Regelingen VAO De regelingen VAO beschrijft het proces alsmede de certificatiecriteria voor de certificatie van de vakgebieden Hoger Veiligheidskundige, Arbeidshygiënist en Arbeids- & Organisatiedeskundige. De houders van een Hobéon SKO certificaat Hoger Veiligheidskundige, Arbeidshygiënist en/of Arbeids- & Organisatiedeskundige voldoen aan de desbetreffende eisen voor het aangegeven niveau op grond van deze regelingen VAO. De geldigheidsduur van het certificaat is vastgelegd op het certificaat.
uitgave 1.0 1.1 1.2 1.3 1.4
uitgave overzicht aantal pagina’s 14 26 27 26 26
vastgesteld per 22 november 2013 16 december 2013 28 maart 2014 13 oktober 2014 15 september 2015
Kenmerk: HSKO VAO REG 20 001
Vastgesteld door Coördinator Hobéon SKO B. Verstegen
Revisie: 1.4
Pagina 1 van 26
Regelingen VAO
Inhoud
Voorwoord 1. Algemeen 2. Definitie van gebruikte termen en afkortingen 3. Het beroepsprofiel 4. Beschrijving van de toetsing van vakbekwaamheid 5. Proces initiële certificatie 6. Eisen voor initiële certificatie 7. Proces hercertificatie 8. Eisen voor hercertificatie 9. Examinatoren 10. Bezwaar en beroep 11. Eisen aan certificaathouders 12. Toezicht op certificaathouders 13 Bijlagen
Kenmerk: HSKO VAO REG 20 001
3 4 7 8 9 11 13 15 17 19 21 23 24 26
Revisie: 1.4
Pagina 2 van 26
Regelingen VAO Voorwoord Stichting Hobéon SKO Certificatie (verder: Hobéon SKO) is een zelfstandige stichting, geaccrediteerd door de Raad voor Accreditatie en bestaat inclusief rechtsvoorganger stichting SKO sinds 1989. Hobéon SKO richt zich op persoonscertificatie in uiteenlopende beroepsgroepen als Niet-Destructief-Onderzoekers, GasdeskundigenTankschepen, Arbeidshygiënisten en Arbeidsdeskundigen of Taxateurs, Makelaars en Veilinghouders in Roerende Zaken. Een aantal van deze certificatieschema’s zijn door het ministerie van SZW aangewezen. Waar in dit document de mannelijke verwijzing wordt gehanteerd kan, waar van toepassing, ook de vrouwelijke vorm worden gelezen. In deze regeling is per artikel (zoveel mogelijk) aangegeven welk artikel uit het Werkdocument Aanwijzing en Toezicht (WDAT) en Werkveldspecifiek Certificatieschema (WSCS) van toepassing is, zie artikel 1.1. In hoofdstuk 2 staan afkortingen en definities.
Kenmerk: HSKO VAO REG 20 001
Revisie: 1.4
Pagina 3 van 26
Regelingen VAO 1.
Algemeen
1.1 Verklaring van uitgifte Dit document ‘Regelingen VAO’, definieert het certificatiesysteem VAO voor de vakgebieden Hoger Veiligheidskundige, Arbeidshygiënist en Arbeids- & Organisatiedeskundige. Hobéon SKO geeft uitvoering aan deze regelingen. De regelingen VAO zijn gebaseerd op de documenten WDAT-ARBO: 2012 versie 1, WSCS-AH: 2012 versie 1, WSCS-AO: 2012 versie1, WSCS-HVK: 2012 versie 1. Deze documenten zijn op 1 juli 2012 door het ministerie van SZW gepubliceerd. De regelingen VAO voldoen hiermee aan de certificatie-eisen voor de Hoger Veiligheidskundige, Arbeidshygiënist en Arbeids- & Organisatiedeskundige zoals die door het Centraal College van Deskundigen van de stichting BCD zijn geadviseerd en na een accordering door het bestuur van de stichting BCD zijn vastgesteld door het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW). 1.2 De scope De scope (het toepassingsgebied) van de regelingen VAO zijn de beroepsgroepen Hoger Veiligheidskundige, Arbeidshygiënist en de Arbeids- en Organisatiedeskundige. Alle eisen, evaluaties en beslissingen zijn gerelateerd aan deze scope. 1.3 Inwerkingtreding Deze regelingen VAO treden in werking op de vaststellingsdatum die op het registratieblad vermeld is. Bij wijzigingen van deze regelingen is de vaststellingsdatum daarvan op het registratieblad aangegeven. Bij wijzigingen zal een zodanige overgangstermijn in acht worden genomen, dat deelnemers aan lopende opleidingen en certificaathouders daarvan geen nadeel ondervinden. Hobéon SKO draagt zorg voor de verspreiding van deze regelingen inclusief eventuele wijzigingen aan de binnen het certificatiesysteem VAO functionerende organen, zoals de examinatoren en overige belanghebbenden, door middel van een beheerde distributie. Voorts zullen wijzigingen openbaar worden gemaakt door tenminste publicatie op de Hobéon SKO website. Hobéon SKO treedt op als postadres voor alle in het kader van deze regeling aan Hobéon SKO te richten correspondentie. Het adres van Hobéon SKO luidt: Hobéon SKO adres: telefoon: e-mail: website:
Lange Voorhout 14, 2514 ED Den Haag 070-3066850
[email protected] www.hobeon.nl/certificering/personen
1.4 Vaststelling en onderhoud De regelingen VAO zijn opgesteld en worden onderhouden door de certificatiecoördinator VAO en worden vastgesteld door de Coördinator Hobéon SKO (namens de directie Hobéon SKO) door ondertekening op het registratieblad. Het Centraal College van Deskundigen van de stichting BCD zorgt voor actualisering van de eisen door jaarlijkse informatierondes en overleg met het werkveld en, indien nodig, de resultaten hiervan te vertalen in voorstellen voor herziende eisen. De certificatiecoördinator VAO van Hobéon SKO is bij deze overleggen aanwezig. 1.5 Kosten onderzoek De kosten voor het bij Hobéon SKO aangevraagde onderzoek worden aan de aanvrager in rekening gebracht volgens de geldende tarieven zoals vermeld op de website www.hobeon.nl/certificering/personen. 1.6 Risicoanalyse en afbreukrisico Hobéon SKO (artikel 3.3 WDAT) Deze regelingen VAO vallen onder het kwaliteitssysteem van Hobéon. Het kwaliteitssysteem omschrijft naast de eisen voor het personeel ook de overige voorzieningen. Tevens zijn er procedures voor bijvoorbeeld klachtafhandeling, bezwaar, herziening, sanctie/maatregelenbeleid en de meldplicht met betrekking tot weigeren, schorsen en intrekken van certificaten.
Kenmerk: HSKO VAO REG 20 001
Revisie: 1.4
Pagina 4 van 26
Regelingen VAO Hobéon SKO heeft sinds 1 augustus 2014 de hernieuwde aanwijzing van het ministerie van SZW voor Hoger Veiligheidskundige, Arbeidshygiënisten en Arbeids- & Organisatiedeskundige en heeft daarmee aangetoond dat zij als certificerende instelling nog steeds een betrouwbare en onafhankelijke organisatie is. 1.7 Toezicht door SZW (artikel 5 WDAT) Hobéon SKO verplicht zich om mee te werken aan de controles van het ministerie SZW. Hobéon SKO stelt jaarlijks (vóór de inleveringsdatum) kosteloos en schriftelijk de verantwoording conform het format van het ministerie op over de rechtmatigheid en doeltreffendheid van het functioneren op elk werkveld waarvoor Hobéon SKO door de minister van SZW is aangewezen. In de schriftelijke verantwoording worden tenminste de volgende onderwerpen behandeld: de door Hobéon SKO afgegeven, geschorste, ingetrokken en geweigerde certificaten; wijzigingen in de op het werkveld van Hobéon SKO betrekking hebbende accreditaties, reglementen en procedures; wijzigingen in de bestuurssamenstelling van Hobéon SKO; wijzigingen in de statuten van Hobéon SKO; aan derden uitbestede werkzaamheden; structurele knelpunten op het werkveld van Hobéon SKO die zich in de uitvoeringspraktijk hebben voorgedaan; het gevoerde overleg en de samenwerking op het werkveld met andere certificerende instellingen; door Hobéon SKO ontvangen klachten en de wijze van afhandeling daarvan; tegen de beslissing van Hobéon SKO ingediende bezwaren en aangespannen zaken en de wijze van afhandeling daarvan; een financieel verslag betreffende de activiteiten waarvoor Hobéon SKO is aangewezen; het aantal malen per kalenderjaar dat afgeweken wordt van het sanctie- en maatregelenbeleid. Tevens wordt bij de jaarlijkse verantwoording de actuele versie van deze regelingen VAO meegezonden naar Inspectie SZW zodat het ministerie SZW inzage heeft in de werkwijze en eisen van Hobéon SKO met betrekking tot het verstrekken van certificaten Arbeidshygiënisten, Arbeids- & Organisatiedeskundigen en Hoger Veiligheidskundigen en van de wijze waarop Hobéon SKO deze eisen beoordeelt. In deze regelingen is ook vastgelegd hoe Hobéon SKO de certificaathouders controleert op het blijvend voldoen aan de certificatieeisen. Alle documenten en registraties in het verkeer met het ministerie SZW (inclusief iSZW) zijn in het Nederlands gesteld. 1.8 Wijzigingen (artikel 4.2 WDAT) Hobéon SKO verplicht zich om SZW meteen in te lichten als zij voornemens is een of meer taken te beëindigen. Ook wordt SZW meteen ingelicht als Hobéon SKO een aanvraag indient voor een aanvullende accreditatie of beoordeling op basis van een wettelijk schema. Indien Hobéon SKO een activiteit beëindigt, bepaalt de minister van SZW wat Hobéon SKO moet doen met de dossiers. Indien gevraagd werkt Hobéon SKO actief mee aan de overdracht van de dossiers. Ook blijft Hobéon SKO verantwoordelijk voor de genomen toetsingen, beoordelingen en beslissingen ten aanzien van geldige, door Hobéon SKO verstrekte certificaten. De documenten WDAT-ARBO, WSCS-AH, WSCS-AO en WSCS-HVK worden beheerd door de stichting BCD. Wijzigingen in deze documenten worden eerst door het ministerie van SZW beoordeeld en daarna al dan niet overgenomen. SZW brengt in geval van wijzigingen in deze documenten Hobéon SKO meteen op de hoogte. Hobéon SKO past in dat geval de regelingen VAO aan, informeert de certificaathouders en geeft uitvoering aan de nieuwe regeling en maakt daarbij, indien nodig, gebruik van een overgangsregeling. 1.9 Risicoanalyse en afbreukrisico arbeidshygiënist (artikel 3.3 WSCS) Het beroepsmatig uitvoeren van werkzaamheden kan op termijn leiden tot gezondheidseffecten zoals psychische en fysieke effecten waardoor langdurige uitval, (beroeps)ziekte, invaliditeit, instroom in de WIA en overlijden het gevolg kunnen zijn. Een arbeidshygiënist houdt zich voornamelijk bezig met arbeidsomstandigheden, met als doel deze zo te optimaliseren dat de gezondheid van de werknemers niet in gevaar komt, ofwel: preventie en gezondheid is zijn werkterrein, de bescherming van werknemers en/of omgeving is zijn doel. Kortdurende afwezigheid van de adviseur kan daarom het niveau van de arbeidsomstandigheden niet aantasten. Dat maakt dat het directe afbreukrisico gering is. Kenmerk: HSKO VAO REG 20 001
Revisie: 1.4
Pagina 5 van 26
Regelingen VAO Arbeidshygiëne is de toegepaste wetenschap welke zich richt op het herkennen, evalueren en beheersen van vooral fysische, chemische en biologische factoren in het geheel van belastende factoren, die ontstaan in of door werksituaties en die de gezondheid van de werkende mens en/of zijn nageslacht kunnen beïnvloeden. 1.10 Risicoanalyse en afbreukrisico arbeids- & organisatiedeskundige (artikel 3.3 WSCS) Risicoanalyse Risico’s in het werkveld zijn bijvoorbeeld een te hoge psychische en fysieke belasting met als gevolg gezondheidsschade, verkeerde psychische belasting met als gevolg schade aan de productie of productiemiddelen of productieverlies, verkeerde organisatie van het werk, met als gevolg veiligheidsrisico’s of schade aan productie(middelen) of verlies van productie of ongewenst gedrag met als gevolg pycnische overbelasting, sociale uitsluiting en productieschade. Een risico’s voor bedrijven is het risico van verkeerd advies door de A&O deskundige. Afbreukrisico Afbreuk risico’s voor de adviseur zijn, dat de adviseur moet kiezen tussen de kwaliteit van het advies en de implementatiekans hiervan binnen de organisatie van de werkgever. Voorbeelden zijn een niet prettig of wenselijk advies waar de opdrachtgever zelf onderdeel van het probleem is. 1.11 Risicoanalyse en afbreukrisico hoger veiligheidskundige (artikel 3.3 WSCS) Het beroepsmatig uitvoeren van werkzaamheden kan direct leiden tot gezondheidseffecten zoals psychische en fysieke effecten waaronder ook het overlijden. De deskundige functioneert in het bedrijf als adviseur. Arbeidsomstandigheden zijn primair een zaak tussen werkgever en werknemers. Bij afwezigheid van de adviseur kan het niveau van de arbeidsomstandigheden meteen worden aangetast. Dat maakt dat het directe afbreukrisico hoog is. Langdurige afwezigheid van de adviseur kan het niveau van de arbeidsomstandigheden aantasten waardoor productieverlies kan ontstaan en de kans op langdurige uitval, (beroeps)ziekte, invaliditeit, instroom in de WIA en overlijden toeneemt. 1.12 Toegelaten opleidingen (Bijlage 7 WSCS) Hobéon SKO is door de stichting BCD aangewezen om een aantal opleidingsinstellingen te beoordelen. Deze opleidingsinstellingen zijn terug te vinden op de website van Hobéon SKO. Hobéon SKO hanteert voor het beoordelingsonderzoek het op dat moment geldende reglement Toegelaten Opleidingen.
Kenmerk: HSKO VAO REG 20 001
Revisie: 1.4
Pagina 6 van 26
Regelingen VAO 2.
Definitie van gebruikte termen en afkortingen (artikel 2 WDAT en artikel 2 WSCS)
De termen en afkortingen die in deze regeling worden gebruikt staan beschreven in bijlage 7 Definities. Voor overige gebruikte begrippen wordt verwezen naar algemeen gebruikelijke interpretaties.
Kenmerk: HSKO VAO REG 20 001
Revisie: 1.4
Pagina 7 van 26
Regelingen VAO 3.
Het beroepsprofiel
De regeling VAO heeft als scope drie verschillende gedeeltelijk overlappende beroepsgroepen. Hoger Veiligheidskundige (artikel 1 WSCS) De Hoger Veiligheidskundige levert een bijdrage aan een veilige werkomgeving en de duurzame inzetbaarheid van werknemers. Deze deskundige is de aangewezen specialist bij uitstek op het terrein van risicobeoordeling en risicobeheersing van de veilige werkomgeving. De deskundige adviseert onder meer op het brede terrein van veiligheid en duurzame inzetbaarheid in arbeidsorganisaties en in het optimaliseren van de arbeidsomstandigheden. Arbeidshygiënist (artikel 1 WSCS) De Arbeidshygiënist houdt zich bezig met het adviseren van werkgevers en medewerkers over hoe problemen in de werkomgeving beheerst kunnen worden, waarbij het doel bescherming van de medewerkers is. Het voorkomen van gezondheidsschade tijdens het werk staat centraal. De Arbeidshygiënist is de aangewezen specialist op het gebied van belastende factoren in de werkomgeving die een schadelijke invloed kunnen hebben op de gezondheid van medewerkers (of op het nageslacht van medewerkers). De deskundige adviseert onder meer over blootstelling op de werkplek aan gevaarlijke stoffen, biologische agentia, fysische factoren als geluid, trillingen, licht, binnenklimaat en over fysieke belasting. Arbeids- en Organisatiedeskundige (artikel 1 WSCS) De Arbeids- en Organisatiedeskundige houdt zich bezig met mensen in een arbeidsorganisatie (of organisatie waar arbeid plaatsvindt). De deskundige is de aangewezen specialist op het gebied van psychosociale arbeidsbelasting en de kwaliteit van de arbeid en organisatie. De deskundige adviseert onder meer over werkdruk, stress, gezondheidsmanagement, ongewenst gedrag en functioneringsproblematiek. De deskundige hanteert een veranderkundig perspectief. Competenties Voor elk van de bovenstaande beroepsgroepen is een beroepscompetentiedocument opgesteld met daarin kerntaken en competenties, zie bijlage 1. Het beroepscompetentiedocument is opgesteld op basis van een werkveldonderzoek. Het is tevens de basis voor de formulering van het inhoudelijk deel van de certificatieeisen: de toetsing van de vakbekwaamheid.
Kenmerk: HSKO VAO REG 20 001
Revisie: 1.4
Pagina 8 van 26
Regelingen VAO 4.
Beschrijving van de toetsing van vakbekwaamheid
Beroepsopleiding Voor kandidaat certificaathouders die een beroepsopleiding (gaan) volgen, geldt dat zij een portfolio kunnen opbouwen tijdens de beroepsopleiding voor een initiële aanvraag voor certificatie. De aanvrager kan na het examen van de opleiding, getoetst worden voor certificatie. Hobéon SKO certificeert de aanvrager als hij aan alle eisen voor certificatie voldoet. Toets De toetsing van de vakbekwaamheid (initieel of hercertificatie) heeft als uitgangspunt het beroepscompetentiedocument in bijlage 1. In dit artikel is deze toetsing op hoofdlijnen beschreven; de details staan in de navolgende hoofdstukken. De kandidaat moet aan de hand van aangeleverde documenten (met name het portfolio) via een mondelinge toetsing aantonen dat hij het vak voldoende en op het juiste niveau beheert. De kandidaat moet de eigen inbreng in de aangeleverde documenten aantonen door verdediging van de uitwerkingen en conclusies. Daarbij moet de kandidaat voldoende diepgang laten zien. Het aantal, de omvang en het gewenste niveau van de aangeleverde documenten is vastgelegd in bijlage 4. De aangeleverde documenten dienen representatief te zijn voor het door de kandidaat uitgevoerde werk in de periode voorafgaand aan de aanvraag, zoals beschreven in par 6.3 beroepservaring. De aangeleverde documenten dienen door de kandidaat ondertekend te zijn, alsmede gewaarmerkt en meeondertekend te zijn door de werkgever of een daartoe namens de werkgever geautoriseerde functionaris. Tenzij met Hobéon SKO anders overeengekomen dienen de aangeleverde documenten in het Nederlands te zijn geschreven. De beoordeling van de aangeleverde documenten en de mondelinge toetsing gebeurt door twee inhoudelijk deskundige beoordelaars (examinatoren) bij zowel een initiële aanvraag als bij een aanvraag hercertificatie. De resultaten van deze beoordeling en toetsing zijn de belangrijkste factor bij het bepalen of de kandidaat in aanmerking komt voor certificering. Eisen ICT bijeenkomsten De doelstelling voor de ICT bijeenkomsten is het verhogen van de deskundigheid van de aanwezigen door met elkaar een casus te bespreken. De casus komt uit de praktijk en wordt door een van de aanwezigen ingebracht. Van te voren heeft de casus-inbrenger een aantal leerpunten opgesteld met betrekking tot de casus. Deze leerpunten en eventuele aanvullende leerpunten worden besproken en mogelijke verbeteringen worden door de aanwezigen geopperd. Tijdens de volgende bijeenkomst geeft de casus-inbrenger een terugkoppeling van de door hem ondernomen acties en het uiteindelijke resultaat (voor hemzelf en bij de klant). Een aanvrager moet voor hercertificatie over een periode van 5 jaar minimaal 4 cases inbrengen en bespreken tijdens ICT bijeenkomsten. Deze cases zijn gebaseerd op de kerntaken-competentiematrix van de regeling (zie bijlage 1). De aanvrager verwerkt via het sjabloon (bijlage 4) de verslaglegging van deze ICT bijeenkomsten en de uitwerking van de cases in een portfolio. De aanvrager van (her)certificatie moet aantonen dat hij heeft deelgenomen aan minimaal vier ICT bijeenkomsten waarbij in totaal minimaal drie gecertificeerde deskundigen (AH, A&O of HVK) uit dezelfde of andere disciplines aanwezig zijn. Voor dubbel- of drievoudig gecertificeerden geldt hetzelfde. Dus voor een geldige ICT bijeenkomst moeten er minimaal drie mensen aanwezig zijn, enkel-, dubbel of drievoudig gecertificeerd. Een ICT bijeenkomst moet minimaal 3 uur duren. Van de ICT bijeenkomsten, stelt de aanvrager verslag op. Het portfolio van een aanvrager bevat deze verslagen waarin de eigen inbreng en de reflectie of 'leermomenten' op de eigen en op de door een ander ingebrachte casussen duidelijk beschreven zijn. In het verslag van de ICT bijeenkomst moet ook zijn aangegeven wie er aanwezig waren, de agenda en de besproken cases.
Kenmerk: HSKO VAO REG 20 001
Revisie: 1.4
Pagina 9 van 26
Regelingen VAO Dubbel- en drievoudig gecertificeerden Het komt steeds vaker voor dat een deskundige meerdere persoonscertificaten heeft: hoger veiligheidskundige, arbeids- & organisatiedeskundige en/of arbeidshygiënist. Deze deskundigen hebben de mogelijkheid om de geldigheidsdatums van deze verschillende certificaten gelijk te trekken. Gecertificeerden die hiervan gebruik maken worden dubbel- of drievoudig gecertificeerden genoemd. Het gelijktrekken van de datums kan worden gedaan op de eerstvolgende hercertificatie van één van de certificaten, of op het moment van initiële certificatie. Voor deze aanvragen (hercertificatie) worden kosten in rekening gebracht die in verhouding staat met de verstreken termijn(en). Het voordeel voor de dubbel- en drievoudig gecertificeerden is dat de eerstvolgende hercertificatie pas na vijf jaar is en dat de certificaten dan in één actie kunnen worden gehercertificeerd tegen een gereduceerd tarief. Voor dubbel- of drievoudige certificatie zijn per werkgebied (AH, A&O en/of HVK) drie casus ingebracht in het portfolio. Tevens hoeft een dubbel- of drievoudig gecertificeerde in verhouding minder bij- en nascholingspunten aan te tonen, zie bijlage 3. Het gelijktrekken van de certificatiedatums voor certificaten is geen verplichting, maar een service die Hobéon SKO biedt. Voor houders van de certificaten die de certificaten niet op eenzelfde datum laten ingaan, gelden de eisen voor elk certificaat apart.
Kenmerk: HSKO VAO REG 20 001
Revisie: 1.4
Pagina 10 van 26
Regelingen VAO 5.
Proces initiële certificatie
1. Algemeen (artikel 4.2 WSCS) Kandidaten die nog niet beschikken over een (geldig) certificaat voor het desbetreffende vakgebied gaan het proces in van initiële certificatie. Zij moeten aantonen over het juiste (beroeps)niveau te schikken en aantonen voldoende werkervaring te hebben. Het proces is hieronder op hoofdlijnen weergegeven. De inhoudelijke details staan in hoofdstuk 6. Informatie over het certificatieproces en de certificatie-eisen zijn terug te vinden op de website www.hobeon.nl. Op verzoek van een belangstellende stuurt Hobéon SKO een aanvraagformulier en aanvullende informatie over de certificatie-eisen en het certificatieproces. Hobéon SKO kan gebruik maken van een digitaal hulpmiddel waarin alle documenten met betrekking tot de aanvraag zijn opgenomen. Aanvragen door de kandidaat en het aanleveren van zijn portfolio en de overige documenten mag tevens digitaal plaatsvinden. 2. Uitleg voor kandidaten (artikel 8 en 10 WSCS) Het proces voor initiële certificatie bestaat voor de kandidaat uit de volgende stappen: 1. Invullen van diverse formulieren en verzamelen van bewijsstukken. Het betreft in ieder geval: ingevuld aanvraagformulier per beroepenveld/scope met certificatie-overeenkomst; diploma vooropleiding; examenoproep of een diploma van een toegelaten beroepsopleiding of gelijkwaardige opleiding; ingevulde werkgeversverklaring (bijlage 2) of accountantsverklaring (of vergelijkbaar) voor zelfstandigen; ingevuld portfolio met alle benodigde bijlagen; De aanvraag certificatie moet minstens 8 weken voor de toets bij Hobéon SKO ontvangen zijn. 2. Opsturen van de documenten naar Hobéon SKO. Alle genoemde documenten, voor zover van toepassing, moeten worden opgestuurd naar Hobéon SKO. Alle documenten moeten goed leesbaar zijn. Het sjabloon van het portfolio is gebruikt voor het opbouwen van het portfolio, zodat deze eenduidig geordend is. 3. Factuur en betaling Na ontvangst van het ondertekende aanvraagformulier maakt Hobéon SKO een factuur op en verstuurt die aan de kandidaat of aan de werkgever. Betaling van de factuur is een voorwaarde om toegelaten te worden tot stap 5. De prijzen staan op onze website www.hobeon.nl/certificering/personen. 4. Eerste beoordeling van de documenten door Hobéon SKO. De ontvangen documenten worden in eerste instantie beoordeeld door de medewerkers van Hobéon SKO. Bij gebleken onjuistheden of ontbrekende zaken zullen deze alsnog worden opgevraagd. Na aanleveren van de gevraagde informatie door de kandidaat kan het proces verder verlopen. 5. Beoordeling van het dossier door de examinatoren. De examinatoren beoordelen het dossier door dit te toetsen aan de certificatie-eisen. Als het dossier compleet is toetsen de examinatoren de kandidaat volgens het examenreglement bijlage 9. Het resultaat van deze toets is een afwijzing, een toekenning, of een nader onderzoek.
Kenmerk: HSKO VAO REG 20 001
Revisie: 1.4
Pagina 11 van 26
Regelingen VAO 3. Uitleg voor de medewerkers Hobéon SKO (artikel 8 WSCS) Het proces voor initiële certificatie bestaat uit een aantal stappen die in de werkinstructie HSKO VAO WI 20 002 Dossieronderzoek VAO zijn vastgelegd. Naast de diverse administratieve handelingen zijn de onderstaande processtappen van belang: 1.
2.
Na ontvangst van de aanvraag voert de medewerker kandidatenadministratie de gegevens van de aanvrager in de database in. De aanvraag moet zijn voorzien van een handtekening van de aanvrager. Per beroepenveld is één aanvraagformulier ingevuld. Hiermee is de scope van elke aanvraag duidelijk. Na ontvangst van de documenten vindt een eerste beoordeling (ontvankelijkheid en daarna een precheck) plaats door Hobéon SKO. De ontvangen documenten worden in eerste instantie beoordeeld door de medewerkers (certificatiecoördinator en/of medewerker kandidatenadministratie) van Hobéon SKO. Bij gebleken onjuistheden bij het invullen of ontbrekende zaken zoals een handtekening, krijgt de aanvrager de gelegenheid zijn aanvraag aan te vullen. De aanvrager krijgt dan een termijn (zie hoofdstuk 9) waarbinnen de aanvullingen moeten worden aangeleverd. Indien de aanvrager deze termijn overschrijdt wijst Hobéon SKO de aanvraag af.
3. -
Factuur en betaling De medewerker kandidatenadministratie stelt een factuur op na ontvangst van het ondertekende aanvraagformulier en een positieve ontvankelijkheidsbeslissing. De medewerker verstuurt de factuur aan de kandidaat of aan zijn werkgever.
-
Registratie van in tweede instantie ontvangen documenten De medewerker kandidatenadministratie registreert de in tweede instantie bij de kandidaat aangeleverde informatie in de database. Na nogmaals een controle kan het proces verder verlopen.
4.
5. -
6. -
7.
Beoordeling van het dossier door de examinatoren. De certificatiecoördinator stuurt het dossier, na vrijgave, naar de examinatoren. De examinatoren beoordelen het dossier, dat wil zeggen zij toetsen de aanvraag tegen de certificatie-eisen. Als het dossier compleet is, wordt de aanvrager door de examinatoren getoetst. Het resultaat van deze toets is een afwijzing, een positief advies of een nader onderzoek (herziening). Uitvoeren nader onderzoek (herziening) Het nader onderzoek kan bestaan uit het inhoudelijk aanpassen (aanvullingen) door de kandidaat van aangeleverde bewijsstukken, hertoetsing of een (andere) vorm van toets. De examinator ontvangt deze inhoudelijke aanpassingen waarna hij opnieuw de afwegingen zoals genoemd bij punt 5 maakt. Eventuele aanvullende kosten worden op de aanvrager verhaald.
Het nemen van de certificatiebeslissing (artikel 4.3 WSCS) Het dossier inclusief de uitslag van de toets (advies examinatoren) en de overige documenten worden voorgelegd aan de certificatiebeslisser van Hobéon SKO. De certificatiebeslisser neemt een certificatiebeslissing volgens procedure HSKO ALG PHB 20 005.
-
8. -
Verstrekken van het certificaat (artikel 4.4 en 4.8 WSCS) De kandidaat ontvangt een certificaat als hij heeft voldaan aan alle gestelde certificatie-eisen en het certificatie-onderzoek heeft betaald. De geldigheidsduur van het certificaat is 5 jaar. De medewerker kandidatenadministratie neemt de certificaathouder (direct) op in het register dat op de website www.hobeon.nl wordt gepubliceerd. Tevens meldt de medewerker kandidatenadministratie de certificaathouder aan bij de stichting BCD.
Kenmerk: HSKO VAO REG 20 001
Revisie: 1.4
Pagina 12 van 26
Regelingen VAO 6.
Eisen voor initiële certificatie (artikel 8 en 10 WSCS)
1. Algemeen werk- en denkniveau De aanvrager moet aantonen daadwerkelijk te beschikken over hbo denk- en werkniveau. Dit kan worden aangetoond door een kopie van een diploma van een hbo opleiding of hoger bij de aanvraag te voegen. Een verslag van een onderzoek naar het werk- en denkniveau (bijvoorbeeld opgesteld door een HRM-bureau) kan ook het hbo werk- en denkniveau van de aanvrager aantonen. In dat geval moet het verslag van het onderzoek naar het werk- en denkniveau bij de aanvraag worden gevoegd. 2. Specifieke beroepsopleiding De aanvrager moet een examenoproep overhandigen waaruit blijkt dat de aanvrager deelneemt aan het examen van een door Hobéon SKO toegelaten beroepsopleiding behorende bij de scope van de aanvraag. Aanvragers die al in het bezit zijn van een diploma van een door Hobéon SKO toegelaten beroepsopleiding voegen een kopie van dit diploma (behorende bij het betreffende beroepenveld/ de scope) toe aan de aanvraag. In het geval de aanvrager een niet toegelaten beroeps opleiding heeft gevolgd biedt Hobéon SKO de mogelijkheid aan om een onderzoek te verrichten waaruit al dan niet de gelijkwaardigheid van de beroepsopleiding blijkt. Wanneer hiervan sprake is (gelijkwaardigheid) dan wordt het diploma als gelijkwaardig gesteld aan een door Hobéon SKO toegelaten opleiding. De kosten van dit aanvullende onderzoek zijn voor rekening van de aanvrager. In het geval de aanvrager een beroepsopleiding buiten Nederland maar binnen de Europese Unie (EU) heeft gevolgd, wordt aanvullend een verklaring EG-beroepskwalificatie van de gevolgde beroepsopleiding gevraagd. De kosten van dit aanvullende onderzoek zijn voor rekening van de aanvrager. In het geval de aanvrager beschikt over een diploma van een beroepsopleiding buiten de EU, dan is het aan de aanvrager om een portfolio aan te maken en het portfolio-traject te doorlopen. Na vijf jaar kan de aanvrager deelnemen aan de portfolio beoordeling, de toets voor initiële certificatie. Bij een positief oordeel kan dan tot certificering door Hobéon SKO worden overgegaan. 3. Beroepservaring De aanvrager kan voor het aantonen van de beroepservaring één van de volgende documenten aanleveren; een werkgeversverklaring (zie bijlage 2) óf een accountantsverklaring indien de kandidaat als zelfstandige opereert (contracten/verklaringen van opdrachtgevers kunnen ook voldoende werkervaring aantonen). In alle gevallen moet de aanvrager aantonen dat hij beschikt over de vereiste werkervaring in zijn beroepenveld(en). Het gaat hierbij om het uitgevoerde werk in de twee jaar voorafgaand aan de aanvraag. De beroepservaring dient te zijn opgedaan in een functie waarin de aanvrager gedurende gemiddeld minimaal 2 dagdelen per week inhoudelijk en zelfstandig arbeidshygiënische, hogere veiligheidskundige en/of arbeids- & organisatiedeskundige werkzaamheden heeft verricht. Beroepservaring van voor de termijn van twee jaar voorafgaand aan de aanvraag tot certificatie wordt niet in beschouwing genomen. Per beroepenveld zijn er specifieke eisen aan de werkervaring gesteld. Als Arbeidshygiënist moet worden aangetoond dat de aanvrager in ieder geval in staat is om twee van de hieronder vermelde activiteiten in brede zin te verrichten: • Verder ontwikkelen van en in het vak. • Adviseren over/onderzoeken van gezondheid, werkomstandigheden en duurzame inzetbaarheid van werknemers in arbeidsorganisaties. • Adviseren over/onderzoeken van het optimaliseren van de arbeidsomstandighedenzorg. • Arbeidshygiënische risicobeoordeling. • Arbeidshygiënische risicobeheersing. Als Arbeids- & Organisatiedeskundige moet worden aangetoond dat de aanvrager in ieder geval in staat is om twee van de hieronder vermelde activiteiten in brede zin te verrichten: • Verder ontwikkelen van en in het vak. • Adviseren over/onderzoeken van gezondheid, werkomstandigheden en duurzame inzetbaarheid van medewerkers in arbeidsorganisaties. • Adviseren over/onderzoeken van het optimaliseren van de arbeidsomstandighedenzorg. Kenmerk: HSKO VAO REG 20 001
Revisie: 1.4
Pagina 13 van 26
Regelingen VAO • •
Adviseren over de kwaliteit van de arbeid. Adviseren over psychosociale arbeidsbelasting (PSA).
Als Hoger Veiligheidskundige moet worden aangetoond dat de aanvrager in ieder geval in staat is om twee van de hieronder vermelde activiteiten in brede zin te verrichten: • Verder ontwikkelen van en in het vak. • Adviseren over/onderzoeken van gezondheid, werkomstandigheden en duurzame inzetbaarheid in arbeidsorganisaties. • Adviseren over/onderzoeken van optimaliseren van de arbeidsomstandighedenzorg. • Veiligheidskundige risicobeoordeling. • Veiligheidskundige risicobeheersing. De aanvrager toont de twee activiteiten in zijn eigen beroepenveld (zoals hierboven vermeld) aan in een nadere uitwerking (compilatie). Zowel de werkgeversverklaring als de compilatie dienen te zijn ondertekend door een daartoe geautoriseerd persoon. 4. Portfolio De aanvrager dient hiervoor het volgende document te overhandigen. • Een volledig ingevuld portfolio, hetgeen de aanvrager bij het volgen van de toegelaten beroepsopleiding heeft aangemaakt onder begeleiding van een gecertificeerd deskundige A&O, AH of HVK. • Aanvragers die al in het bezit zijn van een diploma van een beroepsopleiding (in het betreffende beroepenveld) moeten ook een portfolio invullen, maar kunnen gebruik maken van de overgangsregeling (zie bijlage 6). Bij het samenstellen van het portfolio wordt gebruik gemaakt van bijlage 1 en het sjabloon portfolio van het betreffende beroepenveld. Deze zijn terug te vinden op de website www.hobeon.nl persoonscertificatie. Het portfolio bestaat uit: De documenten zoals vastgelegd in het sjabloon portfolio (de werkwijze staat in bijlage 1); De complete verslagen die als casus zijn ingediend; De agenda’s, verslagen en eventuele aanvullende documenten van de ICT-bijeenkomsten; Het sjabloon van het portfolio is gebruikt voor het opbouwen van het portfolio, zodat deze eenduidig geordend is. Wanneer het portfolio compleet is (en er wordt voldaan aan de overige certificatie-eisen), mag de kandidaat deelnemen aan de toetsing. De kandidaat wordt hiervan schriftelijk (e-mail) op de hoogte gesteld door Hobéon SKO. De basis voor de toets is de door de kandidaat ingevulde kerntaak-competentie-matrix (initieel- en ontwikkelmatrix). De kerntaak-competentie-matrices koppelen kerntaken en competenties aan elkaar. De kandidaat geeft zelf aan welk niveau zijn competenties hebben in het kader van de kerntaken en welke competenties hij verder wil ontwikkelen. Dit geeft belangrijke informatie voor de toetsing. De opbouw van een portfolio is niet gebonden aan een opleidingsinstelling of een certificerende instelling.
Kenmerk: HSKO VAO REG 20 001
Revisie: 1.4
Pagina 14 van 26
Regelingen VAO 7.
Proces hercertificatie (artikel 11 WSCS)
1. Algemeen Nadat de geldigheidstermijn van het initiële certificaat van 5 jaar is verlopen kan het certificaat voor een nieuwe periode van 5 jaar worden gehercertificeerd. Aangetoond moet worden dat de certificaathouder op voldoende wijze de betreffende beroepswerkzaamheden in de afgelopen geldigheidsperiode van het certificaat, zonder aanzienlijke onderbreking, heeft uitgevoerd. De certificaathouder is verantwoordelijkheid voor het tijdig aanvragen van hercertificatie. Aanvragen hercertificatie worden alleen in behandeling genomen als het certificaat nog geldig is. Hobéon SKO kan gebruik maken van een digitaal hulpmiddel waarin alle documenten met betrekking tot de aanvraag zijn opgenomen. Aanmelden door de kandidaat en het aanleveren van zijn portfolio en de overige documenten mag tevens digitaal plaatsvinden. 2. Uitleg voor kandidaten. Het proces voor hercertificatie bestaat voor de kandidaat uit de volgende stappen: 1. Invullen van diverse formulieren en verzamelen van bewijsstukken. Het betreft in ieder geval: ingevuld aanvraagformulier per beroepenveld/scope met certificatie-overeenkomst; ingevulde werkgeversverklaring (bijlage 2) of accountantsverklaring voor zelfstandigen; zelf opgestelde compilatie volgens hoofdstuk 8 artikel 1. ingevuld portfolio met alle benodigde bijlagen; ingevulde formulier bij- en nascholingspunten inclusief de bewijsdocumenten. De aanvraag hercertificatie moet minstens 8 weken voor het verlopen van het certificaat bij Hobéon SKO ontvangen zijn. 2. Opsturen van de documenten naar Hobéon SKO. Alle genoemde documenten, voor zover van toepassing, moeten worden opgestuurd naar Hobéon SKO. Alle documenten moeten goed leesbaar zijn. Het sjabloon van het portfolio is gebruikt voor het opbouwen van het portfolio, zodat deze eenduidig geordend is. 3. Factuur en betaling Na ontvangst van het ondertekende aanvraagformulier maakt Hobéon SKO een factuur op en verstuurt die aan de kandidaat of aan de werkgever. Betaling van de factuur is een voorwaarde om toegelaten te worden tot stap 5. De prijzen staan op onze website www.hobeon.nl/certificering/personen. 4. Eerste beoordeling van de documenten door Hobéon SKO. De ontvangen documenten worden in eerste instantie beoordeeld door de medewerkers van Hobéon SKO. Bij gebleken onjuistheden of ontbrekende zaken zullen deze alsnog worden opgevraagd. Na aanleveren van de gevraagde informatie door de kandidaat kan het proces verder verlopen. 5. Beoordeling van het dossier door de examinatoren. De examinatoren beoordelen het dossier door dit te toetsen aan de hercertificatie-eisen. Als het dossier compleet is toetsen de examinatoren de kandidaat volgens het examenreglement bijlage 9. Het resultaat van deze toets is een afwijzing, een toekenning, of een nader onderzoek.
Kenmerk: HSKO VAO REG 20 001
Revisie: 1.4
Pagina 15 van 26
Regelingen VAO 3. Uitleg voor betrokkenen binnen Hobéon SKO. Het proces voor hercertificatie bestaat uit een aantal stappen die in de werkinstructie HSKO VAO WI 20 002 Dossieronderzoek VAO zijn vastgelegd. Naast de diverse administratieve handelingen zijn de onderstaande processtappen van belang: 1.
2.
Na ontvangst van de aanvraag worden de gegevens van de aanvrager ingevoerd/aangepast in de database. De aanvraag moet zijn voorzien van een handtekening van de aanvrager. Per beroepenveld is één aanvraagformulier ingevuld. Hiermee is de scope van elke aanvraag duidelijk. Na ontvangst van de documenten vindt een eerste beoordeling (ontvankelijkheid en daarna een precheck) plaats door Hobéon SKO. De ontvangen documenten worden in eerste instantie beoordeeld door de medewerkers (certificatiecoördinator en/of medewerker kandidatenadministratie) van Hobéon SKO. Bij gebleken onjuistheden bij het invullen of ontbrekende zaken zoals een handtekening, krijgt de aanvrager de gelegenheid zijn aanvraag aan te vullen. De aanvrager krijgt dan een termijn (zie hoofdstuk 9) waarbinnen de aanvullingen moeten worden aangeleverd. Indien de aanvrager deze termijn overschrijdt wijst Hobéon SKO de aanvraag af.
3. -
Factuur en betaling De medewerker kandidatenadministratie stelt een factuur op na ontvangst van het ondertekende aanvraagformulier en een positieve ontvankelijkheidsbeslissing. De medewerker verstuurt de factuur aan de kandidaat of aan zijn werkgever.
-
Registratie van in tweede instantie ontvangen documenten De medewerker kandidatenadministratie registreert de in tweede instantie bij de kandidaat aangeleverde informatie in de database. Na nogmaals een controle kan het proces verder verlopen.
4.
5. -
6. -
7.
Beoordeling van het dossier door de examinatoren. De certificatiecoördinator stuurt het dossier, na vrijgave, naar de examinatoren. De examinatoren beoordelen het dossier, dat wil zeggen zij toetsen de aanvraag tegen de certificatie-eisen. Als het dossier compleet is, wordt de aanvrager door de examinatoren getoetst. Het resultaat van deze toets is een afwijzing, een positief advies of een nader onderzoek (herziening). Uitvoeren nader onderzoek (herziening) Het nader onderzoek kan bestaan uit het inhoudelijk aanpassen (aanvullingen) door de kandidaat van aangeleverde bewijsstukken, hertoetsing of een (andere) vorm van toets. De examinator ontvangt deze inhoudelijke aanpassingen waarna hij opnieuw de afwegingen zoals genoemd bij punt 5 maakt. Eventuele aanvullende kosten worden op de aanvrager verhaald.
Het nemen van de certificatiebeslissing (artikel 4.3 WSCS) Het dossier inclusief de uitslag van de toets (advies examinator) en de overige documenten worden voorgelegd aan de certificatiebeslisser van Hobéon SKO. De certificatiebeslisser neemt een certificatiebeslissing volgens procedure HSKO ALG PHB 20 005. -
8. -
Verstrekken van het certificaat (artikel 4.4 en 4.8 WSCS) De kandidaat ontvangt een certificaat als hij heeft voldaan aan alle gestelde hercertificatie-eisen en het certificatie-onderzoek heeft betaald. De geldigheidsduur van het certificaat is 5 jaar. De medewerker kandidatenadministratie neemt de certificaathouder (direct) op in het register dat op de website www.hobeon.nl wordt gepubliceerd. Tevens meldt de medewerker kandidatenadministratie de certificaathouder aan bij de stichting BCD.
Kenmerk: HSKO VAO REG 20 001
Revisie: 1.4
Pagina 16 van 26
Regelingen VAO 8.
Eisen voor hercertificatie
1. Beroepservaring De aanvrager kan voor het aantonen van de beroepservaring één van de volgende documenten aanleveren; een werkgeversverklaring (zie bijlage 2) óf een accountantsverklaring indien de aanvrager als zelfstandige opereert (contracten/verklaringen van opdrachtgevers kunnen ook voldoende werkervaring aantonen). In alle gevallen moet de aanvrager aantonen dat hij beschikt over de vereiste werkervaring in zijn beroepenveld(en). Het gaat hierbij om het uitgevoerde werk in de vijf jaar tijdens de certificatieperiode van de aanvrager. De beroepservaring dient te zijn opgedaan in een functie waarin de aanvrager gedurende gemiddeld minimaal 2 dagdelen per week inhoudelijk en zelfstandig arbeidshygiënische, hogere veiligheidskundige en/of arbeids- & organisatiedeskundige werkzaamheden heeft verricht. Beroepservaring buiten de termijn van de certificatieperiode wordt niet in beschouwing genomen. Per beroepenveld zijn er specifieke eisen aan de werkervaring gesteld. Als Arbeidshygiënist moet worden aangetoond dat de aanvrager in ieder geval in staat is om twee van de hieronder vermelde activiteiten in brede zin te verrichten: • Verder ontwikkelen van en in het vak. • Adviseren over/onderzoeken van gezondheid, werkomstandigheden en duurzame inzetbaarheid van werknemers in arbeidsorganisaties. • Adviseren over/onderzoeken van het optimaliseren van de arbeidsomstandighedenzorg. • Arbeidshygiënische risicobeoordeling. • Arbeidshygiënische risicobeheersing. Als Arbeids- & Organisatiedeskundige moet worden aangetoond dat de aanvrager in ieder geval in staat is om twee van de hieronder vermelde activiteiten in brede zin te verrichten: • Verder ontwikkelen van en in het vak. • Adviseren over/onderzoeken van gezondheid, werkomstandigheden en duurzame inzetbaarheid van medewerkers in arbeidsorganisaties. • Adviseren over/onderzoeken van het optimaliseren van de arbeidsomstandighedenzorg. • Adviseren over de kwaliteit van de arbeid. • Adviseren over psychosociale arbeidsbelasting (PSA). Als Hoger Veiligheidskundige moet worden aangetoond dat de aanvrager in ieder geval in staat is om twee van de hieronder vermelde activiteiten in brede zin te verrichten: • Verder ontwikkelen van en in het vak. • Adviseren over/onderzoeken van gezondheid, werkomstandigheden en duurzame inzetbaarheid in arbeidsorganisaties. • Adviseren over/onderzoeken van optimaliseren van de arbeidsomstandighedenzorg. • Veiligheidskundige risicobeoordeling. • Veiligheidskundige risicobeheersing. Voor alle bovenstaande genoemde beroepsgroepen geldt dat een van de twee activiteiten ook het toetsen van een RI&E mag zijn. De aanvrager toont de (minimaal) twee activiteiten in zijn eigen beroepenveld zoals hierboven vermeld aan in een nadere uitwerking (compilatie). Zowel de werkgeversverklaring als de compilatie dienen te zijn ondertekend door een daartoe geautoriseerd persoon. 2. Bij en nascholingspunten Aanvragers tonen aan dat zij hun kennis van het vak hebben bijgehouden door het behalen van bij- en nascholingspunten zoals omschreven in bijlage 3. Aanvragers vullen het formulier bij- en nascholingspunten VAO in en sturen dit samen met de benodigde bewijsdocumenten naar Hobéon SKO. 3. Portfolio De aanvrager dient hiervoor het volgende document te overhandigen. • Een volledig ingevuld portfolio, hetgeen de aanvrager tijdens de lopende certificatieperiode zelf heeft aangemaakt als een gecertificeerd deskundige A&O, AH of HVK. • Aanvragers (certificaathouders) die instromen van de verlopen regeling(en) A&O, AH of HVK moeten Kenmerk: HSKO VAO REG 20 001
Revisie: 1.4
Pagina 17 van 26
Regelingen VAO ook een portfolio invullen, maar kunnen gebruik maken van de overgangsregeling (zie bijlage 6). Bij het samenstellen van het portfolio wordt gebruik gemaakt van bijlage 1 en het sjabloon portfolio van het betreffende beroepenveld. Deze zijn terug te vinden op de website www.hobeon.nl persoonscertificatie. Het portfolio bestaat uit: De documenten zoals vastgelegd in het sjabloon portfolio (de werkwijze staat in bijlage 1); De complete verslagen die als casus zijn ingediend; De agenda’s, verslagen en eventuele aanvullende documenten van de ICT-bijeenkomsten; Het sjabloon van het portfolio is gebruikt voor het opbouwen van het portfolio, zodat deze eenduidig geordend is. Wanneer het portfolio compleet is (en er wordt voldaan aan de overige certificatie-eisen), mag de kandidaat deelnemen aan de toets. De kandidaat wordt hiervan schriftelijk (e-mail) op de hoogte gesteld door Hobéon SKO. De basis voor de toets is de door de kandidaat ingevulde kerntaak-competentie-matrix (initieel- en ontwikkelmatrix). De kerntaak-competentie-matrices koppelen kerntaken en competenties aan elkaar. De kandidaat geeft zelf aan welk niveau zijn competenties hebben in het kader van de kerntaken en welke competenties hij verder wil ontwikkelen. Dit geeft belangrijke informatie voor de toetsing. De opbouw van een portfolio is niet gebonden aan een opleidingsinstelling of een certificerende instelling.
Kenmerk: HSKO VAO REG 20 001
Revisie: 1.4
Pagina 18 van 26
Regelingen VAO 9.
Examinatoren
De toets van zowel een initiële aanvraag als een aanvraag hercertificatie wordt afgenomen door twee examinatoren. De examinatoren verrichten de vakinhoudelijke toets welke onderstaand is beschreven. De eisen die worden gesteld aan de examinatoren zijn vastgelegd in bijlage 8, examinatoren. In het examenreglement (bijlage 9) staan de eisen die aan de toets worden gesteld. Deze bijlage wordt door de examinatoren gehanteerd. 9.1. Initiële aanvraag (artikel 10 WSCS) Vooropleiding De examinatoren bekijken of de aanvrager voldoet aan de eisen met betrekking tot de vooropleiding zoals omschreven in hoofdstuk 6 artikel 1. Wanneer niet aan één van deze eisen wordt voldaan, dan wordt de kandidaat (via Hobéon SKO) in de gelegenheid gesteld om zijn werk- en denkniveau binnen zes weken alsnog aan te tonen. Indien de kandidaat hierop niet tijdig reageert dan wordt de aanvraag door Hobéon SKO afgewezen. De kandidaat heeft dan de mogelijkheid om een nieuwe aanvraag voor certificatie in te dienen. Beroepsopleiding De examinatoren bekijken of de aanvrager voldoet aan de eisen met betrekking tot de beroepsopleiding zoals omschreven in hoofdstuk 6 artikel 2. Wanneer niet aan één van deze eisen wordt voldaan, dan wordt de kandidaat (via Hobéon SKO) in de gelegenheid gesteld om zijn relevante beroepsopleiding binnen zes weken alsnog aan te tonen. Indien de kandidaat hierop niet tijdig reageert dan wordt de aanvraag door Hobéon SKO afgewezen. De kandidaat heeft dan de mogelijkheid om een nieuwe aanvraag voor certificatie in te dienen. Werkervaring De examinatoren bekijken of de aanvrager voldoet aan de eisen met betrekking tot de werkervaring/beroepservaring zoals omschreven in hoofdstuk 6 artikel 3. Wanneer niet aan deze eisen wordt voldaan, dan wordt de kandidaat (via Hobéon SKO) in de gelegenheid gesteld om zijn relevante beroepsopleiding binnen 6 weken alsnog aan te tonen. Indien de kandidaat hierop niet tijdig reageert dan wordt de aanvraag door Hobéon SKO afgewezen. De kandidaat heeft dan de mogelijkheid om een nieuwe aanvraag voor certificatie in te dienen. Portfolio De examinatoren beoordelen het portfolio als voorbereiding op het afnemen van de toets bij de toegelaten beroepsopleiding zoals omschreven in hoofdstuk 6 artikel 4. Ontbrekende informatie in het portfolio wordt via Hobéon SKO bij de kandidaat opgevraagd. De ontbrekende informatie moet tijdig (ten minste twee weken voor de datum van de toets) worden aangeleverd zodat de examinatoren nog voldoende tijd hebben voor een beoordeling. Indien de kandidaat niet tijdig reageert dan wordt de aanvraag door Hobéon SKO afgewezen. De kandidaat wordt hiervan schriftelijk door Hobéon SKO op de hoogte gesteld. De kandidaat heeft dan de mogelijkheid om een nieuwe aanvraag voor certificatie in te dienen bij Hobéon SKO.
Kenmerk: HSKO VAO REG 20 001
Revisie: 1.4
Pagina 19 van 26
Regelingen VAO 9.2. aanvraag hercertificatie (artikel 11 WSCS) Werkervaring De examinatoren bekijken of de aanvrager voldoet aan de eisen met betrekking tot de werkervaring/beroepservaring zoals omschreven in hoofdstuk 8 artikel 1. Wanneer niet aan deze eisen wordt voldaan, dan wordt de kandidaat (via Hobéon SKO) in de gelegenheid gesteld om zijn relevante beroepsopleiding binnen 6 weken alsnog aan te tonen. Indien de kandidaat hierop niet tijdig reageert dan wordt de aanvraag door Hobéon SKO afgewezen. De kandidaat heeft dan de mogelijkheid om een nieuwe aanvraag voor certificatie in te dienen. Bij- en nascholingspunten De examinatoren controleren of de aanvrager voldoende punten voor bij- en nascholing heeft; de eisen hiervoor zijn vastgelegd in hoofdstuk 8 artikel 2. Wanneer de aanvrager niet voldoende punten voor bij- en nascholing kan aantonen, dan wordt de kandidaat (via Hobéon SKO) in de gelegenheid gesteld om dit voor het verlopen van zijn certificaat alsnog aan te vullen. Indien de kandidaat niet tijdig reageert dan wordt de aanvraag door Hobéon SKO afgewezen. De kandidaat heeft dan de mogelijkheid om een nieuwe aanvraag voor certificatie in te dienen bij Hobéon SKO. Portfolio De examinatoren beoordelen het portfolio als voorbereiding op het afnemen van de toets zoals omschreven in hoofdstuk 8 artikel 3. Ontbrekende informatie in het portfolio wordt via Hobéon SKO bij de kandidaat opgevraagd. De ontbrekende informatie moet tijdig (ten minste twee weken voor de datum van de toets) worden aangeleverd zodat de examinatoren nog voldoende tijd hebben voor een beoordeling. Indien de kandidaat niet tijdig reageert dan wordt de aanvraag door Hobéon SKO afgewezen. De kandidaat wordt hiervan schriftelijk door Hobéon SKO op de hoogte gesteld. De kandidaat heeft dan de mogelijkheid om een nieuwe aanvraag voor certificatie in te dienen bij Hobéon SKO.
Kenmerk: HSKO VAO REG 20 001
Revisie: 1.4
Pagina 20 van 26
Regelingen VAO 10.
Bezwaar en beroep (artikel 4.7 en bijlage 2 WSCS)
Inleiding Een bezwaar kan uitsluitend ingediend worden tegen besluiten van Hobéon SKO inzake het niet (opnieuw) verlenen, schorsen of intrekken van een certificaat. Werkwijze Algemeen • Een door of namens Hobéon SKO genomen besluit, dat is een definitieve uitslag of eindoordeel, wordt schriftelijk (e-mail) ter kennis van de belanghebbende gebracht. • Onder een besluit wordt tevens verstaan het weigeren te beslissen of het niet tijdig nemen van een beslissing. • Hobéon SKO stelt de belanghebbende in kennis van de mogelijkheid van een bezwaarschrift (verzoek om herziening) in haar correspondentie door middel van de volgende clausule: “ Ingevolge de procedure Bezwaarschrift van Hobéon SKO zoals omschreven in de Regelingen VAO (hoofdstuk 10) kan door een belanghebbende met betrekking tot dit besluit een bezwaarschrift worden ingediend. Daartoe moet binnen zes weken na de datum van verzending van het besluit een bezwaar worden ingediend bij Hobéon SKO. In het bezwaarschrift moet gemotiveerd worden aangegeven waarom het gegeven besluit niet juist gevonden wordt. Verzocht wordt bij het bezwaarschrift een kopie van het bestreden besluit toe te voegen.”
•
Het bezwaarschrift dient in ieder geval de volgende elementen te bevatten: o naam en adres indiener o dagtekening o een omschrijving van het bestreden besluit o de gronden van het verzoek.
Het bezwaar wordt niet-ontvankelijk verklaard: • indien niet aan de gestelde termijn van indienen wordt voldaan. Dit geldt niet als de indiener aantoont dat hij redelijkerwijs niet in verzuim is geweest; • in andere gevallen dan hierboven genoemd, als geen gebruik gemaakt wordt van de door Hobéon SKO geboden gelegenheid tot verzuimherstel. • als het, bij het niet van toepassing zijn van een termijn, onredelijk laat wordt ingediend. Dit geldt uitsluitend wanneer het bezwaar betrekking heeft op het niet tijdig nemen van een besluit. Het bezwaarschrift schort de werking van het besluit niet op. Het bezwaarschrift leidt tot heroverweging van het besluit waartegen het is gericht. Procedure • Hobéon SKO neemt kennis van het bezwaarschrift en bevestigt binnen twee weken de ontvangst. • Hobéon SKO biedt gelegenheid tot het horen van de indiener. • Het bezwaarschrift wordt gemeld bij de kwaliteitscoördinator die het bezwaarschrift registreert. • Het horen betreft met name de vakinhoudelijke aspecten die geleid hebben tot het besluit en dient binnen in beginsel zes weken na het vaststellen dat een hoor-procedure aan de orde is, plaats te vinden. • Het horen kan geschieden door Hobéon SKO of door een of meer door Hobéon SKO benoemde ter zaken kundige. Het horen geschiedt door een persoon of personen die niet betrokken is/zijn geweest bij de voorbereiding van het besluit en geen binding hebben met de belanghebbende. • Het horen geschiedt op een door Hobéon SKO te bepalen tijdstip binnen de gangbare kantooruren. • Relevante stukken kunnen tot 10 dagen voor de hoorzitting worden ingediend en liggen gedurende een week voor de zitting ter inzage. • Van het horen wordt afgezien indien het verzoek om herziening kennelijk niet-ontvankelijk of kennelijk ongegrond is, inmiddels aan het verzoek is tegemoetgekomen of indien belanghebbende verklaart hiervan geen gebruik te maken. • Van het horen wordt een verslag gemaakt. Het verslag wordt bij de beslissing op het bezwaar om herziening gevoegd. • De hoorcommissie brengt tevens advies uit aan Hobéon SKO. Kenmerk: HSKO VAO REG 20 001
Revisie: 1.4
Pagina 21 van 26
Regelingen VAO Beslissing op het bezwaarschrift •
• •
Hobéon SKO beslist aan de hand van de haar ter beschikking staande gegevens binnen zes weken, gerekend vanaf de dag na die waarop de termijn voor het indienen van het bezwaarschrift is verstreken. De beslistermijn kan eenmaal met ten hoogste 6 weken worden verlengd. Daarna kan de termijn slechts met toestemming van de belanghebbende worden verlengd. Hobéon SKO zal, bij het gegrond verklaren van het bezwaar, de beslissing herroepen en een nieuwe beslissing ter zake nemen. Van haar beslissing op het bezwaar zal Hobéon SKO de onderbouwing en motivering aan de belanghebbende meedelen.
Beroep • Indien de inhoud of strekking van de nieuwe beslissing de belanghebbende hiertoe aanleiding geeft, dient hij zich in voorkomend geval te wenden tot de bestuursrechter. • Hobéon SKO wijst de belanghebbende in haar beslissing op bezwaar op deze mogelijkheid.
Kenmerk: HSKO VAO REG 20 001
Revisie: 1.4
Pagina 22 van 26
Regelingen VAO 11.
Eisen aan certificaathouders (artikel 4.5 WSCS en artikel 13 WSCS)
De kandidaat ondertekent naast het aanmeldingsformulier eveneens de certificatieovereenkomst. Deze wordt ook ondertekend teruggestuurd naar Hobéon SKO, waardoor het gevaar bestaat dat de kandidaat niet meer op de hoogte is van de inhoud van de registratieovereenkomst. Daarom staat de tekst hieronder integraal weergegeven. Bij niet nakomen van deze verplichtingen kan het certificaat worden geschorst of ingetrokken. RECHTEN en VERPLICHTINGEN van de CERTIFICAATHOUDER Hobéon SKO voert persoonscertificatie uit onder de norm ISO/IEC 17024 en is aangewezen door het Ministerie van SZW. Onderstaande rechten en verplichtingen van de certificaathouder zijn gebaseerd op de norm ISO/IEC 17024 en de interpretatie daarvan door SZW. 1. Door acceptatie van de aanvraag tot (her)certificatie aanvaardt Hobéon SKO geen andere verplichting jegens aanvrager/kandidaat dan tot uitvoering van het certificatie-onderzoek volgens de daarvoor geldende reglementen en regelingen. Verstrekking van een vakbekwaamheidscertificaat met pas en opname in het register van certificaathouders vindt uitsluitend plaats indien en nadat bij dit onderzoek zal zijn gebleken dat de kandidaat aan alle voor het certificaat geldende vereisten voldoet en hij aan zijn financiële verplichtingen jegens Hobéon SKO ter zake van deze aanvraag heeft voldaan. 2. Voor Hobéon SKO en voor aanvrager/kandidaat/certificaathouder zijn bindend de bepalingen van de geldende Hobéon SKO-regelingen VAO, alsmede de bepalingen van de geldende in deze regeling beschreven procedure ’bezwaar en beroep’, ‘klachtenbehandeling’ en van het geldende Hobéon SKO-kwaliteitssysteem. 3. Aanvrager/kandidaat/certificaathouder stemt in met het feit dat Hobéon SKO ten behoeve van zijn certificatie en het onderhoud daarvan een persoonsdossier bijhoudt als omschreven in het Hobéon SKO-kwaliteitssysteem. 4. Ter verificatie van verklaringen die kandidaat/certificaathouder en/of zijn werkgever ten behoeve van de beoogde (her)certificatie heeft afgelegd alsmede ter uitoefening van het tussentijds toezicht, stemt de kandidaat/certificaathouder in met steekproefsgewijs onderzoek door Hobéon SKO op zijn werkplek. De werkgever van de kandidaat/certificaathouder dient in de ‘werkgeversverklaring’ toestemming te verlenen tot dergelijk onderzoek op de werkplek. Hobéon SKO zal zich bij onderzoeken op de werkplek beperken tot voor de (her)certificatie relevante aspecten en zal zich in voorkomende gevallen tegenover zowel kandidaat/certificaathouder als werkgever, binden tot strikte vertrouwelijkheid met betrekking tot de gedane waarnemingen. 5. Kandidaat/certificaathouder stemt in met vermelding van zijn beoogde certificatie in het openbare register van certificaathouders nadat het certificaat aan hem zal zijn verleend. 6. Aanvrager/kandidaat/certificaathouder zal Hobéon SKO onverwijld op de hoogte stellen van wijzigingen betreffende zijn woon- en werkadres (inclusief telefoonnummer en e-mailadres), functie en werkgever. Indien en nadat aan hem het gevraagde certificaat zal zijn verleend: 7. mag de certificaathouder het certificaat (en het pasje) uitsluitend gebruiken zolang dit geldig is; 8. is de certificaathouder bevoegd om gedurende de geldigheid van zijn certificaat het op het certificaat aangegeven vakgebied, uitsluitend in combinatie met het op het certificaat vermelde niveau, dan wel een andere aanduiding op het certificaat, te vermelden op documenten van zijn hand, om zijn certificatie kenbaar te maken; 9. zal de certificaathouder op geen andere wijze dan onder punt 8 omschreven, de naam van Hobéon SKO of het Hobéon SKO-beeldmerk gebruiken als onderscheidingskenmerk, tenzij met uitdrukkelijke schriftelijke toestemming van de belanghebbenden; 10. behoudt Hobéon SKO zich het recht voor alle door de certificaathouder verstrekte gegevens te verifiëren, inhoudelijk dan wel ten aanzien van het functioneren van de certificaathouder; 11. houdt de certificaathouder een registratie van eventuele klachten die tegen zijn vakbekwaamheid zijn ingebracht bij en verleent medewerking aan onderzoek van dergelijke klachten; 12. blijven het certificaat en de pas eigendom van Hobéon SKO. De certificaathouder zal deze documenten op eerste verzoek van Hobéon SKO terstond aangetekend en voor rekening van Hobéon SKO aan Hobéon SKO terugzenden. 13. zal de certificaathouder medewerking verlenen aan het uitvoeren van toezicht op certificaathouders zoals omschreven in hoofdstuk 12 van de regeling VAO. Naam certificaathouder: Datum: Handtekening:
Kenmerk: HSKO VAO REG 20 001
Revisie: 1.4
Pagina 23 van 26
Regelingen VAO 12.
Toezicht op certificaathouders (artikel 4.5 WSCS)
Inleiding (artikel 6 WSCS) Het doel van het toezicht op certificaathouders is het toetsen van de vakbekwaamheid van certificaathouders. Hobéon SKO is verplicht te beoordelen of de certificaathouder voldoet en blijft voldoen aan de gestelde eisen. Gezien de risicoanalyse en het geringe afbreukrisico op de korte termijn voor het bedrijf is de certificatieperiode vastgesteld op vijf jaar. Om dezelfde reden kan normaliter worden volstaan met één tussentijdse controle van alle certificaathouders. Medewerking aan toezicht (artikel 6.1 WSCS) De certificaathouder is verplicht mee te werken aan toezicht door Hobéon SKO en, voor zover van toepassing, de nationale accreditatie-instantie en de Inspectie SZW. In de overeenkomst tussen Hobéon SKO en de certificaathouder zijn de hiertoe benodigde bepalingen opgenomen, waaronder bepalingen ten aanzien van een meer uitgebreide controle door Hobéon SKO bij een ad random gekozen deel van de certificaathouders ter verificatie van de aangeleverde gegevens van de tussentijdse controle. Frequentie en uitvoering van het toezicht (artikel 6.2 WSCS) Het toezicht wordt als volgt uitgevoerd: • In de certificatieperiode voert Hobéon SKO na (ongeveer) 2,5 jaar een tussentijdse controle uit bij alle certificaathouders. Deze controle bestaat uit een beoordeling van de volgende onderwerpen: o de omvang van het werken in het vakgebied van minimaal gemiddeld 2 dagdelen per week (bestaande uit het overleggen van een werkgeversverklaring door werknemer of, in geval van een zelfstandige, een accountantsverklaring, welke naar waarheid ingevuld dienen te zijn). o De deelname aan de ICT bijeenkomsten moet worden aangetoond. o de certificaathouder overlegt de bovenstaande documenten schriftelijk (e-mail) aan Hobéon SKO. • Daarnaast wordt jaarlijks ad random bij 1% van de certificaathouders een (indien mogelijk) meer uitgebreide controle gehouden. Bij deze meer uitgebreide controle wordt de certificaathouder bezocht tijdens een ICT bijeenkomst en wordt zijn portfolio beoordeeld op voortgang en inhoud (hoofdlijnen). Hobéon SKO is verantwoordelijk voor de uitvoering. De termijn voor het aanleveren van de benodigde documenten bestaande uit de werkgeversverklaring of accountantsverklaring en de deelnamelijst aan de ICT bijeenkomsten, dienen binnen zes weken te worden overlegd aan Hobéon SKO. Verslag van bevindingen (artikel 6.3 WSCS) Hobéon SKO stelt een verslag op van de bevindingen van het toezicht. Het resultaat van het toezicht wordt schriftelijk (e-mail) aan de certificaathouder bekend gemaakt. De certificaathouder kan bezwaar aantekenen tegen maatregelen (zie artikel maatregelen) die opgelegd kunnen worden naar aanleiding van het toezicht. Hobéon SKO behandelt het bezwaar conform haar bezwaarprocedure (zie hoofdstuk 10). Klachten betreffende de certificaathouder (artikel 4.6 WSCS) Een klacht betreffende de certificaathouder wordt bij Hobéon SKO ingediend. Hobéon SKO behandelt de klacht conform de klachtenregeling (bijlage 5). Maatregelen (artikel 1.5e Arbobesluit en artikel 6.5 WSCS) Indien blijkt dat een certificaathouder niet voldoet aan de eisen of normen van dit certificatieschema, kan dit leiden tot door Hobéon SKO opgelegde maatregelen. Mogelijke maatregelen zijn herstel activiteiten zoals het opvragen van aanvullende/ontbrekende documenten (werkgeversverklaring, accountantsverklaring en/of deelnamelijsten), schorsen, wijzigen ten nadele van de certificaathouder of het intrekken van het certificaat. Schorsen van het certificaat vindt in ieder geval plaats indien de werkervaring aantoonbaar minder is dan twee dagdelen gemiddeld per week en het voor de certificaathouder niet mogelijk is binnen een half jaar dit alsnog aan te tonen. Intrekken van het certificaat vindt in ieder geval plaats indien de werkervaring aantoonbaar minder is dan twee dagdelen gemiddeld per week, waarbij geen mogelijkheid voor de certificaathouder bestaat dit binnen een half jaar alsnog aan te tonen en/of deelname aan de ICT-groep niet is aangetoond. Kenmerk: HSKO VAO REG 20 001
Revisie: 1.4
Pagina 24 van 26
Regelingen VAO Nadere eisen stellen, schorsen of intrekken van het certificaat kan geschieden wanneer de kandidaat niet voldoet aan de gestelde eisen van de regelingen VAO of wanneer Hobéon SKO hiervoor een gegronde reden heeft. Een certificaat kan ook worden ingetrokken bij fraude, overlijden of op eigen verzoek van de certificaathouder. Indien er sprake is van maatregelen zoals hierboven beschreven dan wordt dit aan de certificaathouder kenbaar gemaakt. Bij het opleggen van een maatregel geeft Hobéon SKO aan binnen welke periode de maatregel moet zijn uitgevoerd. Hobéon SKO controleert daarop de uitvoering. Schorsen en intrekken worden door Hobéon SKO ingebracht in het centrale registratiesysteem van de stichting BCD. Tevens stelt Hobéon SKO de inspectie SZW hiervan in kennis, zie werkinstructie HSKO ALG WI 20 019 . Indien een certificaathouder na een intrekking opnieuw gecertificeerd wil worden dient dezelfde procedure doorlopen te worden als bij initiële certificatie. Opnieuw certificeren na een intrekking kan pas na een jaar na de datum van intrekking. Hobéon SKO verifieert voor het verstrekking van een certificaat bij het centraal registratiesysteem van de stichting BCD of er geen sprake is van een intrekking met de daaraan gekoppelde wachtperiode.
Kenmerk: HSKO VAO REG 20 001
Revisie: 1.4
Pagina 25 van 26
Regelingen VAO 13
Bijlagen
Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage Bijlage
1a 1b 1c 2 3 4a 4b 4c 5 6 7 8 9 10
Competentieprofiel Arbeidshygiënisten (artikel 7 en bijlage 6 WSCS) Competentieprofiel Arbeids- en Organisatiedeskundigen (artikel 7 en bijlage 6 WSCS) Competentieprofiel Hoger Veiligheidskundigen (artikel 7 en bijlage 6 WSCS) Werkgeversverklaring VAO Bijhouden en ontwikkelen vakgebied VOA Sjabloon portfolio AH Sjabloon portfolio A&O Sjabloon portfolio HVK Klachtenregeling (bijlage 1 WSCS) Overgangsregeling (bijlage 8 WSCS) Definities Examenpersoneel (bijlage 3 WSCS) Examenreglement ((artikel 5 en bijlage 4 WSCS) Format goed- en afkeurcriteria toets (bijlage 9 WSCS)
Kenmerk: HSKO VAO REG 20 001
Revisie: 1.4
Pagina 26 van 26