RUP
RUP ALM VooRSCHRIfTEn oktober 2010
www.antwerpen.be
03 22 11 333
Colofon
Projectleider Sandra Vanveldhoven
Ontwerper Sandra Vanveldhoven
Tekenbureau Marianne Smout
Programmaleider Katlijn Van der Veken
Planologisch ambtenaar Frank de Bruyne
Secretariaat Bedrijfseenheid stadsontwikkeling Desguinlei 33, 2018 Antwerpen tel. +32 3 244 52 39 | fax +32 3 248 24 54
[email protected]
Vormgeving Jeroen Collier
_INHOUD
1. VOORAFGAANDE ALGEMENE BEPALINGEN
2
2. TERMINOLOGIE
3
3. STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN 3.1. Artikel 1: Maatschappelijke functies (Ma) – vergader- en opleidingscentrum 3.1.1. Functies 3.1.2. Inrichting 3.1.3. Beheer en aanleg
5 5 5 5 7
RUP ALM RUP Roderveldlaan
|1
1.
VOORAFGAANDE ALGEMENE BEPALINGEN
Het Ruimtelijk Uitvoeringsplan (RUP) is begrensd volgens de aanduidingen van bijgaand plan. De grafische gegevens van het plan en de reglementaire voorschriften ervan vullen elkaar aan. Binnen de grenzen van dit RUP blijven de gemeentelijke bouwverordeningen, de klasseringsbesluiten en de speciale wettelijke bepalingen van toepassing, tenzij anders bepaald in dit RUP. De bepalingen van dit RUP mogen nooit toegepast worden ten nadele van bestaande erfdienstbaarheden, al dan niet van openbaar nut en voorkomende uit bijzondere reglementeringen. Voor de gevallen waarbij kadastrale afwijkingen op het plan voorkomen ten overstaan van de situaties op plan aangegeven, kunnen de bestemmingen aangepast worden rekening houdend met de kadastrale juistheid. Overeenkomstig het Besluit van de Vlaamse Regering van 11 april 2008 ‘tot vaststelling van de nadere regels met betrekking tot de vorm en de inhoud van de RUP’s’ wordt opgelegd dat er bij de opmaak van de uitvoeringsplannen een aantal categorieën va gebiedsaanduidingen als uitgangspunt worden gebruikt.
RUP ALM
|2
Categorieën Vlaams gewest
Bestemmingszones van de stad Antwerpen
Bedrijvigheid
Zone voor Maatschappelijke functies
_VOORSCHRIFTEN
2.
TERMINOLOGIE
Achtergevel: Gevel die zich richt op de tuin of private buitenruimte. Maximale bebouwing-terreinindex (B/T max): In voorschriften of op plan aangegeven percentage, dat de maximale bebouwbare oppervlakte aangeeft van een perceel of een terrein. Beplanting: Gewas waarmee de grond is beplant, bestaande uit stengel en bladeren, zoals struiken, bloemen en bomen. Bestemming: De bestemming duidt de functie aan die door het plan juridisch wordt vastgelegd. Een bestemming duidt één of meer gebruiksfuncties aan voor een bepaald gebied. Bouwhoogte: Hoogte gemeten vanaf het maaiveld tot aan het hoogste punt van het bouwwerk, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, … Bouwlaag: Horizontaal doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of nagenoeg gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van de kelder en zolder. De bouwlaag voldoet aan een minimum vrije hoogte volgens de gemeentelijke bouwverordening. Constructie: Elk bouwwerk van hout, steen, metaal of ander bouwmateriaal dat hetzij met de grond verbonden is, hetzij op de grond geplaatst is en zodanige afmetingen heeft dat het niet zonder voorbereidende werkzaamheden kan worden verplaatst. Duurzaam materiaal: Bouwfysisch verantwoord materiaal. Functie: Het feitelijk gebruik [de werking] van een onroerend goed of een gedeelte daarvan. Hoofdfuncties: Alle functies, onbeperkt toegelaten op een bepaald perceel of in een bepaald gebied.
RUP ALM
|3
Gebouw: Elk bouwwerk dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met doorgaande muren omsloten ruimte vormt. Groen: Onverhard, onbebouwd en met vegetatie begroeide oppervlakte. Maaiveld: Hoogte van het afgewerkte bouwterrein. Nieuwbouw: Nieuwe bouw. Een gebouw wordt aanzien als nieuwbouw wanneer er een verbouwing is uitgevoerd waarbij meer dan 60% van de muren zijn gesloopt. Ook een uitbreiding die groter is dan de helft van de bestaande vloeroppervlakte wordt beschouwd als een nieuwbouw. Nutsvoorziening: Nutsvoorzieningen zijn met name de elektriciteitsvoorziening, infrastructuur voor zuivering van afvalwater, infrastructuur voor verwerking van afval, gasvoorziening, watervoorziening, telefoon-, mobilofonie- en telecommunicatie-infrastructuur. Opleidingscentrum: centrum waar een opleiding wordt verstrekt Parkeerplaats: Plaats waar geparkeerd kan worden, resp. waar geparkeerd mag worden. Vergadercentrum: gebouw waarin verschillende ruimten en faciliteiten beschikbaar zijn voor het houden van vergaderingen in kleine, middelgrote en grote groepen. Ruimten voor catering kunnen aanwezig zijn. Zijgevel: Gevel die noch een voorgevel noch een achtergevel is. Zonegrens: Grens van een bestemmingszone.
RUP ALM
|4
_VOORSCHRIFTEN
3.
STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN
3.1.
Artikel 1: Maatschappelijke functies (Ma) – vergader- en opleidingscentrum Toelichting bij het stedenbouwkundig voorschrift Dit RUP wordt opgemaakt naar aanleiding van een gunstig planologisch attest dat werd afgeleverd voor de uitbreiding van het bestaand vergadercentrum en de bouw van een opleidingscentrum. Bijgevolg wordt deze zone voorzien voor de bedrijfsactiviteiten van deze centra. Dit gebied behoort tot de bestemmingscategorie ‘bedrijvigheid’. 3.1.1.
Functies
De zone is bestemd voor het behoud en de uitbreiding van een vergader- en opleidingcentrum en voor de oprichting van een opleidingscentrum. Kantoren en diensten zijn toegelaten tot een bruto-oppervlakte van 1500 m². 3.1.2.
Inrichting
Plaatsing van de bebouwing Voor de inplanting van de nieuwbouw wordt rekening gehouden met volgende afstandsbepalingen:
oorgevel: op minimaal 30 meter van de bestemmingsgrens langs de straatzijde indien naast het bestaande gebouw wordt gebouwd;
achtergevel: de afstand tot de achterste bestemmingsgrens bedraagt minimaal 12 meter;
zijgevels: de afstand tot de zijdelingse bestemmingsgrenzen bedraagt minimaal 5 meter;
t.o.v. het bestaande vergadercentrum: een minimale afstand van 10 meter tot de achtergevel van het bestaande vergadercentrum wordt opgelegd. Ter hoogte van de huidige uitsprong in de achtergevel is een verbinding met de nieuwbouw met een breedte tot 13 meter mogelijk. Een minimale afstand van 25 meter tot de zijgevel van het bestaande vergadercentrum wordt opgelegd.
RUP ALM
|5
Afmetingen van de bebouwing Nieuwbouw
De maximale bouwhoogte bedraagt 10 meter. Daarbij kunnen twee bouwlagen worden gerealiseerd, mits aan volgende beperking wordt voldaan:
De maximale bouwhoogte kan niet voor het volledige profiel gehanteerd worden: deze geldt slechts voor de helft van de bebouwing. Voor de overige helft van de bebouwing geldt een maximum van 1 bouwlaag. De maximale bouwhoogte is 6 meter.
Een ondergrondse bouwlaag is mogelijk. Deze wordt opgetrokken binnen het profiel van de nieuwbouw.
Bestaande bebouwing
Het bestaande vergadercentrum blijft behouden. Herbouwen van hetzelfde gebouw of oprichten van een nieuw gebouw is mogelijk binnen het bestaande profiel.
De huidige inkom mag maximaal met 215 m² worden uitgebreid in 1 bouwlaag.
De maximale bebouwing-terreinindex (B/T) voor het plangebied bedraagt 0,4/1 (incl. bestaande bebouwing). Voorkomen van de bebouwing Materialen Gevels en daken moeten afgewerkt worden in duurzame materialen. Een overmatige verscheidenheid van materialen en kleuren dient vermeden te worden. Gestreefd wordt naar en licht en transparant volume. De gebruikte materialen dienen dit principe te ondersteunen. Onbebouwde ruimte De onbebouwde ruimte wordt als tuin ingericht. Het behoud van groen, met name de hoogstammige bomen, staat daarbij voorop. Enkel de beplanting die een efficiënte werfinrichting verhindert kan worden gerooid. Constructies voor nutsvoorzieningen en een fietsenstalling zijn toegestaan. De fietsenstalling biedt ruimte voor minimaal 20 fietsen en wordt in duurzame materialen uitgevoerd
RUP ALM
|6
_VOORSCHRIFTEN
Voor de onbebouwde ruimte rond de nieuwbouw geldt dat ter hoogte van de achterste perceelsgrens en de zijdelingse perceelsgrenzen over een breedte vanminstens 5 meter een aaneengesloten groene strook wordt ingericht. Alleen werken en handelingen met het oog op de aanleg en het onderhoud van de strook zijn er toegelaten. Circulatieruimten worden tot een minimum beperkt en zoveel mogelijk in waterdoorlatende materialen uitgevoerd. Om leveringen mogelijk te maken is circulatie langs de achterzijde van de nieuwbouw mogelijk. In geen geval kan deze ruimte voor parkeerplaatsen benut worden. De maximale breedte bedraagt 8 meter. Parkeerplaatsen worden in de voortuinstrook aangelegd en beperkt tot 16 stuks. Overige parkeerplaatsen worden in een ondergrondse bouwlaag ingericht.. 3.1.3.
Beheer en aanleg
Beheer en aanleg gebeurt volledig door de beheerder van het terrein. Het beheer houdt rekening met de biologisch waardevolle bomenrij binnen de bestemmingszone. De beplanting wordt vakkundig beheerd. Bij afsterven van beplanting gebeurt vervanging in het eerste daaropvolgende plantseizoen. Het kappen of rooien van bomen is enkel toegelaten om veiligheidsredenen of in geval van een ziekte die tot afsterven leidt. De stockage van afval gebeurt in principe binnen het gebouw, slechts wanneer de ophaaldiensten afval verzamelen kan een tijdelijke stockage vooraan in de voortuin. De circulatieruimte achteraan de nieuwbouw wordt ingericht zodat overtollige verkeersbewegingen worden vermeden, hiervoor worden breekpaaltjes gesuggereerd.
RUP ALM
|7
RUP
RUP ALM ToElICHTInGSnoTA oktober 2010
www.antwerpen.be
03 22 11 333