Robeco N.V. Beleggingsmaatschappij met veranderlijk kapitaal naar Nederlands recht Instelling voor collectieve belegging in effecten KvK 24041906
Halfjaarbericht juni 2015
Inhoudsopgave Algemene informatie
4
Kerncijfers per aandelenklasse
6
Verslag van de directie Algemene inleiding Beleggingsresultaat Beleggingsbeleid Sustainability investing
7 7 8 9 11
Halfjaarcijfers Balans Winst- en verliesrekening Kasstroomoverzicht Toelichtingen Algemeen Risico’s financiële instrumenten Grondslagen voor waardering en bepaling van het resultaat Toelichting op de balans Toelichting op de winst- en verliesrekening Spreiding van het vermogen Valutatabel Effectenportefeuille
13 13 14 14 15 15 15 17 18 21 24 25 26
Overige gegevens Bijzondere statutaire zeggenschapsrechten Belangen van bestuurders Accountant
28 28 28 28
Robeco N.V. 2
Robeco N.V. (beleggingsmaatschappij met veranderlijk kapitaal, statutair gevestigd te Rotterdam, Nederland) Contactgegevens Mr. D.H. Cross (secretaris) Coolsingel 120 Postbus 973 NL-3000 AZ Rotterdam Tel. 010 - 224 1 224 Fax 010 - 411 5 288 Internet: www.robeco.com Directie (tevens beheerder) Robeco Institutional Asset Management B.V. Directieleden: Drs. L.M.T. Boeren Drs. H.W.D.G. Borrie Drs. H.A.A. Rademaker Fondsmanagers Drs. M.R. Glazener Drs. B.P. de Haan (tot 1 juni 2015) Betaalkantoor ABN AMRO Bank N.V. Gustav Mahlerlaan 10 1082 PP Amsterdam Fund agent Rabobank International Europalaan 44 3526 KS Utrecht Accountant KPMG Accountants N.V. Rijnzathe 14 3454 PV De Meern
Robeco N.V. 3
Algemene informatie Juridische aspecten Robeco N.V. (het “fonds”) is een in Nederland gevestigde beleggingsmaatschappij met veranderlijk kapitaal. Het fonds is een instelling voor collectieve belegging in effecten (icbe) als bedoeld in de Richtlijn Beleggingsinstellingen d.d. 13 juli 2009 (Richtlijn 2009/65/EG). Voor icbe’s zijn er ter bescherming van de belegger (onder meer) restricties gesteld aan het beleggingsbeleid.
Aanpassing afwikkeling orders naar T+2 Met ingang van 14 april 2015 is de afwikkeling (settlement) van orders in alle aandelenklassen van het fonds aanpast van 3 handelsdagen naar 2 handelsdagen.
Aandelenklassen De gewone aandelen zijn verdeeld over twee series, welke beide zijn opengesteld. Een serie wordt steeds aangeduid als een aandelenklasse. Deze series betreffen de volgende aandelenklassen: Aandelenklasse A: Robeco Aandelenklasse B: Robeco - EUR G. In het wijzigingsbesluit Financiële Markten 2014 is bepaald dat het Nederlandse distributeurs van beleggingsinstellingen alleen nog onder strenge voorwaarden is toegestaan provisies/distributievergoedingen te ontvangen. In verband daarmee heeft het fonds een aandelenklasse geïntroduceerd met een lagere beheervergoeding (zonder distributievergoeding), namelijk Robeco - EUR G. In de praktijk betekent dit dat er voor het fonds zowel een aandelenklasse met als een aandelenklasse zonder distributievergoeding beschikbaar is.
Toerekening aandelenklassen De administratie van het fonds is zo ingericht dat toerekening van resultaten aan de verschillende aandelenklassen op dagbasis pro rato geschiedt. De plaatsingen en opnamen van eigen aandelen worden per aandelenklasse geregistreerd. De verschillen tussen de diverse aandelenklassen komen tot uitdrukking in toelichtingen 11 en 12 op de halfjaarcijfers.
Fiscale aspecten Het fonds heeft op basis van artikel 28 van de Wet op de vennootschapsbelasting de status van een fiscale beleggingsinstelling en is 0% vennootschapsbelasting verschuldigd, mits het fonds de voor uitkering vastgestelde winst in de vorm van dividend aan de aandeelhouders uitkeert binnen acht maanden na afloop van het boekjaar en aan de overige relevante voorschriften wordt voldaan.
Verhandelbaarheid gewone aandelen Het fonds is een open-end beleggingsinstelling die, behoudens bijzondere omstandigheden, op dagelijkse basis gewone aandelen uitgeeft of inkoopt tegen de intrinsieke waarde met een beperkte op- of afslag. Deze op- of afslag dient alleen ter dekking van de kosten die door het fonds moeten worden gemaakt voor het toe- of uittreden van beleggers. Het vigerende op- of afslagpercentage bedraagt maximaal 0,35%. Een eventueel overschot of tekort komt geheel ten goede aan c.q. ten laste van het fonds. 1
De aandelenklasse Robeco is genoteerd aan Euronext Amsterdam , segment Euronext Fund Service. Daarnaast zijn er beursnoteringen te Berlijn, Düsseldorf, Frankfurt, Hamburg, Luxemburg, München, Parijs, Wenen en Zürich. 1 De aandelenklasse Robeco - EUR G is genoteerd aan Euronext Amsterdam , segment Euronext Fund Service.
Essentiële beleggersinformatie en prospectus Voor Robeco N.V. zijn een prospectus en essentiële beleggersinformatie opgesteld met informatie over het fonds, de kosten en de risico’s. Beide documenten zijn kosteloos verkrijgbaar ten kantore van het fonds en via www.robeco.com.
1
Afhankelijk van de distributeur kan in Robeco of Robeco- EUR G belegd worden.
Robeco N.V. 4
Informatie- en betaalkantoor in Zwitserland RobecoSAM AG, Josefstrasse 218, CH-8005 Zürich, is aangewezen als vertegenwoordiger in Zwitserland. Essentiële beleggersinformatie, het prospectus, de statuten, de (half)jaarverslagen alsmede een overzicht van alle aan- en verkopen in de effectenportefeuille van het fonds gedurende de verslagperiode zijn kosteloos verkrijgbaar bij deze vennootschap. Als betaalkantoor voor het fonds in Zwitserland fungeertUBS Switzerland AG, Bahnhofstrasse 45, 8001 Zürich, Postadresse: Badenerstrasse 574, Postfach, 8098 Zürich .
Informatie- en betaalkantoor in Duitsland State Street Bank GmbH - Frankfurt Branch (Agent Fund Trading), Solmsstrasse 83, D-60486 Frankfurt am Main is aangewezen als betaalkantoor in Duitsland. Informatiekantoor voor Duitsland is Robeco Deutschland, Taunusanlage 17, D-60325 Frankfurt am Main. Het prospectus, de statuten en de (half)jaarverslagen zijn kosteloos verkrijgbaar bij dit informatiekantoor. De prijzen waartegen aandelen worden ingekocht en verkocht worden in de Börsenzeitung gepubliceerd.
Financiële dienst in België CACEIS Belgium N.V., Havenstraat 86C Bus 320, 1000 Brussel, is aangewezen als instelling die in België de financiële dienst verzorgt. Hier zijn kosteloos de laatste periodieke verslagen, de prospectus en de Essentiële Beleggersinformatie in de Nederlandse en Engelse taal verkrijgbaar, alsmede nadere informatie over het fonds.
Vertalingen Dit verslag wordt ook in de Duitse en Engelse taal gepubliceerd. Slechts de originele uitgave in de Nederlandse taal is rechtsgeldig.
Robeco N.V. 5
Kerncijfers per aandelenklasse Overzicht 2011 - 2015 Robeco 2015 1
2014
2013
2012
2011
Gemiddeld 7
- Beurskoers 2,3
11,9
18,5
21,3
13,9
–7,1
14,5
- Intrinsieke waarde 2,3
12,0
17,6
20,3
15,5
–6,7
14,7
- MSCI World Index 4
11,5
20,1
21,9
14,7
–1,8
15,8
Performance in % op basis van:
Dividend in euro's 5
–
0,80
0,80
0,80
0,60
1,9
2,3
3,3
4,1
3,9
2015 1
2014
2013 8
Gemiddeld 9
- Beurskoers 2,3
12,2
19,1
16,7
20,1
- Intrinsieke waarde 2,3
12,3
18,2
17,4
20,0
- MSCI World Index 4
11,5
20,1
18,5
20,9
–
0,80
0,80
1,5
1,4
0,4
Vermogen 6
Overzicht 2013 - 2015 Robeco - EUR G
Performance in % op basis van:
Dividend in euro's 5 Vermogen 6 1
Betreft de periode 1 januari tot en met 30 juni 2015.
2
Een mogelijk verschil tussen de performance op basis van de beurskoers en de intrinsieke waarde wordt veroorzaakt doordat de laatste beurskoers van de rapportageperiode en de intrinsieke waarde op een verschillend tijdstip worden vastgesteld. De laatste beurskoers van de rapportageperiode wordt vastgesteld op de laatste beursdag van de desbetreffende rapportageperiode waarbij de om 6 uur ’s morgens bekende gegevens met betrekking tot de waardering worden gehanteerd. De intrinsieke waarde is gebaseerd op de waarderingen zoals bekend aan het einde van die beursdag. 3
4 5
Indien dividenduitkering plaatsvindt in enig jaar, dan wordt rekening gehouden met een herbelegging van het uitgekeerde dividend. Voor de valuta omrekening wordt gebruikgemaakt van de koersen van World Market Reuters. Het dividend heeft betrekking op genoemd boekjaar en wordt uitgekeerd in het daaropvolgend boekjaar.
6
In miljarden euro’s.
7
Betreft het gemiddelde over 5 jaar.
8
Betreft de periode 28 januari tot en met 31 december 2013.
9
Betreft het gemiddelde over de periode 28 januari 2013 tot en met 30 juni 2015.
Robeco N.V. 6
Verslag van de directie Algemene inleiding Economie De wereldeconomie kende een onverwacht zwak eerste kwartaal. Dit werd vooral veroorzaakt door zwakte in NoordAmerika als gevolg van een ongewoon strenge winter en langdurige stakingen in havens aan de Oostkust, maar ook door teruglopende investeringen in de oliesector onder invloed van de gedaalde olieprijs. De groei herpakte zich in het tweede kwartaal. Niettemin zal de groei van de wereldeconomie dit jaar naar verwachting in lijn liggen met de groei in de afgelopen twee jaar en laat een acceleratie nog steeds op zich wachten. De Verenigde Staten laten een gestage verbetering van de arbeidsmarkt zien. De werkloosheid is gedaald naar niveaus van voor de grote recessie. De loongroei is echter nog steeds gematigd, al is er inmiddels sprake van enige loondruk. Een eerste stap om het ultra-ruime monetaire beleid in te perken komt hierdoor op de agenda. De feitelijke inflatie is weliswaar vrijwel nihil, maar de onderliggende inflatie ligt net onder de 2,0%. Een ontwikkeling met belangrijke middellange termijn-implicaties is de recente ‘dooi’ in de betrekkingen tussen Iran en de VS. Na het beëindigen van de succesvol gebleken sancties wil Iran de olieproductie verhogen van de huidige 2,9 miljoen vaten per dag naar 4,7 miljoen vaten. Gecombineerd met de recordproductie van Saoedi-Arabië, bedoeld om marktaandeel te behouden, en de toenemende productie van de VS, resteert een overtollig aanbod op de oliemarkt dat lagere prijzen nodig heeft om vraag en aanbod in evenwicht te brengen. De Chinese economie toont tekenen van vertraging, wat een logisch gevolg is van een omschakeling naar een groeimodel dat meer op binnenlandse consumptie en minder op investeringen en export is gebaseerd. In het belang van de maatschappelijke stabiliteit proberen de Chinese autoriteiten echter met een reeks van stimuleringsmaatregelen de groei op 7% te houden. Dankzij de gedeprecieerde euro, de gedaalde olieprijs en een meer neutraal in plaats van een negatief begrotingsbeleid trekt de economische groei in de eurozone aan. De langdurige schermutselingen tussen Griekenland (minder dan 2% van eurozone-economie) en zijn schuldeisers hadden tot dusver nauwelijks invloed op de reële economie van de eurozone. Het in gang gezette beleid van kwantitatieve verruiming door de Europese Centrale Bank zal vooralsnog worden voortgezet. Deflatie was van korte duur (vier maanden), maar de feitelijke inflatie ligt tegen de 0% (met onderliggend 0,8% ook vrij laag). De werkloosheid daalt, maar is met 11,1% nog hoog. De Japanse economie kende een onverwacht sterk eerste kwartaal, maar kwam in het tweede kwartaal bijna tot stilstand. Het beeld blijft fragiel. Het beleid van de Japanse regering steunt nog steeds eenzijdig op de monetaire pijler. Structurele hervormingen om de groeivoet op te vijzelen blijven uit. Het Internationaal Monetair Fonds waarschuwde onlangs dat de overheidsschuldquote bij ongewijzigd beleid tegen 2030 wel eens boven de 300% BBP uit zou kunnen komen. Nu het effect van de BTW-verhoging van vorig jaar weer uit de inflatiecijfers is gelopen en een aantal door de overheid vastgestelde tarieven als gevolg van lagere olieprijzen negatief wordt bijgesteld, kan er in de tweede jaarhelft gemakkelijk weer sprake zijn van een terugkeer van milde deflatie. Dit kan de Japanse centrale bank aanzetten tot een nog agressiever beleid van kwantitatieve verruiming. Opkomende markten laten over het algemeen een afzwakkende groei zien waarbij lagere grondstofprijzen, de omschakeling in het Chinese groeimodel en geopolitieke spanningen een belangrijke rol spelen. Vooruitzichten aandelenmarkten De eerste helft van 2015 kenmerkte zich door een gunstige omgeving voor aandelenmarkten, mede door de aanhoudend accomoderende invloed van centrale banken. Vooral Europese aandelen kenden een voortvarende start, waarbij de door de ECB geïnitieerde kwantitatieve verruiming in januari een sleutelrol speelde. Deze monetaire stimulans zorgde voor een depreciatie van de euro, waardoor het externe concurrentievermogen van Europa terrein won. Tevens zorgden een opverend producentenvertrouwen en lagere olieprijzen voor wind in de zeilen van de Europese aandelenmarkten. Het besluit van de Griekse regering om weg te lopen van de onderhandelingstafel en een
Robeco N.V. 7
referendum uit te vaardigen, zette beurzen wereldwijd echter lager. Niettemin noteert de Europese beursgraadmeter Eurostoxx nog een historisch bovengemiddeld rendement sinds de start van 2015 van 13,4% in euro. De globale MSCI AC World Index noteert een rendement van 13,3% in euro. Vooruitblikkend zullen een aantal thema’s de aandelenmarkten het resterende jaar domineren. Centraal staat de eerste renteverhoging van de beleidsrente sinds 2006 door de Fed, de centrale bank van de VS. In onze visie zal deze renteverhoging hoofdzakelijk een zijwaartse beweging in aandelen tot gevolg hebben. Beleggers zijn in het traject naar deze renteverhoging door de Fed aan de hand genomen en verwachten een gematigde cyclus waarin de Fed sterk leunt op achtereenvolgens beschikbaar komende economische cijfers. In tegenstelling tot de jaren ’70 en ’80 heeft de Fed niet de behoefte om de markten te verrassen. Tevens is de renteverhoging vooreerst een bevestiging dat de economie voldoende is aangesterkt om een renteverhoging te kunnen dragen. De bedrijfswinsten zullen in onze visie op peil blijven, mede door hoge winstmarges, en de afzetgroei zal stijgen door hogere consumentenbestedingen, vooral in de VS. Winstmarges zijn historisch hoog, maar wij verwachten op korte termijn geen significante correctie gezien de vooralsnog gematigde loongroei. We signaleren een aantal risico’s. Aandelen zijn na jaren van ruimhartig monetair beleid aan de prijs, met een waardering die voor de MSCI AC World Index 24% boven het historisch gemiddelde ligt. Hoewel per saldo het mondiale monetaire beleid accomoderend blijft, maakt monetaire verkrapping door de Fed activa met opgerekte waarderingen wel meer ontvankelijk voor een correctie. Dit geldt naar onze mening echter in hogere mate voor staatsobligaties dan voor aandelen. De ontwikkelingen op de grondstoffenmarkten in samenhang met de groeivertraging van opkomende markten vragen in onze visie om aandacht. Na een herstel van de scherpe daling in 2014 zorgde aanhoudend overtollig aanbod voor een hernieuwde correctie in de grondstoffensector. Het overtollig aanbod werd tevens verscherpt door voortschrijdende vraaguitval in China. De hinder die opkomende markten ondervinden van een sterke dollar, een vertraging in de wereldhandel, een kwakkelend China en een dalende grondstoffenmarkt kunnen het sentiment op de mondiale aandelenmarkten negatief beïnvloeden. De huidige onrust over een vermeend structureel lagere globale productiviteitsgroei, die uiteindelijk de winstgevendheid aantast, kan zorgen voor verslechtering van het sentiment op de financiële markten. Wij delen deze zorg echter in mindere mate en zien voldoende investeringsgroei om productiviteitsverhogende innovaties te verwachten. De continuering van een gematigde economische expansie, een per saldo accomoderend monetair beleid en een seizoenseffect dat aan het einde van het jaar weer positief zal worden, sterken ons in de stellige verwachting dat aandelen aan het einde van het jaar hoger zullen staan dan de huidige niveaus. Hierbij wordt echter wel opgemerkt dat de afzwakking van de Chinese economie, de hernieuwde olieprijsdaling en aanhoudende onzekerheid over Griekenland voor tussentijdse volatiliteit kunnen zorgen.
Beleggingsresultaat Beleggingsresultaat per aandelenklasse Koers in EUR x 1 30/06/2015
Koers in EUR x 1 31/12/2014
- Beurskoers
35,14
32,11
11,9
- Intrinsieke waarde
35,16
32,12
12,0
- Beurskoers
36,71
33,43
12,2
- Intrinsieke waarde
36,74
33,43
12,3
Aandelenklasse
Uitgekeerd dividend mei 2015 1 0,80
Robeco
0,80
Robeco - EUR G
1
Ex-datum.
2
Indien dividenduitkering plaatsvindt in enig jaar, dan wordt rekening gehouden met een herbelegging van het uitgekeerde dividend.
Robeco N.V. 8
Beleggingsresultaat verslagperiode in % 2
In de verslagperiode heeft de portefeuille een licht positief resultaat behaald ten opzichte van de benchmark van +1,1% (op basis van intrinsieke waarde, vóór aftrek van kosten). Van de genoemde +1,1% was +0,9% het gevolg van het aandelenselectiebeleid en +0,2% het gevolg van sectorallocatie. Voor de portefeuille zijn wij op zoek naar ondernemingen die veel vrije kasstroom genereren en deze vrije kasstroom op een winstgevende wijze aanwenden. Deze zoektocht wordt ondersteund door fundamenteel onderzoek dat gericht is op de lange termijn, een beleidsondersteunend model waarin de genoemde vrije kasstroom een centrale rol speelt en duurzaamheid die wordt geanalyseerd in samenwerking met RobecoSAM. RobecoSAM is leidend op het gebied van duurzaam beleggen. De aandelen met de grootste positieve bijdrage aan de performance ten opzichte van de benchmark waren BG Group (+23,5%), dat werd overgenomen door Royal Dutch Shell tegen een forse premie, Japan Tobacco (+32,7%), een Japanse tabaksfabrikant en SMFG (+27,0%), een Japanse bank. Zoals u ziet zitten er bij de top drie twee Japanse ondernemingen. Japan was dan ook de beste beurs in onze benchmark en bovendien hadden we een overwogen positie in Japan. Aandelen die een negatieve bijdrage leverden, waren Michael Kors (–44,0%), een Amerikaans merk voor luxegoederen, waarvan de verkopen minder uitbundig groeiden dan in het recente verleden en Sandisk (–40,1%), een producent van geheugencapaciteit voor datacenters, pc’s, tablets en mobiele telefoons. Vooral de toeleveranties aan pc’s en tablets stonden onder druk. Het beleggingsresultaat is van belang, maar ook het risicobeheer van de portefeuille is belangrijk. De ex-ante tracking error van de portefeuille bedroeg gemiddeld 2,1% over het de eerste helft van het jaar. Een ex-ante tracking error van 2,1% wil zeggen dat de portefeuille met een waarschijnlijkheid van 66% een toekomstige performance zal halen die niet meer dan 2,1% van de benchmark zal afwijken (naar boven of naar beneden). Robeco N.V. is een actief beheerd fonds. De portefeuille werd gekenmerkt door een actief deel van gemiddeld 81% over de eerste helft van 2015. Het actieve deel is het deel dat geen overlap kent met de benchmark van het fonds. Bijvoorbeeld, als de weging van Royal Dutch Shell 1% is in de benchmark en wij hebben 2,5% in portefeuille, dan draagt dit belang 1,5% bij aan het actieve deel van het fonds. Het is belangrijk dit onderscheid te maken, want er zijn ook passieve fondsen, die 100% overeenkomstig de benchmark beleggen en dus een actief deel van 0% hebben. Deze fondsen worden ook wel ETF's of indextrackers genoemd. De bèta van de portefeuille lag gemiddeld boven de 1, namelijk op gemiddeld op 1,05. In zijn algemeenheid geldt dat als de portefeuille een bèta heeft van meer dan 1 en de markt gaat omhoog, dat dan de portefeuille meer stijgt dan de markt. De hoogte van de bèta is geen doel op zich, maar een resultante van de geselecteerde aandelen in de portefeuille. Het fonds heeft een beleggingshorizon van 3 tot 5 jaar. Wij kopen aandelen waarvan wij verwachten dat wij ze gemiddeld 3 tot 5 jaar in portefeuille kunnen houden. In de eerste helft van 2015 heeft het fonds een omzet in portefeuille gekend van 19% (op basis van singlecounting op aankopen). Dit komt overeen met een beleggingshorizon van 3 jaar en ligt daarmee aan de onderkant van de beoogde horizon. Veel aandelen bereikten in deze eerste helft hun koersdoel en daar werden alternatieven voor gezocht en gevonden.
Beleggingsbeleid We bespreken nu de verschillende sectoren binnen de portefeuille, waarbij steeds wordt aangeven wat de relatieve weging van de sector is, welk beleid we binnen de sector voeren en welke aandelen werden gekocht of verkocht. In de sector energie hadden wij een onderwogen positie. Wij geven de voorkeur aan Europese geïntegreerde oliemaatschappijen (Total, Royal Dutch Shell) boven Amerikaanse (Exxon, Chevron), omdat de Europese aandelen goedkoper zijn en meer gericht op gas, hetgeen een schonere energiebron is dan olie. Tijdens de daling van de olieprijs verkochten wij al onze belangen in de toeleveranciers (Weatherford, Nabors en Cameron). Dat gebeurde op basis van een verandering van onze langetermijninzichten. Met een lage olieprijs zullen olie- en gasondernemingen er alles aan
Robeco N.V. 9
doen om hun kosten te verlagen en daar zijn de toeleveranciers de dupe van. We herinvesteerden een deel in Valero Energy (raffinage). In de sector materialen hadden we een neutrale positie. We leggen nog steeds de nadruk op agrochemie (Syngenta, DSM) en verpakkingen (Sealed Air en Crown Holdings). Umicore werd in de portefeuille opgenomen. We zijn van mening dat Umicore met haar smelterijen over de beste recyclingfaciliteiten van de wereld beschikt. De onderneming is innovatief en heeft oplossingen voor een aantal milieuproblemen. In de sector industrie en dienstverlening hadden we een onderwogen positie. In deze sector vonden er aardig wat veranderingen plaats. Siemens, Allegion PLC, Ingersoll Rand, Parker Hannifin en ABB werden verkocht. Al deze aandelen bereikten in de eerste helft van dit jaar hun koersdoel. Automatisering is een langetermijn seculaire trend, waar wij in beleggen. Zowel Siemens als ABB hebben activiteiten op het gebied van automatisering, maar deze zitten verscholen in grote conglomeraten. De aangekochte aandelen Rockwell Automation, SMC en Omron hebben een veel duidelijker exposure naar het thema automatisering . Daarnaast werd ook Rexel aangekocht. Rexel is actief in Amerika en Europa op het gebied van technische groothandel, genereert een gezonde vrije kasstroom en zal naar verwachting profiteren van een herstel in de bouw. In de sector cyclische consumentengoederen hadden we een marktgewogen positie. We leggen binnen de sector de nadruk op media, kabelondernemingen en internet, zoals Comcast, Walt Disney en 21st Century Fox. Delphi Automotive en Johnson Controls (fabrikant van onder andere batterijen) kwamen nieuw in portefeuille. We kochten Lululemon aan, hetgeen een succes was: goed getimed en het merk laat – na enkele lastige jaren – een duidelijk herstel zien. Om ruimte te maken verkochten we Burberry. In de sector hotels en entertainment kochten we Hilton Worldwide, een goede uitbater van hotels, die het onroerend goed (hotels) verkoopt, en Las Vegas Sands – een gokje – nu wij verwachten dat gokken in Macau weer zal herstellen. In de sector defensieve consumentengoederen hadden we een overwogen positie. Binnen de sector leggen we de nadruk op tabak (BAT, Japan Tobacco en Philip Morris International) en huishoudproducten (Reckitt Benckiser). We verkochten Mondelez, dat met forse prijsverhogingen de daling van de valuta in veel opkomende markten tracht goed te maken. Wij denken dat dit niet de juiste strategie is en dat dit op termijn zal lijden tot een fors verlies van marktaandeel. In de sector gezondheidszorg hadden wij een overwogen positie. Gedurende de eerste helft van 2015 was gezondheidszorg weer de best presterende sector. Fusies en overname(geruchten) waren aan de orde van de dag. Wij kochten Biogen Idec, dat veelbelovende medicijnen op het gebied van Multiple Sclerose ontwikkelt. We verkochten AstraZeneca en kochten ook Amgen aan. In de sector financiële dienstverlening hadden we een onderwogen positie. Binnen de sector spelen we in op een aantal langetermijntrends, zoals de vergrijzing, toenemende welvaart en opkomst van de middenklasse in opkomende markten. Wij doen dat door posities in verzekeraars (Manulife, Axa), in banken (Citigroup, HSBC en Capital One) en een vermogensbeheerder (BlackRock). We denken dat Zuid-Europese banken nog steeds aantrekkelijk gewaardeerd zijn: BNP Paribas, Société Generale, Intesa Sanpaolo (nieuw in de portefeuille) en BBVA. De portefeuille kent in de sector financiële dienstverlening een bovengemiddelde rentegevoeligheid. Als de rente stijgt, dan behalen onze aandelen naar verwachting een bovengemiddeld resultaat. In de sector informatietechnologie hadden we een overwogen positie. De belangrijkste trends in technologie zijn cloud computing (toenemend gebruik van datacentra en het internet), mobiliteit van het internet (toenemend gebruik van mobiele internetdiensten: digitale betaling, e-commerce), verwerking van grote hoeveelheden data en de bescherming van die data. Wij leggen vooral de nadruk op software en bedrijven met een sterke relatie tot het internet, zoals Google, Facebook, Baidu, Yahoo en Apple. Tot deze categorie behoort ook EPAM Systems (nieuw in de portefeuille), dat software ontwikkelt voor opdrachtgevers en opereert vanuit Oost-Europa, daarmee gebruik makend van goede, maar wel goedkope arbeidskrachten. We verkochten Hewlett Packard toen duidelijk werd dat er een behoorlijke vertraging in pc-verkopen zit.
Robeco N.V. 10
In de sector telecom hadden we een marktgewogen positie. De telecomsector deed het goed in Japan en Europa. Het verzilveren van het toenemend dataverkeer via 4G netwerken blijkt een succes te zijn. In Europa was Telecom Italia een sterk aandeel vanwege consolidatie van bestaande spelers op de Italiaanse mobiele telecommarkt. We kochten KPN, omdat een ommekeer naar een verbetering van de vrije kasstroom aanstaande lijkt. Valutabeleid Bij het valutabeleid nemen wij de wegingen in de benchmark als uitgangspunt. De afwijkingen ten opzichte van deze benchmark zijn beperkt. Voor nadere kwantitatieve informatie over het valutarisico wordt verwezen naar de valutaire verdeling in de Spreiding van het vermogen, onderdeel van het hoofdstuk Toelichtingen op pagina 24.
Sustainability investing Sustainability investing in de fondsen bij Robeco wordt met minimale beperkingen aan het beleggingsuniversum uitgevoerd en bestaat uit een combinatie van effectieve instrumenten: • uitoefening stemrechten • engagement • uitsluitingen 1 • integratie ESG-factoren in beleggingsprocessen. Uitoefening stemrechten De beheerder heeft het streven om wereldwijd het stemrecht uit te oefenen op door het fonds gehouden aandelen. De beheerder doet dit vanuit de overtuiging dat ‘good corporate governance’ op de lange termijn goed is voor de aandeelhouderswaarde. Het corporate governance beleid van de beheerder is gebaseerd op de internationaal geaccepteerde principes van het International Corporate Governance Network (ICGN). De beheerder heeft de opvatting dat lokale wetten en codes voor ondernemingsbestuur, zoals de Corporate Governance Code in Nederland, het leidende kader voor de corporate governance praktijk en het stemgedrag vormen. Deze aanpak is in lijn met de ICGN Global Corporate Governance Principles. Engagement Engagement is het actief gebruiken van de rechten van beleggers om invloed uit te oefenen op bedrijven. Robeco treedt in actieve dialoog met ondernemingen over verantwoord ondernemerschap en een maatschappelijk verantwoord ondernemingsbeleid. Dit verhoogt naar onze mening op de langere termijn de aandeelhouderswaarde voor onze klanten. Wij hanteren hierbij een geïntegreerde aanpak waarbij kennis van onze beleggingsanalisten, onze sustainability investing research analisten en onze engagement specialisten wordt gecombineerd. Door financiële materialiteit als uitgangspunt te nemen voor onze dialoog streven we ernaar dat de dialoog waarde toevoegt en resulteert in een beter risico-rendement profiel van de aandelen. Hiermee creëren we zowel waarde voor onze klanten als voor de maatschappij. Uitsluitingen Het uitsluitingenbeleid van Robeco bestaat uit drie onderdelen. Ten eerste worden ondernemingen uitgesloten die controversiële wapens of essentiële onderdelen daarvan produceren of omzet realiseren met de verkoop of transport van deze wapens. Sinds 1 januari 2013 is er nieuwe Nederlandse wetgeving in werking getreden rondom het investeren in clustermunitiebedrijven, en wij baseren ons op deze wet voor wat het niet investeren in deze ondernemingen betreft. Ten tweede is er een beleid voor het uitsluiten van landen. Volgens Robeco is een land controversieel als de regering van het land systematisch de mensenrechten schendt van haar eigen burgers. Deze uitsluitingen hebben betrekking op investeringsgerelateerde sancties die door de VN of de EU worden opgelegd. Ten derde kan een niet-succesvolle dialoog op termijn leiden tot uitsluiting van een onderneming van het beleggingsuniversum. Het gaat hierbij om een dialoog waarbij wij spreken met ondernemingen over ernstige en structurele schendingen van internationaal breed geaccepteerde richtlijnen voor verantwoord ondernemen. In het bijzonder richt Robeco zich hierbij op het United Nations Global Compact. De uiteindelijke bevoegdheid om ondernemingen en landen op de uitsluitingslijst te plaatsen ligt bij de directie van de Robeco Groep. Robeco Institutional Asset Management B.V. in haar hoedanigheid van beheerder past deze uitsluitingslijst toe.
1
ESG staat voor Environmental, Social and Corporate Governance; in het Nederlands: milieu, maatschappij en goed bestuur.
Robeco N.V. 11
Integratie ESG-factoren in beleggingsprocessen ESG factoren geven inhoud aan duurzaamheid. ESG staat voor Environmental (milieu), Social (gerelateerd aan de onderneming als werkgever) en Governance (gerelateerd aan de bestuursstructuur). Wij zijn van mening dat duurzaam beleggen het risico-rendementsprofiel van de portefeuille verbetert. Het meenemen van informatie op het gebied van milieu, maatschappij en goed ondernemingsbestuur levert extra inzichten op waarmee beter gefundeerde beleggingsbeslissingen kunnen worden genomen. De beleggingsfilosofie van het fonds Robeco is gebaseerd op drie pijlers, waarvan ESG-integratie er één is. Ondernemingen die rekening houden met milieu, maatschappij en goed ondernemingsbestuur zullen op de lange termijn de winnaars zijn. Het negeren van ESG-factoren leidt tot reputatie- en financieel risico. Rotterdam, 31 augustus 2015 De directie
Robeco N.V. 12
Halfjaarcijfers Balans EUR x duizend
30/06/2015
31/12/2014
ACTIVA Beleggingen Financiële beleggingen Aandelen
1
3.396.118
3.684.101
Derivaten
2
9.543
5.776
3.405.661
3.689.877
Som der beleggingen
Vorderingen Vorderingen uit hoofde van verstrekte zekerheden Overige vorderingen
3
–
3.170
48.964
27.690
48.964
30.860
54.743
29.108
6.653
12.816
Overige activa Liquide middelen
4
PASSIVA Beleggingen Derivaten
Kortlopende schulden Schulden uit hoofde van ontvangen zekerheden
5
900
–
Schulden aan kredietinstellingen
6
27.424
1.727
Overige schulden
7
31.801
12.178
60.125
13.905
43.582
46.063
3.442.590
3.723.124
Vorderingen en overige activa minus kortlopende schulden
Activa minus passiva
Samenstelling van het eigen vermogen Geplaatst kapitaal
8
96.074
114.177
Overige reserves
8
2.905.993
3.018.448
Nettoresultaat
8
440.523
590.499
3.442.590
3.723.124
Intrinsieke waarde Robeco per aandeel
9
35,16
32,12
Intrinsieke waarde Robeco - EUR G per aandeel
9
36,74
33,43
De bij de posten vermelde nummers verwijzen naar de desbetreffende nummers in de toelichtingen.
Robeco N.V. 13
Winst- en verliesrekening EUR x duizend
Opbrengst beleggingen
01/01-
01/01-
30/06/2015
30/06/2014
49.414
47.360
10
Waardeveranderingen Ongerealiseerd
–19.258
–36.420
Gerealiseerd
427.392
192.586
457.548
203.526
Kosten
11
Beheerkosten
12
14.548
14.555
Service fee
12
2.033
1.964
Overige kosten
14
444
345
17.025
16.864
440.523
186.662
01/0130/06/2015
01/0130/06/2014
722.379
335.002
–722.466
–316.608
–87
18.394
Nettoresultaat
Kasstroomoverzicht Indirecte methode, EUR x duizend Kasstroom uit beleggingsactiviteiten Kasstroom uit financieringsactiviteiten Netto kasstroom Koers- en omrekeningsverschillen op geldmiddelen Toename(+)/afname(–) geldmiddelen*
4,5
* De geldmiddelen betreffen de liquide middelen en de schulden aan kredietinstellingen. De bij de posten vermelde nummers verwijzen naar de desbetreffende nummers in de toelichtingen.
Robeco N.V. 14
25
4.071
–62
22.465
Toelichtingen Algemeen Het halfjaarbericht is opgesteld in overeenstemming met Titel 9 van Boek 2 van het Nederlands Burgerlijk Wetboek en de Wft van 28 september 2006. Het boekjaar van het fonds is gelijk aan het kalenderjaar. De toelichtingen op de eigen aandelen van het fonds betreffen de gewone geplaatste aandelen. De gewone aandelen zijn verdeeld over twee series, welke beide zijn opengesteld. Een serie wordt steeds aangeduid als een aandelenklasse. Deze series betreffen de volgende aandelenklassen: Aandelenklasse A: Robeco Aandelenklasse B: Robeco - EUR G.
Risico’s financiële instrumenten Beleggingsrisico De waarde van beleggingen kan fluctueren. In het verleden behaalde rendementen bieden geen garantie voor de toekomst. De intrinsieke waarde van het fonds is afhankelijk van ontwikkelingen op de financiële markten en kan zowel stijgen als dalen. Aandeelhouders lopen het risico dat zij minder of niets terugkrijgen van hetgeen zij hebben ingelegd. Het algemeen beleggingsrisico kan ook worden gekenmerkt als marktrisico. Marktrisico Binnen marktrisico wordt er een onderscheid gemaakt tussen prijsrisico, concentratierisico en valutarisico. Marktrisico’s worden begrensd door middel van limieten op kwantitatieve risicomaatstaven zoals tracking-error, volatiliteit of valueat-risk. Indirect worden hierdoor ook de onderliggende risicotypes (prijsrisico, concentratierisico en valutarisico) begrensd. Prijsrisico De intrinsieke waarde van het fonds is gevoelig voor marktbewegingen. Daarnaast dienen beleggers zich bewust te zijn van de mogelijkheid dat de waarde van beleggingen kan variëren als gevolg van wijziging in politieke, economische of marktomstandigheden, alsmede door een veranderde individuele bedrijfssituatie. Valutarisico De gehele of een deel van de effectenportefeuille van het fonds kan worden belegd in (financiële instrumenten luidende in) andere valuta’s dan de euro. Valutakoersschommelingen kunnen daardoor zowel een negatieve als een positieve invloed hebben op het beleggingsresultaat van het fonds. Valutarisico’s kunnen worden afgedekt door middel van valutatermijncontracten en valutaopties. Valutarisico’s kunnen worden begrensd door middel van relatieve of absolute valutaconcentratielimieten. Voor nadere kwantitatieve informatie over het valutarisico wordt verwezen naar de valutaire verdeling in de Spreiding van het vermogen, onderdeel van het hoofdstuk Toelichtingen op pagina 24. Concentratierisico Op grond van zijn beleggingsbeleid kan het fonds beleggen in financiële instrumenten van uitgevende instellingen die (hoofdzakelijk) opereren binnen dezelfde sector, regio, of op dezelfde markt. Bij geconcentreerde beleggingsportefeuilles hebben gebeurtenissen binnen de sectoren, regio’s of markten waarin wordt belegd een sterkere invloed op het fondsvermogen dan bij minder geconcentreerde beleggingsportefeuilles. Concentratierisico’s kunnen worden begrensd door middel van relatieve of absolute landen- of sectorconcentratielimieten. Voor nadere kwantitatieve informatie over het concentratierisico wordt verwezen naar de geografische verdeling en de sectorverdeling in de Spreiding van het vermogen, onderdeel van het hoofdstuk Toelichtingen op pagina 24. Tegenpartijrisico Tegenpartijrisico is een onopzettelijke vorm van risico, dat een consequentie is van het gevoerde beleggingsbeleid. Tegenpartijrisico manifesteert zich als een tegenpartij van het fonds tekortschiet in de nakoming van zijn financiële verplichtingen uit hoofde van financiële transacties jegens het fonds. Het tegenpartijrisico wordt zoveel mogelijk beperkt door het in acht nemen van de nodige voorzichtigheid bij de selectie van tegenpartijen. Bij de selectie van tegenpartijen wordt rekening gehouden met het oordeel van onafhankelijke rating bureaus en andere relevante indicatoren. Daar waar het in de markt gebruikelijk is, worden door het fonds zekerheden gevraagd en verkregen om het tegenpartijrisico te beperken. In onderstaande tabel staat het bedrag dat het beste het maximale kredietrisico weergeeft dat wordt gelopen.
Robeco N.V. 15
Tegenpartijrisico 30/06/2015 Ongerealiseerde winst op derivaten
In EUR x duizend
In % van het vermogen
31/12/2014 In EUR x duizend
In % van het vermogen
9.543
0,3
5.776
0,2
Vorderingen
48.964
1,4
30.860
0,8
Liquide middelen
54.743
1,6
29.108
0,8
113.250
3,3
65.744
1,8
Totaal
Bij de berekening van het maximale kredietrisico is geen rekening gehouden met eventuele ontvangen onderpanden. Tegenpartijrisico’s worden begrensd door middel van limieten op de blootstelling per tegenpartij uitgedrukt als percentage van het fondsvermogen. Per balansdatum zijn er geen tegenpartijen met een blootstelling van meer dan 5% van het fondsvermogen. Risico uitlenen financiële instrumenten Bij uitleentransacties worden financiële instrumenten uitgeleend en wordt er onderpand teruggevraagd en verkregen. Uitleentransacties van financiële instrumenten (“securities lending”) brengen een specifiek type tegenpartijrisico met zich mee, namelijk dat het fonds het risico loopt dat de inlener niet aan zijn verplichting kan voldoen tot teruggave van de ingeleende financiële instrumenten op de afgesproken datum of tot verstrekking van gevraagde zekerheden. Het uitleenbeleid van het fonds is erop gericht om deze risico’s zoveel mogelijk te beheersen. Tegenpartijen van securities lending transacties worden beoordeeld op hun kredietwaardigheid, gebaseerd op het oordeel van onafhankelijke rating bureaus ten aanzien van hun korte termijn kredietwaardigheid en op de omvang van de hoeveelheid net assets. Tevens wordt rekening gehouden met garantstellingen van moederondernemingen. Het fonds accepteert alleen van OESO landen onderpand (collateral) in de vorm van: – staatsobligaties met een minimale kredietwaardigheid van BBB–; – obligaties van supranationale organen met een minimale kredietwaardigheid van BBB–; – aandelen genoteerd aan de hoofdindexen van beurzen in OESO landen; – in contanten (CAD, CHF, EUR, GBP, JPY of USD). Daarnaast wordt gebruik gemaakt van concentratielimieten op het onderpand om concentratierisico’s in het onderpand te begrenzen en tevens gelden er liquiditeitscriteria om liquiditeitsrisico’s in het onderpand te begrenzen. Ten slotte, wordt, afhankelijk van het type lending transactie en het type onderpand, onderpand met een opslag gevraagd ten opzichte van de waarde van de lending transactie. Dit beperkt de nadelige gevolgen van prijsrisico’s in het onderpand. Per balansdatum zijn zekerheden verkregen uit hoofde van securities-lending transacties. Nadere informatie hierover is opgenomen in de toelichting op de balans. Liquiditeitsrisico Liquiditeitsrisico is een onopzettelijke vorm van risico, dat een consequentie is van het gevoerde beleggingsbeleid. Liquiditeitsrisico manifesteert zich als financiële instrumenten niet tijdig verkocht kunnen worden zonder daarvoor additionele kosten te maken. Liquiditeitsrisico laat zich in twee categorieën opsplitsen: toe- en uittredingsrisico en liquiditeitsrisico van financiële instrumenten. Toe- en uittredingsrisico Toe- en uittredingsrisco’s materialiseren zich wanneer door het toe- of uittreden van één of meerdere klanten de waardering van het fonds negatief beïnvloed wordt, waardoor bestaande klanten worden benadeeld. De mate waarin de waardering van het fonds negatief beïnvloed kan worden is afhankelijk van de liquiditeit van de financiële instrumenten in de portefeuille, alsmede de concentratie van klanten. Toe- en uittredingsrisico’s worden beheerst door middel van het meten van klantconcentraties in het fondsvermogen. Liquiditeitsrisico van financiële instrumenten De hoogte van feitelijke aan- en verkoopkoersen van financiële instrumenten waarin het fonds belegt, is mede afhankelijk van de liquiditeit van de betreffende financiële instrumenten. Het is mogelijk dat een ten behoeve van het fonds ingenomen positie niet tijdig tegen een redelijke prijs kan worden geliquideerd vanwege gebrek aan liquiditeit in de markt in het kader van vraag en aanbod. Om dit risico te beperken, belegt het fonds voornamelijk in dagelijks
Robeco N.V. 16
verhandelbare financiële instrumenten. Bovendien worden liquiditeitsrisico’s van financiële instrumenten begrensd door middel van limieten op het niet liquide deel van de effectenportefeuille. Beheerder Robeco Institutional Asset Management B.V. (“RIAM”) is de beheerder van het fonds. RIAM neemt in die hoedanigheid het vermogensbeheer, de administratie en de marketing en distributie van het fonds voor haar rekening. RIAM beschikt over een AIFMD- vergunning als bedoeld in artikel 2:65 Wft. Daarnaast beschikt RIAM over een vergunning als bedoeld in artikel 2:69b Wft en staat onder toezicht van de Stichting Autoriteit Financiële Markten (“AFM”). Het fonds is door de beheerder geregistreerd bij de AFM. RIAM is een 100%-dochteronderneming van Robeco Groep N.V. Robeco Groep N.V. is onderdeel van ORIX Corporation. ORIX Corporation bezit 90,01% van de aandelen van Robeco Groep N.V. Rabobank Groep bezit 9,99% van de aandelen. Gelieerde maatschappijen Het fonds en de beheerder kunnen gebruik maken van de diensten van en transacties verrichten met aan het fonds gelieerde maatschappijen als bedoeld in het BGfo, zoals onder meer Robeco Institutional Asset Management B.V. (“RIAM”), Robeco Nederland B.V. en ORIX Corporation. De diensten betreffen het uitvoeren van aan deze maatschappijen uitbestede werkzaamheden, zoals (1) het uitlenen van effecten en (2) het inlenen van personeel. Onder andere de volgende transacties kunnen worden verricht met gelieerde maatschappijen: treasury management, derivatentransacties, bewaring van financiële instrumenten, uitlenen van financiële instrumenten, kredietverstrekking en het aan- en verkopen van financiële instrumenten op een gereglementeerde markt of multilaterale handelsfaciliteit. Alle diensten en transacties vinden plaats tegen marktconforme tarieven.
Grondslagen voor waardering en bepaling van het resultaat Algemeen De grondslagen voor de waardering van activa, passiva en resultaatbepaling zijn ongewijzigd en derhalve conform de weergave in de meest recente jaarrekening. Tenzij anders vermeld zijn de in het halfjaarbericht opgenomen posten gewaardeerd op nominale waarde en luiden de bedragen in duizenden euro’s.
Toerekening aandelenklassen De administratie van het fonds is zo ingericht dat toerekening van resultaten aan de verschillende aandelenklassen op dagbasis pro rato geschiedt. De plaatsingen en opnamen van eigen aandelen worden per aandelenklasse geregistreerd.
Robeco N.V. 17
Toelichting op de balans 1 Aandelen Van de portefeuille is een specificatie opgenomen onder Effectenportefeuille en een verdeling naar landen en valuta onder Spreiding van het vermogen, beide onderdeel van het hoofdstuk Toelichtingen. Per balansdatum was voor een bedrag van EUR 85 miljoen (per 31 december 2014 EUR 74 miljoen) aan aandelen uitgeleend. Voor het risico van nietteruglevering zijn adequate zekerheden gevraagd en verkregen ter waarde van EUR 93 miljoen (per 31 december 2014 EUR 80 miljoen); deze zekerheden zijn niet in de balans opgenomen. 2 Derivaten De presentatie van de derivaten in de balans is gebaseerd op de verplichtingen en vorderingen per contract. Presentatie derivaten in de balans EUR x duizend
Onder activa
Onder passiva
30/06/2015
31/12/2014
30/06/2015
31/12/2014
Valutatermijncontracten
5.862
5.776
3.417
7.028
Futures
3.681
–
3.236
5.788
Totaal
9.543
5.776
6.653
12.816
Soort derivaat
Valutatermijncontracten Details van de per balansdatum lopende valutatermijncontracten zijn in onderstaande tabel vermeld. Valutatermijncontracten Aankopen Valuta
Verkopen Bedrag
Valuta
Expiratie-
Niet-gerealiseerd
datum
resultaat EUR x 1
Bedrag
AUD
148.212.518
EUR
–100.450.402
13/07/2015
1.699.763
CAD
62.989.068
EUR
–44.873.588
13/07/2015
394.815
CHF
20.100.000
EUR
–19.266.000
13/07/2015
41.728
CHF
20.435.000
EUR
–19.538.057
13/07/2015
91.468
GBP
12.030.000
EUR
–16.898.626
13/07/2015
77.988
GBP
6.475.000
EUR
–9.084.481
13/07/2015
52.974
GBP
6.950.000
EUR
–9.786.561
13/07/2015
21.207
JPY
2.572.000.000
EUR
–18.492.435
13/07/2015
372.353
JPY
4.115.098.456
EUR
–29.247.234
13/07/2015
935.697
SEK
370.406.849
EUR
–39.544.564
13/07/2015
523.434
SGD
38.433.350
EUR
–25.105.774
13/07/2015
504.665
USD
10.235.000
EUR
–8.982.617
13/07/2015
201.997
USD
10.235.000
EUR
–9.091.656
13/07/2015
92.953
USD
72.645.926
EUR
–64.339.104
13/07/2015
851.369
Totaal
5.862.411
DKK
213.063.809
EUR
–28.578.641
13/07/2015
–14.866
EUR
76.856.629
CHF
–80.387.423
13/07/2015
–362.208
EUR
39.749.604
GBP
–29.306.278
13/07/2015
–1.607.182
EUR
27.578.047
USD
–30.975.000
13/07/2015
–218.067
EUR
26.272.769
HKD
–230.548.300
13/07/2015
–415.129
EUR
17.189.499
USD
–19.600.000
13/07/2015
–399.014
EUR
15.532.636
NOK
–137.091.748
13/07/2015
–99.250
EUR
12.496.306
USD
–13.995.000
13/07/2015
–62.421
EUR
8.980.333
USD
–10.235.000
13/07/2015
–204.281
EUR
6.621.130
USD
–7.410.000
13/07/2015
–28.399
EUR
4.086.076
GBP
–2.900.000
13/07/2015
Totaal
Robeco N.V. 18
–6.374 -3.417.191
Futures Details van de per balansdatum lopende future-contracten zijn hieronder opgenomen. Futures Aankoop / Verkoop
Aantal contracten
Valuta
Soort
Exposure EUR x 1
V
–484
EUR
EURO STOXX 50
V
–1.089
GBP
FTSE 100 IDX FUT IFLL 18-SEP-2015
XEUR 18-SEP-2015
Niet-gerealiseerd resultaat EUR x 1
–16.630.240
96.800
–99.823.079
3.584.072
Totaal A
3.680.872 1.167
JPY
TOPIX INDX FUTR XOSE 10-SEP-2015
139.563.353
Totaal
–3.236.339 –3.236.339
De valutatermijncontracten en de futurecontracten zijn verwerkt in de Spreiding van het vermogen, onderdeel van het hoofdstuk Toelichtingen. De per balansdatum niet-gerealiseerde resultaten uit hoofde van derivaten zijn verwerkt in de winst- en verliesrekening. 3 Overige vorderingen Dit betreft vorderingen uit hoofde van gedeclareerde, nog niet ontvangen netto dividenden, terug te vorderen bronbelasting, vorderingen uit hoofde van effectentransacties, vorderingen uit hoofde van plaatsingen eigen aandelen, transitorische posten en overige vorderingen. 4 Liquide middelen Dit betreft de direct opeisbare banktegoeden en eventuele callgelden. 5 Schulden aan kredietinstellingen Dit betreft debetstanden op bankrekeningen. 6 Schulden uit hoofde van ontvangen zekerheden Dit betreft schulden uit hoofde van ontvangen zekerheden. 7 Overige schulden Dit betreft betaalbaar gestelde dividenden, schulden uit securities-lending transacties, schulden uit hoofde van effectentransacties, te betalen kosten, schulden uit hoofde van opnamen eigen aandelen, transitorische posten en te betalen management en service fee. 8 Eigen vermogen Samenstelling en verloop eigen vermogen EUR x duizend
01/0130/06/2015
01/0130/06/2014
71.576
118.491
1.307
3.447
–17.712
–42.576
55.171
79.362
42.601
14.683
Geplaatst kapitaal Robeco Stand begin boekjaar Ontvangen op geplaatste aandelen Betaald op ingekochte aandelen Stand per 30 juni
Geplaatst kapitaal Robeco - EUR G Stand begin boekjaar Ontvangen op geplaatste aandelen
1.364
32.986
Betaald op ingekochte aandelen
–3.062
–2.373
Stand per 30 juni
40.903
45.296
Robeco N.V. 19
Samenstelling en verloop eigen vermogen EUR x duizend
01/0130/06/2015
01/0130/06/2014
3.018.448
2.909.005
95.488
1.017.125
–720.979
–1.216.769
Overige reserves Stand begin boekjaar Ontvangen op geplaatste aandelen Betaald op ingekochte aandelen Toevoeging resultaat voorgaand boekjaar
513.036
616.644
2.905.993
3.326.005
Stand begin boekjaar
590.499
716.533
Dividenduitkering Robeco
–44.742
–63.451
Dividenduitkering Robeco - EUR G
–32.721
–36.438
–513.036
–616.644
Stand per 30 juni
Onverdeeld resultaat
Toevoeging overige reserves Nettoresultaat
440.523
186.662
Stand per 30 juni
440.523
186.662
Eigen vermogen
3.442.590
3.637.325
Het maatschappelijk kapitaal bedraagt EUR 600 miljoen, verdeeld in 599.999.990 gewone aandelen en 10 prioriteitsaandelen van elk nominaal EUR 1. De prioriteitsaandelen zijn alle geplaatst. De gewone aandelen zijn onderverdeeld in 500.000.000 aandelen Robeco en 99.999.990 aandelen Robeco - EUR G. In het agio zijn geen kosten opgenomen. 9 Vermogen, uitstaande aandelen en intrinsieke waarde per aandeel Vermogen, uitstaande aandelen, intrinsieke waarde per aandeel en uitgekeerd dividend per aandeel Robeco Per aandelenklasse Vermogen in EUR x duizend Stand aantal geplaatste aandelen begin boekjaar
Robeco - EUR G
30/06/2015
30/06/2014
30/06/2015
1.939.865
2.283.803
1.502.725
30/06/2014 1.353.522
71.576.769
118.491.206
42.600.444
14.683.060 32.985.757
In boekjaar geplaatste aandelen
1.306.596
3.446.771
1.364.136
In boekjaar ingekochte aandelen
–17.712.173
–42.576.057
–3.062.221
–2.372.416
55.171.192
79.361.920
40.902.359
45.296.401
35,16
28,78
36,74
29,88
0,80
0,80
0,80
0,80
Aantal uitstaande aandelen Intrinsieke waarde per aandeel in EUR x 1 Uitgekeerd dividend per aandeel gedurende boekjaar
Robeco N.V. 20
Toelichting op de winst- en verliesrekening Opbrengsten 10 Opbrengst beleggingen Dit betreft ontvangen netto dividenden en opbrengsten uit securities lending minus betaalde rente.
Kosten 11 Lopende kosten Lopende kosten
Robeco
In %
Robeco - EUR G
01/07/201430/06/2015
01/07/201330/06/2014
01/07/201430/06/2015
01/07/201330/06/2014
Beheerkosten
1,00
1,00
0,50
0,50
Service fee
0,11
0,11
0,11
0,12
Overige kosten
0,03
0,01
0,03
0,01
Aandeel opbrengsten securities lending toekomend aan RIAM
0,00
1
0,00
1
Totaal
1,14
1,12
0,64
0,63
Kostensoort
1
Het aandeel opbrengsten securities lending toekomend aan RIAM was in de periode 01/07/2013 – 30/06/2014 nog geen onderdeel van de Lopende kosten.
Het percentage van de lopende kosten is gebaseerd op het gemiddelde totale vermogen per aandelenklasse. De lopende kosten omvatten alle kosten die in de verslagperiode ten laste van de aandelenklassen zijn gebracht, exclusief de kosten van transacties in financiële instrumenten en interestkosten. In de lopende kosten zijn evenmin opgenomen de betaalde vergoedingen voor toe- en uittreding. Tevens is het aandeel van de securities lending inkomsten dat aan RIAM toekomt, zoals vermeld in toelichting 18, in de lopende kosten opgenomen. Uit de beheerkosten worden bekostigd alle kosten die voortvloeien uit het beheer en de marketing van het fonds. Indien de beheerder door hem te verrichten werkzaamheden aan derden uitbesteedt, worden de hieraan verbonden kosten uit de beheervergoeding voldaan. Uit de beheerkosten van de aandelenklasse Robeco worden mede bekostigd de kosten voor het aanbrengen van deelnemers in deze aandelenklasse. Uit de service fee worden bekostigd de kosten voor administratie, externe accountant, overige externe adviseurs, toezichthouders, de kosten met betrekking tot wettelijke rapportages waaronder jaar- en halfjaarberichten en de kosten voor vergaderingen van aandeelhouders. De kosten voor de externe accountant voor het fonds worden vanuit de service fee door RIAM betaald. Derhalve zijn er in het resultaat van het fonds geen kosten voor de externe accountant opgenomen. De overige kosten zijn nader gespecificeerd in toelichting 14. 12 Beheerkosten en service fee De beheervergoeding en service fee worden in rekening gebracht door de beheerder. De vergoedingen worden dagelijks berekend op basis van het fondsvermogen. Beheerkosten en service fee In %
Robeco
Robeco - EUR G
Beheerkosten
1,00
0,50
Service fee1
0,12
0,12
1
Voor deze beide aandelenklassen bedraagt de service fee 0,12% per jaar over het vermogen tot EUR 1 miljard, 0,10% over het vermogen boven EUR 1 miljard en 0,08% over het vermogen boven EUR 5 miljard.
13 Performance fee Robeco N.V. is niet onderworpen aan een performance fee.
Robeco N.V. 21
14 Overige kosten Overige kosten 01/0130/06/2015 Bewaarloon
96
Bankkosten
9
Kosten plaatsingen/opnamen eigen aandelen
339
Totaal
444
15 Transactiekosten De brokerkosten en beursbelastingen van de beleggingstransacties zijn verdisconteerd in de kostprijs c.q. de opbrengstwaarde van de beleggingen. Deze kosten en belastingen komen ten laste van het resultaat uit hoofde van waardeveranderingen. De kwantificeerbare transactiekosten zijn hieronder opgenomen. Transactiekosten EUR x duizend
01/0130/06/2015
01/0130/06/2014
1.633
1.972
65
101
Transactiesoort Aandelen Futures
RIAM wil er zeker van zijn dat de selectie van tegenpartijen voor orderuitvoering (“brokers”) plaatsvindt op basis van procedures en criteria die de beste resultaten opleveren voor het fonds. De door brokers in rekening gebrachte kosten kunnen uitsluitend de uitvoering van een order betreffen maar kunnen daarnaast ook betrekking hebben op door brokers geleverd onderzoek. RIAM betaalt uitsluitend voor onderzoek als dit onderzoek leidt tot verbetering van de beleggingsbeslissingen binnen RIAM. De kosten voor onderzoek kunnen door het fonds worden betaald via full service fees of via commission sharing agreements (CSA). De transactiekosten over de verslagperiode zijn als volgt verdeeld. Uitsplitsing transactiekosten aandelen EUR x duizend Type transactie Orderexecutie
764
Beursbelastingen
239
Onderzoek via full service
428
Onderzoek via CSA Totaal transactiekosten
203 1.633
16 Omloopfactor De omloopfactor (portfolio turnover rate) bedraagt over de periode 1 juli 2014 tot en met 30 juni 2015 51% (over de periode 1 januari tot en met 30 juni 2014 nihil). De omloopfactor geeft een indicatie van de omloopsnelheid van de portefeuille van het fonds en is een maatstaf voor de gemaakte transactiekosten als gevolg van het gevoerde portefeuillebeleid en de daaruit voortkomende beleggingstransacties. De omloopfactor wordt bepaald door het bedrag van de turnover uit te drukken in een percentage van het gemiddelde fondsvermogen. Het bedrag van de turnover wordt bepaald door de som van de aan- en verkopen van de beleggingen te verminderen met de som van de plaatsingen en opnamen van eigen aandelen. 17 Transacties met gelieerde maatschappijen In de verslagperiode zijn geen transacties uitgevoerd met gelieerde maatschappijen.
Robeco N.V. 22
18 Securities lending RIAM (tot 2 juli 2014 Robeco Securities Lending B.V. (“RSL”)) bemiddelt voor het fonds in alle securitieslendingtransacties. RSL dan wel RIAM ontvangt voor haar werkzaamheden 30% van de bruto-inkomsten uit deze securities-lendingtransacties. De marktconformiteit van de afspraken tussen het fonds en Robeco Securities Lending B.V. dan wel RIAM wordt door een extern bureau periodiek getoetst. De opbrengsten voor het fonds over de verslagperiode bedragen EUR 63 duizend (van 1 januari tot en met 30 juni 2014 EUR 37 duizend) en voor RSL dan wel RIAM EUR 27 duizend (van 1 januari tot en met 30 juni 2014 jaar EUR 16 duizend). RSL was tot 2 juli 2014 een 100%dochteronderneming van RIAM. Met ingang van 2 juli 2014 is Robeco Institutional Asset Management B.V. (“RIAM”) gefuseerd met Robeco Securities Lending B.V. (“RSL”) en Robeco Direct N.V. (“RD”). 19 Personeelskosten Het fonds heeft geen personeel in dienst. Robeco Nederland B.V. is werkgeefster van de voor (het bestuur van) het fonds in Nederland werkzame personen. De beloning van deze personen geschiedt uit de beheerkosten. Het beloningsbeleid van Robeco Nederland B.V. bestaat voor fondsmanagers uit enerzijds het vaste inkomen en anderzijds het variabele inkomen. Het secundaire arbeidsvoorwaardenpakket ligt in lijn met wat gebruikelijk is binnen de financiële dienstverlening. Het variabele inkomen biedt de fondsmanager een beloning voor zijn meerjarige outperformance. De systematiek is gerelateerd aan de outperformance ten opzichte van een vooraf gesteld target. Het trackrecord over een periode van 1 jaar, 3 jaar en 5 jaar wordt meegewogen in de vaststelling van de variabele beloning. Bij de bonusbepaling zijn tevens van belang de mate waarin team en individuele kwalitatieve doelstellingen behaald worden alsmede de mate waarin de Robeco corporate values worden nageleefd. Daarnaast wordt de bijdrage van de fondsmanager aan diverse organisatiedoelstellingen meegewogen. Bij goede performance kan de variabele beloning hoger zijn dan het vastgestelde drempelbedrag, waarna de uitbetaling van de variabele beloning gefaseerd plaats vindt over vier of vijf jaar. De nog uitstaande bedragen bewegen mee met de toekomstige bedrijfsresultaten. Conform de Code Banken en Regeling Beheerst Beloningsbeleid wordt de variabele beloning goedgekeurd door de raad van commissarissen van Robeco Groep N.V.. De beheerder van het fonds heeft sinds 22 juli 2014 een AIFMDvergunning. De herziening van het beloningsbeleid conform AIFMD-eisen is per 1 januari 2015 volledig geïmplementeerd. In het jaarverslag over 2015 zal dan ook voor het eerst kwantitatieve informatie worden verstrekt over het gehele boekjaar.
Robeco N.V. 23
Spreiding van het vermogen Geografische en valutaire verdeling Aandelen
Geografisch Aandelen + derivaten 1
Valutair
30/06/2015
30/06/2015
31/12/2014
30/06/2015
31/12/2014
30/06/2015
31/12/2014
EUR x duizend
in %
in %
in %
in %
in %
in %
1.957.495
56,8
59,2
56,8
58,7
57,7
58,6
86.650
2,5
0,8
2,5
0,8
3,8
3,8
Verenigd Koninkrijk
291.608
8,5
11,3
5,6
8,8
7,7
8,1
Frankrijk
200.369
5,8
4,4
5,8
4,4
–
–
Zwitserland
161.575
4,7
5,6
4,7
5,6
3,6
3,7
Nederland
128.070
3,7
3,0
3,7
3,0
–
–
Duitsland
83.690
2,4
3,0
2,0
3,1
–
–
Italië
56.863
1,7
0,7
1,7
0,7
–
–
Spanje
36.659
1,1
1,0
1,1
1,0
–
–
Denemarken
28.042
0,8
0,8
0,8
0,8
1,7
0,5
Noorwegen
23.083
0,7
0,7
0,7
0,7
0,2
0,3
Ierland
23.988
0,7
0,5
0,7
0,5
–
–
Belgie
14.885
0,4
–
0,4
–
–
–
Zweden
–
–
–
–
–
1,2
1,1
Euro
–
–
–
–
–
10,2
11,4
254.285
7,4
6,6
11,4
10,5
9,0
8,1
Hongkong
30.539
0,9
0,9
0,9
0,9
1,2
1,1
China
18.317
0,5
0,5
0,5
0,5
–
–
–
–
–
–
–
0,7
0,6
–
–
–
–
–
3,0
2,7
46.472
1,4
1,0
0,7
–
–
–
3.442.590
100,0
100,0
100,0
100,0
100,0
100,0
Naar landen 2 Amerika (59,3%) Verenigde Staten Canada
Europa (30,5%)
Azië (8,8%) Japan
Singapore
Australië (0,0%) Australië
Overige activa en passiva (1,4%) Totaal
1 Naast de beleggingen in aandelen kan de portefeuille ook posities in derivaten bevatten. Het totaal van beide geeft de totale exposure van de beleggingen aan, zowel per land als in totaal. Per 30/06/2015, evenals per 31/12/2014, bevatte de portefeuille derivaten, in casu indexfutures, welke zijn verwerkt in deze geografische verdeling en valutatermijntransacties, welke zijn verwerkt in de valutaire verdeling. De posities in indexfutures betreffen de eurolanden, Japan en het Verenigd Koninkrijk. 2
De achter de regio’s genoemde percentages zijn inclusief posities in derivaten.
Robeco N.V. 24
Sectorverdeling In %
30/06/2015
31/12/2014
Financiële dienstverlening
17,6
18,8
Informatietechnologie
16,5
17,5
Farmacie en gezondheidszorg
13,6
12,7
Consument cyclisch
12,8
12,3
Consument defensief
10,2
10,7
Industrie en dienstverlening
9,8
10,1
Energie
6,7
6,3
Basismaterialen
5,8
5,4
Telecom
3,9
3,5
Nutsbedrijven
1,7
1,7
Overige activa en passiva
1,4
1,0
100,0
100,0
Totaal
Valutatabel Valutakoersen 30/06/2015
31/12/2014
1,4497
1,4787
CAD
1,391
1,4016
CHF
1,0413
1,2024
DKK
7,4599
7,4464
GBP
0,7085
0,7761
HKD
8,6379
9,3838
136,3391
145,0790
NOK
8,766
9,0724
SEK
9,2451
9,4726
SGD
1,5003
1,6035
USD
1,1142
1,2101
EUR 1 AUD
JPY
Robeco N.V. 25
Effectenportefeuille Per 30 juni 2015 Reële waarde
Reële waarde
Reële waarde
Reële waarde
Amerika (59,3%)
26.612.684
29.651.853
State Street Corp
Verenigde Staten (56,8%)
24.526.130
27.327.014
Stericycle Inc
EUR
USD
48.532.322
54.074.714
AbbVie Inc
24.926.282
27.772.864
Synopsys Inc
23.521.195
26.207.316
AES Corp/VA
18.669.550
20.801.612
Terex Corp
31.562.323
35.166.740
American International Group Inc
24.264.056
27.035.011
TripAdvisor Inc
33.572.132
37.406.069
Amgen Inc
33.966.266
37.845.214
Twenty-First Century Fox Inc
101.924.642
113.564.436
Apple Inc
29.295.836
32.641.420
United Parcel Service Inc
31.888.493
35.530.158
Biogen Inc
33.064.946
36.840.962
United Technologies Corp
34.104.275
37.998.983
BlackRock Inc
43.864.595
48.873.932
UnitedHealth Group Inc
43.305.217
48.250.673
CVS Health Corp
30.480.639
33.961.528
VMware Inc
42.347.267
47.183.325
Capital One Financial Corp
28.251.579
31.477.909
Valero Energy Corp
32.139.183
35.809.478
Cardinal Health Inc
44.092.849
49.128.253
Walt Disney Co/The
15.154.538
16.885.186
Carlyle Group LP/The
20.268.354
22.583.000
Western Digital Corp
39.489.920
43.999.669
Celgene Corp
26.492.672
29.518.135
Yum! Brands Inc
23.874.975
26.601.498
Cerner Corp
27.705.990
30.870.014
Check Point Software Technologies Ltd
EUR
CAD
37.073.193
41.306.952
Cisco Systems Inc
30.516.418
42.448.337
Bank of Nova Scotia/The
68.718.025
76.565.623
Citigroup Inc
23.379.828
32.521.341
Intact Financial Corp
50.910.383
56.724.349
Comcast Corp
32.753.432
45.560.023
Manulife Financial Corp
23.397.265
26.069.233
Crown Holdings Inc
30.007.521
33.434.380
DaVita HealthCare Partners Inc
25.670.268
28.601.812
Delphi Automotive PLC
EUR
GBP
33.581.768
37.416.806
Dollar General Corp
48.408.913
34.295.295
BG Group PLC
22.178.984
24.711.824
EPAM Systems Inc
46.992.656
33.291.947
British American Tobacco PLC
20.016.936
22.302.870
Emerson Electric Co
23.923.874
16.948.868
Experian PLC
49.262.070
54.887.799
Facebook Inc
28.936.621
20.500.150
Reckitt Benckiser Group PLC
60.115.923
66.981.161
Google Inc
40.974.215
29.028.182
Rio Tinto PLC
43.598.035
48.576.931
HCA Holdings Inc
33.955.578
24.055.829
SABMiller PLC
21.714.511
24.194.308
Hess Corp
32.666.975
23.142.918
Vodafone Group PLC
23.066.783
25.701.009
Hilton Worldwide Holdings Inc
Canada (2,5%)
Europa (30,5%) Verenigd Koninkrijk (8,5%)
22.746.104
25.343.709
Johnson Controls Inc
17.312.006
19.289.037
Las Vegas Sands Corp
23.851.672
26.575.533
Lululemon Athletica Inc
22.644.922
25.230.972
MEDNAX Inc
EUR
EUR
24.127.080
26.882.393
Marathon Oil Corp
33.973.197
33.973.197
AXA SA
24.938.051
27.785.977
McGraw Hill Financial Inc
29.543.103
29.543.103
BNP Paribas SA
16.081.311
17.917.797
Michael Kors Holdings Ltd
38.849.275
38.849.275
Pernod Ricard SA
59.200.902
65.961.645
Microsoft Corp
20.639.780
20.639.780
Rexel SA
19.792.297
22.052.578
NXP Semiconductor NV
25.378.747
25.378.747
Societe Generale SA
34.435.347
38.367.864
NextEra Energy Inc
51.984.674
51.984.674
Total SA
28.495.731
31.749.944
Norfolk Southern Corp
36.415.401
40.574.040
Oracle Corp
EUR
CHF
37.460.100
41.738.043
Pfizer Inc
23.387.243
24.353.136
Actelion Ltd
34.817.611
38.793.782
Philip Morris International Inc
54.994.252
57.265.515
Nestle SA
17.770.952
19.800.394
Ralph Lauren Corp
58.159.069
60.561.038
Roche Holding AG
24.599.229
27.408.461
Rockwell Automation Inc
25.034.457
26.068.380
Syngenta AG
16.950.684
18.886.452
SanDisk Corp
23.335.337
26.000.232
Sealed Air Corp
25.309.644
28.200.005
Stanley Black & Decker Inc
Robeco N.V. 26
EUR
HKD
35.749.672
308.800.300
EUR
EUR
23.227.635
23.227.635
HSBC Holdings PLC Frankrijk (5,8%)
Zwitserland (4,7%)
Nederland (3,7%) Akzo Nobel NV
Reële waarde
Reële waarde
Reële waarde
23.438.844
23.438.844
Koninklijke DSM NV
EUR
EUR
25.616.660
25.616.660
Koninklijke KPN NV
23.987.603
23.987.603
55.786.879
55.786.879
Royal Dutch Shell PLC
EUR
EUR
30.950.852
30.950.852
Bayerische Motoren Werke AG
23.568.387
23.568.387
Infineon Technologies AG
4.273.087
4.273.087
KUKA AG
24.898.166
24.898.166
Linde AG
EUR
EUR
33.203.466 23.659.365
Duitsland (2,4%)
EUR
EUR
14.885.500
14.885.500
EUR
JPY
Ierland (0,7%) Ryanair Holdings PLC België (0,4%) Umicore SA
Verre Oosten (8,8%) Japan (7,4%)
40.765.234
5.557.893.300
Japan Tobacco Inc
Italië (1,7%)
28.675.710
3.909.619.000
KDDI Corp
33.203.466
Intesa Sanpaolo SpA
22.311.847
3.041.976.000
Omron Corp
23.659.365
Telecom Italia SpA
23.497.072
3.203.568.500
SMC Corp/Japan
60.616.383
8.264.380.100
Sumitomo Mitsui Financial Group Inc
Spanje (1,1%)
50.136.479
6.835.559.900
Toyota Motor Corp
Applus Services SA
28.282.142
3.855.960.350
Unicharm Corp
EUR
EUR
8.323.295
8.323.295
28.335.930
28.335.930
EUR
DKK
28.042.092
209.191.200
EUR
NOK
23.082.935
202.345.009
Banco Bilbao Vizcaya Argentaria SA Denemarken (0,8%)
Noorwegen (0,7%) Telenor ASA
De directie Robeco Institutional Asset Management B.V. Drs. L.M.T. Boeren Drs. H.W.D.G. Borrie Drs. H.A.A. Rademaker
EUR
HKD
30.538.658
263.788.350
Hongkong (0,9%) AIA Group Ltd
EUR
USD
China (0,5%)
18.316.897
20.408.686
Baidu Inc ADR
AP Moeller - Maersk A/S
Rotterdam, 31 augustus 2015
Robeco N.V. 27
Reële waarde
3.396.118.053
Overige gegevens Bijzondere statutaire zeggenschapsrechten Van het aandelenkapitaal van de vennootschap worden 10 prioriteitsaandelen gehouden door Robeco Groep N.V. De statutaire rechten van de prioriteitsaandelen hebben onder meer betrekking op de benoeming van bestuurders en wijziging van de statuten. Verantwoordelijk voor de wijze waarop van het stemrecht gebruik wordt gemaakt zijn de leden van de directie van Robeco Groep N.V.: Drs. R.M.S.M. Munsters, voorzitter Drs. L.M.T. Boeren Drs. H.W.D.G. Borrie Drs. H.A.A. Rademaker Mr. J.B.J. Stegmann (tot 1 mei 2015).
Belangen van bestuurders Op 1 januari 2015 respectievelijk 30 juni 2015 hadden de bestuurders van het fonds geen persoonlijke belangen bij beleggingen van het fonds.
Accountant Er heeft geen accountantscontrole plaatsgevonden.
Robeco N.V. 28