SCHOOLGIDS ALGEMENE GEGEVENS

de r k

li e g e r

b a s i s s c h o o l

SCHOOLGIDS 2011-2015 ALGEMENE GEGEVENS R.K. basisschool De Vlieger Hertstraat 4 5408 XL Volkel Telefoon: 0413-335363 E-mail: [email protected] Website: www.devliegervolkel.nl

De Vlieger maakt onderdeel uit van Kindcentrum Kidion en is de enige basisschool in Volkel. Basisschool De Vlieger is een katholieke school, waar kinderen van alle levensovertuigingen welkom zijn. Wij vinden het vanzelfsprekend dat alle kinderen meedoen aan het normale lesprogramma.

Dependance De Vlieger Reestraat 47 5408 XA Volkel

De Vlieger wordt bestuurd door de Stichting Katholiek Onderwijs Gemeente Uden.

Kindcentum Kidion Reestraat 45 5408 XA Volkel

Deze schoolgids is tot stand gekomen in samenwerking met directie, team en ouders van basisschool De Vlieger.

Schoolgids 2011 – 2015 basisschool De Vlieger Volkel

1

de r k

li e g e r


INHOUD Voorwoord

blz. 3

3.5

1. Onderwijsvisie De Vlieger 1.1 De sfeer op school 1.2 De identiteit van onze school 1.3 De kwaliteit van ons onderwijs 1.4 De zorg voor alle leerlingen 1.5 De contacten met ouders

blz. blz. blz. blz. blz. blz.

3.6

2. De organisatie van het onderwijs 2.1 Kindcentrum Kidion 2.2 Groepsgrootte 2.3 Klassikaal werken met varianten daarop 2.4 Indeling groepen 2.5 Hoe zitten de lessen bij ons in elkaar? 2.6 Aandacht voor alle leerlingen 2.7 Zelfstandig werken 2.8 Het gebruik van ICT in ons onderwijs 2.9 In welke vakken krijgen de leerlingen les? 2.10 Huiswerk 2.11 Gymnastiekles 2.11 Zwemles

blz. 7 blz. 7 blz. 9

3. De zorg voor leerlingen 3.1 Aanmelden nieuwe leerlingen 3.2 Aanname- en toelatingscriteria betreffende leerlingen met een speciale zorgbehoefte 3.3 Hoe wordt de ontwikkeling van de leerlingen gevolgd? 3.4 Interne begeleiding

blz. 12 blz. 12

4 5 5 6 6 6

blz. 9 blz. 10 blz. 10 blz. 10 blz. 10

3.7 3.8 3.9 3.10 3.11 3.12 3.13 3.14 3.15

Hoe gaan we om met leerlingen die extra hulp nodig hebben? blz. 13 Wat doen we als blijkt dat een kind niet voldoende heeft aan de extra hulp die we op school kunnen bieden? blz. 14 Weer Samen Naar School blz. 15 Onderwijsbegeleidingsdiensten blz. 15 Centrum voor Jeugd en Gezin blz. 15 Adviesbureau voor verdere studie en opleiding blz. 15 Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst Hart voor Brabant blz. 15 Hoe wordt de overgang naar het voortgezet onderwijs begeleid? blz. 16 Pestbeleid op b.s. De Vlieger blz. 16 Schoolmaatschappelijk werk op basisscholen blz. 17 Klachtenprocedure blz. 18

blz. 11

4. Het schoolbestuur

blz. 19

blz. blz. blz. blz.

5. Ouderparticipatie

blz. 19

11 11 11 12

blz. 12 blz. 12 blz. 13


6. Praktische zaken blz. 20 6.1 Leerplicht blz. 20 6.2 Verlof blz. 20 6.3 Vervanging leerkrachten bij ziekte blz. 21 6.4 Ziekmelding en bezoek aan dokter blz. 22 6.5 Enkele belangrijke schoolregels blz. 22 6.6 gedragscode en handelwijze blz. 22 6.7 Collectieve verzekeringen blz. 23 6.8 Speciale activiteiten blz. 24

2

de r k

li e g e r


VOORWOORD U heeft de schoolgids van basisschool De Vlieger in uw handen. Deze schoolgids bevat algemene informatie over basisschool De Vlieger. Jaarlijks verschijnt er naast deze algemene schoolgids een jaargids die informatie bevat die voor dat betreffende schooljaar geldt. Wij willen in deze schoolgids laten zien wat basisschool De Vlieger kan betekenen voor de kinderen die aan ons toevertrouwd worden en voor hun ouders. We gaan er van uit dat ouders zoveel mogelijk informatie willen hebben over de school van hun kind(eren). Deze informatieverstrekking vindt op verschillende manieren plaats. Onze website www.devliegervolkel.nl is een belangrijk communicatiemiddel, maar ook het persoonlijke ouder-leerkracht contact blijft even zo belangrijk. Daarnaast is er het informatieblad KidioNieuwS dat u informeert over actuele activiteiten binnen kindcentrum Kidion en daarmee dus ook de basisschool. Het is van groot belang dat wij, school en ouders, van elkaars handelen op de hoogte zijn. Het kind zal moeten ervaren dat ouders en school samen willen ondersteunen bij zijn groei en ontwikkeling. Wij zullen dus beiden ons uiterste


best moeten doen om onze leerlingen deze ondersteuning te laten ervaren. Dat komt de leerprestaties en het welbevinden van onze leerlingen zeker ten goede. We zouden het fijn vinden als u interesse toont in datgene wat uw kind meebrengt van school. Verder vinden we het fijn als u de ouderavonden bezoekt en als u deelneemt aan de door de school georganiseerde activiteiten. We stellen het op prijs als u eventuele vragen en/of opmerkingen kenbaar maakt aan ons, zodat wij daar iets mee kunnen doen. Op deze manier kan de school uitgroeien tot een gemeenschap waarin alle leerlingen, ouders en leerkrachten zich thuis voelen, waardoor een optimaal opvoedingsklimaat ontstaat. Tjeu Timmermans, directeur. Namens het team van ”De Vlieger”.

Deze schoolgids is tot stand gekomen in samenwerking met directie, team en ouders van basisschool De Vlieger.

3

de r k

li e g e r


1. ONDERWIJSVISIE DE VLIEGER Het team van De Vlieger heeft in het schooljaar 2010-2011 een herziene visie en missie bepaald voor de schooljaren 2011-2012 tot en met 20142015. Deze visie en missie ligt ten grondslag aan een meerjaren schoolplan. Vanuit de diverse “deelnemers” aan het onderwijs op De Vlieger is deze visie vormgegeven: leerlingen, medewerkers en ouders. Alle deelnemers hebben hun bijdrage geleverd aan de totstandkoming van de onderwijsvisie van basisschool De Vlieger. De uitgangspunten voor het team en ouders zijn de kernwaarden die essentieel bevonden worden om samen te leven en te leren, mét en ván elkaar. Deze waarden omschrijven we met de begrippen: Oprechte interesse / belangstelling tonen Enthousiasme Betrokkenheid Humor Boeiend onderwijs

Vanuit deze kernwaarden hebben we als team en ouders gekeken naar de ons omringende wereld. De wereld waarin ook de leerlingen opgroeien die elkaar (en wij natuurlijk eveneens) dagelijks in onze school ontmoeten. Vanuit de kansen en mogelijkheden die de ons omringende wereld de leerlingen en leerkrachten biedt, hebben we samen met de ouders een aantal ankerpunten aangegeven. Deze ankerpunten zijn verder ook bepaald door een schoolbrede enquête onder de leerlingen van de groepen 6, 7 en 8, ouders en personeel van De Vlieger. De ankerpunten waaraan alle activiteiten binnen onze school herleid kunnen worden, zijn:


Samenwerken en respect hebben Keuzes durven maken Aandacht hebben voor de omgeving Gezamenlijke verantwoordelijkheid dragen Kennis en vaardigheden Dit proberen we o.a. te realiseren door af te stemmen op de onderwijsbehoeften van de leerlingen. Dit willen we realiseren door goed te kijken en te luisteren naar de leerlingen en met hen in gesprek te gaan. Uitgaande van een positieve benadering waarbij we van mening zijn dat dit recht doet aan elk kind dat binnen zijn of haar mogelijkheden wil doen wat het kan. Dat daar (gelukkig) verschillen in zijn, zien we als een uitdaging om daaraan tegemoet te komen. Dit doen we als team niet alleen, maar samen met de leerlingen, ouders en andere participanten binnen Kindcentrum Kidion. Onze visie laat zich volgens ons het beste samenvatten met de volgende zin: “Het kind mag zijn wie hij of zij is en daar wordt het onderwijs op afgestemd binnen de mogelijkheden van de school.” Op de eerste plaats willen we ervoor zorgen dat kinderen zich thuis voelen bij ons op school. Dat ze mogen zijn wie ze zijn. Dat ze merken dat ze erbij horen en dat ze gewaardeerd worden. We kiezen voor een positieve benadering met daaraan gekoppeld duidelijke afspraken en regels. Pas als die veiligheid er is, kan een kind optimaal profiteren van de mogelijkheid tot ontplooiing die de school te bieden heeft. We staan ervoor kwalitatief goed onderwijs te bieden, dat afgestemd is op alle leerlingen die de school bezoeken. Ieder kind moet zoveel mogelijk krijgen wat het nodig heeft. Ons streven is "er uit te halen wat erin zit" op een manier die kinderen aanspreekt. We willen kinderen leren leren. Daarmee bedoelen we, dat we kinderen niet alleen informatie willen aanreiken, maar dat we hen vooral willen leren waar en hoe ze zelf die informatie kunnen vinden en wat ze daarmee kunnen doen. Leren houdt voor ons meer in dan het opdoen van kennis alleen. We willen kinderen iets waardevols meegeven dat hen in het leven van pas komt. Daarbij denken we bijvoorbeeld aan: ● zelfvertrouwen en zelfkennis; ● goed leren omgaan met anderen; ● goed leren omgaan met emoties; ● gebruik maken van je creatieve mogelijkheden.

4

de r k

li e g e r


Kortom: we willen met ons onderwijs een dusdanige bijdrage aan de ontwikkeling van de kinderen leveren, dat kinderen straks in staat zijn eigen keuzes te maken. Keuzes waar ze zelf verantwoordelijkheid voor kunnen dragen en die

bijdragen aan een gelukkig leven voor henzelf en voor de mensen om hen heen. Dat we deze idealen waar willen maken, komt vooral tot uitdrukking in de manier waarop we werken aan de volgende zaken:

1.1 De sfeer op school

kringgesprekken komt o.a. aan de orde hoe kinderen beter met zichzelf en met de ander kunnen leren omgaan. Ze leren zelfrespect op te bouwen, hun gedachten en gevoelens onder woorden te brengen en om te gaan met conflictsituaties. Daar hebben ze hun hele leven profijt van. We doen ons best om een goede sfeer op school te hebben en te houden, omdat we vinden dat het erg belangrijk is dat kinderen zich bij ons lekker op hun gemak voelen. Verder zien we het werken aan bovengenoemde zaken ook als een belangrijk deel van de vorming die we op school bieden. Als je wel goed kunt rekenen en lezen, maar niet geleerd hebt om met andere mensen om te gaan, zal het toch moeilijk worden om later een goede plek in de maatschappij te vinden en een gelukkig leven te leiden.

Op onze school streven we naar een prettige en rustige werksfeer, waarin leerlingen, ouders en leerkrachten zich thuis voelen. Iedereen hoort erbij. Pesten, schelden, leerlingen links laten liggen, zijn zaken die niet getolereerd worden. Leerkrachten gaan met respect en waardering om met de leerlingen en vragen dit ook van hen in de omgang met elkaar. We hechten belang aan orde en duidelijke afspraken. Want ook dat schept veiligheid voor leerlingen. Die goede sfeer, die prettige omgang met elkaar, ontstaat uiteraard niet vanzelf. Daar moet aan gewerkt worden, elke dag. Net zo goed als lezen, rekenen en schrijven geleerd moeten worden, moet goed met elkaar omgaan ook geleerd worden. En ook bij het leren omgaan met elkaar merken we verschillen tussen kinderen. Evenals leerlingen met rekenproblemen extra hulp nodig hebben, hebben leerlingen met omgangsproblemen ook hulp nodig. Wij proberen deze hulp dan ook te geven. Wij doen dit door te praten met leerlingen en door leerlingen onder begeleiding samen te laten praten. Wij vinden het heel belangrijk dat leerlingen leren om problemen, ruzies of irritaties met elkaar uit te praten. Naast het serieus omgaan met problemen van leerlingen besteden we ook regelmatig tijd aan deze problematiek. Met name tijdens klassen- en Schoolgids 2011 – 2015 basisschool De Vlieger Volkel

1.2 De identiteit van onze school Wij zijn een katholieke school. We zijn van mening dat het katholieke karakter van onze school herkenbaar moet zijn in de praktijk van elke dag. Over normen en waarden die we willen overbrengen wordt niet alleen gepraat. Leerlingen, ouders en collega’s moeten die ook in de dagelijkse praktijk ondervinden: respect hebben voor elkaar aandacht hebben voor elkaar 5

de r k

li e g e r


elkaar helpen samen vieren van verschillende momenten bijv. kerst, jubilea Ook blijkt het katholieke karakter van onze school uit zaken die direct verband houden met de katholieke geloofstraditie: In elke groep wordt lesgegeven in levensbeschouwing a.d.h.v. de methode "Hemel en Aarde". In elke groep wordt bijna wekelijks aandacht besteed aan het leren omgaan met normen en waarden. Daarvoor maken we ook gebruik van de methode ”Kinderen en hun sociale talenten”. We vieren christelijke feestdagen. NB.: De voorbereiding van de Eerste Heilige Communie en het Vormsel gebeurt buiten school om door werkgroepen, aangestuurd vanuit de parochie.

1.3 De kwaliteit van ons onderwijs Het geven van kwalitatief goed onderwijs staat hoog in ons vaandel. Directie en teamleden zien het werken aan de verbetering van hun onderwijs als een continu proces. Net als de leerlingen zijn de leerkrachten op school steeds aan het leren, aan het zoeken naar mogelijkheden om de lessen zinvol, aantrekkelijk en begrijpelijk te maken. Bovendien is de maatschappij steeds aan verandering onderhevig en de school zal in die ontwikkeling mee moeten. Wij proberen dat voor elkaar te krijgen door o.a. nascholingscursussen te volgen. We praten veel met elkaar over de manier waarop we zaken kunnen veranderen of verbeteren. In de mindmap aan het begin van dit hoofdstuk ziet u in grote lijnen waar we ons de komende vier jaar voor in


gaan spannen en vanuit welke basisgedachten. In de jaargids wordt u geïnformeerd over de gehaalde doelen van het voorgaande jaar en de gestelde doelen voor het lopende schooljaar.

1.4 De zorg voor alle leerlingen De kinderen die op onze school binnenkomen, verschillen in aanleg en ontwikkeling, in mogelijkheden en in behoeften. We proberen daar zoveel mogelijk rekening mee te houden. We passen ons onderwijs aan, aan datgene wat leerlingen nodig hebben en van ons vragen. Er is extra aandacht en begeleiding voor leerlingen die dat nodig hebben. We streven ernaar dat leerlingen zoveel mogelijk succes-ervaringen op kunnen doen.

1.5 De contacten met ouders De school stelt een goed en zorgvuldig contact met de ouders erg op prijs. We zijn van mening dat een goede samenwerking tussen ouders en school het kind ten goede komt. We staan er samen voor om het kind zo goed mogelijk te begeleiden. Daarom zullen we er alles aan doen om de ouders bij de school te betrekken en hen goed op de hoogte te houden van wat er op school speelt. Er wordt op diverse manieren informatie gegeven over de ontwikkeling en vorderingen van de leerlingen, zodat de ouders in staat zijn het leerproces goed te volgen. In de jaargids staan de verschillende momenten met data vernoemd. We zien het contact met de ouders niet als eenrichtingsverkeer van de school naar de ouders. We waarderen het ook informatie van de ouders te ontvangen en vinden het fijn als zij regelmatig de school binnenlopen om een praatje te maken.

6

de r k

li e g e r


2. DE ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS In dit hoofdstuk willen we u een beeld geven van de manier waarop we het geven van onderwijs op onze school georganiseerd hebben.

2.1 Kindcentrum Kidion Om adequaat in te spelen op de veranderende maatschappij (waar ook De Vlieger deel van uitmaakt) zijn we samenwerkingspartner binnen Kindcentrum Kidion. Dit centrum heeft als belangrijkste doel het realiseren van een goed functionerend systeem van opvang en educatie voor kinderen van 0 tot 13 jaar. Verschillende organisaties, waaronder Peuterspeelzaal ’t Pieperhöfke, Kiobra en basisschool De Vlieger, hebben de intentie en bedoeling om hun deskundigheid in te zetten om voor de Volkelse kinderen in het Kindcentrum een doorgaande ontwikkelingslijn na te streven. Mogelijke andere organisaties zullen of kunnen in de toekomst hierin participeren. We streven naar een zo nauw mogelijke samenwerking binnen één organisatie: Kindcentrum Kidion. Binnen deze organisatie wordt een dagarrangement aangeboden aan alle kinderen in Volkel.

Buitenschoolse opvang Heeft u een vaste baan en wilt u dat uw kinderen in goede handen zijn na schooltijd? Dan is de buitenschoolse opvang binnen ons Kindcentrum Kidion, verzorgd door Kiobra iets voor u. Wat is Kiobra? Even voorstellen: Wij staan voor een hooggekwalificeerde en professionele kinderopvang in Uden en omstreken. Schoolgids 2011 – 2015 basisschool De Vlieger Volkel

De ontwikkeling van leerlingen en medewerkers staan voor ons centraal. Wij zijn partner in opvoeding voor ouders. In het belang van leerlingen en ouders zijn wij telkens op zoek naar samenwerkingsmogelijkheden met ketenpartners zoals scholen en peuterspeelzalen. Kiobra verzorgt kinderopvang van 0-4 jaar en buitenschoolse opvang van 4-13 jaar. Dagarrangementen: voor-, tussen- en naschoolse opvang. Vakantieopvang. Onze locaties zijn het gehele jaar geopend, maar niet op algemeen erkende feestdagen. Tevens zijn wij gesloten tussen Kerstmis en Nieuwjaar. Onze openingstijden zijn: 08:00-18:00 uur. Op aanvraag kunnen we open gaan vanaf 07:00 uur en sluiten op aanvraag om 18:30 uur. Tevens verzorgt Kiobra het vervoer naar de zwemschool. Dit is echter alleen mogelijk op maandag of dinsdag. Onze taak: Buitenschoolse opvang biedt kinderen van 4 tot 13 jaar gelegenheid en begeleiding om zich op een speelse en veilige wijze verder te ontplooien in de tijd voor en na de uren op school. Als kind alleen en als kind in een groep. Uw kind krijgt op onze buitenschoolse opvang alles aangeboden wat hij/zij nodig heeft. Op de eerste plaats zijn dat de andere kinderen, vervolgens de kwaliteiten van de pedagogisch medewerkers om te genieten te groeien. Als u vragen heeft of u wilt uw kind inschrijven, kijk dan op onze site www.kiobra.nl. Tussenschoolse Opvang (T.S.O.) Doelstelling Kindcentrum Kidion biedt, vanuit basisschool De Vlieger, de mogelijkheid om uw kind(eren) tijdens de middagpauze gebruik te laten maken van tussenschoolse opvang (overblijven). Goed georganiseerde tussenschoolse opvang draagt bij aan een sluitende dagindeling voor kinderen en hun ouders. Wij zorgen dat het kind met een glimlach binnenkomt, dat er gezelligheid is, dat er gelachen kan worden en dat het kind met plezier en vol energie aan de middag kan beginnen. Kinderen moeten rustig hun boterham kunnen eten en onder goede begeleiding lekker ontspannen kunnen spelen en indien nodig aandacht en steun van een bekende volwassene krijgen. Het principe van Thomas Gordon wordt hierbij gebruikt. Deze methode zet in op een effectieve communicatie tussen opvoeders en kinderen. We spelen in op 7

de r k

li e g e r


wensen en behoeftes van kinderen, waarbij we wel aangeven dat daar grenzen aan zijn. Een groep overblijfkrachten draagt de zorg voor de organisatie en het toezicht. Zij zijn gediplomeerd of volgen een cursus. Alle overblijfkrachten beschikken over een Verklaring Omtrent Gedrag. Voor elke 15 kinderen is er één overblijfkracht. Dat betekent in de praktijk dat er bij 16 kinderen minimaal twee overblijfkrachten aanwezig zijn. aanmelding U dient uw kind(eren) minimaal één dag voor u ze wilt laten overblijven, aan te melden. Dit doet u via een aanmeldingsformulier dat u bij de hoofdingang van het kindcentrum op het prikbord kunt vinden. Lever dit formulier, inclusief de betaling, in bij de overblijfcoordinatrice. Bij noodgevallen kunt u haar de desbetreffende dag bellen vóór 08:15 uur om uw kind(eren) alsnog te laten overblijven. U mag uw kind(eren) ook voor een langere periode aanmelden. Als de school gesloten is, is er geen mogelijkheid om gebruik te maken van tussenschoolse opvang. We vinden het belangrijk dat u vóór aanmelding persoonlijk kennis komt maken met de tussenschoolse opvang. Er bestaat ook de mogelijkheid om een keer als ouder zelf aanwezig te zijn. Voor contactgegevens van de overblijfcoördinatrice verwijzen we u naar onze jaargids. Betaling De aanmelding en betaling dienen uiterlijk 1 dag voor u uw kind(eren) wilt laten overblijven, geregeld te zijn. Gebeurt dit niet, dan wordt uw kind niet ingepland. Het overblijven kost €2,00 per kind per overblijfdag. Dit is inclusief gekoelde drank. Het bedrag doet u in een envelop die u, samen met het aanmeldingsformulier, inlevert bij Mirjam Janssen. Geef de kinderen géén geld mee. Voor ouders die een langere periode vooraf willen betalen, hebben we een rekeningnummer geopend. U betaalt dan ook €2,00 per kind per dag. Indien er een achterstand op betaling van meer dan € 20,00 is, wordt u daarvan op de hoogte gesteld en kan/kunnen uw kind(eren) geen gebruik meer maken van de tussenschoolse opvang, totdat de betalings-achterstand is vereffend. Voor de betalingswijze verwijzen we u naar onze jaargids. Wat neemt uw kind mee? Een tas met als inhoud: o Boterhammen en fruit (géén snoep) o Eventueel een tandenborstel en tandpasta, eigen boek of spelletje o Dit alles voorzien van zijn/haar naam


Tijdsindeling o 11:45 uur: de kinderen verzamelen zich in kindcentrum Kidion. Spullen worden naar de overblijfruimte gebracht. o 12:00 uur: er wordt gezamenlijk gegeten in Kindcentrum Kidion. o 12:15 – 12:55 uur: bij goed weer spelen we buiten. Hierna volgt een spelletje. o 12:55 – 13:00 uur : verzamelen voor eventueel toiletbezoek en handen wassen. o 13:05 uur: einde overblijven; Surveillance wordt overgenomen door een leerkracht. Aandachtspunten o Laat uw kinderen weten dat ze zullen overblijven en schrijf het eventueel op hun hand. o Als uw kind tijdens het overblijven ziek wordt, neemt de overblijfkracht in eerste instantie contact op met de ouder/verzorger. Indien deze niet bereikbaar is, wordt er contact opgenomen met de “reserve-contactpersoon”. Als u uw kind(eren) heeft aangemeld, maar ze kunnen niet wegens omstandigheden, laat dit dan even weten aan Mirjam. Bij niet tijdig afmelden, dient u toch te betalen. Uitgangspunten o TSO vindt plaats in de vrije tijd van kinderen; o TSO is prettig, er is een sfeer waarin kinderen zich thuisvoelen; o Het belang van het kind staat centraal. Kinderen krijgen mogelijkheden om op te groeien tot zelfstandige individuen. Zelfvertrouwen, zelfwaardering en sociale vaardigheden, rekening houden met elkaar, zijn daarbij belangrijke aspecten; o De omgeving is daarbij belangrijk. Er is behoefte aan ruimte voor zowel rustige als dynamische activiteiten; o Afstemming tussen de samenwerkende partijen mbt pedagogisch beleid. Kwaliteitseisen Veiligheid Het overblijven moet in een veilige en geborgen sfeer plaatsvinden. Respect voor elkaar De leerlingen, het overblijfteam en de leerkrachten moeten elkaar met respect behandelen. Structuur Een heldere structuur voor alle betrokken partijen bij het overblijven bevordert het goed draaien van het overblijfteam. Hygiëne

8

de r k

li e g e r


Het overblijven moet in een schone en hygiënische omgeving plaatsvinden. Betekenis in de praktijk Kinderen worden betrokken bij het programma. Er is sprake van duidelijke afspraken en een goede structuur om de sociale en fysieke veiligheid van kinderen te kunnen garanderen.

werken met één of meer leerlingen aan instructietafel groepsdoorbrekende dagdelen/ projectwerk

2.2 Groepsgrootte De grootte van de groepen varieert. Daar waar we kunnen, kiezen we ervoor om de groepen zo klein mogelijk en eerlijk verdeeld te houden. Ook hebben we een onderwijsassistente die aan onze school verbonden is. We bekijken steeds bij welke groepen haar inzet het meest wenselijk is en we zetten haar vooral ook in om leerlingen met speciale zorg te begeleiden. Doordat we veel parallelgroepen hebben, hebben we de luxe dat we de groepenverdeling zo gunstig mogelijk kunnen maken, rekening houdend met o.a.: o leerlingen die elkaar negatief of positief beïnvloeden. o redelijk gelijke groepen qua aantallen en zorg. o broertjes, zusjes, eventueel neefjes, nichtjes. o verdeling jongens en meisjes. Wij zien voor de leerlingen van onze school vele voordelen in het regelmatig opnieuw samenstellen van de parallelgroepen indien mogelijk. Het opnieuw samenstellen van de groepen gebeurt op een zorgvuldige wijze door de groepsleerkrachten van de betrokken groepen, de interne begeleiders en de directie. Vooraf maken alle leerlingen een sociogram. Hierin worden de onderlinge relaties kenbaar. We hanteren naast de uitkomsten van zo’n sociogram enkele vaste criteria om tot een evenwichtige verdeling te komen.

2.3 Klassikaal werken met varianten daarop Over het algemeen wordt op onze school klassikaal gewerkt. De leerlingen krijgen meestal les binnen hun eigen jaargroep. Alle leerlingen van de groep krijgen tegelijkertijd instructie. In korte tijd is de hele groep geïnformeerd. Vanuit deze basis wordt gewerkt. Maar niet alle leerlingen zijn hetzelfde. Niet ieder kind heeft behoefte aan dezelfde uitleg. De een heeft meer nodig, de ander minder en dat laatste kan leiden tot het zich gaan vervelen bij de klassikale uitleg. We doorbreken daarom de klassikale werkvorm om tegemoet te komen aan de verschillen die er tussen leerlingen nu eenmaal zijn. Enkele voorbeelden: werken met grote groep / kleine groep werken met taakbrieven werken met thema’s Schoolgids 2011 – 2015 basisschool De Vlieger Volkel

In alle groepen dragen de leerlingen ook een stukje eigen verantwoordelijkheid bij het werken aan taakbrieven en bij het werken aan eigen keuzes. De leerlingen werken een bepaalde tijd zelfstandig aan een dag- of weektaak. Ze zorgen zelf voor een juiste planning (eventueel met hulp van de leerkracht), zodat ze op het einde van de dag of week deze taak ook af hebben. Het zelfvertrouwen van de kinderen proberen we te vergroten door doelen te stellen die ook werkelijk haalbaar zijn. Dat deze doelen voor diverse leerlingen verschillen is vanzelfsprekend. Het kan zijn dat de ontwikkeling van een kind soms trager verloopt dan bij groepsgenoten. En ondanks een intensieve begeleiding zou een overgang naar een volgende groep voor grote (emotionele) problemen kunnen zorgen. Daarom hanteren we op onze school bewust, voor bepaalde leerlingen, de mogelijkheid van doubleren (met een aangepast programma). Het komt regelmatig voor dat bepaalde leerlingen te lang op hun tenen moeten lopen. (Denk maar eens aan de emotioneel -en ook qua leeftijd- jonge kinderen). Door meer aan te sluiten op hun ontwikkeling kunnen deze leerlingen weer aansluiting vinden bij de groep en kun je tegemoet komen aan de basisbehoeften van dat kind. Hij/zij kan zich weer competent voelen: ik kan het… en ik kan het zelf! Zo kunnen ze weer succeservaringen opdoen en kunnen ze waar nodig eens iemand anders helpen in plaats van zelf geholpen te worden. Naast het werken aan het basisprogramma zal aan deze leerlingen extra verrijkende stof worden aangeboden zodat er, ondanks doublure, zoveel mogelijk sprake blijft van een ononderbroken ontwikkelingslijn. Indien er een keuze gemaakt wordt voor doubleren gelden op onze school de volgende afspraken:

9

de r k

li e g e r


Minimaal 1 maand voorafgaand aan het einde van het schooljaar wordt beslist of een leerling doubleert. Het doubleren vindt alleen plaats, indien in de periode hieraan voorafgaand, met de ouders hierover gesproken is. Indien doubleren overwogen wordt, is er regelmatig overleg tussen groepsleerkracht en interne begeleider en zij nemen in gezamenlijk overleg een beslissing. Mochten ouders en leerkrachten/interne begeleider na overleg onverhoopt niet tot een eensluidend besluit komen, dan neemt de directie een besluit.

2.4 Indeling groepen We werken bij de kleuters met heterogene groepen, d.w.z. dat in onze kleutergroepen leerlingen zitten van groep 1 én 2 samen. Deze combinatie, waarin elk kind op zijn eigen niveau werkt, brengt vele voordelen met zich mee. De jongste kleuters kunnen erg veel leren van de oudsten. Ze zien wat die doen en nemen daar vaak een voorbeeld aan. Je ziet dat jongste kleuters zo veel sneller gewend zijn, zelfstandiger worden en veel minder vaak instructies en/of hulp van een leerkracht nodig hebben. De oudste kleuters voelen zich echt ouder en verantwoordelijk. Ze dragen mede zorg voor de jongsten door hen bijvoorbeeld een helpende hand te bieden bij het aankleden en ook bij het uitleggen en begeleiden van activiteiten. Dit is natuurlijk goed voor de sociaal-emotionele ontwikkeling, maar zeker ook voor de taalontwikkeling vanwege de noodzaak van verwoording van wat ze bedoelen. Door het bieden van hulp worden ze tevens zelfbewuster. De heterogene kleutergroepen zorgen ook voor organisatorische voordelen: een flexibele groepsindeling en een gezamenlijke begeleiding bij de overgang naar groep 3. We vinden het ook belangrijk dat een kind niet als enige van de groep ”blijft zitten”, maar net als andere kleuters nog een jaartje bij de kleuters blijft. De kleutergroepen worden gedurende het schooljaar ook nog uitgebreid met instromers: leerlingen die in de loop van het schooljaar 4 jaar worden en vervolgens willen starten op de basisschool. In de overige groepen werken we voornamelijk met homogene groepen, d.w.z. dat de leerlingen een heel jaar in dezelfde groep zitten bij leerlingen die qua leeftijd en ontwikkeling redelijk bij elkaar passen. Deze werkwijze zorgt in deze groepen voor rust en continuïteit. Binnen de jaargroepen wordt veel rekening gehouden met de verschillen tussen de leerlingen. Schoolgids 2011 – 2015 basisschool De Vlieger Volkel

2.5 Hoe zitten bij ons de lessen in elkaar? Wij streven in onze lessen naar kwaliteit. We werken met kwalitatief goede methodes, die tevens voldoen aan de door de minister vastgestelde kerndoelen voor ons onderwijs. Wij bewaken onze kwaliteit door met elkaar van gedachten te wisselen over de inhoud van ons onderwijs en door gebruik te maken van methodegebonden èn onafhankelijke toetsen. Verder evalueren we regelmatig of we met al onze voornemens ook voldoende vooruitgang boeken.

2.6 Aandacht voor alle leerlingen We streven ernaar dat ieder kind dat op onze school begint, deze ook op een verantwoorde manier kan afmaken. Dit betekent dat we de ontwikkeling van de leerlingen heel goed volgen om zo precies mogelijk te weten wat een kind nodig heeft aan begeleiding. In alle groepen worden systematisch een aantal toetsen afgenomen van het Cito-leerlingvolgsysteem. (Dat betreft de vakken: taalontwikkeling, spelling, technisch en begrijpend lezen en rekenen). Alle toetsuitslagen worden door de groepsleerkracht samen met de interne begeleider bekeken. Daarbij vragen we ons steeds af of het kind voldoende geleerd heeft van de lessen die zijn gegeven. Kan het kind meer aan en zo ja, wat dan? Heeft het kind extra hulp nodig en zo ja, in welke vorm dan? Als we extra hulp aan een kind gaan geven, dan stellen we daarvoor meestal een plan op, waarin staat wat we willen doen en hoe we dat doen. Zo’n plan noemen we een handelingsplan. Ook dat komt meestal weer tot stand door samenwerking tussen groepsleerkracht en interne begeleider. De laatste is een leerkracht van onze school die speciaal tot taak heeft alle activiteiten die te maken hebben met zorg voor leerlingen te begeleiden en te ondersteunen zodat de groepsleerkracht er nooit alleen voor staat. De zorg voor de leerlingen op onze school is dan ook een gezamenlijke zorg van het team.

2.7 Zelfstandig werken Zelfstandig werken vinden wij erg belangrijk op onze school. Dit is o.a. zichtbaar door: Leerlingen werken met dag- of weektaken. Leerlingen mogen en moeten soms eigen keuzes maken. Leerlingen leren elkaar te helpen en elkaars hulp ook te accepteren. Leerlingen leren zelf oplossingen zoeken. Leerlingen leren zelf verantwoording te dragen voor bepaalde taken.

10

de r k

li e g e r


2.8 Het gebruik van ICT in ons onderwijs Evenals in onze samenleving, neemt ICT ook op onze school steeds meer een duidelijke en structurele plaats in. ICT is geen losstaand onderwerp binnen onze school, maar een middel om onze doelen te bereiken. Daarnaast zien we de computer als ideaal instrument om op niveau te kunnen differentiëren binnen de bestaande methodes en om het zelfstandig werken te bevorderen. Het biedt ook volop ruimte voor zelfontdekkend leren (internet, projecten, verslagen, werkstukken en presentaties). Zo hebben we ook voor enkele leerlingen met dyslexie een programma dat teksten voorleest vanaf de computer.

We zien ook de relatieve waarde van deze media en wegen zorgvuldig af of het gebruik van de computer een meerwaarde heeft voor het onderwijs dat wij willen geven.

2.9 In welke leerlingen les?

vakken

krijgen

de

Er wordt uiteraard les gegeven in de vakken die volgens de Wet op de Basisschool gegeven dienen te worden. Behalve lezen, taal, schrijven, rekenen, aardrijkskunde, geschiedenis, natuurkunde, verkeer en diverse expressievakken, zijn dat ook de vakken: Engels, geestelijke stromingen, maatschappelijke verhoudingen en gezond gedrag. Het zou te ver gaan om over al deze vakken in deze schoolgids verder uit te wijden, daarom wordt in iedere groep in het begin van het schooljaar een kennismakingsavond gehouden. Op deze avond wordt o.a. uitleg gegeven over de vakken waarin de leerlingen in dat jaar les krijgen en wat die vakken dat schooljaar inhouden.

2.10 Huiswerk

De computers worden op school tevens ingezet voor bijvoorbeeld het automatiseren van woorden en sommen (o.a. tafelsommen) die snel paraat moeten zijn. Ook worden de computers gebruikt bij het geven van extra zorg die bepaalde leerlingen nodig hebben. De software waar mee gewerkt wordt op school is deels methodegebonden (o.a. rekenen, aanvankelijk en technisch lezen) en deels onafhankelijk van de op school gebruikte methodes (o.a. rekenen en spelling). Alle computers zijn aangesloten op een intern netwerk. Per groep hebben de leerlingen de beschikking over drie of vier computers die zijn aangesloten op dat netwerk. Vanaf groep 3 werken alle groepen met een digitaal schoolbord. Digiborden hebben een grote invloed op de interactie en de verlevendiging van de lessen. Het zelfstandig opzoeken van informatie voor spreekbeurten en werkstukken via het internet neemt in de bovenbouw een belangrijke plaats in. Op school wordt een internetprotocol gehanteerd om een veilig gebruik van de computer te borgen. Schoolgids 2011 – 2015 basisschool De Vlieger Volkel

De leerlingen krijgen in principe geen huiswerk mee. Binnen de normale schooluren moet in 8 jaar voldoende basis gelegd kunnen worden voor een goede aansluiting op het voortgezet onderwijs. De hoogste groepen, in het bijzonder groep 6, 7 en 8, vormen hierop een uitzondering. Vanaf groep 6 zit hier een opbouw in. Als voorbereiding op het voortgezet onderwijs kan hier wél regelmatig huiswerk meegegeven worden. De leerlingen van de groepen 7 en 8 krijgen ook een schoolagenda. De andere groepen kunnen in beperkte mate huiswerk krijgen, bijvoorbeeld voorhet maken van werkstukken, zoeken kleine doe-opdrachten, etc. In overleg met ouders kunnen leerlingen incidenteel natuurlijk wél eens extra huiswerk mee krijgen. Dit gebeurt dan altijd in overleg met de ouders.

2.11 Gymnastiekles De leerlingen van de groepen 3 t/m 8 gymmen in sporthal De Wervel. De leerlingen van de groepen 1/2 gymmen in de speelzaal. Voor het actuele gymrooster kunt u onze website of de jaargids van dit schooljaar raadplegen. Gymkleding De leerlingen van groep 1 en 2 gymmen in hun ondergoed en doen mee op blote voeten of gymschoenen. Als de leerlingen gymschoenen meebrengen, dan het liefst met klitteband- of elastieksluiting. 11

de r k

li e g e r


De leerlingen uit groep 3 t/m 8 moeten voor de gymles meenemen: gymschoenen, sokken en korte (sport)broek met T-shirt of turnpakje. Gymschoenen en sportkleding mogen pas in de kleedruimtes worden aangetrokken. Ze kunnen eventueel ook een flesje water meenemen en deodorant (deo-roller)

2.12 Zwemles Alle groep 4-leerlingen gaan zwemmen in zwembad De 3 Essen in Uden. Deze lessen worden verzorgd door gediplomeerde instructeurs en de groepsleerkrachten zorgen voor toezicht in het zwembad tijdens de zwemles. Aan het begin van het schooljaar krijgen de leerlingen informatie over de planning en de benodigde kleding. De leerlingen worden opgeleid voor minimaal diploma A. Indien leerlingen na één jaar zwemonderwijs nog geen diploma A hebben weten te behalen, kunnen ze nog minimaal een half tot maximaal één jaar extra

zwemonderwijs volgen, indien dit organisatorisch haalbaar is. Ouders kunnen het zwemproces versnellen door er voor te zorgen dat het kind ’watervrij’ is voordat het gaat schoolzwemmen. Leerlingen die in groep 4 al in het bezit zijn van de diploma’s A en/of B dienen de mogelijkheid te krijgen om onder deskundige begeleiding te gaan oefenen voor het diploma C. Tijdens de 10minutengesprekken communiceert de leerkracht de vorderingen, aangereikt door het zwembad, met de ouders. Ouders moeten de leerkracht op de hoogte houden van de actuele ’bijzonderheden’ van hun kind die van invloed kunnen zijn op het zwemonderwijs. Voor vragen over het schoolzwemmen en/of vorderingen van uw kind(eren) kunt u contact opnemen met het zwembad. Voor de actuele contactgegevens verwijzen we u naar onze jaargids.

3. DE ZORG VOOR LEERLINGEN 3.1 Aanmelden nieuwe leerlingen Veelal in maart worden open dagen georganiseerd voor nieuwe leerlingen die samen met hun ouders een kijkje willen komen nemen en zich willen laten inschrijven op De Vlieger. Op deze dagen, welke in de schoolgids van het actuele schooljaar staan, is de directie en de onderbouwcoördinator de hele dag beschikbaar voor inschrijvingen en vragen en er worden rondleidingen gegeven door bovenbouwleerlingen. Natuurlijk is het ook mogelijk om op andere momenten uw kind(eren) aan te melden. We vinden het dan wel fijn als daar een afspraak voor gemaakt wordt, zodat de directeur of onderbouwcoördinator tijd vrij kan maken om u en uw kind(eren) te woord te kunnen staan, de nodige informatie te geven en de school te laten zien. Kinderen die leerplichtig zijn, kunnen op ieder gewenst moment instromen. Leerlingen die aan het begin van een nieuw schooljaar starten ( dit betreft nieuwe leerlingen voor groep 1 en ook leerlingen die voor de zomervakantie niet meer ingestroomd zijn), starten de eerste schooldag om 08:30 uur na de zomervakantie. Net zoals de leerlingen die van groep 1 naar groep 2 gaan. Leerlingen die in de eerste twee weken na de zomervakantie vier jaar worden, mogen ook meteen op de eerste dag van het nieuwe schooljaar starten. De verjaardag wordt in overleg met de ouders nog gevierd op de peuterspeelzaal, kinderopvang of op de basisschool. Leerlingen die na deze twee weken vier jaar worden, starten op de eerste maandag na hun Schoolgids 2011 – 2015 basisschool De Vlieger Volkel

verjaardag om 10:15 uur. In overleg kan in het belang van het kind of van de schoolorganisatie hiervan worden afgeweken.

3.2 Aanname- en toelatingscriteria betreffende leerlingen met een speciale zorgbehoefte Sinds 1 augustus 2003 is het voor ouders/ verzorgers van een leerling met een speciale zorgbehoefte mogelijk hun kind aan te melden op een reguliere basisschool. Dat kan niet zo maar. Er wordt in goed overleg met de ouders/verzorgers van de leerling, de basisschool en ook externe instanties gekeken of dat haalbaar is. Ook op basisschool de Vlieger wordt bij de aanmelding van een leerling met een speciale zorgbehoefte een procedure gevolgd. Deze procedure geldt voor leerlingen met een positieve beschikking (rugzakje), vastgesteld door een commissie van indicatiestelling (CVI genoemd). Wilt u meer informatie over dit onderwerp of heeft u vragen, dan kunt u altijd bij de directie terecht.

3.3 Hoe wordt de ontwikkeling van de leerlingen gevolgd? In de groepen 1 en 2 maken we gebruik van het observatie- en registratiesysteem Kijk. Vanaf groep 3 gebruiken we de methodegebonden toetsen voor de basis- en zaakvakken. Daarnaast maken we gebruik van toetsen uit het Cito-leerlingvolgsysteem voor groep 1 tot en met 8. De resultaten 12

de r k

li e g e r


hiervan worden vastgelegd in een administratiesysteem. Wij vinden het ook belangrijk hoe het staat met het welbevinden van het kind op school. Dit is de eerste voorwaarde waaraan voldaan moet zijn, wil een kind iets kunnen leren. Daarom hanteren we naast het Cito-leerlingvolgsysteem ook een leerlingvolgsysteem voor de sociale-emotionele ontwikkeling: SCOL.

3.4 Interne begeleiding Twee leerkrachten van onze school begeleiden de leerkrachten op het gebied van zorgverbreding. We noemen hen de interne begeleiders. De taak van de interne begeleider bestaat o.a. uit het coördineren van alle zaken rond de speciale leerlingbegeleiding in de school. Dit betreft de volgende zaken: afnemen van individuele toetsen; interpreteren van toetsuitslagen en hulp organiseren voor opvallende leerlingen; bijhouden van het leerlingvolgsysteem; het bespreken van handelingsplannen met de groepsleerkracht; voorbereiden van de leerlingbespreking; bijhouden van de orthotheek (speciale boeken en materialen die bij de zorgverbreding gebruikt worden); contact onderhouden met het speciaal onderwijs en met ambulante begeleiders van leerlingen die op onze school blijven met speciale zorg (rugzakleerlingen); zorg dragen voor het nakomen van gemaakte afspraken; bijhouden van de literatuur m.b.t. de zorgverbreding; leerkrachten ondersteunen in de begeleiding van de zorgleerlingen.

3.5 Hoe gaan we om met leerlingen die extra hulp nodig hebben?

De uitslag van de toetsen en de gegevens van observaties worden door de klassenleerkracht Schoolgids 2011 – 2015 basisschool De Vlieger Volkel

samen met de intern begeleider bekeken en doorgesproken. Als blijkt dat er leerlingen zijn die niet voldoende ontwikkeling vertonen, wordt nagegaan waar dit aan kan liggen en worden indien nodig extra maatregelen genomen. Dit kan leiden tot een handelingsplan of tot een didactisch onderzoek door de intern begeleider. Als blijkt dat leerlingen een hele snelle ontwikkeling laten zien, proberen we door middel van verdiepingsstof een extra aanbod te bieden waardoor er meer uitdaging geboden wordt. Wanneer er besloten wordt tot een didactisch onderzoek door de intern begeleider worden de ouders hiervan op de hoogte gebracht door de leerkracht. Op deze manier houden we constant een vinger aan de pols en kan er dan snel ingegrepen worden als dat nodig is. Als de resultaten van een leerling op het einde van het schooljaar zodanig zijn dat de overstap naar de volgende groep zorgelijk is, volgt er een overleg tussen school en ouders, in de maanden mei/juni. Naar aanleiding van alle argumenten die dan ter tafel komen, in overleg met de ouders, wordt door school de uiteindelijke beslissing genomen t.a.v. al dan niet doubleren. Begeleiding door externe instanties Binnen de SKOGU-scholen, dus ook De Vlieger, komt het steeds vaker voor dat er, naast de geboden hulp binnen school, externe begeleiding (remedial teaching) geboden/aanbevolen wordt. SKOGU heeft om die reden hierover beleid vastgesteld, na advisering door de onderwijsinspectie en na raadpleging van het “Besluit Primair Onderwijs”. Dit alles heeft geleid tot het besluit dat extra begeleiding onder schooltiijd wordt toegestaan indien er sprake is van een medische indicatie bij de leerling en dit vergoed wordt door de zorgverzekering. Het verdient de voorkeur om dit zoveel mogelijk na schooltijd te laten plaatsvinden, zodat uw kind zo min mogelijk onderwijstijd mist. Bij behandeling van ernstige enkelvoudige dyslexie betekent dit in de praktijk dat er dan in overleg met school afstemming plaats vindt over behandeltijdstip, beschikbaarheid van een geschikte ruimte en in een aantal gevallen afstemming over de inhoud van de behandeling. In de loop van het schooljaar of in een volgend schooljaar kan het tijdstip van behandeling door school en de behandelinstantie veranderd worden. Hier worden de ouders van op de hoogte gesteld. Indien ouders zelf op zoek gaan naar een particuliere RT-er voor de behandeling van hun kind, die ook door de ouders zelf wordt bekostigd,

13

de r k

li e g e r


kan deze begeleiding alleen geboden worden buiten de reguliere schooltijden om.

3.6 Wat doen we als blijkt dat een kind niet voldoende heeft aan de extra hulp die we op school kunnen bieden? Soms is het nodig voor de begeleiding van een leerling om naast de toetsen of het didactisch onderzoek dat op school wordt afgenomen verder onderzoek te laten doen door een deskundige. Voor dit onderzoek maken wij gebruik van een orthopedagogisch onderzoeksbureau, Giralis (Onderwijs Begeleidings Dienst) of een andere externe instantie. Onderzoek door deze instantie wordt alleen gedaan indien de school een hulpvraag heeft en de ouders toestemming geven voor onderzoek. Soms willen ouders, ook al ziet de school daartoe geen reden, toch een onderzoek laten doen. Dit onderzoek zal dan buiten de school en op kosten van de ouders plaatsvinden. Wel zal de school medewerking verlenen als voor dit onderzoek gegevens uit het leerlingvolgsysteem worden opgevraagd. Als door onderzoek blijkt dat de hulp die we een kind geven nog niet voldoende resultaat oplevert, gaan ouders, leerkracht, intern begeleider en begeleider van Giralis of een andere externe instantie om de tafel zitten om te bespreken wat er gedaan moet worden. Als we het erover eens zijn dat de grenzen van zorg binnen ons reguliere onderwijs langzaam bereikt zijn en als we vinden dat verdere hulp noodzakelijk is, wordt het kind besproken met de trajectbegeleider. De trajectbegeleider is verbonden aan het samenwerkingsverband Uden en heeft een adviserende rol. De school en ouders informeren de trajectbegeleider over de problematiek van het kind. Het advies van de trajectbegeleider kan er voor zorgen dat de school weer aan de slag kan met de leerling. Indien echter na informeren van de trajectbegeleider blijkt dat hij adviseert, gezien de problematiek, de leerling aan te melden op het speciaal basisonderwijs (S.B.O.), heeft hij de taak om de PCL te informeren. School levert informatie aan d.m.v. een onderwijskundig rapport. Hierin krijgen ouders inzage. De leden van de permanente commissie leerlingenzorg (P.C.L.) bestuderen de aangereikte gegevens en beslissen of het kind toelaatbaar is. Er is een strenge selectie. Als de PCL een beschikking heeft afgegeven, kan het kind door de ouders worden aangemeld bij het SBO.


Wanneer vindt verwijzing naar de school voor speciaal basisonderwijs of naar een school voor speciaal onderwijs plaats? Dit kan gebeuren indien de school niet de mogelijkheid of de deskundigheid in huis heeft om

het kind de meest optimale kansen tot ontwikkeling te bieden, passend bij de problematiek waarmee het kind te maken heeft. Het bewaken van het welbevinden van het kind blijft in deze afweging altijd erg belangrijk, ter voorkoming van frustratie bij het kind. Het kan zo zijn dat een kind een zodanig specifieke zorgbehoefte heeft, dat deze elders beter geboden kan worden en kan leiden tot meer optimale ontwikkelingskansen. Als die zorgbehoefte zodanig is, dan is de school van mening dat in het belang van het kind geadviseerd moet worden tot verwijzing. De school voor speciaal basisonderwijs(SBO) Het SBO is een school waar de leerlingen speciale begeleiding krijgen in kleinere groepen. De school voor speciaal basisonderwijs in Uden heet De Tandem. Deze school biedt onderwijs aan leerlingen vanaf 4 jaar die extra zorg of hulp nodig hebben. Eventuele plaatsing op deze school hoeft niet te betekenen dat dat het eindstation is. Terugplaatsing naar een gewone basisschool is soms mogelijk. Ook zullen de leerlingen van deze school na groep 8 vaak naar een gewone school voor voortgezet onderwijs gaan. De school voor speciaal onderwijs Naast de school voor speciaal basisonderwijs zijn er ook scholen voor speciaal onderwijs, waar leerlingen geplaatst kunnen worden. De zogenaamde “clusterscholen”. Er bestaan 4 clusters: cluster 1: leerlingen met visuele problemen, cluster 2: leerlingen met spraak-taalproblemen, cluster 3: leerlingen met verstandelijke/lichamelijke problemen, cluster 4: leerling met gedragsproblemen en/of stoornissen.

14

de r k

li e g e r


Leerlingen die voor één van deze scholen in aanmerking komen, moeten door hun ouders worden aangemeld bij een Commissie van Indicatiestelling(CVI). Dit betreft dan een aanvraag voor een leerling-gebonden financiering (aanvraag rugzakje). Voorafgaand hieraan moet er veel dossiervorming en onderzoek worden verricht. De selectie voor het verkrijgen van een rugzakje is zeer streng. De Commissie van Indicatiestelling besluit vervolgens of het kind in aanmerking komt voor de rugzak. Als ouders de rugzak krijgen toegewezen, betekent dit dat ze hiermee de beschikking voor het speciaal onderwijs krijgen, maar ze kunnen ook de keuze maken gebruik te maken van leerlinggebonden financiering (het zogenaamde “rugzakje”). In dat geval blijft het kind op de basisschool. Als ouders kiezen voor voortzetting van de begeleiding op de basisschool, krijgt de school deskundigheid in huis in de vorm van een ambulant begeleider, die eens in de 6-8 weken de school bezoekt om de leerkracht te ondersteunen. Daarnaast is er beperkt de ruimte om individueel met het kind te werken.

werkers die met u meedenken. U kunt deze medewerkers ook tegenkomen op onze school. De schoolmaatschappelijk werker en de sociaal verpleegkundige zijn de medewerkers op locatie. Zij vinden geen enkele vraag raar. U gaat altijd naar buiten met een antwoord. Samen zoeken zij naar oplossingen waarmee u weer verder kunt. De hulp is gratis. Voor contactgegevens verwijzen wij u naar onze jaargids.

3.7 Weer samen naar school

De afdeling Jeugdgezondheidszorg (JGZ) van de GGD Hart voor Brabant zet zich in voor de bescherming en bevordering van de gezondheid van de jeugd van 4 tot 19 jaar. Jeugdartsen, sociaal verpleegkundigen, teamassistenten, logopedisten en de jeugdpsycholoog sporen gezondheidsproblemen bij jeugdigen op. Zij geven ook adviezen over de gezondheid en ontwikkeling van uw kind. Ook voert de GGD het rijksvaccinatieprogramma uit, waarbij kinderen worden ingeënt tegen een aantal infectieziekten zoals bof, mazelen, rode hond, difterie, tetanus en polio. De GGD voert op verschillende leeftijden een gezondheidsonderzoek uit: 5 jaar: De logopedist screent de (door uzelf en school) ingevulde vragenlijsten van kinderen van ongeveer 5 jaar. Als hier bijzonderheden uit komen, onderzoekt de logopedist bij uw kind of er problemen zijn met stem, spraak, taal, mondgedrag en het gehoor. 5/6 jaar: De jeugdarts en teamassistente onderzoeken de 5/6-jarigen. Aan bod komen: ogen, oren, lichamelijke ontwikkeling, houding, motoriek, lengte/gewicht, spraak en de psychosociale ontwikkeling. Nieuwsgierig wat zo’n onderzoek precies inhoudt? Op de website www.ggdhvb.nl. vindt u hierover een informatiefilm. 10/11 jaar: De teamassistente onderzoekt de 10/11-jarigen. Het onderzoek bestaat uit een

Weer Samen Naar School (WSNS) is een samenwerkingsverband tussen zo’n 20 basisscholen in de gemeente Uden, Nistelrode en Zeeland. Binnen dit samenwerkingsverband proberen we de groei van het speciaal onderwijs terug te dringen en zorgen we ervoor dat leerlingen met leer- en/of opvoedingsproblemen langer op de gewone basisschool kunnen blijven.

3.8 Onderwijsbegeleidingsdiensten We maken van meerdere onderwijsbegeleidingsdiensten gebruik. Afhankelijk van het onderwerp en welke organisatie het best passend aanbod heeft, maken we een keuze uit de verschillende onderwijsbegeleidingsdiensten die er in Nederland zijn. Er kan bijvoorbeeld hulp geboden worden bij het kiezen van een nieuwe methode en er worden cursussen aangeboden aan leerkrachten. Leerlingen met bepaalde problemen kunnen door de dienst onderzocht worden. Dat gebeurt op school. Als er onderzoek moet plaatsvinden wordt aan de ouders vooraf schriftelijke toestemming gevraagd.

3.9 Centrum voor Jeugd en Gezin Praktische tips, informatie en advies zijn welkom. Kinderen, jongeren en u als ouder kunnen met opgroeien opvoedvragen bij het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) terecht. Daar werken onder de noemer “CJG geeft antwoord” deskundige medeSchoolgids 2011 – 2015 basisschool De Vlieger Volkel

3.10 Adviesbureau voor verdere studie en opleiding Er zijn instanties die ouders van de kinderen van groep 8 helpen bij het kiezen van een school voor voortgezet onderwijs. Ouders kunnen hun kind aan een zgn. schoolkeuze-onderzoek laten meedoen. Dit gebeurt schriftelijk. Daarna krijgen de ouders een schriftelijke uitslag. Op verzoek kan een adviseur een mondelinge toelichting verzorgen. Aan de ouders wordt hiervoor een financiële bijdrage gevraagd.

3.11 Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst Hart voor Brabant

15

de r k

li e g e r


ogentest, het bepalen van lengte/gewicht en een onderzoekje naar kleurenblindheid. Verder ondersteunen ze de school bij het gebruik van lesmaterialen en voeren ze projecten uit rond gezond gedrag, bijvoorbeeld over ontbijten, bewegen en het voorkómen van hoofdluis. Heeft u vragen over de opvoeding en wilt u tips of adviezen? Of heeft u twijfels over de gezondheid van uw kind? Dan kunt u een extra onderzoek of gesprek aanvragen of u kunt uw vraag ook neerleggen bij de opvoedingswinkel. Het is belangrijk dat u tijdig met uw vragen of moeilijkheden komt. De kans is dan groter dat ze iets voor u en uw kind kunnen doen. Voor meer informatie over het werk van de GGD of voor het maken van een afspraak kunt u bellen naar 0900 463 6443 of kijk op www.ggdhvb.nl.

3.12 Hoe wordt de overgang naar het voortgezet onderwijs begeleid? In principe verlaten de leerlingen na groep 8 onze school om naar het voortgezet onderwijs te gaan. De overgang van het basisonderwijs naar een school voor voortgezet onderwijs is zowel voor de kinderen als voor de ouders vaak een grote stap. Wij proberen hen zo goed mogelijk hierin te begeleiden. Op onze school hebben wij hiervoor een traject uitgezet. Met behulp van diverse gegevens -die verzameld en bewaard zijn in o.a. het leerlingvolgsysteem voor ieder kind- wordt er een voorlopig advies gegeven door de leerkracht van groep 7 tijdens het laatste oudergesprek met de leerkracht op het eind van dat schooljaar. In het begin van het nieuwe schooljaar in groep 8 worden ouders en leerlingen dan geïnformeerd over het traject dat de schoolverlaters gaan doorlopen in de richting van het voortgezet onderwijs.


Er volgen informatieavonden, oudergesprekken en de leerlingen maken de Cito-toets. Verder kan het eveneens mogelijk zijn dat leerlingen ook aan een brugklasonderzoek deelnemen of een extra psychologische test maken in groep 8. Eind januari / begin februari heeft de groepsleerkracht van groep 8 een gesprek met de ouders én hun kind, waarin hen het definitieve advies van de school gegeven wordt. De leerlingen worden nadrukkelijk uitgenodigd om als toehoorder hierbij aanwezig te zijn! De aanmelding van uw kind op een school in het voortgezet onderwijs vindt altijd plaats ná de afname van de Cito-toets. Het Udens College nodigt de toekomstige leerlingen en hun ouders meestal begin maart uit om zich officieel aan te melden. Ook andere scholen laten dit vaak in deze periode plaatsvinden. Eind april weten in principe alle leerlingen of zij definitief zijn aangenomen op een school voor voortgezet onderwijs. Eind juni worden dan alle leerlingen die aangenomen zijn nog eens uitgenodigd op hun gekozen school voor voortgezet onderwijs om een dag kennis te maken met de nieuwe mentor en alle nieuwe klasgenoten. Een nieuwe periode breekt aan… Voor meer actuele informatie raden wij u aan om de jaargids te raadplegen.

3.13 Pestbeleid op b.s. De Vlieger Bij goede zorg voor leerlingen hoort ook een goed pestbeleid. Ons hele beleid ten aanzien van het pesten is er op de eerste plaats op gericht om pesten te voorkomen. Daarvoor maken we o.a. gebruik van de materialen van ’Kinderen en hun sociale talenten’. In kring- en klassengesprekken wordt samen met de leerlingen gesproken over het verschil tussen plagen, klieren, stoeien en pesten, over zondebok zijn, over oorzaken en gevolgen, enz. Hierbij hanteren we de visie op pesten van het KPC (Jan Ruigrok). Wanneer echter ondanks deze preventieve aanpak leerlingen gepest worden, hanteren we de volgende concrete aanpak: Wanneer ouders en/of leerkrachten met aanwijzigingen komen dat een kind gepest wordt, dan worden de volgende acties ondernomen, waarvan hieronder een opsomming. • De groepsleerkracht praat zo vlug mogelijk alleen met het gepeste kind en vervolgens met de pester. Wanneer de pester in een andere groep zit, dan wordt deze procedure uitgevoerd door de directeur. • Vervolgens volgt een gezamenlijk gesprek met pester en gepeste. • Nadat door alle betrokkenen hun zienswijze is gegeven, volgt de volgende stap. 16

de r k

•

•

•

•

•

• •

• •

li e g e r


Er worden nu concrete afspraken gemaakt met zowel de pester als het gepeste kind met als doel dit pestgedrag zo snel mogelijk te laten stoppen. Tijdens dit gesprek wordt meteen het volgende (evaluerend) gesprek afgesproken. Ook bij deze gesprekken hanteren we de uitgangspunten van Jan Ruigrok: we proberen er achter te komen wat de pester beweegt tot zijn gedrag en vervolgens proberen we het gepeste kind weerbaarder te maken. In de daarop volgende dagen wordt het gedrag van betrokkenen nadrukkelijk geobserveerd en worden waar nodig collega-leerkrachten hierbij betrokken. Er zullen net zolang nieuwe afspraken en evaluerende gesprekken met betrokkenen worden gevoerd totdat het pestgedrag is opgehouden en de gepeste leerling weer veilig naar school kan komen. Wanneer blijkt dat na een eerste evaluerend gesprek er geen verbetering is opgetreden en de pester zijn pestgedrag erkent, wordt contact opgenomen met de ouders van de pester. Ook met de ouders van het gepeste kind worden één of meerdere evaluerende gesprekken gevoerd. Wanneer in een groep meerdere leerlingen bij het pesten betrokken zijn, zal ook in groepsverband nadrukkelijk over dit thema gesproken worden. En wanneer dit nodig mocht zijn, wordt een hele groep betrokken bij het verbeteren van het gedrag. Wanneer het pestgedrag buiten school plaatsvindt, dan luisteren we naar ouders en verwijzen we eventueel door naar hulpinstanties en gaan we op school gericht observeren.

3.14 Schoolmaatschappelijk werk op basisscholen Op 1 april 2004 hebben de besturen van de basisscholen in de gemeente Uden, het Bureau Jeugdzorg en de gemeente Uden een overeenkomst gesloten over de invoering van schoolmaatschappelijk werk.


Doelstelling Op de scholen worden leerlingen begeleid: voor elke leerling wordt naast een goed leerstofaanbod ook een goede persoonlijke begeleiding geboden. Op elke school worden de leerlingen zo persoonlijk mogelijk benaderd en wordt geprobeerd de problemen van de leerlingen te onderkennen. De laatste jaren zijn daartoe vele nieuwe initiatieven genomen. Vaak krijgen leerlingen een aangepast lesprogramma en een passende zorg. Een veel gebruikte term daarbij is “zorg op maat”. Deze zorg op maat is niet alleen nodig op het terrein van “de schoolse ontwikkeling” maar zeker ook op het terrein van de persoonlijke ontwikkeling van het kind. Voor een tijdige signalering en advisering bij scheefgroei in de persoonlijkheidsontwikkeling, krijgt de school nu ondersteuning van een schoolmaatschappelijk werkster. Voor de naam en contactgegevens verwijzen wij u naar onze jaargids. Het schoolzorgteam Elke school heeft nu een “schoolzorgteam” dat minimaal bestaat uit de interne begeleider en deze schoolmaatschappelijk werker. Dit schoolzorgteam bespreekt minstens één keer per maand de leerlingen waar zorgen over bestaan en adviseert over de te volgen procedure en de aanpak. Elke school krijgt in principe een aantal uren per maand ondersteuning van de schoolmaatschappelijk werker. In die uren is er ook ruimte om met ouders te spreken. Bij die bespreking kunnen op verzoek ook leerkrachten en externe deskundigen van bijvoorbeeld de GGD aansluiten. De consultatie wordt anoniem besproken. Daadwerkelijk contact vanuit de schoolmaatschappelijk werker met ouders en/of het kind kan alleen plaats vinden als de ouders hier toestemming voor geven. De interne begeleider zorgt voor de verdere planning en de bewaking van de procedure. Met de ouders wordt overlegd over de vervolgstappen. Hoe kunnen ouders gebruik maken van deze deskundigheid? Wanneer u ziet of denkt dat het ontwikkelingsproces van uw kind/leerling niet verloopt zoals u dat verwacht, kunt u contact opnemen met de school of de interne begeleider. De interne begeleider van de school is de contactpersoon. De interne begeleider en ouders maken samen de inschatting/beslissing om het schoolmaatschappelijk werk in te schakelen. U kunt bij hen o.a. terecht wanneer een kind bijvoorbeeld slaapproblemen heeft, nog niet zindelijk is, druk 17

de r k

li e g e r


gedrag laat zien, snel boos wordt, slecht eet, angstig is of weinig weerbaar is.

3.15 Klachtenprocedure Per 1 augustus 1998 zijn scholen in het kader van de kwaliteitswet verplicht een klachtenregeling te hebben voor alle mogelijke klachten die op een school kunnen afkomen: zoals machtsmisbruik, waaronder sexuele intimidatie, discriminatie en agressie. Tevens kunt u voor onderwijskundige zaken terecht bij de leerkrachten of directie. Stichting Katholiek Onderwijs Gemeente Uden en de schoolorganisatie zijn met één model klachtenregeling gekomen. Voor klachten aangaande machtsmisbruik kan men terecht bij de contactpersonen van de school. Zij weten hoe de procedure binnen de Stichting Katholiek Onderwijs Gemeente Uden vastgelegd is en hoe er gehandeld moet worden. De taken van de contactpersonen zijn: eerste opvang van en advies aan de leerling (of diens ouders) die geconfronteerd wordt/worden met machtsmisbruik; doorverwijzen naar externe vertrouwenspersoon; zich op de hoogte houden van ontwikkelingen op het gebied van preventieve bestrijding van machtsmisbruik. Wie de namen van de contactpersonen op onze school verwijzen wij u naar onze jaargids. De externe vertrouwenspersoon Deze persoon is op basis van haar of zijn beroep deskundig op het gebied van onderwijs, machtsmisbruik en de gevolgen daarvan. De externe vertrouwenspersoon heeft als eerste taak het verzorgen van emotionele opvang, begeleiding en ondersteuning voor diegene die geconfronteerd is met sexuele intimidatie, agressie, geweld en pesten. Verzamelnaam hiervoor is ongewenst gedrag. Degene die geconfronteerd is met ongewenst gedrag wordt ”klager” genoemd. Een vertrouwenspersoon begeleidt en geeft de klager adviezen. De klager maakt uiteindelijk zelf de keuze voor de oplossing van zijn probleem. Een vertrouwenspersoon oordeelt niet en heeft zwijgplicht. Een tweede taak van de vertrouwenspersoon ligt in de begeleiding van de klachtenafhandeling. Daarom


is het belangrijk dat een vertrouwenspersoon weet hoe het een en ander reilt en zeilt binnen een organisatie. De vertrouwenspersoon heeft een adviserende rol naar functionarissen als leidinggevenden, bestuurders en interne contactpersonen. Tenslotte heeft de vertrouwenspersoon de taak om knelpunten te signaleren en deze signalen kenbaar te maken bij het bevoegde gezag. Voor de contactgegevens van de externe vertrouwenspersoon verwijzen wij u naar onze jaargids. Deze klachtenregeling gaat ervan uit dat ’lichtere’ klachten zoveel mogelijk binnen de school opgelost worden via de leerkrachten of directie. Lukt dit niet binnen de school, dan wordt er doorverwezen naar het bevoegd gezag. Klachtencommissie Vervolgens wordt er een commissie samengesteld. De school is aangesloten bij de onafhankelijke klachtencommissie Stichting KOMM. Wanneer een klacht bij de stichting wordt ingediend, stelt deze voor de behandeling daarvan een klachtencommissie samen en wijst daaraan een ambtelijke secretaris toe. Het adres van de klachtencommissie vindt u in onze jaargids. De klachtencommissie heeft de volgende taken: het onderzoeken van de ingediende klachten en het daaromtrent rapporteren en adviseren aan het bevoegd gezag; het zo nodig informatie inwinnen bij andere deskundigen; het gevraagd en ongevraagd adviseren aan het bevoegd gezag over een beleid inzake preventie en bestrijding van machtsmisbruik in het onderwijs; het jaarlijks schriftelijk verslag uitbrengen aan het bevoegd gezag over haar werkzaamheden. Naast de bovengenoemde klachtenprocedure van de SKOGU bestaat er ook een klachtenregeling voor de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL) van het Samenwerkingsverband Uden. Deze regeling is beschreven in het Zorgplan, wat op school ter inzage ligt.

18

de r k

li e g e r


4. HET SCHOOLBESTUUR De Vlieger staat onder het bestuur van Stichting Katholiek Onderwijs Gemeente Uden (SKOGU). Deze stichting heeft tot doel het bevorderen van het basisonderwijs in gemeente Uden op katholieke grondslag. Zij handelt daarbij volgens de richtlijnen die op grond van het gezamenlijk overleg in de Nederlandse Katholieke Schoolraad zijn vastgesteld. De Stichting Katholiek Onderwijs Gemeente Uden (SKOGU) laat zich inspireren door het Evangelie van Jezus. Deze bron vormt het uitgangspunt en het kader voor de normen en waarden van waaruit het onderwijs vorm gegeven wordt. Enkele kernbegrippen hierbij zijn openheid, respect, dienstbaarheid, emancipatie, solidariteit, eerbied voor het leven en vergeving. Een school waar het kind zich veilig en thuis voelt en waar het zich samen met anderen optimaal kan ontwikkelen is het streven. Vanuit dit kader dient katholiciteit opgevat te worden als ‘open katholiek’; dit betekent open staan voor andere levensbeschouwelijke visies. Eveneens kunnen scholen vanuit een ‘open katholiek’ gezichtspunt meer concreet, zelf vorm en kleur geven aan hun identiteit en uitdragen waar hun school in te herkennen is.

Het bestuur bestuurt op afstand. De SKOGU heeft een algemeen directeur aangesteld en een directeur beheer. Deze vormen samen met alle directeuren van alle basisscholen het managementteam. Namens dit team onderhoudt de algemeen drecteur de contacten met het bestuur en met de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad. Binnen het kader van de wettelijke regels en normen streeft het schoolbestuur haar regels na door: het in stand houden van een zo optimaal mogelijk functionerend personeelsbestand; de haar ter beschikking staande gelden aan te wenden voor de scholen, voor belangrijke zaken en het stellen van prioriteiten in de uitgaven; het beheer en onderhoud van de gebouwen, terreinen en inventaris; het onderhouden van contacten met de overheid, organisaties, betrekking hebbende op het gebied van onderwijs en identiteit e.d. en het voeren van correspondentie hiermee; het onderhouden van contacten met de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad, die een vertegenwoordiging zijn van het schoolteam en de ouders, en die inspraak hebben op het beleid van het schoolbestuur; aan te geven in het schoolplan op welke wijze vorm en inhoud wordt gegeven aan onderwijs en identiteit. Voor contactgegevens verwijzen wij u naar onze jaargids.

De SKOGU beheert 11 r.k. basisscholen en 1 speciale school voor basisonderwijs.

5. OUDERPARTICIPATIE Volgens de wet op de medezeggenschap kan de MR advies geven over: het schoolplan; de organisatie van de school; de regeling van de vakanties; de aanstelling van de schoolleiding; het onderhoud van de school; regels op het gebied van veiligheid en gezondheid. De MR kan instemming geven over bijv.: verandering van werkzaamheden van de school; fusie van de school; deelneming of beëindiging aan bepaald project of experiment; het beleid m.b.t. voorzieningen t.b.v. de leerlingen; Schoolgids 2011 – 2015 basisschool De Vlieger Volkel

het beleid m.b.t. het verrichten van ondersteunende werkzaamheden door ouders. Voor de namen van de leden van de MR verwijzen wij u naar de jaargids

De gemeenschappelijke medezeggenschapsraad vertegenwoordigt alle medezeggenschapsraden van de SKOGU. De oudervereniging De oudervereniging stelt zich ten doel in samenwerking met het team een bijdrage te leveren aan een prettige schooltijd voor de kinderen op De Vlieger. Zij doen dit door activiteiten te organiseren of door hun medewerking te verlenen aan activiteiten zoals;

19

de r k

li e g e r


de verschillende schoolfeesten het verzorgen van tractaties en attenties het innen van de vrijwillige ouderbijdrage Voor onder andere het rekeningnummer begroting verwijzen wij u naar de jaargids.

Voor de namen van de leden van de oudervereniging verwijzen wij u naar de jaargids. en

De ouderbijdrage Het onderwijs voor leerplichtige kinderen in Nederland wordt gefinancierd door de overheid. De school vraagt van u dus geen geldelijke bijdrage. Wel vraagt de oudervereniging elk gezin aan het begin van elk schooljaar om een vrijwillige ouderbijdrage. Deze is bedoeld om extra activiteiten en andere zaken te kunnen bekostigen die niet tot het gewone onderwijs behoren, bijvoorbeeld feestdagen en schoolreisjes. De wet verplicht ons om hiervoor een schriftelijke overeenkomst af te sluiten met de ouders. Indien u problemen heeft met de betaling dan is dit te bespreken en kunt u eventueel ook in termijnen betalen.

Klassenouders De ouders van de oudervereniging zijn tevens de klassenouders. Zij zorgen voor de verjaardagen van de leerkrachten, voor attenties namens de leerlingen en ouders bij bijzondere gelegenheden of langdurige ziekte van een personeelslid en voor activiteiten van de klas waarbij hulp nodig is. Eventueel schakelen ze ook anderen in. Voor de lijst met de indeling voor dit schooljaar verwijzen wij u naar de jaargids. Overige ouderwerkgroepen Naast de medezeggenschapsraad en oudervereniging zijn er op onze school diverse andere werkgroepen die gevormd worden door ouders. Voor de andere werkgroepen verwijzen wij u naar de jaargids.

6. PRAKTISCHE ZAKEN 6.1 Leerplicht Als uw kind 4 jaar is, mag het naar de basisschool. Dit is dan nog niet verplicht. Uw kind krijgt ook de mogelijkheid om gedurende het schooljaar in te stromen en dan volledig mee te draaien in één van de kleutergroepen. Indien uw kind is ingeschreven neemt de directie hierover contact met u op. In het begin van elke schoolmaand is er een kennismakingsochtend gepland voor de nieuwe leerlingen die dan inmiddels 4 jaar zijn en willen starten op de basisschool. Het kind moet er wel écht aan toe zijn om in een grote groep oudere leerlingen in te stromen. Ons advies is om na 1 mei niet meer in te stromen. Kinderen worden leerplichtig vanaf de eerste schooldag van de nieuwe maand nadat ze hun vijfde verjaardag hebben gevierd. Vanaf die tijd moeten alle lessen en activiteiten die de school in de genoemde schooltijden organiseert, gevolgd worden.

6.2 Verlof In de leerplichtwet staat dat uw kind de school moet bezoeken als er onderwijs wordt gegeven. Leerlingen mogen dus nooit zomaar van school wegblijven. In een aantal gevallen is echter een uitzondering op deze regel mogelijk. Als er een Schoolgids 2011 – 2015 basisschool De Vlieger Volkel

bijzondere reden is waarom u vindt dat uw kind niet naar school kan dan moet u zich aan de regels van zo’n uitzondering houden. De uitzonderingen en de daarbij behorende regels staan hieronder vermeld. Situaties waarin een melding volstaat: ziekte; overlijden van bloed- en aanverwanten, pleegouders/verzorgers; huwelijk van bloed- en aanverwanten, pleegouders/verzorgers; bij verhuizing en kennismakingsbezoek aan de nieuwe school; bij een 12,5-, 25-, 40-, 50-, 60-jarig ambts/huwelijksjubileum van ouders en grootouders; bezoek aan dokter, tandarts, specialist enz. Dit dient echter zoveel mogelijk buiten schooltijd plaats te vinden. Situaties waarin toestemming gevraagd dient te worden bij de directeur: bij vervulling van plichten, voortvloeiend uit godsdienst of levensovertuiging; wanneer het kind vanwege de specifieke aard van het beroep van één van de ouders/verzorgers slechts buiten de schoolvakanties met hen op vakantie kan gaan; (het moet in dit geval gaan om de enige gezinsvakantie in dat schooljaar, er mag geen toestemming worden verleend voor de eerste 20

de r k

li e g e r


twee weken van het schooljaar en er moet een werknemersverklaring worden overlegd waaruit blijkt en waarin is aangegeven dat vakantie in géén schoolvakantie mogelijk is); het kind kan door zeer uitzonderlijke omstandigheden de school niet bezoeken (gedacht kan worden aan bijzondere gezinsomstandigheden waarbij geen enkele mogelijkheid bestaat dat het kind bijv. door familie wordt opgevangen). Externe therapie

Aanvragen voor toestemming voor vrijstelling/ verlof worden altijd individueel beoordeeld. Vanwege de volgende redenen kan géén toestemming worden gegeven: extra wintersportvakantie; langdurig bezoek aan het land van herkomst; het eerder vertrekken op vakantie of naar het thuisland (in verband met vliegtickets); het eerder boeken van een vakantiehuisje; een lang weekend weg willen; het willen vermijden van verkeersdrukte; een al geboekte vakantie waarbij verwacht wordt dat toestemming voor verlof wel gegeven zal worden; familiebezoek in het buitenland; vakantie in een goedkopere periode of i.v.m. een speciale aanbieding; vakantie onder schooltijd bij gebrek aan boekingsmogelijkheden; een uitnodiging van familie of vrienden om buiten de normale schoolvakanties om op vakantie te gaan; verlof voor een kind omdat andere kinderen uit het gezin al of nog vrij zijn. De school houdt een verzuimregistratie bij. Wanneer het verzuim gemeld is en er een geldige reden voor is, dan is dat verzuim geoorloofd. Wanneer er geen geldige reden is of er is geen toestemming gevraagd of verleend, dan wordt het verzuim als ongeoorloofd geregistreerd en gemeld bij de leerplichtambtenaar van de gemeente. Deze zal dan contact opnemen met de ouders.

6.3 Vervanging leerkrachten bij ziekte Hoe worden de leerkrachten vervangen? Als een leerkracht ziek is, studieverlof heeft, scholing volgt of om een andere reden afwezig is, proberen we hem/haar zoveel mogelijk te vervangen. Omdat er vaak een groot gebrek aan vervangende leerkrachten is, zal dat niet altijd mogelijk zijn. Hoewel wij al het mogelijke zullen doen om vervanging te vinden, zullen we een groep soms geen onderwijs kunnen bieden en dus in het Schoolgids 2011 – 2015 basisschool De Vlieger Volkel

uiterste geval naar huis moeten sturen. Daarvan krijgt u dan schriftelijk bericht. Op de compensatieverlofdagen van de fulltime leerkrachten in de groepen 5 t/m 8, wordt les gegeven door een andere vaste leerkracht. De Stichting Katholiek Onderwijs Gemeente Uden heeft in het beleidstuk "Vervanging" richtlijnen, een noodplan en protocollen vastgesteld hoe te handelen indien vervanging niet mogelijk is.

Protocol “Naar huis sturen groep leerlingen” Indien de directie van een school onder het bestuur van de SKOGU zich genoodzaakt ziet om een groep leerlingen naar huis te sturen, omdat t.a.v. de vervanging van de afwezige leerkracht geen verantwoorde invulling meer kan worden gegeven, zijn de volgende voorwaarden van toepassing: 1. De directie heeft het noodplan ingezet, zoals beschreven in het “vervangingsbeleid”. 2. Een groep wordt nooit naar huis gestuurd op de (eerste) dag waarop het probleem zich manifesteert. 3. De dag, voorafgaande aan de dag waarop een groep thuis kan blijven, wordt benut om de ouders schriftelijk op de hoogte te stellen. 4. Voor ouders, die aangeven hierdoor in ernstige opvangproblemen te komen, wordt samen met de directie van de school naar een oplossing gezocht. 5. Het aangekondigde ”naar huis sturen” is vooraf geaccordeerd door de Algemeen Directeur. 6. De inspectie en de aanwezige teamleden worden door de directie op de hoogte gesteld. 7. Indien binnen een termijn van 1 maand voor dezelfde groep het probleem zich weer voordoet, zal de directie een andere groep naar huis sturen. 8. In voorkomende gevallen waarin dit protocol niet voorziet zal er in samenspraak met de Algemeen Directeur en de MR naar een oplossing gezocht worden. 21

de r k

li e g e r


9. Leerlingen van dezelfde groep worden maximaal 2 aaneengesloten dagen naar huis gestuurd. Indien dan geen oplossing gevonden is, wordt een andere groep onder dezelfde condities naar huis gestuurd.

8. 9.

6.4 Ziekmelding en bezoek aan dokter Als een kind vanwege ziekte of bezoek aan de dokter niet naar school kan komen moeten de ouders dit vóór schooltijd aan ons doorgeven. We missen anders het kind en maken ons ongerust als we niet weten of hij/zij wel of niet naar school komt. De conciërge neemt ‘s morgens de telefoon aan en geeft (ziek)meldingen aan de betreffende groepsleerkracht door. Het beste is als u probeert afspraken met dokter of specialist buiten schooltijd te plannen. Lukt dit niet, dan kan dit doorgegeven worden aan de groepsleerkracht. We laten leerlingen onder schooltijd niet alleen naar huis gaan. Het kind moet worden opgehaald. Als een kind niet op school is en we hebben daar geen melding van ontvangen, controleren we altijd waar een kind is. We gaan er nooit van uit dat het ”wel ziek zal zijn”.

6.5 Enkele belangrijke schoolregels: 1. 2.

3. 4. 5.

6. 7.

Rust op de gangen onder schooltijd. Bij aanvang van de schooltijd moet iedereen zo snel mogelijk naar de klas. Jassen en eventuele gymspullen moeten zoveel mogelijk aan de kapstok. Na school moet alles mee naar huis worden genomen. Geen kauwgom of snoep in de klas. Zorg dragen voor een schone school en schone schoolomgeving. Speelplaatsregels: • Op de speelplaats blijft iedereen binnen het hekwerk. In de gemeentespeeltuin blijft iedereen op of tussen het geasfalteerde ronde pad. • De leerlingen van groep 6, 7 en 8 mogen op het grote veld: groep 7 op maandag en dinsdag, groep 6 op woensdag en groep 8 op donderdag en vrijdag. Op het veld mogen alleen balspelen worden beoefend. • Ruw spel is verboden, dus: niet aan kleding trekken, niet over de grond trekken, niet schoppen, slaan of spugen. • We gaan niet op de picknicktafel en de bloembakken staan en lopen. Toilet netjes achterlaten; doorspoelen en handen wassen. Wij willen dagelijks graag zo snel mogelijk met de leerlingen aan het werk. Breng daarom de kinderen alleen in de klas als het


10.

nodig is. Voor een praatje met ouders willen wij na schooltijd graag tijd vrij maken. We gaan zuinig en netjes om met de materialen en scheiden ons afval. We nemen alleen speelgoed mee naar school als dit passend is bij een thema of na toestemming van de leerkracht. Uit oogpunt van privacy-bescherming mogen er door ouders geen video-opnames worden gemaakt op school. Wel mogen eventueel enkele foto’s worden gemaakt tijdens een verjaardagsfeest. Verder mogen er alleen op verzoek van school door aangewezen personen af en toe foto’s en films gemaakt worden van vieringen, excursies en musicals. Deze zijn dan op school te bestellen en worden soms ook gebruikt voor de schoolgids, KidioNieuwS of website. Soms worden er op school video-opnamen gemaakt. Deze worden gebruikt om beter zicht te krijgen op het leer- en werkgedrag van de leerlingen. De leerkracht en de interne begeleiders kunnen samen beter observeren en handelingsplannen zonodig bijstellen. Mocht u hiertegen bezwaar hebben, gelieve dit aan de directeur kenbaar te maken. Ook kunnen voor deze school- en jaargids of onze website foto’s van leerlingen gebruikt worden. We horen het graag als u het daarmee niet eens bent.

6.6 Gedragscode en handelswijze We streven naar een veilig schoolklimaat waarin leerlingen zich onbekommerd kunnen ontplooien en waarin het ook prettig werken is voor de leerkrachten. Jezelf veilig voelen is voor leerlingen een absolute voorwaarde om te kunnen leren en voor leerkrachten om te kunnen onderwijzen. Om dit te bereiken is er op onze school ook veel aandacht voor een evenwichtige sociaal-emotionele ontwikkeling van de leerlingen. Het accent ligt hierbij vooral op het belonen van positief gedrag, zelfredzaamheid en weerbaarheid. Daar waar nodig wordt het gedrag van leerlingen bijgestuurd of gecorrigeerd. Dit behoort tot de normale pedagogische opdracht van de school. De school draagt deze opvoedingsverantwoordelijkheid samen met de ouders en is een verlengstuk van thuis. Desondanks lijkt er een toename te zijn van het aantal gevallen van ernstig verbaal en fysiek wangedrag tussen leerlingen onderling, maar ook in de richting van leerkrachten / volwassenen. Het moet voor iedereen, leerlingen, ouders en leerkrachten/stagiaires, duidelijk zijn dat bepaald gedrag niet geaccepteerd kan en mag worden. We zien ons daarom genoodzaakt in een aantal 22

de r k

li e g e r


ernstige gevallen van normoverschrijding duidelijke grenzen te stellen en deze te verbinden aan bepaalde handelwijzen. We denken dat deze maatregelen nodig zijn om op De Vlieger een veilig werken leefklimaat te behouden voor iedereen. Bovendien hopen we dat van deze gedragscode ook een preventieve werking uitgaat. Naast de praktische schoolregels zijn er daarom ook gedragsregels waar leerlingen en wij als team en u als ouders/verzorgers, zich aan dienen te houden. We handelen dan o.a. bij overtreding van de volgende gedragsregels: • Het verstoren van de orde • Het pesten, bedreigen en uitschelden van leerlingen of volwassenen • Brutaal gedrag • Het niet luisteren naar leerkrachten • Het regelmatig overtreden van schoolregels • Het bewust verwonden/letsel toebrengen aan leerlingen en volwassenen • Het maken van discriminerende opmerkingen over huidskleur, religie of uiterlijke kenmerken in de richting van leerlingen en volwassenen • Het bewust aanbrengen van schade/ vernielingen • Het weglopen van school • Diefstal • Onzedelijk betasten, aanranden van medeleerlingen • Het gebruiken van geweld tegen leerlingen en volwassenen

vallen. Het kan onder bepaalde omstandigheden voorkomen dat een WA schade niet onder de schoolpolis thuishoort, maar gemeld moet worden bij de eigen WA particulier verzekeraar van de leerling c.q. van zijn/haar ouders c.q. van het personeelslid. In die gevallen zal door de WBD Lippmann Groep BV e.e.a. met de ouders verder worden afgestemd. De Collectieve Ongevallenverzekering is geldig gedurende alle schoolactiviteiten, dus ook tijdens reizen en excursies, maar ook tijdens het gaan van school naar huis en omgekeerd. Voor het melden van een schade zijn er drie verschillende schadeformulieren, te weten: Aansprakelijkheid (WA-schades), Ongevallen en Doorlopende Reis. Deze formulieren zijn bij de directie te verkrijgen. Daar liggen ook de voorwaarden en eventuele clausules ter inzage. Bellen met de schoolverzekeraar kan ook: 0475335910, afdeling onderwijs en instellingen. Met de fiets naar school

De volledige gedragscode ligt ter inzage op school.

6.7 Collectieve Verzekeringen De SKOGU heeft voor alle leerlingen en personeelsleden van al haar scholen een aantal collectieve verzekeringen afgesloten bij de WBD Lippmann Groep BV. Via de ouderbijdrage wordt hieraan ook gedeeltelijk meebetaald door alle ouders. De doorlopende reisverzekering is bedoeld voor alle door school georganiseerde reizen en excursies. Ook terugreiskosten voor de leerling bij een onverhoopt ernstige situatie thuis, zijn eveneens onder deze polis meeverzekerd en verder is aan deze reisverzekering ook een alarmservice verbonden, 24 uur per dag en 7 dagen per week. De Wettelijke Aansprakelijkheidsverzekering voorziet in die situaties dat de SKOGU verantwoordelijk wordt gehouden voor het doen of laten van haar leerlingen en of personeelsleden c.q. haar ondergeschikten. Dat betekent dus dat de leerlingen, zolang zij onder toezicht staan van de school, automatisch onder die WA verzekering Schoolgids 2011 – 2015 basisschool De Vlieger Volkel

Aangezien het steeds drukker wordt in onze fietsenstalling willen we duidelijke afspraken maken over wie er wel en niet met de fiets naar school mogen komen. Het meest gewenst is dat u de kinderen te voet naar school brengt/laat gaan. Alleen wanneer u buiten de aangegeven cirkel (zie afbeelding) woont, mogen uw kinderen met de fiets naar school komen. Woont u binnen de cirkel, dan mag het niet. De fietsen moeten netjes binnen de omheining in de vakken worden geparkeerd, zodat er zo min mogelijk kans op beschadigingen bestaat. Mocht er geen ruimte meer zijn in de fietsenstalling zelf, dan dienen de fietsen binnen de vakken geparkeerd te worden. Deze vakken zijn met verf op de tegels aangegeven. Mocht u het noodzakelijk vinden om met de auto te komen, neemt u dan a.u.b. de aandachtspunten onder het kopje “parkeerbeleid rondom onze school” in acht. 23

de r k

li e g e r


Parkeerbeleid rondom onze school Om het parkeren tijdens het halen en brengen van uw kind(eren) zo goed en veilig mogelijk te laten verlopen zijn er enkele regels. Deze regels zijn door de verkeersouders in overleg met de directie van de school opgesteld. Zo is er een keuze gemaakt om het Schakelplein als parkeerterrein aan te duiden. U kunt daar uw auto parkeren als u uw kind(eren) komt brengen en komt halen. Zo lopen er geen kinderen gevaar doordat ze tussen de geparkeerde auto’s door moeten oversteken. Als u toch in de straat bij de school wilt parkeren, wordt u verzocht dit alleen in de daarvoor bestemde vakken te doen en niet op of langs de stoepranden. In de Schoolstraat mogen geen auto’s geparkeerd worden. Vriendelijk verzoek aan de wachtende ouders om het trottoir en de paden naar de poorten toe vrij te houden voor de leerlingen en de overige voetgangers. N.B.: In ons schoolblad KidioNieuwS wordt ook regelmatig geschreven door de verkeersouders. Het is fijn als u dit aandachtig leest, omdat hierin belangrijke en leerzame tips gegeven worden. Speelplaats (toezicht) Stuur uw kind niet te vroeg naar school. Het komt maar al te vaak voor dat sommige kinderen een half uur voor schooltijd al op school aanwezig zijn. Wij wijzen u er nadrukkelijk op dat er pas 10 minuten voor aanvang van de lessen toezicht is op de speelplaats. Voor de kleuters geldt de afspraak dat ze vanaf 10 minuten voor schooltijd binnen mogen komen. Ouders mogen hen dan nog even mee naar binnen brengen. In de loop van het schooljaar proberen de groep 2-leerlingen alleen naar binnen te gaan. Dit bevordert de zelfstandigheid van de kinderen en het komt ten goede aan de rust in de gang. Daarnaast willen we vragen om kinderwagens buiten te laten staan.


6.8 Speciale activiteiten Op onze school wordt hard gewerkt, maar als er iets te vieren valt, doen we dat ook en met veel plezier. Wij denken dat het de sfeer ten goede komt, door op momenten die zich daarvoor lenen, met elkaar feest te vieren. Van samen blij zijn, samen op stap gaan, samen genieten van sport, spel, muziek of zang of van samen creatief bezig zijn, kun je veel leren en het verstevigt de band met elkaar. Wat vieren wij zoal op school en welke speciale activiteiten worden georganiseerd? Elke groep neemt één of twee keer per jaar deel aan een culturele activiteit zoals drama, dans, toneel, film, cabaret of muziek. Verder organiseren we één keer per jaar een activiteit om geld in te zamelen voor een goed doel. Tenslotte, aan het einde van groep 8, nemen de leerlingen op een bijzondere wijze afscheid van de basisschool. Ze gaan dan drie dagen met een aantal leerkrachten op kamp. Dat is een plezierige en feestelijke afsluiting van acht jaar basisschool. Maar als je een hechte band hebt met elkaar, dan kan het ook zijn dat je bij elkaar wilt komen om te laten blijken dat je meeleeft met een trieste gebeurtenis in een gezin of op school. Ook daar besteden we aandacht aan. In een goed pedagogisch klimaat kan en wil je daar niet om heen. Naast de bekende feesten zoals sinterklaas, Kerstmis, carnaval en pasen hebben we ook jaarlijks o.a. een Kidiondag, een schoolreisdag, gezamenlijke openingen en afsluitingen van projecten, sportdagen, enz. Komende jaren zullen meer en meer activiteiten in samenwerking met kindcentrum Kidion gaan plaatsvinden. Daar waar we kunnen samenwerken, gaan we dat zeker doen. Bij het afscheid van groep 8 spelen de leerlingen een musical voor de ouders en de medeleerlingen.

24

SCHOOLGIDS ALGEMENE GEGEVENS

Recommend Documents