��������
������� �� �����
REGELS TELLEN HANDLEIDING EN ACHTERGROND INFORMATIE THAI/KICKBOKSTRAINING
VOOR DE VOOR
��������
������� �� �����
H
ET DOEL VAN DEZE TEKST IS NIET HET PRESENTEREN VAN EEN ALLES OMVATTENDE
THEORIE, MAAR VRAAGTEKENS EN KRITISCHE
KANTTEKENINGEN TE PLAATSEN BIJ DE HUIDIGE GANGBARE, ALGEMEEN AANVAARDE EN SOMS SLAAFS GEVOLGDE OPVATTINGEN OMTRENT
TRAINING, PRESTATIE, GEZONDHEID, ATLETIC
FITNESS, CONDITIE, VECHTSPORT EN BEGELEIDING.
IN DIT KADER DIENT HET ALS INFORMATIE
EN DISCUSSIESTUK EN NIMMER ALS DICTAAT.
HET IS GEEN RECEPTENBOEK, MET DE MEEST
INVENTIEVE EN GECOMPLICEERDE SPECTACULAIRE TRUCS OM ONOVERWINNELIJK TE WORDEN.
OOK
INHOUD T@lk to me InSite Info Regels Tellen Punten tellen is moeilijk! Wat telt? Kickboksen is geen ballet 1. Bewegingsverloop georiënteerd 2. Resultaat georiënteerd 2a.Eénvoudig resultaat- georiënteerd 2b.Complex resultaat- georiënteerd De kickboks analfabeet K-1
2 2 3 3 4 4 5 5 6 6 6 7
ZULLEN MYSTIFICATIES EN VERHEERLIJKING VAN GROTE MEESTERS HIERIN NIET AANGETROFFEN WORDEN.
DE CENTRALE GEDACHTE IS, OM
DE LEZER BEKWAAM TE MAKEN OPDAT DEZE IN STAAT IS, ZELFSTANDIG ZIJN “KICKBOKSPROBLEMEN” OP TE LOSSEN.
EN KRITISCH TE ZIJN IN HET BEOORDELEN VAN INFORMATIE. ZO OOK DIENT DEZE TEKST GELEZEN TE WORDEN. KRITISCH.
INSITE INFO Kijk voor meer informatie over Thai/kickboksen b.v. op de volgende sites: www.k-1.nl/ www.nkbb.f2s.com/ www.MAN-magazine.nl/ www.ringsports.nl/ www.martial-arts.shoto.com/ www.peteraerts.com/ www.ernestohoost.com/ Behoudens uitzondering door de wet gesteld mag niets, zonder schriftelijke toestemming van de rechthebbende(n) op het auteursrecht, c.q. de uitgever van deze uitgave worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of anderszinds, hetgeen ook van toepassing is op de gehele of gedeeltelijke bewerking.
T@LK TO ME_______________ Voor vragen of opmerkingen betreffende dit artikel of zaken van trainings technische aard en begeleiding: Peter Koopman, email:
[email protected] © 2003, AfafA Publicatie, Zandvoort
Koopman’s Trainings Visie
De uitgever is met uitsluiting van ieder ander gerechtigd de door derden verschuldigde vergoedingen voor kopiëren, als bedoeling in art. 17 lid 2. Auteurswet 1912 en in het KB van 20 juni 1974 (Stb. 351) ex artikel 16b., te innen en/of daartoe in en buiten rechte op te treden.
2
Jaargang 2, nummer 4
Regels Tellen OVER
DE
ONZIN
VAN DE
PERFECTE TECHNIEK
N
DOOR PETER KOOPMAN
et als iedereen heb ik gefascineerd gekeken naar de K-1 Grand Prix 2002 uitzendingen op Eurosport. Net als elke kijker gierden de emoties door mijn lijf en was ik verbaasd, verontwaardigd, teleurgesteld en verheugd tegelijk. Nimmer was een K-1 Grand Prix zo vreemd verlopen als deze. Een Grand Prix waarbij punten niet tellen, de winnaar verliest, domme kracht wint van techniek en toch weer niet, de verdediging scoort, de uitgeschakelde mee doet, opnieuw uitgeschakeld wordt en wint. Absolute toppartijen en spektakel. Was het maar elke dag Grand Prix.
PUNTEN TELLEN IS MOEILIJK! We willen zo graag iets meten, zelfs als het niet te meten is. Het beoordelen van een partij is een zeer subjectieve zaak, want met wat andere criteria in de hand kun je dikwijls tot geheel andere conclusies komen. First things first. Eerst was daar de spetterende partij van Aerts – Sefo, waarbij Sefo wint terwijl Aerts, naar mijn bescheiden subjectieve mening, de meeste punten scoorde. Twee van de drie juryleden beslisten echter in het voordeel van Sefo (30-29 Aerts; 30-28 Sefo; 30-29 Sefo). Maar een simpele wedstrijd analyse1 (het basis instrument van elke goede trainer) toont ons, dat met een score van 63 tegen 46 er een duidelijke winnaar is: Aerts.
scoren AERTS SEFO
Ronde Ronde Ronde 1 2 3 totaal 25 18 20 stoten 16 6 14 trappen 9 12 6 totaal 21 18 7 stoten 7 16 6 trappen 14 2 1
Ook bij het tellen van de ronden, zien we
Koopman’s Trainings Visie
dat zowel de eerste als de derde ronden naar Aerts gaan. Vanuit de 71 door Peter gecreëerde actiemomenten wist hij door met name de rechtse directe (16x) en de rechtse lowkick (18x)1 punten te scoren. Dit is natuurlijk vet balen voor Peter en je zou bijna aan boze opzet en complotten gaan denken. Je kunt je opwinden over de uitslag, maar beter is je af te vragen of deze uitslag willekeurig, toevallig dan wel structureel en beleidsmatig is. Als je immers weet wat de basis van deze
3
Jaargang 2, nummer 4
vreemde uitslag is, dan kun je er mogelijk in de toekomst gebruik van maken. (Ik ga ervan uit dat ik niets nieuws vertel en dat het team van Peter bovenstaande zaken al lang op een rijtje heeft.) WAT TELT? Het zit in de mens om te meten. We willen al eeuwen lang weten wie de beste, de snelste, de sterkste of de mooiste is. Dit doen we door doelen vast te stellen. Het doel van het K-1 spel is het de ander - binnen de gestelde regels - zodanig moeilijk te maken, dat deze niet langer in staat is (b.v. knock-out) door te boksen. Maar wat nu als dit niet lukt? Gewoonte getrouw tellen dan de gescoorde handelingen. Wanneer de wedstrijd niet voortijdig wordt beslist, geeft het gescoord aantal punten de doorslag. Dit is bij regel vastgelegd. De brandende vraag is echter: Wat telt?
KICKBOKSEN
IS GEEN BALLET
Maar het is duidelijk dat hieraan nogal wat haken en ogen zitten. Aan welke criteria moet een handeling voldoen? Worden alleen technisch correct uitgevoerde en
Koopman’s Trainings Visie
perfect getimede bewegingen gescoord of ook futloze fantasiebewegingen? Je kunt je afvragen of alle aanvallen even zwaar gehonoreerd moeten worden. Of er een onderscheid moet worden aangebracht in de trappen en stoten op basis van de correcte uitvoeringswijze, de moeilijkheidsgraad of de originaliteit. Waar ligt de grens tussen handelingen die technisch wel en niet kunnen? Kickboks-lessen worden gekenmerkt door twee aspecten: conditie en techniek. Tijdens kickbokstrainingen wordt er ontzettend veel tijd en energie gestoken in het aanleren van de ‘perfecte technieken’ (drills, skills). Hierbij wordt m.i. aan het spelidee (= de essentie van het kickboksen) voorbij gegaan. De technieken zijn daar niet langer handelingen om in het spel de tegenspeler te overtreffen, maar zijn een doel op zich geworden. De handelingen worden uitgevoerd naar een ideaal model ‘de juiste uitvoeringswijze’ en staan op zichzelf. Situatieve variaties worden als technisch onjuist bestempeld. Theorie wat de ‘juistheid’ van de techniek bepaalt is dikwijls niet voorhanden. De wedstrijdresultaten
4
Jaargang 2, nummer 4
worden door deze groep toegeschreven aan een ‘perfecte’ highkick, een rechtse directe of nog erger de kracht in de benchpress of lenigheidsoefeningen. Misschien is het oefenen van technieken nodig om blessures te voorkomen door de variatie aan handelingsgedrag te beperken en de voorspelbaarheid hiervan te vergroten. Elke geoefende vechtsporter weet immers, dat het blessure gevaar het grootst is wanneer je stoeit met een beginner. Het snel inschatten van zijn bewegingen en het direct bedenken van een adequaat antwoord zijn immers de belangrijkste verschillen tussen de beginner en de geoefende vechter. Dit pleit enerzijds voor het congruent maken van de bewegingen - o.a door spelregels - anderzijds voor het zo veel mogelijk oefenen in spelsituaties. In het algemeen zijn er twee groepen sportsoorten; te weten: 1. Bewegingsverloop georiënteerd 2. Resultaatverloop georiënteerd a. Eènvoudig b. Complex
Sportvormen Bewegings georïenteerd turnen, kunstzwemmen, etc.
Resultaat georïenteerd
Enkelvoudig r.g. atletiek, zwemmen
Complex r.g. spel- & vechtsporten
1. BEWEGINGSVERLOOP GEORIËNTEERD De gewenste beweging moet dan zo veel mogelijk overeenkomen met een z.g. ideaal-typische beweging. De opgave van de sporter ligt in de persoon zelf. De persoon wordt beoordeeld naar de mate van perfectie van de bewegingsuitvoering. De originaliteit en uitvoerings(on)mogelij kheid telt (turnen, ballet, kunstzwemmen,
Koopman’s Trainings Visie
kata lopen bij karate, stijldansen. etc.). Met kickboksen heeft dit niets uit te staan. We hebben kunnen aanschouwen dat Sefo meerdere malen vol tegen een rechtse directe aan liep. Het leek hem echter niet te deren.2 Misschien moeten we het z.g. motorisch-ideaalbeeld loslaten en weer pragmatisch worden. Het was immers deze pragmatische inslag die er voor gezorgd heeft dat de Nederlanders het zo goed doen in deze tak van sport. Dit brengt ons naar het belangrijkste aspect van de puntenwaardering: de gevolgen van de uitgevoerde handelingen op de tegenstander. De impact van de stoten en trappen zijn niet voor iedereen en op elk moment gelijk. Te meer daar het effect ervan vaak enige tijd op zich laat wachten. Dit maak het waarderen van een handeling zeer moeilijk. Het overtreffen van de tegenstander betekent meer dan uitsluitend meer treffers plaatsen. Het gaat er dan niet om wie de meeste puntjes scoort, maar wie de baas is in de ring. Scoren is daarbij geen doel, maar een middel! Wil je zeker zijn van de overwinning dan moet je de ander tot opgave dwingen. 2. RESULTAAT GEORIËNTEERD Bij resultaat georiënteerde bewegen ligt de opgave buiten de persoon, er moet een weerstand c.q. tegenspeler overwonnen worden. Niet de beweging zelf, maar de veranderingen, welke het teweegbrengen is norm voor de prestatie, dus veranderingen in ruimte (snelheid, afstand) en tijd. De beweging zelf is slechts een middel om dat te bereiken. De persoon moet binnen de gestelde regels deze opgave zo snel, effectief en efficiënt mogelijk oplossen. Alleen het resultaat telt. Vechtsporten vallen hieronder. Hierbij onderscheid ik: a. Eenvoudig resultaat- georiënteerde sporten b. Complex resultaat- georiënteerde sporten
5
Jaargang 2, nummer 4
2A. EÉNVOUDIG RESULTAAT- GEORIËNTEERD Bij eenvoudige sporten als zwemmen en atletiek gaat het om relatief eenvoudige motorische vaardigheden (technieken). Deze vaardigheden hoeven niet in een veranderende situatie aangepast te worden. Men kan het bijna ‘blind’ verrichten omdat de externe situatie (materiaal, etc.) gestandaardiseerd is en een tegenspeler ontbreekt. In deze sporten heeft de situatiewaarneming en -herkenning slechts geringe betekenis. Men hecht grote waarde aan motorische eigenschappen zoals kracht, snelheid en uithoudingsvermogen. In de training valt de aandacht op het leren van de techniek en het verbeteren van de conditie (motorische basiseigenschappen). In situaties waarbij de uitputting nabij is, kan d.m.v. opgewekte ‘blinde woede’ nog extra prestatie worden geleverd. 2B. COMPLEX RESULTAAT- GEORIËNTEERD Bij vechtsporten is dit niet het geval. Hier kan (bijna) niets ‘blind’ gepresteerd worden, maar is alles afhankelijk van een nauwkeurige waarneming en analyse van een voortdurend veranderende externe situatie. De conventionele trainingswetenschap behandelt vechtsporten (complex resultaat- georiënteerde sporten) als eenvoudig resultaat- georiënteerde sporten, waarbij de onderzoeksmethoden en de resultaten, welke voor andere sporten ontwikkeld zijn, zonder meer zijn overgenomen. Hierdoor worden vechtsporten in onsamenhangende delen getraind. De techniek wordt geleerd als in ‘bewegingsverloop- georiënteerde sporten’ (zoals b.v. turnen) en de conditie wordt getraind als in ‘eenvoudig resultaat- georienteerde sporten’ (zoals b.v. atletiek). Het praten over de rest wordt als ‘taktiek-training’ beschouwd.
waarin bepaalde stereotype technieken getraind worden. Het daardoor steeds armer wordende gevecht wordt vervolgens geobserveerd, waarbij juist de door verarming ontstane situatie en herkenbare succesvolle technieken waargenomen en getraind worden. Men leert dus niet een concrete situatie te analyseren en bliksemsnel een adequaat antwoord op deze specifieke situatie te bedenken. Wat men leert is vooraf een aantal standaard antwoorden te geven en wacht in het gevecht tot de passende vraag gesteld wordt. Wordt deze vraag gesteld, dan heeft men geluk, komt de vraag niet dan heeft men voor niets gewacht en moet men een voorbereid antwoord op een niet precies passende vraag geven. Om deze toch passend te krijgen moet de handeling/techniek met een overmatige inspanning/kracht worden geforceerd. De tweede partij van deze K-1 Grand Prix is in dit verband illustratief. In deze situatie krijgt krachttraining steeds meer waarde en worden wedstrijden een conditionele race. De conditie wordt van het gevecht geïsoleerd getraind.
DE
KICKBOKS ANALFABEET
De eerste bokswedstrijden vonden plaats tussen twee favorieten uit de plaatselijke kroeg, waarbij gevochten werd tot de sterkste over was. Van ronden en regels was geen sprake. Echte afspraken ontstonden pas later, toen er gevechten werden georganiseerd tussen favorieten uit omliggende dorpen. Op basis van deze afspraken ontstond er een effectief en efficiënt handelingsgedrag. De afspraken bepaalden wat je wel en niet mocht doen. En dit is natuurlijk nog steeds zo.
De complexe vechtsituatie wordt meestal tot enkele standaardsituaties gereduceerd, Kickboksen is regelgeleid gedrag en met
Koopman’s Trainings Visie
6
Jaargang 2, nummer 4
het verder ontwikkelen van regels zien we ook het kickboksen veranderen. Deze regels dienen de competitie, maar zijn niet altijd positief voor het kickboksen. Op basis van regels ontwikkelen zich als gevolg van een economische en/of efficiënte handelingswijze ook ‘technieken’. Uit ervaring is gebleken, dat wanneer je iets regelmatig doet het je steeds gemakkelijker af gaat. Je wordt er beter in. Dit is training. Training betekent drie dingen: 1. je wordt beter in die specifieke vaardigheid en omstandigheid; 2. training is specifiek. 3. om beter te worden moet je specifiek trainen Het ligt voor de hand dat men snel denkt dat specifiek trainen, technieken trainen is. Dit is echter slechts één aspect. Zoals ik al eerder vermeldde is het doel in de ring ‘de baas’ te zijn. Dat het idealiseren van een perfecte techniek zwaar overdreven wordt, demonstreerde het vleesgeworden kachtmonster Bob Sapp in een ongelofelijk interessan partij tegen Hoost. Met nul techniek en regelkennis, maar een compensatie aan lef, doorzettingsvermogen, een enorme massa en kracht en een bovenmenselijk incasseringsvermogen, weet hij zelfs een technicus pur sang in grote problemen te brengen.
toont dat techniek nooit een doel op zichzelf mag zijn, maar ten dienste moet staan van de praktische realisatie4. Het toont het mechanisme van succes en ongeduld, wat gedrag zo voorspelbaar maakt en mensen vaak tot onnodige risico’s verleidt. We zien in de tweede ronde een bijna stilstaand stotende Hoost zichzelf leegslaan op de dikke kop van Sapp om een leverstoot te forceren. We zien Bob Sapp, die volkomen verzuurd, uitgeput, meer dood dan levend, Hoost met één hand in de touwen duwt in een poging met de andere hand in een enorme zwaaibeweging het hoofd van Hoost van de romp te scheiden. Terug naar de kroegpartijen. Puur knokken. K-1 SUCCESSEN Natuurlijk zal er door veel mensen wat aan te merken zijn op de K-1 organisatie, maar op een aantal punten is hij tot nog toe zeer succesvol gebleken:
Het legt zowel de mogelijkheden als de grenzen van de techniek bloot. Het
Koopman’s Trainings Visie
7
Jaargang 2, nummer 4
1. de sport is in toenemende mate geprofessionaliseerd; 2. het niveau ontwikkeld en verbeterd; 3. het kickboksen bij een grote groep mensen onder de aandacht gebracht; 4. een groeiende acceptatie voor het kickboksen gerealiseerd; 5. het imago en de waardering voor de sporter verbeterd; 6. een aantal sporters aan een goedbelegde boterham geholpen. Laten we niet vergeten dat deze prof wedstrijden van een totaal andere orde zijn dan de eerste puur amateuristische partijtjes in de Hoeksteen waar deze mannen begonnen zijn. Soms gaat de overgang van amateur naar prof zo snel dat men meer met de roem dan met zijn brood verdienen bezig is. Je druk maken om regels, foute beslissingen, winnen, eer of wie de beste is leidt alleen maar af en is uitsluitend zinvol wanneer het daadwerkelijk iets oplevert. We gaan een interessante tijd tegemoet, waarbij we alle zeilen zullen moeten bijzetten om onze leidende positie vast te houden. Enige visie op kickboksen en training kan daar een goede dienst bewijzen. Voetnoten 1
Analyseren moet je leren; Peter Koopman, 1996
2
Punt van aandacht: Totaal heeft Aerts 35 aanvallen met een lowkick uitgevoerd waarbij 17 (8, 6, 3) pogingen door Sefo werden geblokt. Dit is zoʼn 50% van de acties, waarbij hij het risico liep een counter te ontvangen en/of geblesseerd te raken. Het is begrijpelijk, dat - na zijn vorige gevecht met Sefo - hij voor een strategie gekozen heeft waarbij veel aandacht op de benen gericht is. Maar aan de andere kant mag je er redelijkerwijze van uit gaan dat Sefo dit ook verwachtte. En dit is ook het beeld wat vervolgens in de wedstrijd te zien was. Een afwachtende en snelcounterende Sefo met alle risicoʼs van dien. Hieruit blijkt eens te meer dat kickboksen meer is dan hard stoten en trappen. Het is de kunst hard te treffen!!
3
Zijn de stoten van Aerts niet ʻkrachtigʼ genoeg? Moet hij meer aan krachttraining doen? Meer goedbedoelde onzin als benchpressen en squaten zoals dit door een aantal mensen wordt bepleit. Elk normaal persoon was na zoʼn stoot van Aerts al lang op zijn kont gegaan. Sefo niet. Het is zeer de vraag of krachttraining hier überhaupt een bijdrage kan leveren aan de kickboks prestatie.
4
Voorbereidingshandelen; Peter Koopman, 1991
Koopman’s Trainings Visie
8
Jaargang 2, nummer 4
EERDER
VERSCHENEN IN
KOOPMAN’S TRAININGS VISIE
01 REKKEN IS VOOR GEKKEN Een uiteenzetting over de zin en onzin van rekken ����������������������� ���������������������������������������
Koopman’s Visie
1
Jaargang 1, Nummer 1
02 VAN IJZER WORDT JE NIET WIJZER Een toelichting over het nut van krachttraining voor kickboksers
���������������������
03 DE BOKSER AL MACHINE Gedachten over krachttraining, power en kickboksen en specifieke kickbokstraining.
������������������������������������������� ���������������������������������������
Koopman’s Trainings Visie
9
Jaargang 2, nummer 4