RENOVATIE SANITAIR BS DE STADSMUS - invaliden

Bestek Sanitair Invalide

1

RENOVATIE SANITAIR BS DE STADSMUS - invaliden Besteknr

Bouwheer :

sgr8/VGC/2013/2040/001

SCHOLENGROEP BRUSSEL Oudstrijderslaan 200 1140 BRUSSEL Tel: 02/702.30.62 Fax: 02/702.30.60

Bouwplaats: Domein BS DE STADSMUS Invalidenlaan 168 , 1160 Oudergem Domeinbeheerder: Emile Breuer Tel: 02/672 87 18


2

DEEL 2 TECHNISCHE BEPALINGEN

Algemeenheden Meting: ter herinnering. De aanneming omvat alle werken beschreven in onderhavig bestek. Zij omvat alle leveringen en arbeid noodzakelijk voor de uitvoering ervan. De aannemer houdt zich strikt aan de richtlijnen welke hem in deze beschrijving gegeven worden, aan de eventuele plannen en richtlijnen van het opdrachtgevend bestuur. De plannen en de beschrijving vullen elkaar wederzijds aan. De werken aangeduid op de plannen en niet expliciet beschreven in het bestek of omgekeerd worden beschouwd als begrepen in deze aanneming. Onderhavige aanneming is een gemengde opdracht. Meetstaat: De hoeveelheden worden opgegeven bij wijze van toelichting en zonder enige garantie. De aannemer wordt verondersteld zelf de metingen en berekeningen, nodig voor het opstellen van de getallen van zijn aanbieding, te hebben uitgevoerd, tevens op de hoogte te zijn van alle moeilijkheden welke zich kunnen voordoen en ter plaatse te hebben nagegaan welke elementen zijn aanbieding kunnen beïnvloeden. Hij heeft dan ook geen enkel verhaal tegen vergissingen en/of gebreken welke deze opmeting kunnen insluiten. Planning der werken: De aannemer dient datum van uitvoering op te geven in de offerteaanvraag. Het is noodzakelijk de planning uit te voeren volgens de overeengekomen termijnen. De aannemer moet er rekening mee houden dat de lessen steeds moeten kunnen plaatsvinden. De veiligheid van de leerlingen moet steeds gegarandeerd worden en is prioritair. Wijzigingen tijdens de uitvoering der werken: het bestuur kan in overleg met de aannemer de in de aanbestedingsdocumenten vervatte bepalingen wijzigen voor of tijdens de uitvoering der werken. De aannemer neemt geen opdrachten aan van de directie, noch het personeel van de school. De aannemer wijst het bestuur, binnen de kortst mogelijke termijn, op de weerslag van deze wijzigingen op de uitvoeringstermijn en de overeengekomen prijzen. Voorschriften betreffende materialen: de materialen zijn nieuw en beantwoorden aan de technische voorschriften van onderhavig bestek. De aannemer staat in voor de levering van de bouwmaterialen, het afladen en het opslaan op de bouwplaats en dit op zijn kosten. De aannemer verstrekt aan het opdrachtgevend bestuur de nodige documenten waaruit kan blijken dat de geleverde materialen qua herkomst en kwaliteit beantwoorden aan de gestelde criteria van dit bestek. De werf wordt volledig gereinigd op het einde van de werken zodat de cellen in een onberispelijke staat worden overgedragen aan de school.


3

1. BOUWWERKEN EN WERKEN IN TERREIN 1.1

Werfinrichting en voorbereidende werkzaamheden : |FH| sog

Inrichting van de bouwplaats en algemene maatregelen De kosten der algemene maatregelen en voorbereidende werken zijn te voorzien in de eenheidsprijzen en niet afzonderlijk op te meten. Deze werken omvatten : - Leveren van detail- en werktekeningen volgens art. 3.C van het type bestek nr.100 van 1965, in zijn geheel van toepassing in zoverre niet afgeweken wordt in onderhaving beschrijving. - De diverse soorten van werken zoals voorzien in art. 24 van typebestek nr.100 van 1965. - De algemene maatregelen voorzien in art 30 van het type-bestek nr.100 van 1965. - De controles en proeven op materialen volgens art.27 van type bestel nr.100 van 1965. - Allerhande maatregelen om tijdens de werken het voetgangersverkeer naast de werf te vrijwaren en te verzekeren. - de veiligheidsmaatregelen teneinde de veiligheid van de werknemers en de leerlingen te vrijwaren overeenkomstig art.5 van de algemene voorwaarden : - Het regelmatig opruimen van het bouwafval en definitief opruimen en reinigen voorafgaandelijk de voorlopige oplevering. Dit houdt tevens het reinigen van ramen en vloeren in. - Leveren en plaatsen van een werfpaneel voor aanvang der werken: Hoogte : 0.80 m Breedte : 2.20 witte achtergrond , zwarte letters (lettertype Helvetica )

RENOVATIE SANITAIR B.S. DE STADSMUS “ Plassen met klasse” Bouwheer : Scholengroep Brussel + logo + adres Subsidiërende overheid : Vlaamse Gemeenschapscommissie + logo + adres

Meting : S.O.G. 1.2 Afsluiten werfzone Afsluiting van het werkterrein met rasterhek in betonnen voetstukken. Hoogte minimum 1.80 m Meting : inbegrepen in werfinrichting, art 1.1 1.3 Plaatsbeschrijving |FH| sog Er wordt door de aannemer een plaatsbeschrijving van de belendende omgeving opgemaakt. Een afschrift hiervan wordt aan het werkbestuur overgemaakt bij de aanvang der bouwwerken. Meting : S.O.G. 1.4 Voorbereiding bouwplaats : |FH| sog


4

4.1 Afbraak : - Afbraak van bestaande sanitaire wanden, alle sanitaire toestellen, alle onnodige leidingen ea. , plafond, wandbetegeling. - de bestaande gemetste muren blijven behouden zoals aangeduid op het plan - Maken van een deuropening naar de polyvalente zaal, incl plaatsen van een latei. Inbegrepen afvoer van het puin naar een erkende stortplaats, nodige stuttingswerken en ev te plaatsen betonlateien. Meting : SOG. 1.5 Maatregelen m.b.t. de Veiligheid en Gezondheid van de werknemers op de bouwplaats. |FH| sog 1.5.1. Algemeen. - elke aannemer zal zich schikken naar de wettelijke en reglementaire voorschriften betreffende het welzijn van de werknemers (wet van 4/8/1996 en KB van 25/1/2001) en zal deze tevens doen naleven door zijn (eventuele) onderaannemers. - de inrichting en instandhouding van de werf en de veiligheidsmaatregelen geschieden, volgens de richtlijnen van het veiligheid- en gezondheidplan (VGP) opgesteld door de veiligheidcoördinator, op kosten van die aannemer , die er door de voorschriften van het VGP is toe aangesteld. De veiligheid van de leerlingen is steeds prioritair en gewaarborgd. De toegangen tot de werf, laden en lossen van materiaal wordt ifv van de school ingericht. Dit is steeds ten allen tijde te bespreken met directie, veiligheidscoördinator en bouwcoördinator. 1.5.2. Voorlopige bouwplaatsschuttingen. - beveiliging tegenover derden door het plaatsen van afsluitingen, signalisatie en borden met pictogrammen die het dragen van veiligheidshelm en- schoenen verplichten en de toegang tot de werf aan derden verbieden. - uit te voeren met 2,00 meter hoog rasterwerk. - alle materiaal en materieel moeten zich achter de afsluiting bevinden. 1.5.3. Toegangswegen. - het is verboden materialen te stockeren of voertuigen te parkeren op volgende plaatsen : toegangen en plaatsen waar leerlingen komen. 1.5.4. Verlichting van de bouwplaats. 1.5.5. Risico bij werken met elektriciteit. Op de werf : De elektrische kabels (verlengdraden) moeteen zodanig geplaatst of opgehangen worden dat eventuele schade tot een minimum beperkt blijft. Doorgangen dienen vrij gehouden van elektrische kabels. Beschadigd elektrisch materieel moet onmiddellijk van de werf verwijderd worden. Verlengkabels moeten van het type H07RNF OF H05RNF zijn De verdeeldozen en stekkers moeten een minimale beschermingsgraad IP44dragen en de kabelhaspesl moeten thermisch beveiligd zijn. Elektrische werktuigen : worden in twee soorten onderverdeeld : a) met dubbele isolatie, waarvoor geen aarding nodig is en die bij voorkeur dienen gebruikt; b) de andere, die steeds met de aarde moeten verbonden zijn (vb. Beschermingsgeleiders). Alle werktuigen moeten de CE-markering dragen. 1.5.6. Werken aan elektrische installaties.


-

-

5

Het spreekt vanzelf dat het werken aan elektrische laagspanningsinstallaties enkel kan nadat de installatie buiten spanning is geplaatst en dat deze werken op een degelijke manier gesignaleerd worden. Dit kan o.a. door waarschuwings-, verbods- en inlichtingenborden op een strategische plaats aan te brengen; Alleen bekwame en gekwalificeerde elektriciens (cfr. EN 501110, de.’96) mogen werkzaamheden uitvoeren aan of in de nabijheid van onder laagspanning staande delen.

1.5.7. Hijs- en hefapparatuur voor het verplaatsen van lasten. - Moet voldoen aan de constructieëisen - Juiste installatie en gebruik en goed onderhoud volgens controlevoorschriften is vereist; - Deskundige bediening door speciaal opgeleid personeel; - Maximum laadvermogen zichtbaar aangegeven; - Niet voor andere doeleinden gebruiken. - In gebruik zijnde hijswerktuigen, hoogtewerker, aanslagmaterieel (bijv. oogbouten, kabels, kettingen, haken, enz...) moeten steeds in veilige toestand en in goede staat van onderhoud verkeren; - Keuringsattesten (indienststellingsverslag & driemaandelijkse keuringsattesten) afgeleverd door een erkend organisme, dienen op vraag voorgelegd te worden. Deze keuringscertificaten zijn een voorwaarde om dit soort materieel op de werf te brengen of te behouden. Een kopie moet vooraf aan de veiligheidsverantwoordelijke overhandigd worden. 1.5.8. Voertuigen, grondverzet-, laad- en losapparatuur. - Goede constructie en ergonomisch ontwerp, goed onderhoud en juist gebruik; - Deskundigheidseisen (speciale opleiding); - Maatregelen nemen tegen wegschuiven in putten of water; - Kantelbescherming voor bestuurder (zo nodig). 1.5.9. Uitgravingen, bouwputten, grondverzet. - Goed stut- en taludwerk voorzien, valgevaar voorkomen, goed ventileren; - Uitgravingen, groeven, grachten, openstaande kanalen, bodemopeningen, enz. moeten overal voldoende beveiligd worden tegen instorting; - Veilige toegang en uitgang uitgraven; - Vluchtwegen voorzien in geval van brand, overstroming, instorting; - De mogelijkheid bestaat dat er zich elektrische-, gas- en waterleidingen in de ondergrond bevinden. Daarom moet de aannemer (voor de aanvang van de graafwerken) zich ervan overtuigen dat op deze plaatsen geen leidingen liggen. Hij dient daarvoor de bevoegde diensten te raadplegen. - Uitgegraven grond, materiaal en materieel op een veilige afstand van de uitgraving stockeren. Zo nodig hekwerk plaatsen. 1.5.10. Metaal- en betonconstructies, bekisting en zware prefabelementen. - Montage, demontage, stutten en schoren onder toezicht van een bevoegd persoon; - Maatregelen voorzien tegen tijdelijke instabiliteit of breekbaarheid van het uitgevoerde werk; - Bekistingen, stutten en schoren moeten spanning en druk kunnen verdragen. 1.5.11. Openingen. - Iedere opening aangebracht in een vloer of platform dient : - ofwel afgedekt en verankerd te zijn op een wijze dat het materiaal weerstaat aan het gewicht van minimum 240 kg/m2; - ofwel omgeven te zijn met stevige borstweringen conform de reglementering; - ofwel omgeven door een degelijke afscherming conform aan de reglementering en dit ten laste van diegenen die de opening heeft aangebracht. - indien de aannemer om een of andere reden voor de uit te voeren werken een dusdanige collectieve bescherming dient weg te nemen zal dit voor de korst mogelijke tijd zijn en mag hij de werf niet verlaten zolang die collectieve bescherming niet werd teruggeplaatst.


6

1.5.12. Vallende voorwerpen. - collectieve beschermingsmaatregelen treffen; - materialen en uitrusting zodanig opslaan dat ze niet kunnen omvallen, instorten, verschuiven of kantelen - zo nodig overdekte doorgangen maken of zones afschermen. 1.5.13. Vallen van grote hoogte. - leuningen aanbrengen aan de randen van vides (vloeropeningen) en daken (ook platte); - vangnet of stelling plaatsen onderaan gebogen of hellende dakvlakken; - persoonlijke beschermingsmiddelen gebruiken (indien collectieve maatregelen niet mogelijk zijn). 1.5.14. Werken in de hoogte. - Collectieve beschermingen genieten de voorkeur, in het andere geval dienen geschikte veiligheidsgordels en harnassen gedragen te worden wanneer er valgevaar is van meer dan 2,00 meter hoog. In sommige gevallen kan het nodig zijn eveneens vangnetten te plaatsen. - Enkel werknemers die onderricht zijn omtrent het veilig werken met ladders, stellingen of hoogtewerkers mogen deze gebruiken. Zij dienen deze voorschriften strikt na te leven; - Beschadigde of gebrekkige ladders moeten onmiddellijk uit dienst genomen en van de werf verwijderd te worden. Iedere ladder of stelling moet een identificatie hebben zodat de eigenaar kan achterhaald worden; - Ladders en stellingen dienen voor elk gebruik gecontroleerd te worden door een daartoe aangestelde en bevoegde persoon; - Stellingen moeten voorzien zijn van een goed aaneensluitende en voldoende stevige vloer over de volledige lengte en breedte van de stelling. De stelling dient voorzien te zijn van een volledige leuning met tussenleuning en kantlijst. Stellingen dienen beveiligd te zijn tegen omkantelen. - Ladders van meer dan 25 sporten en deze die gebruikt worden voor verticale circulatie van personen moeten aan de bovenzijde vastgemaakt worden. Elke ladder steekt minimum 1 meter uit boven de loopvloer; - Stellingen en ladders moeten worden schoon gehouden; - De zone waar gewerkt wordt op hoogtewerkers, ladders, stellingen, enz. Moet op een aan de omstandigheden aangepaste manier afgebakend worden. Indien dit praktisch niet te realiseren is moet een persoon aanwezig zijn, die moet beletten dat de hoogtewerker, ladder, stelling, enz. Kan aangereden worden en verhinderen dat er personen in de gevarenzone (val van voorwerpen) kunnen komen. 1.5.15. Bouwsteigers en ladders. - Ontwerp, constructie en onderhoud zodanig dat geen instorting of verschuiving optreedt; - Platform, doorgangen en ladders : geen valgevaar of gevaar voor vallende voorwerpen; - Inspectie steigers door bevoegde personen; - Ladders moeten voldoen aan de wettelijke eisen en zijn op juiste wijze te gebruiken en toe te passen; - Verrijdbare steigers moeten geblokkeerd worden om ongewilde verplaatsingen te vermijden. 1.5.16. Werken op het dak. - Algemene preventieve maatregelen treffen tegen vallen van platte en hellende of gebogen dakvlakken. - PBM of hoogtewerker gebruiken tijdens de montage van de CBM. Meting : SOG

1.6 Riolering :


7

1.6.1 Reiniging bestaande riolering : |FH| sog De bestaande riolering, buiten de sanitaire kern dient nagekeken en gereinigd m.n deze die wordt herbruikt voor de aansluiting van de nieuwe toestellen. De reiniging gebeurt tot aan de eerste toezichtkamer. Er wordt nagekeken of de riolering voldoet en een goede afwatering gewaarborgd is. Voor elk van de sanitaire cellen. De leidingen van de toiletten van de 1e verdieping naar beneden worden eveneens nagekeken en vernieuwd indien nodig. 1.6.2 Riolering PVC :

|VH| lm

De riolering binnen de sanitaire kern worden volledig vernieuwd, volgens de voorgeschreven normen. De leidingen van de toiletten van de 1e verdieping naar beneden worden eveneens nagekeken en vernieuwd indien nodig. PVC benor gekeurd, grijze buis met klemring. Er worden uitvoeringstekeningen voorgelegd ter goedkeuring. Op basis hiervan worden de vermoedelijke hoeveelheden lm berekend. Alle hulpstukken en buizen moeten dezelfde herkomst hebben.  De aanvullingen tegen en rond het gebouw dienen te worden aangedamd dermate dat de rioleringsbuis doorlopend op een stabiele grond wordt geplaatst.  Een minimale helling van 1.5 cm /m is noodzakelijk. Ter hoogte van de opritten en inkom is een dekking van minstens 50 cm noodzakelijk .  De leidingen worden geplaatst volgens de regels van de kunst en de wachtbuizen afgestopt met speciaal daarvoor bestemde stoppen. Omvang : De ellebogen, T-stukken en speciale stukken worden doorgemeten met de buizen volgens de lopende diameter, dit zonder enig supplement. De ontluchtingen zullen ook uitgevoerd worden met speciale dakdoorgangen in P.E inbegrepen de waterdichte aansluiting met de dakbedekking. Op dit speciaal stuk wordt een elleboog voorzien in P.E. Zodat noch regen noch sneeuw in de ontluchtingsbuis zouden komen.Deze buis zal onder 45° een afschuining bekomen. Ook voor deze stukken worden de lm. gewoon doorgemeten. Inbegrepen de graafwerken en aanvulling van de sleuven na plaatsing. Alle werken en leveringen om tot en afgewerkt geheel te komen. De riolering van de verbouwing dient te worden aangesloten op de bestaande riolering van de school. Meetstaat:

lm / dia 40 lm / dia 90 lm / dia 110 lm / dia 160

02. SANITAIRE WANDEN 2.1. Sanitaire wanden:

|FH| m2

2.1.A Sanitaire Cabines met inlegdeuren


8

Hoogte: Bedraagt 2020 mm, 150 mm poothoogte inbegrepen. Wanden: Massieve, decoratieve en zelfdragende kunststofplaten met melamine toplaag. De platen zijn vervaardigd op basis van thermohardende kunstofharsen, homogeen versterkt met cellulosevezels. De zichtbare randen zijn gebroken. Dikte van de platen: 13mm. Deuren: De deuren zijn uitgevoerd in dezelfde kunststofplaat als de wanden: dikte 13 mm en alle randen gebroken. Uitgefreesde deursponningen met geluiddempende bumper. Standaard deurbreedte: 610 mm. Deuren aan mindervalidetoilet min 0.90m vrije doorgang Profielen: Profielen uit gemoffeld aluminium. De diverse afmetingen zijn: voor de stabilisator boven de deuren: 64 x 40 mm, de U-profielen voor de muur- en wandbevestiging: 32 x 26 mm. Pootjes: Uit nylon, Ø 30 mm, +/- 20 mm instelbaar in de hoogte, met slagvaste nylon afdekrozet. Beslag: Drie oploopscharnieren waardoor de deuren automatisch sluiten. Vaste deurknoppen. Aan de buitenzijde rood/wit bezetaanduiding, binnenzijde met draaigrendel. Alles in nylon en onzichtbaar vastgeschroefd. Kleuren: Volgens kleurkaart leverancier. Nader te bepalen door de bouwheer. De inschrijver houdt er rekening mee dat er verschillende kleuren worden aangewend. Toepassingen: toiletten, incl berging en mindervalidetoilet. 2.1.D. Tussenschotten idem als wandmateriaal toiletten toepassing: Tussenschotten urinoirs: 0,84 x 0.45 cm 2.1.B. dubbele wand- ophangsysteem toiletten:

|FH| m2

Wanden vandalisme bestendig om het ophangsysteem van de toiletten en het doorspoelsysteem achter te verbergen. Systeemwand te bekleden met gyproc en nadien te worden betegeld. Opbouw wordt ter goedkeuring voorgelegd. Er wordt een variante opgemaakt met een bekleding tot op een hoogte van +-1.20m met kunststofplaten (idem als de sanitaire wanden zie hierboven beschreven), incl volledige afdekplaat bovenaan, 2.1.C. Wandbekleding met tegels

|FH |m2

Algemeen De tegels beantwoorden aan de bepalingen van index 02.5 van T.B. 104 voor wat volgende controlemethoden betreft : lengte en rechtheid van de kanten, dikte, rechtheid van de hoeken en vlakheid. Voor de overige prestaties is NBN B27-011 van toepassing. Een volledige reeks monsters is ter goedkeuring aan de leidende ambtenaar voor te leggen, samen met een technische documentatie van de lijmen en elastische kitten. De kleur van de voegprodukten en kitten is te kiezen door de ontwerper. Formaat tegels : 60 x 30 cm, horizontaal geplaatst. Uitvoering : De plaatsing van de wandbekledingen omvat de uitvoering van volgende werken : het verwijderen van alle vuil en loszittende delen.


-

-

9

zonodig het uitvlakken van het draagvlak bestaande uit het aanbrengen van een mortellaag met dezelfde samenstelling als de zetmortel voor het wegwerken van holten en schuinten tot het bekomen van een verticaal vlak. Hiervoor worden de betonnen delen vooraf gebouchardeerd of gespritst. Bij gebruik van synthetische lijm maakt de uitvlakking deel uit van de kalk- of gipsbepleistering. het verwijderen van alle uitspringende delen op de muurvlakkken. Indien zulks onmogelijk is zonder het draagvlak ernstig te beschadigen, wordt een uitvlakking uitgevoerd. het aanbrengen van een metalen niet-corroderend vlechtwerk tegen gladde betonnen delen. De bevestiging gebeurt met stalen nagels die het vlechtwerk strak tegen net muurvlak aanspannen. Overlappingen bedragen minstens één maaswijdte. het plaatsen van de tegels. Smalle repen van minder dan een halve tegel zijn te mijden. De tegels worden mechanisch gesneden. het opvoegen van de muurvlakken. het verwezenlijken van uitzettingsvoegen door het doorsnijden van de zetmortellaag ter plaatse van muuronderbrekingen, op de uiteinden der muurvlakken en tenminste om de 10 meter. het aanbrengen van de elastische kitten. het opkuisen van de betegelde muurvlakken inbegrepen het verwijderen van alle vlekken van mortel of lijm en voegspecie.

Te betegelen tot op venstertablethoogte of sanitaire wand. 3.1. Binnenschrijnwerk

|FH |m2

Nieuw te plaatsen draaideur, incl omlijstingen. Volle spaanplaatvulling, densiteit 350 kg/m² Afwerking deurvlakken: naadloze HPL, kleur : zie sanitaire wanden. Deuren worden plaatsklaargeleverd, evenals de kozijnen meranti, met rechte aanslaglat in meranti. Afdeklatten in trapeziumvorm Type hardhouten kantlatten, onzichtbaar bijgesloten deur, aan 4 zijden voorzien Scharnieren in roestvrij staal, deuren met vermelding “slot personeel” op plan worden met een nachtslot voorzien. Verzonken sluitplaat in rvs NVT

04.SCHILDER- en PLEISTERWERKEN

4.1

Schilderwerken deuren en deuromlijstingen|FH|st

Materiaal Het betreft een verfsysteem geschikt voor houten binnenwerk, op basis van alkydharsen volgens NBN EN ISO 6744 - Bindmiddelen voor verven en vernissen - Alkydharsen (2004). Specificaties Samenstelling : volgens de richtlijnen van de fabrikant een kit en eventuele plamuur op basis van drogende olie of drogende alkhydhars, vaste stofgehalte in gewicht minstens 80%, dichtheid minstens 1,80 g/cm3 bij 20°C; één grondlaag , één tussenlaag en één deklaag op basis van alkydharsen Glansgraad van de deklaag :


10

zijdeglans 15 à 60% (glans Gardner 60° volgens ISO-norm 2813). Kleur : te bepalen tijdens de uitvoering van de werken Uitvoering Het verfsysteem beantwoordt aan de bepalingen van steekkaart 14 van TV 159 en omvat : Het uitvoeren van de voorbereidende werken zijnde : stoppen, afschuren en afstoffen, ontvetten van het hout, isoleren van harszakjes en knoesten bij harshout en volledig isoleren bij tropische houtsoorten, het aanbrengen van één grondlaag gevolgd door schuren, afstoffen, kitten en opschuren. Hierna worden de constructies voorzien van meervoudige plamuur, één tussen- en één deklaag tot het bekomen van afwerkingsgraad III (volgens TV 159). De meervoudige plamuur wordt geschuurd, afgestoft en bijgewerkt. Vóór elke verflaag wordt geschuurd en afgestoft. Toepassing Binnendeurbladen en kantomlijstingen : De onderzijde van de deurbladen dient eveneens te worden geschilderd (kuiswater) Omvang : Leveringen en uitvoering van alle werken om tot een afgewerkt geheel te komen. Inbegrepen de nodige plastische voegkitten Toepassingen: Bestaande binnendeuren en omlijstingen

4.2

Schilderwerken bestaande radiatoren|FH|st

Het betreft binnenverfsystemen op bestaande te behouden radiatoren, met inbegrip van de voorbereiding van de ondergrond. Het verfsysteem is samengesteld uit een roestwerende verf voor ijzer binnen- en buiten, vocht- en waterbestendig, en verenigbaar met de reeds aangebrachte verflagen. De bestaande radiatoren worden opgeschuurd met fijn schuurpapier en overschilderen met twee lagen krasvaste satijnglanslak, goed dekkend en gelijkmatig aangebracht. Tussen twee lagen minimaal 16 uur droogtijd aanhouden. Het eindresultaat is een krasvaste en harde satijnlak op basis van tixotrope luchtdrogende alkydeharsen Kleur : nog te bepalen Meting : per stuk Toepassingen: Bestaande te behouden radiatoren.

4.3

Lichte wanden in houvezelversterkte gipskartonplaten FH|st

Materiaal De platen worden gemonteerd op een skelet van verzinkt metaal 70mmof hout en op dezelfde wijze verwerkt als gewone gipskartonplaten. Aan beide zijden van de structuur wordt een enkele plaat van 12,5mm aangebracht.


11

Schilderklaar af te werken. Plaatsing volgens voorschriften fabricant Meting : per m2, openingen kleiner dan 0,5m2 worden niet afgetrokken. Toepassing : dichten van bestaande deuren binnenraamopening.

05. SANITAIR 5.1- Sanitaire installatie Algemene voorschriften . Onderwerp van toepassingsgebied van de voorschriften a) De aanneming omvat de werken en de leveringen betreffende de sanitaire installaties zoals verder beschreven, vermeld in de meetstaat en aangeduid op de plannen en schema’s. De aanneming is onderworpen aan de bepalingen en voorschriften van volgende documenten : Type-bestek nr. 104, laatste uitgave van het M.O.W. De voorschriften van de plaatselijke technische reglementen, gemeente Herentals. Onderhavig bestek. STS 61 en 62. b) Studie Het algemeen concept wordt weergegeven op de aanbestedingsdocumenten. De uitwerking van de studie en de aansprakelijkheid op de goede werking van de installaties behoren tot de aannemer sanitair. c)

Deel van de aanneming

De aanneming omvat de algemene sanitaire inrichting van het gebouw met inbegrip van het leveren en plaatsen van alle leidingen, toestellen en apparaten, zelfs deze die niet vermeld zijn, nodig voor het bekomen van een volledig bedrijfsklare installatie. 2.

Omvang van de aanneming

Leveren en plaatsen en aansluiten en in goede werking stellen van alle elementen met betrekking tot : a) Koudwaterdistributie vanaf het hoofdgebouw. b) De drukverhoging installaties sanitair en brandweer rekening houdend met bestaande installatie van het hoofdgebouw waar deze post nog moet worden uitgevoerd. c) De warmwater distributie in circulatie vanaf de boiler geplaatst in lokaal “stookplaats” door C.V.-installatie. d) De isolerende en anti-condens bescherming van alle warmwaterleidingen en van de koudwater- en afvoerleidingen van de aanneming overal waar er kans op bevriezing of condensatie bestaat. e) De schildering en identificatie van de leidingen en stopkranen. f) De afvoer van het huishoudwater (lavabo’s - uitgietbakken, douches, enz...) met hun primaire en secundaire verluchtingen. g) Afvoer van fecaliën. h) Alle andere afvoeren tot op de riolen in de kelder, aansluiting inbegrepen. i) De speciale afvoeren van de olieputten naar opvangtanks. j) De levering en plaatsing, en aansluiting van de sanitaire toestellen, nl. : lavabo’s, uitgietbakken, W.C.-potten, douches, urinoirs, inclusief kranen


k) l)

12

sifons e.d. dienstkranen en waterafnemers vloeraflopen in sanitair technische lokalen De nodige ontluchtingsleidingen van de sanitaire installaties (aangesloten op afvoerleidingen van punt 6). Alle nodige kranen, stopkranen, regelkranen, drukverminderaars, purgeerkranen.

Nota : Deze opsomming is niet beperkend. De uitvoering omvat bijgevolg alle werken verder beschreven aangeduid op de plannen, schema’s en meetstaat en al hetgeen nodig is om de installatie goed te laten funktioneren. Proeven Onverminderd later beschreven proeven moeten de volgende worden uitgevoerd, na beëindiging van de installaties en vóór het begin van de schilderwerken : waterdichtheid kontrole van de lokale watermaatschappij op de conformiteit met het technisch reglement kontrole op de conformiteit met het programma en de regels van goede uitvoering kontrole op de goede werking inwijding van het onderhoudspersoneel van de schoolinstelling kontrole van de installatie die water onder druk transporteren vóór de aansluiting met een druk gelijk aan 1,5 maal de nominale druk. Vanaf het ogenblik dat deze druk bereikt is en gestabiliseerd wordt ze gedurende 2 uur aangehouden. Geen enkel lek mag zich voordoen. voor de kontrole van het afvoernet maakt men gebruik van het geakkumuleerd water in lavabo’s en andere toestellen tijdens het purgeren van de installaties, om de goede werking van de overlopen te testen. Daarna gaat men over tot het simultaan laten wegvloeien van een zo groot mogelijke hoeveelheid water. Indien er zich opstoppingen of hevelingen voordoen, zal de aannemer onmiddellijk deze gebreken verhelpen. de circulatie van het warmwaternet zal nagekeken worden. Planning der werken De aannemer zal aan de hand van de aanbestedingsdocumenten, de volledige studie van de uit te voeren werken maken met alle nodige uitvoering doorboringen en van al de verschillende gedeelten van de sanitaire installaties. Elk plan zal voor goedkeuring in twee exemplaren voorgelegd worden aan de bouwcoördinator. Na goedkeuring zal de aannemer drie exemplaren van elk plan overmaken aan de bouwheer. Na voltooiing der sanitaire werken en na de voorlopige aanvaarding, maar vóór de definitieve aanvaarding zal de aannemer een kompleet stel schema’s en plannen “as built” overmaken in een exemplaar plus een tegenkalk, aan de directie van de werken. De aannemer wordt erop gewezen dat hij dient in te staan voor het plaatsen van een toevoerleiding koud water vanaf de bestaande oude aansluiting naar de nieuwe. Elektrische aansluitigen Alle elektrische aansluitingen ( elektronisch kraanwerk) zijn begrepen in de onderneming sanitair, vanaf de bestaande installatie. Alle elektrische aansluitingen zullen aangelegd worden volgens de voorschriften van het typelastenkohier nr. 400 deel B van het Ministerie van Openbare Werken en onderworpen aan de goedkeuring der direktie. De installatie dient geschakeld te worden voor een netspanning van 3 x 380 V.


13

Kap- en metselwerken Algemeen De zichtbare en afvoerleidingen naar de lavabo’s, urinoirs, douches en W.C.’s zullen in de muren ingekapt worden zover tot ze in schachten of valse zolderingen of vloeren verdwijnen. De metalen leidingen worden omwonden met zelfklevende kunststofhouders, zwart, de kunststofleidingen niet. Al de openingen welke niet door de algemene aannemer gelaten worden, worden door de installateur zelf gemaakt op de meest ordentelijke manier. De aannemer zal de nodige openingen maken voor de sanitaire schachten zoals aangeduid op de plannen, alsook alle andere doorboringen en openingen voor sanitaire leidingen en sanitaire apparaten en toestellen. In elk geval dienen alle boringen uitgevoerd in de vorm van kernboringen met diamant. Herinnering : alle doorboringen voor leidingen dienen zoals brandwerend afgedicht te worden (inbegrepen in de eenheidsprijs) 5.2

VERDELING WARM EN KOUD WATER SANITAIRE WARMWATERPRODUKTIE

5.2.1.

- Normen en bestekken

Alle installaties moeten beantwoorden aan de normen type-bestekken en geldende reglementeringen, behoudens tegenstrijdige bepalingen in het huidig bestek. In het bijzonder zijn volgende voorschriften van toepassing : de normen en voorschriften uitgegeven door het Belgisch Instituut voor normalisering het type-bestek nr. 104 van 1963 met inbegrip van addenda het type-bestek nr. 105 van 1980 het typebestek nr. 400 en 400 CO.1. van 1954 en 1972 het algemeen reglement van C.E.B.E.C. voor de elektrische installaties het algemeen reglement voor Arbeidsbescherming (A.R.A.B.) de reglementen van de Water- en Gasmaatschappij het sanitair reglement betreffende de bescherming van drinkwater en de waterafvoeren der gebouwen (W.T.C.B. technische nota 1.14.) de uitgaven van S.T.S. en in het bijzonder de artikels 35 - 61 - 62 en 63 het algemeen bestek voor bouwwerken uitgegeven door F.A.B. en in het bijzonder de afleveringen de normen en buitenlandse voorschriften indien zij voorgeschreven zijn in het huidig bestek door gewone referentie van hun aanduiding het koninklijk besluit van 10 maart 1981 betreffende de aarding van de sanitaire toestellen. Opmerking Alle documenten samen met de administratieve bepalingen vullen mekaar aan en de aannemer wordt verzocht ze in detail te bestuderen. Elke tegenspraak tussen twee of meerdere hierboven beschreven documenten, zal beslecht worden door de ontwerper. Door het feit alleen van zijn inschrijving, aanvaardt hij de mogelijkheid van uitvoering van de aanneming volgens de voorgeschreven documenten. Later zal hij geen enkel element kunnen inroepen om, om het even welke klacht in te dienen noch om zijn verantwoordelijkheid af te zwakken. 5.2.2.

- Leidingen - voorafgaande opmerking

De loop der leidingen, evenals de opstelling van de kranen die goed bereikbaar moeten zijn, zijn vóór het begin der werken voor te leggen aan de architect. Elk verloop boven de elektrische inrichtingen is absoluut te vermijden.


14

Kruisen van buizen en elektrische geleiders is alleen toegelaten. Geen enkele buis mag een elektrische cabine of telefoonlokaal doorkruisen. Geen enkele koppeling voor de aarding van een elektrisch toestel, bliksemafleider of dergelijke, mag op een buis van de installatie gebeuren. De algemene bepalingen voor de buisleidingen beantwoorden aan de laatst verschenen Belgische Normen, evenals de hierna aangegeven beschrijving. De afstand tussen twee evenwijdig lopende buizen is, voor zover mogelijk, tenminste gelijk aan de som van de buitendoormeters der buizen (de omvang van een buis is dus tenminste gelijk aan het dubbele van zijn buitendoormeter) en de afstand buis-wand bedraagt tenminste 50 mm. De afstand tussen buizen houdt rekening met de flenzen, de warmte en de anticondensatie-isolatie, met een minimum afstand van 20 mm tussen de afgewerkte bekleding. De dragers van de buizen worden samengebracht en in lijn geplaatst wanneer meerdere buizen evenwijdig lopen. Het bredere basisgedeelte van de dragers mag niet in de wandbekleding ingewerkt worden. De buisleidingen moeten geplaatst en weggenomen kunnen worden zonder hun dragers te beschadigen. Ze moeten de leiding op zijn plaats houden, vertikale buizen mogen in de vaste dragers niet glijden. Het is verboden leidingen dicht boven elkaar te plaatsen, of zo te voorzien dat hun onderhoud of herstel moeilijk of onmogelijk is. Pleister mag niet gebruikt worden voor definitieve bevestigingen in beton of in vochtige plaatsen. Geen enkele horizontale buis mag in de afwerking geplaatst worden, tenzij een speciale toelating is verkregen vanwege de architect. Al de buizen worden toegankelijk in het onderliggend plafond opgehangen. De buizen worden met een regelmatige helling of op peil geplaatst. Op de wanden en betonnen peilers, waar sanitaire leidingen moeten komen, moet de aannemer, zo vroeg mogelijk, aanwijzing aanbrengen met witte onuitwisbare verf, 10 cm hoog op 1,5 m van de grond met aanduiding van het nummer van de leiding zoals deze op het plan aangegeven is. In ieder geval moeten deze aanwijzingen tenminste twee weken vóór het plaatsen van de buizen aangebracht worden. Het plaatsen van de leidingen gebeurt zodanig dat de sanitaire en afvoerleidingen een voorrang hebben op de andere leidingen voor wat hun toegankelijkheid betreft, ze moeten zoveel mogelijk loodrecht geplaatst worden. Alle wachtstukken moeten afgedicht worden. Onderaan zijn deze voedingskolommen voorzien van een afsluiten aflaatkraan. De hoge punten van het verdeelnet zijn voorzien van ontluchtingskranen. De doorvoeringen doorheen muren dienen brandvrij afgedicht. Opmerking Als leidingen van koud water en/of warm water ingewerkt dienen te worden, dient de inwerking voldoende diep te zijn, zodat scheuren in de muren en het loskomen en scheuren van de tegels vermeden wordt. Deze leidingen zijn doeltreffend te isoleren. 5.2.3

- Voedingsleidingen warm en koud water

|FH| sog

Leidingen : warm en koud in buis in buis systeem VPEa. De toevoerleiding wordt voorzien van VPEa buis of PE-Xa buis, doorlopend voorzien vanaf kollektor ( aangesloten op bestaande installatie) tot bij het toestel. De buis dient belastbaar te zijn tot 10 Bar tot 95°C. De huls is voorzien van geript HDPE in rood (warm water) en blauw (koud water) kleur. De flexibel wordt op de vloerplaat ontrold en bevestigd met gegalvaniseerde haken. De eindpunten worden uitgewerkt met voorgefabriceerde gegalvaniseerde inbouwdozen en bevestigingsflenzen. De plaats van deze inbouwdozen dient in overleg met de aannemer ruwbouw op de werf aangeduid te worden in bijzijn van de architect. De sekties zijn aangepast aan de toestellen en voldoende gedimensioneerd teneinde een afdoend debiet te krijgen zonder drukval in overige lokalen.


5.2.5.

- Afsluitkranen

Voor koud water, warm water. Meting : inbegrepen per toestel. 5.2.6.

- Bescherming leidingen in vloerbekleding en wanden

Deze zullen doeltreffend beschermd worden tegen vochtigheid, aantasting door de samenstelling van de vloerbekleding, en met een asfaltband of gelijkwaardig ter goedkeuring voor te leggen procédé. Meting : inbegrepen in de leidingen. 5.2.7.

- Bijkomende werken

De volgende bijkomende werken zijn ten laste van de aannemer : De doorboringen en inkappingen in de muren, nodig voor de uitvoering van deze installaties. De vasthechtingen. De gaten in de gewapende betonkonstruktie die niet tijdig zijn voorgelegd aan het betonstudiebureau, zullen geboord worden op kosten van de aannemer sanitair, dit na goedkeuring der gaten door het studiebureau. Het herstellen van beschadigde afwerkingen aangebracht door de werken van de huidige aanneming. Het opstoppen zal zodanig gebeuren dat men een identieke afwerking en éénvormig aspekt bekomt. Alle bijkomende werken voor de uitvoering van de installatie, behoudens tegenstrijdige aanduidingen in het bestek. Alle kontrole en/of bezoeken van de installaties door een erkend organisme, nodig voor deze aanneming. De bijzondere aandacht wordt gevestigd op de klemmen en/of kontakten, nodig voor de aarding van de sanitaire installaties (K.B. van 10 maart 1981 - Staatsblad 29/4/81) Meting : inbegrepen in leidingen. 5.2.8

- Te leveren documenten

.

- De aannemer bezorgt vóór elke uitvoering

een gedetailleerde lijst van de technische toestellen, alsook hun kenmerken en afmetingen; Alle afbeeldingen, tekeningen, foto’s en documentatie betreffende de sanitaire toestellen en hun toebehoren, die de inschrijver denkt te plaatsen. Inbegrepen in aanbesteding .

- Plannen ter goedkeuring voor te leggen vóór de uitvoering

2 exemplaren van de plannen op schaal 1/50 van de installatie, op deze plannen is de loop, de diameter en het peil van de leidingen aangegeven; detailplannen op schaal 1/20 die de inplanting tonen van warmwaterbereiding; de plannen met de gaten nodig voor deze installatie. Inbegrepen in aanbesteding .

- Documenten leveren vóór de voorlopige oplevering

twee exemplaren van de volledige plannen, gewijzigd en definitief, van de installatie;

15


16

een gedetailleerde handleiding voor onderhoud en bediening van de volledige installatie. Inbegrepen in aanbesteding 5.2.9

- Electriciteit |FH| sog

8.1 Verlichting : a. Verlichtingsarmaturen met spaarlampen, lampen zijn voorzien van een siliconen omhulsel voor extra bescherming. Er wordt een keuzemogelijkheid uit minstens 5 armaturen geboden. Inbegrepen schakelaars en plaatsing. b. Wanneer de bekabeling niet meer voldoet wordt er bij de offerte reeds een prijs voorzien voor eventuele vernieuwing, incl de schakelaar. Bij niet uitvoering van deze werken kan hier geen aanspraak opgemaakt worden. 8.2 stopkontacten De bestaande stopkontacten worden vernieuwd. Ze voldoen om in sanitaire ruimten geplaatst te worden. b. Wanneer de bekabeling niet meer voldoet wordt er bij de offerte reeds een prijs voorzien voor eventuele vernieuwing. Bij niet uitvoering van deze werken kan hier geen aanspraak opgemaakt worden. In elke ruimte wordt 1 stopkontact voorzien 8.3 Stopkontakt : In de nabijheid van elke warmwaterbereiding en handendroger wordt een éénfazig stopkontakt door de aannemer elektriciteit aangebracht (driefazig voor de boilers van 250 l). De verbinding+ kablering is inbegrepen in deze aanneming. De voedingsspanning is 3 x 220 V. 5.2.10 - Verluchtingen |FH| sog In het sanitair wordt een mechanische verluchting voorzien: Kanaalventilator voor extractie of pulsie voldoende voor deze ruimten. Stalen luchttoevoerventielen: Ventielen voor plafondmontage Materiaal : staal Kleur wit Bevestiging in montage kader Samenstelling: rooster uit gestanst staal met verstelbare kern en montagekader uit gegalvaniseerd staal. Het debiet voldoet voor de ruimten. De berekening en de technische fiches worden voorgelegd, incl aanduiding op plan.

5.2.11 - radiators |FH| sog Bestaande radiators blijven behouden worden verplaatst door de school zelf. In onderlinge afspraak met de directie. 5.2.12 - Elektrische boilers |FH| st


17

Het betreft elektrische keukenboilers bestemd voor inbouw onder de gootsteen. De toestellen zijn standaard voorzien van : - een binnenkuip uit roodkoper of geëmailleerd staal extra beschermd door een magnesiumanode, - een homogene isolatie van 100% CFK-vrij polyurethaanschuim of gelijkwaardig, - een esthetische mantel in hoogwaardig kunststof of gemoffeld plaatstaal, - een vervangbaar verwarmingselement, - een knop voor temperatuurinstelling van 20° tot 80° C, vast in te stellen op circa 60°C, - een thermostaat voor de handhaving van de ingestelde temperatuur, - een visueel controlelampje dat de opwarmingsfase aangeeft (led,…), - een soepel aansluitsnoer voorzien van stekker met aarding, - een droogkookbeveiliging, - een veiligheidsgroep, klep en membraan zijn van het water afgeschermd zodat ze beschermd zijn tegen aankalken en roesten, het expansiewater vloeit weg in een daartoe voorziene sifon met een goed afgesloten aansluiting, om uitdroging van het waterslot te voorkomen, of er wordt gebruik gemaakt van een aangepaste mengkraan. Geenszins mag het expansiewater via de hals van de kraan geloosd worden. - (elementen voor wand- of vloerbevestiging). Inhoud : 10 liter Opwarmtijd : maximum 20 minuten tot 65°C Vermogen : minstens 2 kW Aansluitspanning : 230 V Waarborg : 1 jaar op geheel en 5 jaar op kuip. Toepassing : Te plaatsen in overleg met de bouwdirectie ( in de berging, onder de uitgiet of gootsteen) met inbegrip van alle aansluitstukken.

5.3.

Uitrusting en toestellen :

|FH| st

Bij elk toestel zijn inbegrepen: alle hulpstukken op de toe-en afvoerleidingen en alle leveringen om tot een afgewerkt geheel te komen Elk toestel beschikt over een aparte afsluitkraan. 5.3.1

WC’s |FH| st

a. normale wc’s Ophang WC in wit sanitair porselein . Witte zit, door en door gekleurde duroplast met roestvrij stalen scharnieren. Spoelsysteem met sanitair inbouwelement voor ophang WC, in hoogte regelbaar. Voorgemonteerde eenheid met zelfdragend montagekader, inbouwspoelbak Afzonderlijke traploze in de hoogte regelbare voetsteunen voor bodemopbouw van 0-20cm. Bevestigingen voor de ophanging van de closetpot. Stopkraan. Aansluiting watertoevoer ½” Afvoerbocht diameter 90 , toe –en afvoermanchet. Bevestigingsset voor voorwandmontage. Inbegrepen alle hulpstukken voor de aansluiting op de toeen afvoerleiding en alle leveringen om tot en afgewerkt geheel te komen. Alle toestellen voldoen aan de voorschriften van STS 61.2 - closetpotten en reservoirs met toebehoren. De closetpotten zijn vervaardigd uit verglaasd porselein volgens STS 61.02.90 en NBN EN 997 – de materie heeft een maximale wateropname van 0.5%.


18

WC-potten met ingebouwde stankafsluiter (1999). De closetpotten zijn overeenkomstig hun opstelling van het type diepspoel- / hevelmodel en voorzien van een reukslot van minimum 5 cm. Þ harde kunststof volgens STS 61.22.32.21, d.w.z. breukvast, bestand tegen stoten van harde lichamen tot 5 Nm, tegen chloor, verkleuring, vorst en veroudering. Voorzien van een anticondensisolatie en een cigaret-proof deksel De closetzittingen behoren tot de standaard toebehoren en zijn van het type met opklapbaar deksel. In open stand blijven de zitting en/of het deksel veilig rechtop staan. De zittingen zijn ergonomisch van vorm en dienen harmonieus aan te sluiten op de closetpot. Zitting en deksel zijn vervaardigd uit in de massa gekleurde thermohardende kunststof of hout bespoten met kunststof. Zij moeten naar keuze van de architect leverbaar zijn in wit. Zij zijn voorzien van bumpers uit rubber of soepele kunststof. De scharniergewrichten zijn uit roestvast staal. Zij worden bevestigd met twee, aan de afstand tussen de boutgaten regelbare, vleugelmoeren in RVS . De zitting en het deksel moeten breukvast zijn en stevig genoeg zijn om een volwassen persoon (ca. 100 kg) toe te laten erop recht te staan zonder dat dit blijvende vervormingen of barsten veroorzaakt. b. WC voor minder valliden |FH| st materiaal idem als WC’s uit vorige beschrijving Voorzien van handgreep en staaf. Staal voor te leggen ter goedkeuring. Wordt geplaatst volgens de voorsschriften om te voldoen aan de eisen van mindervaliden. Het toilet wordt op de correcte hoogte gehangen. Alle noodzakelijke toebehoren wordt voorzien en is inbegrepen in de prijs. Technische inrichting : minimale afmetingen 220 x 165 cm minimale afmetingen deuropening 90 cm de voorsprong van het toilet dient tenminste 70 cm te zijn bovenkant closetpot incl. zitting 52 cm af afgewerkte vloer wastafel dient een minimale voorsprong van 50 cm te hebben wastafel voorzien van eengreeps wastafelmengkraan of elektronische mengkraan wastafel voorzien van wandinbouwsifon voor wastafel bovenkant opklapbare armsteun 75 cm afstand armsteun tot closet 30 cm (h.o.h. afstand = 60 cm) kledinghaak max. 140 cm boven vloer spiegel onderzijde 100 cm boven vloer Let op: deuren altijd naar buiten draaiend! c. kleutertoiletten |FH| st Toiletten met ophangsysteem, met 2-delige dijstukken van polyurethaan, oppervlakte rood.

5.3.2 Bedieningsplaten |FH| st - Frontale bedieningsplaat in roestvrij staal met ronde spoel/stop-toets - afmetingen (bxhxd): 24,6 x 16,4 x 1,5 cm - rechthoekige vorm - ronde toets in het midden van de plaat geïntegreerd; de spoeling wordt geactiveerd door onderaan op de toets te drukken met één toets voor inbouwspoelreservoirs - mogelijkheid om de spoeling te onderbreken door bovenaan op de toets te drukken - de bedieningsplaat wordt zijdelings bevestigd d.m.v. 2 schroeven om vandalisme te ontmoedigen - Vandalismebestendig


5.3.3

19

Lavabo’s |FH| st

a. vrijstaande lavabo’s wit geëmailleerde plaatstalen lavabo’s voorzien van verchroomde flessenhevel, met rooster en rozet, overloop , zonder stop. Tegen de wand te bevestigen Afm 520 x 575mm Kraan zijkant te plaatsen, type kraan zie beschrijving hieronder Aan aantal voorstellen voor te leggen Kraanwerk 1. Omschrijving Zelfsluitende hydraulisch gestuurde wastafelmengkraan met drukbediening 2. Werking het hydraulische afsluitmechanisme bezit een eigen oliekringloop en werkt dus onafhankelijk van de waterkwaliteit en waterdruk. de mengkraan is uitgerust met een verdoken begrenzer waarmee de mengverhouding kan worden ingesteld 3. Technische gegevens spoeltijd : instelbaar tussen 3 en 30 s. spoeltijd fabrieksinstelling : 8 s. waterdebiet : + 6 l/min. bij 3 bar bedrijfsdruk : tussen 1 en 10 bar drukverschil kw/ww : max. 1,5 bar 4. Plaatsing Volgens de richtlijnen van de fabrikant b. opmerkingen: Lavabo voor mindervalidentoilet: de ruimte onder de wastafel is vrij voorstel voor te leggen, incl aangepaste kraan c. Kleuterlavabo’s Kleuterlavabo’s met kraangat voor bijhorende kraan excl sifonkap worden op lage hoogte geplaatst kraan Een aantal voorstellen voor te leggen 5.3.4 Sterfput |FH| st Roestvrijstalen sterfputrooster in elk sanitair lokaal, in te werken in de vloer. 5.3.5 dubbele dienstkraan |FH| st dubbele dienstkraan te plaatsen in elk sanitair lokaal, voorzien van een muurkom in roestvrijstaal en demonteerbare kraan. 5.3.6 Uitgietbak |FH| st Wit sanitair porselein met rooster , en plastic stootrand.45 x 40 cm Verchroomde mengkraan ( warm en koud water), wandmodel Draaibare U-vormige uitloop langs boven 260 mm lengte ( warm en koud water) Inbegrepen alle hulpstukken voor de aansluiting op de toeen afvoerleiding en alle leveringen om tot en afgewerkt geheel te komen.


20

5.3.7 Douchebak/wastafel |FH| st Wit sanitair porselein +/- 60 x 120 cm met vlak deel om peuters op te zetten en af te spoelen. Verchroomde ééngreeps douchemengkraan ( warm en koud water), wandmodel met douchekop en bevestigingshaak tegen de wand. Inbegrepen alle hulpstukken voor de aansluiting op de toeen afvoerleiding en alle leveringen om tot en afgewerkt geheel te komen. Een aantal voorstellen voor te leggen

06. VLOEREN Algemeen Bestaande vloer blijft behouden. Deze wordt voorbehandelt en herstelt waar nodig. Wanneer blijkt dat deze volledig dient te worden verwijderd dan wordt er in de offerte melding gemaakt en een prijs voorzien voor afbraak bestaande vloer het plaatsen van een chape die voldoet om de vloer correct te kunnen plaatsen.

6.1. Vloerbekleding : Acrylaat kunststofvloer (PMMA) Het leveren en plaatsen van een naadloze kunststofvloer, dikte 3 à 4 mm, bestaande uit twee componenten op basis van een transparant, oplossingsmiddelvrij methyl-metacrylaat (MMA), vermengd met gegradeerd kwartszand met antislip oppervlaktestructuur. Eigenschappen : DRUKSTERKTE

Ca. 80 N/mm²

BUIGSTERKTE

Ca. 26 N/mm²

TREKSTERKTE EN REK

6,5 N/mm², 0,5 % rek

E-MODULUS

Ca. 2800 N/mm²

WARMTEUITZETTINGSCOEFFICIENT

Gemiddeld 53 x 10

WARMTEBESTENDIGHEID

Begin verweking +65°C

POLYMERISATIE

20 min.

BRINELLHARDHEID

24,7 HB 5 / 162

SHORE D HARDHEID

85

PLAATSINGSTEMPERATUUR

Van –30°C tot +30°C

SLIJTWEERSTAND VOLGENS AMSLER

Unikleur: 0,38 mm. Antislip: 1,9 mm.

VOLLEDIGE BELASTING

2 uur

POTLIFE

20 min.

DIKTE

3 – 4 mm.


21

OPPERVLAKTESTRUKTUUR

Glad tot grof antislip

KLEUREN

Unikleur of colorkwarts

LINEAIRE DILATATIE

5 x 10-5 / °C

SLIJTWEERSTAND VOLGENS BOHME

1,13 mm; 5,7 cm³/50 cm²

Uitvoering : Ondergronden en het voorbereiden van deze ondergronden volgens technisch voorschriften van de fabrikant. De ondergrond moet bezemschoon, droog, olie- en vetvrij zijn. Sterk bevuilde ondergronden moeten eerst chemisch gereinigd worden. Mogelijke soorten ondergronden : a) Nieuwe beton en andere cementgebonden systemen •

Inslijpen en afschuinen of dubbel inslijpen langs goten en putjes cm een goede en waterdichte aansluiting en verankering van de vloer op basis van Methyl-metacrylaat te bekomen. (zie ook detailtekeningen fabrikant)

•

Inslijpen en afschuinen of dubbel inslijpen indien de vloer op basis van Methyl-metacrylaat aansluit op bestaande vloeren. (zie ook detailtekeningen fabrikant)

•

Vergroting van de specifieke oppervlakte d.m.v. mechanische of chemische bewerking (kogelstralen, mechanisch frezen of schuren, of chemisch etsen al naargelang de mogelijkheden)

•

Afschotten worden rechtstreeks in de ondergrond aangebracht met een tolerantie van 3 mm onder een stalen rij van 3m.

•

Er dienen voldoende zaagsnedes in de ondergrond aangebracht te worden (max. vak ± 80 m 2)

•

Er mag maximaal 5 % vochtgehalte aanwezig zijn in de ondergrond. Het vochtgehalte wordt eventueel bepaald met de Calciumcarbidetest.

•

De ondergrond moet voldoende weerstand hebben voor de te verwachten belastingen. (min. D30)

b) Bestaande beton en andere cementgebonden systemen •

Alle loszittende bestanddelen verwijderen tot op een harde, vaste ondergrond.

•

Inslijpen en afschuinen of dubbel inslijpen langs goten en putjes om een goede en waterdichte aansluiting en verankering van de vloer op basis van Methyl-metacrylaat te bekomen. (zie detailtekeningen fabrikant)

•

Inslijpen en afschuinen of dubbel inslijpen indien de vloer op basis van Methyl-metacrylaat aansluit op bestaande vloeren. (zie detailtekeningen fabrikant)

•

Vergroting van de specifieke oppervlakte d.m.v. mechanische of chemische bewerking (kogelstralen, mechanisch frezen of schuren, of chemisch etsen al naargelang de mogelijkheden) Er mag maximaal 5% vochtgehalte aanwezig zijn in de ondergrond. Het vochtgehalte wordt eventueel bepaald met de Calciumcarbidetest.


22

c) Bestaande tegelvloeren •

Alle loszittende tegels weghakken tot op een harde, vaste ondergrond.

•

Inslijpen en/of weghakken langs goten en putjes om een goede en waterdichte aansluiting en verankering van de vloer op basis van Methyl-metacrylaat te bekomen.

•

Inslijpen en/of weghakken indien de vloer op basis van Methyl-metacrylaat aansluit op bestaande vloeren.

•

Vergroting van de specifieke oppervlakte d.m.v. mechanische of chemische bewerking (kogelstralen, mechanisch frezen of schuren, of chemisch etsen al naargelang de mogelijkheden).

d) Asfalt •

Indien het asfalt voldoende ruw is, volstaat een goede reiniging.

•

Indien het asfalt niet voldoende ruw is om een goede hechting te garanderen, moet men zo mogelijk kogelstralen.

•

Zachte asfalt en koud asfalt kunnen niet voorbereid worden.

•

Scheuren zijn te verwachten bij grote temperatuurschommelingen en /of bij thermoshocks.

e) Houten vloeren •

Planken vloeren moeten overspannen worden met 18 mm watervast verlijmd plaatmateriaal, doorschroefd op 25 x 25 cm raster. De platen worden volgens het tandgroef principe onderling verbonden.

•

Aanbrengen van een gewapend vlies.

•

Bij houtconstructies (balkenplaten) is de plaatdikte afhankelijk van de overspanning. De platen worden onderling verbonden boven de steunpunten volgens het tandgroef principe.

f) Stalen ondergrond •

Kogelstralen indien mogelijk.

•

Onmiddellijk na het kogelstralen aanbrengen van een speciale staalprimer (hechtlaag) oni roestvorming te voorkomen; de primer wordt afgezand.

• Aanbrengen van een hechtingslaag, op basis van MMA-hars, die wordt afgezand. • Indien nodig uitvullen en egaliseren van de ondergrond . • in het geval van een tegelvloer als ondergrond wordt een supplementaire tussenlaag aangebracht om een extra waterdichting te bekomen. • Het plaatsen van een Acrylaat (PMMA)Standaard gietvloer, 3 mm dik, op basis van MMA-hars, door het uitgieten en verspreiden van het vloermengsel. • Wanneer het uitharden start wordt colorkwartszand ingestrooid in het vloermengsel waardoor


23

een antislip-oppervlaktestructuur bekomen wordt. •Het plaatsen van een Acrylaat (PMMA)laklaag op basis van MMA-hars. De uitvoering voldoet aan de voorschriften “TV 216 – harsgebonden bedrijfsvloeren (WTCB 2000). De bedrijfsvloer wordt voorzien van de nodige krimpvoegen volgens TV 216 . Zowel de omgevingstemperatuur als de temperatuur van de ondergrond bedragen minimum 10°C en maximum 30°C . Bij lagere dan de vereiste temperatuur wordt deze eventueel bereikt door een aangepaste verwarming. Indien verwarming nodig is, moet de temperatuur homogeen en vrij constant zijn. Bij hogere dan de toegelaten maximumtemperatuur worden de werken uitgesteld of opgeschort, er wordt nooit gekoeld. De ondergrond wordt vrij gemaakt van alle stof, vuil, puin, afval, olie en vet; eventueel voorberied met een hechtprimer volgens de voorschriften van de fabrikant. De specie wordt gedoseerd, gemengd, uitgespreid, verwerkt, verdicht, effen getrokken en het oppervlak behandeld volgens de voorschriften van de fabrikant. De zones worden in één fase afgewerkt teneinde kleurverschillen en/of aanzetnaden te vermijden. Krimpvoegen in de ondervloer worden hernomen in de bedrijfsvloer. Indien de deuren aangepast moeten worden aan de hoogte is dit inbegrepen in de kostprijs Meting : per m2 vloeroppervlakte incl voorbereiding en afgeronde plint tegen alle wanden tot hoogte 7 cm. Toepassing: volledige sanitaire ruimte

07. PLAFOND algemeen Omschrijving Het betreft de levering en plaatsing van alle materialen, voor het realiseren van de verlaagde plafonds plaatafwerkingsmaterialen, inbegrepen het raamwerk, bekledingsplaten, bevestigingsmiddelen en schilderklare afwerking. Meting Overeenkomstig de specifieke aanduidingen in het bijzonder bestek en/of de samenvattende opmeting wordt de meting als volgt opgevat : meeteenheid : per m2 meetcode : netto oppervlakte. Openingen groter dan 0,5 m2 worden afgetrokken. Let wel : Indien de uitbekleding van daklichtopeningen (in gipskartonplaat volgens artikel 51.41) wordt inbegrepen, worden de openingen ter compensatie vol gerekend. aard van de overeenkomst : Forfaitaire Hoeveelheid (FH) Materialen De plafondopbouw en afwerking moet in overeenstemming zijn met de desgevallend gestelde eisen inzake akoestiek en brandweerstand.


24

NBN EN 13964 - Verlaagde plafonds - Eisen en beproevingsmethoden (2004) Uitvoering De montage van verlaagde plafonds gebeurt volgens de voorschriften van de fabrikant of de aanwijzingen van de architect. De aannemer legt de plafondplans voor, rekening houdende met de uitvoering van de speciale technieken volgens de hem verstrekte gegevens. Het zichtvlak van het plafond bevindt zich op de hoogtes zoals aangegeven op de plannen. De plafonds worden doorgaans vlak geplaatst, welke ook de oneffenheden mogen zijn van de bovenliggende constructie. De benodigde draagstructuur en/of het uitlijnlatwerk zullen daartoe zo worden geplaatst dat tezamen met de geplaatste (gipskarton)platen geen storende zichtlijnen voorkomen. De platen worden geplaatst in de grootst mogelijke fabricatielengte. De richting van de platen verloopt haaks op één van de muren. De zijkanten van het plafond worden behoudens aanvullende bepalingen in het bijzonder bestek afgewerkt zonder kantlijsten. Structuur: wordt nagekeken of de structuur nog voldoend stevig is. Eventueel hersteld waar nodig. Er wordt een eenheidsprijs opgegeven voor een eventuele vernieuwing. Panelen worden vervangen door nieuw, inpassend in het systeem. structuur |FH| m² Zichtbare draagconstructie waarbij panelen op de flens geplaatst worden. Moduulmaat 600 x 600 mm Hoofdliggers: - afstand (h.o.h) 1200 mm Verdeelliggers: afstand h.o.h. 600 mm haaks op de hoofdprofielen Extra tussenprofielen h.o.h. 600 mm tussen de 1200 mm tussenprofielen Randprofielen: van metaal L-liggers Het gebruik van paspanelen is slechts toegestaan als de aard van het werk dit noodzakelijk maakt Paspanelen kleiner dan een helve paneel zijn niet toegestaan. panelen |FH| m² Mineraal vezel plafondpaneel Rechte kanten Oppervlakte structuur Zichtzijde: stootbestendig mineraalvlies afgewerkt met akoestisch open spuitstructuur Rugzijde: naturel mineraalvlies Kleur: wit Dikte 25 mm Moduulmaat 600 x 600 mm Brandreactie ( EN 13501-1) klasse A1 Brandwerendheid (NEN 6069) : RF 1u Geluidsabsorptie (EN ISO 11654): 0.90 Staal voor te leggen

RENOVATIE SANITAIR BS DE STADSMUS - invaliden

Recommend Documents