Dienst Marketing en Communicatie
19.11.2015
Redactionele richtlijnen voor webteksten
Redactionele richtlijnen webteksten
Dienst Marketing en Communicatie
19.11.2015
1/22
Inhoud 1. 1.1 1.2 1.3 1.4
Inleiding Waarom redactionele richtlijnen? Belang van richtlijnen Zoekmachineoptimalisatie (SEO) Actualiteit
4 4 4 4 5
2. 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7 2.8 2.9 2.10 2.11 2.12 2.13 2.14
Onze Zuyd schrijfafspraken Gebruik hoofdletter of kleine letter? Schrijfwijze organisatieonderdelen en functies Schrijfwijze Zuyd Schrijfwijze titulatuur Schrijfwijze afkortingen Schrijfwijze data Schrijfwijze getallen, geldbedragen, jaartallen Schrijfwijze telefoonnummers Schrijfwijze citaten Gebruik opsommingen Gebruik leestekens Aanspreekvorm Even opzoeken… Officiële schrijfwijze van onze onderdelen
6 6 6 6 6 7 7 7 8 8 8 9 9 9 9
3. 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8
Schrijven voor het web Val met de deur in huis Schrijf beknopt Maak je tekst snel scanbaar Schrijf actief Schrijf vanuit het gezichtspunt van de lezer Gebruik hyperlinks Ankerteksten en linktitels Schrijfwijze e-mailadres
10 10 10 10 10 11 11 13 15
4. 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5
SEO richtlijnen Bepaal de focus van de pagina Headings Structureer de content Zorg voor balans tussen leesbaarheid en vindbaarheid Afbeeldingen, url’s en externe links
16 16 16 16 17 17
2
5. 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6 5.7 5.8 5.9 5.10 5.11 5.12
Voorbeelden Met de deur in huis vallen Actief Beknopt Hulpwerkwoorden weg Gebruik mensen, zaken of de organisatie als onderwerp Ontkenningen Tangconstructies Jargon en ambtelijk taalgebruik Modale woorden Lege zelfstandige naamwoorden Voorzetseluitdrukkingen Moeilijke woorden
18 18 18 18 19 19 19 20 20 20 20 21 22
3
1.
Inleiding
Het is voor onze professionele uitstraling van belang ervoor te zorgen dat de teksten op onze websites op eenduidige wijze zijn geschreven en voldoen aan de webstandaarden. Daarom vind je hier afspraken en richtlijnen voor het schrijven van prettig leesbare en goed vindbare webteksten.
1.1
Waarom redactionele richtlijnen?
Aan webteksten worden andere eisen gesteld dan aan teksten gebruikt in correspondentie of rapporten. De kwaliteit van de teksten (content) op onze websites is voor een belangrijk deel bepalend voor de kwaliteit, de vindbaarheid en de doorzoekbaarheid van onze websites. Van onze websites mag worden verwacht dat de webteksten goed zijn geschreven en dat rekening wordt gehouden met de regels voor spelling, stijl en schrijven voor het web.
1.2
Belang van richtlijnen
De redactionele richtlijnen voor webteksten dragen bij aan: Betrouwbaarheid: de content is actueel, correct en volledig. Gebruiksvriendelijkheid: afspraken over de inhoud en structuur om de informatie beter vindbaar te maken (voor de doelgroepen maar ook voor zoekmachines als Google). Toegankelijkheid: afspraken over de eisen waaraan een website moet voldoen zoals webrichtlijnen en metadata (trefwoorden). Herkenbaarheid: eenduidigheid van de schrijfstijl, de opbouw en de inhoud van webteksten als voorwaarde om onze websites een uniforme uitstraling te geven.
1.3
Zoekmachineoptimalisatie (SEO)
Zoekmachineoptimalisatie is het optimaliseren van je website voor mensen die zoekmachines gebruiken. De Engelse term is Search Engine Optimization, de afkorting hiervan is SEO. SEO betreft niet alleen de inhoud van een website, maar ook de structuur en techniek. Een duidelijke indeling en navigatie maken de website beter doorzoekbaar voor bezoekers en zoekmachines. Maar in dit document richten we ons op de optimalisatie van de inhoud (content). Ondanks dat het zoekmachineoptimalisatie heet, optimaliseer je je website in de eerste plaats voor je bezoekers. De belangrijkste manier hiervoor is het (op de juiste plek) aanbieden van kwalitatieve, relevante content voor je bezoekers. Tegelijkertijd zorgt dat er voor dat de website goed vindbaar is
4
door zoekmachines als Google. Met SEO verhoog je dus de gebruiksvriendelijkheid en vindbaarheid van je website. SEO heeft invloed op de organische zoekresultaten en staat los van betaalde zoekmachinemarketing Een van de manieren om de inhoud van een webpagina te optimaliseren is het gebruik van de juiste zoekwoorden en zoektermen. Een webpagina scoort hoger in de zoekresultaten als je de woorden gebruikt die je doelgroep gebruikt om te zoeken. Zoekmachines gaan op zoek naar de beste inhoud voor de gebruikers van de zoekmachine. Het schrijven van SEO vriendelijke content is niet zo moeilijk, zolang je maar volgens enkele richtlijnen werkt. Hoewel deze richtlijnen veel overlap hebben met die voor het schrijven van webteksten, zijn er een aantal specifieke zaken om rekening mee te houden. Deze vermelden we in een aparte paragraaf.
1.4
Actualiteit
De richtlijnen zijn vooral bestemd voor informatieleveranciers en webauteurs van onze websites. Op basis van jullie reacties als gebruikers, jullie ervaringen met de toepassingen en nieuwe inzichten, werken we de redactionele richtlijnen steeds bij.
5
2.
Onze Zuyd schrijfafspraken
Is het Zuyd of ZUYD? Hoe schrijven we eigennamen van faculteiten, diensten of lectoraten? Begint een functienaam met een kleine letter of hoofdletter? Over de schrijfwijze van onze organisatie, onze onderdelen en functies hebben we afspraken gemaakt die ervoor zorgen dat we ze op een uniforme wijze naar buiten toe communiceren. Deze afspraken zijn van toepassing op de website en Zuydnet, maar ook in al onze overige uitingen, zoals brochures, brieven, visitekaartjes, advertenties, memo’s en jaarverslagen.
2.1
Gebruik hoofdletter of kleine letter?
Hoofdregel: eigennamen met hoofdletter, soortnamen een kleine letter. Ezelsbruggetje: als je een woord in het meervoud kunt zetten, gebruiken we een kleine letter.
2.2
Schrijfwijze organisatieonderdelen en functies
Algemene schrijfregel voor onze opleidingen, kenniscentra, lectoraten en diensten is: alle woorden met een beginkapitaal, behalve lidwoorden en tussenvoegsels. De officiële schrijfwijze, afkortingen en Engelstalige namen van onze onderdelen vind je op de Zuynet onder Huisstijl. Woorden als hogeschool, kenniscentrum, opleiding/masteropleiding/bacheloropleiding, dienst, maar ook functies als docent, accountmanager, collegevoorzitter, lector, schrijven we met kleine letters.
2.3
Schrijfwijze Zuyd
Binnen onze eigen organisatie schrijven we Zuyd altijd met een beginhoofdletter. Ook de drie pijlers van Zuyd schrijven we met een beginhoofdletter: Zuyd Hogeschool, Zuyd Opleiding en Training en Zuyd Onderzoek.
2.4
Schrijfwijze titulatuur
Volgens de Nederlandse spellingregels voor titulatuur schrijven we mr., drs., ing., prof., dr., professor, ingenieur, doctorandus, professor, hoogleraar, allemaal in kleine letters. De internationale titels worden in hoofdletters geschreven en staan achter de naam, bij voorkeur met een komma: A. Jelgersma, MA, F. de Vries, BA, J de Bruin, MSc.
6
2.5
Schrijfwijze afkortingen
Veel ingeburgerde afkortingen schrijven we met kleine letters. Bijvoorbeeld: btw, hbo, havo, vwo, mbo, ict en mkb. Vermijd het gebruik van het &-teken; gebruik het woord ‘en’. Gebruik geen afkortingen in lopende wekteksten zoals o.a., bijv., a.s., etc. jl., t/m. Deze moet je in lopende tekst altijd voluit schrijven dus: onder andere, bijvoorbeeld, aanstaande, jongstleden en tot en met. Daarbij kun je in veel gevallen afkortingen zoals bijvoorbeeld ‘etc.’ of ‘a.s.’ gewoon weglaten in de tekst. Eigennamen, zoals MBO-raad, schrijven we wel met hoofdletters. Schrijf geen woorden of namen uitsluitend in hoofdletters, tenzij het om officiële namen of afkortingen gaat. Schrijf de naam dan wel eerst voluit en tussen haken de afkorting en gebruik daarna in je tekst de afkorting.
2.6
Schrijfwijze data
Namen van dagen schrijven we voluit: maandag, dinsdag, vrijdag. Wees zo actueel mogelijk en noem concrete data en jaartallen. Vermeld in een nieuwsbericht altijd één keer de datum voluit met jaartal: dus 12 december 2011 of 23 maart 2012. Liefst met de weekdag erbij. Voorbeeld: ‘Op maandag 2 april 2013...’ In titels laat je de weekdag meestal weg. Gebruik geen tijdsaanduidingen zoals gisteren, binnenkort en dit najaar, want die zijn moeilijk weg te zetten in archieven of vindbaar als resultaten in zoekmachines.
2.7
Schrijfwijze getallen, geldbedragen, jaartallen
Gebruik de officiële regels voor getallen en geldbedragen. Schrijf de getallen één tot en met twintig, tien-, honderd-, en duizendtallen voluit. Wanneer de getallen 10 en 26 in één zin staan kies je voor dezelfde schrijfwijze (in dit geval dus voor niet uitschrijven). Duizendtallen zijn altijd voorzien van een punt: 5.000, 3.100, 13.500. Bij geldbedragen maken we gebruik van het €-teken gevolgd door een spatie, en de cijfers voorzien we van een punt tussen de duizendtallen. Voorbeelden: € 1.234, € 1,25 of € 560. In het Engels is het net andersom: € 1,234.00. Gebruik het %-teken niet in lopende webteksten, maar schrijf procent voluit. Dus vijftien procent of 19,86 procent. In tabellen is het gebruik van het %-teken wel toegestaan. De schrijfwijze voor jaartallen in een studiejaar is als volgt: studiejaar 2014-2015.
7
2.8
Schrijfwijze telefoonnummers
Telefoonnummers schrijven we op de internationale wijze en dus met +31. Na het netnummer gebruiken we spaties om de leesbaarheid te vergroten. In lopende teksten schrijven we de woorden telefoon, e-mail, website en mobiel voluit, in contactblokken op de externe website niet. Daar gebruiken we de hoofdletters T, M, E en W. T +31 (0)43 400 12 34 M +31 (0)6 12 34 56 78. E
[email protected] W www.zuyd.nl
2.9
Schrijfwijze citaten
Citaten schrijven we tussen dubbele aanhalingstekens: "......". Titels, namen van projecten, namen van boeken enzovoort schrijven we tussen enkele aanhalingstekens '.....'.
2.10 Gebruik opsommingen Gebruik bullets of cijfers in plaats van liggende streepjes. Liever geen lange uiteenzettingen in opsommingen. Daarmee doe je de essentie van de opsomming geweld aan. De zin die de opsomming inleidt eindigt met een dubbele punt. Bestaat de opsomming uit hele zinnen, dan begint elke zin met een hoofdletter en eindigt elke zin met een punt (of een vraagteken). In een opsomming die uit losse woorden of uit delen van zinnen bestaat, begint elk onderdeel met een kleine letter en eindigt het met een puntkomma. Alleen het laatste onderdeel van de opsomming krijgt dan een punt. Voorbeelden: Wij zetten de voordelen voor u op een rijtje: • U volgt de opleiding in Maastricht. • Het onderwijs bestaat uit praktijk- en theorielessen. • De presentatie vindt plaats op de Sportcentrumlaan in Sittard. Bij het organiseren van een afdelingsuitje is het van belang om te weten: • hoeveel collega’s er komen; • wat een en ander mag kosten; • wat de collega’s leuk vinden. Als de delen van een opsomming uit één enkel woord of een klein groepje woorden bestaan, kunnen de leestekens eventueel helemaal weggelaten worden.
8
Voorbeeld: De volgende verzekeringen zijn onmisbaar: • ziektekostenverzekering • inboedel- en opstalverzekering • aansprakelijkheidsverzekering
2.11 Gebruik leestekens Gebruik geen lange zinnen met veel leestekens. Te veel informatie in een zin werkt averechts en elk leesteken veroorzaakt een ‘stopmoment’ tijdens het lezen. De lezer haakt af en leest niet verder. Knip lange zinnen in stukken door punten te zetten. Schrijf dan ook ‘Klaas Cuipers van de faculteit Facility Management geeft een lezing’ (zonder komma’s) en niet ‘Klaas Cuipers, faculteit Facility Management, geeft een lezing’ (met komma’s). Zet liever geen uitroepteken achter een titel of zin. Zet geen of zo min mogelijk informatie tussen haken in lopende tekst. Bijvoorbeeld: Niet: Klaas Cuipers (faculteit Facility Management) Wel: Klaas Cuipers van de faculteit Facility Management
2.12 Aanspreekvorm Maak je taalgebruik persoonlijk en gebruik de juiste aanspreekvorm. Scholieren en studenten spreken we aan met ‘je’. Schrijf je een tekst voor volwassenen of bedrijven dan gebruik je ‘u’. In Zuydnet schrijven we altijd ‘je’.
2.13 Even opzoeken… Bij twijfel over de juiste schrijfwijze kun je snel de juiste spelling controleren via www.woordenlijst.org. Deze link brengt je bij het Groene Boekje online.
2.14 Officiële schrijfwijze van onze onderdelen Op Zuydnet onder Huisstijl vind je de actuele schrijfwijze van alle onderdelen en opleidingen van Zuyd.
9
3.
Schrijven voor het web
3.1
Val met de deur in huis
Begin de pagina met de belangrijkste informatie. Vergelijk het met de openingsalinea van een krantenartikel. De conclusie staat bovenin. Gebruik geen aanhef om de bezoeker aan te spreken, zoals 'beste bezoeker' of 'hartelijk welkom op onze website'. Vergelijk: De opbouw van een betoog: van aanleiding en relevante factoren bouw je een verhaal op en eindig je met een conclusie.
De opbouw van een webtekst: begin met de belangrijkste boodschap en vertel daarna welke zaken in volgorde van afnemend belang een rol spelen.
3.2
Schrijf beknopt
Houd teksten kort en bondig. Selecteer en doseer: geef alleen informatie die relevant is voor de boodschap.
3.3
Maak je tekst snel scanbaar
Webbezoekers lezen niet; ze scannen. Maak het makkelijk om snel op de pagina te vinden wat iemand zoekt: Behandel een onderwerp per alinea. Verdeel je tekst in korte alinea’s van een paar zinnen met witregels ertussen. Geef elke alinea een duidelijke kop. De kop moet de essentie, het kernwoord bevatten. Beter saai duidelijk dan spannend cryptisch! Schrijf koppen altijd met een hoofdletter, zonder een punt, dubbele punt of puntkomma erachter. Houd kopjes kort (maximaal vijf woorden). Zet de kernzin vooraan in de alinea. Kom dus ook in de alinea snel ter zake.
3.4
Schrijf actief
Gebruik actieve zinnen. Die prikkelen meer. Lezers van webpagina’s zijn ongeduldig en snel verveeld. En dan zijn ze zo vertrokken! Hoe schrijf je actief?
10
Vermijd het gebruik van ‘worden’, ‘zullen’ of ‘zijn’. Je kunt deze hulpwerkwoorden vaak weglaten. Je maakt zinnen actief door organisaties, zaken of mensen als onderwerp te gebruiken. Schrijf zakelijk en objectief, maar wees niet te afstandelijk. Vermijd tangconstructies door bij elkaar te zetten wat bij elkaar hoort. Vermijd ambtelijk taalgebruik en jargon. Schrijf zo veel mogelijk in ‘gewoon’ Nederlands: ‘ten behoeve van’ = ‘voor’ en ‘dient u’ = ‘moet u’.
3.5
Schrijf vanuit het gezichtspunt van de lezer
Kies een schrijfstijl waarmee je het grootste deel van je bezoekers kunt bedienen. Ook hoger opgeleiden zijn gebaat bij eenvoudig en duidelijk taalgebruik. Treed uit je eigen denkkader en verplaats je in de bezoeker. Dat klinkt abstract, maar kijk maar eens naar de volgende voorbeelden: Niet: Zuyd biedt de volgende faciliteiten: Wel: Je kunt de volgende faciliteiten gebruiken: Niet: De colleges vinden plaats op locatie Nieuw Eyckholt. Wel: Je volgt je colleges op locatie Nieuw Eyckholt. Niet: De studentendecanen zijn er voor alle studenten van Zuyd Hogeschool. Onze hoofdtaak is het behartigen van de algemene en individuele belangen van de studenten. Wel: Bij de studentendecanen kun je terecht voor informatie, ondersteuning en advies voor allerlei zaken waarmee je te maken kunt krijgen tijdens je studie.
3.6
Gebruik hyperlinks
Door navigatie via tekstlinks te laten verlopen help je bezoekers en zoekmachines met navigeren. Relevante informatie maak je voor de bezoeker direct beschikbaar via een hyperlink. Dit kan een interne link binnen de website zijn, maar ook een link naar een bestand of externe website.
Plaats alleen links die iets toevoegen aan je eigen content. Maak links zo veel mogelijk aan in een lopende zin. Een andere mogelijkheid is om onderaan een alinea een aparte verwijzing op te nemen. Bijvoorbeeld: Lees meer op de website van de NS. Laat een externe website altijd in een nieuw venster openen. Zo blijft je webpagina openstaan voor de bezoeker. Maak duidelijk waarnaar je linkt: een website of een bestand. Als je link naar een bestand gaat, link dan naar een pdf-bestand en schrijf dit achter de link. Uitzondering zijn links naar bestanden die een invulformulier bevatten. Die mogen in Word. Bijvoorbeeld: ‘Bekijk de cao-hbo 2014-2016 (pdf).’ Onderstreep geen woorden in de lopende tekst, dit schept verwarring met hyperlinks.
11
Duidelijke bestandsnamen Omdat veel mensen van verschillende onderdelen van Zuyd (pdf-)bestanden in het content management systeem zetten, die ook door de zoekfunctie gevonden worden, is het belangrijk om duidelijke bestandsnamen te gebruiken:
Gebruik een beschrijvende naam. Gebruik alleen een jaartal of datum als dat relevant is. Opbouw: Beschrijving datum of jaartal. Gebruik geen benamingen met initialen, afkortingen en woorden als ‘def’, ‘def2’ of ‘laatste versie’.
Voorbeelden: Notulen vergadering studentendecanen 12-08-2013.pdf Organogram Zuyd.pdf Handleiding Osiris Student.pdf Programmaplan Zuyd Innoveert.pdf Zuyd beloften 2014-2018.pdf
12
3.7
Ankerteksten en linktitels
Een link geeft de websitebezoeker op verschillende manieren informatie over de bestemming en de inhoud van die link:
de context waarin de link staat; de ankertekst (of link tekst); de linktitel.
De context bestaat uit de alinea en pagina waarin de link staat. De ankertekst (of link text in Sitecore) zijn de woorden waarvan je een link maakt. De linktitel (tooltip in Sitecore) is de titel die je meegeeft aan de link. Deze komt in beeld wanneer je met de muis over een link beweegt. In onderstaand voorbeeld is ‘Mijn DUO’ de ankertekst en is ‘digid.nl/inloggen’ de linktitel:
3.7.1 Ankertekst De ankertekst (of link text in Sitecore) moet de bezoeker duidelijk maken waar hij heen gaat en wat hij daar kan verwachten. Wel doen: Maak een beschrijvende ankertekst van hooguit een aantal woorden. Niet doen: Gebruik geen ankerteksten als ‘klik hier’, ‘lees meer’, ‘meer informatie’ of ‘deze pagina’. Deze zijn niet betekenisvol. Schrijf geen lange ankertekst, zoals een lange zin, korte alinea of lange url-naam. Voorbeelden: Niet: Klik hier voor de strategienota. Wel:
Lees meer in de strategienota ‘Vooruitblik naar 2015’ (pdf).
13
Niet:
Wil je meedoen, klik dan hier voor de online vragenlijst.
Wel:
Je kunt meedoen door het invullen van de online vragenlijst.
Niet:
Meer informatie over de strategienota vind je hier. Meer informatie over de strategienota vind je op http://www.zuydnet.nl/ /Beleidsdocumenten/Strategienota%202009-2013.pdf. Meer informatie over de strategienota staat op Zuydnet.
Wel:
De route voor de toekomst van Zuyd staat in de strategienota ‘Vooruitblik naar 2013’ (pdf).
3.7.2 Linktitel De linktitel moet een toelichting geven op de ankertekst. De linktitel is bedoeld om samen met de ankertekst informatie te geven over de link. NB: In Sitecore heet de linktitel ‘tooltip’. Wel doen: Zorg ervoor dat de linktitel éxtra informatie geeft over de link, bovenop de ankertekst. Uitzondering zijn interne links tussen pagina’s op Zuydnet onderling. Als je bijvoorbeeld linkt naar de pagina ‘Studentendecanen’, kun je als linktitel schrijven ‘Pagina Studentendecanen’ of alleen ‘Studentendecanen’.
Verwijst de link naar de homepage van een website, dan volstaat het adres van de website exclusief www. Voorbeeld ‘Plan je reis op ns.nl.’ De ankertekst linkt naar www.ns.nl. De linktitel is ‘ns.nl’.
Link je naar een diepere pagina op een website, dan vul je de titel van die pagina in of het adres van die pagina, als dit niet te lang is. Voorbeeld ‘Kijk voor actuele treinstoringen op de website van de NS.’ De ankertekst linkt naar www.ns.nl/storingen/ De linktitel is ‘ns.nl/storingen’
14
Niet doen: Kopieer niet de ankertekst in de linktitel tenzij je linkt naar de homepage van de website. Verberg geen belangrijke of onmisbare informatie in de linktitel, want niet alle bezoekers bekijken de linktitels. Moeten de bezoekers iets weten, maak dit dan duidelijk in de ankertekst.
Voorbeeld ‘Vraag een DigiD met sms-functie aan. DigiD is je inlogcode voor de overheid.’ De ankertekst ‘DigiD’ gaat naar https://www.digid.nl/ De linktitel is ‘digid.nl’
Voorbeeld Regel een persoonlijke OV-chipkaart.’ De ankertekst ‘OV-chipkaart’ gaat naar https://www.ov-chipkaart.nl/aanvragen/ De linktitel is ‘ov-chipkaart.nl/aanvragen’
Voorbeeld Muziektheatermakers Romy Roelofsen en Gable Roelofsen krijgen de Inspiratieprijs 2015. Lees het gehele nieuwsbericht op Zuyd.nl. De ankertekst linkt naar www.zuyd.nl/over-zuyd/nieuws/broer-en-zus-winnen-samen-cultuurprijs De linktitel is ‘Nieuwsbericht Broer en zus winnen samen cultuurprijs op Zuyd.nl’
3.8
Schrijfwijze e-mailadres
Niet iedereen heeft standaard een e-mailprogramma op een pc, tablet of mobieltje staan. In de lopende tekst is het beter om het volledige e-mailadres te vermelden. Voorbeeld: Stuur het formulier naar
[email protected].
15
4.
SEO richtlijnen
Zoekmachineoptimalisatie is het optimaliseren van je website voor mensen die zoekmachines gebruiken. De Engelse term is Search Engine Optimization, de afkorting hiervan is SEO. SEO betreft niet alleen de inhoud van een website, maar ook de structuur en techniek. Een duidelijke indeling en navigatie maken de website beter doorzoekbaar voor bezoekers en zoekmachines. Maar in dit hoofdstuk gaat het om optimalisatie van de inhoud (content).
4.1
Bepaal de focus van de pagina
Wat is het doel van de pagina? Waarom bestaat deze? Wat is het thema of onderwerp? Vertaal deze focus naar een aantal zoekwoorden of zoektermen. Zoektermen zijn combinaties van woorden. ‘Frankrijk’ is bijvoorbeeld een zoekwoord, ‘vakantie in Frankrijk’ is een zoekterm. Ga na welke zoekwoorden en zoektermen je doelgroep gebruikt om informatie te vinden. Houd hierbij rekening met synoniemen. Zo zoekt de ene bezoeker op ‘vakantie’ en een andere op ‘verlof’. Gebruik dus synoniemen in je tekst. Het belangrijkste zoekwoord moet terugkomen in de titel. Herhaal de zoekwoorden regelmatig in de paginatekst, samen met synoniemen van deze woorden.
4.2
Headings
Met headings kun je de structuur van een pagina duidelijk maken aan bezoekers en zoekmachines. Er zijn zes headings: H1, H2, H3, H4, H5 en H6. Hoe lager het getal, hoe meer gewicht zoekmachines aan de heading hangen. Heading 1 is dus belangrijker dan H2 of H3.
4.3
Structureer de content Titel Gebruik voor de titel van de pagina de heading H1 en gebruik hierin de zoekwoorden of zoekterm. Introtekst Begin de pagina met de belangrijkste informatie. Vergelijk het met de openingsalinea van een krantenartikel. De conclusie staat bovenin. Verwerk de zoekterm op een natuurlijke manier in de tekst om duidelijk te maken waar de pagina over gaat. Alinea’s en koppen
16
Uitweidingen en verdere inhoud komen dieper op de pagina te staan. Gebruik ook hier de zoekwoorden en synoniemen om het onderwerp uit te lichten. Zet een kop boven de alinea. Gebruik voor deze koppen de heading H2.
4.4
Zorg voor balans tussen leesbaarheid en vindbaarheid
De kunst is om keywords niet te geforceerd in de tekst te zetten. De tekst moet prettig leesbaar zijn voor een gebruiker. Bovendien straffen zoekmachines het overmatig gebruik van zoekwoorden (‘keyword stuffing’) af. Lees meer over SEO anno 2014 op Frankwatching.
4.5
Afbeeldingen, url’s en externe links
Versterk de gebruiksvriendelijkheid en vindbaarheid door de zoekwoorden ook te gebruiken in afbeeldingen, pagina-url’s en externe links. Geef elke afbeelding een unieke bestandsnaam voordat je hem uploadt naar de website. Geef de afbeelding een alt-tekst met daarin het belangrijke zoekwoord. Een alt-tekst is tekst die wordt getoond als de afbeelding zelf niet wordt getoond. Daarnaast is de alt-tekst belangrijk voor betere vindbaarheid in Google Afbeeldingen. Relevante woorden in de pagina-url’s geven bezoekers en zoekmachines meer informatie over de pagina. Gebruik woorden die relevant zijn voor de inhoud en structuur van je website. Url’s worden ook getoond in zoekresultaten, tussen de titel en omschrijving. Geef externe links ook een titel met relevante woorden.
17
5. 5.1
Voorbeelden Met de deur in huis vallen
Niet: Welkom bij Zuyd International Office! Op deze site staat informatie over mogelijkheden voor studie, stage of lesgeven in het buitenland. Daarnaast vind je andere handige informatie zoals bijvoorbeeld een lijst van de faculteitscoördinatoren Internationalisering en een lijst met mogelijke hogescholen/universiteiten waar je naartoe kunt gaan. We proberen het jullie zo makkelijk mogelijk te maken in het buitenland ervaringen op te doen! Vragen en of opmerkingen over deze informatie zijn zeer welkom. Wel: Bij het International Office kun je terecht voor informatie over mogelijkheden voor studie, stage of lesgeven in het buitenland.
5.2
Actief
Niet: In het Handboek Kwaliteitszorg Zuyd is het kwaliteitsbeleid en de kwaliteitszorgsystematiek van Zuyd Hogeschool beschreven. Het is bestemd voor alle actoren die betrokken zijn bij kwaliteitszorg op het niveau van de instelling, van de faculteit en van de opleidingen. Het is een naslagwerk, dat geraadpleegd kan worden op het moment dat kwaliteitszorg wordt ingericht of wordt verantwoord aan derden. Het handboek beschrijft de visie van Zuyd Hogeschool op kwaliteitszorg en werkt deze visie in hoofdlijnen uit. Het biedt de instelling, de faculteiten en de opleidingen kaders voor de inrichting van hun kwaliteitszorg. Wel: Het Handboek Kwaliteitszorg Zuyd beschrijft de visie van Zuyd Hogeschool op kwaliteitszorg en werkt deze visie in hoofdlijnen uit. Het biedt de faculteiten en de opleidingen kaders voor de inrichting van hun kwaliteitszorg. Je kunt dit naslagwerk raadplegen op het moment dat je aan de slag gaat met kwaliteitszorg of als je het moet verantwoorden aan derden.
5.3
Beknopt
Niet: Wat doet de CMR? Formeel heet het dat de Raad zijn bevoegdheden uitoefent tegenover het College van Bestuur conform de bepalingen van de wet en het CMR-reglement en conform de doelstellingen van de hogeschool zoals bepaald in de statuten en het bestuursreglement. De bevoegdheden van de CMR vallen in drie typen uiteen, te weten instemmingsbevoegdheid, adviesbevoegdheid en initiatiefrecht. Instemmingsbevoegdheid betekent dat het CvB alvorens hij beleidsvoornemens die onder deze
18
Raadsbevoegdheid vallen kan effectueren, van de CMR instemming terzake moet hebben verkregen. Adviesbevoegdheid behelst de bevoegdheid van de CMR om het CvB gevraagd en ongevraagd te adviseren in beleidskwesties van allerhande aard. Het initiatiefrecht houdt in dat de Raad bevoegd is voorstellen te doen en standpunten kenbaar te maken aan het CvB inzake alle aangelegenheden de hogeschool betreffende. Wel: Wat doet de CMR? De CMR heeft drie soorten bevoegdheden:
Instemmingsbevoegdheid. Voordat het College van Bestuur bepaald beleid kan vaststellen, moet de CMR ingestemd hebben.
Adviesbevoegdheid. De CMR mag het CvB gevraagd en ongevraagd adviseren in allerlei beleidskwesties.
Initiatiefrecht. De CMR is bevoegd om voorstellen te doen en standpunten kenbaar te maken aan het CvB over alle aangelegenheden die de hogeschool aangaan.
5.4
Hulpwerkwoorden weg
Niet: Gestreefd wordt om je e-mail op korte termijn te beantwoorden. Wel: Je kunt binnen twee werkdagen antwoord op je e-mail verwachten. Niet:Voor het maken van een afspraak met onze medewerker kun je bellen naar telefoonnummer 043-. Wel: Maak een afspraak met onze medewerker: telefoonnummer: 043-
5.5
Gebruik mensen, zaken of de organisatie als onderwerp
Niet: De doelstelling van de redacteur is om de internetsite te verbeteren. Wel: De redacteur wil de internetsite verbeteren.
5.6
Ontkenningen
Niet: Het toenemende gebruik van deze oplossing is een niet onbelangrijke ontwikkeling. Wel: Het toenemende gebruik van deze oplossing is een belangrijke ontwikkeling.
19
5.7
Tangconstructies
Niet: Zuydnet kan, indien het op de juiste wijze wordt ingezet binnen de organisatie, van grote betekenis zijn. Wel: Zuydnet kan van grote betekenis zijn. Dan moeten we het wel op de juiste wijze inzetten binnen de organisatie. Niet: Het CvB heeft geconstateerd dat, hoewel van ministeriele zijde aanpassingen van het controlebeleid zijn toegezegd, de onderwijsinspectie haar taak nog steeds op de oude voet voortzet. Wel: Het CvB heeft geconstateerd dat de onderwijsinspectie haar taak nog steeds op de oude voet voortzet, hoewel het ministerie aanpassingen van het controlebeleid heeft toegezegd.
5.8
Jargon en ambtelijk taalgebruik
Niet: De faculteiten zijn voor hun plannen budgetverantwoordelijk. Wel: De faculteiten betalen zelf hun eigen plannen. Niet: Er waren veel klachten met betrekking tot de bezoldiging van de nieuwe directeur. Wel: Er waren veel klachten over het salaris van de nieuwe directeur. Niet: Uit recent onderzoek (uitgevoerd in januari 2014) onder de medewerkers die werkzaam zijn op de locatie te Sittard blijkt dat ongeveer 25 procent van de ondervraagden regelmatig last heeft van een gevoel van onveiligheid bij het lopen van de achteruitgang van het gebouw naar het parkeerterrein alwaar hun auto geparkeerd staat. Wel: In januari 2014 is een onderzoek uitgevoerd onder medewerkers van de locatie in Sittard. Hierbij kwam naar voren dat één op de vier ondervraagden regelmatig bang was om van de achteruitgang van het gebouw naar de auto op het parkeerterrein te lopen.
5.9
Modale woorden
Deze woorden laten ruimte voor twijfel of zwakken de boodschap af: Misschien, eventueel, mogelijk, wellicht, enigszins, in principe, dus, in geval dat, over het algemeen, overwegend, waarschijnlijk.
5.10 Lege zelfstandige naamwoorden Aspect, dimensie, element, gebeuren, situatie, systeem, concept, onderhavig, stukje.
20
5.11 Voorzetseluitdrukkingen aangaande
over
alsmede derhalve
ook, en
door middel van
door, met
bij dezen
hierbij
in het bijzonder
met name
in tegenstelling tot
anders dan
in verband met
vanwege
met betrekking tot
over
met het oog op op grond van ten aanzien van
om omdat over, voor, tegen
ten behoeve van
voor
ten gevolge van
door
van de zijde van
door, van
daarom, dus
21
5.12 Moeilijke woorden abusievelijk behelzen behoudens conflicteren cumulatief desbetreffend dienovereenkomstig echter gaarne gedurende geschieden heden in staat zijn in voldoende mate jegens krachtens mede momenteel nader niettemin onverlet (dat laat) opteren per omgaande prevaleren recentelijk refereren sedert tal van ten overstaan van terdege thans uitkristalliseren van oordeel zijn via deze weg veelvuldig waaromtrent welke zodoende
per ongeluk gaat over, bevatten, inhouden uitgezonderd, behalve botsen toenemend, oplopend die net als maar graag tijdens gebeuren, plaatsvinden nu, tegenwoordig kunnen voldoende over, tegenover volgens, op grond van mee, ook op dit moment, nu verder toch dat betekent niet (mogelijk) kiezen meteen, direct kiezen, voor laten gaan laatst verwijzen sinds, vanaf veel in het bijzijn van uiteraard, wel, nauwkeurig nu, tegenwoordig duidelijk worden vinden op deze manier vaak waarover die zo
Zie ook: http://www.overwebcom.nl/helder-nederlands/
22