Rondblik Postmodern, heden ik E. Brink ‘Grote verhalen hebben afgedaan’. ‘De tijd van de grote verhalen is voorbij’. Hoe vaak zijn deze zinnen al niet opgeschreven en uitgesproken in de overgang naar deze eeuw! Te veel, te vaak. Op den duur word je er zelfs een beetje flauw van. Waar hebben we het eigenlijk over? Over welke verhalen gaat het? Je hoort van grote verhalen die het niet meer goed doen en die er ook niet meer toe doen. Het wordt direct in verband gebracht met onze postmoderne tijd. Maar wat heet postmodern? En hoe sta je daar als christen tegenover? Hoe moet ik daarmee omgaan? In hoeverre maken we er zelf deel van uit? Na het modernisme Postmodernisme is een wat vreemde benaming, als je er goed over nadenkt. De meest recente tijd noem je meestal modern. Bij postmodern lijkt het alsof je de tijd inhaalt en zelfs het moderne passé is. Maar dat is niet de bedoeling. In het begin had de term een cultuurfilosofische lading. Met modern werd gedoeld op het modernisme. Het modernisme is, zo zou je kunnen zeggen (heel kort door de bocht): wat typerend is geworden voor de moderne mens sinds de Verlichting vanaf de 18e eeuw. Het postmodernisme is hier een reactie op. Typerend voor dit modernisme was, dat mensen zich steeds minder lieten gezeggen en het zelf steeds meer voor het zeggen kregen. Bovendien verwachtte men veel van de mens en zijn eigen inzichten in een vooruitgangsgeloof. En die verwachtingen kwámen tot op zekere hoogte ook uit. De wetenschap heeft sinds die tijd een gigantische ontwikkeling doorgemaakt. Dat kwam mede tot uiting in de enorme uitbreiding van allerlei technische mogelijkheden. Bovendien werden tal van idealen vormgegeven in een systeem van allerlei -ismen: het liberalisme, communisme, socialisme etc. Dit in de veronderstelling dat het leven voor een belangrijk deel maakbaar is. Het postmodernisme is hier een reactie op. De wetenschap en de techniek hebben veel problemen aangepakt en zelfs opgelost, maar ze hebben ook veel moeite veroorzaakt. Daarbij kun je o.a. denken aan de schadelijke gevolgen voor het milieu. Maar de snelle ontwikkelingen en de automatisering hebben ook vervreemdend gewerkt op de mens zelf; zoals we verderop zullen zien. Veel optimisme is de bodem in geslagen. Het leven bleek niet zo maakbaar als mensen wel hadden gedacht. De werkelijkheid bleek veel weerbarstiger. Het werd steeds moeilijker om het geheel te overzien. Wie krijgt het allemaal nog rond? Wie heeft het nog sluitend? Talloze vragen die opkwamen uit een moderne chaotische wereldervaring, konden niet meer beantwoord worden. En als ze al beantwoord werden, was er groeiend wantrouwen tegenover sluitende verhalen. Vaak wordt dit in verband gebracht met de val van de Berlijnse muur. Niet omdat alles daaruit verklaard kan worden. Maar de dag van die val was illustratief voor het einde van een tijdperk.
Nader Bekeken juni 2001 Rondblik
1 E. Brink–
Een van de vele systemen: het (sociaal)communisme stortte als het ware in. Is dat ook niet met veel van dat soort systemen gebeurd!? Onverklaarbaar maar waar Met de groeiende erkenning dat je niet alles sluitend en kloppend kunt krijgen, kwam er meer ruimte voor het niet te beredeneren mysterie. Dat betekende bewust opening houden voor het onverklaarbare. De dingen hebben hun geheim en laat dat maar zo zijn. Beleef dat mysterie liever dan vergeefse pogingen te doen om het te beredeneren. Waarom moet je alles kunnen verklaren? Gevoelens zijn minstens zo belangrijk geworden als gedachten, zo niet belangrijker! Als reactie op een weldoortimmerd en sluitend betoog kun je de reactie krijgen: wat dan nog!? Belangrijker is wat voor ieder persoonlijk waar is. Doet het me iets? Raakt het me ook? Kan ik er wel iets mee? Voel ik mezelf er prettig bij? Wat voor de een geldt, hoeft niet voor de ander te gelden. Wat bij de een werkt, werkt bij de ander niet. Er wordt grote ruimte opgeëist voor het gevoel en de persoonlijke beleving. Maar dat is niet uit de lucht komen vallen. Het komt o.a. voort uit een argwaan dat is ontstaan ten opzichte van waarheid. En tegelijk ook een diep wantrouwen ten opzichte van mensen die pretenderen de waarheid te spreken. De pretentie de waarheid in pacht te hebben, heeft immers veel ellende veroorzaakt. Gesloten systemen hebben mensen onderdrukt, tot in concentratiekampen toe! Waarheid is niet zo precies vast te stellen als het modernisme had doen voorkomen. En dat niet alleen omdat nog zoveel onduidelijk is gebleken. Ook niet alleen omdat zoveel deskundigen elkaar tegenspreken. Maar vooral omdat mensen er niet van op aan kunnen dat wat anderen vertellen, ook de waarheid is. Waarheid is niet zo zeker. Zekerheid leidt tot problemen. Een algemeen geldende waarheid bestaat in deze beleving niet. Het leven is te complex geworden voor een alomvattende levensbeschouwing. Uitdaging Tot zover even een korte weergave. In het vervolg zal ik er iets dieper op ingaan. In wat tot nu toe beschreven is, kun je je afvragen of deze trend zo negatief is vanuit christelijk oogpunt. Wanneer de beperking van het menselijk denken en inzicht onder ogen wordt gezien, is dat niet verkeerd (vgl. Pred. 8:16-17). Wanneer er ruimte komt voor de beleving van het geheimenis van de schepping en niet alles verklaard wil worden, is dat ook niet verkeerd (vgl. Pred. 7:23-24). En als ook nog eens blijkt dat menselijke systemen falen, kan dat een uitdaging zijn voor christenen om daarop in te spreken. Wij leven niet bij -ismen en ideologieën, maar wij geloven in de Levende. Het christelijk geloof is geen religieus systeem, ook geen ideologie. Maar het is hoogstpersoonlijk; levend vanuit de relatie met Christus. Maar dat kan ook naar onszelf toe betekenen, dat systemen die wij hebben opgebouwd, worden afgebroken. Ik doel op een welhaast alomvattende levens- en wereldbeschouwing; toen het leven beter te overzien leek dan nu. Hebben wij ons ook niet schuldig gemaakt aan sluitende betogen, die te veel wilden vastleggen? Hebben wij niet te veel antwoorden gegeven op tal van vragen waar een mens van zijn levensdagen niet uit komt? Het kan heilzaam zijn, wanneer het vanzelfsprekende verdwijnt en er opnieuw ruimte komt voor een zoekende houding. Niet in het Nader Bekeken juni 2001 Rondblik
2 E. Brink–
wilde weg natuurlijk, maar aangesproken door God in zijn Woord en gericht op God in het gebed. Mijn hart is onrustig, tot het rust gevonden heeft in Hem. Per slot van rekening krijgt niemand alles sluitend voordat Christus terugkomt. Wij wandelen in geloof, niet in aanschouwen. Uiteengevallen De eenheid is zoek. Het leven is uiteengevallen. Het is ingewikkeld geworden. Wie kan nog elk terrein overzien? Het terrein dat je kunt overzien, wordt steeds kleiner. Dat heeft voordelen. Maar ook duidelijk nadelen. De informatie wordt steeds onsamenhangender. Elke deskundige spreekt vanuit zijn eigen vakgebied: de economische profeet, de biologische profeet, de milieuprofeet, de landbouwprofeet, de medische profeet. En ze bewegen zich niet of nauwelijks buiten hun terrein. Uit vrees voor ondeskundig te worden gehouden. Ten diepste ontbreekt de samenhang. Het leven kan niet meer samengenomen worden in de relatie met God. Want God is niet meer in het centrum. God is uit het midden van het leven verdwenen. Hij is als het ware verschoven naar de rand van de samenleving. Zoals in een moderne stad een centrum ontbreekt, had de moderne mens geen religieus centrum meer. Het postmoderne levensgevoel ondervindt dat gemis. De samenhang ontbreekt. Mensen zijn eerst afgegaan op anderen in allerlei ideologieën. Toen die teleurstelden, gingen ze steeds meer af op zichzelf. Ze konden moeilijk anders! Ze hebben zichzelf in het middelpunt geplaatst: wat vind ik, wat voel ik, wat kies ik, wat kan ik hiermee, wat heb ik hieraan? De gevolgen daarvan zijn niet uitgebleven. Als het vuur van de idealen is gedoofd, komen de wolven (W. Dekker). Wolven die de banden nog meer verscheuren, tot individualisme: eenzaamheid; nihilisme: de leegte; scepticisme: constante vertwijfeling; en cynisme: het zal mijn tijd wel duren. Gevoelsmatig Eigenlijk is het niet eens verwonderlijk dat in zo’n situatie mensen steeds meer op zichzelf afgaan. Dagelijks komt een stroom aan informatie op je af. Het ontbreekt niet aan kennis. Er is juist een overvloed aan kennis en deskundigheid. Dossiers en rapporten, papieren stapelen zich op. Maar de deskundigen worden gewantrouwd. Want ze spreken elkaar tegen en trekken verschillende conclusies. Wie kan dat ooit allemaal nalezen en nachecken? Laat staan dat je die specialistische kennis kunt volgen? Is het verwonderlijk dat mensen dan reageren met: ‘Ik weet het gewoon allemaal niet meer. En daar schaam ik mij niet voor.’ Rest niets anders dan af te gaan op de personen die met de gegevens komen. De vragen die dan opkomen, zijn: komt hij of zij geloofwaardig over, vertrouw ik wat hij of zij zegt, voel ik me er prettig bij etc.? In plaats van je hoofd te volgen, volg je je hart. En dat heeft nog iets romantisch ook…. Dan is het ook niet verwonderlijk dat de aandacht voor de mystiek herleeft. Als je het niet buiten kunt vinden, dan maar naar binnen zoeken. Als je wilt volstaan met een minimum aan kennis en zoekt naar een maximum aan gevoel, dan is de weg open naar mystiek. De geschiedenis heeft dat ook bewezen, dat als systemen en ideologieën falen, de mystiek wordt herontdekt. Het krijgt een nieuwe vorm, een hernieuwde beleving, maar de aandacht voor de zielenroerselen is hetzelfde: wat een mens bezielt, beweegt, bezig houdt, komt terug.
Nader Bekeken juni 2001 Rondblik
3 E. Brink–
Niet alles wat mystiek heet, is verkeerd. Heeft onze God niet alle aandacht voor wat ons bezielt en beheerst (vgl. Ps. 38:5 ber.)? Onze beleving doet er wel degelijk toe! Gods verbond is immers geen juridisch contract, maar een bezield verband. Toch kan het zo zijn dat de beleving van een relatie met Christus zo subjectief wordt, dat die los komt te staan van wie Hij is in de Schriften. Met een minimum aan kennis groeit er afstand van ‘losse teksten’ in de Bijbel en uitleggingen daarvan. En met een maximum aan gevoel kan een gedrag dat in de Schrift wordt veroordeeld, door een zgn. diepe relatie met Christus worden vergoelijkt: ‘Hij houdt van mij zoals ik ben’. Dat sluit aan bij de tijdgeest, maar ook bij de Heilige Geest? Heden ik Hierboven is al geschetst dat er een argwaan en wantrouwen tegenover een ‘objectieve’ waarheid is ontstaan. Daar komt nog bij een weerstand tegen een algemeen geldende waarheid. En vooral tegen het exclusieve karakter ervan. Met zoveel religies en culturen wordt dat exclusieve steeds minder geduld. Iets kan tegelijk waar zijn voor verschillende mensen, ook al heb je een andere opvatting. Ieder kan zijn eigen pakket van overtuigen bij elkaar shoppen. Het gaat erom of het voor jou persoonlijk opgaat. Dat lijkt aantrekkelijk, maar werkt op den duur ook vereenzamend. Een gemeenschappelijke overtuiging werkt samenbindend. Een volstrekt persoonlijke overtuiging isoleert. Toch gaat van die boodschap zoveel uit. Je eigen keuze doet er pas werkelijk toe. Die is pas belangrijk. Alles wordt ingesteld op persoonlijke keuzes. Dat past bij het consumentisme: je neemt het zoals het je uitkomt, wat jezelf het beste ligt. Je kiest er zelf voor. Dat geeft een gevoel van macht. Het bezorgt je een goed gevoel, als je iets aanschaft wat bij je past. En je kunt ook nog eens kiezen uit een scala van mogelijkheden. Maar de keuze wordt steeds moeilijker. En je merkt hoeveel mensen keuzes voor zich uitschuiven. De toekomst doet er eigenlijk ook niet zoveel meer toe. Waar je uitkomt, merk je vanzelf. Het onmiddellijke wordt hoog gewaardeerd. Nú beleven, voelen, proeven, zien, horen, ruiken. Doe het nu, morgen kan het weer anders zijn. Het leven is zo veranderlijk als maar kan. Wat je ziet, is waar. Het heden is wat telt. Wat leuk is, is goed. Wat je zelf kiest, is het beste (J. Benton). De band met de toekomst wordt losgemaakt, maar nog sterker de band met het verleden. Wat doet het ertoe. Dat is verleden tijd. Het is geweest. Er wordt op den duur weinig of generlei waarde gehecht aan het verleden. ‘Boeiend’! Heden Ik. Dat blijkt ook in vriendschappen. In een postmoderne samenleving zijn vriendschappen vaak verbrokkeld. Het zijn deelvriendschappen geworden. Je hebt een vriend voor een bepaald terrein van het leven. Voor elk deel van het bestaan een vriendschap. Ik hoef niet alles met iemand alleen te delen. Functionele vriendschappen houden het leven boeiend, afwisselend, anders wordt het maar saai.
Nader Bekeken juni 2001 Rondblik
4 E. Brink–
Waar mensen leven voor zichzelf drijven zij weg uit elkaars nabijheid, vervreemden zij van zichzelf, tot eilanden van eenzaamheid. Waar mensen leven voor zichzelf maken zij elkaar tot doel van hun lust, van hun boosheid, van hun eigen tekort; on-mensen, losgeraakt van hun bron, afgesneden van hun oorsprong. Waar mensen leven voor zichzelf verbrokkelt alle gemeenschap en slaat de angst wonden. Om een nieuw verstaan van al deze mensen, van onszelf, om mensen die elkaar durven begenadigen, om wie het lef hebben dankbaar te zijn, roepen wij hier samen: Heer ontferm u over ons! (Dichter onbekend) Uniek verband Hoe wil je in een artikel aangeven wat het postmoderne levensgevoel inhoudt? Hoe kun je een tijd beschrijven waarin je zelf leeft? Wie kan buiten zichzelf treden? Ik heb een poging gedaan om enkele elementen naar voren te halen, zonder het idee te hebben het sluitend te krijgen. Zozeer maak ik wel deel uit van onze samenleving. Ik hoef ook niet alles rond te hebben. Ik hoef niet overal antwoord op te weten. Ik hoef ook geen alomvattende levensbeschouwing te hebben. Als ik Hem maar ken! Hem kennen is leven. Hoe uniek is het christelijk geloof, waarin de waarheid een Persoon is (Joh. 14:6), die in het gewaad van de Schriften tot ons komt! Die is en die was en die komt. Die verband legt met het heden, het verleden en de toekomst. Die voluit aandacht heeft voor de persoon. Die garant staat Nader Bekeken juni 2001 Rondblik
5 E. Brink–
voor de band met de Levende God. Die zijn Geest belooft, om door alle aanvechtingen heen Hem vast te houden. Ik ben er vast van overtuigd dat Hij ons leidt langs de bronnen, als de Schriften opengaan. Hij doet ons ook staan op de schouders van onze voorgeslachten, die hun ervaring hadden met ongezonde mystiek, subjectivisme in hun dagen. Hij doet ons in onze aanvechting tegen hen aanleunen. Maar Hij confronteert ons ook met onze leegte en verlegenheid. Maar dat onderstreept juist de redding die we nodig hebben! Wil alles weer samenhang krijgen, wil alles en iedereen op zijn plaats komen, dan moet Christus terugkomen. Eerder heeft niemand het sluitend, eerder krijgt niemand het rond dan dat God alles in allen is. O.a. geraadpleegde en verwerkte literatuur: John Benton, De cultus van de keuze, christenen in een consumptiecultuur, Heerenveen 2000. Drs. Wim Dekker, Langs de rand, theologische reflecties bij de kloof tussen geloof en leven, Zoetermeer 2000. Prof. dr. J. Hoogland e.a., Bruggen slaan, communicatie van het evangelie in een postmoderne tijd, Barneveld 1999.
Nader Bekeken juni 2001 Rondblik
6 E. Brink–