Beknopte installatiegids 00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Rosemount 8750WA
Rosemount 8750WA magnetisch flowmetersysteem (transmitter en sensor) Start
Stap 1: Vóór de installatie Stap 2: Transport Stap 3: Montage Stap 4: Installatie (Sensoren met flens) (Flensloze sensoren) Stap 5: Aarding Stap 6: Bedrading Stap 7: Basisconfiguratie Productcertificeringen
Einde
www.rosemount.com
Beknopte installatiegids 00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Rosemount 8750WA
© 2013 Rosemount, Inc. Alle rechten voorbehouden. Alle merken eigendom van de merkhouder.
Emerson Process Management Rosemount Flow
7070 Winchester Circle, Boulder, CO 80301 Tel. (VS) +1 800 522 6277 Tel. (vanuit andere landen) +1 303 527 5200 Fax +1 303 530 8459
Emerson Process Management bv
Postbus 212 2280 AE Rijswijk Nederland Tel. (31) 70 413 66 66 Fax (31) 70 390 68 15 E
[email protected] www.emersonprocess.nl
Emerson Process Management nv/sa
De Kleetlaan, 4 B-1831 Diegem België Tel. (32) 2 716 7711 Fax (32) 2 725 83 00 www.emersonprocess.be
BELANGRIJKE KENNISGEVING Deze installatiegids bevat beknopte richtlijnen voor de Rosemount® 8750WA. De gids bevat geen instructies over gedetailleerde configuratie, diagnostiek, onderhoud, reparatie, probleemoplossing of explosieveilige, brandveilige of intrinsiek veilige (I.S.) installaties. Raadpleeg de naslaghandleiding van de Rosemount 8750WA (publicatienummer 00809-0100-4750) voor nadere instructies. De handleiding en deze beknopte installatiegids zijn op www.rosemount.com ook in digitale vorm beschikbaar.
WAARSCHUWING Als u deze installatierichtlijnen niet opvolgt, kan ernstig of dodelijk letsel het gevolg zijn: De installatie- en onderhoudsinstructies zijn uitsluitend bestemd voor gebruik door bevoegd personeel. Voer geen andere onderhouds- of reparatiewerkzaamheden uit dan die welke in de gebruiksaanwijzing beschreven staan, tenzij u daartoe bevoegd bent. Controleer of de gebruiksomgeving van de sensor en transmitter overeenkomt met de van toepassing zijnde FM- of CSA-goedkeuring.
WAARSCHUWING De sensorbekleding kan bij hantering gemakkelijk beschadigd raken. Steek nooit iets door de sensor heen om hem op te tillen of om als hefboom te gebruiken. Door beschadiging van de bekleding kan de sensor onbruikbaar worden. Gebruik om schade aan de uiteinden van de sensorbekleding te voorkomen geen metalen pakkingen of pakkingen met spiraalvorm. Als u voorziet dat regelmatig verwijderen noodzakelijk is, neem dan voorzorgsmaatregelen ter bescherming van de uiteinden van de bekleding. Vaak worden ter bescherming korte passtukken aangebracht op de uiteinden van de sensor. Correct aanhalen van de flensbouten is essentieel voor een goede werking en lange levensduur van de sensor. Alle bouten moeten in de juiste volgorde worden aangehaald tot het gespecificeerde aanhaalmoment. Als u deze aanwijzingen niet opvolgt, kan ernstige schade aan de bekleding van de sensor ontstaan en moet de sensor misschien vervangen worden.
2
Beknopte installatiegids 00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Rosemount 8750WA
STAP 1: VÓÓR DE INSTALLATIE Voordat u de Rosemount 8750WA magnetische-flowmetertransmitter installeert, moet u een aantal stappen uitvoeren waardoor het installatieproces vergemakkelijkt wordt: • Ga na welke opties en configuraties voor u van toepassing zijn • Stel zo nodig de hardwareschakelaars in • Neem de mechanische, elektrische en omgevingsvereisten ter harte
Aandachtspunten met betrekking tot mechanische vereisten De montageplaats voor de Rosemount 8750WA-transmitter moet genoeg ruimte bieden voor stevige montage, goede toegang tot de kabelpoorten, volledig openen van de transmitterdeksels en gemakkelijk aflezen van het LOI-scherm (zie Afbeelding 1 en Afbeelding 2). Als de Rosemount 8750WA-transmitter afzonderlijk van de sensor wordt gemonteerd, is hij niet onderworpen aan de beperkingen die eventueel van toepassing zijn op de sensor. Afbeelding 1. Afmetingen Rosemount 8750WA32E 190 (7,49) 165 (6,48)
LOI-deksel 1/2"–14 NPT, (3 plaatsen)*
126 76 (4,97) (3,00) 224 (8,81)
1/2"–14 NPT, (2 plaatsen)* 78 (3,07)
126 (4,97)
148 (5,82)
OPMERKING: *M20- en PG 13.5-verbindingen zijn beschikbaar bij gebruik van kabelwartels met schroefdraad.
3
Beknopte installatiegids 00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Rosemount 8750WA Afbeelding 2. Afmetingen 8750WA12E
MET STANDAARDDEKSEL
109 (4,31)
229 (9,01) 71 (2,81)
79 (3,11)
11 (0,44)
305 (12,02)
283 (11,15)
75 (2,96)
MET LOI-DEKSEL
Aardaansluiting
1/2–14 NPT doorvoerbuisaansluiting (4 plaatsen)
LOI-toetsenbordafdekking
OPMERKING
Afmetingen zijn aangegeven in millimeter (inch)
4
Beknopte installatiegids 00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Rosemount 8750WA
Aandachtspunten met betrekking tot het milieu Vermijd voor een maximale levensduur van de transmitter overmatige hitte en trillingen. Typische probleemgebieden: • leidingen met sterke vibratie met integraal gemonteerde transmitters • installaties in een warm klimaat in direct zonlicht • buiteninstallaties in een koud klimaat. Op afstand gemonteerde transmitters kunnen in de regelkamer worden geïnstalleerd om de elektronica te beschermen tegen de omstandigheden, en bieden zo gemakkelijke toegang voor configuratie en onderhoud. Zowel de op afstand gemonteerde als de integraal gemonteerde Rosemount 8750WA-transmitter vereist externe voeding; er moet dus een geschikte voedingsbron in de buurt zijn.
Installatieprocedures De installatie van de Rosemount 8750WA omvat gedetailleerde procedures voor mechanische en elektrische installatie.
Monteer de transmitter Op een locatie op afstand kan de transmitter worden gemonteerd op een buis van maximaal 50 mm (2 inch) doorsnee of op een vlakke wand. Pijpmontage De transmitter op een pijp monteren: 1. Bevestig met het bevestigingsmateriaal de montagebeugel op de pijp. 2. Bevestig met de montageschroeven de Rosemount 8750WA-transmitter op de montagebeugel.
Opties en configuraties vaststellen De standaardtoepassing van de 8750WA werkt met een 4–20 mA-uitgang en regeling van de sensorspoelen en elektroden. Voor andere toepassingen zijn mogelijk een of meer van de volgende configuraties of opties vereist: • • • •
multidrop-communicatie digitale uitgang digitale ingang pulsuitgang
Er kunnen nog meer opties van toepassing zijn. Stel vast welke opties en configuraties op uw situatie van toepassing zijn en houd een lijstje bij de hand zodat u er tijdens de installatie- en configuratieprocedures rekening mee kunt houden.
5
Beknopte installatiegids 00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Rosemount 8750WA Hardwarejumpers/-schakelaars
De printplaat van de 8750WA is voorzien van drie of vier door de gebruiker instelbare hardwareschakelaars, afhankelijk van het bestelde transmittermodel. Met deze schakelaars stelt u de storingsalarmmodus, de analoge voeding (intern/extern), de pulsvoeding (intern/extern; 8750WA32) en de transmitterbeveiliging in. Bij verzending uit de fabriek zijn deze schakelaars standaard als volgt ingesteld: Modus storingsalarm:
HOOG
Analoge voeding intern/extern:
INTERN
Pulsvoeding intern/extern:
EXTERN (alleen 8750WA32)
Transmitterbeveiliging:
UIT
De instellingen van de hardwareschakelaars wijzigen Meestal hoeven de instellingen van de hardwareschakelaars niet gewijzigd te worden. Als de instellingen van de schakelaars wel moeten worden gewijzigd, volgt u de stappen in de handleiding.
Aandachtspunten op het gebied van elektriciteit Neem voordat u elektrische aansluitingen op de Rosemount 8750WA maakt, de volgende normen in overweging en verzeker u ervan dat u over de juiste voeding, doorvoerbuizen en andere accessoires beschikt.
Draai de transmitterbehuizing U kunt de integrale elektronicabehuizing op de sensor draaien in stappen van 90° door de vier montagebouten onder op de behuizing los te draaien en de bouten vervolgens weer aan te brengen. Zorg wanneer u de behuizing weer installeert dat het oppervlak schoon is en er geen ruimte is tussen de behuizing en de sensor.
6
Beknopte installatiegids 00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Rosemount 8750WA
STAP 2: TRANSPORT Behandel alle onderdelen voorzichtig om schade te voorkomen. Transporteer het systeem zo mogelijk in de oorspronkelijke verpakkingen naar de installatielocatie. Met PTFE beklede sensoren worden verzonden met beschermdoppen waardoor ze beschermd zijn tegen mechanische schade en de gewone vervorming die anders optreedt. Verwijder de beschermdoppen pas vlak voor de installatie. Afbeelding 3. Ondersteuning van de Rosemount 8750WA sensor met flens bij transport
Sensoren van 0,5 t/m 4 inch
Sensoren van 6 inch en groter
7
Beknopte installatiegids 00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Rosemount 8750WA
STAP 3: MONTAGE Rechte lengte voor en na de meter Om te zorgen dat de sensor aan de specificaties blijft voldoen onder uiteenlopende procesomstandigheden, moet hij worden geïnstalleerd met ten minste vijf rechte buisdiameters voor en ten minste twee rechte buisdiameters na het elektrodevlak (zie Afbeelding 4). Afbeelding 4. Rechte buisdiameters voor en na de meter 5 buisdiameters
2 buisdiameters
Flow
De 8750WA-sensor kan zelfs met nul buisdiameters voor de meter worden geïnstalleerd. Raadpleeg de fabrikant voor de prestaties bij toepassingen met minder dan het ideale aantal rechte buisdiameters.
Flowrichting De sensor moet zo worden gemonteerd dat de PUNT van de flowrichtingspijl, afgebeeld op het identificatielabel van de sensor, in de vloeistofrichting door de sensor heen wijst.
Stand van de sensor De sensor moet zo worden geïnstalleerd dat hij tijdens bedrijf altijd volledig gevuld is. Verticale installatie maakt opwaartse procesvloeistofstroming mogelijk en zorgt dat het doorsnedeoppervlak altijd gevuld is, ongeacht de flowsnelheid. Horizontale installatie is alleen geschikt in lage buisgedeelten die normaliter gevuld zijn. Zorg in dit geval dat het elektrodevlak binnen 45 graden van horizontaal ligt.
8
Beknopte installatiegids 00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Rosemount 8750WA
Afbeelding 5. Stand van de sensor
FLOW
FLOW
De elektroden in de Rosemount 8750WA-sensor met flens staan goed gericht als de twee meetelektroden in de standen 3 uur en 9 uur staan, zoals rechts in Afbeelding 5 afgebeeld. De elektroden in de flensloze Rosemount 8750WA-sensor staan goed gericht als de bovenkant van de sensor verticaal dan wel horizontaal staat, zoals afgebeeld in Afbeelding 6. Vermijd montagestanden waarbij de bovenkant van de sensor op 45° van de verticale of horizontale stand staat. Afbeelding 6. Montagestand voor de flensloze Rosemount 8750WA-sensor
Elektrodevlak 45° Elektrodevlak 45°
9
Beknopte installatiegids
Rosemount 8750WA
00825-0211-4750, v. BB januari 2013
STAP 4: INSTALLATIE Sensoren met flens Pakkingen Voor elke aansluiting van de sensor op een aangrenzend instrument of buisgedeelte is een pakking nodig. De pakkingen moeten van een materiaal zijn dat geschikt is voor de procesvloeistof en de bedrijfsomstandigheden. Metalen pakkingen en spiraalpakkingen kunnen de bekleding beschadigen. Aan weerszijden van de aardring is een pakking vereist. Voor alle andere toepassingen (inclusief sensoren met bekledingsbescherming of een aardelektrode) is slechts één pakking nodig voor elke eindaansluiting. Afbeelding 7. Plaatsing van flenspakking
Niet meegeleverde pakking
Aardring en pakking optioneel Flow
Flensbouten De voor de diverse sensorleidingmaten en bekledingstypen aangeraden momentwaarden staan vermeld in Tabel 1 op pagina 11. Raadpleeg de fabrikant als de flensclassificatie van de sensor in de tabellen ontbreekt. Haal de flensbouten vóór de sensor aan in de volgorde aangegeven in Afbeelding 8 op pagina 11 tot 20% van het aanbevolen aanhaalmoment. Herhaal deze procedure aan de kant achter de sensor. Haal bij sensoren met meer of minder flensbouten de bouten aan in een soortgelijke kruisgewijze volgorde. Herhaal deze volledige aanhaalreeks tot 40%, 60%, 80% en ten slotte 100% van de aanbevolen aanhaalmomenten of totdat het lekken tussen de proces- en de sensorflenzen stopt. Als het lekken bij het aanbevolen aanhaalmoment nog niet is gestopt, kunnen de bouten in stappen van 10% verder worden aangehaald totdat de verbindingen niet meer lekken of totdat het gemeten aanhaalmoment de maximale aanhaalspecificatie van de bouten bereikt. De bescherming van de bekleding in overweging nemende komt de gebruiker vaak tot een ander aanhaalmoment waarbij het lekken ophoudt, afhankelijk van de specifieke combinatie van flenzen, bouten, pakkingen en het bekledingsmateriaal van de sensor. 10
Beknopte installatiegids 00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Rosemount 8750WA
Controleer op lekkage bij de flenzen nadat u de bouten hebt aangehaald. Als u niet de juiste aanhaalmethode gebruikt, kan dat tot ernstige schade leiden. De verbindingen van een sensor moeten 24 uur na de eerste installatie nogmaals worden aangehaald. Na verloop van tijd kan het bekledingsmateriaal van een sensor vervormd raken door de druk. Afbeelding 8. Aandraaivolgorde flensbouten
Tabel 1. Aangeraden momentwaarden voor flensbouten voor sensoren met ASME B16.5 (ANSI)-flens Bekleding van PTFE MaatLeidingmaat code 005 15 mm (0,5 inch) 010 25 mm (1 inch) 015 40 mm (1,5 inch) 020 50 mm (2 inch) 030 80 mm (3 inch) 040 100 mm (4 inch) 060 150 mm (6 inch) 080 200 mm (8 inch) 100 250 mm (10 inch) 120 300 mm (12 inch) 140 350 mm (14 inch) 160 400 mm (16 inch) 180 450 mm (18 inch) 200 500 mm (20 inch) 240 600 mm (24 inch) 300 750 mm (30 inch) 360 900 mm (36 inch) 400 1000 mm (40 inch) 420 1050 mm (42 inch) 480 1200 mm (48 inch)
Klasse 150 (lb-ft) 8 8 13 19 34 26 45 60 55 65 85 85 120 110 165 195(1)(2) 280(1)(2) – – –
Klasse 300 (lb-ft) 8 12 25 17 35 50 50 82 80 125 110 160 170 175 280 – – – – –
Bekleding van polyurethaan/neopreen Klasse 150 (lb-ft) – – 7 14 23 17 30 42 40 55 70 65 95 90 140 165(1)(2) 245(1)(2) –(2)(3) –(2)(3) –(2)(3)
Klasse 300 (lb-ft) – – 18 11 23 32 37 55 70 105 95 140 150 150 250 – – – – –
(1) (2)
Sensoren die met flensoptiecode “A1” worden besteld, hebben MSS-SP44 Class 150-flenzen. Sensoren die met flensoptiecode “AA” worden besteld, hebben AWWA Table D-flenzen Sensoren die met flensoptiecode “AB” worden besteld, hebben AWWA Table E-flenzen (3) Alleen bekleding van neopreen
11
Beknopte installatiegids 00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Rosemount 8750WA Flensloze sensoren Pakkingen
Voor elke aansluiting van de sensor op een aangrenzend instrument of buisgedeelte is een pakking nodig. De pakkingen moeten van een materiaal zijn dat geschikt is voor de procesvloeistof en de bedrijfsomstandigheden. Metalen pakkingen en spiraalpakkingen kunnen de bekleding beschadigen. Aan weerszijden van de aardring is een pakking vereist. Zie Afbeelding 9 hieronder. Afbeelding 9. Plaatsing flensloze pakking Installatie vanInstallation afstandhouders Spacer Horizontale Horizontalmeters meters Verticale Verticalmeters meters
Niet meegeleverde pakking
Tapbouten, moeren en ringen voor installatie
O-ring O-ring
Flow
Uitlijnafstandhouder
Uitlijning 1. Op leidingen van 40 t/m 200 mm (1,5 t/m 8 inch). Rosemount beveelt installatie van de meegeleverde uitlijnafstandhouders ten zeerste aan om te verzekeren dat de flensloze sensor goed tussen de procesflenzen wordt gecentreerd. Voor de sensormaten 15 en 25 mm (0,5 en 1 inch) zijn uitlijnafstandhouders niet nodig. 2. Steek de tapeinden voor de onderkant van de sensor tussen de pijpflenzen en centreer de uitlijnafstandhouder midden op het tapeind. Zie Afbeelding 9 voor de locaties van de boutgaten die worden aanbevolen voor de meegeleverde afstandhouders. De specificaties voor de tapbouten vindt u in Tabel 2. 3. Plaats de sensor tussen de flenzen. Zorg dat de uitlijnafstandhouders goed op de tapeinden zijn gecentreerd. Schuif voor installaties met verticale flow de O-ring over het tapeind om de afstandhouder op zijn plaats te houden. Zie Afbeelding 9. Raadpleeg Tabel 3 om te verzekeren dat de afstandhouders passend zijn voor de flensmaat en de classificatie van de procesflenzen. 4. Breng de overige tapbouten, ringen en moeren aan. 5. Haal aan tot de momentspecificaties in Tabel 4 op pagina 13. Haal de bouten niet te strak aan, anders raakt de bekleding beschadigd. Tabel 2. Specificaties tapbouten Nominale sensorafmeting
Specificaties tapbouten
15–25 mm (0,5–1 inch) 40–200 mm (1,5–8 inch)
316 SST ASTM A193, Grade B8M Class 1 gemonteerde draadtapbouten CS, ASTM A193, Grade B7 gemonteerde draadtapbouten
12
Beknopte installatiegids 00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Rosemount 8750WA
OPMERKING Gebruik van bouten van koolstofstaal op leidingen met een kleinere diameter, 15 tot en met 25 mm (0,5 tot en met 1 inch), in plaats van de gespecificeerde roestvaststalen bouten, leidt tot verslechtering van de prestaties. Tabel 3. Tabel Rosemount-uitlijnafstandhouders Tabel Rosemount-uitlijnafstandhouders Leidingmaat Dash-nr. AA15 AA20 AA30 AA40 AA60 AA80 AB15 AB20 AB30 AB40 AB60 AB80
(mm) 40 50 80 100 150 200 40 50 80 100 150 200
(inch) 1,5 2 3 4 6 8 1,5 2 3 4 6 8
Classificatie flens ANSI-150# ANSI-150# ANSI-150# ANSI-150# ANSI-150# ANSI-150# ANSI-300# ANSI-300# ANSI-300# ANSI-300# ANSI-300# ANSI-300#
Vermeld voor het bestellen van een set uitlijnafstandhouders (met 3 afstandhouders) onderdeelnummer 08711-3211-xxxx en het bovenstaande dash-nummer.
Flensbouten Voor flensloze sensoren zijn tapeinden vereist. Zie Tabel 8 op pagina 11 voor de aanhaalvolgorde. Controleer altijd op lekkage bij de flenzen nadat u de flensbouten hebt aangehaald. De verbindingen van elke sensor moeten 24 uur na de eerste keer aanhalen van de flensbouten nogmaals worden aangehaald. Tabel 4. Momentspecificaties voor de flensloze Rosemount 8750WA-sensor Maatcode 005 010 015 020 030 040 060 080
Leidingmaat 15 mm (0,5 inch) 25 mm (1 inch) 40 mm (1,5 inch) 50 mm (2 inch) 80 mm (3 inch) 100 mm (4 inch) 150 mm (6 inch) 200 mm (8 inch)
Nm 7 14 20 34 54 41 68 95
Lb-ft 5 10 15 25 40 30 50 70
13
Beknopte installatiegids 00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Rosemount 8750WA
STAP 5: AARDING Raadpleeg Tabel 5 om te bepalen welke procesaardingsoptie voor een juiste installatie is vereist. De sensorbehuizing moet op aarde worden aangesloten volgens de landelijke en plaatselijke elektriciteitsvoorschriften. Anders zal de apparatuur mogelijk minder bescherming bieden. Tabel 5. Installatie procesaarding Opties procesaarding Aardingsringen
Aardelektrode
Bekledingsbeschermingen
Type buis
Aardingsbanden
Geleidende buis zonder binnenbekleding Geleidende buis met binnenbekleding Niet-geleidende buis
Zie Afbeelding 10
Niet vereist
Niet vereist
Zie Afbeelding 11
Onvoldoende aarding
Zie Afbeelding 11
Zie Afbeelding 10
Zie Afbeelding 11
Onvoldoende aarding
Zie Afbeelding 12 op pagina 15
Zie Afbeelding 13 op pagina 15
Zie Afbeelding 12 op pagina 15
Afbeelding 10. Aardingsbanden of aardelektrode in beklede buis
Afbeelding 11. Aarding met aardingsringen of bekledingsbeschermingen
Aardingsringen of bekledingsbeschermingen
14
Beknopte installatiegids 00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Rosemount 8750WA
Afbeelding 12. Aarding met aardingsringen of bekledingsbeschermingen
Aardingsringen of bekledingsbeschermingen
Afbeelding 13. Aarding met aardelektrode
15
Beknopte installatiegids 00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Rosemount 8750WA
STAP 6: BEDRADING In deze paragraaf over bedrading worden de verbindingen tussen de transmitter en de sensor, de 4–20 mA-kring en de voeding van de transmitter beschreven. Volg de informatie over doorvoerbuizen, kabelvereisten en loskoppelingsvereisten in de onderstaande paragrafen.
Kabel- en doorvoerbuisaansluitingen Zowel de aansluitkast voor de sensor als die voor de transmitter is voorzien van poorten voor doorvoerbuisaansluitingen van 1/2 inch met optionele CM20- of PG 13,5-aansluitingen. Bij het maken van deze aansluitingen moeten de landelijke of plaatselijke elektriciteitsvoorschriften of die van de fabriek worden gevolgd. Ongebruikte openingen moeten worden afgedicht met metalen blindstoppen. Een juiste elektrische installatie is vereist om meetfouten als gevolg van elektrische ruis en interferentie te voorkomen. Aparte doorvoerbuizen voor de spoelaandrijvings- en signaalkabels zijn niet vereist, maar wel een exclusieve doorvoerbuis tussen elke transmitter en sensor. Voor de beste resultaten moet in een omgeving met veel elektrische ruis afgeschermde kabel worden gebruikt. Verwijder bij het bewerken van alle draadaansluitingen alleen de isolatie die verwijderd moet worden om de draad geheel onder de klemaansluiting te laten passen. Als er te veel isolatiemateriaal wordt verwijderd, kan dat leiden tot ongewenste kortsluiting op de transmitterbehuizing of andere draadaansluitingen. Voor sensoren met flens die zijn geïnstalleerd in een toepassing die IP68-bescherming vereist, zijn afgedichte kabelwartels, doorvoerbuizen en doorvoerpluggen vereist die aan de IP68-specificaties voldoen. Optiecode SA, SB, SC, SD, SE en SF hebben een reeds bedrade gegoten en afgedichte aansluitkast om het binnendringen van water te voorkomen. Ondanks deze opties blijft de noodzaak bestaan om afgedichte doorvoerbuizen te gebruiken om te voldoen aan IP68-beschermingsvereisten.
Vereisten t.a.v. de doorvoerbuizen Tussen de sensor en de op afstand gemonteerde transmitter is een exclusieve kabeldoorvoer vereist voor de spoelaandrijvings- en signaalkabels. Zie Afbeelding 14. Door kabels samen te bundelen in een enkele doorvoerbuis kan interferentie en ruis in het systeem ontstaan. Leg door elke buis hoogstens één set kabels. Afbeelding 14. Aanleg leidingen Fout
voeding
uitgangen
16
voeding
uitgangen
Goed
spoelaandrijvings- en elektrodekabels
voeding
voeding
uitgangen
uitgangen
spoelaandrijvings- en elektrodekabels
Beknopte installatiegids 00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Rosemount 8750WA
Leg kabel van de juiste doorsnede door de doorvoerbuisaansluitingen van uw magnetische flowmetersysteem. Leg de voedingskabel van de voedingsbron naar de transmitter. Leg de kabel van de spoelaandrijving en de signaalkabel tussen de flowmetersensor en de transmitter. • De geïnstalleerde signaalbedrading mag niet gelijk oplopen met en niet door dezelfde kabelgoot lopen als de bedrading voor de wissel- of gelijkstroomvoeding. • Het instrument moet goed worden geaard op massa of aarde volgens de plaatselijke elektriciteitsvoorschriften. • De Rosemount-combinatiekabel met onderdeelnummer 08732-0753-2004 (m) of 08732-0753-1003 (ft) moet worden gebruikt om te voldoen aan de EMC-vereisten.
Bedrading tussen de transmitter en de sensor De transmitter kan op de sensor gemonteerd zijn of op afstand worden gemonteerd volgens de bedradingsinstructies.
Vereisten en gereedmaken van kabels voor installatie op afstand Voor installaties met de afzonderlijke spoelaandrijvings- en signaalkabels moet de lengte tot 300 meter worden beperkt. Beide kabels moeten precies even lang zijn. Zie Tabel 6 op pagina 18. Voor installaties met de gecombineerde spoelaandrijvings- en signaalkabel moet de lengte tot 100 meter worden beperkt. Zie Tabel 6 op pagina 18. Bewerk de uiteinden van de spoelaandrijvings- en signaalkabel zoals afgebeeld in Afbeelding 15. Laat maximaal 2,54 cm (1 inch) onafgeschermde draad blootliggen bij zowel de spoelaandrijvings- als de signaalkabel. Blootliggende draad moet met gepast isolatiemateriaal worden omwikkeld. Te lange draden en kabels zonder afscherming kunnen elektrische ruis veroorzaken, met onstabiele meetresultaten als gevolg. Afbeelding 15. Detail bewerkte kabel OPMERKING Afmetingen zijn aangegeven in millimeter (inch).
26 (1,00)
Kabelafscherming
17
Beknopte installatiegids 00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Rosemount 8750WA
Vermeld bij het bestellen van kabel de lengte als het gewenste aantal. 25 ft = aantal (25) 08732-0753-1003
Tabel 6. Kabelvereisten Beschrijving
Lengte
Spoelaandrijvingskabel (14 AWG) Belden 8720, Alpha 2442 of vergelijkbaar product Signaalkabel (20 AWG) Belden 8762, Alpha 2411 of vergelijkbaar product Combinatiekabel Spoelaandrijvingskabel (18 AWG) en signaalkabel (20 AWG)
Onderdeelnummer
m ft
08712-0060-2013 08712-0060-0001
m ft
08712-0061-2003 08712-0061-0001
m ft
08732-0753-2004 08732-0753-1003
WAARSCHUWING Gevaar van elektrische schokken tussen klem 1 en 2 (40 V a.c.).
Bedrading tussen de transmitter en de sensor aanleggen Zie Tabel 7 bij gebruik van afzonderlijke kabels voor spoelaandrijving en signaal. Zie Tabel 8 bij gebruik van de combinatiekabel voor spoelaandrijving en signaal. Zie Afbeelding 16 op pagina 19 voor transmitterspecifieke diagrammen. 1. Sluit de spoelaandrijvingskabel aan op klem 1, 2 en 3 (aarde). 2. Sluit de signaalkabel aan op klem 17, 18 en 19
Tabel 7. Afzonderlijke spoel- en signaalkabel Aansluitklem transmitter
Aansluitklem sensor
Koperdoorsnede
Kleur draad
1 2 3 of aarde 17 18 19
1 2 3 of aarde 17 18 19
14 14 14 20 20 20
doorzichtig zwart afscherming afscherming zwart doorzichtig
Tabel 8. Combinatie spoel- en signaalkabel Aansluitklem transmitter
Aansluitklem sensor
Koperdoorsnede
Kleur draad
1 2 3 of aarde 17 18 19
1 2 3 of aarde 17 18 19
18 18 18 20 20 20
rood groen afscherming afscherming zwart wit
18
Beknopte installatiegids 00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Rosemount 8750WA
Afbeelding 16. Bedradingsschema's voor externe montage
OPMERKING Bij gebruik van een door Rosemount geleverde combinatiekabel bevatten de signaaldraden voor klem 18 en 19 een extra afschermingsdraad. Deze twee afschermingsdraden moeten op klem 17 op het aansluitklemmenblok van de sensor worden verbonden met de hoofdafschermingsdraad; in de aansluitkast van de transmitter moeten ze tot op het isolatiemateriaal worden afgeknipt. Zie Afbeelding 17. Afbeelding 17. Bedradingsschema combinatiekabel spoel en signaal Signal Cable Signaalkabel
Transsmiter Transmitter
Spoelaandrijvingskabel Coil Drive Cable
Cut Shield Afscherming afknippen
17 afscherming zwart 19White wit 17 Shield1818 Black 19
Red 22groen Green 33Shield 11rood afscherming
17 afscherming 19White wit 17 Shield 18 18zwart Black 19
Tube Sensoren
1 1rood afscherming Red 22groen Green 3 3 Shield
19
Beknopte installatiegids
Rosemount 8750WA
00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Integraal gemonteerde transmitters De draadboom voor integraal gemonteerde transmitters wordt in de fabriek geïnstalleerd. Zie Afbeelding 18. Gebruik geen andere kabels dan die welke zijn meegeleverd door Emerson Process Management, Rosemount, Inc. Afbeelding 18. Bedradingsschema voor integrale montage 8750WA32EST
Aansluiten van het analoge 4–20 mA-signaal Overwegingen voor bedrading Gebruik waar mogelijk kabel met afzonderlijk afgeschermde getwiste aders, in uitvoeringen met een of meer paren. Niet-afgeschermde kabels kunnen voor korte afstanden worden gebruikt zolang omgevingsruis en crosstalk de communicatie niet negatief beïnvloeden. De minimale koperdoorsnede bedraagt 0,51 mm (#24 AWG) voor kabellengten van ten hoogste 1500 meter (5,000 ft.) en 0,81 mm (#20 AWG) voor grotere afstanden. De weerstand in de kring mag maximaal 1000 ohm bedragen. Het analoge kringsignaal van 4–20 mA kan intern of extern worden gevoed. De standaardinstelling van de interne/externe analoge voedingsjumper is de stand Intern. De door de gebruiker instelbare voedingsschakelaar bevindt zich op de printplaat.
20
Beknopte installatiegids 00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Rosemount 8750WA
8750WA32E – sluit de negatieve (–) gelijkspanningsdraad aan op klem 1 en de positieve (+) gelijkspanningsdraad op klem 2. Zie Afbeelding 19. Afbeelding 19. Bedradingsschema analoog signaal 8750WA32E
+4–20 mA –4–20 mA
8750WA12E – sluit de negatieve (–) gelijkspanningsdraad aan op klem 8 en de positieve (+) gelijkspanningsdraad op klem 7. Zie Afbeelding 20. Afbeelding 20. Bedradingsschema analoog signaal 8750WA12E
+4–20 mA
–4–20 mA
21
Beknopte installatiegids 00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Rosemount 8750WA Interne voeding
De analoge signaalkring van 4–20 mA wordt vanaf de transmitter zelf gevoed. Externe voeding De analoge 4–20 mA-signaalkring wordt gevoed via een externe bron. Voor HART-multidrop-installaties is een externe analoge voedingsbron van 10–30 V gelijkspanning vereist. OPMERKING: Bij gebruik van een HART-veldcommunicator of -besturingssysteem moeten deze worden aangesloten over minstens 250 ohm weerstand in de kring. Raadpleeg voor het aansluiten van de overige uitgangsopties (pulsuitgang en/of digitale in-/uitgang) de uitgebreide producthandleiding.
De transmitter voorzien van voedingsspanning Transmitter 8750WA32E is ontworpen voor een voeding van 90–250 V a.c., 50–60 Hz of 12–42 V d.c. Neem voordat u stroom aansluit op de Rosemount 8750WA de volgende normen in overweging en verzeker u ervan dat u over de juiste voeding, doorvoerbuizen en andere accessoires beschikt. Bedraad de transmitter volgens de nationale en plaatselijke voorschriften voor de voedingsspanning. Zie Afbeelding 21. Afbeelding 21. Stroomvereisten gelijkspanningsvoeding voedingsstroom (ampère)
0.9 0.8 0.7 0.6 0.5 0.4 0.3 0.2 12
18
24
30
36
voedingsspanning (volt) I = voedingsstroomvereiste (ampère) V = voedingsspanning (volt)
22
42
Beknopte installatiegids 00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Rosemount 8750WA
Vereisten voedingsdraad Gebruik draad van 12 tot 18 AWG, geschikt voor gebruik bij de verwachte temperaturen van het apparaat. Gebruik voor aansluitingen bij een omgevingstemperatuur van meer dan 60 °C (140 °F) een draad die gespecificeerd is voor 80 °C (176 °F). Gebruik bij een omgevingstemperatuur van meer dan 80 °C (176 °F) een draad die gespecificeerd is voor 110 °C (230 °F). Controleer voor met gelijkstroom gevoede transmitters met lange kabels of er op de polen van de transmitter ten minste 12 V gelijkstroom staat. Stroomverbrekers Sluit het instrument aan via een externe onderbreker of een schakelaar. Breng een duidelijk label aan op de onderbreker of schakelaar en plaats hem in de buurt van de transmitter, waarbij u de plaatselijke elektriciteitsvoorschriften volgt. Installatiecategorie De installatiecategorie voor de 8750WA is (overspannings-) categorie II. Zekeringen De voedingsleidingen van de Rosemount 8750WA-flowmetertransmitter moeten tegen overspanning gezekerd worden. De maximale classificaties van zekeringen staan weergegeven in Tabel 9.
Tabel 9. Stroomlimieten Voedingsspanning
Zekeringsspecificatie
Fabrikant
95–250 V a.c. 12–42 V d.c.
2 A, snelzekering 3 A, snelzekering
Bussman AGC2 of vergelijkbaar product Bussman AGC3 of vergelijkbaar product
Voeding 8750WA32E Sluit voor wisselspanningsapparatuur (90–250 V a.c., 50–60 Hz) de nulleider aan op klem 9 (AC N/L2) en de wisselspanninggeleider op klem 10 (AC/L1). Sluit voor gelijkspanningsapparatuur de negatieve draad aan op aansluitklem 9 (DC –) en de positieve draad op aansluitklem 10 (DC +). Units die werken op een gelijkspanningsvoeding van 12–42 V kunnen tot 1 ampère stroom trekken. Zie Afbeelding 22 voor de aansluitingen op het klemmenblok. Afbeelding 22. Voedingsaansluitingen 8750WA32E transmitter
23
Beknopte installatiegids 00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Rosemount 8750WA Voeding 8750WA12E
Sluit voor wisselspanningsapparatuur (90–250 V a.c., 50–60 Hz) de nuldraad aan op aansluitklem N en de wisselspanningsdraad op aansluitklem L1. Sluit voor gelijkspanningsapparatuur de negatieve draad aan op aansluitklem N (DC –) en de positieve draad op aansluitklem L1 (DC +). Aard de kooi van de transmitter via de aardingssteun onder op de behuizing van de transmitter. Units die werken op een gelijkspanningsvoeding van 12–42 V kunnen tot 1 ampère stroom trekken. Zie Afbeelding 23 voor de aansluitingen op het klemmenblok. Afbeelding 23. Voedingsaansluitingen 8750WA312E transmitter Zekering
Wisselspanningsdraad of DC+ AC massa of DC massa
AC nul of DC–
Stroomkabel transmitter
Dekselborgschroef (alleen 8750WA32ES) Bij transmitterbehuizingen die met een dekselborgschroef worden geleverd, moet de schroef correct worden gemonteerd nadat de transmitter is bedraad en opgestart. Volg deze stappen voor het monteren van de dekselborgschroef: 1. Controleer of de dekselborgschroef helemaal in de behuizing is gedraaid. 2. Plaats het deksel van de transmitterbehuizing en controleer of het deksel dicht tegen de behuizing aanzit. 3. Draai de borgschroef met een M4-sleutel los totdat hij het transmitterdeksel raakt. 4. Draai de borgschroef nog 1/2 slag linksom om het deksel vast te zetten. (Opmerking: Door te hard aandraaien kan de schroefdraad beschadigd raken.) 5. Controleer of het deksel niet kan worden verwijderd.
24
Beknopte installatiegids 00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Rosemount 8750WA
STAP 7: BASISCONFIGURATIE Nadat de magnetische flowmeter is geïnstalleerd en de voeding is aangelegd, moeten de basisinstellingen van de transmitter worden geconfigureerd. Deze parameters kunnen worden geconfigureerd met behulp van een plaatselijke gebruiksinterface (LOI) of een HART-communicatieapparaat. Een tabel met alle parameters begint op pagina 26. Beschrijvingen van geavanceerder functies zijn opgenomen in de uitvoerige producthandleiding.
Basis configuratie Tag Tag is de snelste en doeltreffendste manier om transmitters te identificeren en van elkaar te onderscheiden. Transmitters kunnen worden getagd volgens de vereisten van uw toepassing. Het tagnummer kan maximaal acht tekens lang zijn.
Flow Rate Units (eenheden flowsnelheid) Bij de variabele flow rate units (eenheden van flowsnelheid) stelt u in hoe de flowsnelheid zal worden weergegeven. Kies de meeteenheden die passen bij uw specifieke meetbehoeften.
URV (Upper Range Value; maximum meetwaarde) De maximale meetwaarde (URV) stelt het 20 mA-punt voor de analoge uitgang in. Deze waarde wordt doorgaans ingesteld op volledige flow. De weergegeven meeteenheden zullen overeenkomen met de meeteenheden die zijn ingesteld onder de parameter 'units' (eenheden). De URV kan worden ingesteld op een waarde van (–10 m/s tot 10 m/s) –30 ft/s tot 30 ft/s.
LRV (Lower Range Value; minimum meetwaarde) De minimum meetwaarde (LRV) stelt het 4mA-punt voor de analoge uitgang in. Deze waarde wordt doorgaans ingesteld op nulflow. De weergegeven meeteenheden zullen overeenkomen met de meeteenheden die zijn ingesteld onder de parameter 'units' (eenheden). De LRV kan worden ingesteld op een waarde van –10 m/s tot 10 m/s (–30 ft/s tot 30 ft/s).
Leidingmaat De line size (leidingmaat; sensormaat) moet worden ingesteld op de feitelijke maat van de sensor die is aangesloten op de transmitter. De diameter moet in inches worden opgegeven.
Calibration Number (kalibratienummer) Het calibration number (kalibratienummer) van de sensor is een getal van 16 cijfers voor identificatie van in de Rosemount-fabriek gekalibreerde sensoren.
Lokale bediening (LOI) Druk de pijl OMLAAG twee keer in om de optionele LOI (lokale bediening) te activeren. Navigeer door de menustructuur met de pijlen OMHOOG, OMLAAG, LINKS en RECHTS. De display kan worden vergrendeld om te voorkomen dat de configuratie onbedoeld wordt gewijzigd. De displayvergrendeling kan worden ingeschakeld via een HART-communicatieapparaat of door de pijl OMHOOG 10 seconden lang ingedrukt te houden. Bij inschakeling van de displayvergrendeling wordt rechtsonder op de display ‘DL’ weergegeven. Houd om de displayvergrendeling (DL) uit te schakelen de pijl OMHOOG 10 seconden ingedrukt. Zodra de displayvergrendeling is uitgeschakeld, wordt ‘DL’ niet langer rechtsonder op de display weergegeven.
25
Beknopte installatiegids
Rosemount 8750WA
00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Tabel 10. Sneltoetscombinaties HART veldcommunicator voor 8750WA32
Functie
HART-sneltoetsen
Process Variables (procesvariabelen) Primary Variable (primaire variabele; PV) PV Percent of Range (percentagebereik PV) PV Analog Output (analoge uitgang PV) (AO) Totalizer Set-Up (instellingen totaalteller) Totalizer Units (eenheden totaalteller) Gross Total (bruto totaal) Net Total (netto totaal) Reverse Total (totaal omgekeerd) Start Totalizer (totaalteller starten) Stop Totalizer (totaalteller stoppen) Reset Totalizer (totaalteller resetten) Pulsuitgang Diagnostics (diagnose) Diagnostic Controls (diagnostiekregelaars) Basic Diagnostics (basisdiagnostiek) Self Test (zelftest) AO Loop Test (AO-kring testen) Pulse Output Loop Test (pulsuitgangskring testen) Empty Pipe Limits (limieten lege buis) Empty Pipe (EP) Value (Waarde lege buis [EP]) EP Trigger Level (triggerniveau EP) EP Counts (telling EP) Electronics Temp (elektronicatemperatuur) Advanced Diagnostics (geavanceerde diagnostiek) 8714i Calibration Verification (8714i kalibratiecontrole) Run 8714i Verification (8714i-controle uitvoeren) 8714i Results (resultaten 8714i) Test Condition (testvoorwaarde) Test Criteria (testcriteria) 8714i Test Result (resultaat 8714i test) Simulated Velocity (simulatiesnelheid) Actual Velocity (werkelijke snelheid) Velocity Deviation (snelheidsafwijking) Transmitter Calibration Test Result (resultaat test transmitterkalibratie) Sensor Calibration Deviation (afwijking sensorkalibratie) Sensor Calibration Test Result (uitslag test sensorkalibratie) Coil Circuit Test Result (resultaat test spoelcircuit)(1) Electrode Circuit Test Result (resultaat test elektrodecircuit)(1) Sensor Signature (sensorhandtekening) Signature Values (handtekeningwaarden)
1, 1 1, 1, 1 1, 1, 2 1, 1, 3 1, 1, 4 1, 1, 4, 1 1,1,4,2 1,1,4,3 1,1,4,4 1,1,4,5 1,1,4,6 1,1,4,7 1,1,5 1,2 1,2,1 1,2,2 1,2,2,1 1,2,2,2 1,2,2,3 1,2,2,4 1,2,2,4,1 1,2,2,4,2 1,2,2,4,3 1,2,2,5 1,2,3 1,2,3,1 1,2,3,1,1 1,2,3,1,2 1,2,3,1,2,1 1,2,3,1,2,2 1,2,3,1,2,3 1,2,3,1,2,4 1,2,3,1,2,5 1,2,3,1,2,6 1,2,3,1,2,7
26
1,2,3,1,2,8 1,2,3,1,2,9 1,2,3,1,2,10 1,2,3,1,2,11 1,2,3,1,3 1,2,3,1,3,1
Beknopte installatiegids 00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Rosemount 8750WA
Functie
HART-sneltoetsen
Re-Signature Meter (aangepaste handtekening sensor) Recall Last Saved Values (laatst opgeslagen waarden ophalen) Set Pass/Fail Criteria (criteria slagen/falen instellen) No Flow Limit (limiet no-flow) Flowing Limit (flowlimiet) Empty Pipe Limit (limiet lege buis) Measurements (metingen) 4–20 mA Verify (4–20 mA controleren) 4–20 mA Verification (4–20 mA-controle) 4–20 mA Verify Result (resultaat 4–20 mA-controle) Licensing (licentieverlening) License Status (licentiestatus) License Key (licentiesleutel) Device ID (apparaat-ID) License Key (licentiesleutel) Diagnostic Variables (diagnostische variabelen) EP Value (EP-waarde) Electronics Temp (elektronicatemperatuur) Line Noise (lijnruis) 5 Hz Signal to Noise Ratio (SNR; signaal-ruisverhouding) 37 Hz SNR Signal Power (signaalsterkte) 8714i Results (resultaten 8714i) Test Condition (testvoorwaarde) Test Criteria (testcriteria) 8714i Test Result (resultaat 8714i-test) Simulated Velocity (simulatiesnelheid) Actual Velocity (werkelijke snelheid) Velocity Deviation (snelheidsafwijking) Transmitter Calibration Test Result (resultaat test transmitterkalibratie) Tube Calibration Deviation (afwijking buiskalibratie) Tube Calibration Test Result (resultaat test buiskalibratie) Coil Circuit Test Result (resultaat test spoelcircuit)(1) Electrode Circuit Test Result (resultaat test elektrodecircuit)(1) Trims D/A Trim (D/A-trim) Scaled D/A Trim (geschaalde D/A-trim) Digital Trim (digitale trim) Auto Zero (automatische nulstelling) Universal Trim (universele trim)
1,2,3,1,3,2 1,2,3,1,3,3 1,2,3,1,4 1,2,3,1,4,1 1,2,3,1,4,2 1,2,3,1,4,3 1,2,3,1,5 1,2,3,2 1,2,3,2,1 1,2,3,2,2 1,2,3,3 1,2,3,3,1 1,2,3,3,2 1,2,3,3,2,1 1,2,3,3,2,2 1,2,4 1,2,4,1 1,2,4,2 1,2,4,3 1,2,4,4 1,2,4,5 1,2,4,6 1,2,4,7 1,2,4,7,1 1,2,4,7,2 1,2,4,7,3 1,2,4,7,4 1,2,4,7,5 1,2,4,7,6 1,2,4,7,7 1,2,4,7,8 1,2,4,7,9 1,2,4,7,10 1,2,4,7,11 1,2,5 1,2,5,1 1,2,5,2 1,2,5,3 1,2,5,4 1,2,5,5 27
Beknopte installatiegids
Rosemount 8750WA
00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Functie
HART-sneltoetsen
View Status (status weergeven) Basis configuratie Tag Flow Units (floweenheden) PV Units (eenheden PV) Special Units (speciale eenheden) Volume Unit (volume-eenheid) Base Volume Unit (basiseenheid volume) Conversion Number (conversienummer) Base Time Unit (basiseenheid tijd) Flow Rate Unit (eenheid flowsnelheid) Leidingmaat PV Upper Range Value (URV) (maximum meetwaarde PV [URV]) PV Lower Range Value (LRV) (minimum meetwaarde PV [LRV]) Calibration Number (kalibratienummer) PV Damping (demping PV)
1,2,6 1,3 1,3,1 1,3,2 1,3,2,1 1,3,2,2 1,3,2,2,1 1,3,2,2,2 1,3,2,2,3 1,3,2,2,4 1,3,2,2,5 1,3,3 1,3,4
Detailed Setup (gedetailleerde configuratie) Additional Parameters (aanvullende parameters) Coil Drive Frequency (frequentie spoelaandrijving) Density Value (dichtheidswaarde) PV Upper Sensor Limit (USL) (bovenlimiet sensor) PV Lower Sensor Limit (LSL) (onderlimiet sensor) PV Minimum Span (minimale meetbreedte PV) Configure Output (uitgang configureren) Analog Output (analoge uitgang) PV URV PV LRV PV AO AO Alarm Type (alarmtype AO) AO Loop Test (AO-kring testen) D/A Trim (D/A-trim) Scaled D/A Trim (geschaalde D/A-trim) Alarm Level (alarmniveau) Pulse Output (pulsuitgang) Pulse Scaling (pulsschaling) Pulse Width (pulsbreedte) Pulse Mode (pulsmodus) Pulse Output Loop Test (pulsuitgangskring testen) DI/DO Output (DI/DO-uitgang) Digital Input 1 (digitale ingang 1)
1,4 1,4,1 1,4,1,1 1,4,1,2 1,4,1,3 1,4,1,4 1,4,1,5 1,4,2 1,4,2,1 1,4,2,1,1 1,4,2,1,2 1,4,2,1,3 1,4,2,1,4 1,4,2,1,5 1,4,2,1,6 1,4,2,1,7 1,4,2,1,8 1,4,2,2 1,4,2,2,1 1,4,2,2,2 1,4,2,2,3 1,4,2,2,4 1,4,2,3 1,4,2,3,1
28
1,3,5 1,3,6 1,3,7
Beknopte installatiegids 00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Rosemount 8750WA
Functie
HART-sneltoetsen
Digital Output 2 (digitale uitgang 2) Reverse Flow (omgekeerde flow) Totalizer Set-Up (instellingen totaalteller) Totalizer Units (eenheden totaalteller) Gross Total (bruto totaal) Net Total (netto totaal) Reverse Total (totaal omgekeerd) Start Totalizer (totaalteller starten) Stop Totalizer (totaalteller stoppen) Reset Totalizer (totaalteller resetten) Alarm Level (alarmniveau) HART Output (HART-uitgang) Variable Mapping (toewijzing variabelen) TV is 4V is Poll Address (poll-adres) # of Req Preams (aantal vereiste preambles) # of Resp Preams (aantal resp preambles) Burst Modus (burstmodus) Burst Option (burstoptie) LOI Config (LOI-config) Language (taal) Flowrate Display (weergave flowsnelheid) Totalizer Display (weergave totaalteller) Display Lock (displayvergrendeling) Signal Processing (signaalverwerking) Operating Mode (bedrijfsmodus) Manual Configure DSP (DSP handmatig configureren) Status Samples (bemonsteringen) % limit (limietpercentage) Time Limit (tijdslimiet) Coil Drive Frequency (frequentie spoelaandrijving) Low Flow Cutoff (uitschakelpunt bij lage flow) PV Damping (demping PV) Universal Trim (universele trim) Device Info (apparatuurinformatie) Fabrikant Tag Descriptor (beschrijving) Message (bericht) Date (datum) Device ID (apparaat-ID)
1,4,2,3,2 1,4,2,4 1,4,2,5 1,4,2,5,1 1,4,2,5,2 1,4,2,5,3 1,4,2,5,4 1,4,2,5,5 1,4,2,5,6 1,4,2,5,7 1,4,2,6 1,4,2,7 1,4,2,7,1 1,4,2,7,1,1 1,4,2,7,1,2 1,4,2,7,2 1,4,2,7,3 1,4,2,7,4 1,4,2,7,5 1,4,2,7,6 1,4,3 1,4,3,1 1,4,3,2 1,4,3,3 1,4,3,4 1,4,4 1,4,4,1 1,4,4,2 1,4,4,2,1 1,4,4,2,2 1,4,4,2,3 1,4,4,2,4 1,4,4,3 1,4,4,4 1,4,4,5 1,4,5 1,4,6 1,4,6,1 1,4,6,2 1,4,6,3 1,4,6,4 1,4,6,5 1,4,6,6 29
Beknopte installatiegids 00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Rosemount 8750WA Functie
HART-sneltoetsen
PV Sensor Serial Number (serienummer PV-sensor) Sensor Tag (sensortag) Write Protect (schrijfbeveiliging) Revision No. (revisienummer)(1) Universal Rev (universele rev.)(1) Transmitter Rev (rev. transmitter)(1) Software Rev (rev. software)(1) Final Assembly # (nummer eindassemblage)(1) Construction Materials (bouwmaterialen)(1) Flange Type (flenstype)(1) Flange Material (flensmateriaal)(1) Electrode Type (elektrodetype)(1) Electrode Material (elektrodemateriaal)(1) Liner Material (materiaal bekleding)(1) Review (overzicht)
1,4,6,7 1,4,6,8 1,4,6,9 1,4,6,10 1,4,6,10,1 1,4,6,10,2 1,4,6,10,3 1,4,6,10,4 1,4,6,11 1,4,6,11,1 1,4,6,11,2 1,4,6,11,3 1,4,6,11,4 1,4,6,11,5 1,5
(1)
Scroll door het menu op de 375 om dit item te openen.
Tabel 11. Sneltoetscombinaties HART-veldcommunicator voor 8750WA12
Functie
HART-sneltoetsen
Procesvariabelen (PV) Primary Variable Value (waarde primaire variabele) Primary Variable% (% primaire variabele) PV Loop Current (kringstroom PV) Totalizer Set-Up (instellingen totaalteller) Totalizer Units (eenheden totaalteller) Gross Total (bruto totaal) Net Total (netto totaal) Reverse Total (totaal omgekeerd) Start Totalizer (totaalteller starten) Stop Totalizer (totaalteller stoppen) Reset Totalizer (totaalteller resetten) Pulse Output (pulsuitgang) Diagnostics (diagnose) Diagnostic Controls (diagnostiekregelaars) Basic Diagnostics (basisdiagnostiek) Self Test (zelftest) AO Loop Test (AO-kring testen) Pulse Output Loop Test (pulsuitgangskring testen) Tune Empty Pipe (lege pijp tunen) EP Value (EP-waarde) EP Trigger Level (triggerniveau EP) EP Counts (telling EP)
1,1 1,1,1 1,1,2 1,1,3 1,1,4 1,1,4,1 1,1,4,2 1,1,4,3 1,1,4,4 1,1,4,5 1,1,4,6 1,1,4,7 1,1,5 1,2 1,2,1 1,2,2 1,2,2,1 1,2,2,2 1,2,2,3 1,2,2,4 1,2,2,4,1 1,2,2,4,2 1,2,2,4,3
30
Beknopte installatiegids 00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Rosemount 8750WA
Functie
HART-sneltoetsen
Electronics Temp (elektronicatemperatuur) Flow Limit 1 (flowlimiet 1) Control 1 (regelaar 1) Mode 1 (modus 1) High Limit 1 (bovengrens 1) Low Limit 1 (ondergrens 1) Flow Limit Hysteresis (flowlimiethysterese) Flow Limit 2 (flowlimiet 2) Control 2 (regelaar 2) Mode 2 (modus 2) High Limit 2 (bovengrens 2) Low Limit 2 (ondergrens 2) Flow Limit Hysteresis (flowlimiethysterese) Total Limit (limiet totaal) Total Control (regelaar totaal) Total Mode (modus totaal) Total High Limit (bovengrens totaal) Total Low Limit (ondergrens totaal) Total Limit Hysteresis (hysterese totaallimiet) Advanced Diagnostics (geavanceerde diagnostiek) 8714i Meter Verification (8714i metercontrole) Run 8714i (8714i uitvoeren) 8714i Results (resultaten 8714i) Test Condition (testvoorwaarde) Test Criteria (testcriteria) 8714i Test Result (resultaat 8714i-test) Simulated Velocity (simulatiesnelheid) Actual Velocity (werkelijke snelheid) Velocity Deviation (snelheidsafwijking) Xmtr Cal Test Result (testresultaat kalibratie X-meter) Sensor Cal Deviation (afwijking sensorkalibratie) Sensor Cal Test Result (resultaat test sensorkalibratie) Coil Circuit Test Result (resultaat test spoelcircuit)(1) Electrode Circuit Test Result (resultaat test elektrodecircuit)(1) Sensor Signature (sensorhandtekening) Signature Values (handtekeningwaarden) Coil Resistance (spoelweerstand) Coil Signature (spoelhandtekening) Electrode Resistance (elektrodeweerstand) Re-Signature Meter (opnieuw handtekening meter) Recall Last Saved Values (laatst opgeslagen waarden ophalen)
1,2,2,5 1, 2,2,6 1,2,2,6,1 1,2,2,6,2 1,2,2,6,3 1,2,2,6,4 1,2,2,6,5 1,2,2,7 1,2,2,7,1 1,2,2,7,2 1,2,2,7,3 1,2,2,7,4 1,2,2,7,5 1,2,2,8 1,2,2,8,1 1,2,2,8,2 1,2,2,8,3 1,2,2,8,4 1,2,2,8,5 1,2,3 1,2,3,1 1,2,3,1,1 1,2,3,1,2 1,2,3,1,2,1 1,2,3,1,2,2 1,2,3,1,2,3 1,2,3,1,2,4 1,2,3,1,2,5 1,2,3,1,2,6 1,2,3,1,2,7 1,2,3,1,2,8 1,2,3,1,2,9 1,2,3,1,2,10 1,2,3,1,2,11 1,2,3,1,3 1,2,3,1,3,1 1,2,3,1,3,1,1 1,2,3,1,3,1,2 1,2,3,1,3,1,3 1,2,3,1,3,2 1,2,3,1,3,3
31
Beknopte installatiegids
Rosemount 8750WA
00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Functie
HART-sneltoetsen
Set Pass/Fail Criteria (criteria slagen/mislukken instellen) No Flow Limit (limiet zonder flow) Flowing Limit (flowlimiet) Empty Pipe Limit (limiet lege buis) Measurements (metingen) Coil Resistance (spoelweerstand) Coil Signature (spoelhandtekening) Electrode Resistance (elektrodeweerstand) Licensing (licentieverlening) License Status (licentiestatus) License Key (licentiesleutel) Device ID (apparaat-ID) License Key (licentiesleutel) Diagnostic Variables (diagnostische variabelen) EP Value (EP-waarde) Electronics Temp (elektronicatemperatuur) Line Noise (lijnruis) 5 Hz Signal to Noise Ratio (SNR; signaal-ruisverhouding) 37 Hz SNR Signal Power (signaalsterkte) 8714i Results (resultaten 8714i) Test Condition (testvoorwaarde) Test Criteria (testcriteria) 8714i Test Result (resultaat 8714i-test) Simulated Velocity (simulatiesnelheid) Actual Velocity (werkelijke snelheid) Velocity Deviation (snelheidsafwijking) Xmtr Cal Test Result (testresultaat kalibratie X-meter) Sensor Cal Deviation (afwijking sensorkalibratie) Sensor Cal Test Result (resultaat test sensorkalibratie) Coil Circuit Test Result (resultaat test spoelcircuit) Electrode Circuit Test Result (resultaat test elektrodecircuit) Trims D/A Trim (D/A-trim) Scaled D/A Trim (geschaalde D/A-trim) Digital Trim (digitale trim) Auto Zero (automatische nulstelling) Universal Trim (universele trim) View Status (status weergeven) Basis configuratie Tag Flow Units (floweenheden) PV Units (eenheden PV)
1,2,3,1,4 1,2,3,1,4,1 1,2,3,1,4,2 1,2,3,1,4,3 1,2,3,1,5 1,2,3,1,5,1 1,2,3,1,5,2 1,2,3,1,5,3 1,2,3,2 1,2,3,2,1 1,2,3,2,2 1,2,3,2,2,1 1,2,3,2,2,2 1,2,4 1,2,4,1 1,2,4,2 1,2,4,3 1,2,4,4 1,2,4,5 1,2,4,6 1,2,4,7 1,2,4,7,1 1,2,4,7,2 1,2,4,7,3 1,2,4,7,4 1,2,4,7,5 1,2,4,7,6 1,2,4,7,7 1,2,4,7,8 1,2,4,7,9 1,2,4,7,10 1,2,4,7,11 1,2,5 1,2,5,1 1,2,5,2 1,2,5,3 1,2,5,4 1,2,5,5 1,2,6 1,3 1,3,1 1,3,2 1,3,2,1
32
Beknopte installatiegids 00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Rosemount 8750WA
Functie
HART-sneltoetsen
Special Units (speciale eenheden) Volume Unit (volume-eenheid) Base Volume Unit (basiseenheid volume) Conversion Number (conversienummer) Base Time Unit (basiseenheid tijd) Flow Rate Unit (eenheid flowsnelheid) Leidingmaat PV URV PV LRV Calibration Number (kalibratienummer) PV Damping (demping PV) Detailed Setup (gedetailleerde configuratie) Additional Params (aanvullende parameters) Coil Drive Freq (frequentie spoelaandrijving) Density Value (dichtheidswaarde) PV USL PV LSL PV Min Span (min. meetbreedte PV) Configure Output (uitgang configureren) Analog Output (analoge uitgang) PV URV PV LRV PV Loop Current (kringstroom PV) PV Alarm Type (alarmtype PV) AO Loop Test (AO-kring testen) D/A Trim (D/A-trim) Scaled D/A Trim (geschaalde D/A-trim) Alarm Level (alarmniveau) Pulse Output (pulsuitgang) Pulse Scaling (pulsschaling) Pulse Width (pulsbreedte) Pulse Output Loop Test (pulsuitgangskring testen) DI/DO Output (DI/DO-uitgang) DI/DO 1 Configure I/O 1 (I/O 1 configureren) DIO 1 Control (regelaar DIO 1) Digital Input 1 (digitale ingang 1) Digital Output 1 (digitale uitgang 1) DO 2 Flow Limit 1 (flowlimiet 1) Control 1 (regelaar 1) Mode 1 (modus 1) High Limit 1 (bovengrens 1)
1,3,2,2 1,3,2,2,1 1,3,2,2,2 1,3,2,2,3 1,3,2,2,4 1,3,2,2,5 1,3,3 1,3,4 1,3,5 1,3,6 1,3,7 1,4 1,4,1 1,4,1,1 1,4,1,2 1,4,1,3 1,4,1,4 1,4,1,5 1,4,2 1,4,2,1 1,4,2,1,1 1,4,2,1,2 1,4,2,1,3 1,4,2,1,4 1,4,2,1,5 1,4,2,1,6 1,4,2,1,7 1,4,2,1,8 1,4,2,2 1,4,2,2,1 1,4,2,2,2 1,4,2,2,3 1,4,2,3 1,4,2,3,1 1,4,2,3,1,1 1,4,2,3,1,2 1,4,2,3,1,3 1,4,2,3,1,4 1,4,2,3,2 1,4,2,3,3 1,4,2,3,3,1 1,4,2,3,3,2 1,4,2,3,3,3 33
Beknopte installatiegids
Rosemount 8750WA
00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Functie
HART-sneltoetsen
Low Limit 1 (ondergrens 1) Flow Limit Hysteresis (flowlimiethysterese) Flow Limit 2 (flowlimiet 2) Control 2 (regelaar 2) Mode 2 (modus 2) High Limit 2 (bovengrens 2) Low Limit 2 (ondergrens 2) Flow Limit Hysteresis (flowlimiethysterese) Total Limit (limiet totaal) Total Control (regelaar totaal) Total Mode (modus totaal) Total High Limit (bovengrens totaal) Total Low Limit (ondergrens totaal) Total Limit Hysteresis (hysterese totaallimiet) Diagnostic Status Alert (waarschuwing diagnostische status) Reverse Flow (omgekeerde flow) Totalizer Setup (instelling totaalteller) Totalizer Units (eenheden totaalteller) Gross Total (bruto totaal) Net Total (netto totaal) Reverse Total (totaal omgekeerd) Start Totalizer (totaalteller starten) Stop Totalizer (totaalteller stoppen) Reset Totalizer (totaalteller resetten) Alarm Level (alarmniveau) HART Output (HART-uitgang) Variable Mapping (toewijzing variabelen) TV is QV is Poll Address (poll-adres) # of Req Preams (aantal vereiste preambles) # Resp Preams (aantal resp. preambles) Burst Modus (burstmodus) Burst Option (burstoptie) LOI Config (LOI-config) Language (taal) Flow Rate Display (weergave flowsnelheid) Totalizer Display (weergave totaalteller) Display Lock (displayvergrendeling) Signal Processing (signaalverwerking) Operating Mode (bedrijfsmodus) Man Config DSP (handm. config. DSP)
1,4,2,3,3,4 1,4,2,3,3,5 1,4,2,3,4 1,4,2,3,4,1 1,4,2,3,4,2 1,4,2,3,4,3 1,4,2,3,4,4 1,4,2,3,4,5 1,4,2,3,5 1,4,2,3,5,1 1,4,2,3,5,2 1,4,2,3,5,3 1,4,2,3,5,4 1,4,2,3,5,5 1,4,2,3,6
34
1,4,2,4 1,4,2,5 1,4,2,5,1 1,4,2,5,2 1,4,2,5,5 1,4,2,5,4 1,4,2,5,5 1,4,2,5,6 1,4,2,5,7 1,4,2,6 1,4,2,7 1,4,2,7,1 1,4,2,7,1,1 1,4,2,7,1,2 1,4,2,7,2 1,4,2,7,3 1,4,2,7,4 1,4,2,7,5 1,4,2,7,6 1,4,3 1,4,3,1 1,4,3,2 1,4,3,3 1,4,3,4 1,4,4 1,4,4,1 1,4,4,2
Beknopte installatiegids 00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Rosemount 8750WA
Functie
HART-sneltoetsen
Status Samples (bemonsteringen) % limit (limietpercentage) Time Limit (tijdslimiet) Coil Drive Freq (frequentie spoelaandrijving) Low Flow Cutoff (uitschakelpunt bij lage flow) PV Damping (demping PV) Universal Trim (universele trim) Device Info (apparatuurinformatie) Fabrikant Tag Descriptor (beschrijving) Message (bericht) Date (datum) Device ID (apparaat-ID) PV Sensor S/N (serienummer PV-sensor) PV Sensor Tag (tag PV-sensor) Write Protect (schrijfbeveiliging) Revision No. (revisienummer)(1) Universal Rev (universele rev.) (1) Transmitter Rev (rev. transmitter)(1) Software Rev (rev. software)(1) Final Assembly # (nummer eindassemblage)(1) Construction Materials (bouwmaterialen)(1) Flange Type (flenstype)(1) Flange Material (flensmateriaal)(1) Electrode Type (elektrodetype)(1) Electrode Material (elektrodemateriaal)(1) Liner Material (materiaal bekleding)(1) Review (overzicht)
1,4,4,2,1 1,4,4,2,2 1,4,4,2,3 1,4,4,2,4 1,4,4,3 1,4,4,4 1,4,4,5 1,4,5 1,4,6 1,4,6,1 1,4,6,2 1,4,6,3 1,4,6,4 1,4,6,5 1,4,6,6 1,4,6,7 1,4,6,8 1,4,6,9 1,4,6,10 1,4,6,10,1 1,4,6,10,2 1,4,6,10,3 1,4,6,10,4 1,4,6,11 1,4,6,11,1 1,4,6,11,2 1,4,6,11,3 1,4,6,11,4 1,4,6,11,5 1,5
(1)
Blader door het menu op de veldcommunicator om dit item te openen.
Tabel 12. Elektrische gegevens Rosemount 8750WA32ES-flowtransmitter Voeding:
Maximaal 250 V a.c., 1 A of 50 V d.c., 2,5 A, 20 W
Pulserend uitgangscircuit:
Maximaal 30 V d.c. (pulserend), 0,25 A, 7,5 W
4–20 mA uitgangscircuit:
30 V d.c., 30 mA, 900 mW maximaal
Sensoren Spoelversterkingscircuit:
Maximaal 40 V d.c. (pulserend), 0,5 A, 20 W
Elektrodecircuit:
bij type explosiebeveiliging intrinsieke veiligheid EEx ia IIC, Ui = 5 V, li = 0,2 mA, Pi = 1 mW, Um = 250 V
35
Beknopte installatiegids
Rosemount 8750WA
00825-0211-4750, v. BB januari 2013
PRODUCTCERTIFICERINGEN Certificeringen Noord-Amerika Factory Mutual (FM) OPMERKING Voor 8750WA32-transmitters met een LOI (lokale bediening) ligt de ondergrens voor de omgevingstemperatuur op –20 °C. NH Goedkeuring normale locatie Behuizingstype 4X, IP66 N0 Goedkeuring divisie 2 (alle transmitters) Zie Rosemount-controletekening 08732-1052 (8750WA). Klasse I, divisie 2, groep A, B, C, D Temp.-codes – T4 (8750WA12 bij 40 °C), T4 (8750WA32 bij 60 °C: –50 °C ≤ Ta ≤ 60 °C) Stofontstekingsbestendig klasse II/III, divisie 1, groep E, F, G Temp.-codes – T5 (8750WA12 bij 40 °C), T5 (8750WA32 bij 60 °C) Behuizing type 4X N5 Goedkeuring divisie 2 (alle transmitters) Alleen voor sensoren met IS-elektroden Zie Rosemount-controletekening 08732-1052 (8750WA). Klasse I, divisie 2, groep A, B, C, D Temp.-codes – T4 (8750WA12 bij 40 °C) T4 (8750WA32 bij 60 °C: –50 °C ≤ Ta ≤ 60 °C) Stofontstekingsbestendig klasse II/III, divisie 1, groep E, F, G Temp.-codes – T5 (8750WA12 bij 40°C), T5 (8750WA32 bij 60 °C) Behuizing type 4X
Canadian Standards Association (CSA) NH Goedkeuring normale locatie Behuizingstype 4X, IP66 N0 Goedkeuring divisie 2 Zie Rosemount-controletekening 08732-1052 (8750WA). Klasse I, divisie 2, groep A, B, C, D Temp.-codes – T4 (8750WA12 bij 40 °C), T4 (8750WA32 bij 60 °C: –50 °C ≤ Ta ≤ 60 °C) Stofontstekingsbestendig klasse II/III, divisie 1, groep E, F, G Temp.-codes – T5 (8750WA12 bij 40 °C), T5 (8750WA32 bij 60 °C) Behuizing type 4X
36
Beknopte installatiegids 00825-0211-4750, v. BB januari 2013
Rosemount 8750WA
37
Beknopte installatiegids
Rosemount 8750WA
38
00825-0211-4750, v. BB januari 2013