S GNAAL JUNI 2013, NUMMER 3
Signaal is een gratis uitgave van de Duurzame Energie Koepel en gaat in op de belangrijkste duurzame energie ontwikkelingen in Nederland en Europa waar de Duurzame Energie Koepel bij betrokken is. De nieuwsbrief verschijnt 4 à 5 keer per jaar.
Verbinding aangaan voor een duurzame toekomst Verder in deze S GNAAL: 2 4 7 9 14
Column Teun Bokhoven: It’s the economy, stupid…….. Driekwart duurzame bedrijven vindt lokale samenwerking cruciaal voor groene economie Wageningen uitgeroepen tot Solar City 2013 Energie uit waterprojecten zetten Nederland internationaal op de kaart Estafettecolumn: Waar blijft de infrastructuur voor écht elektrisch rijden?
SIGNAAL, JAAR 2013 UITGAVE 3
Pagina 2
It’s the economy, stupid…….. zonne-energie 3 tot 4 keer zoveel werkgelegenheid en
tijd waarin we in SER-verband een Nationaal Energie-
Nederlandse economische activiteit in zit dan in fossie-
akkoord kunnen sluiten dat ons land de komende
le energie. Het wordt tijd dat we beseffen dat we beter
10 tot 20 jaar zal leiden langs een consistent pad voor
in Nederland de economie kunnen stimuleren met onze
groene groei. De belangen zijn groot. De overheid heeft
eigen duurzame energievoorziening dan fossiele ener-
(te) weinig geld en is voor haar financiën zeer afhanke-
gie in het buitenland aan te kopen en hier eenmalig te
lijk van de inkomsten uit fossiele energie (aardgas en
verbranden.
energiebelasting alleen al een 18 miljard per jaar).
Het Energieakkoord voor groene groei adresseert dit
De energie intensieve industrie maakt zich zorgen over
dilemma. De insteek van de Duurzame Energie Koepel
haar internationale concurrentie positie en de burger
is om juist die toegevoegde waarde voor de Nederland-
heeft nu wat anders aan het hoofd dan het klimaat en
se economie en samenleving te tonen. Daarbij zijn we
energieproblemen.
niet tegen de bestaande economie, maar zien we de
De Greentech sector (duurzame energie en energiebe-
weg uit de crisis door in te zetten op een nieuw econo-
sparing) zit er anders in. Wij zien de kansen die een
misch elan waarbij de route loopt langs het pad van
“groene groei akkoord” de bedrijven en de samenleving
“groene groei”.
kan bieden. Daarbij gaat het niet primair om ideologie,
Of er een Energieakkoord komt voor Groene Groei blijft
maar om economie: banen en economische activiteit!
nog ongewis tot begin juli. Er wordt nog hard onderhandeld. Het helpt in ieder geval als de duurzame (energie)
Het lijkt een traditionele belangenafweging. Zij die
sector de komende tijd haar economische kracht laat
belang hebben bij het “oude” versus zij die de kansen
zien en zich niet te bescheiden opstelt over de kansen
van het “nieuwe” zien. Niccolò Machiavelli schreef daar
die verduurzaming biedt aan de burger en de samenleving.
al over in de middeleeuwen.1 Het gaat over reële kan-
1
sen die verduurzaming
"Niets is lastiger om aan te pakken, hachelijker om er de leiding over te nemen, of minder zeker van succes, dan het invoeren van nieuwe dingen, omdat degene die nieuwigheden invoert, hen die het in de oude toestand goed ging tot vijanden en hen die het onder de nieuwe omstandigheden goed zou kunnen gaan, als lauwe verdedigers heeft".
van de energievoorziening zal bieden aan de economie. Iedereen beseft dat de energietransitie de komende decennia zal plaatsvinden. Iedereen kan ook zien dat er voor één MWh wind, bio- of
DOOR TEUN BOKHOVEN VOORZITTER DUURZAME ENERGIE KOEPEL
Quote uit “De heerser”:
COLUMN
Juni 2013. Geen verkiezingen, maar een spannende
SIGNAAL, JAAR 2013 UITGAVE 3
Pagina 3
Nieuws uit ACM zienswijzen over netten: kos ten en baten eerlijk verdelen Den Haag In de nacht van 11 op 12 juni om 24.00 uur was de deadline voor het indienen van zienswijzen op de concept-methodebesluiten van de Autoriteit Consument en Markt (voorheen de NMA / Nederlandse Mededingingsautoriteit). Letterlijk een minuut voor tijd zijn onze zienswijzen ingediend op de conceptmethodebesluiten voor gas en elektriciteit, zowel regionaal als landelijk. De zienswijzen waren overlappend met en complementair aan de mondelinge zienswijze die de Duurzame Energie Koepel in 4 hoorzittingen naar voren heeft gebracht. De zienswijzen worden door de ACM openbaar gemaakt. DOOR MONIQUE VAN EIJKELENBURG In de details zit hem vaak de crux en die zijn er veel in deze volle ordner aan documenten. De Duurzame Energie Koepel bepleit voorrang voor beslag van geld en ruimte voor hernieuwbare energieopwekking, waarbij in hybride vormen centrale en decentrale opwekking, met voorrang hernieuwbaar, slim met elkaar samenwerken in integrale gebiedsontwikkeling. Laten we nu geen hoge kosten maken voor netten en buizen met lock-in effecten voor fossiele energie (conventioneel en onconventioneel). Wij bepleiten een gelijk en flexibel speelveld zowel qua technologieën als qua locaties en bebuizing/bekabeling, dat ook meebeweegt met het recht op aansluiting en op SDE+ beschikkingen. Een gelijk speelveld ook op het gebied van de kosten van aansluitingen. De kosten huidige netten zijn immers door iedereen betaald, wij willen dat ook duurzame aansluitingen gesocialiseerd betaald worden. Wij bepleiten wel degelijk toegang ook voor regionale invoeding van groen gas en dat er zuiver gemeten en afgerekend wordt. We zouden verder graag zien dat de ACM toezicht houdt op de herkomst en toepassing van duurzaamheidscriteria op inkomende hernieuwbare energie (elektriciteit en/of groen gas en/of warmte/koude). Dat is inclusief de CO2-balans over de hele keten en een beoordeling van indirect landgebruik. Op deze manier kan etikettering van alle soorten energie zichtbaar worden gemaakt, zowel voor duurzame als op prijs gerichte klanten. Immers, steeds meer bewuste en innovatieve / duurzame klanten / cultural creatives willen exact weten waar hun energie vandaan komt en hoe het geproduceerd is. Daarnaast bepleiten we dat de kosten van de netten betaalbaar moeten blijven voor allen en dat die kosten evenredig/eerlijk verdeeld moeten worden, ten gunste van de energietransitie. Dus wij vinden dat Nederland beter meteen investeert in innovatie en in de ‘eindoplossingen met hernieuwbaar’ met hybride systemen, in combinatie met slimme netten en decentraal duurzaam balanceren en ontlasten van het net bijvoorbeeld door opslag. Liever met duurzame (ook Nederlandse!) biomassa, groen gas wkk en eventueel nog grijs gas installaties werken om op te schalen decentraal bij piekbelasting. Het kan best eens zijn dat de prijs van het op peil houden van een zeer hoge gewenste leveringszekerheid voor de grote industrie niet de prijs is die de decentraal duurzame prozument kan en/of wil betalen. Differentiatie kan dus aan de orde komen. Het viel ons op dat de consumentenorganisaties (alhoewel wel uitge-
nodigd) geen stem konden laten horen in de hoorzittingen. Daarmee vonden wij de samenstellingen van de inspraak onvoldoende evenwichtig. En dus gaan wij ervan uit dat de ACM die stem ook zelf bewaakt. Lokale groepen/coöperaties die zelf hernieuwbare energie opwekken of willen gaan opwekken, kregen via ons ook een stem. Vooralsnog hebben we een koppeling gelegd met uitvoering van het Regeerakkoord van het kabinet Rutte II op het punt van salderen/zelfleveren. Een onderwerp waar het in de maak zijnde SER Energieakkoord voor duurzame groei ongetwijfeld ook aan gekoppeld zal zijn. Daarom is het van belang dat de SER geen onomkeerbare besluiten neemt gedurende de looptijd van de belangrijke politieke processen en niet op parlementaire besluitvorming in de komende maanden vooruit loopt. Verder hebben wij gepleit voor het in ogenschouw nemen van STROOM/E-wet, Omgevingswet, SEVIII (en opvolger) en de structuurvisies/plannen voor Wind op land, Wind op Zee, warmte, bodem en water. Wij hechten veel waarde aan openbaarheid op wie wanneer met wie spreekt. Dat geldt ook voor transparantie en inspraak. De netten beschouwen wij als het tafelzilver van Nederland. Als buitenlandse investeerders en grote internationale bedrijven in ons land komen ´dineren´ voor commerciële (schoon) fossiele doeleinden en daarbij ons Nederlandse tafelzilver gebruiken, dan zal het gesprek er vanaf nu ook over moeten gaan hoe gastvrij wij, vooral ook burgers en mkb, willen en kunnen zijn. Dat gesprek gaat ook over hoeveel dat gaat kosten en wie daarvoor meebetaalt. Maar ook hoe de energietransitie vanuit middellang termijn perspectief allemaal zo slim mogelijk kan. Voor meer informatie of opvragen zienswijzen: Monique J. van Eijkelenburg, directeur strategie Duurzame Energie Koepel,
[email protected] .
SIGNAAL, JAAR 2013 UITGAVE 3
Pagina 4
Nieuwe voorzitter Hans van der Vlist van e-Decentraal:
“Meer samenwerking nodig tussen organisaties voor energiecoöperaties” De afgelopen jaren zijn in Nederland meer dan 300 lokale duurzame energie-initiatieven opgestart: vaak coöperatief, met een ideële inslag en opgezet door zeer enthousiaste burgers. Maar hoe beklijven deze bedrijven na dat enthousiaste begin, en hoe worden ze professioneel voortgezet? Wat kan de overheid voor hen betekenen? Daarvoor maakt e-Decentraal zich sterk, sinds 1 januari onder voorzitterschap van Hans van der Vlist. Hij pleit voor een nauwe samenwerking van de overkoepelende organisaties die deze coöperaties ondersteunen. DOOR HARMEN WEIJER E-Decentraal is in juni 2011 opgericht om een doorbraak te creëren in de realisatie van decentrale duurzame energieinitiatieven. Lokale partijen burgers, bedrijven en instellingen nemen hun energiehuishouding in eigen hand. Hans van der Vlist: “Belangrijkste doel is deze lokale partijen te ondersteunen op zowel beleids- als bedrijfsgebied. Wij willen voor hen in Den Haag de spreekbuis zijn, zoals ook nu in de onderhandelingen voor het SER Energieakkoord. Daarnaast willen we deze duurzame energie-coöperaties bedrijfsmatig ondersteunen bij de opstart en de verdere professionalisering van dergelijke bedrijven.” Position paper In maart van dit jaar heeft e-Decentraal een position paper gerealiseerd om vooral scherp te krijgen waarvoor e-Decentraal staat. Voorafgaand is onder lokale duurzame energiebedrijven een enquête gehouden om hun wensen in beeld te krijgen. Eén van de belangrijkste wensen is het energiebelastingsklimaat. “In het regeerakkoord, dat nu wordt uitgewerkt en waarover in het SER Energiekkoord wordt onderhandeld, is gesproken over een verlaagd tarief voor duurzame energie opgewekt door coöperaties. Wij zetten in op het nultarief. Ook zou het nultarief voor energiebelasting moeten gelden voor in ieder geval particuliere afnemers in dezelfde gemeente als waar het wordt opgewekt. Deze coöperaties hebben schaalgrootte nodig, dan moet dat niet belemmerd worden door beperkingen op te leggen op bijvoorbeeld straatniveau. Daarbij is er ook nog een verschil tussen zon- en windenergie, want voor die laatste optie geldt wat ons betreft geen nabijheidsbeginsel. Wij vinden dan ook dat in het beleid voor energiebelastingen onderscheid gemaakt moet worden tussen de verschillende duurzame energie-opties”, aldus Van der Vlist. Professionaliseren Een andere belangrijke taak voor e-Decentraal is het verder professionaliseren van de vele opgestart duurzame energiecoöperaties. Van der Vlist: “Wij zien dat veel initiatieven enthousiast beginnen, maar na een jaar dreigt de klad er in te komen. Wij willen onze leden helpen in het opzetten van een goede businesscase door te kijken naar onder andere een gezonde finan-
ciering. In veel gemeenten en provincies zijn duurzame energiefondsen opgericht met geld uit de verkoop van voormalige energienutsbedrijven Essent en Nuon. Die lokale fondsen zouden daarvoor gebruikt kunnen worden.” Maar dat moet wel zo gebeuren dat het geld niet in een bodemloze put wordt gegooid, stelt Van der Vlist. “Dat vraagt om een goede businesscase en professionele inzet. Dat valt soms nog niet mee, want veel initiatiefnemers willen nog wel eens dogmatisch blijven denken over hun energiecoöperatie, terwijl het voor de levensvatbaarheid van lokale duurzame energiebedrijven belangrijk is verder te kijken dan die eerste ideële gedachten.” Krachten bundelen Naast e-Decentraal zijn er nog meer organisaties die burgers helpen met het zelf opwekken van duurzame energie. Van der Vlist vindt het tijd worden dat deze organisaties nauw met elkaar gaan samenwerken. “Denk aan de provinciale milieufederaties, Hier Opgewekt, ODE. Toen ik in januari als voorzitter aantrad, zei ik dat dit eigenlijk niet meer zo kan. Het kan concurrentie opleveren, terwijl het beter is de krachten te bundelen om burgers en energiecoöperaties te helpen met hun coöperaties bijvoorbeeld op het gebied van kennisuitwisseling”, zo pleit Van der Vlist. Kijk hier voor het gehele position paper: http://www.edecentraal.com/wp-content/uploads/2012/03/e-Decentraalposition-paper-maart-2012.pdf
SIGNAAL, JAAR 2013 UITGAVE 3
Pagina 5
Onderzoek onder achterban Duurzame Energie Koepel en de Groene Zaak:
Driekwart duurzame bedrijven vindt lokale samenwerking cruciaal voor groene economie Bijna driekwart van bedrijven actief in de groene economie, wil graag samenwerken met zijn lokale duurzame energiebedrijven en coöperaties. Deze bedrijven vinden regionale samenwerking voor hun bedrijfsvoering zeer belangrijk. Dat is een van de conclusies uit het achterbanonderzoek, dat de Duurzame Energie Koepel en de Groene Zaak vorige maand hebben laten uitvoeren door Direct Research. DOOR HARMEN WEIJER Het onderzoek is vooral bedoeld om inzicht te krijgen in de opinie van deze ondernemers die zich vooral richten op een groene groei van de economie. De beide organisaties hebben gezamenlijk 750 bedrijven in de achterban (600 bij de Duurzame Energie Koepel en 150 bij de Groene Zaak). Op het online bliksemonderzoek hebben 158 bedrijven gereageerd wat 20 procent van de gezamenlijke achterban representeert. Het gaat hierbij vooral om mkb-bedrijven met een gezamenlijke omzet in de duurzame (energie) sector van circa 2,4 miljard euro. Ze hebben werk voor bijna 11.000 fte’s. Een deel van de omzet wordt behaald via de export – het gaat bij het merendeel om maximaal 25 procent. Maar, zo stelt 65 procent van de deelnemende bedrijven, dat gaat niet lukken zonder een goed werkende afzetmarkt voor duurzame producten in Nederland. Men vindt de thuismarkt dus cruciaal voor een groene economie. Belasting op arbeid verlagen Suggesties om die groene economie daadwerkelijk van de grond te trekken hebben de groene bedrijven ook. Zo is liefst 91 procent voorstander van het verlagen van belasting op arbeid, terwijl tegelijkertijd de belastingen op milieuvervuiling en het onttrekken van uitputtelijke grondstoffen (zonder recycling) omhoog moet. Het vervuiler betaalt-principe staat eveneens hoog in het vaandel van deze groene ondernemers: bijna 90 procent vindt dat dit principe het algemene uitgangspunt van het energie- en milieubeleid moet zijn. Een ander middel om bijvoorbeeld meer duurzame energie te produceren, is het kunnen salderen van hernieuwbaar opgewekte energie op welke plek dan ook in Nederland. Bijna driekwart van de groene ondernemers zouden graag zien dat zowel MKBers, ZZP-ers als consumenten per 2014 in coöperatie-, ESCO of lokale energiebedrijfsverband de mogelijkheid krijgen om tot 50.000 kWh via hernieuwbare opwekking te kunnen salderen voor eigen gebruik. Een andere mogelijkheid is meer wind op zee realiseren: bijna driekwart vindt dat Nederland vanwege de lange voorbereidingstijd het zich niet veroorloven besluiten over wind op zee steeds vooruit te schuiven. Een ander potentieel, dat door de groene
ondernemers ruim wordt onderkend, is duurzame warmtebenutting. Volgens 76 procent is er vele malen meer potentieel voor het invoegen dan wel inbreiding van duurzame warmtebenutting en benutting van restwarmte in cascadering bij de industrie dan wat nu wordt benut. Een gedegen actieplan is volgens hen nodig. De continuering door het kabinet Rutte II van het topgebiedenbeleid wordt toegejuicht door de ondervraagden. Bijna 40 procent ziet dat daardoor kansen ontstaan voor alle bedrijven, terwijl volgens nog eens 19 procent mkb-bedrijven vooral profiteren van het topsectorenbeleid. Zouden er - om het doel alsnog te realiseren - meer Green Deals opgezet moeten worden? Het merendeel van de groene ondernemers 48 procent heeft geen mening of staat neutraal: deze ondernemers zijn waarschijnlijk nog in afwachting van een Green Deal in hun sector.
SIGNAAL, JAAR 2013 UITGAVE 3
Pagina 6
Impor theffing zonnepanelen zorgt voor aanhoudende onzekerheid Op 4 juni is bekend gemaakt dat de Europese commissie een voorlopige importheffing zal instellen, vanaf 6 juni 2013. Ondanks dit besluit is er geen einde gekomen aan de onzekerheid die in de markt leeft, zegt Holland Solar in een reactie op de importheffing. Holland Solar verwacht dat daardoor een afname van het aantal actieve bedrijven zal ontstaan. En dat terwijl er juist veel bedrijven nodig zijn om het afzetvolume te kunnen realiseren. Het besluit bestaat uit drie stappen die er als volgt uitzien: 1. Per 6 juni 2013 is er een voorlopige heffing vastgesteld van 11,8% op zonnepanelen, wafers en cellen; 2. Per 6 augustus wordt dit een voorlopige heffing van gemiddeld 47,6% (37,2 % tot 67,9 % afhankelijk van de producent); 3. In december wordt het besluit genomen of de heffing blijft, voor een periode van 5 jaar. In de aanloop naar december zal er worden onderhandeld met China om tot een overeenstemming te komen, met voldoende waarborgen om de importheffing te stoppen. In december zullen dan ook de Europese landen zich uitspreken voor of tegen een definitieve regeling van 5 jaar. Een heffing met terugwerkende kracht tot maart 2013 komt niet aan de orde in het besluit. Onzekerheid Ondanks dit besluit is er geen einde gekomen aan de onzekerheid die in de markt leeft. De komende maanden zal er onderhandeld worden met China. De definitieve positie van de Europese landen wordt nog bepaald en de lobby’s zullen doorgaan De heffing kan in december bekrachtigd worden, of juist weer komen te vervallen. De importheffing zal de komende maanden naar verwachting leiden tot een geleidelijke prijsstijging voor de zonnestroomsystemen met Chinese onderdelen. Op de Nederlandse markt
was vorig jaar een scherpe prijsdaling van zonnepanelen te zien. Men verwacht dat de prijs voor een zonnestroomsysteem door de heffing of door de marktcorrectie, terugvalt op het prijsniveau van begin 2012. Holland Solar verwacht dat de aantrekkelijkheid van zonnepanelen voor burgers en bedrijven hierdoor niet sterk afneemt. Immers, in 2012 is er een historisch grote marktgroei geweest: een verdriedubbeling van het aantal aangeschafte zonnepanelen. Het prijsniveau van 2012 biedt kennelijk goede omstandigheden voor groei. Holland Solar verwacht derhalve nog steeds groei van de afzet in Nederland. Grote invloed De onzekerheid en hogere inkoopprijzen zal een grote invloed hebben op de bedrijfsvoering van de getroffen bedrijven. Volgens de enquête die Holland Solar onlangs onder haar leden heeft gehouden, blijkt dat de leden onder invloed van de importheffing een afname van het aantal betrokken bedrijven verwachten. Holland Solar verwacht een afname van het aantal actieve bedrijven. Voor de branche betekent dat onnodige kapitaalvernietiging. Er zullen immers de komende jaren veel bedrijven nodig zijn om de groei van het afzetvolume te kunnen realiseren. Holland Solar betreurt het enorm dat de aanblijvende onduidelijkheid over de importheffing tot verlies van baanzekerheid zal leiden in de zonne-energie branche.
SIGNAAL, JAAR 2013 UITGAVE 3
Pagina 7
Goeree-Overflakkee, Leeuwarden en Wageningen vormen top drie
Wageningen uitgeroepen tot Solar City 201 3 Op het Nationaal Zonne-energiedebat tij tijdens de Solar Days is bekendgemaakt dat Wageningen zowel door een vakjury als het publiek verkozen is tot Solar City 2013. In een driestrijd wist de Wageningen de Friese gemeente Leeuwarden en het Zuid-Hollandse Goeree-Overflakkee achter zich te houden. De Solar City 2013-verkiezing werd georganiseerd als onderdeel van de Europese promotiecampagne Solar Days die in Nederland tussen 5 en 16 mei gehouden werden. De stem van het publiek werd voor de einduitslag opgeteld bij de scores die toegekend zijn door de jury. De jury bestaat uit vertegenwoordigers van Holland Solar, Agentschap NL, Vereniging Eigen Huis en UNETO-VNI. De jury laat weten Wageningen tot winnaar te hebben verkozen om de volgende redenen: ‘De gemeente Wageningen kent niet alleen een hoge zonnepaneeldichtheid, maar bevindt zich ook erg dicht bij de burger. Niet alleen door informatiebijeenkomsten met bewoners die de stichting Zonne-energie Wageningen onder andere organiseert, maar vooral ook door de diversiteit van de vele initiatieven. Wat de jury bijzonder waardeert is dat Wageningen ook actief marktbelemmeringen aanpakt, zoals de ‘split incentive’ en de salderingsproblematiek. Verder valt de jury de architectonische inpassing van PV (BIPV) in De Vlinder op.’ Solar Days in Nederland Nederlandse belangenorganisaties organiseerden ook dit jaar weer samen de Solar Days, de promotiecampagne voor zonneenergie. Tijdens de Solar Days zijn overal in het land ongeveer 200 informatiebijeenkomsten, workshops, open huizen en rondleidingen op het gebied van zonne-energie. Zonne-energie is een doeltreffende manier om energie op te wekken en bij te dragen aan het aandeel duurzame energie in Nederland. Succesvolle campagne De Europese versie van de Solar Days is gegroeid tot de meest succesvolle campagne in Europa om het gebruik van zonneenergie onder de aandacht te brengen en te stimuleren. Deze campagne telt meer dan 15.000 verschillende evenementen in 20 Europese landen. De Solar Days campagne wordt in Nederland georganiseerd door Holland Solar (de branchevereniging voor zonne-energie) ODE (de belangenvereniging voor gebruikers van duurzame energie), UNETO-VNI (de ondernemersorganisatie voor de installatiesector) Vereniging Eigen Huis (belangenvereniging voor huiseigenaren) en AgentschapNL (het agentschap van het ministerie van Economische Zaken, Land-
bouw en Innovatie), WISE en Zon op Nederland. Het Solar Magazine, het vaktijdschrift over zonne-energie in Nederland, ondersteunt de campagne als mediapartner. Door deze samenwerking heeft Solar Days in Nederland een groot bereik en richt ze zich op alle mogelijke geïnteresseerden zowel professioneel als particulier. In 2014 vinden de Solar Days in Europa plaats tussen 1 en 18 mei.
Extra Solar Tours naar Wageningen en Leeuwarden De Solar Tours zijn uitgebreid met een extra dag. Drie van de vijf Solar Tours 2013 zijn tijdens ’European Solar Days’ in mei gehouden. De twee nieuwe tours worden gehouden op 19 juni (City tour Wageningen) en 19 september (tour Leeuwarden en omgeving). De Solar Tours 2013 zijn bij uitstek de reizende congressen waar u samen met gelijkgestemden nieuwe ideeën opdoet, kennis uitwisselt, enthousiasme deelt en projecten in de praktijk ziet! Daar draait het om tijdens iedere tour. In iedere tour volop ruimte voor boeiende buslezingen, inclusief videopresentaties. De Solar Tours 2013 zijn speciaal voor woningcorporaties, projectontwikkelaars, gemeenten, architecten, studenten, bouwers, installateurs en energiebedrijven. Aanmelden kan zolang er plaats is via http:// www.solartours2013.nl/
SIGNAAL, JAAR 2013 UITGAVE 3
Pagina 8
Inhaalslag van duurzame warmteprojecten SDE+ 201 3 AgentschapNL heeft een overzicht uitgebracht van de ingediende aanvragen in de SDE+ 2013 na opening van de tweede fase. Uit de indieningen is af te leiden dat, vergelijkbaar met 2012, een groot deel van de projecten is gerelateerd aan duurzame warmte. Sinds de SDE+-regeling is opengesteld voor warmtegerelateerde projecten zien we daar nu een inhaalslag. Dat is belangrijk, omdat naast de elektricteitsvoorziening, ook de warmte- en koudevraag verduurzaamd moet worden. Uit een onlangs door de Europese Commissie uitgebrachte tussenevaluatie van waar de lidstaten staan ten opzichte van hun aangeleverde Nationale duurzame energieplan (NREAP), wordt geconcludeerd dat Nederland met duurzame elektriciteit nog enigszins op spoor zit, maar met duurzame warmte en koude achter blijft. Zie voor meer informatie de twee grafieken hiernaast. Uit de indieningen in SDE+ 2013 kan geconcludeerd worden dat een aantal warmtegerelateerde duurzame opties kosteneffectief is. Er ligt nog een groot te ontwikkelen potentieel voor ons.
Wist u dit over Europa? Wist u dat: • in 1 m³ hout 1 ton CO2 is opgeslagen? • meer dan 2.000.000 mensen in Europa in de houtindustrie werken? • meer dan € 200.000.000.000 elk jaar wordt gegenereerd in de houtindustrie? • de houtindustrie meer dan 350.000 bedrijven telt in Europa? • het Europese bos met 5x het oppervlakte van België is uitgebreid de afgelopen 20 jaar? • 9.552 miljoen ton CO2 is opgeslagen in het Europese bos? • 60 miljoen ton CO2 is opgeslagen in Europese houtproducten? • Slechts 64% van de jaarlijkse groei wordt geoogst in het bos?
TKI Project duurzame houtketens PBE is initiatiefnemer van dit project, dat is gehonoreerd vanuit het Topgebiedenbeleid (TKI Biobased Economy). Samen met Stichting Natuur en Milieu en enkele energiebedrijven wordt gekeken naar het vormgeven van ILUC- en Carbon Debt aspecten in werkelijke houtketens. Naar verwachting kunnen in juni 2013 de eerste resultaten komen. Het onderzoek wordt verder uitgevoerd door Universiteit Utrecht.
Tien organisaties ondertekenen Houtconvenant Een tiental organisaties heeft het ‘Houtconvenant’ ondertekend. De organisaties willen samenwerken om twee doelen na te streven. Men wil komen tot een hogere oogst in Nederland van duurzame (houtige) biomassa die kan worden ingezet als grondstof voor producten, en als bijdrage aan een duurzame, hernieuwbare energievoorziening. Ten tweede willen de organisaties met het vergroten van de oogst van biomassa de doelen op het vlak van duurzaamheid en biodiversiteit dienen. Dit Convenant is ondertekend door een aantal direct betrokken partijen, te weten de Nederlandse bos- en houtsector, gemeenten, natuur- en milieuorganisaties en energiemaatschappijen. Daarnaast heeft een aantal partijen aangegeven de doelen van het Convenant te willen ondersteunen. PBE neemt deel aan de stuurgroep van het Houtconvenant.
SIGNAAL, JAAR 2013 UITGAVE 3
Pagina 9
Energie uit waterprojecten zetten Nederland internationaal op de kaar t
www.energieuitwater.nl
Met een viertal concrete projecten willen de Nederlandse bedrijven op het gebied van waterenergie aan Europa laten zien dat Nederland meer met water kan doen dan alleen bedwingen. Het gaat bij deze ‘Action Group’ om projecten als Energiedijken, Pro-Tide, Brouwersdam en de Afsluitdijk. Volgens branche-organisatie EWA zetten deze Action Group van projecten de Nederlandse energie uit watertechnologie als een stevig exportproduct internationaal op de kaart. Voor het project Pro-Tide werken Britse, Belgische, Franse en Nederlandse partners samen aan het ontwikkelen en testen van systemen die uit getijstroom en laag verval energie produceren. Dat gebeurt met subsidie van het Europese North West Interregprogramma. “Die is eind vorig jaar toegekend en geldt voor de komende twee jaar”, legt Pieter Bergmeijer namens EWA uit. “Bij deze projecten kijken we samen wat voor systemen voor elk land interessant kan zijn. Dat kan in kunstwerken van dijken, dammen en keringen , maar ook vrij stromend. Wij in Nederland kijken daarbij natuurlijk of ze toe te passen zijn in bijvoorbeeld de Brouwersdam. Eén van de eerste testen zou in de Flakkeese spuisluis in de Grevelingendam kunnen worden uitgevoerd, maar dat zal later duidelijk moeten worden.” Energiedijken In het project Energiedijken wordt breder gekeken: dit concept combineert waterveiligheid en waterbeheer met duurzame energieopwekking tot een innovatief exportproduct. Bergmeijer: “Daarbij verwerven drie bedrijven, Tocardo, Redstack en Strukton, samen met vier onderzoekorganisaties en Energy Valley kennis over hoe je optimale energieopwekking combineert met zo laag mogelijke omgevingseffecten. Deltares en ECN kijken
daarbij naar de technische combinatie van deze twee, terwijl de Erasmus Universiteit onderzoekt hoe dit tot een business case kan leiden..” Bergmeijer pleit hierbij ook voor het integraal ontwerpen van dijken. “Tot nu toe is het vaak nog zo geweest dat het ministerie van Infrastructuur & Milieu, samen met Rijkswaterstaat, bij de realisatie van dijken kijkt naar de waterveiligheid en het waterbeheer. En als dat gerealiseerd is, dan kijkt men eventueel verder naar aanvullende opties. Dat zou slimmer kunnen.” Een concreet voorbeeld is de Afsluitdijk, die de komende jaren moet worden aangepakt en opgehoogd. Door nu al te kijken naar andere functies voor de Afsluitdijk worden meerdere slagen gemaakt. “We kijken bij de Afsluitdijk naar drie duurzame energie-opties: energie uit spuistroming, het potentiaalverschil tussen zoet en zout water en zonnepanelen op de dijk. In een pps-constructie kunnen we gezamenlijk de energie-exploitatie op ons nemen, waarmee tevens een deel van de kosten van de aanpak van de Afsluitdijk kan worden gedekt. Rijkswaterstaat kan hiermee een ‘launching customer’ worden van innovatieve energie-uit-watertechnologie.” De Brouwersdam is tevens zo’n project. Omdat de getijdenwerking in het Grevelingemeer terug moet komen, komt er een kier in de dam: een ideale plaats voor een getijdenstroomcentrale. Er is een plan voor een 60 MW-centrale. “Met een dergelijk icoonproject, nog niet eerder in Nederland vertoond, vestigen we onze naam in de wereld als deltatechnologisch innovatief land. Dat geldt ook voor waterturbines van Tocardo in de Oosterscheldekering.” In dat kader zet EWA bij de consultatie over de SDE+ 2014 in op een toevoeging van een nieuwe categorie. “In deze categorie stellen we voor om te gaan werken met een laag plafond van bijvoorbeeld 25 miljoen euro, maar een hoog basisbedrag van 30 ct. Als de bedrijven door hun leercurve zijn gelopen kan het basisbedrag omlaag. Op die manier omzeilen bedrijven in deze energie-uit-watersector de Valley of Death”, aldus Bergmeijer, die ook andere bedrijven oproept zich aan te sluiten bij deze Action Group. Meer informatie op: www.energieuitwater.nl.
SIGNAAL, JAAR 2013 UITGAVE 3
Pagina 10
SDE+ 201 3 over tekend, 229 MW aan windprojecten ingediend De SDE+ 2013 is inmiddels ‘overtekend’. Kort na openstelling van de 2e fase was in totaal al voor 3,3 miljard euro aangevraagd, meldt AgentschapNL. Het totale budget voor 2013 is 3 miljard euro. Het positieve nieuws is dat er voor 229 MW aan windprojecten is ingediend. Afgelopen twee jaar kwam wind op land niet aan bod binnen de SDE+. Maar: om de doelstelling van minstens 6.000 MW te halen, is jaarlijks meer dan het dubbele nodig. En er zijn nog veel projecten die pas in fase 3 konden indienen en nu toch nog buiten de boot dreigen te vallen. Dreigen, want vooralsnog is de aangevraagde SDE+ nog niet vergeven. Er kunnen nog projecten afvallen die een aanvraag hebben ingediend, waardoor alsnog fase 3 projecten in beeld komen. Fors bouwen noodzakelijk NWEA gaat komende tijd na hoe de aanvragen 2013 eruit zien, wat de kans van slagen van deze projecten is en welke ruimte er mogelijk voor wind nog is. Eerder pleitte NWEA voor een ´schot´ voor wind op land binnen de SDE+. Om in 2020 aan 6.000 MW op land te komen, zal er komende jaren fors gebouwd moeten worden. Doordat in de SDE+ goedkope technieken eerst aan bod
komen, ontstaat het risico dat kort voor 2020 nog voor meer dan duizend MW wind gebouwd moet worden. Dat maakt het minder zeker dat het 2020-doel gehaald wordt. Windenergie, met z’n lange voorbereidingstijd, heeft komende jaren een meer gespreide bouw nodig; er zou per jaar minstens 600 MW vergund moeten worden. Om dat mogelijk te maken, is een schot in de SDE+ nodig. Het ministerie van EZ koos daar niet voor, maar verhoogde het totale budget. NWEA zal de aanvragen SDE+ 2013 beoordelen en met de leden bepalen wat de beste strategie voor komende jaren is om de doelstelling voor wind op land mogelijk te maken. ECN en KEMA hebben inmiddels de concept-basisbedragen voor 2014 gepubliceerd. NWEA zal daar op reageren en daarbij ook de evaluatie over dit jaar betrekken. Zie voor meer informatie: www.nwea.nl.
NWEA Winddag 2013 in Volksabdij bij Ossendrecht De Winddag wordt dit jaar gehouden op vrijdag 14 juni in een Volksabdij bij Ossendrecht (Noord-Brabant). De excursie gaat naar het nabij gelegen opschalingsproject Kreekraksluis in Zeeland (zie foto). DELTA en ENECO, de twee hoofdsponsors van de Winddag, zijn dan bijna klaar met de bouw van dit windpark. Er komen 31 Nordex-turbines te staan, samen 77,5 MW. Het thema van de dag luidt dit jaar ´2 x 6.000 MW, zo doen we dat!´ Daarmee wordt aangehaakt op de doelstelling van de
overheid, een doelstelling die de sector mogelijk wil maken. Samenwerking tussen sector en provincie is hiervoor wezenlijk. Vandaar dat NWEA in overleg met het IPO en enkele provincies het programma van de dag heeft vormgegeven. Er is een gevarieerd programma met verschillende workshops en presentaties, een paneldiscussie en natuurlijk de excursie naar Windpark Kreekraksluis. Aan de orde komen onderwerpen als de Structuurvisie wind op land, draagvlak, participatie, het belang van een thuismarkt voor offshore wind, de plannen rond nearshore en slimme vormen van financiering. Gedeputeerde Yves de Boer (Noord-Brabant) zal één van de openingssprekers zijn. Aanmelden voor de Winddag 14 juni kan door een formulier in te vullen op de website www.nwea.nl/ aanmeldformulier-winddag-2013. Deelname voor NWEAleden is kosteloos. Van niet-leden vragen wij een bijdrage van €60. U heeft daarvoor toegang tot de dag met alle workshops en presentaties, de excursie, de lunch en de netwerkborrel. De Winddag wordt mogelijk gemaakt dankzij de hoofdsponsors DELTA en ENECO en dankzij bijdragen van Nordex en Alstom. Voor meer informatie over de Winddag, programma en een overzicht van de workshops: www.nwea.nl/winddag-2013.
SIGNAAL, JAAR 2013 UITGAVE 3
Pagina 11
SER Energieakkoord cruciaal voor banengroei offshore windsector Sinds januari wordt in de Sociaal Economische Raad onderhandeld over de omslag naar schone energie in Nederland; dat moet resulteren in een Energieakkoord voor duurzame groei. Het kabinet legde bij de SER-deelnemers onder andere de vraag neer hoe we in Nederland in 2020 16% duurzame energie kunnen opwekken. De Nederlandse offshore windsector ziet grote kansen om een bijdrage te leveren die gunstig uitpakt voor het milieu, de economie én export. Want offshore windenergie kan voor veel directe en indirecte banen zorgen. DOOR ERNST VAN ZUIJLEN EN TON HIRDES (*) Om de 16% te halen, moeten alle zeilen bijgezet worden. Een flink deel van de ambitie zal op zee gerealiseerd moeten worden. In een Green Deal met de overheid heeft de offshore windsector afgesproken tussen nu en 2020 de kostprijs van offshore wind met minstens 40% omlaag te brengen. Het Topsectorenbeleid op het gebied van energie daagt hier ook aan bij. Dan is de noodzakelijke overheidsbijdrage – de onrendabele top in beleidsjargon - voor wind op zee gezakt naar minder dan 5 ct/kwh. Demonstratieparken en innovatie moeten deze kostprijsverlaging op weg helpen, maar daar moet wel commitment van de overheid tegenover staan: noodzakelijke wet- en regelgeving voor ruimtelijk beleid moet snel ingevoerd worden en er moet binnen de beschikbare stimuleringsmiddelen geld apart worden gezet voor de echte bouw van offshore windparken, zodat de branche investeringszekerheid heeft en kan doorpakken. Boven-
Open Winddag 15 juni mét wedstrijd ´Kinderen tekenen voor wind´ De Open Winddag is een dag waarop het publiek windturbines kan bezoeken. De eerste Open Winddag vorig jaar trok ongeveer 1000 bezoekers; er deden ruim 20 turbine-eigenaren mee. Ook voor dit jaar hebben zich al ruim 20 windparken aangemeld. En er is een grotere spreiding over het land; vorig jaar nog deden alleen turbines in NoordHolland, Friesland en Utrecht mee. Nu kan het publiek in minstens 7 provincies terecht. Een kaartje met de ´open´ locaties is te vinden op www.nwea.nl/openwinddag. Dit jaar is een teken- en kleurwedstrijd gekoppeld aan de Open Winddag, onder het motto ´Kinderen tekenen voor wind´. Er zijn kleurplaten, maar kinderen mogen ook een vrije tekening maken waar een windmolen herkenbaar op staat. Green Giraffe Energy Bankers heeft voor de winnaars prijzen beschikbaar gesteld. Kijk voor de wedstrijd en kleurplaten op www.nwea.nl/kleurplaat.
dien is het cruciaal dat de overheid garandeert dat er kabels tussen de parken en het vaste land gaan komen. Een stopcontact op zee, waaraan alle energiegebruikers bijdragen aan de kosten is hierbij essentieel. Net zoals dat nu op land voor een elektriciteitscentrale gebeurt. Als de SER-onderhandelingen resulteren in volle inzet op Wind op Zee, biedt dit Nederland met haar sterke offshore sector, industrie, kennisinstellingen en uitstekende havens grote economische mogelijkheden. Een excellente kans om de economische groei op gang te krijgen. Als nu de juiste keuzes worden gemaakt, geeft dit een enorme impuls voor de offshore windsector. Dat blijkt ook weer uit een nieuw onderzoek naar de branche van het Topconsortium Kennis en Innovatie Wind op Zee (TKIWoZ). Daaruit blijkt dat de Nederlandse offshore bedrijven meer zullen durven investeren als ze een gezonde thuismarkt hebben. De technologische kennis en expertise die ze daardoor opdoen en de ontwikkeling van nieuw materieel hebben weer een positief effect op de internationale concurrentiepositie van de bedrijven. Dat leidt tot een flinke toename in werkgelegenheid in de sector. Bovendien ontstaan er ook buiten de sector wind op zee veel lokale banen. Die lokale werkgelegenheid ontstaat dus alleen bij een goede thuismarkt. Mooie vooruitzichten, constateren vertegenwoordigers uit de sector, maar het is nu wel zaak dat de politiek er vol voor gaat. Nederlandse bedrijven worden in het buitenland minder serieus genomen als ze thuis geen ervaring kunnen opdoen. Dit is belangrijk voor de toekomst van de offshore (wind)sector. Essentieel is een gestage, continue doorgroei van offshore wind, ook voor kostprijsreductie. Investeringszekerheid is niet gediend bij wisselend (overheids)beleid. De uitkomst van de SERonderhandelingen zal zeer belangrijk blijken. Kiest Nederland voor de realisatie van 5000 MW wind op zee rond 2020 en werkt iedereen daaraan mee, dan kan ons land straks beschikken over een bloeiende en internationaal vooroplopende offshore windsector met alle economische voordelen van dien. (*)Ernst van Zuijlen is directeur van het Topconsortium Kennis en Innovatie Wind op Zee (TKI-WoZ) en Ton Hirdes is directeur van de Nederlandse Wind Energie Associatie (NWEA)
SIGNAAL, JAAR 2013 UITGAVE 3
Pagina 12
Warmtepompen als buffer van duurzame energie inzetbaar in slim net Elektrische warmtepompen kunnen een belangrijke functie invullen bij het managen van slimme netwerken (smart grids). Warmtepompen zijn namelijk snel in te schakelen als buffer van duurzaam opgewekte energie in het elektriciteitsnet. Dat kan oplopen naar een regelbare belasting van 1,5 GW, als we uit gaan van 500.000 geïnstalleerde wamtepompen van 3kWe in 2020. Daarmee worden meerdere vliegen in één klap geslagen: slim regelbaar elektriciteitsnet (eventueel in combinatie met gasnet), meer opslag van duurzame energie én meer werkgelegenheid. Dat zijn de belangrijkste conclusie in het Position Paper Warmtepompen in smart grids, die de DHPA onlangs heeft gepubliceerd. Op dit moment zijn meer dan 70.000 warmtepompen met een nominaal elektrisch vermogen van 210 MW op het net aangesloten. Deze al geïnstalleerde warmtepompen bieden dus nu al een zeker regelvermogen. In ieder geval kunnen er testen worden uitgevoerd om de effecten ervan te meten. Individuele opwekkers van elektriciteit zoals zon-PV maken dat er nu al sprake is van een tweerichtingsverkeer over het netwerk. Om het totale systeem beheersbaar, betrouwbaar en betaalbaar te houden zijn ook installaties, die in staat zijn om elektrische energie in warmte en koude om te zetten en op te slaan, in toenemende mate een interessante optie. Energieopslag is niet te beperken tot bijvoorbeeld alleen batterijen of water opslag in reservoirs, maar ook uit te breiden tot het gebruik van thermische opslagsystemen zoals door middel van elektrische warmtepompen voor ruimteverwarming en warm tapwater bereiding. Deze zijn naast professionele grote diepvriezers, koelhuizen en doorwarmen van zwembaden veelbelovend onderdelen in de mogelijkheden om netbelastingen te spreiden. Bovendien maken warmtepompen als instrument in smart grids dat er minder investeringen in uitbreiding van het netwerk noodzakelijk zijn. Niet op de laatste plaats omdat warmtepompen (vooral in de bestaande bouw) willekeurig verspreid in de gebouwde omgeving geplaatst gaan worden vooral in de particuliere woningmarkt. In de corporatie markt zullen warmtepompen meer per project, geclusterd worden toegepast. Daarnaast kunnen omkeerbare warmtepompen koeling bieden, waarbij het elektriciteit gebruik van de warmtepomp samenvalt met elektriciteit uit zon PV-productie, die in de zomer op zijn hoogst is. Energiebelasting De DHPA verwacht dat er medio 2020 circa 500.000 warmtepompsystemen in de woningbouw in Nederland zullen zijn geïnstalleerd. Dat vraagt nog wel enkele aanpassingen. Zo doet de DHPA als belangrijkste aanbeveling in het position paper dat er een level playing field voor warmtepompen wordt gecreëerd door een aanpassing van de opzet voor energiebelasting, waarmee de onevenredige toename van de jaarlijkse energiebelasting per
huishouden bij toepassing van een warmtepomp wordt voorkomen. De huidige opzet van de energiebelasting is niet geënt op de aankomende elektrificatie van onze energievoorziening in de woningbouw. De DHPA wijst tevens op de zogeheten ‘hybride’ warmtepompen: een combinatie van een gasgestookte CV-ketel en een warmtepomp, al dan niet in 1 omkasting. Deze bieden in de Nederlandse situatie de mogelijkheid om naast op nabelastingen te sturen, ook te wisselen van energiedrager. “Gezien de fijnmazige gasinfrastructuur in Nederland ligt hier een volledig onontgonnen regelpotentieel voor de netbeheerders. Door deze optie nader te verkennen en ook te ontwikkelen wordt er van zowel het elektriciteitsnet als het gasnet slimmer gebruik gemaakt.” Het biedt Nederland niet alleen slimmere oplossingen om energie op te slaan, ook de werkgelegenheid zal hierdoor een forse stimulans krijgen: van de huidige 70.000 warmtepompen naar 500.000 in zes jaar tijd is een serieuze boost. Lees hier de gehele position paper: http://www.dhpa-online.nl/warmtepompen-in-smart-grids/
SIGNAAL, JAAR 2013 UITGAVE 3
Pagina 13
KORT NIEUWS *** KORT NIEUWS *** KORT NIEUWS *** Theatervoorstelling als presentatie van boek
Projecten Duurzaam Bodembeleid gepitched
‘Zakendoen in de Nieuwe Economie – Zeven vensters op succes’ In de eenmalige theatervoorstelling 'Zeven Vensters' komt op dinsdagavond 10 september 2013 de inhoud van het nieuwe boek van Marga Hoek van De Groene Zaak letterlijk tot leven op het podium van Theater Diligentia in Den Haag. Het boek beschrijft het nieuwe zakendoen, dat nu al wordt gepraktiseerd door de koplopers. In het boek staan ruim 55 real life cases, waaronder uiteraard die van een aantal partners van De Groene Zaak. Het boek is bedoeld om het nieuwe zakendoen onder de aandacht te brengen van een breed publiek. De theatervoorstelling die als lancering wordt gehouden, combineert dans, muziek, poëzie en proza met columns van innovatieve wetenschappers, CEO’s die op kop lopen in duurzaam ondernemen, vlijmscherpe journalisten en: de blik van kinderen. De bijzondere voorstelling heeft een zeer innovatief karakter. Marga Hoek noemt het zelf “episch theater; theater dat schoonheid en content verbindt op een elkaar versterkende wijze. Zo zal Ernst Daniel Smid de verteller zijn die ons op sublieme wijze meeneemt in het avontuur van het nieuwe zakendoen. Daarnaast zal de Braziliaanse choreograaf-danser Samir Calixto (Korzo producties) een schitterende Four Seasons van Vivaldi dansen in een duet in vier delen, geïnterpreteerd op de circulariteit van de tijd. Je zult treffende columns horen en zien van een aantal bijzondere topmensen uit het bedrijfsleven, wetenschappers (waaronder Marko Hekkert) en journalisten (Hans de Geus, beurscommentator RTL Z en Lars Sørensen, BNR) en Laurentien van Oranje (Raad van de Kinderen).” Kaarten kosten 65 euro, inclusief catering (drankjes voor en na de voorstelling) en uiteraard het boek. Kaarten zijn online bij het theater te bestellen. Voor meer informatie en vragen, bel of mail met Esther Valentin:
[email protected], 070-3926657.
Het afgelopen jaar is een impuls gegeven aan duurzaam bodembeleid. Abstracte kreten als 'Ecosysteemdiensten' en 'Integrale aanpak ondergrond' zijn vertaald naar praktische projecten. 'Rijkswaterstaat Leefomgeving/ Bodem+', het 'Uitvoeringsprogramma Bodemconvenant' en het ministerie van Infrastructuur & Milieu willen het ILB-2 (Impuls Lokaal Bodembeheer) programma op passende wijze afsluiten. Daarvoor wordt op 25 juni een bijeenkomst georganiseerd. De inspirerende presentaties en prikkelende discussies op een schitterende locatie in het centrum van Utrecht vormen een start. De impuls heeft gewerkt, de implementatie van integraal werken aan ondergrond en ecosysteemdiensten is begonnen! De kracht van de impuls kan niet in een aantal standaardpresentaties worden gevangen, het motto blijft met elkaar leren en inspireren. Korte introducties (in goed Nederlands elevator pitches), veel ruimte voor vragen, uitleg, reacties en discussie. Projecten & Pitches - Ecosysteemdiensten & Ondergrond Circa tien projecten worden zowel door de overheid als door de adviseur ‘gepitcht'. Samen geven de pitches en discussies zicht op alle succesfactoren en leermomenten uit het ILB-2 programma: de ‘eigenheid' van het gebied, de kracht van interactie, de brede maatschappelijke opgave. Maar ook bezuinigen, waarde creëren en investeren. Er moet echter gekozen worden; je kunt er maar vier bezoeken; welke projecten zijn voor jou het meest interessants Laat het na afloop weten. De beste pitch wordt na afloop (letterlijk, in de tuin) in het zonnetje gezet! De bijeenkomst wordt in opdracht en op initiatief van ‘Bodem+/ Rijkswaterstaat Leefomgeving', het ‘Uitvoeringsprogramma Bodemconvenant' en het ministerie van Infrastructuur & Milieu georganiseerd door 3Dimensies en TTE Consultants.
Meldt u zich aan voor Nieuwsflash Om u nog beter op de hoogte te houden van de ontwikkelingen van duurzame energie, beginnen we binnenkort met het versturen van een digitale nieuwsflash. In de Nieuwsflash vindt u een selectie van het belangrijkste nieuws dat op onze website www.dekoepel.org en onze sociale media gepubliceerd wordt. De Nieuwsflash wordt 4 à 5 keer per jaar verstuurd in de maanden dat er geen Signaal wordt uitgegeven. Bovendien ontvangt u de Nieuwsflash als er zeer belangrijk nieuws is dat zo snel mogelijk gecommuniceerd moet worden. De Nieuwsflash gaat dan enkel hierover. Aanmelden U kunt zich aanmelden door het sturen van een emailtje naar
[email protected] met als onderwerp: Aanmelding Nieuwsflash. S.v.p. in het bericht uw voor- en achernaam en de naam van uw organisatie vermelden.
SIGNAAL, JAAR 2013 UITGAVE 3
Pagina 14
EstafetteColumn Waar blijf t de infrastructuur voor écht elektrisch rijden? DOOR RUUD NIJS Belastingvoordeel is leuk, maar een (vol-)elektrische rijder heeft snelle laadpalen nodig, die hij via een app van te voren kan reserveren en waarbij de rijder totaal wordt ontzorgd. Waar wachten de innovaties eigenlijk op? Mobiliteit is één van de grootste issues waar wij als individu of als bedrijf meters kunnen maken als het gaat over duurzame energie. Dat begint met het “Andere Werken”. Men wordt steeds minder tijd- en plaatsgebonden, maar voorlopig zien wij nog veel oude structuren. Die oude structuren leveren inefficiënt gebruikte kantoorpanden op en, erger nog, files en vele onnodige rijkilometers. De leegstand van kantoorpanden is wellicht nog wel begrijpelijk. Men zou kunnen betogen dat dit alleen nog maar meer zou toenemen, als men het Andere Werken nog verder zou doorvoeren. Tegelijkertijd zullen we nu toch eindelijk eens door de “Onroerend Goed Bubble” heen moeten prikken en gezamenlijk ons verlies aan waarde moeten incasseren. Het tweede gevolg is naar mijn mening dramatischer. Dat geldt zowel voor het milieu (verbrandingsmotoren zijn een grote veroorzaker van de CO2-uitstoot en van de fijnstof en roetstof problematiek) maar ook voor de economie (onproductieve uren). De truc is dus allereerst thuis werken en als het dan echt moet de mobiliteitsmix: een proactieve planning van gebruik van mobiliteitsmiddelen (zoals lopen, fietsen, elektrische fiets/step/scooter, openbaarvervoer {waarbij de trein eigenlijk de eerste “elektrische auto” is}, car sharing en de elektrische auto) en die synchroniseren met je agenda. Ik probeer hier in ieder geval zelf het voorbeeld te geven. Ik houd van wandelen, ik heb een fiets, een elektrische scooter, een OV Chipcard en sinds kort een vol-elektrische auto; de Renault Zoe. Ik ben de berijder van één van de eerste volelektrische auto’s, waarbij de auto een snelle lader heeft om te kunnen laden op goedkope standaard laadpalen. Bij een goede (3-fasen) laadpaal kun je binnen anderhalf uur de accu weer helemaal bijvullen. In de praktijk is dat binnen een uur, want je rijdt de accu eigenlijk nooit helemaal leeg. Thuis heb ik zo’n snelle laadpaal laten neerzetten, en dat is
op dit moment mijn redding. Nederland lijkt vergeven van laadpalen, maar dat zijn gewoon stopcontacten met een andere stekkerdoos. De range van de Zoe is tussen de 120 en 150 kilometer. Dat betekent dat gedurende een drukke dag waarop je meerdere afspraken in diverse steden hebt, je tussentijds moet laden en dan wil je niet vijf tot tien uur aan zo’n paaltje moeten hangen. Hoewel er wel apps zijn, zoals laadpalen.nl, is het voor mij nog helemaal niet duidelijk bij welke paal ik nu goed kan laden en of die paal voor mij gere-
serveerd kan worden. Er is nog een hoop te ontwikkelen om de vol-elektrische rijder te ontzorgen. Dit geeft enorme commerciële kansen! Volgens mij is dit wat er moet gebeuren: 1. Belastingvoordelen op alleen op 100% elektrische voertuigen, ook na 1 januari 2014. 2. Bedrijven dienen te komen met een goed oplaadnetwerk in Nederland (en Europa) gesteund door de netwerkbedrijven en de overheid. 3. Studenten en ontwikkelingsbedrijven moeten gaan werken aan noodzakelijke innovaties (apps, look&feel van laadpalen, gedrag). Dat zou mijn leven als electric autofreak een stuk aangenamer maken. Ruud Nijs is partner van TheRockGroup. Zij ondersteunen bedrijven, overheden en NGO’s met de versnelling van en het commercieel en maatschappelijk benutten van de transitie, begeleiden innovaties op het gebied van financiering, marketing en sales en dragen bij aan het oplossen van maatschappelijke issues.
SIGNAAL, JAAR 2013 UITGAVE 3
Pagina 13
Naast de brancheverenigingen zijn
KORT NIEUWS ***KORT N
de volgende bedrijven deelnemer van de Duurzame Energie Koepel
Kansen voor ondernemers om duurzame energie op te wekken
Meer continuïteit en een lagere energierekening. Ondernemers kunnen profiteren van deze en andere voordelen als ze zelf duurzame energie opwekken. Agentschap NL helpt ondernemers op weg. Ondernemers die zelf duurzame energie opwekken profiteren van de nodige voordelen. “Wie kiest voor duurzaam, maakt zichzelf minder afhankelijk van fossiele energie en fluctuerende prijzen”, zegt Catelijne van de Moosdijk, unitmanager bij Agentschap NL. “Dat is goed voor de continuïteit van je organisatie. Daarnaast kun je op termijn kosten besparen. Tot slot is de keuze goed voor je imago; het geeft je een streep voor op de concurrent, bijvoorbeeld in aanbestedingen met duurzame eisen.” Voor organisaties kan het lastig zijn om te beginnen met duurzame energie opwekken. Welke afwegingen moet je maken en hoe realiseer je een nieuwe energiehuishouding? “Wij helpen ondernemers op weg”, zegt Van de Moosdijk. “Er zijn verschillende regelingen voor financiële ondersteuning. Daarnaast is er een uitgebreid instrumentarium beschikbaar waarmee je de kansen van duurzame energie in kaart kan brengen.” Ervaringen De voordelen van duurzame energie en de (financiële) ondersteuning daarvoor staan centraal in een nieuwe campagne van Agentschap NL. Op onder meer de campagnewebsite delen ondernemers hun ervaringen. Zo koos houthandel Wicherson voor een duurzaam gebouw met onder meer zonnepanelen en een biomassaverbrandingsinstallatie. Hiervoor maakte het bedrijf gebruik van allerlei financiële regelingen. Eigenaar Wirt Groen: “Zelf duurzame energie opwekken draagt bij aan onze continuïteit. Het geeft ons een streepje voor bij afnemers. Het bespaart kosten. En we zijn zo minder afhankelijk van fluctuerende energieprijzen.” Bent u benieuwd wat duurzame energie voor uw organisatie kan betekenen? Bekijk alvast de mogelijkheden op de campagnesite van Agentschap NL: www.agentschapnl.nl/ duurzameenergie
SIGNAAL, JAAR 2013 UITGAVE 3
Pagina 16
OVER STICHTING DUURZAME ENERGIE KOEPEL
De Duurzame Energie Koepel is in 2002 opgericht en heeft tot doel de toepassing van duurzame energie in Nederland te bevorderen en te stimuleren. De stichting richt zich met name op het vergroten van de invloed op de politiek en de beleidsmakers ten gunste van duurzame energie en houdt zich bezig met directe (generieke) belangenbehartiging van de duurzame energiesector. In eerste instantie ligt het accent op Nederland, maar daarnaast, mede via EREF en EREC, ook op Europa. Het uitgangspunt hierbij is dat alle vormen van duurzame energie noodzakelijk zijn om de (inter)nationale doelstellingen ten aanzien van het gebruik van duurzame energie, het beperken van de uitstoot van CO2 en het beperken van de milieubelasting ten gevolge van de energievoorziening te realiseren. De deelnemende brancheorganisaties vertegenwoordigen ruim 600 bedrijven en instellingen op het gebied van duurzame energie en vormen daarmee een krachtige vertegenwoordiging van de sector. De voorzitters van de aangesloten brancheverenigingen vormen het bestuur van de stichting. Daarnaast kent de Duurzame Energie Koepel een visievormende deelnemersraad waarin bedrijven en organisaties zitting hebben. De verschillende brancheverenigingen voor duurzame energietechnologieën die zijn vertegenwoordigd in de Duurzame Energie Koepel zijn:
Zonne-energie Vereniging Holland Solar
Windenergie Vereniging Nederlandse Wind Energie Associatie
Warmtepompen Bio-energie
Dutch Heat Pump Association
Stichting Platform Bio-Energie (PBE)
Koude- en warmte-opslag Vereniging Bodemenergie NL
Energie uit Water Vereniging voor Energie uit Water (EWA)
DEELNEMER DUURZAME ENERGIE KOEPEL WORDEN? Herkent u de filosofie van uw bedrijf of organisatie in onderstaande doelen van de Duurzame Energie Koepel? Wilt u bij politici en beslissers in Europa en in Nederland het geluid over hernieuwbare energie (inclusief decentrale opwekking) laten horen? En wilt u dat de belangen behartigd worden vanuit een positie waarin geen enkele afhankelijkheid bestaat van overheidsgelden? Vraag dan een gesprek met het bestuur aan over de mogelijkheden om toe te treden tot het selecte visievormende deelnemersberaad van de Duurzame Energie Koepel. Mail naar
[email protected] of bel 030-2340503. Het doel van de stichting is het bevorderen van de toepassing van duurzame energie en alles wat hiermee (in)direct verband houdt.
Definitie duurzame energie geen negatief effect of schade voor toekomstige generaties; de bron is onuitputtelijk of hernieuwbaar; de conversieprocessen passen binnen de maatschappelijk aanvaarde milieunormen.
Doelstellingen Duurzame Energie Koepel
COLOFON Duurzame Energie Koepel Korte Elisabethstraat 6 3511 JG UTRECHT contact: 030 234 05 03
creëren van een maatschappelijke omgeving waar duurzame energieproducten en -diensten kunnen worden afgezet die de continuïteit van de branche verzekert en zorgt voor groei; evenwichtig beïnvloeden van de beleidsmakers; integreren van duurzame energie in landelijke, stedelijke en offshore omgeving.
[email protected]
Potentiële deelnemers
[email protected]
Koepelorganisaties die een collectief belang behartigen voor duurzame energietechnologieën; bedrijfsmatig betrokken rechtspersonen.
Twitter: @mjvaneijkelenbu
Steun ons werk: Wordt ook Vriend van de Duurzame Energie Koepel: Donaties zijn welkom op: NL 45 RABO 035 0052 360 t.n.v. Duurzame Energie Koepel te Utrecht.
www.dekoepel.org Redactie:
Monique van Eijkelenburg (Directeur Strategie)
Harmen Weijer www.weijercommunicatie.nl
Druk: Multimediaconcepts www.multimediaconcepts.nl