Reglement van Orde van de Raad van de School of Arts

Bijlage 6 bij het Organiek Reglement van de Erasmushogeschool Brussel

Reglement van Orde van de Raad van de School of Arts 1 / 27


Inhoud INLEIDENDE BEPALINGEN .................................................................................................... 3 HOOFDSTUK I - VERGADERING ........................................................................................... 3 Afdeling 1 - Planning ............................................................................................................. 3 Afdeling 2 - Agenda - uitnodiging - voorbereiding ................................................................. 4 Afdeling 3 - Verloop - besluitvorming - planning ................................................................... 5 Afdeling 4 - Beslissing: uitvoerbaarheid - ondertekening - kennisgeving .............................. 6 Afdeling 5 - Notulen en archief .............................................................................................. 7 Afdeling 6 - Rechten en plichten van de leden ..................................................................... 8 HOOFDSTUK II - LEIDING - SECRETARIAAT ....................................................................... 8 Afdeling 1 - Voorzitterschap - vervanging ............................................................................. 8 Afdeling 2 - Secretariaat ....................................................................................................... 9 HOOFDSTUK III - Begin, opvolging en einde mandaat ........................................................... 9 HOOFDSTUK IV - BEVOEGDHEID ......................................................................................... 9 HOOFDSTUK V - INSPRAAK - INFORMATIEDOORSTROMING - JAARVERSLAG ........... 11 HOOFDSTUK VI - VERKIEZING VAN DE LEDEN VAN DE RADEN SCHOOL OF ARTS ... 11 Afdeling 1 - Algemene bepalingen ...................................................................................... 11 Afdeling 2 - Het kiesbureau ................................................................................................. 12 Afdeling 3 - De kiesgerechtigden ........................................................................................ 12 Afdeling 4 - De kiezerslijsten ............................................................................................... 13 Afdeling 5 - De kandidaatstelling ........................................................................................ 13 Afdeling 6 - Oproep tot kandidaatstelling ............................................................................ 14 Afdeling 7 - De kandidatenlijsten ........................................................................................ 14 Afdeling 8 - Oproep tot de kiesgerechtigden ....................................................................... 15 Afdeling 9 - De stemverrichtingen ....................................................................................... 15 Afdeling 10 - De stemopnemingen ...................................................................................... 16 Afdeling 11 - Bezwaarschriften ........................................................................................... 16 HOOFDSTUK VII - AANSTELLING VAN DE DIRECTEUR ................................................... 17 Afdeling 1 - Oproep tot kandidaatstelling ............................................................................ 17 Afdeling 2 - De kandidatenlijsten ........................................................................................ 17 Afdeling 3 – Selectieprocedure ........................................................................................... 18 Afdeling 4 – De raadpleging ................................................................................................ 18 Afdeling 5 – Aanstelling van de directeur ............................................................................ 18 Afdeling 6 – Aanduiding van een plaatsvervangend directeur ............................................ 19 Afdeling 7 – Einde van het mandaat van een directeur ...................................................... 19 HOOFDSTUK VIII – COÖPTATIE VAN DE EXTERNE LEDEN ............................................ 20 HOOFDSTUK IX – SLOTBEPALINGEN ................................................................................ 20 BIJLAGEN .............................................................................................................................. 21 Volmachtformulier ............................................................................................................... 22 Uitnodiging - Agenda .......................................................................................................... 23 Voorbereidend stuk ............................................................................................................. 24 Beslissing ............................................................................................................................ 25 Notulen ................................................................................................................................ 26

2 / 27


INLEIDENDE BEPALINGEN Artikel 1. Dit reglement is het Reglement van orde van de Raden School of Arts, zoals voorzien in artikel 97 van het organiek reglement van de Erasmushogeschool Brussel in uitvoering van het Bijzonder Decreet tot regeling van de bestuurlijke organisatie en werking van sommige publiekrechtelijke hogescholen d.d. 13 juli 2012. HOOFDSTUK I - VERGADERING

Afdeling 1 - Planning Artikel 2. De Raad van de School of Arts vergadert op uitnodiging van zijn voorzitter, telkens als de voorzitter het nuttig acht, maar minstens drie maal per jaar. Artikel 3. De voorzitter roept de Raad van de School of Arts eveneens bijeen op verzoek van: 1. ten minste een derde van de leden van de Raad van de School of Arts; Of 2. ten minste de helft van het personeel van het departement; Of 3. de Raad van Toezicht; Of 4. het College van Bestuur; Of 5. de voorzitter van de Raad van Toezicht Of 6. de algemeen directeur; Of 7. de regeringscommissaris. Elk verzoek wordt schriftelijk gericht aan de voorzitter. Het bevat een opgave en een duidelijke uiteenzetting van de te behandelen agendapunten. Die moeten verband houden met de materies waarvoor de Raad van de School of Arts bevoegd is. Wanneer het verzoek aan deze voorwaarden voldoet, moet de voorzitter de Raad van de School of Arts bijeenroepen binnen de veertien dagen nadat hij het verzoek ontvangen heeft. Artikel 4. Wanneer de voorzitter oordeelt dat een dringende noodzakelijkheid zich voordoet, roept hij de Raad van de School of Arts binnen de drie werkdagen bijeen in een "buitengewone” vergadering. De voorzitter oordeelt autonoom over de dringende noodzakelijkheid. In het bijzonder kan de dringende noodzakelijkheid worden ingeroepen wanneer de principiële, juridische, financiële en materiële belangen van het departement op zo een wijze in het gedrang komen of de normale werking van het departement op een zodanige wijze in gevaar gebracht wordt of wanneer beslissingen van de Raad van de School of Arts zo dwingend zijn, dat een dringende bijeenroeping van de Raad van de School of Arts noodzakelijk is.

3 / 27


De buitengewone vergadering beslist over het al dan niet in behandeling nemen van elk agendapunt. De Raad van Toezicht, de voorzitter van de Raad van Toezicht, het College van Bestuur en de algemeen directeur kunnen de dringende noodzakelijkheid ook inroepen wanneer de principiële, juridische, financiële en materiële belangen van de Erasmushogeschool Brussel op zo een wijze in gedrang komen, of de normale werking van de Erasmushogeschool Brussel op een zodanige wijze in gevaar gebracht wordt, of wanneer beslissingen van de Raad van de School of Arts zo dwingend zijn, dat een dringende bijeenroeping van de Raad van de School of Arts noodzakelijk is. Afdeling 2 - Agenda - uitnodiging - voorbereiding Artikel 5. plaatsen.

De voorzitter stelt de agenda op. Ieder lid kan een punt op de agenda laten

Op aanvraag van een lid of van de in artikel 3 vermelde personen of organen, plaatst de voorzitter elk onderwerp dat binnen de bevoegdheid van de Raad van de School of Arts valt, op de agenda van de eerstvolgende vergadering. Deze aanvraag moet bij de voorzitter worden ingediend veertien dagen voor de vergadering. Het onderwerp moet omstandig worden omschreven en gemotiveerd. Elk agendapunt en voorbereidend stuk draagt een identificatienummer. Het model en de werkwijze wordt bepaald door het College van Bestuur. Artikel 6. De uitnodiging vermeldt de agendapunten. Ten minste zeven kalenderdagen voor de vergadering zendt de secretaris de uitnodiging en de voorbereidende stukken aan de leden, aan de voorzitter van de Raad van Toezicht, aan de algemeen directeur en aan de regeringscommissaris. De voorzitter van de Raad van Toezicht, de algemeen directeur en de regeringscommissaris kunnen de vergadering op eigen initiatief bijwonen. Voor buitengewone vergaderingen volstaat de oproep per brief, per fax, per telegram of per e-mail, met vermelding van de te bespreken punten, op zodanige wijze dat de oproep de leden de dag voor de vergadering kan bereiken. De agenda wordt voor kennisneming ad valvas medegedeeld aan het personeel van het departement. Artikel 7.

De voorzitter bereidt de vergadering voor.

Hij is verantwoordelijk voor het samenbrengen van de nodige voorbereidende stukken, met inbegrip van de ontwerpen van gemotiveerde beslissingsvoorstellen. Hij staat er eveneens voor in dat de wettelijk of reglementair vereiste adviezen die de Raad van de School of Arts moet geven of moet inwinnen, tijdig bij de voorbereidende stukken worden gevoegd. De voorzitter draagt er zorg voor dat elk voorbereidend stuk duidelijk vermeldt op welke wijze de beslissing kadert binnen de goedgekeurde personeelsformatie en begroting. Het

4 / 27


voorbereidend stuk geeft daartoe de imputatie op een begrotingspost weer alsook het restbedrag dat ingevolge de uitgave op die begrotingspost beschikbaar blijft. Artikel 8. Alle leden, de voorzitter van de Raad van Toezicht, de algemeen directeur en de regeringscommissaris hebben steeds inzage in alle bijlagen en stukken die betrekking hebben op de agendapunten en op de beslissingen van de Raad van de School of Arts. Deze stukken en de volledige dossiers liggen ten minste drie werkdagen voor de vergadering ter inzage op het secretariaat van de Raad van de School of Arts. De secretaris mag de originele stukken onder geen enkele voorwaarde uitlenen of afgeven. Van de eensluidend verklaarde afschriften die hij aflevert, houdt de secretaris nominatief een register bij. Afdeling 3 - Verloop - besluitvorming - planning Artikel 9. § 1. De vergaderingen verlopen volgens de agenda. De vergaderingen zijn niet openbaar. § 2. Aan de agenda kan bij het begin van de vergadering een punt slechts worden toegevoegd indien twee derden van de aanwezige leden daartoe beslissen. § 3. Het agendapunt ‘Rondvraag’ geeft geen aanleiding tot een beslissing. Artikel 10. § 1. De Raad van de School of Arts kan slechts rechtsgeldig beraadslagen en beslissen indien meer dan de helft van de bestuurders aanwezig of via volmacht vertegenwoordigd is. Elke bestuurder kan drager zijn van ten hoogste één volmacht, geldig voor één vergadering. § 2. Indien na een eerste samenroeping van een vergadering van de Raad van de School of Arts het in het eerste lid bedoelde quorum niet wordt bereikt, kan de Raad van de School of Arts ten vroegste één en ten hoogste tien dagen later geldig vergaderen na een tweede samenroeping van een vergadering van die Raad van de School of Arts met dezelfde agenda, ongeacht het aantal aanwezige leden. Artikel 11. De beslissingen van de Raad van de School of Arts worden genomen bij volstrekte meerderheid d.w.z. meer dan de helft van de uitgebrachte stemmen, onthoudingen niet meegerekend. Bij staking van stemmen is het voorstel verworpen. Artikel 12. Ieder lid kan bij voorrang het woord vragen om te antwoorden op een persoonlijk feit. Wanneer een lid, de voorzitter van de Raad van Toezicht, de algemeen directeur of de regeringscommissaris een onregelmatigheid of een tegenstrijdigheid met wetten, decreten, besluiten of reglementen van de Erasmushogeschool Brussel opwerpt, heeft de bespreking daarvan steeds voorrang op de bespreking van het lopende agendapunt. Artikel 13. verwerpt,

Indien de Raad School of Arts het voorstel van het voorbereidend stuk wordt de motivering eveneens geacht verworpen te zijn.

Artikel 14. Indien geen van de aanwezige leden de stemming vraagt, wordt het voorstel geacht bij consensus te zijn aangenomen.

5 / 27


Artikel 15. Vraagt een lid de stemming, dan legt de voorzitter het voorstel ter stemming aan de Raad van de School of Arts voor. Artikel 16. aanvaard.

Het voorstel dat een volstrekte meerderheid van de stemmen haalt, wordt

Artikel 17. Indien tijdens de bespreking van een ontwerpvoorstel blijkt dat bijkomende informatie, verduidelijking of consultatie gewenst is vooraleer de Raad van de School of Arts een beslissing neemt, kan een lid, de voorzitter van de Raad van Toezicht, de algemeen directeur of de regeringscommissaris voorstellen het agendapunt te verdagen naar de eerstvolgende vergadering. De Raad van de School of Arts beslist tot verdaging met een volstrekte meerderheid. De beslissing wordt duidelijk gemotiveerd. Voor de volgende vergadering kan een al of niet gewijzigd ontwerpvoorstel ingediend worden. Artikel 18. In spoedeisende omstandigheden kan de voorzitter gemotiveerde beslissingen bij hoogdringendheid nemen. Deze beslissingen worden op de eerstvolgende vergadering aan de Raad van de School of Arts voorgelegd die ze – voor zover er nog geen uitvoering is aan gegeven – kan herroepen of wijzigen. Artikel 19.

Stemmen bij volmacht of per brief is niet toegestaan.

De stemming geschiedt bij handopsteking, behoudens bij geheime stemming. De stemming is geheim: 1. op verzoek van de voorzitter of van ten minste drie leden; 2. inzake personen. Artikel 20. Onthoudingen, ongeldige en blanco stemmen tellen niet mee voor het bepalen van de meerderheid. Artikel 21. Het is voor een lid verboden deel te nemen aan de bespreking en de stemming over aangelegenheden waarbij hij rechtstreeks belang heeft – hetzij persoonlijk of als vertegenwoordiger – of waarbij een echtgenoot, samenwonende, bloed of aanverwanten tot en met de 4°graad een belang hebben. Afdeling 4 - Beslissing: uitvoerbaarheid - ondertekening - kennisgeving Artikel 22. Het College van Bestuur neemt akte van de beslissingen inzake: • het vaststellen van onderwijs- en examenprogramma's; • de departementale concretisering van de onderwijsregeling en van de examenregeling van de Erasmushogeschool Brussel in overeenstemming met het onderwijs- en examenprogramma; • het jaarverslag dat de activiteiten van het departement weergeeft; • de vaststelling van onderzoeksprogramma's; • het aanwenden van de toegewezen personele en materiële middelen; • de interne organisatie van het departement; • de jaarlijkse budgetvoorstellen; • de voorstellen inzake de personeelsformatie; • het bepalen van de taakomschrijvingen van het personeel toegewezen aan het departement;

6 / 27


•

het te verlenen advies inzake de cumulatieregeling ter uitvoering van de procedure voorzien in artikel 147, § 1, van het decreet.

Artikel 23. De Raad van Toezicht, het College van Bestuur of de algemeen directeur bij delegatie, nemen een beslissing inzake: • de voorstellen van de Raad van de School of Arts betreffende de aanstelling van leden van het onderwijzend personeel; • de benoeming van onderwijzende personeelsleden; • het sluiten van samenwerkingsakkoorden; • het toekennen van ambtswijzigingen en bevorderingen voor het personeel, toegewezen aan het departement Artikel 24. Het verzoek tot agendering van punten die het College van Bestuur moet beslissen, moet duidelijk gemotiveerd worden. Artikel 25. De secretaris verwoordt en noteert de beslissingen van de Raad van de School of Arts tijdens de vergadering zelf. Elke beslissing is uitvoerbaar na ondertekening door de voorzitter en de secretaris, weliswaar onder voorbehoud van de mogelijkheid van beroep vanwege de regeringscommissaris binnen de gestelde termijnen. Na het verlopen van de beroepstermijn van de regeringscommissaris wordt de beslissing “definitief uitvoerbaar”. Artikel 26. De voorzitter en de secretaris ondertekenen de beslissingen van de Raad van de School of Arts. De beslissingen worden genummerd op de wijze zoals bepaald in de bijlage bij dit reglement. Artikel 27. De voorzitter is verantwoordelijk voor de uitvoering van de beslissingen van de Raad van de School of Arts. Artikel 28. De secretaris bezorgt zo spoedig mogelijk en uiterlijk binnen de vijf dagen volgend op de vergadering een kopie van de beslissingen en desgevallend van de aan de beslissingen aangepaste motivering aan de algemeen directeur en aan de regeringscommissaris De voorzitter en de secretaris zijn ertoe gemachtigd beslissingen of uittreksels ervan eensluidend te verklaren. Artikel 29. De secretaris zorgt ervoor dat de beslissingen kunnen geconsulteerd worden door het personeel. Afdeling 5 - Notulen en archief Artikel 30. Van iedere vergadering stelt de secretaris notulen op. De notulen van elke vergadering worden ter goedkeuring voorgelegd tijdens de eerstvolgende vergadering van de Raad van de School of Arts. Nadat de notulen definitief zijn geworden tekenen de voorzitter en de secretaris een exemplaar en laten het bewaren op het secretariaat. Artikel 31. De notulen vermelden: • de datum van de vergadering; • de namen en hoedanigheden van de aanwezigen;

7 / 27


• •

• •

de bondige ontwikkeling van de punten die op de agenda voorkomen; voor zover zij dit eisen: de verklaringen die de leden, de voorzitter van de Raad van Toezicht, de algemeen directeur en de regeringscommissaris ter vergadering afgelegd hebben voor zover zij dit eisen; de gemotiveerde beslissingen; de aan de beslissingen aangepaste motivering, voor zover die afwijkt van de motivering opgenomen in het voorbereidend stuk.

Artikel 32. De secretaris bewaart alle stukken van de Raad van de School of Arts, inzonderheid de agenda’s de voorbereidende stukken, desgevallend de aan de beslissing aangepaste motivering, de beslissingen, de adviezen en de notulen ten minste dertig jaar in het archief van de Raad van de School of Arts. De secretaris bewaart een afschrift van de beslissingen en de notulen op het secretariaat. Artikel 33. De leden, de voorzitter van de Raad van Toezicht, de algemeen directeur en de regeringscommissaris hebben steeds het recht de notulen zowel van het lopend als van de afgelopen academiejaren, te consulteren op het secretariaat van de Raad van de School of Arts. Afdeling 6 - Rechten en plichten van de leden Artikel 34. § 1. De aanwezigheid op de vergaderingen van de Raad van de School of Arts wordt als evident beschouwd voor ieder op regelmatige wijze uitgenodigd lid. Inzonderheid heeft deze aanwezigheid voorrang op alle andere verplichtingen voor de Erasmushogeschool Brussel, met uitzondering van de vergaderingen van de Raad van Toezicht en van het College van Bestuur. § 2. De personeelsleden en studenten die deel uitmaken van de Raad van de School of Arts genieten van de nodige faciliteiten om hun mandaat naar behoren te kunnen vervullen. Ze mogen op geen enkele wijze nadelen ondervinden of sancties krijgen door de instelling voor daden die ze stellen bij de uitoefening van hun mandaat. Artikel 35. Wanneer de Raad van de School of Arts een geval behandelt dat het persoonlijk belang van een aanwezig persoon raakt, verlaat die persoon de vergadering gedurende de behandeling van dat punt. Op aanvraag van minstens één lid beslist de Raad van de School of Arts bij meerderheid van stemmen of het persoonlijk belang van een aanwezig persoon geraakt wordt. HOOFDSTUK II - LEIDING - SECRETARIAAT

Afdeling 1 - Voorzitterschap - vervanging Artikel 36. De directeur is voorzitter van de Raad van de School of Arts en heeft van rechtswege stemrecht. Hij opent en sluit de vergadering, leidt de debatten en beschikt daartoe over het vereiste gezag. Artikel 37. voor.

Indien het directeur afwezig is, zit het oudste aanwezige lid de vergadering

8 / 27


Afdeling 2 - Secretariaat Artikel 38. Op voorstel van de voorzitter duidt de Raad van de School of Arts onder de personeelsleden van het departement de secretaris van de Raad van de School of Arts aan. Artikel 39. Indien de secretaris tijdelijk moet worden vervangen, draagt de voorzitter een waarnemend secretaris voor. Artikel 40. De functie van secretaris is onverenigbaar met die van lid van een bestuursorgaan of functionele entiteit. HOOFDSTUK III - Begin, opvolging en einde mandaat Artikel 41. Indien een lid voortijdig zijn mandaat beëindigt of niet langer de hoedanigheid bezit op basis waarvan hem zijn/haar mandaat is verleend of tegen wie een tuchtstraf werd uitgesproken – zoals bepaald in artikel 56 59 §2, voltooit de eerst gerangschikte opvolger (man voor man, vrouw voor vrouw) het mandaat van zijn/haar voorganger. Indien ook deze opvolger het mandaat niet kan voltooien, neemt de eerstvolgende opvolger het mandaat waar. Indien er geen opvolgers meer zijn, worden tussentijdse verkiezingen georganiseerd. Artikel 42. Leden kunnen bij kennelijk wangedrag, bij grote nalatigheid of handelingen in strijd met missie, visie of doelstellingen van de Erasmushogeschool Brussel door de Raad van Toezicht uitgesloten worden. De directeur legt hiertoe een gemotiveerd voorstel van beslissing voor aan de Raad van Toezicht. Artikel 43. Na 3 onaangekondigde opeenvolgende afwezigheden per kalenderjaar wordt het betrokken lid uitgesloten. HOOFDSTUK IV - BEVOEGDHEID Artikel 44. De Raad van de School of Arts is belast met: 1. het vaststellen van de onderwijsprogramma’s en het controleren of de concretisering van het onderwijs en de examens in overeenstemming is met die programma’s 2. het onderzoeksbeleid binnen de School of Arts 3. de interne organisatie van de School of Arts 4. het bepalen van de taakomschrijvingen van het personeel dat toegewezen is aan de School of Arts 5. het verlenen van een advies over de cumulatieregeling ter uitvoering van de procedure, vermeld in artikel 147, §1, van het hogescholendecreet 6. het opmaken van het financiële verslag en het jaarverslag waarin de activiteiten van de School of Arts worden weergegeven 7. de voordracht van een vertegenwoordiger van de School of Arts in de onderzoeksraad van de universiteit van de associatie 8. het opstellen van een jaar- en meerjarenbegroting die ter goedkeuring wordt voorgelegd aan het hogeschoolbestuur 9. het opstellen van een investeringsplan voor (wetenschappelijke) infrastructuur dat ter goedkeuring wordt voorgelegd aan het hogeschoolbestuur 10. het opstellen van een personeelsformatie die ter goedkeuring wordt voorgelegd aan het hogeschoolbestuur

9 / 27


11. binnen de door het hogeschoolbestuur of de hogeschoolbesturen goedgekeurde jaar- en meerjarenbegroting en personeelsformatie is de Raad van de School of Arts belast met de aanwending van de werkingsuitkering van de Vlaamse Gemeenschap, de aanvullende onderzoeksmiddelen, vermeld in artikel 38ter van het decreet van 14 maart 2008 betreffende de financiering van de werking van de hogescholen en universiteiten in Vlaanderen, en de eigen inkomsten van de School of Arts en van alle andere financiële middelen die de hogeschool of hogescholen ter beschikking stellen aan de School of Arts 12. het formuleren van voorstellen voor de aanstelling en benoeming van het onderwijzend personeel 13. het formuleren van voorstellen voor het toekennen van ambtswijzigingen en bevorderingen voor het personeel dat toegewezen is aan de School of Arts 14. het formuleren van voorstellen voor het sluiten van samenwerkingsakkoorden 15. Evaluatie van de personeelsleden toegewezen aan de school of arts op voorstel van de directeur Daartoe kan de Raad van de School of Arts: 1. werkgroepen of commissies samenstellen, waarvan hij de opdracht, de samenstelling en de werking bepaalt, doch waaraan hij geen bevoegdheden kan overdragen; 2. zowel mondeling als schriftelijk advies vragen aan, fysieke of rechtspersonen; 3. personen uitnodigen op een vergadering van de Raad van de School of Arts. Artikel 45.

De Raad Schoof of Arts kan bevoegdheden delegeren aan de directeur.

Artikel 46. Opleidingscoördinatoren hebben het recht om gehoord te worden over opleidingsspecifieke aangelegenheden en om hun adviezen hierover toe te lichten. Artikel 47. § 1. Onverminderd andersluidende bepalingen in specifieke reglementen van de Erasmushogeschool Brussel kan het College van Bestuur de beslissingen van een Raad van de School of Arts en de genomen delegatiebeslissingen vernietigen binnen een termijn van 60 kalenderdagen vanaf hun toezending, indien ze een bevoegdheidsoverschrijding inhouden, niet conform de richtlijnen van de Raad van Toezicht of het College van Bestuur zijn, strijdig zijn met de goede naam of met de belangen van de Erasmushogeschool Brussel of strijdig zijn met de verplichtingen, opgelegd: -door of krachtens de wet of decreet; -door de reglementering van de Erasmushogeschool Brussel; -bij dienstorder van de algemeen directeur. § 2.Wanneer het College van Bestuur tot vernietiging beslist, zendt het College van Bestuur het agendapunt terug naar de directeur. § 3. De directeur moet binnen de 14 dagen, te rekenen vanaf de kennisgeving van de door het College van Bestuur genomen vernietigingsbeslissing, desgevallend via het samenroepen van een buitengewone vergadering van de Raad van de School of Arts, het agendapunt opnieuw behandelen én dit conform de richtlijnen van de Raad van Toezicht of het College van Bestuur. De nieuwe beslissing, genomen in overeenstemming met de aan de Raad van de School of Arts of de directeur toegekende bevoegdheden en opgedragen verplichtingen, genomen conform de richtlijnen van de Raad van Toezicht of het College van Bestuur en met eerbiediging van de goede naam of de belangen van de Erasmushogeschool Brussel, moet binnen diezelfde termijn van 14 dagen, te rekenen vanaf de kennisgeving van de door het College van Bestuur vernietigde beslissing, worden toegezonden aan de algemene directie (centrale administratie) van de Erasmushogeschool

10 / 27


Artikel 48. § 1. Ingeval de in artikel 47 §3 bepaalde termijn wordt overschreden of ingeval de door de Raad van de School of Arts of het directeur, al naar het geval, na vernietiging door het College van Bestuur genomen nieuwe beslissing een bevoegdheidsoverschrijding inhoudt of strijdig is met de opgelegde verplichtingen of niet conform de richtlijnen van de Raad van Toezicht of het College van Bestuur of strijdig is met de goede naam of met de belangen van de Erasmushogeschool Brussel wordt deze laattijdige en/of bevoegdheidsoverschrijdende of strijdige beslissing andermaal vernietigd door het College van Bestuur. § 2. In het onder Artikel 488§1 bepaalde geval stelt het College van Bestuur zich in de plaats van de Raad van de School of Arts of het directeur, al naar het geval, en neemt zelf een beslissing over deze zaak. § 3. Het College van Bestuur laat deze, in toepassing van artikel 48 §2 genomen beslissing, ter bekrachtiging agenderen op de eerstvolgende vergadering van de Raad van Toezicht. Artikel 49. In geval het College van Bestuur vaststelt dat een departement zijn taken verwaarloost, dan kan het College van Bestuur de nodige voorzieningen treffen conform art. 30 van het Bijzonder Decreet d.d. 13.07.2012. Het College van Bestuur brengt hierover verslag uit op de Raad van Toezicht. HOOFDSTUK V - INSPRAAK - INFORMATIEDOORSTROMING - JAARVERSLAG Artikel 50. De volgende documenten zijn ter inzage van de personeelsleden: 1. de agenda's van de Raad van de School of Arts; 2. de beslissingen van de Raad van de School of Arts; 3. de notulen 3. de adviezen en voorstellen van de werkgroepen en commissies; 4. de adviezen en voorstellen van de onderhandelingscomités; 5. het jaarverslag; 6. een lijst met de vertegenwoordigers van de Raad van de School of Arts; 7. het Reglement van Orde van de Raden van de School of Arts. De voorzitter is ervoor verantwoordelijk dat de personeelsleden deze stukken werkelijk kunnen inzien. Artikel 51. Het is de leden van de Raad van de School of Arts verboden vertrouwelijke informatie, die zij vernemen uit hoofde van hun mandaat, mee te delen aan derden. Deze verplichting blijft bestaan ook als aan hun mandaat een einde is gekomen. HOOFDSTUK VI - VERKIEZING VAN DE LEDEN VAN DE RADEN SCHOOL OF ARTS

Afdeling 1 - Algemene bepalingen Artikel 52. De Raad van de School of Arts bestaat uit drie geledingen: de personeelsgeleding (4), de studentengeleding (2), een externe geleding (2) en 4 leden voorgedragen door de universiteit van de associatie, di een aantoonbare affiniteit heeft in het vakgebied van de betrokken School of Arts. . Artikel 53. De verkiezing van de personeelsgeleding van de Raden School of Arts wordt georganiseerd op een datum bepaald door het College van Bestuur.

11 / 27


Artikel 54.

§ 1. Beide geslachten zijn in de geledingen gelijkwaardig vertegenwoordigd.

§ 2. Ten hoogste twee derde van de leden van de Raad van de School of Arts bestaat uit personen van hetzelfde geslacht. Artikel 55. Voor elke Raad van de School of Arts van de Erasmushogeschool Brussel worden zes mandatarissen van het personeel (drie mannen en drie vrouwen) gekozen. Artikel 56. § 1. Twee studenten (één man en één vrouw) maken deel uit van de studentengeleding. § 2. De studentenraad van de Erasmushogeschool Brussel duidt via getrapte verkiezingen onder zijn verkozen mandatarissen één mannelijke en één vrouwelijke vertegenwoordiger van het betrokken departement aan die zullen zetelen in de Raad van de School of Arts. Artikel 57. Het mandaat van de leden van de raden duurt vier academiejaren. Het mandaat van de studenten duurt twee academiejaren en is eenmaal hernieuwbaar. Afdeling 2 - Het kiesbureau Artikel 58. De organisatie van de verkiezingen van de leden van de raden wordt opgedragen aan een kiesbureau bestaande uit minstens 10 leden aangeduid door het College van Bestuur. De leden van het kiesbureau duiden onder hen een voorzitter en een secretaris aan. Om rechtsgeldig te vergaderen moeten minstens 3 leden van het kiesbureau aanwezig zijn. Het kiesbureau neemt beslissingen bij gewone meerderheid van de aanwezige leden. In geval van staking van stemmen beslist de voorzitter van het kiesbureau. Artikel 59. Personen die kandidaat zijn voor een Raad van de School of Arts, kunnen geen lid van het kiesbureau zijn. Artikel 60. Bloed- of aanverwanten van de kandidaten tot en met de vierde graad, kunnen geen lid zijn van het kiesbureau. Artikel 61. Het kiesbureau neemt alle noodzakelijke maatregelen om het regelmatig verloop van de verkiezingen te waarborgen. Het kiesbureau beslist over elk probleem dat zich voordoet naar aanleiding van de toepassing van dit hoofdstuk. Artikel 62. Brussel.

De zetel van het kiesbureau bevindt zich in de Nijverheidskaai 170 te 1070

Afdeling 3 - De kiesgerechtigden Artikel 63. De personeelsleden zijn slechts kiesgerechtigd voor zover ze verbonden zijn aan de Erasmushogeschool Brussel op de datum vastgelegd door het College van Bestuur in uitvoering van de organisatie van de verkiezingen.

12 / 27


Artikel 64. Onder ‘het personeel van het departement’ moet worden verstaan: het personeel dat te werk gesteld is in het departement in welke hoedanigheid ook en ongeacht de aard van de tewerkstelling op de datum die het College van Bestuur vaststelt. Afdeling 4 - De kiezerslijsten Artikel 65. Binnen de 11 werkdagen nadat het kiesbureau is opgericht, stelt de algemeen directeur de lijsten op van de kiesgerechtigde personeelsleden op. Artikel 66. Het personeelslid dat verbonden is aan meer dan een departement, is kiesgerechtigd in elk van deze departementen. Artikel 67. De kiezerslijsten van het kiesgerechtigd personeel per departement bevatten de naam van en het adres van de personeelsleden en het departement waartoe de personeelsleden behoren. Artikel 68. Binnen de 11 werkdagen nadat het kiesbureau is opgericht, liggen de kiezerslijsten ter inzage in de verschillende vestigingsplaatsen van het betrokken departement. De nodige berichtgevingen hieromtrent worden ad valvas uitgehangen. Afdeling 5 - De kandidaatstelling Artikel 69. § 1 Alle kiesgerechtigden vermeld in de kiezersgroep van het personeel van een bepaald departement zijn verkiesbaar als vertegenwoordiger van het personeel van dit departement. § 2 Kiesgerechtigden tegen wie één van de hierna bepaalde, door het daartoe bevoegde orgaan of, in voorkomend geval, het College van Beroep inzake Tucht, tuchtstraffen werd uitgesproken kunnen niet kandideren als vertegenwoordiger, noch als opvolger voor de vertegenwoordiging van het personeel in deze Raad van de School of Arts: 1° de blaam; 2° de afhouding van het salaris; 3° de schorsing bij tuchtmaatregel; 4° de terugkeer tot de tijdelijke aanstelling van het personeelslid dat benoemd is; 5° de terugzetting van het benoemd personeelslid in een ambt waaraan een lagere salarisschaal verbonden is; 6° het ontslag. § 3 De onder artikel 68 §2 opgesomde bepalingen blijven gelden voor de volledige duurtijd van de periode tot doorhaling van deze tuchtstraffen. De duurtijd bedraagt volgende termijnen: 1° één jaar voor de blaam; 2° vier jaar voor de inhouding van salaris; 3° zes jaar voor de schorsing bij tuchtmaatregel; 4° acht jaar voor de terugzetting in graad. Op vraag van betrokkene kan de Raad van Toezicht, mits gunstig advies en grondige schriftelijke motivering van de inleider van de uitgesproken tuchtstraf, uitzonderlijk een tuchtmaatregel voortijdig laten doorhalen.

13 / 27


§ 4 Het mandaat van de personeelsleden, zetelend in de Raad van de School of Arts, tegen wie een onder artikel 68 §2 bepaalde tuchtstraf wordt uitgesproken, wordt ambtshalve geschorst voor de duurtijd zoals bepaald in artikel 68 §3. Artikel 70. Op straffe van onontvankelijkheid van de betrokken kandidaatstelling: • mag niemand meerdere kandidaatstellingen indienen. • dient elke kandidaatstelling te bestaan uit één vrouwelijke en één mannelijke kandidaat. Afdeling 6 - Oproep tot kandidaatstelling Artikel 71. Binnen de 12 werkdagen nadat het kiesbureau werd opgericht, maakt het kiesbureau de oproep tot kandidaatstelling bekend in alle vestigingsplaatsen van de Erasmushogeschool Brussel. Artikel 72.

Het kiesbureau maakt één oproep tot kandidaatstelling op.

Artikel 73. De oproep vermeldt: 1. het doel en de werking van de Raad van de School of Arts 2. de verkiezingsperiode; 3. dat de kandidaturen, op straffe van onontvankelijkheid, in de vorm en binnen de termijn volgens bijgevoegd model, persoonlijk tegen ontvangstbewijs moeten ingediend worden op het kiesbureau, Nijverheidskaai 170, 1070 Brussel; 4. de verkiesbaarheidsvoorwaarden; 5. de uiterste datum waarop kandidaten hun kandidatuur kunnen indienen; 6. de wijze van kandidaatstelling; 7. dat men zich slechts voor één departement kandidaat kan stellen; 8. dat de voorzitter van het kiesbureau op het adres van de zetel van het kiesbureau publiekelijk zal meedelen welke kandidaatstellingen onontvankelijk werden verklaard, alsook de reden van onontvankelijkheid en dat dit zal gelden als enige officiële kennisgeving; 9. de dag en het uur waarop de in 8. vermelde mededeling zal gebeuren. Afdeling 7 - De kandidatenlijsten Artikel 74. Uiterlijk 21 werkdagen nadat het kiesbureau werd samengesteld wordt de mogelijkheid tot kandideren afgesloten. Artikel 75. Het kiesbureau onderzoekt dezelfde werkdag of de kandidaatstellingen in de voorgeschreven vorm, de voorwaarden en binnen de voorgeschreven termijn werden ingediend. Dezelfde dag deelt de voorzitter van het kiesbureau in de zetel van het kiesbureau publiekelijk mee welke kandidaatstellingen het kiesbureau onontvankelijk heeft verklaard, alsook de reden van onontvankelijkheid. De voorzitter van het kiesbureau meldt ook dat deze publiekelijke mededeling als enige officiële kennisgeving geldt. Artikel 76. Nadat het kiesbureau een kandidaatstelling onontvankelijk heeft verklaard, kan de medekandidaat die wel aan de verkiesbaarheidvoorwaarden voldeed - éénmalig en uiterlijk de volgende werkdag een nieuwe kandidaatstelling indienen.

14 / 27


Het kiesbureau doet hierover onmiddellijk uitspraak. De voorzitter van het kiesbureau deelt de uitspraak hierover publiekelijk mee. Het kiesbureau sluit daarna de kandidaatslijsten definitief af. Artikel 77. Indien er zes kandidaten koppels (drie mannen en drie vrouwen) van het personeel van een bepaald departement zijn, verklaart het kiesbureau deze kandidaten zonder meer als verkozen. Artikel 78. Indien er minder kandidaten zijn dan te begeven mandaten, verklaart het kiesbureau deze kandidaten zonder meer als verkozen. Voor de open / nog vacante mandaten bepaalt het kiesbureau op welke wijze voor de bedoelde kiezersgroep een tweede oproep wordt gedaan. Indien na een tweede oproep blijkt dat niet alle mandaten kunnen worden ingevuld, is de betrokken Raad van de School of Arts geldig samengesteld. Artikel 79. Indien er meer kandidaten zijn dan het aantal te begeven mandaten, maakt de voorzitter van het kiesbureau per departement afzonderlijk een alfabetische lijst op van alle aanvaarde kandidaten, met vermelding van hun naam, voornaam, adres en geboortedatum en functionele entiteit waartoe ze behoren. In dat geval stuurt de voorzitter van het kiesbureau de definitieve kandidatenlijsten onmiddellijk naar alle kandidaat-vertegenwoordigers en hun opvolgers en maakt ze via ad valvas bekend in de verschillende vestigingsplaatsen van de Erasmushogeschool Brussel. Afdeling 8 - Oproep tot de kiesgerechtigden Artikel 80. Indien er voor een bepaalde kiezersgroep verkiezingen dienen georganiseerd te worden, worden de kiesgerechtigden hieromtrent geïnformeerd via email. De nodige berichtgevingen hieromtrent worden tevens ad valvas uitgehangen. Artikel 81. De kiesgerechtigde wordt per departement waarvoor hij/zij kiesgerechtigd is geïnformeerd over: 1. de stemperiode; 2. het departement waarvoor men kiesgerechtigd is; 3. de te begeven mandaten; Afdeling 9 - De stemverrichtingen Artikel 82.

Stemmen gebeurt elektronisch.

Artikel 83. Het kiesbureau is verantwoordelijk voor het goede verloop van de stemverrichtingen en bepaalt de vorm van de digitale kiesenquête. Artikel 84. Voor het bijwonen van de telverrichtingen mogen de kandidaat-vertegenwoordigers tot 2 werkdagen voor de kiesverrichtingen persoonlijk en tegen ontvangstbewijs op het adres van de zetel van het kiesbureau een kandidaat-getuige aanduiden. De kandidaat-getuigen moeten tot dezelfde kiezersgroep behoren als de kandidaat-vertegenwoordigers.

15 / 27


Het aantal getuigen is beperkt tot zes. Indien er meer dan zes kandidaat-getuigen aangeduid worden door de kandidaten, bepaalt het kiesbureau bij lottrekking welke zes kandidaat-getuigen effectief als getuigen mogen optreden. Artikel 85.

Er is geen stemplicht. Stemmen bij volmacht is uitgesloten.

Artikel 86. Voor de aanvang van de stemverrichtingen kunnen de kandidaatstellingen, desgevallend aangevuld met een beknopt curriculum vitae van de kandidaten en hun opvolgers online geconsulteerd worden Artikel 87.

Het kiesbureau bepaalt de vorm van de digitale kiesenquête.

Artikel 88. Elke kiezer heeft toegang tot de kiesenquête voor elk departement waarvoor hij kiesgerechtigd is op basis van zijn EhB emailadres en login. Artikel 89.

Elke kiezer kan zijn stem elektronisch uitbrengen.

Artikel 90. Een kiezer brengt geldig zijn stem uit door het stemvakje van één kandidaatkoppel aan te kruisen. Artikel 91. Indien de kiezer zich vergist heeft, kan hij/zij zijn/haar vergissing digitaal corrigeren. De laatst uitgebrachte stem overschrijft steeds de voorgaande stem. Een correctie kan aangebracht worden gedurende de volledige periode waarbinnen stemmen mogelijk is. Afdeling 10 - De stemopnemingen Artikel 92. Zodra de mogelijkheid tot stemmen is afgesloten gaat het kiesbureau over tot de telling van de stemmen op basis van de digitaal gegenereerde resultaten. Artikel 93. Het kiesbureau maakt per departement de rangschikking op, met dien verstande dat de kandidaten in functie van hun stemmenaantal worden gerangschikt en dat bij een gelijk aantal stemmen het kiesbureau bij lottrekking bepaalt wie voorgaat. Artikel 94. Het kiesbureau verklaart per departement de zes kandidaten die het hoogst aantal stemmen hebben gekregen, verkozen als lid van de betrokken Raad van de School of Arts. De overige kandidaten worden volgens stemmenaantal gerangschikt als opvolgers. Artikel 95. Het kiesbureau stelt een proces-verbaal van verkiezing op, dat de uitslag van de stemming, de namen van de verkozen kandidaten en deze van de opvolgers vermeldt. De leden van het kiesbureau en de getuigen ondertekenen het proces-verbaal van verkiezing. Het originele proces-verbaal en alle documenten die op de verkiezing betrekking hebben, worden opgenomen in het archief van de Erasmushogeschool Brussel. Artikel 96. Ten laatste op de werkdag volgend op de verkiezingen, wordt de uitslag via mail bekendgemaakt aan de kandidaten en worden de verkozen leden van de Raden School of Arts in de locaties van de hogeschool ad valvas bekendgemaakt. Afdeling 11 - Bezwaarschriften

16 / 27


Artikel 97. Binnen de 2 werkdagen nadat de uitslag bekendgemaakt is, kan een gemotiveerd bezwaar ingediend worden tegen de verkiezingsuitslag schriftelijk tegen ontvangstbewijs ingediend bij de beroepskamer op de zetel - Nijverheidskaai 170, 1070 Brussel. Bij ontstentenis van bezwaar wordt de uitslag, zoals hij bekendgemaakt is, definitief. Artikel 98. De beroepskamer bestaat uit drie leden, aangeduid door de Raad van Toezicht. De secretaris van de Raad van Toezicht fungeert als secretaris van de beroepskamer. Artikel 99. De beroepskamer onderzoekt het bezwaar en doet uitspraak binnen de 14 werkdagen. Bij ontstentenis van uitspraak is het bezwaar aanvaard en wordt het geacht gegrond te zijn. Artikel 100. Indien een bezwaar gegrond is, wordt hetzij de uitslag verbeterd door de beroepskamer, hetzij de verkiezing vernietigd en overgegaan tot nieuwe verkiezingen. Indien de beroepskamer de uitslag wijzigt, wordt de nieuwe uitslag ad valvas in de vestigingsplaatsen van de Erasmushogeschool Brussel medegedeeld en aan elke kandidaat overgemaakt. De nieuwe verkiezing vindt plaats op een datum die het College van Bestuur bepaalt. HOOFDSTUK VII - AANSTELLING VAN DE DIRECTEUR

Afdeling 1 - Oproep tot kandidaatstelling Artikel 101. De secretaris van het College van Bestuur maakt de oproep tot kandidaatstelling voor het openstaande mandaat van directeur bekend via de publiek toegankelijke website van de Erasmushogeschool Brussel en via ten minste één ander openbaar informatiekanaal . Artikel 102. Ten vroegste 7 werkdagen nadat de oproep tot kandidaatstelling werd bekendgemaakt, wordt de mogelijkheid tot kandidaatstelling afgesloten. Artikel 103. De oproep vermeldt minstens: • de absoluut te voldoen toelatingsvoorwaarden die bestaan uit de algemene toelatingsvoorwaarden zoals bepaald in art 89 (eventueel rekening houdend met art 90) van het hogescholendecreet en het niveau van het vereiste bekwaamheidsbewijs • het profiel en de vereiste competenties voor het mandaat van directeur • het generieke functieprofiel van de ambten waarin de externe kandidaat mogelijk kan worden aangesteld • de wijze waarop de kandidaatstelling moet worden ingediend waarbij minimaal gevraagd wordt dat de kandidaat een portfolio en een beleidsnota indient • de uiterste datum voor kandidaatstelling of termijn voor kandidaatstelling • de wijze waarop de selectieprocedure verloopt Afdeling 2 - De kandidatenlijsten

17 / 27


Artikel 104. Binnen de twee werkdagen nadat de mogelijkheid tot kandideren is afgesloten, onderzoekt de ontvankelijkheidscommissie de ontvankelijkheid van de kandidaatstellingen. Artikel 105. Uiterlijk twee werkdagen na de beraadslaging van de ontvankelijkheidscommissie wordt de kandidaat van wie de kandidatuurstelling onontvankelijk werd verklaard met een aangetekend schrijven, op de hoogte gebracht van de reden van de onontvankelijkheid. Artikel 106. Kandidaten kunnen tot de werkdag volgend op de bekendmaking van de onontvankelijkheid van de kandidaturen tegen ontvangstbewijs een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij de secretaris van het College van Bestuur op de zetel - Nijverheidskaai 170 te 1070 Brussel. Het College van Bestuur treft hierover binnen de 7 werkdagen na ontvangst van het bezwaar een beslissing. Na de zitting van het College van Bestuur deelt de secretaris van de Raad van de School of Arts de uitspraak van het College van Bestuur publiekelijk mee. Deze mededeling geldt als enige officiële kennisgeving. Artikel 107. Na de behandeling van het bezwaarschrift overhandigt de secretaris van de Raad van de School of Arts, tegen ontvangstbewijs en in een gesloten omslag, de ontvankelijk verklaarde kandidaatstellingen aan algemeen directeur. Afdeling 3 – Selectieprocedure Artikel 108. a. De selectiecommissie, bestaat uit: • de algemeen directeur die als voorzitter optreedt, • 2 leden van de Raad van Toezicht, • 1 extern lid aangeduid door de betrokken Raad van de School of Arts • één extern lid aangeduid door het College van Bestuur, • Met externe leden van de selectiecommissie wordt bedoeld: leden die geen personeelslid zijn van de Erasmushogeschool b. De selectiecommissie beoordeelt de kandidaten via de kandidaatstelling en via een interview aan de hand van het uitgeschreven profiel en op basis van de algemene competenties. De selectiecommissie verstrekt gemotiveerd advies over maximaal vijf kandidaten en duidt binnen deze vijf de voor haar meest geschikte kandidaat aan. Afdeling 4 – De raadpleging Artikel 109. De betrokken Raad van de School of Arts wordt geraadpleegd om zijn voorkeur te kennen over de conform art 108b weerhouden kandidaten. De algemeen directeur licht de gemotiveerde adviezen van de selectiecommissie toe en neemt deel aan de besprekingen over dit agendapunt. De conform art 108b weerhouden kandidaten worden uitgenodigd voor een gesprek met de leden van de betrokken Raad van de School of Arts. De Raad van de School of Arts verstrekt een gemotiveerd advies aan de Raad van Toezicht over maximaal vijf kandidaten en duidt binnen deze vijf de voor haar meest geschikte kandidaat aan op basis van het profiel van directeur. Afdeling 5 – Aanstelling van de directeur

18 / 27


Artikel 110. §1 De Raad van Toezicht stelt, na het gemotiveerde advies van de selectiecommissie en na het gemotiveerde advies van de Raad van de School of Arts van het betrokken departement, desgevallend na het horen van de kandidaten, de directeur aan voor hernieuwbare termijnen van 4 academiejaren. Indien het mandaat als directeur voortijdig wordt beëindigd, duidt de Raad van Toezicht, conform dezelfde procedure, een opvolger aan die het lopende mandaat van 4 academiejaren voleindigt. §2 Bij externe werving wordt de kandidaat bovendien aangesteld in het ambt van lector, hoofdlector, docent, hoofddocent of hoogleraar al naar het geval en rekening houdend met het curriculum van de kandidaat. § 3. Indien er geen geschikte kandidaten zijn, doet het College van Bestuur een tweede oproep tot kandidaatstelling. Afdeling 6 – Aanduiding van een plaatsvervangend directeur Artikel 111. De Raad van Toezicht duidt op voorstel van de Raad van de School of Arts, voor elk departement een personeelslid aan dat bij afwezigheid van de directeur de bevoegdheden van het directeur geheel of gedeeltelijk zal overnemen. Een directeur dat afwezig is kan steeds zijn bevoegdheden overdragen aan de plaatsvervangende directeur. Een directeur dat meer dan 5 werkdagen afwezig zal zijn, moet zijn bevoegdheden officieel overdragen aan de plaatsvervangende directeur. De directeur brengt de algemeen directeur onmiddellijk op de hoogte van de bevoegdheidsoverdracht. In geval van overmacht, kan de algemeen directeur beslissen over de bevoegdheidsoverdracht. De plaatsvervangende directeur handelt de lopende zaken af en neemt de beslissingen die dringend of dwingend zijn. Artikel 112. In geval van langdurige afwezigheid kan het College van Bestuur een oproep tot aanduiding van een directeur volgens de procedure zoals omschreven van art 101 tot art 110 opstarten. Indien op deze wijze aangeduid, neemt de nieuwe directeur de volle bevoegdheid van de directeur over voor de duur van zijn afwezigheid. Afdeling 7 – Einde van het mandaat van een directeur Artikel 113. § 1. Het mandaat van een directeur eindigt: • bij het einde van de mandaatsperiode, • indien het directeur ontslag neemt uit het mandaat, • indien het directeur niet langer de hoedanigheid bezit op basis waarvan hem zijn mandaat is verleend, • indien de Raad van Toezicht op basis van gegronde redenen een einde maakt aan het mandaat. § 2. Een directeur kan ontslag nemen uit het mandaat van directeur mits het naleven van een opzegtermijn die bepaald wordt in overleg met het College van Bestuur en die niet langer kan duren dan 1 jaar. § 3. Een directeur geworven volgens de modaliteiten van art. 109 § 2 kan slechts ontslag nemen uit het mandaat van directeur als hij/zij ontslag neemt uit het ambt van onderwijzend personeel dat verworven werd op het ogenblik van aanduiding als directeur.

19 / 27


HOOFDSTUK VIII – COÖPTATIE VAN DE EXTERNE LEDEN Artikel 114. § 1. De personeels - en studentenvertegenwoordigers dragen, voor een termijn van vier academiejaren, twee vertegenwoordigers die een affiniteit hebben in het vakgebied van de betrokken School of Arts voor aan de Raad van Toezicht. § 2. Het oudste lid van het onderwijzend personeel van de Raad van de School of Arts draagt de leiding met betrekking tot de voordracht van de vertegenwoordigers bedoeld in 114 § 1. HOOFDSTUK IX – SLOTBEPALINGEN Artikel 115. Wijzigingen aan dit organiek reglement maken het voorwerp uit van een agendapunt van de Raad van Toezicht. De goedkeuringen en de wijzigingen gebeuren met twee derden meerderheid van de aanwezige leden. Artikel 116. of Arts.

Over alle gevallen die dit reglement niet regelt, beslist de Raad van de School

Dit reglement treedt in werking na goedkeuring door de Raad van Toezicht en heft protocol ….. op.

20 / 27


BIJLAGEN

21 / 27


VOLMACHTFORMULIER Ik, ondergetekende ……..…………….……………………..……………..(naam en voornaam) geboren op ………………….….. wonende te …………..…………..………….……….………… straat ……………………………………..…………….nr. …………………… bus ….……………

verleen volmacht aan ………………………………………………...………(naam en voornaam) tijdens de vergadering van 28.02.2013.

Gedaan te ……………..…….……….…………………….………………..………………………… De volmachtgever,

22 / 27


Erasmushogeschool Brussel Nijverheidskaai 170 1070 Brussel

Raad van de School of Arts ……………. 28.02.2013 Uitnodiging - Agenda

Geachte Mevrouw, Geachte Heer, U wordt vriendelijk uitgenodigd op de vergadering van de Raad van de School of Arts op donderdag 28.02.2013 om 17u00, Nijverheidskaai 170 te 1070 Brussel Dagorde 1. Personeelsaangelegenheden: 2. Onderwijsprogramma’s - Examenprogramma’s - Onderzoeksprogramma’s: 3. Interne organisatie 4. Budgetvoorstellen -:Aanwenden toegewezen personele en materiële middelen Jaarrekening en jaarverslag 5. Samenwerkingsakkoorden 6. Gevraagde adviezen door de Raad van Toezicht of het College van Bestuur De voorzitter,

23 / 27



Raad van de School of Arts …………….

28.02.2013 Voorbereidend stuk Vergadering van:28.02.2013 Agendapunt nr.:ARTS/RITS/2013/001 Bijlage(n): Omschrijving agendapunt: Voorsteller: 1. Situering - analyse: 2. Budgettaire implicatie: 3. Toelichting bij het ontwerp van beslissing: 4. Voorstel van beslissing: 5.

Beslissing om akte te nemen:

ja / neen

Beslissing om te bekrachtigen:

ja / neen

De voorzitter,

24 / 27




28.02.2013 Beslissing Vergadering van:28.02.2013 Agendapunt nr.:ARTS/RITS/2013/001 Bijlage(n): Omschrijving agendapunt: 1. Beslissing om akte te nemen: Beslissing om te bekrachtigen:

ja / neen ja / neen

2. Budgettaire implicatie: 3. Beslissing:

4. Uitvoering:

De secretaris,

De voorzitter,

25 / 27




Notulen

Vergadering van donderdag 28.02.2013 Begin – einde vergadering: ..u.. – ..u.. Volgende stemgerechtigde leden zijn aanwezig bij het begin van de vergadering: 1. Voor de personeelsgeleding: • (Namen vermelden) • (X) • (Y) • Via volmacht: Ø (Vermelden wie volmacht geeft aan wie) Ø (X) Ø (Y) 2. Voor de studentengeleding: • (Namen vermelden) • Via volmacht: Ø (Vermelden wie volmacht geeft aan wie) 3. Voor de externe leden voorgedragen door de personeels – en studentengeleding: • (Namen vermelden) • Via volmacht: Ø (Vermelden wie volmacht geeft aan wie) 4. Voor de leden voorgedragen door de universiteit van de associatie: • (Namen vermelden) • Via volmacht: Ø (Vermelden wie volmacht geeft aan wie) Aangezien de Raad van de School of Arts slechts rechtsgeldig kan beraadslagen en beslissen indien meer dan de helft van de bestuurders aanwezig of via volmacht vertegenwoordigd is, stelt de Raad van de School of Arts vast dat er wel (*) / niet (*) rechtsgeldig kan vergaderd worden. Volgende technische leden zijn aanwezig bij het begin van de vergadering: • (Namen vermelden) • (X) • (Y)

ARTS/RITS/2013/...: Titel agendapunt Omschrijving agendapunt + weergave discussie Beslissing:

26 / 27


De Raad van de School of Arts adviseert ………………………………….. RSoA/RITS/2013/...: Titel agendapunt Verantwoorde lijke:

To do

Deadline:

Opvolging:

1. 2. Beslissing publiceren RSoA/RITS/2013/...: Titel agendapunt Omschrijving agendapunt + weergave discussie Beslissing: De Raad van de School of Arts adviseert ………………………………….. RSoA/RITS/2013/...: Titel agendapunt Verantwoorde lijke:

To do

Deadline:

Opvolging:

1. 2. Beslissing publiceren Med 01

Titel

Omschrijving Varia -

Titel Omschrijving

Volgende vergadering: Dag

De secretaris,

Datum + uur

De Voorzitter,

27 / 27

Reglement van Orde van de Raad van de School of Arts

Recommend Documents