Scholen tevreden over rendement ICTinvesteringen

Grote Bickersstraat 74 1013 KS Amsterdam Postbus 247 1000 AE Amsterdam t 020 522 54 44 f 020 522 53 33 e [email protected] www.tns-nipo.com

Rapport

Scholen tevreden over rendement ICTinvesteringen Onderzoek onder ICT-management in het primair- en voortgezet onderwijs Tom van der Horst / Anna Giling

E1795c | november 2005 Bestemd voor: Stichting Ict op School Den Haag

Inhoud

1 1.1 1.2 1.2.1 1.2.2 1.3

2 2.1 2.2 2.2.1 2.2.2 2.3 2.4 2.4.1 2.4.2 2.4.3 2.5 3 3.1 3.2 3.3 4

5

Inleiding

1

Computergebruik in primair onderwijs blijft toenemen Meerderheid scholen in (ver)gevorderde fase van computergebruik voor onderwijsdoeleinden Gebruik computers en kennisniveau onder leraren Beperkte groeiruimte in primair onderwijs, sterke groei verwacht in voorgezet onderwijs ICT-managers zien nog steeds een toename van het kennisniveau van leraren, maar kennisoverdracht blijft gewenst Tekstverwerking en oefenprogramma’s en opzoekfuncties belangrijkste toepassingen

2

Stabilisering aandacht voor ICT-infrastructuur en aanwezigheid beleidsnotities ICT-infrastructuur nog steeds meeste aandacht ICT-beleidsplan meestal aanwezig, niet altijd gebruikt Ruime meerderheid heeft een ICT-beleidsplan Een derde heeft wel een beleidsplan maar gebruikt het niet Aandeel scholen met financieringsplan blijft stijgen Tevredenheid over ICT-voorzieningen, beheer en rendement van investeringen blijft toenemen Beoordeling ICT-voorzieningen zeer positief Beheer en onderhoud computervoorzieningen eveneens toereikend Tevredenheid ICT-managers over rendement gedane ICT-investeringen stabiel Belang van ICT voor schooldirectie hoog Voor de (nabije) toekomst verschuiving aandacht naar kennis en vaardigheden Gebruik van ICT en het stimuleren van het gebruik van computers in de klas hoge prioriteit Grote behoefte aan aandacht voor kennis en vaardigheden Beleid om lichamelijke klachten computergebruik tegen te gaan

2 4 4 6 8

10 10 12 12 14 16 18 18 20 22 24

26 26 28 32

Meeste behoefte aan computerprogramma’s waarmee leerlingen zelfstandig kunnen werken en aan leerlingenadministratiesystemen

36

Samenwerkingsverbanden meest genoemd, belang van Stichting Ict op School sterk toegenomen bij ondersteuning computergebruik

38

Scholen tevreden over rendement ICT investeringen | E1795c | © TNS NIPO | november 2005 |

6 6.1 6.2 6.3 6.4 6.5 6.6

Stichting Ict op School: bekendheid stabiel, waardering groeit gestaag Naamsbekendheid Stichting Ict op School gelijk gebleven Nieuwsbulletin en website bekendste communicatiemiddelen Imago Ict op School: informatief, deskundig en van en voor scholen Activiteiten Ict op School als betekenisvol ervaren Belang website voor integratie ICT op school licht toegenomen Ict op School scoort een ruime voldoende

40 40 42 46 48 50 52

7

Samenvatting

53

1 2 3 4 5

Bijlagen Onderzoeksverantwoording Methode van onderzoek: CATI Vragenlijst Tabellen Open antwoorden

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15

Inhoud figuren en tabellen Hoe zou u het computergebruik voor onderwijsdoeleinden op uw school het beste typeren? Hoe zou u het computergebruik voor onderwijsdoeleinden op uw school het beste typeren? Gebruik van computers in de klas door leraren in het basisonderwijs Gebruik van computers in de klas door leraren in het voortgezet onderwijs Kennisniveau computertoepassingen in lesmethode leraren in het primair onderwijs Kennisniveau computertoepassingen in lesmethode leraren in het voortgezet onderwijs Hoe vaak gebruiken leerlingen in het basis onderwijs gemiddeld de volgende computertoepassingen? Subtotaal dagelijks of wekelijks. Hoe vaak gebruiken leerlingen in het voortgezet onderwijs gemiddeld de volgende computertoepassingen? Subtotaal dagelijks of wekelijks. Kunt u voor elk van deze activiteiten in procenten aangeven hoe intensief uw school zich hiermee tot nu toe heeft beziggehouden? Kunt u voor elk van deze activiteiten in procenten aangeven hoe intensief uw school zich hiermee tot nu toe heeft beziggehouden? Aanwezigheid beleid of beleidsplan op uw school dat al dan niet wordt uitgevoerd Aanwezigheid beleid of beleidsplan op uw school dat al dan niet wordt uitgevoerd Wordt bestaand ICT-beleidsplan ook gebruikt? Wordt bestaand ICT-beleidsplan ook gebruikt? Heeft u een meerjarig financieringsplan?- Primair onderwijs


2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

16 17 18 19 20 21

Heeft u een meerjarig financieringsplan? ICT-voorzieningen primair onderwijs ICT-voorzieningen voortgezet onderwijs Beheer en onderhoud computervoorzieningen in het primair onderwijs Beheer en onderhoud computervoorzieningen in het voortgezet onderwijs Bent u over het rendement dat de gedane investeringen op het gebied van ICT tot nu toe binnen uw school hebben opgeleverd… 22 Bent u tevreden over het rendement dat de gedane investeringen op het gebied van ICT tot nu toe binnen uw school hebben opgeleverd…? 23 Kunt u aangeven hoe belangrijk de schooldirectie het onderwerp computergebruik in de lessen vindt in vergelijking met andere onderwerpen die aandacht vergen? 24 Kunt u aangeven hoe belangrijk de schooldirectie het onderwerp computergebruik in de lessen vindt in combinatie met andere onderwerpen die aandacht vergen? 25 Welke van de volgende activiteiten hebben een hoge prioriteit?* 26 Welk van de volgende activiteiten hebben een hoge prioriteit? 27 Aandachtsgebieden die de hoogste prioriteit zouden moeten krijgen in het primair onderwijs 28 Aandachtsgebieden die de hoogste prioriteit zouden moeten krijgen in het voortgezet onderwijs 29 Aandachtgebieden: situatie tot nu toe versus toekomstig gewenste prioriteit in het primair onderwijs 30 Aandachtgebieden: situatie tot nu toe versus toekomstig gewenste prioriteit in het voortgezet onderwijs 31 Is er in de school een beleid aanwezig dat er op is gericht om te voorkomen dat leerlingen na computergebruik klachten hebben? 32 Bent u ,of is uw school, van plan beleid te ontwikkelen dat er op gericht is te voorkomen dat leerlingen na computergebruik pijn hebben in handen, polsen, armen, schouders of nek? 33 Is er in de school een beleid aanwezig dat er op is gericht om te voorkomen dat leerlingen na computergebruik klachten hebben? 34 Bent u ,of is uw school, van plan beleid te ontwikkelen dat er op gericht is te voorkomen dat leerlingen na computergebruik pijn hebben in handen, polsen, armen, schouders of nek? 35 Is de behoefte aan…….. zeer groot? Scholen in het primair onderwijs 36 Is de behoefte aan…….. zeer groot? Scholen in het voortgezet onderwijs 37 Welke groepen of instanties hebben uw school het afgelopen jaar in belangrijke mate ondersteund op het gebied van computergebruik?- Primair onderwijs 38 Welke groepen of instanties hebben uw school het afgelopen jaar in belangrijke mate ondersteund op het gebied van computergebruik?- Voortgezet onderwijs 39 Naamsbekendheid Stichting Ict op School 40 Naamsbekendheid Stichting Ict op School 41 Bekendheid specifieke producten / diensten – Primair onderwijs 42 Rapportcijfers voor de verschillende diensten


17 18 19 20 21 22 23

24

25 26 27 28 29 30 31 32

33 34

35 36 37 38 39 40 41 42 43

43 44 45 46 47 48 49 50 51

Bekendheid specifieke producten / diensten – Voortgezet onderwijs Rapportcijfers voor de verschillende diensten In welke mate bent u het eens of oneens met de volgende imago stellingen? (helemaal) mee eens In welke mate bent u het eens of oneens met de volgende imago stellingen? (helemaal) mee eens Belang hoofdactiviteiten Ict op School, (zeer) belangrijk – Primair onderwijs Belang hoofdactiviteiten Ict op School, (zeer) belangrijk – Voortgezet onderwijs Gebruik website www.ictopschool.net Gebruik website www.ictopschool.net Totaaloordeel


44 45 46 47 48 49 50 51 52

Inleiding

Achtergrond In 2001, 2002, 2003 en 2004 heeft TNS NIPO voor Stichting Ict op School verschillende bekendheids-, imago- en gebruikersonderzoeken uitgevoerd. In navolging hierop heeft Stichting Ict op School aan TNS NIPO gevraagd ook in 2005 een meting uit te voeren. Ict op School is benieuwd in welke mate scholen in het primair - en voortgezet onderwijs het afgelopen jaar ICT verder hebben geïntegreerd in de lessen. Ook vindt Ict op School het belangrijk meer inzicht te krijgen in de wensen, behoeften, verwachtingen en ambities van haar doelgroepen bij de integratie van ICT in het onderwijs. Wat betreft haar eigen rol wil Ict op School meer weten over haar imago, en het gebruik en waardering van haar producten. Doelgroep Het totale onderzoek heeft binnen het primair - en voortgezet onderwijs plaatsgevonden en is gehouden onder de volgende doelgroepen:  De regionale samenwerkingsverbanden;  De schoolbesturen;  ICT-management / directeuren;  Docenten. In dit document zullen de belangrijkste resultaten worden weergegeven van het onderzoek onder ICT-management / directeuren. Doel van het onderzoek Stichting Ict op School wil met dit onderzoek meer inzicht verkrijgen in de ambities van scholen en samenwerkingsverbanden op het gebied van ICT en de ondersteuning die Ict op School kan bieden om deze ambities te realiseren. Ook wil zij terugblikken op het afgelopen jaar en achterhalen wat de relevantie is van de producten en diensten van Ict op School voor het huidige ICT-gebruik. De resultaten van het onderzoek geven inzicht in:  Stand van zaken ICT-gebruik in het onderwijs;  Wensen / behoeften aan ondersteuning in de toekomst;  Belang van samenwerking;  Bekendheid en imago van Stichting Ict op School;  Gebruik en waardering van de producten en diensten (bv. de website). Methode en steekproef Voor een beschrijving van de gebruikte methode en steekproef verwijzen wij naar de onderzoeksverantwoording in de bijlagen. De resultaten van 2005 worden gepresenteerd in het perspectief van ontwikkelingen in de tijd. Hiervoor zijn gegevens uit voorgaande metingen gebruikt.

Scholen tevreden over rendement ICT investeringen | E1795c | © TNS NIPO | november 2005 | 1

1

Computergebruik in primair onderwijs blijft toenemen

1.1

Meerderheid scholen in (ver)gevorderde fase van computergebruik voor onderwijsdoeleinden

Aan het ICT-management is gevraagd het computergebruik voor onderwijsdoeleinden te verdelen over vier typeringen. De verschuiving van beginnend naar gevorderd gebruik die in de laatste metingen zichtbaar was, zet door in het primair onderwijs. In het voortgezet onderwijs is het aandeel gevorderd gebruik iets afgenomen. Daar staat tegenover dat niet alleen de oriëntatie op de mogelijkheden en het beginnend gebruik zijn toegenomen, maar ook het aandeel vergevorderd gebruik is gestegen. Zeven op de tien (71%) van de basisscholen typeren het computergebruik voor onderwijs als gevorderd en nog eens 6% als vergevorderd. In 2001 was dit samen nog maar 37%. Hoewel een op de vier scholen zich nog altijd in de beginfase (oriëntatie en beginnend gebruik) bevindt (23%), is dit aandeel voor het derde jaar op rij gedaald. 1 | Hoe zou u het computergebruik voor onderwijsdoeleinden op uw school het beste typeren? Primair onderwijs

% 80 70 60 50

2001 2002 2003

40

2004 2005

30 20 10 0 Geen gebruik, ook nog geen plannen

Oriëntatie op de mogelijkheden

Beginnend gebruik

Gevorderd gebruik

Vergevorderd gebruik

Bron: TNS NIPO, 2005


In het voortgezet onderwijs zien we een afname van het aandeel van gevorderd gebruik van 72% in 2004 naar 61% in 2005. Het vergevorderde gebruik is toegenomen van 11% naar 16%, maar ook het beginnend gebruik is wat toegenomen. 2 | Hoe zou u het computergebruik voor onderwijsdoeleinden op uw school het beste typeren? Voortgezet onderwijs % 80 70 60 50

2001 2002

40

2003 2004

30

2005

20 10 0 Geen gebruik, ook nog geen plannen

Oriëntatie op de mogelijkheden

Beginnend gebruik

Gevorderd gebruik

Vergevorderd gebruik



1.2

Gebruik computers en kennisniveau onder leraren

1.2.1

Beperkte groeiruimte in primair onderwijs, sterke groei verwacht in voorgezet onderwijs In 2005 maakt in het primair onderwijs zo’n 84% van alle leerkrachten gebruik van computers in de klas. Het vertrouwen in de groei van het computergebruik in de lessen is na de lage groeiverwachting van vorig jaar weer gestegen naar 96%. In 2002 maakte 72% van de docenten gebruik van de computer en werd verwacht dat in 2005 93% van de docenten een computer zou gebruiken. Het computergebruik in 2005 is 12% hoger dan dat in 2002, maar de verwachte groei van 21% is niet gehaald. De groeiontwikkeling van 2002 tot en met 2005 laat echter zien dat hoewel het computergebruik gestaag blijft toenemen, de groei sinds 2002 is afgenomen. 3 | Gebruik van computers in de klas door leraren in het basisonderwijs % 100

Primair onderwijs

96

95

93

89

90 79

80

84

82

72 70 60 50 40 30 20 10 0 2002

2003 2004 Percentage leraren dat momenteel gebruik maakt van computers in de les

2005

Percentage leraren dat over 3 jaar gebruik maakt van computers in de les



In het voortgezet onderwijs maakt zo’n 47% van de leraren in de klas gebruik van de computer. Dit is iets lager dan in 2004. Voor 2008 verwachten de ICT-managers in het voortgezet onderwijs dat 69% van de docenten gebruik maakt van een computer in onderwijssituaties. De verwachting is 3% naar beneden bijgesteld ten opzichte van de verwachting die in 2004 voor 2007 werd opgesteld, maar is nog steeds zeer optimistisch als wordt gekeken naar de werkelijke stijging die zich sinds 2002 heeft voorgedaan . 4 | Gebruik van computers in de klas door leraren in het voortgezet onderwijs Voortgezet onderwijs

% 80

72 70

69

68

66

60 52 50

47

44

41 40 30 20 10 0 2002

2003 2004 Percentage leraren dat momenteel gebruik maakt van computers in de les

2005

Percentage leraren dat over 3 jaar gebruik maakt van computers in de les



1.2.2

ICT-managers zien nog steeds een toename van het kennisniveau van leraren, maar kennisoverdracht blijft gewenst Het percentage leraren in het basisonderwijs dat voldoende of goed op de hoogte is van de mogelijkheden die ICT te bieden heeft, is in elke meting toegenomen. In 2005 zijn vier op de vijf docenten (81%) in het primair onderwijs op de hoogte van de mogelijkheden van ICT. Na 2002 neemt het aandeel dat matig tot slecht op de hoogte is, steeds langzamer af. Het lijkt er op dat er een harde kern overblijft van docenten die moeite hebben met computergebruik. Het aandeel leraren dat goed tot uitstekend op de hoogte is van computertoepassingen, is toegenomen tot 29%.

5 | Kennisniveau computertoepassingen in lesmethode leraren in het primair onderwijs % 100

Primair onderwijs

1 5

1

1

25

23

10

90

29

80 70

46

45

60

Weet niet 44

50

Goed / uitstekend 54

53

40

Voldoende Matig / slecht

30 48 20

45 30

10

22

19

2004

2005

0 2001

2002

2003



In het voortgezet onderwijs nam de kennis van computertoepassingen onder leraren van 2001 tot 2003 toe. In 2004 constateerden we een lichte afname van het kennisniveau. Inmiddels is het kennisniveau weer ongeveer gelijk aan dat in 2003. Wel is het aandeel dat goed of uitstekend op de hoogte is enigszins gegroeid. Toch is nog altijd 37% matig of slecht op de hoogte van computertoepassingen in lesmethoden en is er nog steeds behoefte aan kennisoverdracht ten aanzien van computertoepassingen. 6 | Kennisniveau computertoepassingen in lesmethode leraren in het voortgezet onderwijs

% 100

Voortgezet onderwijs

7

5

18

21

90

1 22

4 14

27

80 70

15

60

38 Weet niet

41

33

50 40

3

Goed / uitstekend Voldoende Matig / slecht

77

30

59 44

20

36

37

10 0 2001

2002

2003

2004

2005



1.3

Tekstverwerking en oefenprogramma’s en opzoekfuncties belangrijkste toepassingen

In het primair onderwijs worden oefenprogramma’s voor leerstofonderdelen binnen de vakgebieden nog altijd het vaakst gebruikt. Het gebruik is de afgelopen jaren gestaag toegenomen en bijna alle ICT-managers (99%) geven inmiddels aan dat de leerlingen deze computertoepassing minimaal wekelijks gebruiken. Op de tweede plaats staat het opzoeken van informatie op internet. Het percentage dat aangeeft dat leerlingen internet minimaal een maal per week gebruiken om informatie op te zoeken (84%) is ongeveer gelijk aan het percentage in 2004 (86%). Tekstverwerking komt met 75% op een derde plaats. Het gebruik van programma’s ter ondersteuning van de zelfstandigheid is teruggelopen tot 17%, in 2002 was dit nog 37%. Het gebruik van internet voor communicatie is toegenomen tot 28%. Alleen in 2002 was dit hoger (38%). 7 | Hoe vaak gebruiken leerlingen in het basis onderwijs gemiddeld de volgende computertoepassingen? Subtotaal dagelijks of wekelijks. Primair onderwijs

Oefenprogramma's 89

Opzoeken op internet

2005 75

Tekstverwerking

66

53

22 21

Internet voor communicatie

Zelfstandig werken

10

20

2003 2002 2001

38

24 24 31

0

2004 79 79

28

27 17

84 86

76

58

36

94

99 98 97

30

37

40

50

60

70

80

90

100 %



In het voortgezet onderwijs heeft tekstverwerking in 2005 de eerste plaats in computertoepassingen overgenomen van opzoeken op het internet. Volgens 99% van de ICT-managers gebruiken de leerlingen de computer het meest voor tekstverwerking, 98% van de ICT-managers geeft aan dat leerlingen de computer minimaal een keer per week gebruiken om dingen op te zoeken. Van oefenprogramma’s geeft 78% van de managers aan dat leerlingen ze minimaal een keer per week gebruiken, dit is meer dan in alle voorgaande jaren. Het gebruik van computers voor communicatiedoeleinden is toegenomen tot 72%, dit is ongeveer 10% hoger dan in de drie voorgaande jaren. Alleen in 2001 werden computers meer gebruikt voor communicatiedoeleinden (86%). Ook het gebruik van programma’s ter ondersteuning van de zelfstandigheid is hoger dan in voorgaande jaren (33%). 8 | Hoe vaak gebruiken leerlingen in het voortgezet onderwijs gemiddeld de volgende computertoepassingen? Subtotaal dagelijks of wekelijks. Voortgezet onderwijs 99

84

Tekstverwerking

87

97 91

92

Opzoeken op internet

89 88

19

0

10

20

30 24

2003 2002 2001

72

62 63 63

Zelfstandig werken

2004

71

62 64

Internet voor communicatie

2005

78

62

Oefenprogramma's

98 94

86

33

29 30

40

50

60

70

80

90

100 %



2

Stabilisering aandacht voor ICT-infrastructuur en aanwezigheid beleidsnotities

2.1

ICT-infrastructuur nog steeds meeste aandacht

Bij de invoering van ICT in het onderwijs zijn vier aandachtsvelden te onderscheiden. In totaal hebben de ondervraagde ICT-managers 100% verdeeld over deze aandachtsvelden. Volgens de ICT-managers in het primair onderwijs houden de scholen zich nog het meest bezig met de ICT-infrastructuur (31%) en educatieve software (31%). Op de derde plaats volgt kennis en vaardigheden van de leraren (21%) en als laatste volgt de visie op het gebruik van ICT (16%). Ten opzichte van vorig jaar is hierin niet veel veranderd. 9 | Kunt u voor elk van deze activiteiten in procenten aangeven hoe intensief uw school zich hiermee tot nu toe heeft beziggehouden? Primair onderwijs

% 100 90

16

15

23

21

18

17

16

22

22

21

80 70 60 50

Visie op het gebruik van ICT 25

Kennis en vaardigheden

24 28

30

31

33

31

31

2003

2004

2005

Educatieve software ICT infrastructuur

40 30 20

37

40

2001

2002

10 0



In het voortgezet onderwijs is de volgorde waarin de scholen zich volgens de ICTmanagers met de genoemde activiteiten bezig houden hetzelfde als in het primair onderwijs. ICT-infrastructuur staat op de eerste plaats (34%), gevolgd door educatieve software (26%), kennis en vaardigheden van de leraren (22%) en visie op het gebruik van ICT (20%). De afname van de aandacht voor ICT infrastructuur ten bate van de visie op het gebruik van ICT en educatieve software, lijkt zich te hebben gestabiliseerd. 10 | Kunt u voor elk van deze activiteiten in procenten aangeven hoe intensief uw school zich hiermee tot nu toe heeft beziggehouden? Voortgezet onderwijs

% 100 12 90 80

17

17

20

20

21

24

22

22

70 60

18

Visie op het gebruik van ICT

19 22

50

24

Kennis en vaardigheden 25

26

Educatieve software ICT infrastructuur

40 30 20

47

40

38

35

34

2002

2003

2004

2005

10 0 2001



2.2 2.2.1

ICT-beleidsplan meestal aanwezig, niet altijd gebruikt Ruime meerderheid heeft een ICT-beleidsplan

Een beleidsplan op het gebied van ICT is bij een ruime meerderheid van de scholen aanwezig. Dit geldt zowel voor het primair onderwijs als voor het voortgezet onderwijs. In het primair onderwijs hebben negen op de tien scholen een beleidsplan (86%). Dit niveau is vergelijkbaar met het niveau in 2003 en 2004. 11 | Aanwezigheid beleid of beleidsplan op uw school dat al dan niet wordt uitgevoerd % 100

Primair onderwijs

4

3

79

82

1

4

90 80 70 60

90

89

50

86

Weet niet Wel beleidsplan Geen beleid

40 30 20 10

18

16

9

10

10

2003

2004

2005

0 2001

2002



In het voortgezet onderwijs heeft 90% van de ondervraagde ICT-managers een ICTbeleidsplan op school. Ten opzichte van 2001 is de aanwezigheid van een ICTbeleidsplan met 27% gestegen. 12 | Aanwezigheid beleid of beleidsplan op uw school dat al dan niet wordt uitgevoerd % 100


1

1

10

90 80 70 60

63

77 88

87

90

Weet niet Wel beleidsplan

50

Geen beleid 40 30 20 28

22

10 12

12

10

2004

2005

0 2001

2002

2003



2.2.2

Een derde heeft wel een beleidsplan maar gebruikt het niet

Aanwezigheid van een beleidsplan, hoeft echter nog niet te betekenen dat het ook daadwerkelijk wordt gebruikt. Van negen op de tien basisscholen (86%) die een beleidsplan hebben, maakt 63% hier ook daadwerkelijk gebruik van. Sinds 2001 is het percentage dat geen gebruik maakt van het aanwezige ICT-beleidsplan gestegen. In 2001 had ongeveer 62% van alle scholen in het primair onderwijs een beleidsplan dat zij daadwerkelijk gebruikten (79% had een beleidsplan, waarvan 78% het plan ook daadwerkelijk gebruikte), in 2005 heeft slechts 54% van de scholen een beleidsplan dat zij daadwerkelijk gebruiken (86% heeft een beleidsplan waarvan 63% het plan gebruikt). 13 | Wordt bestaand ICT-beleidsplan ook gebruikt? % 100 90

Primair onderwijs

4 18

3

1 9

10

4 10

16

80 29 70

32

17

32

33 60

Weet niet Geen beleidspaln

50

Ongebruikt beleidsplan Gebruikt beleidsplan

40 30

61

61

58

54

2004

2005

48 20 10 0 2001

2002

2003



In het voortgezet onderwijs gebruikt 66% van de scholen met een ICT-beleidsplan (90%) het beleidsplan ook daadwerkelijk. In 2005 heeft dus 59% (0,90*66) van de scholen in het voortgezet onderwijs een beleidsplan dat zij gebruiken. In 2001 had 46% van de scholen in het voortgezet onderwijs een beleidsplan dat zij daadwerkelijk gebruikten. In 2003 was het percentage scholen in het voortgezet onderwijs dat een beleidsplan had en dit daadwerkelijk gebruikte het hoogst (73%). 14 | Wordt bestaand ICT-beleidsplan ook gebruikt? Voortgezet onderwijs

% 100

1 10

12

90

1 12

10

22 15

80 28

25

70

31

20

60

Weet niet 16

Geen beleidspaln

50

Ongebruikt beleidsplan Gebruikt beleidsplan

40

73

30 20

57

62

59

2004

2005

46

10 0 2001

2002

2003



2.3

Aandeel scholen met financieringsplan blijft stijgen

In het primair onderwijs beschikt 79% van de scholen over een meerjarig financieringsplan. Vanaf de eerste meting in 2002 zagen we een gestage toename van het aandeel scholen met een financieringsplan. In 2005 is het aandeel scholen met een financieringsplan 8% hoger dan in 2004. 15 | Heeft u een meerjarig financieringsplan?- Primair onderwijs % 100

Primair onderwijs

4

4

6

26

23

7

90 80

28

14

70 60 Weet niet Nee

50

Ja 40 30

79 67

70

71

2002

2003

2004

20 10 0 2005



Ook in het voortgezet onderwijs heeft inmiddels ruim drie kwart van de scholen een meerjarig financieringsplan (77%). In 2004 had nog slechts 65% van de scholen in het voortgezet onderwijs een financieringsplan. 16 | Heeft u een meerjarig financieringsplan? Voortgezet onderwijs

% 100 13

90

9 23

31 80

26 27

70 60

Weet niet Nee

50

Ja 40

77 69 60

30

65

20 10 0 2002

2003

2004

2005



2.4

Tevredenheid over ICT-voorzieningen, beheer en rendement van investeringen blijft toenemen

2.4.1 Beoordeling ICT-voorzieningen zeer positief Over het algemeen vinden de ICT-managers in het basisonderwijs de ICT-voorzieningen toereikend voor gebruik in de lessen. In 2005 vindt 90% de voorzieningen (meer dan) voldoende. Het aantal managers dat de voorzieningen goed tot uitstekend vindt, is de afgelopen vier jaar zelfs gestegen van 21% in 2001 naar 54% in 2005. Slechts 9% beoordeelt de ICT-voorzieningen als matig (8%) of slecht (1%). 17 | ICT-voorzieningen primair onderwijs Primair onderwijs

% 100

1

90

21

80

1

42

38

44 54

70 60

35

Weet niet Goed / uitstekend

50

Voldoende 32

40

Matig / slecht 47

42

30 20

36 43 27

10

15

14

2003

2004

9

0 2001

2002

2005


Aan de ICT-managers is gevraagd aan te geven hoeveel procent van de computers bestemd voor onderwijsdoeleinden aan vervanging toe is. In het primair onderwijs is gemiddeld 21% van de computers aan vervanging toe. Tevens is gevraagd welk percentage van de computers voor onderwijsdoeleinden dit schooljaar daadwerkelijk vervangen gaat worden. De ICT-managers verwachten dat gemiddeld 20% van de computers daadwerkelijk vervangen gaan worden.


In het voortgezet onderwijs zijn de ICT-managers iets minder tevreden over de voorzieningen dan in het basisonderwijs. Ten opzichte van 2004 zijn er geen veranderingen opgetreden, 79% beoordeelt de ICT-voorzieningen als (meer dan) voldoende en 21% als matig (20%) tot slecht (1%). 18 | ICT-voorzieningen voortgezet onderwijs Voortgezet onderwijs

% 100 90 80

51

45

46

48

48

70 60 Goed / uitstekend Voldoende

50 40

Matig / slecht

17 38

35

31

31

17

19

21

21

2002

2003

2004

2005

30 20

34

10 0 2001


In het voortgezet onderwijs is volgens de ICT-managers 25% van de computers aan vervanging toe. De verwachting van de ICT-managers is dat 22% van de computers ook daadwerkelijk vervangen gaat worden


2.4.2 Beheer en onderhoud computervoorzieningen eveneens toereikend Ook het beheer en onderhoud van de ICT-voorzieningen vinden de ICT-managers over het algemeen toereikend. Bijna negen op de tien ICT-managers (87%) in het primair onderwijs vinden dat dit (meer dan) voldoende is. De tevredenheid over computervoorzieningen blijft sinds 2001 toenemen onder ICT-managers. 19 | Beheer en onderhoud computervoorzieningen in het primair onderwijs Primair onderwijs

% 100

1

90

20

1

34

80

38 48

70 60

59 39

Weet niet Goed / uitstekend

50

Voldoende

35

Matig / slecht

40

47

31

30 28 20

40 30

10

15

20 11

0 2001

2002

2003

2004

2005



In 2005 is het enthousiasme onder ICT-managers over het beheer en onderhoud van de computervoorzieningen (percentage goed of zelfs uitstekend) in het voortgezet onderwijs hoger (66%) dan in alle voorgaande metingen. Maar liefst 91% beoordeelt het beheer en onderhoud als (meer dan) voldoende. 20 | Beheer en onderhoud computervoorzieningen in het voortgezet onderwijs Voortgezet onderwijs

% 100 90 80

44 59

70

58

54 66

60 Goed / uitstekend Voldoende

50 40

Matig / slecht

23 21

30

30

34

25

20 32 21

10

15

7

0 2001

2002

2003

2004

8 2005



2.4.3

Tevredenheid ICT-managers over rendement gedane ICT-investeringen stabiel Vorig jaar is voor het eerst een vraag gesteld over de tevredenheid met het rendement van gedane investeringen. In 2004 was 84% van de ICT-managers in het primair onderwijs (zeer) tevreden over het rendement van ICT-investeringen, in 2005 is 86% van de managers (zeer) tevreden over deze investeringen. In 2004 was nog 2% van de respondenten zeer ontevreden, in 2005 geeft geen enkele manager meer aan zeer ontevreden te zijn. 21 | Bent u over het rendement dat de gedane investeringen op het gebied van ICT tot nu toe binnen uw school hebben opgeleverd… Primair onderwijs % 100

2

90

14

14

80 70 Zeer ontevreden

60

Ontevreden 50

70

74

Tevreden Zeer tevreden

40 30 20 10

14

12

2004

2005

0



In het voortgezet onderwijs is 85% (zeer) tevreden over de gedane investeringen, in 2004 was dit 79%. Evenals in het primair onderwijs geeft geen van de managers in 2005 aan zeer ontevreden te zijn.

22 | Bent u tevreden over het rendement dat de gedane investeringen op het gebied van ICT tot nu toe binnen uw school hebben opgeleverd…? Voortgezet onderwijs % 100

11

90

19

15

80 70

Weet niet Zeer ontevreden

60

Ontevreden 50 66

72

Tevreden Zeer tevreden

40 30 20 10

13

13

2004

2005

0



2.5

Belang van ICT voor schooldirectie hoog

Zowel in het primair als in het voortgezet onderwijs is het onderwerp computergebruik in de lessen, in vergelijking met andere onderwerpen die aandacht vergen, nog steeds (zeer) belangrijk voor de schooldirectie. In het primair onderwijs geeft 97% van de ICT-managers aan dat de schooldirectie ICT (zeer) belangrijk vindt. Dit percentage is de afgelopen vier jaar licht toegenomen. 23 | Kunt u aangeven hoe belangrijk de schooldirectie het onderwerp computergebruik in de lessen vindt in vergelijking met andere onderwerpen die aandacht vergen? Primair onderwijs

% 100 7

7

5

75

74

77

1 1

90 80 70 60

76

Helemaal niet belangrijk Niet zo belangrijk

50

Belangrijk Zeer belangrijk

40 30 20 10

17

19

17

2002

2003

2004

21

0 2005


Van de ICT-managers in het primair onderwijs geeft 73% aan dat op centraal niveau een visie is geformuleerd met betrekking tot ICT in het onderwijs, 19% geeft aan dat hier aan gewerkt wordt. In het voortgezet onderwijs heeft 61% van de scholen een visie geformuleerd en is 27% hier mee bezig.


In het voortgezet onderwijs geeft 79% van de ICT-managers aan dat hun schooldirectie ICT (zeer) belangrijk vindt. Hoewel dit percentage iets lager is dan het percentage van vorig jaar (84%), is het aandeel dat aangeeft computergebruik in de lessen zeer belangrijk te vinden toegenomen van 10% tot 21%. 24 | Kunt u aangeven hoe belangrijk de schooldirectie het onderwerp computergebruik in de lessen vindt in combinatie met andere onderwerpen die aandacht vergen? % 100 90


2

3

0

10

3 3

11

10

20

60

57

80 70 60

Weet niet

50

Helemaal niet belangrijk 74

58

Niet zo belangrijk Belangrijk Zeer belangrijk

40 30 20 10

27

28

21 10

0 2002

2003

2004

2005



3

Voor de (nabije) toekomst verschuiving aandacht naar kennis en vaardigheden

3.1

Gebruik van ICT en het stimuleren van het gebruik van computers in de klas hoge prioriteit

Om inzicht te verkrijgen in de aandachtsgebieden van ICT-managers is gevraagd welke activiteiten een hoge prioriteit hebben. In eerdere jaren (2003, 2004) is gevraagd welke activiteiten de hoogste prioriteit hebben. Dit verklaart waarom de percentages in 2005 veel hoger liggen dan in de vorige jaren. In 2004 werden door de ICT-managers in het primair onderwijs gemiddeld 3,6 en in het voortgezet onderwijs gemiddeld 3,8 activiteiten genoemd als aandachtsgebieden die prioriteit hebben. In 2005 noemden ICTmanagers in het primair onderwijs gemiddeld 5,0 en in het voortgezet onderwijs 5,2 activiteiten als aandachtsgebieden die prioriteit verdienen. De scores van 2005 zijn daarom niet goed vergelijkbaar met die van 2003 en 2004. Ook de rangorde van prioriteiten kan niet zondermeer vergeleken worden vanwege de verandering van de vraagstelling. Ter indicatie zijn de scores voor 2003 en 2004 wel in de tabellen opgenomen. In het primair onderwijs wordt van het stimuleren van het gebruik van computers in de klas het vaakst aangegeven dat dit een hoge prioriteit heeft (85%), gevolgd door het gebruik van ICT voor kwaliteitsverbetering van onderwijs (84%). Ondanks de wijziging van de vraagstelling is de rangorde van prioriteiten zo goed als ongewijzigd gebleven. 25 | Welke van de volgende activiteiten hebben een hoge prioriteit?* Primair onderwijs

2003

2004

2005

%

%

%

Stimuleren van gebruik van computers in de klas

70

67

85

Gebruik van ICT voor kwaliteitsverbetering van onderwijs

57

67

84

Gebruik van ICT voor achterstandsleerlingen

39

47

70

Scholing van leraren

49

40

67

Internetaansluiting

29

29

58

Samen met andere scholen ICT kennis ontwikkelen en uitwisselen

27

31

55

Andere infrastructurele voorzieningen zoals interne netwerken, apparatuur,

36

30

49

Gebruik van ICT voor communicatie met ouders en leerlingen thuis

22

20

32

Verbetering van de ICT-voorzieningen voor school- en leerlingadministratie

-

28

-

programmatuur

* De vraagstelling ‘Welke van de volgende activiteiten hebben de hoogste prioriteit?’ is in 2005 gewijzigd in de vraagstelling ‘Wilt u aangeven welke van de volgende activiteiten een hoge prioriteit hebben? Bron: TNS NIPO, 2005


In het voortgezet onderwijs wordt gebruik van ICT voor kwaliteitsverbetering van onderwijs het vaakst genoemd als aandachtsgebied met een hoge prioriteit (80%). Het gebruik van ICT voor achterstandsleerlingen (73%) komt op de tweede plaats en het stimuleren van gebruik van computers in de klas (71%) komt op een derde plaats. 26 | Welk van de volgende activiteiten hebben een hoge prioriteit? Voortgezet onderwijs

2003

2004

2005

%

%

%

Gebruik van ICT voor kwaliteitsverbetering van onderwijs

54

57

80

Gebruik van ICT voor achterstandsleerlingen

32

40

73

Stimuleren van gebruik van computers in de klas

68

64

71

Scholing van leraren

57

42

68

Internetaansluiting

45

38

68

Andere infrastructurele voorzieningen zoals interne netwerken, apparatuur,

37

43

66

Gebruik van ICT voor communicatie met ouders en leerlingen thuis

34

22

50

Samen met andere scholen ICT kennis ontwikkelen en uitwisselen

20

27

39

-

41

-

programmatuur

Verbetering an de ICT-voorzieningen voor school- en leerlingadministratie

* De vraagstelling ‘Welke van de volgende activiteiten hebben de hoogste prioriteit?’ is in 2005 gewijzigd in de vraagstelling ‘Wilt u aangeven welke van de volgende activiteiten een hoge prioriteit hebben? Bron: TNS NIPO, 2005


3.2

Grote behoefte aan aandacht voor kennis en vaardigheden

Aan de ICT-managers is gevraagd om aan te geven welke van de aandachtsgebieden op school de hoogste prioriteit zouden moeten krijgen. In het primair onderwijs zien we dat ten opzichte van 2004 kennis en vaardigheden door een veel hoger percentage ICTmanagers genoemd wordt als prioriteit. Apparatuurvoorzieningen worden minder vaak als prioriteit genoemd dan in 2004. Ook educatieve software en visie op gebruik van ICT lijken minder vaak genoemd te worden. In het voortgezet onderwijs is de aandacht voor apparatuurvoorzieningen juist toegenomen, 22% van de ICT-managers geeft nu aan dat dit de hoogste prioriteit zou moeten krijgen ten opzichte van 6% in 2004. Educatieve software en visie op het gebruik van ICT worden minder vaak genoemd als hoogste prioriteit dan in 2004. 27 | Aandachtsgebieden die de hoogste prioriteit zouden moeten krijgen in het primair onderwijs

25 Visie op het gebruik van ICT 28

38 Kennis en vaardigheden 26

21 Educatieve software 24

14 Apparatuurvoorzieningen 22

0

5

10

15

20 2004 PO

25

30

35

40 %

2005PO



28 | Aandachtsgebieden die de hoogste prioriteit zouden moeten krijgen in het voortgezet onderwijs

21 Visie op het gebruik van ICT 31

32 Kennis en vaardigheden 31

23 Educatieve software 32

22 Apparatuurvoorzieningen 6

0

5

10

15

20 2004 VO

25

30

35 %

2005 VO


In de volgende grafieken zijn de vier aandachtsgebieden aangegeven en is een onderscheid gemaakt naar de mate waarin men zich er tot nu toe mee heeft beziggehouden en wat de hoogste prioriteit zou moeten zijn indien de groeiverwachting gerealiseerd zouden worden. De ICT-managers geven aan dat de scholen in het primair onderwijs zich tot nu toe voornamelijk hebben bezig gehouden met apparatuurvoorzieningen en educatieve software. Kennis en vaardigheden hebben daarna de meeste aandacht en visie op het gebruik van ICT heeft tot nu toe het minste aandacht gekregen. Hierin is geen verschil met 2004. De gebieden die tot nu toe relatief weinig aandacht hebben gehad, worden het vaakst genoemd als aandachtsgebieden die de hoogste prioriteit verdienen. Kennis en vaardigheden worden het vaakst genoemd als prioriteit.


29 | Aandachtgebieden: situatie tot nu toe versus toekomstig gewenste prioriteit in het primair onderwijs

38 21


26 22

25 16


28 2005 hoogste prioriteit

17

2005 nu 2004 hoogste prioriteit 21

2004 31

Educatieve software

24 30

14 31

Apparatuurvoorzieningen

22 31

0

5

10

15

20

25

30

35

40 %



In het voortgezet onderwijs wordt net als in het primair onderwijs de hoogste prioriteit toegekend aan kennis en vaardigheden. Opvallend is dat ook apparatuurvoorzieningen nu door 22% als hoogste prioriteit wordt genoemd. In 2005 was dit slechts 6%. < zie vorige figuur> 30 | Aandachtgebieden: situatie tot nu toe versus toekomstig gewenste prioriteit in het voortgezet onderwijs

32 22


31 24

23 26

Educatieve software

32 2005 hoogste prioriteit

25

2005 nu 2004 hoogste prioriteit 22

2004 32

Apparatuurvoorzieningen

6 35

21 20


31 17

0

5

10

15

20

25

30

35

40 %



3.3

Beleid om lichamelijke klachten computergebruik tegen te gaan

Een nadeel van de groei in het computergebruik zouden klachten van leerlingen over pijn na computergebruik kunnen zijn. Daarom is in deze meting een vraag opgenomen over de aanwezigheid van een beleid dat er op is gericht om te voorkomen dat leerlingen na computergebruik klachten hebben. Een kwart van de scholen in het primair en voortgezet onderwijs blijkt een dergelijk programma te hebben. In 2004 was dit nog een op de drie scholen. 31 | Is er in de school een beleid aanwezig dat er op is gericht om te voorkomen dat leerlingen na computergebruik klachten hebben? Primair onderwijs % 80

76 67

70 60 50 40 32 30

24

20 10 1 0 2004

2005 Ja

Nee

Weet niet



Hoewel drie op de vier scholen in het primair onderwijs geen beleid hebben om lichamelijke klachten door computergebruik te voorkomen, bestaan bij ruim een op de vier scholen (27%) plannen om een dergelijk beleid te ontwikkelen. 32 | Bent u ,of is uw school, van plan beleid te ontwikkelen dat er op gericht is te voorkomen dat leerlingen na computergebruik pijn hebben in handen, polsen, armen, schouders of nek? Primair onderwijs

27%

45% Ja Nee, maar wel van plan Nee, ook geen plannen

28%



Ook in het voortgezet onderwijs is het aandeel scholen met een beleid gericht op het voorkomen van lichamelijke klachten door computergebruik afgenomen. Evenals in het primair onderwijs heeft een kwart van de scholen nu een dergelijk beleid, waar dit in 2004 bijna een op de drie scholen was. 33 Is er in de school een beleid aanwezig dat er op is gericht om te voorkomen dat leerlingen na computergebruik klachten hebben? Voortgezet onderwijs % 80

74 67

70 60 50 40 31 30

26

20 10 1 0 2004

2005 Ja

Nee

Weet niet



Meer nog dan in het primair onderwijs bestaan er in het voortgezet onderwijs plannen om een beleid te ontwikkelen dat er op is gericht lichamelijke klachten als gevolg van computergebruik te voorkomen. 34 | Bent u ,of is uw school, van plan beleid te ontwikkelen dat er op gericht is te voorkomen dat leerlingen na computergebruik pijn hebben in handen, polsen, armen, schouders of nek? Voortgezet onderwijs

24%

44% Ja Nee, maar wel van plan Nee, ook geen plannen

32%



4

Meeste behoefte aan computerprogramma’s waarmee leerlingen zelfstandig kunnen werken en aan leerlingenadministratiesystemen

Aan alle ICT-managers is gevraagd in hoeverre hun school behoefte heeft aan ondersteuning ten aanzien van computergebruik in de lessen. Aan de hand van deze resultaten is voor het primair en voortgezet onderwijs een TOP 7 van wensen en behoeften samengesteld. Deze TOP 7 is een weergave van de onderwerpen waarvan de ondervraagden hebben aangegeven dat de behoefte aan ondersteuning ‘zeer groot’ is. Op deze manier wordt de prioriteitsstelling duidelijk. In het primair onderwijs is de behoefte aan computers waarmee leerlingen zelfstandig kunnen werken het grootst. Tevens is sterke behoefte aan leerlingenvolgsystemen en leerlingenadministratiesystemen. Daarnaast is nog steeds grote behoefte aan directe hulp als de computers of het netwerk haperen. Voor het eerst is ook gevraagd hoe groot de behoefte aan een snelle en veilige verbinding vanuit huis met de computers op school is, 14% geeft aan hier behoefte aan te hebben. Deze behoefte komt hiermee op de vierde plaats. Alle behoeftes nemen in de loop der jaren duidelijk af. 35 | Is de behoefte aan…….. zeer groot? Scholen in het primair onderwijs 2001 2002 2003 2004 2005 %

%

%

%

%

Computerprogramma's waarmee leerlingen zelfstandig kunnen werken

47

51

17

23

22

Bruikbaar leerlingvolgsysteem / leerlingadministratiesysteem

14

23

15

21

17

Directe deskundige hulp als de computers of het netwerk haperen Snelle en veilige verbinding vanuit huis

44

33

22

31

16

Goede voorbeelden van ICT en didactiek

28

26

7

8

13

Extra computers of apparatuurvoorzieningen

45

27

19

23

10

Grotere betrouwbaarheid van de aansluiting met internet

30

27

24

20

10

Meer bruikbaar lesmateriaal Een gezamenlijk ontwikkelde visie op ICT in het onderwijs

35

34

16

14

10

Handreikingen voor gebruik van computerprogramma’s in de les

19

14

10 20

Betere afstemming tussen ICT-voorzieningen en de programmatuur Samenwerking en informatie-uitwisseling binnen regio

10

7

10

7

7

Hulp bij het selecteren van goede educatieve software

22

Gelegenheid om op andere scholen te kijken hoe ICT wordt gebruikt

15

Cursussen gericht op lesgeven met ICT-toepassingen

14

12

Electronische leeromgeving

15

14

7

8

6

7

6

8

5

7

13

10

6

6

4

6

3



In het voortgezet onderwijs bestaat de meeste behoefte nog steeds aan een bruikbaar leerlingvolgsysteem. Net als vorig jaar staat deze bovenaan in de TOP 7 van behoeften. Op de tweede plaats volgen extra computers of andere apparatuurvoorzieningen. Ook in het voortgezet onderwijs is de behoefte aan een snelle en veilige internetverbinding vanuit huis met de computervoorzieningen op school tamelijk groot (18%). Ook nemen de behoeftes net als in het primair onderwijs in de loop der jaren af. 36 | Is de behoefte aan…….. zeer groot? Scholen in het voortgezet onderwijs 2001 2002 2003 2004 2005 %

%

%

%

%

Bruikbaar leerlingvolgsysteem / leerlingadministratiesysteem

27

29

27

29

25

Extra computers of apparatuurvoorzieningen

25

13

13

12

23

Computerprogramma's waarmee leerlingen zelfstandig kunnen werken

26

23

15

28

22

11

21

Betere afstemming tussen ICT-voorzieningen en de programmatuur Snelle en veilige verbinding vanuit huis

18

Grotere betrouwbaarheid van de aansluiting met internet

42

21

27

17

17

Directe deskundige hulp als de computers of het netwerk haperen

21

12

4

10

15

Meer bruikbaar lesmateriaal

29

37

14

20

14

Goede voorbeelden van ICT en didactiek

14

15

19

18

14

Hulp bij het selecteren van goede educatieve software

23

16

5

9

13

Electronische leeromgeving

8

9

10

10

Cursussen gericht op lesgeven met ICT-toepassingen

6

7

6

6

10

Gelegenheid om op andere scholen te kijken hoe ICT wordt gebruikt Een ontwikkelde visie op ICT in het onderwijs

9

4

12

4

10

Handreikingen voor gebruik computerprogramma’s in de les Samenwerking en informatie-uitwisseling binnen regio

9 14

18

8

19

6 5



5

Samenwerkingsverbanden meest genoemd, belang van Stichting Ict op School sterk toegenomen bij ondersteuning computergebruik

Volgens het ICT-management in het primair onderwijs hebben samenwerkingsverbanden van scholen (62%), Kennisnet (47%), de onderwijsbegeleidingsdienst (29%), maar ook de Stichting Ict op School (21%), gemeente en provincie (20%) en het ministerie van OC&W (19%) het afgelopen jaar een belangrijke bijdrage geleverd aan het computergebruik in het onderwijs. Opvallend is de sterke toename van de rol die Ict op School volgens de ICT-managers hebben. De rol van samenwerkingsverbanden is wederom belangrijker geworden in de ondersteuning en de rol van het ministerie van OC&W juist steeds minder. Naar de ondersteuning van externe bedrijven is dit jaar voor het eerst gevraagd, 13% van de ICT-managers kent deze bedrijven een belangrijke rol toe. 37 | Welke groepen of instanties hebben uw school het afgelopen jaar in belangrijke mate ondersteund op het gebied van computergebruik?- Primair onderwijs Primair onderwijs Samenwerkingsverbanden

62

54

45

32

42 44 47 44

Kennisnet

29 28

Onderwijsbegeleidingsdienst

12 11 13

Stichting Ict op School

15

Gemeente/provincie Ministerie OC&W

36

42

21 20 23 19 19 22

2005 29

2004 32

2003

13

Externe bedrijven (bijv. ICT bedrijf)0

3

Geen, zelf gedaan

4

2002

6

2

(Leden van het) bestuur

1

ROC0

10 3

Anders, namelijk Weet niet

1 0

2

12 12

4

18

29

5

10

20

30

40

50

60

70 %



Ook in het voortgezet onderwijs komt de meeste ondersteuning van samenwerkingsverbanden van scholen (48%). Kennisnet neemt nog steeds een belangrijke positie in (35%). Vanuit het bedrijfsleven wordt volgens de ICT-managers steeds minder ondersteuning geboden; in 2003 kende 34% van de ICT-managers hier nog een belangrijke rol aan toe, in 2005 is dat nog maar 7%. De rol van de Stichting Ict op School in de ondersteuning op het gebied van onderwijs is sterk toegenomen; in 2004 gaf 9% aan dat de Stichting Ict op School een belangrijke rol speelde bij ondersteuning op het gebied van computergebruik, in 2005 is dit 25%. 38 | Welke groepen of instanties hebben uw school het afgelopen jaar in belangrijke mate ondersteund op het gebied van computergebruik?- Voortgezet onderwijs Voortgezet onderwijs 48

29

Samenwerkingsverbanden

37

33 35

Kennisnet

41

35 25 26

Ministerie OC&W

31

21

Stichting Ict op School

9

Gemeente/provincie

9

25 10 11

6

13 13

2005 2004

7

Bedrijfsleven

18

7 3

5

2003

34

20

Onderwijsbegeleidingsdienst

45

2002

8

5

Externe bedrijven (bijv. ICT bedrijf)

2

Geen, zelf gedaan

14 14

7 3

Anders, namelijk

Weet niet

8

10 9

0

10

10

17 16

20

30

40

50

60 %



6

Stichting Ict op School: bekendheid stabiel, waardering groeit gestaag

6.1

Naamsbekendheid Stichting Ict op School gelijk gebleven

In het primair onderwijs kennen negen op de tien ICT-managers de Stichting Ict op School. Bijna tweederde kent Ict op School zelfs meer dan alleen van naam. Ten opzichte van vorig jaar is hierin weinig veranderd, de groei van de naamsbekendheid in de voorgaande jaren lijkt gestabiliseerd te zijn. 39 | Naamsbekendheid Stichting Ict op School Primair onderwijs

% 100 90

6

10

29

27

17 27

80 70 37

60

Nee 50

43

Ja, alleen van naam Ja, meer dan alleen van naam

40 30

64

64

po 2004

po 2005

45

20 30 10 0 po 2002

po 2003



In het voortgezet onderwijs is Ict op School bij iets minder ICT-managers bekend dan in het primair onderwijs. In totaal heeft 87% wel eens van de Stichting gehoord en iets meer dan de helft (58%) kent de stichting zelfs meer dan alleen van naam. Ook in het voortgezet onderwijs is de groei van de naamsbekendheid van de afgelopen jaren gestabiliseerd. 40 | Naamsbekendheid Stichting Ict op School Voortge z e t onde rwijs

% 100 90

24

21

15

14

80 70 60

29

29

37 39

Nee Ja, alleen van naam

50

Ja, meer dan alleen van naam 40 30 20

37

55

58

vo 2004

vo 2005

42

10 0 vo 2002

vo 2003



6.2

Nieuwsbulletin en website bekendste communicatiemiddelen

Een organisatie van naam kennen is weliswaar waardevol, maar vaak niet voldoende. Om er ook daadwerkelijk gebruik van te maken, is inhoudelijke bekendheid vereist; wat doet een organisatie en wat kan zij voor mij betekenen? Aan degenen die hebben aangegeven Ict op School meer dan alléén van naam te kennen is gevraagd naar de bekendheid van een aantal specifieke producten en diensten van Ict op School. In onderstaande twee grafieken staan voor het primair onderwijs en het voortgezet onderwijs de resultaten waarbij als basis alle ICT-managers zijn genomen. De website (54%), het nieuwsbulletin (47%) en bijeenkomsten van Ict op School (43%) zijn de bekendste communicatiemiddelen. Ook de nieuwsbrief e-Zine geniet een relatieve hoge bekendheid (30%). 41 | Bekendheid specifieke producten / diensten – Primair onderwijs Primair onderwijs

Website

10

27

Nieuwsbulletin bij Vives

10

27

Bijeenkomsten van ICT op School

10

27

Nieuwsbrief e-Zine

10

27

Kieswijzers

10

27

26

36

Vier in balans (publicatie)

10

27

25

38

Kwaliteitsregelingen zoals die voor ISP

10

27

Kennisrotonde

10

27

16

47

Assessment-tool/ICT-boom

10

27

16

47

Publicaties over samenwerking

10

27

0 Ict op School onbekend

54

9

47

14

43

18

30

33

23

13

40

50

10 20 30 40 50 60 70 80 Ict op School alleen van naam Dienst bekend Dienst onbekend

90

100 %



Aan de ICT-managers die de genoemde dienst kennen, is gevraagd deze dienst met een rapportcijfer te waarderen. Omdat slechts een klein gedeelte van de steekproef de diensten kent, zijn de rapportcijfers indicatief. De ICT-managers in het primair onderwijs hebben de meeste waardering voor Tools van Ict op School zoals de ICT-boom en de assesmenttool (7,1) en voor Vier in balans (7,1). De laagste cijfers worden gegeven aan de Kennisrotonde (6,2) en E-Zine (6,2). 42 | Rapportcijfers voor de verschillende diensten Rapportcijfer

Primair Onderwijs Vier in balans (n=42)

7,1

Assessment-tool/ICT-boom (n=25)

7,1 7,0

Kieswijzers (n=42) Nieuwsbulletin bij Vives (n=73)

6,9

Kwaliteitsregelingen zoals die voor ISP (n=36)

6,9

Publicaties over samenwerking (n=21)

6,9 6,6

Website (=84)

6,4

Bijeenkomsten van ICT op School (n=69) Nieuwsbrief e-Zine (n=51)

6,2

Kennisrotonde (n=23)

6,2 0

1

2

3

4

5

6

7

8

9

10

Bron: TNS NIPO, 2005.


Ook in het voortgezet onderwijs is de website duidelijk het bekendste communicatiemiddel. De helft van het ICT-managers kent deze site (51%). Het nieuwsbulletin bij Vives is ook nog steeds zeer bekend (39%). Bijeenkomsten op school zijn bij 36% van de ICT-managers bekend. Ten opzichte van vorig jaar is met name de bekendheid van Vier in balans toegenomen. In 2004 was deze nog slechts 7%, in 2005 kent 19% van de ICT-managers deze publicatie.

43 | Bekendheid specifieke producten / diensten – Voortgezet onderwijs Voortgezet onderwijs

Website

14

29

Nieuwsbulletin bij Vives

14

29

Bijeenkomsten van ICT op School

14

29

Nieuwsbrief e-Zine

14

29

30

27

Kwaliteitsregelingen zoals die voor ISP

14

29

29

28

Kieswijzers

14

29

26

31

Publicaties over samenwerking

14

29

26

31

Kennisrotonde

14

29

20

36

Vier in balans (publicatie)

14

29

19

38

Assessment-tool/ICT-boom

14

29

0 Ict op School onbekend

51

6

39

18

36

17

21

40

10 20 30 40 50 60 70 80 Ict op School alleen van naam Dienst bekend Dienst onbekend

90

100 %

Bron: TNS NIPO, 2005.


ICT-managers in het voortgezet onderwijs geven gemiddeld lagere cijfers aan de diverse diensten dan de ICT-managers in het primair onderwijs. De hoogste cijfers kennen de ICT-managers in het voortgezet onderwijs toe aan bijeenkomsten van ICT op School (6,5), kwaliteitsregelingen (6,5) en kieswijzers (6,4). De laagste cijfers worden gegeven aan de website (5,7) en publicaties over samenwerking (5,8). Er zijn geen onvoldoendes gegeven. 44 | Rapportcijfers voor de verschillende diensten Rapportcijfer

Voortgezet onderwijs Bijeenkomsten van ICT op School (n=39)

6,5

Kwaliteitsregelingen zoals die voor ISP (n=32)

6,5 6,4

Kieswijzers (n=29)

6,3

Nieuwsbulletin bij Vives (n=40)

6,2

Vier in balans (n=18) Assessment-tool/ICT-boom (n=17)

6,1 6,0

Kennisrotonde (n=19)

5,9

Nieuwsbrief e-Zine (n=32)

5,8

Publicaties over samenwerking (n=28) Website (n=52)

5,7 0

1

2

3

4

5

6

7

8

9

10



6.3

Imago Ict op School: informatief, deskundig en van en voor scholen

Aan degenen die hebben aangegeven Ict op School meer dan alléén van naam te kennen, is een aantal stellingen voorgelegd over het imago van de stichting. In onderstaande twee grafieken is voor het primair en het voortgezet onderwijs het percentage respondenten aangegeven dat het (helemaal) eens is met de stellingen. Indien mogelijk is een vergelijking in de tijd meegenomen. Respondenten uit het primair onderwijs hebben een positiever beeld van Ict op School dan in voorgaande drie metingen. Met name de stellingen dat Stichting Ict op School staat voor van en voor scholen (84%) en voor onafhankelijk (70%) kunnen op meer bijval rekenen dan in het voorgaande jaar (respectievelijk 77% en 60%). De stelling dat Stichting Ict op School staat voor belangenbehartiging is dit jaar voor het eerst voorgelegd, 56% van de ICT-managers in het primair onderwijs is het hier (helemaal) mee eens. 45 | In welke mate bent u het eens of oneens met de volgende imago stellingen? (helemaal) mee eens Primair onderwijs 94 Informatief

85 84

89

84 77

Van en voor scholen

84 Deskundigheid

76

79 2005

73

2004 2003

70

2002

60

Onafhankelijk

52 46 56

Belangenbehartiging

Consumentenorganisatie

46 46

37 41 0

10

20

30

40

50

60

70

80

90

100



Ook in het voortgezet onderwijs kunnen de meeste stellingen op meer bijval rekenen dan in voorgaande jaren. Alleen met de stelling dat Stichting Ict op School staat voor deskundigheid zijn iets minder ICT-managers het eens (79%) dan in 2004 (83%). De stellingen dat Stichting Ict op School staat voor onafhankelijkheid en de stelling dat Stichting Ict op School staat voor consumentenorganisatie, worden vaker bevestigd dan vorige jaren. De stelling dat Stichting Ict op School staat voor belangenbehartiging wordt in het voortgezet onderwijs door 53% van de ICT-managers bevestigd. 46 | In welke mate bent u het eens of oneens met de volgende imago stellingen? (helemaal) mee eens Voortgezet onderwijs

Informatief

86 85

75 82 82 82

Van en voor scholen

79 Deskundigheid

83

64 65

2005 2004 2003

69

2002

61

Onafhankelijk

46 33 53

Belangenbehartiging

45 25

Consumentenorganisatie

37 35

0

10

20

30

40

50

60

70

80

90

100



6.4

Activiteiten Ict op School als betekenisvol ervaren

Voor het verkrijgen van inzicht in de behoefte bij scholen aan continuering van de huidige activiteiten, is aan alle respondenten gevraagd hoe belangrijk men het vindt dat Ict op School deze activiteiten uitvoert. In het primair onderwijs vinden de ICT-managers het zeer belangrijk dat de stichting informatie en kennis verspreidt (92%), advies geeft op het gebied van ICT (85%) en de scholen ondersteunt in het maken van een keuze uit al het aanbod op het gebied van ICT (82%). Deze taken stonden ook vorig jaar op deze plaatsen. In tegenstelling tot voorgaande jaren wordt nu ook belangenbehartiging van ICT producten relatief belangrijk gevonden (78%). 47 | Belang hoofdactiviteiten Ict op School, (zeer) belangrijk – Primair onderwijs 92 Verspreiden info / kennis

86 85 85 83

Advies geven over ICT 78

82 81

Ondersteunen keuze aanbod 71

2005 2004 79

2003

75 76

Inventarisatie vraag scholen

78 Belangenbehartiging ICT producten

59 65 60 59 58

Ondersteuning samenwerking scholen

0

10

20

30

40

50

60

70

80

90

100 %



In het voortgezet onderwijs wordt de verspreiding van informatie en kennis (90%) ook het meest als (zeer) belangrijk genoemd en ook hier volgen het advies geven over ICT (80%) en het ondersteunen van het maken van keuzes uit het aanbod op ICT-gebied (78%) als tweede en derde belangrijkste activiteit. Het inventariseren van vragen bij scholen is de enige activiteit die dit jaar (70%) minder belangrijk wordt gevonden dan vorig jaar (80%). Belangenbehartiging van ICT-producten wordt net als in het primair onderwijs belangrijker gevonden dan in voorgaande jaren. 48 | Belang hoofdactiviteiten Ict op School, (zeer) belangrijk – Voortgezet onderwijs 90 Verspreiden info / kennis

82 84 80 78

Advies geven over ICT 69

78 74

Ondersteunen keuze aanbod 66

2005 2004 72

2003

51

Belangenbehartiging ICT producten

54 70 Inventarisatie vraag scholen

80 72 65

Ondersteuning samenwerking scholen

55 57 0

10

20

30

40

50

60

70

80

90

100 %



6.5

Belang website voor integratie ICT op school licht toegenomen

In het primair onderwijs gebruiken twee op de vijf ICT-managers wel eens de website van Ict op School. Ten opzichte van vorig jaar is hierin weinig veranderd. Wel lijkt het percentage ICT-managers waarbij de website www.ictopschool.net onbekend is, te zijn afgenomen. 49 | Gebruik website www.ictopschool.net Primair onderwijs % 100 90

25

80

43

41

4 70 60

17

Website gebruikt 7

50 40

16

Website alléén bekend 12 9

37

Website onbekend Ict op School alleen van naam Ict op School onbekend

30 29

20 10

18 6

0 2003

2004

27

10 2005



In het voortgezet onderwijs gebruikt inmiddels bijna de helft van de ICT-managers (45%) de website. Bij de helft van de ICT-managers is de website nog niet bekend. Ten opzichte van vorig jaar is met name het gebruik toegenomen, ook de bekendheid is gestegen. 50 | Gebruik website www.ictopschool.net Voortgezet onderwijs % 100 90 30

32

80 45 70 60

12

Website alléén bekend

50 40

Website gebruikt

15 9

4 6

37

30

Website onbekend Ict op School alleen van naam Ict op School onbekend

29

29

15

14

2004

2005

20 10

21

0 2003



6.6

Ict op School scoort een ruime voldoende

Alle respondenten die Ict op School meer dan alleen van naam kennen is gevraagd naar een totaaloordeel over de diensten en producten van Stichting Ict op School, uitgedrukt in een rapportcijfer (waarbij 1 = zeer slecht en 10 = uitstekend). De stichting krijgt zowel van de ICT-managers van basisscholen als van de ICT-managers in het voortgezet onderwijs een ruime voldoende. De rapportcijfers zijn ten opzichte van 2002 zowel voor het basisonderwijs als voor het voortgezet onderwijs gestegen. 51 | Totaaloordeel Rapportcijfer

10 9 8 7 6 5 4 6,8

7,0

7,1

7,2

3

6,6

7,0

6,8

6,9

vo2003 (n=45)

vo 2004 (n=37)

vo 2005 (n=60)

2 1 0 po 2002 (n=120) po 2003 (n=100) po 2004 (n=107) po 2005 (n=96)

vo 2002 (n=25)



7

Samenvatting 

Het kennisniveau van leraren is de afgelopen jaren voortdurend verbeterd.



Het gebruik van computers door leraren in het basisonderwijs is voor het derde jaar op rij toegenomen. Het aantal leraren met computergebruik in het voortgezet onderwijs stabiliseert en blijft daarmee aanmerkelijk lager dan in het basisonderwijs



Steeds meer scholen beschikken over een ICT-beleidsplan, het gebruik hiervan neemt echter af. Over meerjarige ICT-financieringsplannen beschikken eveneens steeds meer scholen.



De tevredenheid over beheer en onderhoud van computers is sterk toegenomen de laatste jaren. Ook over de ICT-voorzieningen is men positief.



Het stimuleren van het gebruik van computers in de klas, het gebruik van ICT voor kwaliteitsverbetering van onderwijs en gebruik van ICT voor achterstandsleerlingen vormen zowel in het primair als in het voortgezet onderwijs de belangrijkste aandachtsgebieden.



Het verbeteren van vaardigheden en kennis van ICT onder leraren verdient volgens het ICT-management in de nabije toekomst hoge prioriteit.



Eén op de vier scholen heeft een beleid gericht op het voorkomen van lichamelijke klachten als gevolg van computergebruik.



Scholen hebben vooral behoefte aan computerprogramma’s waarmee leerlingen zelfstandig kunnen werken en aan een (beter) leerlingenadministratiesysteem.



Het belang van de stichting Ict op School bij het leveren van een bijdrage aan computergebruik in het onderwijs is sterk gestegen.



De naamsbekendheid van Ict op School is gestabiliseerd. De website en het nieuwsbulletin genieten de grootste bekendheid.



De waardering van Ict op School is sinds 2002 toegenomen en wordt beoordeeld met een ruimvoldoende.


Bijlagen


Bijlage 1 Onderzoeksverantwoording


O nderzo eksverantwoording In totaal zijn er 250 ICT managers ondervraagd, waarvan 151 in het basisonderwijs en 99 in het voortgezet onderwijs. De resultaten van het onderzoek zijn herwogen op denominatie, regio en aantal leerlingen. Veldwerk Het veldwerk heeft telefonisch bij TNS NIPO Callcenter plaatsgevonden (zie bijlage 2) in de periode van 19 september t/m 14 oktober van 2005. De vragenlijst is opgenomen in de bijlagen. Toelichting bij de tabellen De computer berekent het percentage van elk cijfer afzonderlijk volgens een vaste afrondingsinstructie. Het gevolg is dat optellingen van percentages niet altijd gelijk zijn aan het percentage van de som der (absolute) basiscijfers. Dergelijke (kleine) verschillen zijn dus slechts afrondingsverschillen. Meervoudig e antwoorden In sommige gevallen komen antwoorden van ondervraagden in meer dan één antwoordcategorie voor, waardoor een optelling boven 100% uitkomt. Percentuele uitkomsten van minder dan 0,5 worden in de resultaten aangeven met een “0”.


Bijlage 2 Methode van onderzoek: CATI

Scholen tevreden over rendement ICT investeringen | E1795c | © TNS NIPO | november 2005

Computergestuurd telefonisch onderzoek Als instrument is de telefoon niet meer weg te denken in het marktonderzoek. Telefonisch ondervragen kent immers een aantal evidente voordelen. Het is snel, levert meestal een hoge respons op en is dankzij de goede sturingsmogelijkheden bijzonder representatief. Door optimaal gebruik te maken van de recente technologische ontwikkelingen heeft TNS NIPO telefonisch onderzoek uitgebouwd tot een uniek instrument. Onder de naam CATI (Computer Assisted Telephone Interviewing) wordt aan opdrachtgevers hoogwaardig specifiek onderzoek op maat aangeboden. CATI: efficiënt en foutloos CATI combineert de voordelen van telefonisch enquêteren met de voordelen van computergestuurde dataverzameling:  ‘Direct data entry’: de antwoorden worden meteen ingetoetst. Hierdoor is invoer achteraf niet meer nodig en kunnen nauwelijks invoerfouten ontstaan.  Doorverwijzingen worden automatisch door de computer gevolgd. Hoe ingewikkeld de vragenlijst ook is, de enquêteur hoeft alleen maar de vragen die op zijn scherm verschijnen voor te lezen en kan zich verder geheel op de antwoorden concentreren.  De computer controleert gedurende het interview de consistentie van de antwoorden.  De gegevens zijn direct te verwerken. Zodra het laatste gesprek is gehouden, is het bestand in principe beschikbaar.  Vragen en vraagblokken kunnen per respondent automatisch in een andere volgorde worden gesteld. Dit vermindert het gevaar van het halo-effect (de respondent concentreert zich minder goed op latere stellingen en geeft deze een zelfde beoordeling als eerdere stellingen).  In geval van non-respons (de te ondervragen persoon is niet thuis, maar bijvoorbeeld wel een huisgenoot) kan een afspraak worden gemaakt voor later. Het systeem zorgt er dan voor dat de afspraak strikt nagekomen wordt. Verder wordt ook het aantal weigeringen bijgehouden en kan zo (dagelijks) het responspercentage worden berekend. Bovendien wordt een respondent bij geen gehoor nogmaals op maximaal vier andere dagen gebeld (indien gewenst nog vaker).  Computergestuurd enquêteren betekent het efficiënt afnemen van ingewikkelde vragenlijsten omdat de juiste volgorde van de vragen is voorgeprogrammeerd. Dat levert in veel gevallen een kostenvoordeel op.  De opdrachtgever kan inloggen op de computer van de enquêteur. Dit maakt meekijken en –luisteren bij het doorlopen van de vragenlijst mogelijk. TNS NIPO Callcenter TNS NIPO beschikt over uitgebreide faciliteiten voor computergestuurd telefonisch onderzoek. TNS NIPO Callcenter, de afdeling voor computergestuurd telefonisch


onderzoek, is uitgerust met 240 cabines van waar uit de enquêteurs volledig 'computer assisted' consumenten en bedrijven ondervragen. Door het gebruik van de computer is een optimale voortgangsbewaking van het veldwerk mogelijk. TNS NIPO Callcenter beschikt over een geautomatiseerd afsprakensysteem waardoor de gesprekken plaatsvinden op tijdstippen die de respondenten het beste uitkomt. Bovendien is het mogelijk om afgebroken interviews op een later tijdstip te hervatten. De computer bewaakt de voortgang van het veldwerk. Aan het eind van elke dag wordt automatisch een responsverslag gemaakt. Op deze wijze kan onmiddellijk worden ingegrepen als de respons in bepaalde groepen (cellen) achterblijft. Het systeem levert tevens informatie over de gemiddelde gespreksduur (totaal en per enquêteur), het aantal gesprekken dat is gerealiseerd (totaal en per enquêteur), het aantal afspraken, het aantal weigeringen (met motief), het aantal nummers/adressen dat nog openstaat, et cetera. Zo is er permanent inzicht in de vorderingen van het veldwerk en kan er tijdig worden bijgestuurd of ingegrepen. In het TNS NIPO Callcenter bewaken supervisors (deskundigen op het gebied van telefonisch onderzoek) continu de kwaliteit van het veldwerk vanuit speciaal ingerichte controle-units (meeluister- en meekijkfaciliteiten). Volgens een vaste steekproefroutine wordt met enquêteurs meegekeken en -geluisterd. De supervisor maakt een verslag van het functioneren van de enquêteur dat wordt opgeslagen in een evaluatielogboek. Indien nodig geeft de supervisor aanwijzingen en fungeert bij problemen als vraagbaak voor de enquêteurs. Voor de steekproeftrekking beschikt TNS NIPO over alle telefoonnummers in Nederland zodat in alle gevallen een verantwoorde steekproef samengesteld kan worden. Catibus: the small business solution Een CATI onderzoek wordt bij TNS NIPO exclusief voor één opdrachtgever uitgevoerd. Daarnaast voert TNS NIPO wekelijks een eigen CATI-onderzoek uit onder de Nederlandse huishoudens: de Catibus. Het is mogelijk een klein aantal vragen met deze omnibus te laten ‘meelopen’. Ideaal voor kleinere ondernemers of kleinere (deel)onderzoeken.


Bijlage 3 Vragenlijst VRAAG 1001 Goede..., u spreekt met ... van TNS NIPO. In opdracht van Stichting Ict op School doen wij op dit moment een onderzoek naar computergebruik op school. Hiervoor wil ik graag spreken met degene die verantwoordelijk is voor ICT op uw school. Kunt u mij hiermee doorverbinden? (Enq: meestal is dit de directeur of ICT-coördinator) 1  2 

 3 



Ja Nee (later terugbellen) EINDE VAN INTERVIEW, NON-RESPONS "A"

Nee (weigering) EINDE VAN INTERVIEW, NON-RESPONS "E"

VRAAG 1002 Goede..., u spreekt met ... van het TNS NIPO. In opdracht van Stichting Ict op School doen wij op dit moment een onderzoek naar het gebruik van ICT op scholen in het primair en voortgezet onderwijs. De vragenlijst zal ongeveer 15 minuten van uw tijd in beslag nemen, wilt u hieraan meewerken? 1  2 

 3 



Ja Nee, geen tijd, afspraak maken EINDE VAN INTERVIEW, NON-RESPONS "A"

Nee, weigering EINDE VAN INTERVIEW, NON-RESPONS "E"

VRAAG 1005 Volgens onze gegevens bent u werkzaam in het voortgezet onderwijs. Klopt dat? 1  2  3 

Ja Nee, maar wel in het primair onderwijs. Nee

INDIEN [ Q1005 , 3 ] GA VERDER NAAR VRAAG 999

VRAAG 1 Hoe zou u het computergebruik voor onderwijsdoeleinden op uw school het beste typeren? (Enq: lees 1-5 op) 1 2 3 4 5 9

     

geen gebruik en ook nog geen plannen orientatie op de mogelijkheden beginnend gebruik gevorderd gebruik vergevorderd gebruik weet niet

VRAAG 2 In hoeverre vindt u de ICT-voorzieningen op uw school toereikend voor gebruik in de lessen? De ICTvoorzieningen zijn... (Enq: lees 1-5 op) 1 2 3 4 5 9

     

slecht matig voldoende goed uitstekend Weet niet


VRAAG 201 FORMULIER VRAAG Kunt u in procenten aangeven welk percentage van de computers voor onderwijsdoeleinden aan vervanging toe is bijvoorbeeld door ernstige technische gebreken of veroudering? U kunt een percentage tussen de 0 en 100% noemen. In dien u het niet precies weet, geef dan een zo goed mogelijke schatting. (Enq: Indien de respondent het echt niet weet, typ dan 999) VRAAG 202 FORMULIER VRAAG Kunt u in procenten aangeven welk percentage van de computers voor onderwijsdoeleinden dit schooljaar daadwerkelijk is of wordt vervangen? U kunt een percentage tussen de 0 en 100% noemen. In dien u het niet precies weet, geef dan een zo goed mogelijke schatting. (Enq: Indien de respondent het echt niet weet, typ dan 999) VRAAG 3 Wat is uw oordeel over de manier waarop het beheer en het onderhoud van de computervoorzieningen op uw school zijn geregeld? (Enq: lees 1-5 op) 1 2 3 4 5 9

     

slecht matig voldoende goed uitstekend weet niet

VRAAG 4 Welke van de volgende omschrijvingen is het MEEST van toepassing op het ICT-beleid van uw school? (Enq: lees 1-3 op) 1 2 3 9

   

er is helemaal geen beleid of beleidsplan er is een beleidsplan, maar (bijna) niemand gebruikt het er is een beleidsplan dat daadwerkelijk wordt uitgevoerd weet niet

VRAAG 5 Heeft u een meerjarig financieringsplan? 1  2  9 

ja nee weet niet

VRAAG 6 FORMULIER VRAAG Bij de invoering van ICT in het onderwijs zijn 4 aandachtsvelden te onderscheiden. Kunt u voor elk van deze activiteiten in procenten aangeven hoe intensief uw school zich hiermee tot nu toe heeft bezig gehouden. U kunt een percentage aangeven tussen de 0 en 100%. Zorgt u ervoor dat het totaal op 100% uitkomt. Het betreft de volgende onderwerpen: (Enq: lees 1-4 op) 1. ICT-infrastructuur


VRAAG 380 INDIEN [ GTOT <> 100 & # ( 117L3 = 999) ]

De gegeven percentages tellen niet op tot honderd. U heeft het volgende ingetikt: 1. ICT-infrastructuur % 2. Educatieve software % 3. Kennis en vaardigheden % 4. Visie op het gebruik van ICT % Samen is het % 1  2 



Doorgaan Opnieuw invullen *BACK 6

VRAAG 7 FORMULIER VRAAG Kunt u in procenten aangeven welk deel van de leraren binnen uw school op dit moment gebruik maakt van computers tijdens de les en hoeveel procent u verwacht dat over drie jaar hiervan gebruikt maakt? U kunt een percentage tussen de 0 en 100% noemen. Indien u het niet precies weet, geef dan een zo goed mogelijke schatting. VRAAG 8 MEERVOUDIGE VRAAG 148L4 Kunt u aangeven welke van de volgende aandachtsgebieden op uw school de hoogste prioriteit zouden moeten krijgen om dat te bereiken? En welke daarna? (Enq: lees 1-4 op, meer antwoorden mogelijk, in volgorde van belangrijkheid noteren) 1 2 3 4 8 9

     

apparatuurvoorzieningen educatieve software kennis en vaardigheden visie op het gebruik van ICT Geen van deze weet niet

VRAAG 9 Kunt u aangeven hoe belangrijk de schooldirectie het onderwerp computergebruik in de lessen vindt in vergelijking met andere onderwerpen die aandacht vergen? (Enq: lees 1-4 op) 1 2 3 4 9

    

Zeer belangrijk Belangrijk Niet zo belangrijk Helemaal niet belangrijk Weet niet

VRAAG 91 Heeft uw school op centraal niveau een visie geformuleerd met betrekking tot ICT in het onderwijs? 1 2 3 9

   

Ja Nee, maar we zijn ermee bezig Nee, nog niet Weet niet


VRAAG 10 In welke mate zijn de leraren van uw school op de hoogte van de computertoepassingen die zij bij de lesmethode zouden kunnen gebruiken? (Enq: lees op) 1 2 3 4 5 9

     

slecht matig voldoende goed uitstekend weet niet

VRAAG 11_1 INDIEN [ # Q1 , 1 TO 2 ]

Kunt u aangeven hoe vaak leerlingen gemiddeld op school gebruik maken van de volgende computertoepassingen? Gebruik van tekstverwerking (bv. Word) (Enq: Het gaat hierbij om een zo goed mogelijke inschatting van alle leerlingen samen in onder-, midden- en bovenbouw) 1 2 3 4 5 9

     

dagelijks wekelijks ongeveer 1 keer per maand enkele keren per jaar minder vaak of nooit weet niet


Gebruik van oefenprogramma's voor leerstofonderdelen binnen de vakgebieden (Enq: Het gaat hierbij om een zo goed mogelijke inschatting van alle leerlingen samen in onder-, midden- en bovenbouw) 1 2 3 4 5 9

     



Gebruik van internet voor het opzoeken van informatie (Enq: Het gaat hierbij om een zo goed mogelijke inschatting van alle leerlingen samen in onder-, midden- en bovenbouw) 1 2 3 4 5 9

     




Gebruik van internet voor communicatie-\samenwerkingsdoeleinden (bv. e-mail) (Enq: Het gaat hierbij om een zo goed mogelijke inschatting van alle leerlingen samen in onder-, midden- en bovenbouw) 1 2 3 4 5 9

     



Gebruik van programma's die leerlingen ondersteunen bij de planning en het zelfstandig uitvoeren van opdrachten (bv. elektronsiche leeromgeving) (Enq: Het gaat hierbij om een zo goed mogelijke inschatting van alle leerlingen samen in onder-, midden- en bovenbouw) 1 2 3 4 5 9

     


VRAAG 110 Heeft uw school een beleid dat er op gericht is te voorkomen dat leerlingen na computergebruik pijn hebben in handen, polsen, armen, schouders of nek? 1  3  9 

ja nee weet niet

VRAAG 111 INDIEN [ Q110 , 2 TO 3 ]

Bent u of uw school van plan beleid te ontwikkelen dat er op gericht is te voorkomen dat leerlingen na computergebruik pijn hebben in handen, polsen, armen, schouders of nek? 1  2  9 

ja nee weet niet

VRAAG 12_1 Is de behoefte van uw school aan ... samenwerking en informatie-uitwisseling binnen de regio (Enq: lees 1-4 op) 1 2 3 4 8 9

     

Zeer groot Tamelijk groot Tamelijk klein Zeer klein Heb ik helemaal GEEN behoefte aan Weet niet


VRAAG 12_2 Is de behoefte van uw school aan ... hulp bij het vinden en selecteren van goede educatieve software (Enq: lees 1-4 op) 1 2 3 4 8 9

     


VRAAG 12_3 Is de behoefte van uw school aan ... gelegenheid om op andere scholen te kijken hoe ICT wordt gebruikt (Enq: lees 1-4 op) 1 2 3 4 8 9

     


VRAAG 12_4 Is de behoefte van uw school aan ... meer bruikbaar lesmateriaal voor computergebruik (Enq: lees 1-4 op) 1 2 3 4 8 9

     


VRAAG 12_5 Is de behoefte van uw school aan ... computerprogramma's waarmee leerlingen zelfstandig kunnen werken (Enq: lees 1-4 op) 1 2 3 4 8 9

     



VRAAG 12_6 Is de behoefte van uw school aan ... goede voorbeelden van ICT en didactiek (Enq: lees 1-4 op) 1 2 3 4 8 9

     


VRAAG 12_7 Is de behoefte van uw school aan ... een bruikbaar leerlingvolgsysteem \ leerlingadministratiesysteem (Enq: lees 1-4 op) 1 2 3 4 8 9

     


VRAAG 12_8 Is de behoefte van uw school aan ... handreikingen voor het gebruik van computerprogramma's in de les (Enq: lees 1-4 op) 1 2 3 4 8 9

     


VRAAG 12_9 Is de behoefte van uw school aan ... cursussen gericht op lesgeven met ICT-toepassingen (didactische vaardigheden) (Enq: lees 1-4 op) 1 2 3 4 8 9

     



VRAAG 12_10 Is de behoefte van uw school aan ... extra computers of andere computervoorzieningen (Enq: lees 1-4 op) 1 2 3 4 8 9

     


VRAAG 12_11 Is de behoefte van uw school aan ... een electronische leeromgeving (Enq: lees 1-4 op) 1 2 3 4 8 9

     


GA VERDER NAAR VRAAG 121_12

VRAAG 12_13 Is de behoefte van uw school aan ... grotere betrouwbaarheid van de aansluiting met internet (minder storingen) (Enq: lees 1-4 op) 1 2 3 4 8 9

     


VRAAG 12_14 Is de behoefte van uw school aan ... directe deskundige hulp als de computers of het netwerk haperen (Enq: lees 1-4 op) 1 2 3 4 8 9

     



VRAAG 12_15 Is de behoefte van uw school aan ... betere afstemming tussen ICT-voorzieningen voor schooladministraties en de programmatuur voor onderwijsdoeleinden waar leraren en leerlingen gebruik van maken (Enq: lees 1-4 op) 1 2 3 4 8 9

     


VRAAG 12_16 Is de behoefte van uw school aan ... een snelle en veilige verbinding vanuit huis met de computervoorzieningen op school (Enq: lees 1-4 op) 1 2 3 4 8 9

     


VRAAG 12_17 Is de behoefte van uw school aan ... een door leerkrachten en directie gezamenlijke ontwikkelde visie op ict in het onderwijs (Enq: lees 1-4 op) 1 2 3 4 8 9

     


VRAAG 13 Heeft u, voordat u aan dit interview begon, wel eens gehoord van Stichting Ict op School, ook al is het alleen van naam? 1  2 

 3 

 9 



Ja, meer dan alleen van naam Ja, alleen van naam GA VERDER NAAR VRAAG 250

Nee GA VERDER NAAR VRAAG 250

Weet niet\ geen antwoord GA VERDER NAAR VRAAG 250

VRAAG 14 Bent u bekend met de website van Stichting Ict op School (www.ictopschool.net)? 1  2  9 

Ja Nee Weet niet


VRAAG 15 INDIEN [ Q14 , 1 ]

Heeft u wel eens gebruik gemaakt van de website (www. ictopschool.net)? 1  2  9 

Ja Nee Weet niet

VRAAG 16 INDIEN [ Q15 , 1 ]

Bent u over de site van Ict op School in het algemeen ... (Enq: lees 1-4 op) 1 2 3 4 9

    

Zeer tevreden Tevreden Ontevreden Zeer ontevreden Weet niet

VRAAG 18

FORMULIER VRAAG INDIEN [ Q14 , 1 ]

Wanneer u in een rapportcijfer aangeeft wat het belang is van de website voor uw werkzaamheden ten aanzien van de integratie van ICT op uw school, welk cijfer geeft u dan? Een 1 staat voor zeer onbelangrijk, een 10 staat voor zeer belangrijk. (Enq, toets 99 voor weet niet) VRAAG 19_1 Ik noem u nu een aantal producten of diensten van Ict op School. Kunt u aangeven welke u kent? Kent u ... 'Vier in balans (Plus)' 1  2  9 

Ja Nee Weet niet

VRAAG 21_1 INDIEN [ Q19_1 , 1 & 1 ]

Bent u over Vier in balans in het algemeen ... (Enq: lees 1-4 op) 1 2 3 4 9

    


VRAAG 22_1

FORMULIER VRAAG INDIEN [ Q19_1 , 1 ]

Wanneer u in een rapportcijfer aangeeft wat het belang is van 'Vier in balans (Plus)' voor uw werkzaamheden ten aanzien van integratie van ICT op uw school, welk cijfer geeft u dan? Een 1 staat voor zeer onbelangrijk, een 10 staat voor zeer belangrijk. (Enq, toets 99 voor weet niet) VRAAG 19_2 Kent u ... het Nieuwsbulletin bij Vives 1  2  9 

Ja Nee Weet niet


VRAAG 22_2


Wanneer u in een rapportcijfer aangeeft wat het belang is van het Nieuwsbulletin bij Vives voor uw werkzaamheden ten aanzien van integratie van ICT op uw school, welk cijfer geeft u dan? Een 1 staat voor zeer onbelangrijk, een 10 staat voor zeer belangrijk. (Enq, toets 99 voor weet niet) VRAAG 19_3 Kent u ... de nieuwsbrief E-zine 1  2  9 

Ja Nee Weet niet

VRAAG 22_3


Wanneer u in een rapportcijfer aangeeft wat het belang is van de nieuwsbrief E-zine voor uw werkzaamheden ten aanzien van integratie van ICT op uw school, welk cijfer geeft u dan? Een 1 staat voor zeer onbelangrijk, een 10 staat voor zeer belangrijk. (Enq, toets 99 voor weet niet) VRAAG 19_7 Kent u ... Kwaliteitregelingen voor bijvoorbeeld Internet Service Providers (ISP) 1  2  9 

Ja Nee Weet niet

VRAAG 22_7


Wanneer u in een rapportcijfer aangeeft wat het belang is van Kwaliteitregelingen voor bijvoorbeeld Internet Service Providers (ISP) voor uw werkzaamheden ten aanzien van integratie van ICT op uw school, welk cijfer geeft u dan? Een 1 staat voor zeer onbelangrijk, een 10 staat voor zeer belangrijk. (Enq, toets 99 voor weet niet) VRAAG 19_8 Kent u ... Publicaties over samenwerking zoals voor het basisonderwijs 'Dynamiek in samenwerking' of voor het voortgezet onderwijs 'VO in beweging' 1  2  9 

Ja Nee Weet niet

VRAAG 22_8


Wanneer u in een rapportcijfer aangeeft wat het belang is van Publicaties over samenwerking zoals voor het basisonderwijs 'Dynamiek in samenwerking' of voor het voortgezet onderwijs 'VO in beweging' voor uw werkzaamheden ten aanzien van integratie van ICT op uw school, welk cijfer geeft u dan? Een 1 staat voor zeer onbelangrijk, een 10 staat voor zeer belangrijk. (Enq, toets 99 voor weet niet) VRAAG 19_9 Kent u ... Bijeenkomsten van Ict op School zoals congres of andere bijeenkomsten 1  2  9 

Ja Nee Weet niet


VRAAG 22_9


Wanneer u in een rapportcijfer aangeeft wat het belang is van Bijeenkomsten van Ict op School zoals congres of andere bijeenkomsten voor uw werkzaamheden ten aanzien van integratie van ICT op uw school, welk cijfer geeft u dan? Een 1 staat voor zeer onbelangrijk, een 10 staat voor zeer belangrijk. (Enq, toets 99 voor weet niet) GA VERDER NAAR VRAAG 2201_10

VRAAG 19_11 Kent u ... Kieswijzers en infowijzers over bijvoorbeeld gezond computeren, schooladministratiesystemen of beveiliging 1  2  9 

Ja Nee Weet niet

VRAAG 22_11


Wanneer u in een rapportcijfer aangeeft wat het belang is van Kieswijzers en infowijzers over bijvoorbeeld gezond computeren, schooladministratiesystemen of beveiliging voor uw werkzaamheden ten aanzien van integratie van ICT op uw school, welk cijfer geeft u dan? Een 1 staat voor zeer onbelangrijk, een 10 staat voor zeer belangrijk. (Enq, toets 99 voor weet niet) VRAAG 19_12 Kent u ... Tools van Ict op School zoals de de ict-boom, diskos of de assesmenttool 1  2  9 

Ja Nee Weet niet

VRAAG 22_12


Wanneer u in een rapportcijfer aangeeft wat het belang is van Tools van Ict op School zoals de de ict-boom, diskos of de assesmenttool voor uw werkzaamheden ten aanzien van integratie van ICT op uw school, welk cijfer geeft u dan? Een 1 staat voor zeer onbelangrijk, een 10 staat voor zeer belangrijk. (Enq, toets 99 voor weet niet) VRAAG 19_13 Kent u ... de Kennisrotonde 1  2  9  VRAAG 22_13

Ja Nee Weet niet FORMULIER VRAAG INDIEN [ Q19_13 , 1 ]

Wanneer u in een rapportcijfer aangeeft wat het belang is van de Kennisrotonde voor uw werkzaamheden ten aanzien van integratie van ICT op uw school, welk cijfer geeft u dan? Een 1 staat voor zeer onbelangrijk, een 10 staat voor zeer belangrijk. (Enq, toets 99 voor weet niet)


GA VERDER NAAR VRAAG 2201_14

VRAAG 270_1 INDIEN [ Q13 , 1 ]

Stichting Ict op School staat voor Onafhankelijk 1 2 3 4 5 9

     

Helemaal mee eens Mee eens Noch mee eens, noch mee oneens Mee oneens Helemaal mee oneens Weet niet

GA VERDER NAAR VRAAG 271_2 GA VERDER NAAR VRAAG 271_3


Stichting Ict op School staat voor Consumentenorganisatie 1 2 3 4 5 9

     




Stichting Ict op School staat voor Informatief 1 2 3 4 5 9

     



Stichting Ict op School staat voor Deskundigheid 1 2 3 4 5 9

     




VRAAG 270_11 INDIEN [ Q13 , 1 ]

Stichting Ict op School staat voor Belangenbehartiging 1 2 3 4 5 9

     


VRAAG 270_12 INDIEN [ Q13 , 1 ]

Stichting Ict op School staat voor 'van en voor scholen' 1 2 3 4 5 9

     


VRAAG 25_1 Ict op School verzorgt een aantal activiteiten ten behoeve van effectief en efficient computergebruik in het onderwijs. Hoe belangrijk vindt u dat Ict op School deze activiteiten uitvoert? het verspreiden van informatie en kennis (Enq: lees 1-4 op) 1 2 3 4 9

    


VRAAG 25_2 Ict op School verzorgt een aantal activiteiten ten behoeve van effectief en efficient computergebruik in het onderwijs. Hoe belangrijk vindt u dat Ict op School deze activiteiten uitvoert? het in kaart brengen van de vraag van scholen naar ICT producten en diensten (Enq: lees 1-4 op) 1 2 3 4 9

    



VRAAG 25_3 Ict op School verzorgt een aantal activiteiten ten behoeve van effectief en efficient computergebruik in het onderwijs. Hoe belangrijk vindt u dat Ict op School deze activiteiten uitvoert? het ondersteunen van samenwerking tussen scholen (Enq: lees 1-4 op) 1 2 3 4 9

    


VRAAG 25_4 Ict op School verzorgt een aantal activiteiten ten behoeve van effectief en efficient computergebruik in het onderwijs. Hoe belangrijk vindt u dat Ict op School deze activiteiten uitvoert? advies geven over ICT (Enq: lees 1-4 op) 1 2 3 4 9

    


VRAAG 25_5 Ict op School verzorgt een aantal activiteiten ten behoeve van effectief en efficient computergebruik in het onderwijs. Hoe belangrijk vindt u dat Ict op School deze activiteiten uitvoert? handreikingen voor het maken van keuzes uit het aanbod van ICT producten en diensten (Enq: lees 1-4 op) 1 2 3 4 9

    


VRAAG 25_6 Ict op School verzorgt een aantal activiteiten ten behoeve van effectief en efficient computergebruik in het onderwijs. Hoe belangrijk vindt u dat Ict op School deze activiteiten uitvoert? belangenbehartiging ter verbetering van ICT-producten en diensten van scholen (Enq: lees 1-4 op) 1 2 3 4 9

    

VRAAG 26

Zeer belangrijk Belangrijk Niet zo belangrijk Helemaal niet belangrijk Weet niet FORMULIER VRAAG INDIEN [ Q13 , 1 ]

Wat is uw totaaloordeel over de diensten en producten van Stichting Ict op School uitgedrukt in een rapportcijfer? U mag een cijfer geven tussen 1 (zeer slecht) en 10 (uitstekend). (Enq, toets 99 voor weet niet)


VRAAG 27

MEERVOUDIGE VRAAG TOON IN RANDOM VOLGORDE

Ik lees nu enkele activiteiten op. Wilt u steeds aangevenwelke van de volgende activiteiten een hoge prioriteit hebben? (Enq: lees 1-8 op, meer antwoorden mogelijk) 1 2 3 4

   

5 6 7 8 10 9

     

Samen met andere scholen ICT kennis ontwikkelen en uitwisselen Stimuleren van gebruik van computers in de klas Internetaansluiting Andere infrastructurele voorzieningen zoals interne netwerken, apparatuur, programmatuur Scholing van leraren Gebruik van ICT voor achterstandsleerlingen Gebruik van ICT voor kwaliteitsverbetering van onderwijs Gebruik van ICT voor communicatie met ouders en leerlingen thuis Anders, namelijk ... Weet niet\geen van deze

VRAAG 30

MEERVOUDIGE VRAAG TOON IN RANDOM VOLGORDE

Welke groepen of instanties hebben uw school in het afgelopen jaar in belangrijke mate ondersteund op het gebied van computergebruik? Met ondersteuning bedoelen we dat het computergebruik er momenteel aanzienlijk anders zou hebben uitgezien wanneer deze ondersteuning er niet zou zijn geweest. (Enq: lees 1-8 op, meer antwoorden mogelijk) 2 3 4 5 6 7 18 19

       

Ministerie OC&W Kennisnet Stichting Ict op School Gemeente \ provincie Samenwerkingsverband waarvan de school deel uitmaakt Onderwijsbegeleidingsdienst Anders, namelijk Weet niet

VRAAG 520 Bent u over het rendement dat de gedane investeringen op het gebied van ICT tot nu toe binnen uw scholen hebben opgeleverd.. (Enq: lees 1-4 op) 1 2 3 4 9

    


VRAAG 300 Tot slot nog een aantal algemene vragen. 1 

Doorgaan


VRAAG 31 Wat is of zijn uw functie(s) binnen de schoolorganisatie? (Enq.: meerdere antwoorden mogelijk) 8 3 4 5 6 7 9 10 18 19

         

MEERVOUDIGE VRAAG

ICT-verantwoordelijke binnen het bestuur (schoollocatie)directeur\(adjunct) ICT-coördinator bureaumedewerker bestuur ambtenaar afdeling onderwijs Adviseur van bestuur Lid bovenschools managementteam Leerkracht\docent Systeembeheerder Anders, namelijk ... Weet niet

VRAAG 32

MEERVOUDIGE VRAAG INDIEN [ Q2000 , 2 ]

Welke onderwijstypen behoren tot uw school? (Enq.: lees 1-3 op, meer antwoorden mogelijk) 1 2 3 8 9

    

vmbo havo vwo anders, namelijk weet niet

VRAAG 33 Vindt u het goed dat wij uw school naam en de door u gegeven antwoorden aan Stichting Ict op School doorgeven, met het doel de huidige dienstverlening te verbeteren? 1  2 

Ja, dat is goed Nee, liever niet

VRAAG 998 Hartelijk dank voor uw medewerking. Dan wens ik u verder nog een prettige dag. VRAAG 999 Dan heb ik verder geen vragen meer voor u. Nog een prettige dag verder. EINDE VAN INTERVIEW, NIET GESLAAGD, WEL GESCHREVEN


Bijlage 4 Tabellen


Bijlage 5 Open antwoorden Question 27, Code 10: Ik lees nu enkele activiteiten op. Wilt u steeds aangevenwelke van de volgende activiteiten een hoge prioriteit hebben? (Enq: lees 1-8 op, meer antwoorden mogelijk), Anders, namelijk ...  beleidsplan  elektronische leeromgeving  scholing van leerlingen, internetetiquette voor de leerlingen. Question 30, Code 18: Welke groepen of instanties hebben uw school in het afgelopen jaar in belangrijke mate ondersteund op het gebied van computergebruik? Met ondersteuning bedoelen we dat het computergebruik er momenteel, Anders, namelijk                                    

alles in eigen hand alles samengedaan met veel ouders en een commercieel bedrijf. at net. bestuursbureau bok ql ict de ict-er binnen de eigen organisatie dot com school. degene die ons de computers geschonken heeft. edulan. digidact. een horizoncollege die als helpdesk fungeert. een netwerkprovider. kijken op andere scholen naar ict. studenten van roc, systeembeheerders eigen stichting pcoaz eigen systeembeheerdes. een groep externbedrijf migroep externe adviseur fa. daxis uit deventer firma die netwerk beheert. geen geen geen geen gisdo onderwijsvernieuwing het bestuur zelf hier. het volgen van cursussen heutink ict - de klas.nu heutink ict: niet alleen technisch maar ook educatief hebben zij een vrij grote invloed. ict bedrijf ict-kring van het bestuur leerlingvolgsysteem leverancier. leverancier. netwerkbeheerder ons eigen systeembeheer, extern bureau. onze eigen leveranciers op bestuursniveau een afspraak met een commercieel bedrijf. ql-ict. st pro

[ vervolg ]            

station to station. station to station. stationtostation stationtostation in woerden stichting computers in het amsteredamse onderwijs. stichting talent technici technische dienst uitgevers thieme we hebben een contract met een website. wij hebben een eengoede dienst ict beheer, wij regelen alles zelf. wij maken deel uit van een speciaal opgerichte stichting: muizenstaartjes. Question 32, Code 8: Welke onderwijstypen behoren tot uw school? (Enq.: lees 1-3 op, meer antwoorden mogelijk), anders, namelijk

                 

atheneum, gumnasium gymnasium gymnasium gymnasium gymnasium gymnasium gymnasium gymnasium, 5+ programma lwo mbo practijkschool, praktijk onderwijs praktijk onderwijs praktijk onderwijs praktijkonderwijs praktijkonderwijs pro_ voortgezet praktijkonderwijs Question 31, Code 18: Wat is of zijn uw functie(s) binnen de schoolorganisatie? (Enq.: meerdere antwoorden mogelijk), Anders, namelijk ...

              

administratie adv. in de onderbouw. applicatiebeheerder, roostermaker. assistent afdelingsmanager bouwcoördinator. bouwcoördinator bouwcoördinator bouwcoördinator (bovenbouw) bovenbouw coördinator en ict'er en leerkracht conciërge conrector demand-manager voor aansturing cap gemini directeur directeur en ict medewerker directie


[ vervolg ]               

eindverantwoordelijke voor ict binnen de aangesloten scholen groepsleerkracht en ict'er gymlerares hoofd ict ik ben een duizendpoot. ik ben met computers bezig, administratie, en concierge. ik manage ook computerproblemen. intern begeleider intern begeleider. intern begeleider. internbegeleider interne begeleider lid managementteam. locatie ict'er en bovenschools ict'er voor 10 scholen. netwerkbeheerder onderwijskundig coördinator. profielleider natuur en gezondheid.



Scholen tevreden over rendement ICTinvesteringen

Recommend Documents