Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten
21 oktober 2013
Inhoud Inleiding
blz. 1. Doel van het transitiearrangement 2. Afstemming van het transitiearrangement met betrokken partijen 3. Het format van het transitiearrangement 4. Beleidskader 5. Uitgangspunten voor het transitiearrangement 6. Onzekerheden 7. Bovenregionale afstemming 8. Ontwikkelagenda 9. Vaststelling van het transitiearrangement
3 3 3 3 4 5 6 6 7
DEEL A: INVULLING FORMAT TRANSITIEARRANGEMENT 1. 2. 3. 4. 5.
Basisgegevens regio (Vertegenwoordigers van) betrokken partijen Betrekkingen Selectie relevante zorgproducten Gebruikte definitie continuïteit van zorg
8 8 8 8 9 9 10 10 11 11 11 12 13
6. Gebruikte definitie infrastructuur 7. Toezegging realisatie continuïteit van zorg 8. Budget 2015 en doorkijkje naar 2017 9. Budget 2015 per aanbieder 10. Inventarisatie frictiekosten door aanbieders
13
11. Maatregelen beperking frictiekosten 12. Regio vs. landelijk 13. Onderdelen van dit arrangement die onder voorbehoud van wijzigingen worden voorgelegd aan de TSJ 14. Kwaliteitsparagraaf DEEL B: BOVENREGIONALE AFSTEMMING INTENSIEVE JEUGDHULP Inleiding 1. Pleegzorg a) Wat gaat er veranderen b) Gevolgen voor continuïteit in 2015 c) Frictiekosten
14 14
2. Jeugdbescherming en jeugdreclassering a) Wat gaat er veranderen b) Gevolgen voor continuïteit in 2015 c) Frictiekosten
14
Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten
2
21 oktober 2013
3. Het organiseren van een Advies en Meldpunt Huiselijk Geweld en Kindermishandeling (AMHK) a) Wat gaat er veranderen b) Gevolgen voor continuïteit in 2015 c) Frictiekosten
14
4. Crisisdienst a) Wat gaat er veranderen b) Gevolgen voor continuïteit in 2015 c) Frictiekosten
15
5. Gesloten jeugdhulp a) Wat gaat er veranderen b) Gevolgen voor continuïteit in 2015 c) Frictiekosten
15
6. Specialistische zorg aan jeugdigen a) Wat gaat er veranderen b) Gevolgen voor continuïteit in 2015 c) Frictiekosten
15
BIJLAGEN 1 2 3 4
Betrokken partijen waarmee het transitiearrangement is afgestemd Gemeenschappelijke doelen Zuid-Kennemerland, IJmondgemeenten en Haarlemmermeer Detailgegevens aanbieders over invulling bezuiniging in 2015 Resultaat rekenmodel KPMG
Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten
3
17 19 21 29
21 oktober 2013
INLEIDING 1. Doel van het transitiearrangement In dit transitiearrangement geven de colleges van de IJmondgemeenten duidelijkheid over hoe zij de continuïteit van de jeugdhulp gaan waarborgen wanneer de nieuwe wet op de jeugdhulp op 1 januari 2015 van kracht wordt, en de verantwoordelijkheid voor alle jeugdhulp verlegd wordt naar het gemeentelijke niveau, evenals de bijbehorende geldstromen.
2. Afstemming van het transitiearrangement met betrokken partijen Dit transitiearrangement bouwt voort op: - de brede dialoog vanaf juli 2012 met alle betrokken partijen over het beleidskader voor de transitie jeugdzorg, dat in maart 2013 is vastgesteld ('Kadernotitie Transitie Jeugdzorg'); - de dialoog in de Stuurgroep Zorg voor Jeugd, waarin ook het onderwijs, jeugdhulpaanbieders en een cliëntbelangenvertegenwoordiger zitting hebben; - de dialoog in het Platform Zorg voor Jeugd, waar door een brede vertegenwoordiging van de betrokken partijen informatie en ideeën worden uitgewisseld over de transitie jeugdzorg. Dit transitiearrangement en het beleidskader en de uitgangspunten waarop het is gebaseerd, zijn afgestemd met de betrokken partijen (zie bijlage 1), in grote plenaire bijeenkomsten, in kleinere werkgroepen en in bilaterale gesprekken. De aanbieders van jeugdhulp hebben daarbij aangegeven dat inhoud en tempo van beoogde veranderingen zeer ambitieus zijn, en hebben gevraagd om zorgvuldige monitoring van de continuïteit en kwaliteit van de jeugdhulp, intensief overleg, zo nodig bijsturing, en oog voor de specifieke omstandigheden in een bepaalde sector. De IJmondgemeenten hebben toegezegd in het ontwikkelproces van de komende jaren met deze punten terdege rekening te houden. De uitkomst van de vele ronden van overleg is, dat het transitiearrangement en de onderliggende beleidslijn naar innovatie van de jeugdhulp, draagvlak en instemming heeft van de betrokkenen. De IJmondgemeenten bieden in dit transitiearrangement de betrokken partijen een duidelijk meerjarig perspectief en duidelijkheid over het ontwikkelproces dat doorlopen zal worden bij het innoveren van de jeugdhulp. Daarbij zijn de IJmondgemeenten de opdrachtgever en regisseur. Zij spannen zich in voor goede samenwerking en bouwen aan onderling vertrouwen. De Stuurgroep Zorg voor Jeugd zal de toekomstige ontwikkelingen nauwkeurig monitoren en dreigende problemen tijdig signaleren.
3. Het format van het transitiearrangement Dit transitiearrangement gaat uit van het format dat is aangereikt door VWS en VenJ in de 'Handleiding Regionale Transitie Arrangementen Jeugd' (5 juli 2013), en dat de VNG en de de Transitiecommissie Stelselherziening Jeugd (TSJ) tot dusver hebben gebruikt bij het inventariseren, beoordelen en bespreken van de stand van zaken wat betreft de ontwikkeling van de regionale transitiearrangementen. Door dit format te hanteren, heeft het transitiearrangement niet de vorm van een meerjarig beleidsplan. Desondanks is het transitiearrangement een onderdeel van een meerjarig ontwikkelproces. De ontwikkelagenda bij punt 8 laat zo concreet mogelijk zien hoe dit proces de komende jaren zal verlopen.
4. Beleidskader Dit transitiearrangement bouwt voort op het beleidskader voor de Transitie Jeugdzorg, dat in maart 2013 is vastgesteld door de colleges en gemeenteraden (‘Kadernotitie Transitie Jeugdzorg Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten
4
21 oktober 2013
IJmondgemeenten’). Het beleidskader is inmiddels uitgewerkt in een concept beleidsplan jeugd 2015 2018. Hoofdlijn van het beleidskader en van het beleidsplan is het realiseren van geïntegreerde gebied/wijkgerichte jeugdhulp vanuit het CJG-IJmond en het inschakelen van 'eigen kracht'. Hierdoor worden behoeften aan jeugdhulp sneller opgepikt en aangepakt, komt escalatie minder vaak voor, vermindert de instroom in de dure specialistische jeugdhulp geleidelijk en vindt de terugstroom uit deze zorg sneller plaats, om daarna weer overgenomen te worden door de gebied/wijkgerichte jeugdhulp. Het effect van dit beleid is dat de huidige dure verkokerde specialistische zorg die op afstand wordt geleverd, geleidelijk voor een belangrijk deel vervangen wordt door gebied/wijkgerichte goedkopere geïntegreerde jeugdhulp, waar eventueel benodigde specialistische hulp nauw mee verbonden is. Het beleid betekent ook dat er vervolgstappen worden gezet in de doorontwikkeling van het CJG, en dat aanbieders die voor de IJmondgemeenten werken niet alleen op bestuurlijk niveau met elkaar samenwerken binnen het samenwerkingsverband CJG-IJmond, maar ook op uitvoerend niveau, door hun personeel in te zetten binnen de gebied/wijkgerichte jeugdhulp. Medewerkers van de aanbieders komen bestuurlijk gezien 'achter de eigen voordeur vandaan' en gaan in een bepaalde gebied of wijk met elkaar samenwerken zonder directe aansturing vanuit hun moederorganisatie. Dit werken zonder schotten krijgt al in 2014 vorm in elke gemeente in tenminste 1 gebied- of wijk, met professionals/ CJG-coaches die daadwerkelijk de jeugdhulp in gezinnen verlenen en indien nodig specialistische jeugdhulp inschakelen, de zorgcoördinatie uitvoeren dan wel regelen, 'eigen kracht' mobiliseren en met de andere transities binnen het sociale domein afstemmen. Doorverwijzingen van (jeugd)artsen worden opgenomen binnen de geïntegreerde gebied/wijkgerichte jeugdhulp. Ook in de specialistische jeugdhulp zal (o.a. in multifocale trajecten) nauwere samenwerking worden gerealiseerd. De komende jaren wordt een omslag gemaakt van aanbodgericht naar vraaggericht; van verkokerd naar geïntegreerd; van problemen achteraf oplossen naar problemen of escalatie voorkomen; van praten, doorverwijzen, doorzetten en coördineren, naar geïntegreerd werken met elkaar rond gezinnen. De lokale overstap naar geïntegreerd gebied/wijkgericht werken is de kern van de innovatie de komende jaren van de jeugdhulp in de IJmondgemeenten. Alle overige veranderingen in de IJmondiale jeugdhulp zijn hiervan afgeleid of worden hiermee verbonden, inclusief de bovenregionale en landelijke aspecten.
5. Uitgangspunten voor het transitiearrangement Dit transitiearrangement is gebaseerd op de volgende uitgangspunten, en biedt een meerjarig perspectief: 1. Het jaarlijkse jeugdhulpbudget is een totaalbudget zonder schotten of oormerking. 2. Het jeugdhulpbudget dat in 2015 overgedragen wordt aan de gemeenten wordt gekort door het Rijk. In 2016 en 2017 volgen extra kortingen. Op dit moment is nog niet duidelijk of er al dan niet sprake zal zijn van stapeling van kortingen, en hoe groot de totale kortingen zullen uitvallen voor 2015, 2016 en 2017. In dit transitiearrangement wordt er van uit gegaan dat in 2015 de door het Rijk opgelegde korting 7% bedraagt, ten opzichte van het totale jeugdhulpbudget in 2012. Voor 2016 wordt op dit moment uit gegaan van een extra korting van Rijkswege van 5% en in 2017 van 3%; dus in totaal een korting van 15%. 3. De door het Rijk aangebrachte kortingen op het jeugdhulpbudget worden doorgegeven aan alle aanbieders die voor de IJmondgemeenten werken ('Gelijke monniken, gelijke kappen'). Wanneer mocht blijken dat de korting in 2015 lager uitvalt dan 7%, dan wordt het verschil in overleg met de betrokken aanbieders ingezet voor het versterken van het gebied/wijkgerichte werken, en de verbinding ervan met de specialistische jeugdhulp, en voor het oplossen van eventuele continuïteitsproblemen. 4. De IJmondgemeenten werken voor de eerste beleidsperiode (2015-2018) in principe door met de huidige aanbieders, binnen het door het Rijk opgelegde meerjarige bezuinigingskader. Hierdoor wordt de in de IJmond opgebouwde kennis en ervaring vastgehouden, de continuïteit gewaarborgd, zijn de frictiekosten zo laag mogelijk, en is er in 2015 een 'zachte landing'. 5. De samenwerkende CJG-partners leveren gezamenlijk de professionals/ CJG-coaches voor de innovatie van de lokale jeugdhulp door gebied/wijkgerichte te gaan werken, of verbinden hun jeugdhulp nauw aan het gebied/wijkgerichte werken, binnen het aan hen beschikbaar gestelde budget. Binnen het krimpende budgettaire kader, zoeken de CJG-partners in overleg en samenwerking met elkaar slimme oplossingen om de jeugdhulp die nodig is te leveren. Hoofdlijn Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten
5
21 oktober 2013
is dat medewerkers die nu 'aan de achterkant van de jeugdhulp werken' geleidelijk verschuiven naar de 'voorkant', met als doel dat zij in een gebied- of wijk rond gezinnen met elkaar gaan samenwerken, en daar de inschakeling van 'eigen kracht' gaan stimuleren en mobiliseren. De innovatie van de jeugdhulp wordt dus bij voorkeur niet gerealiseerd door budgetten weg te halen bij aanbieders en die aan andere aanbieders te geven, maar door aanbieders de mogelijkheid te bieden binnen hun budget medewerkers te verschuiven naar het gebied/wijkgerichte werken of hen daar nauw mee te verbinden. 6. De bekostiging van de aanbieders die voor de IJmondgemeenten werken, wordt gebonden aan eisen voor de kwaliteit van werken en voor de wijze van samenwerken met elkaar, als partner van het samenwerkingsverband CJG-IJmond. Vrijgevestigde individuele aanbieders die nu al binnen de IJmond werken, moeten zich aansluiten bij een samenwerkingsverband waar de IJmondgemeenten afspraken mee maken over budget en kwaliteit, binnen het gegeven bezuinigingskader. In 2014 zullen hierover nadere richtlijnen volgen. 7. De IJmond gemeenten monitoren of volgens de afspraken over kwaliteit en samenwerking gewerkt wordt. Jaarlijks vindt evaluatie plaats van de afspraken en bijstelling. Een monitor wordt in samenwerking met de aanbieders opgezet vanaf januari 2014. 8. Het uitgangspunt is om in principe met de bestaande aanbieders door te werken in de periode 2015 – 2018 en het aan hen zelf over te laten om het geïntegreerd gebied/wijkgerichte werken in te vullen (onder regie van de gemeenten) en binnen het gegeven bezuinigingskader oplossingen te vinden om toch de jeugdhulp te bieden die nodig is. Daarom worden er in principe geen budgetten verschoven tussen de aanbieders. Na evaluatie van hoe er gewerkt is in 2015, zou dat wel het geval kunnen zijn in 2016 en verder. Ook kan het zijn dat na de evaluatie de voorwaarden die gesteld worden aan werkwijze en wijze van samenwerking aangescherpt worden
6. Onzekerheden 1. Het referentiepunt voor de door het Rijk opgelegde algemene korting in 2015 is nog niet volstrekt duidelijk, en evenmin de omvang van de korting in 2015, 2016 en 2017.
2. De macro-cijfers van het door KPMG berekende totale jeugdhulpbudget in 2012, zijn nog niet in
3.
4.
5. 6. 7.
8. 9. 10.
lijn met de budgetten in de meicirculaire 2013. Dit wordt nog verder uitgezocht. Bovendien is het woonplaatsbeginsel niet in alle gevallen juist toegepast. Dit vereist nog correctie (het gaat om een bedrag van circa 5 mln.) Op dit moment zijn alleen nog macro-cijfers bekend over de kosten per soort jeugdhulp en het aantal cliënten in 2010 en 2011. Op basis van deze cijfers is het nog niet mogelijk harde afspraken voor 2015 te maken met individuele aanbieders. De onzekerheidsmarge op deze macro-cijfers is + of – 25%. Om harde afspraken met de aanbieders te maken, is het nodig te beschikken over recente, volledige en betrouwbare cijfers over de aantallen cliënten en kosten per soort jeugdhulp per aanbieder. Zolang die gegevens niet ter beschikking gesteld worden, moet gewerkt worden met schattingen. In de loop van 2014 zullen deze onzekerheden naar verwachting zijn weggewerkt en dan kunnen per aanbieder afspraken gemaakt worden voor 2015. Voor OCK blijkt er een in de loop der tijd ontstane scheefgroei te bestaan in de verdeling van het beschikbare budget over Zuid-Kennemerland en de IJmondgemeenten. In 2013 en 2014 kan onvoorziene stijging optreden in de productie van de aanbieders van jeugdhulp, die niet verdisconteerd zijn in de budgetten voor 2015. Hetzelfde kan gelden voor de loonkosten. Daarbij kan het gaan om een stijging van een aantal procenten. Op dit moment is niet duidelijk hoe de 'kern-AWBZ' zal worden afgebakend (zorginhoud, leeftijd, overgang naar Jeugdwet of naar WMO) en of er al dan niet een forse korting aangebracht wordt op het budget voor de AWBZ, alvorens het budget overgedragen zal worden aan de gemeenten. Wijzigingen in afbakening en kortingen voordat overdracht plaatsvindt, leiden tot een ander budgettair kader. Vooralsnog ontbreekt inzicht in de financiële middelen voor het persoonsgebonden budget. Vooralsnog ontbreekt inzicht in de financiële middelen die als landelijk budget beschikbaar zijn voor de landelijke uitvoering van functies voor de regio's. Vooralsnog is nog onduidelijk in hoe verre leegstand van gebouwen opgevangen kan worden, bijvoorbeeld door herbestemming of door samenwerking. Hierdoor zijn schattingen van frictiekosten als gevolg van leegstand onzeker.
Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten
6
21 oktober 2013
11. Vooralsnog is nog onduidelijk in hoeverre de sinds 2012 in gang gezette bezuinigingen in de JGGZ onderdeel kunnen zijn van de algemene bezuiniging van 7% in 2015. Ondanks bovengenoemde onzekerheden, hebben de grote aanbieders al aangegeven hoe zij de algemene bezuiniging van 7% op het budget voor 2015 gaan invullen. Deze zijn opgenomen in bijlage 3. Zodra volledige en betrouwbare gegevens beschikbaar zijn per aanbieder (aantal cliënten, producten, kosten) en duidelijkheid is over het in 2015 beschikbare jeugdhulpbudget, zullen op basis van de uitgangspunten van dit transitiearrangement nadere afspraken per aanbieder gemaakt worden.
7. Bovenregionale afstemming De regio IJmond werkt samen met de regio's Zuid-Kennemerland en Haarlemmermeer voor het regelen van de kostbare, specialistische jeugdhulp. In deel B van dit transitiearrangement is per terrein van specialistische jeugdhulp aangegeven wat de consequenties voor de continuïteit zijn van de bovenregionale afspraken waaraan gewerkt wordt. Basis voor deel B is bijlage 2 met gemeenschappelijke doelen. Dit transitiearrangement en het transitiearrangement van de regio Zuid-Kennemerland zijn ook wat betreft de gehanteerde aanpak op elkaar afgestemd: beide hanteren nu een algemene korting van 7% voor alle aanbieders; deze gaan vervolgens binnen hun eigen budget verschuivingen aanbrengen voor het realiseren van de innovatie van de jeugdhulp.
8. Ontwikkelagenda De IJmondgemeenten volgen een ontwikkelaanpak. Het ideaalbeeld uit de Kadernotitie Transitie Jeugdzorg, wordt stap voor stap aldoende lerend gerealiseerd. Monitoring, evalueren en leren vindt plaats op tal van plaatsen, waaronder de breed samengestelde Stuurgroep Zorg voor Jeugd waarin ook aanbieders en de belangen van cliënten vertegenwoordigd zijn.
Onderstaande data zijn streefdata.
november 2013
Volledige en betrouwbare cijfers op aanbieder niveau van aantallen cliënten, producten en kosten, in 2012.
december 2013
Afsluiten convenant over uitproberen in heel 2014 van geïntegreerd gebieds- of wijkgericht werken in 4 gebieden of wijken. Starten met de opbouw van een monitor van producten, cliënten en kosten van aanbieders die voor de IJmondgemeenten werken
januari 2014
Concept afspraken per aanbieder voor 2015 op basis van: - de principes in dit transitie arrangement - de volledige en betrouwbare cijfers van de aanbieder (cliënten, producten, kosten) - de plannen van de aanbieder voor het opvangen van de korting van het Rijk - de plannen van de aanbieder voor verschuiving van medewerkers naar de gebied/wijkgerichte jeugdhulp, of het nauw koppelen daaraan van de geleverde jeugdhulp.
februari 2014
Vastgestelde afspraken met Zuid-Kennemerland en Haarlemmermeer hoe
Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten
7
21 oktober 2013
de intensieve jeugdhulp zal worden geregeld. maart 2014
Afspraken met Achmea over de uitvoering in 2015 van de bekostiging van de jeugdhulp.
april 2014
1e evaluatie geïntegreerd gebied/wijkgericht werken wijze van samenwerken coördinatie inschakelen gespecialiseerde hulp afstemming met andere sociale domeinen sturing op budget en kwaliteit
juni 2014
Definitieve afspraken per aanbieder voor 2015 op basis van de principes in dit transitie arrangement en de volledige en betrouwbare cijfers over elke aanbieder in 2012 en 2013
juli 2014
2e evaluatie geïntegreerd gebied/wijkgericht werken, op eerder genoemde punten
augustus 2014
Concept eisen 2015 aan werkwijze en wijze van samenwerking geïntegreerd gebieds- of wijkgericht werken, als bekostigingsvoorwaarde van aanbieders
oktober 2014
3e evaluatie geïntegreerd gebied/wijkgericht werken, op eerder genoemde punten
november 2014
Definitieve afspraken per aanbieder voor 2015 op basis van (1) de principes in dit transitie arrangement, (2) de volledige en betrouwbare cijfers over de aanbieder (3) de praktijkervaring met geïntegreerd gebied-/wijkgericht werken in 2014 Eisen aan werkwijze en wijze van samenwerking bij geïntegreerd gebiedsof wijkgericht werken, die worden gekoppeld aan de bekostiging 2015 van de aanbieders
2015
-
2016
-
2017
-
Sturen op kwaliteit en budget, niet op de inhoud van de jeugdhulp (daarover gaan de professionals) Zo nodig bijsturen van het geïntegreerde gebied/wijkgerichte werken, en de er nauw mee verbonden specialistische hulp Goede monitoring, met rapportages per kwartaal. Evaluatie van 2015 verwerken in bekostigingsafspraken 2016, en bijstelling bekostigingsvoorwaarden. Sturen op kwaliteit en budget, niet op de inhoud van de jeugdhulp Zo nodig bijsturen van het geïntegreerde gebied/wijkgerichte werken, en de er nauw mee verbonden specialistische hulp. Goede monitoring, met rapportages per kwartaal. Evaluatie van 2016 verwerken in bekostigingsafspraken 2017, en bijstelling bekostigingsvoorwaarden Sturen op kwaliteit en budget, niet op de inhoud van de jeugdhulp. Zo nodig bijsturen van het geïntegreerde gebied/wijkgerichte werken, en de er nauw mee verbonden specialistische hulp. Goede monitoring, met rapportages per kwartaal. Evaluatie van 2017 verwerken in bekostigingsafspraken 2018, en bijstelling bekostigingsvoorwaarden
9. Vaststelling van het transitiearrangement Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten
8
21 oktober 2013
Het transitiearrangement is vastgesteld door de colleges van B&W van de IJmondgemeenten.
Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten
9
21 oktober 2013
DEEL A: INVULLING FORMAT TRANSITIEARRANGEMENT 1.Basisgegevens regio Naam regio: Vertegenwoordigend transitiemanager:
IJmond drs. G.V.A. de Jong
1a. Eventuele samenwerking met andere regio’s: De intensieve jeugdhulp (Jeugdbescherming en jeugdreclassering; Advies en Meldpunt Huiselijk Geweld en Kindermishandeling (AMHK); Crisisdienst; Jeugdzorg Plus (Gesloten jeugdhulp); Specialistische zorg aan jeugdigen; Pleegzorg) wordt bovenregionaal opgepakt met de regio's ZuidKennemerland en Haarlemmermeer. Elk onderdeel is inmiddels in factsheets beschreven en voorzien van ideeën voor de toekomst. Binnenkort worden hierover de eerste afspraken gemaakt met de aanbieders. 2. (Vertegenwoordigers van) betrokken partijen Gemeenten De colleges van B&W van de gemeenten Beverwijk, Heemskerk, Velsen en Uitgeest. Zorgaanbieders • Vanuit de AWBZ zijn betrokken Lijn 5, Hartekampgroep, OTT, SIG en MEE.
• Vanuit de GGZ de Jeugdriagg, Triversum, Lucertis, De Waag, Brijder, Opvoedpoli en een • •
afvaardiging van de Vrijgevestigden Vanuit de provinciale jeugdzorg, Bureau Jeugdzorg NH, William Schrikker Groep, OCK het Spalier Vanuit de gesloten jeugdzorg Transferium en de Koppeling
Huidige financiers Provincie Noord Holland en Achmea. In de bijlage 1 is een overzicht met de betrokken personen opgenomen. 3. Betrekkingen Dit arrangement heeft betrekking op alle jeugdhulp waarvoor de IJmondgemeenten verantwoordelijk is vanaf 1 januari 2015, voor maximaal 1 jaar. Het beleidskader en de gekozen uitgangspunten hebben echter een meerjarig perspectief (blz. 3, punt 4 en blz. 4 punt 5). Dit arrangement heeft betrekking op de zorgproducten zoals beschreven in paragraaf 4. Dit arrangement heeft betrekking op cliënten die op 31-12-2014 in zorg zijn ('zittende cliënten') en op cliënten die op 31-12-2014 een aanspraak op zorg hebben, maar deze zorg op dat moment nog niet krijgen ('wachtlijstcliënten'). De toezeggingen over de continuïteit van zorg (zie paragraaf 7) zijn bestuurlijk vastgesteld door de colleges van B&W van de IJmondgemeenten. De gemeenteraden worden nog geïnformeerd. 4.Selectie relevante zorgproducten Vanaf 1 januari 2015 worden de IJmondgemeenten verantwoordelijk voor de volgende zorgproducten
Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten
10
21 oktober 2013
groep
In de inleiding is in grote lijnen beschreven welke transformatie van deze zorgproducten de IJmondgemeenten willen bereiken en welke uitgangspunten daarbij gehanteerd worden (zie blz. 3, punt 4 en blz. 4 punt 5). De aanbieders zijn bij deze transformatie betrokken (zie boven, paragraaf 2). De gegevens ontbreken echter op dit moment nog (zie blz.5, punt 6) om per aanbieder per product afspraken te maken en die vast te leggen. Dat zal in de loop van 2014 gaan gebeuren, gebruik makend van de ervaringen die vanaf 2014 opgedaan worden met de geïntegreerde, gebied/wijkgerichte jeugdhulp, die door de aanbieders wordt vormgegeven door een andere werkwijze met verschuiving van personeel en samenwerking onderling. 5.Gebruikte definitie continuïteit van zorg Continuïteit van zorg wordt gedefinieerd als het continueren van de zorg waar cliënten per 31-12-2014 gebruik van maken, voor de periode van 1 jaar, bij dezelfde aanbieder als waar zij op deze datum zorg krijgen (tenzij de cliënt van zorgaanbieder wil wisselen). Dit betekent dat continuïteit van zorg afgebakend is voor maximaal het gehele kalenderjaar 2015; indien de indicatie in 2015 afloopt geldt de zorgcontinuïteit voor maximaal de loopduur van de indicatie. Deze cliënten worden ook wel 'zittende cliënten' genoemd. 6.Gebruikte definitie infrastructuur Continuïteit van zorg wordt beredeneerd vanuit het individu en niet vanuit de instelling. Echter, om continuïteit van zorg te garanderen zijn aanbieders nodig; zij leveren immers de bestaande zorginfrastructuur in 2015. Om te realiseren dat zittende cliënten bij de bestaande aanbieder in zorg kunnen blijven is borging van die infrastructuur nodig. Hieronder wordt verstaan de jeugdhulpaanbieders die zorg uitvoeren in het kader van continuïteit van zorg voor de periode van een jaar – en voor pleegzorg langer. Concreet betekent dit dat bestaande zorgproducten aangeboden moeten blijven worden in het kalenderjaar 2015 voor die cliënten waar continuïteit van zorg voor geldt. Na 2015 geldt dit niet meer. Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten
11
21 oktober 2013
7. Toezegging realisatie continuïteit van zorg De colleges van de IJmondgemeenten zeggen toe dat zij voor zittende en wachtlijstcliënten de continuïteit van de jeugdhulp, zoals omschreven in paragraaf 5 en 6 waarborgen. Basis voor deze toezegging zijn de uitgangspunten zoals vastgelegd op blz. 4 punt 5. Hierdoor kan de benodigde hulp en infrastructuur in stand blijven voor zittende en wachtlijstcliënten, en is ook het meerjarenperspectief duidelijk van monitoring, samenwerking, overleg, en aanpassing. Bovenstaande geldt eveneens voor maatregelen voor jeugdbescherming en jeugdreclassering en de activiteiten van het AMHK Voor cliënten die pleegzorg ontvangen kent het waarborgen van de continuïteit geen maximumduur van 1 jaar. Zij behouden de pleegzorg tot zij de leeftijd van 18 jaar bereiken. 8. Budget 2015 en doorkijkje naar 2017 In 2015 is naar verwachting voor de IJmondgemeenten een totaal jeugdhulp budget beschikbaar dat gelijk is aan het berekende jeugdhulp budget van 2012 minus 7 procent. In de jaren 2016 en 2017 daalt het beschikbare budget verder met circa 5%, respectievelijk 3% per jaar. De budget cijfers zijn vooralsnog zeer onzeker (zie blz. 4, punt 6); er is sprake van een onzekerheidsmarge van + of – 25%. Budgetverschuiving Het beleid van de IJmondgemeenten is er op gericht om in de periode 2014 – 2018 (en verder) dure verkokerde specialistische jeugdhulp die op afstand wordt geleverd, geleidelijk te vervangen door geïntegreerde gebied/wijkgerichte goedkopere jeugdhulp, waaraan eventueel benodigde specialistische hulp nauw verbonden is. Het effect van dit beleid kan in getallen worden weergegeven in de vorm van budgetverschuiving van specialistische jeugdhulp op afstand naar lokale geïntegreerde jeugdhulp. De verschuivingen binnen het totale budget in de periode 2015 – 2017 zijn in onderstaand overzicht indicatief aangegeven, in de vorm van veranderende percentages; niet in de vorm van veranderende budgetbedragen, omdat de onzekerheidsmarge op de veranderende budgetten + of – 25% is. De verschuivingen worden (zie blz. 4, punt 5) door de aanbieders binnen hun budget verricht, door anders te gaan werken en hun mensen anders in te gaan zetten. Daardoor blijven de frictiekosten zo laag mogelijk.
verschuivingen in de verdeling van het totale budget
AWBZ Jeugdzorg plus Provinciale Jeugdzorg ZVW Gebied-/wijkgericht werken Totaal Regio IJmond
budget 2012 (x €1000)
aandeel (%) in het totale budget 2012
verwacht aandeel (%) in het totale budget 2017
11.456 2.565
33 7
26 6
13.324 7.198
39 21
25 15
0
0
28
34.543
100
100
Bron budget 2012: KPMG
Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten
12
21 oktober 2013
9. Budget 2015 per aanbieder Op grond van de uitgangpunten (zie blz. 4, punt 5) kan elke aanbieder die in 2014 jeugdhulp levert aan de IJmondgemeenten voor 2015 in principe een budget tegemoet zien dat circa 7 % lager ligt dan het budget in 2012. Zodra volledige en betrouwbare gegevens beschikbaar zijn per aanbieder (aantal cliënten, producten, kosten) en er duidelijkheid is over het in 2015 beschikbare jeugdhulpbudget, zullen op basis van de uitgangspunten van dit transitiearrangement nadere afspraken per aanbieder gemaakt worden. Input voor die afspraken is een plan van de aanbieder om de rijkskorting op te vangen en een plan hoe verschuiving van medewerkers mogelijk is naar de gebied/wijkgerichte jeugdhulp, of hoe de relatie ermee versterkt kan worden. Daarna zullen de gemaakte afspraken zorgvuldig gemonitord worden, zodat bij problemen tijdig bijgestuurd kan worden. Wanneer in 2015 de rijkskorting lager blijkt uit te vallen dan 7%, dan wordt het vrijvallende budget gebruikt voor versterking van de gebied/wijkgerichte jeugdhulp en voor het oplossen van dreigende continuïteitsproblemen. Als bekostigingsvoorwaarde zullen de IJmondgemeenten voorwaarden stellen aan werkwijze en wijze van samenwerking met de andere aanbieders die voor de IJmondgemeenten werken. Het gaat daarbij met name om het gezamenlijk vormgeven aan geïntegreerd, gebied/wijkgericht werken, mobiliseren van 'eigen kracht', het beperken van de inschakeling van specialistische jeugdhulp, en kwaliteit (o.a. cliënttevredenheid). De IJmondgemeenten monitoren de budgettaire en kwaliteitskaders, evalueren ze regelmatig en stellen ze zondig bij. 10. Inventarisatie frictiekosten door aanbieders Onder frictiekosten worden de kosten verstaan die het gevolg zijn van de transitie en transformatie van jeugdzorg per 1 januari 2015. Daarbij gaat het met name om wachtgelden voor personeel van instellingen (direct personeel en overhead) en kapitaallasten (m.n. huisvesting). De kosten die het gevolg zijn van de door het Rijk opgelegde kortingen van het jeugdhulpbudget, zijn dus geen frictiekosten als gevolg van de transitie jeugdzorg, maar bezuinigingskosten. Dit transitiearrangement gaat nadrukkelijk niet in op compensatie van frictiekosten. Gemeenten zijn van mening dat de frictiekosten niet ten laste van gemeenten kunnen worden gebracht, en evenmin de kosten die het gevolg zijn van de bezuiniging van rijkswege. Door de gekozen uitgangspunten (zie blz. 4, punt 5) zullen de frictiekosten als gevolg van het transitiebeleid van de IJmondgemeenten (zie blz. 3, punt 4) zo laag mogelijk zijn. In deze fase kunnen door de grote onzekerheden (zie blz. 5. punt 6) de frictiekosten voor de Jeugdzorg plus, de J-GGZ en de zorg die vanuit de AWBZ overkomt, nog niet goed in kaart gebracht worden. In bijlage 3 is wel een indicatie van de verwachte frictiekosten van BJZNH en van OCK het Spalier opgenomen. Daarvoor gelden overigens dezelfde grote onzekerheden. In de gesloten jeugdzorg is door beleid van VWS sprake van leegstand, en zijn er langlopende huisvestingscontracten die door Rijk en/of Provincie afgesloten. De (frictie)kosten die hier het gevolg van zijn, horen gedragen te worden door Rijk en Provincie. Daarnaast is het nog onduidelijk hoe de algemene korting van 7% in 2015 opgevangen kan worden, aangezien plaatsingen in de gesloten jeugdzorg vaak een verplicht karakter hebben en de vaste kosten van huisvesting een groot aandeel hebben in de totale kosten. Hierover zullen nog nadere afspraken gemaakt worden 11. Maatregelen beperking frictiekosten Om de personele frictiekosten te beperken, bereiden veel aanbieders zich al voor door geen vaste contracten meer af te geven en te werken met tijdelijke contracten tot eind 2014. Een aantal instellingen moet in staat worden geacht om de verwachte daling in personeel binnen de eigen exploitatie en reserves te kunnen opvangen. Ook ten aanzien van afbouw van overhead en vastgoed zien gemeenten dat instellingen al stappen zetten. Verkend zal worden of er in de regio mogelijkheden zijn of komen om huisvesting van CJG of CJG coaches of - teams aan te laten sluiten bij locaties van zorgaanbieders. Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten
13
21 oktober 2013
De beëindiging van een belangrijk deel van de taken van Bureau Jeugdzorg (bij wet ingesteld) als gevolg van het invoeren van de nieuwe wet op de jeugdhulp, leidt tot frictiekosten. Aangezien deze kosten niet het gevolg zijn van beslissingen van de gemeenten bij het vormgeven aan de transitie, kunnen deze niet toegerekend worden aan de gemeenten. De medewerkers van Bureau Jeugdzorg Noord Holland die tot 2015 de inschakeling van specialistische jeugdhulp voor de IJmondgemeenten verzorgen, zullen vanaf 2014 opgenomen worden in het gebied/wijkgerichte werken met professionals/ CJG-coaches. Wanneer het personeelsbudget van deze medewerkers vanaf 2015 overgedragen wordt aan de IJmondgemeenten, dan wordt het in principe mogelijk dat zij overgaan naar een van de aanbieders die voor de IJmondgemeenten werken, met meeneming van hun P-budget. 12. Regio vs. landelijk Voor de onderstaande functies neemt de VNG het initiatief voor een landelijk transitie arrangement. De VNG gaat er van uit dat 2,2% van het regionale budget gereserveerd zal moeten worden voor deze landelijke functies. Functie 1. Huidige landelijke specialismen JeugdzorgPlus: a) JeugdzorgPlus voor jongeren onder 12 jaar b) Zeer Intensieve Kortdurende Observatie en Stabilisatie c) Gesloten opname van tienermoeders tijdens zwangerschap of met pasgeboren kind. 2. GGZ met een landelijke functie a) Eetstoornissen
3.
4. 5.
b) Autisme c) Persoonlijkheidsstoornissen d) GGZ voor doven en slechthorenden e) Psychotrauma Jeugd sterk gedragsgestoord licht verstandelijk gehandicapt (jsglvg)
Gespecialiseerde diagnostiek, observatie en exploratieve behandeling aan (L)VB jeugd GGZ met bijkomende complexe problematiek. Expertise en behandelcentrum op het terrein van geweld in afhankelijkheidsrelaties onder 18 jaar. a) Eergerelateerd geweld
Aanbieders Horizon Horizon LSGRentray Altrecht Rintveld Rivierduinen – Ursula Dr. Leo Kannerhuis De Viersprong GGMD Centrum ‘45 Ambiq, ’s Heeren Loo Groot Emaus Koraal Groep De la Salle Pluryn de Beele De Hondsberg Kompaan en de Bocht Fier Fryslan Fier Fryslan
b) Loverboys en prostitutie Forensische zorg: inzet van erkende gedragsinterventie binnen jeugdreclassering a) Functional Family Therapy [nog invoegen] b) Multidimensional Treatment Foster Care Leger des Heils c) Multidimensionele Familietherapie [nog invoegen] d) Multisysteem Therapie [nog invoegen] e) Ouderschap met Liefde en Grenzen De Waag Tabel 1. Functies en aanbieders waarvoor landelijke afspraken. 6.
Zodra cijfers beschikbaar zijn op aanbieder niveau, kan vastgesteld worden hoeveel jeugdhulp binnen de regio IJmond geleverd wordt door landelijke aanbieders. Ook voor hen gelden de uitgangspunten (zie blz. 4, punt 5) dat hun budget voor 2015 in principe overeenkomt met hun budget in de 2012 Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten
14
21 oktober 2013
minus een bezuiniging van 7%. Ook voor de landelijke aanbieders geldt dat hun jeugdhulp zo nauw mogelijk gekoppeld wordt aan de lokale gebied/wijkgerichte jeugdhulp (o.a. warme overdracht en warme terugkeer), door eventuele aanvullende afspraken op de algemene afspraken, zoals die opgenomen worden in een landelijke raamovereenkomst. 13.Onderdelen van dit arrangement die onder voorbehoud van wijzigingen worden voorgelegd aan de TSJ Punten van voorbehoud: - de onzekerheden in zowel de basisgegevens (budgetten, aantal cliënten, kosten) waarop de afspraken met aanbieders over 2015 moeten worden gebaseerd, als de onzekerheden in de producten die over zullen gaan naar de gemeenten (zie blz. 5, punt 6) - definitieve vaststelling budget 2015 via meicirculaire 2014 - certificering van bureau jeugdzorg. Wat betreft de principes waarop dit transitiearrangement is gebaseerd (zie blz. 3 punt 4 en blz. 4, punt 5) is er geen voorbehoud. De gemeenteraden van de IJmondgemeenten zijn op 25 september j.l. in een gemeentelijke conferentie geïnformeerd over de uitgangspunten die gehanteerd worden bij het handhaven van de continuïteit in 2015 (zie blz. 3, punt 4 en 5) en het innoveren van de jeugdhulp. Deze uitgangspunten en de gevolgde beleidslijn worden gedragen door de gemeenteraadsleden. De verwerking ervan tot budgetafspraken met afzonderlijke aanbieders in de loop van 2014, ligt op het vlak van de beleidsuitvoering. Daarom wordt het transitiearrangement na vaststelling door de colleges ter informatie aan de gemeenteraden gezonden. 14. Kwaliteitsparagraaf De IJmondgemeenten willen in de periode 2014 – 2018 de lokale jeugdhulp innoveren, door dure verkokerde specialistische jeugdhulp die op afstand wordt geleverd, geleidelijk voor een belangrijk deel te vervangen door gebied/wijkgerichte goedkopere geïntegreerde jeugdhulp waarbij ook 'eigen kracht' wordt gemobiliseerd. Hoewel deze innovatie moet plaatsvinden binnen een streng bezuinigingskader, is het doel te komen tot kwaliteitsverbetering van de jeugdhulp. Een belangrijk aspect van die kwaliteit is cliënttevredenheid. In de Stuurgroep Zorg voor Jeugd, die mede richting geeft aan de transitie, is daarom ook Zorgbelang vertegenwoordigd. Daarnaast worden cliëntvertegenwoordigers nauw betrokken het veranderingsproces in de komende jaren, om te beginnen tijdens het uitprobeerjaar 2014 van het gebied/wijkgerichte werken. Hierdoor krijgt het begrip kwaliteit door terugkoppeling vanuit de praktijk van de jeugdhulp steeds meer inhoud.
Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten
15
21 oktober 2013
DEEL B: BOVENREGIONALE AFSTEMMING INTENSIEVE JEUGDHULP Inleiding De regio's IJmond, Zuid-Kennemerland en Haarlemmermeer werken samen bij het realiseren van de intensieve, kostbare jeugdhulp: •
Pleegzorg
•
Jeugdbescherming en jeugdreclassering
•
Het organiseren van een Meldpunt Huiselijk Geweld en Kindermishandeling (AMHK)
•
Crisisdienst
•
Gesloten jeugdhulp
•
Specialistische zorg aan jeugdigen
In dit deel B van het transitiearrangement wordt aangegeven wat er op deze terreinen gaat veranderen en hoe toch de continuïteit gewaarborgd zal worden en frictiekosten zo veel mogelijk vermeden zullen worden.
1. Pleegzorg a) Wat gaat er veranderen • Uitbreiding van het aantal pleegouders, door: (1) gerichter werven, (2) aantrekkelijker maken van het pleegouderschap. • Meer en betere ondersteuning van pleegouders • Betere opname van pleegkinderen op scholen in de buurt b) Gevolgen voor continuïteit in 2015 • Verbetert • Zie verder deel A paragraaf 7 c) Frictiekosten • Zo laag mogelijk
2. Jeugdbescherming en jeugdreclassering a) Wat gaat er veranderen • BJZ-NH (met onder hun vlag WSG, Leger des Heils en SGJ) blijft jeugdbescherming en jeugdreclassering uitvoeren (gecertificeerde instelling), • Via een Jeugdbeschermingstafel zal de jeugdbescherming en jeugdreclassering worden vorm gegeven in de drie regio’s. • CJG coaches krijgen een rol bij de bespreking aan de jeugdbeschermingstafel • Jeugdbeschermingstafel krijgt een nauwe link met de lokale jeugdhulp b) Gevolgen voor continuïteit in 2015 • Continuïteit blijft gewaarborgd c) Frictiekosten
Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten
16
21 oktober 2013
•
Frictiekosten als gevolg van gemeentelijk/beleid zijn zo laag mogelijk. Zie verder paragraaf deel A, paragraaf 11.
3. Het organiseren van een Advies en Meldpunt Huiselijk Geweld en Kindermishandeling (AMHK) a) Wat gaat er veranderen • Pilot starten om zichtbaar te maken hoe een AMHK er in de praktijk uit moet gaan zien • Hechte koppeling met de lokale jeugdhulp • Koppeling met de crisisdienst b) Gevolgen voor continuïteit in 2015 • Continuïteit blijft gewaarborgd c) Frictiekosten • Frictiekosten zijn zo laag mogelijk
4. Crisisdienst a) Wat gaat er veranderen • Onderzoek of koppeling met AMHK mogelijk en zinvol is • Zorgen voor goede koppeling met de lokale, gebied/wijkgerichte jeugdhulp • Onderzoek of verschuiving mogelijk is van crisisplaatsen naar ambulante crisishulp b) Gevolgen voor continuïteit in 2015 • Geen kortingen boven het algemene bezuinigingskader c) Frictiekosten • Zo laag mogelijk
5. Gesloten jeugdhulp a) Wat gaat er veranderen • Geleidelijk minder instroom doordat problemen of escalatie ervan voorkomen worden door geïntegreerd buurtgericht werken, en doordat terugkeer naar de lokale jeugdhulp sneller zal plaatsvinden. • Differentiatie tussen gesloten en ambulante zorg • Verandering van bekostiging per plaats naar bekostiging per traject b) Gevolgen voor continuïteit in 2015 • Geen kortingen boven het algemene bezuinigingskader • Na 2015 zal de geleidelijk kleiner wordende instroom vertaald worden naar daling van budget. c) Frictiekosten • De algemene korting van 7% in 2015 op alle vormen van jeugdhulp zal tot minder plaatsen leiden, terwijl opname vaak verplicht is. Hierover zullen nadere afspraken gemaakt moeten worden.
6. Specialistische zorg aan jeugdigen a) Wat gaat er veranderen • Instroom naar de specialistische jeugdhulp zal geleidelijk verminderen, doordat in de gebied- of wijk daadwerkelijke hulp gegeven. • Specialistische jeugdhulp zal van de achterkant naar de voorkant gaan verschuiven, en geïntegreerd worden met de jeugdhulp in de gebied- of wijk en de 'eigen kracht' die daar wordt ingeschakeld
Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten
17
21 oktober 2013
•
Vrijgevestigde jeugdhulpaanbieders zullen zich moeten gaan organiseren in een samenwerkingsverband, waarmee de IJmondgemeenten afspraken maken over de levering van specialistische jeugdhulp, met als bekostigingsvoorwaarde eisen aan werkwijze en wijze van samenwerking met de geïntegreerde gebied/wijkgericht jeugdhulp. b) Gevolgen voor continuïteit in 2015 • Geen kortingen boven het algemene bezuinigingskader • In latere jaren zal de geleidelijk kleiner wordende instroom vertaald worden naar daling van het budget. c) Frictiekosten • Zo laag mogelijk. Voor instellingen die al langere tijd bezig zijn hun kosten te verlagen, en hun schil van tijdelijke krachten al hebben afgestoten, leidt de algemene bezuiniging van het Rijk tot ontslag van vaste medewerkers en leegstand van gebouwen. Volgens modelberekeningen met onzekere cijfers (zie pag. 5, punt 6) verwacht OCK een totaal aan kosten van circa 3 mln. over de periode 2015 -2017 voor de IJmondgemeenten en ZuidKennemerland samen.
Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten
18
21 oktober 2013
BIJLAGE 1: Betrokken partijen waarmee het transitiearrangement is afgestemd Lijn 5 Hartekampgroep OTT SIG MEE 0-23
Janine Roos Janneke van der Lely Miranda Kouters Hella Nuyten Nora Barnhoorn Odette Jansen
Jeugdriagg Triversum Lucertis De Waag Brijder Opvoedpoli Vrijgevestigden
Hella van Beek, Kees Bastiaanse Ineke van Hooff Jan van Schilt Pascal Wolters Laura Schermer Rachel van Daalen Susanne Thiesen
Bureau Jeugdzorg NH WSG OCK het Spalier
Marjan Adema Job de Boer Ton van Voorden
Transferium De Koppeling Provincie Noord Holland Achmea
Job Laghuwitz en Vrank Post Liesbeth Postma Aurelia Orlowski Louk Dorrestein
Leden Stuurgroep Zorg voor Jeugd Annette Baerveldt Haydar Erol Leo Wijker Fred Timmermans Albert Strijker Lucy Schmitz Hendrik Beeln Jan van Schilt Cees Huisman Bart van der Neut Margaret Brouwer Richard Lesscher Jacques Loomans Seline Kloosterman Gea de Jong
Voorzitter Stuurgroep Zorg voor Jeugd, wethouder Jeugd en Onderwijs Velsen Wethouder Jeugd, Beverwijk Voorzitter SWV IJmond-Noord Voorzitter SVOK Voorzitter SWV VO ZK Directeur BJZNH Bestuursvoorzitter OCK) Directeur Lucertis Directeur MEE Directeur Socius Manager JGZ Sectormanager GGD Directeur Zorgbelang Kwartiermaker Passend Onderwijs SVOK Regionaal projectleider Transitie Jeugdzorg IJmondgemeenten
Leden Platform Zorg voor Jeugd Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten
19
21 oktober 2013
Marjan Adema Cynthia Kempe Maaike Smid Marie-José Ribeiro Duarte Dieneke van der Meij Femke van het Nederend Frieda Gosewehr Lida Samson Peter Lensen Karin Broersen Linda Veldman Anja De Munck Frans Dieperink Joelle Ratsma Yvon Steur Anne Ruth Leenman Barbara van Leeuwen Frans van Straalen Joost van Hienen Seline Kloosterman Susan Walstra Nora Azarkan Annemiek Nieuwstraten Loes ter Horst
BJZNH Brijder Context De Kraamvogel De Opvoedpoli De Opvoedpoli GGD GGD Halt Heliomare Heliomare JGZ Lucertis Lucertis MEE OCK het Spalier SOCIUS SOCIUS Streetcornerwork SVOK SWV IJmond Welzijn SWB Zorgbelang Zorgbelang
Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten
20
21 oktober 2013
BIJLAGE 2: Gemeenschappelijke doelen Zuid-Kennemerland, IJmondgemeenten en Haarlemmermeer 1.
Minder en kortere inzet specialistische zorg •
•
•
• • • 2.
Door de kracht van ouders en jeugdigen en hun sociale omgeving te versterken en te ondersteunen o Versterken pedagogische civil society (allemaal opvoeders) o Familienetwerkberaad, EKC o Inzet specialistische expertise (o.a. consult, observatie thuis)bij professionals in de basisinfrastructuur, handvaten bieden om jeugdigen thuis te kunnen blijven opvangen en begeleiden om (intensieve) specialistische inzet te voorkomen, te verminderen o In stand houden en versterken van respijtzorg (logeerhuizen, weekend en naschoolse gastgezinnen, kinderdagcentra, woongroepen). Hierbij de prioriteit geven aan minder duurdere vormen zoals naschoolse opvang boven logeerhuizen Door het lokale veld (kinderopvang, onderwijs, welzijn, sportverenigingen, etc.) te versterken en met hen samen te werken o Inzet specialistische expertise (consult, observatie, gezamenlijk (huis)bezoek) handvaten bieden om jeugdigen te kunnen blijven opvangen en begeleiden in het lokale veld en (intensieve) specialistische inzet te voorkomen (Alert4you). o Samenwerking tussen specialisten en vrijwilligers en mantelzorgers Door snellere uitstroom mogelijk te maken o Huisvesting jeugdigen zowel met als zonder begeleiding o Goede samenwerking met eigen netwerk en vrijwilligers voor ondersteuning en vinger aan de pols o Goede verbinding intensieve trajecten en lokale zorg, o.a. kennisoverdracht voor goede nazorg, rol FACT Meer differentiatie in de ambulante zorg Aansluiten bij VJG coaches Goede samenwerking met de volwassenenzorg Snellere inzet van de juiste specialistische zorg (minder schakels en ‘niet passende inzet’)
• •
• •
• 3.
Goede ‘toegang’ waarin geborgd is dat snel, met zo min mogelijk schakels , op basis van een goede (waar nodig integrale) afweging/eerste diagnose de juiste zorg wordt ingezet en die bijdraagt aan een verantwoorde kostenbeheersing Door snelle goede inschatting van problematiek o Brede basiskennis bij generalisten zodat zij goed kunnen inschatten wanneer verdere screening, diagnostiek nodig is o Specialistische expertise aan de voorkant die er eenvoudig bijgehaald kan worden voor (integrale) screening en diagnostiek Door blijvende beschikbaarheid van de benodigde specialistische expertise en capaciteit Door uitbreiden multifocale trajecten o Trajecten op maat samenstellen uit verschillende hulp en ondersteuningsvormen zodat op het goede moment de goede expertise in de best passende vorm wordt ingezet Tijdig een beslissing nemen over de opvoedsituatie waarin een kind gaat opgroeien Ombouwen van residentiele zorg naar ambulante zorg en deeltijd varianten
•
Door meer ambulante inzet vanuit verschillende sectoren, meer multifocale trajecten o Ondersteund door goede intervisie, werkbegeleiding (wanneer moet je er iemand anders bijhalen en/of kan je afbouwen)
Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten
21
21 oktober 2013
• • •
4.
Door meer respijtzorgplaatsen, logeerhuizen, gastgezinnen, woongroepen Door adequate dagbehandeling/deeltijdvarianten in te zetten Door meer samenwerking met eigen netwerk en vrijwilligers voor ondersteuning en vinger aan de pols in combinatie met ambulante zorg Een efficiënt gebruik van dagbehandeling • •
5.
Door adequate ambulante hulp kan dagbehandeling voorkomen of beperkt worden. Door adequate dagbehandeling kan 24-uurs zorg voorkomen of beperkt worden.
Plaatsen van jeugdigen in pleeggezinnen en gezinsvarianten • •
•
6.
Door blijvende aandacht voor het werven van geschikte pleeggezinnen Door het (waar nodig) intensiever ondersteunen en begeleiden van pleeggezinnen o Uitbreiding begeleidingsuren o Ondersteunen bij randvoorwaarden in huisvesting, plaatsing op een school, kinderopvang en/of naschoolse opvang Door het faciliteren van woonvormen waarin het elkaar ondersteunen bij het opvoeden/ gezamenlijk opvoeden makkelijker is o Gekoppelde gezinshuizen, woongroepen, etc. Integrale crisiszorg
• • •
7.
Door het ombouwen van een deel van de crisisplaatsen naar ambulante spoedhulp o Door grotere beschikbaarheid van (integrale, samenwerkende) ambulante spoedhulp Door het samenvoegen van crisisbedden in de jeugd en opvoedhulp, (L)VB en J-GGZ Het bundelen van de fysieke beschikbaarheid en het koppelen hieraan van de (oproepbare) benodigde expertise Verschuiving dwang naar drang
• •
Door het goed toerusten en ondersteunen van CJG-coaches Door aan de beschermingstafel drang in te kunnen zetten
Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten
22
21 oktober 2013
BIJLAGE 3: Detailgegevens aanbieders over invulling bezuiniging 2015 In deze bijlage wordt aangegeven hoe de verschillende zorgaanbieders (provinciale jeugdzorg) of de verschillende sectoren van plan zijn de algemene bezuiniging van 7% in 2015 in te vullen.
1. OCK het Spalier Jeugd en Opvoedhulp De jeugd- en opvoedhulpaanbieder OCK het Spalier is van plan in 2015 de algemene bezuiniging als volgt te realiseren. OCK Kortingen in 2015 (ZK en IJmond) Budget 2013
Budget 2015
Specialistische ambulante hulp (incl. FACT en CJG coaches)
€ 2.789.033
€ 2.984.033
+ 6,99
Dagbehandeling, screening, training
€ 3.949.239
€ 3.733.978
- 5,45%
24 uurszorg
€ 7.325.276
€ 6.478.986
- 11,6%
Spoedeisende zorg
€ 1.699.164
€ 1.179.402
- 30,6%
Pleegzorg
€ 2.729.328
€ 2.729.328
0%
Totaal (inclusief huisvesting en overig)
€ 20.572.899
19.186.586
- 6,74%
Bij de verdeling van dit totaalbudget over de IJmondgemeenten en Zuid-Kennemerland blijkt in het verleden een scheefgroei te zijn ontstaan tussen het aantal kinderen/jongeren in de IJmond versus Zuid-Kennemerland (ongeveer 50 : 50) en de huidige verdeling van het budget over de regio's (1 : 2). Dit maakt splitsing van het budget over beide regio's lastig. Deel van de opbrengsten van de kortingen worden opnieuw ingezet in de eigen organisatie om ambulante spoedhulp te versterken en de gezinsvarianten uit te breiden. Dagbehandeling Op dagbehandeling wordt gekort door ombouw van dagbehandelingscapaciteit naar ambulante capaciteit. Hierdoor kan ook afzonderlijk specialistische hulp als logopedie, speltherapie en fysiotherapie in het lokale veld worden ingezet. Voorheen kon dit type hulp uitsluitend in combinatie met dagbehandeling geboden worden. Daarnaast zullen 8 plaatsen dagbehandeling gekort worden Residentiële zorg Binnen residentieel (24 uurszorg) zal een forse bezuiniging doorgevoerd worden: binnen de afdeling jongere jeugd is in 2013 reeds een groep met 8 plaatsen gesloten. Binnen oudere jeugd wordt een groep van 8 plaatsen gesloten, alsmede 8 plaatsen kamertraining. Met een deel van het hiermee vrijkomende budget worden 3 plaatsen aan de projectgezinnen toegevoegd, 2 plaatsen bij Begeleid Wonen en 4,5 plaatsen in een nieuw te vormen multifocaal groepsaanbod met Lijn 5 ten behoeve van jongeren in het tussengebied van J&O en LVB (is reeds in voorbereiding).
Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten
23
21 oktober 2013
Een aandachtspunt zijn de buitenregionaal geplaatste kinderen. Binnen het budget van OCK het Spalier wordt circa 4 miljoen besteed aan kinderen van buiten IJmond en Zuid-Kennemerland. De gemeenten zetten zich er voor in dat niet voor ieder kind uit een andere regio toestemming gevraagd moet worden voor plaatsing en losse facturen gestuurd moeten worden. Gestreefd wordt naar afspraken over een percentage tot waar over en weer kinderen uit andere regio’s geplaatst kunnen worden, monitoring tussen regio’s over het gebruik en eventueel bij scheefgroei verrekening achteraf. Crisiszorg Binnen de crisiszorg worden 16 24-uurs capaciteitsplaatsen voor jongere jeugd gesloten. Hier tegenover staat de vorming van 6 plaatsen in crisisgezinnen en een uitbreiding van Ambulante Spoedhulp met 8 trajecten. Pleegzorg Voor de pleegzorg wordt de bestaande zorg voor die cliënten met een lopende indicatie per 31 december 2014, gecontinueerd worden zo lang de indicatie loopt. De gemeenten in Zuid Kennemerland hebben de intentie het budget voor pleegzorg in 2015 minimaal op het huidige niveau te houden. Provincie NH financiert op dit moment extra plaatsen op basis van actuele groei in vraag. Het zoveel mogelijk plaatsen van kinderen in pleeggezinnen of gezinsvarianten heeft en houdt prioriteit. De pleegzorgbegeleiding blijft belegd bij OCK het Spalier, zij blijven begeleiding aan de huidige pleeggezinnen ook na 2015. Wel gaan zij de mogelijkheden verkennen om nauwer samen te werken met Spirit (jeugd en opvoedhulp aanbieder in de stadsregio Amsterdam) in o.a. het werven van pleegouders het plaatsen van kinderen en het opzetten van gezinsvarianten. Daarnaast zal OCK het Spalier door verschuivingen meewerken aan het uitbreiden van de ‘nieuwe producten’ multifocale trajecten en CJG coaches. Vooruitblik 2016 en 2017 OCK het Spalier zet zich er voor in om de kortingen die nodig zijn in 2016 (en 2017) te halen uit kortingen op de bedrijfsvoering. Hiervoor start een reorganisatie. Indien nodig volgt dan nog verdere ombouw. In 2015 wordt het transformeren vormgegeven door verschuivingen binnen de eigen producten in lijn met de uitgangspunten en door een verschuiving van eigen inzet naar de nieuwe producten. In 2016 en 2017 worden er middelen vrijgemaakt die door OCK medewerkers maar ook door anderen ingevuld kunnen worden. Dit wordt ingezet om bijvoorbeeld de multidisciplinaire samenstelling van de CJG coaches te waarborgen. Geraamde frictiekosten Totaal Huidige budgetverdeling
ZK
IJmond
66,40%
33,60%
Frictiekosten periode 2015 t/m 2017 versie 21% korting
3.325.666
2.208.242
1.117.424
Frictiekosten periode 2015 t/m 2017 versie 15% korting
3.111.818
2.066.247
1.045.571
2. Bureau jeugdzorg Noord Holland (BJZNH) Toegangstaken Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten
24
21 oktober 2013
Het budget van BJZNH wordt ten opzichte van 2012 met 30% gereduceerd door de overdracht van de toegangstaken naar gemeenten. Dit budget komt beschikbaar voor gemeenten voor de inrichting van de nieuwe toegang. BJZNH bouwt de kosten voor bedrijfsvoering met 30% af. In 2014 worden de medewerkers van BJZNH die tot nog toe de toegangstaken uitvoerden voor de IJmondgemeenten, opgenomen in het gebied/wijkgerichte werken, van waaruit zo nodig inschakeling van specialistische zorg plaatsvindt. Een klein deel van het huidige toegangsbudget blijft belegd bij BJZNH (in ieder geval in 2015 en 2016 ) om de volgende taken uit te voeren: • het afgeven van een instemmingsverklaring voor plaatsing in gesloten jeugdzorg • deelname aan de beschermingstafel/toeleiding naar de Raad voor de Kinderbescherming Gemeenten en BJNZH maken voor 1 juli 2014 afspraken over de inzet van medewerkers van de huidige toegang waarbij gestreefd wordt naar zo min mogelijk frictiekosten. Onder andere het werkgeverschap zal daarbij geregeld worden. Bezuiniging in 2015 Op de overige taken van BJZ wordt ingezet op een bezuiniging van 7% in 2015. Dit wordt deels bereikt door een verlaging van de kostprijs van cliënttrajecten met 5% in 2015 door: • het terugdringen van indirecte uren en ziekteverzuim (6% verlaging) • flexibilisering van de inzet van medewerkers • het breder inzetbaar zijn en in ‘'eigen kracht' zetten’ van medewerkers • het resultaatgericht en meer risico gestuurd gaan werken waarbij medewerkers eigen verantwoordelijkheid moeten nemen en de gedragsdeskundige niet elke dossier meer hoeft te zien. Dit leidt tot verminderde inzet van kostbare specialistische deskundigheid • verlaging van de kosten door invoering van “het nieuwe werken” • verlaging administratieve lasten door simpele cliëntregistratie De extra 2% bezuiniging gerealiseerd worden als er korter en minder gebruik van zorg gemaakt wordt door: • minder instroom in dwang door inzet CJG coaches • een verschuiving van dwang naar drang • een verschuiving van drang naar CJG coaches BJZNH geeft aan geen aanwijzingen te hebben dat in 2015 reeds een daling in het aantal cliënten zal optreden. In 2013 is nog sprake van een toename van het aantal cliënten en ook voor 2014 wordt een toename voorzien. Een korting in volume kan alleen als de CJG-coaches complexe zaken op te pakken en hier verantwoordelijkheid voor dragen. Via de beschermingstafel zal in 2014 goed gemonitord moeten worden of dit ook leidt tot verminderde instroom bij BJZNH. Er wordt afgesproken in te zetten op de taakstelling van 7%. Uiterlijk 1 juli 2014 (wanneer ook afspraken gemaakt worden over de overdacht van een deel van de toegangsmedewerkers en de definitieve budgetten bekend zijn) wordt beoordeeld of de voorbereidingen in het lokale veld voldoende vertrouwen geven in een afname van de instroom in drang en dwang en wordt beoordeeld of een bijstelling van de budgetten noodzakelijk is.
Jeugdbescherming en jeugdreclassering
Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten
25
21 oktober 2013
In 2015 en 2016 blijft BJZNH (met onder hun vlag WSG, Leger des Heils en SGJ) als gecertificeerde instelling de jeugdbescherming en jeugdreclassering voor Zuid Kennemerland uitvoeren. In deze periode wordt door BJZNH en BJAA onderzocht wat de mogelijkheden zijn om te komen tot één gecertificeerde instelling voor Zuid Kennemerland, IJmond en Haarlemmermeer en wordt mogelijk gekeken naar andere opties om de werkzaamheden voor dit gebied bij één gecertificeerde instelling te beleggen. De uitkomsten van het onderzoek van BJZNH en BJAA kunnen vanaf 2017 gevolgen hebben voor de organisatie BJZNH. In de uitvoering van jeugdbescherming en jeugdreclassering maakt BJZNH de omslag naar integraal werken. Door verschillende werkvormen voor jeugdbescherming én jeugdreclassering geïntegreerd uit te voeren wordt bijgedragen aan de gedachte van één gezin, één plan, één regisseur. Advies en Meldpunt Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Het Advies en Meldpunt Kindermishandeling zal samen met het Steunpunt Huiselijk Geweld geïntegreerd worden in een nieuwe organisatie, het Advies en Meldpunt Huiselijk Geweld en Kindermishandeling (AMHK). De gemeenten werken toe naar de inrichting en financiering van het AMHK op het niveau van de regio’s Zuid-Kennemerland, IJmond en Haarlemmermeer. Hoe deze nieuwe organisatie vormgegeven wordt en waar deze ondergebracht wordt, wordt nog uitgewerkt. In de overgangsjaren 2015 en 2016 zal AMK personeel in de nieuwe organisatie gedetacheerd worden vanuit een dienstverband bij BJZNH. Voor BJZ is dit een belangrijke voorwaarde omdat de krimp van de organisatie anders te snel gaat (het lukt dan o.a. niet de overhead in een gelijk tempo te laten dalen).
Vooruitblik 2016, 2017 en 2018 BJZNH voorziet een afname van cliënttrajecten van 10% op termijn. Zij richten zich op het verkorten van de gemiddelde duur van een cliënttraject. BJZNH heeft landelijk de kortste OTS duur en wil deze verder verkorten. Verder wordt ingezet op het voorkomen van een onder toezichtstelling bij multiprobleem gezinnen door het inzetten van drangtrajecten. De kosten van een drangtraject zijn gemiddeld 25% lager dan een gedwongen traject. Daarnaast verwacht BJZNH dat de transformatie op termijn zal leiden tot een lagere instroom van zowel drang en dwang trajecten doordat in het lokaalveld, sneller zaken effectief worden opgepakt (onder andere door inzet CJG caches). In onderstaande tabel staan de prognoses van verschuivingen van BJZNH. In overleg met gemeenten wordt ingezet op het reeds bereiken van een verschuiving van 2% in 2015. Uiterlijk 1 juli 2014 wordt (per gebied) beoordeeld of dit realistische is. Prognose BJZNH verschuiving en afname volume ten opzichte van 2012 2015
2016
2017
2018
Jeugdbescherming
0%
-/- 2%
-/- 5%
-/- 10%
Jeugdreclassering
0%
-/- 2%
-/- 2%
-/- 4%
Multiprobleem/Drang
0%
+ 2%
+ 4%
+ 4%
Crisisinterventie Jeugd
0%
0%
0%
0%
AMK
0%
-/- 2%
-/- 5%
-/- 10%
Beperking frictiekosten In de afgelopen jaren heeft BJZNH in haar bedrijfsvoering vroegtijdig geanticipeerd op veranderingen ten gevolge van de transitie. Zo wordt bij het aangaan van meerjarige contracten de looptijd beperkt tot en met 2014 en zijn zoveel mogelijk contracten afgesloten waarbij de kosten evenredig kunnen Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten
26
21 oktober 2013
worden verlaagd met verlaging van het aantal personeelsleden. Bij het personeelsbeleid is ingezet op flexibilisering. Raming frictiekosten Best case Niet-plaatsbare medewerkers
7,1 fte
Worst case € 159.000
9,3 fte
€ 336.000
Afkoop huurverplichtingen
€ 289.000
€ 289.000
Totale kosten
€ 448.000
€ 625.000
Deze ramingen zijn een eerste indicatie, en houden nog geen rekening met de beoogde instroom van (7) BJZ medewerkers die tot 2015 de toegangstaak van BJZN uitvoeren, in het gebied/wijkgerichte werken met CJG-coaches.
3. William Schrikker Stichting (WSG) WSG zal in samenwerking met BJZNH in de jaren 2015, 2016 en 2017 jeugdbescherming, jeugdreclassering en pleegzorg uit blijven voeren in de regio. Ook bij de uitvoering van hun werkzaamheden wordt ingezet op een bezuiniging van 7% in 2015 oplopend in de jaren daarna (op vergelijkbare wijze met BJZNH). Hierbij worden soortgelijke kanttekeningen geplaatst als bij BJZNH. Ook WSG verwacht per 1 januari 2015 geen afname van het aantal jeugdbeschermings- en jeugdreclasseringsmaatregelen. Daarnaast hebben zij reeds een beperkte overhead. Uiterlijk 1 juli 2014 wordt beoordeeld of de voorbereidingen in het lokale veld voldoende vertrouwen geven in een afname van de instroom in drang en dwang en wordt beoordeeld of een bijstelling van de budgetten noodzakelijk is.
4. Jeugdzorg Plus: Transferium en de koppeling Ook in de jeugdzorg plus (gesloten jeugdzorg) wordt ingezet op een korting van 7% in 2015. Met de jeugdzorg plus instellingen wordt besproken op welke wijze deze bezuiniging in 2015 gerealiseerd kan worden. Op termijn kan de instroom in de jeugdzorg plus afnemen Dit door de jeugdzorg plus nauwer te verbinden met de lokale en regionale zorg voor jeugd, goede aansluiting op het onderwijs en door het lokale veld te versterken. Daarnaast kan het verblijf verkort worden door andere werkwijzen zoals de combinatie met zeer intensieve ambulante (bemoei)zorg en gezinsvarianten ondersteund door een multidisciplinair team. Aandachtspunt is dat er volume nodig is in de jeugdzorg plus onder andere om aan de veiligheidsnormen te kunnen voldoen. Dit maakt dat 6 jongeren op 1 groep kan net zo duur kunnen zijn als 8 jongeren op een groep. Er wordt een prognose opgesteld voor de afname van de jeugdzorg plus in 2016 en 2017 en aangegeven wat er nodig is om dit te bereiken. 5. Jeugdhulp door de jeugd GGZ In het Bestuurlijk Akkoord Toekomst GGZ 2013 – 2014 zijn afspraken gemaakt over het versterken van de huisartsenzorg en het ontwikkelen van een generalistische basis-ggz om kwaliteit en
Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten
27
21 oktober 2013
kostenbeheersing te waarborgen. Die kostenbeheersing moet tot stand komen door een vermindering van het beroep op specialistische GGZ. De Generalistische Basis GGZ (GBGGZ) De GBGGZ wordt in 2014 gevormd door verschuiving van de huidige eerstelijns GGZ (met name de eerstelijns psychologen) en delen van de tweedelijns GGZ. Er wordt naar gestreefd meer cliënten die nu in de specialistische GGZ worden behandeld in de GBGGZ te gaan behandeld. Er wordt binnen de GBGGZ extra financiële ruimte gecreëerd door verschuivingen van de specialistische GGZ naar de GBGGZ. Specialistische GGZ (SGGZ) Onder de Specialistische GGZ (SGGZ) vallen delen van de huidige tweedelijns GGZ en de klinische derdelijns GGZ. De diagnostiek in de SGGZ is vaak multidisciplinair gezien de complexiteit van de problematiek. Er wordt op ingezet de generalistische basis GGZ te versterken en gehele 7% korting voor de totale jeugd GGZ te realiseren binnen de specialistische GGZ. Door: • Het reduceren van residentiële plaatsen (o.a. door onderzoeken mogelijkheid dagklinieken, ambulante inzet) • Kortere behandeling (o.a. door combinatie met eigen omgeving en stut en steun, waar mogelijk medicatie verstrekking door huisarts en inzet CJG coaches teams zie ook volgende punt) • Minder behandelingen (o.a. door uitwerken mogelijkheid om de teams CJG coaches te versterken een psycholoog/Sociaal Psychiatrisch Verpleegkundige en de inzet van multifocale trajecten) • Door de financiering op basis van DBC af te schaffen (op langere termijn), op kortere termijn door de behandelminuten van een DBC lang op te splitsen (zodat kortere behandeling ook daadwerkelijk een lagere vergoeding betekent, zo veel mogelijk feitelijke inzet af rekenen). De sector komt voor voor 1 januari 2014 met een uitgewerkt plan voor het realiseren van de korting. Vrijgevestigden In de GGZ zijn vrijgevestigden die werkzaam zijn in de eerste lijn (eerstelijns psychologen) en in de tweede lijn (klinisch psychologen, psychiaters en psychotherapeuten). Bij het opstellen van dit transitiearrangement is de vereniging 0-23 betrokken . Zij vertegenwoordigen een groot deel van de vrijgevestigden maar niet alle. Landelijk ging in 2011 ruim 300 miljoen om bij vrijgevestigden, op een beschikbaar GGZ-kader van totaal ca 4,3 miljard euro (circa 7%). Aandachtspunten Eind april sloot het ministerie van VWS met alle grote zorgorganisaties een zorgakkoord. Hierin staat dat de voorgenomen korting gerelateerd aan de jeugd-GGZ voor een belangrijk deel teniet wordt gedaan door het GGZ-kader geoormerkt bedrag te verhogen voor de jeugd. Bij overheveling zal het verhoogde budget uit het kader meegaan. De compensatie is in 2014 10 miljoen en loopt op tot 45 miljoen structureel. De VNG is echter geen partij in dit zorgakkoord. Over de invulling en nadere besteding van dit budget zijn geen afspraken gemaakt. Het gehele gemeentelijke budget voor de jeugd –zoals dat in de meicirculaire staat- kan door de gemeente gebruikt worden voor de gehele zorg voor jeugd. Dit is in lijn met de kerngedachte uit de transformatie dat er ontschot gewerkt gaat worden. In de regio’s Zuid Kennemerland en IJmond is voorgesteld dat de J-GGZ zijn inspanningen richt op het realiseren van de korting van 7% in 2015 en de transformatie zoals beschreven in de beleidsplannen. Dit betekent dat de gemeenten de keuze hebben gemaakt dat de compensatie (landelijk 45 miljoen) ingezet wordt voor de gehele zorg voor jeugd en niet geoormerkt wordt voor de Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten
28
21 oktober 2013
jeugd GGZ. De aanbieders zijn het hier niet mee eens, echter erkennen de positie van gemeenten die de mogelijkheid biedt hier andere keuzes in te maken. Dus zetten zij zich in om de opdracht om 7% te korten te realiseren. De jeugd GGZ aanbieders maken gezamenlijk een plan waarin aangegeven wordt hoe de bezuiniging gerealiseerd wordt. Zij merken daarbij wel op dat het tempo wat hen betreft te ambitieus is en stellen voor om vanaf de start in 2015 elke twee maanden te evalueren in hoeverre de afspraken nagekomen (resultaten worden behaald) worden en waar de spanning rond continuïteit van zorg en frictiekosten oploopt. Dit voorstel wordt overgenomen. Er zijn op dit moment nog geen afspraken gemaakt met de betreffende aanbieders JGGZ over de (beperking van) frictiekosten. Er wordt op ingezet om eventuele ruimte die in 2015 ontstaat binnen de sectoren te besteden aan het verwezenlijk van de uitgangspunten. Deze ruimte kan ontstaan wanneer de kortingen van rijkswege minder groot zijn dan verwacht en door het peiljaar dat op rijksniveau wordt gekozen om de budgetten vast te stellen. Deze ruimte wordt mede bepaald door de omvang van het budget dat wordt overgeheveld voor de uitvoeringskosten. 6. Zorg voor kinderen uit de AWBZ: onder andere (Licht) Verstandelijk Beperking Doordat gegevens over aantallen gebruikers per gemeente per instelling pas eind oktober beschikbaar komen kunnen gedetailleerde gesprekken over kortingen, verschuivingen en transformatie pas in een later stadium gevoerd worden. Zodra deze gegevens door Vektis geleverd zijn (eind oktober) worden ze ter toetsing voorgelegd aan de zorgaanbieders en indien nodig aangepast. Op basis hiervan gaan gemeenten en zorgaanbieders nogmaals in gesprek over te realiseren kortingen en wordt de invulling daarvan per instelling bepaald. Deze gesprekken vinden plaats eind 2013. Op dat moment hopen we ook meer zekerheid te hebben over de onderdelen die overgaan naar de Jeugdwet en de onderdelen die deel uit blijven maken van de kern AWBZ. De zorgaanbieders in de AWBZ zullen tot een gezamenlijke korting van 7% komen. Uitzondering hierop zijn de PGB’s. voor de PGB’s wordt in lijn met de volwassenen AWBZ ingezet op een korting van 25%. Er is nu nog te weinig zicht op de daadwerkelijke besteding van de PGB’s. Dit wordt door gemeenten samen met de sector in kaart gebracht op basis wordt de definitieve korting (in prijs per PGB en in volume) vastgesteld. Ook op vervoer wordt ingezet op een korting van 25%. Hierbij wordt ervanuit gegaan dat het hier de korting betreft die al in gang is gezet. De bezuinigingen zullen grotendeels gerealiseerd worden door het vereenvoudigen van de wijze van verantwoorden (beperken bureaucratie) en mede hierdoor besparingen in de bedrijfsvoering. Verwacht wordt dat hiermee een bezuiniging van tussen de 5 en 10% gerealiseerd kan worden. Dit sluit aan bij afspraken die binnen de AWBZ decentralisatie gemaakt worden. Extra bezuinigingen die gerealiseerd moeten worden in 2015 zullen gezocht worden in de volgende richtingen: • De combinatie van formele en informele zorg waardoor de tijdsinzet van professionals kan afnemen (met name voor het onderdeel begeleiding) • In overleg met ouders werken met flexibele zorgarrangementen waarbij verschillende producten in afstemming flexibelere ingezet kunnen worden. • Behandeling individueel (in sommige instellingen ruimte in tarieven) • Onderzocht wordt of (op termijn) een deel van de zwaardere zorgvormen waaronder ook intramurale zorg korter of (op onderdelen) lichter ingezet kunnen worden als de randvoorwaarden goed zijn (zoals goede ambulante begeleiding, mogelijkheid 'losse onderdelen' aan te bieden in kinderdagverblijf of naschoolse opvang). Er worden afspraken gemaakt over verschuiving van inzet naar CJG coaches, diagnostiek aan de voorkant en multifocale trajecten. Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten
29
21 oktober 2013
Er zijn een aantal belangrijke aandachtspunten: • Het onderdeel jeugd binnen de AWBZ is altijd krap gefinancierd geweest. Dit komt doordat jeugdigen als volwassenen worden gefinancierd en er geen rekening gehouden wordt met de opvoedingscomponent. Dit maakt bezuinigen complex. • Er moet aandacht zijn voor de verstandelijk beperkte ouders die uit de volwassenen AWBZ begeleiding krijgen die ook ingezet wordt als opvoedondersteuning maar hiervoor eigenlijk te weinig ruimte biedt. • In de Jeugdwet zit een ‘knip’ bij 18 jaar. In de huidige situatie is dit voor deze doelgroep tot 23 jaar. Dat past inhoudelijk ook bij deze doelgroep. Kalenderleeftijd en ontwikkelfase loopt echter niet parallel bij LVB. Knip bij 18 past niet bij deze doelgroep en niet bij inzet van methodieken en werkwijzen van deze sector: 18+ vraagt vaak toch nog begeleiding in beschermde omgeving. Doorloop financiering 18+ moet samen met AWBZ decentralisatie uitgewerkt worden. • Risico dat als je kort op PGB zorg in natura stijgt, met sommige PGB’s voorkom je ook opname • In uitwerking aandacht voor de link met Passend Onderwijs heel belangrijk. Veel onderdiagnose in PO. Samen met GGD, PO en MEE plan maken om beter te signaleren, grotere gevoeligheid voor LVB te ontwikkelen. • Aandacht voor stut en steun en mogelijkheid op en afschalen. • Aandacht voor het jonge kind en vroegherkenning: aandacht voor kinderen tot vijf jaar met een ontwikkelingsachterstand en voor het herkennen van LVB problematiek in het Primair Onderwijs. • In bekostiging mogelijkheid bieden voor mengvormen (residentieel en ambulant).
7. Zorgaanbieders die nog niet betrokken zijn Gemeenten gaan onder andere op basis van de Vektis gegevens nog in gesprek de zorgaanbieders die niet bij het opstellen van dit transitiearrangement betrokken zijn maar wel kinderen uit de IJmondgemeenten in zorg hebben. Indien de cijfers hier aanleiding toegeven, wordt dan ook in gesprek gegaan met kinder- en jeugdpsychiaters in ziekenhuizen in de regio. Er zal specifiek aandacht zijn voor het Kinder- en Jeugd Traumacentrum Haarlem (samenwerking Jeugdriagg en OCK het Spalier). Dit centrum levert zorg in heel Noord Holland. Het KJTC is nog niet terug te zien in de cijfers. Als dit niet wordt ingekocht in 2015 komt de continuïteit van de zorg voor deze kinderen in gevaar.
Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten
30
21 oktober 2013
BIJLAGE 4: Resultaten Rekenmodel KPMG De rijkskorting van 7% in 2015 voor alle aanbieders plus de verschuiving per aanbieder binnen zijn eigen budget van medewerkers naar het gebied/wijkgerichte werken, is met een rekenmodel vertaald in cijfers. Nota bene: door de grote onzekerheden die er nog bestaan over de macro-cijfers (zie blz. 5, punt 6) is er voor elk getal in onderstaande tabel een onzekerheidsmarge van + of – 25%.
Financieringsstroom
Sum of Aantal Sum of % Sum of Budgetclienten Sum of Budget Sum of Budget Zorgtype Budget verschuiving (minimum, (€) (€) 2015 verschuiving 2012 - 2015 (€) alle aantallen <5
Extramuraal Intramuraal Overig PGB Jeugdzorg plus Jeugdzorg plus BJZNH overige t oegangstaken Provinciale Jeugdzorg JRJB dwang JRJB vrijwillig JZ Ambulant JZ Crisis JZ Dagbehandeling JZ Overig JZ Pleegzorg JZ Residentieel gezindsplaatsen JZ Residentieel individueel Meldpunt kindermishandeling Eerstelijns psychologische zorg ZVW Generalistische zorg Overig Specialistische zorg
159 17 0 227 19 381 450 44 206 664 98 0 126 0 89 796 300 1148 0 1295
7% 21% 0% 25% 7% 90% 7% 7% 7% 7% 7% 0% 7% 0% 7% 7% 7% 14% 0% 49%
1,683,805 5,407,470 0 4,364,375 2,565,000 780,249 3,367,890 266,904 1,243,314 814,675 2,252,792 0 1,152,558 0 2,669,179 776,337 114,326 699,185 0 6,384,892
132,422 378,523 0 1,091,094 179,550 702,224 235,752 18,683 87,032 57,027 157,695 297,055 80,679 237,644 186,843 54,344 8,003 48,943 0 446,942
1,551,384 5,028,947 0 3,273,282 2,385,450 78,025 3,132,138 248,221 1,156,282 757,647 2,095,097 297,055 1,071,879 237,644 2,482,337 721,993 106,323 650,242 0 5,937,949
Gebied/wijkgericht werken Multifocale t rajecten
0 0
0% 0%
0 0
653,068 259,983
653,068 259,983
AWBZ
NIEUW NIEUW
Grand Total 6,019 0 Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten 31
34,542,952
-2,418,006 21 oktober 2013 32,124,946
Beverwijk
Financieringsstroom
Zorgtype
AWBZ Financieringsstroom
E xtramuraal Zorgtype Intramuraal Overig PGB Extramuraal Jeugdzorg plus Intramuraal JRJB vrijwillig Overig JRJB dwang PGB BJZNH overige toegangstaken Jeugdzorg plus Meldpunt kindermishandeling BJZNH overige toegangstaken JZ Ambulant JRJB dwang JZ Crisis JRJB vrijwillig JZ Dagbehandeling JZ Ambulant JZ Pleegzorg JZ Crisis JZ Residentieel individueel JZ Dagbehandeling JZ Residentieel gezindsplaatsen JZ Overig JZ Overig JZ Pleegzorg E erstelijns psychologische zorg JZ Residentieel gezindsplaatsen Generalistische zorg JZ Residentieel individueel Overig Meldpunt kindermishandeling S pecialistische zorg Eerstelijns psychologische zorg Generalistische zorg Gebied/wijkgericht werken Overig Multifocale trajecten Specialistische zorg
AWBZ Jeugdzorg plus Provinciale Jeugdzorg Jeugdzorg plus Provinciale Jeugdzorg
ZVW
ZVW NIEUW NIEUW Grand Total
NIEUW NIEUW
Sum of Aantal clienten (m inimum , alle aantallen <5 zijn Sum1 of Aantal als clienten m eegenomen) (m inim um , alle 41 aantallen <5 zijn 3 als 1 0 m eegenom en) 54 34 4 3 18 0 126 63 135 4 217 100 56 132 194 13 36 47 28 181 17 23 0 0 0 30 78 0 264 21 0 200 268 81 254 0 0 0 291
Gebied/wijkgericht werken Multifocale trajecten
Grand Total
Sum of 403,895 Heem skerk 44,384 Budget nu 0 951,474 439,260 540,000 80,994 109,188 0 923,081 1,307,063 277,299 540,000 234,312 204,228 337,988 1,050,478 248,413 78,858 827,556 283,669 259,695 224,446 509,843 528,717 0 0 0 271,223 30,449 0 157,175 629,806 0 198,204 1,124,414 31,953 138,919 0 0 0 1,665,048
Sum of Beverw ijk Budget verschuiving Sum of Heemskerk 32,893 Budget 3,107 verschuiving 0 237,869 34,980 37,800 5,670 7,643 0 64,616 326,766 249,569 37,800 16,402 183,805 23,659 73,533 17,389 5,520 57,929 19,857 18,179 15,711 35,689 37,010 66,651 83,923 83,314 18,986 2,131 67,138 11,002 44,086 0 13,874 78,709 2,237 9,724 232,099 0 23,980 116,553
1,539 0 0
6,979,168 0 0
-488,542 170,939 87,013
6,490,627 170,939 87,013
1,477
7,672,867
-537,100
7,135,767
Sum of Beverw ijk Budget nu
Sum of Beverw ijk Budget straks Sum of 371,002 Heem skerk 41,277 Budget straks 0 713,606 404,280 502,200 75,325 101,545 0 858,465 980,297 27,730 502,200 217,910 20,423 314,329 976,945 231,025 73,338 769,627 263,812 241,517 208,735 474,154 491,706 66,651 83,923 83,314 252,237 28,317 67,138 146,173 585,720 0 184,330 1,045,705 29,716 129,195 232,099 0 23,980 1,548,495
Heemskerk Uitgeest
Financieringsstroom
AWBZ Financieringsstroom Jeugdzorg plus Provinciale Jeugdzorg AWBZ
Jeugdzorg plus Provinciale Jeugdzorg
ZVW
Zorgtype
Extramuraal Intramuraal Zorgtype Overig PGB Jeugdzorg plus JRJB vrijwillig Extramuraal JRJB dwang Intramuraal BJZNH overige toegangstaken Overig Meldpunt kindermishandeling PGB JZ Ambulant Jeugdzorg plus JZ Crisis JRJB vrijwillig JZ Dagbehandeling JRJB dwang JZ Pleegzorg BJZNH overige toegangstaken JZ Residentieel individueel Meldpunt kindermishandeling JZ Residentieel gezindsplaatsen JZ Ambulant JZ Overig JZ Crisis Eerstelijns psychologische zorg JZ Dagbehandeling Generalistische zorg JZ Pleegzorg Overig JZ Residentieel individueel Specialistische zorg JZ Residentieel gezindsplaatsen
ZVW NIEUW NIEUW
JZ Overig Eerstelijns psychologische zorg Gebied/wijkgericht werken Generalistische zorg Multifocale trajecten Overig
NIEUW NIEUW
Gebied/wijkgericht werken Multifocale trajecten
Sum of Aantal clienten Sum of Sum of Uitgeest (m inim um , alle Sum of Uitgeest Uitgeest Budget aantallen <5 zijn Budget straks Budget nu verschuiving als 1 m eegenom Sum of Aantal en) 11 115,715 9,109 106,606 clienten Sum of Velsen 2 of Velsen 34,323 2,403 (minim um , alle Sum Sum of Velsen 31,921 Budget 0 0 0 0 aantallen <5 zijn Budget nu Budget straks verschuiving 9 471,062 117,766 353,297 als 1 0 0 0 0 m eegenom en) 12,132 73 2 724,935 55,440 849 669,49511,283 119,499 111,134 9 17 5,247,769 367,3448,365 4,880,425 39,159 35,243 0 19 0 0 0 3,916 53,256 101 60 1,634,776 408,6943,728 1,226,08249,528 72,426 11 12 1,485,000 103,9505,070 1,381,05067,356 47,014 11 40 66,726 4,6713,291 62,05543,723 229,877 16,091 213,785 175 10 1,274,832 89,238 1,185,594 87,654 127 10 259,563 233,6076,136 25,95681,519 119,963 111,566 319 4 290,565 20,3408,397 270,225 0 19,419 91 0 549,231 38,446 510,78519,419 0 24,274 249 0 294,801 20,636 274,16524,274 10,079 29 36 666,643 46,665 706 619,978 9,373 58,512 58 84 533,986 37,3794,096 496,60754,416 0 0 0 47 0 1,409,567 98,670 1,310,897 410,162 28,711 381,450 0 82 0 84,436 84,436
0 0 105 41,845 0 546 0 344,579 0 0 0 0 Regionaal Transitiearrangement Jeugdhulp IJmondgemeenten Specialistische zorg 654 3,185,268 Grand Total 398 1,880,832
Grand Total
32
105,545 2,929 41,833 24,121 32,776 0
105,545 38,916 320,45841,833 032,776
21 oktober 2013 222,969 2,962,299 -131,658 1,749,174
0 0
0 0
217,254 107,157
217,254 107,157
2,605
18,010,085
-1,260,705
16,749,379