1
INHOUDSOPGAVE Pagina 1 Pagina 2 Pagina 3 Pagina 4 Pagina 5 Pagina 6 Pagina 7 t/m 13 Pagina 13 t/m 14 Pagina 15 t/m 17 Pagina 18 Pagina 19 t/m 20 Pagina 21 Pagina 22 Pagina 23 Pagina 24 Pagina 25
-
Voorblad. Inhoudsopgave. Van uw voorzitter. Verslag wijnwedstrijd. Van de redactie. Tussenstand interne competitie na ronde 18. Verslag externe partijen Pion 1. Verslag externe partijen Pion 2. Verslag externe partijen Pion 3. Externe partij Raymond Altman; Bijdrage penningmeester. Clubgenoot doorgelicht: Martha vd Berg en Jos Hillebrand. Ratinglijst per februari 2011. De column van Ko Lum. De prijspuzzel. Tips en weetjes. Colofon; Verjaardagslijst.
2
Van uw voorzitter Sinds kort heb ik een bril, voor als ik lees of schrijf. Dat is nog even wennen. Er is veel gebeurd de afgelopen periode. Allereerst kunnen we terugblikken op een bijzonder geslaagd Kees Besselink Toernooi met 51 deelnemers. In de A- poule waren sterke spelers vertegenwoordigd. Dirk Goes had het in deze poule moeilijk om zijn hoofd boven water te houden. Hij eindigde als tiende. Ook in de B- en C-poule viel het voor de Pionezen niet mee. Johan de Lange werd als best presterende Pionlid vijfde in de B-poule. Datzelfde gold voor Dik Blokland in de C-poule. Als ‘oude rotten in het vak’ hadden Henk Enserink als gastheer en Harrie Boom als wedstrijdleider voor een vlekkeloos verloop van de dag gezorgd, met als noviteit en tevens sluitstuk van de prijsuitreiking een ‘’live’ verbinding met Kees Besselink zelf. Op deze wijze was hij toch even bij ons. Maar er was nog meer: Gerard Paradies als portrettist tussen de schaakborden, een heerlijke Braziliaanse maaltijd van Mariliz met muzikale omlijsting, de simultaan van Eddy Sibbing tijdens de avonduren en bijzondere prijzen, zoals een simultaan tegen Giri, Anand of Timman. Kortom, we kunnen met tevredenheid terugkijken op een geslaagd toernooi, waarbij ook de inzet van Jaap, Boor en Carin niet onvermeld mag blijven. Jaap vanwege zijn tijdrovende inspanningen om het toernooi via verschillende ‘kanalen’ bij een breed publiek kenbaar te maken via flyers en email adressenbestanden. Boor en Carin voor het vastleggen van het toernooi met maar liefst meer dan tweehonderd foto’s. Een enorme uitbreiding van het foto-archief van onze schaakvereniging! Na het Kees Besselink toernooi volgde al snel de Wijnwedstrijd op de laatste dinsdag van het jaar. Het was een bijzonder gezellig gebeuren met opmerkelijke taferelen op de borden, achter de borden en aan de bar. Vervolgens stond de maand januari voor de deur. Voor schaakliefhebbers de maand van hét schaaktoernooi van Nederland waar velen zich als deelnemer of toeschouwer op verheugen: het ‘Tata Steel Chess Tournament 2011’. Deze editie waren twaalf Pionezen achter de borden te vinden. Marcel Roelofs werd maar liefst eerste in zijn poule. Henk Enserink, Harrie Boom en Hans Redel werden tweede in hun poule. Dat mag toch een niet onverdienstelijke prestatie worden genoemd. En dan onze externe en interne competities. Hoe hoopgevend waren mijn woorden over de externe verrichtingen van onze teams in de voorgaande editie van De Pionier. De balans opmakend blijft alleen ons eerste team overtuigend overeind staan met een ongeslagen status en een voorlopige tweede plaats. Ons tweede team heeft na een goede start drie wedstrijden op rij verloren en staat op de vijfde plaats. Laten we hopen dat de laatste twee wedstrijden met succes kunnen worden afgesloten. Ons derde team grossiert helaas in zware vernietigende nederlagen. Dat de laatste drie wedstrijden in totaal 3.5 bordpunten hebben opgeleverd spreekt boekdelen. We richten onze hoop op de resterende wedstrijden, anders is degradatie naar de vierde klasse moeilijk af te wenden. Wat betreft de interne competitie: daarover vindt u elders in het blad een verslag. Er gebeurde nog meer dan schaken. Zoals in het normale leven hebben we ook op de club te maken met verdrietige en heugelijke gebeurtenissen. Ons bereikte het bericht dat Hubert Bergman op 3 december is overleden. Hij is twee jaar lid geweest van De Pion. Mooi nieuws is dat Bert Rietveld op 1 februari 94 jaar is geworden, bijna even oud als onze vereniging. Met een uitgebreide brief, een citaat en een drankje heeft hij ons deelgenoot gemaakt van deze bijzondere gebeurtenis. Ik denk dat ik namens alle leden mag zeggen: “Bedankt Bert, nog veel gezonde jaren en schaakplezier!”. Tot slot, kan ik u melden dat in januari een besturenoverleg heeft plaatsgevonden met ES’80. De voorbereiding van de overstap naar Torendael verloopt naar tevredenheid van beide
3
besturen. In de volgende editie van De Pionier of in een aparte nieuwsbrief zullen we u daarover nader informeren. Het lijkt allemaal ver weg, maar tegelijk ook dichtbij. Dat is lastig focussen met of zonder bril. Raymond Altman
De Wijnwedstrijd Dit jaar telde de Wijnwedstrijd maar liefst 28 deelnemers. In hoeverre het weer van invloed was op deze hoge opkomst, weet ik niet. Ik hoop eigenlijk stiekem niet zoveel. Als wedstrijdleider mocht ik zeven poules van vier spelers aan het werk zetten met verschillende varianten van het schaakspel: ‘Dubbelschaak’, ‘Fisher Random’ en ‘Fort Schaken’. Ook al kon ik als nummer 29 niet zelf meespelen, de pret voor mij was er niet minder om, want er viel veel te zien en te horen. Rond elven kwam Jos binnen wandelen, ruim op tijd voor de muziekquiz. Naast alle schakers waren er ongeveer vijftien overige genodigden via Joop en Mariliz, waardoor de bar toch zeker door zo'n 45 mensen werd bezocht. Het schaakonderdeel verliep vlot en ontspannen, evenals de prijsuitreiking. Het “Franse thema” was prima verzorgd met wijn, diverse kazen en beenham. Hetzelfde gold voor de muziekquiz, waarbij overigens niet alleen Franse nummers ten gehore werden gebracht. Ik had de indruk dat de meeste mensen het deze avond naar hun zin hebben gehad. Zo vertrok Hans Looman lachend met de mededeling dat hij het toch heel gezellig had gevonden, vond het pas rond 2 uur in de ochtend vertrekkende viertal van Tal/DCG het een geslaagde avond, zag ik Martha enkele danspasjes uitvoeren, werd er enthousiast meegedaan aan de quiz, maakte Bakri Babiker rond half één enkele mislukte foto's aan de bar, betrapte ik Herbert op het toilet met beenham en zei Harrie rond één uur "ik vind het wel gezellig zo…." . Pas om half drie verliet ik het pand. Binnen dreunde de jaren '80 muziek nog gewoon door. Toen ik voor de deur op dat tijdstip van de nacht deze muziek hoorde, dacht ik bij mijzelf’: ‘het is toch wel een bijzonder clubje mensen’. De ‘day after’ belde Udo Hoogervorst me nog op om te vertellen dat hij snipverkouden was en daarom niet naar de Wijnwedstrijd had kunnen komen. Leuk dat hij even belde. Raymond Altman
4
VAN DE REDACTIE Hoewel het nieuwe jaar alweer een eindje op gang is gekomen wil ik namens de redactie van De Pionier eenieder een vooral gezond maar ook een succesvol (schaak)jaar toewensen. Voor u ligt de eerste uitgave van De Pionier van 2011 en we hopen dat u het blad met veel plezier zult lezen. Persoonlijk vond ik het logo van De Pion zoals dat in het verleden het voorblad sierde kracht en herkenning uitstralen, dat is de reden dat vanaf dit nummer ons logo weer prominent het (voor)blad zal sieren. Naast de bekende rubrieken “Van uw voorzitter; Van de redactie; De column van Ko Lum” en de interne en externe verslagen van de competities zult u ook wat nieuwe items tegenkomen. Zo zal vanaf heden in elk blad een prijspuzzel worden geplaatst, degene die aan het eind van het seizoen er in is geslaagd de hoogste score aan juiste antwoorden te hebben aangeleverd zal worden beloond met een mooie schaakprijs! Deze prijs wordt beschikbaar gesteld door het bestuur en zal worden uitgereikt tijdens de traditionele jaarvergadering medio september 2011. Verder de nieuwe rubrieken “Tips en Weetjes” en “Clubgenoot doorgelicht”, waarbij één van onze leden wat meer van zichzelf laat weten dan algemeen verondersteld bekend te zijn bij ons. In dit nummer trappen Martha van de Berg en Jos Hillebrand af. Natuurlijk kan een clubblad niet “leven” zonder inbreng van de leden. Heeft u een boeiend verhaal of een wereldpartij gespeeld of een schitterende schaakanekdote te vertellen, schroom niet dit naar het bekende e-mailadres te versturen en wij zullen er voor zorgen dat het in het eerstvolgende clubblad wordt geplaatst. Tenslotte moet De Pionier in hoofdzaak er voor én door de leden zijn. Tevens zou ik 1 van onze topspelers eens willen uitdagen om een partij die zij tegen 1 van onze leden heeft gespeeld in te zenden voorzien van een uitvoerige analyse, dit zal zeker door de overige leden op prijs worden gesteld. Tenslotte: de volgende Pionier zal half april 2011 verschijnen, dit betekent dat het aanleveren van kopij mogelijk is tot uiterlijk 5 april 2011. U leest het al, ook in 2011 blijven we vernieuwend bezig en in beweging en als dat de trend voor onze vereniging in dit jaar wordt voorzie ik vele, vele successen. Ruud
5
De tussenstand interne competitie na 18 ronden. (van onze speciale interne competitieverslaggever.) Aan de kop van de ranglijst is er eigenlijk niet zo gek veel veranderd t.o.v. het vorige verslag. Toen was Joop Reiber de koploper en Jos Backer 4de, zij hebben nu van plaats gewisseld, hetzelfde geldt voor Dirk Goes en Frits Veenstra. Verder heeft Henk Enserink zich goed hersteld van zijn zwakke start en vallen de goede resultaten van Kees Berghuis op. In de B-groep blijft Willem Muts het goed doen en lijkt op weg de titel te pakken, zijn achtervolgers laten op beslissende momenten teveel steken vallen. Zoals het nu gaat kan hij nog enige concurrentie verwachten van het 4-tal Boor Fekkes, Harrie Boom, Harold vd Laan en Ruud Jagerman. In de C-groep heeft Hans Looman nog steeds de touwtjes in handen maar rustig achterover leunen is er nog niet bij, Hans zal nog wat resultaten moeten boeken alvorens hij zich tot kampioen van de Cgroep kan laten kronen. Geert Renkema heeft zich prima opgewerkt en staat nu fraai 2de. Anton vd Eyden mag zich tot nu toe remisekoning noemen met inmiddels 7 vredelievende partijen.
1 Backer,J. 2 Goes, D 3 Veenstra, F 4 Reiber, J 5 Berghuis, K 6 Enserink, H 7 Lange, J.de 8 Muts, W 9 Eyden, A.vd 10 Jagerman, R 11 Fekkes, B 12 Muiser, P 13 Plantfeber, H 14 Laan, H.v.d. 15 Boom, H 16 Pampus, C.v 17 Blokland, D 18 Schegget, E.ter 19 Keijzer, R 20 Redel, H 21 Looman, H 22 Diependaal, G 23 Hillebrand, J. 24 Kreek, J de 25 Paijmans, W 26 Renkema, G 27 Roelofs, M 28 Noback,G. 29 Giesen, C 30 Babiker, B 31 Kooij, T 32 Krijthe, H 33 Altman, R. 34 Ansink, R 35 Rietveld, L 36 Vos, R 37 Fikkens, J 38 Berg, M.vd
2 8 4 5 8 13 5 4 7 5 7 4 1 4 4 7 6 4 4 5 6 5 5 6 3 8 4 3 7 3 3 2 5 3 2 4 3 1
2 3 3 4 0 0 4 5 7 5 3 4 2 2 6 5 0 3 2 1 1 3 1 0 1 1 2 1 1 0 3 1 0 0 1 0 3 2
0 0 0 2 2 6 3 4 3 5 5 4 4 4 5 6 9 5 5 3 8 6 7 4 3 6 3 6 7 1 9 5 9 5 4 8 13 13
2 0 1 1 0 1 0 0 0 0 0 0 0 0 0 1 0 1 1 0 1 2 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 1 0 0 0
6 11 8 12 10 20 12 13 17 15 15 12 7 10 15 19 15 13 12 9 16 16 13 10 7 15 9 10 15 4 15 8 14 8 8 12 19 16
2028.4 2011.9 1928.6 1724.8 1540.3 1410.4 1376.8 1372.8 1318.4 1317.0 1196.4 1195.2 1192.3 1162.3 1144.3 1094.0 1002.8 987.4 952.2 934.1 923.8 857.4 853.1 850.0 760.5 732.4 669.5 660.3 651.8 642.2 628.9 616.1 570.6 564.3 536.0 528.3 495.0 375.2
1915 1963 1876 1796 1758 1792 1717 1646 1663 1602 1599 1681 1675 1593 1565 1595 1536 1558 1528 1567 1445 1504 1503 1507 1499 1438 1326 1407 1281 1238 1313 1287 1267 1227 1102 1200 1221 999
6
(172.9) (179.4) (166.5) (150.7) (142.0) (149.8) (131.8) (112.7) (117.4) (100.5) (99.7) (122.3) (120.7) (98.1) (91.1) (98.7) (84.9) (89.5) (83.3) (91.6) (70.9) (79.1) (79.0) (79.6) (78.3) (70.0) (60.1) (66.7) (57.6) (55.7) (59.3) (57.9) (56.9) (55.3) (52.0) (54.4) (55.1) (50.0)
Pion 1 mag niet over geluk klagen Nipte overwinning op Pegasus 1: 4,5 – 3,5 Letterlijk in de laatste seconde van de thuiswedstrijd tegen Pegasus 1 lachte het geluk ons toe. Breed grijnzend en enorm opgelucht nam Ernst de felicitaties van zijn teamgenoten in ontvangst. Onze achtste bordspeler móest winnen om de volle buit binnen te halen en geconcentreerd spelend kweet hij zich prima van die taak. Opnieuw een 4,5 – 3,5 overwinning voor het eerste achttal dankzij een fatale blunder van de zwartspeler. Maar wat heeft het weinig gescheeld, dinsdag 9 november. Frits ging in gierende tijdnood deze keer niet door zijn vlag, maar vluggerde koel naar de winst. Dik verzeilde in een bedenkelijke stelling, maar kreeg een stuk in de schoot geworpen en alle problemen waren prompt voorbij. En gelukkig voor Ernst en heel Pion 1 was de laatste zet van zijn tegenstander een reusachtige bok, waardoor mat in twee niet meer was te vermijden. Dat waren drie punten! Alleen op de maximale bijdrage van invaller Carel viel niets aan te merken, solide van meet af aan. De pijnlijke nederlaag waarmee het afgelopen seizoen werd besloten – jawel, tegen Pegasus 1 - was (een beetje) weggepoetst. Hieronder alle bordresultaten, waarbij zij opgemerkt dat Henk, in verband met de afwezigheid van Jos, wederom aan het eerste bord te vinden was (aardig detail: beide spelers hadden exact dezelfde rating: 1859): Henk Enserink ( bord 1): ‘Ik heb vorige week nog van Hans Looman verloren’, probeer ik nog bij teamleider Johan de Lange. ‘En twee weken eerder had ik moeten verliezen van Ernst ter Schegget.’ Ernst, die naast me staat knikt, maar het helpt niet. Ik word bij afwezigheid van Jos Backer wederom naar het eerste bord gedirigeerd. Een draak, de tweede keer in mijn leven dat ik een draak speel. Het gaat een stuk beter dan tegen Hans, maar ergens tast ik mis. Je had de kwaliteit op c3 moeten geven, zegt Joop Reiber monter. Een heus offer nog wel. Dat ontgaat mij zelden Maar St. Joris is koppig genoeg om door te vechten. Wie een draak tegen mij wil in de interne competitie, kan hem krijgen. Desnoods een draak van een partij.’ Frits Veenstra (bord 2): ‘Na een langzame opening in een gesloten damegambiet kreeg ik mijn twee torens op de open c-lijn. Na ruil van één paar torens probeerde zwart verwarring te zaaien door met zijn dame opportunistisch op de achterste lijn binnen te dringen. Diagram: wit Kh2, De5, Tc3, Pf3, Ld3 pionnen a3, b2, d4, f2, g2, h3 zwart Kg7, Dd1, Tf8, Pe8, Ld5 pionnen a7, b6, e6, f7, g7, h6 Zwart aan zet en dreigt 26 …, Lxf3; 27. gxf3, Dxf3 – ware het niet dat zijn dame dan in het aftrekje Lh7+ staat. Dus volgde 26 …., Kh8; 27. Lc2, Da1? Beter is Df1 28. Tc8!, Dxa2? Met 28. …., Lb7 29. Tb8, Dxb2 30. La4, Lxf3 31. gxf3, Dxf2+ had wit naar een eindspel met vier pionnen voor een stuk kunnen gaan. Maar er volgde 29. Db8!, Lxf3 30. Txe8, Dxc2 31. Txf8+, Kh7 32. Th8+, Kg6 33. Dg3+, Kf6 34. Dxf3+, Ke7 35. Db7+, Kf6 36. Tf8, Kg6 37. Dxf7+, Kh7 38. Tg8, Dg6 39. Th8+ en deze stelling bleef een half uur op het bord staan, omdat mijn tegenstander af wilde wachten wat zijn teamgenoten deden en ik nog maar 50 seconden op de klok had. Een zeer begrijpelijke houding van hem; aan zo’n teamspirit kan de Pion soms een voorbeeld nemen. Ik begreep dan ook zijn teamleider niet die hem na een half uur verzocht verder te spelen, waarop mijn tegenstander zijn koning omlegde.’
7
Joop Reiber (bord 3): ‘Koningsindisch met zwart, waarbij ik de hele partij in het defensief was en met sommige stukken twee of drie keer achter elkaar moest spelen. Ik had geen grip op het spel, zat niet echt in de wedstrijd. Juist toen wit dacht een pion te kunnen winnen, kon ik met een venijnige tegenzet ook een pion veroveren. Dankzij die tactische manoeuvre hield ik waarschijnlijk een iets beter eindspel over, maar omdat ik naar mijn gevoel niet lekker in de wedstrijd zat bood ik remise aan.’ Dik Blokland (bord 4): ‘Na mijn e4 stuurde mijn tegenstander met Pf6 aan op de Russische Verdediging. Daar had ik niet veel zin in, want ik vermoedde dat hij dat heel behoorlijk zou kennen. Speelde om dat te vermijden Pc3. Bij de hierna volgende zetten kon ik ineens zomaar een pionnetje roven. Ik kon niet vaststellen of er sprake was van een bewust offer en liet die gelegenheid dus maar niet aan me voorbijgaan. Kreeg daarna wel allerlei aanvalsspel over mij heen, maar dat werd pas lastig toen ik een eenvoudiger voortzetting miste. Ik zag het, bij groeiende tijdnood, somber in. Inmiddels was een witte vrijpion aan een gevaarlijke opmars begonnen en er dreigde promotie met mat op de onderste lijn! In de haast zette mijn tegenstander zijn toren neer op het promotieveld dat helaas voor hem door mijn loper bestreken werd. Weg toren. Tot mijn opluchting (ik had nog maar een paar minuten te spelen…) gaf hij meteen op. Ik was na afloop zeer voldaan dat ik mijn eerste punten voor het eerste gepakt had. Helemaal toen ik later ontdekte dat mijn tegenstander op papier de sterkste van het hele team was geweest en met zijn rating van 1860 zelfs 275 Elo-punten meer had dan ik. Het lijkt erop dat de ratingprijs dit seizoen voor mij is!’ Paul Muister (bord 5): ‘Ik ben volledig uit vorm, alhoewel ik deze partij goed uit de opening kwam. In het middenspel verscheen er een wit paard op d5. Dat paard bleek onaantastbaar! Ik moest denken aan Vondel (Een koninkrijk voor een … paard, maar dat is een eigen variant). Ik raakte vervolgens de draad kwijt. Het ging van kwaad tot erger – een bekend patroon, de laatste maanden. Na een zet of 50 boog ik het moede hoofd, wederom een punt armer.’ Carel van Pampus (bord 6): ‘Als de tegenstander niet écht in volle concentratie kan komen, heb je een makkie… Ik trof zo’n tegenstander. Hier het partijtje: 1. e4 e5 2. Pf3 Pc6 3. Lc4 Le7 4. Pc3 d6 5. h3 Pf6 6. 0-0 0-0 7. Te1 a6 8. a4 Ph5 9. Pd5 Pf4 10. Pxf4 exf4 11. d4 Le6 12. d5 Pa5 13. Ld3 Lxh3 14. gxh3 b6 15. Lxf4 Pb7 16. Kh2 Dd7 17. Tg1`Kh8 18. Tg4 f6 19. Pd4 g5 20. Le3 Tf7 21. Pf5 Lf8 22. Ld4 Le7 23. Txg5 h6 24. Tg6 Th7 Pxe7 en zwart geeft op, 1-0 Johan de Lange (bord 7): ‘Wat een narigheid. In een Scandinaviër volgde ik een verkeerd plan. Wit rokeerde tot mijn verrassing lang (!) en daar reageerde ik niet alert op. De wedstrijd een andere draai geven, dat lukte me niet en ik kwam er vervolgens niet meer aan te pas. Verloor een stuk, nóg een stuk (zelfvertrouwen) en kon opgeven. Een potje om snel te vergeten, zou Paul zeggen. Ik zal m’n best doen.’ Ernst ter Schegget (bord 8): Voor mijn debuut in het eerste van de Pion had ik me met wit voorbereid op openingen met e2-e4. De eerste zet van mijn tegenstander, d6, kwam voor mij toch als een verrassing. Goed, de voorbereiding kon de prullenbak in. Al in de opening kreeg ik een prettige stelling. Na wat wederzijds gemanoeuvreer had ik al aardig wat tijd verbruikt, toen Johan mij op de stand wees: die was niet goed voor ons. Ik moest dus volop voor de winst gaan. Ik kreeg een gevaarlijke aanval. In de tijdnoodfase miste ik, onder toeziend oog van vriend en vijand, eerst stukwinst en koos vervolgens voor een bedenkelijk paardoffer. Gelukkig overzag mijn tegenstander een mat in twee: punt binnen en de wedstrijd gewonnen.’ Johan de Lange
8
Pion 1 haalt fors uit tegen Caïssa 11: 2-6 Henk Enserink filosofeert over zijn eeuwige probleem: het remiseaanbod Zo, die klus zit erop! In een uitwedstrijd op 7 december werd tegen het nog puntloze Caïssa 11 de volle buit binnengehaald, 2-6. Toch kwam de zege allesbehalve vanzelf tot stand. Tekenend was de compromisloze wijze waarop de twee teams elkaar in de haren vlogen. Het woord remise werd in geen enkel woordenboek aangetroffen, en zo hoort het natuurlijk ook. Na drie ronden heeft De Pion 1 zich nu goed bovenin de tweede klasse B genesteld met 6 matchpunten en 15-9 als 'doelsaldo'. Alleen Fischer Z 2 kan betere cijfers overleggen. Daarmee hebben we meteen de enige concurrent genoemd die ons de weg naar promotie zou kunnen versperren. Het rondje langs de borden (voor de eerste keer in de 'normale' opstelling): Jos Backer (bord 1): 'Een Siciliaanse partij, waarbij na wat afruilen zwart met zijn dame op pad ging. Na verdedigend voorwerk werd de zwarte dame teruggedrongen en na een foutje van zwart verloor deze een pion. Hij werd wel weer terug gewonnen, maar de witte vrijpion op de d-lijn bleek uiteindelijk te sterk. Zeker nadat de witte koning de zwarte damevleugel was binnengedrongen. Een vol punt.' Frits Veenstra (bord 2): 'Een moeizame partij (Scandinavische verdediging) met 3. Lb5 schaak. Mijn tegenstander liet na 4. c4 te spelen. Wel trok hij zijn witte loper terug naar b3, waar ik hem kon afruilen tegen een paard. Door deze manoeuvre had ik de hele partij licht het initiatief met een weinig voordeel. Dat kwam helaas niet direct uit de verf, totdat mijn tegenstander in het eindspelkwistig met pionnen begon te strooien. Met twee vrijpionnen kon ik uiteindelijk alsnog de overwinning veiligstellen.' Joop Reiber (bord 3): 'Een moeilijke laveerpartij, waarbij de witspeler de hele avond beter stond. Lange tijd probeerde ik een stukoffer te brengen, maar ook heel duidelijk zag ik dat er onvoldoende compensatie was. Alles wat geruild kon worden, zwiepte de zwartspeler van het bord. Na enkele remiseaanbiedingen van mijn tegenstander kon ik in zijn tijdnood een dame winnen. Daarmee was het pleit beslecht.' Henk Enserink (bord 4): 'Bij het binnenkomen van huize Lydia aan het Roelof Hartplein voel je onmiddellijk de aantrekkingkracht van een club als Caïssa: hier heeft schaken de grandeur die het verdient, alles ademt dat schaken leuk is. Opgewonden mensen en zacht geroezemoes wekken de suggestie dat wie niet schaakt een loser is. Er hangt een prettige spanning in de lucht die wacht op ontlading. Drie en een half uur later is aan mijn bord ons edele spel teruggebracht tot haar rauwe essentie: twee verhitte mensen tegenover elkaar met de overblijfselen van de strijd zichtbaar voor hun neus, terwijl het in hun hoofd nog flink spookt.. Bijna al onze tijd is verbruikt, de klokken zijn stil gezet en het slagveld wordt met gemengde gevoelens overzien. Ik word gefeliciteerd met mijn ‘prachtige’ overwinning op een manier die doet denken aan Co van Heerwaarden. ‘Maar een biertje krijg je niet van me, je hebt bijzonder onsportief gespeeld’, klinkt het boos. De stukken bergt hij beheerst op in het doosje, dat dan weer wel. Vroeger raakte ik steevast onzeker door een dergelijke reactie. Zat er een kern van waarheid in die meestal gesnauwde bewering? Nu het me soms meerdere keren per maand overkomt, door omstandigheden die ik hierna zal toelichten, haal ik mijn schouders op. ‘Zal ik dan maar een biertje halen?’ lag me nu sportief zelfs op de lippen. Desalniettemin ga ik me hier toch publiekelijk voor verantwoorden, omdat het door mijn
9
wankele spel dit seizoen een patroon begint te worden. Want wat gebeurt er? In het vroege middenspel laat ik steken vallen, die met enig geluk in het late middenspel soms geneutraliseerd worden. Wat resteert is een ongeveer gelijke stand met een teleurgestelde tegenstander die mismoedig remise voorstelt. Tot zover alles in het normale. De ellende begint wanneer ik het remiseaanbod weiger. Dan blijkt het aanbod eigenlijk een eis te zijn en de weigering ervan een buitengemeen onfatsoenlijke daad. Tegenstanders eisen remise. Psychologisch snap ik het wel. Ze stonden goed tot voortreffelijk en kijken nu door eigen gepruts tegen een ongeveer gelijke stelling aan. Ik mag dankbaar zijn dat ze me een halfje aanbieden, ik moet hen dankbaar zijn. Het is discutabel wanneer een stelling in evenwicht is, en erg afhankelijk van de inschatting die je maakt. En die hangt weer af van onder andere je kennis en je vaardigheden. Zo zijn sommige mensen heel goed in toreneindspelen en zijn anderen levengevaarlijk met paarden. Mijn tegenstander vond dat hij nog steeds beter stond omdat hij het loperpaar had, terwijl ik meende dat in een stelling met elk vier pionnen op de koningsvleugel een combinatie van paard en loper de voorkeur verdient. Eddy Sibbing moet maar zeggen wie er gelijk heeft. Maar waar het om gaat is dat zijn vermeende superioriteit in deze stelling het voor hem des te onbegrijpelijker maakte dat ik doorspeelde. ‘Dit staat toch technisch bekend als een remisestelling’, deed mijn tegenstander aan de bar nog een poging om zijn boosheid te rechtvaardigen. Ik wist het niet en ik was er nog minder zeker van of hij de techniek ervan wel beheerste. Dat mag je uittesten, vind ik, al was het alleen maar om je eigen eindspeltechniek te verbeteren. Naar mijn smaak wordt vaak veel te vroeg besloten dat er niets meer in de stelling zit. Bij het weigeren van een remisebod wordt mij ook wel verweten dat ik mijn tegenstander door de vlag probeer te jagen, zelfs als er nog meer dan een half uur speeltijd overblijft. Ik probeer in alle oprechtheid alleen maar te schaken. En natuurlijk hoop ik daarbij op foute keuzes van mijn tegenstander. Iemand verleiden tot foute zetten lijkt mij bij ons spel een geoorloofde strategie. Bij het afslaan van een remiseaanbod neem ik bovendien het risico van een vette nul op de koop toe. En zeker in mijn geval is die nul een reëel gevaar. Want in de drang om te winnen en de veel te positieve inschatting van de stelling neem ik vaak onverantwoorde risico’s, doe ik zelf foute zetten. Tot mijn opluchting krijg ik daarvoor maar zelden de rekening gepresenteerd. Wanneer een stelling in evenwicht blijft? Daar valt nog minder zinnigs over zeggen. De ervaring leert wel dat mensen die net een voorsprong uit handen hebben gegeven kwetsbaar zijn en makkelijk fouten maken. Zo gebeurt dat in de wedstrijd tegen Caïssa 11 ook, twee zetten na het geweigerde remisebod win ik simpel een pion. Ik vind er niets mis mee om daarop te speculeren. Na een kwartier trekken de meeste tegenstanders gelukkig bij, ook hier in huize Lydia. In de nazit krijgt schaken weer allure. De grandeur van de hoge ruimte met ruime erkers, die aan een grand café doet denken, straalt af op de beoefenaars van het spel. Ik drink nog een biertje met Joop Reiber. Volgende week dinsdag staat er voor mijn volgende tegenstander ten minste één stelling op het programma die rijp is voor een remisebod: de beginstelling. Volkomen in evenwicht, toch?' Paul Muiser (bord 5): Na zijn derde externe nul en enige gezondheidsproblemen even een kleine radiostilte. Paul zou zeggen: 'Geen commentaar.'
10
Dik Blokland (bord 6): 'In de Franse opening speelde ik met zwart een beetje te voortvarend, waardoor mijn tegenstander het initiatief snel kon overnemen. Om nog enigszins spel te krijgen, offerde ik een pion, maar dat maakte de zaak er niet beter op. Later won ik hem met een gelukje weer terug en remise zat er toen weer in. Met groeiende tijdsdruk kwam ik daarna helaas met wat mindere zetten en dat kostte me de partij. Na de uitschieter van de vorige externe wedstrijd een matige prestatie deze keer.' Johan de Lange (bord 7): 'Een weerbarstig potje! Hoewel ik vrijwel de gehele wedstrijd het gevoel heb het spel te dicteren, ziet zwart (gelukkig) een niet ongevaarlijke tegenstoot over het hoofd. Na deze meevaller kom ik steeds beter te staan, dreig op de c-lijn binnen te vallen, win een kwaliteit en hoef in wederzijdse tijdnood alleen maar rustig te blijven. En af te wikkelen naar een straal gewonnen eindspel. Dat laat de zwartspeler zich niet bewijzen en met de vlag op vallen geeft hij op.' Ernst ter Schegget (bord 8): 'Met zwart kreeg ik een Siciliaanse draak op het bord. Op zet negen had ik kort gerokeerd. Na minder sterk spel kreeg ik een aanval op mijn koning te verduren. Op de negentiende zet was de situatie van voor mijn rokade hersteld: de toren stond weer op h8 en de koning op e8. Dit verraste mijn tegenstander blijkbaar compleet, want hij zag af van verdere aanvallen, verspeelde een paar zetten later een pion en de zet daarop deed hij zijn dame in de aanbieding. Die heb ik dankbaar aangenomen. De Caïssaan gaf toen meteen op. Soms zit het mee.' Johan de Lange
Kraker tegen Fischer Z 2 gaat beslissen over promotie Ook Probleem 3 opgerold door ontketend achttal Pion 1: 6-2 Met nog twee ronden voor de boeg gaat Pion 1 fier aan kop van de tweede klasse B. De tussenstand na vier ronden mag er zijn: vier gespeeld, 8 match- en 21 bordpunten. Naaste belager Fischer Z 2 bezit weliswaar twee matchpunten minder, maar heeft de lastige uitwedstrijd tegen Pegasus 1 nog te gaan. Bordpunten hebben ze volop: 20. Aan een eventueel gelijkspel op maandag 28 maart tegen het team dat op de Prins Hendrikkade resideert, zal Pion 1 dus hoogstwaarschijnlijk niets hebben. Maar laten we niet te veel op de zaken vooruitlopen. Eerst maar even de persoonlijke resultaten van het hectische duel tegen Probleem 3, dat dankzij de invallers Kees Berghuis en Carel van Pampus met ruime cijfers (6-2) gewonnen werd. Het stempel dat het tweetal op de wedstrijd drukte was groot. Carel was als eerste klaar, met een vrolijke grijns en een punt op zak. Kees borg als laatste de stukken op. Ook hij nam geen genoegen met minder dan een punt. Dat zijn nog eens invallers! Jos Backer (bord 1): 'Ik speelde met zwart en won een stuk in de tegenwoordig niet meer zo bekende Cambridge-Springs variant: 1. d4, d5 2. c4, e6 3. Pc3, Pf6 4. Lg5, Pbd7 5. cd5:, ed5:. Nu kan wit toch d5 slaan vanwege de penning? 6. Pd5:, Pd5:! 7. Ld8:, Lb4+ 8. Dd2 (enige zet), Ld2:+ 9. Kd2:, Kd8: en zwart blijft een stuk voor. Het duurde nog wel tot het eindspel voordat zwart won, maar toen de stelling eenmaal open werd deed het extra stuk zich des te meer gelden.'
11
Henk Enserink (bord 2): 'Eindelijk trof ik een tegenstander die het recht had om boos te zijn na zijn verlies. In het eindspel blunderde hij in tijdnood een vol paard weg. Daarna vond Fritz de stelling weer keurig in balans. Kun je nagaan hoe slecht ik daarvoor stond; er kwam een enorme pionnenwals op me af. Maar, zoals dat gaat, vervolgde de zwartspeler daarna met nog enkele inferieure zetten. Mijn opponent had goed gespeeld en maakte enkel zichzelf verwijten. Dat sierde hem.' Joop Reiber (bord 3): 'Een Siciliaan, de Najdorf. Na de lange rokade krijg ik de betere kansen tegen de witte koningsstelling. Mijn tegenstander besluit dan ook een paard voor drie pionnen te offeren om tegenspel te krijgen. Ik merk dat ik een aantal weken niet heb gespeeld. Ben de vaste hand een beetje kwijt en geef volkomen onnodig het stuk weer terug. Met enig geluk kan ik daarna nog net remise afdwingen door eeuwig schaak met de dame.' Kees Berghuis (bord 4): 'Smekend, en niets minder dan dat, had ik Johan de Lange aan de lijn gehad. Of ik wilde meespelen, nou, ik moest meespelen, clubeer, trots, kampioenschap etcetera. Mijn tegenstander was een plezierig mens. Dat kon je gewoon zien. Ook aan zijn opening. Vredelievend. Mijn immer splijtende e4 werd beantwoord met een Caro Kann. Dat spelletje beheerste hij ongetwijfeld beter dan ik, nam ik aan. Dus koos ik voor mijn oude recept: haal den mensch zo snel mogelijk uit zijn fijne spel, ook al kom je daardoor wat minder te staan. Dus ruilen, doorschuiven, aanprakken. Ik werd hierdoor wel gedwongen positiespel te spelen, maar dat ging me dit keer eigenlijk prima af. Twee paarden onaantastbaar op c5 en e5, torens erachter, dame in een vrije rol en vervolgens profiteren van de overbelasting van mijn tegenstander. Om de spanning erin te houden, verdedigde hij zich eigenlijk best goed, zodat we in gezamenlijke tijdnood de partij moesten uitvluggeren. Daarin bezweek zowel zijn stelling als de man zelf. 1-0. We hebben nog tot twee uur wat zitten schaken. Een plezierig mens!' Johan de Lange (bord 5): 'In een Scandinaviër kom ik uitstekend uit de opening, maar deels door eigen schuld verzandt de partij daarna. Wit probeert zoveel mogelijk te ruilen, en met succes. Wanneer ik in een min of meer gelijkstaand eindspel water uit rots probeer te slaan, begin ik steeds meer te lijken op de man die nog altijd in zijn eigen zwaard valt. Dat gebeurt gelukkig net niet, want bij een nijpend tekort aan minuten zie ik ineens de uitweg naar remise. Ik offer mijn laatste stukken, loper en paard, voor de allerlaatste witte pionnen en met de koning in de juiste hoek van het bord forceer ik een half puntje. De tegenstander met paard en loper én een kater achterlatend. Hij had even op meer gehoopt.' Dik Blokland (bord 6): 'Tot mijn genoegen kon ik mijn tegenstander verrassen met een heel oud gambiet dat ik een tijd geleden had bestudeerd. Welk dat is houd ik nog even geheim voor mogelijk gebruik op de club. Prettig spelen is zoiets: ik kon leunen op mijn kennis terwijl hij eindeloos moest speuren naar redelijk tegenspel. Geleidelijk zette ik mijn geofferde pionnen om in groot materieel voordeel. Mijn tegenstander gebruikte veel tijd maar bleef toch behoorlijk weerstand bieden. Omdat ik niet door onnauwkeurigheid de zaak weer uit handen wilde geven, dacht ik zelf ook behoorlijk lang na over mijn zetten. Was daardoor toch pas als een van de laatste teamgenoten klaar. Ik heb na mijn slechte prestatie van de vorige keer mijn score weer op 50 procent gebracht. Niet slecht voor een debutant in het eerste, hoewel er voor mijn gevoel (veel) meer in heeft gezeten.' Carel van Pampus (bord 7): 'Een variant op de Franse opening bracht onverwacht succes. Misschien zat wit nog te slapen, in elk geval had ik een makkie! Het partijtje: 1. e4 e6 2. Pc3 c6 3. d4 d5 4. e5 c5 5. f4 cxd4 6. Dxd4 Pc6 7. Df2 Ld7 8. Ld3 Pb4 9. Lb5 Lxd5 10. Pxb5 Da5
12
11. Pc3 Ph6 12. De2 Tc8 13. Le3 Pf5 14. Tc1 d4 15. a3 Pxe3 16. axb4 Lxb4 17. Kf2 dxc3 18. Kxe3 cxb2 19. Tb1 Tc3 + 20. Kf2 Dc5 en wit geeft op Ernst ter Schegget (bord 8): 'Mijn tegenstander bestookte mijn e4 met d5. Met Scandinavisch heb ik weinig ervaring. De opening was in het voordeel van mijn tegenstander, maar in het middenspel kreeg ik de overhand. Eerst won ik een pion en vervolgens de kwaliteit. In het eindspel toren tegen loper en allebei drie pionnen (op advies van de teamleider sloeg ik remise af en speelde door) zag ik kans de partij toch te verliezen door mijn toren weg te geven. Tot mijn opluchting wonnen we ruim. Het leed beperkte zich nu tot een goed getimede blunder en een nul.' Johan de Lange
Pion 2 – BRON 1 2½ - 5½ Dinsdag 30 november . 20.15 uur. De wedstrijd Pion 2 – BRON 1 staat op het programma. De stukken staan klaar, de klokken snorren, of wat digitale klokken ook doen. Het enige wat ontbreekt is voldoende spelers van BRON. Er zijn er twee. Rond half negen komt er nog vier, onder leiding van Ziad Becic. Of de andere twee ook nog komen weet hij niet. Ton van der Eyden en ik krijgen voorlopig geen tegenstander. Voorlopig gaat om negen uur over in definitief en zo staan we 2 – 0 voor. Leuk is anders. Wat rondjes langs de borden leert dat Willem Muts na wat tactische schermutselingen een pion voorstaat tegen Ziad, maar dat laatstgenoemde compensatie heeft met open lijnen en actief stukkenspel. Ruud Jagerman speelt een langzame manoevreerpaartij die alle kanten opkan. Jos Hillebrand heeft zich Hollands verdedigd, maar dat heeft niet helemaal goed uitgepakt( “hij maakte de indruk te weten wat hij deed”, laat Jos achteraf weten). Jos staat een pion achter in een toren-eindspel. Invaller Boor Fekkes heeft na een korte maar hevige schermutseling de vrede getekend. Achteraf heeft hij er een beetje spijt van, “ik stond eigenlijk wel beter”. Tweede invaller Geert Renkema heeft een stuk gewonnen voor twee pionnen, maar moet nog maar zien hoe hij gaat rokeren. De wonderlijke openingszetten van de BRON-man ontlokken Geert in de wandelgangen de opmerking dat “die gasten helemaal niet kunnen schaken”. Derde invaller Jan Fikkens speelt een rustige partij. Een bescheiden overwinning lijkt mogelijk, maar Geert’s oordeel blijkt bepaald niet juist. Jos verblundert een pion en ziet zijn moeilijke stelling in een hopeloze veranderen. Jan laat zich in een eindspel piepelen en verliest ook. Geert wordt helemaal zoek gespeeld. Zijn tegenstander maakt het af met een fraaie slotzet: hij zet zijn Dame in, deze dreigt van alles en kan niet genomen worden op straffe van mat. Ruud en zijn tegenstander blijken ondertussen verdwenen te zijn. De stelling staat er nog en die leert dat Ruud in hoogst onaangename paardvork staat. Een week later legt Ruud uit dat hij zo de balen had na een blunder dat hij spoorslags vertrokken was. Zo blijft alleen Willem over. Gewoontegetouw pakt hij het actief aan, maar dat lijkt niet het beste. Hij verliest materiaal en komt in een uitzichtloze stelling. Hij gaat erg lang door, maar Becic laat zich niet van de wijs brengen en haalt het punt binnen. 2½ - 5½ dus. “Niet slecht voor zes man”, laat Becic nog even fijntjes weten alvorens BRON weer vertrekt. Harrie Boom
13
Het Grasmat 1 – Pion 2 5½ - 2½ Het tweede heeft het niet makkelijk dit jaar. Maandag 10 januari moesten tegen en bij Grasmat 1 spelen. Grasmat is (ook) niet meer wat het geweest is maar het eerste van die club gemiddeld zo’n 250 ratingpunten meer in het veld brengen dan ons tweede. Teamleider Harold van der Laan had een originele opstelling bedacht. Ton van der Eyden, die altijd vraagt om een laag bord, werd als kopman ingezet. Mopperend kweet hij zich van deze taak en deed dat helemaal niet slecht. Hij speelde feitelijk een plus-remise. Boor Fekkes pakte de opening niet slim aan en kwam in een strategisch mindere stelling terecht. Hij speelde tegen oud-clubgenoot Mischa de Rue. Die weet wel raad met zulke stellingen, dus Boor had geen fijne avond. Ruud Jagerman daarentegen speelde zijn tegenstander helemaal zoek en kan zich met 3 uit 4 topscorer van het tweede noemen. Ikzelf hield met enige moeite stand en speelde remise. De bovenste borden deden het dus niet slecht: 2 - 2 Op de lagere borden ging het minder. Ruut Keijzer verloor al binnen een half uur groot materiaal en de partij. Harold van der Laan speelde na een lange partij vol ups en downs remise. Jos Hillebrand en Gerard Diependaal hielden het ook een tijdlang vol, maar moesten uiteindelijk hun meerderen erkennen in de mannen van Het Grasmat. Harrie Boom
14
Drie maal drie is… helaas maar drie-en-een-half In de vorige Pionier heeft u kunnen lezen dat Team Drie zo vriendelijk was om Boven ’t IJ te laten ontsnappen met een gelijkspel. Sinds die tijd heeft dat team nog drie matches afgewerkt. Met verbluffend resultaat! Een resultaat dat de wiskunde op zijn grondvesten doet schudden! Want wat blijkt? Drie maal drie is vier (3 x 3 = 3,5)! De eerste maal Drie was 1. We ontvingen het vijfde van Tal/DCG. U kunt zich voorstellen dat we deze bijzondere gasten niet te zeer tegen de haren in wilden strijken, tenslotte hebben we er twee algemene ledenvergaderingen over gedaan om te besluiten niet met deze tegenstanders te fuseren. Daar zullen ze niet blij mee zijn geweest. Een klein gebaar onzerzijds was dus wellicht op z’n plaats. Bovendien hadden wij aan alle borden minder Elopunten dan onze tegenstanders, dus wat zou ons beletten ons om de tegenstanders met een 8-0 overwinning naar huis te laten gaan? Niets toch? Hm, zo hadden we de catastrofe misschien kunnen verkopen, ware het niet dat ondergetekende was vergeten dit van te voren te melden en daardoor “wist” invaller Boor Fekkes van niets en derhalve haalde hij aan het tweede bord een vol punt binnen. Carel van Pampus had meer gevoel voor de situatie en ging aan het eerste bord “volgens plan” ten onder, overigens na de nodige tegenstand geleverd te hebben. Gerard Noback trof aan bord 3 een extra gemotiveerde Herbert Tulleken. Herbert drong krachtig op, zette Gerard klem en joeg hem genadeloos over de kling. Zelf speelde ik aan het vierde bord en ik trof de allervriendelijkste Taller die er bestaat, Cees Flikweert . Heel vriendelijk liet hij me licht in het voordeel komen. Vervolgens bewees hij beter te kunnen schaken dan ik en dat was onze derde nul. Karel Abma was ook van de partij en die won hij ook, hij liet Jan Fikkens kansloos. Aan bord 5. Links van Jan zat Harry Krijthe, hij speelde met de witte stukken, Thijs Loermans speelde met Harry en draaide ons zo de volgende loer. Onze voorzitter ging er eens voor zitten, maar ook dat mocht niet baten. Martha deed haar uiterste best om ruim driehonderd Elo-punten te overbruggen, maar toen dat ook niet lukte, konden de Tallers hun 7-1-monsterzege aan de bar gaan vieren. Wij deden net of we het ze gunden en als ik erg dronken ben durf ik nog wel eens te beweren dat het allemaal bíjna volgens plan was gegaan, maar ja, die ene invaller, ja die had ’t net niet gesnapt… Zo werd eenmaal Drie 1. Onze volgende match was in Torendael, dus ook tegen een bijzondere tegenstander, ook daar hadden we iets uit te leggen. En wel waarom de gastheren en -dames de zaalhuur alleen moeten opbrengen, een heel seizoen lang, omdat wij niet per onmiddellijk, maar pas aan het eind van het seizoen de zaal met hun gaan delen: het tweede team van Es ’80 kon ons dat verwijten. Of ze dat ook deden weet ik niet, in ieder geval werden we ook hier uitermate vriendelijk tegemoet getreden. Maar de geschiedenis herhaalde zich: ook hier werd bij elk bord de Pionzijde bemensd door iemand met minder van die schakerspunten dan de Esser tegenover hem of haar. Ook hier werd her en der door de onzen aardig geschaakt, maar ja, ook deze tegenstanders moesten worden gecompenseerd voor ons eerdere “wangedrag”. Wel had Es ’80 maar half zoveel recht van spreken als Tal/DCG, maar verlies onzerzijds was geboden! Ons leek 6-2 een acceptabel bod. Deze keer was Hans Looman de invaller. Weer had de teamleider verzuimd een teambriefing te houden, dus is het Hans niet kwalijk te nemen dat hij een tegenstander met bijna honderd Elo’s meer opknoopte. Carel liet zich aan bord 1 van de goede kant zien. Kundig en keurig probeerde hij te verliezen: helaas! Dat mislukte en hij eindigde met een half punt, gelukkig liet hij de andere helft aan zijn tegenstander. En niet alleen aan de kop werd geremiseerd! Om op twee punten voor ons te komen moest nog iemand een remise scoren. Martha was aan bord 7 in een opstandige bui en weigerde zich op te laten knopen, maar ze was toch beleefd genoeg om niet met de volle winst te naar huis te gaan. Gerard Noback was aan bord 2 veel guller en Jan Fikkens deed hem dat aan het volgend bord na. Beiden trakteerden hun tegenstander op het volle punt. Uw verslaggever deed zijn
15
teamleidersplicht en scoorde een welverdiende nul. Ons bestuurssmaldeel bestond deze avond uit Carin Giesen en Raymond Altman. U begrijpt: zij lieten zich van hun beleefdste kant zien en weigerden resoluut onze score verder op te voeren. Zo werd het “volgens plan” 6-2. Zo werd het: tweemaal Drie is 3! Niets wees op de catastrofe die nog zou volgen: we speelden een thuiswedstrijd, qua Elorating hadden we nog niet eerder dit seizoen zoveel in het geweer gebracht en we hadden de vereniging Grasmat in het recente verleden niets aangedaan. Kon ik over de vorige twee matches schertsenderwijs nog schrijven over ingecalculeerd en zelfs “gepland” verlies, tegen Grasmat 2 hadden we gewoon willen winnen, zoals Feijenoord dat onlangs ook in Eindhoven van plan was. Even terzijde voor de notoire voetbalhaters: het lukte Feijenoord -een voetbalteam uit Rotterdam- van geen kanten en zij kregen 10-0 klop van de plaatselijke club, PSV. Nou ja, het netnummer van Rotterdam is ook nul tien… Terug naar het schaken: winnen wilden we dus, of, als dat onverhoopt toch niet mocht lukken, we wilden minstens wat eerherstel. Het werd een debacle. Niets minder. Alleen: dat kunnen we natuurlijk niet zonder meer toegeven! Dus hier alsnog een poging er iets positiefs van te maken. Wat volgt is dus wel waar, maar qua geest is het toch voornamelijk geschiedvervalsing. Het begon al gruwelijk slecht: onze sterspeler Harry Krijthe moest vlak voor de wedstrijd afhaken. Als invaller hadden we niemand anders dan een kruk van een speler die eigenlijk deze avond verslaggever zou zijn. Een andere, invaller, Boor Fekkes, zat al met zijn hoofd in Frankrijk en was bovendien schaakmoe door het Tata Steel Chess Tournament 2011 en last but not least, we hebben hem natuurlijk stevig aangesproken op zijn onfatsoenlijke winst tegen Tal/DCG. En dan hadden we nóg een invaller, een uitermate onzekere Jaap de Kreek, die absoluut niet aan een hoog bord wilde worden geslachtofferd. Dat bleef hem dan ook bespaard, dat hoge bord dan, het slachtofferen helaas niet. Goed, het begon dus slecht, het werd erger. Carel trof een tegenstander die twee ernstige voordelen had: deze Grasmatter droeg (en draagt nog steeds) de indrukwekkende naam Rob Gallenkamp. Op zich al een naam die bijna maakt dat je subiet en onconditioneel wilt opgeven op het moment dat je op het wedstrijdformulier leest dat dit je tegenstander is. Tot overmaat van ramp kreeg Carel ook nog zwart. Hopeloos dus, 0-1. Bord 2, de al genoemde Boor Fekkes. Dat kon dus niet goed gaan voor ons Derde; door het perspectiefeffect leken de zwarte stukken ook nog steeds groter te worden naarmate ze dichterbij de witte stelling kwamen. Boor heeft nog wel een serieus verslagje geschreven over zijn onontkoombare nederlaag. Ik zal het u gaarne onthouden. Uw verslaggever had dus opeens een dubbelrol, wat zeg ik: een vierdubbelrol, want verslag geven, team leiden, spelen én op vriend Gerard Noback letten die rechts van me aan bord 3 zat. Laatstgenoemde moest met maar twee (ja slechts 2!) Elo-punten meer dan zijn tegenstander proberen de schier onoverbrugbare kloof die er gaapt tussen het spelen met zwart en het spelen met wit. Dit soort opdrachten zou binnen een serieus bordspel eigenlijk niet mogen voorkomen. Je laat ook niemand niet met 2 euro Monopoly spelen tegen een speler die al hotels heeft op Kalverstraat en Leidseplein en ook nog vier huizen op de Barteljorisstraat. Gerard was dus van meet af aan kansloos en moest uiteindelijk het hoofd buigen, de vlag strijken en 0-3 laten aantekenen. Ondanks alles speelde Gerard krachtig en ik keek dan ook van de zijlijn geboeid toe. Het gevolg was dat ik even niet op mijn eigen bord lette, waardoor mijn tegenstander, overigens ook al weer een vriendelijk man, een paard van me opvrat en er mij maar twee pionnen voor gaf. Ik kom op het vervolg straks terug. Jan Fikkens speelde na het experiment bij Es ’80 (daar bord 3) weer op zijn vertrouwde vijfde bord. Helaas, wat een ellende trof ons team toch, het reglement staat toe dat sommige spelers een heel dorp achter zich hebben staan. Zo’n speler trof onze Jan. Ene van Berkel. Ik weet het niet zeker, maar het zou me niet verbazen als hij zelfs twee dorpen achter zich had staan, want
16
waar Berkel te zien is, is Rodenrijs meestal niet ver. Hoe het ook zij, Jan speelde lang geweldig, maar in tijdnood werden hem op lafhartige wijze door een van de dorpelingen enige vrijpionnen afgenomen. Nog voor de tijd op was, kon Jan opgeven. 0-4. De dappere Jaap de Kreek schreef het volgende verslag: Bord 6, Hans Gritter - Jaap de Kreek, 1. d4 0-1. Ja, een dame-opening tegen een echte De Kreek, vals is dat. Tussenstand 0-5. Aan bord 6 speelde Raymond Altman tegen Peter Bosklopper, die ook een gewone klopper bleek, zodat het 0-6 werd. Martha verdedigde onze kleuren tegen Tom Geestman, maar deze Tom hàd dus de geest, hield de geest en weigerde de geest te geven. Zelfs een halfje gunde hij onze dame niet. Daarmee werd het 0-7. En dan ben ik u nog de rest van mijn partij schuldig. Potverdorie, dacht ik, net als Feijenoord klop krijgen met 10-0 kan niet meer sinds we in achttallen spelen, maar het equivalente 0-8 doemde als een schrikbeeld voor me op. Gek genoeg inspireerde dat: Pion 3 is toch beter dan Feijenoord 1? Hier paste geen woorden als “opgeven” of “gefeliciteerd”. Daden daarom, ook al waren het misschien wanhoopsdaden. Eerst won ik daarmee een stuk voor een pion, vervolgens nog een stuk, voor twee pionnen plus een aanval over mijn stelling. Wisselende kansen derhalve. Het leek erop alsof ik alsnog overlopen zou worden. Maar voor een kwaliteit en weer en pion kreeg ik wat veiligheid. In die veiligheid kreeg ik een remise-aanbod. Met mijn loperpaar en twee gedekte pionnen (waarvan een op de zevende lijn) tegen een toren en vier pionnen zag ik mijn tegenstander zijn toren voor een pion en een loper kon geven, waarna mijn winstkansen met een randpion, de verkeerde loper tegen vier pionnen niet groot waren. Daarmee de remise maar geaccepteerd. Eindstand: 0,5–7,5. Geen 0-8, maar een derde afgang bleef het. En daarmee werd driemaal Drie 3,5. Tom Kooij
17
Speeldatum: dinsdag 1 februari 2011 Partij: Pion 3 – Grasmat 2 Bord : 7 – Partij: Peter Bosklopper – Raymond Altman Extern wil het maar niet lukken dit seizoen. Eigenlijk een onterechte afbakening, de suggestie wordt gewekt dat het in de interne competitie wel lukt. Laat ik duidelijk zijn dat is niet het geval. En dan ook nog een partijverslag maken, alsof zout al niet zout genoeg is. Maar o.k de openingszetten spreken boekdelen: 1. e2-e4 e7-e6 2. d2-d4 d7-d5 3. e4-e5 g7-g6 4. Pg1-Pf3 Lf8-Lh6?? Na deze vier zetten vroeg ik mijzelf al af wat ik eigenlijk aan het doen was. Dat ik na 5. Pb1-Pc3 Lc8-Ld7 6. Lf1-Le2 Pb8-Pc6 7. Pc3-Pa4 een pion won door met PC6 de pion op e5 te slaan was een aardigheidje en mijn enige wapenfeit. Zie afb. 1
Afb1. Zwart speelt Pc6 x e5 De rest van de partij bespaar ik u (en mijzelf). Ik kon de pion winst niet uitbuiten, omdat ik op de 16de zet blunderde door mijn toren door de witte loper te laten slaan op e8. Vanaf dat moment werd zwart vastgezet. Tot aan de 46ste heb ik mij tegen beter weten in verzet, mede vanwege de bijzonder ongunstige stand voor ons op het scorebord. Maar uiteindelijk moest ook ik een nul aan het scorebord toevoegen. En die voelde zich helaas niet erg alleen aan die zijde van het scorebord.
Gepende Gebeurtenissen Dag trut. Ik verstond het echt. En ook degene waarvoor het bestemd was verstond het zo. Nu was deze persoon weliswaar van het vrouwelijke geslacht, maar deze manier van afscheid nemen was zelfs op onze vereniging toch wel bijzonder. Gelijk begon ik koortsachtig te zoeken naar het waarheidsgehalte van deze afscheidsgroet. Er was geen heftige partij aan voorafgegaan. Ook was in het verleden niet vals gespeeld. En tijdens de bar-sessie heb ik geen gesprek tussen die twee gehoord dat eindigde in het uittrekken van haren. En bovendien: Sinds de aangesprokene haar literaire ei heeft gelegd heeft zij voor een ieder weer de tijd voor een al-luisterend oor. Dus waar kwam dit opeens vandaan? Ik weet natuurlijk wel dat als vrouwen onderling ooit eens een flinke aanvaring hebben gehad, dat heel lang kan doorzieken. Die wijsheid staat zoals bekend in alle populaire damesbladen waar wij alleen bij de kapper wel eens kennis van nemen. Maar ook dat leek mij hier niet aan de orde. Tijd dus voor een verklaring. Hé, wat zei je nou? reageerde de aangesprokene. Onze dame loopt terug. Nou, ik zei wel-trut! Wel-trut? Ik verstond dag-trut. Nee hoor, ik zei weltrut. Weltrut? Hoe kom je daar nou bij? Nou, dat komt zo: Mijn papegaai kan niet goed welterusten zeggen. Dat wordt weltrut. En dat zeg ik nu ook. Gerard Penningmeester
18
CLUBGENOOT DOORGELICHT
NAAM: Martha van den Berg GEBOREN TE: Utrecht PIONLID SINDS: Mei 1987 GEMIDDELDE RATING: 1000 + HOOGSTE EINDKLASSERING INTERNE COMPETITIE: Altijd onderste regionen. MOEILIJKSTE TEGENSTANDER BIJ DE CLUB: weet ik niet. FAVORIETE OPENING: Pf3 FAVORIETE SCHAKER: Judith Polgar, Henk Enserink. KAMPIOEN SEIZOEN 2010/2011: A) Joop Reiber B) Dirk Goes C) Henk Enserink. ETEN/DRINKEN: Italiaans, eigenlijk alles behalve vet en taai vlees en rijst //koffie, vruchtensappen, Baileys. HOBBIES NAAST SCHAKEN: Lezen, puzzelen, dieren (alles behalve spinnen en krokodillen, vooral vogels), computeren. MUZIEK: Licht klassiek, alles behalve rampenstamp. POLITIEK: Niet links en niet rechts dus laten we het maar in het midden laten. TV PROGRAMMA: Nieuws, documentaires, natuurfilms, humor. FILM: Natuur, psychologische detectives, bijna alles behalve geweld en westerns. LEZEN: Filosofie, pop, wetenschappelijk, psychologie, psychologische detectives, reisbeschrijvingen. WENS VOOR DE TOEKOMST: Eindigen in de middenmoot en vrede op Aarde maar dat is een utopie.
19
CLUBGENOOT DOORGELICHT
NAAM: Jos Hillebrand GEBOREN TE: Amsterdam PIONLID SINDS: 1985 GEMIDDELDE RATING: 1500 HOOGSTE EINDKLASSERING INTERNE COMPETITIE: 18 MOEILIJKSTE TEGENSTANDER BIJ DE CLUB: Joop Reiber FAVORIETE OPENING: Spaans en Hollands. FAVORIETE SCHAKER: Tal, Fischer, Kasparov. KAMPIOEN SEIZOEN 2010/2011: A) Jos Backer B) Dirk Goes C) Frits Veenstra. ETEN/DRINKEN: Beiden. HOBBIES NAAST SCHAKEN: Tennis, reizen. MUZIEK: Klassiek, pop, jazz. POLITIEK: Groen Links, PvdA, D66. TV PROGRAMMA: Buitenhof, Pauw en Witteman, Zomergasten. FILM: One flew over the Cuckoo’s Nest, Once upon a time in the west, Mystery train. LEZEN: Het Parool. WENS VOOR DE TOEKOMST: Een gezonde voortzetting.
20
RATINGLIJST PIONLEDEN PER FEBRUARI 2011 NAAM 1. Eric Roosendaal 2. Dirk Goes 3. Jos Backer 4. Joop Reiber 5. Frits Veenstra 6. Henk Enserink 7. Johan de Lange 8. Paul Muiser 9. Kees Berghuis 10. Henk Plantfeber 11. Willem Muts 12. Anton vd Eyden 13. Carel v. Pampus 14. Ernst ter Schegget 15. Boor Fekkes 16. Harold vd Laan 17. Dik Blokland 18. Gerard Diependaal 19. Ruud Jagerman 20. Harrie Boom 21. Jaap de Kreek 22. Wim Paijmans 23. Hans Redel 24. Jos Hillebrand 25. Ruut Keijzer 26. Hans Looman 27. Gerard Noback 28. Geert Renkema 29. Tom Kooij 30. Raymond Altman 31. Harry Krijthe 32. Jan Fikkens 33. Rob Ansink 34. Carin Giesen 35. Roald Vos 36. Bert Rietveld 37. Martha vd Berg
FEB 2011 2021 1940 1890 1824 1820 1802 1716 1714 1684 1676 1634 1620 1615 1608 1607 1563 1563 1550 1547 1546 1543 1541 1530 1530 1500 1476 1432 1427 1358 1318 1288 1280 1236 1236 1105 1103 1040
NOV 2010 2027 1922 1900 1798 1820 1822 1707 1744 1669 1736 1581 1603 1606 1588 1547 1574 1585 1542 1515 1523 1523 1581 1565 1527 1503 1439 1484 1444 1413 1326 1316 1329 1262 1206 ---1090 1043
+/(-6) (+18) (-10) (+26) (0) (-20) (+9) (-30) (+15) (-60) (+53) (+17) (+9) (+20) (+60) (-11) (-22) (+8) (+32) (+23) (+20) (-40) (-35) (+3) (-3) (+37) (-52) (-17) (-55) (-8) (-28) (-49) (-26) (+30) ---(+13) (-3)
Grote winst boekten o.a. Willem Muts (+53) en Boor Fekkes (+60), fiks verlies voor o.a. Henk Plantfeber (-60), Tom Kooij (-55) en Gerard Noback (-52). Als vereniging gingen we er 82 ratingpunten op achteruit. (Onder voorbehoud van evt. drukfouten)
21
VROUWEN KUNNEN NIET SCHAKEN Wat je als kolumist al niet aan titels moet bedenken om een grote lezersschare te verzamelen, ook deze titel garandeert weer een ware stormloop maar dat houdt de zaak levendig. Overigens heb ik dit feit niet zelf wetenschappelijk onderzocht. De legendarische uitspraak dat vrouwen niet kunnen schaken is ooit gedaan door de even legendarische Nederlandse grootmeester Jan Hein Donner (1927-1988) en van hem mocht je toch meer kennis van zaken verwachten dan van een doorsnee amateurschaker. Donner presteerde het om in de tussenliggende periode Euwe – Timman Nederlands kampioen te worden, voorwaar een mooie prestatie. Naast schaker was Donner ook kolumist, zijn verhalen waren scherp, uitermate kritisch en overgoten met norse humor. In 1968 schreef hij in het damesblad Avenue dat, hoe pijnlijk hij het ook vond, vrouwen niet kunnen schaken. Op de vraag of hij hiermee bedoelde dat vrouwen dommer zijn dan mannen antwoordde hij ontkennend. “Nee, het ontbreekt hen aan instinct en dat heeft een mens toch echt nodig voor het spelen van een behoorlijke pot schaak”. Deze uitspraak viel niet bij iedereen in goede aarde.; “Meneer Donner, u discrimineert,” schreef een boze Dolle Mina. “U bedoelt eigenlijk te zeggen dat Negers niet kunnen schaken”. Waarop de grootmeester antwoordde: “nee mevrouw, u begrijpt mij niet goed. Negerinnen kunnen niet schaken. Dat is het nu juist”. Bovenstaande ter inleiding van wat mij ooit is overkomen tijdens een SGA-toernooi, nu alweer 15 jaar geleden. In dat bewuste toernooi was ik goed op dreef en had na 6 rondes gespeeld te hebben 4,5 punt, winst in de laatste partij zou mij de eindzege opleveren. De loting wees uit dat ik in de laatste ronde tegen een vrouw van middelbare leeftijd moest spelen, ik was in mijn nopjes, de eindzege kon me nu al niet meer ontgaan. Overigens was deze gedachte niet gestoeld op enige ervaring, nimmer eerder had ik een vrouwelijke tegenspeelster aan het schaakbord aangetroffen. Echter, het verhaal van Donner was ook mij bekend, vandaar mijn optimisme. Om een lang verhaal niet onnodig nog langer te maken……ik verloor kansloos en het meest dramatische was nog wel dat ik door een beslissende damezet mat werd gezet, 2 x verslagen door een dame in 1 partij, het zal je maar overkomen….mij dus. Sindsdien heb ik ontzag en respect voor alle schakende dames, zeg maar de Judith Polgar’s, Carin’s en Martha’s van deze wereld. Ik troost me maar met de gedachte dat vrouwen niet kunnen inparkeren. Ko Lum
22
PRIJSPUZZELEN Voor onze puzzelende collega-leden starten we met een nieuwe rubriek, de prijspuzzel. In elke editie van De Pionier zal er een puzzel worden geplaatst waarbij de gevonden oplossingen gemailed dienen te worden naar:
[email protected] (dus NIET naar
[email protected]!!) SLUITINGSTERMIJN PUZZEL 1 IS 1 APRIL 2011 Degene die de meeste juiste antwoorden heeft ingestuurd zal worden beloond met een (schaak)prijs die tijdens de Algemene Ledenvergadering zal worden uitgereikt. Dit puzzelseizoen loopt t/m juni 2011 dus u kunt uw prijs dit jaar al snel verdienen! Over de uitslag kan niet worden gecorrespondeerd, ik wens u allen veel puzzelgenot toe. De puzzelredacteur PUZZEL 1 1)
2)
In onderstaand diagram maakt wit remise. Graag de zetten vermelden.
De “Rosenthal-partij”. Tijdens een toernooi in New York kreeg ?? een uitnodiging voor een avondje uit. Aldaar werd hij voorgesteld aan de beroemde pianist Moritz Rosenthal. “U moet hem zijn parafrase op de Zigeunerbaron horen spelen” zei zijn gastheer, “fantastisch!”. “ Misschien wil hij het wel doen”, antwoordde ?? naïef. “Daar staat een piano.” De gastheer lachte. “Een optreden van Rosenthal kost in New York 5000 dollar.” Toen Rosenthal hoorde voor wie hij moest musiceren stemde hij toe, gratis! Rosenthal speelde prachtig en geroerd ging ?? naar hem toe om hem te bedanken. Rosenthal evenwel keek ?? ernstig aan en sprak: “U speelt morgen tegen Nimzowitsch. Ik zal er bij zijn, morgen speelt u voor mij!” De volgende dag werd de “Rosenthal-partij gespeeld tussen ?? en Nimzowitsch. De vragen: Welke beroemde meester wordt bedoeld met ??, in welk jaar werd deze partij gespeeld en wat was de uitslag?
23
TIPS EN WEETJES •
• •
•
•
Voor de liefhebbers van online schaken bestaat er een site genaamd Helena’s Online schaken. Het is een zeer uitgebreide schaaksite waarbij je zowel individueel als met een team je partijen kunt spelen. Na het aanmaken van een spelersaccount kun je inloggen en doe je er goed aan eerst even de korte uitleg (menu>Help>korte uitleg) te lezen. Bij een gratis account kun je tot maximaal 20 partijen tegelijk spelen. Wil je meerdere partijen spelen (tot maximaal 255) overweeg dan een VIP-account, kosten 1,30 euro per maand of 12,50 euro per jaar. Hiervoor krijg je vele extra’s, zoals onbeperkt inloggen ondanks grote drukte, de mogelijkheid om aan toernooien mee te doen, spelen met klok etc. Bovendien kun je mij uitdagen (spelersnaam chessruud4444) en laten we eerlijk zijn, wie wil dat nou niet? Kortom een aanrader. De link is http://www.helena-schaken.nl?refspeler=17042 Wil je eens een andere Startpagina dan Google.nl of Startpagina.nl kies dan eens voor schaak.startpagina.nl, een site boordevol informatie en leuke links. Voor degenen voor wie het internet maar niets is: Er is weer een nieuw schaakboek uit en voor ons is dit een interessant boek, genaamd: “Wij presenteren DE PION, de ziel van het schaakspel”. Internationale schaakmeesters Hans Böhm en Yochanan Afek geven met dit boek de aftrap voor een nieuwe serie schaakboeken die in totaal uit zes boeken zal bestaan. In dit eerste boek komt de pion, de ziel van het schaakspel, aan bod. In de hele serie wordt de historische achtergrond van elk schaakstuk, maar vooral de specifieke kwaliteiten belicht. De voorbeelden komen uit alle fasen van de partij, maar ook in de studies en probleemstellingen. Het betreffende stuk speelt de hoofdrol in de oplossing van ieder vraagstuk. Daarnaast worden mooie partijen omschreven waarin het stuk beslissend was. Het prijskaartje voor dit mooie boek: 17,50 euro. Wil je de mail die je naar een collega-schaker stuurt opleuken met een grappig schaakplaatje, kijk dan eens op http://www.animaatjes.nl/cliparts/schaken/, je zult er vast wel iets vinden. (zie onder voor wat indrukken). Heb je zelf een leuke tip of weetje, aarzel niet deze met ons te delen en stuur het naar onze redactie (
[email protected]).
Ruud
24
COLOFON De Pion Sinds 30 september 1917 Speellokaal Woestduincentrum, Woestduinstraat 18 1068 TE Amsterdam 020-6155803 Clubavond Elke dinsdagavond van 20.00 uur tot laat, behalve op nationale en christelijke feestdagen. De externe competitie De Pion neemt met 3 teams deel aan de competitie van de SGA. Interne wintercompetitie De 4e dinsdag in september t/m de laatste dinsdag in mei. Leden worden automatisch ingedeeld. Bij ongemelde afwezigheid vervalt de indeling op de volgende speelavond. Dus: afmelden tot uiterlijk 18:00 uur bij Harrie Boom, 020-6649139.
[email protected] De interne zomercompetitie De 1e dinsdag in juni t/m de laatste dinsdag in augustus. Het snelschaaktoernooi De 1e en 2e dinsdag in september.
Het Kees Besselinktoernooi Thematoernooi. Open rapid, 6 partijen, Zwitsers. De 3e zaterdag of zondag in november. De wijnwedstrijd Wanneer de wijsheid in de kan is. De laatste dinsdag in december of de 1e dinsdag in januari. Prinsjesdag De algemene ledenvergadering. Contributie De contributie wordt voldaan door vooral tijdige overmaking naar Postbank 490 30 05 t.n.v. RK Schaakvereniging De Pion te Amsterdam. Senior lid Dubbel lid Lid tot 18 jaar Donateur (en meer mag).
11,00 / maand 7,50 / maand 6,00 / maand 36,00 / jaar
De Pionier De periodiek van De Pion, 94e jaar. Materiaal (liefst als Word-bestand) zenden naar
[email protected]
Bestuur Voorzitter: Raymond Altman, 020-6658963 Bernabeuhof 48 1098 VW Amsterdam
[email protected] Secretaris: Carin Giesen, 020-6791410 Grevelingenstraat 32 hs. 1078 KR Amsterdam
[email protected] Penningmeester: Gerard Diependaal, 020-6153605 Charlie Parkerstraat 1 1066 GV Amsterdam
[email protected] Algemeen bestuurslid:
[email protected] Wedstrijdleider: Harrie Boom, 020-6649139 Rustenburgerstraat 284 B 1073 GL Amsterdam
[email protected] De website www.depion.info
Redactie a.i. Ruud Jagerman, 020-6172463 Brusselsingel 30 1066 WJ Amsterdam
[email protected]
GEFELICITEERD!!
Februari 01.02.1917 Bert Rietveld 25.02.1969 Kees Berghuis 26.02.1948 Gerard Diependaal
Maart 19.03.1949 21.03.1945 24.03.1948 25.03.1956 26.03.1961 29.03.1944
Tom Kooij Joop Reiber Geert Renkema Eric Roosendaal Harrie Boom Henk Plantfeber
April 10.04.1949 Carin Giesen 15.04.1939 Martha vd Berg
25
26