SBO De Fontein 1
Schoolgegevens: Brinnummer: Contact school: Directeur: Adres: Bevoegd gezag: Adres bevoegd gezag: Contactpersoon: Contact bevoegd gezag:
02 EG Tel. 077 3071489 E-mail:
[email protected] Website: www.sbodefontein.nl Anneke Steijlen Jan van den Boschstraat 1 5988 ED Helden Stichting Prisma Postbus 7192, 5980 AD Panningen Dhr. M.A.E. Rutten, college van bestuur Tel. 077-3079748 E-mail:
[email protected] Website: www.prisma-spo.nl
2
Inhoudsopgave Bladzijde: 4 4 4
1. Inleiding 1.1 Doel schoolplan 1.2 Opstel- en vaststellingsprocedure 2. Beleid en andere relevante documenten
5
3. Onze school 3.1 Het gebouw en de situering in de wijk, gemeente 3.2 Leerlingenpopulatie 3.3. SWV Peelkwartier 3.3 Context
6 6 6 7 7
4. De opdracht van de school 4.1 Onze missie 4.2 Onze visie 4.3 kenmerken 4.4 Sterke en zwakke punten
8 8 8 8 9
5. Het beleid van de school 5.1 Onderwijsaanbod 5.2 Cultuur educatie 5.3 Planning verbeteracties
10 10 11 13
6. De kwaliteit van ons onderwijs 6.1 Kwaliteitsbeleid 6.2 De PDSA cirkel 6.3 Leerlingenzorg
23 23 23 23
7. Personeelsbeleid en organisatieontwikkeling
26
8. Informatie- en communicatietechnologie
27
9. Huisvesting, inrichting en financiën 9.1 Huisvesting 9.2 Financiën
28 28 28
10. Overzicht bijlagen
29
11. Instemming medezeggenschapsraad en vaststelling bevoegd gezag
30
3
1. Inleiding Ons schoolplan is een officieel beleidsstuk waarin, in grote lijnen, de onderwijsontwikkeling van onze school voor speciaal basisonderwijs wordt vastgelegd. Hiermee leggen we als het ware verantwoording over het onderwijs af aan de inspectie, het college van bestuur, de ouders etc. Dit schoolplan zal functioneren als uitgangspunt voor de planning per schooljaar. We zien het schoolplan als een kwaliteitsdocument, waarin het beleid is vastgelegd. Dit beleidsplan moet een onmisbaar document vormen in de school. Het zal aan iedereen duidelijkheid bieden welke richting wij uit willen met het team. 1.1 Doel schoolplan • Het schoolplan legt vast welke richting van schoolontwikkeling door alle personeelsleden gedragen wordt. • De school (team, medezeggenschapsraad, CvB en RvT) stelt hiermee vast, wat voor de komende periode van 1 augustus 2011 t/m 31 juli 2015 het integrale beleid zal zijn. Het integrale karakter komt naar voren doordat bij elk actiepunt de samenhang wordt gemaakt tussen het onderwijskundig-, personeels-, financieel / materieelbeleid en beleid ten aanzien van de kwaliteitszorg. • Middels het schoolplan wordt, naar alle partijen, het cyclische proces van de planmatige schoolontwikkeling duidelijk: plan (voorbereiden), do (implementeren), study (evalueren) en act (vaststellen en/of verbeteren). Door het opstellen van dit schoolplan wordt voldaan aan de wettelijke verplichting. 1.2 Opstel- en vaststellingsprocedure. Het voorliggende schoolplan is het resultaat van twee trajecten. 1. In december 2010 is door het team, tijdens een studiedag, de visie en missie voor het nieuwe schoolplan vastgesteld. 2. In maart 2011 heeft met het team een evaluatie en analyse plaats gevonden ten aanzien van het onderwijs zoals deze op dat moment vorm kreeg binnen SBO De Fontein. Hierbij is gebruik gemaakt van: de uitkomst van het leerling-, leerkracht- en oudertevredenheidpeiling (bijlage I), en de diverse schoolevaluaties. Naast de uitkomsten van deze evaluatie / analyse is een relatie gelegd naar actuele en externe ontwikkelingen rondom het primair onderwijs. Hieruit zijn door het team vijf grote actiepunten naar voren gebracht, welke wij de komende schoolplan periode willen aanpakken. Vanuit de uitkomsten van beide trajecten is door de directeur een concept schoolplan 2011 – 2015 opgesteld. Deze is door de medezeggenschapsraad (MR) besproken. De gemaakte voorstellen tot verbetering zijn door de directeur in het definitieve schoolplan meegenomen. Uiteindelijk is het schoolplan door de MR goed gekeurd, geaccordeerd door het CvB en naar de inspecteur verzonden.
4
2. Beleid en andere relevante documenten Om het schoolplan als een document te kunnen gebruiken dat in grote lijnen de schoolontwikkeling aangeeft, wordt er gebruik gemaakt van verwijzingen naar andere op school aanwezige documenten. Hierbij moet gedacht worden aan: • Strategisch beleidsplan Stichting Prisma • Zorgplan SWV Peelkwartier • Tevredenheidpeiling 2010 • Schoolgids • Zorgdraaiboek • Taakbeleid • Verbetertraject FoLi (samenwerking De Fontein en De Liaan) • Diverse protocollen • Functiemix • Huisvesting en gebouwelijke zaken • Sociaalplan stg. Prisma • We roeren de grote trom (muziek binnen stg. Prisma)
5
3. Onze school SBO De Fontein is een speciale basisschool met een katholieke identiteit. Onze school staat evenwel open voor alle gezindtes en mensen met andere levensbeschouwelijke opvattingen, die de katholieke identiteit van De Fontein respecteren en onderschrijven. Onze school heet “De Fontein” want: De Fontein is een symbool, een teken voor de verscheidenheid van ieder kind. Het kind dat op een eigen wijze uitgroeit naar zijn / haar volwassenheid. 3.1 Het gebouw en de situering in wijk, gemeente Oorspronkelijk werd in 1958 de Bernadette school gebouwd aan de Past. Knippenberghstraat als regionale school voor buitengewoon onderwijs. Door ‘weer samen naar school’ bleven er steeds meer kinderen in de basisscholen waardoor het buitengewoon onderwijs kromp. De school ‘t Onderse Veld aan de Jan van de Boschstraat groeide doordat er veel nieuwe huizen in de wijk werden bijgebouwd. Hierdoor ontstond er leegstand van lokalen bij de Bernadette school en ruimte gebrek bij ’t Onderse Veld. Er werd besloten om van gebouw te wisselen. Het gebouw aan de Jan van den Boschstraat werd gerenoveerd en aangepast voor het SBO onderwijs en de school kreeg een nieuwe naam: De Fontein. De school ’t Onderse Veld kreeg de naam: De Liaan. Aangezien De Liaan nog steeds bleef groeien en SBO De Fontein lokalen over heeft, is er in het gebouw van De Fontein een dependance van De Liaan. Het huidige gebouw telt 8 klaslokalen (waarvan 4 in gebruik door De Fontein), een speelzaal, 1 lokaal voor de BSO en diverse overige ruimten. De leerlingen van SBO De Fontein komen vanuit de scholen van SWV (samenwerkingsverband) Peelkwartier. De Fontein heeft daardoor geen directe binding met de wijk. Buiten SBO De Fontein zijn er nog twee basisscholen in het dorp Helden in de gemeente Peel en Maas. 3.2 Leerlingenpopulatie SBO De Fontein is een kleiner wordende school. Afhankelijk van de ontwikkelingen binnen Passend onderwijs kan het leerlingen aantal stijgen of dalen. De leerlingen van De Fontein zijn allen afkomstig vanuit de scholen van Peelkwartier of, in geval van verhuizing, van een SO / SBO school. Indien bij een van de scholen van Peelkwartier handelingsverlegenheid ontstaat voor een van de leerlingen wordt er gezocht naar passend thuisnabij onderwijs. Als de basisschool van herkomst niet in staat is om hun onderwijs in voldoende mate aan te passen op de ontwikkelingsbehoefte van het kind, wordt gekeken of De Fontein hiervoor wel de mogelijkheden heeft. De ouders, i.s.m. de school van herkomst dienen daarvoor bij de PCL (permanente commissie voor leerlingenzorg) een verzoek tot plaatsing in. Voor verdere informatie over deze procedure kunt u kijken op de website www.peelkwartier.nl. Het percentage kinderen met een allochtone achtergrond is laag (5,97 %). Deze hebben hun oorsprong in Marokko en Suriname. 20,8 % Van de leerlingen leeft in een pleeggezin, is geadopteerd of woont in een leefgroep in een instelling. SBO De Fontein is een school met kinderen die zeer intensieve onderwijsbehoeften hebben: kinderen met een stoornis in het autistisch spectrum, kinderen met aan autisme verwante stoornissen, moeilijk- en zeer moeilijk lerende kinderen, kinderen met leerproblemen,
6
kinderen met hechtingsstoornissen, kinderen met gedragsproblemen, kinderen met A.D.H.D., O.D.D. In schooljaar 2011-2012 heeft 15 % van de leerlingen van onze school een rugzakje (LGF REC 3 & 4) en loopt er nog een aanvraag voor 6 % van de leerlingen. 3.3 SWV Peelkwartier Samenwerkingsverband Peelkwartier bestaat uit twee besturen die samen verantwoordelijk zijn voor 13 basisscholen en 1 school voor speciaal basisonderwijs. Onder de S.K.B.M. Meijel ressorteert één basisschool en onder Stichting Prisma ressorteren 11 katholieke basisscholen, één openbare basisschool en één school voor speciaal basisonderwijs. Deze 14 scholen zijn samen verantwoordelijk voor het onderwijs aan kinderen van 4 tot 12 jaar. Vanaf schooljaar 2006-2007 is de gezamenlijke verantwoordelijkheid beschreven in een zorgplan welke jaarlijks wordt geëvalueerd en bijgesteld. Dit zorgplan is beleidsarm en voldoet aan de minimale wettelijke verplichtingen. Het bestuur van SWV Peelkwartier heeft op 20 maart 2007 het besluit genomen om de financiële middelen (2%), die vanuit het ministerie ter beschikking worden gesteld, geheel ter beschikking te stellen aan De Fontein. In de schoolplannen van de scholen die binnen het SWV Peelkwartier vallen, wordt een zorgprofiel opgenomen. Het is van belang voor SBO De Fontein te weten waar de grenzen van onderwijsmogelijkheden van de basisscholen liggen zodat ze hierop kan anticiperen. De SBO-school zal, uitgaande van haar eigen concept, kinderen met specifieke onderwijsbehoeften waaraan basisscholen (nog) niet kunnen voldoen, wel die instructie en ondersteuning moeten kunnen geven. Hierin kan (moet) de SBO-school zich onderscheiden van de reguliere basisscholen en daardoor een duidelijke meerwaarde hebben. De leerkrachten van SBO De Fontein kunnen ook worden ingezet voor de ondersteuning van collega’s op de basisscholen vanuit het Bureau Passend Onderwijs van Stichting Prisma. 3.4. Context In de vorige schoolplanperiode heeft nogal wat personeelswisseling plaats gevonden. Er zijn 4 leerkrachten en 1 directeur vertrokken en 3 nieuwe leerkrachten aangesteld. Per 1 september 2010 is een nieuwe directeur benoemd, die tevens directeur is van Bs De Liaan. De eindverantwoordelijkheid van de schoolse zaken ligt bij de directeur. Deze wordt direct geadviseerd / ondersteund door de internbegeleiders en LC-leerkracht. SBO De Fontein telt op dit moment (september 2011) 34 leerlingen, 3 groepen, 7 leerkrachten (waaronder 2 IB-ers, 1 LC-er, en 1 vakleerkracht gymnastiek), 1 onderwijsassistente, 1 directeur, 1 administratieve kracht, 1 conciërge en 2 interieur verzorgsters. Daarnaast wordt gebruik gemaakt van de diensten van 1 logopediste, 1 fysiotherapeut en 1 orthopedagoog. SBO De Fontein valt onder een College van Bestuur (CvB) van stichting Prisma met één interim directeur. Van het gehele personeel m.u.v. het CvB, werken 2 mensen fulltime en 12 mensen parttime. Onder de 14 personeelsleden zijn 2 mannen, de vakleerkracht gymnastiek en de conciërge. De leeftijdsopbouw onder de personeelsleden is als volgt: 23 % > 50 ; 30,8 % 40 – 50; 38,5 % 30 – 40; 7,7% personen 20 – 30 jaar. In verband met capaciteitsvergroting zal SBO De Fontein haar partnerschap met basisschool De Liaan vergroten.
7
4. De opdracht van de school 4.1 Onze missie: De Fontein is een leef- en leergemeenschap waar met alle direct betrokkenen (kinderen, medewerkers, ouders en externe professionals) gewerkt wordt aan het realiseren van speciale leerarrangementen om kinderen met specifieke onderwijsbehoeften maximale ontwikkelkansen te bieden. Met onze didactische en pedagogische aanpak willen wij een bijdrage leveren aan de groei van ieder individueel kind naar volwassenheid op zijn/ haar eigen niveau. Daarbij stimuleren wij ontwikkeling van kennis en vaardigheden, autonomie, zelfredzaamheid, competentie en sociale interactie. Factoren als menselijke interactie, veiligheid, sfeer, vertrouwen, het opdoen van succes ervaringen, respect, (het uitdrukken van) persoonlijke gevoelens en een kritische grondhouding vinden wij essentieel. 4.2 Onze visie: Het team vindt het zeer belangrijk dat het kind zich geaccepteerd voelt in al zijn/haar facetten, waarbij de onbevangenheid van het kind behouden blijft. Wij gaan uit van een gelijkwaardige benadering, ongeacht de sexe, sociaal economische of culturele achtergrond van de kinderen. Binnen onze werkwijze zijn wij niet alleen gericht op kennisoverdracht en leren leren. Ieder kind wordt aangesproken op de eigen verantwoordelijkheid voor diens ontwikkeling en gedrag én gestimuleerd tot een zo groot mogelijke zelfredzaamheid. In het ontwikkelingsproces wordt geprobeerd een goed evenwicht te creëren tussen onderwijs op maat (aansluitend bij de mogelijkheden en interesses van het individuele kind) en sociale interactie (in een groep ervaren en respecteren dat er verschillen zijn). Genoemde uitgangspunten en visies zijn terug te vinden in de inhoud en vorm van het onderwijs zoals deze dagelijks binnen De Fontein wordt gegeven. Op basis van onze regelmatige, kritische schoolevaluatie blijven wij ons onderwijs bijstellen. 4.3 Kenmerken: SBO De Fontein is een school voor speciaal basisonderwijs die moet kunnen voldoen aan de hele specifieke onderwijsbehoeften van kinderen in SWV Peelkwartier van 4 tot 13 jaar. Hiervoor ontwikkelt de school speciale leerarrangementen voor kinderen. Wezenlijk hierbij is de samenwerking met basisscholen, speciaal onderwijs, ketenpartners zoals Bureau Jeugdzorg, MEE en School -Thuismaatschappelijk werk, bestuur en ouders/verzorgers van de kinderen op de SBO school. Alleen door een goede samenwerking kunnen we komen tot afstemming van het aanbod van de school (instructie en ondersteuning) op de onderwijsbehoeften van het kind. Het onderwijs op SBO De Fontein kenmerkt zich met name door een sterk pedagogische benadering: meer kindgericht en minder leerstofgericht meer structuur, ritme en ankerpunten voor de leerling extra aandacht voor het opdoen van succeservaringen; kansen scheppen staat centraal
8
4.3 Sterke punten (kansen) en zwakke punten (bedreigingen) Voor de in- en externe analyse is gebruik gemaakt van de schoolevaluaties van de verschillende trajecten die in de vorige schoolplanperiode zijn aangepakt en de leerlingen-, leerkracht -en oudertevredenheidpeiling (zie bijlage I). M.n. de gemeenschappelijke kansen en bedreigingen zijn uitgebreid besproken in het team. Ook zijn de volgende actuele (externe) ontwikkelingen en speerpunten van stichting Prisma besproken in hoeverre deze kansen of bedreigingen bieden voor De Fontein: - Passend onderwijs (schoolnabijheid); - IKC; wet OKE (doorgaande lijn VVE → BAO); - Groep 2-3; - opbrengstgericht werken (referentieniveaus taal en rekenen); - profilering (zowel op Prisma als op schoolniveau); - vervanging methodes; - Sociale vaardigheden / backup - zorgstructuur; - overleg structuur / werkcultuur; - co-teaching; - Vakleerkrachten; - testen/toetsen/rapportage; - verdwijnen LGF; - centralisatie: groot regionaal SWV die de gelden van Passend onderwijs beheert; - terugloop leerlingenaantal; - samenwerking met De Liaan. De resultaten zijn verwerkt in paragraaf 5.3.
9
5. Het beleid van onze school 5.1 Onderwijs aanbod In deze paragraaf worden de volgende aspecten toegelicht: • het jonge kind • vak- en vormingsgebieden • Specialistische ondersteuningsfunctie • Evaluatie en bijstelling onderwijs aanbod Het jonge kind. Over het algemeen zijn kinderen al wat ouder als ze via de PCL bij De Fontein terecht komen. Incidenteel is er vanuit het SWV behoefte om een jong risico kind (4-6 jarige) te plaatsen. In samenwerking met de bovenschoolse zorgcoördinator wordt gezocht naar een tijdelijke oplossing: een school binnen stichting Prisma met een kleine kleutergroep en deskundige leerkrachten of mogelijk een tijdelijke plaatsing in een collega SBO school welke ook een groep voor jonge risico kinderen heeft. In schooljaar 2011-2012 gaan we de mogelijkheid onderzoeken om ook kleuters in de jongste groep te plaatsen. Daarbij wordt gekeken in hoeverre we ons onderwijs zodanig kunnen inrichten dat we tegemoet kunnen komen aan de specifieke ontwikkelingsbehoefte van het jonge kind en tevens voldoende begeleiding kunnen bieden aan de andere kinderen binnen de stamgroep. Vak- en vormingsgebieden: De leerlingen werken bij de cursorische vakken (rekenen, taal, spelling, aanvankelijk-, technisch en begrijpend lezen) in niveaugroepen. In principe wordt voor de leerstof gebruik gemaakt van methoden. (Zie bijlage II) Ter ondersteuning van eventuele individuele leerlijnen worden materialen uit de orthotheek gebruikt. Voor elke leerling wordt bij binnenkomst voor de cursorische vakken een prognoselijn opgesteld welke half jaarlijks wordt geëvalueerd. In een prognoselijn wordt voor een specifiek leergebied de verwachting van de ontwikkeling van de leerling weergegeven. De prognoselijnen worden met de ouders besproken. Specialistische ondersteuningsfunctie Ook kinderen met specifieke onderwijsbehoeften zijn voortdurend in ontwikkeling. Deze kinderen hebben intensieve hulp/begeleiding nodig om zich optimaal te ontplooien. Ze hebben hulp nodig van ouders en andere opvoeders zoals gespecialiseerde leerkrachten van de school. Het onderwijs op de school dient zoveel mogelijk afgestemd te worden op de individuele instructieen ondersteuningsbehoeften van het kind en wel in goed overleg met de ouders. Afstemming t.a.v. het pedagogisch handelen is van wezenlijk belang. Omdat kinderen op SBO de Fontein specifieke onderwijsbehoeften hebben, zullen we daar in het aanbod, in de manier van lesgeven en in de begeleiding rekening mee houden. Er wordt gewerkt vanuit het zinvolle (vanuit de leerkracht) en het betekenisvolle (vanuit de leerlingen) waarbij de interactie tussen leerkracht en leerling van groot belang is. Instructie behoefte. Vanuit een veilig pedagogisch klimaat wordt onderwijs gegeven. Hierbij is een speciaal didactische (orthodidactische) benadering noodzakelijk. Enerzijds zit dit verweven in de gebruikte methodes, daarnaast uit de wijze van lesgeven. De leerkrachten zijn bekend met de ontwikkelingen binnen het (speciale) basisonderwijs en werken vanuit dit gegeven. Daarnaast kunnen extra begeleidingsmomenten worden ingezet (remedial teaching, logopedie, fysiotherapie).
10
Ondersteuningsbehoefte. SBO De Fontein heeft als school voor speciaal basisonderwijs een belangrijke opvoedkundige taak. Binnen onze school staat de orthopedagogische benadering van het kind centraal. Uitgangspunten als regelmaat, veiligheid, duidelijkheid, rust en structuur, waarbij de voorbeeldfunctie van de leerkracht heel belangrijk is, vormen de basis van het opvoedkundig handelen. Hierbij willen we zoveel mogelijk kinderen individueel vanuit hun eigen behoeften benaderen. We benadrukken dat het pedagogisch handelen een sociaal gebeuren is. Een kind zit niet alleen in een groep. De leerkracht is de spil voor de ontwikkeling van het kind. Zij / hij werkt vanuit een vertrouwensrelatie. Het pedagogisch klimaat vraagt om duidelijke gedragsregels. Als kinderen weten wat wel en niet kan, kunnen ze zich ook sociaal makkelijker ontwikkelen. Regels geven een stuk veiligheid. Binnen die structuur moet er ruimte blijven voor de eigenheid van het kind. Belangrijk binnen dit geheel is de ontwikkeling van sociale vaardigheden. Deze zijn voor elk kind van belang bij zijn/haar ontwikkeling. Het is belangrijk dat de leerkracht op de hoogte is van de leefomgeving en de beleveniswereld van ieder kind. Huisbezoek is hierbij een mogelijkheid.
Voor evaluatie en bijstelling van het onderwijsaanbod worden de volgende werkwijzen gehanteerd: Er vindt regelmatig evaluatie plaats tijdens de bouwvergaderingen. Dit kan leiden tot aanpassingen; Nieuwe ontwikkelingen die vanuit nascholing, vakliteratuur, schoolbegeleiding e.d. worden ingebracht, krijgen een zinvolle plek indien dit meerwaarde oplevert en uit te voeren is binnen de schoolorganisatie; Vanuit de trendanalyses worden, waar nodig, aanpassingen gerealiseerd; Middels ‘pilots’ (van teamleden individueel, door intervisie met collega’s, vanuit nascholing of coaching) wordt zoveel mogelijk recht gedaan aan verschillen tussen kinderen. Het resultaat van deze ‘pilots’ wordt met de directe collega’s of in teamverband besproken.
5.2 Cultuureducatie Onder cultuureducatie verstaan we alle educatieve activiteiten en vormen waarbij cultuur als doel of middel wordt ingezet. Vormen van educatie die beogen de leerlingen in contact te brengen met kunst, cultuur, erfgoed en media in actieve, receptieve dan wel reflectieve vorm. Activiteiten gericht op vergroting van deskundigheid van leraren of het onderwijsteam vallen ook onder het begrip cultuureducatie. De zorg voor het inrichten van een krachtige leer- en leefomgeving dient een gezamenlijke verantwoordelijkheid te zijn van onderwijs, cultuursector en overheid. Elk van deze partijen heeft zijn eigen verantwoordelijkheid, maar alleen een gezamenlijke inspanning leidt ertoe dat cultuureducatie tot bloei komt. Het gaat daarbij niet alleen om tijd en geld, maar ook om kennisuitwisseling, onderling overleg en samenwerking. Voor de uitvoering van onze cultuureducatieve missie en visie werken we samen met culturele instellingen en initiatieven in de omgeving, de regio, provincie en landelijk. Om de samenwerking met het veld te stroomlijnen en te coördineren hebben we een bovenschools coördinator aangesteld binnen het samenwerkingsverband CultuurPAD. Plaats van cultuureducatie binnen Stichting Prisma Binnen Stg. Prisma zijn vanuit de visie op cultuureducatie de volgende onderdelen van toepassing: cultuureducatie als visie op leren: Leren lukt alleen als het zinvol is. Zinvol leren gaat uit van betekenisvol en inzichtelijk leren in een sociale context, waarbij verbanden worden gelegd tussen de leefwereld en ervaring van de leerlingen en de kennis van een bepaald vakgebied. Cultuureducatie is van belang omdat het leerlingen leert hoe interessant leren kan zijn. cultuureducatie als bijdrage aan het leerklimaat.
11
-Cultuureducatie biedt gelegenheid om scheppend bezig te zijn; -Stimuleert mengvormen van individueel en gemeenschappelijk leren; -Doet een beroep op meerdere intelligenties; -Biedt ruimte voor eigen initiatief en reikt inspiratie aan uit vele culturen; -Kan behulpzaam zijn bij het bereiken van de kerndoelen bij andere leergebieden. cultuureducatie binnen de leergebieden -Kunst en cultuur zijn belangrijke onderdelen voor jonge mensen om in de toekomst adequaat te kunnen participeren in de samenleving; -Er vindt een overdracht plaats van culturele verworvenheden; -Er is ruimte voor individuele ontwikkeling door het opdoen van persoonlijk, vormende ervaringen. cultuureducatie als visie op vorming - Cultuureducatie is een uitwerking van het ideaal, dat de school een veel bredere taak heeft, die met vorming en opvoeding aangeduid kan worden.
Cultuureducatie op De Fontein: Cultuureducatie is een kennismaking met alle vormen van kunst, cultuur en erfgoed op een toegankelijke manier. Binnen die kennismaking speelt het actief en praktisch bezig zijn van de leerlingen een belangrijke rol. Leerlingen ontdekken en ervaren kunt, cultuur en erfgoed door ‘te doen’. Daarom heeft De fontein het volgend speerpunt voor cultuureducatie geformuleerd: ervaren door doen. Dit past bij onze leerlingen. We streven naar kleinschalige activiteiten, dicht bij de leerlingen en de school. Leerlingen maken op deze manier kennis met kunst, cultuur en erfgoed van dichtbij. Het ontdekken gebeurt door te doen te voelen, te proeven en te ruiken aan cultuur. Hierdoor ervaren leerlingen dat wat je leert, je wat doet, je raakt. De populatie kinderen van de SBO school maakt vanuit hun gezien en omgeving weinig tot nauwelijks contact met theaterbezoek. Hierin willen we graag een bijdrage leveren. Daarom streven we ernaar leerlingen tijdens hun schoolcarrière minimaal één keer kennis te laten maken met het theater. Werkwijze: In overleg tussen de coördinator op school, het team en CultuurPad is gekozen voor twee accenten: - kennismaken met theater - thematisch weken per groep met aandacht voor vertaling van de visie naar de praktijk Muziek Het invoeren van muziekeducatie nieuwe stijl op de scholen van stg. Prisma wordt in de startnotitie “We roeren de trom” beschreven. Een expertteam ontwikkelt een muziekmenu met een breed scala aan activiteiten. Het streven is een muzikale omgeving van hoge kwaliteit te realiseren, waarbij muziek aansluit bij de beleving van deze tijd en onderdeel is van cultuureducatie. Dit wordt vormgegeven in een gevarieerd Muziekmenu, dat wordt geïntegreerd in naschoolse arrangementen. Elke school kiest uit het muziekmenu activiteiten en stelt zo haar eigen muziekprogramma samen. Ook bepaalt de school wanneer deze activiteiten plaats vinden : binnen het lesprogramma, of als naschoolse activiteit. Voor de kinderen levert dit een brede basis voor muziekontwikkeling. Daarnaast wordt diepgang wordt gerealiseerd in het muziekmenu XXL d.m.v. naschoolse activiteiten per kern waarin tevens verbinding wordt gezocht met de verenigingen.
12
5.3 Planning verbeteracties
Het onderstaande totaal overzicht wordt daarna uitgewerkt in onderwijskundige, personele en financieel/materiële acties. P = plan (voorbereiden)
D = do (implementeren)
S = study (evalueren)
Verdere implementatie Veilig leren lezen, De Trek, Blauwe planeet en Natuniek. Opbrengstgericht werken (o.a. versterken van het werken met prognoselijnen) Sociale vaardigheden van het kind verbeteren(nieuwe methode?, LVS, backup etc) Zorgstructuur (o.a. IHP/GHP optimaliseren, overlegstructuur, doorgaande lijn) FoLi Technisch lezen (o.a. nieuwe methode, doorgaande lijn) Passend onderwijs (o.a. profilering van De Fontein middels bv. specialiseren, uitvoeren en realiseren hiervan) Taal / Spelling onderwijs optimaliseren (nieuwe methode, doorgaande lijn) Ontwikkeling van schoolplan 2015 - 2019
13
A = act (borgen) 2011-2012 2012-2013 P D S A P D S A X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X
X
X
X
X
X
P
2013-2014 D S A X X X X X X X X X X X X X X X X
X X
P
2014-2015 D S A
X X X
X X
X
X X
X X X X X X X
P = plan (voorbereiden)
D = do (implementeren)
S = study (evalueren)
A = act (borgen) 2011-2012 2012-2013 Verdere implementatie Veilig leren lezen, De Trek, Blauwe planeet en Natuniek, Klaarover. P D S A P D S A Onderwijskundig Acties X X X X X In de aanvang groep wordt de vernieuwde methode VLL gebruikt. Binnen de methode wordt gewerkt met verschillende niveau groepen. Dit schooljaar wordt bekeken hoe de organisatie hiervan kan worden vastgelegd in een carrouselvorm. De planning van methoden voor wereldoriëntatie (De Trek, Blauwe planeet, Natuniek) is in schooljaar 2010-2011 door de werkgroep vastgelegd. Vanaf schooljaar 2011-2012 maakt elke leerkracht een planning voor de eigen stamgroep. Ook stelt elke leerkracht een materialenlijst samen die voor dat schooljaar nodig is. Deze wordt doorgegeven aan de werkgroep. In schooljaar 2010-2011 is, voor het vak verkeer, gestart met de methode Klaar over waarin alle kerndoelen zijn opgenomen. In schooljaar 2011-2012 wordt deze verder geïmplementeerd door de inzet van de bijbehorende werkboekjes. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de software voor het digibord waarbij de kinderen levens echte situaties te zien krijgen. M.n. voor onze leerlingen doelgroep is dit van belang omdat het voorstellingsvermogen niet bij al onze leerlingen voldoende ontwikkeld is. Personeel Acties X X X X X Alle leerkrachten hebben al minimaal één jaar met de methode gewerkt. Financieel- materieel Acties X X X X X De werkgroep verzamelt en/of besteld de materialen. Dit wordt betaald vanuit de exploitatie.
14
2013-2014 P D S A X
X
X
2014-2015 P D S A
P = plan (voorbereiden)
D = do (implementeren)
S = study (evalueren)
Opbrengstgericht werken (o.a. versterken van het werken met prognoselijnen) Onderwijskundig Acties Voor alle leerlingen is voor de vakken rekenen, spelling, technisch- en begrijpend lezen een prognoselijn opgesteld. Na afname van de methode onafhankelijke toetsen worden de scores afgezet tegen de prognoselijn. Dit kan er toe leiden dat, bij positieve scores, de prognoselijn naar boven toe wordt aangepast. Indien de scores onder de prognoselijn uitkomen, wordt gezocht naar de oorzaak en een plan opgesteld hoe de leerling toch op diens prognoselijn te krijgen. Indien na langere periode blijkt dat de stoornis van betreffende leerling en dusdanig remmend effect heeft op de schoolontwikkeling, wordt i.o.m. de leerkracht, IB-er, directeur en, indien nodig, orthopedagoog de prognoselijn naar beneden toe bijgesteld. Personeel Acties De leerkrachten dagen de leerlingen uit om zich minimaal volgens hun prognoselijn te ontwikkelen. De leerkrachten gaan inventief en creatief om met de leerstof om te zoeken naar de wijze waarop de individuele leerling de leerstof alsnog eigen kan maken. Hierbij wordt ook gebruik gemaakt van collegiale consultatie en materialen uit de orthotheek. Financieel- materieel Acties Indien de IB-er nog ondersteuning nodig heeft bij het maken van een complexere prognoselijn, kan zij hiervoor de orthopedagoog van het BCO ter ondersteuning inzetten. Dit is een teruglopende voorziening die tegenover gesteld evenredig met de deskundigheidsontwikkeling van de IB-er loopt.
15
A = act (borgen) 2011-2012 2012-2013 P D S A P D S A X X X X X X
2013-2014 P D S A X X
2014-2015 P D S A X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
P = plan (voorbereiden) D = do (implementeren) S = study (evalueren) A = act (borgen) Sociale vaardigheden van het kind verbeteren (nieuwe methode?, LVS, backup etc) 2011-2012 2012-2013 P D S A P D S A Onderwijskundig Acties X X X X X X Voor het schooljaar 2011-2012 zijn twee doelen geformuleerd: 1. Ontwikkeling van visie op backup & time out en een uitwerking hoe wij deze concreet gaan invullen; 2. Duidelijkheid of, en misschien al welke, er een nieuwe methode voor sociale vaardigheden (sova) wordt aangeschaft. Personeel Acties X X X X X X X De LC-leerkracht, tevens IB-er, is de trekker van dit verbetertraject en zal deze vastleggen in een plan van aanpak. Zij spart hierover met de directeur en collega IB-er. Om de draagkracht en het eigenaarschap van het team te vergroten worden de teamleden actief ingezet bij de verschillende stappen die in de traject worden gezet. Financieel- materieel Acties X X X X X X X Waar mogelijk wordt voor ondersteuning en deskundigheidsbevordering van het team gebruik gemaakt van de ambulant begeleider REC 3 & 4. Dit verloopt budgettair neutraal. Mogelijk wordt in een volgend jaar externe ondersteuning ingezet. Dit wordt opgenomen in de begroting. Indien een nieuwe methode wordt aangeschaft wordt dit opgenomen in de begroting en zal de bekostiging plaats vinden vanuit de voorzieningen (meerjarige afschrijving).
16
2013-2014 P D S A X X
2014-2015 P D S A X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
P = plan (voorbereiden) D = do (implementeren) S = study (evalueren) A = act (borgen) Zorgstructuur (o.a. IHP/GHP optimaliseren, overlegstructuur, doorgaande lijn) 2011-2012 2012-2013 P D S A P D S A Onderwijskundig Acties X X X X X X X In schooljaar 2010-2011 is een start gemaakt met het verwerken van alle kinddossier gegevens in het digitale programma Esis B. Voor de IHP’s, GHP’s & HGPD’s moet deze slag nog worden geslagen. Het is de bedoeling dat dit in schooljaar 2011-2012 wordt gerealiseerd. Personeel Acties X X X X X X X Beide IB-ers trekken gezamenlijk, i.o.m. de directeur, dit verbetertraject. Gedurende het schooljaar vinden er werkvergaderingen plaats waarin de IB-ers de deskundigheid van de teamleden bevorderen op het gebied van IHP’s, HGPD,s en het werken in Esis B. Financieel- materieel Acties X X X X X X X Dit verbetertraject verloopt budgettair neutraal.
17
2013-2014 P D S A X X
2014-2015 P D S A X
X
X
X
X
X
X
P = plan (voorbereiden) FoLi Onderwijskundig
Personeel
Financieel- materieel
D = do (implementeren)
S = study (evalueren)
Acties In schooljaar 2011-2012 wordt gestart met taakgroepen. Tijdens een studiedag in maart 2011 hebben beide teams gezamenlijk de kansen voor de samenwerking tussen SBO De Fontein en BS De Liaan besproken. Hieruit zijn 7 items naar voren gekomen die nader worden onderzocht waarna een voorstel zal worden gedaan hoe op het betreffende gebied kan worden samengewerkt. De overkoepelende werkgroep kijkt hierbij naar de realiseerbaarheid van de voorstellen en, samen met ouders uit de MR/OR naar de ouderbetrokkenheid. Concreet houdt dit in dat de vieringen gezamenlijk georganiseerd worden en dat er voorzichtig gestart wordt met nauwere samenwerking op mogelijk andere terreinen. Acties Elk personeelslid heeft zichzelf voor een van de taak- of werkgroepen aangemeld. Hierbij is rekening gehouden met een match tussen de werkdagen van de verschillende parttime leerkrachten van beide scholen. De taakgroepen zijn zelf verantwoordelijk voor het maken van een plan van aanpak. Acties Voorlopig zullen de initiatieven budgettair neutraal dienen plaats te vinden. Er kan wel over en weer gebruik gemaakt worden van de lesmethodes en –materialen die in (een van) beide scholen gehanteerd worden.
18
A = act (borgen) 2011-2012 2012-2013 P D S A P D S A X X X X X X X
2013-2014 P D S A X X X
2014-2015 P D S A X X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
P = plan (voorbereiden) D = do (implementeren) Technisch lezen (o.a. nieuwe methode, doorgaande lijn) Onderwijskundig
Personeel
Financieel- materieel
S = study (evalueren) 2011-2012 P D S A Acties X X In schooljaar 2011-2012 wordt het technisch leesonderwijs geëvalueerd. Vanuit de evaluatie wordt geconcludeerd of er noodzaak is om ons te oriënteren op een nieuwe methode. Vanaf schooljaar 2012-2013 gaat een mogelijk traject in van het zoeken naar een nieuwe technisch lezen methode. Acties X X Alle teamleden zijn actief betrokken bij een sterkte- zwakte analyse van de technisch leesmethode en het bedenken van mogelijke oplossingen. Acties X X Voor alsnog verloopt dit traject budgettair neutraal. Indien wordt overgegaan naar de aanschaf van een nieuwe methode, dan wordt dit in de begroting opgenomen. De bekostiging vindt plaats vanuit de voorzieningen.
19
A = act (borgen) 2012-2013 2013-2014 P D S A P D S A X X X X X X X
2014-2015 P D S A X X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
P = plan (voorbereiden) D = do (implementeren) S = study (evalueren) A = act (borgen) Passend onderwijs (o.a. profilering van De Fontein middels bv. specialiseren, uitvoeren en 2011-2012 2012-2013 realiseren hiervan) P D S A P D S A Onderwijskundig Acties X X X X X X X X De ontwikkelingen binnen Passend onderwijs worden nadrukkelijk gevolgd. Zeker door de IB-ers en directeur. Indien zich kansen voordoen, om hier pro-actief op de anticiperen, worden deze zeker opgepakt. Mede vanuit het verbetertraject rondom backup, time out en sova krijgen we steeds meer duidelijk waar de grenzen van ons onderwijs liggen. Welke problematiek kunnen we uitstekend en welke problematiek kunnen we niet meer begeleiden. Wij verwachten niet dat hier een algemeen antwoord op de geven is, maar dat elke individuele aanmelding opnieuw moet worden overwogen. De grenzen zijn immers ook afhankelijk van de groepsamenstelling. Van de uitkomsten van dit traject zal de bovenschools zorgcoördinator voortdurend op de hoogte worden gehouden, zodat zij dit mee kan nemen naar de andere Prisma scholen. Personeel Acties X X X X X X X X Uitbreiding van de deskundigheid van de teamleden op het gebied van psychopathologie. Financieel- materieel Acties X X X X X X X X Een cursus psychopathologie wordt opgenomen in het scholingsplan 2011-2012 en wordt mogelijk doorgetrokken naar het scholingsplan 2012-2013. Waar mogelijk wordt informatie gegeven door de ambulant begeleider REC 3 & 4.
20
2013-2014 P D S A X X X
2014-2015 P D S A X X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
P = plan (voorbereiden) D = do (implementeren) S = study (evalueren) A = act (borgen) Taal / Spelling onderwijs optimaliseren (nieuwe methode, doorgaande lijn) 2011-2012 2012-2013 P D S A P D S A Onderwijskundig Acties X X X X X X De huidige taal-/spelling methode is verouderd. In schooljaar 2011-2012 wordt het taal-/spelling onderwijs geëvalueerd. Vanuit de evaluatie wordt geconcludeerd waar een nieuwe methode aan moet voldoen. De leerkrachten die de niveau groepen met leerstof groep 5 en hoger aanbieden onderzoeken of de taal-/spellingmethode Taal in Beeld (wordt gebruikt bij De Liaan) te gebruiken is voor onze leerlingen. Vanaf schooljaar 2012-2013 gaat traject in van het zoeken naar een nieuwe taal-/lees methode. Personeel Acties X X X X X X Alle teamleden zijn actief betrokken bij een sterkte- zwakte analyse van de taal-/lees methode. Twee leerkrachten onderzoeken de bruikbaarheid van de methode Taal in Beeld voor De Fontein. Financieel- materieel Acties X X X X X X Op het moment waarop wordt overgegaan op de aanschaf van een nieuwe methode, dan wordt dit in de begroting opgenomen. De bekostiging vindt plaats vanuit de voorzieningen.
21
2013-2014 P D S A X X X
2014-2015 P D S A X X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
P = plan (voorbereiden)
D = do (implementeren)
S = study (evalueren)
A = act (borgen) 2011-2012 2012-2013 P D S A P D S A
Ontwikkeling van schoolplan 2015 - 2020 Onderwijskundig
Personeel
Financieel- materieel
Acties Aan het eind van het traject ligt er een schoolplan voor 20152020 waarin de voor De Fontein de onderwijskundige ontwikkeling is vastgelegd. Acties Het volledige team wordt betrokkenheid bij het herformuleren van de visie, missie en beleidsvoornemens. Dit gebeurt tijdens een aantal studiedagdelen. Acties Voorafgaand aan de ontwikkeling van het schoolplan wordt een tevredenheidpeiling gehouden bij de kinderen, ouders en het team.
22
2013-2014 P D S A X
2014-2015 P D S A X X
X
X
X
X
X
X
6. De kwaliteit van ons onderwijs 6.1 Kwaliteitsbeleid Kwaliteitszorg zien we als de motor voor ons leren. Kwaliteitszorg is bepaald geen nieuw thema. Elke school wil weten wat zij aan toegevoegde waarde levert, of zij doet wat ze belooft. In dit schoolplan hoofdstuk willen we de samenhang van maatregelen laten zien, en vastleggen hoe de school de kwaliteitszorg ingericht heeft. In de scholen van Stichting Prisma is het kwaliteitsmodel van het Instituut Nederlandse Kwaliteit (INK) operationeel (zie bijlage III). In bijlage IV zijn in het INK model de verschillende kwaliteitsinstrumenten beschreven, die De Fontein hanteert om planmatig en cyclisch de kwaliteit van het onderwijs en de organisatie te meten en te verbeteren. Hiermee wordt tegemoet gekomen aan de specifieke vereisten van kwaliteitszorg op onze eigen school. Zoals de kenmerken van de leerlingen, de wensen en verwachtingen van de bij de school betrokken belanghebbenden en de eigen opvattingen over kwaliteit. De Fontein doet mee aan de interne audits van stichting Prisma die gebaseerd zijn op de WOT (wet op onderwijstoezicht) indicatoren volgens de inspectie. Vanuit de WOT hanteren we de volgende indicatoren: 1. Aanbod; 2. Tijd; 3. Pedagogisch handelen van leraren; 4. Didactisch handelen van leraren; 5. Afstemming op de onderwijsbehoeften van leerlingen; 6. Actieve en zelfstandige rol van leerlingen; 7. Schoolklimaat; 8. Zorg en begeleiding, inclusief toetsinstrumenten; 9. Opbrengsten; resultaten van leerlingen en hun voortgang in de ontwikkeling; 10. Kwaliteitszorg; de school zorgt systematisch voor behoud en verbetering van de kwaliteit van het onderwijs. In bijlage V is de planning van de kwaliteitszorg weggezet. 6.2 De PDSA cirkel De Fontein hanteert een cyclisch proces ten aanzien van het kwaliteitsbeleid. De zogenaamde PDSA cirkel (bijlage VI). Deze PDSA cyclus wordt zowel bij schoolontwikkelingen als bij het leerlingenvolgsysteem gehanteerd. Resultaten worden getoetst en afgezet tegen het te bereiken doel: voor de individuele kinderen de prognoselijn. Hiervan wordt een analyse gemaakt en de conclusie wordt vastgelegd. Op basis hiervan wordt een plan van aanpak gemaakt (kan ook zijn: gewoon goed onderwijs blijven geven/volgen), dit wordt uitgevoerd, geëvalueerd, geborgd en/of bijgesteld. 6.3 Leerlingenzorg Indeling in niveau: Binnen alle leerjaren wordt er bij de cursorische vakken (technisch lezen, rekenen, begrijpend lezen, taal, spelling) gewerkt met niveaugroepen om zo tegemoet te komen aan het verschil in onderwijsbehoefte tussen de verschillende leerlingen. Dit kan betekenen dat een kind in een andere stamgroep in een niveaugroep werkt.
23
Bij uitzondering heeft een kind een individuele leerlijn indien blijkt dat geen enkele niveaugroep aansluit bij de ontwikkeling van dit individuele kind. Jaarlijks worden, per vakgebied per niveaugroep, twee groepsplannen gemaakt: periode 1: van augustus t/m februari periode 2: van maart tot einde schooljaar Voorafgaand aan het opstellen van het plan vindt een klassenobservatie en de groepsbespreking, waarbij de Citotoetsen worden besproken, met de IB’er plaats. Zorgniveaus Binnen stg. Prisma onderscheiden we zes verschillende niveaus van zorg. De eerste drie niveaus bevinden zich nadrukkelijk binnen de school zelf. Bij de laatste drie niveaus wordt de expertise van derden ingewonnen. Alle kinderen worden ingedeeld in een zorgniveau. Dit kan per vak en/of pedagogische aanpak verschillend zijn.
5 Extern traject 4 Extern schooltraject 3 Intern schooltraject
2 groepstraject
1 Normale begeleiding
0 Goed pedagogisch en didactisch klimaat, goed klassenmanagement
24
Aanvullend onderzoek Indien de leerkracht onvoldoende ontwikkelings- / leerrendement meet, kan in overleg met de intern begeleider besloten worden om externe specialisten te raadplegen. We spreken dan van handelingsverlegenheid en er wordt een specifieke hulpvraag geformuleerd. Hierbij wordt gebruik gemaakt van het reeds opgebouwde dossier. Er kan gekozen worden voor screening / onderzoek / observatie. Hierover wordt verslag gedaan door de extern specialist aan de intern begeleider, de groepsleerkracht en de ouders. Prognoselijnen Voor elk kind, die bij De Fontein wordt aangenomen wordt een prognoselijn vastgesteld. Dit is een visualisering van de inschatting van de leerontwikkeling (leeropbrengsten) van het kind op basis van gegevens uit het dossier. Er worden prognoselijnen opgesteld voor de vormingsgebieden rekenen, begrijpend lezen, technisch lezen en spelling voor de lange termijn (uitstroombestemming). De prognoselijn met het daarbij behorende ontwikkelingsperspectief is geen doel op zich maar een middel om de ontwikkeling van het kind zo optimaal mogelijk te laten verlopen. SO / LGF cluster 1-2-3-4 Als blijkt dat de problematiek van het kind dermate complex en zorgwekkend is dat het niet meer mogelijk is om op een adequate manier hier binnen het primair onderwijs een antwoord te kunnen geven, kan er voor gekozen worden om voor de leerling LGF aan te vragen. Als LGF is afgegeven kunnen ouders in principe kiezen of ze hun kind op De Fontein willenen houden (met ondersteuning van ambulante begeleiding) of dat ze hun kind willen plaatsen in het speciaal onderwijs. In sommige gevallen heeft De Fontein en zodanige handelingsverlegenheid dat in de aanvraag al gekozen wordt voor indicatie voor plaatsing in het SO. Het leerlingvolgsysteem (LVS) Met het leerlingvolgsysteem kunnen we vaststellen, hoeveel ontwikkeling de leerlingen in een bepaalde periode hebben doorgemaakt en waar nog hiaten zitten. Deze informatie is onmisbaar voor goed onderwijs. We gebruiken hiervoor methode onafhankelijke toetsen. Afhankelijk van in welk leerstofjaar de leerling werkt, wordt de overeenkomstige toets afgenomen. Werkt de leerling bv. In halverwege groep 4 leerstof, dan wordt voor dat van Cito M4 afgenomen. Met de uitslag van de toetsen kunnen we evalueren hoe de leerling zich ontwikkeld in relatie tot de prognoselijn. Wij gebruiken hiervoor de volgende toetsen: Cito WST2011 Woordenschat Cito LWS Leeswoordenschat AVI2009 Analyse van individuele leesvorderingen Cito DMT2009 Drie Minuten Toets Cito BL2011 Begrijpend lezen Cito LT Luistertoets Cito SP2011 Spelling Cito RW2011 Rekenen en wiskunde K = klassikaal
I = individueel
25
K K I I K K/I K K
7. Personeelsbeleid en organisatieontwikkeling Het personeelsbeleid van onze school is afgeleid van het integraal personeelsbeleid dat binnen het stichting Prisma gemeenschappelijk voor de scholen is ontwikkeld. Taakbeleid Vanuit het taakbeleid worden de taken over de teamleden verdeeld. Hierbij wordt getracht zoveel mogelijk rekening te houden met ieders competenties. De uren per taak worden, naast de lesgebonden en niet lesgebonden taken opgenomen in de normjaartaak van het betreffend teamlid. Op deze wijze krijgt ieder inzicht in de besteding van de uren. Gesprekkencyclus Jaarlijks vindt met de directeur een functioneringsgesprek plaats waarin tevens de ontwikkelpunten voor het POP (persoonlijk ontwikkelingsplan) worden besproken. Elk teamlied schrijft een eigen POP. Eens in de drie jaar vindt een beoordelingsgesprek plaats. Functiemix Indien een leerkracht in aanmerking wil komen voor een LC-functie, dient er een beoordelingsgesprek te hebben plaats gevonden waarbij de betreffende leerkracht op vastgestelde competenties op excellent niveau is beoordeeld. De betreffende leerkracht maakt in een portfolio duidelijk aan de vereiste competenties te voldoen. Zie verder het Prisma beleidsstuk m.b.t. functiemix. Bekwaamheidsdossier Vanuit de wet BIO is het de bedoeling dat voor elke leerkracht een bekwaamheidsdossier wordt opgebouwd. Stg. Prisma en ook De Fontein streeft ernaar om elk teamlid verantwoordelijk te maken voor het eigen bekwaamheidsdossier. De basis is in het personeelsarchief reeds aangelegd. Scholing In mei wordt de teamleden gevraagd of en waarvoor zij graag in het navolgende schooljaar scholing ontvangen. De voorkeur gaat ernaar uit dat deze aansluit bij de school- en/of loopbaanontwikkeling. Waar mogelijk worden cursussen naar Prisma gehaald om zo de kosten de drukken. Dit geldt o.a. voor de BHV cursussen en Waardevol communiceren. Leerkrachten worden gestimuleerd om voor de langdurige, duurdere cursussen gebruik te maken van de lerarenbeurs. Vanaf schooljaar 2011-2012 krijgt elke school van stg. Prisma het beheer over een eigen scholingsbudget. De aangevraagde scholing wordt weggezet in een nascholingsplan en ingebracht in het team en de MR. Mobilitiet / Bapo / Ouderschapsverlof Elk voorjaar wordt vanuit stg. Prisma onder het personeel geïnventariseerd wie er in aanmerking wil komen voor mobiliteit, Bapo of ouderschapsverlof. Indien een personeelslid voldoet aan de vereisten, wordt Bapo en ouderschapsverlof toegekend en verwerkt in de inzet van betreffend personeelslid. Door de terugloop van leerlingen is het moeilijk om aan mobiliteit wensen te voldoen. Voor de effecten die de krimp heeft op de inzet van het personeel is op Prisma niveau een sociaalplan opgesteld en in werking gezet. Arbo ziekteverzuim Ziekteverzuim wordt geregistreerd in de “verzuimmeester”. Een digitaal programma, ontwikkeld door de Arbo unie. Ook de arbo arts doet hierin verslag van de consulten. De directeur treedt op als casemanager. Wat betreft het toekennen van verlof, worden de CAO richtlijnen gehanteerd.
26
8. Informatie en communicatietechnologie ICT is niet meer weg te denken uit de maatschappij en uit het onderwijs. Het wordt voor meerdere doeleinden ingezet: - Als didactische ondersteuning waarbij kinderen middels een interactief programma zelfstandig door de leerstof gaan. Hierbij zijn de resultaten door de leerkracht te volgen. - Als motivatie voor kinderen die het moeilijk vinden zich te concentreren maar via digitale programma’s geboeid raken voor de leerstof. - Als extra oefenstof en /of remediërende lesstof. - Voor het maken van en de presentatie van werkstukken aantrekkelijker te maken. - Voor het vastleggen van resultaten en het maken van trendanalyses. - Voor het vastleggen en archiveren van beleid. - Voor dossiervorming op alle niveaus. - Voor informatie verwerving via Internet. - Maar ook voor communicatie via de website en de mail.
27
9. Huisvesting, inricht en financiën 9.1 Huisvesting Binnen stg. Prisma is een ontwikkeling aan de gang m.b.t. het fysiek integreren van de BSO en PSZ in de scholen. Een van de ruimtes in het gebouw van De Fontein wordt gedurende drie dagen per week gebruikt door de BSO. Onderwijs bloeit als het plaatsvindt in een omgeving die past bij kinderen en de activiteiten die zij doen. De inrichting en de kwaliteit van de gebouwen dragen bij aan de kwaliteit van het onderwijs in algemene zin. Aan schoolgebouwen worden specifieke eisen gesteld. Prisma streeft er naar de gebouwen zonodig en waar mogelijk aan te passen en geschikt te maken voor het specifieke concept van de school. De aspecten huisvesting en het meerjarig onderhoudsplan vallen onder de verantwoordelijkheid van het bestuur. U kunt dit terug vinden in het Strategisch beleidsplan van stg. Prisma. Om de kwaliteit van de schoolgebouwen inzichtelijk te maken wordt jaarlijks een risico inventarisatie uitgevoerd, waarin o.a. criteria als veiligheid, uitstraling en ruimte (intern en extern) een prominente plaats hebben. Uit deze inventarisatiet wordt het jaarlijkse onderhoud opgesteld. Bovenschools is er een onderhoudsmedewerker die zorg draagt voor de coördinatie en uitvoering . Wat betreft de veiligheid vanuit de Arbo normen, vindt er ieder 4 jaar een RI&E (risico inventarisatie en evaluatie) plaats van waaruit een plan van aanpak wordt opgesteld en jaarlijks wordt geëvalueerd en, indien nodig, bijgesteld. 9.2 Financiën De financiën worden op stichtingsniveau opgepakt. Elke directeur maakt, i.o.m. de financieel medewerker van stg. Prisma, een begroting voor het erop volgend kalenderjaar. Deze begroting wordt in de eigen MR besproken. De scholen verzorgen zelf de bestellingen en de rekeningen worden op stichting niveau verwerkt. Na afloop van elk kwartaal krijgt de directeur een overzicht van de exploitatie om zo op de uitgaven te kunnen sturen. De financiële functie binnen de Stichting Prisma is de laatste jaren sterk in ontwikkeling. Invoering van de lumpsum financiering, governance in het onderwijs en professionalisering van de organisatie hebben geleid tot doorontwikkeling van het financiële beleid. Het financiële beleid met bijbehorende instrumenten is onder te verdelen in: financieel management, planning & control cyclus, risicomanagement, treasury, administratieve organisatie, interne controle en governance. Tevens is het raadzaam om de administratieve organisatie te borgen teneinde de continuïteit te waarborgen. Het financieel beleid van Prisma is er op gericht de beschikbare middelen dusdanig in te zetten dat aan de schooldoelen en stichtingsdoelen wordt voldaan en de continuïteit van de stichting op lange termijn gewaarborgd blijft. U kunt dit terug vinden in het Strategisch beleidsplan van stg. Prisma.
28
10. Overzicht bijlagen I. II. III. IV. V. VI. VII. VIII. IX.
Samenvatting Leerling-, leerkracht en oudertevredenheidpeiling Resultaten onderzoek naar kwaliteitsverbetering Bs De Fontein Lesmethoden in onze school Het INK model Kwaliteitsinstrumenten De Fontein Planning kwaliteitszorg De Fontein De PDSA cirkel Zorgniveaus Zorgprofiel Afkortingenlijst
29
11. Instemming medezeggenschap en vaststelling bevoegd gezag De medezeggenschapsraad van SBO De Fontein heeft haar instemming verleend aan het schoolplan 2011-2015.
Voorzitter naam:
secretaris naam:
Helden … -…-2011
Het bevoegd gezag van de school heeft het schoolplan van SBO De Fontein vastgesteld. Namens het bestuur van de Stichting Prisma,
Dhr. M.A.E. Rutten, Ad Interim Voorzitter College van Bestuur
Panningen, …-…-2011
30
Bijlage I Punten die door meerdere geledingen, personeel (P), leerlingen (L) en ouders (O), genoemd worden in de tevredenheidpeiling 2010:
P P O P L P O P O P L O P L O L P O P L L O P L P L O P L O P L L O L O L O L L O L O L O
Pluspunten van onze school Hygiëne binnen de school
% 100
Hygiëne en netheid binnen de school Uiterlijk van het gebouw
96 100
Sfeer en inrichting schoolgebouw Sfeer en inrichting schoolgebouw Sfeer op school
86 96 100
Contact met leerlingen Omgang met de juf of meester Omgang leerkracht met de leerlingen Benutting ICT-mogelijkheden Werken met de computer Aandacht voor werken met computer Moeilijkheidsgraad computerwerk Aandacht voor normen en waarden Aandacht voor normen en waarden
100 87 93 100 82 96 87 86 86
Duidelijkheid van regels Duidelijkheid voor schoolregels
Kritiekpunten van onze school
%
Netheid binnen de school
29
De buitenkant van het schoolgebouw
21
Sfeer in de klas
18
Aanpak pestgedrag Beperking van pesten van andere kinderen Beperking van het gepest worden aandacht voor pestgedrag Schoolimago Vergelijking met andere scholen Rust en orde op school Rust in de klas Regels, rust en orde op school Duidelijkheid schoolregels
71 28 26 18 71 21 43 44 18 29
Extra mogelijkheden snelle leerlingen Extra opdrachten bij snel werken
29 41
Aantrekkelijkheid van overblijven
44
het vak aardrijkskunde Het vak geschiedenis
36 28
Het vak rekenen
21
Beperking van ruzie in de groep Omgang van de kinderen onderling
31 43
85 93
Uitstapjes met de klas Aandacht voor uitstapjes/excursies Gymnastiekles Aandacht voor gymnastiek
95 86 92 100
Overblijven tussen de middag
93
Aandacht voor wereldoriëntatie
93
Aandacht voor rekenen
96
31
Bijlage II (Lesmethoden in onze school voor de groepen 3 t/m 8)
Gebruikte lesmethoden: Instrumenteel – cursorische vakken: Aanvankelijk lezen Technisch lezen Begrijpend / studerend lezen Nederlandse taal Rekenen - wiskunde Schrijven Wereldoriëntatie: Aardrijkskunde Geschiedenis Natuurkennis en gezond gedrag Sociale vaardigheden Verkeer
Musisch – expressieve vakken: Muziek
Bewegingsonderwijs Tekenen en handvaardigheid
Veilig Leren Lezen Leeslijn TEKST verwerken Zin in Taal Alles Telt Pennenstreken
De Blauwe Planeet De Trek Natuniek STiP Sociale Training in Praktijk Klaar over Lesbrieven 3VO
Muziek moet je doen Lessenplan vakleerkracht Planmatig bewegingsonderwijs Moet je doen
32
Bijlage III (Het INK model)
Kwaliteitszorg
1.
2.
4.
Visie
Besturing
Personeelsbeleid
Missie & Identiteit
a. leiderschap & Management b. cultuur & klimaat
6. Management van processen
3.
8. Waardering leerlingen/ouders
Onderwijskundig beleid
9. Waardering door derden
5. Middelen beleid
Organiseren/Plan
Uitvoeren/ Do
Leren & Verbeteren/Act
33
7. Waardering door personeel
Meten/study
10. Resultaten
Bijlage IV (Kwaliteitsinstrumenten van De Liaan weggezet in het INK model) Visie en Beleid - Prisma beleid - Directieplan - Schoolplan - Jaarplan - Jaarverslag - Schoolgids
Personeel - Cyclus POP-FG-BG - Teamoverleg - Nascholingsbeleid - Taakbeleid - Coaching Leiderschap - Cyclus POP-FG-BG - Management gesprek - Inspectie onderzoek Cultuur – klimaat - FG personeel - Schoolevaluatie - Tevredenheidpeiling - Plan van aanpak ARBO Middelen - Methoden - Groepsplannen - Zorgniveaus - HGPD formulieren - Meerjarenplan begroting - Diagnose-instrumenten - Orthotheek
Processen - Format verbetertrajecten - Leerlingenbespreking - Intervisie - HGPD-model - Handelingsplannen - Methodegebonden toetsen - Cito toetsen - LWOO onderzoek - Groepsobservaties - Management gesprekken - Inspectie: BO-PKO - Maatschappelijke gebeurtenissen - Wereldgebeurtenissen
34
Waardering Personeel - FG & BG - Tevredenheidspeiling - Teamvergadering - Schoolevaluatie Waardering Klanten - Ouder + leerlingtevredenheidpeiling - MR + OR Waardering Maatschappij - Dorpsraad - De Liaan (buurschool) - Peuterspeelzaal; voor- en naschoolse opvang - Voortgezet onderwijs - Krant, media, tv
Resultaat – opbrengst - Trendanalyse - ESIS-B - Schoolevaluatie - Methode-toetsen - diagnostische toetsen - ASV-ARBO (RI&E = Risico Inventarisatie en Evaluatie)
Bijlage V (Planning kwaliteitszorg De Fontein) Lopende het schooljaar - Teamoverleg vrijwel wekelijks - LC / directie overleg 1x per maand - IB/ directie overleg 1x per maand - Handelingsplannen indien nodig - Methodegebonden toetsen volgens methodeplanning - Cito-toetsen volgens jaarrooster - ARBO-plan van aanpak 1x per jaar evaluatie Eenmaal per jaar - Jaarverslag - Jaarplan - Schoolgids deel II * - Managementgesprekken (twee maal per jaar) - Inspectie BO of PKO - Taakbeleid Vier-jaarlijks - Schoolplan-evaluatie - Schoolplan (4-jarenbeleidsplan) - Schoolgids deel I* - Leerlingtevredenheidpeiling - Oudertevredenheidpeiling - Algemene Schoolverkenning ARBO - Beoordelingsgesprekken
- Directieberaad - MR - OR
1x per maand indien bespreekpunten aanwezig 8x per jaar
- POP-gesprekken / FG - Groepsobservaties - Schoolevaluatie - LWOO toets - Trendanalyses n.a.v. toetsgegevens
* Schoolgids deel I bevat schoolbeleid en algemene informatie voor de duur van het schoolplan * Schoolgids deel II bevat vakantierooster en veranderende informatie voor de duur van één schooljaar
35
Bijlag VI (De PDSA cirkel)
Act: Borg de verbetering; continueer verbetering
Plan: Beschrijf het verbeteronderwerp, meet de huidige situatie,analyseer de oorzaken. Stel een verbetertheorie op.
Study: Bestudeer de resultaten
Do: Voer de verbeteracties uit
36
Afkortingenlijst: AB = Ambulante Begeleiding ADHD = attention deficit and hyperactivity disorder = een tekort in het aandachtsvermogen waarbij in veel gevallen hyperactiviteit bij komt. ASV-ARBO: Algemene School verkenning AVL = aanvankelijk lezen BB = bovenbouw BC = bouwcoördinator(en) BCO = begeleidingscentrum voor onderwijs en opvoeding BG = Beoordelingsgesprek BO = Bureau Onderzoek BPO = Bureau Passend Onderwijs CITO = centraal instituut toetsontwikkeling CvB = college van bestuur DOT = dyslexie opsporingstest FG = Functioneringsgesprek HGPD = Handelings Gerichte Proces Diagnostiek IB-er = intern begeleider ICT = informatie communicatie technologie IDT = Inter Disciplinair Team IHP = Individueel Handelings Plan LGF = leerling gebonden financiering LVS = leerlingen volgsysteem MB = middenbouw MR = medezeggenschapsraad OB = onderbouw OR = ouderraad PCL = Permanente Commissie Leerlingenzorg PDD NOS = pervasive developmental disorder not ontherwise specified = pervasieve contact stoornis die niet op andere wijze omschreven kan worden. PKO = Periodiek Kwaliteitsonderzoek POP = persoonlijke ontwikkelingsplan REC = regionaal expertise centrum RI&E = risico inventarisatie en evaluatie RST = regulier schooltoezicht RT = Remedial Teaching RvT = raad van toezicht S(B)O = Speciaal (Basis) Onderwijs SCOL = Sociale Competentie Observatie Lijst SMART = specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch, tijdsgebonden = geformuleerde actiepunten moeten op deze aspecten meetbaar zijn. SVO = Speciaal Voortgezet Onderwijs VBO = voorbereidend beroepsonderwijs w.o.= wereldoriëntatie WOT = Wet op het Onderwijs Toezicht WPO = wet primair onderwijs WSNS = weer samen naar school
37