht van volwassenen af, ook het internet maakt dagelijks onderdeel uit van de contacten met leeftijdsgenoten. Jarenlange vriendschappen kunnen bekoelen en nieuwe vriendschappen worden ontdekt. De eigen mening en het maatschappelijk bewustzijn krijgt een prominentere plek in de contacten met leeftijdsgenoten. Vanwege deze veranderingen staan de onderlinge verhoudingen gemakkelijk onder de druk. Om leerlingen in deze leeftijdsgroep extra te ondersteunen worden aanvullende Kanjerlessen aangeboden door de kanjercoördinator. Ook het schooljaar 2015-2016 zullen de ouders van een leerling in groep 6 de mogelijkheid krijgen om een kanjer les bij te wonen. In de groepen 4 krijgen de ouders in januari de mogelijkheid om een kanjer les, gegeven door de groepsleerkracht, bij te wonen. Omdat kinderen gedrag imiteren van opvoeders zoals leerkrachten en ouders, is het van belang dat deze opvoeders zich bewust zijn van hun voorbeeldfunctie en kanjergedrag laten zien. Een positief ingestelde opvoeder is begripvol, respectvol, vriendelijk, optimistisch en rustig. Voor meer informatie en uitleg over kanjertaal en kanjergedrag verwijzen wij u graag naar het Kanjerboek voor ouders, leerkrachten en PABO-studenten en naar de website van kanjertraining. Via deze website, www. kanjertraining.nl, is het boek verkrijgbaar. 21
Kanjercoördinatoren Op onze school zijn dat Anneke Peters en Jolijn van Zanten. De Kanjercoördinator heeft de kennis, kunde en vaardigheden in huis om op De Waterwilg bij moeilijke klassen/groepen te interveniëren. De Kanjercoördinator kan collega’s ondersteunen en indien nodig oplossingsgericht met ouders en kinderen in gesprek gaan. Veel aandacht wordt besteed aan de psychologische begrippen ‘overdracht’ en ‘tegenoverdracht’ zoals die zich in sociale relaties op school voordoen. Daarnaast monitort zij samen met de intern begeleiders het sociaal-emotioneel leerlingvolgsysteem KanVAS. Meer informatie over KanVAS vindt u in hoofdstuk 4. Ook geeft zij in de groepen 6 aanvullende Kanjerlessen. De Kanjercoördinatoren hebben tevens de taak Kanjertraining te borgen in het schoolbeleid en het gedachtegoed van Kanjertraining levend te houden in de school. Dit doen zij niet alleen. In het voorjaar van 2013 is een Kanjerwerkgroep geformeerd. Ieder leerjaar is vertegenwoordigd in deze werkgroep. In de bijeenkomsten van de kanjerwerkgroep worden kennis en ervaringen uitgewisseld. Ieder lid van de werkgroep doet verslag van de bijeenkomsten in de parallelvergaderingen en plant de kanjerlessen voor het betreffende leerjaar.
Sociogram en KanVAS: Kanjer Volg- en Advies Systeem Iedere school volgt de ontwikkeling van zijn/haar leerlingen om indien nodig extra zorg te kunnen bieden. Dit geldt niet alleen voor de leergebieden zoals rekenen, lezen en spelling maar ook voor het welbevinden van uw kind. Het welbevinden wordt voor een belangrijk deel gevormd door gevoelens over de eigen sociale competentie. Een sociaal-emotioneel leerlingvolgsysteem stelt ons in staat het welbevinden van uw zoon/dochter te volgen. Een sociaal-emotioneel leerlingvolgsysteem maakt een onderdeel uit van pest-preventie. Het KanVAS bestaat uit drie onderdelen: 1. Kanjervragenlijst voor leerkrachten (groep 1-8) 2. Kanjervragenlijst voor leerlingen (groep 5-8) 3. Sociogram (groep 5-8) Het KanVAS wordt twee keer per jaar afgenomen bij zowel leerkrachten als leerlingen. Meestal vindt dit plaats in oktober en mei. De vragenlijst voor leerkrachten bestaat uit 10 basisvragen die uitgebreid kan worden als daar reden toe is. De vragenlijst voor leerlingen bestaat uit 59 vragen. Bij de kanjervragenlijst voor leerlingen geven de leerlingen aan hoe zij hun sociaal functioneren in de klas ervaren. Deze vragenlijst wordt individueel digitaal afgenomen. In beide vragenlijsten is specifiek aandacht voor pestgedrag. In de vragenlijsten wordt onderscheid gemaakt in externaliserend gedrag (naar buiten gericht gedrag) pro sociaal gedrag (hulpvaardig), internaliserend (depressieve) gevoelens en de motivatie of de wil om externaliserend gedrag te laten zien. Het sociogram maakt de vriendschaps- en samenwerkingsverbanden in de klas zichtbaar. De resultaten uit KanVAS worden twee keer per jaar besproken met de intern begeleider en indien nodig met kanjercoördinator. Het KanVAS stelt de leerkracht in staat om de leerling beter te begrijpen, te begeleiden en te ondersteunen in het sociaal functioneren in de klas. Zo kan de leerkracht zijn/haar pedagogisch handelen afstemmen op de behoefte van een leerling. Soms resulteert dit in een groepsaanpak en zal de leerkracht bijvoorbeeld bepaalde oefeningen van de kanjertraining extra inzetten. Soms is een individuele aanpak nodig. Wanneer dit het geval is dan worden ouders uitgenodigd voor een gesprek. Vaak wordt gekozen voor een ouder-kind gesprek. Ook kan de uitslag van KanVAS leiden tot interventie van de kanjercoördinator. 22
Wanneer het welbevinden van uw kind onder druk staat, kan het zinvol zijn om niet alleen op school maar ook in de thuissituatie aandacht te besteden aan het verbeteren van het welbevinden. De intern begeleiders kunnen u hierin te begeleiden middels een ouder coachingsgesprek waarbij er gewerkt wordt vanuit het KanVAS.
Adoptiegroepen Adoptiegroepen zijn twee klassen, die gedurende een geheel schooljaar met elkaar samenwerken. Elkaar helpen, ondersteunen en samenwerken is het doel van deze werkvorm. Niet alleen de leerlingen werken samen, maar ook de leerkrachten doen dit. Het nut van samenwerken valt te verdelen in twee componenten, te weten: cognitief en sociaal. Bij het verwerven van leerstof kan samenwerking met een leerling uit een andere leeftijdsgroep effectief zijn. De jongere leerling profiteert van de kennis en vaardigheden van de oudere leerling en de oudere leerling consolideert zijn reeds verworven kennis en vaardigheden en leert een stukje verantwoordelijkheid voor een jonger kind te nemen. Voor onze leerlingen zijn bovenstaande vaardigheden vertaald naar: ‘leren je gedrag, houding en taalgebruik af te stemmen op een ander’. Zoals al eerder genoemd is deze werkvorm ook voor leerkrachten bedoeld. Leerkrachten maken gebruik van elkaars kwaliteiten en ondersteunen elkaar daar waar zij dat mogelijk en/of nodig achten. Zo kunnen leerkrachten (een dagdeel) van klas wisselen, elkaar observeren en coachen. De leerkrachten zijn vrij in de te ondernemen activiteiten met de adoptiegroep. Wij hebben afgesproken dat tenminste vier maal per schooljaar een activiteit met de adoptiegroep wordt ondernomen. Dit kunnen er ook meer zijn. Zo werken sommige groepen wekelijks samen, bijvoorbeeld als dit gecombineerd wordt met het tutorlezen.
Tutorlezen Bij tutorlezen leest een jonger kind onder begeleiding van een ouder kind. Op De Waterwilg gaan de adoptiegroepen o.a. aan de slag met tutorlezen. De helft van de groep gaat naar het lokaal van de adoptiegroep, de andere helft van de groep blijft in het eigen klaslokaal en ontvangt de helft van de adoptiegroep. In duo’s lezen de kinderen op de manier van ‘voor, koor en door’. Een ouder kind leest een stuk tekst voor, dan lezen de 2 kinderen de tekst samen (koor) en daarna wordt de tekst hardop door het jongere kind zelf gelezen. Het tutorlezen vindt wekelijks plaats.
23
ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS
HOOFDSTUK 3
3.1.
Schoolorganisatie
De Waterwilg is een katholieke school binnen Nootdorp. Voor het schooljaar 2015-2016 hebben wij groepen 1 tot en met 8. Zo is De Waterwilg in 17 jaar tijd uitgegroeid tot een volwaardige basisschool. De school is een school met differentiatie binnen klassenverband. Er wordt gewerkt in groepen waarbij het niveau aansluit bij het leervermogen van het kind. Daarnaast proberen wij de visie en de kwaliteit te waarborgen waar wij voor staan. Op De Waterwilg kiezen wij voor de combinatiegroep 1 – 2. Dat is een bewuste keuze. Elk schooljaar proberen wij met deze combinatie te starten. Vier-, vijf- en zesjarigen zitten in een groep bij elkaar. Al spelend komen de leerlingen tot leren. Het onderlinge samenspel en samen spelen is daarbij belang. De Waterwilg heeft 7 kleutergroepen. Hierna zijn er steeds 3 parallelgroepen samengesteld. In totaal heeft de school 27 groepen (extra SEN- en Kangoeroegroep). Elk jaar wordt er opnieuw bekeken hoe de groepen worden samengesteld. Het kan zijn dat groepen doorgaan in dezelfde samenstelling, maar het kan ook zo zijn dat er besloten wordt groepssamenstellingen te wijzigen of dat leerlingen in één schooljaar van groep veranderen. Standaard zal dit gebeuren na groep 5. Wij gaan hierover niet met ouders, anders dan de eigen ouders in gesprek.
3.2.
De aanmelding van nieuwe leerlingen
Aanmelding van jonge leerlingen:
24
De aanmelding van een leerling gaat als volgt: als u belangstelling heeft voor onze school, kunt u bellen voor een afspraak. Carla Yperlaan en/of Agneta Tuijl van de administratie staan u graag te woord. De schoolgids vindt u digitaal op de site. Tijdens het gesprek heeft u gelegenheid tot het stellen van vragen en u krijgt een rondleiding door het gebouw. Na afloop van dit gesprek ontvangt u het voorlopige aanmeldingsformulier. Omdat het belangrijk is dat dit formulier correct en volledig wordt ingevuld, wordt dit formulier met u doorgenomen en ontvangt u, wanneer u dat wilt, een papieren versie van de schoolgids. Wanneer u uw kind inschrijft is het ook van belang, dat u een kopie van het Burgerservicenummer meestuurt (kopie paspoort of zorgpas). Wanneer alles binnen is, ontvangt u een bewijs van voorlopige inschrijving. De Waterwilg hanteert een voorlopige plaatsing. Meestal zijn kinderen heel jong als zij worden aangemeld en is de school op dat moment nog niet in staat om te bepalen of zij het kind op vierjarige leeftijd een passende onderwijsplek kunnen bieden. Om dat te kunnen bepalen, zijn ouders een belangrijke bron van informatie voor ons. Wij sturen u daarom drie maanden voordat uw kind vier jaar wordt een vragenlijst toe met het verzoek deze zo snel mogelijk ingevuld aan ons te retourneren. De vragen hebben betrekking op de voorschoolse ontwikkeling. Ook zullen wij u vragen of er informatie van de voorschoolse periode, bijvoorbeeld van het kinderdagverblijf of de peuterspeelzaal, beschikbaar is. Na ontvangst van de gevraagde informatie neemt de school binnen zes weken een besluit over plaatsing. Mocht dit besluit binnen zes weken niet genomen kunnen worden, dan kan de school de termijn om een besluit te nemen met vier weken verlengen. Bij de meeste aanmeldingen zal het kind geplaatst kunnen worden.
Indien de school meent dat de ondersteuning niet op De Waterwilg geboden kan worden of vindt dat het kind extra ondersteuning nodig heeft, zorgt de school dat het kind op een andere school geplaatst kan worden. In dat traject werken ouders en school intensief samen om te komen tot een goede plaatsing. Het samenwerkingsverband wordt betrokken bij dit traject als blijkt dat extra ondersteuning (arrangement of speciale lesplaats) nodig is. Het bestuur van de school heeft dan zorgplicht. Het niet of onjuist vermelden of doorgeven van relevante zaken kan leiden tot weigering van de leerling. Indien na plaatsing blijkt, dat de verstrekte gegevens onjuist of onvolledig zijn, kan de school overgaan tot verwijdering van de leerling.
Aanmelding oudere leerlingen (ouder dan 4 jaar):
Knutselactiviteit
Ook voor deze leerlingen geldt dat De Waterwilg u een schoolgids toestuurt. Eveneens wordt er een afspraak gemaakt voor een gesprek. Besluit u voor De Waterwilg te kiezen dan vragen wij aan u het Onderwijskundig Rapport op te vragen van de huidige school. Wij nemen contact op met de school van herkomst en het kan zijn dat wij uw kind uitnodigen om een ochtend mee te draaien. Hierbij zal de intern begeleider een observatie en indien nodig, aanvullend onderzoek doen. Deze procedure volgen wij, daar wij onze nieuwe oudere leerling zo goed en adequaat mogelijk willen opvangen in onze school. Pas na ontvangst van het Onderwijskundige Rapport (OKR) besluiten wij over de aanname. Uiteraard moet het aanmeldingsformulier volledig en naar waarheid zijn ingevuld. Ook als uw geloofsovertuiging niet katholiek is, zijn uw kinderen bij ons op school welkom. Het is wel zo dat uw kind binnen schoolverband altijd met de specifiek katholieke aspecten kennis zal maken.
‘Protocol aannamebeleid De Waterwilg’ • Een kind wordt aangemeld via het voorlopige aanmeldingsformulier. Het voorlopige aanmeldingsformulier moet correct en waarheidsgetrouw worden ingevuld. • E en kopie van het Burgerservicenummer moet worden bijgevoegd bij het aanmeldingsformulier. Dit is een wettelijke verplichting. Drie maanden voor de schoolstart ontvangen ouders die hun kind hebben aangemeld een vragenformulier. Dit vragenformulier moet correct en en waarheidsgetrouw worden ingevuld. Daarna stelt de school vast of zij het kind een passende onderwijsplek kan bieden, in dat geval wordt het kind aangenomen. •H et kan zijn, dat een kind niet toegelaten wordt wanneer er specifieke problemen zijn, waardoor plaatsing op een andere school dan het reguliere basisonderwijs in het belang van de ontwikkeling van het kind beter is. •H et kan zijn, dat een leerling niet wordt toegelaten wanneer voor een betreffend schooljaar het vastgestelde maximum aantal leerlingen is bereikt. Het maximum aantal leerlingen is in overleg met de MR afgesproken. •W anneer een leerling wordt aangenomen, ontvangen de ouders een bewijs van inschrijving. •V oor elk kind uit het gezin geldt dezelfde aannameprocedure. • Ouders met kinderen die reeds op De Waterwilg zitten, zullen door middel van berichtgeving in de Nieuwsbrief worden geïnformeerd dat zij de overige kinderen van het gezin tijdig moeten aanmelden. De inschrijving blijft de verantwoordelijkheid van de ouders. •O uders met kinderen op De Waterwilg hebben niet automatisch recht van plaatsing voor overige kinderen van het gezin. • Op grond van een Onderwijskundig Rapport (OKR) en overleg met de vertrekkende school van een oudere leerling kan een leerling worden aangenomen of niet.
25
De aanname van kinderen met specifieke onderwijsbehoeften Elk kind heeft recht op goed onderwijs. Ook kinderen die extra ondersteuning nodig hebben. Met ingang van het schooljaar 2014-2015 is het Passend Onderwijs ingevoerd. Met Passend Onderwijs streven wij ernaar dat zoveel mogelijk leerlingen regulier onderwijs volgen. Mocht blijken dat de school hiertoe zonder verdere hulp niet in staat is, dan wordt in samenspraak met de ouder voor advies contact opgenomen met de LOA (Lokale Ondersteunings Adviseur). Deze is werkzaam voor het samenwerkingsverband. Samen wordt gekeken naar de onderwijsbehoeften van het kind en wordt naar mogelijkheden gezocht om het kind zo goed mogelijk te ondersteunen/begeleiden. Mocht het kind meer hulp nodig hebben dan de basisondersteuning voorschrijft, dan zal samen met de ouders een zorgarrangement worden aangevraagd. Het aanvragen van een zorgarrangement richt zich op ondersteuning op maat op de reguliere basisschool of op een speciale lesplaats in het Speciaal (basis) Onderwijs. Voor de clusters 1 en 2 wordt dit anders geregeld. De begeleiding voor kinderen met visuele beperkingen (Cluster 1) blijft bestaan in de huidige vorm. Het onderwijs in cluster 2 is bedoeld voor kinderen met een auditieve en/of communicatieve beperking. De cluster 2-scholen vallen niet onder een samenwerkingsverband, maar werken wel samen met de samenwerkingsverbanden passend onderwijs om de ondersteuning aan leerlingen met een auditieve en/of communicatie beperking goed te kunnen realiseren. Graag verwijzen wij u naar Hoofdstuk 4 voor een meer uitvoerige uitleg over Passend Onderwijs.
3.2.1.
Regeling schorsing en verwijdering
In overleg met de MR is er een regeling schorsing en verwijdering opgesteld. U vindt het protocol op de site van de school.
Gedrag van leerlingen Gedrag van een leerling staat in de escalatieladder beschreven. Onder ongewenst gedrag verstaan wij: Je niet houden aan schoolregels of klassenafspraken zoals bijvoorbeeld: ‘Je bent stil als de leerkracht instructie geeft’. De escalatieladder is goedgekeurd door de MR. Wanneer het escalatiepunt is bereikt, ontvangt u als ouder een brief. Het gevolg van deze brief is dat de leerling de dag volgend op de brief, niet kan werken in de eigen groep en ergens anders moet werken b.v. in de teamkamer of een IB-ruimte. Wanneer op een ander moment het escalatiepunt wederom door de leerling bereikt is krijgt de leerling een tweede brief en kan wederom werken in een andere ruimte. Wanneer een leerling voor de derde keer de escalatieladder heeft doorlopen, wordt er contact opgenomen met de leerplichtambtenaar van de Gemeente Pijnacker-Nootdorp, Mevr. Nancy Rietveld. Zij is van de escalatieladder van De Waterwilg op de hoogte. De leerling wordt dan geschorst voor 1 dag. Er vindt een gesprek plaats tussen school, ouder en leerplichtambtenaar. Na deze dag wordt de leerling weer toegelaten op school. Wanneer blijkt, dat een leerling veelvuldig in de escalatieladder komt, worden de ouders hierover schriftelijk of mondeling geïnformeerd. In het geval van ernstige gedragsincidenten van een leerling of ouder, kan de directie direct tot schorsing overgaan. Onder ernstige gedragsincidenten verstaan wij onder andere bedreigingen (in woord of schrift) en fysiek geweld. Wanneer schorsing niet leidt tot een verbetering van het gedrag zal er overgegaan worden tot een schorsing voor onbepaalde tijd of verwijdering van school. De leerplichtambtenaar gemeente Pijnacker-Nootdorp en het Bestuur Lucasonderwijs worden hiervan op de hoogte gesteld.
26
N.B. in het protocol schorsen en verwijderen staat expliciet vermeld, dat een leerling van De Waterwilg of de ouders van een leerling verwijderd kunnen worden, bij het niet naleven van de leefregels van De Waterwilg. Bij gebruik van de escalatieladder voor een leerling wordt er een verslag gemaakt in ons digitaal dossier ESIS. Zo vindt dossiervorming plaats.
3.2.2. Burgerservicenummer
3.3.
Opening project Fit
Sinds 1 februari 2006 zijn alle scholen wettelijk verplicht volgens de WON (Wet op het Onderwijsnummer) om bij inschrijving van nieuwe leerlingen het Burgerservicenummer te registreren. Graag ontvangen wij bij inschrijving een kopie van het officiële document van de belastingdienst waarop het sofinummer van uw kind staat vermeld (kopie van een eigen identiteitskaart van uw kind, een eigen paspoort van uw kind of een uittreksel uit het bevolkingsregister waarop het sofinummer staat vermeld mag ook). Kinderen die geen BSN hebben, zullen, als het zover is en er werkelijk leerling gegevens worden uitgewisseld, een onderwijsnummer krijgen. Het opnemen van het burgerservice- nummer in de leerlingenadministratie is noodzakelijk, omdat er een uitwisselingsproces van leerling gegevens tussen school en de overheid (Informatie Beheer Groep) is in het kader van de bekostiging van de school.
Organisatie
3.3.1. Organisatie in de kleuterbouw Kleuters leren al doende tijdens hun spel. De leerkracht speelt hierop in door ervoor te zorgen dat de kinderen zich prettig voelen en door kinderen materialen aan te bieden waarmee zij zich goed kunnen ontwikkelen. Materialen waarmee zij hun zintuigen oefenen en begrippen leren hanteren. Door bijvoorbeeld met een kleurenlotto te spelen leert een kind goed te kijken, kleuren te onderscheiden en te benoemen. Door in de bouwhoek te spelen leert een kind met anderen samenwerken, met hoeveelheden te werken, afmetingen te schatten enz. Behalve dat het kind veel van zijn eigen ervaringen leert, leert het kind ook van anderen: van de kinderen uit zijn groep en van de leerkracht. Zoals eerder vermeld zitten op De Waterwilg jongste en oudste kleuters bij elkaar in een groep. Hier hebben wij bewust voor gekozen omdat kinderen op deze leeftijd veel van elkaar leren. In de kleutergroepen wordt rond thema’s gewerkt. Een thema staat gedurende enkele weken centraal. Vanuit de kring starten de activiteiten. Daarbij komt een veelheid van taal-, reken- en knutselactiviteiten aan bod. Natuurlijk zingen wij veel liedjes, die met het thema te maken hebben en komen er ook andere muzikale aspecten aan bod, bijvoorbeeld een dansje. Kinderen kunnen ook zelf een onderwerp aandragen. Als hun interesse naar een bepaald thema uitgaat, proberen wij daar zoveel mogelijk op in te spelen. Thema’s als Sint, Kerst, Pasen en de seizoenen komen vanzelfsprekend ieder jaar aan bod. In de kleutergroepen werken wij met een keuzebord. Op dit bord kunnen de kleuters kiezen welke activiteit zij gaan doen tijdens de speelwerktijd. Elke kleuter heeft een naamkaartje met een eigen ‘plaatje’, die onder de gekozen activiteit wordt gehangen. Op het keuzebord geeft de leerkracht aan hoeveel leerlingen maximaal een bepaalde activiteit, bijvoorbeeld ‘bouwhoek’, kunnen kiezen.
27
Ook ‘oefenen’ kleuters met taken. Op takenkaarten staan de namen van de kinderen en de door hen uit te voeren taken. Als een kleuter een taak heeft uitgevoerd, mag de taak worden afgetekend. De kleuters maken op deze manier kennis met het plannen van taken. Zij worden hierbij uiteraard geholpen door de leerkracht. Om de leerkracht de gelegenheid te geven één of enkele kleuters te kunnen helpen, werken wij met het principe van uitgestelde aandacht. Door middel van een afgesproken teken laat de leerkracht de kleuters weten dat zij haar even niets kunnen vragen. De leerkracht loopt dan door de klas of geeft instructie aan één kind of klein groepje kinderen. Het teken van uitgestelde aandacht kan per groep verschillen, bijvoorbeeld de juf draagt een speciale ketting of het verkeerslicht staat op ‘rood’. Zo worden kleuters uitgedaagd zelfstandig aan de slag te gaan. In de kleuterperiode oefenen wij ook met het zogenaamde ‘vragenkaartje’. Met het gekleurde kaartje kan de kleuter aangeven of het een vraag heeft voor de juf. Het vragenkaartje is ook een middel om de kleuters te leren omgaan met uitgestelde aandacht en hen voor te bereiden op het schoolse leren in groep 3 en hoger. In de klas praten en lezen wij veel met de kinderen, zodat zij gaandeweg hun woordenschat uitbreiden, taal hierdoor beter leren begrijpen en goed leren spreken. Naarmate kleuters taalvaardiger worden, ontwikkelen zij een taalbewustzijn. Dat wil zeggen dat kinderen leren nadenken over vormaspecten van taal. Het ontwikkelen van dit bewustzijn is van groot belang in het proces van leren lezen en schrijven. Dat is de reden waarom wij al in de kleutergroepen gerichte aandacht besteden aan de ontwikkeling van dit taalbewustzijn. De kinderen worden zo goed voorbereid op het latere lees- en schrijfonderwijs. In kleuterperiode verwerven kleuters zich - in de context van voor hen betekenisvolle situaties - geleidelijk vertrouwdheid met getallen, maten en vormen. Zij leren ‘rekentaal’ gebruiken en raken gaandeweg beginnend ‘gecijferd’. De activiteiten die worden aangeboden, sluiten aan bij de belangstelling die de kinderen van groep 1 en 2 gaan vertonen voor onderwerpen als ‘tellen en aantallen’, ‘meten’ (in de ruimste zin van het woord) en ‘meetkunde’ (het verkennen van de ruimte). Daarnaast werken wij met de schrijfmethode Zwart op Wit. De methode is ontwikkeld voor de gehele basisschool en start in de kleutergroepen. In de kleuterperiode wordt gewerkt aan de zithouding, de pengreep, de papierhantering en het van links naar rechts werken. Hierbij wordt (o.a.) gebruik gemaakt van een werkboek. We vinden het heel belangrijk dat de kinderen voldoende ruimte krijgen om te bewegen. Leren en bewegen zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden bij jonge kinderen. Daarom gaan de kinderen iedere dag gymmen of buiten spelen. De gymlessen worden gegeven in de speelzaal en in de sporthal ’s-Gravenhout. De groepsleerkrachten of leerkracht bewegingsonderwijs verzorgen de gymlessen van de kleuters. De meeste kinderen zitten ruim twee jaar in een kleutergroep. Dat is afhankelijk van hun geboortedatum, hun aard en aanleg. Nauwkeurig volgen wij de ontwikkeling van de kleuter door middel van observaties en toets gegevens. Wij maken hiervoor gebruik van het leerlingvolgsysteem KIJK! Tijdens de gespreksmomenten voor de kleuters bespreken wij met de ouders hoe het kind zich ontwikkelt. Leerkracht en ouders vullen voorafgaand aan de tafeltjesavond een KIJK! Lijst in. Ouders waarvan het kind 6 maanden of langer kleuteronderwijs heeft gevolgd ontvangen tijdens de tafeltjesavond een rapport met een schriftelijk verslag van de ontwikkeling. 28
Tegenwoordig heeft de overgang van een kleuter naar groep 3 niet zozeer te maken met leeftijd, maar met de ontwikkeling die de kleuter heeft doorgemaakt. De inspectie stelt de school de vraag of per individuele leerling de overgang naar groep 3 wordt bekeken, los van de geboortedatum.
Herfstleerlingen Er zijn scholen die een leeftijdsgrens hanteren voor de overgang naar groep 3. Die leeftijdsgrens komt voort uit een regeling voor de overgang van de kleuterschool naar de lagere school die tot 1985 bestond. Volgens die regeling moest een kleuter vóór 1 oktober zes jaar zijn om naar de lagere school (nu dus groep 3) te kunnen gaan. In 1985 zijn de kleuterschool en de lagere school samengevoegd tot de basisschool en sindsdien is de datum van 1 oktober afgeschaft.
Project Fit
De Wet op het Primair Onderwijs (WPO) schrijft voor dat het kind recht heeft op een ononderbroken ontwikkeling en dat de basisschool doorlopen moet kunnen worden binnen acht jaar. Kleuters die voor januari gestart zijn op school, zouden dus in beginsel aan het einde van het schooljaar kunnen doorstromen naar groep 2 en een jaar later naar groep 3. Met de formulering ‘in beginsel’ bedoelen wij dat op De Waterwilg de doorstroming altijd vanuit de ontwikkeling van de kleuter wordt bekeken. De school kijkt niet alleen naar de werkhouding en de cognitieve ontwikkeling maar ook naar de sociaal-emotionele ontwikkeling. Is de leerling ‘klaar’ voor de methodische, schoolse manier van werken in groep 3?
Boekenpret Dit schooljaar doet de school weer mee met het project Boekenpret. Al in 2003 is Boekenpret op drie basisscholen in Pijnacker gestart. Het project is een succes. Mede daardoor heeft de gemeente besloten Boekenpret aan te bieden aan alle basisscholen in Pijnacker-Nootdorp. Boekenpret is een leesbevorderingsproject voor peuters en kleuters. Het moedigt kinderen en hun ouders aan te genieten van het samen lezen. Zo wordt de taalontwikkeling gestimuleerd. Er wordt in de klas gewerkt met themakisten die door medewerkers van de bibliotheek zijn samengesteld. In de themakisten zitten (voor)leesboeken, speel- en leermateriaal over een bepaald onderwerp en logeerboeken. Iedere kleuter mag een logeerboek lenen en thuis lezen. Voorbeelden van thema’s zijn: slapen, verkeer en vervoer, pesten, natuur, familie en wonen. Door middel van een roulatiesysteem kunnen kleutergroepen drie keer per jaar één themakist van de bibliotheek lenen. De leerkrachten kiezen aan het begin van het schooljaar geschikte onderwerpen voor hun groep. De themakisten moeten worden opgehaald bij de bibliotheek in Pijnacker. Wij doen, via de klasouder, graag een beroep op u om ons te helpen met het ophalen en terugbrengen van de materialen.
Kleuterleerlingvolgsysteem Als ouder of verzorger bent u zeer betrokken bij de ontwikkeling van uw kind, en wilt u goed geïnformeerd worden. Ons uitgangspunt is dat zowel uw visie als die van de leerkracht van belang is om de ontwikkeling van uw kind goed te kunnen begeleiden. Tijdens de gesprekken in februari en juni/juli zullen wij aan de hand van de KIJK! Lijsten voor leerkracht en ouders de actuele ontwikkeling van uw kind met u bespreken. U kunt als ouders vragen hebben over zaken waar de leerkracht geen weet van heeft en omgekeerd kan de leerkracht iets zijn opgevallen dat voor ouders nieuw is. Ouders en leerkracht vormen twee essentiële informatiebronnen die gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor opvoeding én leren.
29
KIJK! is een systeem waarmee de leerkracht, op basis van haar professionele observatie, per ontwikkelingsaspect kan aangeven in welke ontwikkelingsfase het individuele kind zich bevindt. De leerkracht observeert het kind in verschillende situaties en houdt rekening met de leeftijd van het kind. Het gaat om een gemiddelde indruk over een langere periode. Wanneer de ontwikkeling van uw kind binnen de marge van plus en min 6 maanden rondom de kalenderleeftijd ligt wordt dit beschouwd als ‘gemiddeld’. Kleuters ontwikkelen zich sprongsgewijs, op deze manier wordt hiermee recht gedaan aan de specifieke wijze van ontwikkelen van jonge kinderen. In samenhang met de basiskenmerken van het kind, de betrokkenheid en eventuele risicofactoren ontstaat dan een compleet beeld van de ontwikkeling. Aan de hand hiervan maakt de leerkracht keuzes op pedagogisch, didactisch en organisatorisch gebied. Onderstaande informatie geeft u een beeld van wat bedoeld wordt met de basiskenmerken van het kind, de betrokkenheid en eventuele risicofactoren. De leerkracht observeert de basiskenmerken van een kind. Een kind dat lekker in zijn vel zit, zal zich goed en vlot ontwikkelen. Het is van nature nieuwsgierig naar de wereld om hem heen. Nieuwe dingen schrikken hem niet af, maar zijn juist interessant en vormen een uitdaging om spelenderwijs te ontdekken en te ervaren. Voorbeelden van wat de leerkracht observeert is of een kind zelf keuzes durft te maken en of het meedoet met een kringgesprek. De leerkracht observeert de betrokkenheid van het kind. Dat zegt iets over de mate waarin een kind geboeid is, vol overgave bezig is. Het richt alle aandacht op de bezigheid van dat moment en vergeet als het ware de tijd en de wereld om zich heen. Het kind is gedreven om ergens greep op te krijgen, iets voor elkaar te krijgen. Deze gedrevenheid komt voort uit een natuurlijke nieuwsgierigheid. Een kind dat betrokken bezig is, ontwikkelt zich. Een voorbeeld van wat de leerkracht beoordeelt is of een kind enthousiast reageert bij een activiteit, opdracht of spel. De leerkracht observeert opvallende kenmerken. Sommige kenmerken in het doen en laten van kinderen zijn zo sterk en overheersend aanwezig dat zij een voorspoedige ontwikkeling bemoeilijken of zelfs in de weg staan. Voorbeelden hiervan zijn impulsiviteit, passiviteit, gebrekkige analyse en structurering (moeite met het ordenen en verwerken van informatie), moeite met het toepassen van het geleerde in nieuwe situaties of snel vermoeid zijn. Daarnaast observeert de leerkracht nog 17 andere ontwikkelingsaspecten van het kind.
Peuterestafette De peuterestafette is een overdrachtsinstrument waarmee de overgang van peuterspeelzaal en kinderdagverblijf naar de basisschool kan worden vergemakkelijkt. Het beoogt de samenwerking tussen voorschool en basisschool te versterken, zodat het kind snel kan wennen op de basisschool. In de peuterestafette worden observaties van individuele peuters op een tweetal momenten in de voorschoolse periode vastgelegd. Deze estafette gaat met het kind ‘mee’ naar het basisonderwijs. De peuterestafette is in samenwerking met de Stichting Pepijn door de gemeente Pijnacker-Nootdorp gestart. Inmiddels doen niet alleen peuterspeelzalen maar ook centra voor kinderopvang mee. Voor de schoolstart ontvangt de school, als ouders daar toestemming voor geven, het overdrachtsinstrument. Soms zal er sprake zijn van een zgn. ‘warme overdracht’ tussen voorschool en basisschool. Daarbij lichten de leidsters van de voorschool de peuterestafette mondeling toe aan de leerkracht; dit gebeurt alleen met toestemming van de ouders.
3.3.1.1. Praktische zaken groep 1-2
30
a. Wennen. Voordat uw kind 4 jaar wordt, mag het twee keer een ochtend komen wennen. Ongeveer vijf weken voordat uw kind 4 jaar wordt, krijgt uw kind een uitnodiging voor de wenochtenden. (overblijven is hierbij niet van toepassing)
Indien de data genoemd in de uitnodiging u niet uitkomen, dan is het prettig wanneer u zelf contact opneemt met de desbetreffende leerkracht. De dag waarop uw kind voor het eerst komt wennen, krijgt u een envelop met een aantal praktische formulieren en een schrijven over de ouderbijdrage.
kuikentjes in de kleutergoep
De kinderen die in juli en augustus 4 jaar worden, worden uitgenodigd voor een centraal wenmoment, dit is op dinsdag 5 juli 2016. Zij kunnen dan een uurtje kennismaken met hun klasgenootjes, hun nieuwe lokaal en vooral met de juf. Voor de ouders staat er tijdens dit kennismakingsuurtje een kopje koffie of thee klaar en is er uitleg over het reilen en zeilen op de eerste schooldag. In verband met de vele activiteiten die er altijd plaatsvinden in de maand december hebben wij intern afgesproken, dat in die maand kinderen niet kunnen komen wennen. Kinderen die in december 4 jaar worden, komen wennen in november. Kinderen die in januari 4 jaar worden, komen wennen in november of januari afhankelijk van hun geboortedatum. Dit wordt vooraf overlegd met de ouders. Na 3 tot 6 weken nodigen wij u uit voor een gesprekje na schooltijd om het intredeformulier met u te bespreken. Zo weten wij, als leerkrachten, meer over de achtergrond van het kind en heeft u, als ouder, de gelegenheid om vragen te stellen over eventuele onduidelijkheden of praktische zaken. De leerkracht vertelt u hoe uw kind de eerste weken op school heeft beleefd. Zindelijkheid Als uw kind naar de basisschool gaat, moet uw kind zindelijk zijn. Het is fijn als uw kind zelfstandig naar het toilet kan gaan en daarbij geen hulp meer nodig heeft. Als er een medische reden is waarom uw kind nog niet zindelijk is, dan dient u dit voor de schoolstart aan te geven, bijvoorbeeld op het vragenformulier of bij het wenmoment. Een ongelukje kan altijd gebeuren, om die reden zijn schoon onder- en bovengoed op school aanwezig. Als een kind niet zindelijk blijkt te zijn als het is ingestroomd als vierjarige dan nodigt de leerkracht de ouders uit voor gesprek. Wij verwachten dat ouders eraan werken dat het kind zo snel mogelijk zindelijk wordt. Als school willen wij hierbij ondersteunen. Indien gewenst kunnen wij verwijzen naar bijvoorbeeld de schoolarts, de huisarts of de schoolmaatschappelijk werker. Het is gebruikelijk dat een 4-jarig kind gedurende de hele week op school is. Regelmaat is belangrijk voor kinderen. Mochten er problemen ontstaan, dan kunnen er onderlinge afspraken gemaakt worden. b. Eten en drinken. De kinderen mogen een beker met een melkproduct of vruchtensap meenemen. Wilt u op de beker de naam van uw kind zetten? Als uw kind behoefte heeft aan fruit, wilt u het dan schoongemaakt en kleingesneden meegeven in een bakje met naam er op? Snoep en koek zijn niet toegestaan. De bakjes voor het eten en de bekers voor het drinken blijven in de tas van de leerling zitten. Wij hebben geen schoolmelk. c. Gym. Tijdens de toestel en spellessen dragen de kinderen gymschoenen. In verband met de veiligheid van uw kind en om te voorkomen dat veel tijd verloren gaat, vragen wij u voor deze lessen instapschoenen aan te schaffen met klittenband. Echte sportschoenen met harde zolen,
31
zijn niet nodig. Wilt u de naam van uw kind in de schoenen schrijven? De gymschoenen blijven het hele jaar op school. Kindervoetjes groeien! Wilt u regelmatig controleren of de gymschoenen van uw kind nog goed passen? De kinderen krijgen een gymtas van school. De kinderen gymmen in hun ondergoed, speciale sportkleding is niet nodig. De gymlessen vinden plaats in het speellokaal en/of in de sporthal ’s-Gravenhout. Op deze manier gymmen onze kleuters 4 keer per week. De lessen worden gegeven door de groepsleerkracht of leerkracht bewegingsonderwijs. d. Verjaardagen. De vierde verjaardag vieren we niet op school. Voor kinderen die 4 jaar worden en net bij ons op school komen is het fijner als de verjaardag thuis wordt gevierd, op het kinderdagverblijf of op de peuterspeelzaal. Een nieuwe 4-jarige leerling krijgt al zoveel indrukken te verwerken en kent de nieuwe kinderen van zijn klas nog niet, het is dan fijn om je verjaardag te vieren in een vertrouwde omgeving. Als uw kind 5 jaar wordt, mag het op school trakteren. Onze voorkeur gaat uit naar een gezonde traktatie. Wij constateren, dat ouders veel werk maken van een traktatie en in de traktatie cadeautjes verwerken voor de medeleerlingen. Wij verzoeken u met klem de traktatie eenvoudig en gezond te houden, het gaat om het plezier van het uitdelen. Wilt u overleggen met de groepsleerkracht wanneer u wilt trakteren? Wij vieren de verjaardag van uw kind met elkaar in de klas, zonder u als ouder. Uiteraard maken wij wel een foto, als u dat prettig vindt. Daarnaast stellen wij het op prijs als u buiten school om, de uitnodigingen voor het kinderfeestje zou willen geven. Dit om teleurstellingen te voorkomen. e. Verjaardag van de juf. Als de juf jarig is, is het feest. In de kleuterbouw viert elke kleutergroep de verjaardag van de juf afzonderlijk. Elke leerkracht zal de verjaardag anders invullen. De leerlingen mogen op de verjaardag van de juf verkleed naar school komen. Soms is het handig dat de klasouders assisteren bij het vieren van de verjaardag, maar het kan ook zijn dat dit niet het geval is. Dit is afhankelijk van wat de groepsleerkracht aangeeft. De leerkracht zal u hierover informeren. f. Inloopochtenden en Kijkmiddag. Zoals u hiervoor hebt kunnen lezen organiseren wij ieder schooljaar 2 inloopochtenden. Deze momenten staan op de kalender. Aan het begin van de ochtend zijn alle ouders van harte welkom. Wij vinden het belangrijk u te informeren en te laten zien wat er allemaal in de klas gebeurt. Gedurende drie kwartier heeft u als ouder de gelegenheid om samen met uw kind werkjes te bekijken en/of spelletjes te doen. In de kleuterperiode bieden wij u ook de mogelijkheid om een middag in de klas te komen kijken. Op deze manier kunt u zelf ervaren hoe er in de groep van uw kind wordt gewerkt. Voor een middag worden maximaal 2 ouders uitgenodigd. Via een mededeling op het prikbord bij het klaslokaal kunt u zich inschrijven.
32
g. Contact- en rapportagemomenten. Naast het intredegesprek voor ouders van nieuwe kleuters, zijn er voor de ouders van kleuters twee vaste contact- en rapportagemomenten per jaar: in februari en in juni (of juli, afhankelijk van de start van de zomervakantie). Tijdens het gesprek informeren ouders en leerkracht elkaar over de ontwikkeling van het kind. Onze observatiemethode voor kleuters KIJK! fungeert als kapstok voor de beschrijving van de ontwikkeling. Wij vinden een goede samenwerking tussen school en ouders van belang. Daarom vragen wij u voorafgaand aan het gesprek een zogenaamde KIJK! Lijst voor ouders in te vullen. De leerkracht vult ook een KIJK! Lijst in. De KIJK! Lijsten zijn een middel om richting te geven aan de inhoud van het gesprek. Doorgaans zullen de gesprekken 15 minuten duren.
Van tevoren krijgt u een uitnodiging voor het gesprek; de school deelt de dag en de tijd in. Helaas kunnen wij geen rekening houden met voorkeursdagen en tijden. De eerste ronde vindt plaats op donderdag 11 en maandag 16 februari 2016. De tweede ronde vindt plaats op donderdag 23 en maandag 27 juni 2016. Er zijn altijd twee middagen/avonden, omdat wij op één middag/ avond niet alle gesprekken kunnen voeren. De informatievoorziening aan gescheiden ouders, is beschreven in het protocol School en scheiding. Behalve op de vaste momenten voeren de kleuterleerkrachten gedurende het schooljaar gesprekken met ouders wanneer daar aanleiding toe is. Deze gesprekken kunnen zowel op initiatief van de leerkracht als op initiatief van de ouders plaatsvinden.
Lammetjes kijken Activiteit kleutergroep
h. Halen en brengen. Ouders van de kinderen uit groep 1-2 kunnen zowel ’s morgens als ’s middags hun kind tot aan de klassendeur brengen. De eerste schooldag mogen de ouders wel even naar binnen om te kijken waar het plekje van het kind is. Gezien de smalle toegangsdeuren en de drukte ’s ochtends in de gangen, kunnen wij kinderwagens helaas niet toestaan. Dit belemmert de doorstroming. Wij rekenen op uw begrip voor dit besluit. Wanneer de school uitgaat, zowel ‘s morgens als ’s middags, kunt u niet in de gang wachten. Dit wordt voor de leerkrachten te onoverzichtelijk. Wij vragen u buiten te wachten. Elke klas heeft een symbool. Dit symbool herkent u op het prikbord bij de groep en dit symbool staat ook geschilderd op de speelplaats. De kinderen uit de groepen 1-2 komen 5 minuten eerder naar buiten; om 11.55 en om 15.25 uur. De groep gaat dan bij hun symbool staan. Wanneer u uw kind niet zelf komt halen, dan moet u ’s ochtends bij aanvang van de school op een formulier (dat hangt op het prikbord bij de entreedeur van het lokaal) invullen met wie uw kind tussen de middag of na schooltijd meegaat. Wij verzoeken u vriendelijk op tijd uw kind(eren) te halen en te brengen. Veelvuldig te laat komen wordt gemeld aan de leerplichtambtenaar. i. Informatieavond. Voor dit schooljaar is deze avond voor de groepen 1-2 gepland op donderdag 3 september. Voor ouders van leerlingen die instromen na de kerstvakantie is er een informatieavond op 7 januari 2016 van 20.00 uur tot 21.00 uur. j. Gedragscode Kledingprotocol. Voortvloeiend uit de leefregels van de school is een gedragscode ten aanzien van kleding opgesteld. De school geeft daarin aan dat hoofddeksels, in welke vorm dan ook, niet op school zijn toegestaan. Dit besluit is voorgelegd aan de commissie gelijke behandeling, de juridische afdeling van het bestuur Lucasonderwijs en aan de MR. k. Bibliotheekbezoek. De kleutergroepen doen mee met ‘klassikaal lenen’. Dat betekent dat de kleutergroepen regelmatig de bibliotheek bezoeken. Zo komen kinderen in aanraking met zelf boeken kiezen en lezen. De groep bezoekt met de leerkracht en enkele hulpouders de bibliotheek in Nootdorp. De kinderen zoeken zelf een boek uit en nemen dat mee naar school. Deze boeken mogen de kinderen voor een aantal weken in de klas houden. De boeken worden ook klassikaal weer geruild.
33
l. Vader- en moederdag. In de kleutergroepen besteden wij aandacht aan vader- en moederdag. Wij leren een versje of een liedje en maken mooie cadeaus om de papa’s en de mama’s te verwennen.
3.3.2. Algemene gegevens en basisvaardigheden voor de groepen 3 t/m 8 a. Jarig zijn. Onze voorkeur gaat uit naar een gezonde traktatie. Wij constateren, dat ouders veel werk maken van een traktatie en in de traktatie cadeautjes verwerken voor de mede leerling. Wij verzoeken u met klem de traktatie eenvoudig en gezond te houden. Wilt u overleggen met de groepsleerkracht wanneer u wilt trakteren? De jarige mag met 2 kinderen de klassen rond, een vriendje/ vriendinnetje en een leerling die gekozen wordt door de leerkracht. Dit laatste is niet het geval in de groepen 7 en 8. Zo komen alle kinderen aanbod om de klassen rond te gaan. b. Rapporten. De kinderen van de groepen 3 t/m 8 krijgen een rapport met cijfers en waarderingen. Groep 3 krijgt alleen waarderingen (M, V, RV, G). De kinderen krijgen 3 rapporten in een schooljaar. De leerlingen van de groepen 8 krijgen twee rapporten, zij krijgen namelijk ook de uitslag van de Centrale Eindtoets in groep 8. De leerlingen van groep 8 zullen het eerste rapport in december ontvangen en het tweede rapport in juli. Het rapport is een digitaal rapport en u ontvangt in een map de papieren versie. De map krijgt u voor het eerst mee in de kleuterperiode en wordt vervolgens jaarlijks doorgegeven. Op deze manier heeft u alle rapporten van uw kind bij elkaar. Bent u de map kwijt, dan brengen wij een bedrag van € 10,00 in rekening voor de aanschaf van een nieuwe map. c. Contact en rapportage momenten. Om beter recht te doen aan die behoefte én om nog beter recht te doen aan de wisselwerking en afstemming tussen ouders en school is de gesprekscyclus aangepast. Er zijn twee vaste gespreksmomenten met ouders gepland. Aan het begin van het schooljaar zijn er de zogenaamde startgesprekken en na het 2e rapport zijn er de 10-minutengesprekken.
Startgesprekken eind september voor alle ouders. Wij verwachten alle ouders voor deze gesprekken op school. U ontvangt een uitnodiging. Duur van dit gesprek is 15 minuten. De startgesprekken kennen een ander karakter dan de traditionele 10-minutengesprekken. Wij willen graag met u in gesprek over uw kind. Het kan zijn dat de leerkrachten u verzoeken het gesprek aan de hand van een aantal vragen voor te bereiden. Ouders en leerkrachten maken kennis met elkaar en wederzijds kunnen daarbij verwachtingen worden uitgesproken, zorgen worden gedeeld of vragen worden gesteld over uw kind. Uitzonderingen zijn de groepen 1-2 (zie gesprekcyclus kleuters) en groep 8 (wordt hierna beschreven).
34
Rapportgesprek in maart voor de ouders van de groepen 3 t/m 7. Dit gesprek wordt gehouden nadat de toetsen van het leerlingvolgsysteem (LOVS) zijn afgenomen. De getoetste resultaten worden daarbij met u besproken. Het rapportgesprek heeft een met de traditionele gesprekken vergelijkbare inhoud. Op de momenten dat de gesprekken plaats vinden, is de schoolmaatschappelijk werker dhr. Cor van der Plas op school aanwezig. Indien gewenst kunt u ook met hem een gesprek aanvragen.
Facultatieve gesprekken. Een facultatief gesprek is veelal aan de orde als het, onverwacht, toch anders met uw kind gaat op school dan eerst werd verwacht. Deze gesprekken kunnen plaatsvinden zowel op initiatief van de leerkracht als op initiatief van de ouders. Voor de kinderen van groep 8 volgt een aanpassing van bovenstaand gespreksschema i.v.m. de bespreking van de entreetoets. De ouders van groep 8 zullen eind augustus/ begin september een extra een gespreksmoment hebben met de leerkracht van groep 7. Hierin worden de resultaten van de entreetoets besproken en zult u een pré-advies ontvangen van uw zoon/dochter.
NL Doet
De gesprekscyclus van groep 8 ziet er dan als volgt uit: Augustus/ september: bespreking entreetoets en ontvangen van het pré-advies met de leerkracht van groep 7 (vorig schooljaar). September: startgesprekken met de leerkracht van groep 8. Januari: gespreksmoment over het rapport, het definitieve advies en het OKR . In groep 8 ontvangt u een ‘Onderwijskundig Rapport (OKR)’, dit is een overdracht van de basisschool naar het Voortgezet Onderwijs. Het definitieve schooladvies zal hierin meegenomen worden. Tevens zal er in april de Centrale Eindtoets worden afgenomen. In november zullen wij de CITO afnemen van het LOVS (leerlingvolgsysteem). Mocht er na het bespreken van de resultaten een bijstelling m.b.t. het voorlopig schooladvies plaatsvinden, dan zullen wij de ouders uitnodigen voor een gesprek. De verandering van de gesprekken cyclus houdt tevens in, dat u op verschillende avonden op school wordt verwacht, daar de cyclus van de groepen 1-2 anders is, dan die van onze leerlingen uit de groepen 3 t/m 7. Twee rondes van facultatieve gesprekken vanuit de school: Na het eerste rapport en aan het einde van het schooljaar bestaat de mogelijkheid dat ouders uitgenodigd worden door de school om met elkaar in gesprek te gaan. Facultatieve gesprekken op initiatief van de ouders; in overleg met de school. De informatievoorziening aangaande tafeltjesavonden bij gescheiden ouders, is beschreven in het protocol School en scheiding. U kunt dit protocol vinden op de site. d. Huiswerk. De school wil in principe voor de leerlingen van de groepen 3 t/m 5 terughoudend omgaan met het geven van huiswerk. De leerlingen moeten binnen de schooluren kunnen komen tot een optimaal/voldoende leerrendement. Na schooltijd moeten kinderen vooral spelen, sporten en allerlei zaken kunnen doen die kinderen in hun vrije tijd doen. Indien een leerkracht het toch wenselijk vindt dat een leerling thuis enige extra oefeningen maakt zal dit allereerst met de betrokken ouders kortgesloten worden. Vanaf groep 5 krijgen de kinderen de opdracht thuis plaatjes op te zoeken en uit te printen voor topondernemers.
35
36
Vanaf groep 6 krijgen de kinderen toetsen voor topografie waarvoor thuis geoefend kan worden. Daarnaast worden er werkstukken gemaakt, zowel thuis als op school. Groep 7 zal voor het eerst te maken krijgen met het frequenter maken van huiswerk. Iedere week zullen de kinderen huiswerk krijgen waar zij een week de tijd voor krijgen. Daarnaast zullen zij ook leerwerk meekrijgen voor topografie, Engels en verkeer. Hier zullen zij twee weken de tijd voor krijgen. Daarna zal dit getoetst worden. In groep 8 zullen de leerlingen als voorbereiding op het Voortgezet Onderwijs vaker huiswerk meekrijgen dan in groep 7. Ook zal het niet standaard zo zijn dat de leerlingen het huiswerk vrijdag meekrijgen en een week later ingeleverd moeten hebben. Het kan zijn dat de leerlingen in groep 8 korter de tijd krijgen voor het maak-huiswerk. Het leer-huiswerk zal altijd twee weken van tevoren meegegeven worden en daarna worden getoetst. Ook wordt er van onze groepen 7 en 8 leerlingen verwacht dat zij thuis aandacht besteden aan het maken van het werkstuk, de spreekbeurt en de boekbespreking. In groep 7 en 8 wordt het huiswerk beoordeeld d.m.v. een cijfer. In groep 7 mogen leerlingen een onvoldoende nog tot de kerstvakantie herkansen. Na de kerstvakantie mogen zij dit niet meer. In groep 8 wordt dit beleid voortgezet. Leerlingen krijgen in groep 8 twee weken de tijd voor het leer-huiswerk en het behaalde cijfer zal definitief zijn. Wij denken dat deze manier van werken beter zal aansluiten bij het Voortgezet Onderwijs. In groep 7 werken wij met een nieuw type agenda. Deze agenda wordt door de school aangeschaft. Met deze agenda kunnen de kinderen op een leuke en goede manier leren plannen. De agenda wordt zowel klassikaal als individueel gebruikt. In deze agenda is een controlestukje voor de ouders. Zij kunnen een controle uitvoeren op het huiswerk en dit afvinken in de agenda. De kinderen van groep 8 moeten zelf een agenda kopen en kijken of zij, dat wat zij geleerd hebben in groep 7, nu zelf kunnen toepassen. Wij raden aan een agenda met weekoverzicht te kopen, hierdoor kunnen zij de weekplanning van groep 7 blijven toepassen. Dit gebruik is overzichtelijker voor het plannen van het huiswerk. In groep 7 en 8 wordt er van de leerlingen meer zelfstandigheid verwacht. Om hun verantwoordelijkheid te vergroten, vragen wij hen daarom een aantal schoolspullen zelfstandig aan te schaffen en mee te nemen. Het is van belang dat leerlingen uit groep 7 en 8 in het schooljaar 2015-2016 zelf twee elastomappen meenemen. Één map zal in de klas gebruikt worden en daarnaast zal de andere map als huiswerkmap dienen. De groepen 7 moeten ook een 23-rings multomap met daarin tabbladen meenemen. De huidige groepen 7 hebben al een multomap en nemen deze mee naar groep 8. Daarnaast verwachten wij een etui met daarin kleurpotloden, puntenslijper, stiften, een Pritt-stift, een groene nakijkpen en een schaar. Een grijs schrijfpotlood, een gum en vullingen worden door school verzorgd. De vulpen waarmee in groep 4 is gestart, wordt tot en met groep 8 gebruikt. Mocht deze voor die tijd defect gaan, wordt er van de leerlingen verwacht dat zij zelf een nieuwe aanschaffen. U kunt deze vulpen op school aanschaffen, kosten zijn € 10,-. In groep 3 willen wij graag, dat de kinderen een stof-map/elasto-map en één lege etui meenemen voor de driekantige schrijf- en tekenpotloden en gum; deze worden door school verzorgd. Daarnaast mogen de leerlingen van groep 3 een etui meenemen met stiften, Pritt-stift en schaar. De inhoud van deze etui moet u als ouder zelf regelen. Voor de leerlingen vanaf groep 4 vragen wij u een stof-map/elasto-map en etui mee te geven met daarin een puntenslijper, stiften, schaar en een Pritt-stift. De school zorgt voor schrijf- en kleurpotloden, een gum, en éénmalig voor een vulpen en eenmalig voor een oortje voor de tablet.
e. Eten en drinken. De kinderen mogen een beker met een melkproduct of vruchtensap meenemen. Wilt u op de beker de naam van uw kind zetten? Als uw kind behoefte heeft aan fruit, wilt u het dan schoongemaakt meegeven in een bakje met naam er op? Kinderen in groep 7 en 8 verbruiken al veel energie. Daarom mogen de kinderen van deze groepen een boterham meenemen met gezond beleg. Snoep en koek zijn niet toegestaan. Het eten en drinken blijft in de tas van het kind.
Boekbespreking
f. Boekbesprekingen, spreekbeurten en werkstukken. Voor groep 4 t/m 8 zijn er lijnen uitgezet voor boekbesprekingen, spreekbeurten en werkstukken. Afhankelijk van het leerjaar wordt het per jaar een beetje meer. Door de boekbesprekingen en spreekbeurten gaat het kind zijn favoriete boek of onderwerp nader uitwerken en krijgt het de gelegenheid iets voor de groep te vertellen. Uiteraard daarbij gesteund door de richtlijnen die de leerkracht geeft. Werkstukken vragen een andere discipline. Wij maken daarvoor gebruik van ‘Werkstukwijzer’, zodat de leerlingen stap voor stap tot een werkstuk komen. Voor elk leerjaar verschillen de eisen ten aanzien van het maken van een werkstuk en het houden van een boekbespreking. Leerlingen krijgen ieder leerjaar de benodigde informatie van hun leerkracht. Bij de methode voor de zaakvakken, Topondernemers, komt het maken van een werkstuk(je) regelmatig aan de orde. Ook vinden er presentaties plaats. Helaas constateren wij dat werkstukken e.d. soms in zijn geheel of gedeeltelijk van het internet worden overgenomen. Het is de school, die een beoordeling geeft en het is daarbij dan ook niet mogelijk om als ouder in discussie te gaan over de beoordeling. g. Creaworkshops/Ateliers. Het streven is bij feestactiviteiten gezamenlijk per gang creaworkshops te organiseren. De kinderen kunnen op de workshops intekenen die zij graag willen volgen. Op deze wijze maken wij gebruik van de competentie van de leerkracht, kiest de leerling voor de activiteit die hij graag wil doen en werkenzij met leerlingen uit andere groepen. h. Mobiele telefoons. Deze zijn niet meer weg te denken in onze huidige samenleving. Wij merken, dat steeds meer kinderen mobiele apparatuur bij zich hebben. Nu kunnen wij ons voorstellen dat het in sommige gevallen goed is als iemand een telefoon bij zich heeft om in noodgevallen (onderweg naar school of naar huis) te kunnen bellen. Zeker voor kinderen die wat verder weg wonen. Echter de huidige apparaten beschikken over meer mogelijkheden dan alleen maar bellen of gebeld worden. Met het toenemen van de digitalisering van onze samenleving is het belangrijk onze leerlingen op een verantwoorde wijze om te leren gaan met de mogelijkheden die mobiele apparatuur bieden. Dit valt onder het ontwikkelingsgebied ICT-geletterdheid wat wij onderwijzen op De Waterwilg. Hiervoor hoeven de leerlingen niet te beschikken over eigen mobiele apparatuur. Daar waar de onderwijssituatie vraagt om toepassing van mobiele apparatuur wordt deze apparatuur door de school verzorgd. Daarom is tijdens schooluren het gebruik maken van privé mobiele apparatuur storend en niet toegestaan. Wij hanteren daarom de volgende regel: Het is de verantwoordelijkheid van de kinderen bij het binnenkomen van de school te zorgen dat de mobiele apparatuur wordt uitgezet of in vliegtuigmodus wordt geplaatst. Als (met enige regelmaat) aan deze afspraak geen gevolg wordt gegeven, zal de leerkracht het mobieltje tijdelijk innemen. Wij merken echter ook, dat ouders steeds vaker contact zoeken met hun kind
37
onder schooltijd. Graag attenderen wij u erop dat uw kind deze berichten pas na schooltijd kan ontvangen. Wij verzoeken u geen berichtjes te sturen en uw eigen mobiele gebruik, wanneer u de school bezoekt, tot het minimum te beperken. Het maken, delen of op andere wijze verspreiden van audio en/of visuele opnamen en bestanden (zoals bijvoorbeeld foto of film) in school, op de speelplaats, tijdens de overblijf of bij andere aan school-gerelateerde activiteiten mogen alleen plaatsvinden indien er sprake is van uitdrukkelijke toestemming van het management van de school. Dit geldt voor alle bezoekers en medewerkers van De Waterwilg. Het mobiele apparaat wordt bij overtreding van deze afspraak ingenomen. Leerlingen blijven verantwoordelijk voor vermissing/zoekraken en beschadiging van mobiele apparatuur. i. MP3-spelers/iPods. Voor deze apparatuur geldt hetzelfde als voor de mobiele telefoons. Ook voor MP3-spelers of overige geluid- of beelddragers geldt de spelregel, dat leerlingen zelf verantwoordelijk zijn voor het uitzetten en wegbergen van dergelijke apparatuur bij de entree van de school. Als (met enige regelmaat) aan deze afspraak geen gevolg wordt gegeven dan zal de leerkracht dergelijke apparatuur tijdelijk innemen. Leerlingen blijven verantwoordelijk voor vermissing/zoekraken en beschadiging. j. Tablets. De tablet is en blijft eigendom van de school. De tablet blijft op school. De leerlingen van de groepen 4 t/m 8 krijgen van de school een oortje voor het verwerken van informatie bij b.v. Topondernemers. Gaat het oortje stuk of raakt dit oortje zoek dan wordt er een bijdrage gevraagd voor aanschaf van een nieuw oortje. k. Gedragscode. Voortvloeiend uit de leefregels van de school is een gedragscode ten aanzien van kleding opgesteld. De school geeft daarin aan dat hoofddeksels, in welke vorm dan ook, niet op school zijn toegestaan. Dit besluit is voorgelegd aan de commissie gelijke behandeling, de juridische afdeling van het bestuur Lucasonderwijs en aan de MR. l. Vader- en moederdag. Vader- en moederdag zijn gezinsgebeurtenissen. Bij de groepen 3 t/m 8 besteden wij geen aandacht aan deze dagen in de vorm van een gedicht en/of cadeautje. m. Seksuele voorlichting. Het geven van seksuele voorlichting past bij het leergebied Gezond en Redzaam Gedrag. Dit leergebied is er op gericht dat leerlingen kennis, inzicht en vaardigheden verwerven ten aanzien van een gezond en redzaam gedragspatroon, dat past bij henzelf en de omgeving waarin zij opgroeien. De Waterwilg maakt gebruik van het schoolkatern Relaties en Seksualiteit van Sanderijn van der Doef en Klaas Houterman. Dit katern wordt gebruikt in de groepen 7 en 8. Relaties en Seksualiteit wil kinderen ondersteunen in hun ontwikkeling tot een persoon die: • Respect heeft voor zichzelf en anderen. • Zich bewust is van eigen en andermans gevoelens, wensen, opvattingen en mogelijkheden. • Beslissingen kan nemen op het gebied van seksualiteit.
38
Bij dit thema wordt gebruik gemaakt van de volgende driedeling: 1. Lichamelijke en emotionele ontwikkeling. 2. Sociale ontwikkeling en relaties. 3. Seksualiteit en gezondheid.
Onderwerpen die in groep 7 en 8 aan de orde komen zijn o.a.: beeld van jezelf, bloot, ik verander in de puberteit, vriendschap en verliefdheid, relaties, wat is seks?, voorbehoedmiddelen, seksueel misbruik. Via de nieuwsbrief wordt aangeven wanneer er met de lessen rond seksuele voorlichting wordt gestart. Wij stellen het op prijs als u hier thuis ook aandacht aan wilt besteden. Ter aanvulling op de lessen seksuele voorlichting maken wij gebruik van het programma ‘dokter Corrie’ van Schooltv. Wanneer wij hier gebruik van maken, wordt er van te voren bekeken of dit onderwerp aansluit bij de lesstof.
Cito groep 8
n. Groep 8. Dit schooljaar heeft De Waterwilg 3 groepen 8. Bij groep 8 horen specifieke onderdelen en speciale activiteiten: • Het werken met een eigen agenda en het meer structureel geven van huiswerk. • Makena-project. • De Derde Kamer. •V oorlichting voor ouders over het werken in de groep en het voortgezet onderwijs tijdens de informatieavond op woensdag 2 september 2015. • In oktober: Afname van het Drempelonderzoek voor alle kinderen met een voorlopig VMBO advies. • In oktober/november*: Afname WISC, afhankelijk van de uitslag van het Drempelonderzoek. Op de informatieavond ontvangt u hier meer informatie over. • In november: Afname CITO LOVS B8. • Schoolbezoeken aan het Voortgezet Onderwijs, medio januari. • De afname van de Centrale Eindtoets in april 2016. • Musical groep 8. • Kamp groep 8. N.B. De activiteit geaccentueerd met een sterretje* is onder voorbehoud. Het Drempelonderzoek wordt niet door de school nagekeken. De ervaring leert dat het nakijken van het Drempelonderzoek een bepaalde periode in beslag neemt. Afhankelijk van het vrijgeven van de resultaten, worden de afnames van de WISC gepland.
Het afscheid van de basisschool Met een aantal bijzondere activiteiten nemen de leerlingen afscheid van De Waterwilg. Speciale activiteiten/projecten: Meedoen met activiteiten die zich voordoen zoals markt van de Verbeelding in het laatste weekend van september, project ‘De Derde Kamer’ en het Alcoholproject. Wij zullen zaterdag 26 september op de markt staan en zullen daarvoor op woensdag 9, 16 en 23 september ouders nodig hebben om op school materialen te knutselen die de leerlingen kunnen verkopen op de markt. Het Kerstgala: Op dinsdagavond 15 december 2015 vindt het speciale laatste kerstdiner op de basisschool plaats. De leerlingen zullen deze middag vrij zijn. Het kerstgala start om 18.00 uur. De musical: De opvoering van de musical is in CulturA. Per leerling is een aantal kaarten beschikbaar. De musicalopvoeringen zijn op 10 juni groep 8a, 14 juni groep 8c en op 17 juni groep 8b.
39
Het kamp: Het kamp wordt gehouden in de week van 28 juni t/m 1 juli 2016. De maandag voorafgaand aan het kamp zijn de leerlingen vrij. Het kamp is voor leerlingen en leerkrachten een geweldige gebeurtenis. Wel ervaren de begeleiders een enorme verantwoordelijkheid ten aanzien van het welzijn van alle kinderen. Om een goed kamp te kunnen draaien, maken wij afspraken met de leerlingen en met de ouders. Leerlingen die zich niet houden aan de afspraken mogen niet langer deelnemen aan het kamp en zullen door hun ouders gehaald moeten worden. De kampleiding is in bezit van een bewijs van Goed Gedrag. De afspraak t.a.v. mobieltjes vanuit de school is dat deze niet mee mogen. De kampleiding neemt een mobiele telefoon mee. Er is een centraal nummer. Daarnaast kunnen er individuele afspraken gemaakt worden met ouders en kinderen bijvoorbeeld in het geval van heimwee. Dankzij een extra donatie vanuit de ouderbijdrage kunnen de kinderen met de bus vervoerd worden. De afscheidsavond: Deze wordt gehouden op donderdag 7 juli 2016. Alle leerlingen worden op school verwacht met hun ouders. Na een leuke avond worden zij op een bijzondere manier uitgezwaaid. Het concert voor Makena: Sinds een aantal jaren wordt met groot succes in groep 8 een concert georganiseerd voor Makena. Met dit concert willen de deelnemende leerlingen geld inzamelen voor ons meisjesproject in Kenia. Het concert zal dit schooljaar plaatsvinden op vrijdagavond 1 april 2016. Naast de inzameling voor Makena, heeft het concert als doel de leerlingen een podium te bieden voor hun (muzikale) talenten. Zij kunnen zich opgeven voor zang, dans, presentatie of het bespelen van een instrument. Juf Jolijn organiseert het concert en stelt het programma samen. Het concert vindt plaats in CulturA. De beschikbare plaatsen voor publiek worden verdeeld onder de deelnemers. Bezoeken aan het Voortgezet Onderwijs: Ook dit schooljaar zullen de leerlingen zich gaan oriënteren en aanmelden op een VO-school van hun keuze. Veel leerlingen hebben in groep 7 al een kijkje genomen bij verschillende scholen. In groep 8 zullen de meeste leerlingen wederom verschillende scholen bezoeken alvorens tot een definitieve keuze te komen. Alle groepen 8 brengen een bezoek aan het Stanislascollege Pijnacker en aan het Melanchthon Berkroden (een verplichte activiteit). Deze scholen zullen de leerlingen laten proeven aan verschillende lessen en op deze manier hebben we alle niveaus bekeken. Het is een schoolse activiteit. Zij draaien deze dagen ‘echte’ schoollessen met een rooster om de leerlingen het onderwijs in het VO te laten ervaren.
Advisering voor het voortgezet onderwijs en de Centrale Eindtoets Graag verwijzen wij u naar blz. 72 van de schoolgids.
40
Overdracht leerling gegevens Basis Onderwijs naar Voortgezet Onderwijs gaat digitaal. De Waterwilg maakt bij de verwijzing naar het Voortgezet Onderwijs gebruik van het digitale overdrachtssysteem ‘Onderwijs Transparant’. Hier zijn alle scholen binnen de regio Haaglanden en Delft bij aangesloten. De overstap van leerlingen van het basisonderwijs naar het Voortgezet Onderwijs is een belangrijke stap in de schoolcarrière van leerlingen. Veel informatie die op de basisschool in de loop der jaren is verzameld rondom de leerling, moet overgedragen worden aan de ontvangende school. Toetsgegevens, gegevens over de schoolloopbaan en gegevens over begeleiding worden gecommuniceerd naar de school die de leerling kiest. Veel van deze gegevens spelen ook een rol bij de bepaling van het vervolgonderwijs.
De leerkrachten van groep 8 maken in samenspraak met de intern begeleider en de directie voor iedere leerling in groep 8 een onderwijskundig rapport (afgekort OKR). Dit rapport wordt gemaakt in het programma van Onderwijs Transparant. In dit rapport staan alle belangrijke (toets)gegevens over de leerling, welke noodzakelijk zijn voor een goede informatieoverdracht naar het Voortgezet Onderwijs. Ook worden relevante documenten als dyslexieverklaringen toegevoegd aan het OKR. Alle ouder(s)/verzorger(s) krijgen het OKR ter inzage. Er wordt aan ouders gevraagd dit OKR te controleren op de personaliagegevens. Over de inhoud van het rapport kan niet worden gediscussieerd. Daarnaast krijgen alle ouder(s)/verzorger(s) een adviesformulier. Dit is het formulier waarmee de leerling aangemeld kan worden bij één middelbare school. Bij het ondertekenen van dit formulier geven de ouder(s)/verzorger(s) aan dat zij op de hoogte zijn van achterliggende inhoud van het OKR en dat zij akkoord gaan met het digitaal overgedragen aan het voortgezet onderwijs. Zodra dit ondertekend is kan de basisschool het OKR van de leerling vrijgeven. Er kan dan niets meer gewijzigd worden in het rapport. Als een leerling zich met het adviesformulier heeft aangemeld bij een school van Voortgezet Onderwijs kan deze school, middels een unieke code op het adviesformulier, het vrijgegeven OKR van deze leerling opvragen in Onderwijs Transparant. De basisschool kan in Onderwijs Transparant zien of en waar een leerling zich heeft aangemeld.
3.3.2.1. Lezen
In groep 3 In groep 3 wordt de start gemaakt met het aanvankelijk lezen. Zo heet het lezen in deze groep, omdat er begonnen wordt met het aanleren van de letters. De school maakt gebruik van de nieuwste versie van Veilig Leren Lezen. De kinderen leren de letters aan de hand van eenlettergrepige woorden. De letters die zijn aangeboden komen hierna op het letterbord, zodat ze goed worden ingeprent. De letters worden meteen ingedeeld in klankgroepen. De kinderen leren ‘zoemend lezen’, dit houdt in dat zij het woord niet meer in stukjes hakken, maar ze lezen de eerste klank direct met verlengde klankwaarde en plakken de volgende klank (ook met verlengde klankwaarde erachter. B.v. mmmaaan. De nieuwe versie heeft zeer aantrekkelijke en uitnodigende materialen. De instructie van het lezen wordt gedaan via het smartboard met de leerkracht assistent van Veilig Leren Lezen. Veilig Leren Lezen heeft ook een eigen computerprogramma, de leerstof van de 12 kernen is hierin verwerkt. Ook is er een thuisversie met oefensoftware, zodat de kinderen extra kunnen oefenen als hier behoefte aan is. Wanneer u toestemming geeft, kan uw e-mail adres gebruikt worden om de inlog gegevens te ontvangen.
Gandaschool Kenia
Lezen is het belangrijkste, dat kinderen leren op de basisschool. Wie niet goed kan lezen, heeft een achterstand bij het verwerven van kennis en vaardigheden in alle andere leergebieden. Technisch lezen is de vaardigheid om lettertekens snel om te zetten in klanken. Kinderen die een zin vlot hardop kunnen lezen, kunnen meer tijd en energie vrijmaken om na te denken over de betekenis. Vanwege het grote belang van technisch lezen voor begrijpend lezen, is het nodig de vaardigheid in technisch lezen te blijven ontwikkelen. Daarnaast is er een verband tussen begrip en motivatie: kinderen met veel leesbegrip lezen graag en kinderen die graag en veel lezen, begrijpen teksten vaak ook eerder en beter dan minder gemotiveerde lezers.
41
In de groepen 3 wordt met het beginnend leesonderwijs de vinger aan de pols gehouden met de herfst-, winter-, lente- en eindsignaleringen van de methode Veilig Leren Lezen. Steeds vaker komen er kinderen in groep 3, die al kunnen lezen. Onze methode houdt hier rekening mee. Kort na de start in groep 3 wordt bij die kinderen een toets afgenomen, waarmee wij kunnen bepalen welke ‘lees leerlijn’ door het kind gevolgd kan worden. ‘Maan’ voor kinderen die starten met het leesonderwijs en ‘Zon’ voor kinderen die al goed kunnen lezen. AVI-niveau M3 is hiervoor vereist. Verder staan er in de groepen 3, t.a.v. het lezen, nog het interactief voorlezen tijdens het eten en drinken en de boekpromotie door de leerkracht en/of de leerling op het programma. Ook wordt er een begin gemaakt met begrijpend lezen. NB: Het is mogelijk via de school een link email te ontvangen om thuis te lezen. In groep 4, 5 en 6 Ook in groep 4, 5 en 6 blijft het verwerven van een goede technische leesvaardigheid een belangrijk leerstofonderdeel. Met behulp van de methode Timboektoe maken de leerlingen zich, op een gestructureerde wijze, leesproblemen en leesstrategieën eigen. Deze leesleerstof wordt in drie lessen per week aangeboden. De facultatieve vierde leesles is voor de zwakke lezers. Er wordt geoefend met het lezen van losse woorden en teksten in het werkboek, met leeskaarten, op de computer en door het duo- of groepslezen. De leerstof wordt op niveau aangeboden zodat ook de betere lezers voldoende uitgedaagd worden. De zwakke lezers oefenen extra met de zogenaamde doelkaarten waarin een leesmoeilijkheid of strategie in kleine stapjes wordt aangeboden. Tenslotte wordt de leesbeleving van kinderen gestimuleerd door voorlezen, vrij lezen en boekbesprekingen. Daarnaast wordt er dagelijks 15 minuten door leerlingen en leerkrachten in hun eigen leesboek gelezen tijdens ‘Kwartiermakers’. Toch kunnen wij het als school niet alleen! Kinderen die ook thuis zeer regelmatig lezen, worden goede lezers. Als kinderen niet uit zichzelf geneigd zijn om te gaan lezen, is het van belang dat ouders het lezen stimuleren. Ouders kunnen dit doen door zich zelf enthousiast te tonen voor lezen, leuke boeken uit te zoeken met hun kind en van het samen lezen een gezellige bezigheid te maken. Voor leerlingen van groep 3 en 4 is het belangrijk dat er regelmatig nog hardop gelezen wordt. Wanneer een kind eenmaal AVI-M5 behaald heeft is de noodzaak van het hardop lezen niet meer zo aanwezig.
Methode begrijpend lezen in de groepen 4 t/m 8 Sinds het schooljaar 2011-2012 werken de groepen 4 t/m 8 met de vernieuwde versie voor begrijpend lezen en studerend lezen, Goed Gelezen. Onder begrijpend lezen wordt verstaan, het achterhalen van de betekenis of bedoeling van een tekst. Begrijpend lezen is uitgebreid met begrijpend luisteren. Begrijpend lezen is niet de som van technisch lezen en mondelinge taal, maar een ingewikkelder proces. Een belangrijke rol hierbij spelen: • wereld oriënterende kennis • kennis en taal van verschillende soorten teksten • eigen ervaring en creatief denken • evaluatief denken • het bepalen van het doel van het lezen De verschillende leesstrategieën worden aangeleerd via directe instructie. Kinderen worden actief bij het onderwijs betrokken doordat er uit gegaan wordt van interactief onderwijzen en interactief leren.
42
De Kinderboekenweek Elk jaar wordt aandacht besteed aan de Kinderboekenweek. De Kinderboekenweek start op woensdag 7 oktober en loopt t/m zondag 18 oktober 2015. In 2015 is het thema: Natuur Wetenschap en Techniek Gedurende de Kinderboekenweek vinden er tal van activiteiten plaats en worden er boeken aangeschaft, die bekroond zijn met de Gouden- en Zilveren Griffel en de Gouden- en Zilveren Penseel.
Hoe kunnen ouders het leesproces stimuleren?
Lezen in de groepen
Lezen leert het kind niet alleen op school. Als ouder heeft u grote invloed op hoe uw zoon of dochter leert lezen. Met de volgende tips geeft u uw zoon of dochter de beste voorbereiding op het leren lezen op school. - Praat met uw kind. Als u vaak met uw zoon of dochter praat, leert het kind veel woorden kennen die het zelf ook zal gaan gebruiken. - Toon belangstelling. Het is heel goed om belangstelling te tonen en uw kind te laten merken dat u het leren lezen op school erg belangrijk vindt. - Ga actief met lezen aan de slag. U kunt uw kind stimuleren en helpen bij het leren lezen. Bijvoorbeeld door allerlei activiteiten met uw zoon of dochter te ondernemen waardoor hij of zij veel kan oefenen. - Lees uw kind voor. Kinderen vinden voorlezen fijn, ook als zij zelf al kunnen lezen. Voorlezen is goed voor het verbeteren van de luistervaardigheid en de woordenschat van het kind. - Herhaal sommige boekjes of verhalen. De kinderen weten dan al een beetje wat er komt en wat er ook al weer gebeurde. - Ga samen met uw kind naar de bibliotheek. Sluit daarbij zoveel mogelijk aan bij de interesses van uw zoon of dochter. - Geef uw kind af en toe een boek cadeau. Wij vinden het enorm belangrijk dat kinderen veel plezier beleven aan lezen. Ouders kunnen aan dit leesplezier een goede bijdrage leveren. Hoe meer een kind leest, hoe beter het ook zal leren lezen. We noemen dat ook wel het aantal leeskilometers. Een goede leesvaardigheid gaat vrijwel zeker ontstaan wanneer er dagelijks gelezen wordt. In groep 3, tijdens het aanvankelijk leesproces, is het thuis dagelijks 10 tot 15 minuten lezen een goede richtlijn. Het is beter om iedere dag even te lezen dan eens in de week een uur!
3.3.2.2. Taal/Spelling De Waterwilg werkt met de methode: Taal in Beeld op Snappet. De methode voorziet in de mogelijkheid tot een gedifferentieerde werkwijze en de leerlingen worden aangemoedigd om zelfstandig met de leerstof om te gaan. De leerkracht treedt op als organisator/ begeleider bij de lessen. Spelling en woordenschat zijn geïntegreerde onderdelen in de methode Taal in Beeld. Daarnaast zijn er op Snappet ook extra woordenschatlessen beschikbaar waar we gebruik van maken. 43
3.3.2.3. Schrijven De leerlingen van groep 3 t/m 6 ontwikkelen de schrijfvaardigheid met behulp van de methode ‘Zwart op wit’. Zwart op wit gaat uit van een natuurlijk, vloeiend schrift dat gemakkelijk aan te leren is. De kinderen krijgen de vrijheid om een eigen karakter in het handschrift te leggen. Zwart op wit besteedt al in de kleutergroepen aandacht aan, een goede manier van stabiele schrijfhouding en een goede potloodgreep. De kinderen leren de 8 voorbereidende schrijfbewegingen aan. In groep 3 leren de kinderen de cijfers, kleine letters en lees- en rekentekens. Ze leren de verbindingen en schrijven al woordjes en zinnen aan elkaar. In groep 4 komen de hoofdletters met hun verbindingen aan bod. De kleine letters worden herhaald en geautomatiseerd. De leerlingen leren schrijven tussen versmalde liniëring en in de tweede helft van het schooljaar begint het temposchrijven een rol te spelen. De leerlingen van de groepen 4 krijgen in het tweede gedeelte van het schooljaar een vulpen, mocht deze echter zoek raken of gaat een leerling er niet voorzichtig mee om, dan vragen wij voor de aanschaf van een nieuwe vulpen een bijdrage van €10,00. De Waterwilg gebruikt daarbij één type vulpen. Op iedere vulpen komt de naam van het kind te staan. De leerlingen krijgen van de leerkracht een instructie over het gebruik van de vulpen en hoe zij met de vulpen moeten omgaan. Er zijn vulpennen voor rechtshandige en linkshandige kinderen. In de groepen 5 worden cijfers, kleine letters en hoofdletters geautomatiseerd. De leerlingen oefenen het schrijven van langere woorden met spatiëring. Het tempo wordt verhoogd. In groep 6 wordt deze lijn voortgezet. Tevens leren de leerlingen te schrijven zonder hulplijnen. In groep 7 en 8 wordt aandacht besteed aan het creatief schrijven. In alle jaargroepen wordt veel aandacht besteed aan de goede schrijfhouding; de juiste zithouding, papierligging, pen greep en schrijfbewegingen. Daarnaast spelen ook de motorische oefeningen een grote rol.
3.3.2.4. Rekenen en wiskunde Het is erg belangrijk dat kinderen goed leren rekenen. Je hebt het bijna overal voor nodig, bijvoorbeeld in de winkel om te kunnen betalen, in de keuken waar je met inhoudsmaten en gewichten werkt en in de sport om wedstrijdschema´s en uitslagen goed te begrijpen. Ook wordt er tegenwoordig in bijna alle beroepen van uitgegaan dat je beschikt over goede rekenvaardigheden. Kinderen krijgen op school rekenonderwijs, maar ook ouders spelen een belangrijke rol bij het leren rekenen van hun kinderen. Een goede samenwerking tussen de school en ouders is daarbij belangrijk. In de brochure Op ouders kun je rekenen! Ondersteuning bij rekenvaardigheid op de basisschool vindt u handreikingen voor ouders om hun kind te helpen bij het leren rekenen. Deze brochure is te downloaden op de site van de landelijke ouderraad: http://www.loraad.nl/op-ouders-kun-je-rekenen/ In de kleutergroepen grijpen de leerkrachten gedurende de dag situaties aan die zich voordoen om rekenactiviteiten bij uit te voeren. Daarbij haken zij vaak aan bij het thema dat speelt in de groep. De leerlingen leren op speelse wijze rekenbegrippen aan en krijgen gevoel voor getallen en hoeveelheden. Deze kennis hebben zij nodig om een goede start te kunnen maken bij het rekenen in groep 3.
44
De groepen 3 t/m 8 werken met de nieuwste versie van de methode Pluspunt (versie 3). De afgelopen jaren zijn er stevige discussies geweest tussen de aanhangers van het realistisch rekenen en de aanhangers van het traditionele rekenonderwijs. De uitwerking van deze discussie zien wij terug in de nieuwe rekenmethode. De basis van de methode, het realistisch rekenen, waarbij leerlingen vanuit verworven inzicht leren rekenen, is gebleven. De grote omslag in de methode is dat het cijferend rekenen als uitrekenvorm weer terug is. Tevens wordt nieuw aangeboden leerstof structureel herhaald en ingeoefend. Alle leerlingen leren dezelfde rekenwijzen als basisbewerking te beheersen. In deze methode krijgt automatiseren (vlot kunnen rekenen) al meer aandacht dan voorheen. Wij
hebben echter gemerkt dat dit nog niet voor alle leerlingen voldoende is. Goede automatisering van basisbewerkingen zorgt ervoor dat het werkgeheugen minder wordt belast bij complexere rekenopgaven en heeft dus direct effect op het algehele rekenniveau. Daarom gaan wij het automatiseren systematisch aandacht geven in de groepen 3, 4 en 5. Het uiteindelijke doel is dat de leerlingen de basisbewerkingen met gehele getallen in elk geval tot 100 snel uit het hoofd leren uitvoeren, waarbij optellen en aftrekken tot 20 en de tafels van buiten gekend zijn. Er zijn leerlingen die meer tijd nodig hebben om de leerdoelen bij het rekenen te bereiken dan de gemiddelde leerling. Deze leerlingen geven wij meer rekenleertijd en aandacht in de groep. Ook hulp van het thuisfront kan hierbij ondersteunend zijn. De remedial teacher gaat, in overleg met de rekenspecialist, individuele aandacht geven aan leerlingen bij wie de eerder genoemde extra hulp niet toereikend is gebleken. Deze hulp willen wij vooral gaan toepassen in de onderbouw, zodat we zoveel mogelijk leerlingen een goede basis mee kunnen geven voor het voortgezet rekenen. De leerlingen van de groepen 4 tot en met 8 oefenen dagelijks op hun tablet met rekenvaardigheden. Eerst wordt een basisaanbod aangeboden. Het tweede gedeelte van de rekenles werken de leerlingen met de rekendoelen op hun eigen niveau op deze manier wordt het rekenonderwijs op maat aangeboden.
Topondernemers, het andere zaakvakonderwijs In de groepen 4 tot en met 8 gaan de leerlingen aan de slag met de methode Topondernemers. De Waterwilg heeft een beleidsplan ontwikkeld om de werkwijze en de doorgaande leerlijn te waarborgen. Sinds 2013-2014 wordt het beleidsplan vanaf groep 4 t/m groep 8 ingezet. Er zit een opbouw in het werken met deze methode. Deze methode voor wereldoriëntatie biedt de mogelijkheid kinderen de wereld om hen heen te laten ontdekken aan de hand van goed uitgewerkt en concreet ondersteunend thematisch onderwijs. In de vorm van opdrachtenkaarten komen geschiedenis, aardrijkskunde en natuureducatie op een nieuwe en verfrissende manier aan bod. Kinderen worden met Topondernemers uitgedaagd om initiatief te nemen, samen te werken en creatief te zijn. Zo bouwen zij zelfvertrouwen op in het vinden van antwoorden op eigen vragen. Met Topondernemers leren zij deze zelfstandig te vinden. Kinderen krijgen bewust een grote verantwoordelijkheid op dit gebied, onder begeleiding van de leerkracht. Een stappenschema (plankaart) kan de leerkracht en leerling helpen met het plannen en uitvoeren van een opdracht. Het stappenschema biedt ondersteuning bij het doornemen van een opdracht. Voor de leerlingen is het een goed middel om met de opdrachtkaarten te leren werken. Met Topondernemers wordt de onderwijsinhoud over mensen, de natuur en de wereld in samenhang aangeboden. Ook onderwerpen uit andere leergebieden worden betrokken op de ‘oriëntatie op jezelf en de wereld’. Activiteiten die veel voorkomen zijn: het lezen en maken van teksten, het meten en het verwerken van informatie in tabellen, tijdlijn en grafieken en het gebruik van beelden en beeldend materiaal. Met presentaties en werkstukken wordt het thema afgesloten, hierbij kan gedacht worden aan artikelen, collages, muurkranten, verslagen, folders, presentaties e.d. Nieuw is de inlogcode die de leerling krijgt om toegang te hebben tot de digitale leeromgeving van topondernemers.
Donatie aan Culibus
3.3.2.5. Wereld oriënterende vakken
45
Er is een stuurgroep die zich bezig houdt met de afstemming tussen de jaargroepen. In de stuurgroep worden schoolbreed afspraken gemaakt zoals: - Per leerjaar worden er 3 thema’s aangeboden; - De presentatietechnieken (poster, interview, folder, enz.) worden gefaseerd per leerjaar aangeboden. Daar wordt al in groep 4 mee begonnen (zodat de leerlingen in groep 5 al over een aantal vaardigheden beschikken om met Topondernemers aan de slag te kunnen); - De tijdvakken voor geschiedenis worden verdeeld over de jaargroepen, zodat wij kunnen garanderen dat alle tijdvakken aan bod zijn gekomen aan het einde van de schoolcarrière van de leerlingen; Onderwerpen van de thema’s waar groep 4 mee zal gaan werken worden door middel van de nieuwsbrief bekend gemaakt. Groep:
Thema 1:
Thema 2:
Thema 3:
5
Wereld in het klein
A t/m Z
De boerderij
6
Ik, jij, wij
Water, Aarde, Lucht en Vuur
Vlinders in je buik
7
Reizen
Multimedia
Sport en ontspanning
8
Derde Wereld
Amerika
Oorlog en Vrede
- De tijdvakken zijn als volgt verdeeld: dit moet voor de volgende tabel op volgende pagina Groep: Kaart:
Kaart:
Kaart:
Kaart:
Collage
Folder
Verslag
Muurkrant
Interview
Poster
Tijdsbalk
7
Muurkrant
PowerPoint Enquête
Uitlegplaat
8
Muurkrant
Artikel
Verhaal
4
Muurkrant
Collage
5
Muurkrant
6
Grafiek
Tevens wordt er voor de ouders jaarlijks een informatieavond georganiseerd rondom Topondernemers, deze avond zal zijn voor de ouders van leerlingen in de groepen 4 en 5. De bijeenkomst wordt georganiseerd voorafgaand aan de informatiebijeenkomst van de groepen 4 en 5. Daarnaast krijgt het team elk schooljaar professionele ondersteuning van School in Balans.
46
Groep:
Thema 1:
Thema 2:
Thema 3:
5
Eigen geschiedenis
Jagers en Boeren
6
Grieken en Romeinen
Monniken en Ridders
7
Steden en Staten
Ontdekkers en Hervormers
Regenten en Vorsten
8
Pruiken en Revoluties
Burgers en Stoommachines
Wereldoorlogen
De stuurgroep bestaat uit leerkrachten van elke jaargroep. De stuurgroep heeft overleg, bewaakt de doorgaande lijn en zet zaken uit.
Topografie De taal van de atlas leren de kinderen kennen via de topografie van Klas online In groep 6 wordt gestart met Nederland, in groep 7 komt Europa aan de beurt en in groep 8 starten de leerlingen met De Wereld. Deze methode sluit aan op de kerndoelen. De leerlingen in groep 6, 7 en 8 krijgen ook topografietoetsen. Thuis kan er eveneens worden ingelogd.
Schooltelevisie op het smartboard en active board De groepen 3 t/m 8 kijken naar een TV serie uitgezonden door de NOT. Dit kan zijn de serie Huisje Boompje Beestje, Nieuws uit de Natuur en het School TV weekjournaal. Daarnaast wordt er gewerkt vanuit de bijbehorende methode. Komend schooljaar zullen alle groepen uitzendingen van school-tv gaan volgen. Groep 1/2 : Koekeloere en De Schatkast Groep 3/4: Huisje, Boompje, Beestje; Leesdas Lettervos Boekentas, Rekenverhalen en Rekenen met Raaf. Groep 5/6: De Buitendienst Groep 7: Schooltv-weekjournaal Groep 8: 13 In de oorlog Al de uitzendingen kunnen worden gevolgd op het smartboard. Het smartboard geeft ook de gelegenheid om andere educatieve programma’s te volgen.
Verkeer
Foodtruck project Gezond
Groepen 1 t/m 6 SCHOOL op SEEF is hét programma in Zuid-Holland voor een goede aanpak van verkeersveiligheid en verkeerseducatie aan kinderen in de basisschoolleeftijd. Hier worden kinderen in een veilige omgeving op een eigentijdse manier begeleid in hun ontwikkeling tot duurzaam veilige weggebruikers. SCHOOL op SEEF omvat hoogwaardig en aansprekend, praktijkgericht en digitaal materiaal. Het werken aan de verkeersveiligheid van kinderen op en rond de basisschool vereist een integrale aanpak. Het programma SCHOOL op SEEF biedt de mogelijkheid om vanuit verschillende facetten (educatie, infrastructuur, communicatie, etc) hieraan te werken. Het motto is dan ook: “kinderen hebben recht op een veilige, zo zelfstandig mogelijke deelname aan het verkeer”. De leerkrachten geven samen met SCHOOL OP SEEF in alle leerjaargroepen theoretische en praktische verkeers educatie.Het programma wordt ondersteund door Onderwijs Advies te Zoetermeer. De groepen 7 zullen werken met de methode JVK (Jeugd VerkeersKrant). Daarnaast gebruiken zij de examenwijzer 2015. Hiermee worden de kinderen voorbereid op het verkeersexamen. Groep 7 neemt deel aan het landelijke verkeersexamen, dat bestaat uit een theoretisch en een praktisch deel. Het theoretische verkeersexamen vindt plaats op 7 april 2016. De Oudervereniging van De Waterwilg heeft aangegeven, het praktisch verkeersexamen zeer belangrijk te vinden en zal dit in haar activiteitenprogramma op gaan nemen en organiseren voor de leerlingen van de groepen 7. Het fietsexamen vindt plaats op 20 mei 2016. 47
Techniek De keuze van Techniek heeft te maken met de einddoelen, die een basisschool moet behalen, maar eveneens met de bevordering van de keuze voor Techniek in het algemeen. Het unieke aan techniek is dat er altijd een uitdaging in te vinden is. De kinderen leren door het werken met techniek op een natuurlijke wijze samen te werken. Hun verantwoordelijkheidsbesef wordt vergroot. Ze leren zelfstandig probleemoplossend te denken en te handelen; zij zoeken uit wat iets is, hoe het werkt en waarom. De Waterwilg heeft het Ontdekkasteel aangeschaft. Dit kasteel bevat 5 kasten, waarbij er voor elke groep materiaal te vinden is met opdrachten die te maken hebben met Techniek. Door de wijze van het neerzetten van deze kasten, heeft het geheel de contouren van een kasteel. Het geheel waarborgt een leerlijn op het gebied van Techniek voor groep 1 t/m 8. De groepen 1 en 2 verwerken het werken met de techniekdozen bij het keuzebord. De groepen 3 en 4 gebruiken de techniekdozen in het tweede gedeelte van het schooljaar. De groepen 5 en 6 hebben speciale momenten. De groepen 7 en 8 verwerken de techniekdozen bij de methode Topondernemers of houden een speciale techniekweek. De Waterwilg heeft een techniekcoördinator, die het Ontdekkasteel beheert. Hij/zij inventariseert de werkwijzen, heeft techniek als vast item op de agenda staan en regelt de bestellingen. Vanaf 1 december 2015 zal de school techniek ondersteuning krijgen van Jan Kersbergen. Vanuit zijn professie zeer betrokken geweest bij het op de kaart zetten van Techniek in de breedste zin van het woord. Deze werkzaamheden worden verricht op vrijwillige basis.
First Lego Leaque De Lego League (FLL) is een wedstrijd die jongeren tussen 10 en 15 jaar uitdaagt om de maatschappelijke rol van techniek en technologie te onderzoeken aan de hand van verschillende opdrachten. De opdrachten worden elk jaar opgehangen aan een thema en gedefinieerd in de jaarlijks wisselende ‘Challenge’. De kinderen werken in teams van maximaal tien deelnemers om de opdrachten zo goed mogelijk te vervullen en laten het resultaat zien tijdens regionale en nationale finales. Gedurende het hele project zullen de teams werken volgens spelregels van de FLL.
Ontwerp, bouw- en programmeer een robot De teams moeten een volledig autonome robot ontwerpen, programmeren en bouwen. Daarbij maken zij gebruik van het LEGO MINDSTORMS NXT system met de bijbehorende flow control software van Labview. Met deze robot moet tijdens de finaledagen wedstrijden worden gespeeld op een opdrachtenparcours, waarbij punten te verdienen zijn. Het parcours is zo ontworpen dat beginnende teams vrij eenvoudig punten kunnen halen. Voor gevorderde teams is het echter wel moeilijk om alle punten in de wacht te slepen.
Voer je eigen onderzoek uit en presenteer de resultaten De First Lego League is meer dan alleen een robotwedstrijd. Elk team voert binnen het jaarlijkse thema een eigen onderzoek uit over de maatschappelijke rol van techniek en technologie en presenteert de uitkomst tijdens de regionale en landelijke finale. Bij het uitvoeren van het onderzoek wordt van de kinderen verwacht, dat zij zelf initiatief nemen en met behulp van verschillende bronnen op zoek gaan naar een probleem, waar huidige wetenschappers en ingenieurs vandaag de dag mee te maken hebben. Vervolgens moeten de kinderen zelf op zoek naar een creatieve oplossing, die zij vervolgens presenteren op de finaledagen. 48
First Lego League (FLL) Benelux De FLL wordt in de Benelux gecoördineerd door Stichting Techniekpromotie. De teamwerving en organisatie van regionale finales is in handen van de Stichting Techniekeducatie Delft in samenwerking met de TU en het Science Center te Delft.
Thema 2015-2016
FLL regio finale in Delft
Dit jaar is het thema TRASH TREK: Afval? Laten we er wat van maken! Meer dan 290.000 kinderen, van 9 tot 16 jaar*, uit meer dan 80 landen gaan de fascinerende wereld van afval onderzoeken in de FIRST®LEGO® League TRASH TREKSM Challenge 2015/2016. Er komt meer kijken bij je afval dan je zou denken, van inzameling, sortering tot aan slim hergebruik om er nieuwe producten van te maken. Doe mee en ontdek de wereld van afval! FIRST LEGO League (FLL®) daagt kinderen uit om te denken als wetenschappers en technici. Tijdens het TRASH TREKSM seizoen kiezen de teams een probleem uit de praktijk dat opgelost moet worden. Daarnaast leren de kinderen hun eigen robot te bouwen en te programmeren met LEGO MINDSTORMS® om hier vervolgens verschillende missies in de robotwedstrijd mee uit te voeren. Tijdens het hele traject staan de Core Values zoals sportiviteit, samenwerking en respect voor elkaar hebben, centraal. Het team bestaat uit 10 leerlingen en gaat de uitdaging aan. De leerlingen van groep 8 krijgen daarbij een voorlichting wat het werken in het team inhoudt. Hierna kunnen zij solliciteren. Zij moeten daarin aangeven, waar zij goed in zijn; b.v. robot bouwen, programmeren, onderzoeken, presenteren etc. De directeur doet de selectie in overleg met de groepsleerkrachten van groep 8. Het team oefent elke vrijdagavond o.l.v. van onze coach: Toon Verwijmeren met daarbij hulp van ouders. De naam van ons team is op dit moment nog niet bekend. De wedstrijd vindt plaats op 12 december 2015 Het Science Center te Delft stelt wederom de locatie beschikbaar.
Engels in groep 5 t/m 8 Vanaf groep 5 krijgen de leerlingen Engels. Wij gebruiken de methode Real English-Let’s do it. Deze methode wordt gebruikt door meer dan tweeduizend basisscholen en is in een eigentijds jasje gestoken. In de oefeningen spelen internet en e-mail een rol. De website geeft toegang tot heel veel extra’s. Real English New biedt afwisseling, uitdaging, humor en goede resultaten met strips, liedjes en cartoons. De methode is goed gestructureerd en spannend. Daarnaast vindt er differentiatie in tempo en niveau plaats en is er een website met een module digitaal schoolbord. De leerlingen in groep 7 krijgen woorddictees, in groep 8 worden deze woorddictees uitgebreid met een aantal zinnen. Zij krijgen dit leerwerk mee naar huis en dit wordt na twee weken getoetst. Wij merken dat de woordenschat van de leerlingen hierdoor toeneemt en de overgang naar het Voortgezet Onderwijs beter verloopt.
49
3.3.2.6. Culturele Creatieve vakken Vormingsgebieden: • handvaardigheid • tekenen • muzikale vorming • dramatische vorming • dansante vorming Bij expressie gaat het om de ontwikkeling van de eigen creativiteit als bijdrage aan de harmonische ontwikkeling van het kind. De culturele vakken worden gegeven door de groepsleerkracht zelf in de eigen klas en incidenteel door professionals vanuit kunst educatieve instellingen. De Waterwilg heeft geen specifieke leerkracht dansante vorming en/of handenarbeid. Voor handvaardigheid, tekenen en textiele werkvorming kunnen de leerkrachten gebruik maken van de digitale lesmethode voor beeldende vorming: ‘Laat maar zien’. Deze methode biedt kant en klare lessen voor groep 1 tot en met 8. Er zijn lessen tekenen, handvaardigheid en textiel maar ook de nieuwe media, zoals fotografie en animatie komen aan bod. Tegelijkertijd is er aandacht voor kunst- en cultuureducatie. De lessen zijn voorzien van lesbeschrijvingen, lesdoelen en mooi beeldmateriaal. Bovendien wordt de methode voortdurend uitgebreid. Binnen de school wordt er naar gestreefd om zoveel mogelijk materialen en technieken aan bod te laten komen. De groepen 5 t/m 8 kunnen ook nog gebruik maken van 2 delen van de methode ‘Uit de kunst’. Deze wordt vooral gebruikt om de kinderen materiaalkennis bij te brengen. Tevens vinden er door het jaar heen creaworkshops plaats. Per gang is er in elke groep een crea-activiteit, waarvoor de kinderen kunnen intekenen, de groepen van de gang gaan dan door elkaar. De hele middag wordt dan aan deze crea-activiteit besteed. Daarbij wordt de leerkracht geholpen door ouders. Kinderen kiezen op deze manier voor een activiteit en we maken als team gebruik van elkaars kwaliteiten.
Muzikale en dansante vorming De school heeft een abonnement op cd’s en liedjes van Benny Vreeden, die nieuwe liedjes maakt die vaak actueel zijn, of passend bij het seizoen. Veel vieringen en feesten worden ook aangegrepen om er een, vaak schoolbrede, culturele activiteit aan te koppelen. Zo hebben wij de afgelopen jaren een spetterende muzikale opening van de Kinderboekenweek gehad. Ook hebben we bij projecten dansvoorstellingen gemaakt en gezien en muzikale optredens voor elkaar verzorgd op bijvoorbeeld het openingsfeest en De Waterwilgdag.
Dansante vorming Dit wordt aangeboden via het Kunstmenu en/of er worden workshops geregeld voor leerlingen.
Cultuur Wij vinden Cultuur in de basisschool belangrijk. Door kunst ga je namelijk anders kijken naar jezelf en anderen. Dat onderwijs op het gebied van de kunsten en cultureel erfgoed belangrijk is, wordt ook door de politiek onderkend. Zang, dans en muziek zijn eveneens belangrijk voor de ontplooiing van kinderen. Het cultuurproject dat plaatsvindt, kan worden opgezet rondom de Culturele kaart. 50
De Culturele kaart geeft de culturele instanties in Nootdorp en rondom De Waterwilg aan, waarbij verschillende culturele disciplines aan bod komen. Naast de voorstellingen vanuit het Kunstmenu, waarbij de leerlingen op stap gaan, heeft De Waterwilg een Cultuurochtend met culturele activiteiten en activiteiten via Team 4 Talent.
3.3.2.7. Bewegingsonderwijs De groepen 3 t/m 8 krijgen twee keer per week bewegingsonderwijs. De Waterwilg heeft twee vakleerkrachten bewegingsonderwijs.
Koningsdag
De vakleerkrachten maken met name gebruik van het boek: ‘Basisdocument Bewegingsonderwijs’, maar er zullen ook vernieuwende en aangepaste onderdelen worden toegevoegd aan het vakwerkplan. Deze literatuur vormt de leidraad van het vakwerkplan. De doelstelling van het vak bewegingsonderwijs is: zorgen voor een veilig beweegklimaat, waarbij er verschillende vaardigheden aan bod komen. De twaalf leerlijnen uit het ‘Basisdocument Bewegingsonderwijs’ vormen de basis voor deze verschillende vaardigheden. De vaardigheden zijn zowel op het sociaal-emotionele vlak (bijvoorbeeld: omgaan met winnenverliezen) als het fysieke vlak. Onze vakleerkrachten bewegingsonderwijs vinden het belangrijk dat de leerlingen deze vaardigheden met plezier uitvoeren in een sociale omgeving. Het gaat hierbij dus om een stukje leren over en van bewegen, maar er is ook duidelijk een opvoedende taak voor de vakleerkrachten weggelegd. Denk hierbij aan de leefregels van ‘De Waterwilg’. De Waterwilg maakt gebruik van de sporthal ‘s-Gravenhout, gelegen naast de school. Bij mooi weer wordt er gesport op de velden van S.V. Nootdorp. In de lessen bewegingsonderwijs komen verschillende werkvormen aan bod, zoals het zelfstandig werken in vakken, werken in een omgangsbaan, circuit en klassikale les vormen. De leerlingen krijgen zowel toestel als spel onderdelen gedoceerd. Tijdens de lessen bewegingsonderwijs moeten de leerlingen sporten in een apart tenue (bijvoorbeeld sportbroekje, trainingsbroek en T-shirt, daarbij gelet op de kledingvoorschriften die gelden op school). Gymschoenen met een stevige neus zijn daarbij verplicht. De sporthal mag niet worden betreden met buitenschoenen of met schoenen die afgeven. Als wij naar buiten gaan tijdens de lessen bewegingsonderwijs zijn schoenen met noppen toegestaan. Slippers, balletschoentjes, crocs, sandalen en dergelijke, zijn om veiligheidsredenen niet toegestaan. Daarnaast willen wij een ieder er op wijzen, dat sieraden tijdens de gymlessen af moeten. Het dragen ervan is gevaarlijk. Wij raden u aan geen sieraden aan uw kinderen mee te geven als zij gymles hebben. Het eventueel zoekraken van sieraden is uw eigen verantwoordelijkheid. Vanaf groep 4 wordt er na de gym gedoucht. Wij stellen als team het gebruik van doucheschuim niet op prijs. Een beetje gel mag, maar soms duurt het te lang voordat alle kapsels weer helemaal in model zitten. Hier gaat teveel tijd verloren. Bij het douchen is het aan te raden badslippers te gebruiken. Wanneer uw kind niet aan de gymles kan deelnemen of niet mag douchen, wilt u dan een briefje voor de gymleerkracht aan uw kind meegeven. 51
Er kan tijdens de gymlessen gefotografeerd of gefilmd worden. Deze beelden hebben altijd het doel om de leerkracht te coachen of te begeleiden in zijn of haar leerproces of zijn bedoeld voor de website van de school. Wij vinden het belangrijk toegankelijk en bereikbaar te zijn. U kunt bij ons altijd terecht met uw vragen over onder andere: - Het bewegingsonderwijs wat wij verzorgen. - Het bewegingsgedrag van uw kind. - Advies over sporten en sportverenigingen. U kunt na de lessen even langs lopen in de sporthal of telefonisch contact met ons op nemen, zodat we samen met u tot een oplossing kunnen komen. De vakleerkrachten bewegingsonderwijs zijn te bereiken op werkdagen na schooltijd via het telefoonnummer van onze school.
Atletiek Diploma In het schooljaar 2010-2011 zijn wij begonnen met de invoering van het Atletiek Diploma voor alle leerlingen van de groepen 3 tot en met 8. Er wordt van zes verschillende atletiekonderdelen gemeten wat de score is. Voorafgaand aan deze metingen worden alle onderdelen minimaal een keer in de gymles geoefend. De volgende onderdelen komen aan bod: - hoogspringen en Verspringen; - shuttle Run Test en Sprinten; - stap-Stap-Sprong of de Hink-Stap-Sprong; - verwerpen of Kogelstoten. Zodra alle beoordelingen verwerkt zijn, krijgen alle leerlingen een officieel Atletiek Diploma. Dit Atletiek Diploma keert jaarlijks terug. Op deze manier krijgen de leerlingen inzicht in de behaalde prestaties.
Clinics In het schooljaar kunnen er clinics worden verzorgd. Afgelopen jaar heeft er wederom een clinic karate plaats gevonden voor de groepen 7 en 8. Ook in het nieuwe schooljaar vinden deze clinics weer plaats. De lessen zijn voor de groepen 7 en 8 geregeld op verzoek van de leerlingenraad. Deze lessen vinden plaats in de sporthal ’s-Gravenhout. De karatelessen worden gegeven door dhr. Hans van Galen. Dhr. Hans van Galen heeft een eigen karateschool in Den Haag en is aangesloten bij de Karate-Do Bond Nederland. In deze lessen spelen onderstaande begrippen een grote rol: Zelfvertrouwen, Weerbaarheid en Zelfreflectie. De karatelessen worden op een dusdanige manier overgebracht aan de leerlingen, zodat plezier en respect de boventoon voeren. In het kader van gezondheid en meer bewegen wordt sport in het algemeen gestimuleerd waarbij o.a. coördinatie, motoriek, zelfvertrouwen, conditie en sociale aspecten een grote rol spelen. Deze aspecten komen juist bij karatetrainingen goed naar voren.
Sportdag Eenmaal per jaar wordt er door de school een sportdag georganiseerd. De sportdag wordt georganiseerd op de sportvelden van SV Nootdorp. De datum van de sportdag is nog niet bekend. Info over ons bewegingsonderwijs, sportdag en de toernooien vindt u bij Sport Nieuws op de site.
Het Schoolvoetbaltoernooi en Hockeytoernooi SV Nootdorp organiseert het schoolvoetbaltoernooi voor alle Nootdorpse basisscholen op de velden van SV Nootdorp. De data zijn op dit moment nog niet bekend. Scheidsrechters, begeleiders en uiteraard toeschouwers zijn daarbij heel erg hard nodig. 52
Het Hockeytoernooi is afgelopen jaar weer georganiseerd door Team4Talent op advies o.a. van de leerlingenraad van De Waterwilg.
3.3.2.8. Moderne Media De computer is niet meer weg te denken uit het onderwijs. Alle ruimtes, van klaslokaal tot administratie, van directieruimte tot spreekkamers, beschikken over multimedia computers. Groep 1 en 2 hebben 2 computers per lokaal en 1 Active board/Touchscreen. De andere groepen beschikken over 2 computers of laptops.( Daarnaast zullen de groepen 4 tot en met 8 in het schooljaar 2015-2016 gaan werken met tablets waarbij zij niet alleen gebruik zullen maken van onderwijssoftware middels Snappet maar ook de tablet kunnen gebruiken voor toegang tot het internet en het Microsoft Office 365 pakket.
Schoolvoetbaltoernooi
Alle onderwijssoftware behorende bij de methodes voor taal, rekenen en spelling staan geïnstalleerd op de centrale server van Lucasonderwijs, het bestuur of worden digitaal aangeboden via onderwijsplatforms Snappet of Basispoort. Het Leerlingvolgsysteem van CITO wordt door elke groepsleerkracht voor zijn of haar groep beheerd. Het team heeft de mogelijkheid om elkaar via het Intranet te informeren over zaken aangaande De Waterwilg. Het handboek van de school, de draaiboeken etc. zijn hierop te vinden. Dit Intranet is alleen voor intern gebruik. ICT-scholing op maat voor het team doen we bij ABZHW op school of bij OA Advies. Op onze school worden computers voor de volgende doeleinden gebruikt: - als hulp bij het inoefenen van aangeboden leerstof (m.b.v. de educatieve software); - in speelse situaties; onder toezicht van de leerkracht; - als intern en extern communicatiemiddel (e-mail); - als verzamelplek van belangrijke informatie, waaronder het leerlingvolgsysteem en het digitale leerlingenarchief; - als informatiebron; - gebruik bij de lessen Topondernemers, spreekbeurten e.d.
ICT-geletterdheid Deze vaardigheid wordt gezien als de enige echt nieuwe vaardigheid van onderwijs in de 21ste eeuw. We worden omringd door technologie. Door efficiënt en effectief gebruik te leren maken van deze technologie komen informatie- en technologische vaardigheden bij elkaar. Wij willen onze leerlingen leren gepaste media-en ICT bronnen te analyseren en te selecteren. Daarnaast is het belangrijk dat leerlingen begrijpen hoe in de maatschappij door middel van huidige technologie gecommuniceerd wordt en dat zij daar aan deel kunnen nemen. ICT-geletterdheid houdt naast het kunnen gebruiken van informatie- en technologische toepassingen in dat leerlingen ook weten hoe een computer werkt. Zo zal in het schooljaar 2015-2016 gestart worden met het leren programmeren vanaf de kleutergroepen. Hierbij leren de jonge kinderen denken in eenvoudige algoritme om een robot (Bee-Bot of Blue-Bot) te programmeren. In de groepen 5 tot en met 8 besteden wij aandacht aan de andere componenten die onder ICTgeletterdheid vallen namelijk: mediawijsheid en diploma Veilig internetten. Daarnaast leren onze leerlingen gebruik te maken van veel voorkomende toepassingen zoals Word en Power Point. Het
53
voorkomen en bespreken van digi pesten wordt aangeboden in de lessen Kanjertraining maar worden ook besproken middels het internet-protocol. Dit is een protocol waarin leerkracht, leerling en ouders met elkaar afspreken hoe de leerling zich op het internet moet gedragen. Naast deze lespakketten zijn er ICT hulpkaarten en instructiefilmpjes waarmee de leerlijn op het gebied van ICT gewaarborgd wordt. ICT is niet een vak apart, maar wordt geïntegreerd in het lesprogramma. Anneke Peters heeft afgelopen schooljaar haar opleiding Media Coach afgerond. Marjolijn Duinker zal een opleiding media coach gaan volgen in het schooljaar 2015-2016.
Programmeren Door te oefenen met programmeren kunnen leerlingen hun digitale talenten ontdekken. Hierdoor maken leerlingen kennis met de basisprincipes van coderen. De vaardigheden die daarvoor nodig zijn, zoals creatief en logisch denken, moeten kinderen inzicht geven in de ‘achterkant’ van de apparaten die zij elke dag gebruiken. Het is de bedoeling om leerlingen een gezonde band te laten opbouwen met technologie, internet en computers. Bij programmeren leren kinderen vooruit in stapjes te denken. Dit kan al vanaf de kleutergroepen door gebruik te maken van de Bee-bot. In de middenbouw wordt de Blue-bot aangeboden. Daarnaast kunnen ook programma’s zoals codekinderen en scratch gebruikt worden. Door het aanbieden van leren programmeren, bereiden we onze kinderen voor op een toekomst waar zij naast gebruiker ook maker kunnen zijn.
Mediawijsheid Onze kinderen zijn vaak al vertrouwd met de diverse toepassingen van moderne media. Toch valt er juist voor kinderen nog veel te leren over het gebruik van digitale diensten. Want ‘hoe weet je of het klopt wat je op internet leest of ziet’ en ‘is het nieuws altijd waar?’ maar ook dat wat je op internet deelt, altijd bewaart blijft in het olifantengeheugen op internet, zijn belangrijke thema’s die met de kinderen behandeld worden. Hiervoor maken we gebruik de lesideeën van Kennisnet.
Veilig internetten Het team van De Waterwilg vindt het belangrijk dat kinderen leren omgaan met het internet. Voor de groepen 5 en 6 is het programma Veilig Internnetten Junior beschikbaar en voor de groepen 7 en 8 maken wij gebruik van het lespakket Veilig internetten ‘the game’. Beide digitale lespakketten zijn samengesteld door Kennisnet. Met dit lespakket worden kinderen bewust gemaakt van de risico’s en het eigen handelen op internet. In acht hoofdstukken worden diverse thema’s behandeld, zoals het verstrekken van privégegevens, chatten, e-mailen, downloaden en digitaal pesten. Ook wordt via deze methode aandacht besteed aan de lichaamshouding achter de computer. Er wordt afgesloten met een online examen.
Digi pesten Moderne communicatiemiddelen zijn niet meer weg te denken in deze tijd, maar het gebruik ervan vraagt aandacht en zorg. Er zijn teambreed afspraken gemaakt. Zo stelt het management het niet op prijs wanneer leerkrachten met leerlingen individueel mailen en/of een juffen of meester Facebook pagina hebben. Het contact naar ouders via de mail, beperkt zich tot een mededeling en of een vraag. Daarnaast adviseren wij ouders om regelmatig met hun kind te bespreken hoe zij omgaan met social media zoals Facebook, Whatsapp, Instagram en het gebruik van internet in het algemeen. Als u zich afvraagt wat kinderen en jongeren doen op internet en hoe je daar als ouder mee omgaat, verwijzen wij u graag naar de website www.kennisnet.nl. 54
Cyberpesten is helaas een veelvuldig voorkomend fenomeen. Wanneer ouders met ons in contact treden omdat hun kind via digitale media gepest wordt, sturen wij als school een email aan de ouders van de leerlingen van de desbetreffende groep. Ook kan het zijn dat de school de wijkagent betrekt bij de gesprekken. Bureau Halt ondersteunt de school en geeft gastlessen over Digipesten in groep 7. Indien gewenst kan de school voor de ouders een thema avond Digipesten organiseren of het CJG (Centrum Jeugd en Gezin) vervult hier een rol in.
Internetprotocol
Lego finale Intertoys
Om de kennis van de leerlingen te toetsen, maar vooral om deze kennis zinvol in te zetten, maken de leerlingen vanaf groep 6 hun werkstuk op de computer en de leerlingen van groep 8 gebruiken bij tenminste één presentatie het programma PowerPoint. De school hanteert een email en internetprotocol. Dit protocol wordt besproken op de informatieavond, leerlingen en ouders ondertekenen het. Er zijn duidelijke afspraken, over hoe zoekopdrachten plaatsvinden via de computer. De school maakt gebruik van een filternet, sites worden per dag via dit systeem weergegeven en worden gelokaliseerd. Het is de opvoedkundige taak van de school om aan te geven wat wel en wat niet kan worden bezocht. Het e-mail en internetprotocol wordt aan de leerlingen uitgedeeld, besproken en moet worden ondertekend. Belangrijk is echter dat de leerlingen leren hoe met email en internet om te gaan. Op De Waterwilg is de afspraak, dat de kinderen via Kennisnet, op het Internet gaan zoeken. In groep 7 krijgen de leerlingen meer vrijheid en verantwoordelijkheid om zelfstandig te werken met het Internet en gebruik te maken van andere zoekmachines.
Smartborden en Prowise borden De groepen 3 t/m 8 beschikken over smartborden. Deze borden vormen een verrijking voor de onderwijssituatie. Leerkrachten illustreren hun lessen en leerlingen ondersteunen hun presentaties met Powerpoint presentaties. Echter in de groepen worden de smartboarden vervangen door Prowise borden gezien de ontwikkelingen op ICT-gebied.
Touchscreens/ Active boards Alle kleutergroepen beschikken over touchscreens. De kleuters kunnen op deze screens zelf werken en daarnaast digitaal klassikaal met elkaar naar b.v. een prentenboek of een tv programma kijken.
Type cursus na school vanaf groep 4 t/m 8 Marlies van der Kruk, een ouder van De Waterwilg is afgelopen jaar gestart met het aanbieden van een typecurus. In het verleden werd de cursus aangeboden in de bovenbouw, gezien de ontwikkelingen in het gebruik van de computer en tablet, wordt de cursus voor leerlingen van De Waterwilg nu vanaf leerjaar 4 aangeboden. Een goede typevaardigheid is gemakkelijk bij het werken op de computer en tablet. Voor de cursus wordt een bedrag gevraagd. 55
3.4.
Catechese (groep 1 t/m 8)
Met behulp van de methode Trefwoord besteden wij in de groepen 1 t/m 6 aandacht aan onze katholieke identiteit. In de kleuter-, onder- en middenbouw maakt de methode gebruik van dagopeningen die aansluiten bij de leefregels van de school. Deze groepen van de onder- en middenbouw beginnen de dag met een dagopening. In de bovenbouw wordt de methode Wereldwijd Geloven in 20 thema’s aangeboden. In Trefwoord wordt expliciet aandacht besteed aan de Christelijke feesten. In Wereldwijd Geloven komen ook de verschillen en/of overeenkomsten met andere geloven aanbod. Het kan zijn dat De Waterwilg een activiteit in samenwerking met de Bartholomeus Kerk aan de Veenweg organiseert. De leerlingen van de groepen 4 en 7 zullen een bezoek aan de kerk brengen. Daarnaast organiseert de Kerk kinderwoorddiensten, deze worden via de Nieuwsbrief aan u bekend gemaakt. In groep 4 worden de kinderen door de parochie uitgenodigd om deel te gaan nemen aan de voorbereidingen voor de 1e Heilige Communie. Het afgelopen jaar hebben 6 kinderen van onze school deelgenomen aan de 1e Heilige Communie. De kinderen kregen in de klas de gelegenheid om iets te vertellen over deze bijzondere dag. In groep 8 worden de kinderen uitgenodigd om deel te gaan nemen aan de voorbereidingen van het Heilig Vormsel. Deze voorbereidingen vinden niet onder schooltijd plaats. De sacramentencatechese, waaronder de 1e Heilige Communie en het Heilig Vormsel vallen, zijn de verantwoordelijkheid van de Kerk en de ouders gezamenlijk. De school draagt bij aan de geloofsopvoeding vanuit haar visie en beleid. De communiewerkgroep en de Vormselwerkgroep die zijn opgericht vanuit de parochie regelen de voorbereiding samen met de ouders van de communicanten en de vormelingen en zorgen voor de berichtgeving naar de ouder. De school zal daarin helpen door middel van het verstrekken van de berichten. De datum van de 1e Heilige Communie is nog niet bekend. Het Vormsel is op 17 januari 2015. De contactpersoon van de school met de kerk is Gonnie de Groot.
Kerkvieringen katholieke parochie H. Bartholomeus te Nootdorp Elke zondag is er om 11.00 uur een eucharistieviering in de Bartholomeus kerk Veenweg 36 te Nootdorp. U en uw kinderen zijn van harte welkom. Voor de kinderen van 0-12 jaar is er iedere zondag een speciaal programma. Drie zondagen is er ‘kinderkerk’ (een eigen samenkomst voor kinderen in twee groepen in hun eigen ruimte). De derde zondag van de maand is er gezinsviering (de viering in de kerk is dan speciaal gericht op gezinnen met kinderen). Kijkt u voor actuele informatie ook in het weekblad ‘De Eendracht’. Daarin worden iedere week de vieringen van het komende weekend aangekondigd.
3.5.
Bijzondere activiteiten
Activiteiten op het Kunstzinnig vlak
56
De Nootdorpse scholen maken gebruik van het Kunstmenu. Het Kunstmenu stelt leerlingen van het primair onderwijs in de provincie Zuid-Holland in de gelegenheid om kennis te maken met alle vormen van professionele kunst. Voor de leerlingen van groep 1 t/m 8 staan voorstellingen, concerten, films en tentoonstellingen op het programma. Ieder kind bezoekt per schooljaar één van bovengenoemde activiteiten. Daarbij is een opbouw te zien van kunst in de groep voor de jongere kinderen en een bezoek elders voor de oudere kinderen. Het Kunstgebouw, de organisatie die het Kunstmenu regelt, zorgt elk jaar voor een artistiek ver-
antwoord menu en bijpassend lesmateriaal. Uitgangspunt hierbij is dat de voorstellingen en tentoonstellingen niet op zichzelf staan maar deel uitmaken van het geheel aan kunstzinnige oriëntatie binnen de school. De activiteiten zijn gepland door het schooljaar heen en worden in de nieuwsbrief aangekondigd. Na een activiteit leest u een verslag, eveneens in de nieuwsbrief.
Activiteiten die zich in een jaar kunnen voordoen zijn bijvoorbeeld: • op bezoek gaan bij de kinderboerderij; • op bezoek gaan bij een bedrijf; • excursie in het teken van de Cultuur en/of Techniek
Avondvierdaagse Moestuin project
Op initiatief van ouders heeft De Waterwilg afgelopen jaren deelgenomen aan de Avondvierdaagse. Een ouder verzorgt de coördinatie vanuit de school. De leerlingen die meelopen ‘lenen’ van de school een Waterwilg t-shirt. Op een van de dagen krijgen de leerlingen een versnapering of een aandenken, betaald vanuit de ouderbijdrage. De avondvierdaagse vindt dit schooljaar plaats van 6 t/m 9 juni 2016.
NL DOET Het Oranjefonds is het grootste nationale fonds op sociaal gebied en laat Nederland van zijn beste kant zien. Per jaar besteedt het fonds € 32 miljoen aan organisaties en initiatieven, die de sociale cohesie in Nederland en het Caribische gebied versterken. Vrijwilligers zijn het kloppend hart van vele sociale initiatieven. Ook De Waterwilg heeft heel veel vrijwilligers. Als school kun je een klus aanmelden. Zo hebben wij geld ontvangen voor de beplanting van de plantenbakken op de speelplaats bij het Hoofdgebouw. Afgelopen schooljaar zijn de plantenbakken op de speelplaats van het hoofdgebouw opnieuw gevuld. Er zijn nieuwe bakken op de vlonder gezet. Plantenbakken hangen er aan de hekken. Bij de entreedeur van het hoofdgebouw staan 2 grote nieuwe plantenpotten. NL Doet vindt op 11 en 12 maart plaats.
KIKA De leerlingen van de groepen 5 hebben afgelopen schooljaar 2013-2014 hun steentje bijgedragen voor KIKA met het inzamelen van lege flessen. Een bijdrage tot sponsoring van deze organisatie. Totaalbedrag € 225,00. Ook dit schooljaar wil De Waterwilg zich inzetten voor KIKA.
Nederland schoon, Gemeente Nootdorp schoon de omgeving van de Waterwilg schoon In het kader van het thema van het project en de Leefregel dit jaar gaan de groepen 6 niet specifiek rondom de Op Schoondag. de schoolomgeving opruimen, maar zullen zij dit iedere laatste woensdag van de maand doen. De Waterwilg huurt daarbij de specifieke schoonmaakaanhanger van de Gemeente voor deze activiteit. 57
HOOFDSTUK 4
4.1.
DE ZORG VOOR KINDEREN
De Zorgstructuur van de school
De coördinatie van de leerlingenzorg en het leerlingvolgsysteem is in handen van de intern begeleiders en zij geven vorm en inhoud aan de interne zorgstructuur. Gelukkig gaat het met heel veel kinderen goed; zij gedijen goed in het pedagogische klimaat van de school en zij leren in voldoende mate bij. Toch sluit bij sommige kinderen het gewone onderwijsleerproces, om uiteenlopende redenen, niet aan bij hun behoeften. In overleg met de ouders proberen wij de oorzaak hiervan te achterhalen en waar mogelijk het probleem aan te pakken. Niet altijd kunnen wij zelf een probleem oplossen en zullen wij advies of onderzoek van externe deskundigen nodig hebben om een goede begeleiding te kunnen bieden.
4.1.1.
De Interne Zorgstructuur
Extra begeleiding en systematische aanpak De school krijgt per leerling formatie toegewezen. Een deel van die formatie wordt besteed aan de zorg voor kinderen. Niet altijd verloopt het leren zonder problemen. Extra zorg is dan nodig. Een school heeft vervolgens keuzemogelijkheden om vorm en inhoud te geven aan de zorg voor de kinderen. Wij doen dit door de aard van de problemen goed te onderzoeken en deze te bespreken met de ouders. Vervolgens stelt de intern begeleider samen met de leerkracht een handelingsplan op. In dit handelingsplan wordt aangegeven welke hulp wordt geboden, welk doel er wordt nagestreefd, welke materialen er nodig zijn, hoe vaak er hulp wordt gegeven en het moment van evaluatie. Dit handelingsplan wordt doorgaans uitgevoerd binnen de eigen groep en door de eigen leerkracht van het kind. Door werkvormen te hanteren, die de leerkracht ruimte geven om kinderen extra te begeleiden, realiseren wij de extra hulp die kinderen nodig hebben. De hierboven beschreven ondersteuning maakt deel uit van de zgn. basisondersteuning van de school. Alle scholen binnen het samenwerkingsverband waartoe De Waterwilg behoort, dienen een overeengekomen niveau van basisondersteuning te (gaan) realiseren. Voor ouders wordt de komende jaren hiermee helder wat zij kunnen verwachten van scholen. De basisondersteuning van de school staat beschreven in ons schoolondersteunings profiel. Het schoolondersteunings profiel kunt u vinden op de site en in het PO Venster van de school. Op PO Venster.nl wordt op een eenduidige manier informatie gegeven over alle basisscholen van Nederland).
Wet Passend Onderwijs Op 1 augustus 2014 is de nieuwe wetgeving met betrekking tot passend onderwijs van kracht geworden. Elk kind heeft recht op goed onderwijs. Ook kinderen die extra ondersteuning nodig hebben. Het kabinet wil dat zoveel mogelijk kinderen naar een gewone school in de buurt kunnen gaan. Wat er veranderd is dat scholen (schoolbesturen) zorgplicht hebben. Dat betekent dat de school een kind een passende onderwijsplek moet bieden, of op de school waar het kind is aangemeld, mogelijk met extra ondersteuning, of op een andere school in het regulier of speciaal (basis)onderwijs. De extra ondersteuning wordt door de scholen binnen het samenwerkingsverband zelf georganiseerd. Waar dit niet mogelijk is, heeft het samenwerkingsverband afspraken met andere scholen en/of samenwerkingsverbanden (zie meer uitgebreid paragraaf 4.2.1.4. 58
Extra formatie voor de Zorgstructuur Formatie is het aantal leerkrachten dat aangesteld kan worden t.o.v. het aantal leerlingen in een schooljaar. Iedere school heeft, naast de formatie die gebruikt wordt voor de bezetting van de jaargroepen, formatie over. Met deze formatie kan de school extra accenten leggen ten behoeve van het onderwijs zoals wij dat willen vormgeven.
Het schoolondersteuningsteam
Officieel Kanjerschool
Op school werken wij met een schoolondersteuningsteam. Het team vergadert regelmatig en heeft als doel het optimaliseren van de zorg aan onze leerlingen. In het schoolondersteuningsteam hebben zitting vanuit de school: de directeur, de intern begeleiders en de leerkracht(en) van de leerling. Op verzoek nemen de maatschappelijk werker en de orthopedagoge, verbonden aan de school, ook deel aan de vergaderingen van het ondersteuningsteam. Wanneer het team vergadert over een leerling worden de ouders uitgenodigd om daarbij aanwezig te zijn. Om leerlingen optimale ontwikkelingskansen te bieden, is samenwerking tussen school en ouders van groot belang. Een positief en regelmatig contact tussen school en ouders bevordert de ontwikkeling en het leren van kinderen en is extra belangrijk wanneer er zorgen zijn en extra hulp nodig is rond een leerling. De kennis en ervaring van de ouders en de school vullen elkaar aan en dat komt de pedagogische aanpak en de zorg voor een kind ten goede. Tijdens de vergadering van het ondersteuningsteam zal de hulpvraag vanuit de diverse disciplines besproken worden en zal een advies voor een hulptraject gegeven worden. Op deze wijze hopen wij zo transparant mogelijk samen met de ouders het kind die zorg te bieden waar zowel de school als de ouder zich in kunnen vinden. In een dergelijke vergadering kunnen gevoelige zaken besproken worden en daarom vragen wij ouders samen aanwezig te zijn.
Dossiervorming Het papieren dossier: Van elke leerling hebben wij een papieren dossier. Dit dossier omvat het aanmeldingsformulier, de persoonsgegevens van de leerling, het intredeformulier en de KIJK! Lijsten ingevuld door leerkracht en ouders, onderzoeksverslagen, externe en interne verslagen en informatie, die relevant is voor een goede begeleiding van de leerlingen. De papieren dossiers bevinden zich in een afgesloten kast op school en deze kunt u alleen van uw eigen zoon en/of dochter inzien. Scholen zijn verplicht het dossier 5 jaar te bewaren nadat een leerling de school verlaten heeft. Digitaal systeem: Op De Waterwilg maken wij gebruik van het digitaal administratiesysteem Esis B. In dit systeem kunnen wij de leerlingenzorg digitaliseren. Het is een leerlingendossier waarin alle notities, handelingsplannen, gespreksverslagen en documenten per leerling kunnen worden opgeslagen. Ouders kunnen kennis nemen van het dossier van hun kind.
Zorg voor de jonge leerling Om kleuters in hun ontwikkeling te volgen, maken wij sinds vorig jaar gebruik van het KIJK!-observatiemodel. Het is een systeem waarmee de leerkracht, op basis van haar professionele observatie, per ontwikkelingsaspect kan aangeven in welke ontwikkelingsfase het individuele kind zich bevindt. In samenhang met de basiskenmerken van het kind, de betrokkenheid en eventuele risicofactoren
59
ontstaat dan een compleet beeld van de ontwikkeling. Aan de hand hiervan maakt de leerkracht keuzes op pedagogisch, didactisch en organisatorisch gebied. Overigens heeft dit tot gevolg dat wij met de kleutergroepen afwijken van de gesprekscyclus in de groepen 3-7. Met het leerling- en onderwijsvolgsysteem (LOVS) van Cito kunnen wij de leerontwikkeling van de kinderen door de verschillende leerjaren heen goed volgen. Vanaf midden groep 2 worden de kleuters getoetst met behulp van de Cito-toetsen ‘Rekenen voor Kleuters’ en ‘Taal voor Kleuters’ om na te gaan of een bepaald niveau is bereikt. Om achterstanden in de ontwikkeling van beginnende geletterdheid vroegtijdig te kunnen signaleren, maken wij gebruik van het protocol leesproblemen en dyslexie voor groep 1 en 2. Soms merken wij dat een oudste kleuter toch nog moeite kan hebben met sommige voorwaarden die nodig zijn om naar groep 3 te gaan; Voor deze leerlingen bieden wij aan het einde van het jaar een RT ondersteuning aan, om de kinderen net even een zetje te geven. Via een schrijven wordt de ouder daarover geïnformeerd en bij vragen kunt u altijd contact met ons opnemen. De geregistreerde observatiegegevens en toets resultaten vullen elkaar aan en geven samen een goed beeld van de leerling. Zo wordt in kaart gebracht hoe ver de kleuter in zijn ontwikkeling is en waar hij bijgestuurd en/of extra gestimuleerd moet worden.
Schoolmaatschappelijk werk Opvoeden en opgroeien gaat niet vanzelf. Soms lopen ouders en kinderen tegen problemen aan waar zij soms niet direct een oplossing voor hebben. De schoolmaatschappelijk werker kan hierbij helpen. De heer Cor van der Plas, schoolmaatschappelijk werker, verzorgt een inloopspreekuur op De Waterwilg. 3 keer per week op de maandag-, woensdag en vrijdagochtend vanaf 08.30 uur is hij aanwezig op school, in spreekkamer 1 van het hoofdgebouw. Dit is een uitbreiding van het schoolmaatschappelijk werk ten opzichte van vorig schooljaar. De schoolmaatschappelijk werker voorziet daarbij in een behoefte, die nodig is om extra begeleiding te bieden aan ouders en kinderen. U kunt bij hem terecht met vragen over bijvoorbeeld de opvoeding, gezinssituatie en leefomgeving. Als tijdens de gesprekken blijkt dat andere hulpverlening nodig is, kan hij u verwijzen. U hoeft voor het spreekuur vooraf geen afspraak te maken. Ook kunt u een afspraak met Cor bij u thuis maken Cor heeft voordat hij bij De Waterwilg kwam werken, ruim 8 jaar gewerkt bij de Raad voor de Kinderbescherming als raadsonderzoeker. Daarvoor ruim 8 jaar als leerplichtambtenaar in de gemeente Zoetermeer en daarvoor ruim 12 jaar als bijstandsmaatschappelijk werker, ook in Zoetermeer. Cor werkt op verschillende scholen. Hij is te bereiken op tel. nr.: 06-2240 1128 en via:
[email protected].
Logopedie De leerlingen worden gescreend in de kleuterperiode en indien nodig behandeld.
60
Fysiotherapie Leerlingen van de school, die een verwijzing voor fysiotherapie hebben gehad, kunnen fysiotherapie krijgen op school. Met de Kinderfysiotherapiepraktijk van Mw. S.M. Hofstede-Buitenhuis uit Voorburg heeft de school een samenwerking om kinderen tijdens de schooluren fysiotherapie aan te kunnen bieden. Marianne Weil is verbonden aan deze praktijk en geeft de fysiotherapie op school. Ouders zijn vrij in de keuze ten aanzien van fysiotherapie en zij kunnen, indien gewenst, een andere behandelaar voor hun kind zoeken buiten de school.
Zorg naar de Gemeenten; de Kernteams
Slippers van autobanden
Vanaf 1 januari 2015 heeft de gemeente Pijnacker-Nootdorp nieuwe verantwoordelijkheden en taken in de toegang tot hulp en ondersteuning. De drie nieuwe kernteams spelen hierbij een belangrijke rol. Pijnacker, Nootdorp en Delfgauw hebben ieder een kernteam. Elk kernteam bestaat uit ervaren professionals met uiteenlopende ervaring en expertise. Heeft u een hulpvraag? Voor uw vragen over zorg, sociale zekerheid en jeugdhulp kunt u bij het kernteam terecht. Samen met de ouder wordt bekeken welk kernteamlid uw vraag het beste kan beantwoorden. Als ondersteuning nodig is, kan het teamlid ouders verwijzen naar andere vormen van (vrijwillige en professionele) hulp. De teams worden aangestuurd door een teamleider van de gemeente, mevrouw Maaike van der Scheer. Informatie over de kernteams kunt u vinden op:www.pijnacker-nootdorp.nl.
Informatie naar externe instanties De school heeft de taak de privacy van de leerlingen zorgvuldig te bewaken. Wij kunnen alleen informatie geven en versturen wanneer ouders daar toestemming voor geven. Het onderwijskundig rapport bij de overgang naar een andere school of naar het Voortgezet Onderwijs is het enige document dat onder verantwoordelijkheid van de school valt als document voor informatieoverdracht.
Het onderwijskundig rapport Wanneer een leerling tussentijds de school verlaat wordt er een Onderwijskundig Rapport gemaakt. In het Onderwijskundig Rapport geven wij een overzicht van de ontwikkelingen en prestaties van een kind in de jaren dat het bij ons op school heeft gezeten. Het rapport wordt gemaakt door de leerkracht. Het rapport wordt doorgezonden naar de nieuwe school. U ontvangt zelf een kopie van dit rapport. Indien u niet akkoord gaat met de inhoud, raden wij u aan te tekenen voor gezien en schriftelijk uw bevindingen weer te geven. Wij geven dit dan door aan de nieuwe school van uw kind.
4.2.
De Externe Zorgstructuur
Niet altijd is de school in staat om zelf voldoende onderzoeksmiddelen in te zetten en een goede diagnose ten aanzien van de problemen te formuleren. In overleg met de ouders kunnen wij tot de conclusie komen dat wij advies van externe deskundigen noodzakelijk achten. Dan gaat de school een beroep doen op de eigen externe zorgstructuur van de school, zoals bijvoorbeeld Onderwijs Advies maar het kan ook zijn dat wij ouders verwijzen naar de externe zorgstructuur buiten de school zoals bijvoorbeeld het Centrum voor Autisme of een GGZ-instelling.
61
4.2.1 De aan de school gelieerde externe zorgstructuur 4.2.1.1. Onderwijs Advies West Zuid–Holland, (OA) De scholen in Pijnacker-Nootdorp maken gebruik van de diensten van Onderwijs Advies (OA). Deze diensten worden door de school ingekocht. De dienstverlening kent 2 aspecten: hulp bij systeemgerichte begeleiding en/of met leerlinggerichte begeleiding. De systeemgerichte begeleiding omvat adviezen en hulp bij het kiezen van onderwijsinhoudelijke zaken. De leerling gerichte hulp omvat het diagnosticeren en het geven van handelingsadviezen ten aanzien van leer- en/of gedragsproblemen bij kinderen. Deze hulp kan er toe leiden dat de school een meer op maat gemaakte begeleiding aan de leerling kan geven. De school vraagt een onderzoek bij de OA aan met toestemming van de ouders De school werkt met een vaste begeleider vanuit de OA. Dit is drs. Anja van Iperenburg.
4.2.1.2. Onderzoeken op initiatief van de ouders Wij constateren echter, dat ouders ook zelf initiatieven nemen om hun kind te laten onderzoeken. Uit zo’n onderzoek kan een advies komen waarvan ouders graag willen dat de school hieraan mee werkt. De school kan/zal alleen ingaan op deze individuele onderzoeken en adviezen als de school het schriftelijk onderzoeksverslag ontvangt en het advies past binnen de onderwijsstructuur en binnen de visie van ons onderwijs. In de onderzoeken, die in samenwerking tussen school en ouders worden ondernomen wordt altijd rekening gehouden met de mogelijkheden binnen de dagelijkse organisatie van De Waterwilg.
4.2.1.3. Onderzoek door Orthopedagoge verbonden aan De Waterwilg Sinds schooljaar 2013-2014 is Babette Havenaar als orthopedagoge aan De Waterwilg verbonden. De taak van de orthopedagoog is een behandeling vast te stellen die aansluit bij de ontwikkelingsproblematiek van het kind. Orthopedagogiek is een specialisatie in het wetenschappelijk onderwijs. Babette Havenaar heeft een bachelor in pedagogiek afgerond en heeft een master in orthopedagogiek. Met deze certificering heeft een zij de bevoegdheid om gericht onderzoeken te doen en problematieke of ontwikkelingsafwijkingen vast te stellen. De orthopedagoog verricht, altijd met toestemming van de ouders psychologisch onderzoek bij het kind om te achterhalen welke leer- en gedragsproblemen zich voordoen en wat hier van de oorzaak is. Op basis van de uitkomsten van dit onderzoek wordt een individueel behandel- en begeleidingsplan opgesteld. Zodoende probeert de orthopedagoog ervoor te zorgen dat kinderen die hulp krijgen die het beste aansluit bij de behoefte van het kind. Bij de daaropvolgende behandeling kan de orthopedagoog ook de begeleiders, docenten en ouders betrekken, door hen gerichte adviezen te geven met betrekking tot de begeleiding en therapeutische handelingen die zij zelf kunnen verrichten.
4.2.1.4. Samenwerkingsverband 2802 PPO Delflanden Met ingang van 1 augustus 2014 maakt De Waterwilg deel uit van een nieuw Samenwerkingsverband (SWV). Dit is het SWV-2802, ‘Samenwerkingsverband passend primair onderwijs Delflanden’. In dit samenwerkingsverband werken de 80 scholen uit het primair onderwijs uit de gemeenten Delft, Midden Delfland (Den Hoorn, Schipluiden), Lansingerland, en Pijnacker-Nootdorp samen. Naast de reguliere basisscholen bestaat het samenwerkingsverband ook uit drie scholen voor speciaal basisonderwijs en vier scholen voor speciaal onderwijs. De missie van het samenwerkingsverband is om voor ieder kind een passende onderwijsplek aan te bieden. In de praktijk zal dit voor de meeste kinderen het reguliere onderwijs zijn maar waar nodig kan dit ook een speciale lesplaats zijn. 62
De wijze waarop de scholen in het samenwerkingsverband werken, is beschreven in de volgende uitgangspunten: - Het denken in mogelijkheden voor een kind. Niet alleen de vraag wat is er aan de hand met een kind (beperkingen), maar meer wat heeft het kind nodig om te komen tot een optimale ontwikkeling. - Goede, constructieve samenwerking met ouders, scholen en samenwerkingsverband. Om voor een kind tot de juiste invulling te kunnen komen, hebben wij elkaar nodig. - Handelingsgericht werken, dit is een systematische manier van werken, waarbij het aanbod afgestemd is op de onderwijsbehoeften en de basisbehoeften van de leerlingen. Aan de hand van de kind kenmerken wordt gekeken welke onderwijsbehoeften het betreffende kind heeft. Het onderwijs wordt daarop aangepast.
De verschillende niveaus van zorg zoals die op De Waterwilg en binnen het Samenwerkingsverband 2802 worden aangeboden, zijn: Niveau 0: Reguliere basisondersteuning die in de groep verzorgd kan worden. Niveau 1: Er is preventieve ondersteuning in de groep eventueel met ondersteuning van de helpdesk van het samenwerkingsverband. Niveau 2: De LOA (Lokale Onderwijsadviseur) van het samenwerkingsverband is betrokken bij de begeleiding van het kind. Er wordt gestart met een zogenaamd ‘groeidocument’ waarin de zorg concreet wordt geformuleerd. De vier vragen die hierin leidend zijn: 1. Wat heeft het kind nodig? 2. Wat heeft de leerkracht nodig? 3. Wat heeft de school nodig? 4. Wat hebben de ouders nodig? Er is sprake van een zorgarrangement, de afspraken zijn gedocumenteerd. Niveau 3: De leerling wordt aangemeld bij de toelaatbaarheidscommissie van het samenwerkingsverband om te beoordelen of de leerling in aanmerking komt voor plaatsing in speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs.
Overblijf ontvangt Gouden Ster
De scholen hebben met elkaar afspraken gemaakt over wat iedere basisschool moet kunnen bieden, de zogenaamde basisondersteuning. In het ondersteuningsprofiel van de school zijn deze afspraken terug te vinden. U kunt deze vinden op de site van de school onder het kopje Passend Onderwijs. Bij een aantal kinderen zal blijken dat basisondersteuning niet toereikend is. Voor hen wordt een arrangement geformuleerd. Voor die kinderen voor wie de hulp die geboden kan worden vanuit het arrangement niet toereikend is, kan een ‘speciale lesplaats’ van toepassing zijn. In die situaties gaan wij samen met ouders en scholen in gesprek om te komen tot de juiste onderwijsplek. Om voor een arrangement of een speciale lesplaats in aanmerking te komen zijn er zogenaamde routes beschreven, die gevolgd kunnen worden vanuit het samenwerkingsverband. Een route is de weg, die beschrijft wat een school moet doen om een leerling in een arrangement of speciale lesplaats geplaatst te krijgen. Centrale plaats neemt het schoolondersteuningsteam in waarin de directeur en de intern begeleiders zitten.
63
Niveau 4: De leerling wordt aangemeld en wordt geplaatst op een speciale lesplaats binnen het samenwerkingsverband. Het kan hierbij gaan om een school voor speciaal basisonderwijs of om een school speciaal onderwijs binnen het samenwerkingsverband.
4.2.1.5. Schoolondersteunings profiel Doel van deze samenwerking is om kinderen in de leeftijd van 4 - 12 jaar een passende onderwijsplek aan te bieden. In een Samenwerkingsverband maken scholen met elkaar afspraken over de basisondersteuning, een bepaald onderwijsniveau die elke basisschool minimaal aanbiedt. Indien kinderen meer dan deze basisondersteuning nodig hebben, dan zijn er aanvullende arrangementen of er zijn speciale lesplaatsen voor deze kinderen. De wetgeving met betrekking tot Passend Onderwijs geeft aan dat iedere school over een eigen ondersteuningsprofiel moet beschikken, zodat ouders een goed zicht krijgen op het profiel van de school en of er een dekkend netwerk aan voorzieningen aanwezig is binnen het samenwerkingsverband. Alle scholen hebben binnen het samenwerkingsverband een schoolondersteuningsprofiel gemaakt op basis van eenzelfde instrument. Het is de eerste keer dat scholen hiermee werken en het is ook de eerste keer dat scholen op die manier met elkaar vergeleken kunnen worden. De komende jaren zullen deze schoolondersteuningsprofielen verder ontwikkeld gaan worden, zodat zij een duidelijker functie kunnen gaan krijgen met betrekking tot het informeren van ouders en andere betrokkenen. Op dit moment ziet het Samenwerkingsverband de schoolondersteuningsprofielen als een groeidocument. Door ervaring hiermee op te doen, wordt het model verder uitgewerkt. De Waterwilg heeft haar Ondersteuningsprofiel geplaatst op de website en in PO Vensters gepubliceerd op het internet.
4.2.1.6. De lokale ondersteuningsadviseur (LOA) Het samenwerkingsverband faciliteert de scholen met een lokale ondersteuningsadviseur (LOA), voor De Waterwilg is dit Mirjam Heemskerk. Zij ondersteunt de school in het realiseren van de basisondersteuning, stimuleert de verbinding tussen scholen (onderling) en het samenwerkingsverband en faciliteert de school bij het schakelen naar intensievere vormen van ondersteuning.
4.2.1.7. Extra Ondersteuning en speciale lesplaatsen
64
Op het moment dat de basisondersteuning niet voldoende ondersteuning biedt voor een leerling, bespreekt de school dit met de ouders. In overleg met de LOA wordt vastgesteld of er meer nodig is dan de basisondersteuning kan bieden. Als ouders, school en LOA gezamenlijk constateren dat er meer nodig is dan wordt er een start gemaakt met het opstellen van een arrangement. In een arrangement worden de ondersteuningsbehoeften van het kind, de ouders, de leerkracht en de school in beeld gebracht. De onderwijsarrangementen worden toegekend door de LOA. Allerlei typen arrangementen kunnen voorkomen, bijvoorbeeld het beschikbaar stellen van expertise (bijvoorbeeld ambulante begeleiding), het beschikbaar stellen van extra handen, het beschikbaar stellen van materialen en hulpmiddelen of een arrangement beschikbaar in geld, zodat het schoolbestuur deze inzet zelf kan organiseren. Bij een route naar een speciale lesplaats wordt ook een vertegenwoordiger van de school voor speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs uitgenodigd bij de bespreking van de zorgvraag in het schoolondersteuningsteam Het onderwijsarrangement wordt geformuleerd in een ontwikkelingsperspectief van de leerling, dit is een wettelijke verplichting. Het ontwikkelingsperspectief heeft altijd een beperkte geldigheid en wordt daarom regelmatig geactualiseerd Na het opstellen van het onderwijsarrangement dienen alle betrokkenen, ouders, school en het samenwerkingsverband een akkoord te geven Bij een speciale lesplaats gaat de aanvraag naar de toelaatbaarheidscommissie van het samenwerkingsverband. Een toelaatbaarheidsverklaring zal, uitgezonderd bepaalde doelgroepen, altijd tijdelijk zijn. Met ouders en scholen wordt hierover altijd gesproken. Zij brengen hierover een advies uit.
4.2.1.8. Ontwikkelingsperspectief Met de komst van Passend Onderwijs heeft de onderwijsinspectie bepaald dat basisscholen voor leerlingen die extra ondersteuning naast de basisondersteuning nodig hebben, ook een ontwikkelingsperspectief voor hen moet worden geformuleerd. Extra ondersteuning is daarbij gedefinieerd als alle ondersteuning die via het samenwerkingsverband loopt en waarvoor het samenwerkingsverband middelen toewijst. Kinderen die bijvoorbeeld begeleiding krijgen bij dyslexie of kortdurende remedial teaching volgen, vallen binnen de basisondersteuning en hiervoor hoeft geen ontwikkelingsperspectief opgesteld te worden.
Bezoek aan de supermarkt
Het primaire doel van het ontwikkelingsperspectief (OPP) is de ontwikkelingskansen van leerlingen te optimaliseren op basis van hun mogelijkheden en talenten waarbij het belang van de leerling voorop staat. Werken met een ontwikkelingsperspectief draagt bij aan het maken van een omslag van ‘volgen’ naar ’plannen’. In plaats van de (leer) ontwikkeling te volgen en af te wachten waar de leerling uiteindelijk uitkomt, plant de school met het OPP doelgericht het onderwijs. In het OPP beschrijft de school de doelen die een leerling kan halen met de belemmerende en bevorderende factoren die hierop van invloed zijn. Het biedt de leraar handvatten om het onderwijs af te stemmen op de onderwijsbehoeften van de individuele leerling. Hierdoor krijgen zowel school, ouders als leerling scherper in beeld waar de leerling naar toewerkt om succesvol te zijn in o.a. de uitstroombestemming. Hierbij komen de basisvaardigheden taal/lezen en rekenen en/of de sociaal-emotionele ontwikkeling, het gedrag en de werkhouding of taakaanpak van de leerling aan bod. De school evalueert het ontwikkelingsperspectief 2x per jaar met de ouders en stelt het zo nodig bij.
4.2.1.9. Zorgondersteuning / Remedial Teaching (RT) De Waterwilg biedt kinderen die specifieke aandacht nodig hebben voor een bepaald leerstofonderdeel remedial teaching (RT) aan onder schooltijd. Dit wordt verzorgd door Paulien van Kempen en Annette Snelders. Het gaat hierbij om specifieke zorgondersteuning. Wanneer RT wordt geadviseerd worden de ouders hierover geïnformeerd.
4.2.2.
De niet aan de school gelieerde zorgstructuur
Hieronder verstaan wij gespecialiseerde onderzoek- en/of behandelinstituten. Voorbeelden hiervan zijn: GGZ, Pietje Bell (ADHD-centrum), Centrum voor Autisme, Regionaal Instituut voor Dyslexie (RID), ONL (het dyslexie behandelinstituut van Onderwijsadvies). Ten behoeve van een onderzoekstraject wordt aan ouders en school vaak gevraagd om (gedrag) vragenlijsten in te vullen. De leerkrachten vullen deze vragenlijsten in, omdat zij de leerling dagelijks in de klas meemaken. De leerkracht probeert altijd een zo realistisch mogelijk beeld te schetsen van het functioneren van een leerling in een klas, in het belang van een goed onderzoekstraject. Hierbij dient door ouders rekening gehouden te worden dat de antwoorden soms confronterend kunnen zijn. De leerkracht zal altijd een onderbouwing geven maar kan niet altijd de teleurstelling van ouders wegnemen. 65
4.3.
Het leerling- en onderwijsvolgsysteem
Om de leerontwikkeling van alle kinderen door de verschillende leerjaren heen goed te kunnen volgen maakt de school onder andere gebruik van het leerling- en onderwijsvolgsysteem (LOVS) van Cito. Het LOVS biedt de school een totaal toetsenpakket voor de leerstofonderdelen: rekenen en wiskunde, begrijpend lezen, technisch lezen en spelling. De toetsen worden afgenomen bij een zeer grote groep van leerlingen in het land. Daardoor is het mogelijk om de prestaties van individuele kinderen te vergelijken met andere kinderen in Nederland. In de hieronder weergegeven toets planner kunt u aflezen welke toetsen op welk moment afgenomen worden in de verschillende leerjaren. Toetsen
sept.
nov.
jan.-feb.
april
juni
Rekenen voor kleuters
M2
E1-E2
Taal voor kleuters
M2
E2
M3-M4
E3-E4
DMT ** AVI
B8
M3-M7
E3-E8
Begrijpend lezen
B4*
B8
M4-M7
E3-E4
Rekenen en wiskunde
B8
M3-M7
E3-E6
Spelling
B8
M3-M7
E3-E6
Entreetoets-7
E7
Centrale Eindtoets***
E8
Nieuw is de toets voor woordenschat. Deze toets moet nog worden ingepland.
Toetskalender: * Leerlingen met beneden gemiddelde prestaties bij de afname van eind groep 3 voor technische leesvaardigheid worden hier getoetst met de AVI. ** De DMT is een toets om de technische leesvaardigheid voor het lezen van losse woorden te toetsen. Drie kaarten, met een verschillend moeilijkheidsniveau, worden telkens 1 minuut gelezen, waarbij het aantal goed gelezen woorden de score bepalen. De toetsen: Op De Waterwilg gebruiken wij de niveauduiding van Cito zoals hieronder aangegeven. In de hieronder weergegeven tabel kunt u deze aflezen. Interpretatie van%de prestaties op Cito-LOVS Niveau Waardering
66
I+
10%
Hoogst scorende
I
10%
Ver boven het gemiddelde
II
20%
Boven het gemiddelde
III
20%
Gemiddelde prestaties
IV
20%
Beneden het gemiddelde
V
10%
Ver beneden het gemiddelde
V-
10%
Zwakst scorende
Voor de leerling die op niveau-III presteert geldt dat de leerling presteert overeenkomstig een gemiddelde leerling op jaargroep niveau. Voor leerlingen welke beneden het gemiddelde presteren betekent dit dat er bij hen sprake is van een leerachterstand en bij leerlingen welke boven het gemiddelde presteren spreken wij van een leervoorsprong. Deze verdeling is een landelijk genormeerde verdeling en ouders kunnen de prestaties van hun kind hieraan relateren.
Het informeren van ouders over de prestaties op de Citotoetsen van hun kind: Tijdens de tafeltjesavond zullen de leerkrachten u, aan de hand van de grafieken van het LOVS, de ontwikkeling van uw kind(eren) laten zien door de jaren heen. Dit schooljaar zijn bij de grafische grafieken over de resultaten van Begrijpend Lezen en Rekenen & Wiskunde van uw zoon/dochter ook referentieniveaus weergegeven. In de grafieken kunt u zien hoe uw zoon/dochter scoort ten opzichte van de referentieniveaus. Het referentieniveau geeft aan wat een leerling moet kunnen en kennen op bepaalde momenten in hun schoolcarrière. Referentieniveaus zorgen voor efficiëntere en effectievere onderwijsprogramma’s. Hierdoor kunnen betere doelen worden gesteld en kunnen leerprestaties van leerlingen worden gemeten en eventueel bijgestuurd. Bij de overstap van basisschool naar voortgezet onderwijs helpen de referentieniveaus om het niveau van de leerling vast te stellen. De niveaus worden, voor de basisschool, in opklimmende moeilijkheidsgraad aangeduid: <1F: beneden fundamenteel niveau 1F: fundamenteel niveau 1S: streefniveau 2F: dit niveau sluit aan bij 1F De verwachting is dat de meeste leerlingen aan het einde van groep 8 het referentieniveau 1F hebben bereikt. Sommige leerlingen zullen meer kunnen halen dan het referentieniveau 1F, bijvoorbeeld 1S of 2F. Er zullen ook leerlingen zijn voor wie 1F (nog) niet haalbaar is. Zij zullen de doelen van 1F waarschijnlijk in het begin van de middelbare school bereiken. Om als volwassene goed te kunnen functioneren in de maatschappij is het nodig dat in ieder geval niveau 2F wordt gehaald. Vanaf 2016 zal de inspectie de gegevens van de behaalde referentieniveaus gaan gebruiken bij het beoordelen van de opbrengsten van de Centrale Eindtoets. De referentieniveaus zijn in de wet afgesproken en basisscholen zullen voor de overdracht naar het voortgezet onderwijs moeten aangeven waar leerlingen staan ten opzichte van de referentieniveaus. Boomknotten groep 8
De ouders ontvangen bij het rapport de uitdraai van de Citoresultaten in de vorm van een leerlingenrapport per getoetst leerstofonderdeel. De leerlingen van de groepen 5 t/m 8 krijgen de Citoresultaten mee in het schoolrapport. Voor alle andere groepen geldt dat ouders deze gegevens ontvangen via de leerkracht. Wij adviseren ouders van de leerlingen t/m groep 6 om de Citoresultaten niet te bespreken met hun kind. Jonge kinderen kunnen hier niet veel mee; zij werken in de klas, worden getoetst met de methode gebonden toetsen en kunnen dit overzien. Dat geldt niet voor de Citotoetsen en de resultaten. 67
4.3.1. Interpretatie van de Citotoetsen Interpretatie van het leerlingrapport: Allereerst kunnen wij uit het leerlingenrapport de vorderingen van het kind aflezen, maar tevens kunnen wij de prestaties van de leerling vergelijken met andere, vergelijkbare leerlingen. Mede op basis van het leerlingenrapport bepalen wij of wij de vorderingen van een leerling nader moeten analyseren of extra actie moeten ondernemen. Alle leerlingen volgen een lijn. De neergaande lijnen, geven doorgaans het startsein voor nader onderzoek.
Interpretatie op groepsniveau Tijdens de groepsevaluaties door leerkracht en intern begeleider, aan het begin, het midden en het eind van een schooljaar worden de resultaten van de groep geanalyseerd om te onderzoeken of de onderwijssituatie op groepsniveau bijstelling behoeft. De analyses verwerken wij in het groepsplan. Dit is een werkdocument voor de leerkrachten. Dit document is niet ter inzage voor ouders, omdat het informatie bevat van alle leerlingen. Het groepsplan helpt ons om de begeleiding en hulpvragen van individuele en groepjes leerlingen overzichtelijk en beheersbaar in het klassenrooster in te kunnen plannen. Tevens is het een zeer effectief middel bij het overdragen van de ene jaargroep naar de andere en bij situaties waar de klas gerund wordt door een invallende leerkracht.
Interpretatie op schoolniveau Met behulp van het LOVS is het mogelijk om op schoolniveau na te gaan of wij beantwoorden aan de doelstellingen die wij nastreven. Deze evaluatie kan de aanzet vormen tot kwaliteitsverbetering. Kwaliteitsverbetering kan gerealiseerd worden door wijzigingen en/of aanpassingen in het didactisch handelen van leerkrachten maar kan ook leiden tot het vervangen van een methode.
De afname van de Entreetoets in groep 7 De Entreetoets bevat de basisvaardigheden voor Taal, Rekenen-Wiskunde en Studievaardigheden. De toets bestaat uit 16 taken die, verspreid over een aantal weken, afgenomen gaan worden. De resultaten van de toets worden verwerkt door het Cito en elke leerling krijgt een leerling profiel, zo kunnen ouders en de school in een oogopslag zien hoe de leerling er, wat betreft de basisvoorwaarden, voor staat. Een analyse van het profiel geeft antwoord op de vragen zoals: is het niveau zoals verwacht? De afname van de Entreetoets groep 7 maakt onderdeel uit van het traject voor advisering ten aanzien van het Voortgezet Onderwijs. In de maand april maken de leerlingen de Entreetoets-7. De gegevens worden opgestuurd naar Cito waar deze verwerkt worden. De uitslag ontvangen wij daardoor een aantal weken later. Eind groep 7 worden de ouders geïnformeerd over de resultaten en ontvangen de ouders een document met daarop het voorlopige advies voor het Voortgezet Onderwijs.
4.4. Het volgen van de vorderingen van de technische leesvaardigheid
68
Goed leren lezen is misschien wel de belangrijkste taak van het basisonderwijs. Om de leesvaardigheid van de leerlingen goed te kunnen volgen gebruiken wij verschillende toetsen. De leesvaardigheid van de leerlingen van de groepen 3 en 4 wordt gescreend op groepsniveau met behulp van de AVI en DMT toets. De uitslagen van deze toetsen zijn bepalend voor een eventueel vervolgtraject. Bij een beneden gemiddeld niveau (prestaties op niveau IV, V en V-) zal er door de intern begeleider een aanvullend leesonderzoek worden gedaan.
De leesvaardigheid van de leerlingen van de groepen 5 t/m 7 wordt gescreend op groepsniveau met behulp van de AVI toets. Bij de leerlingen die in het voorafgaande jaar een beneden gemiddelde score behaalden ten aanzien van de technische leesvaardigheid wordt tevens de DMT-toets afgenomen. De uitslag van deze toets is bepalend voor een eventueel vervolgtraject. Bij prestaties op niveau IV, V en V- zal er door de intern begeleider een aanvullend leesonderzoek worden gedaan. De afnames in de verschillende jaargroepen vindt u terug in de toetskalender in hoofdstuk 4.3. Dyslectische leerlingen die begeleid worden door een extern instituut zullen niet door de school getoetst worden met AVI omdat er een leereffect zit in het meermaals afnemen van deze toetsen. De school heeft hierover een afspraak gemaakt met de behandelaars. De school neemt de AVIresultaten over van de behandelaar en legt deze vast in het LOVS van Cito.
AVI-niveau op het schoolrapport De Leestoetsen worden twee keer per jaar afgenomen. De afnamemomenten vindt u in de toetskalender. Evenals alle andere CITO toetsen, wordt ook de AVI 2 keer per jaar afgenomen. Alleen op het tweede en derde rapport vindt u de CITO resultaten. Voor de leerlingen van de jaargroepen 4 maken wij hierop een uitzondering. Deze leerlingen zitten in een leerproces waarbij de prestaties op lezen snel voor- of achteruit kunnen gaan. Daarom worden alle leerlingen van de groepen 4, welke een leerachterstand hadden voor de zomer, aan het begin van het schooljaar getoetst met AVI, de toets voor het lezen van teksten.
Wat is dyslexie?
Hoera de Cito is klaar
Dyslexie is een stoornis, die gekenmerkt wordt door een hardnekkig probleem met het aanleren en het accuraat en/of vlot toepassen van het lezen en/of spellen op woordniveau. Bijvoorbeeld: de kinderen in groep 3 leren gedurende de eerste 3 maanden alle letters en lettercombinaties. Kinderen met dyslexie gaan op dit moment eigenlijk al opvallen, omdat zij heel erg veel moeite hebben met het herkennen en benoemen van de verschillende letters. Wij gaan dan, samen met de ouders, intensief oefenen. Voor veel kinderen met dyslexie blijft de letterkennis, ook na intensief oefenen, meestal een probleem. Kinderen met dyslexie blijken vaak wel in staat om de eerste woorden zoals maan, roos, vis, etc. te herkennen en te lezen Op het moment dat zij met de letters nieuwe woorden moeten gaan maken lukt dit niet of met zeer veel moeite.
Wat doen wij als school? Een belangrijke taak van de school is het signaleren van leesproblemen. Per 1 januari 2009 is er een belangrijke wijziging gekomen in de behandeling van kinderen met dyslexie. Kinderen, geboren voor 1 januari 2000, kunnen in aanmerking komen voor behandeling en vergoeding van de onderzoek- en/of behandelkosten door de Zorgverzekeraars. Startpunt voor verwijzing ligt bij de school. Nadat er een uitval op de methode gebonden toetsen geconstateerd is, zal de school een leesonderzoek doen en meestal een handelingsplan opstellen. Dit plan wordt gedurende een half jaar uitgevoerd. Er worden drie metingen gedurende dit traject verricht. Na elke meting wordt het handelingsplan bijgesteld. Als na een half jaar blijkt dat de leesproblematiek hardnekkig is en het kind tot de 10% zwakst presterende leerlingen behoord zal de school met de ouders in gesprek gaan over onderzoek en behandeling voor dyslexie.
69
Ten aanzien van de signalering werken wij aan de hand van het Protocol Dyslexie. Kinderen die uitvallen bij de signaleringen krijgen extra begeleiding van hun leerkrachten en/ of hun ouders. Voor een uitval bij de technische leesvaardigheid betekent dit dat de leerling 2 keer per week 20 minuten gaat deelnemen aan de leesgroep Speciale Leesbegeleiding. In deze groep lezen de leerlingen individueel met een tutor leerling uit groep 8. De tutoren zijn geïnstrueerd door de intern begeleider en zij lezen onder verantwoordelijkheid van de intern begeleider, die bij deze leessituaties aanwezig is. Bij spellingproblematiek volgt de leerling doorgaans een aangepast spellingprogramma, waarbij de extra begeleiding door de leerkracht gegeven wordt en er vooral extra geoefend wordt m.b.v. het computerprogramma dat behoord bij Spelling in Beeld. Na verwijzing voor onderzoek en behandeling is daarmee het probleem voor kind en ouder zeker niet verholpen. Er volgt dan een intensief onderzoek- en behandeltraject. De speciale leesbegeleiding op school wordt stop gezet wanneer het behandeltraject start. Op de site van de school vindt u het Protocol Dyslexie. In dit protocol staat beschreven hoe de school handelt bij een vermoeden van dyslexie.
Auditieve ondersteuning voor leerlingen met dyslexie Indien u van een externe deskundige het advies krijgt om een Daisyspeler aan te vragen voor uw kind bij de ziektekostenverzekeraar, is het raadzaam om vooraf informatie hierover in te winnen bij een van de intern begeleiders van de school. Steeds meer leerlingen met dyslexie hebben een eigen laptop en hierop kan een programma geïnstalleerd worden dat het mogelijk maakt om op deze wijze auditieve ondersteuning te realiseren. Wanneer uw kind op school werkt met Snappet kan auditieve ondersteuning direct geactiveerd worden.
Makkelijk Lezen Plein (MLP) De bibliotheek in Pijnacker beschikt over een ‘Makkelijk Lezen Plein’. Het Makkelijk Lezen Plein (MLP) is een plek waar kinderen van 8 t/m 13 jaar met dyslexie en andere leesproblemen op een toegankelijke manier boeken en materialen kunnen vinden. Materialen die speciaal voor hen geselecteerd zijn. Het belangrijkste doel van het MLP is het bevorderen van leesplezier bij kinderen voor wie lezen niet vanzelfsprekend gaat.
Leeszwakke kinderen Voor deze groep kinderen geldt: lezen, lezen en nog eens lezen. We noemen dit ook wel het maken van ‘leeskilometers’. Een goede leesvaardigheid is ontzettend belangrijk; wij bieden mooie, leuke en spannende boeken aan. Regelmatig vernieuwen wij ons boekenbestand en vullen dit aan. Daarnaast vinden wij voorlezen erg belangrijk en hebben wij lezen dagelijks vast in het lesrooster opgenomen. Ouders kunnen hun kinderen helpen door voor te lezen. Ook kinderen uit groep 4 worden nog graag voorgelezen. Een zeer belangrijk advies: zorgt u er vooral voor dat het kind niet te moeilijke boeken leest! Een kind dat moeite heeft met lezen en zich door een tekst heen moet worstelen, zal alleen maar bevestigd worden in de eigen beleving, namelijk dat lezen niet leuk en verschrikkelijk moeilijk is. Door samen met uw kind te lezen, uw kind boeken te laten lezen die goed op niveau zijn en vooral trots te zijn op het leesresultaat van het kind, stimuleert u het leren lezen van uw kind.
70
4.5.
Het onderwijs aan (hoog)begaafde kinderen
Op de school De school streeft naar onderwijs op maat, ook voor de leerlingen met een ontwikkelingsvoorsprong. Door het werken op de tablet en het aanbieden van verrijkingsmaterialen, realiseren wij een uitdagende leeromgeving voor deze groep kinderen. In een meer vakoverstijgende en projectmatige aanpak van het onderwijs, zoals bij Topondernemers, wordt er rekening gehouden met specifieke en meervoudige capaciteiten van leerlingen. Waardoor ieder kind vooral naar eigen vermogen kan presteren en het samen leren en van elkaar leren centraal staat.
Opening Kinderboekenweek
Op De Waterwilg willen wij ook zorg bieden aan kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong. Sinds het schooljaar 2010-2011 is er op De Waterwilg een interne Plusklas: de Kangoeroegroep. Doel van deze groep is om leerlingen met een ontwikkelingsvoorsprong onderwijs op maat te bieden, deze leerlingen meer differentiatie en verrijking aan te bieden, deze leerlingen te laten samenwerken met ontwikkelingsgelijken en de eigen leerkracht te ontlasten. In deze groep zitten leerlingen die extra uitdaging aan kunnen, buiten het normale werk van de eigen groep. Er wordt door de eigen leerkracht, in overleg met de intern begeleider en de leerkracht van de Kangoeroegroep, goed gekeken welke leerlingen hiervoor in aanmerking komen. De school bepaalt in deze. Daarbij moeten aan bepaalde criteria worden voldaan. Er wordt gekeken naar de prestaties op het LOVS van Cito, naar de didactische voorsprong, naar de werkhouding, naar de prestaties van de methodetoetsen en er worden observaties gedaan. De leerlingen komen één dag in de week naar de Kangoeroegroep, samen met andere leerlingen van hun eigen leerjaar. De lessen zijn op de maandag o.l.v. Annemarie Sluis (groep 6 t/m 8 ) en op de dinsdagochtend o.l.v Hilde Cromjongh en Anthonet Kempen. In de Kangoeroegroep wordt gewerkt aan aparte opdrachten en daarnaast krijgen de leerlingen pluswerk mee naar de klas. Het is de bedoeling, dat de leerlingen deze opdrachten zelfstandig verwerken binnen het lesrooster. De leerlingen werken in hun eigen groep ook aan de reguliere leerstof. Het programma Snappet op de tablet die iedere leerling gebruikt, past voor deze leerlingen de leerstof aan. De reguliere leerstof wordt door de eigen leerkracht aan de leerlingen in compacte vorm aangeboden. Dit betekent, dat de leerlingen nieuwe leerstof minder hoeven in te oefenen en te herhalen dan in het reguliere lesprogramma. In de lestijd die hierdoor overblijft, werken de leerlingen aan de door Snappet aangeboden verdiepende en meer uitdagende opdrachten. Daarnaast
Overblijf De waterwilg
Beleidsontwikkeling t.a.v. het onderwijs aan meer- en hoogbegaafde leerlingen
71
werken zij in de overgebleven lestijd zelfstandig aan de opdrachten van de Kangoeroegroep. De leerlingen die in aanmerking komen voor de Kangoeroegroep gaan een aanloopperiode meedraaien. Daarna wordt deze periode geëvalueerd en wordt er gekeken of voortgang kan plaatsvinden. Daarbij wordt gelet op de inzet en werkhouding, de resultaten van de methodetoetsen en het verwerken van de plusopdrachten naast de leerstof van de klas. In de Kangoeroegroep wordt o.a. gewerkt met de Pittige Plus Torens. In deze torens bevinden zich activiteiten in de vorm van ‘Peper Projecten’. Deze bevatten verbredings- en verrijkingsstof voor pluskinderen op de basisschool. Het doel is het stimuleren van de individuele creativiteit, de motivatie en het doorzettingsvermogen, ieder op zijn eigen niveau. De kinderen leren hoe zij gestructureerd hun eigen ideeën kunnen omzetten in een tastbaar en presenteerbaar eindresultaat. Met de Peper Projecten leren de kinderen ook grondig onderzoeken, het structureren en plannen van eigen activiteiten en het goed vormgeven van eigen ideeën en creaties. Het is denken en doen! Tevens komt er dit jaar vanaf 1 december extra ondersteuning t.a.v. Wetenschap en Techniek Eén keer in het schooljaar is er een inloopmoment. De ouders van de leerlingen van groep 1 t/m 4 ontvangen via de mail een nieuwsbrief, nadat de leerlingen in de Kangoeroegroep zijn geweest. Aan het einde van het schooljaar komt er een inlegvel met de bevindingen van de Kangoeroeleerkracht in het eindrapport.
4.6. Van Basisonderwijs naar Voortgezet Onderwijs In de groepen 7 en 8 wijkt het rooster ten aanzien van de rapporten, toetsen en de gesprekscyclus met ouders enigszins af van de cyclus in de andere jaargroepen. In het schema hieronder staat een schematisch overzicht van de cyclus voor de groepen 7 en 8. De Waterwilg maakt bij de verwijzing naar het voortgezet onderwijs gebruik van het digitale overdrachtssysteem ‘Onderwijs Transparant’. Hier zijn alle scholen binnen de regio Haaglanden en Delft bij aangesloten. De overstap van leerlingen van het basisonderwijs naar het Voortgezet Onderwijs is een belangrijke stap in de schoolcarrière van leerlingen. Veel informatie die op de basisschool in de loop der jaren is verzameld rondom de leerling, moet overgedragen worden aan de ontvangende school. Toetsgegevens, gegevens over de schoolloopbaan en gegevens over begeleiding worden gecommuniceerd naar de school die de leerling kiest. Veel van deze gegevens spelen ook een rol bij de bepaling van het vervolgonderwijs. De leerkrachten van groep 8 maken in samenspraak met de intern begeleider en de directie voor iedere leerling in groep 8 een onderwijskundig rapport (afgekort OKR). Dit rapport wordt gemaakt in het programma van Onderwijs Transparant. Als een leerling zich aanmeldt op een school van Voortgezet Onderwijs, kan de middelbare school middels een unieke code op het adviesformulier van de leerling het OKR eenvoudig in het eigen administratiesysteem invoeren. Zo vindt er een goede overdracht van gegevens plaats. Daarnaast kan de basisschool zien of en waar een leerling zich aanmeldt. Hierdoor is het proces van aanmelding voor zowel de basisschool als het voorgezet onderwijs inzichtelijk.
72
Rapporten en gesprekscyclus voor groepen 7 en 8 Groep 7
Data
Augustus September
Startgesprekken
24-09-15 29-09-15
Oktober
November
Entreetoets bespreking door LK groep 7
26-08-15
Entreetoets bespreking door LK groep 7
03-09-14
Startgesprekken
24-09-15 29-09-15
Afname Drempel
Week 3
Afname WISC-III n.a.v. drempel
Nog plannen 1 lln.per dagdeel Nog plannen 1 lln. per dagdeel
20-11-15
Afname Wisc-III n.a.v. drempel
Facultatief gespreksmoment
24-11-15
Afname Cito-LOVS voor BL, R&W en SP 1e rapport mee + LOVS OKR maken door LK
Afname LOVStoetsen
OKR maken door LK OKR mee naar huis Gespreksmoment, rapport en OKR
Februari
Afname LOVStoetsen
Maart
2e rapport mee
11-03-16
Rapport
17-03-16 22-03-16
Afname entreetoets
Hele maand
April
Data
1e rapport mee
December Januari
Groep 8
Mei Juni
Entree-bespreking 02-06-16 en voorlopig 07-06-16 advies
Juli
3e rapport mee
06-07-16
Week 2 en 3 07-12-15
08-01-16 14-01-16 19-01-16
Afname Centrale Eindtoets
19, 20 en 21 april 2016
Uitslag Centrale Eindtoets
Na de vakantie
3e rapport mee
06-07-16
Project Gezond
Maand
73
Traject van advisering voor het voorgezet onderwijs: Het voorlopig advies: Elke school is bij wet verplicht een schooladvies uit te brengen. In de loop der jaren hebben wij een indruk gekregen van de leerprestaties en de leerlingenkenmerken van de leerlingen. In april van groep 7 maken de leerlingen de Entreetoets van CITO voor groep 7. Met de Entreetoets worden de basisvaardigheden van leerlingen op de onderdelen taal, rekenen-wiskunde en studievaardigheden gemeten. De resultaten worden weergegeven door middel van een leerling profiel op papier. Op dit leerling profiel is in één oogopslag te zien hoe de leerling ervoor staat. Op basis van de meerjarige gegevens van het leerlingvolgsysteem van CITO, de resultaten van de methodetoetsen, de gegevens van de Entreetoets in groep 7 en op basis van de leerlingenkenmerken, krijgen de leerlingen een voorlopig schooladvies. Dit advies zal tijdens een gesprek tussen de leerkracht en de ouder(s)/ verzorger(s) in juni gecommuniceerd worden. Een bijstelling van het voorlopig schooladvies kan in de loop van groep 8 door de school gedaan worden indien de prestaties van een leerling een sterk stijgende of dalende tendens laten zien. Meestal zal dit gebeuren nadat in november de leerlingen van groep 8 de CITO-LOVS toetsen voor rekenen en wiskunde, begrijpend lezen en spelling (CITO B8) gemaakt hebben. Het formuleren van een schooladvies voor het Voortgezet Onderwijs is een verantwoordelijkheid van de basisschool. Om de taken en verantwoordelijkheden van school en ouders helder te formuleren is de overgang ‘Van Basisonderwijs naar Voortgezet Onderwijs’ beschreven.
Leerwegondersteunend onderwijs Leerwegondersteunend onderwijs (lwoo) is voor vmbo-leerlingen die genoeg capaciteiten hebben om een diploma te halen, maar daar wel extra hulp bij nodig hebben. VMBO-scholen kunnen zelf bepalen hoe zij lwoo aanbieden, bijvoorbeeld door bijlessen, huiswerkbegeleiding of trainingen om een leerling beter te laten studeren. Vaak bestaan de klassen voor leerwegondersteunend onderwijs uit gemiddeld 15 leerlingen. Lwoo hoeft niet vier jaar te duren. Eén of twee jaar is ook mogelijk. De Regionale Verwijzingscommissie beslist of de vmbo-school geld krijgt om een leerling extra begeleiding te geven. De commissie kijkt hiervoor naar de leerachterstand, de capaciteiten (IQ) en het gedrag van het kind. In de maand oktober maken de leerlingen die een VMBO-advies hebben de Drempeltoets. De Drempeltoets is een toets die beoogt leerachterstanden te achterhalen. Indien een leerling op twee of meer leerstofgebieden een achterstand heeft die groter dan of gelijk is aan 25% (waarvan één leerstofgebied begrijpend lezen of rekenen is), zal er een speciaal onderzoekstraject doorlopen worden om vast te stellen of deze leerling in aanmerking komt voor lwoo.
Het definitieve advies en de Eindtoets:
74
Vanaf schooljaar 2014-2015 is het voor alle leerlingen van groep 8 in het reguliere basisonderwijs verplicht om een eindtoets te maken. De overheid stelt hiervoor de Centrale Eindtoets beschikbaar. Het College voor Toetsen en Examens (CvTE) is verantwoordelijk voor de Centrale Eindtoets, die in samenwerking met Cito wordt gemaakt. Deze toets is vergelijkbaar met de Eindtoets Basisonderwijs van Cito. De Centrale Eindtoets wordt in april 2016 afgenomen. De toets wordt op papier afgenomen. De afnamedata in 2016 zijn: 19, 20 en 21 april 2016. Een deel van de leerlingen zal de toets digitaal maken. Dit betreft bijvoorbeeld leerlingen die vanwege dyslexie de toets met auditieve ondersteuning mogen maken of vanwege een specifieke onderwijsbehoefte. De digitale afnames zullen in de periode rondom de afnamedata van de papieren versie zijn. De exacte data hiervoor zijn nog niet bekend. De centrale eindtoets wordt in twee versies aangeboden: Basis en Niveau. Een toets die aansluit bij de vaardigheden van de leerling is voor de leerlingen prettiger om te maken en komt het resultaat ten goede. De Centrale Eindtoets Basis is geschikt voor leerlingen waarvan het schooladvies VMBO-T, HAVO
of VWO is. De Centrale Eindtoets Niveau is geschikt voor leerlingen die naar verwachting doorstromen naar de basisberoepsgerichte of kaderberoepsgerichte leerweg van het VMBO. Met de invoering van de verplichte eindtoets in het primair onderwijs is het schooladvies leidend geworden. Het definitieve schooladvies brengt De Waterwilg in januari uit, zodat u uw kind kunt aanmelden voor het voortgezet onderwijs. Het schooladvies wordt opgebouwd door de gegevens van het CITO leerling volgsysteem ( leerjaar 3 t/m 8 ), de methoden gebonden toetsen en de menskenmerken van een leering. Als een leerling de eindtoets beter maakt dan het advies van de school, dan kan de basisschool, het schooladvies heroverwegen. De heroverweging kan leiden tot een wijziging in het schooladvies, maar er kan ook beslist worden dat het schooladvies niet wordt aangepast. Immers de CITO Eindtoets is een moment opname t.o.v. het leerlingvolgsysteem, die een gedegen weergave is van de resultaten van een leerling door de schooljaren heen.
Het onderwijskundig rapport (OKR)
NL Doet
Zoals u hierboven hebt kunnen lezen, maken de leerkrachten van groep 8, in samenspraak met de intern begeleider en de directie, voor iedere leerling in groep 8 een onderwijskundig rapport in het programma van Onderwijs Transparant. Alle ouder(s)/verzorger(s) krijgen het onderwijskundig rapport ter inzage. Er wordt aan alle ouder(s)/verzorger(s) gevraagd het onderwijskundig rapport te controleren op de personaliagegevens. Wij adviseren ouders dringend om de inhoud van het OKR niet in zijn geheel met uw kind te bespreken. Informatie staat er in ‘volwassen’ taal en dit kan op een leerling toch anders overkomen.
75
HOOFDSTUK 5
5.1.
DE LEERKRACHTEN
Wijze van vervanging bij verlof, scholing en ziekte
Vervanging bij ziekte Er wordt naar gestreefd om zoveel mogelijk dezelfde leerkrachten voor de groep te houden. In geval van ziekte, of ziekteverlof komt altijd eerst de duo-collega in aanmerking. Indien er geen vervanger kan worden gevonden, zal de groep van de leerkracht die ziek is, worden verdeeld. Bij ziekte van een leerkracht in de groepen 1-2 worden de kinderen verdeeld over de andere groepen 1-2. Dit geldt ook voor de groepen 3 en 4, de groepen 5 en 6 en de groepen 7 en 8. Hierdoor hoeven kinderen uit de dependance niet van gebouw te wisselen bij ziekte. Deze verdeling gebeurt gedurende 3 dagen in een week. Daarna wordt bekeken wie er dan voor de groep gaat staan. Is de leerkracht na een week nog steeds ziek, dan herhaalt bovengenoemde situatie zich. Dit kan gebeuren voor een periode van 4 weken. Daarna kan de school besluiten om de kinderen van de groep (van de zieke leerkracht) voor bijvoorbeeld één dag naar huis te sturen. Het kan ook zo zijn dat de school besluit een andere groep te gaan verdelen, zodat de leerkracht van die groep in de groep van de zieke collega kan gaan staan. Door dit laatste besluit voorkomt de school, dat één specifieke groep steeds verdeeld moet worden. Binnen het team zijn afspraken gemaakt om dit zo goed mogelijk te regelen. Ouders van leerlingen in groep 1 t/m 4 ontvangen een schrijven, hoe de vervanging bij ziekte is gerealiseerd.
Vervanging Een groep op De Waterwilg start bij aanvang met één groepsleerkracht of met twee groepsleerkrachten, dit is afhankelijk van de aanstelling. Wij streven ernaar om niet meer dan twee leerkrachten voor één en dezelfde groep te hebben. Echter onvoorziene omstandigheden kunnen er toe leiden, dat wij dit streven niet waar kunnen maken. Ook kan het zijn, dat een leerkracht van een groep halverwege het schooljaar geplaatst kan worden in een andere groep door een overmachtsituatie (b.v. ontslag, zwangerschap, ziekte etc.). De school kan en mag, vanwege privacy redenen, niet altijd een uitleg geven.
5.2.
Scholing van leerkrachten
Doel is de bekwaamheid van het personeel op peil te houden en verder te ontwikkelen. Naast individuele scholing voor leerkrachten vinden er regelmatig studiebijeenkomsten plaats voor het team.
Scholing teambreed • Scholing Bedrijfshulpverlener. In het kader van het rechtsgeldig houden van het diploma en het actueel houden van de kennis van de Bedrijfshulpverlener vindt er eenmaal per jaar een nascholing plaats voor de procedure bij brand en EHBO. Deze nascholing vindt op de laatste donderdagmiddag van de zomervakantie plaats. • ICT i.v.m. aanschaf nieuwe Pro WISE borden en tablet onderwijs. • Zorgondersteuning in het kader van Passend Onderwijs. 76
Scholing individueel De directie kan inspelen op de individuele scholingsvragen van de teamleden. Dit gebeurt op verzoek van teamleden maar ook op verzoek van het management. Schooljaar 2015 -2016: 4 leerkrachten gaan de post HBO Master Sen opleiding volgen bij de Lucasacademie in samenwerking met de Haagse Hogeschool; 1 leerkracht gaat een specifieke opleiding voor Talentontwikkeling volgen; 1 leerkracht gaat post HBO Media Wijsheid volgen. Verder zullen er op basis van de actualiteit, specifieke scholingen plaatsvinden. Deze scholingen sluiten aan bij de individuele vraag van een teamlid of passen bij de bouw waar de leerkracht werkzaam is. Tijdens vergaderingen kan de gevolgde scholing punt van agenda zijn, zodat de ervaringen met andere teamleden kunnen worden uitgewisseld. Op deze wijze wordt er efficiënt omgegaan met de verkregen kennis bij de diverse scholingen.
5.3.
Begeleiding en inzet van stagiaires
De Waterwilg heeft een Calibris erkenning, d.w.z. dat wij als school stagiaires van een MBO opleiding mogen opleiden. MBO studenten komen alleen in aanmerking voor een diploma, als hun stage plaatsvindt in een erkend leerbedrijf. Dit staat beschreven in de Wet WEB (Educatie en Beroepsonderwijs, artikel 7.2.10). Studenten mogen dus alleen bij een bedrijf met een officiële erkenning stage lopen. De school kan naast MBO studenten ook studenten van de Pabo plaatsen.
Praktisch Verkeersexamen
Daarnaast ontvangt de school aanvragen voor de maatschappelijke stage van VO leerlingen. Maatschappelijke stages zijn onderdeel van het lesprogramma en kunnen bijdragen tot de studiekeuze van de leerlingen op het Voorgezet Onderwijs. Ook krijgen wij veel verzoeken voor en snuffelstage. Indien wij de begeleiding kunnen bieden worden deze verzoeken meestal gehonoreerd.
77
HOOFDSTUK 6 6.1.
DE OUDERS
Contact tussen ouders en leerkrachten
Wij vinden het belangrijk dat er een goed contact is tussen de leerkracht van het kind en de ouders. Hoe beter dit contact is des te beter dat voor het kind is. Opvoeden is een samenspel tussen ouders en de school. Een goed contact tussen ouders en leerkrachten heeft, naast de zorg voor het individuele kind, ook een andere meerwaarde. Er ontstaat een verhoging van de betrokkenheid van ouders bij de school. Ouders ondersteunen en organiseren activiteiten.
6.2.
Informatievoorziening
Wij proberen u, als ouder, zoveel mogelijk te informeren over het wel en wee van uw kind en de gang van zaken op school. Als u tussendoor wilt weten hoe uw kind zich ontwikkelt of u heeft andere vragen, dan kunt u een afspraak maken. De leerkrachten zullen dat andersom ook doen als dat nodig is. De leerkrachten van de kleuterbouw vindt u op de begane grond. Met hen legt u makkelijker contact dan met de leerkrachten van de verdieping. Om toch met de andere leerkrachten in contact te komen, kunt u na school een afspraak maken.
Mailcontacten tussen ouders en leerkrachten De afgelopen jaren hebben wij gemerkt dat ouders steeds vaker inhoudelijk gaan mailen over problemen van hun kind op school of daarbuiten. Wij zijn geen voorstanders van discussie via de mail, maar geven de voorkeur aan een persoonlijk gesprek. Wij vragen ouders daarom dringend de mail alleen te gebruiken voor het maken van een afspraak of voor het doorgeven van informatie. De mail kan, is onze ervaring, de standpunten verharden. Indien er een probleem is met uw kind adviseren wij u om dit in een persoonlijk gesprek met de leerkracht van uw kind te bespreken. Doorgaans leidt dit tot een oplossing waar iedereen tevreden over kan zijn, ouders en school. Nb. op anonieme mails geven wij geen reactie.
Oudergesprekken Een leerkracht kan een oudergesprek voeren op verzoek van de leerkracht of andersom op verzoek van de ouder. Het kan daarbij ook zijn dat een lid van het management aanwezig is. Deze aanwezigheid wordt van tevoren aan de ouder aangegeven. Indien van belang kan er ook op verzoek van de directie een gesprek met de ouder plaatsvinden.
Ouderbetrokkenheid Op tal van manieren zijn onze ouders betrokken. Toch zijn wij aan het zoeken naar gespreksmomenten met ouders om zaken in een breder verband anders dan in de MR met ouders te gaan bespreken.
Flatcreens Bij de entreedeuren van de school zijn flatscreens opgehangen, die interessante informatie geven voor u als ouder. U kunt hierop de activiteiten zien die de lopende week plaatsvinden. Ook worden nieuwe leerlingen welkom geheten en staan hier speciale meldingen of nieuwsberichten op. 78
6.2.1. Informatieavonden Tijdens de informatieavonden zal de groepsleerkracht aan de ouders uiteenzetten wat er in het nieuwe schooljaar staat te gebeuren. De avonden beginnen om 20.00 uur, tenzij hieronder anders aangegeven. De avonden zijn als volgt gepland; voor de ouders met kinderen in de groepen: De avonden zijn als volgt gepland; voor de ouders met kinderen in de groepen: Groepen 1-2 donderdag 3 september Groepen 3 maandag 31 augustus Groepen 4 dinsdag 1 september* Groepen 5 donderdag 10 september* Groepen 6 woensdag 9 september Groepen 7 dinsdag 8 september Groepen 8 woensdag 2 september** * De groepen 4 en 5 zullen starten om 19.00 uur i.v.m. de bijeenkomst van Topondernemers. ** De groepen 8 zullen starten om 19.00 uur i.v.m. de Voorlichting voor het Voorgezet Onderwijs voorafgaand aan de informatieavond. Excursie UIthof
Instroom nieuwe kleuters Informatieavond voor ouders van nieuwe kleuters die tussen januari t/m juni 2016, 4 jaar worden: donderdag 7 januari 2016, aanvang 20.00 uur.
6.2.2.
Nieuwsbrief algemeen
Iedere week komt er een nieuwsbrief uit: het Waterwilgwoord. Daarin staan veel wetenswaardigheden. De nieuwsbrief is digitaal te verkrijgen; u meldt zich via de site aan. Via een link wordt uw aanvraag doorverbonden met uw mailadres. Wij bevelen de nieuwsbrief van harte bij u aan. Wilt u op de hoogte blijven, leest u deze brief dan goed. Soms kan het zijn dat u een extra editie van de nieuwsbrief ontvangt. Deze is dan wel heel speciaal. Op de site van De Waterwilg kunt u alle nieuwsbrieven van het voorgaande en huidige schooljaar terugvinden. NB: U moet zich voor ieder kind apart aanmelden!!
6.2.3.
Nieuwsbrief kleutergroep
In de kleutergroepen wordt na iedere week een nieuwsbrief gemaakt specifiek van de desbetreffende kleutergroep. In deze kleuternieuwsbrief leest u wat er zoal gebeurd is in de groep; welk thema er is behandeld, wie er jarig was, welke bijzondere gebeurtenis er heeft plaats gevonden, welke liedjes er zijn aangeleerd etc. Deze kleuternieuwsbrief ontvangt u via de mail.
6.2.3.1. Nieuwsbrief groepen 3 De leerkrachten van de groepen 3 informeren ouders eens in de 3 weken. Daarbij hebben de groepen 3 een centraal verhaal i.v.m. de methode Veilig Leren Lezen, met daarbij afsluitend een groeps specifiek stukje.
6.2.3.2. Nieuwsbrief groepen 4 Eens in de 6 weken berichten de leerkrachten van de groepen 4 u over de gang van zaken binnen de groepen 4.
79
6.2.4.
De site van De Waterwilg vernieuwd
In het schooljaar 2014-2015 is de site van De Waterwilg vernieuwd. Opmerking van ouders zijn verwerkt bij het maken van de nieuwe site; zo kunnen meldingen van kort verlof (dokter/tandarts) voortaan digitaal worden doorgegeven. U vindt er nog steeds onze 6 items: De Waterwilg, Protocollen, Nieuwsbrieven, Overblijven, Foto’s en Kenia. Handig zijn de items: laatste nieuws, verlof aanvraag en wijziging gegevens. De site is voor de school een belangrijk communicatiemiddel. Onze site is te vinden via: www.dewaterwilg.nl. Van de activiteiten die wij door het jaar doen, maken wij foto’s. Wij vinden het als school leuk om deze foto’s op onze site te plaatsen en te delen met ouders. Maar ook om aan belangstellende ouders voor onze school te laten zien wie wij zijn en wat wij doen. Belangrijk daarbij is dat u toestemming verleent voor het plaatsen van foto’s waarop uw kind zichtbaar is. Deze toestemming gaan wij voortaan elk schooljaar aan u vragen. Je weet immers niet welke ontwikkelingen zich op ICT vlak kunnen gaan voordoen. Door ondertekening geeft u aan geen bezwaar te hebben tegen het gebruik van de foto’s voor schooldoeleinden. Er is een vernieuwd formulier voor toestemming met daarbij het verlenen tot toestemming die specifiek ergens op is gericht (zoals voor de site, de schoolgids, de nieuwsbrief, een brochure). Het kan ook zo zijn dat een ouder bij het bekijken van de site toch achteraf geen prijs op publicatie stelt. Als u ons dit schriftelijk bericht dan halen wij de foto’s van de site.
Privacy In het kader van de privacy willen wij ouders die foto’s en of filmpjes maken van onze optredens, vragen de foto’s en filmpjes niet te plaatsen op Facebook, YouTube of andere social media. Wij vinden dat een ieder met respect om moet gaan met dit verzoek.
6.3.
De Oudervereniging (OV)
Alle ouders van kinderen die op De Waterwilg onderwijs volgen kunnen lid worden van de Oudervereniging.
Doel • De Oudervereniging stelt zich ten doel de school waar mogelijk te steunen bij de vervulling van haar taken en de samenwerking tussen school en ouders te bevorderen; • De Oudervereniging (onder)steunt de school en ouders door mee te denken en te overleggen over het pedagogische klimaat zoals: hoe om te gaan met de sfeer, de omgangsvormen en de normen en waarden binnen de school; • Het organiseren van of assisteren bij activiteiten als het Sinterklaasfeest, Kerstmis, Pasen, de schoolexcursies, de sportdag etc.; • De samenwerking tussen school en ouders te bevorderen door regelmatig te overleggen met de directie, het team en de MR over zaken die de school, de ouders en de kinderen betreffen; • De jaarlijkse Ledenvergadering te verzorgen; •M ee te denken en te overleggen over maatregelen die de verkeersveiligheid kunnen bevorderen op de routes van en naar school.
80
Zitting in de Oudervereniging hebben op dit moment: Edwin Bleckman Voorzitter Claudia van Paridon Penningmeester Wendy de Groot Jolanda Koene Notulist Nathalie Verschoor Wenda van Vliet Eline van Zijp Het bestuur van de Oudervereniging is bereikbaar via
[email protected].
6.4. De contributie voor de Oudervereniging Ouders worden vrijwillig lid van de Oudervereniging door ondertekening van de overeenkomst contributie oudervereniging. De Oudervereniging heeft een huishoudelijk reglement opgesteld dat via de site van De Waterwilg is op te vragen. Op de site vindt u een voorbeeld van deze overeenkomst. De overeenkomst wordt eenmalig verstrekt en is na ondertekening geldig voor de duur dat de kinderen onderwijs volgen op De Waterwilg of tot wederopzegging (vanaf een nieuw schooljaar). Door ondertekening worden de ouders lid van de Oudervereniging en daarmee verplichten zij zichzelf tot het betalen van contributie. Ouders die lid willen worden van de oudervereniging maar de contributie helaas niet kunnen betalen, kunnen een ontheffing aanvragen voor de betaling van de contributie. Deze ontheffingsprocedure loopt via de school (zie paragraaf ‘ontheffingsprocedure’). Met deze ontheffing kunnen hun kinderen wel deelnemen aan de met behulp van de contributie bekostigde activiteiten. Indien ouders geen lid willen worden kunnen zij toch vrijwillig de contributie betalen. Zij hebben dan echter geen stemrecht op de ledenvergadering. Hun kinderen kunnen dan wel deelnemen aan de met behulp van de contributie bekostigde activiteiten. Indien ouders (zonder ontheffing) geen contributie betalen, worden hun kinderen uitgesloten van activiteiten, zoals b.v. de schoolexcursies. Tijdens de algemene ledenvergadering, die jaarlijks aan het begin van het schooljaar wordt gepland, wordt het financiële overzicht van het afgelopen schooljaar en de begroting van het komende schooljaar aan de ouders ter goedkeuring voorgelegd. Deze financiële overzichten van de oudervereniging zijn terug te vinden op de website van De Waterwilg. Op de algemene ledenvergadering in het schooljaar 2014-2015 is de hoogte van de contributie vastgesteld. De contributie bedraagt voor het schooljaar 2015-2016 € 47,50 per kind. Kinderen die na 1 januari van het nieuwe schooljaar op school starten betalen 50% van de vastgestelde contributie. Kinderen die na 1 juni van het nieuwe schooljaar op school starten betalen geen contributie. De penningmeester, stuurt na de algemene ledenvergadering naar elk gezin een brief om voor alle kinderen uit het gezin die op De Waterwilg zitten de totale contributie over te maken. Het rekeningnummer van de Oudervereniging is: NL 09 RABO 013.73.10.765 ten name van Katholieke Oudervereniging van ‘De Waterwilg’. Over ontvangen OV contributies kan geen restitutie verleend worden.
81
Van de contributie worden heel veel activiteiten betaald zoals de opening schooljaar, materiaal voor de luizencontrole, de sportdag, materiaal voor het versieren van de school, Kinderboekenweek, Project en Excursies, Bijdrage voor het kamp, De Waterwilg dag en een kleine attentie voor nieuw personeel.
6.4.1.
Ontheffingsprocedure voor betaling van de contributie voor de Oudervereniging
Ouders die lid willen worden van de oudervereniging maar de contributie helaas niet kunnen betalen, kunnen een ontheffing aanvragen voor de betaling van de contributie. De procedure hiervoor is als volgt: - Ouders die ontheffing willen aanvragen doen dit door een afspraak te maken met de directeur van De Waterwilg. - De directeur en betreffende ouders gaan in gesprek om te beoordelen of de ontheffing verleend kan worden. - De directeur beoordeelt naar aanleiding van dit gesprek of ontheffing verleend kan worden en brengt advies uit aan de oudervereniging over het wel niet verlenen van de ontheffing. - De voorzitter van de oudervereniging verleent, op basis van dit advies, formeel wel / niet de ontheffing. De ontheffing voor de betaling van de contributie voor de oudervereniging geldt voor de duur dat de kinderen onderwijs volgen op De Waterwilg of tot het moment waarop de financiële situatie van de ouders het weer toelaat om de contributie te voldoen. De ontheffing wordt dan door de voorzitter ingetrokken
6.5.
De medezeggenschapsraad (MR)
Wat doet de MR? De MR tracht vanuit een kritische en opbouwende benadering, een bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van de school. Dit doet zij enerzijds door te luisteren naar ouders en leerkrachten en anderzijds door als klankbord op te treden voor het managementteam als daar behoefte aan is. De MR denkt mee met het management en heeft bij bepaalde besluiten instemmings- of adviesrecht. De MR is medeverantwoordelijk voor het welzijn van de leerlingen en het team en bewaakt mede de kwaliteit van het onderwijs. De MR van De Waterwilg is samengesteld uit 4 ouders en 4 leerkrachten. Zowel de ouders als de leerkrachten worden via een verkiezing gekozen voor de MR. Twee leden zijn ook lid van de GMR (Gemeenschappelijke Medezeggenschap Raad) van het Lucasonderwijs. De Waterwilg valt onder het bestuur van het Lucasonderwijs. De GMR leden zijn actief in een themagroep zoals daar zijn: Personeel & Organisatie, Onderwijs & Kwaliteit, Financiën & Faciliteit. De MR van De Waterwilg stelt zich ten doel om actief mee te denken en te sparren met het schoolbestuur en wil opkomen voor de belangen van ouders, kinderen, personeel en school.
Samenstelling van de MR De MR bestaat uit vier ouders en vier leerkrachten. Namens de ouders: Ben Kiekebeld (voorzitter/GMR) Kim van Troost-van der Haar Lars Schräder (GMR) Huub van Scherpenseel (aftredend niet herkiesbaar) 82
Namens de personeelsleden: Caroline de Croon Gonnie de Groot Sylvia Post Annemarie Sluis (GMR)
Vergaderingen De MR overlegt regelmatig met de directie om het beleid en het functioneren op school te bespreken. Deze vergaderingen zijn voor iedere ouder toegankelijk, de data staan vermeld in de activiteitenkalender. De MR heeft graag dat u vooraf kenbaar maakt als u bij een vergadering aanwezig wilt zijn. In de nieuwsbrief verschijnt na iedere vergadering een kort stukje over de onderwerpen die besproken zijn. De notulen van de vergaderingen worden op de website geplaatst.
Waarom zou u in de MR gaan? Als MR-lid kunt u een positieve bijdrage leveren aan de gang van zaken op De Waterwilg. U bent nauw betrokken bij de school, u kunt meepraten en mee beslissen over het beleid, krijgt meer contact met andere ouders, het team leerkrachten en de directie en u doet een schat aan ervaring op. Zeker nu in het basisonderwijs steeds meer verantwoordelijkheden door de overheid worden overgedragen aan het bevoegd gezag, is een deskundige en goed functionerende (G)MR van groot belang.
Excursie UIthof
Wat kunt u betekenen voor de MR als niet MR-lid? 1. De MR heeft uw feedback nodig om richting te geven aan de koers die de MR bewandelt. Schroom daarom niet om met hen contact op te nemen. 2. MR leden hebben ieder een eigen achtergrond en kennis. Zo wordt geprobeerd om minimaal een MR lid met een juridische achtergrond en een MR lid met een financiële achtergrond in de MR te hebben. Het scala aan onderwerpen is echter veel breder. Het komt dan ook voor dat afhankelijk van het onderwerp waarover de MR meedenkt de MR kennis tekort komt. Kennis die u wellicht heeft en die u graag incidenteel ter beschikking stelt aan de MR. Laat het de MR weten als u daartoe bereid bent en deel uw expertise met hen.
De MR in het schooljaar 2015-2016 Aan het begin van het schooljaar zijn er verkiezingen geweest voor een MR lid. Er waren meerdere kandidaten en Kim van Troost-van der Haar is gekozen. Tijdens de MR vergaderingen zijn het afgelopen jaar weer veel verschillende onderwerpen besproken. Zo is er gesproken over de gevolgen van de nieuwe CAO in het algemeen en voor de schooltijden in het bijzonder, het gebruik van tablets in de klas, de uitkomst van de leerlingen- en een oudertevredenheidspeiling, de gevolgen van Passend Onderwijs voor De Waterwilg, terugkoppeling uit de GMR vergaderingen van Het Lucas Onderwijs en uiteraard was er ook dit jaar weer aandacht voor de financiën. Er is dit jaar ook gesproken over mogelijke samenwerkingsvormen met derden die buiten schooltijd van het gebouw gebruik kunnen maken. Te denken valt hierbij aan workshops en dergelijke. Een van de speerpunten van het beleid van Het Lucas Onderwijs is de zogenaamde ‘Twenty First century skills’. Er is uitvoerig gesproken over de visie die De Waterwilg hier op heeft en welke koers De Waterwilg daarbij wil varen. Nieuwe ontwikkelingen die daar een gevolg van zijn vindt u meer uitgebreid in paragraaf 7.2. van deze gids. Verder worden opmerkingen en vragen van ouders over de school met de directie besproken.
Informatie en contact Er wordt elke keer na een MR vergadering een kort stukje geplaatst in de nieuwsbrief met de belangrijkste punten uit de vergadering. Op de site bij de MR vindt u deze high lights terug. Voor meer informatie over de MR verwijzen wij u naar de website van De Waterwilg. U kunt bij vragen en/of opmerkingen ook altijd een e-mail sturen naar de MR via
[email protected].
83
6.6. Leerlingenraad De leerlingenraad werd in januari 2010 ingesteld voor de groepen 5 t/m 8. De leerlingenraad kwam als aandachtspunt naar voren vanuit de leerlingen n.a.v. een enquête gehouden onder de leerlingen. De leerlingen van de raad worden niet gekozen door de leerlingen zelf. In de groepen kunnen leerlingen zich aanmelden voor de leerlingenraad, de groepsleerkracht maakt de uiteindelijke keuze. In totaal heeft de raad 12 leden. Het is leerzaam als school om te weten wat er leeft onder de leerlingen. De raad is afgelopen schooljaarjaar 8 keer bijeen geweest. Onderwerpen op de agenda waren buitenspeelmateriaal, invulling van de speelplaats, het ouderportaal bij het werken met tablets, zitplaats in de klas, aanschaf boeken en bespreken van de activiteiten school breed.
6.7. Hulpouders Wat zou een school zijn zonder hulpouders? Dankzij de vele hulpouders die ons het afgelopen jaar hebben geholpen hebben wij de kinderen veel gevarieerde activiteiten aan kunnen bieden. Denk hierbij aan handenarbeid, sportdag, buitenschoolse activiteiten, enz. En wat dacht u van het vele werk dat onze dinsdagochtend moeders verzetten? Elke dinsdag zijn zij aanwezig om te plastificeren, te lamineren, te kopiëren, boekenleggers te maken enz. Daarnaast zijn er ouders die klussen voor de school. Ook hebben wij een versierwerkgroep. Dankzij deze groep wordt de school steeds versierd in thema’s als: Kinderboekenweek, Sinterklaas, Kerst, Valentijn, Voorjaar, Zomer en Project. Een hele specifieke groep is de luizenmoeders. Na elke vakantie proberen zij de groepen te controleren. Sinds het schooljaar 2009-2010 wordt er een beroep gedaan op de ouders van alle groepen. Per groep zijn er 2 ouders die zorg gaan dragen voor de controle. Bij constatering van luis vindt er nacontrole plaats. Ook wordt er advies gegeven over hoe de luis te behandelen. Er is een algehele coördinator. Ouders krijgen wanneer zij de luizencontrole gaan uitvoeren, een instructie van de coördinator. Op de site vindt u het luizenprotocol. Hulpouder zijn, is een leuke manier voor u als ouder om kennis te maken met de school. U ziet de school in bedrijf en weet waar uw kind het over heeft als het met verhalen thuiskomt. U helpt niet alleen ons daarbij, maar u bent er voor de kinderen! De werkgroepen die al in vele vormen bestaan nodigen ouders uit. U kunt zich opgeven als hulpouder bij de administratie.
6.8. Klasouder
84
In voorgaande schooljaren gebruikten wij de term contactouder. De term klasouder vinden wij echter nog beter bij onze omschrijving. Het begrip klasouder kan als volgt omschreven worden: Klasouders zijn een of twee ouders per leergroep die als aanspreekpunt fungeren voor de leerkracht indien deze hulp en ondersteuning wenst bij diverse klassenactiviteiten zoals bijvoorbeeld de verjaardag van de leerkracht en excursies. Ook kan hulp gevraagd worden bij activiteiten van de oudervereniging zoals bijvoorbeeld Sinterklaas, Kerstmis, Pasen, Sportdag en thema-avonden. Wordt er hierover een mail rondgestuurd aan de andere ouders van de groep, dan heeft er altijd van tevoren overleg plaats met de directeur en/of een lid van het management team. Het is nadrukkelijk niet de taak van de klasouder om als ‘spreekbuis’ voor (een deel van) de ouders te fungeren indien er vragen of opmerkingen zijn over andere zaken dan de hierboven genoemde.
Hebben ouders vragen of opmerkingen over de gang van zaken in de groep, dan is het hun eigen verantwoordelijkheid om deze zelf met de leerkracht of eventueel de directie te bespreken.
Werving klasouders
NL Doet
In de laatste week van het oude schooljaar of in de eerste week van het nieuwe schooljaar benadert de leerkracht een ouder met de vraag of deze klasouder van de groep wil worden. In het verleden waren deze ouders bijna altijd moeders, wij gaan dit schooljaar echter ook vaders benaderen. Er wordt via de nieuwsbrief bekend gemaakt welke ouders klasouder zijn geworden. De school zal de klasouders uitnodigen. Er zal besproken worden wat wel en wat niet verwacht wordt van een klasouder. Tijdens de informatieavond, kan een klasouder zich voorstellen en aangeven wat de ouders van de groep van haar/hem kunnen verwachten. Op het prikbord bij elke kleutergroep vindt u een foto van de klasouders en de namen.
Gedragscode hulpouders De school heeft samen met de MR een gedragscode opgesteld voor ouders die op enigerlei wijze helpen binnen de school. •D e hulp wordt gegeven op basis van vrijwilligheid en enthousiasme. • De ouders helpen onder verantwoordelijkheid van de leerkracht, het team en/of directie. De leerkrachten behouden onder alle omstandigheden de leiding over de kinderen en de activiteiten waarbij hulp geboden wordt. • Als een kind een regel overschrijdt, is het de hulpouder alleen toegestaan het kind corrigerend toe te spreken. Helpt dit niet dan waarschuwt de hulpouder de leerkracht. •D e hulpouder kan tijdens het verlenen van de hulp de leerkracht niet aanspreken over de resultaten van haar of zijn eigen kind. • De school is verzekerd voor hulpouders in geval van wettelijke aansprakelijkheid of ongevallen. • Een hulpouder is verplicht de privacy van ieder kind te waarborgen.
6.9. Verzekeringen De school heeft de volgende verzekeringen voor de leerlingen afgesloten: • Schoolongevallenverzekering; • Wettelijke aansprakelijkheidsverzekering. Het bestuur heeft voor de kinderen een collectieve ongevallenverzekering afgesloten welke financiële gevolgen dekt in het geval een kind tijdens schooltijd een ongeval overkomt. Er is geen dekking voor dokterskosten, aangezien uw ziektekostenverzekering daarvoor dekking biedt. De school kan niet aangesproken worden voor het eigen risico van uw verzekering. Indien een kind een ongeval is overkomen tijdens schooltijd dan kunt u bij de directeur een schadeaangifteformulier verkrijgen. Het bestuur kan niet aansprakelijk gesteld worden voor het beschadigen of wegraken van persoonlijke eigendommen.
6.10. De financiën van De Waterwilg De Waterwilg is een groot bedrijf met als taak onderwijs geven aan de aan ons toevertrouwde kinderen. Net als bij grote bedrijven kent de school ook een aantal ‘bedrijfstakken’ met bijbehorende
85
geldstromen. Financiën zijn daarbij van groot belang. Hoe loopt nu die financiële stroom en hoe is daarbij de verantwoording en de controle geregeld?
Financiën vanuit de ouders: • De contributie voor de Oudervereniging De brieven aangaande de betaling van de contributie ontvangt u via het informatiepakket aan het begin van het schooljaar of zo spoedig mogelijk daarna. Op De Waterwilg bedroeg de contributie voor de oudervereniging € 47,50 per kind voor het schooljaar 2014-2015. Tal van activiteiten (zoals opening schooljaar, Kinderboekenweek, Sinterklaas en Kerst, Voorleesontbijt, Pasen, Lente- en/of Herfstpad, Waterwilgdag, excursies, Sportdag etc.), kunnen vanuit deze bijdrage worden gefinancierd. Het financiële overzicht van de Oudervereniging wordt opgesteld middels een begroting en er vindt verantwoording en controle plaats van de gelden. De kascommissie controleert de financiële administratie van de Oudervereniging. Deze wordt besproken tijdens de jaarlijkse ALV. • Kerstdiner groep 1 t/m 7 Aan de ouders wordt gevraagd een bijdrage te verzorgen bij de voorbereiding van het kerstdiner in de vorm van het maken van een gerecht. Streven is daarbij een evenredigheid in de bijdrage. • Surprises groepen 5 t/m 8 De leerlingen van de groepen 5 t/m 8 maken voor elkaar een surprise. Het cadeau voor de surprise wordt door de ouder betaald met een richtbedrag van € 4,00. • Aanschaf materialen Graag het verzoek aan alle leerlingen die komend schooljaar naar groep 3 – 8 gaan, om op de eerste schooldag het volgende mee te nemen: Groepen 3 t/m 6:één elastomap. Groep 4: stiften, een pritt-stift en een schaar. In groep 4 ontvangen de leerlingen eenmalig een liniaal van 30 cm en een vulpen. Groep 5 en 6: stiften, een pritt-stift, kleurpotloden, schaar en een puntenslijper. De liniaal, de vulpen en het oortje uit groep 4 gaat ook mee naar groep 5 en verder. In geval deze zoek raakt of defect, wordt er een bijdrage gevraagd voor aanschaf van een nieuwe. Groep 7 en 8: twee elastomappen, stiften, een pritt-stift, kleurpotloden, een vulpen, een groene nakijkpen, een schaar, een puntenslijper, een liniaal van 30 cm en een 23-rings multomap met daarin tabbladen. De leerlingen die naar groep 8 gaan zullen zich in het nieuwe schooljaar o.a. voorbereiden op het voortgezet onderwijs. Een agenda is hierbij natuurlijk nodig! Daarom het verzoek aan alle leerlingen van de komende groep 8 om ook een schoolagenda (met weekoverzicht) aan te schaffen!
86
• Bijdrage groep 8 De ouders van leerlingen in groep 8 betalen, naast de ouderbijdrage, een eenmalige bijdrage van € 135,00 voor het kamp en andere speciale activiteiten voor groep 8, zoals het kerstgaladiner, de huur van Cultura t.b.v. de opvoering van de musical en een afscheidsavond waarbij de leerlingen een boek aangeboden krijgen. De school heeft een aparte kamp/groep- 8 rekening. (IBAN: NL33 RABO 0137 3740 62). Er vindt financiële verantwoording en controle plaats d.m.v. kascontrole door Lucasonderwijs. Wanneer de bijdrage niet is ontvangen kan er niet meegegaan worden op kamp. Heeft uw kind wel deelgenomen aan het kerstdiner, maar u heeft nog niet betaald, dan ontvangt u hiervoor een aparte rekening.
Wij merken echter, dat de kosten de laatste jaren stijgen, daarom vragen wij in het begin van het schooljaar aan de ouders in groep 8 d.m.v. een inventarisatielijst waar zij mogelijk kunnen sponsoren. • ‘Lief en Leed’ pot per klas De ouder wordt gevraagd een bijdrage te geven aan de ‘Lief en Leed’ pot, met een maximum van € 5,00 voor de groepen 1 t/m 7 en voor groep 8 een bedrag van € 10,00. De klasouder houdt de inkomsten en uitgaven bij.
Project Gezond
• De overblijf De ouder geeft aan hoe vaak zijn/haar kind(eren) op vaste basis moeten overblijven. Daar komt een kostenplaatje uit (zie hoofdstuk 6.11 voor de specifieke bedragen). De rekening van de overblijf betaalt de ouder 2 keer per jaar. De financiën van de overblijf worden gecontroleerd door de MR. Er is een financieel overzicht en een Jaarverslag-Overblijf.
Overige financiële stromen: • Lumpsum Dit zijn de gelden vanuit de overheid om een school te financieren. Salaris van het personeel, leermiddelen, nascholing, gas en elektra, abonnementen etc. worden hiervan betaald. Het bestuur van de school, Lucasonderwijs, ontvangt deze gelden. De directie van de school en de financiële beleidsmedewerkers, alsmede de MR, buigen zich over de inkomsten en uitgaven. Per kwartaal moet de directeur verantwoording afleggen bij het bestuur over de inkomsten en de uitgaven. De boekhouding wordt gedaan door het Bestuursbureau van het Lucasonderwijs. • MR De MR van De Waterwilg beschikt niet over een eigen begroting en financiën. In onderling overleg is er afgesproken dat kosten van de MR (zoals scholing) betaald worden vanuit het schoolbudget. Deze kosten worden begroot in de algemene begroting. • Sponsorrekeningen De Waterwilg heeft 2 sponsorrekeningen; De sponsorrekening voor de Gandaschool, de Dzomboschool en het Jongensproject (Busara) De school ontvangt gelden, d.m.v. de sponsorloop, giften van ouders, opa’s, oma’s, kinderen, familie, bedrijven en instanties. Vanuit deze sponsorrekening worden de Gandaschool en de Dzomboschool, alsmede de gemeenschap van beide scholen ondersteund. De sponsorrekening voor het Makenaproject Vanuit deze rekening worden 5 meisjes/vrouwen gesponsord. Nkuwasha Hamisi Eunice Peter Mbithe Jackline Nzuki Funguni Omar Maria Peter
87
Ook zijn er ouders die maandelijks een financiële bijdrage geven voor de opleiding van vrouwen/ meisjes uit de community van de Gandaschool, sponsoring tweeling Gandaschool en een leerling van de middelbare school. Twee keer per jaar ontmoeten de meisjes/vrouwen elkaar op de Makenadag (ook de meisjes/ vrouwen die al hun opleiding hebben afgerond). De Waterwilg is verantwoording schuldig over al haar rekeningen aan het Bestuur (Lucas onderwijs) en er vindt dan ook vanuit het bestuur controle plaats. Lucasonderwijs heeft een ANBI status (Algemeen Nut Beogende Instelling ) Een ANBI status heeft fiscale voordelen voor de organisatie en voor degene die een schenking doet aan de organisatie.
6.11. Overblijf De school biedt kinderen de mogelijkheid om tussen de middag op school over te blijven. De kinderen eten onder begeleiding van overblijfkrachten (meestal ouders en/of studenten) en een dag coördinator. Eindverantwoordelijk voor de gehele gang van zaken is de directeur van basisschool De Waterwilg. De overblijf is een samenspel tussen overblijfkrachten, kinderen en team. De overblijf vindt deels plaats in het eigen schoolgebouw (groepen 1 t/m 3) en deels in de kantine van SV Nootdorp (groepen 4 t/m 8). Om de overblijf goed te laten verlopen hebben wij een aantal afspraken gemaakt. Deze zijn te vinden in de brochure “huisreglement Overblijf De Waterwilg” op onze site. Specifiek willen wij echter toch graag een paar afspraken beschrijven. Wij hechten veel waarde aan een goed verloop tijdens de overblijf; Voor de leerlingen is het belangrijk, dat zij het fijn vinden om over te blijven en voor de overblijfkrachten, dat zij met respect door de leerlingen worden behandeld. Wij hanteren daarbij een gele/ rode kaart systeem wanneer dit laatste niet zo is. De leerling ontvangt in dit geval de kaart, die door de ouder ondertekend moet worden. Over het geven van een kaart kan niet gediscussieerd worden. De Overblijf houdt een logboek bij. In het schooljaar 2013-2014 heeft De Waterwilg een Gouden Ster ontvangen vanuit de organisatie TSO Voorbeeldschool.
Overblijfouders In het schooljaar 2015-2016 zijn er wederom opleidingsavonden voor de overblijfkrachten, deze zijn verplicht. Dhr. Ed van Veen (TSO Voorbeeldschool) bespreekt daarin de afspraken en legt cases voor. Tevens krijgen de ouders specifieke scholing aangaande de Kanjertraining door onze Kanjercoach Anneke Peters. Onze overblijfkrachten hebben een Verklaring van Goed Gedrag verkregen bij de Gemeente. De overblijfkrachten zijn allen IOS-gecertificeerd en volgen jaarlijks een (na-)scholingscursus. Voor de overblijf zijn er twee dag coördinatoren aangesteld. Zij hebben een specifieke opleiding gevolgd en zijn in het bezit van een BHV cursus (Bedrijfs Hulpverlening).
Overblijftijden Groepen 1 t/m 4: 12.00-12.30 uur: De leerlingen van de groepen 1 t/m 4 eten in hun eigen lokaal. De leerlingen van de groepen 1-2 doen dit onder leiding van een overblijfouder. De leerlingen van de groepen 3 en 4 eten onder begeleiding van de leerkracht. Daarnaast is er de coördinator van de dag. Zij regelt allerlei zaken die zich plotseling kunnen voordoen.
88
12.30-13.20 uur: Bij mooi weer wordt er onder leiding van de overblijfouders buiten gespeeld door alle groepen. Bij slecht weer worden de kinderen in het schoolgebouw opgevangen. 13.20 uur: De kinderen gaan naar hun eigen klas. De leerkrachten zijn daar aanwezig.
Verjaardag juf Marijke
Groepen 4 t/m 8: De leerlingen van de groepen 4 eten eerst in hun eigen klas tot 12.30 uur, onder begeleiding van de leerkracht . Daarna gaan de leerlingen van de groep 4 naar SV Nootdorp. In deze kantine komen ook de kinderen uit de groepen 5 t/m 8 eten; zij komen zelfstandig naar de kantine toe. Behalve op de vrijdag, blijven er dagelijks meer dan 250 kinderen over. De school heeft geen extra ruimtes om de kinderen op te vangen. Bij slecht weer blijven de kinderen in de kantine en kunnen daar tal van activiteiten ondernemen. Tevens wordt dan een deel van de sporthal gehuurd. Bij mooi weer gaan de kinderen spelen op de velden van SV Nootdorp. De groepen 5 en 6 gaan wisselend (om de week) spelen op het schoolplein bij de Buis tot 13.20 uur; daarna gaan de deuren van de ‘Buis’ open. Voor verdere informatie verwijzen wij u naar ‘Huisregels Overblijf’ die u op de website kunt vinden. De administratie van de school coördineert de Overblijf, voor vragen kunt u terecht bij Carla Yperlaan of Agneta Tuijl. Eindverantwoordelijk blijft de directeur. De kosten voor het vast overblijven bedragen € 2,50 per kind, per dag. Door middel van formulieren wordt aangegeven op welke dag een kind overblijft. Indien u een vaste overblijfregeling wenst voor uw kind, vult u het daarvoor bestemde formulier in. U betaalt per half jaar en ontvangt hiervoor een nota. Heeft u niet betaald dan kan uw kind niet overblijven. Voor incidenteel overblijven kunt u een waarde kaart aanschaffen. Deze kost € 30,00 en is gedurende de hele schoolcarrière van uw kind op De Waterwilg te gebruiken. Per incidentele overblijf betaalt u € 3,00. Incidentele overblijf kan aangevraagd worden door middel van het formulier ‘aanmeldingsformulier incidentele overblijf’. De administratie stempelt de incidentele overblijf af van uw strippen/ waarde kaart. Wanneer er veel kinderen overblijven en het aantal overblijfouders niet ‘meegroeit’ ontstaat er een probleem en vindt er overleg plaats met de MR. Maatregel kan dan b.v. zijn om de incidentele aanmeldingen niet toe te staan. Rekeningnummer van de Overblijf is: IBAN: NL56 ABNA 0572 9072 57, ten name van Stichting Lucas Onderwijs inzake Overblijf De Waterwilg. Formulieren m.b.t. het overblijven kunt u vinden op de site van De Waterwilg bij ‘overblijven’.
89
6.12. Klachtenregeling Klachtenregeling Wanneer u het niet eens bent met gedragingen of beslissingen van een persoon binnen De - juist met het nalaten van gedragingen of het niet nemen van beslissingen, dan kunt u een klacht indienen. Bij Lucas Onderwijs is de behandeling daarvan geregeld in een klachtenregeling. De klachtenregeling is bedoeld voor individuele gevallen. De regeling beschrijft de procedure voor het indienen en behandelen van de klacht. Uitgangspunt is dat de klacht zoveel mogelijk door de betrokken partijen binnen de school of afdeling wordt opgelost. Om de klager zo nodig te kunnen bijstaan heeft Lucas Onderwijs een externe vertrouwenspersoon. De vertrouwenspersonen zijn de heer N. van der Perk en mevrouw J. te Raa. Contactpersoon voor de vertrouwenspersonen is mevrouw mr. M.A. Kors. U kunt mevrouw Kors bereiken op telefoonnummer 070 - 300 1166 of via de mail:
[email protected] Een klacht moet schriftelijk worden ingediend. Dat kan per post: Lucas Onderwijs, postbus 93231, 2509 AE Den Haag t.a.v. mevrouw mr. M.A. Kors. U kunt ook mailen naar
[email protected]
Externe procedure U kunt voor de afhandeling van een klacht ook direct naar de externe klachtencommissie. Ook na de interne afhandeling van een klacht door Lucas Onderwijs kunt u nog terecht bij de externe klachtencommissie. Lucas Onderwijs is aangesloten bij twee externe klachtencommissies:
Klachtencommissie voor het Katholiek Onderwijs In april 2015 is de Stichting Geschillencommissies Bijzonder Onderwijs (GCBO) opgericht. Voor de afhandeling van klachten, beroepen en geschillen in het bijzonder onderwijs kunnen mensen voortaan terecht bij een loket. De Stichting GCBO bundelt voor het katholiek, protestants-christelijk, algemeen bijzonder en gereformeerd onderwijs de landelijke geschillen-, beroeps-, klachten- en bezwarencommissies die op grond van de wet of de cao’s verplicht zijn voor onderwijsinstellingen. Dit heeft voor wat betreft de klachtencommissies waarbij Lucas Onderwijs is aangesloten een wijziging ten gevolge van de adressering. Voor Katholiek Onderwijs t.a.v. Landelijke Klachtencommissie Katholiek Onderwijs Postbus 82324 2508 EH Den Haag Telefoon 070-3861697
Landelijke Klachtencommissie Protestants Christelijk Onderwijs Postbus 82324, 2508 EH Den Haag Telefoon 070- 386 16 97
90
Vertrouwenspersoon De Waterwilg
Project Gezond
De vertrouwenspersoon op De Waterwilg is Joke Campo, een ouder van een oud-leerling van de school en vanuit haar beroep bekend met dit onderwerp. De vertrouwenspersoon onderzoekt de gevolgde procedure ten aanzien van de klacht op school en gaat na of er mogelijkheden zijn om de klacht naar tevredenheid van de klager op te lossen. De vertrouwenspersoon van De Waterwilg kan de klacht zelf afhandelen of zij neemt contact op met het bestuur Lucas Onderwijs. Beide partijen laten zich hierbij informeren. In geval van seksuele intimidatie dient de vertrouwenspersoon de klager te wijzen op de mogelijkheid om aangifte te doen bij de politie.
91
HOOFDSTUK 7
7.1.
ONTWIKKELING VAN HET ONDERWIJS IN DE SCHOOL
Het Onderwijs en de werkvormen
Ten aanzien van de basisvaardigheden geven wij er de voorkeur aan de leerlingen bij hun jaargroep te houden. Dit heeft alles te maken met het willen bewaken van het onderwijsleerproces van onze leerlingen maar dan wel zodanig dat er meer ruimte kan gaan ontstaan voor de individuele kwaliteiten van de kinderen. De leerstof in groep 3 wordt op jaargroep niveau aangeboden. Voor de gemiddelde leerling verloopt daarmee het leerproces goed. Er zijn echter kinderen die extra uitdaging nodig hebben. Voor deze kinderen wordt er gewerkt met zogenaamde verrijkingsprogramma’s. De ‘normale’ leerstof wordt in compacte vorm verwerkt en de leerlingen krijgen extra leerstof die hen meer uitdagingen biedt. Er zijn echter ook leerlingen die veel moeite hebben met de leerstof op jaargroep niveau. Nadat geprobeerd is om de leerachterstanden op te heffen kan het zijn dat wij moeten concluderen dat wij het leerprobleem moeten accepteren. Deze acceptatie leidt er dan toe dat een leerling de leerstof aangepast en op eigen niveau krijgt aangeboden. Voor beide situaties geldt dat de differentiatie per kind en per leerstofgebied kan verschillen, afhankelijk van de leer- of hulpvraag van de individuele leerling. Op deze wijze is er een onderwijsvorm ontstaan welke geworteld is in traditie met de beïnvloeding van nieuwe inzichten en didactische werkvormen. Het geheel is een ontwikkelingsproces, waarbij wij zeker kunnen stellen dat dit proces nog steeds in beweging is en ook wel in beweging zal blijven. In groep 4 t/m 8 wordt gewerkt met tablets. De leerkracht bekijkt vooraf de leerdoelen van de les en daarbij de eerdere prestaties van ieder kind afzonderlijk. Aan de hand hiervan wordt een werkpakket samengesteld op het niveau van het kind. Wanneer de opdrachten van het desbetreffende leerdoel gemaakt zijn, kijkt de tablet deze opdrachten automatisch na en stelt de moeilijkheid van de klaaropdrachten automatisch af op de prestaties in de les. Zo werkt ieder kind altijd op zijn of haar eigen niveau. De leerkracht kan tijdens de les volgen hoe de leerstof gemaakt wordt en direct inspringen op moeilijkheden of uitdagingen.
Zelfstandig werken Vanaf de kleuterbouw krijgen de kinderen al momenten waarbij zij een bepaalde periode zelfstandig aan een taak moeten werken. Dit wordt in de groepen erna steeds verder uitgebreid. In de groepen 1 t/m 6 wordt ‘het stoplicht’ als hulpmiddel gebruikt bij het zelfstandig werken. Alhoewel de digitale mogelijkheid inhoud dat het gemaakte werk direct wordt nagekeken en de leerlingen per opdracht kunnen zien of zij de opdracht goed gemaakt hebben, kiezen wij ervoor dat de leerkracht periodiek en waar nodig feedback-gesprekken met de leerling over het gemaakte werk voert.
7.2.
Nieuwe Methoden en Ontwikkelingen in de school
Onderwijsvernieuwingen
92
De school volgt de onderwijsvernieuwingen met veel interesse. Wanneer er ontwikkelingen zijn welke een verbetering betekenen voor het onderwijsaanbod proberen wij deze te realiseren. Onderwijsvernieuwingen brengen meestal extra kosten met zich mee, omdat er vaak nieuwe materialen aangeschaft moeten worden die het handelen van de leerkrachten ondersteunen. Soms moeten wij daarom, vanuit het oogpunt van kostenbeheersing, gefaseerd bepaalde methodes invoeren.
KIES De KIES-training helpt Kinderen In Echtscheidings Situaties. Babette Havenaar, orthopedagoog, IB-er en KIES-training gaat deze training geven voor onze leerlingen, die een scheiding meemaken. De training wordt aangeboden, maar is niet verplicht.
Kwartiermakers Lezen is cruciaal voor de persoonlijke ontwikkeling. De leesvaardigheid van kinderen neemt toe als leerlingen elke dag een kwartier lezen. Lezen verrijkt en opent deuren en vergroot je wereld. Met een kwartier lezen per dag ontwikkelt een kind een grote woordenschat en een goed taalbegrip. Elke dag lezen we in de groep 15 minuten samen met de leerkracht. Door een hoger leesniveau worden andere vakken toegankelijker en kunnen kinderen hun talent beter ontwikkelen. De Waterwilg is afgelopen school jaar gestart met de pilot ‘lees 15 minuten per dag’. Ook dit schooljaar zullen wij hier weer aandacht aan besteden.
Leefregel: aandacht voor je zelf, elkaar en het milieu
Koningsdag
Deze regel sluit heel mooi aan bij het thema van de Kinderboekenweek en bij het thema van het project. Aandacht voor het milieu: De groepen 6 zullen iedere laatste woensdag van de maand de schoolomgeving op gaan schonen, daarbij ondersteund door de Gemeente. In de school zijn nu weer batterijenboxen geplaatst. Daarnaast komen er specifiek afvalbakken voor het plastic. 9 Oktober ‘De dag van de Duurzaamheid’.
Leren programmeren De Bee-Bot is een kindvriendelijke robot in de vorm van een bij. Kinderen kunnen de robot bedienen met knoppen op zijn rug. Om van punt A naar punt B te komen, moet je de Bee-bot van tevoren de juiste commando’s geven. Bijvoorbeeld twee stappen vooruit, één keer rechtsdraaien en dan weer een stap vooruit. De robot kan tot veertig stappen onthouden en achter elkaar uitvoeren. In verschillende opdrachten laten leerlingen de Bee-bot een parcours op variërende matten afleggen. Bij ons op school zijn de boerderij, reken- en lettermat. Leerkrachten kunnen ook zelf opdrachten ontwerpen. Op deze wijze wordt ICT-geletterdheid gecombineerd met de vakken zoals lezen, rekenen, topografie, verkeer en techniek. De uitdaging voor de leerling is dat het vooruit leert te denken. Door de eenvoudige bediening is de Bee-bot goed te gebruiken in de onderbouw. Naast de gele Bee-bot kan er ook gewerkt worden met de blauwe Blue-bot. Ook dit is een robot die geprogrammeerd wordt door de leerlingen. Doordat bij deze robot meer mogelijkheden geprogrammeerd kunnen worden, neemt de complexiteit toe. Ook kan deze robot middels een app geprogrammeerd worden. Deze robot is ook voor middenbouwgroepen interessant. Opdrachten met de Bee- of Blue-bot dragen bij aan het oefenen in logisch denken en probleemoplossende vaardigheden. De leerlingen maken een plan, testen en evalueren en wijzigen het programma als dat nodig is.
Leren typen In het schooljaar 2015-2016 zullen er opnieuw typelessen worden gegeven op De Waterwilg. De cursus bestaat uit 12 klassikale lessen van een uur (buiten schooltijd), en een afsluitend examen. Na 12 lessen kunnen de cursisten blind typen met 10 vingers. De vereiste typesnelheid om het examen te behalen is 100 aanslagen per minuut met maximaal 2% fout. Het is wel noodzakelijk dat de cursisten thuis ongeveer een kwartiertje per dag oefenen, hiervoor is internet benodigd.
93
De nieuwe cursus begint op donderdag 10 september, direct na schooltijd in het Kangoeroe lokaal. De lessen zijn geschikt voor leerlingen van groep 5 t/m 8. De kosten zijn € 150,00 incl. examen. De leerlingen die de cursus hebben gevolgd zijn enthousiast. Voor hun reacties kunt u het gastenboek op de site www.iktypsnel.nl bekijken. Aanmelden kan ook op de site. Er is maar een beperkt aantal plaatsen beschikbaar, dus wacht niet te lang met aanmelden. Bij vragen kunt u de site www.iktypsnel.nl raadplegen, of neemt u contact op met Marlies Huiskens - Van der Kruk via mail op
[email protected] of 06 57229978.
PO Vensters Vensters PO is een project van de PO-raad waarbij cijfermatige informatie over scholen voor primair onderwijs verzameld wordt in één systeem. Het gaat dan bijvoorbeeld om gegevens op het gebied van onderwijsopbrengsten, leerlingenpopulatie, financiën en personeel. Doelstelling van Vensters PO is om samen met schoolbesturen en scholen te komen tot een instrument waarmee zij de eigen organisatie professioneler kunnen besturen, opbrengstgerichter kunnen werken en aan belanghebbenden verantwoording kunnen afleggen. Tevens kan het PO Venster informatie voor ouders beschikbaar stellen, onder andere met het oog op schoolkeuze. Vensters PO gebruikt de gegevens van DUO en de Inspectie van het Onderwijs. Voor een deel van de indicatoren leveren scholen of besturen zelf informatie aan. Vensters PO geeft de cijfers in heldere rapportages terug aan de scholen en schoolbesturen. De scholen kunnen hun eigen resultaten eenvoudig vergelijken met landelijke gemiddelden (benchmarken). Ons schoolbestuur Lucas Onderwijs hecht grote waarde aan op een volledige wijze transparant zijn voor de kwaliteit van het onderwijs op zijn scholen.
Prowise Sinds schooljaar 2014-2015 zijn er Prowise borden de school in gekomen. Er zijn er nu 5. Volgend schooljaar komt er nog 1 bij. De kwaliteit van het scherm van de Prowise borden doet niet af aan de modernste televisieschermen. Het beeld is haarscherp. Daarbij hebben de Prowiseborden allerlei handige tools die gemakkelijk ingezet kunnen worden tijdens de lessen. De borden kunnen tevens gebruikt worden als instructietafel waarbij de leerkracht digitale oefeningen klaar kan zetten voor een klein groepje kinderen. Dit kan zijn voor kinderen die moeite hebben met de leerstof van het leerjaar, maar ook voor kinderen die extra uitdaging nodig hebben.
School op SEEF SCHOOL op SEEF is hét programma in Zuid-Holland voor een goede aanpak van verkeersveiligheid en verkeerseducatie aan kinderen in de basisschoolleeftijd. Hier worden kinderen in een veilige omgeving op een eigentijdse manier begeleid in hun ontwikkeling tot duurzaam veilige weggebruikers. SCHOOL op SEEF omvat hoogwaardig en aansprekend, praktijkgericht en digitaal materiaal. Het werken aan de verkeersveiligheid van kinderen op en rond de basisschool vereist een integrale aanpak. Het programma SCHOOL op SEEF biedt de mogelijkheid om vanuit verschillende facetten (educatie, infrastructuur, communicatie, etc) hieraan te werken. Het motto is dan ook: “kinderen hebben recht op een veilige, zo zelfstandig mogelijke deelname aan het verkeer”. De leerkrachten geven samen met SCHOOL OP SEEF in alle leerjaargroepen theoretische en praktische verkeerseducatie. Het programma wordt ondersteund door OnderwijsAdvies te Zoetermeer.
Snappet
94
Snappet Tabletonderwijs is de toonaangevende aanbieder van tabletonderwijs in Nederland. Bijna 1000 basisscholen werken al geruime tijd naar volle tevredenheid met tablets van Snappet in de klas. Stichting Snappet streeft naar het beste leerresultaat voor elk kind. Met Snappet heeft ieder kind
op een eigen tablet toegang tot les- en oefenmateriaal op het persoonlijke niveau. Snappet is beschikbaar voor groep 4 tot en met 8 van het basisonderwijs. Het sluit aan op de meest gebruikte lesmethodes en is ondersteunend aan de leerkracht. Snappet voordelen voor leerlingen en leerkrachten: • Verbeterd leerresultaat. Snappet tabletonderwijs leidt tot betere leerresultaten door verhoogde motivatie en concentratie van de leerlingen, hogere productie, directe feedback en meer individuele differentiatie. • Direct inzicht en overzicht. Leerlingen zien hun voortgang en leren met eigen leerdoelen te werken. De leervoortgang van de klas en de individuele leerlingen is op ieder moment zichtbaar voor de leraren. Dat helpt zowel direct in de klas, als bij de evaluatie en planning. •M eer tijdwinst. Snappet geeft rust in de klas omdat alle kinderen tegelijk op geschikt niveau aan het werk zijn. Tabletonderwijs creëert meer tijd voor instructie, lesvoorbereiding en remediëring door automatisch nakijken en foutenanalyse. Er zal vanaf groep 4 gewerkt gaan worden met de tablet.
Topondernemers vanaf groep 4
Werken op de tablet
In het schooljaar 2015-2016 zal topondernemers in groep 4 uitgebreid worden. De onderwerpen van topondernemers in groep 4 liggen nog dicht bij de belevingswereld van de kinderen maar komen wel overeen met de thema’s die in de groepen 5-8 aangeboden worden. Aan de hand van de karakters Lars en Lotte worden de kinderen op een ontdekkingstocht door de wereld meegenomen. Per thema zijn 15 kaarten waar leerlingen individueel, in duo’s of in een groepje mee aan de slag gaan. Per schooljaar komen drie thema’s aan bod. Deze thema’s worden middels de groep 4 nieuwsbrief bekend gemaakt. De opbrengst van de Zomermarkt maakt het mogelijk boeken aan te schaffen, naast leesboeken ook boeken met een thema, die passen bij de methode Topondernemers.
7.3. Rapporten De ontwikkeling van kleuters wordt vastgelegd middels zogenaamde KIJK! Lijsten door zowel leerkrachten als ouders. De lijsten maken onderdeel uit van ons leerlingvolgsysteem voor kleuters, KIJK! Voor alle kleuters wordt de ontwikkeling 2 keer per jaar vastgelegd, ook zij krijgen een rapport. De leerlingen van de groepen 3 t/m 7 krijgen 3 keer per jaar een rapport. Er wordt beoordeeld met cijfers en waarderingen. Alleen de leerstofonderdelen voor taal, spelling, lezen, rekenen en topografie worden beoordeeld met een cijfer. In groep 3 wordt alleen gewerkt met waardering (M, V, RV, G). De leerlingen van de groepen 8 krijgen twee rapporten. De leerlingen zullen het eerste rapport begin december ontvangen en het tweede rapport komt aan het einde van het schooljaar. De normering is aangegeven op het rapport. De cijferwaardering wordt afgeleid van de resultaten welke de kinderen behalen op de methode gebonden toetsen en het gemaakte werk in de klas.
95
De cijfers op een rapport kunnen enigszins schommelen, omdat een kind niet ieder trimester eenzelfde gemiddelde haalt. Indien er sprake is van een sterke daling zullen wij altijd naar de oorzaak hiervan gaan zoeken. De Citoresultaten worden niet verwerkt in het rapportcijfer. Wel gebruiken wij de Cito-gegevens als tweede gegeven naast de cijferwaardering. In de groepen 3 t/m 8 vindt u de prestaties op de verschillende Cito-toetsen terug in het rapport. De ouders van de leerlingen van groep 2 ontvangen op de tafeltjesavond een uitdraai van de resultaten op de Cito-toetsen. De prestaties op de Cito-toetsen staan niet in het rapport vermeld.
7.4.
Resultaten van het onderwijs
Onderwijs Inspectie op De Waterwilg Dinsdag 6 september 2011 heeft De Waterwilg bezoek gehad van dhr. De Heer, inspecteur van het onderwijs. Dit bezoek was een zogenoemd 4-jaarsbezoek. Een 4-jaarsbezoek vindt plaats als een school een basisarrangement heeft gekregen. Scholen in een basisarrangement zijn scholen die naar verwachting presteren. Het inspectiebezoek bestaat uit een gesprek met de intern begeleiders en de directie van de school. Centrale gespreksonderwerpen bij dit bezoek zijn: de (leer)opbrengsten, de interne leerlingenzorg en begeleiding en de kwaliteitszorg. De inspecteur startte zijn bezoek om 13.00 uur met een informatief gesprek over de groei en bloei van De Waterwilg over de afgelopen periode. Daarna werd de tijd benut om in te lezen. Belangrijke documenten daarbij zijn: De tussenopbrengsten van de toets gegevens van Cito, het groepsplan als document het onderwijs zorgprofiel, het jaarplan, het schoolplan 2008- 2012, het beleidsstuk meer- en hoogbegaafde leerlingen en de schoolgids. Na het inlezen was er een overleg aangaande de tussenopbrengsten. Deze tussenopbrengsten laten zien hoe op de verschillende leerstofgebieden en in de afzonderlijke jaargroepen gepresteerd wordt. Ook wordt er gekeken naar de eindopbrengsten van de school, die af te lezen zijn uit de prestaties van de leerlingen op de Eindtoets. De school scoort de afgelopen jaren goed en stabiel. Hierna volgde een rondleiding door het gebouw. Na de rondleiding gaf dhr. De Heer zijn positieve indruk over de rust en sfeer van de school. Vervolgens werden groepsplannen en individuele handelingsplannen besproken. Van te voren was aangegeven welke dhr. De Heer wilde inzien. Hij heeft kennis genomen van een aantal gedrags-handelingsplannen, handelingsplannen voor rekenen en lezen en van groepshandelingsplannen. Groepsmappen werden besproken en tal van dossiers kwamen er op tafel. Eindconclusie: De inspectie is zeer tevreden over onze kwaliteitszorg, de eindopbrengsten en de interne leerlingenzorg. Het inspectierapport vindt u op onze site.
Cijfers over specifieke zorg
96
Uitgaande van 631 leerlingen, die er bij ons op school bij aanvang van het nieuwe schooljaar zijn, kunnen wij aangeven, dat ongeveer 10% van onze leerlingen op jaarbasis wordt doorgesproken met de intern begeleider. Uiteindelijk krijgt ongeveer 5% van deze leerlingen extra begeleiding. Deze begeleiding wordt in de meeste gevallen gegeven door de groepsleerkracht. Doublure: Soms komt het voor dat er een leerling doubleert. Afgelopen schooljaar hadden wij 2 doublures. Wel kan het zo zijn dat een leerling nogmaals groep 2 volgt maar hier wordt dan niet
gesproken over een doublure. In het kader van ‘Weer Samen Naar School’ hanteert het ministerie van OCW de zogenaamde 2% norm aangaande doorverwijzing naar het speciaal onderwijs. De Waterwilg heeft een lager verwijzingspercentage.
Cijfers over de vorderingen De Waterwilg heeft het CITO Leerling en Ontwikkelingsvolgsysteem (LOVS). Dit volgsysteem biedt de school inzicht in de vorderingen van de individuele leerlingen, de groep, maar ook de school.
Schoolverlaters schooljaar 2014-2015 Aantallen
PRO
1
VMBO-B lwoo
4
VMBO-B
2
VMBO-K lwoo
0
VMBO-K
7
VMBO-K/T
4
VMBO-T
9
VMBO-T/HAVO
12
HAVO
7
HAVO-VWO
14
VWO
19
Totaal
79
Cito Eindtoets
Richting
Centrale Eindtoets eindscore De Waterwilg: 538, 7. De landelijke gemiddelde score 2015: 535,5. Globaal kunnen de adviezen gekoppeld worden aan de vijf verschillende prestatieniveaus: o Niveau I VWO o Niveau II HAVO o Niveau III VMBO-T o Niveau IV VMBO-K o Niveau V VMBO-B Toch blijft het nog altijd maatwerk om een leerling een goed advies te geven, omdat er meestal verschillen zijn op de diverse leerstofonderdelen en kinderen vrijwel nooit helemaal netjes in een niveau zitten. Het LOVS wordt ook gebruikt voor de kwaliteitsbewaking van het onderwijs. Wij maken gebruik van de toetsen voor begrijpend lezen, rekenen en wiskunde, spelling en technische leesvaardigheid. In april 2016 wordt de Entreetoets voor groep 7 afgenomen. De resultaten worden eind groep 7 met de ouders besproken. In groep 8 maken de leerlingen de Centrale Eindtoets voor het basisonderwijs.
Cito-LOVS en advisering Voortgezet Onderwijs De toetsgegevens van het leerlingvolgsysteem zijn het tweede gegeven bij de advisering ten aanzien van het vervolgonderwijs. CITO laat de meerjarige en doorgaande ontwikkelingslijn voor de verschillende leerstofgebieden zien. Leerlingen die overeenkomstig Niveau III presteren, volgen de leerontwikkeling van een gemiddelde leerling op leerjaarniveau.
97
Naar welke scholen gingen zij?
’10-’11
‘11-’12
’12-’13
’13-‘14
’14-‘15
Montaigne Lyceum, Nootdorp
2
3
3
10
10
St. Maartens College, Voorburg
12
7
4
15
10
Stanislas College, Pijnacker
34
47
37
40
30
Stanislas College, Delft
0
0
2
2
2
Lyceum Ypenburg, Den Haag
4
5
13
9
0
Veurs College, Voorburg
0
2
0
0
0
Gymnasium Novum, Voorburg
1
1
0
4
1
Dalton Lyceum, Voorburg
0
2
1
0
0
Zandvlietcollege, Den Haag
0
0
0
0
3
Wellant College, Den Haag (Westvliet)
5
2
1
4
1
’s Gravendreef College, Den Haag
14
8
5
10
5
‘s Gravendeef College, Leidschendam
0
0
0
0
1
Stedelijk College, Zoetermeer
0
0
1
1
0
College St. Paul, Den Haag
0
0
0
0
1
Melanchthon Berkroden (Berkel)
1
0
0
0
12
Veurs Lyceum Leidschendam
1
0
0
0
0
School in het buitenland
1
0
0
0
0
Corbulo Voorburg
1
0
0
0
0
Gymnasium Haganum, Den Haag
0
0
0
0
1
Laurentius Praktijkschool, Delft
0
0
0
0
1
Oranje Nassau College, Zoetermeer
0
0
0
0
1
Grotius Kopklas Delft
1
0
0
0
0
Luzac College
0
0
1
0
0
Haags Montessori Lyceum, Den Haag
0
0
0
1
0
Segbroek College-Den Haag
0
0
0
1
0
Totaal
75
81
68
97
79
7.5. Kwaliteitsverbetering Beginnende geletterdheid In het voorjaar van 2015 hebben de leerkrachten van groep 1-2 de cursus Met Sprongen Vooruit gevolgd. Het reken-wiskundeprogramma Met Sprongen Vooruit kenmerkt zich door de rekenwiskundedidactiek in kleine tussenstapjes te beschrijven zodat een leerkracht elke leerling met rekenen vooruit kan helpen. Voor de leerkrachten geeft het een totaal overzicht op de rekenleerlijn en krijgen zij handvatten in de vorm van oefeningen en spellen om zowel interactief klassikaal les te kunnen geven als aan een individu op een specifiek rekendomein. Door de kleuters worden de spellen en oefeningen als leuk en betekenisvol ervaren waardoor het plezier in rekenen zienderogen toeneemt. Ze mogen bewegen en eigen producties maken wat de betrokkenheid enorm versterkt. Hiermee is een aanzet gegeven voor kwaliteitsverbetering van het rekenonderwijs aan de kleuters.
Signaleren leesrisico leerlingen in de kleutergroepen 98
Om kinderen die zwak zijn op het gebied van beginnende geletterdheid zo vroeg mogelijk te kunnen signaleren maken wij gebruik van toetsen uit het protocol leesproblemen & dyslexie (katern voor
groep 1-2). Daarnaast maakt de intern begeleider gebruik van toetsen uit het toets pakket beginnende geletterdheid. Daarmee kunnen wij kinderen in groep 1 en 2 opsporen die gevaar lopen om in groep 3 leesproblemen te krijgen. Er zijn toetsen voor de belangrijkste aspecten van beginnende geletterdheid, namelijk: woordenschat, fonologisch bewustzijn (besef van klanken), letterkennis, benoemsnelheid (het snel benoemen van visuele symbolen zoals cijfers en letters). Wanneer uit de toetsen blijkt, dat gerichte hulp wenselijk is, wordt u hierover geïnformeerd. De leerkracht zal in de klas starten met het bieden van effectieve hulp (aan de hand van een gestructureerd programma), zodat het kind zich in de goede richting kan ontwikkelen.
Onderwijs aan meer- en hoogbegaafde leerlingen
Bezoek aan de molen
Op De Waterwilg willen wij ook zorg bieden aan kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong. In eerste instantie krijgen deze kinderen binnen hun eigen jaargroep verbredingsen/of verrijkingsactiviteiten aangeboden in combinatie met het compacten van één of meer vakgebieden. Sinds het schooljaar 2010-2011 is er op De Waterwilg een interne Plusklas: de Kangoeroegroep. Doel van deze groep is om leerlingen met een ontwikkelingsvoorsprong onderwijs op maat te bieden, deze leerlingen meer differentiatie en verrijking aan te bieden, deze leerlingen te laten samenwerken met ontwikkelingsgelijken, de eigen leerkracht te ontlasten en de groep te integreren binnen De Waterwilg. In deze groep zitten leerlingen die extra uitdaging aan kunnen, buiten het normale werk van de eigen groep. Het is de bedoeling, dat de leerlingen deze opdrachten zelfstandig verwerken binnen het lesrooster. De leerlingen werken in hun eigen groep ook aan de reguliere leerstof. Het programma Snappet op de tablet die iedere leerling gebruikt, past voor deze leerlingen de leerstof aan. De reguliere leerstof wordt door de eigen leerkracht aan de leerlingen in compacte vorm aangeboden. Dit betekent dat de leerlingen nieuwe leerstof minder hoeven in te oefenen en te herhalen dan in het reguliere lesprogramma. In de lestijd die hierdoor overblijft, werken de leerlingen aan de door Snappet aangeboden verdiepende en meer uitdagende opdrachten. Daarnaast werken zij in de overgebleven lestijd zelfstandig aan de opdrachten van de Kangoeroegroep.
Protocol Dyslexie Het Protocol is gemaakt in opdracht van het Samenwerkingsverband en in samenwerking met de collega-scholen van het samenwerkingsverband en het HCO (Haags Centrum voor Onderwijs).
Clinics/Workshops Afgelopen schooljaar heeft De Waterwilg samen met externe partijen clinics/workshops aangeboden. Zo konden kinderen meedoen met een Techniek workshop die verzorgd werd door Mad Science. Ook konden kinderen meedoen met de workshops dans en karate. Voor de clinics/workshops wordt een vergoeding gevraagd. Voor dit schooljaar zullen wederom nieuwe clinics/workshops, na schooltijd, aangeboden worden in samenwerking met SKS Alles Kids. Naast techniek en sport clinics/workshops oriënteren wij ons ook op andere clinics/workshops (natuur en cultuur). De clinics/ workshops vinden na schooltijd op verschillende dagen plaats.
99
HOOFDSTUK 8 8.1.
Diversen
Gevonden Voorwerpen
Het kan gebeuren dat uw kind iets kwijt raakt. In eerste instantie kunt u dan de leerkracht benaderen. Het komt echter ook regelmatig voor, dat sommige spullen pas weken later gemist worden. De gevonden voorwerpen worden verzameld op een centrale plaats. Deze centrale plaats is de Reproruimte van het hoofdgebouw en de Teamkamer van de Buis. Kleine voorwerpen, zoals sleutels, sieraden en andere kostbaarheden, worden op de administratie verzameld.
8.2.
Speelplaats afspraken
Stepjes, skeelers, waveboarden, skateboarden, space scooters en dergelijke brengen de veiligheid in gevaar en zijn niet toegestaan. Fietsen op de speelplaats kan helaas ook niet. Aan ouders vragen wij om de fietsen en of bakfietsen aan de zijkant op de speelplaats te parkeren. Ook willen wij aan ouders vragen geen hond mee te nemen op het schoolplein. Vooral onze jongere leerlingen vinden blaffende honden niet altijd plezierig. Een hond mee de school in nemen is niet toegestaan. Ook balspelen, zoals voetballen en basketballen op de speelplaats zijn niet toegestaan 30 minuten voor aanvang van de school en 15 minuten nadat de school uit is. Parkeren van de fiets door leerlingen Veel leerlingen van de school komen op de fiets. Wij willen het parkeren van de fietsen graag stroomlijnen en hebben vaste afspraken voor het parkeren van de fietsen. De leerlingen van de groepen 7 en 8 mogen gebruik maken van de fietsenrekken bij SV Nootdorp. De leerlingen van de groepen 5 en 6 hebben een eigen fietsenstalling bij het gebouw van de dependance. De leerlingen van de groepen 3 en 4 parkeren de fietsen in de fietsenrekken langs de ramen van kamers van de directie en de IBers. De leerlingen van de groepen 1 en 2 parkeren de fietsen langs de ramen van de 2 kleutergroepen. Parkeren van de fiets, bakfiets en scooter door de ouder Wilt u zo vriendelijk zijn de fiets, de bakfiets en scooter niet te parkeren op de stoep langs de parkeerplaats, maar langs het hek. Fietsen op de speelplaats is niet toegestaan Pleinwacht Bij het buitenspelen in pauzes gaat altijd de eigen groepsleerkracht mee. De groepen gaan niet allemaal tegelijk naar buiten. De deuren van de school gaan bij aanvang eerder open. Er is op De Waterwilg geen pleinwacht voor en na schooltijd. Opening van de deuren gebeurt door het management van de school. Deze blijven eveneens bij de deuren staan zodat contact en afspraken snel gemaakt kunnen worden. Veiligheid Sinds de zomervakantie van 2014 staan er hekken rondom het schoolplein. Ook hangen er camera’s. Camera bewaking is uitgelegd in een protocol te vinden op de site. De speeltoestellen worden jaarlijks gecontroleerd. 100
8.3. Verkeersveiligheid Bij aanvang en uitgaan van de scholen rond de Poort is het een drukte van belang. Doordat de schooltijd van De waterwilg nu verschoven is naar 15.30 uur zijn de 3 scholen niet meer tegelijkertijd uit en zou dit ruimte moeten geven om te parkeren en de verkeersveiligheid veiliger te maken. Neemt niet weg dat het een drukte van belang is en wij met elkaar zorg moeten dragen voor de verkeersveiligheid en altijd moeten blijven opletten.
Project Fit
Verzoek Bij slecht weer worden veel leerlingen met de auto gebracht. Auto’s worden geparkeerd waar dit niet is toegestaan. Wij maken u er op attent dat de politie regelmatig controleert.
8.4. Sponsoring Het Ministerie van Onderwijs heeft samen met zestien organisaties een convenant gesloten waarin afspraken voor sponsoring in het primair en voortgezet onderwijs zijn vastgelegd. Het convenant is niet bedoeld om sponsoring te bevorderen of te bestrijden. Het bevat gedragsregels die scholen als richtlijnen kunnen gebruiken bij hun sponsorbeleid. De regels geven aan waarop scholen moeten letten, waar sponsors aan gebonden zijn, waar valkuilen zijn en hoe scholen inspraak van ouders en leerlingen over sponsoring moeten organiseren. Die richtlijnen zijn vastgelegd in een brochure. Deze brochure geeft onder andere richtlijnen uit dit sponsorconvenant weer. Ook wordt beschreven aan welke wettelijke voorwaarden sponsoring op school moet voldoen. Daarnaast bevat de brochure een checklist met praktische tips die kan worden gebruikt bij het afsluiten van een sponsorovereenkomst. Het bestuur van Lucas Onderwijs en de Medezeggenschapsraad van De Waterwilg conformeren zich aan het convenant en aan wat in de brochure is opgenomen. Mocht u iets willen ondernemen vanuit uw bedrijf, dan stellen wij het op prijs wanneer u van tevoren altijd contact opneemt met de directie. Dit geldt ook voor schenkingen c.q. donaties die u aan De Waterwilg zou willen doen. Indien personen, bedrijven en/of instanties de school sponsoren wordt dit vermeld in de Nieuwsbrief. Aan het verlenen van sponsoring kunnen geen rechten worden ontleend in welke vorm dan ook.
8.4.1.
Het Keniaproject
Op 12 juli 2002 gaf De Waterwilg het startsein voor het Keniaproject. Het ondersteunen van de Ganda school. Wij hebben voor dit project gekozen, omdat wij onze leerlingen ervan bewust willen maken dat er veel kinderen op de wereld zijn, die het niet zo goed hebben als wij. Een van de rechten van het kind is het krijgen van onderwijs. In veel landen van de wereld is dit niet het geval. De Waterwilg participeerde in 2002 in het Verkaart project, een initiatief van het Haagse echtpaar Jan en Ans Verkaart. Het project sprak ons aan, omdat er een directe binding is met de school en er lage overheadkosten in het Verkaart project waren. Het Verkaart Development Project heeft een ontwikkeling doorgemaakt. De initiatiefnemers Ans en Jan Verkaart gaven aan dat zij gezien hun leeftijd, zich niet meer zo intensief konden in blijven zetten, zoals zij dat graag wilden. De lagere scholen, de zgn. Primary schools zijn vanaf juni 2007 zelfstandig doorgegaan. De primary
101
schools vallen nu onder een nieuwe stichting Tenda Pamoja. Tenda Pamoja betekent: samenwerken. De nieuwe stichting neemt vele dingen van de Verkaart organisatie mee, maar ziet ook de mogelijkheid om nieuwe dingen te verankeren. Daarbij wordt er nog meer beschreven en gedaan vanuit de leefwereld in Kenia. Onderwijs, Gezondheid en lokale economie zijn de pijlers. De MR en de OV hebben de formule van de nieuwe stichting onderschreven, zodat wij als De Waterwilg kunnen doorgaan met het werk op de Ganda school. De nieuwe stichting heeft een bestuur, bestaande uit mensen die de afgelopen jaren vaak in Kenia zijn geweest en die allen een school in Kenia mentoren of sponsoren. Ook heeft de stichting Keniaanse werknemers in dienst zoals Samson Ndegwa, een oud hoofdonderwijzer. Hij is de schakel tussen de scholen en de sponsoren. Daarnaast is er Samuel Nyawa voor de bouwtechnische zaken en Susan Mutinde, voorkomend uit het Makenaproject voor de vrouwenzaken. De Waterwilg betaalt, gelijk alle andere sponsoren aan de stichting € 500,- (zie www.tendapamoja.nl). De sponsoring is daarbij een samenspel. In het verleden werden grote zaken volledig gesponsord, zoals het bouwen van de lokalen, de toiletten, de waterputten en het meisjeshuis. Projecten die nu gerealiseerd worden, gaan op basis van commitment. De ouders van de Ganda school doen daarbij ook hun bijdrage. Belangrijk is dat er met elkaar afspraken gemaakt worden. Hieronder wordt ingegaan op oude afspraken en nieuwe afspraken.
Blijvende afspraken Ganda school • Het onderhouden van het meisjeshuis. In het huis wonen 5 meisjes, die op voorspraak van het oudercomité geselecteerd zijn. Zij ondersteunen in de groepen en volgen in de vakantie een opleiding. Deze opleiding geeft de meisjes de mogelijkheid om een studie tot leraar te starten. Het huis geeft de meisjes de zekerheid van een onderkomen. •H et onderhouden van het schoolgebouw, de shade, de goten en de watertanks. • F inancieel ondersteunen van één leerkracht werkzaam in de Kindergarten. •O nderhouden van frequente contacten tussen sponsor, werknemer in Kenia en de Gandaschool. • Stand van zaken bijhouden aangaande Safety and Health en het up to date houden van de First Aid kit. • E xtra lessen voor de leerlingen na schooltijd en op zaterdag. •R apportage door de headmaster op de eerst dag van de maand via sms bericht.
Nieuwe afspraken voor de Ganda school • S ponsoring van Maria Peter en Joseph Tsuma, ter ondersteuning van het team. •V ervanging van de goten. Naast de Gandaschool, waar al heel veel gerealiseerd is, heeft De Waterwilg sinds 2012 in Kenia een nieuwe sponsorschool, de Dzombo school. Op deze school moet nog veel gerealiseerd worden. Wij richten ons daarbij op kleinschaligere projecten.
Blijvende afspraken Dzombo school •H et onderhouden van het schoolgebouw en de toiletgroepen. • Onderhouden van frequente contacten tussen sponsor, werknemer in Kenia en de Dzombo school. •V erbeteren van de resultaten. • E xtra lessen voor de leerlingen na schooltijd en op zaterdag.
102
Nieuwe afspraken voor de Dzombo school •V erzorgen van een lunch maaltijd voor de leerlingen, zodat de leerlingen ook in de middag aanwezig zijn en blijven. Wij verwijzen u graag naar onze site, waar u een aparte knop Kenia vindt. Hier staan de reisverslagen en de foto’s van onze bezoeken. Twee keer per jaar wordt de sponsorschool bezocht. Bij de entree vindt u een Kenia hoek. Daarnaast is de school een prachtige muurschildering rijker: Een kudde olifanten, gemaakt door Nel en Tamara Flippo. Sponsorrekening: IBAN: NL40 ABNA 0418 8702 84 Lucas Onderwijs inzake De Waterwilg Keniaproject Kenia.
8.4.2. Makenaproject Historie RK DEO shirts voor Dzomboschool
Naast het Kenia project heeft de school speciaal voor de groepen 8 het Makenaproject. Het idee achter dit project is dat wij niet alleen een school bouwen in Lunga Lunga om ons steentje bij te dragen aan de basisvorming van kinderen in landen die niet de welvaart kennen zoals wij, maar ook zorg dragen voor de voortgezette opleiding van weesmeisjes. Aanvankelijk begonnen met de sponsoring van een weesmeisje per jaar staan de leerlingen van de groepen 8 nu garant voor de vervolgopleidingen van deze meisjes. Wij zijn van mening dat, indien meisjes een kans krijgen verder te leren, dit wellicht een basis kan leggen voor hun toekomst. Door dit project houden kinderen na de basisschooltijd een tastbaar bewijs over van hun tijd op De Waterwilg.
Stand van zaken 2015- 2016 De Waterwilg sponsort op dit moment nog 5 meisjes/vrouwen: Eunice Peter Mbithe, zit in het laatste jaar van de opleiding voor Toerisme. Funguni Omar, zij rondt haar verpleegsters in april 2016 af. Jackline Nzuki, zit in het vierde jaar van de universiteit. Nhukwasha Hamisi wordt gesponsord voor hun bijdrage op de Ganda school. Maria Peter, is een nieuwe vrijwilligster op de Ganda school. Zij woont in het Meisjeshuis en ontvangt een maandelijkse bijdrage. Grace Tsuma en Mrs. Kadija staan niet meer in het overzicht. Zij worden nu betaald vanuit de county en ontvangen maandelijks een salaris. De leerlingen van de groepen 8 schooljaar 2015-2016 gaan geld inzamelen voor de vervolgopleiding. Het Makenaproject is voor de leerlingen geen verplichting. Zij maken zelf de keuze of zij een sponsoractiviteit willen opzetten. De klas gaat door middel van projecten, die binnen hun leerstof passen fondsen werven om dit mogelijk te maken. De school blijft echter verantwoordelijk voor de realisatie van het bedrag. Van de leerlingen wordt alleen een commitment met betrekking tot de plannen die zij zelf ontwikkelen gevraagd. De groepsleerkrachten van groep 8 begeleiden en monitoren hen daarbij. Zij zijn immers bij uitstek op de hoogte wat er op pedagogisch gebied van de kinderen wordt gevraagd en zij weten ook wat er voor de kinderen op het programma staat.
103
Een bijzondere actie om geld bijeen te brengen is het Makena concert. Leerlingen van de groepen 8 laten hun zang-, dans-, muziek- en acteerkunsten zien in de zaal van CulturA, theaterzaal van Nootdorp in de Dorpsstraat. De entree is daarbij gratis, de donatie voor het Makena project vindt plaats op vrijwillige basis. Sponsorrekening: IBAN: NL 53 ABNA 0572 9797 70 Lucas Onderwijs inzake De Waterwilg Makena project.
8.4.3.
Busara project
De leerlingen en ouders hebben aangegeven, dat zij ook graag e.e.a. wilden betekenen voor jongens. Schooljaar 2013-2014 zijn wij daarom gestart met het Busara project. Busara betekent wijsheid en jongens met een sponsorschap. Dit project houdt in, dat er nu ook jongens gesponsord gaan worden. Na een oproep in de nieuwsbrief was het mogelijk om de volgende jongen te gaan ondersteunen: Nicholas Chopke: voortgezet onderwijs. Sponsorrekening: IBAN: NL40 ABNA 0418 8702 84 Lucas Ondwerwijs inzake De Waterwilg Keniaproject Kenia.
Andere projecten 2014-2015 Bouwstenen voor Kika De leerlingen van de groepen 5 hebben lege flessen verzameld voor KIKA. Totaal is er door de 82 leerlingen van de groepen 5 € 300,10 aan flessengeld opgehaald. Spontane acties Acties die zich voordoen n.a.v. een situatie in de wereld bv. de aardbeving in Nepal. Er is een bijdrage gestort op de rekening van Het Grotius College te Delft t.b.v. het Nepal project van deze voortgezet onderwijs school. Actie in april 2015 voor het dierenpension in Rijswijk. Het sparen van: Batterijen inzamelen via STIBAT Doppen; van flessen, van melkpakken etc. voor KNGF geleide honden Jumbobonnen. Bij de entreedeuren vindt u een Jumbobox. In deze box kunt u de bon van de Jumbo doneren. De afspraak is dat een ½ procent van het totaalbedrag van de bonnen wordt gedoneerd aan de school. Sponsoring De Waterwilg Ook De Waterwilg zelf kan gesponsord worden. Er zijn ouders die onbekend willen blijven en een donatie doen. Huis en Hypotheek stond financieel garant voor de aanschaf van onze sporttenues. Er zijn bedrijven die gebruiksvoorwerpen schenken of dingen maken tegen speciaal tarief. Aanschaf van vier communicatieschermen bij de entreedeuren van de school, gesponsord door NieuwStijl Limited. Er zijn ouders die extra doneren t.b.v. de activiteiten in groep 8.
104
Er zijn overblijfouders, die de vergoeding van de overblijf storten of op de schoolrekening of op de Kenia en Meisjesrekening. Jumbo te Nootdorp: Ouders kunnen de betaalbonnen verkregen bij de Jumbo in de gele boxen bij de entreedeuren deponeren. Jumbo doneert een half procent van het bedrag, uitgegeven bij de
Jumbo aan de OV van De Waterwilg. De OV heeft er voor gekozen, het bedrag te bestemmen voor de aanschaf van boeken voor de school. Nebo fotografie Parade te Nootdorp: afdrukken van foto’s voor de projecten in Kenia (vrouwengroep, Albino’s, Makena meisjes/vrouwen en ontwikkelen van kerstkaarten). Arko Sports Media B.V.te Nieuwegein
8.5. Ontruimingsplan Op De Waterwilg zijn vrijwel alle leerkrachten opgeleid tot BedrijfsHulpVerlener (BHV). Jaarlijks herhaalt en verdiept het team de kennis en vaardigheden op het gebied van brand, ontruimingen en eerste hulpverlenen (EHBO). In augustus 2014 zullen alle leerkrachten de nascholing wederom doen om zo hun diploma Bedrijfshulpverlening geldig te houden. Tevens hebben leerkrachten, die nog geen BHV diploma hadden, dit behaald. Het ontruimingsplan van De Waterwilg is gebaseerd op de NTA-8112-2. Hiermee voldoet dit plan aan de laatste Nen-norm. Het plan en de uitvoering hiervan worden regelmatig gecontroleerd door de brandweer Pijnacker-Nootdorp. De brandweer komt een paar keer per schooljaar de school onaangekondigd controleren. Jaarlijks oefenen wij drie keer de ontruiming. Dit doen wij soms in het bijzijn van een brandpreventiemedewerker van de brandweer of instructeurs die op onze school de herhalingslessen Bedrijfshulpverlening verzorgen.
Jackline Nzuli Makena project
Ieder lokaal heeft een pictogram. Dit vindt u ook terug op het schoolplein. Dit is de plek waar de leerlingen, die in dat lokaal les hebben zich verzamelen. Dit gebeurt niet alleen bij een ontruiming maar ook na het buitenspelen of bij het naar huis gaan. Dit symbool is ook op de rode map geplakt, die u in ieder lokaal vindt naast de deur. Hierin bevindt zich het ontruimingsplan, de absentenlijst en de noodkaarten per leerling. Deze rode map neemt de leerkracht mee als er activiteiten zijn buiten het lokaal. In het kader van de privacy, mogen alleen leerkrachten met de gegevens uit deze map omgaan. Het ontruimingsplan is op school opvraagbaar. Aan het begin van ieder schooljaar ontvangt u per kind een noodkaart met uw gegevens verwerkt uit ons administratiesysteem. U hoeft niet zelf uw gegevens in te vullen. Wel vragen wij u de gegevens te controleren en indien nodig aan te vullen en/of te wijzigen. Op de noodkaart staan uw contactgegevens, de contactgegevens van uw huisarts en tandarts in. Het is belangrijk dat alle gevraagde gegevens zijn ingevuld. Zo vragen wij of uw kind medicatie gebruikt of een allergie heeft. Het Burger Service Nummer (BSN) alsmede het verzekeringsnummer van uw kind hebben wij conform de landelijke richtlijnen nodig voor eventuele professionele hulpverleners. Door de noodkaart te tekenen, verleent u de school toestemming voor consultatie bij een dokter c.q. ziekenhuis in geval van nood. Bij kinderen waarbij het ouderschap of de voogdij gedeeld wordt, moeten beide ouders/ voogden toestemming verlenen. Bij alle andere gezinsvormen volstaat 1 handtekening maar het heeft onze voorkeur dat beide ouders tekenen.
105
8.6.
De Waterwilg, een rookvrije school
De Waterwilg heeft het predicaat gekregen van een rookvrije school, via stickers verboden voor roken, wordt een ieder geïnformeerd. Daarnaast vinden wij het prettig als ouders hiertoe eveneens bijdragen door niet te roken op de speelplaats. Eveneens hebben leerkrachten een voorbeeldfunctie.
Project groep 7 en 8 Roken is een maatschappelijk verschijnsel waarmee kinderen dagelijks (thuis, op straat, op televisie, enz.) te maken hebben. Het percentage basisschoolleerlingen dat rookt is nog laag: ruim 3% van de leerlingen van groep 8. Dat aantal stijgt enorm vanaf het moment dat kinderen naar het voortgezet onderwijs gaan. Om te voorkomen dat kinderen in het voortgezet onderwijs gaan roken, is het belangrijk dat zij in het basisonderwijs worden voorbereid op de invloeden die op hen af zullen komen. De doelstelling van het project ‘De gezonde school en genotmiddelen op de basisschool’ is: Voorkomen dat leerlingen uit groep 7 en 8 tabak en drugs gaan gebruiken. En uitstellen van het moment, dat zij voor het eerst alcohol gaan gebruiken. De lessenserie, die hierbij hoort bestaat uit les- en werkboekjes over roken, alcohol en drugs. De nadruk bij de voorlichting aan deze groep leerlingen ligt bij het onderwerp roken en drinken, omdat zij het snelst met deze middelen in aanraking zullen komen. Drugsgebruik komt op deze leeftijd nog nauwelijks voor. Maar omdat de leerlingen wel erg nieuwsgierig naar drugs zijn, is er materiaal over dit onderwerp ontwikkeld. De doelstellingen van de lessen zijn: • leerlingen kennen de risico’s van genotmiddelen; •w eten waarom mensen wel of geen genotmiddelen gebruiken; •h et vormen van een (voorlopige) mening omtrent toekomstig eigen gebruik; • vaardigheden oefenen om weerstand te bieden aan druk van anderen die hen aanzetten tot gebruik; • v ertrouwen hebben in hun eigen mogelijkheden om genotmiddelen te weigeren; • v erantwoordelijkheid te gedragen met het oog op hun eigen gezondheid en die van anderen; • v oorbereiden op situaties waarin zij voor de keus komen te staan om al dan niet te gaan experimenteren met genotmiddelen. In groep 7 werken wij aan het rookproject en in groep 8 aan het alcoholproject.
8.7. Jeugdgezondheidszorg GGD Zuid-Holland West (Bron: GGD) Gaat uw school aan de slag met gezondheidsthema’s, zoals gezonde voeding, pesten, sporten, roken, alcohol, seksualiteit of mondgezondheid? Bijvoorbeeld in een les, of als thema van de projectweek voor de hele school? Schakel dan de gezondheidsdienst GGD Zuid-Holland West in. De GGD zal uw school op diverse manieren ondersteunen. De dienstverlening kost uw school niets. De GGD is er ook voor informatie over hygiëne, infectieziekten en binnenmilieu. Daarnaast kunt u voor informatie en advies bij de GGD terecht bij nare gebeurtenissen op school.
Contactgegevens GGD Zuid-Holland West (www.ggdzhw.nl) Team Gezonde School:
[email protected] en 079-3430888. Team Infectieziektebestrijding:
[email protected] en 079-3435430. Team Medische Milieukunde:
[email protected] en 079-3430807. 106
Jeugdgezondheidszorg Zuid-Holland West (JGZ) (Bron: De JGZ) Een gezonde groei en ontwikkeling is belangrijk voor elk kind. Onze jeugdartsen en jeugdverpleegkundigen volgen samen met u de groei en ontwikkeling van uw kind. Wij begeleiden u bij de opvoeding. Samen zoeken wij naar antwoord op ál uw vragen. En wij geven noodzakelijke vaccinaties. Soms heb je als ouder een steuntje in de rug nodig. Ook dan staan onze deskundige medewerkers voor u klaar.
Voor kleine en grote kinderen Tot de leeftijd van vier jaar komen ouders regelmatig met hun kind naar de JGZ (het consultatiebureau). Als een kind op de basisschool zit neemt het aantal bezoeken af, maar wij blijven de groei en ontwikkeling van uw kind volgen. Dat doen wij om tijdig eventuele gezondheids-problemen op te sporen, zodat kinderen geholpen kunnen worden voordat een probleem verergert.
Gezondheidsonderzoek groep 2 Techniekproject
Net als bij de vorige bezoeken wordt uw kind eerst gemeten en gewogen. Er wordt een ogentest en een gehooronderzoek gedaan. Daarna voert de jeugdarts een lichamelijk onderzoek uit, waarbij specifiek gekeken wordt naar de houding en de motoriek. De jeugdarts gaat met u in gesprek over de gezondheid en de opvoeding. Heeft u specifieke vragen of zorgen, aarzel dan niet om het te vertellen. Dan bekijken wij samen met u wat nodig is om tot een oplossing te komen.
Spraak-taalonderzoek 5-jarigen Een kind van vier jaar maakt al goede, eenvoudige zinnen. Rond vijf jaar maakt hij langere zinnen met ‘want’ of ‘maar’. Een goed moment om te kijken hoe het met de taalontwikkeling gaat. Onze logopedisten zijn gespecialiseerd in spraak- en taalontwikkeling en testen uw kind onder schooltijd op de basisschool. Aan de hand van het onderzoek krijgt u advies of extra oefening wenselijk is.
Preventie via vaccinatie Als uw kind 4 én 9 jaar is, krijgt hij of zij een vaccinatie. Het is een herhaling van eerdere vaccinaties en belangrijk omdat uw kind pas helemaal is beschermd tegen bepaalde infectieziekten als het alle prikken heeft gehad. U krijgt hiervoor een uitnodiging thuisgestuurd. Meisjes van 12 jaar krijgen een oproep voor de HPV-vaccinatie tegen baarmoederhalskanker.
Gezondheidsonderzoek groep 7 In groep 7 geeft een verpleegkundige van de JGZ een gezondheidsles in de klas. De les gaat onder andere over voeding, puberteit, alcohol en pesten. De jeugdverpleegkundige voert daarna met uw kind een gesprek over dingen die uw kind bezighouden. Zit uw kind in groep 7, dan ontvangt u in de loop van het schooljaar een brief over dit onderzoek.
Opvoedinformatie Kinderen worden niet met een gebruiksaanwijzing geboren. Het is dus logisch dat ouders op zoek gaan naar bruikbare informatie of advies bij de problemen die zij tegenkomen. Kijk eens op onze website www.jgzzhw.nl. Bij ‘opvoeden’ vindt u informatie over wat je van kinderen op een bepaalde leeftijd kunt verwachten en staan praktische tips over opvoeden.
107
Onderzoek op verzoek Heeft u vragen of zorgen over de gezondheid of de ontwikkeling van uw kind? Neem dan contact op met: Jeugdgezondheidszorg Zuid-Holland West, Contactbureau: 088 - 054 99 99 E-mail:
[email protected], Website: www.jgzzhw.nl Mevrouw Jeltje Goudriaan, jeugdarts, en mevrouw Petra Dillingh, jeugdverpleegkundige, voeren het periodiek gezondheidsonderzoek uit. Mevrouw Tineke de Jong, logopediste, neemt in groep 2 de kleuterscreening af.
8.8. Zorgnetwerk Binnen de gemeente Pijnacker-Nootdorp is een Zorgnetwerk actief. Voorheen heette het zorgnetwerk Jeugd Preventie Team. In het zorgnetwerk zijn afgevaardigden van alle instellingen en instanties vertegenwoordigd, die met kinderen en jongeren te maken hebben. Hierbij kunt u denken aan afgevaardigden vanuit de gemeente (o.a. de leerplichtambtenaar), bureau Halt, politie Haaglanden, Jeugdzorg, Kwadraad, GGD, schoolmaatschappelijk werk, het jongerenwerk en natuurlijk de basisscholen. De bedoeling van dit overleg is kinderen te bespreken, waarover één of meerdere deelnemers aan dit overleg zich zorgen maken. Er wordt geïnventariseerd wie zich al met het kind/ het gezin bezig houdt, hulpverlening kan worden gestroomlijnd en transparant gemaakt worden en met elkaar kan de beste weg voor hulp afgesproken worden. Als wij als school kinderen in willen brengen tijdens deze bespreking moeten ouders daarvoor eerst toestemming geven. Wil men dit niet dan kan een casus anoniem besproken worden. Mocht u echter wel toestemming geven om zo eventueel een ander licht op een hulpvraag te doen schijnen dan volgt na de zorgnetwerk vergadering natuurlijk altijd een terugkoppeling. Om onderlinge samenwerking een nieuwe boost te geven is een nieuwe overeenkomst opgesteld. Bedoeld om de samenwerking van de zorgnetwerken 0-12 en 12-23 jarigen te versterken en een koppeling te maken met de Verwijsindex en het Centrum Jeugd&Gezin.
8.9. Verwijsindex Wat is de Verwijsindex Haaglanden? De Verwijsindex is een digitaal hulpmiddel waarin begeleiders, leerkrachten en hulpverleners een signaal kunnen afgeven voor een jeugdige waar zij zich zorgen over maken. Het gaat om vroegtijdige signalering indien een zorg is geconstateerd. Bijvoorbeeld als een jeugdige spijbelt, er gezinsproblemen zijn of als de ouders van de jeugdige kampen met een (licht) psychiatrische stoornis, verslaving of verstandelijke beperking.
Hoe werkt het? Als een signaal in de Verwijsindex wordt afgegeven, worden alléén algemene gegevens zoals naam, geboortedatum en BSN in de Verwijsindex bekend gemaakt. Bij een tweede signaal over dezelfde jeugdige door een begeleider van een andere organisatie, krijgen beide begeleiders een email met daarin de mededeling dat er nog een begeleider is die zich zorgen maakt. Vanaf dat moment moetenzij contact met elkaar opnemen om te overleggen hoezij de jeugdige het beste kunnen helpen. Op deze manier werken de begeleiders van verschillende organisaties samen met het doel de jeugdige beter te kunnen helpen. 108
Wat is het doel? •V roegtijdige signalering van problemen bij jeugdigen tot en met 22 jaar zodat tijdige, effectieve en gecoördineerde hulp geboden kan worden. • Bijdragen aan een sluitende aanpak voor jeugdigen door samenwerking te realiseren tussen alle betrokken organisaties in de jeugdgezondheidszorg, jeugdzorg, onderwijs en justitiële organisaties.
Toestemming Om informatie te mogen uitwisselen wordt toestemming gevraagd aan de ouders en/of de jeugdige. Als toestemming is gevraagd voor uitwisseling van informatie, wordt de Wet bescherming persoonsgegevens goed nageleefd. In enkele gevallen is geen toestemming vereist, bijvoorbeeld op grond van geldende wetgeving zoals de Leerplichtwet. De ouders en/of de jeugdige moeten dan wel worden geïnformeerd over het signaal. Alleen in uitzonderlijke gevallen wordt dit niet gedaan, bijvoorbeeld als sprake is van overmacht of een bedreigende situatie.
Wie doen er mee? Sport
De gemeenten in Haaglanden streven er naar dat zoveel mogelijk organisaties zich aansluiten bij de Verwijsindex Haaglanden. Begin 2012 zijn circa 200 instanties aangesloten op de Verwijsindex Haaglanden. Dit zijn uiteenlopende organisaties vanuit onderwijs, jeugdgezondheidszorg, welzijnswerk, kinderopvang, jeugdhulpverlening en jeugdzorg. Een actuele lijst van aangesloten organisaties is te vinden op de website van Verwijsindex Haaglanden http://www. verwijsindexhaaglanden.nl. De Waterwilg is ook aangesloten bij de verwijsindex Haaglanden. Op De Waterwilg zijn de directeur, de intern begeleiders en de vertrouwenspersoon bevoegd om een melding te doen in de verwijsindex. Voordat er een melding wordt gedaan, zal het kind en zijn ontwikkeling besproken worden in de Interne Zorgcommissie van de school.
8.10. Meldcode In Nederland zijn per jaar ruim 100.000 kinderen slachtoffer van mishandeling en verwaarlozing. Om dit aantal inzichtelijk te maken: dit is één kind per klas. Om dit aantal terug te dringen werd op 01-07-2013 de Wet meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling van kracht. De meldcode is een stappenplan waarin staat hoe er moet worden gehandeld bij het signaleren en melden van (vermoedens van) huiselijk geweld en kindermishandeling. De wet stelt dat bij twijfel aan de veiligheid, welzijn of mogelijkheid tot een gezonde ontwikkeling van het kind altijd het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling of Steunpunt Huiselijk Geweld moet worden geraadpleegd. De wet verplicht alle organisaties die met kinderen werken een meldcode te hanteren. De inspectie ziet erop toe dat de school kan aantonen dat zij over een meldcode beschikt en beleid voert dat het gebruik ervan borgt. Om de meldcode in de school te borgen is een aandachtsfunctionaris aangesteld. Monique Collee, intern begeleider, heeft hiervoor een training gevolgd bij het expertisecentrum voor jeugd samenleving & opvoeding (JSO).
109
Inmiddels is er een school specifieke meldcode geschreven welke is goedgekeurd door de MR. Het team is geïnformeerd over de meldcode. De aandachtsfunctionaris fungeert als vraagbaak voor de leerkrachten bij vermoedens van huiselijk geweld en kindermishandeling en ziet erop toe dat de meldcode wordt toegepast. Zij neemt deel aan netwerkbijeenkomsten die jaarlijks door JSO om de samenwerking tussen aandachts functionarissen te bevorderen. Monique Collee is aandachtsfunctionaris op De Waterwilg.
8.11. Overige zaken Kinderopvang; voor en naschooltijd Ouders van De Waterwilg kunnen gebruik maken van:
Kern Kinderopvang Randstad (Bron: Kern) Een uitdagende en gezellige plek na school: dat is de buitenschoolse opvang (BSO). Een plek waar uw kind zich thuis voelt. Waar uw kind zichzelf kan zijn en geen verplichtingen voelt. Maar ook een plek waar wij uw kind stimuleren mee te doen aan creatieve en sportieve activiteiten. Kinderen spelen, ontdekken en groeien bij Kern Kinderopvang Randstad www.kern-randstad.nl Locatie Het Kievitsnest: Groepen 1 t/m 3 - Kievitsbloem 60a - 2631 TB Nootdorp. Locatie Super Vogels (SV Nootdorp): Groepen 3 t/m 8 - De Poort 8 - 2631 PT Nootdorp. Contactpersoon Haeby Uiterdijk M 06 - 515 444 11
SKS Alles Kids (Bron: SKS) Wij hebben leuk nieuws. De afgelopen maanden hebben wij intensieve gesprekken gevoerd met kinderopvang SKS Alles Kids en wij kunnen u mededelen dat zij na de zomervakantie een buitenschoolse opvang (bso) starten in De Waterwilg! BSO Teigetje vestiging Waterwilg biedt vanaf augustus opvang aan kinderen van De Waterwilg. Er wordt gebruik gemaakt van een groot lokaal, de hal en de gymzaal. Daarnaast staat natuurlijk het grote schoolplein ter beschikking en de sportvelden die naast de school liggen. Wij staan bekend om het bieden van veel en verschillende activiteiten en hebben dan ook de intentie om veel buitenactiviteiten aan te bieden.
110
Kent u onze opvang al? Al meer dan 20 jaar vangen wij kinderen op van 0-13 jaar oud, waarbij wij het belangrijk vinden dat kinderen zich volop kunnen ontwikkelen en vooral plezier hebben. De woorden ‘welzijn & ontwikkeling’ staan dan ook centraal in onze manier van werken. Daarnaast beloven wij u meer dan opvang alleen, bijvoorbeeld dat wij in alle vakanties geopend
zijn, wij een ruim ruilbeleid hanteren, u onder opvangtijd zwemles kunt afnemen, maar er ook gratis workshops voor u als ouder wordt aangeboden. Daarnaast kunt u terecht voor advies bij onze eigen pedagoog en is er de mogelijkheid van een speciaal Voordeelpakket. Onze Alles Kids Club (4-12 jaar) en Mini Kids Club (0-4 jaar) zijn wij trots op, hier organiseren vakkrachten, samen met de kinderen, de meest geweldige activiteiten afgestemd op de leeftijden van de kinderen. Van baby massage, muziekplezier en peutergym tot boogschieten, Dance Battles, knotshockey, musicals, voetbaltoernooien en kookworkshops en nog veel meer. Ook is er een anti pest beleid en de kinderen worden betrokken bij de uitvoering hiervan. Uiteraard werken wij nauw samen met de school en gezamenlijk willen wij uw kind het beste bieden. Wilt u meer weten? U kunt altijd terecht op onze website www.sksalleskids.nl, maar ook onze collega’s van de afdeling Klantrelaties staan voor u klaar. Heeft u vragen, wilt u vrijblijvend informatie over wat de mogelijkheden en kosten zijn voor opvang? Belt u dan op maandag t/m vrijdag van 8.30 - 17.00 uur naar 0181 61 35 20 of stuur een mail naar
[email protected].
Skippy Pepijn Veilig ontmoeten, ontdekken, spelen, leren en groeien
015 - 369 50 21 skippypepijn.nl
Voorleesontbijt
(Bron: Skippy) Voor professionele kinderopvang bent u in Pijnacker-Nootdorp bij SkippyPePijN aan het juiste adres. Wij bieden uw kind de optimale gelegenheid te ontmoeten, te ontdekken, te groeien en zich in een rijke leeromgeving al spelend te ontwikkelen. Zonder zorgen over uw kinderen kunt u zich als ouder en opvoeder zo ook zelf maximaal ontplooien. Daarom kiest u voor SkippyPePijN.
111
Gastouderbureau Het Koningshofje te Nootdorp (Bron: Het Koningshofje) Zoekt u opvang voor uw kinderen? Gastouderopvang is een zeer flexibele vorm van opvang waarbij u de opvang betaald die u afneemt. U kunt contracten afsluiten tussen de 40- 48 weken per jaar. De gastouders die aangesloten zijn bij Het Koningshofje zijn allemaal pedagogisch geschoold en leren iedere dag iets bij. Opvang door een nanny? Wilt u dat uw kinderen uit school naar huis kunnen gaan en dat zij met eigen vriendjes en vriendinnetjes kunnen spelen? Wellicht is opvang door een nanny iets voor u? Ook indien u tijdelijk meer ondersteuning in uw gezin nodig hebt door persoonlijke omstandigheden kunnen wij u van dienst zijn door een kandidate voor uw gezin te selecteren. Visie De kinderen worden opgevangen in een huiselijke omgeving waarbij veel aandacht is voor normen en waarden en aandacht voor ieder kind. Onze gastouders werken met thema’s van Kiki en Uk en Puk. U bent van harte welkom voor een gesprek en onder het genot van een kopje koffie vertel ik u graag meer over onze dienstverlening en onze opleiding en training aan de gastouder en nanny. Nieuwsgierig? Neem een kijkje op onze website www.hetkoningshofje.com of stuur een email aan
[email protected] t.a.v mevr B. Sjoukes.
112
Koningsontbijt
De kinderen worden na schooltijd door de leidsters van de Kinderopvang uit de groep gehaald of de leerlingen lopen naar de verzamelplekken, die herkenbaar zijn aan de sticker op de speelplaats.
HOOFDSTUK 9
HET BESTUUR
De Waterwilg valt onder het bestuur van Lucasonderwijs. Doel van de Stichting Confessioneel Onderwijs Lucas is het bevorderen van het katholieke, protestantse en interconfessionele onderwijs in de regio Zuid Holland West. Richtinggevend is daarbij de missie van de Lucas Onderwijs waarbij het Bestuur aangeeft: • t e hechten aan overdracht van waarden en normen vanuit de christelijke traditie; •d oor goed onderwijs te willen bijdragen aan een rechtvaardige samenleving; • te willen investeren in de deskundigheid en persoonlijke betrokkenheid van de medewerkers om bij te dragen aan een zo gunstig mogelijk pedagogisch klimaat; • de communicatie tussen alle betrokkenen te willen bevorderen om de kwaliteit van het onderwijs te waarborgen.
Bestuursorganen De Stichting kent een College van Bestuur en een Raad van Toezicht. Het College van Bestuur is belast met het dagelijks bestuur van de Stichting. Het College van Bestuur wordt ondersteund door het bestuursbureau en het servicebureau. De Raad van Toezicht is belast met het toezicht op het College van Bestuur.
College van Bestuur Het dagelijks bestuur van Lucas Onderwijs wordt gevormd door een College van Bestuur. E.H. van Vliet, voorzitter CvB dr. mr. I.M. de Bonth-Weekhout, vicevoorzitter CvB
Tas voor de Toekomst
Het College van Bestuur wordt in het besturen van de stichting ondersteund door de bestuurs management teams primair onderwijs en voortgezet onderwijs. Voor contact met het College van Bestuur kunt u bellen met het bestuurssecretariaat op nummer 070 - 300 9401 of mailen
[email protected].
Raad van Toezicht De Raad van Toezicht heeft een controlerende en adviserende taak. Samenstelling Raad van Toezicht: Dhr. mr. M.A.P. van Haersma Buma (voorzitter) Mw. mr. I.Y. Tan Dhr. dr. F.J. de Wuffel Mevr. J.I. van Werkhoven MEd Dhr. drs. F.H. Lemmink MBA
Organisatie Structuur Lucas Onderwijs is een dynamisch en betrokken onderwijsbestuur. Momenteel vallen veertig scholen voor basisonderwijs, zes scholen voor speciaal basisonderwijs, drie expertisecentra, zeven scholen voor voortgezet onderwijs en één school voor speciaal voortgezet onderwijs onder de verantwoordelijkheid van het bestuur van de stichting.
113
Bundeling De scholen in het primair onderwijs zijn samengevoegd in clusters. Drie clusterdirecteuren sturen de clusters aan en vormen de schakel naar het College van Bestuur via het bestuurs managementteam primair onderwijs. In het voortgezet onderwijs zijn de scholen gebundeld tot instellingen. De vier instellingsdirecteuren nemen deel aan het bestuurs managementteam voortgezet onderwijs dat het College van Bestuur ondersteunt. Bureau Lucas Onderwijs kent op centraal niveau een bestuursbureau en een servicebureau. Het bestuursbureau bestaat uit adviseurs en een secretariaat. Zij ondersteunen voornamelijk het bestuur. Het servicebureau verleent diensten aan de scholen én aan het bestuur. Het servicebureau bestaat uit de afdelingen Personeel & Organisatie, Financiën en Administratie, Facilitaire Zaken, ICT en Onderwijs & Kwaliteit. Deze bestuurlijke constructie past bij de eisen van deze tijd en de komende jaren en verankert de diep gewortelde betrokkenheid van velen bij de onder de Stichting ressorterende scholen. Op de site van Lucas onderwijs: www.lucasonderwijs.nl kunt u de uitgebreide missie evenals de statuten, de organisatiestructuur en het organigram van de Stichting vinden.
Bestuurlijke organisatie In het primair onderwijs is dat een school met een directie en eventueel een schoolcommissie. Iedere school heeft een medezeggenschapsraad, die advies- en instemmingsrecht heeft over verschillende voorgenomen bestuursbesluiten. Voor school overstijgende zaken heeft het Bestuur overleg met de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad. Binnen de missie, de door het Bestuur vastgestelde kaders en aan de hand van het meerjarenbeleidplan zijn de directeuren verantwoordelijk voor het uitvoeren van het vastgestelde beleid en het creëren van draagvlak binnen de school als het gaat om het algemene beleid, onderwijs en organisatie, personeelsbeleid, financiën, beheer en huisvesting. De medewerkers van het bestuurs- en het servicebureau verzorgen ondersteuning voor het bestuur en het management van de scholen. Binnen het servicebureau onderscheiden wij de beleidsafdeling, de administratie, planmatig onderhoudsbeheer en ICT (ABZHW). Een groot bestuur zoals Lucas Onderwijs kan de scholen ondersteunen, omdat zij een gesprekspartner is in het overleg met plaatselijke, regionale en landelijke overheden. Bovendien kan een groot bestuur zich een beleidsafdeling veroorloven, waardoor scholen gebruik kunnen maken van specialistische deskundigheid. De basisscholen, die vallen onder het bestuur zijn verdeeld over clusters, waarbij elke cluster diverse scholen kent (groei scholen, kleine scholen, grote scholen, binnenstads-scholen, Vinexscholen, speciaal onderwijsscholen). In elke cluster zijn 17 scholen ondergebracht. De cluster wordt geleid door de clusterdirecteur. De Waterwilg valt onder clusterdirecteur dhr. H. Wanders.
114
HOOFDSTUK 10
HANDIGE ADRESSEN
Bestuur
Stichting Jeugdgezondheidszorg
Bezoekadres Lucas Onderwijs Saffierhorst 105 2592 GK Den Haag
Zuid-Holland West Het begeleidende team bestaat uit: Mevr. Jeltje Goudriaan, schoolarts Mevr. Petra Dillingh Jeugdverpleegkundige Mevr. Jil Bleeker, medisch, administratief medewerker Mevr. Tineke de Jong, logopedist Contactgegevens: Postbus 339 2700 AH Zoetermeer 088 - 054 99 99
T 070 - 300 11 00 F 070 - 300 9499 E
[email protected] I www.lucasonderwijs.nl
Postadres Het postadres voor het bestuurs- en servicebureau is: Lucas Onderwijs Postbus 93231 2509 AE Den Haag
Inspectie van het onderwijs
[email protected] www.onderwijsinspectie.nl Vragen over het onderwijs: 0800 - 5010 (gratis) www.50tien.nl Klachtmeldingen over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, ernstig psychisch of fysiek geweld: meldpunt vertrouwens-inspecteurs 0900 – 11 31 11 (lokaal tarief)
Schoolmaatschappelijk werk Cor van der Plas, maandag-, woensdag en vrijdagochtend op school, spreekkamer 1 06-22401128
[email protected]
Leerplichtambtenaar Gemeente Pijnacker-Nootdorp Mevr. Nancy Rietveld, primair onderwijs 015 - 362 62 62 Onderwijs Advies West Zuid-Holland Contactpersonen voor De Waterwilg: Mw. drs. Anja Iperenburg Hoofdvestiging OA Advies Van Beeckstraat 62 2722 BC Zoetermeer Telefoon: 079 - 329 56 00 Fax: 079 - 329 56 99 Klachtencommissie voor het Katholiek Onderwijs t.a.v. Landelijke Klachtencommissie Katholiek Onderwijs Postbus 82324 2508 EH Den Haag Telefoon 070-386 16 97
115
116
Teamleden RKBS De Waterwilg
Marijke Paap
Juliëtte Goemans
Anneke Peters
Annette Snelders
Adriënne Toussaint
Agneta Tuijl
Annemarie Sluis
Anthonet Kempen
Babette Havenaar
Babette Maronier
Carla Yperlaan
Carola Jeursen
Caroline de Croon
Cindy van Veen
Corine Kester
Cor van der Plas
Esther v.d. Geest
Evelien Wasserman
Gonnie de Groot
Hanneke Gravendeel
Hilde Cromjongh
Jeroen Kroon
Jolijn van Zanten
Joyce Marrevee
Judith Haring
Maike Kouwenhoven
Mandy Binkhorst
Mariska Brandenburg
Marjolijn Duinker
Marloes Olsthoorn
Martine Karskens
Michelle Onderwater
Milou v.d. Ree
Monique Collee
Monique de Koff
Nadia van Beek
Nicole van der Zwan
Paula Veger
Paulien van Kempen
Pauline Grobben
Recep Yildiz
Regine Reinders
Sylvia Post
Tamara Stork
Tom Reinking
Youri Deelen
RKBS De Waterwilg De Poort 4 2631 PT NOOTDORP Telefoon : 015 310 53 00 Internet : www.dewaterwilg.nl E-mail :
[email protected]