RS-Feva Handleiding RACING MANUAL (Part 3)
Datum: 8 oktober 2009 Alle foto’s (behalve foto’s 4-8 en A en B) en tekst zijn auteursrechtelijk beschermd en mogen NIET gebruikt of gepubliceerd worden zonder vooraf schriftelijk toestemming van de auteur, Pieter Jongerius ;)
De Genaker en Ruime Wind zeilen: Zo snel mogelijk hijsen. Ga staan en bam, bam, bam. Knallen. Omhoog dat ding. Fok in klem op ‘genaker stand’ (!). Grootzeil gevierd. Neerhouder iets gevierd. Onderlijk kan iets losser. En houd de boot vlak. Zeil de boot recht op en in balans. Let op je gewicht. Zoek wind.
foto 80
foto 81
Gewicht centraal houden en gewicht iets naar voren houden en naar mate het harder waait iets naar achter schuiven en meer naar buiten hangen.
foto 82
foto 83
Dit team zit perfect (op dít moment) op foto 82. Gewicht centraal. En dan komt een vlaag die ze niet hebben zien aankomen (!) op foto 83 en gaat de stuurman zijn gewicht verplaatsen, hij kijkt omhoog (foto 84) en gaat aan de hoge kant zitten waardoor de boot weer in balans is. Gewicht centraal.
foto 84
foto 87
foto 85
foto 86
foto 88
Van voor van achter: heen en weer. Op foto 87 zie je het team naar achteren zitten en de boot reageert daar niet (meer) lekker op. En dus wordt het gewicht iets naar voren verplaatst én wordt de neerhouder vast gepakt (foto 88) en aangetrokken (foto 89) en vroemmm… De giek komt iets lager (zie foto 87-89) en dát scheelt véél. Veel meer druk op het achterlijk en dus in het hele (groot)zeil.. De neerhouder is een extra ‘versnelling’ die je goed moet gebruiken en meestal vaak moet gebruiken.
foto 89 NEERHOUDER AAN (!): perfect uitgevoerd op foto 89.
foto 90 Kies je koers (1) naar de boei, (2) op zoek naar wind, (3) vrije wind het liefst, (4) en ook tactisch ten opzichte van de tegenstanders… jawel, de tegenstanders, de andere deelnemers waar je tegen zeilt.
foto 91 Met genaker zeilen betekend oploeven en afvallen reagerend op de wind. Zoek dus de wind!
foto 92
Hierboven, (foto 92) knalt de windvlaag vol op de 2925 en zie je het team geweldig hun best doen op foto 92. De stuurman hangt vol overboord (máár mag dat met gestrekte benen doen (!) en zal dan nog harder die boot recht op ‘trekken’ en nóg harder ervandoor gaan…). De bemanning moet de genakerschoot laten vieren. Maar let op hoe ze alsnog er knalhard vandoor gaan (foto 93-98).
foto 93
foto 94
De 2925 krijgt hun boot recht op door bij te trimmen: genaker wordt iets gevierd (foto 93). “And off they go”. Knal hard stampen. En maar bijtrimmen de genaker én hangen en bijsturen.
foto 95
foto 96
foto 97
Stuurman zou nu iets meer de benen moeten strekken en iets meer op de buispieren moeten hangen. Grootschoot iets aan, fok iets vieren, genaker houden zo… misschien iets vieren en afvallen op de vlagen en dit is er een. Afvallen, schoten iets vieren, druk houden, en nu begint het zogenaamde ‘snaken’, als je slang heen en weer gaan. Houd snelheid maar pak ook meters naar lij, richting de boei.
foto 98
foto 99
foto 100
foto 101
foto 102
foto 103
Helaas heb ik geen fotos van de gijp. Máár het gaat er om dat je van ruime wind naar ruime wind gaat en dat je de giek overtrekt (als het hard waait: een ruk aan de grootschoot of gijplijntje (!) geven). Terwijl je van de ene kant naar de andere kant gaat neem je de gebakerschoot over en trim je de genaker bij (fok in de andere klem, op genaker-stand). En hou de boot recht. Oefenen.
Het gijplijntje (!)
foto 104
De Onderboei ronden: Zorg dat je de boei goed aansnijd. Ook de onderboei kun je overzeilen of juist te krap nemen of te krap aanzeilen (binnen de wind zeilen is een voorbeeld van érg krap).
foto 105
foto 107
foto 106
foto 108
foto 109
foto 110
foto 111
foto 112
foto 113
Hou zijwaartse ruimte naar de boei toe (!). Als je naast de boei bent loef je op (stuur je op), grootzeil aan. En je gaat al aan de wind zeilend langs de boei. Je maakt dus een bocht naast de boei en een klein beetje onder de boei (zie foto 110 en 111 (!) en 112 (!) en 113 (!)). En je gaat al aan de wind zeilend langs de boei (foto 113).
foto 114
foto 115
De zeilen zijn te strak. Zeker de fok (foto 114). Er is te weinig zijwaartse ruimte gehouden met de boei. En dat kost hoogte bij het wegkomen van de boei. De bocht wordt te laat en te dicht bij de boei ingezet. Fok staat te strak (foto 115). Elk team kan fouten maken (moet zelfs). Ook de goeie.
foto 116
foto 117
Zelfs bij de beste teams gaat het soms niet zoals het moet. Het linker team zeilt de boot niet in balans. Niet recht op. Geen gewicht centraal (niet goed genoeg in ieder gevel). Ja echt. Kijk maar naar het rechter team. Dat is nou het gewicht centraal hebben. Boot is in balans. Al voordat je de onderboei nadert heb je al gekeken en overlegt hoe je het nieuwe kruisrak in gaat. Hoe is de wind? Is de wind gedraait? Heb je dat met genaker op gemerkt? Welke kant ga je nu dan op? Ga je over stuurboord naar de rechter kant van het veld of ga je overstag en ga je naar de linker kant… of ga je door het midden?
Op de ONK waren er een heleboel vrijwilligers die er voor gezorgd hebben dat de ONK heeft kunnen plaatsvinden. De eerste officiële NK en dan ook nog eens een ONK, met meer dan 20 deelnemers.
Hieronder een klein aantal foto’s.
Het startschip:
foto X-1
De entourage:
foto X-2
foto X-3
foto X-4
foto X-5
foto X-6
De prijsuitreiking:
foto X-7
foto X-9
foto X-8
foto X-10
Vragen kun je stellen aan
[email protected]
Gegroet en tot laters!