Reductiedoelstellingen 2011-2012 en voortgang Verebus wil verantwoord en duurzaam ondernemen. In de afgelopen jaren is vooral sprake geweest van bewustwording van de eigen uitstoot en lag de nadruk op het verzamelen van de juiste gegevens om te kunnen sturen. Hoewel dat proces nog zeker niet ten einde is, komt de nadruk meer te liggen op de uitvoerende maatregelen om de CO 2 uitstoot te reduceren. Project
Scope (conform GHGprotocol)
Plandatum gereed
Schoner en kleiner leasewagenpark Woon-werkverkeer Duurzame energie
1 (Business car travel)
31 december 2012
Ambitie reductie CO2 uitstoot in %* (ton CO2) 2,00% (9,21)**
3 (Commuter travel 1 (Fuel used) 2 (Electricity purchased) 3 (Paper used + Waste disposal)
31 december 2012 31 december 2012
1,45% (6,68) *** 0% (0) ****
31 december 2012
0,06% (0,31) *****
Papierreductie
Totale ambitie 2011-2012 * **
3,53% (16,20)
Als percentage van de totale CO2 footprint van 2010. In de volgende rapportageperiode wordt gestart met registratie van gereden autokilometers per ingezette leaseauto. Hiermee wordt het mogelijk om voor de brandstofsoorten benzine en diesel de gemiddelde uitstoot per kilometer (gram CO2 /km) te bepalen, en reductiedoelstellingen hierop te baseren. Het is helaas niet mogelijk gebleken om de benodigde gegevens nu al van de leasemaatschappij te ontvangen, zodat een aparte -eigen- administratie moet worden ingericht. Ook wordt de vervaltermijn van leasecontracten meegenomen om een meer realistische inschatting te kunnen maken van de snelheid waarmee niet-groene labels kunnen worden uitgefaseerd. Reductie komt overeen met 5,00% ten opzichte van de uitstoot door leasewagenpark in 2010. *** In 2011-2012 zal de methode van registreren worden verfijnd. Reductie komt overeen met 5,00% ten opzichte van de uitstoot voor woon-werkverkeer in 2010. **** Geen doelstelling i.v.m. nagenoeg ontbreken van mogelijkheden om de mate van duurzaamheid te kunnen beïnvloeden. ***** Reductie komt overeen met 5,00% ten opzichte van de uitstoot door papierverbruik in 2010.
Realisatie doelstellingen 2011 Schoner en kleiner leasewagenpark In het tweede halfjaar zijn 5 auto’s uit de lease gekomen en zijn 5 nieuwe leaseauto’s ingezet. Netto zijn per einde 2011 45 leaseauto’s in gebruik; 1 minder dan in 2010. Energielabel
2011
H1 2012
2012
zuiniger t.o.v. gemiddelde
A
-1
+2
+6
< -20%
B
-4
-1
-20 tot -10% -10% tot 0
C D
0 tot 10%
E
-1
+10 tot +20%
F
-1
20-30%
Totalen
-7
1
6
Op basis van de onderlinge relatieve verschillen in energieverbruik leidt bovenstaande verdeling tot een verbetering van ca. 2%. Het beleid om uitsluitend groene labels in te zetten werpt dus duidelijk zijn vruchten af. Verebus blijft actief met de volgende maatregelen: Thuiswerken promoten voor relevante functies. Medewerkers meer verantwoordelijkheid toekennen voor de beperking van de CO2 uitstoot van leaseauto’s door de variabele brandstofcomponent deel uit te laten maken van het normleasebedrag. Als een medewerker een auto (A, B of C-label) kiest met een relatief nadelig verbruik dan leidt dit tot een ‘kleinere’ auto binnen de norm. Luxe extra’s komen dan eerder voor rekening van de medewerker zelf. Zuinig rijden wordt beloond, minder zuinig rijden niet. De keuzemogelijkheden voor leaseauto’s worden binnen het A, B of C-label afgebakend tot auto’s met een acceptabele footprint (voorselectie beschikbare auto’s). Stimuleren van videoconferencing met (grote) opdrachtgevers en toeleveranciers. Woon-werkverkeer Een deel van de uitstoot van het leasewagenpark (ca. 25%) is toe te schrijven aan woonwerkverkeer. Gerealiseerde reducties bij het leasewagenpark zijn daarom ook toe te wijzen aan woon-werkverkeer. Daarmee wordt echter geen 5% minder CO2 uitstoot verwacht, hetgeen Verebus in de periode 2011-2012 verwacht te bereiken. Verebus heeft samen met Royal Haskoning een ketenanalyse uitgevoerd met de volgende aanpak voor de toekomst: Stap 1. Nauwkeuriger vaststellen CO2-emissie woon-werkverkeer. Inventarisatie van de energieklassen van de leaseauto’s en van de eigen auto’s. Registreren vastleggen van de (belangrijkste) vervoerswijze per medewerker Registreren van de woon-werkafstand van de medewerkers.
Stap 2. Invoeren van regelingen. Ter beperking van het autogebruik (o.a. bevorderen thuiswerken). Ter bevordering van zuinigere auto’s (maximale CO2-emissie leaseauto’s, mobiliteitsbudget, voorlichting eigen auto). Met een deel van deze aanpak is gestart. Het zwaartepunt zal komen liggen in 2012. Duurzame energie Verebus zit sinds 1 januari 2011 in een nieuw pand aan de Handelskade in Rijswijk. Net als in het vorige pand wordt ook nu het verbruik omgeslagen volgens een verdeelsleutel waarin algemene kosten en leegstand zijn inbegrepen. Het is daarom nog moeilijk kwantitatieve reductiedoelstellingen vast te stellen. Vooralsnog zijn de volgende maatregelen uitgevoerd:
Stimuleren dat de verhuurder overgaat op groene energiebronnen. Nu is dat nog grijs. De verhuurder heeft aangegeven hierin te zullen aanpassen naar groene energiebronnen. Optimaliseren klimaatregeling. Medewerkers aansporen om energiezuinig te werken (zonwering openen als er geen direct zonlicht is, oplaadapparatuur voor elektrische randapparatuur niet in het stopcontact laten zitten, licht uit te doen bij vertrek, ramen dicht houden bij werkende klimaatregeling).
Overige maatregelen zijn:
Toepassing van tijdschakelaars om alle verlichting na 20.00 uur uit te schakelen. Optimaliseren lichtplan (zone-indeling met bewegingsensoren/tijdschakelaars).
Papierreductie In 2011 zijn de volgende maatregelen uitgevoerd: Alle commerciële en contractgerelateerde documentatie wordt standaard ingescand en vervolgens digitaal opgeslagen. Personalisering van scanboxen op multifunctionele printers, die standaard op zwart/wit afdrukken staan. De emissie als gevolg van papierverbruik is in 2011 met ruim 14% toegenomen. De oorzaak zit deels in een hernieuwde vraag naar briefpapier als gevolg van de verhuizing. De doelstelling om 5% reductie te behalen in 2011-2012 is hiermee nog ver weg. Verebus heeft samen met Royal Haskoning een ketenanalyse uitgevoerd met de volgende aanpak voor de toekomst: Stap 1. Nauwkeuriger vaststellen CO2-emissie papier. Inventarisatie van de CO2-emissie van de productie van hout/pulp en papier van het Océ papier. Inventarisatie van de CO2-emissie van het transport van het Océ papier. Stap 2. Beperken van het papierverbruik. Dubbelzijdig printen en kopiëren, waarbij wordt voorkomen dat verkeerd wordt geprint en gekopieerd waardoor uiteindelijk meer papier wordt verbruikt (dit kan bijvoorbeeld door het instellen van templates voor brieven, notities, rapporten etc.). Zoveel mogelijk digitaal verspreiden van notities, brieven, tekeningen, rapporten, etc.
Niet printen van notities, brieven, tekeningen, rapporten, etc. die ook digitaal kunnen worden gelezen. Alle inkomende stukken direct digitaliseren.
Stap 3. Veranderen van leverancier. Onderzoeken van de mogelijkheid om ander papier van dezelfde leverancier te kopen of andere leveranciers te kiezen voor de levering van het papier (ook stellen van specifieke inkoopvoorwaarden). Intern alleen recycled papier gebruiken met het keurmerk Recyconomic Evolution White 100 ofwel ‘blauwer Engel’. Onderzoek uitvoeren naar toepassing van non-printable disclaimers en andere non-printable teksten in e-mails. Met een deel van deze maatregelen is gestart. Hieronder en op de volgende pagina is de CO2 uitstoot van Verebus weergegeven in beeld.