0314 682 888
[email protected] Postbus 35 7030 AA Wehl www.rijnlandadvies.nl
Samenwerking beroepsonderwijs en bedrijfsleven in de recreatiebranche Rapport van een onderzoek in opdracht van het bestuur van SFRecreatie
20 juni 2012 Kees Hagens Hilde Kraaijvanger
Inhoudsopgave Samenvatting Conclusies
1 4
1. 1.1 1.2 1.3
Inleiding Doel en onderwerpen van het onderzoek Onderzoeksmethode en respons Dit rapport
6 6 6 6
2. 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6
Onderzoek onder bedrijven Profiel van de respondenten Contacten met mbo-scholen Tevredenheid over de contacten Samenwerkingsverband met ROC Bereidheid tot samenwerking Opmerkingen
7 7 8 12 18 23 27
3. 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5
Onderzoek onder ROC’s Contacten met bedrijven Tevredenheid over de contacten Samenwerking met bedrijven Bereidheid tot samenwerking Opmerkingen
29 29 31 36 36 39
4.
Resultaten intern onderzoek RECRON onder regiomanagers
40
Bijlage 1. "Overige zaken" waarvoor bedrijven een samenwerkingsverband willen met een ROC
43
Samenvatting De stuurgroep Ruim Baan voor Recreatie hecht belang aan de verbetering van de regionale samenwerking tussen bedrijfsleven (verblijfsrecreatie, zwembaden en buitensport) en beroepsonderwijs (mbo en mogelijk vmbo en/of hbo). De versterking van de regionale samenwerking is onder andere van belang in het licht van het BPV-protocol, waarin beroepsonderwijs en bedrijfsleven afspraken hebben gemaakt over de verbetering van de beroepspraktijkvorming. Het bestuur van SFRecreatie heeft Rijnland Advies opdracht gegeven via een onderzoek de regionale samenwerking tussen het beroepsonderwijs en het bedrijfsleven in beeld te brengen. Dit onderzoek is uitgevoerd in de periode maart tot en met mei 2012. Het onderzoek kent een hoge respons. Onder de bedrijven bedraagt de respons 34% (548 bedrijven) en onder de ROC's was de respons 76% (25 scholen). Door deze respons bieden de resultaten een hoge mate van statistische betrouwbaarheid. Oorzaken van de hoge respons zijn de beknopte vragenlijst, die door de ondernemers en de scholen gemakkelijk en snel kon worden ingevuld en het versturen van voldoende reminders. Bedrijven Iets meer dan de helft van de bedrijven (52%) heeft contacten met ROC's. In de meeste gevallen hebben deze contacten betrekking op leerlingen van een ROC die bij het bedrijf stage lopen (BOL of BBL). Structurele samenwerkingsverbanden komen veel minder voor, slechts bij 8% van de bedrijven. Zowel voor de contacten als voor de samenwerkingsverbanden geldt, dat deze relatief veel voorkomen bij zwembaden, buitensportbedrijven, gemengde bedrijven en bedrijven in de categorie "overig". Campings en bungalowparken/groepsaccommodatieverhuurders hebben naar verhouding beduidend minder contacten en samenwerkingsverbanden met scholen. De contacten van de bedrijven met de scholen hebben betrekking op (in afnemende volgorde van belangrijkheid: - leerlingen die stagelopen in het bedrijf; - het optreden van het bedrijf als beoordelaar; - excursies van de school in het bedrijf; - gastlessen van het bedrijf in de school; - andere voorlichtingsactiviteiten; - deelname van bedrijven aan commissies of werkgroepen in de school. Deze commissies zijn vaak bedrijfsadviescommissies, klankbordgroepen of contactgroepen voor het monitoren van ontwikkelingen in de bedrijven en het afstemmen van het beroepsonderwijs op de praktijk in de bedrijven; - stagebegeleiding, leerwerkbedrijven, stage-inhoud - samenwerking binnen Brancheservicepunt Horeca & Recreatie (KHN, RECRON, UWV, Kenwerk, KvK) - contacten over de inhoud van de recreatieopleidingen; - groene activiteiten in recreatie; - schakelpropedeuse; - ECBL. De bestaande samenwerkingsverbanden hebben betrekking op (in afnemende volgorde van belangrijkheid): - het structureel bieden van stageplekken; - het op projectbasis bieden van stageplekken; - het ontwikkelen van opleidingen; - gastlessen door het bedrijf in de school. De tevredenheid van de bedrijven over de contacten en de samenwerkingsverbanden is hoog, al weten bedrijven ook verbeterpunten te noemen. Een aantal bedrijven vindt dat de school te weinig contact houdt en/of de leerling slecht begeleidt of niet voldoende bereikbaar is. Ook vinden sommige bedrijven dat men te weinig stagiaires krijgt of dat de kwaliteit van de stagiaires onvoldoende is. Maar 1
deze negatieve signalen zijn uitzonderingen. De meerderheid van de bedrijven die contacten hebben met de scholen is (zeer) tevreden en geeft positieve commentaren. Er is veel ruimte voor het uitbreiden van structurele samenwerking tussen bedrijven en scholen. 39% van de bedrijven wil structurele samenwerkingsactiviteiten met een school. (Terwijl 8% op dit moment dergelijke samenwerkingsactiviteiten heeft.) De samenwerking moet volgens deze bedrijven met name betrekking hebben op het creëren van stageplaatsen in het bedrijf. Ook, maar in mindere mate hebben bedrijven behoefte aan: - samenwerking rond opleidingen voor de betreffende branche of voor specifieke werkzaamheden binnen de branche; - samenwerking rond het aanleveren van stagiaires; - informatie over de mogelijkheden en voorwaarden als het gaat om stages; - het verbeteren van de aansluiting tussen beroepsonderwijs en bedrijfsleven; - het verbeteren van de aansluiting tussen de theorie en de praktijk in het bedrijf; - kennisoverdracht/-uitwisseling tussen de school en het bedrijf. Een flink deel van de bedrijven (45%) heeft geen mening over de bereidheid van ROC's tot samenwerking. Dit komt doordat men weinig contacten of samenwerking met scholen heeft, waardoor men hier geen zicht op heeft. Bedrijven die wel contacten of samenwerking met scholen hebben vinden dat de bereidheid tot samenwerking bij scholen voldoende is. 40% van de bedrijven vindt de bereidheid tot samenwerking bij ROC's voldoende. Maar de meerderheid daarvan (25%) van alle bedrijven vindt dat die bereidheid bij de ROC's wel verder gestimuleerd moet worden. Bedrijven zien de rol van de RECRON met name als: - bedrijven en beroepsonderwijs bij elkaar brengen (bruggenbouwer) en hiertoe concreet actie ondernemen; - met het beroepsonderwijs praten namens de bedrijven, het belang van de bedrijven richting het beroepsonderwijs behartigen. De bedrijven zien de rol van SFRecreatie met name als facilitator (faciliteiten beschikbaar stellen, financieren, informatie verstrekken, voorlichten). Voor Kenwerk zien de bedrijven met name een rol in bemiddelen en werken aan de kwaliteit van opleidingen en kwaliteit van begeleiding. De scholen moeten volgens de bedrijven ten behoeve van samenwerking actief bedrijven benaderen en relaties beheren. Daarbij moeten scholen voor bedrijven de verwachtingen en eisen duidelijk maken die aan de bedrijven worden gesteld. De rol van de bedrijven moet zijn actief mee te denken, bereid te zijn tot en mee te doen aan samenwerking met de scholen. Scholen De resultaten onder de scholen weerspiegelen voor een groot deel de resultaten onder de bedrijven. Alle geraadpleegde scholen hebben contact met bedrijven uit de recreatiesector. Die contacten hebben betrekking op: - leerlingen die stagelopen bij het bedrijf; - excursies; - gastlessen; - commissies/werkgroepen; - medewerkers van bedrijven die optreden als beoordelaar/assessor; - het voorlichten van praktijkbeoordelaars/-opleiders; - docentenstages.
2
De bestaande commissies en werkgroepen gaan meestal over: - BPV, BPV-periodisering; - examens; - afstemming van het beroepsonderwijs op de ontwikkelingen in de bedrijven; - het uitwisselen van informatie over ontwikkelingen in de bedrijven. De scholen zijn tevreden over de contacten en samenwerking met de bedrijven. Als het gaat om de commissies/werkgroepen is er naar verhouding wat meer ontevredenheid, hoewel ook over dit item de scholen in meerderheid tevreden zijn. De ontevredenheid over commissies en werkgroepen betreft de bereidheid of mogelijkheid bedrijven hieraan deel te laten nemen. Sommige ROC's kunnen te weinig bedrijven vinden die deel willen nemen en/of kunnen te weinig bedrijven vinden die hiervoor regelmatig naar de school willen komen. Een meerderheid van de scholen (56%) vindt dat de bereidheid van bedrijven tot samenwerking met scholen voldoende is, maar wel gestimuleerd moet worden. Het stimuleren van de bereidheid tot samenwerking onder bedrijven kan volgens de scholen gebeuren door bedrijven over het beroepsonderwijs te informeren, ze bewust te maken van het belang van samenwerking en actief contacten te leggen met bedrijven. De scholen kennen de RECRON, SFRecreatie, Kenwerk en de scholen zelf een rol toe bij het actief benaderen en informeren van bedrijven. SFRecreatie en Kenwerk ziet men ook als facilitators, bijvoorbeeld door het opleiden van assessoren, het verbeteren van criteria voor praktijkopleiders et cetera. Regiomanagers van RECRON Regiomanagers van RECRON hebben contacten met ROC's over de volgende zaken: - Stagebegeleiding, leerwerkbedrijven, stage-inhoud - Stageplaatsen - Samenwerkingspartner binnen Brancheservicepunt Horeca & Recreatie (KHN, RECRON, UWV, Kenwerk, KvK) - Inhoud recreatieopleiding - Verkenning recreatieopleiding (is niet doorgegaan, te weinig aanmeldingen) - Groene activiteiten in recreatie - Schakelpropedeuse - EBCL De regiomanagers zijn in meerderheid tevreden over deze contacten, maar signaleren ook dat contacten soms verwateren, mede doordat het werktempo van scholen en bedrijven nogal verschilt. De regiomanagers zijn betrokken bij de volgende samenwerkingsverbanden: - Brancheservicepunt Horeca en Recreatie (Pilot binnen UWV Werkbedrijf). Doel: goede invulling van vacatures en stageplekken, korte lijnen tussen vraag en aanbod creëren op de schaal van Noord-Holland Noord. - Schakelpropedeuse: jongelui via kennismaking met alle factoren van bedrijven juiste keuze laten maken - Terra next: werklozen via werkervaring weer in arbeidsproces krijgen De regiomanagers hebben ideeën over de manier waarop de bereidheid tot samenwerking onder scholen kan worden gestimuleerd: - Samenwerking stimuleren rond concrete pilots/proefprojecten, waarbij ook RECRON TOP adviseurs zijn betrokken; - Door vanuit de sector ondernemers en ondernemingen in de etalage te zetten op welke wijze zij zich beschikbaar stellen voor het beroepsonderwijs.
3
Eveneens twee regiomanagers hebben ideeën over hoe de bereidheid tot samenwerking onder bedrijven kan worden gestimuleerd: - Bedrijven inzicht geven in "Wat kunnen ROC-scholieren, stagiaires leveren" en "Wat zijn de voordelen als een bedrijf officieel leerwerkbedrijf wordt (rol Kenwerk)". - De beroepsonderwijsdeskundigen moeten meer uit de scholen komen om de taal van de ondernemers beter te leren spreken: De regiomanagers hebben ideeën over de rollen van de verschillende organisaties hierin. - Werkgeversvereniging RECRON en de regiomanagers van RECRON zouden volgens de regiomanagers de rol van makelaar/verbinder tussen vraag en aanbod moeten spelen. - SFRecreatie zou zich moeten richten op facilitering van lesstof, stage-inhoud, vakinhoudelijk; - Kenwerk kan zich volgens de regiomanagers het best richten op het uitdragen nut en noodzaak van leerwerkbedrijven, uitleg bij leerbedrijven over stagebegeleiding - De scholen: aangeven wat ze kunnen leveren en wat ook niet (denk aan verschil niveau 1 t/m 4 etc.), moeten open staan voor kritiek uit de sector - Voor de bedrijven: duidelijk aangeven welke opdrachten er zijn en wat je ook bij ROC’s onder welke voorwaarden zou kunnen neerleggen. Ook helpen bij input voor lesinhoud. Open staan voor leerlingen, stageplaatsen, masterclasses Aan de regiomanagers is gevraagd of men het een goede zaak zou vinden als er in hun regio structureel overleg zou plaatsvinden tussen recreatiebedrijven en scholen en of de regiomanager daarbij betrokken wil zijn. Uit de antwoorden blijkt, dat de regiomanagers overleg geen doel op zich vinden. Structureel overleg met scholen wil men alleen als de bedrijven in de regio daar behoefte aan hebben. Voor de meeste regiomanagers zelf structureel overleg met scholen geen prioriteit.
Conclusies Welke regionale samenwerkingsverbanden zijn er? Er bestaat regionale samenwerking tussen scholen en bedrijven op de volgende terreinen: - het structureel bieden van stageplekken; - het op projectbasis bieden van stageplekken; - het ontwikkelen van opleidingen; - gastlessen door het bedrijf in de school. - excursies; - commissies/werkgroepen; - medewerkers van bedrijven die optreden als beoordelaar/assessor; - het voorlichten van praktijkbeoordelaars/-opleiders; - docentenstages; - Brancheservicepunt Horeca en Recreatie (Pilot binnen UWV Werkbedrijf). Doel: goede invulling van vacatures en stageplekken, korte lijnen tussen vraag en aanbod creëren op de schaal van Noord-Holland Noord; - Schakelpropedeuse: jongelui via kennismaking met alle factoren van bedrijven juiste keuze laten maken; - Terra next: werklozen via werkervaring weer in arbeidsproces krijgen. Hoe functioneren die samenwerkingsverbanden? De samenwerking functioneert goed. Zowel bedrijven als scholen zijn hier in meerderheid tevreden of zeer tevreden over. Onder de scholen bestaat hier en daar wat ontevredenheid over de bereidheid of mogelijkheden onder bedrijven om deel te nemen aan commissies en werkgroepen. Bedrijven zijn minder bereid of kunnen hiervoor te weinig tijd vrijmaken.
4
Succesfactoren Op basis van de resultaten lijkt succes met name samen te hangen met: - het bewustmaken van bedrijven: waarom is het belangrijk samen te werken met het beroepsonderwijs; - het informeren van bedrijven over het beroepsonderwijs en over samenwerkingsmogelijkheden met het beroepsonderwijs; - het actief benaderen van bedrijven hierover. Wensen Bedrijven willen met name samenwerken met ROC's rond de volgende zaken: - het creëren van stageplaatsen in het bedrijf; - samenwerking rond opleidingen voor de betreffende branche of voor specifieke werkzaamheden binnen de branche; - samenwerking rond het aanleveren van stagiaires; - informatie over de mogelijkheden en voorwaarden als het gaat om stages; - het verbeteren van de aansluiting tussen beroepsonderwijs en bedrijfsleven; - het verbeteren van de aansluiting tussen de theorie en de praktijk in het bedrijf; - kennisoverdracht/-uitwisseling tussen de school en het bedrijf. Mogelijkheden Bedrijven en scholen vinden wederzijds van elkaar dat er voldoende bereidheid is tot samenwerking, maar ook dat die bereidheid verder gestimuleerd kan en moet worden. Er is een substantieel aantal bedrijven dat wel structureel met scholen wil samenwerken, maar dat nu nog niet doet. Voor de partijen in de branche betekent dit dat er in goede regionale samenwerking nog veel vooruitgang kan worden geboekt. Dit vraagt inzet en het stellen van prioriteiten bij organisaties zoals SFRecreatie, RECRON, Kenwerk, maar uiteraard vooral bij scholen en bedrijven.
5
1.
Inleiding
1.1 Doel en onderwerpen van het onderzoek Het bestuur van SFRecreatie heeft Rijnland Advies opdracht gegeven een onderzoek uit te voeren naar de samenwerking tussen het bedrijfsleven in de sector en het beroepsonderwijs. SFRecreatie wil de regionale samenwerking versterken, onder andere ten behoeve van het BPV-protocol, waarin afspraken zijn vastgelegd tussen beroepsonderwijs en bedrijfsleven over de verbetering van de beroepspraktijkvorming (BPV). Doel van het onderzoek is om inzicht te krijgen in: - welke regionale samenwerkingsverbanden er zijn; - de wijze waarop deze samenwerkingsverbanden nu functioneren; - welke aspecten het succes van goed functioneren bepalen (best practices); - welke knelpunten voorkomen om tot succes te komen; - inventariseren welke wensen en verwachtingen er leven bij bedrijfsleven en beroepsonderwijs om de regionale samenwerking te stimuleren; - inzicht krijgen in de wensen van bedrijven die nog niet deelnemen aan een samenwerkingsverband; - welke instrumenten van belang kunnen zijn om het bedrijfsleven te helpen hun rol beter te spelen in de samenwerkingsverbanden.
1.2 Onderzoeksmethode en respons Uit de administratie van SFRecreatie zijn de adresgegevens geselecteerd, met bedrijven met in ieder geval een e-mailadres. Rijnland Advies heeft een concept-vragenlijst gemaakt en deze besproken met de opdrachtgever. De definitieve vragenlijst is goedgekeurd en omgezet naar een webvragenlijst. De web-enquête is afgenomen in april 2012. Door het regelmatig versturen van reminders en door de beknopte vragenlijst is een hoge respons gerealiseerd. In totaal zijn 1.714 bedrijven aangeschreven. Daarvan bleken 83 e-mailadressen niet te kloppen. Van 548 bedrijven hebben we een volledig ingevulde vragenlijst ontvangen, wat een respons oplevert van 34%. Dit is een hoge respons, die een onnauwkeurigheidsmarge op van maximaal 3,5%. Dit geldt in de sociale wetenschappen als een hoge statistische betrouwbaarheid. Er zijn 33 regionale opleidingscentra (ROC’s) aangeschreven. De vragenlijst is door 25 ROC’s ingevuld. Onder de scholen bedraagt de respons derhalve 76%.
1.3 Dit rapport De conclusies van de onderzoekers zijn opgenomen aan het begin van het rapport. In hoofdstuk 2 worden de resultaten beschreven van het onderzoek onder bedrijven. In hoofdstuk 3 staan de resultaten van het onderzoek onder de ROC’s. Hoofdstuk 4 behandelt de resultaten van een onderzoek onder regiomanagers van RECRON.
6
2.
Onderzoek onder bedrijven
2.1 Profiel van de respondenten Bijna de helft (45%) van de respondenten werkt binnen een bedrijf dat tot de bedrijfstak ‘camping’ behoort. 19% behoort tot de bungalowparken/groepsaccommodaties en 11% tot de zwembaden. 4% van de respondenten werkt bij een buitensportbedrijf en 14% werkt bij een bedrijf dat deze combineert.
Bedrijfstak (n=548)
31% van de bedrijven is gevestigd in Noord Nederland (Friesland, Groningen, Drenthe en Overijssel) en een kwart van de bedrijven in Zuid Nederland (Zeeland, Brabant en Limburg). 22% van de zetelt in Utrecht en Gelderland en de overige 21% is gevestigd in Noord- of Zuid-Holland of Flevoland.
Regio (n=547)
Iets meer dan de helft (55%) van de bedrijven is een erkend leerbedrijf.
7
2.2 Contacten met mbo-scholen Iets meer dan de helft (52%) van de bedrijven heeft contact met een of meer mbo-scholen, zoals een ROC of AOC. De verdeling naar bedrijfstak laat zien dat bungalowparken/groepsaccommodaties het minst vaak contact hebben met mbo-scholen en dat van de subbranches zwembaden, buitensportbedrijven, "gemengd" en "overig" de meeste bedrijven contact hebben met één of meer mbo-scholen. Onder de campings en de branche "bungalowpark/groepsaccommodatie" hebben de meeste bedrijven geen contact met ROC's. De verschillen zijn significant.
Contact met mboschool
camping
bungalowpark/ groepsaccommodatie
42% n=245
27% n=106
Bedrijfstak zwembad buitensportbedrijf 82% n=62
91% n=22
gemengd
overig
72% n=74
72% n=39
Totaal
52% n=548
De verdeling naar regio’s laat zien dat er in de Randstad vaker contact met mbo-scholen is dan in de rest van Nederland.
Noord Nederland Contact met mboschool
48% n=172
Regio Randstad 58% n=116
8
Utrecht en Gelderland
Zuid Nederland
Totaal
48% n=120
55% n=139
52% n=547
Van de 548 bedrijven die aan het onderzoek deelnamen hebben er 283 contact met mbo-scholen. 89% van de 283 bedrijven die contact hebben met mbo-scholen, heeft contact over een leerling die bij het bedrijf werkt of stage loopt. Bij 17% van de bedrijven die contact hebben, is dit een contact omdat men voor de school optreedt als beoordelaar. 12% heeft contact over excursies van de school naar het bedrijf. Een overzicht van het soort contact staat in het overzicht. Een aantal bedrijven heeft verschillende contacten. Soort contact met scholen (n=283)
Tussen de bedrijfstakken bestaan in enkele gevallen significante verschillen. Zo hebben alle buitensportbedrijven en 98% van de zwembaden contact met scholen over leerlingen die bij het bedrijf stage lopen of werken. De campings (85%) en de "overige" bedrijven (82%) hebben minder contact over leerlingen. Buitensportbedrijven (25%), gemengde bedrijven (15%), bungalowparken/ groepsaccommodaties(14%) en overige bedrijven (18%) hebben vaker contact met scholen over excursies dan campings (10%) en zwembaden (2%).
9
Aan de bedrijven die contact hebben in het kader van een commissie of werkgroep is gevraagd wat het doel van de commissie of werkgroep is en over welke onderwerpen wordt gesproken.
Doel en onderwerpen van de commissie of werkgroep
Aantal keer genoemd
doel Bedrijfsadviescommissie.
3x
Klankbordgroep.
2x
Betere afstemming wensen bedrijfsleven en opleiding
1x
Branchecommissie Horeca De praktijk dichter bij school brengen/betrokkenheid creëren. Elkaar informeren over ontwikkelingen in de branche en ontwikkeling bij het ROC. Extern lid examencommissie.
1x 2x 1x 1x
onderwerpen Divers.
3x
Ontwikkelingen in het beroepsonderwijs en in de branche. Afstemmen schoolprogramma op behoefte bedrijven.
3x 2x
Aansluiting competenties.
1x
Beoordelen en inhoud examens.
1x
Beleid samenwerking. Examenregeling. Verwachtingen van stagiaires en begeleiding. Docentenstages.
1x 1x 1x 1x
Andere contacten gericht op het voorlichten van leerlingen over het bedrijf of de recreatiesector, die genoemd zijn: - Open dagen; - Bedrijvenmarkten/studentenbeurzen; - Geven van bedrijfspresentaties.
10
Andere contacten in het algemeen met scholen: - Behalen zwemdiploma; - Contact over invulling van de lesprogramma’s/ontwikkelen van lesmateriaal; - ROC huurt de accommodatie; - ROC komt vergaderen; - Contact vanwege bestuursfunctie binnen RECRON; - Voorzitter van de stuurgroep Schakelpropedeuse. Samenwerking vo-mbo-hbo; - Helpen bij het opschonen van de heide; - Contact over erkenning als leerbedrijf; - Cursus gevolgd voor begeleiding van stagiaires; - Contact over het opstarten van een project op school; - Direct contact met docenten; - Contacten nog weinig concreet; we zijn net begonnen met contactleggen.
11
2.3 Tevredenheid over de contacten De bedrijven zijn over het algemeen tevreden over de contacten met de scholen. Het totale beeld van de tevredenheid over de contacten is te zien in het overzicht hieronder. Er bestaan geen significante verschillen tussen de bedrijfstakken. 70% van de bedrijven is (zeer) tevreden over de contacten met de school in het kader van leerlingen die in het bedrijf werken of stage lopen. Een kwart antwoordt neutraal en 5% is ontevreden. 83% van de bedrijven is tevreden (6% daarvan is zeer tevreden) over het contact tussen de school en medewerkers die optreden als beoordelaar en assessor. 82% van de bedrijven is tevreden over de contacten met de scholen in het kader van excursies. Contacten over de andere items (gastlessen, andere voorlichtingsactiviteiten, commissies/werkgroepen, docentenstages, andere zaken) komen wat minder voor. Maar ook over deze contacten zijn de bedrijven waar dit voorkomt in meerderheid tevreden.
12
Sommige bedrijven hebben een toelichting gegeven op de (on)tevredenheid van de contacten over de leerling die in het bedrijf werkt of stage loopt. De bedrijven die tevreden zijn over deze contacten geven hierbij de volgende toelichting. Toelichting van bedrijven die tevreden zijn over de contacten over de leerling Het contact is goed/prima contact met praktijkbegeleider/prima terugkoppeling. Structureel overleg en afspraken worden nagekomen/goed overleg/korte lijnen.
Aantal keer genoemd 37x 14x
Begeleiding is prima/Begeleider komt regelmatig langs.
6x
Begeleiding is onder de maat/begeleider moeilijk bereikbaar.
15x
Communicatie is goed.
6x
Communicatie verloopt slecht/weinig communicatie tussen school en bedrijf.
5x
Er is wel contact, maar dat zou intensiever kunnen/moet moeite doen om in contact te blijven/contact is vluchtig.
8x
Contact verschilt per opleiding en per begeleider. Meerjaren contact zijn prettig/wisselende ervaringen.
5x
Er wordt weinig tot niets gedaan met onze opmerkingen/er wordt niks gedaan met de feedback.
3x
Opleiding sluit moeilijk aan bij de praktijk.
1x
We zien het als onze maatschappelijke verplichting, waar we overigens graag aan meewerken.
1x
Weinig zelfinitiatief/er mag meer initiatief van de stagedocent komen.
3x
Stagiairs zijn meer gemotiveerd dan vakantiekrachten. Stage geeft een toegevoegde waarde voor leerling en bedrijf. Had graag vanuit de opleiding meer informatie willen ontvangen over verwachtingen en leerdoelen. Het is nu wat de stagiair aandraagt/er wordt te weinig onderbouwing aan de leerlingen meegegeven, waardoor we tegen muur lopen.
1x
Kruisverbanden leidt tot marktvergroting. Het niveau ligt soms laag.
1x 1x
ROC heeft te weinig tijd om de leerlingen te bezoeken.
1x
Wederzijdse leerervaringen.
1x
Dit vindt plaats op locaties waar ik niet bij betrokken ben, maar ik hoor nooit klachten.
1x
De leerlingen zijn van een goed niveau.
1x
De leerling en docent houden zelf contact. Wij spreken ze vaak alleen bij beoordelingsgesprekken.
1x
13
1x
2x
Bedrijven die ontevreden zijn over de contacten met de ROC's over de leerling geven daarbij de volgende toelichting. Toelichting van bedrijven die ontevreden zijn over de contacten over de leerling
Aantal keer genoemd
Contact wordt niet onderhouden/er is te weinig contact tijdens de stageperiode/pas na afloop van de stage was er contact.
4x
Geen terugkoppeling.
2x
Slechte begeleiding door school/we zijn inmiddels gestopt door het totale gebrek aan begeleiding vanuit de opleiding voor zowel stagiair als stage-bedrijf.
2x
Contactpersoon belt niet terug en kan onvoldoende toelichting geven op vragen. Beoordelingsmap is een regelrechte ramp.
1x
Bij hun tevredenheid over de contacten in het kader van hun rol als beoordelaar geven de bedrijven de volgende toelichting. Toelichting van bedrijven die tevreden zijn over de contacten rond beoordelaars
Aantal keer genoemd
Contact is goed/contact verloopt zonder problemen.
9x
De samenwerking is positief voor ons bedrijf/goede samenwerking.
3x
Duidelijke BPV-formats om te beoordelen/Goed gedocumenteerd en je weet precies waarop je moet beoordelen/heldere beoordelingscriteria. Er wordt goed in overweging genomen wat in de praktijk gewenst is. Goed geregeld dat wij hier ook een bijdrage aan kunnen leveren. Er zijn opleidingen waar het niet mogelijk is om meerdere malen langs te komen voor de beoordeling. Soms vraag ik me af of ik bij het examineren de leerling of het stage-bedrijf aan het beoordelen ben.
14
3x 1x 1x 1x 1x
Bij hun tevredenheid over contacten met scholen rond excursies maken de bedrijven de volgende opmerkingen. Toelichting van bedrijven die tevreden zijn over de contacten rond excursies
Aantal keer genoemd
Goede afstemming/goed overleg mogelijk.
3x
Verloopt prima.
2x
Hierdoor kunnen we kennis delen. De school komt ieder jaar met een groepje leerlingen, maar heeft nog nooit een stagiaire opgeleverd.
1x
Een-op-een contact.
1x
Kost vaak veel tijd en leerlingen zijn niet altijd gemotiveerd. De opleiding zou in de voorbereiding het belang beter aan kunnen geven.
1x
1x
Over de (on)tevredenheid over contacten rond gastlessen geven de bedrijven de onderstaande toelichting. Eerst worden de reacties genoemd van de bedrijven die tevreden waren en daarna volgt de toelichting van het bedrijf dat ontevreden was. Toelichting van bedrijven die tevreden zijn over de contacten rond gastlessen
Aantal keer genoemd
Men is positief.
1x
Wederzijds belang. Goede ontvangst en uitwisseling van praktijk en theorie. Er bestaat gelukkig belangstelling voor het geven van gastlessen, die bijzonder goed door de bedrijven wordt ingevuld. Goede afstemming.
1x 1x
Toelichting van het bedrijf dat ontevreden is over de contacten rond gastlessen Ontevreden omdat ik voor de klas werd gezet met zeer ongemotiveerde en ongeïnteresseerde mensen.
15
1x 1x
Aantal keer genoemd 1x
Bij de tevredenheid over contacten ten behoeve van andere voorlichtingsactiviteiten maken de bedrijven de volgende opmerkingen. Toelichting van bedrijven die tevreden zijn over de contacten rond andere voorlichtingsactiviteiten
Aantal keer genoemd
De belangstelling vanuit de bedrijven is goed.
1x
Dit zijn activiteiten waar het mes aan twee kanten snijdt.
1x
Leerlingen moeten verschillende rapporten maken en denken via de mail alle vragen te beantwoorden. Bureauonderzoek is er niet bij. Ook geven ze maar weinig terug en komen beloftes niet na.
1x
Verloopt prima.
1x
Over hun tevredenheid over contacten in het kader van hun deelname aan commissies merken bedrijven het volgende op. Toelichting van bedrijven die tevreden zijn over de contacten rond commissies Goed overleg/contact is leuk, maar de commissie staat nog in de kinderschoenen/professioneel opgezet: verschillende takken van het bedrijfsleven bij elkaar. De samenwerking is beter dan enkele jaren geleden, maar nog niet optimaal/dit loopt nu, na een aanloopperiode. Goed dat het overleg er is, hoewel het te onregelmatig is en met grote tussenpozen.
Aantal keer genoemd 1x 1x 1x
Bijeenkomst van 2x per jaar is voldoende.
1x
Er werd duidelijk naar ons geluisterd, maar dat was het dan ook. Nadat wij ons na jaren inzet hadden afgemeld, kon er geen bedankje af.
1x
Er is te weinig contact.
1x
16
Bij hun tevredenheid over andere contacten hebben bedrijven de onderstaande opmerkingen. Opmerkingen van bedrijven die ontevreden zijn, staan in het tweede overzicht. Toelichting van bedrijven die tevreden zijn over de andere contacten
Aantal keer genoemd
Ik heb twee keer een begeleider gesproken en afgesproken dat het project ingepast zou worden, maar kreeg geen reactie daarna.
1x
Mede dankzij tips van school, zijn we nu bezig met procedure om erkend leerbedrijf te worden.
1x
Er wordt geluisterd naar het werkveld.
1x
Te weinig initiatief en respons vanuit school.
1x
Contact is slechts kort en informatief geweest.
1x
Toelichting van bedrijven die ontevreden zijn over de andere contacten
Aantal keer genoemd
Ontevreden want geen stagiaires/ Binnenkort onze eerste leerling sinds lange tijd.
3x
Ontevreden wegens vage contacten en de begeleiding vanuit school is slecht.
1x
Ontevreden omdat school ons alleen belt bij probleemgevallen.
1x
17
2.4 Samenwerkingsverband met ROC 8% van de ondervraagde bedrijven neemt op dit moment deel aan een samenwerkingsverband met een ROC. Onder een samenwerkingsverband wordt verstaan een structurele samenwerkingsactiviteit tussen het bedrijf en de school. 88% geeft aan dat er geen structurele samenwerkingsactiviteit bestaat en 4% moet het antwoord schuldig blijven. Deelname samenwerkingsverband (n=548)
Het beeld per bedrijfstak ziet er als volgt uit. De deelname aan samenwerkingsverbanden is naar verhouding hoog in de branches buitensport, zwembaden, "gemengd" en "overig". Campings en bungalowparken/accomodatieverhuurders hebben naar verhouding weinig samenwerkingsverbanden met ROC's. Deelname samenwerkings verband ja nee Totaal
camping
5% 91% n=245
bungalowpark/ groepsaccommodatie 3% 95% n=106
Bedrijfstak zwembad buitensportbedrijf 13% 82% n=62
18% 73% n=22
gemengd
overig
12% 82% n=74
23% 74% n=39
Totaal 8% 88% n=548
De verdeling naar regio’s laat zien dat de bedrijven in Utrecht en Gelderland het minst vaak deel uitmaken van een samenwerkingsverband. Deelname samenwerkings verband ja nee Totaal
Noord Nederland 10% 87% n=172
Randstad 10% 86% n=116
18
Utrecht en Gelderland 5% 89% n=120
Zuid Nederland 7% 88% n=139
Totaal 8% 88% n=547
De bestaande samenwerkingsverbanden hebben vooral te maken met bieden van stageplekken. Een aantal bedrijven (15) biedt structureel stageplekken aan. Andere bedrijven bieden op projectbasis of eenmalig stage-mogelijkheden of werkervaringsplekken aan. Enkele bedrijven werken met scholen samen aan het maken van een specifieke opleiding voor de (sub)branche of het eigen bedrijf. In een aantal gevallen huren scholen accommodatie van recreatiebedrijven, of geven bedrijven gastlessen in de school. Enkele bedrijven hebben alleen jaarlijks overleg met een mbo-school, zonder verdere activiteiten.
Beschrijving van het samenwerkingsverband
Aantal keer genoemd
Het structureel bieden van een of meer stageplekken.
15
Projecten gericht op het realiseren van (meestal tijdelijke) stageof werkervaringsplekken.
4
Het ontwikkelen en een (eigen) opleiding.
3
Het ROC huurt accommodatie van het bedrijf.
2
Gastlessen door het bedrijf in de school.
2
Jaarlijks een overleg/bedrijfsbezoek.
2
Anders.
10
Dan zijn er nog samenwerkingsactiviteiten die elk slechts door één bedrijf worden vermeld: - Het trainen van de medewerkers van het recreatiebedrijf door het ROC; - Samenwerking met school uit het voortgezet onderwijs om een actief bewegingsprogramma voor VO-leerlingen te maken; - Samenwerking met de CALO (opleiding te Zwolle, Windesheim), om een nieuw schoolzwemplan te realiseren; - Leerlingen van ROC doen een project/werkzaamheden in opdracht van het bedrijf; - Samenwerking op het gebied van voorlichting over de branche/het bedrijf; - Buitenlandse studenten lessen laten volgen op het ROC; - Presentatie van het bedrijf/de branche voor ROC-leerlingen op lokatie in het bedrijf; - Schoolactiviteiten/lessen in het bedrijf; - Samenwerken aan verbeteren van beroepsonderwijs en stages, Wellness caroussel; - Inzetten van studenten bij evenementen.
19
Ruim een derde (39%) van de bedrijven zou een samenwerkingsverband met een ROC willen. Iets meer dan de helft (56%) van de respondenten heeft daar geen behoefte aan en 5% weet het niet. Behoefte aan samenwerkingsverband met ROC (n=504)
Van de bedrijven die al structureel samenwerken met een school voor middelbaar beroepsonderwijs zou 41% nog wel een samenwerkingsverband willen. De onderverdeling naar bedrijfstak staat hieronder. De behoefte is relatief hoog bij buitensportbedrijven, gemengde bedrijven en zwembaden. Wat lager is de behoefte bij "overig", campings en bungalowparken/groepsaccomodaties. Behoefte samenwerkings verband ja nee Totaal
camping
36% 59%
bungalowpark/ groepsaccommodatie 31% 64%
n=226
n=99
Bedrijfstak zwembad buitensportbedrijf
gemengd
overig
Totaal
47% 51%
59% 36%
48% 51%
37% 49%
39% 56%
n=57
n=22
n=65
n=35
n=504
In de Randstad hebben bedrijven minder behoefte aan (nog) een samenwerkingsverband met een ROC. Behoefte samenwerkings verband ja nee Totaal
Noord Nederland 39% 53% n=154
Randstad 34% 63% n=109
20
Utrecht en Gelderland 40% 56% n=111
Zuid Nederland 41% 55% n=129
Totaal 39% 56% n=503
Onder de bedrijven die deelnemen aan het onderzoek willen 197 (nog) een samenwerkingsverband met een ROC. Deze verdeling van deze bedrijven over de bedrijfstakken is hieronder weergegeven. De campings zijn als grootste bedrijfstak het meest vertegenwoordigd onder deze bedrijven. Bedrijfstak van bedrijven die (nog) een samenwerkingsverband willen met een ROC Campings Bungalowparken/groepsaccommodatie Zwembad Buitensportbedrijf Gemengd Overig Totaal
Percentage 41% 16% 14% 7% 16% 7% 100% n=197
De verdeling naar regio van de bedrijven die (nog) een samenwerkingsverband willen met een ROC is in de onderstaande tabel weergegeven. De verdeling is redelijk gelijk over de regio's, waarbij Noord Nederland iets oververtegenwoordigd is en de Randstad iets ondervertegenwoordigd is. Vestigingsregio van bedrijven die (nog) een samenwerkingsverband willen met een ROC Noord Nederland Randstad Utrecht en Gelderland Zuid Nederland Totaal
21
Percentage 31% 19% 23% 27% 100% n=194
Aan bedrijven die een samenwerkingsverband met een ROC willen is gevraagd waar die samenwerking op gericht zou moeten zijn. De onderwerpen die door minstens twee bedrijven zijn genoemd staan in het onderstaande schema. Ruim een kwart van deze bedrijven wil samenwerken aan het realiseren van stageplaatsen. Dit is de meest voorkomende behoefte als het gaat om samenwerking met scholen. Een aantal bedrijven (19) geeft aan dat men wil samenwerken aan het realiseren van opleidingen (voor de eigen subbranche, het eigen bedrijf of voor specifieke onderdelen van het werk). Een deel van de bedrijven wil vooral stagiaires aangeleverd krijgen van de scholen. Aantal keer genoemd
Onderwerp van de samenwerking
Stages creëren, stageplaatsen scheppen en beschikbaar stellen.
56
Opleiden in het algemeen, gericht op de sector waarin het bedrijf werkt (zwembaden, horeca, dagrecreatie, entertainment, groenvoorziening et cetera) of specifieke onderdelen van het werk in het bedrijf, zoals gastenontvangst.
19
Stagiaires aanleveren.
13
Mogelijkheden en voorwaarden op het gebied van stages.
7
Verbeteren aansluiting van/relatie tussen het beroepsonderwijs/de school en het bedrijfsleven/het bedrijf.
6
De inhoud van de opleiding, verbetering aansluiting inhoud van de opleiding op de praktijk in het bedrijf.
6
Kennisoverdracht, kennisuitwisseling tussen school en bedrijf.
5
Verbeteren aansluiting tussen theorie en praktijk in de opleiding.
4
Verbeteren van de begeleiding en de communicatie rond stages van en tussen school en bedrijf.
4
Verbeteren van de inhoud van de opleidingen op specifiek genoemde onderdelen (zoals internationalisering, verbreding en uitbreiding van het productenaanbod).
4
Andere vormen van stages (klassikale stages, kortere stages, snuffeldagen en schoolpraktijkdagen).
4
Verbeteren van de begeleiding van de stagiaires.
3
Opleiden van leerlingen.
3
Verbeteren van de voorbereiding van de stagiaires.
2
Verbeteren van de kwaliteit van de stages.
2
Verbeteren van de kwaliteit van de opleiding in het algemeen.
2
Overig.
26
In bijlage 1 zijn de overige antwoorden opgenomen die slechts door één bedrijf zijn genoemd.
22
2.5 Bereidheid tot samenwerking De respondenten is gevraagd naar de ervaring van de bedrijven met de bereidheid bij mbo-scholen om samen te werken.12% vindt dat de bereidheid over het algemeen voldoende is en niet gestimuleerd hoeft te worden. Volgens 21% is die bereidheid voldoende, maar dient nog wel te worden gestimuleerd. 12% vindt dat de bereidheid om samen te werken bij mbo-scholen onvoldoende is en gestimuleerd zou moeten worden. 36% heeft geen mening over de bereidheid van scholen tot samenwerking met het bedrijfsleven en 19% heeft de vraag niet beantwoord. Bereidheid scholen tot samenwerking volgens bedrijven (n=548)
De meningen van de bedrijven, zijn onderverdeeld naar bedrijfstak. De branches die het minst samenwerken met scholen (campings en bungalowparken/verhuurders van groepsaccommodatie) zijn ook het minst tevreden over de bereidheid van scholen tot samenwerking met bedrijven. Bereidheid scholen tot samenwerking
Bedrijfstak zwembad buitensportbedrijf
gemengd
overig
18%
16%
13%
12%
27%
41%
23%
23%
21%
7%
8%
27%
7%
13%
12%
1%
0%
0%
0%
1%
3%
1%
Weet niet
40%
47%
21%
9%
35%
26%
36%
Geen antwoord
19%
24%
13%
5%
18%
23%
19%
n=245
n=106
n=62
n=22
n=74
n=39
n=548
Voldoende en hoeft niet gestimuleerd Voldoende maar moet gestimuleerd Onvoldoende en moet gestimuleerd Onvoldoende maar hoeft niet gestimuleerd
Totaal
camping
bungalowpark/ groepsaccommodatie
7%
8%
31%
18%
15%
15%
23
Totaal
De bedrijven die al deelnemen aan een samenwerkingsverband met een mbo-school zijn over het algemeen positiever over de bereidheid van scholen tot samenwerking. 28% van de bedrijven die structureel contact hebben vindt dat de bereidheid over het algemeen voldoende is en niet gestimuleerd hoeft te worden (tegenover 15% gemiddeld) en 16% vindt dat de bereidheid voldoende is maar nog wel gestimuleerd dient te worden (tegenover 25% gemiddeld). 6% vindt dat de bereidheid tot samenwerking onvoldoende is en gestimuleerd dient te worden (tegenover 14% gemiddeld). Aan de bedrijven is gevraagd welke rol men weggelegd ziet voor verschillende organisaties om de samenwerking in de sector te stimuleren. De rol van werkgeversvereniging RECRON zou volgens de bedrijven kunnen zijn: Adviseur; Onder de aandacht brengen van de sector, bijvoorbeeld in tijdschriften/goede voorlichting en informatie geven; Bijeenkomsten organiseren om werkgevers en scholen bij elkaar te brengen/samenwerking tussen bedrijven en scholen bepleiten en stimuleren; Bedrijven stimuleren; Beleidmaker; Belang van goed beroepsonderwijs behartigen; Bemiddelaar; Bruggenbouwer; Contacten initiëren; Standaard stagebeleid maken; Lobbyen bij scholen; Naar buiten treden namen diverse bedrijven; Nieuwe ontwikkelingen signaleren; Ondernemers wijzen op het nut van stageplaatsen; Ondersteuner; Kwaliteitsafspraken maken; Bij diverse platforms aandacht schenken aan de sector; Organiseren van scholenmarkt; Stimuleren van het ontwikkelen van een Wellness Academie; Verbinden; Zorgen voor relevante stageplaatsen. De rol van SFRecreatie zou volgens de bedrijven kunnen zijn: Adviseur; Faciliteiten beschikbaar stellen ter verbetering van de samenwerking; Financier/fonds/subsidies voor scholing verstrekken; Cursussen; Dichterbij brengen van het werk bij de student; Informatie verstrekken; Ondernemers wijzen op het nut van stageplaatsen; Stagebegeleiders opleiden; Verzekeringen bieden; Stimulator; Vergelijkingen op internet plaatsen over wat wel en niet goed gaat in de sector; Overzicht van toekomstverwachtingen bieden; Zorgen voor goede arbeidsvoorzieningen; Promotie van de branche.
24
De rol van Kenwerk zou volgens de bedrijven kunnen zijn: Aanspreekpunt; Actief onderhouden van contacten; Bemiddelen; Screening van stage-adressen; Stimuleren samenwerking tussen school en werkveld; Eisen stellen aan begeleiding door de opleiding; Goede opleidingen; Intermediair; Internetsite met stage-vacatures opzetten; Bemiddelaar; Controle op kwaliteit/kwaliteit borgen; Ontwikkelingen volgen. De rol van de scholen zou volgens de bedrijven kunnen zijn: Actief contacten onderhouden en relatiebeheer; Actief benaderen van bedrijven/bedrijven bezoeken; Begeleiden van leerlingen; Duidelijke profielen en verwachtingen omschrijven; Informatief; Initiatief nemen; Pro actieve houding aannemen; Special leermodules opzetten; Stoppen met buitenlandse stages; Theorie over opleiden en begeleiden; Meer tijd besteden aan het onderhouden van contacten. De rol van de bedrijven zou volgens de bedrijven kunnen zijn: Actief meedenken en doen; Actief scholen vragen om hulp en advies of actief benaderen; Stage-mogelijkheden borgen; Bekendheid geven aan diverse mogelijkheden; Belang inzien van samenwerken; Bereidheid hebben om te investeren; Gastlessen, bedrijfsbezoeken en stageplaatsen aanbieden; Goede stage-opdrachten omschrijven; Informatie verstrekken; Tijd vrijmaken; Meer profileren; Praktijkgericht werken; Deelnemen aan netwerkdagen op ROC’s.
25
30% van de bedrijven (162 ondernemingen) is bereid verder te praten over samenwerking tussen bedrijven en scholen. 58% heeft hier geen behoefte aan. De verdeling naar regio van de bedrijven die bereid zijn verder te praten over samenwerking is in de onderstaande tabel weergegeven. De verdeling is redelijk gelijk over de regio's, waarbij Noord Nederland iets oververtegenwoordigd is en de regio Utrecht en Gelderland iets ondervertegenwoordigd is. Vestigingsregio van bedrijven die bereid zijn verder te praten over samenwerking Noord Nederland Randstad Utrecht en Gelderland Zuid Nederland Totaal
26
Percentage 32% 24% 18% 26% 100% n=161
2.6 Opmerkingen De respondenten kwamen met verschillende opmerkingen. Deze staan in het onderstaande overzicht.
Suggesties en opmerkingen Actief grotere bedrijven benaderen voor gastlessen en om stageplaatsen te bevorderen. Als leermeester binnen het bedrijf merk ik dat de praktijk niet aansluit bij de theorie. Stage is de manier om dit over te brengen op de leerlingen. Door meer samenwerking tussen diverse organen kan met een opleidingstraject maken waardoor het makkelijker is om in de praktijk in te stromen. De recreatiesector is gebaat bij een goede samenwerking tussen opleider en bedrijven. Helaas blijkt dat meer afgelegen bedrijven met een slechte verbinding met het openbaar vervoer vaker buiten de boot vallen als het om opleiden gaat. De stages zijn te kort. Vaak gaat het om 2 of 6 weken, om het hele bedrijf te leren kennen. Wij nemen alleen stagiaires aan die 20 weken stage lopen. Een ‘klein baasje’ heeft het al druk, dus verwacht niet teveel beschikbare tijd voor bijeenkomsten. Er moet sprake zijn van of bereidheid tot win-win. Geen contactbijeenkomsten in het seizoen. Er zou een betere doorstroming moeten plaatsvinden van de leerlingen van vmbo naar mbo en daarna hbo. Vaak zijn er hiaten in de opleidingen, maar ook komen zaken twee keer aan de orde. Niet alleen sturen op competenties, maar meer oog voor de praktijk en vaardigheden die daarbij horen. Bijeenkomsten graag centraal in het land, zodat deze voor iedereen bereikbaar zijn. We zijn heel druk met nieuwe vergunningen voor de verbouw, dus er is geen behoefte voor een gesprek. Goed kijken naar diverse hbo-opleidingen, bijvoorbeeld Saxion, hoe men daar het aanbod van stageplekken regelt samen met het bedrijfsleven via een kenniscentrum. Voorlichting op de opleiding door de scholen is vaak te rooskleurig. Er wordt een te mooi plaatje voorgeschoteld en haken leerlingen af. Examens zouden weer centraal afgenomen moeten worden, om gelijkheid in niveau te bewerkstelligen. Scholen zouden moeten stoppen met buitenlandse stages, om de kwaliteit in hand te houden. Investeer in vaste en betrouwbare relaties in het werkveld. Het lijkt me handig om de betreffende opleidingen centraal aan te schrijven met betrekking tot de RECRON-bedrijven. Het niveau van de opleiding moet verbeteren. Studenten moeten beter voorbereid worden. Vaak kunnen ze niets.
27
Suggesties en opmerkingen - vervolg Betrek ook het hbo/wo bij plannen, evenals andere opleidingsgebieden. Probeer zo veel mogelijk concrete stappen via de mail te ontwikkelen en op te zetten. Ondernemers moeten in deze tijd alle zeilen bijzetten en kunnen sneller reageren op duidelijke initiatieven via de mail. Heb in de praktijk ondervonden dat leerlingen op niveau 1 totaal niet gemotiveerd zijn. Dat werkt averechts in relatie school en werkgever. SFRecreatie laat ook kleine ondernemers zonder personeel toe. Stimuleer stageplaatsen in Nederland en stem de levering af op de behoefte (periode). Scholen moeten zich beter verplaatsen in het bedrijf. Vaak bieden leerlingen aan om stage te lopen, maar niet in de vakantieperiode…. We zijn pas geïnteresseerd in samenwerking na herstructurering vanaf 2014. Scholen lijken meer bezig met het binnenhalen van geld/subsidies dan met het binnenhalen van de praktijk, om op die manier het beroepsonderwijs aan te laten sluiten bij datgene waarvoor men opleidt. Misschien meer informatie via RJC (RECRON Junior Club) of te zien welke leden mee willen praten? Voor kleine bedrijven is het moeilijk om zinvolle stageplaatsen te creëren. Als leerbedrijf dien de voldoende en afwisselende werkzaamheden te bieden met voldoende leermomenten en dat lukt niet altijd binnen ons bedrijf. We hebben geen goede ervaringen met stagiaires. Ik weet niet wat de toegevoegde waarde van samenwerking met een ROC kan zijn. We vinden het frappant dat de scholen allemaal hun eigen stageduur hanteren, die bovendien niet aansluit bij het hoogseizoen van de recreatiebedrijven. Wij werken op de locaties met vrijwilligers en wijken te veel af van de standaard. Op dit moment hebben we te weinig te bieden en dus geen directe contacten. Wij zijn een openluchtbad en open van 1 april tot half september. Dit is voor een mbo-stage niet interessant en te kort. Als ouder heb ik bij mijn eigen kinderen ervaren hoe slecht de organisatie op een ROC is. Komt door slecht gemotiveerde leerkrachten. Zorg dat er geen lessen uitvallen, zorg voor voldoende structuur op scholen, zorg dat de leerlingen in hun passie en talent worden gezet.
28
3.
Onderzoek onder ROC’s
3.1 Contacten met bedrijven Alle scholen die hebben meegedaan aan het onderzoek hebben contact met een of meer bedrijven uit de recreatiesector. Alle scholen hebben contact met bedrijven over leerlingen die beroepspraktijkvorming doen. 80% heeft contact over excursies van de school naar het bedrijf en bijna driekwart (72%) over gastlessen op school. Eveneens 72% van de scholen heeft contact met bedrijven in het kader van commissies of werkgroepen. 60% van de scholen heeft contact ten behoeve van het voorlichten van praktijkopleiders of -beoordelaars en 60% heeft contact, omdat een medewerker van het bedrijf optreedt als beoordelaar of assessor. Een overzicht van het soort contact staat in het overzicht. Soort contact met bedrijven (n=25)
29
Aan de scholen is gevraagd wat het doel van de commissie of werkgroep is en over welke onderwerpen wordt gesproken.
Doel en onderwerpen van de commissie of werkgroep doel Betere afstemming inhoud en kwaliteit beroepsonderwijs op het werkveld. Klankbordgroep: uitwisselen van informatie over ontwikkelingen.
Aantal keer genoemd
3x 3x
Bedrijfsadviescommissie.
1x
Contact tussen noordelijk MTROscholen en recreatiebedrijven intensiveren.
1x
Beroepenveldcommissie.
1x
Examinering, docentenstages en bedrijfsbezoeken.
1x
onderwerpen BPV/BPV-periodisering.
4x
Examens/examenstof/Of examens voldoen aan criteria in het werkveld.
4x
Ontwikkelingen in het beroepsonderwijs en in de branche.
2x
Samenwerking. Praktijkmappen. Voorleggen curriculum.
1x 1x 1x
Andere contacten gericht op het voorlichten van leerlingen over het bedrijf of de recreatiesector, die genoemd zijn: - Open dagen; - Bedrijfsbezoeken met klassen. Een school noemde onder ‘andere contacten’ dat men gebruik maakt van de contacten uit het bedrijfsleven bij het inschatten van de geschiktheid van studenten bij de intake en voorlichting.
30
3.2 Tevredenheid over de contacten De scholen zijn over het algemeen tevreden over de contacten met het bedrijfsleven. 92% van de ROC’s is (zeer) tevreden over de contacten in het kader van leerlingen die bpv doen. 94% is tevreden over de excursies. De tevredenheid is wat lager als het gaat om het contact met bedrijven in het kader van commissies of werkgroepen. Tweederde (65%) van de scholen is tevreden over het contact met bedrijven in het kader van een commissie of werkgroep. 12% is ontevreden en 6% is zeer ontevreden en 18% antwoordt neutraal. Alle scholen zijn tevreden over de gastlessen die bedrijven geven op de scholen. Alle scholen zijn tevreden (8% daarvan is zeer tevreden) over het contact met medewerkers die optreden als beoordelaar en assessor en 94% is (zeer) tevreden over het contact ten behoeve van het voorlichten van praktijkopleiders of – beoordelaars. Het totale beeld van de tevredenheid over de contacten is te zien in het overzicht hieronder.
31
Sommige scholen hebben een toelichting gegeven op de (on)tevredenheid van de contacten. Bij hun tevreden over de contacten met bedrijven over leerlingen in de beroepspraktijkvorming geven de scholen de volgende toelichting. Toelichting van scholen die tevreden zijn over de contacten rond leerlingen in de bpv Ervaringen van school en de leerlingen zijn wisselend bij de bedrijven/ik heb goede en minder goede ervaringen. Over het algemeen zijn de bedrijven betrokken bij de student en het opleidingstraject.
Aantal keer genoemd 3x 2x
Erg goede samenwerking/prettig overleg en denken mee.
2x
Goed relatiebeheer en korte lijnen. Goede begeleiding.
1x 1x
Over het algemeen tevreden en bedrijven waar we minder tevreden over zijn worden door ons niet meer ingezet voor stages. Voorstel om met leermeesters te gaan werken en met menukaart (als bij verkoper reizen ANVR) zodat er uniforme regels zijn over begeleiding en beoordeling. We bezoeken bedrijven regelmatig en krijgen positieve respons.
1x
1x 1x
De scholen hebben de volgende toelichting gegeven bij hun tevredenheid over contacten met bedrijven rond excursies. Toelichting van scholen die tevreden zijn over de contacten rond excursies
Aantal keer genoemd
Dit wisselt, afhankelijk van het bedrijf.
1x
Altijd welkom, veel informatie en denken mee.
1x
Verloopt soepel. Wij organiseren samen met LPG Animatietrainingsdagen naar volle tevredenheid. Prettig contact. Voor school en het bedrijf interessant met het oog op eventuele stagiairs en samenwerking op ander vlak.
1x
Wij worden bij vragen nooit teleurgesteld.
1x
32
1x 1x
Over hun tevredenheid over de contacten ten behoeve van de gastlessen merken de scholen het volgende op. Toelichting van scholen die tevreden zijn over de contacten rond gastlessen Afstemming altijd mogelijk. We kunnen er nog meer gebruik van maken. Medewerkers van bedrijven weten wat er van hen wordt verlangd en dat gaat prima. Dit heeft een toegevoegde waarde voor onze leerlingen, blijkt uit panelgesprekken. Bedrijven presenteren op die manier de branche en eisen/wensen ten aanzien van toekomstige medewerkers. Praktijkvoorbeelden prima. Goede toevoeging op de theoretische lessen.
Aantal keer genoemd 1x 1x 1x 1x 1x 1x
De scholen geven de volgende toelichting bij hun (on)tevredenheid over contacten met bedrijven in het kader van commissies en werkgroepen. De opmerkingen van scholen die tevreden zijn, staan weergegeven in het eerste overzicht. De opmerkingen van scholen die ontevreden zijn staan daaronder. Toelichting van scholen die tevreden zijn over de contacten rond commissies Bij de laatste bijeenkomst lieten vertegenwoordigers van bedrijven verstek gaan. Moeilijk om continuïteit te realiseren.
Aantal keer genoemd 1x 1x
Actieve deelname aan de klankbordgroep. Momenteel zijn met name de grotere bedrijven vertegenwoordigd. Dit gaat ten kosten van de representatieve afspiegeling van het werkveld. Voor kleine bedrijven is deelname een grote investering.
1x
Enkele bedrijven hebben zitting in een Klankbordgroep Bedrijven (bijeenkomst om de 6 weken).
1x
Toelichting van scholen die ontevreden zijn over contacten rond commissies Ontevreden want er is weinig tot geen bereidwilligheid om zitting te nemen in een commissie. Ontevreden omdat het ons niet lukt om een klankbordgroep Recreatie/Toerisme van de grond te krijgen. Ontevreden want te weinig bereidheid om regelmatig naar school te komen.
33
Aantal keer genoemd 1x 1x 1x
De volgende opmerkingen worden gemaakt over de contacten met bedrijven rond beoordelaars. Toelichting van scholen die tevreden zijn over de contacten rond beoordelaars
Aantal keer genoemd
Dit gebeurt incidenteel.
1x
Er is voldoende bereidheid om te komen examineren op school.
1x
Over het algemeen positieve reacties wanneer gevraagd wordt als beoordelaar op te treden. Beoordelaar is ook assessor en heeft de papieren.
1x
Wordt voor een deel gebruik van gemaakt.
1x
We hebben via Kenwerk een aantal bedrijfsassessoren opgeleid.
1x
Goede samenwerking.
1x
De scholen geven de volgende toelichting bij hun (on)tevredenheid over de contacten met bedrijven ten behoeve van het voorlichten van praktijkopleiders of praktijkbeoordelaars. De opmerking van een school die tevreden is, staat weergegeven in het eerste schema. Het commentaar van een school die ontevreden is, staat in het tweede schema Toelichting van een school die tevreden is over contacten rond voorlichten praktijkopleiders of -beoordelaars Onze docenten geven voorlichting op basis van onze manier van werken en dat gaat prima.
Toelichting van een school die ontevreden is over de contacten rond voorlichten praktijkopleiders of beoordelaars Ontevreden want de praktijkbegeleiders zijn niet altijd bereid om naar school toe te komen.
Aantal keer genoemd 1x
Aantal keer genoemd 1x
Over hun tevredenheid over de contacten bij docentenstages geven de scholen de volgende toelichting. Toelichting van scholen die tevreden zijn over de contacten rond docentenstages
Aantal keer genoemd
Af en toe gaat een docent op stage en dat gaat over het algemeen goed.
1x
Docenten krijgen alle ruimte en antwoorden op hun vragen.
1x
Veel bespreekbaar en mogelijk. Hier zouden we meer gebruik van kunnen maken. Is onderdeel uit plan voor 2012/2013.
1x
Pas een jaar mee bezig. Belangrijk om docenten up to date te houden.
1x
34
De scholen maken de volgende opmerkingen bij hun tevredenheid over contacten met bedrijven rond andere voorlichtingsactiviteiten. Toelichting van scholen die tevreden zijn over de contacten rond andere voorlichtingsactiviteiten
Aantal keer genoemd
Bedrijfsbezoeken gaan in principe altijd naar wens.
1x
Wij laten een aantal bedrijven meedoen tijdens open dagen van onze school.
1x
Regelmatig brengen wij bezoek en bedrijven ontvangen ons enthousiast en stellen leuk programma op voor studenten. Compleet en professioneel programma, keurig verzorgd.
1x
35
3.3 Samenwerking met bedrijven Twee scholen gaven aan dat er intensief en goed contact is met het bedrijfsleven, op de vraag op welk gebied of rond welke onderwerpen de scholen meer samenwerking zouden willen met de sector. Vijf scholen noemden een aantal zaken waarop zij meer samenwerking wensen met bedrijven in de recreatiesector. Aantal keer genoemd
Onderwerp van de samenwerking Examinering (beoordelaars), stagebegeleiding en werkveldcommissies. Intensievere klankbordgroep.
1x 1x
Meer gebruik maken van gastlessen en praktijklessen verzorgen bij deze bedrijven.
1x
Meer samenwerking met combi-bedrijven.
1x
Nog meer mogelijkheden zoeken om praktijkervaring op te doen en die niet vallen onder stages.
1x
3.4 Bereidheid tot samenwerking De respondenten is gevraagd naar de ervaring over de bereidheid bij de bedrijven in de recreatiesector om samen te werken met scholen. Een derde (32%) vindt dat de bereidheid over het algemeen voldoende is en niet gestimuleerd hoeft te worden. Volgens 56% is die bereidheid voldoende, maar dient nog wel te worden gestimuleerd. 8% van de scholen vindt dat de bereidheid om samen te werken bij bedrijven onvoldoende is en gestimuleerd zou moeten worden.
Bereidheid van de sector tot samenwerking volgens scholen (n=25)
36
Manieren waarop die bereidheid tot samenwerking gestimuleerd kan worden, hebben vooral te maken met meer onderling contact.
Manier om samenwerking te stimuleren
Aantal keer genoemd
Meer contact met elkaar op studiedagen/meer interactie op landelijke workshops.
2x
Bedrijven betrekken bij de opleiding door klankborden, inzetten bij open dagen, organiseren van excursies en mee laten participeren bij examinering.
1x
Bedrijven betalen.
1x
Beter van elkaar op de hoogte zijn ontwikkelingen volgen.
1x
Duidelijker aangeven dat het mbo en bedrijfsleven niet zonder elkaar kunnen. Vaak willen bedrijven wel de handjes, maar is er te weinig inzet om actief te begeleiding in de ontwikkeling tijdens stages.
1x
Mbo-beroepsonderwijs goed op het netvlies van de bedrijven krijgen/houden.
1x
In de regio Achterhoek hebben we een prima samenwerking, maar het ontbreekt me aan tijd om het te verdiepen.
1x
Het kost bedrijven veel tijd als alle scholen aankloppen. Wellicht centraliseren via een beroepenveldcommissie waarin ROC’s zitting hebben met een aantal bedrijven (regio Rijnmond).
1x
Stimuleren door het maken van de menukaart of het aanbieden van cursussen tot leermeester. Hoe beter de begeleiding, hoe beter de sector in de toekomst.
1x
Meer bekendheid geven aan de opleiding in de regio. Meer bewust worden van wat we voor elkaar kunnen betekenen. Ketenafspraken zijn in orde, maar worden niet altijd gedragen door de bedrijven.
1x
Bedrijfsleven nog meer naar school halen.
1x
Meer kennis over scholen en hun programma naar nietleerbedrijven.
1x
Meer stageplaatsen voor studenten Leisure & hospitility assistent.
1x
Opzetten klankbordgroep. Naar voorbeeld van HorecaVakPunt, een centraal punt opzetten voor de recreatie.
1x
1x
Aan de scholen is gevraagd welke rol men hierin weggelegd ziet voor verschillende organisaties in de sector. De rol van werkgeversvereniging RECRON zou volgens de scholen kunnen zijn: Informeren, stimuleren en initiëren; Ontwikkelen van de menukaart of HorecaVakPunt; Gastlessen verzorgen; Kleinere recreatiebedrijven faciliteren en voorlichten om deel te nemen; Meer aandacht richting leden; Met elkaar in gesprek komen en blijven, zodat iedereen zich aan de afspraken houdt (cao, arbeidstijdenwet, stagevergoedingen). 37
De rol van SFRecreatie zou volgens de scholen kunnen zijn: Aanjager; Activiteiten ontwikkelen die gericht zijn op samenwerking; Bespreken kwalificatiedossier; Faciliteren kleinere bedrijven; Opleiden van recreatiemedewerkers voor assessments; Opstellen criteria leermeester; Promotie en belang uitdragen naar de branche. De rol van Kenwerk zou volgens de scholen kunnen zijn: Aanjager; Actievere marktbenadering; Bemiddelen; BPV-mogelijkheden promoten; Meer samen optrekken met school; Ondersteunen van SFR-activiteiten; Opstellen criteria leermeester; Stageplaatsen (op niveau 4) genereren; Workshophouder. De rol van Werkgroep Directeuren Toerisme en Recreatie zou volgens de scholen kunnen zijn: Meedenken met SFRecreatie; Ontwikkelen menukaart en opstellen criteria leermeester; Samen van gedachten wisselen en ideeën opdoen; Streven naar uniformiteit in bijvoorbeeld stagewerkboeken en stage-inhoud; Verbinding met het beroepsonderwijs. De rol van Stuurgroep Ruim Baan zou volgens de scholen kunnen zijn: Financieel ondersteunen; Projectaansturing. De rol van de scholen zou volgens de scholen kunnen zijn: Actief contacten onderhouden en zoeken; Bedrijven actief betrekken bij de opleidingen; Kennis delen; Klankbordgroep of werkgroep HorecaVakPunt; Meer tijd beschikbaar stellen voor onderhouden van contacten. De rol van de bedrijven zou volgens de scholen kunnen zijn: Actief meedenken en doen; Actieve rol binnen het curriculum; Klankbordgroep of werkgroep HorecaVakPunt; Meer verantwoordelijkheid nemen.
38
71% van de scholen is bereid verder te praten over samenwerking tussen bedrijven en scholen. 29% heeft hier geen behoefte aan. De verdeling naar regio van de ROC’s die bereid zijn verder te praten over samenwerking is in de onderstaande tabel weergegeven. De verdeling is redelijk gelijk over de regio's, waarbij Zuid Nederland iets oververtegenwoordigd is en de Randstad iets ondervertegenwoordigd is. Vestigingsregio van scholen die bereid zijn verder te praten over samenwerking Noord Nederland Randstad Utrecht en Gelderland Zuid Nederland Totaal
Percentage 24% 18% 24% 35% 100% n=17
3.5 Opmerkingen De respondenten maakten nog enkele opmerkingen. Deze staan in het overzicht. Aantal keer genoemd
Suggesties en opmerkingen De samenwerking en de medewerking in de sector recreatie is ruim voldoende. In de sector reizen is dat aanzienlijk minder.
2x
Alles wijst op een goede relatie. Ik ben tevreden over de manier waarop de recreatiebranche (met name SFR) zijn best doet de lijn met het beroepsonderwijs open te houden. Complimenten voor de sector.
1x
Goed initiatief. We zijn van elkaar afhankelijk.
1x
Vragenlijst kunnen omzetten naar Wordbestand, zodat ik makkelijker kon overleggen met collega. Ik was niet zo blij met de toon van de mail. Het verzoek om mee te werken had vriendelijker gekund.
1x
Graag zou ik de uitslag van deze enquête willen ontvangen.
1x
39
4.
Resultaten intern onderzoek RECRON onder regiomanagers
Een aantal regiomanagers (8) van de RECRON heeft een korte enquête ingevuld. Zij hebben contacten met ROC's. De contacten met de ROC's hebben betrekking op de volgende onderwerpen: - Stagebegeleiding, leerwerkbedrijven, stage-inhoud; - Stageplaatsen; - Samenwerkingspartner binnen Brancheservicepunt Horeca & Recreatie (KHN, RECRON, UWV, Kenwerk, KvK); - Inhoud recreatieopleiding; - Verkenning recreatieopleiding (is niet doorgegaan, te weinig aanmeldingen); - Groene activiteiten in recreatie; - Schakelpropedeuse; - ECBL. Drie van de vier regiomanagers zijn tevreden over de contacten met de ROC's. Zij geven aan goede gesprekken met de ROC's te hebben. Men weet elkaar te vinden. Een regiomanager geeft aan niet helemaal tevreden te zijn omdat het contact snel verwatert doordat een ROC een afspraak niet is nagekomen. Een regiomanager geeft aan ontevreden te zijn; de snelheid van ondernemers en scholen is zo verschillend dat de betrokkenheid van de ondernemers snel afneemt. Daarnaast geeft hij aan dat projecten vooral financieel worden gestuurd en niet vanuit het perspectief van beroepsonderwijs en bedrijfsleven. Twee van de vier regiomanagers zijn betrokken bij een samenwerkingsverband tussen bedrijven en een of meer ROC's. Het gaat om de volgende zaken. - Brancheservicepunt Horeca en Recreatie (Pilot binnen UWV Werkbedrijf). Doel: goede invulling van vacatures en stageplekken, korte lijnen tussen vraag en aanbod creëren op de schaal van Noord-Holland Noord. - Schakelpropedeuse: jongelui via kennismaking met alle factoren van bedrijven juiste keuze laten maken - Terra next: werklozen via werkervaring weer in arbeidsproces krijgen De andere twee regiomanagers zijn niet betrokken bij dergelijke samenwerkingsverbanden. Een van de regiomanagers heeft de vraag beantwoord of men vindt dat de bereidheid onder scholen tot samenwerking met bedrijven voldoende is. Deze regiomanager vindt dat deze bereidheid voldoende is en niet hoeft te worden gestimuleerd. Twee regiomanagers hebben ideeën over de manier waarop de bereidheid tot samenwerking onder scholen kan worden gestimuleerd: - Samenwerking stimuleren rond concrete pilots/proefprojecten, waarbij ook RECRON TOP adviseurs zijn betrokken; - Door vanuit de sector ondernemers en ondernemingen in de etalage te zetten op welke wijze zij zich beschikbaar stellen voor het beroepsonderwijs.
40
Eveneens twee regiomanagers hebben ideeën over hoe de bereidheid tot samenwerking onder bedrijven kan worden gestimuleerd: - Bedrijven inzicht geven in "Wat kunnen ROC-scholieren, stagiaires leveren" en "Wat zijn de voordelen als een bedrijf officieel leerwerkbedrijf wordt (rol Kenwerk)". - De beroepsonderwijsdeskundigen moeten meer uit de scholen komen om de taal van de ondernemers beter te leren spreken: o Docenten zouden meer praktijkervaring moeten opdoen bij onze bedrijven. o Betere begeleiding aanbieden bij stageplaatsen door beroepsonderwijs; o Snellere aanpassing van lessystemen; o Aanleren van vaardigheden die bij de tijd zijn en geen oude methodes gebruiken die niet meer gebruikt worden (vooral in de horeca). Twee regiomanagers hebben ideeën over de rollen van de verschillende organisaties hierin. - Werkgeversvereniging RECRON en de regiomanagers van RECRON zouden volgens de regiomanagers de rol van makelaar/verbinder tussen vraag en aanbod moeten spelen. - het Sociaal Fonds Recreatie zou zich moeten richten op facilitering van lesstof, stage-inhoud, vakinhoudelijk; - Kenwerk kan zich volgens de regiomanagers het best richten op het uitdragen nut en noodzaak van leerwerkbedrijven, uitleg bij leerbedrijven over stagebegeleiding - De scholen: aangeven wat ze kunnen leveren en wat ook niet (denk aan verschil niveau 1 t/m 4 etc.), moeten open staan voor kritiek uit de sector - Voor de bedrijven: duidelijk aangeven welke opdrachten er zijn en wat je ook bij ROC’s onder welke voorwaarden zou kunnen neerleggen. Ook helpen bij input voor lesinhoud. Open staan voor leerlingen, stageplaatsen, masterclasses Eén regiomanager van RECRON geeft aan dat er een regionaal samenwerkingsverband tussen bedrijven en scholen bestaat, waar hij zelf niet bij betrokken is: Via RPA NHN (Regionaal Platform Arbeidsmarktbeleid NHN) spreken partijen elkaar al en vindt er afstemming plaats. Aan de regiomanagers is gevraag of men het een goede zaak zou vinden als er in hun regio structureel overleg zou plaatsvinden tussen recreatiebedrijven en scholen en of de regiomanager daarbij betrokken wil zijn. De antwoorden zijn als volgt. - Als er behoefte aan is, het moet geen doel op zich zijn. Veel van de contacten verwateren toch snel in samenwerkingsverbanden is mijn ervaring. Andere prioriteiten en gebrek aan “sense of urgency”, onvermogen om samenwerking voldoende inhoud te geven voor alle partijen zijn daar vaak redenen voor. - Ja en Ja - Dat weet ik niet, in ieder geval alleen maar als mijn leden er om vragen. Dit heeft ook te maken met werkdruk en het stellen van prioriteiten, het is voor mij niet te doen aan overleggen deel te nemen zonder dat het voor mij en mijn leden concreet iets oplevert. - Ik heb zelf geen structureel overleg met ROC’s en AOC’s wel op afroep basis. Er zijn wel een aantal ondernemers in Z-H die nauw samenwerken met deze opleidingen. In Utrecht staat dat nog wat meer in de kinderschoenen. Als het nodig is wil ik wel betrokken zijn bij het overleg met scholen als dat een toegevoegde waarde heeft. - Tot nu toe geen actief ‘regionaal RECRON betrokkenheid’. Stagiaires zullen geplaatst worden. Heb daar inhoudelijke geen zicht op. Het volgen van cursussen door ondernemers en werknemers bij / via ROC’s is mij niet bekend. Heb ook niet zelf actief ingezet op structurele inhoudelijke contacten.
41
Overige opmerkingen van de regiomanagers: - Bovenstaande contacten gaan allen over N-Holland. In Flevoland heb ik geen contacten met ROC’s. - ROC’s en anderen die actief zijn op de beroepsonderwijsmarkt voor de vrijetijdssector zouden RECRON, in mijn situatie in Gelderland, kunnen vragen wervingsactiviteiten te ondersteunen; bijvoorbeeld via aanbevelingsbrieven, digitaal aanbod van cursussen, onderzoek door studenten, etc. Ik ben weliswaar zelf niet actief richting ROC’s, maar buiten het project ECBL / Landstede Zwolle wordt ik ook niet actief benaderd door de ROC’s.
42
Bijlage 1. "Overige" zaken waarvoor bedrijven een samenwerkingsverband willen met een ROC Antwoorden die slechts door niet meer dan één bedrijf zijn genoemd. Overig -
de BBL-opleiding; verbeteren van de samenwerking tussen school en bedrijf; win win voor beide partijen; zoals het nu is; werkprojecten; werk; wederzijds toegevoegde waarde; verschillende onderdelen; versterking van de recreatiesector in het land van Maas en Waal; samen kijken de juiste leerlingen op de juist plaats te plaatsen; scholing; passie en talenten laten ontplooien; onderhoud terrein door jonge stagelopers; ondersteuning van activiteiten; misschien als we hun een stageplek kunnen bieden maar op het moment zijn wij geen erkend leerbedrijf; momenteel hebben we geen stagiaires van de ROC, maar als dat zich weer voordoet willen we zeker wel; kan op heel veel vlakken, de recreatie is erg breed; ik heb begrepen dat er steeds meer Welness-opleidingen komen; ik zal dit moeten bespreken met ons hoofdkantoor; in nader overleg te bepalen; het verlenen van verschillende diensten; eventueel gastlessen/praktijk; examinering en bpv; elkaar versterken; alles.
43