^^
5gy pliajrv Cigarette! Redactie en Administratie: Galgewater 22. Leiden, Telefoon 760
Verschijnt wekelijks - Prijs per kwartaal f L75
IFILOIiSA
AMSTERDAM
Brengt de pauze in het Flora Theater door in de WINDSOR-BAR
Amsteistraat - Amsterdam Tetef. 43306 DIR.: F. A. NOGGERATH
YärzWPBN
WINDSOR-BAR Amsteistraat 20
Na de voorstellingen gezellig uurtje SAMENKOMST VAN ARTISTEN*
Krachtige spieren
HALLO CAUFORNIE
KRACHTIG, MOOI GEBOUWD HEER 1.85
Muzikale sensatiecomedie in 3 bedrijven, 14 tafereelen door 3ack Dunior
M. lang. sfell zich beschikbaar voor
FILMACTEUR. Aanbiedingen mei condities lell. N.D.BNiigh&v.Dilniar.den Haag
Muziek van Jack Presburg
Het is geen baantje om Van week tol week-artikelen te schrijven. Zeker niet voor een blad met een oplaag als het onze en met een aantal lezeressen, die woord voor woord lezen, wat je schrijft.
m een
gezond lichaam! Merkwaardige resultaten lijn er verkregen met bet gebruik ran SARGOL. bet bekende Engelscbe preparaat
*
Van uit verschillende steden tegelijkertijd ben ik aangevallen, omdat ik blijkbaar niet erg gecharmeerd ben op vrouwen met een laagje rijst (was het dat maar altijd!) op haar gezicht en een kleurtje, keurig rood, op heur lipjes. Een van die schrijfsters, naar het portret, dat zij er bij zond, te oordeelen, een charmant meisje, dat de levende bestrijding van haar eigen bewering is, las me ongenadig de les. * ♦ Wat zijn de mannen toch bekrompen en wat bent u toch kortzichtig. Jelui gaat te keer als een vrouw wat poeder gebruikt en d'r lippen een gezonde kleur geeft. De kleinste kleinigheden betitelen jelui direct met „geschmink". Begrijpt u nu heelemaal niet de groote moreele kracht en de sociale beteekenis van poeder en lippenstiftje ?
Indien na lederen maaltijd een weinig Sargol wordt eenomen, zal men spoedrg met voldoening de gelukRige verandering constateeren, welke zich openbaart. Zoudt gij over Uwe persoonlijke vcrschijuingniet meer tevreden zijn, indien gij 10 a 12 pond meer zoudt wegen? Zoo ja, dan moet gij Sargol probeeren; dit zal U schoonheid geven en gevolde lichaamsvormen.
cellen vormt; het zorgt dat het voedsel volkomen omgezet en opgenomen wordt en vermeerdert daardoor het aantal bloedlichaampjes, met als resultaat stevige spieren, gezond vleesch en gezonde lichaamsvormen.
Jaren reeds is Sargol hel hulpmiddel om mannen tot sterke, krachtige personen te herschapen en om aan vrouwen elegante
Indien gij eenige ponden in gewicht wilt toenemen of indien Uw arbeid de sporen draagt van gebrek aan zenuwkracht of vitaliteit, wendt U dan tot Uwen apotheker ol'drogist en vraagt hem een doos Sargol die slechts f 1.75 kost. Een Sargolkuur, 6 doozen Toldoende voor 6 weken, kost slechts f 9.
*
VAN OVERAL Bclt>
BaJiuui, de bekende ca^ci^lic
filmactrice, is druk bezig met een film, die in Parijs en Deauvüle speelt. Deze wordt in een van de parij sehe studio's opgenomen. Het blijvend succes van de phonofilm in de Capitolbioscoop te Londen, heeft natuurlijk allerlei geesten wakker gemaakt. Men wil zich thans met volle kracht op de operafilm werpen. Bij wijze van proef is reeds de tweede acte van de Rigoletto „phonofilmisch" gereproduceerd, dus geschikt voor oog en oor.
Godfried de Groot yTmstellaan 64
-
Amsterdam
Telef. 28474
jjLKj WiEETM MÜEWEMMg van een beleerend, doch vooral niet geleerd tijdschrift voor slechts
2.75
PER HALF JAAR
Specialiteit in TAoderne en /Prtistiebe foto's T^en äie de vele reproducties van ons werk in ,.7tetWeehblad" Cinema SSheater
ZULK EEN TIJDSCHRIFT IS
ilLECm©=l!MD>D© de vraagbaak voor den Radio-amateur. GEEFT U ALS ABONNÉ OP bij de Adm. van ELECTRO-RADIO, Hofwllckstraat 9. Den Haas
Weet u wie het record houdt van onalgebroken piano spelen ? Natuurlijk een amerikaan. Een zekere mijnheer Burt uit Jamestown heeft zestig uren achtereen onafgebroken op de piano getokkeld. Niet om z'n buren te plagen, doch zuiver en alleen om een „record" te bereiken. Als „opvolger" van Valentino in de gunst van het engelsche en amerikaansche publiek wordt de engelsche acteur Ronald Colman genoemd. Hij heeft thans enorm succes in NewYork in de film Beau Geste. Orchideeën, welke bloemen eenigen tijd minder in gunst waren voor versiering op de avondjaponnen, zijn thans weer meer in vranir.-Zij staan dan ook heel mom' op
Hotel - Café - Restaurant „TRIANON" G. VAN LIT
■
VRI3STRAAT 14 • TEL. 848 EINDHOVEN
Kamers met stroomend water met ontbijt vanaf f 2.50 Diner f 1.75 - Lunch f 1.25 - Koffietafel f 1.—
Diana Carenne
*
Nooit aan gedacht. Je moet een moderne vrouw zijn om dit verband uit te denken.
* * *
ENAlkE/WAT
Vroeger was de vrouw een sloofje, een gebondene, die vroeg oud was, vroeg terneer geslagen, vroeg ontevreden. Die tijd is voorbij, gelukkig. De vrouw wil zich zelve zijn en blijven.
de zwarte tuiletten, die bij offkieele gelegenheden meer en meer door de dames worden gedragen.
O goeie deugd, wilde ze dat maar, mij lijkt het dat de vrouw juist man wil zijn.
Na Parijs, heeft ook Londen zijn mohammedaansche kerk gekregen. Deze moskee vindt men in Smithfield een der voorsteden van de engelsche metropolis.
* * * ♦
Wat ontneemt een vrouw haar zelfvertrouwen ? Het gevoel, dat haar uiterlijk de sporen van zwakheid, van vermoeidheid, van oud worden vertoont. Wat hergeeft haar het zelfbewustzijn, dat zij behoeft, om den strijd om het bestaan te winnen, haar plaats te behouden ? Het uiterlijk dat weer jeugdig, frisch en opgewekt is. Dus, domme mannen, heeft de vrbjiw de poederkwast en de lippenstift noodig. * * * Wat jelui in je kortzichtigheid, ijdelheid noemt, is een natuurlijke uiting van den meest menschelijken en ook volledig verdedigbaren lust om onder de beste condities verder te leven, zonder dat men gehinderd wordt door het gevoel, datgene verloren te hebben, waardoor men overwinnen kan. * « Door de poederdoos en het lippenstiftje, lijkt de vrouw vele jaren lang jonger dan ze is. Prachtig. Ze is daardoor dus vele jaren lang voor haar werk, in haar positie, voor zich zelve en voor het algemeen veel „fitter". En, zooals jelui mannen van je zelf beweert, geldt ook voor de vrouw: the world is for the fittest! Compris! * Na dezen veeltaligen aanval, zwijg ik in alle talen. Wat je als man altijd doet als je voelt dat de vrouw nog niet zoo ongelijk heeft.
Het filmcongres dat begin October in Parijs werd gehouden en waarbij ook Nederland vertegenwoordigd was, heeft als eerste poging om toenadering onder de verschillende ■geïnteresseerde groepen te brengen, zijn doel wel bereikt. Opmerkelijk was het, dat Amerika lang niet zoo zeer vertegenwoordigd was als men, met het oog op de beteekenis der Nieuwe wereld, had mogen verwachten. Duitschland nam blijkbaar met animo aan dit congres deel en de fransche gastgevers beijverden zich om het den vroegeren vijand aangenaam te maken. Bij de Famous Players bestaat een afzonderlijke afdeeling, die niets anders doet dan een vriendelijk antwoord geven op de brieven, welke bewonderaars en bewonderaarsters van de aan de Players verbonden sterren aan hen schrijven. Alleen aan foto's, die men dezen correspondenten zendt, wordt per jaar 20.000 dollars uitgegeven.
KALVERSTRAAT 224 - TELEFOON 42009
MENILMÓNTANT DE ONDERGANG VAN EEN DEUGD
:
T-_7—"
*-^^^^^^H^^^HH^HH
^^^^
\
;;
■..-.■■.
WI3L3LÏAM DESMOND die zijn groofsle schatten toont, vrouw en dochter zoo maar oplicht.
enthousiasme is alles ten doode opgeschreven. Men heeft mij wel eens gewaarschuwd, dat ik mij te veel geef, maar ik heb geantwoord, dat ik liever enthousiast sterf, dan als een dooie pier blijf leven. Natuurlijk heb ik veel vervelende dingen meegemaakt. Maar dat heeft toch achtjarigen leeftijd ging ik viool was. Ik heb aan hem ook heel veel leeren bij een rasechten muzikant, 'te danken." Hier onderbrak ik den iedereen. En daarenboven, vallen William Klein, die nogal ingenomen muziek-enthousiast even met de dergelijke dingen meer op, bij artismet me was. Daarna kwam ik op volgende vraag: „Op welke wijze ten, die in het publiek werken. Wij timmeren aan den weg. voorspraak van Daniel de Lange, ik kwam u in aanraking met de amuseMet enorm veel belangstelling zie hem nog zóó voor me, met z'n mentskunst ? U zat toch in een heel heb ik voor de Vox-gramophoon witten prachtbaard 1 bij Simon ander milieu ?" gewerkt I Het waren spannende Max Tak Noach, een geweldigen violist, die bij „Da's gauw verteld. Ik had je al Mengelberg speelde. Noach ging verteld, dat ik componist was van dagen. Overdag had ik mijn geHet eerste, dat ik van Max Tak wonen dienst bij Tuschinski en naar het buitenland en Herbschleb, zag, was een klein weerspannig de bekende concertmeester van het heel ernstige muziek. Eenige sonates 's avonds de twee voorstellingen. voor piano en viool, liederen van kuifje, dat boven een schrijfbureau Gebouw kreeg het ondankbare baan- Behtge uit de Japanische Flöte, Maar des morgens heel vroeg reeds uitstak. Nadat een piccolo van het tje op te knappen, mij de moeilijk- groote orkeststukken had ik reeds waren de opnamen en des nachts Theater Tuschinski mij had aanheden van het vioolspel wat mak- voltooid, maar het lukte mij nooit instrumenteerde ik de liederen, die gediend was het mij eindelijk gelukt, door verschillende zangers werden kelijker te maken. Ik moet eerlijk den wel zeer bezigen dirigent te zeggen, dat hij het met mij niet al ze uitgegeven te krijgen. Op een gezongen. Een heel werk. Ik meende spreken te krijgen. Tenminste met te gemakkelijk had. Ik volgde de goeden dag ontmoette ik Pisuisse. mij er niet aan te mogen onttrekken, Ik vroeg hem of hij tijd en geduld een gepast gevoel van eigenwaarde H.B.S., waar ik mij zeer nuttig had eens naar wat kleine chansons daar wij in Holland er zonder twijfel had de voor Cerberus fungeerende maakte'met het dirigeeren van een bij betrokken zijn, dat een groote te luisteren, die ik gecomponeerd wereld-maatschappij als Vox haar en goed afgerichte piccolo mij verteld, orkestje. dat uit scholieren was had. Hij zei : „graag, laat maar eens dat de heer Tak wel eventjes tijd samengesteld en kreeg een behoorlijk hooren" en het geschiedde een paar werkzaamheden ook tot Hollandsche had maar dat hij over tien minuten artisten uitstrekt. En wat het resuleinddiploma. Daarna kon ik mij dagen later. Hij was zeer tevreden weer door andere dingen bezet was. taat betreft .... daarover beslist beroepshalve aan het vioolspelen en vanaf dit oogenblik tot op heden ,,Gaat u maar alvast zitten, ik het publiek. Wanneer de platen wijden. En laat ik verzekeren, dat ben ik met den groeten voordrager ben zoo tot uw dienst," mompelde goed gevonden worden, dan zal de ik aanvankelijk een „sof" had- in contact gebleven. Maar als dirieen stem en ik deed aldus, bescheiden maatschappij in de toekomst verder Succes had fk voor geen sou en daar gent ben ik „ontdekt" als ik het zelf zooals het een krantenman past, in zee gaan met ons. Vindt het ik voor de huishouding op kwam, zoo noemen mag door den genialen die op „copy" uitgaat. Plotseling publiek, dat ons werk minder goed is, mijn vader was later ziekelijk ge- Willem van Rijn, den „manager", weerklonk een telefoontje en met dan vervalt uit den aard der zaak' worden, had ik wat je noemt een die destijds Bellevue heeft geleid. een ,,Hameitje, wat is er nou weer" het mooie plan met Hollandsche stond de bekende kapelmeester van harden dobber. Indien tijd ontfermde Ik was op een middag met Pisuisse artisten in Holland opnamen te zich meneer Dopper over mij. Wat aan. het repeteeren van wat nieuwe achter zijn bureau op. Redenen van maken. Wij zullen dus maar afwachik Dopper te danken heb, laat zich liedjes, die ik geschreven had. Hij discretie weerhouden mij mee te ten, wat het publiek van ons denken niet beschrijven. Je moet weten, werd even weggeroepen aan de gaat." deelen, wat er verhandeld werd, dat ik mij altijd erg aangetrokken heb telefoon en in dien tusschentijd maar een feit is het, dat het teleEen vraag : „heeft u wel eens een gevoeld tot componeeren van ern- haalde ik mijn vbol te voorschijn foontje wel tien minuten duurde. uitnoodiging gehad om naar het stige muziek. Dat klinkt wel een om me zelf wat te verstrooien. De ..Zoo is het alle dagen," zuchtte buitenland te gaan en wat is er beetje gek uit den mond van een heer van Rijn kwam voorbij, bleef Tak en op hetzelfde oogenblik wilde waar van de meermalen opgedoken ik opstaan. „Gaat u al weer heen?" man, die het amusement hoofd- even luisteren en liep door. Den geruchten, dat u naar Amerika uw zakelijk dient, maar het is zoo. volgenden dag vroeg hij mij te werkkring zou verplaatsen?" „U zult lachte Tak en ik antwoordde geIk liet Dopper eens mijn composities spreken. Ik kwam bij hem op kandwee ,,De piccolo zei, dat u maar mij ten goede houden, dat ik u niet zien, die ik zoo op eigen houtje toor en hij vroeg mij of ik bij hem tien minuten had en die heeft u rechtstreeks daarop antwoord. Het geschreven had en hij zei dat ik wilde dirigeeren. Mijn hart stond juist weggetelefoneerd 1" Een schais inderdaad «en feit, dat ik meerserieus les moest nemen. Daarop stil van den schrik. Hij zei, dat ik terlach en daarna verzekerde Tak malen ook Amerikaansche aanbieantwoordde ik, dat ik dit niet het kon en het maar moest aanmij, datTiK nog wel even tijd had. dingen voor het buitenland gehad betalen kon. „Da's niks," zei de nemen. Ik, die nooit in mijn leven heb. Er is tot dusverre door mij „Waar wrk u eigenlijk dit interHollandsche meester, ik doe het gedirigeerd had heb er ontzaglijk view voor ?" nog niet aan een dergelijke „vervoor jou zonder er eenige betaling veel gedirigeerd en geleerd. Ik kwam plaatsing" gedacht." „Voor het Weekblad, Cinema en voor te vragen." En eiken Vrijdag- er nog een seizoen terug Mengelberg Theater." „Dat is een politiek antwoord I" middag had ik les. Elk papiertje had de •buitengewone goedheid ge„Dat moet wel. Een blad als het „Groote goedheid, dat is een ouwe waarop zijn aanteekeningen en op had mij elk jaar vier maanden verlof uwe wordt door een ieder gelezen en kennis, daar begon ik juist mijn merkingen staan, heb ik bewaard en, te geven om in Bellevue te dirijournalistieke bezigheden in." er zijn helaas vele menschen, die ... . hierin deze lade, (Tak wees op geeren en ik zal hem mijn leven dankminder juist lezen en nog minder En na een vrijwel onmenschelijk zijn bureau) vindt je nog alles. Ik baar voor zijn vriendelijkheid en dikke sigaar te hebben opgestoken juist navertellen wat zij gelezen ^weet heden ten dage nog niet hoe tegemoetkoming, blijven. Een aan- hebben." . verhaalde hij het volgende :,, Ik ben in dankbaar ik Dopper moet zijn, voor bieding van de Cinema Palace om een warme maand geboren, Augustus Ik moest de waarheid hiervan wel alles wat hij voor mij gedaan heeft. er te gaan dirigeeren volgde en zoo inzien en daar de tien minuten, die van het jaar 1891, als je het precies En ik kan je verzekeren, dat ik kwam ik bij mijn goeden vriend mij toegezegd waren, reeds lang wil weten, den negenden. En om je te zonder hem er nooit van mijn leven van Dijk terecht. Ik heb er heerwaren overschreden, verliet ik Max bewijzen, dat ik artistieke buren had, gekomen was. In dien tijd was ik lijke jaren doorgebracht en nog Tak in zijn groot bureau, waarin deel ik je mede, dat Kelly, de vereerste violist geworden bij Mengel- steeds ben ik met dezen prachtkerel de ruim twaalf duizend nummers maarde Prot-komiek van vroeger berg. Van mijn zestiende jaar had bevriend. De opening van het Theatellende bibliotheek, eigendom van jaren (hij is nog niet overtroffen ik in het Concertgebouw als tweede ter Tuschinski bracht mij aan het den dirigent, waaruit hij de muziek hoor I) Sam Poons, de baryton en viool meegespeeld. Wat ik in hoofd van het orkest van deze instelkiest voor de illustraties, die menigSam Blazer, de overleden meesterhet Gebouw heb meegemaakt, is ling, waar ik al die jaren gebleven bassist van Mengelberg mijn buren maal tot enthousiaste beoordeeeen boek op zich zelf. Dat bewaar ik ben. Ik behoef u zeker niet te zeggen, lingen in de groote pers aanleiding waren. Je ziet, artistieker kan het al voor mijn mémoires, die ik nog eens dat de wijze, waarop daar gemusi- hebben gegeven. niet. Mijn overleden vader, was een schrijven ga. Al zou ik het alleen ceerd werd, van invloed is gebleken zangphenomeen, dien zich mannen Sam. Vox. maar voor mijzelf doen I Maar één op de overige Nederlandsche biosa's Fred. Roeske en Anton Thierie ding wil ik je even vertellen : ik copen. En ik kan u verzekeren, dat nc best kunnen herinneren. Op heb onder de grootste' dirigenten wij nog heel wat van plan zijnl van de wereld gespeeld, maar voor Ik ben de laatste jaren wat gaan OnderBtaande nummert zijn Garage en Kantoor: mij bestaat er maar één Mengelberg. schrijven. Ik moet eerlijk zeggen, 'crachemn op de VOX platen: 2e Jan Steenstr. 46, Adam Wat die man in zijn eentje presteert dit ik er veel pleizier in heb en het ^050 Plaiair d'Amour ^ Trio Telefoon 29600 (2 lijnen) grenst gewoonweg aan het onbeHerderinoedroom ) Max Tak met het grootst mpgelijke enthougrijpelijke. En laat ik' voor alles siasme doe. Trouwens waar ik geen 2000 Salut d'Amour j Viool aolo met PEUGEOT-AUTOMQBIELEN er bij vertellen, dat Mengelberg plezier in heb, dat doe ik niet. Menuet G-Dur j Max T*k 15 CENT PER KILOMETER voor mij buitengewoon geschikt Met Brisson voel ik mee : zonder
Bo To IB.
^^^^"
VERHAI^N^^DSWILSON We hadden na het eten over allerlei onderwerpen zitten praten. En zooals dit vaak gebeurt, ten slotte was het gesprek op de vele wonderlijke verschijnselen gekomen, waarvan we allemaal wel gelezen hebben, of er van gehoord, zoo we ze niet zelf hebben beleefd. Tegenwoordig ^poogt men ook dit gebied van het onnaspeurlijke wetenschappelijk te onderzoeken. En als een der verschijnselen van deze bestudeering hebben we alvast de benaming, het etiquette „telepathie" gekregen. Elke jongen die de H. B. S. bezoekt of z'n levensloop op de banken van het gymnasium is begonnen, weet van telepathie mêe te spreken • en met groote zekerheid te beweren, dat deze en andere gebeurtenissen zich werkelijk in het leven hebben voorgedaan. Er waren ook dien avond in ons gezelschap overtuigde „telepathisten" en anderen, die van deze opvatting niets wilden weten. Onze gastheer, Dr. Wilson, had,' zooals dit in dergelijke gevallen meestal zijn gewoonte was, zijn gasten laten uitpraten en eerst toen een van ons hem om zijn meening vroeg, kwam hij los. Laat ik jului in verband met het onderwerp, waarover het gesprek loopt, een verhaal doen, ditmaal geen voorval, dat ik zelf heb beleefd, doch een geschiedenis, welke mijn vader placht te vertellen. Zij speelde in de tweede helft van de vorige eeuw, in den tijd, toen een groot deel van het zeeverkeer nog per zeilschip plaats vond. Mijn vader stond in relaties met een groote koffiefirma in Ceylon, waarvan hij de vertegenwoordiging had. Een der vennooten, Mister Channel was naar Europa gekomen, gedeeltelijk voor zaken, gedeeltelijk voor zijn genoegen. M'n vader ontmoette hem in Londen en diende hem tot gids in de engelsche hoofdstad, waar de oude heer vele goede relaties had. Op verzoek bezorgde hij Channel verschillende introducties, waardoor deze in de gelegenheid was, ook het huiselijk leven der engelsche families te leeren kennen. Blijkbaar vond hij zich daar heel goed thuis, want het duurde niet lang of m'n vader kreeg van Channel een opgetogen brief. Hij had de vrouw zijner keuze gevonden en hoopte met Miss Ancole spoedig in het huwelijk te treden, teneinde met haar de terugreis naar
HET ONNASPEURWKE Ceylon te ondernemen. In het gunstige reisseizoen een ideale manier om de eerste huwelijksweken door te brengen. Eenigen tijd daarna volgde het bericht van de huwelijksvoltrekking en het verzoek aan mijn vader om weer naar Londen te komen, teneinde vèór het vertrek nog eenige belangrijke punten te bespreken. Mijn vader begaf zich naar de engelsche hoofdstad en kwam in kennis met de jonge mevrouw Channel, die een zeer aangenamen indruk op hem maakte. Zij was heel jong, doch had een ernstigen aard en paste heel goed bij haar echtgenoot. De reis was bepaald op den Maandag volgende op het onderhoud dat mijn vader met Channel had. Mijn vader zou zoo lang in Engeland blijven en het jonge paar tot Falmouth begeleiden. Op den zaterdag voor de afreis bevond mijn vader zich in de kamer van zijn hotel toen Channel werd, aangediend. Hij zag er verhit uit en was blijkbaar niet op z'n gemak.
Och, doe mij een genoegen, Wilson en geef me wat verkoelends te drinken. Ik heb een vreeselijken dorst. Die benauwde stad schijnt m'n zenuwenen gezondheid in de war te brengen. 'Ik heb het gevoel alsof ik stikken zal. M'n vader bemerkte aan het gezicht van zijn principaal, dat deze niet overdreef. Hij belde en gaf order om éen karaf met ijswater en een citroen boven te brengen, daarvan bereidde hij een verkoelenden drank, welken Channel met gretigheid opdronk. Het komt me voor, zei m'n vader, dat de zeereis u goed zal doen. Dat meen ik ook. Het lijkt mij overbodig om naar een dokter te gaan. De frissche lucht, dat is de eenige medicijn waaraan ik behoefte heb. En daarvoor heb ik je hulp noodig, Wilson. M'n vrou\y is voor enkele dagen naar haar familie en ik wil haar deze laatste dagen niet bederven. Zij heeft mij voorgeslagen om Woensdag in Falmouth aan
Mevr. Annie van der Lucjt Melsert-van Ees De heer Haas heeft over Mevr. van der Lugt Melsert — als Annie van Ees is zo zeker nog wèl zoo bekend — een aardige studie geschreven, een boekske van bijna drie vel royaal, versierd met goede foto's. Zij viert dit jaar haar koperen tooneelspeelstersfeest. Warempel dat verdient herdacht te worden. Want zonder voorbehoud mag men constateeren, dat er weinigen onder onze jonge actrices zijn, die in een zoo korten tijd als 12J jaar toch eigenlijk maar is, een zoo groot, en onmiddellijk mag het erbij gezegd worden, zoo'n welverdiend succes heeft weten te bereiken. Zet de naam van Annie van Ees op de aanplakbiljetten en de komedie loopt vol. Zoo beweert de schrijver. En hij heeft gelijk.
En ten slotte, na lange overwegingen (het boekje doet wel ereisaan een proces-verbaal,maar dan een heel prettig leesbaar, denken) komt Haus tot de conclusie, waarom deze actrice zoo'n succes heeft. De eenvoudige verklaring van het succes van Annie van Ees is: haar talent als kunstenares, dat de menschen pakt, boeit, vasthoudt, naar de komedie drijft. De eenvoudige verklaring is, dat zij speelt, zooals het publiek graag spelen ziet. Zonder voorbehoud kunnen we onzen lezeressen en lezers aanbevelen om zich de hierboven aangekondigde studie, uitgegeven door de firma Nijgh en van Ditmar's Uitg. Mij, te Rotterdam, aan te schaffen. Het is een prettig, smakelijk uitgevoerd geheel. L. E. KOS
boord te gaan inplaats in Gravesend. Nu wilde ik naar Gravesend gaan om zoo spoedig mogelijk op zee te wezen. Wilt gij m'n vrouw per trein naar Falmouth begeleiden en haar de reden van mijn eerder vertrek uiteenzetten, zonder haar ongerust te maken ? Volgaarne voldeed ik aan 't verzoek. Wij namen afscheid van elkaar. Toen ik Channel de hand drukte, aldus vertelde mijn vader, viel het mij op hoe warm deze was. Blijkbaar had de man koorts en eigenlijk had ik spijt er in toegestemd te hebben, dat hij alleen deze, zij het dan waarschijnlijk korte, zeereis maakte. Waarom ga je niet even naar een dokter, Channel, raadde mijn vader zijn bezoeker aan. Bc zal probeeren of ik er vanmiddag nog tijd voor vind, beloofde hij. Maar voor mij is er geen betere dokter dan de zee, de frissche zeelucht. Dinsdag ontving vader 'n telegram van mevrouw Channel, waarin zij hem mededeelde, dat zij direct naar Falmouth zou gaan en zich niet in Londen ophouden. Hij vertrok er dus ook heen en ontmoette de jonge vrouw in het Marinehotel, waar zij karnen op de komst van de boot wachtten. Vele malen heb ik mijn vader hooren vertellen, hoe hi) in zijn leven nooit zwaardere dagen had meegemaakt dan die week in Falmouth. Er heerschte een woeste storm in het Kanaal, die onverpoosd voortduurde. Blijkbaar was het kwade weer uitgebroken, net nadat de boot voor Ceylon de Theems had verlaten en was het schip daardoor opgehouden.
/"•■»TV"*«
0
^i-
Jlfa SMancfve,
VIRGINIA CIGARETTES
In het jaar 1877 gaf President Grant verlof tot vestiginp van blanken in het land van Dakota, tot nu toe bewoond door Sioux Indianen, en dit verlof was het eerste teeken voor den grooten trek naar de Westelijke Staten, vanuit de overbevolkte centra. Onmiddellijk leek het land bezaaid met alle mogelijke en onmogelijke voertuigen, huifkarren, prairieschoenen (een soort zeilwagen), buffel-karren en ossewagens. Op zekeren morgen kwamen drie gevaarlijke ruiters naar deze landen. Ze klommen op een heuvel en zagen tot hun groote verbazing de drukke beweeglijkheid in deze eenzame landen. Het drietal Mike, Bull en Klaveraas waren niet van het beste soort. Mike was paardendief van zijn vak. Buil alom gevreesd door zijn scherp mes en sterke knuisten. Klaveraas, de naam zegt het reeds, had een zekere hoogte bereikt op het gebied van valsch spelen. In elke Staat van Amerika waren belooningen uitgeloofd om het edele drietal dood of levend aan dejustitie over te leveren. De drie zwervers begrijpen niets van het ongewone schouwspel, doch hun eerste handeling is, gebruik maken van de gelegenheid en zich meester maken van een huifkar en zes racepaarden. Op dit oogenblik zien ze dat er nog andere gegadigden dezelfde slechte plannen koesteren. Onmiddellijkvontaardt de ontmoeting in een hevig gevecht waarbij de anderen het onderspit delven. „De drie bandieten" willen zich reeds meester maken van de paarden, doch zien een stervenden grijsaard, waarover een jongeling gebogen staat. De jongeling is een meisje ; Lida geheeten, ze treedt het drietal met
v-j'trouwen tegemoet. Ze is alleen en onbeschermd en de drie voelen 71.^1 geroepen om voor haar te zorgen. Tezamen met haar zullen ze hun weg vervolgen. Toch begrijpen ze, dat zij niet het rechte gezelschap voor een jong meisje zijn en ze besluiten een wettigen beschermer, een echtgenoot voor haar te zoeken. Dan Malley, een vroolijke Ier met een onverstoorbaar goed humeur en een zonnigen glimlach zal de uitverkorene zijn, vooral nu het drietal gezien heeft, dat hij moed en durf plus een paar stevige knuisten bezit. De drie huwelijksmakelaars beginnen met hun delicaat werkje. In de stad Ouster, een stad die als een paddenstoel uit den grond is verrezen, heeft een zekere Hunten de oppermacht. Hij heeft zichzelf de macht van Sheriff gegeven en onder zijn bestuur heerschen de vreeselijkste wantoestanden. Hij heeft ook een vrouw met zichmede genomen, die hij huwelijksU o'vm heeft gedaan, doch ten slotte bedrogen heeft. Vi ly, zoo heet het meisje, is een zuster van Buil, welke nog niet WL-M wie de onverlaat is, die zijn zuster heeft bedrogen. D.:n volgenden dag begint de groote uittocht naar het nieuwe land.
Op een teeken, klokslag twatli uur mogen de emigranten vertrekken.. Wie het eerst aankomt kan natuurlijk de beste plek uitzoeken. Lida en haar drie beschermers plus Dan Malley rijden voorop, doch aan de andere zijde van den bergpas liggen Hunten en zijn.bende op de loer om hen een plattegrond van een goudmijn, afhandig te maken. Doch de drie bandieten waken over het jonge paar. Zij zullen met gevaar voor eigen leven zorgen, dat hun beschermelingen geen kwaad geschiedt. Ze laten het lot beslissen wie als het eerste slachtoffer zal vallen in het gevecht met de bende en Klaveraas is het eerste slachtoffer. Mike, de roerend sympathieke paardendief, sterft vol humor en Buil vindt voor zijn dood nog gelegenheid om af te rekenen met den man, die zijn zuster in het ongeluk heeft gestort. „Drie bandieten", veroordeeld door de Justitie van de geheele Vereenigde Staten hebben de groote daad volbracht hun leven prijs te geven om dat van twee jonge menschen te redden. En voor hen eengelukkigetoekomst te verzekeren. Dit is een der knapste films van Amerikaansch origine, die ons thans door de Netherlands Fox Film Corporation te Amsterdam, wordt gebracht,
FOX SUPEBPORDUCITEI
NOBELE BANDIETEN Sensationeel romantisch spel van het Verre Westen Ifc DE HOOFDROLLEN: Gtorgc O'Brian. . . . Oliv« Borden J, Farrell MacDoaald. . Tom SaoUchi Frank Campean .... Lou Teilegen
<mm^ Maar nog erger dan voor mijn vader waren die dagen voor het jonge vrouwtje. Mijn vader, poogde haar afleiding te bezorgen, doch alles tevergeefs. Met een begrijpelijke onrust stond z,e uren lang door de vensters van het hotel naar de haven te kijken. Geregeld trachtte zij bij de havenautpriteiten informaties te krijgen, doch de antwoorden waren steeds ontwijkend. Eindelijk poogde m'n vader bij een ouden zeeman aan de haven z'n licht op te steken. Er zijn drie mogelijkheden: of het schip is in een fransche haven geloopen en wacht daar tot het weer is gaan liggen ... Maar dan zouden we toch wel bericht hebben gehad! Och, u weet hoe de toestanden op het oogenblik in Frankrijk zijn. De tweede mogelijkheid is, dat de kapitein van den nood een deugd heeft gemaakt en z'n schip naar het zuiden heeft laten afdrijven, zoodat zij Falmouth niet aandoen. En de derde mogelijkheid ? Het was mevrouw Channel die deze vraag stelde. Blijkbaar was zij mijn vader gevolgd en had het gesprek gehoord. De oude man keek haar aan en doorzag direct de situatie. Een derde mogelijkheid, maar mevrouwtje, ik heb maar van twee gesproken. Doch maakt u zich maar niet ongerust Morgen is het goed weer en u zult zien hoe spoedig u bericht hebt. Zooals de man voorspeld had, gebeurde het. De storm ging liggen en na twee dagen kwam er een bericht van de boot, waarin zij zich hadden moeten inschepen. De brief was aan vader gericht en afkomstig van den kapitein. De storm had hem gedwongen van route te veranderen. Mr. Channel was aan boord ziek geworden. Hij had blijk-. paar diphtheritis. De kapitein wilde koers naar Madeira zetten en daar den zieke in een ziekenhuis trachten onder te brengen. Hij raadde mevrouw Channel aan met het eerste het beste schip naar Madeira te gaan. Toen mijn vader de jonge vrouw den inhoud van den brief had medegedeeld en haar had gezegd, dat hij natuurlijk met haar mede zou gaan totdat zij haar man had aangetroffen, was zij zichtbaar opgelucht. Over twee dagen konden zij scheep gaan.
RADIO
EEN INTERESSANT ONTWERP
De directit van de Co-OPERA-tie w«s zoo vriendelijk on) ons oovenstaind scenisch beeid van de speelsvmohonie. weike Maandag 25 October in den koninklijken schouwburg te 's Gravenhage plaats vond. af te staan. n.l. Orpheus van von Glück.
Mevr. Channel liet dien tijd niet onbenut. Zij raadpleegde den dokter en nam alles mee wat van nut kon zijn om den diphtheritispatiënt te verplegen. Het begin van de reis was heel fortuinlijk. De wind woei uit den goeden hoek. Doch den laatsten dag toen wij bijkans in zicht van het eiland waren, ging de wind zakken om plaats te maken voor een absolute windstilte, welke het schip belette zelfs too meter verder te komen. Tegen het vallen van den nacht stonden mevr. Channel en mijn vader op het dek van het schip over de verschansing te kijken. Het was volle maan en de schaduw van de schuit viel op de spiegelgladde zee. Plotseling hoorde mijn vader
met ver van het schip een geluid in het water alsof een yisch omhoog sprong. Hij keek in de richting vanwaar dit geluid kwam en deinsde verschrikt terug. Wat hij zag moet wel verschrikkelijk genoeg zijn geweest. Duidelijk vertoonden zich het hoofd en het bovenlijf van Channel boven het water. Het gezicht was lijkbleek en een wit kleed hing over het hoofd en de schouders. De verschijning staarde mijn vader en de jonge vrouw aan. Even plotseling als zij was opgedoken, verdween zij weer. Mevr. Channel was de eerste die sprak. Hebt gij 't gezien ... ? Mijn vader zweeg. 't Was Charles, m'n man. en
Joseph Lhevlnne
Francis Aranyi de bekende violist, die met den componistpianist Dr. Wilhelm Grosz een tournee door ons land maakt.
de
russische pianist, maakt een tournee door ons land.
hij is dood. Die verschijning was zijn afscheidsgroet, ik weet zeker, dat hij op dit zelfde oogenblik gestorven is. Zijn laatste gedachte was voor mij. O, Charles, waarom ben je zoo vroeg gestorven 1 Het vrouwtje barstte in snikken uit. Vader bracht haar naar beur hut en liet haar daar alleen met de geweldige smart, welke zich van haar meester had gemaakt. Dienzelfden nacht kwam de wind weer opzetten. Het schip kon opnieuw zijn vaart hervatten ^n den anderen morgen vielen wij de haven van Funchal op Madeira binnen en zagen de Royal Star, de boot waarmee Channel uit Engeland was vertrokken, liggen. Van een der masten woei de vlag halfstok. Ziet ge wel, dat mijn voorgevoel mij niet heeft bedrogen, snikte mevr. Channel toen zij de vlag zoo zag hangen. Nadat zij zich bekend hadden gemaakt, werd mijn vader en mevr. Channel verlof gegeven om het schip, dat onder quarantaine lag, te bezoeken. De kapitein kwam hen tegemoet. Hij voelde 't als 'n zware plicht de jonge vrouw de slechte boodschap te geven. Ik weet het al. Mijn man is dood. Gisterenavond ongeveer tien uur is hij. gestorven. De kapitein keek .haar verbaasd aan. Pardon, mevrouw, zei hij. Uw man stierf acht dagen geleden onderweg. Wij lagen vast doordat een windstilte ons belette verder te komen en konden het ziekenhuis niet bereiken. Met het oog op het besmettingsgevaar hebben wij het lichaam van uw man overboord moeten werpen. Dus was het geen geest van Channel, ging Dr. Wilson voort, die mijn vader en Channel's weduwe verscheen, doch diens lichaam. Door een toeval, of noem het zooals gij wilt, was het lijk acht dagen na het overboord werpen uit het zeemansgraf naar boven gekomen. Het plotseling daaropvolgend verdwijnen kan aan den een of anderen roofvisch, vermoedelijk een haai, worden toegeschreven. Ik weet wel, ging onze gastheer voort, dat mijin verhaal noch voorstanders^ noch tegenstanders van de ,,toeval"-rtlhèorie zal hebben overtuigd, doch zoolang voor mij op natuurlijke gronden een voorval verklaarbaar is, acht ik het toch mijn menschenplicht om maar niet in het onnatuurlijke een oplossing te zoeken.
Kapt. ter zee H. P. Prillevltz
die om ontheffing uit zijn functie van onder commandant der marine, heeft gevraagd.
De Volkerenbondscommissie voor metlns van zeeschepen hield te Amsterdam in het stadhuis hare zittingen.
Hevlje kloosterbrand te Echt
De Vrjj re|1
Het klooster van de paters trappisten te Liipest bij Echt, is bijkans geheel doorbrand vernield. Onze foto geeft een goeden kijk der schade.
se
_
Z't.rd.gmiddig werd de groote zaal van den Vrij reiigieuTe^Tempel 'e Amsterdam olechtig ,n 9 Dru,k 9enomen ' - Eerste rii '•'•n£: J •«" Duinen, B. LiÄ H Noest. W v. d. Poll, Noest Sr.
De 400-iarige geboortedag van Caroius Clusius
Huldeblijk aan de Vereeniglng voor den Effectenhandel
Ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan der Ver. voor der. Effectenhandel te Amsterdam, datonlangsgevierd werd, boden de bedienden het bestuur een bronzen Mercuriusbeeld aan.
De zaakgelastigde van Peru
De heer M. Ricardo Riviera Schreiber, de nieuwe zaakgelastigde van Peru, te Den Hang.
Het vaandel van de Tramharmonie Burgemeester de Vlugt, die ter gelegenheid van het 20-jarig bestaan het Tramharmonie-corps te Amsterdam ontving, bekijkt het vaandel.
te Leiden herdacht Deze foto Is merkwaardig omdat zij ook het jongste „officieele" portret van burgemeester de Gijseiaar geeft, die zooals de bladen meidden, z'n ontslag heeft gevraagd.
Toestellenen Onderdeelen
ANDERSEN EN POLAK P. C. HOOFT STRAAT 40 AMSTERDAM - TELEF. 26587
Paul Schramm
de hier te lande wel bekende pianist, die dit seizoen een groot aantal concerten hooot te geven. De drie hiervoor afgebeelde artisten treden op onder leiding van den heer Krauss (Int. Concertbureau).
Een bekend schrllfster overleden
Te Voorburg is overleden mevr. de wed. J.G.van Meurs—Giese, die ais Joseph. Giese. de schrijfster van veelgelezen romans was
bn hti Lddacb«pbla
AaatcnUa - Tel. MM7
üTva«i:ra-imïn:i
D«'««erkundige gymnaslastenvereenlging te Amsterdam
herdenkt op 1 November a.s. haar 45-jarig bestaan met een opvoering van Don Qulchot van Pieter Langendijk.
Veertigjarig bestaan van het ziekenhuis te Apeldoorn Een leuke foto
van een
aantal verpleegsters, naast, om en onder de groote feesttaart.
MORERA co-Opera-tie. - Openingsvoorstelling 3e Speelseizpen. Hérodiade (muziek van Jules Massenet). Werd het tweede jaar glorieus ingezet met een „Holland-boven-alles"-voorstelling (Beatrijs, Willem Lan'dré, Felix Rutten, en Hollandsche artisten), bij deze première zag het z.g. nationalisme er anders uit. Elders, ter zelfder tijd, in het Diligentia-zaaltje, was het genootschap Nederland-Frankrijk de gastheer met zijn introductie van het Quintette instrumental de Paris; in het Gebouw voor K. en W. leek het meer op Frankrijk-Nederland. Maar qu'importe? De co-Opera-tie, ook vechtende voor haar bestaan, moet het op alle manieren probeeren, en de worp naar Hérodiade van Massenet, een onvervalschte kas- en kijkopera, is, te oordeelen naar de welverdiende enthousiaste ontvangst van de prachtig bezette zaal, een zeer gelukkige geweest. Hérodiade, altijd aanwezig op het buitenlandsche repertoire, was hier langen tijd verbannen geweest; reminiscenties aan de vroegere Fransche opera leven bij menigeen nog voort. Dat de co-Opera-tie voor drie voorname rollen Parijsche gasten recruteerde, is wel jammer voor onze eigen kunstenaars, maar het zal noodzakelijk zijn geweest. Het werk eischt niet minder dan 5 hoofdbezettingen: de profeet Johannes met zijn droomersblik, zijn mystische geest, Salomé, bedwelmd door liefde, Herodös, somber, slinksch, onwaar, sensueel, Hérodiade, heftig en wraakzuchtig, en Phanuël, de Chaldeër—samenzweerder, verbitterd tegen de Romeinen. Met Daniel Vigneau als Herodes, Jules Morini als Johannes, Mona Velly als Salomé, vulden Liesbeth Poolman als Hérodiade en Van Helvolrt Pel als Phanuël, het vijftal schitterend aan. Ja, blonk onze eerste dramatische kracht niet boven alles en allen uit? Maakte Zij met Vigneau niet van deze melodramatische koningsfiguren iets heel imponeerends en vorstelijks, daarbij geholpen door de ongewoon-fraaie en statige gewaden, die zij koninklijk droegen? Over mevr. Poolman zou apart te schrijven zijn, want telkens dwingt haar persoonlijkheid tot volle aandacht. Sympathiek, lief, zijn haar rollen bijna nooit; zij is de vrouw van de groote hartstochten, van haat, van wraak, ook van liefde. Op het tooneel beeldt zij de groote lijn uit, en als zij haar rol ondersteund voelt door haar machtig zanggeluid, waagt zij zich in volle bezetting aan de krachtige ontplooiing van de haar door den componist opi^ftlegde taak. En in dit wagen wint zij I Mag mei. het haar dan kwalijk nemen, dat in de momenten der meeste krachtsontwikkeling het
Mevr. Poolman als Hérodiade
3ules Morini alt de profeet Johannes
'4 *
1 ■■;
■
;• Daniel Vigneau als Herodes vocale iets aan artistieke schoonheid inboet? Massenet, de Franschman, zou haar voor deze Hérodiade-interpretatie zeker gracieus de handen hebbon gekust. Massenet Volge hier ter oriënteering een kort stukje biografie. Een der groote operacomponisten der 19e eeuw (1842—1912), wiens oeuvre door zijn beroemd geworden opera's, zooals Hérodiade, Manon, Werther en Thaïs, een wereldreputatie verwierf. Hij studeetde aan het Parijsche conservatoire, kreeg in 1860 den Prix de Rome met zijn cantate David Rizzio, en componeerde tijdens zijn verblijf te Rome nog orkestwerken, een requiem en een gewijd drama Marie Madeleine. Als dramatisch componist debuteerde hij in 1867 met een kleine komische opera ,,La grand' Tante", terwijl de eerste opvoering van Hérodiade in 1881 te Brussel plaats vond. Hij schreef ± 21 opera's, en in al zijn werk toont hij een buitengewoon dramatische begaafdheid, en een bevattelijke, welluidende schrijfwijze, al vallen uiterlijk effect en een voor onzen smaak te gemakkelijk-aansprekende melodieënrijkdom niet te ontkennen. In zijn muziek vindt men affiniteiten, die aan Verdi en Berlioz doen denken, en telkens weer treft de charme van de groote tegenstellingen: innige teerheid tegenover heftige, brusque uitvallen, waarin men ook de gecompliceerdheid van de hoofdfiguren
voelt uitgedrukt. De inzet van Salomé al dadelijkin het eerste bedrijf met haar beroemde aria „Il est doux, il est bon", dan het krachtigdramatische vervloekings trio tusschen het koningspaar en Johannes, daarna het duo vol teederheid tusschen Johannes en Salomé, de oproer-scène der Joden, en de aankomst van den Romeinschen stadhouder Vitellius, eenigszins ie schel getint, maar weer goedgemaakt door het volgende prachtige Hosannah-vrouwenkoor, door harpen ondersteund, dit zijn wel de muzikale hoofdmomenten der eerste twee acten. Phanuél s aanroeping tot de sterren opent het derde bedrijf ;vanbeteekenis zijn nog een prachtig duo, vol jalouzie en woede, de ,,marche sainte", en het groote moment, waarop Salomé haar liefde voor den profeet en diens heiligheid verkondigt. In het vierde bedrijf, ingeluid door een uitermate teedere liefdesmelodie, zingt Johannes, opgesloten in een onder den tempel van Jeruzalem uitgegraven gewelf, zijn berustingsen liefdescoupletten, en vóór de slotscène, eindigend met Johannes' dood en Salome's zelfmoord, hoeren wij nog het prachtig Romeinenkoor, ook een glanspunt van de partituur, en van menig vereenigings-mannenkoor. Zooals boven reeds even werd aangeduid viel van de' gasten Vigneau het meest te roemen in zijn Herodesvertolking. De sopraan, Mona Velly, wel een lieflijke Salome, schoot stimmlich nogal wat te kort, en als actrice kan zij van mevr. Poolman nog veel leeren. De stem van den tenor Morini, wel soepel en krachtig, klonk toch niet overtuigend genoeg; in zijn uitbeelding bleef hij gelukkig binnen de perken van zijn niet dankbare, eenigszins eigenaardige rol. Wilden wij nog iets van' de zeer goed- en bezield-zingende koorleden zeggen, dan ware het dit: dat de regie bij volgende voorstellingen de vaak onaesthetische armgebaren der voorste beeren wat zou trachten te temperen. Zij waren er ,,te veel in". De divertissementen door het kleine balletensembie van den heer Sternfeld waren nogal kleurloos en zeer ingetogen; de zwoele Herodes zal er niet sterk door zijn bewogen. Het orkest had Louis Boer tot leider en onder zijn vaardige handen kwam de dankbare partituur kranig tot haar recht. Of het orkest soms wat te sterk klonk, óf dat niet alle solisten vocaal tegen hun partijen waren opgewassen, laat ik maar liever in het midden. Resumeerende: mooie opvoering, waardige opening van het nieuwe seizoen; bloemen voor Hérodiade en Phanuël (waarom de anderen niet?), volle zaal, dankbaar gestemd publiek. De minister van K., O. en W., de heer Waszink, was mede aanwezig. Veel herhalingen van deze nog zeer geliefde opera zij de co-Opera-tie toegewenscht door F. S
//
D/E De Egyptische Isis-Priester, Kallikrates ontvluchtte in het jaar 340 vóór Christus zijn land met de Pharao-dochter Amenartas en geraakte in de macht van de geheimzinnige, blanke Koningin van 'het neger-volk der Amahaggers, bekend en gevreesd als Zij, die gehoorzaamd moet worden. Deze vorstelijkschoone vrouw bemint hem en doodt hem, als hij weigert Amenartas voor haar te verstoeten. Amenartas zelve, tegen wie ,,Zij" machteloos is, ontkomt naar Griekenland en draagt vóór haar dood haar zoon Tijisthenes, of in gebreke van dien een volgenden nakomeling van haar geslacht, op, den dood van Kallikrates te gaan wreken. In den loop der eeuwen schuiven de vaders deze bloedwraak op de schouders hunner zonen, zooals Tisisthenes dit deed, totdat de potscherf, waarop Amentartas haar bevel grifte, in handen komt van een jongen Engelschman, Leo Vincey, den laatste van zijn geslacht, wiens avontuurlijke gezindheid hem ertoe brengt den tocht te ondernemen. De oorspronkelijke moordenares-uit liefde, leerde van een wijsgeer het geheim van de verlenging van het aardsche levenin-jeugd en bleef haar doeden geliefde trouw, bij wiens gebalsemd lijk zij eiken nacht waakte, verscheurd door wroeging en verteerd door ongeduld. Want in haar helderziendheid weet zij dat na tweeduizend jaar Kallikrates wedergeboren zal worden en
mËTZïORDEN tot haar terug zal komen. Ah zij nu Kallikrates in den persoon van den jongen Engeischman heeft ontmoet en zij hem verhaalt van haar trouw en haar smart door de eeuwen, noopt zij hem en zijn vriend Holly getuige te zijn van de vreemde plechtigheid, die het vernietigen van Kallikrates' thans nutteloos geworden stoffelijk overblijfsel medebrengt. Het tooneel, waar Kallikrates lijk wordt verbrand, is op de film geworden tot een prachtigstaalt je van wat een meesterlijkq regie vermag te' maken van de technische mogelijkheid van de levende foto. En ook het slot van deze rolprent, het baden van ,,Zij" in da Vlam des Levens en haar ondergang, kan bezwaarlijk anders, of in dezen tijd beter, worden verbeeld dan met medewerking van de moderne techniek der kinematografie. Zij, die gehoorzaamd moet worden, had de les, dat men niet dooden mag om gelukkig te worden, nog niet geleerd en dus moeten de gelieven een nieuwe wedergeboorte afwachten', om uiteindelijk te worden vercenigd. Niet slechts een mysterieus, maar ook een mystiek drama, dat vervaardigd is naar Sir Rida Haggard's beroemde werk „She" en waarin Betty Blythe, Carlyle Blackwell en Mary Odette de hoofdrollen vervullen. Het is de Meteor Film Mij. die deze eigenaardig bekorende film in ons land heeft gebracht.
.,
MUI
^JSI
1 ÄP0^ v.'
MWm il?' '^
Door het bureau voor cinematografie ,,Filma" te Amsterdam is een aangrijpend zeedrama in ons land gebracht, dat getiteld is „Het Zeemonster" en waarin John Barrymore en Dolores Costello de hoofdrollen vervullen. De film verplaatst ons in het jaar 1840. Ahab Ceeley, een jong harpoenier, is reeds vele maanden geleden met den walvischvaarder ,,De drie Gebroeders" naar onbekende zeeën uitgevaren om te trachten met rijken buit weer in het oude New-Bedford terug te keeren. In die tijden wisten zeelieden . en hun vrouwen en meisjes wat een scheiding beteekende. Eén brief in het jaar was ved — en ook Ahab wordt op dit punt niet verwend. In New-Bedford heeft hij zijn meisje achtergelaten, Esther Harper, de dochter van een zendeling en zij hebben elkaar trouw gezworen. Derek Ceeley, Ahab's halfbroer, is geen liefhebber van de zee. Ook hij heeft Esther lief, maar zij blijft haar verloofde getrouw. Als haar vader overgeplaatst wordt naar Mauritius ziet zij Ahab weer, helaas maar heel kort, want den volgenden dag zeilt ,,De drie Gebroeders" weer uit en ook Derek gaat mee, in de hoop roem te verwerven als walvischvaarder en dan Esther's liefde te winnen. De meest beruchte walvisch, Moby Dick, de vermaarde witte walvisch, is een zeemonster, grooter dan eenig ander. Ook de ,,De drie Gebroeders"ontmoet het gevaarte en Ahab en Derek zijn beidenonderhen, die in een sloep het monster volgere Ahab is de eerste, die zijn harpoen in Moby Dick's lichaam slingert. Nu ziet Derek zijn kans schoon. Jaloerschheid en haat jegens zijn halfbroeder verteren zijn ziel en hij licht Ahab een beentje. Een kreet van schrik weerklinkt — Ahab is over boord gevallen. Eén slechts heeft de lage daad gezien, Pip, de halfwijze scheepsjongen, die door Derek met de wreedste martelingen bedreigd wordt zoo hij er over kikt. Ahab wordt weer binnen boord gehaald, maar het zeemonster heeft reeds met één slag zijn eene been verbrijzeld. Zal Esther hem nog kunnen liefhebben? Teruggekeerd meent hij
werkelijk in haar houding meer medelijden dan liefde te ontdekken en Derek wakkert ,deze sombere vermoedens nog aan. Dan ziet hij, of liever meent te zien dat Derek en Esther elkaar omhelzen. Weg wil hij,' breken met het verleden en zich wreken op 't zeemonster, dat hem zijn geluk en zijn liefde ontroofd heeft. Vijf jaar later. Kapitein Ahab is de schrik van zijn bemanning. Jaren achtereen maakt hij al jacht op het legendarische zeemonster, dat al drie maal de reis om de wereld heeft gemaakt en dat hij nog steeds met heeft kunnen bemachtigen. Fedalla, een geheimzinnige Chinees, weet den kapitein te vertellen, wanneer hij den albino-walvisch zal weerzien .... als hemel en oceaan elkaar ontmoeten". Onverwachts breekt een ontzettende typhon los doch Ahab wil het roer niet wenden, hemel en aarde hebben elkaar ontmoet. Meerderen zijn door den typhon overvallen. Harper met zijn dochter, die nog steeds den verloren geliefde betreurt en Derek.'Deze laatste wordt over boord geslagen en door een sloep van een naderend zeilschip opgepikt. Met den dood voor oogen kan Pip het geheim niet langer verzwijgen tegenover den kapitein en Ahab's haat tegen zijn halfbroer is grenzeloos.... Even kijken de broers elkaar in de oogen en Derek begrijpt, dat de ander alles weet. Met den moed der wanhoop werpt hij zich op zijn broer en bijna gelukt het hem dezen over boord te gooien,-maar te stevig heeft de verminkte het houten been in een der gaten geplaatst. „Je hebt mij dat houten been bezorgd, dat mij nu het leven redt," roept hij uit ; Derek delft het onderspit en vindt een .graf in de koele wateren van den oceaan. Ahab's wraak zal echter volkomen zijn. Er is een walvisch in het zicht en dezen keer is het Moby Dick. Zegevierend keeren de mannen met de witte visch terug. In New Bedford wacht Esther eiken dag op haar geliefde. Daar naderen bekende schreden — vol verlangen snelt zij naar de deur — aan het hek ontwaart zij een bekende gestalte .... Ahab
wm
—^—1^^—
r
;c32«^I(3aÊ^)lS3^E)IS^SS)X(^^E)I<33i^S>l(3S^SilCS3^^)l«S2^Sl(3a
5^>l(^?2SacS5i
/EEN^
VEßß\SSE^D OORDEEL vj oon
E. PHILIPS OPPENHEIM Vertaald uit het Engelsch door J. DE HOOP SCHEFFER. Op het plejzierjacht, dat lieh te midden van een plaatselijken nevel, door den oceaan spoedt, bevindt zich een reisgezelscnap. bestaande uit vogels van diverse pluimage. Door een weinig bevaren gedeelte van den oceaan trekkenae, passeert hot jacht enkele onbewoonde eilanden en ontdekt de gastheer plotseling, bij het optrekken van den mist, oo een groote kale rots een kruis, dat vlammend tegen de heldere-lucht uitkomt. De gastheer, gestoord in het geanimeerde onderhoud, dat hij had met Pauline, de dame, voor wier genoegen de tocht in hoofdzaak ondernomen was, riep den stuurman om hem te vragen of hij ook wist, hoe het eiland heette waarop dit natuurwonder zich vertoonde en of hij ook wist of het eiland bewoond was. Noch de stuurman, noch ook desgevraagd de kapitein, konden een bevredigende oplossing vinden. Hildyara, de eigenaar van het luxe-jacht, was ecnter onder den inoruk gekomen, daar voiaens de aanteekeningen in zijn familie-archief, zijn voorouders telkens een Kruis zagen, als hun stervensuur naderde, zoo ook o.a. Sir Francis, toen hij Monmouih tegemoet reed. Hildyard geeft in stilte den kapitein bevel, zijnltoers té veranderen en op het eiland aan te houden. 's Nachts brengt hij alleefi een bezoek aan het eiland en ontdekt dat het niet onbewoond is. Hij ziet een huis in een sprookjesachtigen tuin. Hij verschuilt zich en ziet een meisje uit het huis komen dat vioolspelend en zingend oen tuin inloopt. Later voegt zich een dwerg Andrew genaamd, bij haar. Hij wordt Juist door het meisje ontdekt, als een heer den tuin inkomt en hem ziet. Hildyard maakt zijn excuus. Het blijkt dat de bewoner van het huis een bekende van Hildyard is. Deze noodigt Hildyard uit een week bij hem te blijven, waarin hij toestemt en de sloep naar het schio terugzendt met bevel aan den kapitein te vertrekken en hem over een week weer te komen halen.
voorover en antwoordde bedaard, maar met eigenaardigen nadruk: „Zoolang ik hier blijf, blijft zij hier. Waar ik heen ga, gaat zij heen. Haar sekse, in de persoon van die ééne vrouw, is mij heel wat verschuldigd. Zij moet dat \ ergoeden." — Ditmaal was 't geen verbeelding — een leidere vroolijke stem weergalmde eensklaps in de windstille lucht. Beide mannen 'ecken op. Bertha, met de handen om haar Imls, stak de laan over naar de rots. Ondor 't loopen zong zij. Hildyard, geen groot talenkenner, kon slechts raden naar de beteekenis der woorden, die zoo spotachtig, zoo guitig van haar lippen vloeiden. Haar voeten bewogen zich op do muut der muziek — 't wus gedeeltelijk dansen, gedeeltelijk loopen. Nog donkerder schaduw trok over Owston's gelaat. Zijn wenkbrauwen waren gefronst: merkbaar was haar ongelegen komst hem onaangenaam. Hildyard keek haar met welbehagen na, totdat zij uit 't gezicht was. „Zij is iefs buitengewoons!" riep hij uit. „Nog nooit van mijn leven heb ik iets dergelijks gezien. Zij is het type van een Oosterling. Een dochter van honderden Pharaohs!" Owston zei niets. Zijn oogen staarden naar het uiteinde der laan. De donkere schaduw op zijn gelaat wejd steeds donkerder. Hildyard volgde zijn blik. Tusschen de struiken stond het gedrocht van gisteravond, nog steeds in zijn zwart pak en diep gedoken in zijn hoed, met zijn bleek gelaat gekeerd naar de plek, waar het meisje verdwenen was. Even bleef hij onbewegelijk staan, waarna hij met een schril geluid, dat den beiden mannen vreemd in de ooren klonk, tusschen de heesters door, hetzelfde pad insloeg, dat zij gegaan was. De struiken sloten zich achter hen. In de verte was nog het refrein van haar lied hoorbaar.
Hij zweeg even en keek over zijn schouHOOFDSTUK VIII. 'ler heen naar het huis. Hildyard boog De lange zomerdag ging als een droom voorover en nam een sigaret. Nergens in voorbij. Weer was 't nacht op het eiland. den bmtrek was een levend wezen te be- HiJdyard was het geheele eiland rondgekennen. Een oogenblik later zette Owstou gaan, had een paar uur gezeild in een zijn verhaal voort op minder gedwongen, Uzeren bootje lijwaarts van de rots en met doch ernstigen toon. zijn gastheer een onverbeterlijk dinertje „Die jongen is een man, dat meisje een gebruikt in de kamer, uitziende op zee. vrouw geworden. Ik heb ze opgevoed op Daarna hadden zij in de laan zitten roode manier, die mij 't geschiktste voor- ken en praten, totdat de sterren in do kwam. Zij zijn vrijwillige deelgenooten luebl fonkelden on de avondbrios uit den van' mijn afzondering. Ik duld ze en ze beantwoorden aan mijn verwachtingen, enkel en alleen omdat hun wereld ingesloten wordt door de zeeën, die mijn eilandje omspoelen. Je begrijpt zeker wel wat ik bedoel, Hildyard] De tegenwoordigheid van een vreemde, vooral van iemand zooals jij bent, moet wel grooten invloed hebben op hun beider voorstellingen van een werefd, waarvan zij geen burgers zijn. Ik vind beter, dat hun gedachten zich niet bezig houden met die wereld. Daarom moet ik je verzoeken zoo weinig mogelijk met ze te praten. Ik aanvaardde mijn voogdijschap rpet tegenzin, maar nu 't zoo vèr gekomen is, wil ik ze niet verliezen. Wat zij zijn. zijn ze door mijn toedoen. Ze zijn van maaksel — de vrucht van mijn werk. Voor mij vertegenwoordigen zij do menschheid. Hun verhouding tot mij, ik herhaal het, zoowel thans als in de toekomst, is een zaak, die mij alleen aanCIO>IRETTE/ gaat." De mannen keken elkaar een oogenblik aan. Dezelfde gedachte hield hen beiden bezig. „Het meisje — Bertha, geloof ik noem je haar — is mooi," sprak Hildyard, langzaam. „Je kunt niet van plan zijn haar epunt van de haar heele leven hier te houden, 't Zon qoede stemming komt pas onnatuurlijk zijn. Eeu plaats in de wereld Rj het genot van een komt haar toe." BatsclTari Turkish N? 5. Een wolk verduisterde Owston's gelaul. Hij nrtm de sigaret uit den mond, boot A.aATSCHAWl CtOAWKTTMS THE HAGUE J
AÜATpAAm TUKKl/HNi5
^ofó Godfried dt Groot
oceaan kwam opzetten. Eerst werden allerlei onderwerpen aangeroerd, doch gaandeweg had Hildyard heel wat vragen over verschillende menschen moeten beantwoorden en aanhooren alsmede tal van uitingen van verkropte bitterheid. De schemering rondom hen hadden zij bevolkt met personen uit vervlogen dagen, wier uiterlijk zij zich, na het verloop der jaren, slechts wazig herinnerden. Hildyard werd niet de dupe van zijn gastheers pogingen om door te gaan voor een cynischen, doch tevreden menscheuhater. De man was daarvoor al te geagiteerd, terwijl een enkel woord of de klank van zijn slem voortduren^! de grenzelooze verbittering verried, die zijn ziel scheen vergiftigd te hebben. Met tal van allerlei gewaarwordingen had Hildyard hem ,deu Reheelen dag gezelschap gehouden. Het opleven eener intimiteit, die hij allang beschouwd had als tot het verleden te behooren, kon voor hem geen genot zijn. Wel voelde hij zich aangetrokken door de psychologische mogelijkheden van hun vernieuwde kennismaking; hij hield van iets ongewoons. Op zichzelf was 't een klein drama. Eenigszins onverwachts zei Owston zijn gast goeden nacht en ging naar zijn kamer achter in het huis. Hildyard lag in een lagen stoel voor zijn open kamerraam. Het wegstervend geluid van zijn gastheers voetstappen ontlokte hem een zucht van verlichting. Er waren weleens pijnlijke oogenblikken geweest. Alleen te zijn was een genot. Hij nam een sigaret uit den blikken doos op de plank, stak die aan en keek aandachtiger rond, dan hij totnogtoe had kunnen doen. De kamer, die hem was aangewezen, was groot en eenigszins hol. Op den grond lag een grove Japansche mat; de muren, zonder een enkele plaat of schilderij, waren helder roomkleurig geschilderd. Inveen hoek stonden een piano en een paar muzieklessenaars. Tegenover de deur was een veldbed opgeslagen; op tafel lag een toiletdoos voor zijn gebruik. Een rubber badkuip was tegen den muur gezet, 't Was geen slaapkamer, maar daartoe blijkbaar voor hem ingericht. Hij wierp de beide ramen wijd open en liet een stroom koude lucht binnenkomen. Daarop-ging hij, met de armen op de borst gekruist, peinzend zitten kijken in den schemerigen nacht; 't Was een lange dag geweest, vol nieuwe ervaringen en eigenaardige gewaarwordingen. Het leven, zoo doodgewoon en kleurloos in de hoofdstad, was op dit verlaten eiland eensklaps ingewikkeld en moeilijk voor hem geworden. Er was een soort bijtende,doch ongezonde humor in de paradox, waarvoor hij gesteld werd. Hij blies den rook van zijn sigaret de duisternis in en peinsde. Gaandeweg week het abstracte voor het concrete der quaestie. Waarom had hij zich die moreele moeilijkheid op den hals gehaald? Waarom was hij de gast van den man, met wien "t voor hem geen pas go f in zulk een verhouding te staan? Of, eenvoudiger uitgedrukt, waarom was hij zoo koortsachtig begeerig op het eiland te blijven? Waarom zat hij daar met een hart. dat bij ieder geritsel van den wind door de pijnboomen, heviger klopte, en met oogen zoo strak turende naar een zeker gedeelte der laan, dat die oogen reeds gewend aan de duisternis en in' staat waren er doorheen te dringen.' Hij beantwoordde deze vraag kortaf. Nog steeds was hij onder de bekoring van gisteren. Hij zat op den uitkijk naar haar en luisterde onderwijl scherp of hij in de verte ook zachte muziekklanken hoorde. Den geheelen dag had hij verwacht luïar te zien, doch werd teleurgesteld. Na het gesprek 's ochtends had Owston niet weer van haar gerept. (Wordt vervolgd).
p^
Een Amerikaansch blad bevatte onlangs ae volgende reclame voor een nieuwe encyclopedie. Onder de afbeelding van een zeer elegant gezelschap dames en beeren, schilderachtig bij een open haardvuur gezeten, leest men ongeveer het volgende : ,,Er werd over dagelijksche dingen, over diners en bals gesproken en ik had er bijna den geheelen avond zwijgend bijgezeten. Er was niemand, die eenige notitie van mij nam. Toevallig kwam het gesprek op Keizer Nero en een der dames vroeg, wanneer Nero eigenlijk geleefd had. Niemand kon het haar zeggen. Een ieder zweeg. Toen nam ik het woord. Ik vertelde van den wreeden Nero en zijn moeder Agrippina, ik verhaalde van Napoleon en den slag bij Waterloo, ik schilderde de ontberingen door Noordpool-ontdekkers geleden, ik sprak over de heldendaden der Kruisridders. Ongemerkt vormde ik het middelpunt der belangstelling. De dame, die over Nero gesproken had, zeicTe : ,,U moet toch zeer veel gereisd hebben, dat U zoo interessant kunt vertellen I" En ik had toch alleen maar 's avonds thuis in m'n encyclopedie gelezen ....!" Lezer, ge kunt met dezen gelukkigen man wedijveren zonder een encyclopedie door te worstelen. Indien ge U in een groot gezelschap bevindt, waar natuurlijk radiomuziek ten beste wordt gegeven, dan zal zonder twijfel op een gegeven oogenblik argeloos gevraagd worden : Hoe werkt eigenlijk radio ? En ge zult zien, dat .... niemand het antwoord kan geven. Nu is voor U het oogenblik gekomen 1 Ge kucht even en zegt dan : ,,0 dat is al zéér eenvoudig I De radiotransmissie kunnen we ons als een keten voorstellen, waarvan de drie voornaamste schakels zijn : het zendstation, de aether en het ontvangtoestel. Met behulp van de microphoon in de studio van het zendstation worden geluidstrillingen in electrische trillingen omgezet en naar den zender geleid De onzichtbare verbinding tusschen zender en ontvangtoestel wordt gevormd door aethertrillingen, welke door electrischen wisselstroom opgewekt worden. Wisselstroom is electrische stroom, waarbij in tegenstelling met gelijkstroomeen voortdurende richtingswisseling heeft plaats. De gewone wisselstroom voor onze huisverlichting wisselt circa 50 maal per seconde (laagfrequente stroom), die in het zendstation eenige honderdduizenden malen per seconde (hoogfrequente stroom). Deze aethertrillingen of aethergolving kan men het beste vergelijken met de golvende oppervlakte van het water als men er een steen in geworpen heeft. Hoe grooter de kracht der uitzending, — de energie — is, des te verder plant zich de golvende beweging voort. Deze aethertrillingen bewegen zich met 'n enorme snelheid en wel van 300.000KM. per seconde voort. De voor velen zoo geheimzinnige golflengte van een zendstation wordtnu als volgt berekend. Gebruikt een zendstation wisselstroom, die 1 millioen maal per seconde van richting wisselt, dan zullen per seconde 1 millioen aethergolven ontstaan, die zich met een snelheid van 300.000 KM. per seconde voortplanten. De eerst uitgezonden golf heeft dus een afstand van 300.000 K.M.: 1.000.000 = 0,30 K.M. =300 M. afgelegd alvoréhs de volgende golf uitgezonden wordt. De golflengte van dit station bedraagt dus 300 M. De door de microphoon geleverde trillingen
FOTOPERSBUREAU „HOLLAND" Slaalslraal 8
—
AMSTERDAM
—
Telef. 4S3S1
Foto's voor seTil.bladen,handel en Industrie, kunstlichtopnamen, clichés, enz. enz. enz.
werken reguleerend op deze door den zender met een wereldreputatie, de N. V. Philip.'Radio, constant uitgezonden hoogfrequente trillingen en binnen onze grenzen gevestigd is. Of deze i.ts varieeren deze geheel overeenkomstig de lucht- met de Philips' Gloeilampenfabrieken te maken trillingen, die bij de microphoon door spraak of heeft? Indirect wel, want al hebben de gloeimuziek voortgebracht worden. Deze luchttril- lamp en de radiolamp een geheel verschillend lingen worden dus als het ware op de hoogfre- doel te vervullen, in wezen hebben zij veel overquente trillingen (draaggolf) „geënt". eenkomst. Daarom zijn het in de eerste plaats de In onze ontvangantenne worden nu kleinewissel- gloeilampenfabrieken, welke over een jarenlange stroompjes opgewekt, welke naar het ontvang- ervaring op het gebied der lampenfabricage toestel geleid -worden. Door de detectorlamp, beschikken, die in staat zijn radiolampen te welke als een „ventiel" werkt, worden deze niet fabriceeren, welke aan de hoogste eischen voldoen. hoorbare hoogfrequente wisselstroompjes in laagEn als dan'een zilverspiegelende Philips „Minifrequente — met behulp van telefoon of luid- watt" lamp van hand tot hand gaat en bekeken spreker als spraak of muziek verneembare — wordt en een jonge dame de opmerking maakt, dat trillingen omgetooverd. ge ongetwijfeld reeds jaren lang radio-amateur Ge wijst er dan op, dat dus een der belangrijkste moet zijn en zeker wel kunt zeggen, wat dit onderdeelen van het ontvangtoestel de ontvang- „Miniwatt" op deze lamp beteekent, dan antlampen zijn, daar van hen voor een groot deel de woordt ge zeer slagvaardig „Dat zal ik U gaarne goede werking van het ontvangtoestel afhangt een volgende maal vertellen 1" Want ge wilt en verzuimt natuurlijk niet te vermelden, dat wij immers niet verraden, dat ge op de volgende er allen als rechtgeaarde Nederlanders trotsch op aflevering van dit tijdschrift moet wachten, om kunnen zijn, dat er een radiolampenindustrie het antwoord op deze vraag te vernemen 1
-
'
-
*mM&^rk^M^mmmm> .
é^;' •
Ajax (1)—V.U.C. (1) te Amsterdam Een moment uit den spannenden wedstrijd tegen de Hagenaars.
HOLLAND—DUITSGHLAND Een woord vooraf. Na het Nederlondsch elftal is nu ook het Duitschc leam bekend geworden Het beslaat uil: Ertl. doel, Muller en Kälterer backs. Martwig, Kalb en Schmidt halfbacks. Trag, Wieder, Harder, Hochgesang en Scherm voorwaartschen. Alzoo, Neurenberg troef! Niet minder dan 9 Zuid-Duitschers rijn in den ploeg gekozen en alleen Martwig (Berlijn) en Tuil Harder (Hamburg) vertegenwoordigen het overige deel van Duitschland. Dit elftal beslaat uil bekende, goede inlernationnis. spelers, die hun sporen in interlandwedstrijden reeds lang verdiend hebben. Alleen Scherm is, voor zoover ons bekend, een probeersel. Dat deze linksbuiten in zijn eersten internationalen wedstrijd geplaatst wordt legen wellicht de beste back van Europa, is voor hem minder pleizierig. Gezien de samenstelling van dit elftal isdeDuilsche Commissie dus weder teruggekeerd naar hel in „Germany" zoo geliefde positiespel. Schutters als Pöttinger en Hoffmann zijn uit den ploeg gelalen. Of dit van de Duilsche commissie goed gezien is, zal 31 Oct. nog moeien blijken. Zeer zeker is dit Duilsche elftal in techniek de onzen verre de baas. Maar ook verleden jaar in Amsterdam speelden de Duilschers oneindig veel beter voetbal dan wij en verloren tenslotte den wedstrijd, omdat..-ze ^W te goed speelden. Eerst op het allerlaatst, loen de wedslrijd, door eenige welgerichle scholen van Baer van Slangenburgh, vrijwel voor hen verloren was, gingen ook de Duilschers tol schieten over en juist in die periode ontslonden hun beide doelounlen. We schreven hel reeds eerder; hel positiespel moge voor de toeschouwers aardig zijn om te zien, productief is het alleen, als één of meer spelers uit de voorhoede in slaat is een scherp, hard schol te lossen. Nu Pöttinger. die In Düsseldorf driemaal legen ons scoorde, ontbreekt, lijkt ons de Duilsche voorhoede, wal schieten betreft, aangewezen op Harder. De Hamburger wordt evenwel al een jaartje ouder en een enthousiast speler, als Massy zal hem wel niet te veel lijd lol richten laten. De voorhoede van onze Oostelijke naburen, lijkt ons dan ook heel wat minder gevaarlijk dan in Düsseldorf, tenzij de Zuid-Duitschers hun spelmethode hebben veranderd. De eenig juiste tactiek voor ons Oranje-team om dit elftal van Duilschland te slaan is enthousiast opzitten van de eer.-ile tot de laatste minuut en open spel spelen heerenlü Shorlpassing tegen deze .reuzen" helpt niets. Oranje, moet door vlug longpassing trachten de Duilschers van hun eigen speelmethode af te brengen, ja, deze onmogelijk Ie maken. Dan is er kans op een overwinning, hoe vreemd dat ook, met de elftallen voor oogen, moge klinken. David versloeg immers Goliath ook! In de Soorlkroniek van 18 Ocl. j.1. lazen we, dal autoriteiten als Jan van den Berg, Van Holkema, Mr. Kokosky. prof. Snapper, Bolkman, Hirschman. Kolfschoten, Vuyk, Dr. van Daal en last not least de Amslerdamsche correspondent van genoemd blad, het er allen overeenswaren,dat Holland een eclatante nederlaag zal lijden. We vinden het jammer, dat genoemde heeren in tegenwoordigheid van dien correspondent zich over deze quaestie aldus hebben uitgelaten. Zij konden toch
welen, dat genoemde correspondent, tuk op copie, nog dienzelfden avond het geheele gesprek naar den Haag zou seinen, al was 'l alleen maar om voetbal Holland kond te doen, dat hij in gezelschap van zooveel autoriteiten was geweest. Jan van den Berg heeft blijkbaar gevoeld wijzer Ie doen, zich niet zoo voorbarig uil te laten. Hij erkende tenminste, dal er nog één lichlpuntje was, n.l. het feit, dal hel geheele Nederlandsche elftal overtuigd was van de nederlaag. Als dal hel geval was, zoo zei hij, kwamen altijd de mooiste overwinningen. Juist Jan, jij toont op de hoogte Ie zijn van de geschiedenis van hel Ned. Elflnl. Denkt aan J. P, Coen en zijn bekende lijfspreuk .endedésespéreerfniet en wanneerdan de jongenstribunehaar volkslied aanheft van: „houdt er de moed maar in" toont dan aan de Duilsche reuzen, dat de Hollandsche leeuw (en zelfs haar welpen) nog klauwen heeft, in ieder geval rekenen we op enthousiasme, dat is momenteel ons grootste Wapen. Woensdagmiddag waren we getuigen van den oefenwedstrijd van het Ned. Elftal tegen een Sparta combinatie De Kotlerdamsche combinatie heeft een uitstekend spel vertoond. Het Ned. Elftal kwam er pas na de thee in. Van Gelder ontbrak wegens een knieblessuur en werd vervangen door Lush, die beter speelde, dan tegen Spartaan. W. Tap verdeelde als middenvoor hel soel goed. doch was nu minder gelukkig met zijn schot. Op 31 Oct. a-.s. zal het spel van Tap echter geheel in orde zijn, lel maar op! Ruysch en Vis speelden met groot enthousiasme, bravo! Elfi ing beschikte o.i. niet over voldoende uithoudingsvermogen, maar hel kan zijn, da! hij zich spaarde voor den groolen dag. De achterhoede was in orde. V. d. Meulen had één doelpunt kunnen voorkomen, doch hel beste paard struikelt ook wel eens. Van Heel deed heden geen brillante dingen, spaarde zich blijkbaar ook al. Hij zal den laatslen October wel een heel ander spelletje spelen. Massy en Verlegh voldeden zonder meer. Massy is na eenige interland wedslrijden een zeer bruikbaren spil. thans hapert hel hem nog aan routine. Tot slot een woord aan de toeschouwers. Ook zij hebben gedurende den wedstrijd een taak Ie vervullen. Hel publiek zal zijn stijfdefligheid voor ditmaal eens hebben af Ie leggen en door geestdriftige aansporingen en toejuichingen (loven, wat maar eenigszins te loven valt) het elftal moeien opzweepen tot het toppunt van enthousiasme. Wanneer wé de toeschouwers daar nu eens toe konden krijgen, dan was er al veel gewonnen. Denkt er om : »Kankeren" over een mislrap helpt niets; doodsche stille is fnuikend voor de animo van de spelers. Dus de monden wijd open en de handen op elkaar, dan wint het enthousiasme hel van de betere techniek. VETERAAN
Sparta—Ned. Elftal te Rotterdam Oosthoek in actie.
N.A.C, (2)-N.O.A.D. (2) te Breda Van Tilburg, de keeper van N.O.A.D,, in actie.
Sparta-Ned. Elftal te Rotterdam Een fraaie koobal
Hockeywedstrijd te Amsterdam. Een moment uit den wedstrijd Amsterdam—M.H.C.
FOTOSCHAAP&Co. SPUI 8 — AMSTERDAM Leveranciers van CAMERA'S en FOTO-ARTIKELEN van Prima Fabrikaat
Veldloop Willem II te Waalsdorp Jan Zeegers leidt.
Feyenoord (6)-H.B.S. (2) te Rotterdam Voor het H.B.S. doel. Zijlstra in actie.
Een record. De achtjarige Wim en zes^ jarige Otto zeggen eiken avond hun avondgebedje op. Ze vangen heel netjes en kalm aan. Maar gisterenavond begonnen ze plotseling al vlugger en vlugger te bidden. Tevergeefs trachtte m'n vrouw hen tot de orde te brengen. Bijna buiten adem roept Wim eindelijk: Amen. En laat direct daarop volgen: Zie je Ot, dat ik 't gewonnen heb!
Onschuldig
.Mammie, mag ik mijn chocolaaoje van die dame af halen?" »Maar lieveling hoe komt het daar?'' .O mammie, toen ik hoestte." Gaictty
Tusschen de regels. Het jonge weeuwtje liet zich door'den knappen jongen dokter onderzoeken. 't Is niets mevrouwtje. Alleen wat nerveusheid. U moet maar gauw weer hertrouwen. Het jonge weeuwtje sloeg de oogen zedig neer en zei: O dokter, is dit een declaratie ? Het spijt me, mevrouwtje, maar wij dokters schrijven wel de recepten voor, doch leveren doen we ze niet. Wel een bewijs. Hoe kwam je ertoe, agent, om aan te nemen, dat de man dronken was? Ziet u, Edelachtbare, toen ik hem aantrof was het donker en hij had een horloge in de hand met van die lichtgevende cijfers .... Wat .is dat voor een bewijs. Zoo'n horloge heb ik ook. Ja, maar u probeert toch zeker nooit er uw sigaar mede aan te steken. Gereede toegegeven. Kleine Kareltje is vreeselijk eigenzinnig. Vader en moeder bespreken deze kwaal. Och zegt de moeder, het arme kind kan er- niets aan doen, die eigenzinnigheid heef t hij van jou geërfd. Dat geloof ik ook. Want jouw eigenzinnigheid heb jij zelf nog. Modern. Jammer is het, zegt mevrouw tot het nieuwe meisje, dat je ook Ida heet, net als m'n dochter. Och, mevrouw, dat is niet zoo slim. Ik vind het niets erg als u liever „juffrouw" tegen me zegt. Een merkwaardigheid. Voor den winkel van den antiquiteitenhandelaar stond 'n oude mahoniehouten stoel in den stroomenden regen. Een voorbijganger ziet dat en loopt den winkel in. „Meneer, weet u dat daarbuiten nog een stoel staat en het regent dat het giet."
Zoo niet bedoeld Vrouwt/i: .Ik weet dat ik dikwijls gekke dingen doe en jij lult me toch jeker hetzelfde toestemmen?" Man: .Zeker vrouwtje, ik weet dat |< het doet •■' London Opinion
„O, dat hindert niets hoor", zegt de handelaar luchthartig, „nu kan ik hem verkoopen als een stoel uit het tijdperk van den zondvloed." Dat is zoo. Slam: „Hoe kom je erbij te zeggen, dat een steenen pijp een groote tijdsbesparing geeft. Wat heeft dat met elkaar te maken ?" Slim: „Wel, als je die laat vallen, hoef je haar niet meer op te rapen." Een held. Mijnheer Watervrees stond aan den kant van de rivier en keek van het water naar zijn vrouw, die een eindje verder onder een boom zat te lezen. Eindelijk wendde hij zich tot een werkman, die juist voorbijkwam. „Hé vriend, is het baden hier niet erg gevaarlijk?" „Wel .neen, mijnheer, u.kunt er gerust in gaan." „Hè wat vervelend, ik zocht juist naar een reden om er niet in te gaan." Getroefd. Onder, het lange vervelende pleidooi van een jongen advokaat is de president van de rechtbank ingedommeld. Plotseling onderbreekt de pleiter zijn rede, door een anderen rechter aangestooten, schrikt zijn edelachtbare wakker. *
Dan Is het niet meer noodlg Filmstir: .Zul je nog van mij houden ab ik oud ben? Haar dcrdi tchtgtnoot: .Waarom moetlk dan nog van je houden, dan zullen we allang weer gescheiden zijn." London Opinion
Ik hoop, dat u een aangenamen droom gehad zult hebben, zegt de geërgerde pleitbezorger. Dank u. h Was zoo. , Ik droomde dat u klaar met uw pleidooi was. Niet verlegen. De jongste bediende kwam in de kamer van den chef en vroeg met een bedroefd gezicht of hij een dag vrij mocht om zijn grootmoeder te begraven. De chef keek hem strak aan: ;,Is dat diezelfde grootmoeder waar je een jaar geleden ook ^al een dag voor vrij moest 'hebben om haar te begraven ?" „Ja meneer", zei de jongen, niet in 't minst uit het veld geslagen, „toen is ze bijna levend begraven". Een prettige buur. De Bruin was in zijn tuintje aan het werk, toen hij plotseling de driftige stem van zijn buurman hoorde, die hem riep. Hij draaide zich om en zag Blauw met een rood gezicht over de schutting kijken, nijdig brommend: „De Bruin, ik kan heel wat door de vingers zien, maar nou wordt het me toch te bar, er zit al weer een van die ellendige bijen van jou aan mijn spruitkool." De brave trouwe vrouw. Matheas Muller was de eigenaar van een groote bakkerij
met vele filialen. De man deed z'n best en werkte van den morgen tot den avond. Plotseling werd hij ziek. De huisdokter wist niet wat hij had. De specialiteit wist niet wat hij had. De professor wist 't evenmin. En als hoogste ressort wist de kruidendokter het ook niet. Toen vond Matheas, dat hij er erg aan toe was en hij begon zich voor te bereiden op z'n eeuwig afscheid van het ondermaansche. Dat is geen prettig werkje. Doch Matheas was altijd gewend geweest z'n plicht te doen, ook al was dat een minder aangename. Dies overdacht hij, wat er met zijn bakkerij en de vele filialen zou gebeuren als hij er niet meer was. Na lang peinzen concludeerde hij, dat de eenige methode was, dat z'n vrouw, de nog jonge, aantrekkelijke Angela, moest hertrouwen en haar tweede man de zaak zou moeten besturen, de bakkerij met de vele filialen. Angela zat aan zijn ziekbed terwijl hij tot deze conclusie kwam en hij sprak ernstig met haar. Lieve vrouw, ik ga sterven. O neen. Matheas . .. Laat ons cnibtig blijven, Angela, klonk zijn zwakke stem, de doktoren weten niet wat ik heb, maar ik weet het wel. 't Is 't einde. Angela begon zachtjes te weenen. Wanneer ik dood ben, moet de zaak voortgezet worden en het eenige middel daarvoor is, dat jij hertrouwt. Angela weende verder. Ik had gedacht, dat 't beste was dat je m'n oom Herman nam. Och mannie, zwijg toch, ik trouw nooit meer, ik wil niets van oom Herman weten. Vrouwtje, ik vind het mooi dat je zoo spreekt, maar de bakkerij heeft leiding noodig, dat kun jij alleen niet, wat zou je van m'n ongetrouwden neef Kaspar denken? O' Matheas, maak me' niet bedroefd. Ik houw zooveel van je. Ik trouw nooit met 'n ander, zeker niet met je neef Kaspar. 't Moet Angela, de zaak kan niet zonder leiding. Je moet hertrouwen. Ik heb ook gedacht aan den jongen ^. Knappen,dien neef van je, die heeft ook de bakkerij geleerd. Bedoel je dien langen blonden ... Eigenlijk heb ik aan hpm ook wel gedacht! N.V. INT. PERSFOTO-BUREAU Tel. 43815-43814-22423-51569 AMSTERDAM, P.H.Kade 100
FOTOGRAFEEREN
Alles leder Overal
»»■inmaniiaaaaiam»
MaannaaMMaMHiinininiian«
i
»
»
iiia»iiianniaiiai«m»»«a
DOOR Mr. P. A. S. VAN LIM5URQ BROUWER MMMMMtMMMMtMMMMIMMMl Op 'i laatst der 16de eeuw trok Slddha Rania. door üer eerwaarde Koelloeka en 2 dienaren vergezeld door het HinjnlayagrLergtc ten einde keizer Akbar belangrijke brieven te Sirngen. 7.Ï] komen bl) den kluizenaar Gaurapada, die hen hartelifk omvangt. Bi) het afscheid belooft Siddha Rama zich tot Gourapada te wenden als er in ztjn leven moeilijkheden mochten voorkomen. Op den verderen tocht deelt Koellaka aan Siddha In 't geheim mede dat de kluizenaar niemand minder Is dan da vroegere koning van zijn land Nandtgoepta. Na een stevlgen fit bereiken zij de woonplaats van Siddha's oom, Salhana. alwaar eerstgenoemde zijn verloofdf Iravati begroet. Salhana waarschuwt Siddha te waken tegen de heerschzuchtlge plannen van den grooten Akbar waarin een gevaar ligt voor zijn eigen land. Zij worden gestoord door de komst van den priester Gorakh, de Yogi een invloedrijk man aan wien Siddha wordt voorgesteld- Salhana verwijdert zich met den priester, terwijl Siddha naar een nabijgelegen vijver snelt, waar hij Iravati ontdekt had. Aan hun samenzijn wordt een eind gemaakt door een verzoek van Salhana, aan Siddha, om met hem en Koelloeka het avondmaal te gebruiken. Iravati gaat naar bare vertrekken. Den volgenden morgen wordt de reis voortgezet en de keizerstad bereikt, alwaar de reeds door Koelloeka gehuurde woning wordt betrokken. Het eerste bezoek gold den eersten minister; die hem zijn neef Parviz als vriend en leidsman aanbeveelt. Zij bezoeken samen het keizerlijk paleis. Met Koelloeka gaat hij 's avonds naar Fcizi, den broeder van den eersten minister, 'n zeer minzaam man. Den volgenden morgen neemt Siddha het bevel over de Radjpoet's over. Na den dienst ontmoet hem een dienares, die hem ultnoodlgt bij hare meesteres te komen, aan welke ultnoodiglng, later door hem gevolg wordt gegeven. Wandelend door den grooten hof. heeft Siddha een onderhoud met iemand, die. zooala later blijkt, de groote keizer zelf is. Het gesprek wordt afgebroken^door de komst van Abdal Kadir, volgeling van den Profeet, met' wien de keizer een onderhoud heeft, den godsdienst betreffende. Abdal Kadir waarschuwt den keizer voor mogelijke gevaren die hem vaa zijn naaste omgeving bedreigen. Onmiddellijk na dit onderhoud wordt Koelloeka aangediend en ook hij waarschuwt den keizer, daarbij nadruk leggend op zijn wantrouwen tegenover Selim. des keizers zoon. Gevolg gevend aan de ontvangen ultnoodlging. ontvangt Siddha van een dame een geheimen brief die door Koelloeka quasi aan ecne vriendin moet bezorgd worden. Den volgenden morgen wordt Siddha door zijn vriend Parviz afgehaald voor een tocht naar Fattipoer Sikh. de buitenresidentie van den Keizer. Siddha bezoekt, een oogeobllk alleen zijnde, een Clva-tempel. Hij heeft een gesprek met Gorakh, den Doergapriester. die vragen stelt omtrent Gaurapada. Het gesprek eindigt met eené bedreiging voor Siddha. De Keizer houdt een wapenschouwirfg. Siddha wordt voorgesteld aan Prins Selim» welke hem voor een feest in z'n paleis ultnoodlgt, waar hij tot z'n verbazing z'n Oom Salhana treft. Met de schoone Rembha. die op 't feest In zijn nabijheid terecht komt. heeft Siddha een gesprek, waaruit haar beschaving en goedheid blijken. Eerst laat in den nacht last Salhana met zijn eigen Palankijn, Siddha naar huis brengen. Te zelfder tijd van het feest In Sellm'a paleis, ontvangt de Keizer in gezelschap van Petzi, bezoek van pater Aquavlva, die bescherming voor zijn godsdienst bi) den Keizer zoekt. Siddha wordt opnieuw uitgenoodigd bij Rezta te komen, welke hem tracht te bewegen zich ter gelegener tijd met zijn troepen tegen den Keizer tekecren. Siddha geeft zijn woord als edelman, alles te zullen doen wat Rczla verlangt; en komt nadien veel in stilte met haar samen. Salhana ontvangt bezoek van Sellm, tot ongenoegen van Iravati. Er hadden geheime besprekingen plaats tusschen Selim. Salhana en Gorakh ten doel hebbende ten gunste van Sellm zich meester te maken van den troon en waarbij de Worgers een voorname rol zullen spelen. De volgende avonden weerklonk veel feestgedrulsch. dan vermaakte de prins zich met zijn vrienden en danseressen. Op zekeren avond zocht Selim Iravati op en vroeg haar hand. Zij weigerde, zeggende Siddha trouw te blijven. Kort na dit voorval, ontmoeten we Siddha In Agra, met Parviz bij de „Keizerweging". Siddha wordt tot mansabdar over duizend bevorderd. Onder de menigte ontdekt Siddha Rezla en Parviz vertelt, dat zij Goclbadan heet en de vrouw is van Felzi. Nu blijkt dat Siddha zijn besten vriend heeft bedrogen, zoekt hij Rezia op en neemt voor goed afscheid. Heengaande ontmoet hij Sellm, die door een dienares om te koopen, spoedig achter de geheimen van Rezia komt. Iravati treurt om Siddha en wordt door Sellm van Siddha's ontrouw op de hoogte gebracht. Andermaal slaat Iravati Selim« aanzoek af. In Akbar's paleis hebben bijeenkomsten plaats in verband mei den gespannen toestand in het land. Spionnen hebben uitgebracht dat zoowel Salhana als Gorakh de Yogi tegen den keizer zijn. Met een paar ruiters op weg naar Fatlpoer is Siddha getuige van den moord op Aboel Fail, Voor zijn sterven deelt Aboel nog juist roede, dat hij Sellm voor den fcltelijken moordenaar houdt. Omstreeks denzelfden tijd werd door een Worger. die door Gorakh de Yogi was gezonden, een aanslag gepleegd tegen Nandlgoepta. Deze aanslag wordt verijdeld do.pr den tijger Hara.
De pijn verhinderde eendge oogenblikken den gewonde te antwoorden, schoon op zijne strakke gelaatstrekken niets daarvan te lezen stond. Toen antwoordde hij, met tusschenpoozen sprekend: — Ook de eerste Minister in Kagmir, de broeder van Salhana, werd daartoe uitverkoren. Maar hem te dooden is opgedragen aan mijn broeder, die u ook wel
LINOLEUMWAS „GLIM" geen cadeaux, dus lagere prijs. Kwaliteit ongeëvenaard.
"
"'
bekend is, en alleen als hem de aanslag mislukte, zou die uitgevoerd worden door mij. — En is uw broeder reeds sedert lang naar Kagmir gegaan 1 — Hij verliet mij gisteren pp eenigen afstand van hier en ging toen voort naar het Noorden. — Te voet ? al -J .. — En zijn
er nog anderen van de uwen die met deze bevelen omtrent den Minister en mij bekend werden gemaakt ? — Geen anderen. Eerst als blijkt, dat wij niet zijn geslaagd, wordt de last aan anderen overgedragen. Gaurapada wenkte zijn dienaar en trad een weinig met hem ter zijde. — Ga — sprak hij, — en zadel terstond uw paard I Gij zult spoedig eene reis hebben te ondernemen. Een zacht, schoon gedwongen gekreun riep hem bij den gewonde terug, nadat zijn dienaar zich verwijderd had. — Heerl — sprak fluisterend gene, — ik heb nog maar enkele oogenblikken te leven ... Maar verleen mij nog ééne gunst, na de vele, die ik van n genoot I... . Zeg mij, dat gij mij vergeeft! — Ik vergeef u, arme manl — antwoordde Gaurapada; — ik weet het nu, dat gij een werktuig waart en niet anders. — Dan sterf ik gelukkig I hernam de Worger; — en met een voorsmaak der zaligheid ga ik in tot het eeuwige leven. Toen stortte hij achterover, strekte de armen uit en lag bewegingloos. De geloovige volgeling van de Godin der Vernieling was niet meer... Geruimen tijd nog bleef de kluizenaar op het zielloos lichaam staren, waaraan de akelige magerheid, de donkere kleur en de met wit en rood op het voorhoofd geteekende drietand van Giva een spookachtig aanzien gaven bij het weifelend licht. — Tot wat — prevelde hij in zichzelf, — de godsdienst al niet leiden kanl De terugkeerende dienaar kwam de overdenking van Gaurapada afbreken. — Help mij, — sprak deze, — den man begraven, die daar ligt; hij is dood, en ik wil niet dat Hara hem gaat verslinden, die 't anders zeker wel gaarne doen zou. En dan, als wij er mee gereed zijn, te paard! Haast u naar Kagmir, om den minister te waarschuwen omtrent hetgeen wij zoo straks vernomen hebben, en zorg dat men den broeder van dezen man, dien gij ook wel gekend hebt, zoodra mogelijk op 't spoor kome, om hem in zijn voornemen te verhinderen en te beletten, dat hij met iemand anders van de zijnen in aanraking komt. Kunt gij, zoek dan nog uit te vorsehen, waar Gorakh zich bevindt. Dien spare men geen oogenblik als hij gevonden is! De ellendeling heeft dubbel en dwars den strop verdiend, dien hij om den nek van anderen doet slaan. — Doch, geëerde Meester, — vroeg de dienaar aarzelend, — wilt gij hier nu zoo geheel alléén blijven in de wildernis ? Men schijnt uw schuilplaats ontdekt te hebben, en zal dus misschien nieuwe dergelijke aanvallen op uw leven beproeven. — Mijn beste vriend! — antwoordde Gaurapada glimlachend, — maak u over mij met bezorgd! Ik ben hier alléén haast even veilig als met u. Tenminste zoolang Hara leeft. Gij hebt het ge&ien dat hij
Timiinniiminn
MMMMMMi
wakker genoeg is, en in 't vervolg zou ik ook geen van die bruine naaktloopers meer raden zich hier in de buurt te vertoonen. Staat uw paard gereed ? — Ja, Heerl — Nu, straks dan voorwaarts! Help mij nu eerst nog aan ons werk I.... DERTIENDE HOOFDSTUK
Afscheid. De tijding van Aboel Fazl's dood had een overweldigenden indruk op den keizer teweeggebracht. Het was alsof alles hem eensklaps ontzonk wat tot heden zijn steun was geweest, en hij, de sterke, nooit versaagde man, die het hoofd had geboden aan de geweldigste stormen, voelde ziJQ kracht als verlamd en zich bijkans onmachtig tegenover de nieuwe verwikkelingen, die ai wederom het rijk begonnen te bedneigen. Eenige dagen sloot hij zich op en sprak hij niemand dan Feizi en enkele zeer vertrouwden; maar ten laatste vond hij toch weder den moed en de kracht om anderen te woord te staan. Zoo ook het hoofd der Jezuïeten-missie, den Padre Aquaviva, die vóór zijn aanstaand vertrek hem, nog een bezoek wenschte te brengen. — Zoo, gaat gij ons dan weer verlaten. Eerwaarde Vader? — vroeg Akbar, toen de Jezuïet bij hem was binnengeleid. — Ik moet wel, Sire! — antwoordde Rodolpho, — onze Provinciaal roept mij naar Goa terug. Maar ik mocht niet vertrekken zonder Uwe Majesteit nog mijn oprechten dank te hebben betuigd voor de eer en de gunsten hier door ons genoten. — En denkt gij spoedig terug te keeren ? — vroeg Akbar. — Dat zal afhangen van de bevelen, die mij gegeven worden, — antwoordde Aquaviva; — wat echter mijzelven betreft, ik zie mij wel genoopt, met hoeveel leedwezen ook, mijn zending herwaarts als mislukt te beschouwen. — En waarom mislukt ? Wordt gij hier niet voldoende beschermd, bewijst men u niet de noodige eer, geniet gij niet de meest volkomen vrijheid om te verkondigen wat gij wilt en te bekeeren wie gij kunt ? — Sire! — antwoordde de Padre, — wij moesten al zeer ondankbaar zijn, indien wij al deze belangrijke voorrechten eenvoudig voor niets rekenden. En toch, ik moet het herbalen, onze zending is, wat haar hoofddoel aangaat, mislukt. Eerwaarde Vader, sprak Akbar, ik' vernam, ik leerde van u en de uwen veel, waarvan de kennis mij bijzonder welkom was; en daarvoor wil ik dankbaar blijven. Kan ik niet aan al uwe wensehen voldoen, wees verzekerd, dat het mij smart. Gij wilt ons verlaten; het zij zool Maar laat het in vriendschap zijn! — Vergeef ons, edele Vorst! — antwoordde Rodolpho bewogen in weerwil van zichzelven, — als wij soms woorden uiten die u mishagen en u ondank schijnen voor de vele weldaden, welke wij m uw rijk ontvingen! — schrijf ze enkel toe aan den ijver, die ons bezielt voor ons geloof. (Wordt vervolgd.)
Zenuwachtig, Overspannen en Slapeloos Mijnhardt's Zenuwiabletten
zullen Uw zenuwen kalmeeren en sterken en Uw slapeloosheid verdrijven. Buisje 75 et Bij Apoth. tn Drogisten.
~^^™
™^™^"
Het nieuwe stuk van het Botterdamsche Hofstad tooneel ,.Vaarwel Deugd" Links
mevrouw
van Ees als Dorina, rechts Ed. Palmers als Carlo, Jockie Broedelet als Emma, Jan v. d. Linden ais Leone Delprada, Annie van Ees als Oorina en Jack Reule als Mario Salviate.
Een Lustrum Ter gelegenheid van het vi)fde lustrum van de Middelbaar Technische school te Amsteraam, werd In Bellevue door de scholieren een revue opgevoerd.
VOOR POSTZEGELLIEFHEBBERS
Verliefd. Verloofd. Verdwaald het nieuwe stuk van het Nieuwe ned tooneel. v.l.n.r. Tour niaire. de Vries en Sart Kreeft.
/it'
Verliefd. Verloofd, Verdwaald. Een seine waarin Julia de Cruyter met Bart Kreeft optreedt. gels welke ook dit jaar weer worden uitgegeven.
IS
r ■
.
1
SS
De hier afgebeelde foto's genomen uit een serie van lien, toonen hoe de Duitsche republiek groote mannen eeren wil.
Een eigenaardige tentoonstelling Mevr. Rika Hopper sehuwd het stadhuis u Amsterdam werd hel nuwelijk van de bekende tooneeispeeister Rika Hopper met den acteur Jac. v. Hoven gesloten. OD
Ter gelegenheid van het 35-jarig bestaan van de amsterdämsche aansprekersvereeniging werd Dinsdag In het gebouw „Odeon" te Amsterdam, een historische tentoonstelling van het begrafeniswezen gehouden. Onze foto Is van de op deze tentoonstelling geëxposeerde begrafenis-costuums ca.' 1800.
Een nieuwe productie van Charlie Chaplin Met zeer veel moeite slaagden de amerikaansche fotografen er in, om den eerstgeboren zoon van Chariie te fotografeeren. Wij stellen u den boy hier voor, nij lijkt uiterlijk wel op zijn vader en heet Charles Spencer Chaplin.
/""Jnsretwijfeld brengt de directie van het *-' theater Flora te Amsterdam, ons altijd wat nieuws. Na het groote succes van „De Zwerver" komt zij met een muzikale sensatie comedie, zoonis het programma luidt, en, als wij ons niet vergissen, is ook deze greep weer een goede. Hallo, Califomie, is het jongste werk van den auteur Jack Junior. Het is een echt Wild-west stuk met cowboys, gouddelvers, kortom, alles, wat bij een dergelijk stuk behoort. De muziek van Jack Presbure is luchtig en vroolijk en de koren zijn werkelijk meesterlijk uitgewerkt. De artisten, die deze 14 tafreelen lange muzikale comedie spelen, zijn allen voor hun taak berekend. Laat ons beginnen met den man, die altijd het meest ons hart bekoort: E mile van Bosch. Nog noodig te zeggen, dat hy het leeuwenaandeel van het succes heeft ? Zijn liederen, die hij zingt, alleen of samen met het schitterende Hille's mannenkoor, worden zoo subliem en zuiver, zoo vol warmte gezongen, dat, op de première, het bisseeren dan ook niet van de lucht was. Onmiddellijk daarna moeten we Bertha Verzwijver en Isidore Zwaaf noemen. De menschen brullen om dit kostelijke tweetal en reeds als ze opkomen, zit het publiek al te gnuiven I Magda van Donk speelt de vrouwelijke hoofdrol. Ze doet het bescheiden, beschaafd, zingt schattig, en ook zij, evenals haar partner Jean Janssens, de jeune premier bij uitnemendheid, heeft een storm van applaus in ontvangst te nemen. Lotte Bartschat zingt mooi en speelt allergrappigst haar rol
van Indiaansche halfbloed. Johan Elsensohn maakt een schitterenden Indiaan, die je niet graag alleen in de prairie zou tegenkomen, en Jan Blok, de sympathieke bariton, geeft ons een koddigen neger te zien. Piette Nuyl is een nobele vader en Math, van Eysden speelt den schurk, zooals een schurk zijn moet. Twee kinderen stelen de harten van het publiek en moesten hun liedje bisseeren. En — last but not least: de koren. Chapeau bas I Zoo iets hebben wij nog niet gezien en gehoord I De zang klinkt steeds zóó mooi: daar kan geen opera-koor tegenop I En de Flora girlsl Nooit hebben wij door Hollandse he meisjes zoo veel, maar vooral zoo goed zien dansen. Toen de directie van Flora de leiding van het ballet aan den heer Frankly heeft opgedragen, wist ze wel wat ze deedl Wat deze balletmeester bereikt heeft met Hollandsche meisjes, is iets buitengewoons. The sioux dance, uitgevoerd door 24 girls, is zoo schitterend, dat we gerust kunnen zeggen: de engelschen doen het niet beter I Frankly is de rechte man op de rechte plaats I Flora girls, doorblijven gaan op den ingeslagen weg f De kapelmeester H. Davids leidt alles met bekwame hand en de regie van Leon Boedel mag er zijn. De costumes en decors zijn allen, zonder uitzondering, bijzonder mooi, vooral de indianenmantels en costuums van de firma Haufmann uit Berlijn, zijn een weelde voor de oogenl We moeten ons erg vergissen, als dat niet PaktTED.
., ,, ■
^mrr OlVtJZD
ßtezeryped verder brengt. Zoo is er een Engelsche onderzoeker (Blair Bell), die door inspuiting van een loodverbinding aanzienlijke resultaten meent bereikt te hebben in hopelooze gevallen. Deze zaak is nog lang niet rijp voor uitgebreide toepassing, maar opent groote mogelijkheden. Veel van het sensationeele nieuws, dat over het kankervraagstuk den laatsiten tijd. in de kranten pleegt te staan, blijkt later waardeloos, maar toch is er zieker in het kankervraagstuk steeds meer. inzicht te constateeren, dat een gegronde hoop voor de toekomst
Wat de dokter zegt Nog iets over gezwellen. Eenigen tijd geLeden vertelde ik u ia het algemeen iets over gezwellen en wees daarbij vooral op het belangrijke onderscheid tusschen goedaardige en kwaadaardige. Ik wil daar dezen keer nog even op doorgaan en iets zeggen over de behandeling der gezwellen. Van de goedaardige is dat eenvoudig. Deze kunnen we door een, meestal eenvoudige, operatie wegnemen en dan is de patiënt er ook blijvend van ai. Maar men ziet direct wel in, dat dit mot de kwaadaardige zoo gemakkelijk niet gaat. Wie weten immers, dat deze in deeerste plaats in de omgevende weefsels groeien, zoodat men niet makkelijk kan nagaan hoeveel er weggenomen moet worden en in de tweede plaats is bekend dat z.g. uitzaaiingen op andere plaatsen in 't lichaam aanwezig kunnen zijn, zoodat 't wegnemen van het eerste gezwel niet afdoende is in, dat geval. Bovendien is het nood lottig als men maar iets van het gezwel laat zitten, want deze rest kan daarna door gaan
f*
n-T
--ven.
No 75847. Deze gracieus »»Ui de schuin over elkaar slaande japon »oor de Matrone is geschikt »oor cedar bruin of oorcelein blauw crépe satijn of marocaine. met mouw strooken en »est »an i»oorkleurige kant. Ber.oodigd »an 100 cm. breede stof 4,50 M.. »an 75 cm. breede kant 45 cm., »an 13 cm. breede kant 1,80 M. No. 75812. Practiscb« Jumperjurk, waarvan een patroon »erkrijgbaar is »oor den leeftijd van 6 tot 12 jaar. Dit model zal aardig staan van'paars, brik rood, of saffier blauw fijne wollen stof, met monogram geborduurd oo hetiakje,»'an Weldon'sstrijkpatroon No. 1441 (orijs 25 cts.). Bensadigd »an 135 cm. breede stof 1,70 è 2 M.. of »an 120 cm. breedte 1,80 ä 2 M. No. 75788. Snoezige eenvoudige meUjesjurk »oor groen of bruin fluweel of fijne wollen stof met liggend kraagje »an beig» georgette of créoê de chine. Een patroon hiervan is »erkrijgbaar »oor den leeftijd van 8 tot 16 jaar. Benoooigd van 68 cm', breed fluweel 2,25 è 3 M.. of »an 135 cm. breede stof 1,50 a 2 M., van 95 cm. breede stof »oor het kraagje 45 cm., lint »oor den strik 90 cm No. 75727. Een chique zwart fluweelen aamiddagjapon met ruime Paneelen aan de taille. Van 90 cm. breed fluweel 4 M., of »an 135 cm, breede stof 2,70.
H. T.. -
DARFÜNX VAN
OoTy
f 2,50
Van deze afbeeldingen, die met toestemming derfirma Weldon Ltd. te Londen.zijn gereoroduceerd, zijn franco per post geknipte patronen »erkrijgbaar, tegen toezending »an f 0.75 en P»ermelding »an het no. aan me»rouw Miliy Simons, 2e Schuytstraat 261, Den Haag^u
o
groeien en ook weer uitzaaiingen tengevolge hebben. Hieruit volgt direct, dat de grootste kans op blijvende genezing be staat, wanneer de lijders vroeg onder behandeling komen; later wordt alles veel moeü/ijker en de kans om alles nog weg te kunnen nemen geringer.. We zien dus, dat operatie lang geen ideale methode van bestrijding der kwaadaardige gezwellen is. De zaak is, dat we van den kanker en andere kwaadaardige gezwellen nog veel tq weinig afweten. Om te beginnen weten we de oorzaak niet. Daarover bestaan wel verschillende meeningen, maar zekerheid is er niet. Veel onderzoekers houden den kanker voor een ziekte, veroorzaakt door levende ziektekiemen, zooals de infectieziekten (tuberculose, diphterie e.d.); deze meening heeft een flinken steun gekregen door de jongste onderzoekingen van Gye, waarover kort geleden zooveel geschreven is. Maar ook Gye wordt al weer hevig bestreden. Verder weten we, dat voortdurende prikkelingstoestanden leankerachtige gezwellen kunnen veroorzaken, door dieren met teerachtige stoffen te besmeren kan men zulke gezwel-
len doen ontstaan. Maar een helder inzicht is er nog lang .niet en we kunnen de oorzaak van den kanker dus niet bestrijden, wat verreweg het beste zou zijn. Het blijft dus zaak Ce pogen den kanker zoo vroeg mogelijk te herkennen en dan onverwijld te gaan behandelen. Behalve operatie is een veel loegepaste bestrijdingsmethode de bestraling met Röntgen- of radiumstralen. Deze hebben n.1. de eigenaardige eigenschap, dat de kankercellen er eerder dood door gaan dan de overige gezonde cellen van het lichaam. Maar men ziet zoo al wel in dat het lastig moet zijn alle kankercellen te vernietigen en de overige lichaamscellen niet te beschadigen. Toch is het een zeer waardevol hulpmiddel in de kankerbestrijding, Operatie en bestraling waren tot voor kort eigenlijk de eenige behandelingsmethoden van den kanker. Maar de uitkomsten zijn nog lang niet bevredigend en het is niet te verwonderen, dat een heel leger van onderzoekers zich met het kankervraagstuk bezig houdt. En het moet geaegd, al zijn we er nog lang niet, telkenmale wordt er iets gevonden, dat een sttxp
tflüwi geneesten v&tftaaä dejiuid
7
/lC 3i/doeénefwor/iaar<jerioeaen veac
BI] een goed verzorgd uiterlijk behoort een goed verzorgde kleeding ; door een hoogst eenvoudige bewerking kan Uw goed er thans steeds uitzien alsof het door vaklieden speciaal was gereinigd. Het is werkelijk waar! Elke week een kwartier en Uw ondergoed, japonnen en blouses zullen er frisch, nieuw en "correct" uitzien, indien U Lux gebruikt. Het groote nadeel van de gewone wasch is de last die U er van heeft. U kookt, boent en wrijft het goed, het duurt lang eer U het schoon heeft en het weefsel heeft veel te lijden. Dit veroorzaakt snelle slijtage en scheuren en gaten zullen zeer spoedig optreden. En toch — moet al het vuil geheel verwijderd worden. Het geheim van het wasschen van kleederen in Lux ligt in het verrassend effect dal
7
met een uiterst eenvoudige bewerking wordt verkregen. De vlokjes lossen onmiddellijk en volkomen in heet water op en geven een heerlijk vet sop dat op zachte wijze alle vuildeeltjes verwijdert uit de artikelen welke U er mede reinigt. Door het koopen en gebruiken van een pakje Lux, leert U hoe gemakkelijk
het is om de kleine onderdeelen van Uw toilet correct en elegant te houden. Een pakje Lux — het kost slechts 30 cent — is het aangewezen artikel voor gemakkelijk gebruik, hetzij wanneer U uit logeeren of wanneer U thuis zijt. Het zal alles doen wat op de gebruiksaanwijzing staat en heeft een uiterst handig formaat. Weinig dingen zijn zoo noodzakelijk als zeep! Doch geen twee zéepen zijn gelijk. Er zijn veel goede soorten, doch Lux — zuiver, eenvoudig, billijk en handig — is iets aparts. Het bevat geen chemische bestanddeelen die krimpen of verschieten zouden kunnen veroorzaken. U is veilig wanneer ü Lux gebruikt. Zorg dus dat U nooit zonder zijt. De Lever's Zeep Maatschappij, Vlaardingen. LI77-13
■
■
■
■
r
■■■
■
AndanXe.
eE
i m y\^^ m m
Ik zmd een klein de..Jicht..je...
«=* ^
#
hgi^d
voji
jou/,
zoet JLTS jè ge.. zicht.je... ik hond
Zöö
ya^n
^^JMJMJ'JTir
Ik
vant a.l..Jer.Ma?ijte meiS.-je,
Ik
'J^irTTr ^
o
tsÄ ïJJߣ
j- iJ > i ^ p r p i r ^ traan. tie.
rayi
^^
r> o
r
va.«
f rr r
er vatteenéeruaain
s ^P
P
pp
^
mm $m±
/vita/uC.
f-) f KI
^
ik luyi'd vatj Jok/'
Ik zing een klein gedichtje. Ik houd van jou. Zoo zoet als je gezichtje. . Ik houd van jou.
ion/,
i W^t
^^
how/d
fUK4- za£t.
Ik ki^ ki|K_ intkoe.le wua\..\\e ik houj VBM
|ÖU/.
^
Ik
jou/.
LéenAXntcUA. geuoeZoot.)
j ï g )h'
^
^ rir r r c Ü£j^r r—t—r ^ 11 i|J ÜET ^
speel een Sim..pel vvïj5...je... ik houd_\f&M____^ jow,
[
n r J
MUZIEK VAN FRANZ GOETZE
IMP3B3L 3LÏEÖJ3S
WOORDEN VAN LU1GI DI FRAEN
ik
Ik speel een simpel wijsje. Ik houd van jou. Van 't allermooiste meisje. Ik houd van jou.
Üi
höivd vctn
Ik kijk Ik Er valt ik
in 't koele maantje. . houd van jou. een eenzaam traantje houd van jou!
HAALT DE WERELD IN UW HUI :
M
PHILIPS „MINIWATT Redactie en Administratie: Galgewater 22. Leiden, Telefoon 760 ^^^^^m
^^^^^_
Verschijnt wekelijks - Prijs per kwartaal £ 1