VAKGROEP WERKTUIGBOUWKUNDIGE PRODUKTIETECBNIEK EN -AUTOMATISERING TECBNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN
Rapportaqe van een afstudeeropdracbt (WPA 780) door:
JOS REIJNDERS TITEL:
De optilaale sCQlel1stellinqscel voor DAF lassamenstellinqen
Rapportnumaer: WPA 780 H.P.B.M. Reijnders AUgustus, 1989
Uitqevoerd bij: Afdeling: Begeleiders:
DAF Trucks, Eindhoven Advanced Manufacturing Engineering (A.M.E.) ira P.W.J. Leenders ing. N. Nijst ing. J. Meyers
Tecbniscbe Universiteit Eindhoven (T.U.E) Faculteit Werktuigbouwkunde Vakgroep Werktuigbouwkundige ProduktieAutomatisering (W.P.A.) Hoogleraar: Begeleider:
prof. ira J. van Braqt ing. F.L. Langemeijer
Eindhoven, augustus 1989
Paqina:
INHOUDSOPGAVB Hoofdstuk 1:
INLEIDING
1
Hoofdstuk 2:
OPDRACHTOIfSCHRIJVING
3
§ 2.1 § 2.2 § 2.3 § 2.4
Inleiding Opdrachtdefinitie Bepaling van de optimale samenstellingscel Resume
Hoofdstuk 3: § 3.1 § 3.2 § 3.3
6.1 6.2 6.3 6.4 6.5
§
7.7
LOGISTIEKE PRODUKTANALYSE
14
BESCHRIJVING HUIOIGE PRODUKTIESlTUATIE
19
Inleiding Problematiek PKF en Bedrijfsbureau Beschrijving kritische succesfaktoren Steady State lasserij/bankwerkerij Conclusies
Hoofdstuk 7: § 7.1 § 7.2 § 7.3 § 7.4 § 7.5 § 7.6
9
Inleiding Produktkenmerken Conclusies
Hoofdstuk 6: § § § § §
PRODUKTSELEKTIE
Inleiding Oe keuze van het te onderzoeken produktpakket Ontwikkelingen aan de OAF 95 lassamenstellingen Aanbevelingen Conclusies
Hoofdstuk 5: § 5.1 § 5.2 § 5.3
7
Projektstrategie Uitwerking van de deelopdrachten Resume
Hoofdstuk 4: § 4.1 § 4.2 § 4.3 § 4.4 § 4.5
STROKTUOR VAN BET ONDERZOEK
BESCHRIJVING PRODUKTIESTROKTOOR
Inleiding en definities Toekomstige produktieorganisatieniveau's bij OAF Ontwerpstrategie voor stroomsgewijs produceren Het toepassen van de ontwerpstrategie Mogelijkheden tot celindeling bij OAF De haalbaarheid van een onderdelensamenstellingscel Conclusies
31
Hoofdstuk 8: § 8.1 § 8.2 § 8.3 § 8.4
9.1 9.2 9.3 9.4 9.5
40
Opbouw van de 'SOLL' situatie Het toekomstig logistiek besturingssysteem Het ontkoppelpunt Conclusies
Hoofdstuk 9: § § § § §
BESCHRIJVING 'SOLL' SITUATIE
HET OPTIHALE AUTOMATISCHE LASSYSTEEM
48
Inleiding Deelaspekten van automatische lassystemen Mogelijke celconcepten Het vergelijken van de celconcepten Conclusies
CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN
65
LIJST MET AFKORTINGEN
66
LITERATUURLIJST
67
BIJLAGEN
WOORD VOORAF
Dit verslag is het resultaat van mlJn afstudeeropdracht bij de vakgroep Werktuigbouwkundige Produktietechnologie en -Automatisering (WPA), faculteit Werktuigbouwkunde, aan de Technische Universiteit te Eindhoven. Deze afstudeeropdracht werd verricht in opdracht van DAF Trucks te Eindhoven. Graag zou ik van deze gelegenheid gebruik willen maken om allen te bedanken die mij hebben bijgestaan bij het uitvoeren van deze opdracht. Dank gaat uit naar de firma DAF en in het bijzonder de afdeling AME voor de leerzame en gezellige tijd. In de medewerkers en andere afstudeerders heb ik een uitstekend klankbord gevonden in discussies over mijn onderzoek. . In het bijzonder wil ik mij bedanken bij mijn begeleiders voor hun inspirerende adviezen en kritieken op dit rapport. Jos Reijnders
Eindhoven, augustus 1989.
SAMENVATTING Deze afstudeeropdracht werd verricht in het kader van hJDAF-FALC projekt. Via dit projekt probeert DAF tot de optimale Flexibele Assemblage en LasCel te komen. In dit projekt werden drie onderzoekgebieden belicht; het ontwerpproces, het produktieproces en de logistiek van de produktieorganisatie. Dit rapport beschrijft met name de organisatorische aspekten van automatisering. Het betreft'hier het automatiseren van de lasbewerking aan relatief kleine lassamenstellingen. Eerst werd een geschikte produktgroep gekozen, de DAF 95 samenstellingen. Deze produktgroep werd uitvoerig op diverse kenmerken onderzocht. Ter ondersteuning van de opbouw van de nieuwe samenstellingscel werd de bestaande produktieorganisatie uitvoerig onderzocht. In dit rapport komt met name de produktiestruktuur en logistieke aspekten aan de orde. De bestaande funktionele struktuur gaat bij het herontwerp over in een cellenstruktuur. De opbouw van de cel werd ondersteund door een breed draagvlak in de organisatie. Het laatste aspekt in dit onderzoek is het bepalen van het meest geschikte automatische lassysteem voor de lascel. Aan de hand van uitgangspunten en randvoorwaarden werden meerdere celconcepten opgesteld. Deze werden aan de hand van een waarderingsmatrix met elkaar vergeleken. Ook hierin werden meerdere personen betrokken.
Hoofdstuk 1:
INLEIDING
Om de nederlandse positie op kansrijke delen van de informatica te versterken en de snelle ontwikkelingen op dit gebied bij te houden werd door het Ministerie van Economische Zaken het SPIN projekt opgezet. . SPIN is de afkorting voor ~timulatie ~rojekt Informatika-onderzoek Nederland. Een van de 5 deelprojekten binnen het SPIN-projekt is het onderzoek naar een Elexibele Assemblage- en ~s~el voor relatief kleine lassamenstellingen (FALe). Oe uitgangspunten voor het SPIN zijn een bundeling van de onderzoekscapaciteit en samenwerking van universiteiten met het bedrijfsleven. Voorwaarde voor financiering van een dergelijk projekt is het aantonen van realiteitswaarde middels participatie van het bedrijfsleven. Oe Technische Universiteit Eindhoven (TOE) neemt dee I aan dit projekt met als operationeel doel: aIle onderzoek en ontwikkeling dat nodig is om te komen tot een onbemande flexibele assemblageen lascel. OAF Trucks fungeert als pilotbedrijf en levert de voor dit onderzoek benodigde produktfamilies en informatie. Philips ondersteunt het projekt met CAO-ervaring. In dit samenwerkingsverband streven OAF en de TOE niet geheel dezelfde doelen na. Oe TOE probeert door grensverleggend onderzoek te komen tot een cel waarbij een maximum aan informatie wordt vergaard en kan worden doorgegeven aan bedrijfsleven, universiteiten en publiek. OAF Trucks tracht door ondersteuning van dit onderzoek te komen tot een economisch aanvaardbaar celconcept. Oaarom is er besloten dat OAF parallel aan de TOE-cel een grensverkennende studie gaat opzetten naar een OAF-cel. Een eerste orienterende studie naar deze cel werd verricht door Hans de Jonge [april 1988]. oit onderzoek is een vervolgstudie op deze eerste studie. ~--~> o-j "-~n~ In dit onderzoek bij OAF wordt het begrip cel breder opgevat dan bij de TUE. Een cel is bij OAF deel van een zgn. produktieeenheid (een of meerdere cellen) , waarin naast uitvoerende produktie-taken ook besturende taken worden uitgevoerd. Oaarom is in dit onderzoek naast de inrichting van de cel ook de logistiek binnen en rond een produktie-eenheid onderwerp van studie. Het onderzoek is uitgevoerd bij de afdeling Advanced Manufacturing Engineering (AME). oit is een ontwikkelingsafdeling op produktietechnisch- en werkvoorbereidingsgebied die de verschillende fabrieken binnen OAF adviseert en ondersteunt voor het lange termijn beleid.
Jos Reijnders
Pagina
1
DAF Trucks Eindhoven
~~~-~--~
~!lECEPI'IOOI. EMPFANG .ItE~
@1
_
@1 @t/t.
~ ~._.
@2 @2
- . .... _
@2
~.A
@3 @4
__
l!I
IlAF
00
DAF'..
HI!
II]
1lAF-...
@
DAFIII
~..m"llIH'XptjDlTlOll·_.SH_'EXI'IDICIIlN
__
@]
-.. Oom_
o.o.c.
00
DAFt.
00
-1M
Produktielokatie PKF Hoge Lakstraat
pershal
Lage
Langsligger-
pershal
straat
Centraal onderdelen magazijn I
figuurl
I
Het bedrij f DAF DAF Trucks N.V. is een internationale onderneming met krachtige marktaandelen in Nederland, Belgie en Groot Brittannie. De doelstellingen van DAF zijn: - Het leveren van bedrijfswagens, busonderstellen, komponenten, en daarmee samenhangende diensten van hoge kwaliteit tegen konkurrerende prijzen aan professionele klanten. - Het voorzien in de aan OAF gerelateerde belangen van al diegenen die bij de onderneming betrokken zijn (aandeelhouders, medewerkers, leveranciers etc •• ). Het produktieproces van bedrijfswagens die in Eindhoven worden geassembleerd vindt gespreid plaats in zes fabrieken: - Truckmontage: In deze fabriek vindt de eindassemblage van trucks plaats, aIle hoofdkomponenten worden uit de andere fabrieken betrokken. - Assenfabriek: Fabrikage en assemblage van voor- en achterassen. - Motorenfabriek: Fabrikage en assemblage van truckmotoren. - Kabinefabriek: Assemblage van plaatdelen tot kabines. - Mechanische Komponenten: Onderdelenfabrikage met behulp van verspanende technieken. - PlaatKomponentenFabriek (PKF): Fabrikage van onderdelen met behulp van niet verspanende technieken zoals knippen, persen, ponsen, buigen, lassen etc •• In deze laatste fabriek, de PKF, vindt de produktie van lassamenstellingen plaats. De onderdelen waaruit een lassamenstelling is opgebouwd worden ook in de PKF gefabriceerd. De plaats van de PKF en de opbouw van deze fabriek wordt weergegeven in figuur [1]. Binnen de PKF concentreert dit onderzoek zich op de Lage pershal. Op de indeling van de PKF wordt dieper ingegaan in bijlage [1]. In het kader van dit onderzoek (FALC) zullen we ons richten tot de relatief kleine lassamenstellingen, de zogenaamde 'steugels'. steugels is een DAF-samentrekking van de woorden steunen en beugels. Een sluitende definitie van een steugel is niet te geven, men kan algemeen stellen dat een steugel dient om hulpapparaten van de truck onderling. of aan het chassis te verbinden. De steugel wordt met het hulpapparaat tijdens de assemblage aan het chassis geschroefd. Steugels zijn lassamenstellingen die voornamelijk zijn opgebouwd uit vlakke plaat, cylindrische produkten en standaardprofiel. In dit onderzoek wordt het automatiseren van de lasbewerking onderzocht. Met lassen wordt in dit verband het Mig-Mag lassen bedoeld, dit proces leent zich goed voor automatisering. Het automatiseren van de lasbewerking in de industrie is een kansrijk automatiseringsgebied. Mede hierdoor is DAF Trucks aktief deelnemer in bet FALC projekt. Jos Reijnders
Pagina
2
~"""
Log istiek
/
//
proces
'"
~
!
steugels"\
I proces
\
\ \
\
~
\ \\
\"
,95/ '----../
~
/
) )
proces /1
I
/ /
"'~,
Logistiek proces: Ontwerpproces: Produktieproces:
figuur 2.1
I
/
// Integ rale .//// studie ,/
Jos Reijnders Arthur Pellemans Evert Rietdijk
Hoofdstuk 2: 2.1
§
OPDRACHTOMSCHRIJVING
Inleiding
Na een orienterende studie [1] naar de automatisering van het lasproces kwamen enkele probleemgebieden naar voren. Naar aanleiding van deze probleemgebieden werden door DAF Trucks drie afstudeeropdrachten gedefinieerd: [fig. 2.1] 1) 2) 3)
§
Het ontwerpproces verbeteren d.m.v. ontwerprichtlijnen. Deze opdracht wordt uitgevoerd door Arthur Pellemans. Analyse van het loqistieke proces en het bepalen van de optimale 'cel' in loqistieke zin. Deze opdracht wordt uitgevoerd door Jos Reijnders. De monodelenfabrikage en de lastechnische aspekten die het celontwerp beinvloeden. Deze opdracht wordt uitgevoerd door Evert Rietdijk. 2.2.
Opdrachtdefinitie
Deze afstudeeropdracht luidt: Ontwerp de opti:male sa:menstellingscel voor DAF produkten, rekening houdend :met gegeven randvoorwaarden. §
2.2.1
Detaillering opdrachtoDlSchrijving
Bij de analyse van deze Opdrachtformulering bleek dat deze uit een vijftal aspekten was opgebouwd: 1) Allereerst de gegeven randvoorwaarden: - aansluiten op aktuele situatie van de PKF met de daar toegepaste produktiesystemen en technieken. - aansluiten op de orienterende voorstudie van H. de Jonge. - aansluiten op de toenemende aandacht voor Kwaliteit van de Arbeid en Organisatie ( K.v.d.A/O) bij OAF. - aansluiten op de toekomstige logistieke besturing van de PKF, namelijk Pellos (PErshal ~ocaal LOgistiek Systeem). 2) Het tweede aspekt betreft de OAF produkten. Na goede overwegingen werd besloten een beperking te maken tot DAF 95 produkten. Op deze selektie wordt ingegaan in hoofdstuk 4 en 5. 3) Het derde aspekt betreft de samenstellings-cel. Met samenstellen worden aIle bewerkingen bedoeld, dus niet aIleen lassen, die nodig zijn om uit onderdelen een samenstelling te maken. Deze bewerkingen worden onderzocht in hoofdstuk 5. Op het begrip 'cel' en de produktiestruktuur wordt uitvoerig ingegaan in hoofdstuk 7.
Jos Reijnders
Pagina
3
4) Het aspekt 'ontwerpen' komt tot uitdrukking in de struktuur van dit onderzoek, hierop wordt in hoofdstuk 3 ingegaan. 5) Het begrip 'optimaal'. Hoe hieraan inhoud wordt gegeven wordt uitgewerkt in de volgende paragraaf. §
2.3
Bepalinq van de optimale samenstellinqscel
am het begrip 'optimaal' te kunnen bepalen en om dit begrip inhoud te geven wordt het uitgesplitst in 'eisen en wensen'. Het pakket van eisen en wens en bepaalt dus de, toekomstige, optimale eel, die we ook weI de 'SOLL' situatie noemen. Uitgaande van een niet optimale '1ST' situatie wordt via eisen en wensen de 'SOLL' situatie bepaald. De '1ST' situatie: Lassamenstellingen worden met de hand gelast. De produktie van onderdelen en het samenstellingsproces is funktioneel van opzet •. Het produktietrajekt wordt gekenmerkt door lange doorlooptijden en hoge voorraden. Op de '1ST' situatie wordt later uitvoerig ingegaan. De 'SOLL' situatie: Een produktiesituatie waarbij aan aIle eisen wordt voldaan en waarbij zoveel mogelijk tegemoet wordt gekomen aan de wensen. Deze wensen komen tot uitdrukking in de kritische succesfactoren voor projekten.
am deze 'SOLL' situatie te kunnen realiseren is het herontwerp van de produktiestruktuur en het toepassen van geautomatiseerde lassystemen onderwerp van studie. §
2.3.1
Eisen die de optimale eel bepalen
Bij het beoordelen van automatiseringsprojekten en de daarmee gepaard gaande investeringen worden door DAF eisen gesteld aan: 1) De terugverdientijd van investeringsprojekten 2) De kostprijs van de produkten 3) De terugvalstrateqie ad 1) De terugverdientijd De eis aan de terugverdientijd die DAF stelt aan nieuwe investeringsprojekten hangt samen met de gehanteerde interne rentevoet. Bij een 'aanvraag investeringsgoedkeur' wordt om economische motieven gerekend met een interne rentevoet van 25 t. Bij interne verrekening van produktiekosten wordt daarentegen gerekend met een interne rentevoet van 15 t. Bij de eventuele aanschaf van een geautomatiseerd lassysteem is er sprake van vervanging van bestaande produktiemiddelen, hierbij moet goedkoper geproduceerd gaan worden. Daarom gaan we uit van de strengste eis, namelijk een interne rentevoet van 25 t. Jos Reijnders
Pagina
4
DAF Trucks hanteert bij het vergelijken van investeringsprojekten de volgende vuistregel voor het bepalen van de terugverdientijd die een projekt maximaal mag hebben: zie bijlage [2]. TerugVerdientijd (TVT) = Maximum TVT
=
n=10 ~
n=l
Investering/Besparing
1
-----
Afgeleid van de Netto Kontante Waarde berekening bij NKW = 0
(l+i)n
investeringen is dit (bij gelijkblijvende besparingen en een rendementseis van 25 % over 10 jaar): 3.57 jaar
V~~r
NB. Als de interne rentevoet 15 % bedraagt wordt de TVT: 5 jaar. ad 2) De kostprijs De kostprijs van lassamenstellingen in de te ontwerpen samenstellingscel dient concurrerend te zijn met de huidige produktie en met externe leveranciers. AIle produkten zijn in principe onderhevig aan een maak/koop onderzoek, hierbij wordt gezocht naar goedkopere produktie elders. Mede daarom hanteert DAF een interne rentevoet van 25 %. ad 3) Terugvalstrateqie De terugvalstrategie voorziet in de mogelijkheid om de produktie voort te zetten bij storing of tijdelijke uitval van een produktiemiddel. DAF stelt als eis dat iedere nieuwe machine in geval van onverwachte stilstand vervangen moet kunnen worden. De te ontwerpen lascel moet hierop worden ingericht. Voor een eventueel geautomatiseerd lassysteem betekent dit dat de produkten of op een ander lassysteem moeten kunnen worden gelast, of dat op handlassen moet worden overgegaan. §
2.3.2
Kritische succesfaktoren die de optimale cel bepalen:
De optimale cel wordt mede bepaald door faktoren die in eerste instantie niet financieel zijn uit te drukken. Deze faktoren worden bij DAF vaak de 'kritische succesfaktoren' voor projekten genoemd. In de 'SOLL' situatie geldt dat deze faktoren in ieder geval 'beter' dan in de '1ST' moeten zijn. De kritische succesfaktoren bepalen of een produktiesysteem goed funktioneert. Deze kritische succesfaktoren zullen zoveel mogelijk worden gekwantificeerd. Bij het ontwerpen van de 'SOLL' situatie wordt terdege met deze faktoren rekening gehouden. Kritische succesfaktoren: - Doorlooptijd - Voorraad - Produktkwaliteit Leverbetrouwbaarheid in tijd en aantal - Flexibiliteit - Kwaliteit van de arbeid
Jos Reijnders
Pagina
5
Als aan een van de faktoren niet in voldoende mate wordt voldaan komt de levensvatbaarheid van het produktiesysteem in gevaar. Ouidelijk mag zijn dat de genoemde faktoren elkaar deels overlappen en elkaar sterk beinvloeden. Ze beinvloeden allen mede het behaalde bedrijfsresultaat. §
2.4
Resume
In dit hoofdstuk is ingegaan op de betekenis van de opdraeht. oaaruit is een indeling voortgekomen in 'eisen en wensen' die de optimale eel bepalen. De wensen worden uitgedrukt in 'kritisehe sueeesfaktoren', bij OAF bekende begrippen. Op de eisen kon in dit stadium konkreet worden ingegaan, op de wens en nog niet.
Jos Reijnders
Pagina
6
AFSTUDEEA OPDItACHT:
SELEKIIE Ell AlIALISE PllODUKTPAI'KET
BEPALIIIC OPT I MALE SAMEISTEL-
RET BESTE CEAVTOMA-
TISEEIDI
LIICSCEL
LASS1'StEEM
Selektie en keu:ze vall proclukteu:
Alldy.. b1U,e proel1lll:tie:
'aarll.riq .aa allk.l. l ••cell •• :
Hoold.hk 4
Hoofdat1lll: ,
lIoofcl.tllk ,
Andy.e en logiltieke ken.erken:
Beaclt.rijYia, proelllktie.tr1lll:tllllr:
Hoold.hk I>
HooU.t1lll: 1
Opbouv yaa el. 'Soll' IituU.:
Hoofelat1lll: a
figuur 3.1
Hoofdstuk 3: §
3.1
STRUKTUUR VAN BET ONDERZOEK
Projektstrategie
Bij het uitwerken van deze opdracht werd gebruik gemaakt van de projektstrategie van Prof. J. van Bragt. Deze strategie kan worden toegepast bij het projektmatig oplossen van problemen van uiteenlopende aard. De projektstrategie bestaat uit de drieslag in iteratie: Orientatie --~ Plan --~ uitvoerinq. Deze drieslag wordt gebruikt bij de opdrachtdefinitie, het splitsen van de opdracht in deelprojekten en bij het uitwerken van de deelprojekten zelf. Naeen orientatiefase van 4 weken werd een plan opqesteld voor de uitwerking vandeze afstudeeropdracht, dit plan is opqenomen in bijlage [3]. Daarbij werd het onderzoek in drie deelopdrachten opgesplitst: [fig. 3.1] 1) De selektie en analyse van het produktpakket 2) De bepalinq van de optiiD.ale samenstellinqscel -3) De vaststellen van het beste qeautomatiseerde lassysteem §3.2
_Uitwerkinq van de deelopdrachten
1) Op de selektie van het produktpakket wordt ingeqaan in hoofdstuk 4. De analyse van het produktpakket bestaat uit. twee gedeelten. Allereersteen logistieke produktanalyse, hierop .wordt in hoofdstuk 5 ingegaan. Daarnaast werd door de drie studenten gezamenlijk onderzoek verricht naar de konstruktieve kenmerken van de geselekteerde groep produkten. Dit onderzoek, 'Produktanalyse steugels', vormt een aparte bijlage bij de drie studies. 2) Bijhet bepalen van de optimale samenstellinqscel werd als voIgt te werk gegaan: - Een TOP-DOWN analyse van de 'IST' situatie: Hoofdstuk 6.
* * * *
Inleiding over produktiestrukturen Problematiekvan de PKF en het Bedrijfsbureau zoals ervaren tijdens een interne stage. Beschrijving succesfaktoren in de 'IST' situatie Beschrijving van de 'IST' m.b.v. het Steady state model * Algemene beschrijving * Vastleggen van funkties en verantwoordelijkheden * Opmerkingen op de 'IST' situatie
- Beschrijving produktiestruktuur bij OAF: Hoofdstuk 7.
Jos Reijnders
Paqina
7
i
topdown
, analyse
f\
; '\
/
I
\
\
J~
/' I
I I
U opbouw bottom-up Uauur 3.2
- Het BOTTOM-UP bouwen van de 'SOLL' situatie: Hoofdstuk 8.
*
* * * * *
uitgangspunten en randvoorwaarden opstellen grenzen van de samenstellingscel vastleggen ontwerpeisen opstellen voor de 'SOLL' situatie opbouwen van de samenstellingscel beknopte funktie-omschrijving benodigde middelen bepalen
3) Op de bepaling van het beste geautomatiseerde lassysteem wordt ingegaan in: Hoofdstuk 9.
* * * *
uitgangspunten bij automatisering opstellen technisch/economische haalbaarheid bepalen deelaspekten en celconcepten genereren waarderen van de concepten
Zowel bij de analyse van de '1ST' situatie als bij de opbouw van de 'SOLL' situatie werd gebruik gemaakt van de Steady State onderzoeksmethodiek. Het Steady state onderzoek volgens in 't Veld [10] werd toegepast om de drie studies integraal te kunnen opzetten en om een overdracht bij DAF te verzorgen m.b.v. een transparante methodiek. Een groot aantal mensen binnen DAF is inmiddels vertrouwd met deze onderzoekmethodiek. Met de methodiek van in 't Veld is het mogelijk storingen en oorzaken van bestaande funktionele organisatieproblemen aan te wijzen. Bij het herontwerp van de produktieorganisatie kan er dan bv. op worden gelet dat funkties elkaar niet overlappen of dat er 'leemtes' in zitten. Ook kunnen adequate en korte regelkringen worden opgebouwd. Regelkringen dienen binnen de bevoegdheden van het beschouwde systeem te vallen. Bij het beschrijven van een nieuwe produktiestruktuur en bij het toekennen van verantwoordelijkheden werd de systeemtheorie volgens De Leeuw toegepast [7]. Deze systeemtheorie beschrijft de benodigde besturingselementen die nodig zijn om tot een stabiel (d.w.z. een zichzelf regulerend) systeem te komen. Hiervoor wordt verwezen naar bijlage [7]. §
3.3
Resume
In dit hoofdstuk is de struktuur van het onderzoek beschreven en verklaard waarom van bepaalde onderzoekmethodieken gebruik is gemaakt. Het meest relevante hierin is de Top-Down uitgevoerde analyse en het Bottom-up opgezette ontwerpproces van de produktiestruktuur [fig. 3.2].
Jos Reijnders
Pagina
8
produktvernieuVl
•
,-- ... --~
ontwiKke1ing
II
III
V
intrOductle
groei
vervaf
cumu
+
o
Omze
WINST k-_ _ _ _ _ _ _ _ _ _.......-.....c::;;_ _ _
• VERLIES
Produklle\ enscydus tiguur 4.1
""---.-~
_
_...a._ _ __..Io__ _ ___+
re-sul tijd
Hoofdstuk 4:
PRODUKTSELRKTIE
Samenvattinq In dit hoofdstuk wordt eerst uitgelegd waarom en hoe voor een bepaald produktpakket gekozen is. Vervolgens wordt bestudeerd hoe deze produktgroep zich in de toekomst qua omvang en toegepaste produktietechniek waarschijnlijk zal ontwikkelen. §
4.1: Inleidinq
De steugels kunnen worden onderverdeeld in drie groepen: - steunen en beugels die aan de kabine worden gemonteerd of gelast (opstapsteun, stoelsteun). - steunen en beugels die aan de assen worden bevestigd (remcylindersteunen). - steunen en beugels die aan of bij de langsliggers van het chassis worden bevestigd (aanschroefdelen). De eerste twee groepen worden gefabriceerd in de kabine- en assenfabriek te Westerlo. AIleen de laatste groep wordtgefabriceerd in de PKF te Eindhoven en is hoofdonderwerp vanstudie. §
4.2: De keuze van bet te onderzoeken produktpakket
Na een eerste orienterende studie [1] werd een beperking in de te onderzoeken produktgroep gemaakt, we zullen ons aIleen richten tot de OAF 95 lassamenstellingen. Deze beperking werd gemaakt om de volgende redenen: - De OAF 95 produkten bevinden zich aan het begin van hun economische levenscyclus [fig. 4.1]. Ze blijven lang genoeg in produktie om voor de te ontwerpen cel in aanmerking te komen. - De oude generatie trucks gaat in toenemende mate uit produktie. De onderzoeks- en investeringskosten zullen voor de relatief korte, resterende produktieperiode, niet rendabel zijn. -
OAF 95 produkten is eventueel eenherontwerp t.b.v. automatisch lassen toegestaan, mits dit lonend is. De oude groep produkten wordt door Ontwikkeling en Beproeving (0 & B) niet meer gewijzigd.
V~~r
- Het bestand steugels van de oude trucktypen bleek 3000 a 4000 codenummers te bevatten [1]. Binnen het bestand oude trucks komen bovendien veel onderdelen voor die niet meer worden gemaakt, maar niet uit bet stuklijstsysteem zijn verwijderd. Dit zijn onderdelen ten behoeve van service, militaire onderdelen en onderdelen t.b.v. voorontwikkeling. Om een uitspraak over deze groep te kunnen doen zou een zeer omvangrijk onderzoek nodig zijn. Jos Reijnders
Pag-ina
9
§
4.2.1: Bepaling van de DAP 95 lassamenstellingen
Om aIle aan de OAF 95 voorkomende lassamenstellingen op te sporen werd als voIgt te werk gegaan: Van aIle aktuele OAF 95 varianten werd een stuklijstexplosie gemaakt, daarbij werden aIle codenummers en de samenhangende boomstruktuur bepaald. AIle daarop voorkomende artikelnummers werden aan de volgende selektie onderworpen: Geselekteerd werd eerst op Yellow Line-code (YL). YL-delen worden direkt, zonder tussenbewerking, aan de truck gemonteerd. De steugels (aanschroefdelen) zijn immers YL-delen. Van deze YL-samenstellingen werd de routing nagetrokken. Als bleek dat ze op bepaalde machinenummers (aIle lasbewerkingen in de PKF) bewerkingen ondergingen werden ze op een lijst gezet. Door de lijst op deze manier samen te stellen werden-Jleen oude produkterL,meegenomen, aIleen de aktuele OAF 95 produkten:6Ieven over. De OAF-gS maakt immers deels \gebruik van lasprodukten die , ook aan de oude trucks voorkomen. "" L _ P "IVc.A\..;
~
0
-
4
~ ~ ~t
Resultaat: Het bestand geselekteerde lassamenstellingen bestaat uit 134 codenUllllllers (oktober '88). Zie bijlage (4) §
4.3: Ontwikkelingen aan de OAF 95 lassamenstellingen
Naarmate de truck langer in produktie is ontstaan er steeds meer varianten omdat OAF probeert aan iedere klantwens/eis te voldoen. Als over enkele jaren een opwaardering voIgt van het huidige model zullen er wellicht nieuwe samenstellingen ontstaan De 134 geselekteerde produkten vormen een moment opname (half oktober 1988), het aantal varianten en de jaarseries zullen toenemen omdat de OAF 95 in steeds grotere aantallen en varianten wordt verkocht.
Oude generatie trucks Nieuwe Truck Generatie (NTG) = OAF 95 (deels oude parts)
nieuwe varianten en opwaardering
In de bovenstaande figuur wordt verduidelijkt welke ontwikkelingen te verwachten zijn. Tevens wordt benadrukt dat de OAF 95 deels opgebouwd is uit codenummers van de • oude , trucks.
Jos Reijnders
Pagina
10
§
4.3.1: Toekomstige ontwikkelingen in aantallen en varianten
OAF levert op dit moment (dec 1988) de volgende trucktypen: TRIJCID.'YPE:
3600 3300 2800 2500 2300 2100 1900 1700 1500 1300 <
VERVANGER.:
Il..'\F
95
> <
:> <
:>
"In projektfase"
"In projektfase" '---
IDIOR.:
11,6 Liter
CABINE:
large
6 Liter
8,25 Liter
Light
Medium
OJDENUMMERS:
134 (okt '88)
± 3000 - 4000
PROIDKTIE-
± 50 %
± 50 %
VOIIJME:
De huidige produktie (dec '88) bestaat voor ongeveer de helft uit OAF 95 trucks. De OAF 95 heeft daarbij deels de 3600 en 3300 series vervangen. Als de 2100 tim 2800 series en de 1900 tim 1300 serie wordt vervangen door een nieuw trucktype betekent dit globaal een verdubbeling van het produktievolume aan lassamenstellingen. Maar omdat lassen steeds minder wordt toegepast zal het, naar verwachting, niet tot een verdubbeling komen. steugels uit nog te ontwikkelen truckgeneraties zullen tezijnertijd in het onderzoek worden opgenomen. §
4.3.2: Algemene produktietechnische ontwikkelingen
Tot ± 1970 werd het totale chassis gelast. Oaarna is men steeds meer andere verbindingstechnieken gaan toepassen. Gaandeweg werden in toenemende mate ook bij de kleinere samenstellingen andere verbindingstechnieken toegepast. De algemene trend is dat lassen steeds minder wordt toegepast. Konstruktie voorkeur: Vroeger:
I
Jos Reijnders
~~ ~~:n/Bouten 3) Gieten 4) Smeden
~
1) Gieten 2) Smeden 3) Klinken/Bouten 4) LASSEN
Pagina
11
100o/0r---------lI-------=~::::::===r~--~:~~ "..
".
ontwerp
".'"
werkvoor- onderdclen- montage bereiding fabrikage
Kumulatievc ",cer~a\/~ ,'an het llfzonderJijkc kOSlenaandcd ,'an de beJangrijkste lasen van het produktieproccs (~cstfcc'ptc Jijn) cn van de' male ",sarin zij de fatale kosteD bcinvlocdcn c.q. vastleggen (gclTo!kcn Jijn)
figuur 4.2
Produktietechnische ontwikkelingen t.a.v. de lassamenstellingen: - Er worden steeds meer andere verbindingstechnieken toegepast zoals klinken en bout en omdat de lasverbinding als minder betrouwbaar wordt beschouwd (b.v. het optreden van scheuren). - Steeds meer giet- en smeeddelen, dit is meestal goedkoper bij grote jaarseries en niet te komplexe produkten. - Er wordt aIleen nog gelast als er anders geen goedkopere fabrikagemethode mogelijk is. Dit geldt in het algemeen voor kleine jaarseries van eenvoudige produkten of hoge jaarseries van complexe produkten. - Lassen wordt nog vaak toegepast vanwege de kleine series en vele produktwijzigingen. Andere produktiewijzen (b.v. gieten) vergen een langere voorbereiding en zijn niet snel te wijzigen. - Door de vele aanpassingen aan de voertuiglayout ontstaan op korte termijn varianten op bestaande produkten, deze kunnen dan aIleen m.b.v. lassen worden gemaakt. - Klinken en bouten hebben ook als voordeel dat het samenstellen aan de assemblagelijn kan plaatsvinden en er dUs geen voorraad samenstellingen nodig is. NB.
Ondanks dat men streeft naar minder lassamenstellingen wordt er aan de nieuwe DAF 95 meer gelast (lastijd) dan aan het vorige model, mede omdat er steeds meer functionele modules aan een truck zitten die door steugels worden bevestigd.
Ontwerptechnische ontwikkelingen t.a.v. de lassamenstellingen: - Er ontstaan veel produktwijzigingen (gemiddeld 2.5 per tekening) omdat een steugel in het begin van het ontwerpproces weinig aandacht krijgt. In het eindtrajekt van het ontwerp wordt er dan nog vaak gewijzigd. - Het toepassen van multifunctionelere produkten; men wil liefst in een ontwerp tegemoet komen aan aIle 'landen-eisen' en trucktypen, hierdoor ontstaan in het algemeen ook hogere jaarseries. - Komplexere lassamenstellingen (o.a. meer monodelen), omdat men meerdere functies in een samenstelling wil verenigen. § 4.4
Aanbevelingen
In het ontwerp liggen een groot deel van de produktie- en besturingskosten opgesloten [fig. 4.2]. De logistieke besturingskosten worden vooral beinvloed door het aantal codenummers, de groei hierin wordt weergegeven in [fig. 4.3]. Nu (dec'88) heeft de helft van aIle 18.000 codenummers in de PKF een jaarserie die kleiner is dan 100 stuks, dit bij een produktie-aantal van meer dan 19.000 trucks per jaar. Het standaardiseren van produktvormen leidt tot minder varianten cg. codenummers. Door samenstellingen zoveel mogelijk op te bouwen uit reeds bestaande monodelen kan de varieteit hierin worden verminderd.
Jos Reijnders
Pagina
12
KOOENUr1t1ERS (N I fEM M.I\ S fER IN RELA TI E •• '. _ _ _ _ TOTAAL AMHAL KOOENUMf1ERS IN I fEM MASTER
_ . - . -MET DAI"/WKOOPBESLISSING
AANTAL KODENUMMER
-------MET DAF-BESLISSING
•••••••••••• ··MET I NKOOP-BESLI 5S I NG
I-----t------t-'-
----!-.-.. -,-,- ---. ------1------/-------- -. - -.. _-------
190,I)I)D-I-----r----+----+-----I--------- -------....-i-----+----
I----+----+-----+---lr----+-----
/~ !
/V 170.D~O-l----+----"'I'----!------t----+.,.---/~"9--- ---:-
150.000-'-----+----t-----t--------~------_+--------+--------r--------
-i----
/V
--------r+--t·--~-~-~I----t--+----
i
~~-~~~--~--~.---~~~---4-r------
/' i 130. OOO-l----t-----+----l-t-/-7"'~-H---t--t--!--I-+"--r-- --
- ----
1l0.000-I-----+-----+-""21/'---++---4-I---I---+---+-~-+_-+-+---- I----+----:;.Io""'/:...-r/--_+t------+-'I--+--+-t---Hf---t-- - - I - - -
~ 90, Oaf) -1------ V"--;;;;-"""'---l:-+-r---++---+l---+--+--f-----l-+--t--t-t-. - ..
.---
I-+---tr-----+-+---'I---t+----i+----i~-+-_+----,H--t-_t-r·---'·-
70.000 -I--+---HI---+-+---t----t-t----l-r-- - - '---+---+-1---+---+--1----50.000 -I--+-----.+------+--+--+- - - t - t - - - - - I - f - - - - f - - + - - + - - + - I - - - : - - I - - + - l - - !I ~-~----~+------t·-r--+-----+r------4+----~--~~~==~~~~~~--------I _. -r--' -r--'- - . - --_.-
1 ""'-'-- • r--' 30. 000-'--+-=-=I::::-:::---+--·c=--~rl_----ld-·-·"-
i,..-.-"-, ._" ____
_
_ _IIr-_ _ ___. . ._ . . . . -\--+--+-+------.. "
i
........................ ''':: ----_.------ ' - " . __ .___ -1---- ... ..:.:.:.:..;::. .:::.:::::'::''::::'~:': ...... -10.0004-+-----:-t----+-t--f---+t----++---!---I----l,----. - ---1----1--1-'. - - .... 03-03
.I 26-1
1982
.... " .. ,. ........
-1----- ------
-
... _ ........ ~ ...t
--- -- -- ~
i
15-0' 10 33
26-03
El34
25-10 27-05
0-01 28-1
1935
1938 OPNAME t-IOMENT
Hguur 4.3
I
1939
Minder verschillende monodelen betekent Minder orders (hogere seriegrootte) en Minder voorraad (lagere besturingskosten). De produktiekosten kunnen worden verminderd door tijdens het ontwerp van monodelen en samenstellingen voorkeursbewerkingen en volgordes (ontwerprichtlijnen) aan te houden. De voorkeursbewerkingen dienen op het bestaande (en toekomstige) machinepark toegesneden te zijn. Door samenstellingen multifunctioneler te ontwerpen kan met Minder varianten toch aan de gevarieerde marktvraag worden voldaan. Nu namelijk leidt de DAF strategie, vrij vertaald: "maken wat de klant vraagt tl tot een groot aantal voertuigvarianten en steugels. §
4.5
Conclusies
De komende jaren is er voldoende behoefte aan gelaste produkten die in aanmerking kunnen komen voor automatisering. De groep DAF 95 steunen en beugels zal in produktievolume en varianten stijgen. Ondanks dat men lassen Minder wil toepassen zullen ook aan nieuwe truckgeneraties vele lasverbindingen zitten. Lassen heeft als verbindingstechniek namelijkenkele specifieke voordelen. Er zijn komplexe vormen mogelijk en de ontwerp en produktievoorbereidingstijd is relatief kort. Daarnaast is lassen relatief eenvoudig te automatiseren. Er is een trend waar te nemen in de richting van komplexere produkten met hoge jaarseries. Lage jaarseries met veel wijzigingen zijn ongunstig voor automatisering. Door in het ontwerptrajekt meer aandacht te schenken aan logistieke kosten en mogelijkheden tot automatisering kan de totale kostprijs van de produkten dalen.
Jos Reijnders
Pagina
13
VERD£LIf..IG JAAkPlANAAI'IT At DAf 9S LAS5AI1ENSTfLLlNGEN GI1AFIS
20000
JAARl=lNi
"ANTAL
i~,DOO r-----------------------------~
1-------------------------------, 5000 1------------------------::
;O(;(H)
oL---------------------....• ~u
100
113
"'ANTAL LASSAl'lENS TELLINGEN
figuur 5.1
VERDEUNGJAAPPlANAANTAL DAF 95 LASSAMENSTElLINGEN IN KlASSEN
,j:. , - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -
4" F-.AhT~.L
-jij
i..~,S'3AMEN- 3~ ;TELUNGi:N
l~
1U :.:;
o
o tim 100
101 tim 501 lim 500 1000
1001 tim 2000
2001 tim 5000
SOOt tim 7500
JAARPlANAANTAL
figuur 5.2
7501 tim 10000
12000
15000
24000
Hoofdstuk 5:
LOGISTIEKE PRODUKT ANALYSE
Samenvatting In dit hoofdstuk wordt een analyse uitgevoerd om inzicht te krijgen in de logistieke eigenschappen van de groep DAF 95 lasprodukten. Dit werd gedaan om de studie te onderbouwen met feiten en cijfers. Deze analyse bevat produktinformatie die niet in de konstruktieve analyse naar voren komt zoals de produktietijden, de routing, bewerkingsvolgorde en capaciteiten. Deze analyse dient tevens om groepen produkten te selekteren die logistie~ gezien de beste vooruitzichten bieden voor automatisch lassen. §
5.1
Inleiding
Als basis voor de logistieke produktanalyse diende het centraal produktinformatiesysteem van DAF. De hieruit verzamelde gegevens over produkten en routing staan in bijlagen [5]. Eerst zal een korte impressie van de produkten worden gegeven, daarna wordt dieper ingegaan op enkele produktkenmerken. De onderzochte groep DAF 95 produkten bevat 134 samenstellingen. Het samenstellen bestaat voor 80 % uit lassen. In totaal wordt er aan deze groep per jaar 18.745 uur gelast. Aan een samenstelling zitten ongeveer 5 onderdelen. De gemiddelde handlastijd bedraagt 5 minuten per produkt. De DAF 95 steugels bevatten enkele grote produktfamilies: Luchtketelsteunen Versterkingsprofielen uitlaatsteunen Bevestigingssteunen Schokdempersteunen Stabilisator schommels §
i~ stuks :~~~: ]
12 9 9 7
Totaal 71 stuks (uit 134).
stuks stuks stuks
5.2 Produktkenmerken
De produkten worden op de volgende aspekten geanalyseerd: -
Jaarplanaantallen Een PQ - analyse Aantal monodelen per samenstelling Bewerkingen en routing De verhouding tussen de laad-lostijd en de lastijd Benodigde produktiecapaciteit
Jos Reijnders
Pagina
14
60 v/d 134 I DO.')O 30
samenst ( 4 5 7&) __ ,____ ,__ 1595"% V/d__.__ _
33 vld 131 samensrelhnaen. -- (-.;- 25 %) 15 80 :t van de,
prodvkire
totale pro
OO~·
J '
SO.OO ~-----,,~----~,-------"-----_&al""
70.00 ,;, - - - - - - - , - - - - " - - - - -
.
60",:)0 - ' - - - - - - - - - - - - - - - -
50.00 .......-------=11......1-11
40.::( .:.----- -_.....
20,1)0 -'--~""""'''''
tiguur 5.3
T07 A AL kANT Al: 1341assam!l<nsteilingef'l
749 monodehm 6tr"liDDED, ;:•. 6 monodeei/sarnensteliing
6C
1"--"'.,.-------------------------------
AANTAL L.A.sSAHfNST£i.L!NGEN
2
2
2
4
5
7
6
10
!t
21 tim 4 t tim
26 AANf Al MONOOELEN PER LASSAMENSTElliNG TOTAAL: t34lASSAMENSTELLINGEN
figuur 5.4
48
§
5.2.1
Jaarplanaantallen
Het jaarplanaantal is het aantal stuks dat men aan de hand van verkoop en prognose denkt per jaar te maken. uit de grafische weergave van de jaarplanaantallen [fig. 5.1] blijkt dat deze voor de meeste produkten relatief laag zijn. Ook als deze gegevens in klassen worden ingedeeld [fig. 5.2] blijkt dat hoge jaarseries weinig voorkomen. 32 % heeft een jaarserie lager dan 100 stuks. De jaarseries van vele produkten zijn dermate laag dat het in eerste instantie niet zinvol lijkt om tot automatisering over te gaan. Dit geldt om de volgende reden: Het overschakelen van handlassen op automatisch lassen gaat altijd gepaard met vaste kosten. Hieronder vallen onder andere engineeringskosten, programmeerkosten, aanpassen of vervaardigen van nieuwe lasmallen enz •• De vaste investeringen moeten door lagere variabele produktiekosten worden terugverdiend. Een betere parameter om te kunnen bepalen of automatisering zinvol kan zijn is de produktiecapaciteit (aantal handlasuren per jaar) die voor een produkt nodig is. Dit wordt in de volgende paragraaf uitgewerkt. §
5.2.2
PQ -
analyse
Een PQ-analyse staat voor produkten (P) en hoeveelheden (Q). Om de produktiecapaciteit te bepalen werden per produkt de jaarseries vermenigvuldigd met de normtijd voor handlassen. In [fig. 5.3] worden op de horizontale as de produkten en op de vertikale as de bijbehorende produktie-capaciteit weergegeven. Hieruit blijkt duidelijk dat een kleine groep van de produkten een groot deel van de produktiecapaciteit beslaat: 25 % van de produkten legt beslag op 80 % van de produktiecapaciteit. Slechts 60 produkten (45 %) leggen beslag op 95 % van de capaciteit. Deze produkten bieden dus de gunstigste vooruitzichten voor automatische produktie. §
5.2.3
Bet aantal onderdelen per produkt
Het aantal onderdelen per produkt is een globale aanwijzing voor de komplexiteit van het produkt. Als een produkt weinig onderdelen heeft zijn in het algemeen minder lasverbindingen nodig, de kans op vervorming en tussentijds richten is dan kleiner. Tevens zijn bij minder onderdelen de lasmallen eenvoudiger en v~~r de robot beter bereikbaar. Er hoeven minder onderdelen ingespannen te worden, hiervoor zijn namelijk klemmen nodig die de toegang tot het produkt belemmeren. Naast het begrip onderdeel wordt bij DAF ook het begrip monodeel gebruikt omdat men spreekt van de 'monodelenfabrikage'. Sommige monodelen worden direkt aan de truck gemonteerd, anderen gaan op in lassamenstellingen. Het aantal monodelen (of onderdelen) per produkt staat weergegeven in [fig. 5.4]. uit deze figuur blijkt dat de 134 produkten in drie groepen zijn in te delen [fig. 5.5]. Jos Reijnders
Pagina
15
Produktgroepen Eenvoudige produkten -
2 tIm 5 monodelen 75 % capaciteit lastijd • 3 min, weinig tussentijds richten - weinig punt/projektielassen - laadlostijd/lastijd • gem. 0.40
figuur 5.5
Middengroep -
6 tim 11monodelen 17 % capaciteit lastijd • 6 min. veel bankwerken en tussentyds richten - laadlostijd/lastyd • gem. 0.44
Ingewikkelde prod. -
) 11 monodelen 8 % capaciteit lastijd • 10.5 min veel puntlprojektie lassen - laadlostijd/lastyd • gem. 1.97
De groep tIm 5 monodelen per samenstelling legt beslag op 75 % van de totale produktiecapaciteit. Het zijn relatief eenvoudige produkten (i.v.m. bereikbaarheid), tussentijds richten is zelden nodig. De gemiddelde lastijd bedraagt 3 minuten. De groep 6 tIm 11 monodelen per samenstelling legt beslag op 17 % van de capaciteit. Deze groep is ingewikkelder van opbouw. De gemiddelde lastijd bedraagt dan ook 6 minuten. De qroep produkten met meer dan 11 monodelen lijkt minder geschikt voor automatisch lassen. Ze bestaan uit veel monodelen (lang inspannen, dure mallen), ze zijn groot in afmeting en de bereikbaarheid is relatief slecht. Vaak moet ook tussentijds worden gericht. §
5.2.4. Bewerkingen en Routing
Om te analyseren welke bewerkingen er naast het lassen aan de produkten plaats vinden werden de BVO's (bewerkingsvolgorde) van aIle produkten nagetrokken. De benodigde produktie-uren op jaarbasis werden bepaald door het jaarplanaantal met de betreffende normtijd te vermeniqvuldigen. In onderstaande figuur worden de bewerkingen aan de groep produkten gesommeerd weergegeven:
BEWERKING MIG-MAG lassen Bankwerken Puntlassen Projektielassen Afpersen Schuren Afbramen Boren Richten Tappen Snijden TOTAAL:
OREN PER JAAR 18744 2511 1226 421 260 81 79 35 18 18 5
AANDEEL IN % 80 11 5
2 1
----
23398
Niet aIle bewerkingen Z1)n representatief voor de groep samenstellingen, bewerkingen met minder dan een procent aandeel komen vaak maar aan enkele samenstellingen v~~r. Tevens werd onderzoek verricht naar de routing, de volgorde waarin de bewerkingen worden verricht. De routing wordt gerelateerd aan het menggas-Iassen weergegeven in [fig. 5.6]. Bij 52.8 % van aIle lasuren is bankwerken nodig. 37.3 % wordt verricht na het lassen, in 13.5 % is tussentijds bankwerken nodig.
Jos Reijnders
Pagina
16
routing daf'95 lassamenstellingen 13.5 %
~
'H
I
i
'---t-------------ll
I
53 %
Imenggas:~
4.1 %
punt-
lassen
6.7 %
d
,
bank - I">--~ 52.8 % !werken f-.-.-i..,.--,I
~I_ '
lassen
0.2 %
rlchten
10.8 %
27.4 %
27.4 %
8.8 %
8.8 %
tiguur 5.6
,Aar,r,a~e: iaac!o:;tyc" l\) seconder: per mOIlOdeei Aannarr~e:
0.30
:astyc rcb!Jt
.= ~;e!ft
van
j~ h.]ndiasnQrr;-;~'ld
~"----~-.------.--------------
0.25 -,-'".--.-',....- - - - - - - - - - - - - - - - - - - (:.~1)
_ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ __
VERHC'UD,"·ji';' LP.,f' DL D':, ryr;
0.05
0.00
Hguur 5.7
, ::.345678910111213141516171819202122232425262728 AANT At LASSAt1ENSTELLINGEN MET lAADLOS/LASTYD <0.25. OP EEN TOTAAL VAN l34 : 215 samenstellingen
Het bankwerken tussen twee lasbewerkingen in is ongunstig voor automatisering. Het komt vooral voor aan de ingewikkelde produkten. Bij 10.8 % van aIle lasuren wordt gepuntlast, in 6.7 % gaat daaraan projektielassen vooraf. De bewerkingen projektielassen en puntlassen komen vooral voor aan de groep versterkingssteunen. Bij 27.4 % van aIle lasuren is geen voor, tussen of nabewerking nodig. §
5.2.5 De verhoudinq tussen de laad-lostijd en lastijd
De laad-Iostijd is de tijd die nodig is voor het laden en lossen van de onderdelen en het wegleggen van de samenstelling Allereerst worden enkele begrippen gedefinieerd om misverstanden te voorkomen: NORMTIJO (handlassen)
lastijd
=[ :
= lastijd
+ rusttoeslag (18 %).
laden: toevoeren monodelen + in mal plaatsen lasbewerking: lasboogtijd + toorts verplaatsen + hanteren van lasprodukt lossen: uitnemen en in emballagemiddel leggen
In eerste instantie werd aangenomen dat het laden en lossen gemiddeld 10 seconden per monodeel in beslag nam [1]. Inmiddels zijn OAF normen bekend waarmee de laad-Iostijd kan worden berekend [zie bijlage 5]. uit deze normen blijkt dat de gemaakte aanname betrouwbaar is voor onderdelen lichter dan 8 kg. Hiervoor geldt een tijd van 7.2 seconden voor produkten in kleine bakken. V~~r andere emballage geldt een tijd van 10.08 seconden Als schatting voor de robotlastijd werd de helft van de handlastijd aangenomen. In [1] en [37] worden voor de robottijd 40 resp. 50 % van de handlastijd vermeld. Onder deze aannamen is de verhouding tussen de laad-Iostijd en de lastijd berekend. AIleen voor de produkten met meer dan 11 monodelen ligt de gemiddelde verhouding boven de 1, namelijk 1.97 [zie fig. 5.5]. Oit betekent dat de robot staat te wachten terwijl de bediener nog onderdelen inspant. V~~r verreweg de meeste produkten (92 %) ligt de verhouding onder een half. oit betekent dat de bediener tijd over heeft voor andere taken (bv. hechten of bankwerken) of dat hij een tweede robot bedient.
Jos Reijnders
Pagina
17
VERHt.)UD IN6lAAD-1l 0 styo 'TaT CE Rceo1LAST'YD A
r\ .-
~.
", ..
~
0.50 0.45
~-"--------"------------------=::"ii'
040
:...~
035 0.:0
V:~;nOlJDING
lAAOlo.;rv;::. 025 TOT [£ tAsrYD 0 ~::.') 15 0.10 0.·Y5
o
~ .~
..- .----_._--
------------------=
lIlllllll
III
11111111111111111 r~- - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - 111111111111111111111111111111111 '-;-------.,.. If 111111111111111111111111111111111 i IIII ~ 1111111111111111111111111111111111111111 111111111111111 , 111111111111111111111111 . till 11111 11111 11111 11111 11111 III " II 1111 111111111111111111111111111111 , IIIIIIIII ; lilt" III t! 1111 " , , , , , , , , II III H" H III , 1111
29
96
AANTAL lASSAMENSTELUNGEN t1ET 0.25 (LAADLOS/LASTYD <0.5 OPEEN TOTAAi.. VAN 134;
67 samenslaliingen
VERHOUDING i.AAD-/lOSTYD TOT DE R060TlASTYD A.,;mnaml?: !aad!o;tyd;:: 10 secondeR per monod@e' Aanname>: Jastyd roaot ;:: helft van handlasoormtyo
+-_ve:f11C)Udl.og 2.50 t----------------------4-----------II 3.~>')
r- _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _
.....
VERH0UD!NG 2.00 t----------------------+-------=~ i..AADlOSTYD TOT DE LASTVD 1.50 1.00 t--------------::==~=__
f - - - - - - - - - - - - - - - - - - -...- -...,..,............
.......................
0.50
t.-...rw-.........tII1It. ...-tHr.1H.................1It...tt. .r.1. .
O.OO~·~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~-~,l4~~~
AANT AL LASSAMENSTElLlNGEN MET lAADLOS/lASTYD) 0.5 OP EEN TOTAAl VAN 134 : 37 samenst.ellingen
figuur 5.7
In [fig. 5.7] wordt de verhouding tussen de laad-Iostijd en de robotlastijd aangegeven. Daarbij werden de 134 produkten in drie klassen opgedeeld, de verhouding ligt beneden 0.25, tussen 0.25 en 0.5, of de verhouding ligt boven 0.5. §
5.2.6 Benodigde produktiecapaciteit
De totale normlastijd die nodig is om deze 134 steugels te kunnen lassen bedraagt 18.744 uur. Aannemende dat aIle samenstellingen op een robot lasbaar zijn en dat een robot de helft van het aantal normuren nodig heeft betekent dit 9372 roboturen. Dit getal wordt gedeeld door de uren die een robot per jaar effectief draait, we gaan uit van twee ploegendienst (16 uur per dag) en 2900 effektieve uren per jaar [zie § 9.1.2]. Dit betekent werk voor 9372/2900 = 4 robots. Dit geldt dan voor de DAF 95 steugels in Eindhoven, hierin zijn steugels aan de nieuwe medium serie niet inbegrepen. §
5.3
Conclusies
uit dit hoofdstuk is naar voren gekomen dat de relatief eenvoudige produkten met een groot deel van de produktiecapaciteit het meest geschikt zijn v~~r automatische produktie. produkten met een lage produktiecapaciteit of die ingewikkeld van opbouw zijn kunnen beter niet automatisch gelast worden. · . et is aan te bevelen om eerst met een geschikte groep produkten /; I de nodige ervaring met automatiseren op te doen. De resultaten uit dit hoofdstuk waarme een beeld is verkregen van de produktgroep worden ook in hoofdstuk 9 gebruikt.
~.
Jos Reijnders
Pagina
18
Kenmerken Funktionele organisatie - weinig stuur en regelinformatie - veel detail informatie - geen inzicht in output
beheersingsproces
Prestaties 11 Output 11 Kosten 11 C:==I====== Hoe regelen 11 ~----~------~------~
produktie: - kris-kras stromen - komplexe routing - wachttijden - moeilijke kwaliteitsbeheersing - aansturing per machine
iiguur 6.1
Hoofdstuk 6:
BESCHRIJVIHG HUIDIGE PRODUKTIESITUATIE
Samenvattinq In dit hoofdstuk wordt de huidige PKF beschreven aan de hand van eigen ervaringen en een beschrijving van de kritische succesfaktoren. Ook wordt een Steady State model opgesteld en besproken waarin taakverantwoordelijkheden worden vastgelegd. §
6.1: Inleidinq
Alvorens de PKF te typeren worden kort en globaal de drie te onderscheid~n produktiestrukturen beschreven: 1) Plaatsqebonden produktie: 2) Lij nqebonden produktie: 3) FUnctionele produktie:
enkelstuksfabrikage op order, by. grote projekten, qebouwen. grote series, vaste bewerkingsvolqorde, bv gloeilampenfabrikage. orders niet identieke produkten passeren batchgewijs aIle of enkele gespecialiseerde afdelingen.
In de huidige PKF is sprake van een functionele produktiestruktuur. wat hieronder wordt verstaan wordt hieronder verduidelijkt, tevens worden enkele kenmerken genoemd. De functionele struktuur treft men veelal aan in situaties waarin het produktieproqramma zeer qevarieerd is. De fabrikagestruktuur is opgebouwd uit qespecialiseerde afdelingen, ingedeeld naar een bepaalde technische bewerkingssoort. Orders worden geexplodeerd in onderdelen en deze worden gesorteerd naar hun eerste bewerking. Relatief veel orders zijn in omloop om een hoge bezettingsgraad te behalen, er is dus veel onderhanden werk. De orders bereiken via werkuitgifte hun eerste bewerkingsadres. Na het gereedkomen worden ze per afdeling in een voorraad 'orders in bewerking' verzameld. Hier vindt een hersortering plaats voor de tweede bewerking, enz. Hierdoor is ook de begeleidende formulierenstroom groot van omvang en de routing komplex. Enkele andere kenmerken van de functionele produktiewijze: -
discontinu proces gevarieerde produkten met middelgrote series fabrikageproces relatief moeilijk en/of duur universele flexibele produktiemachines aanmaak op order of op voorraad bewerkingsvolgorde flexibel, niet door voorgaande fase bepaald toekomstige capaciteit moeilijk voorspelbaar
De functionele struktuur heeft zijn specifieke voordelen. Maar met name als de fabriek te groot en dus te komplex wordt ontstaan er besturingsproblemen. Dit is wat zich in de PKF voordoet [fig. 6.1], daarom wordt opsplitsing in kleinere produktie-eenheden voorqesteld. Jos Reijnders
Pagina
19
§
6.2: Problematiek PKF en Bedrijfsbureau
Gedurende een interne stage werden problemen geinventariseerd aan de hand van eigen ervaringen en gesprekken. Probleeminventarisatie PKF: -
hoge voorraden, veel onderhanden werk lange doorlooptijden met hoge spreidingen veel spoedorders, tot 20 % van de orders veel manco's, leveronbetrouwbaarheid verkeerde bestel- en leveraantallen slecht onderhoud gereedschappen veel storing en reparaties/schrot
Door de hoge voorraden en lange doorlooptijden is het moeilijk de produktie te overzien. Prioriteiten stellen in de onderhanden orders gebeurt niet aan de hand van goede aktuele informatie. De output in de vorm van levertijden, aantallen en kwaliteit is onbetrouwbaar. Door de vele stappen in het produktieproces is vooral de kans op verkeerde aantallen~root. In 21 % van de spoedorders zijn telverschIllen-de oorzaak [17], in 27 % van de orders wordt meer dan 5 % afgeweken van het gevraagde aantal. Produktie-problemen worden opgelost d.m.v. spoedorders, hiermee is in feite een volgende probleem geschapen. Verkeerde besturing en produktieproblemen zorgen voor een opslingereffekt. De voorraad is onbetrouwbaar omdat materiaalreserveringen, bestellingen en gereedmeldingen van bewerkingen met grote reaktietijden plaatsvinden. Ook processtoringen veroorzaken achterstanden in orders. Gedurende deze stage in de PKF werden processtoringen en fouten in de lasgroep geregistreerd en geanalyseerd. Als bron voor deze gegevens dienden de urenverantwoordingformulieren, het betreft de weken 26 tIm 39 (1988). In totaal werden 1041 storingsuren (produktiestilstand) geregistreerd. Hieronder voIgt een overzicht van geregistreerde fouten: reparatie/onderhoud foutieve instrukties vert raging t.g.v. slijtage materiaal voldoet niet aan norm extra steltijd geen opdrachten geen gereedschap wachten op materiaal afstemverliezen resterende fouten Totaal
193 uren 160 142 120 100 98 95 63 28 42
-----1041
= = = = = =
= = = =
18.5 15.4 13.6 11.6 9.6 9.4 9.1 6.1 2.7 4.0
% % % % % % % % % %
-------
100
%
Deze getallen geven ook de technische tekortkomingen weer. De kwaliteit van de monodelen, de gereedschappen en oude machines veroorzaken veel technische problemen. Jos Reijnders
pagina
20
De post foutieve instrukties omvat foutieve BVO's, routings en tekeningen. Tachtig procent van de met name oude BVOts is niet volledig juist! Probleeminventarisatie Bedrijfsbureau: - geen gedetailleerd capaciteitsinzicht, dit is aIleen in een geaggregeerde vorm aanwezig, by. per machine per jaar, - te lange planningshorizon (i.v.m. ruwe capaciteits-check), - produktiebesturing bewerkelijk, veel tijdrovend handwerk, - laat en onvoldoende inzicht in logistieke prestaties van de ) PKF, geen meting van doorlooptijd, levertijdafwijking, etc. ( - onzekerheden t.a.v. vraag en opbrengst, - de van de output is PKF onbeheerst, het is niet bekend waaraan a , - artikelen worden op prognose besteld en aangemaakt, - onbetrouwbare gegevens, telverschillen, niet gereedmelden etc. Om
te kunnen besturen hanteert men twee stuurmiddelen: - Een capaciteitsoverzicbt per machine. Per machine wordt het aantal geproduceerde produkten per jaar weergegeven. - Een capaciteits-cbeck op ingeplande orders. Men plant steeds de eerst komende 16 weken vol. Aan de hand van deze gegevens neemt men capaciteitsakties.
V~~r
het inzetten van een nieuwe orders hanteren de planners/ bevoorraders de volgende besturingsgegevens. - minimum en maximum voorraad - leverweek en wijzigingstermijn - seriegrootte (in weken) - veiligheidstijd in weken
Op korte termijn is dus geen stuurinformatie beschikbaar. Het besturen bestaat in de praktijk uit het wegwerken van achterstanden d.m.v. spoedorders en het inschakelen van de flexibele mancapaciteit om tekorten op te vangen. Reageren op achterstanden dus i.p.v. plannen en anticiperen. Een verstoring in de geplande produktie bereikt met een zekere looptijd het bedrijfsbureau, ook de ingreep heeft een looptijd, hierdoor ontstaan er opslingereffecten. Kleine series en kortere reactietijden kunnen dit effekt verminderen maar niet oplossen. Men hanteert een veiligheidstijd van twee of drie weken (produktafhankelijk), men laat dus produkten eerder binnenkomen i.v.m. tijds- en opbrengstonzekerheden, dit verlengt de doorlooptijd. Er worden veiligheidsvoorraden aangehouden om vraag- en leverhoeveelheids-onzekerheden op te vangen. Kenmerkend is dat deze voorraad ook aanwezig is als er van dat produkt geen orders in omloop zijn. De materiaalplanneurs besteden veel tijd aan chasseren. Chasseren is een middel om incidentele verstoringen op te vangen, men verleent voorrang aan een order. Het percentage spoedorders is echter dermate hoog dat andere orders hierdoor weer in gevaar komen. Jos Reijnders
Pagina
21
verkoop-
stuklijBt van OtB (ontw. t
+
proinoBe or era
be~roe-
vJ.ng)
I aignaler:ings lijst (behoefte 8chella) STATUS 1 Tot orderstatul 4 worden er geen order. ingepland orderplaatBing STATUS :2
orderbevestiginl STATUS 4 Veel tijd is er aodig voor de eapaeiteitseaeck Ii
startdatull bepalen IUlV leverweek STATUS
I:>
WEKEI
-!to
opsle, ordera in S ATVS Ii
.......
I
FADDe toevoegen (febrikage doeuaenten) STATUS 8 Iaplaaaen vaa order. ea aanwezigkeid .onodelen kontroleren start datua
3 rEUB
STATUS 7
c. · . -L
4 IEIE.
De bewerkiagstijd i. &eeltal oltgeveer 4 wekelt. aihaukeliJk vaa ket aalttal bewerkingen so.s langer
3 WEKEI
De veiliglteidatijd voor aontage voor de opvang van levertijdonzekerhedea bedraagt 2 a 3 weken
1 IEEI
De aontage doorlooptijd bedraagt ongeveer eea week
gereed lIelding STATUS 8
t1guur 6.2
Eea saaenstellingsorder wordt 18 wekea vaa te vorea iIIgepland
§
6.3
Beschrijvinq kritische succesfaktoren
§
6.3.1 De doorlooptijd
De doorlooptijd van lassamenstellingen in de huidige produktie bedraagt ongeveer 16 weken, dit is sterk produktafhankelijk. De spreiding in de doorlooptijd per produkt is bovendien groot. De doorlooptijd wordt niet gemeten. Informatie hierover is zeer moeilijk te achterhalen omdat er op voorraad wordt geproduceerd, orders gaan namelijk op in een grote voorraad. In [fig. 6.2] wordt het doorlooptijdtrajekt weergegeven met de~ lorderstappen die achtereenvolgens worden doorlopen. Voor ee.nS!IYb ~ ) beschrijvinq van de orderstappen wordt verwezen naar bijlage [6] . jJO.§'..A../ H.,ie:r:.u i:t.,.b..l.ij1Q: dat de doorlooptijd vooral bestaat uit ean:. .~ ~adm1nrstratTe~ doorlooptijd, dit acht men nodiq om capaciteitsinzicht te verkrijgen. '--------. J Een doorzichtigere produktiestruktuur maakt korte termijn ~ ~ ~J capaciteitsinzicht per machine of groep mogelijk. (1 , De bewerkingstijd, inclusief onderdelenbestelling, transport en ) ~ lakstraat bedraagt ongeveer 4 weken. ~ Na het samenstellen houdt men een veiligheidstijd aan van twee tot drie weken. Dit is nodig om verschillen in seriegrootte en de opbrengstonztJcerheden van het produktieproces op te vangen. Als een produkt1eproces een bepaalde doorlooptijd kan garanderen is er geen veiligheidstijd nodig.
J
De levertijd van een vrachtauto bedraaqt ongeveer 8 weken, aangezien de doorlooptijd van lassamenstellinqen groter is betekent dit dat er voorraadvorming optreedt. §
6.3.2 De voorraad
In [fig. 6.3] wordt de voorraad in het fabrikagetrajekt weergegeven. De grootste voorraad in het trajekt bevindt zich tussen de monodelenfabrikage en de samenstellingsproduktie. Deze voorraad bevindt zich in Mierlo, op 12 kID ! afstand van de PKF. De voorraad ontstaat omdat in de monodelenfabrikage machines staan met hoge omsteltijden. De seriegrootten zijn dus veel groter als tijdens het samenste11en. De voorraad onderdelen bedraagt zeker 8 weken, dit is per produkt sterk verschillend. De voorraadbetrouwbaarheid is slechts 90 %, dit betekent dat de leverbetrouwbaarheid aan het samenstellingsproces niet optimaal is. Er is ook een kleine voorraad voor de lakstraat. De lakstraat doet echter in het logistieke proces niet mee. Er wordt geen planning gemaakt voor de lakstraat, de lakstraat verwerkt wat aangeboden wordt. De voorraad kan het beste als 'transport' wordengezien. Na het assemblageproces worden de produkten in het Centraal Onderdelen Magazijn opgeslagen, de verblijftijd bedraagt hier 2 a 3 weken. De assemblage roept zelf de samenstellingen af. Hier bevindt zich dus een ontkoppelpunt, zie § 8.3. Jos Reijnders
Pagina
22
Opalag van plaatllateriaal bij de be1taerij. Iakoop.atel'iaal en atalldaardproUel wordt in het C.O.M oPlealalell
MOllodelen fabrikage ill de . PIF: Veel atatio.a net tuaae. voorl'a4en 12 b
Cefabriceercle lIon04ele.wor4ell in Mierlo opgealagell ill een zeer groot vrije lokatie aagazijn
. < 100 n
12 b
Sanenatellen van .ollodelen in de PlY: ellkeleatationa net tuaaenvoorraad
< 100 n Tuaaellopalag .allenatellillgen bij de lalt.traat
Lakken van aallenatellingen in 4e lak.tl'aat 600 •
100 •
Tu .. enopalal . van lelakte aaneutellingell i . het C.O.M
Alln cle .ontagelijn bevill4111l zich kleine vool'raden
Hguur 6.3
§
6.3.3
Kwaliteit
Een van de eisen aan nieuwe produktiemiddelen is dat de kwaliteit van de produkten altijd minimaal gelijk dient te zijn aan de bestaande kwaliteit. Het begrip kwaliteit is echter een integraal begrip en wordt door meerdere faktoren bepaald dan aIleen het produktieproces. De kwaliteit wordt gedefinieerd tijdens het ontwerp en fabrikagevoorbereidingsproces. De kwaliteit bestaat met name uit mechanische sterkte, toleranties en uiterlijke kenmerken. Een groot probleem is echter dat 60 a 70 pro cent van de produkten niet volgens tekening maakbaar is. Deze produkten worden niet direkt afgekeurd maar op "bruikbaarheid" doorgelaten. Het begrip kwaliteit is daardoor ook niet goed definieerbaar. Vaak worden produkten top ervaring' gemaakt en niet direkt volgens tekening en BVO. De kwaliteit van lassamenstellingen is manafhankelijk, dit geldt zowel voor het samenstellen als voor de onderdelenfabrikage. Ais de kwaliteit ernstig te kort schiet, het produkt is b.v. niet monteerbaar aan de truck, dan komt men daar veel te laat achter. Het is moeilijk na te trekken wanneer en waar de fout gemaakt is, de gevolgen van fouten zijn niet direkt zichtbaar. Dit wordt in de hand gewerkt door de lange doorlooptijden en hoge voorraden. Transport e.n opslag zijn nooit bevorderlijk voor de kwaliteit. kwaliteit wordt ook beinvloed door de loqistiek. In een cellenstruktuur met korte doorlooptijdenen lage voorraden ontstaat ook direkt zicht op kwaliteitsproblemen. Problemen kunnen beter en kordater worden aangepakt. Ingrijpen is dan nog mogelijk voordat de leveraantallen in gevaar komen. Omdat vastligt waar en door wie een produkt gemaakt is neemt het verantwoordelijkheidsbesef toe. In een cel is de kwaliteit beter te beheersen vanwege kortere regelkringen. De
T.a.v. automatisch lassen kan worden opgemerkt dat de kwaliteit minder manafhaI)k~lijken konstan~~:t::_!l.Qrdt • . ?r)/OCU;i
§
'1.,0~ ~ ~~=-- S:k~
6.3.4 Flexibiliteit
~~
(l"o{p.tJ{ l«
~ ~~
~-vt4?
Het samenstellingsproces is in de huidige produktie behoorlijk flexibel, dit komt omdat dit proces aIleen afhankelijk is van de mancapaciteit. In het samenstellingsproces komen geen machines voor met hoge omsteltijden, aIleen handlasapparaten en enkele eenvoudige machines (puntlasmachine, boorstandaard etc •• ) Orders kunnen in elke willekeurige volgorde worden verwerkt. Bij automatisch lassen is die flexibiliteit aIleen te behouden als de omsteltijden kort blijven. Een robotlasinstallatie dient daarom geen eisen te stellen aan de volgorde waarin de orders moeten worden aangeboden. Indien nieuwe produkten of varianten ontstaan moet een cel snel kunnen inspringen op de vervaardiging van gelijksoortige produkten. Jos Reijnders
Pagina
23
§
6.3.5 De kwaliteit van de arbeid (X v/d A)
De aandacht voor het begrip K v/d A is om een aantal redenen ontstaan: - Het ziekteverzuim is erg hoog (8~ %). - Het verloop van produktiemedewerkers en de daarmee gepaard gaande opleidingskosten zijn hoog K v/d A kan worden omschreven als: de mate waarin de inhoud en moeilijkheid van de arbeid overeenkomt met de genoten opleiding en verwachtingen van de medewerker. In de toekomst zullen er steeds minder laag geschoolden zijn die bereid zijn aIleen eenvoudig produktiewerk te doen zonder enige regelmogelijkheid en verantwoording. De toenemende kwaliteitseisen en de toenemende komplexiteit van het voortbrengingsproces vereisen een andere benadering van het produktieproces en de medewerkers. Daarom zijn veranderingen in de organisatie nodig. V~~r DAF houdt K v/d A in: herstrukturering van aIle taakinhouden met een maximale delegatie van deze taken en verantwoordelijkheden naar de werkvloer. Het regelvermogen wordt naar een lager niveau in de organisatie gebracht. Deze filosofie sluit goed aan bij een produktiestruktuur met autonome cellen waarin medewerkers naast uitvoerende taken ook besturende taken uitvoeren.
Om bij het (her)ontwerpen van een werkplek met X v/d A rekening te kunnen houden zijn door DAF ontwerprichtlijnen opgesteld: - minimale cyclustijd: 10 minuten - absentie van 10 minuten mogelijk zonder procesverstoring - ontkoppeling van individueel werk en produktflow V~~r de volledige richtlijnen wordt verwezen naar bijlage [6]. Andere maatregelen om de K v/d A te verhogen zijn by. taakverruiming en taakroulatie binnen een produktiecel. ~
)
Jos Reijnders
Pagina
24
(~
i
Oet.ft
ka".,
omgevlfiO
&
a.'f••• '•• normen
'ist' situatie lasserij
atwllklne
repareerbaar
proces
1 invoer
voorraad echrot
figuur 6.4
§
6.4
Steady State LasserijjBankwerkerij PKF
In deze paragraaf wordt de '1ST' situatie van de lasserij/ bankwerkerij beschreven aan de hand van een Steady State model [fig. 6.4]. Dit gebeurt als voIgt: * Eerst wordt de omgeving van dit model weergegeven * Dan voIgt een beschrijving van het Steady state model, * Een beschrijving van het transformatieproces, * Een beschrijving van de funktieblokken en verantwoordelijkheden * In § 6.5 worden conclusies gegeven §
6.4.1
Omgeving Steady state model.
Ingang: Uitgang: Grens:
Monodelen en informatie uit vorige proces Samengestelde ongelakte produkten en informatie. Binnen het transformatieproces worden de bewerkingen uitgevoerd, hieronder vallen aIle bewerkingen binnen de samenstellingsorder: punt- en projektielassen, MGlassen, bankwerken, etc •. Rondom dit transformatieproces bevinden zich binnen de PKF (aangegeven met stippellijnen) allerlei regelkringen. Binnen het totale kader valt ook het Bedrijfsbureau, hier bevindt zich de evaluerende en initierende functie en hiervandaan komen ook de fabrikagedocumenten. Omgeving: Uit de nabije omgeving komen ontwerp- en verkoo~ gegevens dit systeem binnen. §
6.4.2
Beschrijving Steady state LasserijjBankwerkerij
Als ingang (2) van dit model dient materiaal en informatie. Materiaal ligt buiten dit systeem op voorraad en bevat informatie in de vorm van een formulier op de emballage. Orderformulieren komen via het Bedrijfsbureau dit systeem binnen. De orderformulieren bestaan uit ontwerpinformatie (7) en logistieke informatie (9). Ontwerpinformatie komt via 0 & B en werkvoorbereiding dit systeem binnen. De prognose- en truckorders die zijn vertaald naar produktieorders komen van het Bedrijfsbureau. Van de aanwezige orders wordt door de ordervoorbereider m.b.v. de picklijst het materiaal besteld. Dit materiaal wordt in (3) gecontroleerd op aanwezigheid en toebedeeld aan de juiste order. Het kwaliteitsfilter (4) bestaat uit een kontrole fOp het oog'. Indien niet voldoende juist ingangsmateriaal aanwezig is wordt met spoed bijbesteld. Bij (3) en (4) wordt informatie gebruikt uit de orderformulieren (picklijst en evt. tekening). De hoeveelheidsmeting (5) aan de ingaande stroom wordt vergeleken met de gevraagde hoeveelheid op de orderformulieren. Aan het eind van het proces wordt ook gemeten (19). Deze informatie wordt gebruikt in het regelorgaan (13), een eventuele ingreep wordt in (12) door de werkmeester gedaan. In een voorraad (10) ligt het materiaal dat bij de orders hoort opgeslagen totdat de order wordt ingezet.
Jos Reijnders
Pagina
25
transformatie-proces gereedmelding kwaliteitsniveau
ingang
storing
uitgang
lasproces
orderbak
overleg met personeelsdienst
figuur 6.5
meting
-;
tekening ! + : : instruk- ;~~---r-----1 ties
: I ; capacitelt I
,
~
I
----~--~'iii atstemmen I!
hulpmiddelen
over leg met IE
gereed schap
I
~
transport kaart
Indien orders niet verwerkt kunnen worden (capaciteitstekort, grote storing) kan via (11) werk worden afgestoten, deze functie is formeel niet aanwezig. Materiaal en informatie gaan vervolgens het transformatieproces (1) in. Van dit proces is een aparte steady state opgesteld. Er zijn enkele afdelingen, binnen of deels buiten de PKF die dit proces ondersteunen (14), (15) en (16).
Aan het eind van het proces bevindt zich een kwaliteitsfilter (18) in de vorm van de kwaliteitsdienst. Richtlijnen voor keuring (25) komen voort de uit tekening, instrukties en keuringsnormen voor steekproeven. Indien een partij gekeurd is wordt deze informatie op de emballagebak toegevoegd. In (26) liggen de produkten opgeslagen voor de lakstraat. De nog ongelakte produkten verlaten bij (22) dit systeem. De prestatiemeting (21) wordt in (27) geevalueerd. Eventuele bijstellingen (bv. capaciteit) worden doorgegeven aan (8). In het Bedrijfsbureau (8) worden orders a.d.h.v. capaciteitsgegevens ingezet. §
6.4.3
Inqanq: Uitqanq: Grens:
§
6.4.4
steady state transformatieproces:
de '1ST' situatie
Monodelen en informatie Gelaste produkten en informatie Deze steady state is een beschrijvinq van functieblok 1 uit de steady state lasserij/bankwerkerij Het transformatieproces bestaat uit het totale samenstellinqsproces van monodelen tot ongelakte samenstellingen. Beschrijvinq van het Steady State transformatieproces
De samenstellingsorder bestaat uit meerdere deelbewerkingen. Als voorbeeld is hier gekozen voor het lasproces omdat dit het meest voorkomt. Lassen maakt 80 % van de totale capaciteit uit. Het ingaande materiaal is in een eerder stadium door de ordervoorbereider besteld en gecontroleerd en is nu ter beschikking. De produktie-orders die via het Bedrijfsbureau binnen komen wachten in een orderbak totdat ze kunnen worden ingezet. Dat kan indien er capaciteit vrijkomt. Er komt capaciteit vrij als de lasser zijn vorige karwei af heeft en van de werkmeester een nieuwe opdracht krijgt. De lasser neemt nu de volgende order aan en neemt de tekeninq en instrukties mee. Hulpmiddelen (lasdraad, gascupjes, ed.) betrekt de lasser via de werkmeester. De lasmal is door de ordervoorbereider in het magazijn besteld en naar de werkplek gestuurd of is daar aanwezig. De lasser plaatst de lasmal op de werktafel en plaatst eventuele kleine emballagemiddelen onder handbereik. Vervolgens 'leest' hij de tekening en stelt het lasapparaat juist in. Als de gehele werkplek klaar is worden de monodelen samengesteld tot lassamenstellingen. Jos Reijnders
Pagina
26
Positie
Uitvoe:rder/ verantwcx>rdelijke
Omscbrijving
5) HoeveelDe hoeveelheid m::>nOdelen staat venneld cp de heidsmeting emballagebak. Deze hoeveelheid YJOrdt met de hand geteld of voor kleine llDIlOdelen gewogen. Dit tellen virdt plaats tijdens de m::>nOdelenfabrikage of in het ma.gazijn in Mierlo. Vergelijken van het geconstateenie aantal met kirgsorgaan het gevraagde aantal cp de orderfonmllieren
6) Vergelij-
7) COdering van onlers:
Deze prcduktieonlers YJOrden als fabrikagedocI.:melten aan de lasserij doorgegeven.
8) Initiererrle Marktinfo:rna.tie (verkoop en voorspellingen) functi.e: YJOrdt 'vertaald' naar prcduktieorders. De prcduktie-orders YJOrden aan de hand van voorraadinfo:rna.tie en na een controle cp
lasser + ordervoorbereider
lasser/o:rder voo:rbereider Bedrijfsbureau Bedrijfsbureau
capaciteit vrijgegeven. 9) Codering ontwerp-
info:rna.tie: 10) Buffer:
lO.antwensen en ontwerpeisen VJOrden via de konstrukteur d.m. v. een samenstellingst.ekening doo:rgegeven aan prcduktie. Hierorxler vallen ook bewerJd.nJsvoorsch:riften.
Bedrijfsbureau
Vrijgegeven onlers wachten in een o:rdertlak cp definitieve inzet in prcduktie. Inzet gebeurt aan de hand van vrijgekanen capaciteit.
werkmeester
11) Veiligheids Fonneel niet aanrwrezig, de orders YJOrden aan de klep: produktie cpgedl:on:Jen (push systeem). In geval van calamiteiten zal na overleg de werklast VJOrden aangepast.
werkmeester Bedrijfsbureau
Deze ingreep is nodig am tach het gewenste aantal cp het juiste tijdstip te k1.mnen afleveren. ltiJgelijke acties zijn: bijbestellen m::>nOdelen, spoedo:rder, etc .•
Bedrijfsbureau werkIooester ordervoor-
12) InJreep:
bereider 13) Regelorgaan Dit orgaan regelt de ingreep die bij 12) wordt gedaan.
werkIooester
ordervoorbereider
14) Orrlersteurrl Orrlersteuning binnen de PKF zoals bijvootbeeld proces: gereedschapbehee, emballageuitgifte enz •• 15) Orrlersteund Orrlersteuning die niet alleen voor de PKF proces: geldt zoals de Technisd:le Dienst, de Administratie en de Personeelsdienst. Wijzigingen m.b.t. BVO's en ~ k1.mnen bv. met IE VJOrden afges1:e11rl.
Jos Reijrrlers
Pagina
28
uitvoero.er/ ~==========~r=====================================~1 V~r-
I
Positie
16+17) orrlersteu:rrl
proces: 18) Kwaliteits
- filter:
19) Hoeveelheid
- metin]:
I
Qmschrijving orrlersteunirg die totaal buiten de PKF plaats virrlt, dus alle erxjineering en orrlerzoeken als daze FAIC studie. De samenstellingen \¥Orden beoo:rdeeld op qeometrie en uiterlijk. De kwaliteitskontrole neemt steekproeven en controleert dan nader op toleranties, lasdikte etc ..
21) P:restatie
- metin]: 22) uitvoer:
lasser Kwaliteitskontrole
De hoeveelheid en de leve:rdatum worden bepaald
lasser
en aan hat voorraadsysteem d.ocm;Jet;Jeven
orde:tvoo:tb. werkmeester
(qereednelding) • 20) Decoderin]:
delijke
Op de emballaqemiddelen \¥Ordt de inhoud en de bestemmi.ng ll'I9Egegeven (transportkaart). Als een partij gekeurd is 'WOrdt een sticker toegevoegd. Al daze infonnatie wordt in het volgerrle proces gebruikt.
De prestaties \¥Omen gerneten aan de hard van uitvalpercentage I s I kwaliteitsniveau I s, capaciteitsgegevens, urenverantwool:ding etc.
lasser orde:tvoorbereider werkmeester
werkmeester
De uitvoer bestaat binnen daze grenzen uit
samergestelde, orgel.akte produkten. ze worden in hat magazijn qqeslagen 23) VergelijDe gerneten hoeveelheden en levertijden worden ki.rgsorgaan vergeleken met de gegevens op de orderfo:rDl.llieren.
werkmeester
24) Codering: pla.nnirgs-
werkmeester orde:tvoorbe:reider
norman
Voorraadgeqevens, order- en bestelinfonnatie \¥Ordt gebruikt an qecx>nstateerde afwijk:i.rgen in de prcxiuktievoortgarg te vertalen naar regelakties.
ordervoorbe:reider
ontwerper
25) Coderin]: Cln de kwaliteitskontrole uit te kunnen voeren kwaliteits- worden a1.t.W'el:peise en bewerkingsnorman voorschriften via de samenstellingste.kenin;J doo:rgegeven aan produktie.
be:reider
26) Buffer:
Bedrijfsbureau
De samenstellin;Jen worden opgeslagen voordat ze
in de lakstraat worden gelakt. 27) Evalueren:ie De gerneten prestaties women gebruikt an de omervrijgifte bij te stellen - functie:
Jos Reijnders
+ 'WelXvoor-
Bedrijfsbureau
pagina
29
§
6.5
Conclusies
Door de lange doorlooptijden in het produktieproces en de lange looptijden van signalen is effektief ingrijpen in het proces vrijwel onmogelijk. Er is te laat bekend dat de gewenste aantallen niet gehaald zullen worden of dat de kwaliteit niet voldoende is. Daardoor ontstaan er ook zoveel spoedorders. Geen goed inzicht in de output van de PKF, men kan op korte termijn de output niet goed beinvloeden. De ondoorzichtige produktiestruktuur maakt het natrekken van een order en routing zeer moeilijk. De kwaliteit van produkten wordt tijdens het proces slechts lOp het oog' gecontroleerd. Nadere kontrole op afmetingen en toleranties gebeurt slechts steekproefsgewijs. Verkeerde produkten kunnen gemakkelijk het proces verlaten. Indien achteraf tijdens assemblage er iets niet te monteren valt wordt pas aktie ondernomen. De kwaliteit van produkten is sterk manafhankelijk. De interpretatie van de tekening is niet altijd eenduidigi op de tekening staan eisen die of niet haalbaar zijn in de produktie, of waarop toch niet gecontroleerd na de produktie. ~ Vele BVO's worden niet meer zo uitgevoerd als ooit was bedoeld.
.\0 . '
~
Bepaalde funkties worden door meerdere personen uitgevoerd. Hierdoor kunnen fouten ontstaan. Bijvoorbeeld: Deelleveringen verzenden, gereedmelden van bewerkingen of registreren van produktie-aantallen gebeurt 1 . door meerdere personen • ;t·I· \ Met name de ordervoorbereider en werkmeester voeren vele functies gezamenlijk uit.
~ \!Jv
De plaats van de emballagemiddelen is vaak niet precies bekend omdat meerdere personen hierover beslissen. Bij vermeende tekorten moet het Bedrijfsbureau moet dan produkten gaan zoeken.
Jos Reijnders
Pagina
30
Funktionen aus oer Leitebene • ArbeitsplanersteJlung • Arbeitsgangterminierung • Kurzfristiger Kapazitatsabgleich • NC - Programmersteflung • Festlegung der Auftragsreihenfolge • Verfugbarkeitskontrolle der Fertigungsmittel • Oberwachen des Fertigungs(ortschritts • Fertigungsdiagnose • Veranlassen von Nacharbeit
Funktionen aus (:fer ProzeBebene
IIVertikale Autonomie ll
• MaterialbereitsteJlung u. -vorbereitung • Werkzeug- u. Vorrichtungsverwaltung • • • •
Wartung und Instandhaltung Qualitatskontrolle Zwlschenlagerung von WerkstOcken Verwaltung von MelSzeugen
UHorizontale Autonomie·
figuur 7.1
Hoofdstuk 7:
BESCHRIJVING
PRODUKTIESTRO~ruUR
Samenvattinq In dit hoofdstuk wordt dieper ingegaan op het herontwerp van de produktiestruktuur. Doel van dit herontwerp is om tegemoet te komen aan de kritische succesfaktoren. Van een volledig functionele organisatie gaat de PKF gaandeweg over naar een produktstroomgerichte organisatie. Daartoe wordt de PKF opgedeeld in kleinere, beter beheersbare, (produktie-)cellen. Er wordt bepaald hoe de samenstellingscel past in de produktieorganisatie van DAF. Ook wordt bestudeerd welk dee 1 van het fabrikagetrajekt binnen de grenzen van de samenstellingscel kan komen te vallen, of bijvoorbeeld ook de onderdelenfabrikage in de cel kan worden opgenomen. §
7.1 Inleidinq en definities
Een van de centrale begrippen in deze studie is het beqrip Icel l Daarom worden eerst enkele begrippen gedefinieerd:
•
Definitie: Een (produktie-)cel is een verzameling mensen en machines die als eenheid opgesteld is en die onderdelen en samenstellingen zoveel mogelijk tot produkten fabriceert/samenstelt. In de literatuur worden vele definities van cellen gegeven die allen geen volledig uitsluitsel geven over het aantal machines en de mate van autonomie. De definitie van een cel houdt al een zekere mate van autonomie in (als eenheid opqesteld), laat echter toe dat cellen zowel in serie als parallel geschakeld kunnen zijn. Daarom wordt een definitie gegeven van de autonome cel: Definitie: Een autonome cel is een cel waarin de totale transformatie van grondstof/halffabrikaat tot eindprodukt plaatsvindt. Een autonome cel is voor Z1Jn materiaalverwerking niet afhankelijk van andere cellen/machines, bovendien levert hij voor zijn direkte omgeving eindprodukten. Autonome cellen kunnen slechts parallel geschakeld zijn. Autonomie: De mate waarin een cel zijn produktpakket van begin tot eind kan vervaardigen transformeren, een cel is 100 % autonoom als aIle produkten binnen de cel (dus binnen bepaalde omgeving) tot eindprodukt worden verwerkt. Bet begrip autonomie dient dus altijd in verband met de omgevinqsqrenzen gezien te worden. Met autonomie wordt zowel horizontale als vertikale autonomie bedoeld [fig. 7.1]. Horizontale autonomie betekent dat meerdere bewerkingen binnen een cel worden uitgevoerd en dat de produkten zoveel mogelijk 'kant en klaar' worden afgeleverd. Jos Reijnders
pagina
31
Flexible Fertigungszelle Bearbeitungssystem Werkzeugmaschine
Speicherung
Werkstucke
--~ Werkleuge
[CJ
Spannzeuge
--------MellQ zeug!
."i
Handhabung
Werksti.lcke -~~
I--~-- Werkzeuge
t3-~ --------Spann- C J
zeuge
erzeug~~
m
~nfo-;;a:-- ~-. tionsspeicherung
f--------Informations~ verteilung
I--'--~------
Mellzeuge
Material fluBsystem
figuur 7.2
bd'
Steuerung Bewegungs-
e
.J
I[
Uberwachung Werkstuck· marle Werkstuckform
~
1--------1' Werkze':iSIi standzelt
1:
werk2eu~. 11 v crschleiI!. ~
Informationssystem
1
Onder horizontale autonomie vallen ook ondersteunende functies als kwal iteitskeuring , onderhoud, magazijn- en gereedschapbeheer. Vertikale autonomie houdt in dat ook de bestuursfuncties (administratie, planning en voortgangscontrole) binnen de cel worden uitgevoerd. Vertikale autonomie is slechts mogelijk na een zekere mate van horizontale autonomie. De autonomie is relatief omdat de produktiecel relaties onderhoudt met zijn omgeving: zowel vertikaal als horizontaal [5].
~Binnen de cel zijn drie hoofdsystemen [fig. 7.2] te onderscheiden [18]: ~ Af/ PWct4
Het bewerking~systeem (machines + gereedschappen) Het materiaalhanteringssysteem (+ opslag en transport) Het informatiesysteem (sturend en bewakend) -- ~J
1) 2) 3)
-
--~~
-;po'
1) en 2) vallen onder horizontale autonomie, 3) valt dan onder '. vertikale autonomie. De cel.kan wat betreft ieder hoofdsysteem in min of meerdere mate autonoom zijn.
I\
§
7.2: Toekomstige produktie-organisatieniveau's bij DAF
In het kader van deze studie en in de situatie van OAF wordt het begrip cel breder opgevat dan in de meeste literatuur. Hier worden cellen met name als organisatievorm beschouwd die boven de huidige functionele struktuur [fig. 7.3] voordelen moet bieden op besturingsgebied. In de OAF produktie-organisatie maakt een cel deel uit van een produktie-eenheid. Deze produktieorganisatieniveau's worden in onderstaande fiquur weergegeven. Produktieniveau
Verantwoordelijke
Voorbeeld:
Fabriek Afdeling Produktie-eenheid Cel
Bedrijfsleider Produktiechef Werkmeester Teamleider
PKF Lassen/bankwerken Prod. eenh. lassen Lascel
Definitie: Een produktie-eenheid is een verzameling van een of meerdere cellen, die in staat is als groepzelfstandig te functioneren. Een produktie-eenheid wordt met orders aangestuurd en is een organisatie op zich. Een cel wordt hetzelfde gedefinieerd als in § 7.1. §
7.3
Ontwerpstrategie voor stroomsgewijs produceren:
De ontwerpstrategie is gebaseerd op het reduceren van het aantal variabelen dat een bepaald fabrikageproces beinvloedt. Doel hiervan is het verlagen van de besturingslast en het verschaffen van inzicht in de produktie.
Jos Reijnders
Pagina
32
Kenmerken Funktionele organisatie - weinig stuur en regelinformatie - veel detail informatie - geen inzicht in output r-
I
beheersingsproces
Prestaties 11 Output 11
::=:r======:J produktie: - kris-kras stromen - komplexe routing - wachttijden - moeilijke kwaHteitsbeheersing - aansturing per machine
figuur 7.3
Kosten 11 Hoe regelen 11
Na het herontwerp dient per fabrikageproces het aantal variabelen dermate gereduceerd te zijn dat lokale besturing mogelijk is. Op hoger niveau in de organisatie is dan aIleen een initierende en evaluerende functie nodig, die prestaties en output van een bepaald fabrikageproces bewaakt. Vanwege de lagere besturingslast kan suboptimalisatie worden voorkomen door deelprocessen beter onderling af te stemmen. Dit kan aIleen als het aantal relaties (variabelen) binnen fabrikageprocessen veel grQter is dan tussen fabtikageprocessen. Vanuit een vereenvoudigde fabrikagestruktuur gaan Minder te beheersen variabelen naar een hoger niveau in de organisatie toe en zijn daarom onderling beter af te stemmen. Ais we dit vertalen naar een cellen struktuur betekent dit: binnen de cellen is het aantal relaties altijd groter dan tussen cellen onderling. Autonomie is een noodzaak om een eenvoudigere besturing te kunnen bereiken. Zie hiervoor de systeemtheorie volgens De Leeuw in bijlage [7]. Het herontwerp van de produktiestruktuur om tot stroomsgewijze produktie te komen is op de volgende strategie gebaseerd: - Het terugdringen van de complexiteit in de fabrikagestruktuur door vereenvoudiging van de input van een bewerkend proces en het verminderen van de relaties tussen deze processen. Dit kan by. door parallelle produktiestromen te formeren. - Minder verschillende ordersoorten aanbieden aan een samengesteld bewerkend proces verkleint de storingskans. Ingewikkelde routings moeten dan by. uiteengerafeld worden. - Vergroting van de eigen lokale regelcapaciteit van een bewerkend proces leidt tot sneller ingrijpen bij het optreden van storingen, zodat de storingsgevoeligheid afneemt. storingen werken niet door tot in het volgende proces. - Het reduceren van de lokale procesvarieteit houdt in dat binnen het proces vaste routings en volgordes in processen worden aangehouden. Gelijksoortige machines moeten zo ontworpen worden dat ze oOk aIle aangeboden orders kunnen verwerken. In de onderstaande figuur staat de ontwerpstrategie weergegeven: reducer en van inputvarieteit
I
lokale procesvarieteit reduceren
~ ++! ~
externe ordervarH~tei t
reduceren
---:: I
proces
---II>
L Jos Reijnders
I lokale regelcapaciteit vergroten
Pagina
33
(~;-T) ICO
i-~~~..dI r-oi.~
P~&l~ i
PARALLELLISERING
Het herontwerp van de fabrikagestruktuur, dat vooraf dient te gaan aan het herontwerp van de besturingsstruktuur, is in veel gevallen noodzakelijk. Achtergrond hiervan is, dat in de fabrikagestruktuur vastligt of de externe ordervarieteit en de lokale procesvarieteit voldoende worden gehomogeniseerd (vereenvoudigd), zodat de variatie per bewerkingsstation of per afdeling niet te groot is. Indien het proces voldoende homogeen (eenvoudig) is dan is aIleen op hoog niveau in de organisatie een evaluerend en initierend orgaan nodig dat de hoofdzaken regelt. Indien order- en procesvarieteit hoog zijn dan is regelvermogen op lokaal niveau noodzakelijk. Kortom, bij herontwerp van de fabrikagestruktuur worden de vrijheidsgraden voor allocatie van regelvermogen vastgelegd. §
(
7.4
Het toepassen van de ontwerpstrategie
Passen we de bovenstaande ontwerpstrategie toe, dan kunnen we achtereenvolgens de onderstaande twee fundamentele ontwerpmogelijkheden onderscheiden: [fig. 7.4]
~-"-"""
§
?4.1
Parallellisering
In eerste instantie moet worden getracht om te komen tot parallellisering van de produktstromen, die in de fabrikagestruktuur tot uiting komen. Hierbij dient als voIgt te werk worden gegaan:
*
het sorteren van produktsoorten in groepen die produktietechnisch, op grond van by. bewerkingsvolgorde, materiaal e.d., aan elkaar verwant zijn: homogenisering van de inputsamenstelling.
*
het inrichten van produktstromen voor elke van de aldus gevormde orderfamilies, zodat lokale procesvarieteit per produktiestroom wordt gehomogeniseerd.
Door te parallelliseren ontstaan produktcellen. Bij produktcellen zijn mens en en machines gegroepeerd naar de richting van de produktstroom, ze zijn gespecialiseerd in een produkt of een groep produkten die produktietechnisch verwant zijn [fig. 7.5]. De bedoeling is dat de produkten zo kant en klaar mogelijk binnen de cel worden vervaardigd (zoveel mogelijk bewerkingen), dit bevordert de horizontale autonomie. Bij deze verbijzondering naar produktstroomrichting is sprake van een yertikale opsplitsing van een bestaande functionele struktuur, deze indeling biedt de grootste besturingsvoordelen. Nu kunnen komplete produktorders aan de cel worden aangeboden.
Jos Reijnders
Pagina
34
Kenmerken parallelle stromen met cellen - informatie over in- en output - detailinformatie blijft binnen de cellen - inzicht in kosten en prestaties ... ·1
beheersingsproces Prestaties v==::=:t:==::::::;') Koste n Output F=:::::::::¥ \===I===i.>
-
stroomsgewijze produktie eenvoudige routing cellen struktuur aansturing per eel kwaliteit te beheersen
figuur 7.5
per flow bekend
Omdat de cel zelf de bewerkingsvolgorde en routing kan bepalen (of deze informatie is permanent aanwezig) hoeft de order niet uitgesplitst te worden in bewerkingen. De planning kan iedere cel als black-box beschouwen, men hoeft niet meer alles tot in detail te regelen .. Binnen deze produktcellen worden door In 't Veld [9] twee vormen onderscheiden, hiervoor wordt verwezen naar bijlage [7]. §
7.4.2
Segmentering
Bij segmenteren worden mens en en machines die gelijksoortige bewerkingen uitvoeren gegroepeerd. Door te segmenteren ontstaan bewerkingstechnologische·cellen. Bij deze verbijzondering naar bewerkingssoort is sprake van een horizontale opsplitsing van een bestaande functionele struktuur. Bij een horizontale celformatie met gelijksoortige machines in een cel doorlopen aIle produkten de cellen of in ieder geval een deel ervan. . Besturingstechnisch gezien moe ten produktorders worden opgesplitst inbewerkingen, ze hoeven echter niet over gelijksoortige machines te worden 'verdeeld want dit bepaalt de cel zelf. Het probleem van langedoorlooptijden en wachttijdenblijft daarom voor een deel bestaan omdat de batch meerdere cellen moet doorlopen en overal met wachttijden te maken krijgt. Een bewerkingstechnologische cel wordt gevoed met bewerkingsorders en wordt verder door planning als een black-box beschouwd. Naarmate de produktmix meer overeenkomsten in bewerkingen en ~~des vertoont wordt de routing eenvoudiger. \
.
Binnen zo'n stroom ontstaat dan in feite een verkapte functionele struktuur. Procesfasen kunnen om tijdsafhankelijke of bewerkingstechnische redenen niet in een parallelle stroom wordenondergebracht. Ook als de capaciteit van bewerkingenverschilt kan segmenteren noodzakelijk zijn. Segmenten hebben een eigen lokale input, regelkringen output. Dientengevolge .zijn de storingsk~nsen per segment verschillend. segmentering.biedt de mogelijkheid de optredende lokale variatie ook ·lokaal· .te besturen. Het regel vermogen kan dan op een lager niveau in de organisatie komen te liggen.
Jos Reijnders
Pagina
35
De ontwerpstrateqie uitqeleqd in een voorbeeld
Uitgaande van de twee fundamentele manieren om een bestaande funetionele struktuur onder te verdelen in eellen zou dit er voor wat betreft de kleine lassamenstellingen binnen de PKF als voIgt uit zien:
Beitseel
Beitsen
Beitsen
Knipeel
Knippen
Knippen
I
Perseel
Persen
Persen
I
Ponseel
Ponsen
Pons en
Buigcel
Buigen
Buiqen
Laseel
Lassen
Lassen
Bankwerk
Bankwerk
Lakken
Lakken
i I i
I
I
Bankwerkeel Lakcel
eel 1 Indeling in Bewerkinqsteehnologisehe eellen §
7.5
eel 2
cel n
Indeling in produkteellen
Moqelijkheden tot eelindelinq bij OAF
Geen van deze beide uitersten wat betreft indeling is in de praktijk uitvoerbaar, er zal een eompromis moeten worden gezocht. Om een uitspraak te kunnen doen over de optimale eelindeling is inzieht in de produkt- en produktiestruktuur van de groep lassamenstellingen nodig. De produktstruktuur wordt in de ontwerpstuklijst vastqeleqd. De ontwerpstuklijst van lassamenstellingen, bij DAF engineering partslist (EPL) genaamd, bestaat meestal uit twee niveaus. Onder een samenstellingseodenummer bevindt zieh dan een niveau met twee of meer onderdeeleodenummers. het samenstellingsproees, voornamelijk bestaand uit lassen en bankwerken, kent nu relatief korte omsteltijden. Omstellen betekent niets meer dan andere materiaalbakken en nieuwe lasmallen aanvoeren. Dit maakt kleine series moqelijk. Heel anders is dit bij de fabrikage van onderdelen. De bewerkingen die hiervoor nodig zijn vinden plaats op machines die moeilijk zijn om te stellen. Dit leidt tot hoge seriegroottes.
Jos Reijnders
Pagina
36
De prodyktiestruktuur komt tot stand tijdens de werkvoorbereiding en hangt altijd samen met de produktstruktuur. De produktiestruktuur van lassamenstellingen bestaat uit drie hoofdtrajekten. Dit komt omdat het lakken als een aparte hoofdbewerking wordt opgevat en niet onder het samenstellen valt.
! Monodelenfabrikage I---~I
samenstelling
I---~I
Lakstraat
I
Elk van deze trajekten bestaat uit meerdere deelbewerkingen. Er bestaat een BVO (BewerkingsVOlgorde) voor monodelen, samenstellingen en voor het lakken. De fabrikage van monodelen bestaat uit vele deelbewerkingen zoals; beitsen, knippen, persen, ponsen, buigen etc •• Het samenstellen bestaat voornamelijk uit lassen, daarna is vaak nog bankwerken nodig. MogeIijke produktiestrukturen bij herontwerp van de produktie De produktiestruktuur van de Iassamenstellingen heeft grote invloed op de mogelijkheden bij celformatie. Deze celformatie dient zo te zijn dat hoofdbewerkingen over de ceIIen kunnen worden verdeeld. Binnen de cellen dienen dan Iiefst aIle deelbewerkingen plaats te vinden. Kortom de overgangen in de produktiestruktuur dienen samen te vaIIen met de overgangen in de cellenstruktuur. Er zijn meerdere celstrukturen mogelijk die niet aIle wenselijk zijn i.v.m. de besturingseenvoud en autonomie. Met name wat betreft de aanmaak van monodelen zijn er enkele mogelijkheden. De monodelen van een samenstelling kunnen uit een cel of uit meerdere cellen worden betrokken. De volgende celstrukturen maken parallelle stromen mogelijk met min of meer autonome cellen:
-1 -1
monodeel + samenstellen t--~
monodeel
H
samenstellen t--~
Deze struktuur biedt zeer grote besturingsvoordelen Deze celstruktuurkomt overeen met de produktiestruktuur van vele samenstellingen
monodeel samenstellen monodeel
Jos Reijnders
pagina
37
Het kan voorkomen dat een samenstelling z~Jn monodelen uit meerdere monodelencellen moet betrekken (i.v.m. bezettingsgraad), dit moet liefst worden vermeden omdat dit parallelliteit en autonomie aantast. Bovendien is de planning ingewikkelder. Monodeelcellen in serie moeten absoluut worden vermeden omdat dit weer lijkt op een functionele struktuur lijkt. Het splitsen van de samenstellingsbewerking daarom ook af te raden. Eventuele bottlenecks in de produktie komen zo in serie te staan. Uit de volgende beschouwing wordt aannemelijk gemaakt dat enkele bewerkingen niet per produktcel kunnen worden uitgevoerd. Het lakken zal in verband met de grootte (en de investering) van een dergelijke installatie plaatsvinden in de bestaande lakstraat en niet in aparte produktcellen. Dit is ook technisch mogelijk omdat het lakken voor aIle samenstellingen nagenoeg hetzelfde is. Het beitsen van het uitgangsmateriaal zal in een aparte bewerkingstechnologische cel plaatsvinden. De huidige beitsinstallatie is zeer groot en niet op te splitsen in kleinere eenheden. Na het beitsen zijn de platen staal nog niet produktspecifiek, de grondstof is aIleen geschikter gemaakt. De plaatdistributiecel moet snel het gewenste materiaal kunnen leveren aan de monodelencellen. Volgens een intern voorstel van DAF zou de strukturering van de gehele PKF er als voIgt uit kunnen zien: PLAAT- =.., I-I___M_O_N_O_D_E_LE_N_I_S_AME __N_S_T_E_LL_I_N_G_S_-_C_E_L_ _--'I =~ DISTRIBUTIE,--_C_E_L_--J =.., MONODELENCEL SAMENSTELLINGSCEL
I
1=.., I
LAKSTRAAT
1=.., '--___
...J
V~~r enkele grote produkten in de PKF zijn gecombineerde monodelenl samenstellingscellen geformeerd. Hierbij is er van uit gegaan dat grote produkten die op specifieke machines worden bewerkt (bv. grote persen) binnen de cel volledig worden samengesteld omdat transport vanwege afmetingen en gewicht moet worden vermeden. Tot die parallelle stromen behoren o.a. de langsliggers, de aandrijfassen en in mindere mate de braridstoftanks.
§
7.6
De haalbaarheid van een onderdelen-samenstellinqscel.
Het onderbrengen van de onderdelenproduktie binnen de samenstellingscel biedt enkele voordelen: Het trajekt kan korter worden (doorlooptijd) en bestaat uit minder stappen, dus minder orders. Het overzicht in de produktiestruktuur wordt groter en er is geen tussenvoorraad.
Jos Reijnders
Pagina
38
Tegenover deze voordelen staan vele nadelen: - De bezettingsgraad van de machines zal laag uitvallen. Binnen-een samenstellingscel zullen deze machines nooit een hoge bezettingsgraad halen omdat iedere greep uit de samenstellingen essentieelverschillende produkten en onderdelen bevat. De machines zullen tijdenshet lassen van een samenstelling nooit ailemaal nodig zijn voor het aanmaken van de monodelen van de volgende mix samenstellingen. - De onderdelen t.b.v. DAF 95 steugels zijn slechts een deel van detotale monodelenproduktie, hun aantal is weI stijgend. Bovendien qaan vele monodelen niet op in samenstellingen maar worden direkt geassembleerd. Gezien de verschuivingen in varianten en produktie-aantallen is het niet mogelijk om bIijvend een goede afstemming te maken tussende mondelenproduktie en het samenstellen. Een bepaalde machineopstelling zal binnen afzienbare tijd niet meer voldoen. - De machines in de huidige monodelenproduktie zijn groot en moeilijk verplaatsbaar. Het verplaatsen Ievert bovendien weinig voordeel op, de afstand naar het samenstellingsproces is nu ook klein • - een samenstelling bestaat uit ongeveer5 monodelen, aIle met een eigen dooriooptijd, bewerkingen en omstelkarakteristiek. Uitgaande dat de produktie van de monodelen niet bi~nen de samenstellingscelplaatsvindt ziet het totale trajekt er als voIgt uit: PLAATDISTRIBUTIECEL
= ... MONO DE LEN CEL
SAMENSTELLINGSCEL ~--------------~
§ 7.7
='1
LAKSTRAAT
~-----------~
Conclusies
Een produktiestruktuur met cellen is beter bestuurbaar dan een funktionele organisatie. Zeker in een ingewikkelde produktiesituatie zoals we die in de PKF aantreffen biedt een cellenstruktuur voordelen. V~~r de bestuurbaarheid kunnen de cellen het beste allemaal ongeveer dezelfde-afmeting hebben. Een gecombineerde onderdelen-samenstellingscel wordt niet haalbaar geacht _ voor de onderzochte -groep produkten.
Jos Reijnders
Pagina
39
Evaluatie van procesinformatie
grena werkvloer
r
HoeveelneldaInformatle
Tekening +
Gereedschap
I
r--------,
~I----~--~
i
Menggas lassen
Bank werken +
richten
III V__~·------' U
Informatie
II
~----~--~
~ 1
Keurlngsnormen
It-----I-r--~
Ordersr---~ II
~i----~ ionder-i. Punt I delen • lassen
Kwa II tel laInformatle
butte'
It====:::!!l
i I Niveau 0 i
figuur 8.1
Ultval
Ultyal
Hoofdstuk 8:
BESCHRIJVING' SOLL I SITUATIE
Inleidinq In dit hoofdstuk wordt een samenstellingscel ontworpen, hierbij wordt 'Bottom-Up' te werk gegaan. Deze cel zal d.m.v. een steady state model worden beschreven. Ook wordt ingegaan op het toekomstige logistieke besturingssysteem voor de PKF. Als laatste wordt aandacht geschonken aan de ligging van het ontkoppelpunt in de produktie-organisatie. §
8.1
Opbouw van de 'SOLL' situatie
De beschrijving van de 'SOLL' situatie vindt plaats aan de hand van het 'Bottom-Up' bouwen van de samenstellingscel. Hiervan wordt een Steady State model voor de 'SOLL' situatie afgeleid. Bij deze beschrijving worden drie niveau's onderscheiden: - niveau 0: - niveau 1: - niveau 2:
De 'werkvloer ' of het 'machineniveau' [fig. 8.1] De produktie-eenheid cel met de regelprocessen rondom de werkvloer. Hier is er van uitgegaan dat de produktie-eenheid uit een cel bestaat [fig 8.2] De afstemming tussen de monodelen-, samenstellingscel en assemblage [fig. 8.3].
Bottom-Up opbouwen wil zeggen beginnen bij niveau 0 en eindigen bij niveau 2, daarbij is de volgende strateqie qehanteerd: 1) 2) 3) 4)
5) 6)
§
Uitqangspunten / randvoorwaarden opstellen Grenzen van de samenstellingscel vastleggen ontwerpeisen opstellen voor de 'SOLL' situatie Opbouwen van de samenstellingscel: * primaire processen vaststellen * welke taken zijn nodig voor de primaire process en * regelprocessen rondom het primair proces ontwerpen * benodigde taken voor de regelprocessen vastleggen * initierende en evaluerende taken bepalen Taken toebedelen aan produktiemedewerkers, werkmeester etc. De 'middelen' bepalen die nodig zijn voor de processen en regelakties 8.1.1
Uitqanqspunten en randvoorwaarden:
- De cel is 100 % autonoom wat betreft de bewerkingen, er worden dus geen samenstellingsbewerkingen buiten de cel uitgevoerd. - De cel is 100 % autonoom wat betreft orderafwikkeling na het orderacceptatiepunt, de cel bepaalt zelf de ordervolgorde. - De cel beheert zijn eigen gereedschappen, tekeningen, administratie en meetmiddelen. - Er wordt vanuit gegaan dat de cel zijn onderdelen kan afroepen. en dat deze op korte termijn beschikbaar zijn. - De cel beheert devoorraad gereed produkt. Jos Reijnders
Pagina
40
initierende evaluerende funktie
output prestaties doorlooptijd kwaliteit
;' capaciteih :t akties
orders accepteren
gereed voorraad
orders
.~.
[i~~
vergelijk
materiaal
Transformatie proces uit niveau 0
vermelden op bak
~~------------------"
ondersteuning andere afdelingen
Niveau 1
buffer UitTal
Uguur 8.2
initierende en evaluerende funktie bewaakt de afstemming tussen cellen informatie
¢
plaatdistributiecel
~
>--1
monodelen cel
samenstellingscel
ruw materiaal
samen" stellingen
I ondersteunende afdel ingen: i Personeelsdienst
Kwali teitsd ienst
Niveau 2
figuur 8.3
!>
Engineering Technische dlenst
- Niet geleverde onderdelen en de gevolgen hiervan zijn niet de verantwoording van de cel. - Orders worden niet aan de cel opgedrongen maar deze worden eerst door de cel geaccepteerd. Het onderhanden werk wordt op deze manier beheerst. §
8.1.2
Grenzen:
- AIle samenstellingsbewerkingen. AIleen geaccepteerde orders worden in de cel toegelaten. - De onderdelenfabrikage valt buiten de celgrenzen. §
8.1.3
ontwerpeisen:
-
De produktie van samenstellingen vindt op order plaats. Leverbetrouwbaarheid 100 % in tijd, aantal en kwaliteit. Kwaliteitsbeheersing door de cel d.m.v. korte regelkringen Doorlooptijd samenstellingscel maximaal 1 week. Optimale beheersing van bezettingsgraad en doorlooptijd. Rekening houden met de toenemende aandacht voor K v/d A/O. Voldoen aan de terugvalstrategie. Hoge bezetting van het geautomatiseerde lassysteem.
§
8.1.4
*
Primaire processen binnen de celgrenzen (niveau 0):
Het opbouwen van de samenstellingscel
De primaire processen bestaan uit aIle samenstellingsbewerkingen. Dit betreft voornamelijk menggaslassen (80 %), al dan niet geautomatiseerd. Andere bewerkingen zijn voornamelijk bankwerken (11 %) en puntlassen (5 %). De aanwezigheid van andere bewerkingen hangt af van het produktpakket. De benodigde funkties voor de andere bewerkingen zijn in principe dezelfde als voor het lassen.
*
Benodigde taken voor het uitvoeren van de primaire processen:
-
Orderformulieren ophalen. Tekening, bewerkingsvolgorde en instrukties ophalen. Materiaal ophalen uit celvoorraad en bij werkplek neerzetten. Tekening lezen en interpreteren. Gereedschap uit celmagazijn halen, kontroleren en monteren. Lasapparaat instellen. Eventueel robot inschakelen en lasprogramma inlezen. Proefprodukt lassen, meten en eventueel bijstellen robot. Inspannen van de onderdelen in de lasmal en uitnemen produkt. De lasbewerking (of andere bewerking) uitvoeren. Frequentiehandelingen uitvoeren (lasdraad wisselen, laspistool schoonmaken, etc •• - Gereedschap onderhouden en terugbrengen naar magazijn.
Jos Reijnders
Pagina
41
Materiaal planneur
D
"
I] VRIJGAVE
~no:an
-
"'"
-Me
Resterende werklast
VERZEl'
Met
figuur 8.4
-
vri jgave-proces bi j werklastbeheersinj
* Meet en reqelprocessen direkt op de werkvloer (niveau 0): - Kwaliteit na ieder proces meten en verqelijken met de norm (bv. tekening), geconstateerde afwijkingen doorgeven. - Kleine reparaties worden direkt uitgevoerd door de operator. - Niet te verhelpen processtoringen doorgeven aan niveau 1. - Aantal meten (bijhouden tijdens produktieproces) en vergelijken met het orderaantal, geconstateerde afwijkingen doorgeven. - Klachten over by. werkomstandigheden doorgeven aan niveau 1.
* Meet en reqelprooessen rondom bet primair proces (niveau 1): - Ingangskontrole op kwaliteit en aantal: In prinoipe wordt qeen ingangskontrole uitgevoerd omdat de voorafgaande cel verantwoordelijk is voor de kwaliteit en het aantal. Zolang nog niet aIle onderdelen uit cellen met een eigen eindkontrole kunnen worden betrokken (infaseringsversohijnsel) zal een ingangskontrole nodig zijn. Afgekeurde onderdelen worden teruggestuurd naar het vorige proces. - Uitgangskontrole op kwaliteit en aantal: De kwaliteitskontrole is de verantwoording van de cel en wordt bij aIle orders uitgevoerd. Dit dient te gebeuren aan de hand van normen. De cel is verantwoordelijk voor de uitvoering van het samenstellingsproces, dit betreft aspekten als geometrie (juiste plaatsing onderdelen), toleranties en laskwaliteit. Reparatie vindt binnen de cel plaats. De meting van geproduceerde aantallen is de verantwoording van de cel. De kwaliteitsdienst neemt steekproeven uit de samenqestelde produkten en kontroleert hiermee de kontrole in de cel. - Afwijkingen in aantallen, kwaliteit of processtoringen direkt doorgeven aan de initierende funktie op niveau 2. Dit is nodig omdat de leverdatum van de order gevaar loopt. - De orderinzet beinvloeden aan de hand van by. opgelopen achterstanden, te late leveringen onderdelen, etc •• - Het gereedmelden van de order en bijwerken van de voorraad. Dit beinvloedt het onderhanden werk en de resterende werklast. - Het registreren (verzamelen) van de bewerkingstijden. - Het verzenden van gereed produkt. Verzenden dient bij voorkeur per emballage plaats te vinden, dit verkort doorlooptijd en de reaktietijd. - Nieuwe tekeninqen, BVO's, gereedschappen doorgeven aan de cel. - Programmeren van de robot bij nieuwe produkten. - Storingen uit de primaire processen (niveau 0) melden aan de initierende funktie. Jos Reijnders
Paqina
42
Niet te verhelpen processtoringen doorgeven aan niveau 1. - Keuringsnormen verstrekken voor de kwaliteitskeuring na ieder primair proces, dit kan bv. de tekening of BVO zijn. - Grote storingen laten verhelpen door de Technische Dienst. - Fouten op tekening, BVO terugmelden aan initierende funktie. - Nieuwe tekeningen, avo en instrukties doorgeven aan cel.
*
Initierende/evaluerende taken binnen de eel (niveau 1):
- Orderacceptatie: De cel stemt samen met een hoger gelegen besturingsniveau een geschikt pakket orders af. De cel accepteert slechts nieuwe orders als het niveau onderhanden werk voldoende gedaald is [fig. 8.4]. De cel heeft de mogelijkheid orders te weigeren als de machinecapaciteit van de cel overschreden wordt. Alvorens orders te weigeren kan de cel capaciteitsakties voorstellen, de extra kosten hiervan kunnen worden vergeleken met produktie elders. Omdat er vooral sprake is van personele capaciteit heeft de cel vele middelen ter beschikking hiermee te manipuleren. Mogelijke capaciteitsakties zijn bv. in/uitleen produktiemedewerkers, ADV en vakantie stimuleren of blokkeren, tijdelijke uitzendkrachten inzetten. - Overleg met Personeelsdienst voor extra personeel etc •• - Materiaal voor de geaccepteerde orders afroepen: De benodigde onderdelen worden bv. aan de hand van bij de orders geleverde.picklists afgeroepen door de cel. Bij tekortkomingen, storingen of kwaliteitsproblemen wordt hiervan melding gemaakt bij de initierende funktie op niveau 2. - Orderinzet: De cel beschikt als enige over korte termijn capaciteitsinzicht en aktuele besturingsinformatie. Om de orderinzet door de cel mogelijk te maken beschikt deze altijd over een zekere tvoorraad t orders, bv. een weeklijst. Deze ordervoorraad vormt de resterende werklast. De cel -
bepaalt zelf de optimale ordervolgorde aan de hand van: voorgestelde prioriteiten vrijgekomen man/machine capaciteit omstelkarakteristieken optimale routing gereedschapstoestand intern opgelopen achterstanden eigen inzicht en voorkeur
- Overleg met Bedrijfsbureau over prestaties, geleverde kwaliteit, aantallen, doorlooptijden, bezettingsgraden ••• - OVerleg met Bedrijfsbureau over de te accepteren orders. - Het bijhouden van de orderadministratie.
Jos Reijnders
pagina
43
*
Initierende/evaluerende taken opniveau 2:
-
Afstemmen onderdelenproduktie, samenstellingscel en assemblage. Bewaken in- en output van de diverse cellen Assemblagebehoeften vertalen tot eel orders Ontwerpspecificaties doorgeven aan de eel (tekeningen, BVO). Verstrekken van normen aan de eel Normen bijstellen aan de hand van gemeten gegevens.
§
8.1.5
Taken groeperen en toebedelen aan diverse personen.
Toebedeelde taken aan de produktiemedewerkers: - order in overleg met celleider aannemen - tekening, BVO, instrukties ophalen - materiaal uit celvoorraad ophalen - lasmal uit celgereedschapmagazijn halen en kontroleren - het omstellen van de werkplek - lasapparaat instellen - robot inschakelen, robotprogramma inlezen - het lassen en meten van~-een proefprodukt - inladen van de onderdelen en wegleggen gereed produkt - de bewerking uitvoeren - eventueel een ingangskontrole uitvoeren - meting geproduceerde aantallen en produktietijden - meting kwaliteit en invullen kwaliteitsniveaukaart -geconstateerde afwijkingen in aantal, kwaliteit of procesverloop melden aan niveau 1 - gereedmelden orders in overleg met celleider Toebedeelde taken aan de celleider/werkmeester: - OVerleg voeren met evaluerend orgaan op niveau 2 over de prestaties van de eel, de geleverde kwaliteit, gehaalde bezettingsgraad enz •• - Nieuwe normen, tekeningen, BVO's, gereedschapwijziginqen, robotprogramma's, doorgeven aan de eel - Overleg voeren over te accepteren orders - Materiaal voor de geaccepteerde orders bestellen - Prioriteiten in de inzet van orders bepalen §
8.1.6
Benodigde '.iddelen' voorde processen en regelakties
Onderstaand worden inrichtingselementen genoemd die nodig zijn voor het funktioneren van de 'SOLL' situatie. Het is niet de bedoeling om in detail te treden, op bouwtechnische aspekten ed. wordt niet ingegaan.
Jos Reijnders
Pagina
44
Inrichtingselementen voor de primaire processen: -
robotinstallatie manipulator lasinstallatie incl. stroombron ed. besturingskast en bedieningspaneel reinigingsinrichting lastoorts veiligheidsvoorzieningen; omheining, lichtscherm, noodstop ed. draadrol afzuiging voor lasgassen handlasapparaat en werkbank voor handlascellen richtpers voor het richten, middelen om spatten te verwijderen eventueel een puntlasmachine, boorkolom ed.
Verdere inrichtingselementen voor de cel: -
kantoorruimte voor orderafhandeling en administratis ed. ruimte voor interne voorraad reparatie en keuringsruimte gereedschapmagazijn voor lasmallen en hulpmiddelen zoals lasdraad, gascupjes, handschoenen enz •• - klein transportmiddel voor intern transport - 'ruimte' voor intern transport en emballage toe- en afvoer §
8.2
Het toekomstig logistiek produktiebesturingssysteem
In de toekomst zal de PKF door Pel los worden bestuurd. Pellos betekent PErshal Lokaal LOgistiek Systeem. Pel los is ontwikkeld als een universeel produktiebesturingssysteem voor aIle ITC's (intern toeleverings centrum) bij DAF trucks. Het zal als pilotprojekt ingevoerd worden bij de PKF. . Pellos wordt gebaseerd op een MRP 2 (manufacturing resource planning) pakket. Een nadeel van een zuiver MRP 2 systeem is dat er tegen oneindige capaciteit wordt gepland. Pellos biedt capaciteitsinzicht en onderkent het bestaan van knelpunten in de produktie. Er worden bottlenecks onderscheiden en er wordt tegen eindige capaciteit gepland. Pellos bestuurt de diverse produktie-eenheden (cellen) binnen de PKF. Cellen behoeven voor Pellos niet autonoom te zijn, bovendien kan de celcapaciteit onderling verschillen. Pellos onderscheidt drie niveau's: Hoofdplanning:
Aan de hand van orders en prognose-orders wordt een hoofdproduktieprogramma bepaald.
Logistieke beheersing:
Bepaling van periodieke fabrikageprogramma's en vrijgave v~n de weekprogramma's per cel.
Produktie-eenheden: Accepteren en realiseren van weekprogramma's.
Jos Reijnders
Pagina
45
1 LGGlSTlEKE
IlEllEEllSlNC
PllUDUKTI£ EEHI!I!Il) BElIEElSIlC
r St.l iabrilL"'g. Progr ••••
01'
I Bep.al Week
Proen ....
I
-
CaPAcitaita
behoett. protial 8n a.teria&I" behoefte
'abrin,"
PI'°lr••••
~ 1 C&p... it8ita behoette per (bottle... k) •• chin.
~ c&,.cHoth
b••~hikb&l.rJt. .
W;:![i:~!:k'"
p.oUel
~
I wij.iiini
Ceol Ordtu',
vrij
Seoora •• l/St. •• .t rabrU..,.- VII .... kproll' ••••
,
I
lOOG
C&,.oiteita-
,.tal p.r .... plut. (order • 111IL)
F&l>rikafOOrd.era yo: ,e'ft.
... u~o.o•• ai
-i
BWL-aora
(voontil)
~
vl:1: i ,10,
----
lor•••
...apa. ••• _
To.t. Or4era
ea evt. ai.llve lor.
, •• d
bUi,. lora••••
C••ccept •• rde rebr1),.&,. 01'4.1'.
g::::::!:!~::o!~~~d. iWL;reater8a4. werkl•• t evt . =ev••t1leel
Be .. erUull/Stel tijde., BYD, .hkl1jlt, tekeaia&
~11=··u -118,.&1 Priorit.it
(bow.'k1a~e
yol,orde
~
Ca,.c1 td aktiel
tI
(vooratal)
8eh •• ra D.hU
Ca,.<1tdtl Plaa
t.ka.1ar; ,.. StuUijlt •
(.vt.
4Q~u•• I"
.&toie)
t-
••• aUjd . .
Cm\
::ito
"'----
r--
C~t:~!::!!
-
~ a.....kin'.pln
a...ll •• t1e.
W.rk- ••
II&t. .1ul • i tl1n.
Dr.trat.ta. ~.n. •• 'O-Ol'r..."
w1j:&l,••
~ aaheer Yoorr&ad
Joe .01j.4...
figuur 8.5
Molt S.v.rk1a, ... eef ••d
. .....
~ ,,,
tiJd... (oyt.
aUnl)
t-
De besturingslast van het planningssysteem wordt door een cellenstruktuur een stuk lager omdat aIleen de in- en uitgangen van cellen worden bestuurd. Logistieke beheersing kan iedere produktie-eenheid dan als black-box beschouwen. Logistieke beheersing bemoeit zich niet met het transformatieproces in de eel, is echter weI verantwoordelijk voor het opvangen van de gevolgen van niet gerealiseerde weekprogramma's. Zie het schema in [fig. 8.5]. In feite levert Logistieke Beheersing aan de produktie-eenheden een pakket orders dat is afgestemd op capaciteit en waarop prioriteiten staan aangegeven. De produktie-eenheid kan weI van deze volgorde afwijken, om by. betere afstemming mogelijk te maken, om steltijden te reduceren of als materiaal op zich laat wachten. Als we de besturing van de eel be schouwen dan kunnen we een goederen- en een informatiestroom onderscheiden. De informatiestroom dient er toe de materiaalstroom te besturen. Om de informatiestroom naar de eel te vereenvoudigen wordt een deel van de informatie in de eel bewaard. De goederenstroom kan worden gezien als een keten van elkaar toeleverende voorraadpunten. Tussen de voorraadpunten bevinden zich produktiecellen, waar de goederen worden voortgebracht. De ingangsmaterialen worden betrokken uit het voorafgaande voorraadpunt, de gereedgekomen goederen worden naar het volgende voorraadpunt gestuurd. Deze keten wordt hieronder weergegeven: lajist:::iSe bt.aatsirg
vrijg:f.e p::kr.i.teital
FO ,J.
CHV, IiL rD:IIBl
nateriffil+
gaea:EdEp
vrijg:f.e
c:lpdteits
a:n.ez::ig?
p:o;p::GIll!a's
1I:B:s
I
,J.
va:k
II
- l l [~m::ra;1 ,J.
.j.
.j.
11
~CHV
.
.
d:xrJcxp-ijd,
.j.
m:::rodalm
~
II"'
mx:ES ~
~
s:mn-
ste1.lin;J:n
Pellos stelt geen eisen aan produktie-eenheden. In principe kan iedere afmeting of type produktie-eenheid tot op machineniveau worden aangestuurd. WeI is het van belang dat de produktieeenheid Logistieke beheersing van aktuele informatie voorziet. Hiermee wordt ondermeer de capaciteit, doorlooptijd en resterende werklast bedoeld. §
8.3
Het ontkoppeIpunt
OAF streeft naar een levertijd van 5 weken voor de gangbare trucktypes. Eer verder streven is om steeds meer op order te gaan produceren. Nu wordt slechts 4 % van de trucks op order geproduceerd. Het ontkoppelpunt ligt daarbij tussen de assemblage en het samenstellingsproces, hier bevindt zich dan ook het Centraal Onderdelen Magazijn. Het ontkoppelpunt is dat punt tot waar de klantorder 'doordringt ' in de produktieorganisatie. Lassamenstellingen worden nu dUs op voorraad geproduceerd, de assemblage vindt op order plaats. In de toekomst wil OAF steeds meer op order gaan produceren, het ontkoppelpunt verschuift daarbij dieper de organisatie in. Waarschijnlijk komt het ontkoppelpunt tussen de monodelenfabrikage en het samenstellingsproces te liggen. De lassamenstellingen moeten dan dUs op order worden geproduceerd. De monodelenproduktie kan aIleen op order gaan produceren indien er een zeer korte doorlooptijd gegarandeerd kan worden. Door op order te produceren kan de voorraad samensteIlingen worden verlaagd. Produktie op order stelt weI eisen aan de leverbetrouwbaarheid en vergt een korte doorlooptijd. §
8.4 ConcIusies
In dit hoofdstuk Z1Jn via een Bottom-Up benadering processen, meet en regeltaken en inrichtingselementen bepaaId van de optimale samenstellingseel. Daarbij is ook een beknopte funktieomschrijving gegeven. Het meest belangrijke kenmerk van de optimaleeel is dat op order wordt geproduceerd en dat meer taken onder de verantwoording van de cel vallen. Hiermee wordt aangesloten op de toenemende aandaeht voor de 'Kwaliteit van de Arbeid en Organisatie' bij OAF. De leverbetrouwbaarheid en kwaliteitsbeheersing wordt gegarandeerd door korte regelkringen die binnen de bevoegdheden van de eel vallen. Uit bijlage [7] blijkt dat vol gens De Leeuw de toebedeelde taken aan de cel voldoende zijn om te kunnen spreken van een stabiel systeem.
Jos Reijnders
pagina
47
VfTGANGSPVNTEN EN AI1IIIMAIISERINGSBELEID BIJ DAF
GEGEVENS VAN PRODl1KIEI ANALYSE WELKE ASPEKTEI AUTIlMAIISEREI?
KWAL v/d ARBEID V.M.E BEDRYFSINRICHTIIG
GENEREER ALLE CELCONCEPTEN
BRA I NSIORMEI EI PARAMETERS VARIEIEN
GLIlBALE BEIIORDELING
TECHNISCH EN ECONOMISeH HAALBAAR T
HAALBARE
IlIMIlGELIJKE
CELCONeEPIEI
COICEPTEN
WAABDERIIiOS MAUll
SCIIRE: - optillaal
FIIiAICIEEL TECHIISCH LOOISIIEK
WEEGFACIIlREN EI WAARDERING
figuur 9.1
BiVLOED
...... MEERDERE DESKl1lD I GEl
Hoofdstuk 9:
RET OPTIMALE AUTOKATISCHE LASSYSTEEM
Samenvattinq In dit hoofdstuk wordt een aspekt van de optimale samenstellingseel bepaald, namelijk de optimale uitvoeringsvorm van het geautomatiseerd lassysteem. Onder een geautomatiseerd lassysteem wordt hier de robotinstallatie en de totale periferie rondom het robotlasproees bedoeld. §
1: Inleiding
Bij het vaststellen van het optimale automatisehe lassysteem werd gebruik gemaakt van de onderzoekmethodiek zoals die in [fig.9.1] staat vermeld. Allereerst werden varianten van geautomatiseerde lassystemen gegenereerd. Daartoe werd bepaald uit welke aspekten een lassysteem bestaat. Van deze aspekten (robot, manipulator ed.) werden mogelijke uitvoeringsvormen bestudeerd. Door deze aspekten onderling te varieren ontstonden de uitvoeringsvormen van de diverse geautomatiseerde lassystemen (of celeoneepten). Zowel de eeleoneepten als de deelaspekten werden op haalbaarheid en relevantie getoetst. Dit gebeurde aan de hand van opgestelde uitgangspunten bij automatisering en a.d.h.v. de kennis van het produktpakket. Ook werd bepaald welk bedrag globaal aan een geautomatiseerd lassysteem kan worden uitgegeven. De opgestelde alternatieven worden vervolgens aan de hand van een waarderingsmatrix onderling vergeleken. §
9.1.1 Uitgangspunten bij automatiserinq
De volgende uitgangspunten werden bij de beoordeling van de deelaspekten en de celeoneepten gehanteerd: Automatiseren is in het algemeen, en zeker in de lasserij van de PKF, geen doel op zieh, maar een middel om meer winst te kunnen maken. - Er is teehnisch geen noodzaak tot automatiseren, aIle bewerkingen en handelingen kunnen manueel verrieht worden. - Het eventueel aan te sehaffen lassysteem dient aan te sluiten op de overige inriehtingselementen van de PKF. Er zijn by. geen geautomatiseerde transportsystemen aanwezig; goederen worden ongeordend (niet gepositioneerd) opgeslagen. - DAF is geen trendsetter in de automatisering van de produktie, weI een 'fast follower' van 'bewezen technieken'.
Jos Reijnders
Pagina
48
T
I
toevoeren van de onderdelen. posilioneren en klemmen in de la5m31
I
loevoeren van deonderClelen. posltioneren en klemmen In de lasmal
l lassen van de in Cle 1asma 1 gel
Iassen van de in de 1asma I geklemde onderdelen
I
ultnemen van hat gelaste produl<:t
ultnemen van het gelaste produkt
J
serieschakel ing
figuur 9.2
in sel"ie
pandlelschukeling
c.."lf
parallel laden en lossen
.ot.. II>HdI~'. lijd
planbe,. Of\dethoudstijd
Cinapecti.1 onchtr·
houd.·· .
siid ftiet-planbere ondethoudatijd 'storing.n'
ovar;G' Il i ll'and,tijdan 'athank.lij. vln orglniallil. pertOnH', proca"voorbe_rlLin,lnl
progremm.. rtijd omltll· en ombouwdjd
Uguur 9.3 Sankey-diagram 1I00f boog/assen met industrUUe robots
DAF doet liefst geen eigen ontwikkelingsinspanning in bedrijfsmechanisatie-machines, men kiest bij voorkeur kant en klare 'turn-key' projekten. Komponenten die in de handel verkrijgbaar en dus 'bewezen' zijn verdienen de voorkeur. - Er dient minimaal geinvesteerd te worden in produktspecifieke middelen. Geinvesteerd dient te worden in universele produktiemethoden. §
9.1.2
Bepaling giobaal te investeren bedrag
De terugverdientijd van een automatische Iasinstallatie dient lager dan 3.57 jaar te zijn, zie § 2.3.1. Indien de besparing bepaald is kan er worden berekend wat de maximale investering in een lassysteem mag Z1Jn. Bij de besparingsberekening wordt door calculatie aIleen de besparing op mankosten meegenomen, zie bijlage [2]. Deze bedragen voor de PKF te Eindhoven: 45 gulden per uur. V~~r de fabriek te Westerlo bedraagt dit: 44 gulden per uur. Verdere benodigde gegevens zijn de besparingen door een automatisch Iassysteem en het aantal produktie-uren per jaar. Bij de besparingen die met een automatische lasinstailatie te bereiken zijn, worden twee benaderingswijzen onderscheiden: 1) Besparing op mancapaciteit bij eenzelfde produktievolume. Door de kortere bewerkingstijd wordt een bepaalde hoeveelheid werk sneller afgehandeld. De kortere bewerkingstijd ontstaat doordat het laden en lossen parallel wordt geschakeld aan het lassen [fig 9.2]. Op deze manier daalt de bewerkingstijd tot tussen de 40 en 50 % van de oorspronkelijke bewerkingstijd met de hand [1] + [37]. ~~~~
2) Een produktiviteitsverhoging per man. Een man in combinatie met een robot produceert tot twee tot twee en een half keer zoveel produktendan~aIl:'eerfeen-mafi';;-Bepaling aantal produktie-uren: Het bruto aantal produktie-uren bedraagt bij tweeploegendienst en 240 produktiedagen per jaar: 3840 uur. Het netto aantal bruikbare produktie-uren bedraagt: - Volgens het DAF Calculatiehandboek 2914 uur. - Volgens het sankeydiagram [15+28] bedraagt dit 2880 uur, zie [fig 9.3]. - In [1] werden 2900 uur aangenomen, [21] noemt 2980 uren, Hieruit voIgt dat 2900 uur per jaar een goede aanname is. De besparing per man per gulden. Bij een maximale het te investeren bedrag dienst: 3.57 * 130.500 =
Jos Reijnders
jaar bedraagt: 2900 * 45= 130.500 terugverdientijd van 3.57 jaar bedraagt per te besparen man in tweeploegen465.885 gulden
Pagina
49
Een automatische lasinstallatie die twee tot twee en een half keer zoveel produceert en die een man als bediener nodig heeft bespaart dus een tot anderhalve man. In zo'n systeem mag dan 1 tot 1.5 * 465.885 = 465.885 tot 698.828 gulden worden geinvesteerd. Dit is natuurlijk maar een globale indicatie, de besparing wordt ook bepaald door het produktpakket. Daarnaast is extra ge1dvoor onderhoud en aanpassing van lasmallen ed. nodig. De netto besparing valt dus lager uit. §
9.2) Deelaspekten van automatische lassystemen
In deze paragraaf wordt ingegaan op mogelijke uitvoeringsvormen van deelaspekten van geautomatiseerde lassystemen. Van deze aspekten worden uitvoeringsmoge1ijkheden en te maken keuzen worden aangegeven. Daarbij za1 tevens de haalbaarheid en relevantie van de diverse uitvoeringsvormen worden besproken. In bijlage [9] worden enkele figuren van de lassystemen gegeven. Een lassysteem kan uit de vo1gende aspekten bestaan: 1) 2) 3) 4) 5) §
robot(s) manipu1atoren transportsystemen gereedschapwisselsystemen las- en overige randapparatuur 9.2.1) Uitvoeringsvormen van de robot:
Wat de robot betreft wordt eerst bestudeerd welke taken deze kan verrichten. Ais tweede worden de plaatsingsmogelijkheden, de opstelling van de robot, in beschouwing genomen. 1)
De taken die de robot kan uitvoeren bestaan uit:
- A11een
lassen: Het lage gewicht van de toorts en de 1age snelheid tijdens het lasproces maakt toepassing van een lichte en relatief goedkope robot mogelijk. Er zijn vele speciale lasrobots op de markt.
- Banteren: Dit maakt toepassing van een zwaardere en duurdere robot noodzakelijk. Hiervoor zijn bovendien specifieke hanteringsgereedschappen nodig. Deze 1aatste zijn niet in de handel verkrijgbaar. Er komen in het samenstellingsproces twee hanteringen voor:
*
Het laden en inspannen van de monodelen: Gezien het grote aantal essentieel verschillende monodelen, de problematiek t.a.v. de toleranties en de ongeordende aanvoer in wil1ekeurig geplaatste emballages is dit zeer moeilijk te realiseren. Indien men automatisch wil laden moet er toch met de hand geordend en in een emballage geplaatst worden, dit kan beter direkt in de mal gebeuren.
Jos Reijnders
Pagina
50
* Het inleggen of wegleggen van een kompleet samengesteld
produkt. Dit wordt voor niet al te zware en omvangrijke produkten technisch mogelijk geacht. Hiervan wordt toch afgezien omdat dit geen besparende tijdwinst oplevert. Bovendien moet hiervoor dan de positie van de emballagemiddelen gedefinieerd zijn. Het is dan ook niet mogelijk om produkten in meer dan een laag te stapelen.
- Gereedschapswisseling; dit vereist een zwaarder type robot en koppelingsstukken, er zijn enkele mogelijkheden:
* Het wisselen van lastoorts kompleet met slangenpakket en
lasapparaat. Op deze manier kan een andere draaddiameter worden gekozen. Dit is echter niet nodig, er wordt aan onze produkten slechts een draaddiameter gebruikt (~l mm).
*
Het wissel en van de lastoortswisseling i.v.m bereikbaarheid. Hiermee is het mogelijk een ander type lastoorts, bv een gebogen type te kiezen om lassen beter te kunnen bereiken. Daze systemen zijn storingsgevoelig.
* Het wisselen van lasmallen, zie hiervoor 2)
§
9.2.4.
De plaatsingsmogelijkheden van de robot zijn:
- Een vaste plaatsing van de robot. * De robot kan hierbij staand worden opgesteld, dit is de goedkoopste oplossing maar er ontstaat een beperkt werkgebied. * De robot kan aan een galg worden opgehangen, hierbij is het werkgebied groter. De plaatsing, onderhoud en lasgasafzuiging zijn echter duurder dan bij een staande robot. - Een bewegende opstelling van de robot. * De robot kan op een rail worden geplaatst, de robot kan dan meerdere werkstations bereiken maar er is hiervoor een extra besturing nodig. * De robot kan worden opgehangen aan een portaal waarlangs de robot kan bewegen. Vanwege symmetrie in positie t.o.v. het produkt ontstaat een groter werkbereik. De beveiliging van de werkplek is moeilijker te realiseren, evenals onderhoud en afzuiging. De robot hangt nl. boven de werktafel. [34] + [37] Conclusie: De te varieren parameters zijn het aantal robots en de opstelling, vast of bewegend §
9.2.2: Uitvoeringsvoraen van de manipulator:
Een manipulator is een werktafel (opspantafel voor lasmallen) waarmee de positie en orientatie ven het produkt kan worden gevarieerd. Eerst wordt overwogen of van het toepassen van een manipulator kan worden afgezien. Indien weI een manipulator wordt toegepast worden vervolgens de uitvoeringsmogelijkheden behandeld. Jos Reijnders
Pagina
51
1)
Geen manipulator toepassen:
Dit betekent dat de produkten op een vaste werktafel in de lasmal worden ingespannen en daar vervolgens worden gelast. Vanwege de niet variabele positie kan niet altijd in de optimale positie worden gelast, bij voorkeur wordt immers 'onder de hand gelast'. Het produkt is zonder omspannen moeilijk van aIle kanten bereikbaar, lassen aan de onderzijde zijn niet bereikbaar. Omspannen onderbreekt het lasproces en moet manueel gebeuren, het is dus ongewenst en kost extra tijd (en geld). Met name in combinatie met een robot wordt met een manipulator veel tijdwinst geboekt t.o.v. handlassen, de tijdbesparing zit voornamelijk in het manipuleren van het produkt en in rusttoeslagen. De tijdbesparing zit niet in de pure boogtijd. Een nadeel van een manipulator is de hoge prijs, ongeveer gelijk aan die van een robot. Indien er produkten bestaan die niet gemanipuleerd hoeven te worden kan een manipulator worden bespaard. Uit de tekeningenanalyse is gebleken dat 55 % van de lassen goed bereikbaar is. Dit hoeft niet in te houden dat geen manipulator nodig is, er wordt nl. bij voorkeur onder de hand gelast. 2)
WeI een manipulator toepassen:
Er bestaan manipulatoren met diskrete standen en uitvoeringen met vrij programmeerbare assen die tijdens het lassen meedraaien. De beweging kan bestaan uit aIleen draaien (draaitafel), kiepen of een combinatie van beiden (draai/kiep manipulator). Indien een manipulator wordt toegepast dan zijn de te varieren parameters: - Het aantal manipulatoren per robot: Indien maar een manipulator per robot wordt toegepast staat de robot een gedeelte van de tijd stil als de bediener de onderdelen inspant of gereed produkt weglegt. Daarom worden altijd minimaal twee manipulatoren toegepast. Vandaar ook het ruime aanbod dubbele manipulatoren (op een draaitafel) dat in de handel verkrijgbaar is. - Het type manipulator: Er zijn enkele en dubbele manipulatoren in de handel. Bij een dubbele manipulator blijft de bediener buiten het werkgebied van de robot en zijn minder veiligheidsvoorzieningen nodig. Indien twee of meer manipulatoren per robot worden toegepast kan een produkt met een lange lastijd en korte laad-Iostijd worden gecombineerd met een produkt met een kortere lastijd dan de laadlostijd. Deze mogelijkheid kwam uit [1] naar voren. Dit combineren kan aIleen als de absolute bewerkingstijden niet teveel verschillen, als de series ongeveer even groot zijn en op hetzelfde moment worden gestart. Het eisen stellen aan de volgorde waarin orders moeten worden aangeboden zorgt voor een niet flexibele produktiesituatie. Jos Reijnders
pagina
52
Een nadeel van meerdere produkten(orders) tegelijk lassen is de extra ruimte die nodig is voor emballagemiddelen. Indien bij een dubbele manipulator een produkt wordt gelast dan zijn daarvoor twee lasmallen nodig. Dit betekent in de huidige situatie dat een extra mal moet worden gemaakt. - Het aantal produkten per manipulator: Bij kleine (lichte) produkten kunnen meervoudige lasmallen worden gebruikt voor eenzelfde produkt. Het inleggen van de monodelen kan dan sneller verlopen omdat de bediener met een keer lopen meerdere onderdelen uit de bak kan nemen. De kans op storing is echter groter, omdat als er bij een produkt iets misgaat alles stilstaat. Deze variant heeft geen invloed op het celontwerp en is puur produktafhankelijk. Conclusie: De te varieren parameters zijn wel/geen manipulator, het aantal per robot en het type (enkel of dubbel). §
9.2.3: Uitvoeringsvormen van het transportsysteem:
Een transportsysteem dient ervoor om losse onderdelen of produkten te transporteren. Daarnaast kunnen komplete lasmallen worden vervoerd, de lasmallen vormen dan een buffer tussen het laden van de onderdelen en het lasproces. Een transportsysteem kan dus twee functies vervullen: 1) AIleen transporteren van onderdelen of produkten. Een transportsysteem dat aIleen dient om produkten te dragen en te vervoeren wordt niet haalbaar geacht. Een transportsysteem voor produkten is niet noodzakelijk vanwege de afmetingen of gewicht van onze groep produkten. In de huldige produktiesituatie worden immers aIle produkten met de hand ingespannen, gelast en weggelegd. Tegen de investeringen die gemaakt moeten worden staan geen direkte besparingen, een transportsysteem verhoogt de terugverdientijd van het totale geautomatiseerde lassysteem. In de PKF zijn verder geen transportsystemen aanwezig waarop zou kunnen worden aangesloten. AIle produkten worden, ongeordend in emballagemiddelen, met heftrucks vervoerd. 2) Het transportsysteem vervult ook een bufferfunctie. Een transportsysteem kan goed worden toegepast als buffer, hierbij treedt een ontkoppeling op tussen het lassen en het laden/lossen van de lasmallen. . Het transportsysteem vervoert dan universele draagblokken waarop produktspecifieke lasmallen zijn gemonteerd. Er is permanent een buffer wachtende produkten voor de lasinstallatie aanwezig. De draagblokken met lasmallen worden door de operator gel aden met monodelen, vervolgens door een robot gelast en uiteindelijk wordt het gelaste produkt door de operator uitgenomen.
Jos Reijnders
Pagina
53
Voordelen van een buffersysteem: Een lassysteem met buffer biedt enkele voordelen die zonder buffer bijna niet zijn te realiseren: - Hogere Kwaliteit van de Arbeid door:
*
Langere cyclustijden: Het is mogelijk een werkvoorraad (buffer) te scheppen. De buffertijd bedraagt; aantal produkten * lastijd. Indien men een buffer van 10 minuten wil ontwerpen dan dient die buffer ongeveer 4 produkten te bevatten. De gemiddelde lastijd is nu 5 minuten, de robot heeft dan 2 !z min. nodig.
*
Ontkoppeling machine- en mancyclus: Als de buffer vol is heeft de bediener tijd voor andere taken of korte pauzes. De man kan dus zelf zijn werkritme bepalen. Optimale veiligheid en ergonomie: De robot staat volledig afgezonderd van de werkplek van de bediener, daardoor ook geen laslicht en dampen.
*
- Hogere bezettingsgraad: Door de buffer is het mogelijk dat in pauzes wordt doorgelast. Er treedt geen procesverstoring op door korte absentie van de bediener. - Logistieke voordelen: Produkten met wisselende laadlos/lastijden kunnen worden gecombineerd omdat ze tegelijk worden opgespannen.
Nadelen van een buffersysteem: - Een min of meer vast orderpakket is noodzakelijk, anders moeten erg vaak andere lasmallen op de draagblokken gemonteerd worden. - Per produkt zijn meer lasmallen (lage bezettingsgraad) nodig. - Als verschillende produkten (orders) tegelijk worden gelast staan er veel emballagemiddelen op werkvloer. oit neemt veel ruimte in beslag. - Bij het 'westwood' buffersysteem dat later ter sprake komt kunnen de produkten niet worden gemanipuleerd omdat de lasmallen vast op het transportsysteem zijn bevestigd. De produkten moeten dan dus goed bereikbaar zijn. Indien men weI wil manipuleren moet de lasmal op een manipulator worden overgezet. Indien de mallen op universele dragers worden gemonteerd kan ook een universele overzetter worden toegepast. Een dergelijk systeem wordt toegepast in de TOE-FALe opzet. Het probleem van slechtere bereikbaarheid en extra lasmallen kan ook op een andere manier worden opgelost. Men kan produkten vooraf hechten. Oaarbij kunnen ook niet bereikbare lassen door de bediener worden gelegd. Bovendien kunnen lasmallen worden toegepast die voor meerdere produkten geschikt zijn. Jos Reijnders
Pagina
54
De functie van de lasmal bestaat dan aIleen uit het klemmen van een gehecht produkt op een oplegvlak. Nu hoeven niet meer aIle monodelen geklemd en gefixeerd te worden. De mal kan universeler uitgevoerd worden. Doordat de vele klemmetjes voor monodelen ontbreken is de mal vee I bereikbaarder geworden. De beslissing weI of niet vooraf hechten kan per produkt worden genomen. Dit idee is vooral ontstaan na een bedrijfsbezoek aan CASCADE te Vriezeveen. Conclusie: De te var1eren parameters zijn: weI of geen buffer toepassen, indien een buffer aanwezig is kunnen individuele produkten vooraf worden gehecht. §
9.2.4: Uitvoeringsvormen van gereedschapwisselsystemen
Het wisselen van de lastoorts werd genoemd in § 9.2.1. Van het automatisch wissel en van lasmallen wordt afgezien. De lasmallen voor onze DAF produkten worden in de huidige situatie met de hand aangebracht. Het automatiseren hiervan vergt een zwaarder type robot en het gepositioneerd opslaan van de lasmallen. Het aanbrengen van een andere lasmal gebeurt Slechts een keer per order, er is geen tijdsbesparing te bereiken. Om de steltijd te minimaliseren is het aan te bevelen om de gereedschappen binnen de cel en niet in het centrale magazijn op te slaan. Aan te bevelen is ook om aIle lasmallen van dezelfde grondplaat en universele spanmiddelen te voorzien. Dit heeft het voordeel dat snel kan worden omgespannen en de lasmal geheel buiten de robotcel geprepareerd kan worden. §
9.2.5: Uitvoeringsvormen van de randapparatuur
Keuzen en uitvoeringsvormen m.b.t. randapparatuur zijn voor ieder celconcept identiek. Ze vormen geen te varieren parameter. Hierop wordt in deze studie niet nader ingegaan. Ze worden voor de volledigheid echter weI genoemd. - Het lasproces, er bestaan drie lasprocessen: Het kortsluitboogproces, dit kenmerkt zich door een regelmatig (20-300 per sec.) ontstaan van kortsluitingen tussen draad en smeltbad. Dit proces treedt op bij lage boogspanning en lasstroom. Bij hogere boogspanningen gaat dit proces over in sproeibooglassen, de lassnelheden zijn groter maar het smeltbad is moeilijker beheersbaar. Het beste lasproces is het pulsbooglassen. Dit proces houdt in dat over een lage basisstroom, die dient om de boog in stand te houden zonder druppelvorming, een korte piekstroom wordt geplaatst. Dit vereist echter weI een duurdere stroombron. Doordat geen druppelvorming optreedt raakt het gascupje minder snel vervuild met lasspatten. - Het type laspistool hangt af van de lasdraaddikte en de bereikbaarheid, er bestaan rechte en gebogen uitvoeringen. Jos Reijnders
Pagina
55
- Lastoortsreiniger: een automatische lastoortsreiniger bespaart veel tijd en vermindert storingen, het met de hand reinigen van het gascupje kost veel tijd. - Sensoren: er bestaan lasnaadzoekers en lasnaadvolgsystemen. Lasnaadzoeksystemen: Door het produkt af te tasten wordt de ligging van de las bepaald. Dit kan bv. door de toorts onder spanning te zetten, bij produkt-kontakt loopt dan een stroom. Lasnaadvolgsystemen: De geprogrammeerde lasbaan wordt hierbij gecorrigeerd. Dit kan bv. door te pendelen en dan de weerstand over de boog te met en aan het eind van de pendelslag. Door de waarde te middelen wordt het midden van de lasnaad bepaalt. Dit principe·· is niet duur en wordt bij veel systemen bijgeleverdi het is bedoeld om tolerantie-afwijkingen op te vangen. Optische sensoren die zowel lasnaadzoeken als -volgen zijn duur en belemmeren de bereikbaarheid. 9.3
§
Mogelijke celconcepten:
Aan de hand van de te var~eren parameters kan de volgende matrix met mogelijke globale celconcepten worden opgesteld: Manipuleren:
Robotopstelling:
Transport: (buffer) Niet geen transport systeem
CEL 1: moge1ijk
WeI eEL 2: mogelijk
VAST
weI transport systeem
CEL 3: mogelijk
eEL 4: mogelijk
geen transport systeem
eEL 5: mogelijk
eEL 6: mogelijk
weI transport systeem.
eEL 7: niet zinvol
eEL 8: niet zinvol
BEWEGEND .-
-
Afgewezen globale celconcepten: eel 7 en 8 werden afgewezen omdat het produkt aan de robot .! aanbieden dan dubbel wordt uitgevoerd. Bij een transportsysteem ~ hoeft de robot niet meer naar de produkten toe te bewegen. '\ Mede daardoor zijn ze te duur. ,Bij cel 8 is ook nog eens een overzetter nodig. Zoln systeem valt \~eel te duur uit. ~ i
J, \
~
..
Re~Jnders
I iZ--
..
Paqina
56
PERSUAL EHBALL~GB ALCEHKK~ (Do~t: ~IIILi:lll.~90IiiTd'ielt:ll .. 11eoo to(#lHlSfit!H in cV'Hl(:'J mut l.',rt:'·",r)
OK Ix verlongd ~ fmel!ing,Hl :
1i~~d!:~~J---'--'-'
It
II ... t t:r!J;;ik ... k lapw:lr.
{CI)
:dlllet.inCJ~":
22 1 4 X 1 400 X 96 0
in W;:
2400x14a4x12~O
uitW:
bela~ebaar
l~OO
kg
aiqcn gQW, 280 k9 vol.inw. 3.00 m3 1/01 uiew. 'l.~!:i Ill) tek 06W 371-099-90001 O~W
900x 900x
ul\..W:
l020:d020x
h",l .. =tb .. ar
tUu
k'J
ulgen gow. vul.inw. vol uiew.
7
k~
~~k
06»
~l
~3
400-Ug~-
uuu~
~mb~ll~~u
'H11
360-0~9~90056
GK 2x ver1engd afmet.1ngen :
Ho~uul
(G2)
inw. :.2410x1400x 960 2604xlGU4x1250
iGH)
3.61 ro3
tot OGW
]71-09~-90006
Crot~ Lagd Kooi (LK) "fmetinqaA I iuw.: 2000xl400x 430
qew. vol.iDW.
{Co) )
~~ kQ 1.1 IlIJ 2.£1' 1113
\lcw.
"O~9-
'00:; 1 (C l.l
COlUbi-n~k
Laag
:
iow : ~;'!BOAllOOx uitw: 2400x1200x belat:tba .. .r 1 ~o
ID.
eiqon gew. vOl.lnw.
210 kg
1;20 m) 2.00 m3
vol.ultw
Ccmbi-RfJk
arm~tin9cr.
uitw: 21BGx14B4x 610 polasCbanr 1500 kg ~igen
12
OOl~
vol.inw. vol.u:l.Lw. toy. fl6w 371
5.13 m3
vol.uitw.
k9 tg 1.2.3 1.9.j l~O
:
vcl.ui~w. ~ck D£W J71-0~9-
~igl:n
2',O}tq
vul.inw.
gew.
'l2~
"!llIl:t in 9"n lnw : ~~uOxll00x ,00 uilW: 2400x120C~ vuO hclQSLb~ar l~O kg
1500 kg :
1525xl12~~
1GOOx)200x 000
vul.inw.
aflll
lnw.~
uitw: .j9~u
300 kg 3.25 IlIJ vol.~itw. 4.8) Ill) tOK UbW 371-099-90001 OGW 360-099~90056 I
CK vornoogd
:
Lclh~~b~~r
\!:iDa kg
e1gen geW. vol. low.
inq(;/'I
i..fIllCH:
ui~w:
t~k
iun'.:
V01.Ul.tW.
...... ); OGw
QGW 380-099-10002 OGW 380-099-10003
LK Ix verlengd (Ll) i:lfluetingC:ln I inw •• 2214x1400x 4)0 uitw: 2400x1404x blO belastha~r 1500 kg 01900 Q~w. 22~ kg
a.U :
1 ..
k9
i
III
0
III
3/1·0!.l~-
:l
:i
Uti:!.!
PU-bak w.upkl.zy lAb)
I
uitw:
l~H;Ox
bclZost.P
27~
1250x aoox ~UOx
'·l1S kg
gcw.
kg
vol.lnw.
1.33
~)
vol inw.
vol.~1tw.
2.17
Ill]
vol.ultw., O.~ w~ t~k OuW 40U-099-'OCll
\<:11:1
1,i#K
LK
OGW 300-099-10001 LK 2x vQX'longd
(L2
ilfmetingen : low.;
241Ux1400x 430
uitw: 2G04x1464x 610 hGl~Q~paar
eiqen gt>W.
vol.lnw.
:
1500 kg 240 K9
1.46 ml
vol.ultw. 2.36 rol tek 06W 300-099-10001
opm.1
~a9
a~
P.K.P.niiL
~J
vl:lrlMt~n.
Celconcept 4 is technisch weI mogelijk. De produkten moeten dan van het transportsysteem worden overgezet op een manipulator. Dit is mogelijk als de manipulator identieke draagblokken overzet. Dit overzetten kost tijd, de robot kan dan niet lassen. Naast de robot die menselijke arbeid vervangt en dus geld bespaart zijn te dure andere komponenten nodig (transportsysteem, overzetter) die het totaal niet rendabel maken. Haalbaar geachte celconcepten: Cel 1,2,3,5,6 Bij de verder uit te werken globale celconcepten wordt gelet op: - aantal robots, aantal manipulatoren en type (enkel/dubbel) - de bezettingsgraad van de robot en manipulator - de mogelijke verhouding van de lastijd tot de laad-Iostijd - de aan- en afvoer van monodelen en samenstellingen, dit dient liefst op een plaats en op een lijn te gebeuren. - eventueel vooraf hechten - aspekten als Kwaliteit van de Arbeid, ergonomie en veiligheid. - de minimale cyclustijd GEBRUIKTE SYMBOLEN:
I
I
vast opgestelde las robot
0
~
4J
~
Lasrobot die op een rail heen en weer kan bewegen
0
D
Enkelvoudige manipulator, hierop wordt de lasmal bevestigd.
D=*=[]
D I
Dubbele draai/kiep manipulator
vaste werktafel met lasmal
I
D c=:J
Draagblok voor lasmal, wordt gebruikt bij transportsysteem Emballagemiddelen; zijn al bij DAF aanwezig.
Al deze komponenten zijn in principe te koop, aIle gegenereerde celconcepten worden in de praktijk toegepast. Jos Reijnders
Pagina
57
\
~bedieOjOglimJn
~'\..
aflichorming
\
eincllichakelaar
..,..t.-_~t.-_
robol
LASCEL-CONCEPl' 1: vaste robot, geen transport, niet manipuleren.
Lasrobot
D D
Laden/lossen -
laagst mogelijke investering kan aIleen worden toegepast bij goed bereikbare produkten beveiliging van de werkplek vraagt extra maatregelen hoge bezettingsgraad v/d robot mogelijk als laadlos <= lastijd. cyclustijd 1 produkt
LASCEL-CONCEPl' 2: Vaste robot, geen transport, weI manipuleren.
ontwerp 2A: ==F===O
Lasrobot
0=* Las
Laad/Los
- hoge bezettingsgraad v/d robot mogelijk als laadlos <= lastijd. - hoge bezettingsgraad manipulator, goede afstemming mogelijk. - beveiliging goed te realiseren, gescheiden laad/los en lassen. Opmerking: wordt het meest toegepast, zowel bij OAF als bij andere bedrijven. ontwerp 2B:
==9===0
Lasrobot -
hoge bezettingsgraad v/d robot mogelijk als laadlos <= lastijd. beveiliging vraagt extra maatregelen. meer vloeroppervlak en loopafstand dan ontwerp 2A. aansturing per manipulator nodig + afstemming manipulatoren
Jos Reijnders
Pagina
58
Ontwerp 2C: Dit is een dubbele uitvoering van ontwerp 2A, de bedoeling is dat een operator beide robots bedient. Op deze manier kan maximaal op arbeidskosten worden bespaard. ==1===0
Dubbele draai/kiep manipulator
==l===0
De laad/los plaatsen bevinden zich op een lijn i.v.m. de loopafstand tot emballage.
Lasrobot
Las
Laad/Los
- eisen aan ordercombinaties (clusteren) indien maar een type produkt wordt gelast zijn 4 mallen nodig - arbeid is sterk cyclus gebonden Twee produkten met verschillende laad/lostijden kunnen tegelijk worden gelast indien er goed wordt afgestemd. LASCEL-CONCEPT 3: Vaste robot, transportsysteem, niet manipuleren Een voorbeeld van een eenvoudig en goedkoop transportsysteem is het Westwood FWS (Flexible Welding System), zie bijlage [9].
Laden
Bovenlaag met draagblokken: Liftsysteem:
Lossen
4J 0
.j.
.j.
.j.
Lassen
t t t
Benedenlaag: >
De benedenlaag met draagblokken functioneert als buffer voor lasmallen met ingeklemde produkten. - hoge cyclustijden en ontkoppeling man-machinecyclus - produkten met wisselende laadlostijden zijn goed te kombineren - produkten zijn niet goed bereikbaar, eventueel vooraf hechten dient per produkt onderzocht te worden LASCEL-CONCEPT 5 en 6: Bewegende robot, geen transport Vanwege het grote werkbereik van de robot kunnen meerdere werktafels worden opgesteld. Het is niet wezenlijk verschillend of de werktafels vast zijn of dat er een manipulator wordt gebruikt, een combinatie is zeer goed mogelijk.
Jos Reijnders
Pagina
59
Daarom worden concept 5 en 6 ook samengevoegd. De robot kan staand of hangend worden uitgevoerd. Bij deze systemen wordt de robot meestal opgehangen, dit is weliswaar duurder maar het werkbereik van de robot wordt groter. [37]
DDo D
Laden + lossen + lassen
- produkten met diverse kenmerken, zowel produktietechnisch als logistiek zijn in elke volgorde lasbaar, dit kan omdat diverse manipulatoren of vaste werktafels bereikbaar zijn vanwege het grote werkgebied. - omstellen buiten robottijd is mogelijk - hoge bezettingsgraad van de robot - kleine loopafstanden als werktafels in lijn worden opgesteld. - veiligheid en afzuiging lasgassen vormen een probleem
§
9.4 Het vergelijken van de lascelconcepten
am de celconcepten te kunnen vergelijken zal een waarderingsmatrix worden opgesteld. Dit wordt gedaan om concepten niet direkt onderling te vergelijken maar aan de hand van deelaspekten. Per deelaspekt en per concept wordt een waardering gegeven. De marge in het waarderingscijfer is in dezelfde orde grootte gekozen als het aantal te vergelijken concepten om te grote spreidingen tegen te gaan. Gezien het feit dat de aspekten toch al moeilijk te kwantificeren zijn is gekozen voor een schaal van 1 tim 5. 1 is slecht, 5 is goed. Meerdere deskundigen hebben de matrix ingevuld om tot een goed afgewogen keuze te komen. De matrix beoordeelt de concepten op de volgende aspekten: A) Financiele aspekten: Al) Terugverdientijd: Zelfs als aan de eis voldaan is (TVT < 3.6 jaar) verdient een korte terugverdientijd de voorkeur. A2) Geinvesteerd vermogen. Een laag geinvesteerd vermogen verdient de voorkeur. A3) Infaseringsmogelijkheid van de aanschaf. Een cel die in delen kan worden aangeschaft verdient de voorkeur.
Jos Reijnders
pagina
60
B) Loqistieke aspekten: B1) Orderflexibiliteit: Een celontwerp dat zo weinig mogelijk eisen stelt aan de orderbesturing (ordermix en volgorde) verdient de voorkeur. Produktieprogramma's dienen liefst op ieder moment wijzigbaar te zijn t.a.v. aantallen en volgordes. B2) Omstelflexibiliteit: Indien de installatie snel om te stellen is en eventueel door kan lassen tijdens een gereedschapwissel (lasmal) laat dit kleinere series toe. B3) Bezettingsgraad: Indien de bezettingsgraad van dure komponenten (bv.robot) laag is dan krijgt het celconcept een lager cijfer. B4) Buffermogelijkheid: Indien een buffer aanwezig kunnen meerdere orders tegelijk zonder afstemproblemen worden gelast. De procesvoortgang zal beter gewaarborgd zijn, de manafhankelijkheid neemt af. e) Bedrijfsinrichting: e1) Ingenomen bedrijfsruimte: Naarmate het benodigde vloeroppervlak van de totale installatie (+ emballageopslag) lager is scoort het concept hoger. e2) Lay-out t.a.v. transport: De aan en afvoer van monodelen en samenstellingen dient liefst zo gestroomlijnd mogelijk plaats te vinden. De opslag van de emballage's kan beter op een plaats gebeuren dan verspreid over de lascel. e3) Lange termijn flexibiliteit: Indien de komponenten om te bouwen zijn tot een andere layout verdient dit de voorkeur boven een starre opbouw. D) Kwaliteit van de Arbeid (K v/d A): D1) Minimale cyclustijd: Een cel die kort cyclisch werk opdringt aan de operator scoort lager dan een cel die hoge cyclustijden mogelijk maakt. Oe gewenste minimale cyclustijd is 10 minuten. D2) Ontkoppeling individueel werk en produktflow: Een cel waarin de man niet star in cyclus met de machine (robot) hoeft te werken verdient de voorkeur.
Jos Reijnders
Pagina
61
E) Veiligheid, Milieu en Ergonomie (VME): EI) Veiligheid: De bediener dient ten aller tijde buiten het werkgebied van de robot te blijven (afgezien van onderhoud ed.). Als hiervoor echter bijzondere voorzieningen nodig zijn dan is dat duurder en minder veilig, voorzieningen kunnen worden omzeild. Indien het laden en lossen niet bij de robot plaatsvindt dan is dat veiliger. E2) Milieu: Indien de man niet in aanraking komt met laslicht en lasgassen krijgt de cel op dit punt een hogere waardering. E3) Ergonomie: De cel waarbij de operator het minst frequent en ver hoeft te lopen scoort het hoogst op dit punt. F) Technische aspekten t.a.v. het produktpakket: FI)
Een celontwerp datbeperkingen oplegt m.b.t. werkgebied of bereikbaarheid van de produkten scoort lager op dit punt.
F2)
Een cel die voor meerdere typen opspantafels (produkten) geschikt is scoort hoger •
. G) Technische aspekten t.a.v. de lasinstallatie GI)
Onderhoudsaspekten: Eenvoudige concepten scoren op dit punt hoger. Een goede bereikbaarheid vooronderhoud is beter.
G2)
Een concept waarin veel komponenten (robots, manipulatoren entransportsystemen) bestuurd of afgestemd dienen te worden is altijd storingsgevoeliger. Een eenvoudige besturing verdient de voorkeur.
Jos Reijnders
pagina
62
WAARDERINGSMATRIX CELCONCEPTEN: CELCONCEPT: 2C
2A
1
weeg factor:
Wi
WI
S
WI s
S
Wi
Financieel: A1: A2: A3: subtotaal:
3 1 2
3 5 4
9 5 8 22
3 3 5
9 3 10 22
4 5 4
12 5 8 25
2
Logistiek: B1: B2: B3: B4: subtotaal:
4 3 1 3
2 2 2 1
8 6 2 3 19
1 2 2 1
4 6 2 3 15
1 2 2 1
4 6 2 3 15
Bedryfsinr: C1: C2: C3: subtotaal:
2 3 3
4 4 4
8 12 12 32
4 4 4
8 12 12 32
4 4 4
K v/d A: 01: 02: subtotaal:
3 3
2 2
6 6 12
2 2
6 6 12
V M E: E1: E2: E3: subtotaal:
1 1 2
3
3 3 6 12
2 3 3
Technisch: F1: F2: subtotaal:
4 4
1 2
4 8 12
3 2
4 3
12 6 18
complexiteit: G1: G2: sUbtotaal Totaal: Volgorde: w = waardering s = score
3
3
5 + 6
3 S
Wi
S
6 3 4 13
2 2 2
6 2 4 12
4 5 5 4
16 15 5 12 48
5 4 3 3
20 12 3 8 44
8 12 12 32
3 3 2
6 9 6 21
2 2 2
4 6 6 16
2 1
6 3 9
4 3
12 9 21
3 3
9 9 18
2 2 6 10
3 3 2
3 3 4 10
3 4 3
3 4 6 13
2 2 2
2 2 4 8
3 2
12 8 20
3 3
12 12 24
1 2
4 8 12
4 4
16 16 32
4 4
12 8 20
3 3
9 6 15
2 1
6 2 8
2 1
6 2 8
3
2
127
131
130
136
138
5
3
4
2
1
(
' . r;}; 0
£
)
1 1-1'LL/M~ "
Jos Reijnders /'
Pagina
---:\
·:,9 jv
L.A:.""'C ...."'1'JCi.Z
----=-~
63
Resultaat van de celwaardering. De matrix werd door 6 deskundigen ingevuld. In onderstaand schema wordt aangegeven werk percentage 'stemmen' ieder aan de concepten toebedeelde. concept:
5+6
1
2A
2C
3
23.3 18.9 15.4 21.9 15.9 19.2
19.8 19.3 15.1 21.3 20.5 19.7
16.7 19.3 20.1 18.0 19.8 19.6
19.2 22.4 24.0 19.8 22.1 20.6
21.0 20 .. 1 25.4 19.0 21.7 20.9
Totaal:
19.6
19.8
16.8
21.9
21.9
Score:
3
2
4
1
1
Persoon Persoon Persoon Persoon Persoon Persoon
1: 2: 3:
4: 5: 6:
uit dit schema blijkt dat celconcept 3 en 5+6 het hoogst werden gewaardeerd. Ze zijn ook het best geschikt voor een gevarieerd produktpakket. §
9.5
Conclusies
AIle opgestelde celconcepten voldoen aan de uitgangspunten. Het zijn allemaal 'bekende technieken' die elders 'bewezen' zijn. De celconcepten zijn 'kant en klaar ' te koop en vallen binnen het budget. Uit de waarderingsmatrix is gebleken dat de lassystemen met de meeste technische mogelijkheden [concept 3 en 5+6] het hoogst scoorden. Dit zijn de systemen die geschikt zijn voor een gevarieerd produktpakket. Celconcept 5+6 heeft het voordeel dat de produkten uitstekend bereikbaar zijn. Concept 3 heeft een grote buffercapaciteit en maakt lange cyclustijden mogelijk. Het toepassen van een optische sensor maakt de systemen te duur, dit wordt daarom afgeraden.
Jos Reijnders
Pagina
64
CONCLDSIES EN AANBEVELINGEN
Het produktievolume aan lassamenstellingen is de komende jaren voldoende groot om automatisch lassen mogelijk te maken. Het is aan te bevelen om eerst met een geschikte groep produkten ervaring met automatisering op te doen. De meest geschikte produkten voor automatisering bestaat uit relatief eenvoudige produkten met een hoge produktiecapaciteit. De onderzochte groep OAF 95 lassamenstellingen bevat enkele komplexe produkten, veel produkten hebben lage jaarseries en er treden vele produktwijzigingen Ope Door in het ontwerptrajekt meer aandacht te schenken aan o.a. standaardisatie kan men in de toekomst eenvoudiger tot automatisering overgaan. De PKF is met name door de ondoorzichtige funktionele struktuur onbeheersbaar. Hoge doorlooptijden en voorraden gecombineerd met onvoldoende stuurmiddelen maken doelmatig beinvloeden van de output van de PKF moeilijk. Door lange regelkringen gebeurt ingr1]pen in processtoringen, b.v. kwaliteitsproblemen, vaak te laat. Een cellenstruktuur is beter beheersbaar, de besturingslast voor het Bedrijfsbureau neemt af. Bij het ontwerpen van een cellenstruktuur dient men eerst zover mogelijk te parallelliseren, daarna pas te segmenteren. De te ontwerpen cellen dienen vanwege de besturingseenvoud ongeveer gelijke afmetingen te hebben. Binnen een cel kunnen het beste zoveel mogelijk bewerkingen worden uitgevoerd. Het herontwerp van de produktiestruktuur dient altijd vooraf te gaan aan een eventueel herontwerp van de besturingsstruktuur. Een gecombineerde onderdelen-samenstellingscel wordt voor de onderzochte produkten niet haalbaar geacht. Bij het ontwerp van de optimale cel werd uitgegaan van produktie op order en een hoge mate van autonomie. Door korte regelkringen wordt de leverbetrouwbaarheid gegarandeerd. De beschreven produktiestruktuur bestaat uit drie goed gedefinieerde niveau's. Het aantal niveau's in de organisatie dient beperkt te blijven. Bij de bepaling van het beste geautomatiseerde lassysteem werd gekozen voor een systeem dat voor uiteenlopende produkten geschikt is. NB.
Aan het eind van ieder hoofdstuk worden conclusies over dat specifieke onderwerp gegeven.
Jos Reijnders
Pagina
65
LIJST MET AFKORTINGEN Advanced Manufacturing Engineering BewerkingsVolgOrde Computer Aided Design van Doorne Aanhangwagen Fabriek Flexibele Assemblage en LasCel Kwaliteit van de Arbeid en Organisatie Metal Inert Gas, Metal Active Gas Nieuwe Truck Generatie Ontwikkeling en Beproeving OHW OnderHandenWerk PELLOS PErshal Lokaal LOgistiek Systeem PQ-analyse Produkten Quantiteiten analyse RWL Resterende WerkLast SPIN stimulatie projekt Informatikaonderzoek nederland TUE Technische Universiteit Nederland TVT TerugVerdienTijd VME Veiligheid, Milieu en Ergonomie YL-deel Yellow-Line deel (gereed voor montage) AME
BVO CAD DAF FALC K v/d O/A MIG-MAG NTG O&B
Jos Reijnders
Pagina
66
LITERATUURLI:JST [1]
Automatisch lassen van steunen en beugels, DAF verslag, Hans de Jonge, april 1988
[2]
Het ontwerpen van een technisch produktiesysteem voor de PKF, DAF verslag, Harold Vaessen, augustus 1988
[3]
SPIN-PROJEKT Produktanalyse WPA-0422, B.J. Verbaarschot, F.N.M. Knops en J.F.J. van de Net, april 1987
[4]
SPIN-PROJEKT Globale layout van de TOE-cel transport- en positioneersysteem interface afspraken WPA-0465 B.J. Verbaarschot augustus 1987
[5]
Besturing van produktie-eilanden in de groepsgewijze onderdelenfabrikage van Enraf-Nonius Delft B.V., R.F. Haket, 1989
[6]
Organisaties: management, analyse, ontwerp en verandering: een systeemvisie, Leeuw, A.C.J. de, 1986
[7]
Probleemoplossend onderzoek, een benadering uit de systeemleer, Leeuw, A.c.j. de, 1976
[8]
Het flexibele bedrijf, Groep Sociotechniek, div. auteurs '87
[9]
Organisatiestruktuur en arbeidsplaats, Prof. in It Veld, '85
[10] Analyse van organisatieproblemen, Prof. in It Veld, 1988 [11] Nieuwe technologieen en organisatorische maatregelen, de praktijk van flexibele fabrikagesystemen, J.J. Krabbedam, 1988 [12] Flexibele automatisering en organisatie, Jos A.M. Willenborg, 1987 [13] vormen voor de produktieorganisatie, Prof. ir. J. in It Veld [14] MIG-MAG lassen met industriele robots, Ir H.J.L.M. de Haas TH-delft, MB-produktietechniek. Deel 1: Systeemstruktuur en systeemkeuze Deel 2: Nauwkeurigheidsaspekten Deel 3: Sensorsystemen [15] MIG/MAG- lassen met industriele robots, overwegingen bij de invoer Ir H.J.L.M. de Haas, MB-produktietechniek, Jrg. 53 Nr. 12 9 juni 1987 [16] Diktaat 'Groepentechnologie', HTS Eindhoven [17] Afstudeerverslag Frank Jenniskens
Jos Reijnders
Pagina
67
ARTIKELEN UIT VAKBLADEN
[18] Flexibele Fertigungssysteme und Fertigungszellen, VDI-Z Bd. 128 (1986) Nr.11- Juni [19] Quantitative Evaluation of Adaptability to Fabrication of Welded Struktures as possible Objects for Robotic welding, V.A. Timchenko, S.V. Dubovetskiy and P.E. Fedotov, E.O. Paton Elektric Welding Institute Kiev, USSR [20] Materialfluss in der Fertigung (Zellenstrukturen), Dr.Ing.K. Mertens, ZwF 80 (1985) [21] Praktische toepassingen van industriele robots, H.C. de Vries, PT Industriele Automatisering 43 (1988) nr. 12 [22] criteria voor invoering van lasrobotsystemen, W. Rombeek, PT Industriele Automatisering 43 (1988) nr. 12 [23] Voortrajekt aanschaf lasrobot onderschat, R. Holman, PT Industriele Automatisering 43 (1988) nr. 12 [24] Die Roboterzelle furs Schweissen, Dr. Ing. Uwe Cardaun, Roboter 3/1988 [25] Robotercellen bei BMW, Roboter 4/1988 [26] Roboter-Toleranzen auf der Spur, Roboter 4/1988 [27] Gaat de robot het maken, toekomstverwachtingen, PT Industriele Automatisering 43 (1988) nr. 12 [28] Von der Industrierobotercelle zum Industrieroboterschweisssystem, tz fur Metallbearbeitung 80 Jahrg. Heft 5/86. [29] Robots in metalworking (Garrett) American Machinist, May 1985. [30] Developments in mechanised, automated and robotic welding, an international conference, the welding Institute 1981 [31] Output Volume Increases with No Missed Welds, cost efficiency of GMF robots helps Demco to compete, Robotics World, April 1988. [32] Robots voor lassen en snijden J.H. Odenzaal (TH Eindhoven), PT Werktuigbouw 1983. [33] Lasnaadvorm en vullingwijze, PT Werktuigbouw 41 (1986), Nr 11 [34] Industrieroboter, HJ warnecke/R.D. Schaft [35] Gasbooglassen, de efficiency is een van de doorslaggevende factoren, PT Werktuigbouw 42 (1987) Nr 3 [36] Der vollzogene Wechsel (Greiferwechsel systeme), Roboter 5/1987 [37] Orientatie als start van robotisering, ir. H Rampersad, PT Automatisering april 1989 BEDRIJFSBEZOEKEN -
CASCADE te Vriezeveen ALMI te Aadorp PZ Zweegers te Geldrop Reis Robots te Gouda Een bezoek aan de beurs 'Robots Nederland '88' te Hilversum
Jos Reijnders
Pagina
68
VAKGROEP WERKTUIGBOUWKUNDIGE PRODUKTIETECHNIEK EN -AUTOMATISERING TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN
BIJLAGEN JOS REIJNDERS TITEL:
De optimale samenstellinqscel voor DAF lassamenstellinqen
Rapportnummer: WPA 780 H.P.E.M. Reijnders Augustus, 1989
Uitqevoerd bij: Afdeling: Begeleiders:
DAF Trucks, Eindhoven Advanced Manufacturing Enqineering (A.M.E.) ire P.W.J. Leenders ing. N. Nijst ing. J. Meyers
Technische Universiteit Eindhoven (T.U.E) Faculteit Werktuigbouwkunde Vakgroep Werktuigbouwkundige ProduktieAutomatiserinq (W.P.A.) Hoogleraar: Begeleider:
prof. ira J. van Bragt ing. F.L. Langemeijer
Eindhoven, augustus 1989
Pagina:
INHOUDSOPGAVE :
BIJLAGE BIJLAGE BIJLAGE BIJLAGE BIJLAGE BIJLAGE BIJLAGE BIJLAGE
1: 2: 3: 4: 5: 6: 7: 9:
Bijlagen Bijlagen Bijlagen Bijlagen Bijlagen Bijlagen Bijlagen Bijlagen
Jos Reijnders
bij bij bij bij bij bij bij bij
hoofdstuk hoofdstuk hoofdstuk hoofdstuk hoofdstuk hoofdstuk hoofdstuk hoofdstuk
1 2 3 4 5 6 7 9
Bijlagen
1 7 9 14 18 28 40 47
BIJLAGE 1:
Opbouw en onderverdelinq PKF
In deze bijlage wordt eerst de produktielokatie PKF weergegeven. Binnen de PKF wordt aIleen de lage pershal belicht. De lage pershal wordt vervolgens weer onderverdeeld. Dit onderzoek richt zich verder op de lasserij en de plaat- en bankwerkerij.
Jos Reijnders
Bijlagen
Paqina 1
Produktielokatie PKF Hoge Lakstraat
pershal
Lage
Langsligger-
pershal
straat
Centraal onderdelen magazijn
Jos Reijnders
Bijlagen
Pagina 2
Lage Pershal _-
....
-
Persen klein Knippen Beitsen .10"
P laatwerkerij bankwerkerij
•• oa1
Lasserij
NVP eel ••• aa
•••••
Pijpencel
Cno snijden
•••••
••••• Kwaliteits"" kontrole
Jos Reijnders
Bijlagen
Pagina3
Lasserij C..j
0 CIl
l:d ('I)
.... w. ::I
P.
Aigemeen
Uitlaatsteun 11101
Afbramen
11104
1110.
('I)
11 CIl
Trekduwhaakbalk 11101
Opstapsteun 11101
Lascel
Boren 11101
Vlamboog lassen 1111.
111111
Bankw. I richten 11110
Lasautomaat 1111'
8 iunl 1989 j.h
Plaat- en bankwerkerij
Brandstoftan ks
puntlassen
11101/.
plaatbankwerk U1G"
11101
8 lunl 1989 J.h
Persen klein
sn ijden/vormen
Ponsen 11101
Beugelponsen 11101
Snijden spec. 11101
Rondknippen
11104
Buigen univ.
11101
Uitschuinen
11101
Persen/vormen 11101
,.,01
Knippen 11101
Vlakken/richten 11107
IS Junl 1989 J.h
Bijlaqe 2:
Teruqverdientijd voor robotinstallaties
In deze bijlage wordt de berekeningsmethode voor de teruqverdientijd weergegeven zoals die bij OAF wordt berekend. Tevens wordt het te besparen uurloon aangeduid.
Jos Reijnders
Bijlagen
Paqina 7
55840/88-234
Aan
P.Leenders
Van
P.Hiel
Betreffende
Terugverdientijd voor robotinstallaties
Datum
29-08-88
Kopie
L. vd Pol. H. vd Dungen. J. Zonneveld. H.Spputtevaer, werkgroep B.I.W. proj. 432
----------------~------------------------------------------------
Aanwezig: H.v.d Dungan (kalkulatie). J.Meijers (AME-IA). P.Hiel (AME-lA) . Een gesprek is gevoerd met Kalkulatie met als doel: inzicht te verkrijgen welke rekenmethodiek moet worden gebruikt bij rentabiliteitsbepaling investeringen in robotinstallaties.
*
De volgende punt en kwamen uit dit gesprek naar voren:
1. De rendementseis voor investeringen (i) is bij OAF gesteld op 25 %.
2. Maximale terugverdientijd wordt als voIgt bepaald:
lnv. Terugverdientijd = -----Besp. n=10 Max. TVT = ! n=1
1
-----n (1+i)
Afgeleid vd Netto Kontante Waarde berekening bij NKW=O
Voor investAringen is dit (bij gelijkblijvende besparingen en een rendementseis van 25% over 10 jaar): 3.57 jaar.
3. Besparingsuurtarief Westerlo : f 44,- (incl. ploegentoeslag) Eindhoven: f 45.- ( ) Bij berekening van de besparingen IDoeten de onderhoudskosten, die de investering met zich mee brengt, nog in rekening worden gebracht.
OPM1UUlING!
Jos aeijnders
Cit rapport 11 door kalkulatie .aooord verkJaerd.
Bijlagen
Pagina 8
BIJLAGE 3:
Projektstrategie
Bij het uitwerken van deze opdracht werd gebruik gemaakt van de proj ektstrategie van Prof. J. van Bragt. Deze strategie kan worden toegepast bij het projektmatig oplossen van problemen van uiteenlopende- aard. De projektstrategie bestaat uit de drieslag in iteratie: orientatie --.. Plan --.. Uitvoering. Deze drieslag wordt gebruikt bij de opdrachtdefinitie, het splitsen van de opdracht indeelprojekten en bij het uitwerken van de deelprojekten zelf. Na een orientatiefase van 4 weken werd een plan opqesteld voor de uitwerking van deze afstudeeropdracht, dit plan staat hieronder weergegeven. TIJD (weken) STAP 1): 00:
ORIENTATIEFASE:
- Kennismaken met D.A.F., personen en afdelingen.
- Medewerking en informatiebronnen verkrijgen. - Interne stage op de afdelingen PlaatKomponentenFabriek (PKF) en het Bedrijfsbureau om informatie omtrent de opdracht en randvoorwaarden in te winnen. opdrachtanalyse: Wat is
- een 'cel'? - optimaal ? - samenstellen ? Wat betekenen de randvoorwaarden ?
- criteria: de cel moet winstgevend zijn maar dit aIleen is zeker nog niet 'optimaal', want de eel moet ook passen in het logistieke gebeel en zal ook zeker aan flexibiliteitseisen IDoeten voldoen. - Systeemgrenzen: - Na eerste overleg beperking tot aIleen DAF 95 produkten - De hoofdbewerking bestaat uit lassen - Logistiek op produktie-eenheden niveau en koppeling met de cel-Iogistiek - Niet de bedoeling is om de PKF op te splitsen, weI moet de cel erin passen - Globale onderverdeling opdracht voor de uitvoering - Koppeling met andere deelprojekten: Direkte samenwerking met Arthur Pellemans (ontwerpstudie) en een nog niet bekende derde student (procestechnische studie) f er wordt gebruik gemaakt van dezelfde DAF 95 produkten.
Jos Reijnders
Bijlagen
Pagina 9
Op:
Opstellen van het plan voor de uitvoering van de orientatiefase. - voorstudie: Diverse verslagen (uitgangspositie) Groepentechnologie (welke produkten) Produktie-organisatie (cel-struktuur)
Ou:
- 1 week PKF: Informatie verzamelen over orderstruktuur, produktie en problemen. Bestudering huidige 'produktie-cellen'.
1
- 1 week BedrijfsBureau: Informatie over planning, logistiek en Pellos
1
- gerichtere studie verzamelde informatie
2
- achterhalen van een lijst met aIle DAF 95 onderdelen.
1
- Informatie inwinnen bij de PlaatKomponentenFabriek: -
Produktgegevens: jaarplanaantallen Produktiegegevens: voorraden + doorlooptijden Orderverloop: formulieren en informatie Problematiek: geen inzicht in de besturing technische problemen (afkeur,schrot) fouten (tekeningen, route, bewerkingen) personeel (ziekte,motivatie)
- Studie van de huidige 'cellen': organisatie, formulieren, produktpakket en problematiek - Kwaliteitsbewaking nu en straks - Informatie inwinnen bij het bedrijfsbureau: - Besturingsgegevens: planningshorizon capaciteitsplanning regelcircuits (mancolijsten) - Ordertoewijzing en verloop - Achtergronden problematiek in de PKF - Organisatie en ontwikkelingen: celindeling en pellos (Pershal Locaal Logistiek Systeem) - Kostengegevens: voorraad-,opslag- en transportkosten - De opdracht kan globaal worden onderverdeeld in drie elkaar sterk beinvloedende deelgebieden: produktpakketselektie, celontwerp en de logistiek binnen en rond de cel 5
Jos Reijnders
Bijlagen
Pagina 10
PLANFASE
STAP 2):
Po:
Welke problemen zijn er met betrekking tot het celontwerp? - Er moet een produktselektie worden gemaakt voor de lascel - Er moet vastgesteld worden hoe voor DAF de optimale cel er uit komt te zien (celformatie, aantal cellen, celtaken) - De logistiek binnen en naar de cel in relatie met het produktpakket (bezettingsgraad en doorlooptijd) - Hoe is aan te tonen dat een celontwerp bedrijfseconomisch verantwoord is - De lasproblematiek, de consequenties van het lasproces - Het ontwerpen van steugels - Besturingsproblematiek van de PKF - Nadere benodigde informatie analyseren/verzamelen, gerichtere studie van Pellos, celdefinitie, verslagen 2
pp:
Welke problemen worden aangepakt? -
Er wordt een produktpakket opgesteld voor de lascel celconcepten voor OAF worden bepaald Aantonen van de bedrijfseconomische waarde van een cel De logistiek in relatie met celontwerp en produktpakket Nadere informatie is zeker nog nodig (metname kostenaspekt) De cel-Iogistiek, de afstemroing tussen celontwerp en produktmix met betrekking tot bezettingsgraden en wachttijden, wordt aangepakt omdat dit nog braakliggend terre in is zowel binnen het FALC-projekt als binnen DAF. - De lasproblematiek wordt niet in dit onderzoek aangepakt, er komt een derde student die dit probleem aanpakt. Op korte termijn zijn zeker geen grensverleggende resultaten te verwachten die het celontwerp zullen beinvloeden, we gebruiken bewezen technieken. - De ontwerpproblematiek en CAD-toepassingen worden door Arthur Pellemans bestudeerd. - De besturingsproblematiek is in het verI eden onderwerp van studie geweest met Pellos als resultaat, het is beslist niet de bedoeling de logistiek die boven het cel-niveau ligt te gaan veranderen. WeI is de besturing door Pellos een randvoorwaarde, er moet rekening gehouden worden met de besturingswijze. In principe is deze weI te beinvloeden als de voordelen duidelijk aantoonbaar zijn. 1
Jos Reijnders
Bijlagen
Pagina 11
Pu:
Deelproblemen opstellen n.a.v. de problemen. - Selektiekriteria opstellen voor de DAF 95 produkten aan de hand van produkt- en produktiekenmerken. - Het begrip cel definieren, nagaan welke celconcepten er zijn en vervolgens concessies do en die in de PKF. noodzakelijk zijn. Opgedane ideeen over cellen tot celontwerpen laten groeien. - Een onderzoek naar de relatie tussen logistieke kenmerken (o.a. bezettingsgraden, wachttijden) en mogelijke celontwerpen en produktmix. - Opstellen van een beoordelingsmethode om alternatieven te kunnen vergelijken en toetsen aan criteria criteria zoeken en analyseren die bepalen of een celconcept rendabel is of past in zijn omgeving. NB. De genoemde deelproblemen beinvloeden elkaar in hoge mate - Nadere informatie verzamelen metname kostengegevens. - Analyse op te verwachten problemen, al te voorzien zijn de problemen met uitwisselbaarheid van robot-programma's en problemen van lastechnische aard - Risico analyse: kan de installatie ook toekomstige produkt pakketten goedkoper produceren? (afschrijftermijn) 1 4
9
Jos Reijnders
Bijlagen
Pagina 12
STAP 3): Uo:
UITVOERINGSFASE
Capaciteiten vaststellen voor de benodigde deelprojekten -
Produktselektie DAF 95 Celdefiniering en ontwerpen Logistiek binnen de cel Beoordelingsmethode + criteria
1 3
3 2
- Concept en genereren dmv. iteratiestappen - Celconceptenonderling vergelijken Keuze uit de ontstane celconcepten
2 1
12 21
up:
Planning opstellen voor uitwerking van de 'optimale cel'. - De ontstane 'optimale cel' verder detailleren en invullen. - De optimale cel zo goed als mogelijk toetsen op rentabiliteit - Tussenverslag, eindverslag, colloquium.
2 1
7
10 TOTAAL: 31
Uu:
Uitvoeren deelprojekten en uitvoeren Up. Dit is het feitelijke afstuderen.
Jos Reijnders
Bijlagen
Pagina 13
BIJLAGE 4:
De geselekteerde groep produkten
In deze bijlage worden de geselekteerde DAF 95 lassamenstellingen weergegeven. De produkten zijn daarbij op codenummer gesorteerd. Naast het codenummer en de benaming van de produkten worden allerlei algemene gegevens gegeven. De kolommen van de bijlage geven het volgende weer: Kolom Kolom Kolom Kolom Kolom
A: B:
c:
D: E:
Kolom F: Kolom Kolom Kolom Kolom Kolom Kolom
G: H:
I: J:
K: L:
Kolom M:
kodenummer van de lassamenstelling benaming van de lassamenstelling jaarplanaantal het aantal monodelen van de samenstelling de normtijd van de eerste keer MG-lassen in perioden, 1 peri ode is 36 seconden. als er na bv. richten nog een tweede keer wordt gelast wordt hiervan de normtijd weergegeven als er wordt gepuntlast wordt de normtijd gegeven de normtijd van het eventuele projektielassen normtijd bankwerken normtijd richten normtijd voor het omstellen de geschatte verhouding tussen laadlostijd en de lastijd. V~~r het laden en lossen werd 10 seconden per monodeel aangenomen, voor de robotlastijd werd de helft van de handlasnormtijd aangenomen. het jaartotaal van aIle benodigde lasuren, de normtijd werd met de jaarplanning vermenigvuldigd.
Jos Reijnders
Bijlagen
Pagina 14
B
t-.
,
[D
~::EUG[L:::
. :·!.T.G.
!
.
:'1
I
lPfoi1
;r--10i!O'i·/Or"fn·.
.
f.J;lc:rtota:lL.J:J:lrtl)l:::::li
.
f-H;;;i.~;+~.~ifl;';"l::·:]!~f~~\J:~~;';I};~~,;U~~I~~i£1f~~1~1~j1~!fijYJ..t{~ir~1~:f.!1~JI1t1~~ +. .
+.
;.".,.~ ',': 'c',:;":' .;. :;.'i .~.'; ',::" ".' i:'~: ,,:..~:.,,~..:.. ',:-"~ 7·1:'~ ~.;:' :;·l..··· .. U>··:~:·i,···· ...... ""c: l······· .. ···~ .. ·. ·..,.. ~; ............ ~ ...... u....·.. ~··· ..7· ~...~ ...........C-.:::n7·c-·~····· ...........: -.. ; :.. ~. ,U·_.,.; L·.... ·.r~h. '..J .... r.. 11.jr"p: ._,,_. :;IU, _: 1. . . , : : : : : ._.4, ..,1.1"_''';; u.uu q ••••••.••••.>..... ........... ••• .. ····j· ... ............... ,.. , ! ::) ! :S~;l)l !:::v:;:!.:n.8':::;t;j~1 i 6,3741 101 12.41 l 1 1 3.51 1 59~ 852.38l c:.C!cq i.5:~·2·;;;ri.:::·f;::;r,:;·r~ti'·::~'t';~EiT........ T..·..j·(fi~:~ ....·....···2r3·. .j"~T ..·...... ··i ......·....r· ........ ·f .. ··:· ..·.. ~ ..··.. ··....~ ..·..34f ..........3':r;§9T....·...... ·iJ·.·6'01
; ;
I
h
I
J
. - - , .... "...
1r:n·. .
•••
• .• ' : " , •• , . ., ••• , . , '
••
H •••
·" ••••••• ~ •• ~ . . . . . H . . . . . . .: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ~~ . . . . . "
••• _ . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .;. . . . . . . . . . . . .;•••••••• U •• .".~ . . . . . . ~ . . . .;. . . . _ ..... Uo}.H . . H~ •••
~
~
! MiIli(t~i~z;t~;l;lt~-;i;~1.--_~~lt:~"-lf:~]I·":_"I:-~~J_:_;:J:~:::~f~;~t-I![-~~±Uf;;~::~~~~l j
IIi 2·~02;:;;3~:neufl.~:cn')k,Jem£ler 1 11041
,2;
41
~ 1213~:1
2~
4.1 j
1
1
1
!
1
f
i
1 34l
44.16i
0.00
1.51
1 591
497.661
0.00
I; -;~ 1. .;·~·;:.;.·~~f~1.~~.!..~·.u.~::·:.Z~E~i!::.~;~;~.3.·.f;~.fr.:Ii!·~i.~r. .:.:·.·.:·.:·$T.::·.·.::~·}r.::·:.~.::·.T.::·.:·.:::J.::·.·. .::·.:J.:~.:C:~T.·:.:·~:·. .T::·.§~I~·.:::·.::?I?.~.L:·.:~.::~.:I§.~~.
I
1::: ,:::21294j;j;lir::!:jIJ
j
j..,
! ;; j···B¥T~··~·'EE·~i.Et:;r~·,~::·~ti;~~i~~/ . ···~~.·;:r. .··t.f'~[.jr···:···. . . .······~·r···:·::·tJr· . · · ·: :·.···r.···...: ·.:·.:· I.~:·:·:~ .:·l· : ~. :··~r···::~·:·~r::~:~r. ·. . ~··~··~::I~J.·. . . .·: . . .~··:. ~·~~· -,,_·1 "T.1I._., , , : : : ._.9, ._.._.u ..:. . . : ._.......... 1- ... ·_..
:')"'''''''1;;'1
.'.lhr;~.'.1""'l(q.l. :
...·O"'t::> ,
' j
"-!
.
.r. . .: ·.·.·.: L. .:·.:. .J.:·.·.·. . .·.j.:L.:~.:·.JJ9..;~.r. .j}·(I?I.~.:·.:·. . .: :·. . 9.·.:.9.·.g.1
1 ~ .. ~;::s.;.¥.;·:~.~f.;~:r.~:!X::;.?).'~!~.~.i.b.IL. .: ·.:·. . .r.~:~~.~.:r.?T:·. . . . ~:jL::·.:~ ·~·.§I:·.:·.·.·.·. . .·. 1 q i .~.: 1qY4;:::t:~I"1 ::;t 'll":t'i~rf;jmr! i 464;':,! '/! t 1:'1 f'
;>.Q.
onl
i
!
!
1 34i
;
l
l
l118l1609.72l
(UJ(I'
6'46yi
n
i ~ ~iinit;~i~~fg;::::;~';;::·rii.!if:::·lpm:~:F-:::F--.l:i-~if:~:~l~·if-=t;f~fiE~·ft~l ~24316i
.31
... 1 1.'::lc.._.5 ,·;~rt;l,c.I.'t·ijr:::it.
:
.:..'
......_.;
;
;
;
i
1 .:. ... ,
:..I.Le.,
0':_11-'1
3~
!
2:
3.5l
1
1
l
1~
i 59l
14.i34i
000
:
.
i:::5 1.290aI1':::ttlJfI.11JCtn:veer
'_"
4.1tii ZAl
\}~inii~li~!~:;r{fi~li;,~::IJ.if~f~-.:·_1f:"i1[.:~:f.~-1~~::r:;:f~;~['~-:'~flftl[::;:_~i~~1 3640721:J;jn~1;j1~
424:
l-?~ 1:11~;jTTn:~·~~~i;.~I:;~·i~:~~I~~~.L.·::::::r::Ii~Hr::::::::::dr:::::~~;:tr::::::::r:::. :::T:::::::::T::::::~r:::::::::r:::~:~~:::"::I§:~.::i~·1.r::~··::::::~~;f~;· 3. ·:,o._,U 11';, t';Jfjlj .tt!\lt':::t
i
,.:.:.l .... ,.:.:.;
• • • • • • • • • • • • , . . . . . . . . .: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . H H • • • • H • • • • • • • • • • • {, ••• h
I ;
'::'.'::':!..••.
••• HU'.H •• ~ . . . . . . . . . . . . , .• , . . . . . . . . . . . . . . . .
H . . . . . .;. . . . . . . . . . . . ..; . . . . . . . n
••
:
{o ...... u
:
••• ,;. . . . . H
: .:.4:..i.U.;;.;
• • • • • •;. . . . . . . . . . 4 ••, . . U . . . . . . . . . . , , , . . . . . _
• • •• ••;. • • • • H • • • • • n
U.IJlI
. . . . . . ' •••••
~ ..r.~:1.2.~~t~:~.~.~.~.!~~.~.q7-:~'.!~t~L. . . .\. . . ~. .~:~~\. . . . .?.~ ~ . .~~~:}.\............l. . . . .. .\. . . . .:. ). . . ,.g.l............~ ....~.~.l . . . . . .,~.;~·.1~.l. . . . . . . ~?:·~~~·itl
'" ~
,--.-
~'
.,c,,_,
i ._.....
,.:.kiJrI.r ,fI'lvl..If fll
;
e.c. •• .;;.,
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . : •• I ............ l . . . . . . . . . I . . . . . . . . . . ···········,····:.~·················v·········
.:.,.:...:;1, : : : i ,..:.4, I ;)'J.{ t; ••• uu.......... lJ.ul.J . ···,·,··.H ...................... uv···· .. h .... "".u .. n.... +............ ·it···U....UVH.V •• U •• .;; •• " •• _.H.d •• H .. U •• U.:".~
·~··'.1
: 40 .:~J:9 ?~i.§1..~~Ig.fj~}..,:·(.:~E}~:.................\......1..q.~.9.L ...........;I .......?:.7.t ...........1 ............L..........,t...........l............L...~.1J ...........S:.1.:.2~:.i..............Q:.9.9.. i ... i 3697l39;r.l'l)fiel.ver~t. ; 10801 2' 5.71 ill 1 i 341 6l.56i 0.00
I~; II~~i[~\~!;~:~t~~~ill~if.E~~l~E]:~:~~EJ~=~EI. =I.:~~~:r::l;f.:~:~~::::~:~~~lf.::~:.::::::.=Kl~ 443729191:::telJfi,1IJcttU:etel
1
461,nn ",,,u,,.l
uch(k,,,1
Jos Reijnders
230;
21
4.81
1
iii
i 34i
•
764:
4'
65:
:
iii
:
34:
11.041
0.00
49.661'
0.00
......··.. \·····2·(:J·2T..·........3T. . ·. ~r·~T. · . ·. ·l....··....··\··......·i·;r·..::·....·l..·..··....r ..T¥·..·..T'4S·:if1..···'..·..···o·:ti'(i . ··..···T·..··25·s·0r.........·31·......5·~E;r·· ....·..T· ......·..·i··..·.. ··'·1~. . ·. . T......·..1·····34r.......l·4'2:·s0·j·. ·. ·....·. o:·I:iij
I ". -.' ··3·7·2·(5(i1i·t~·U·f;·TJ:~f;i'k·et~'f 48 ,·~j'2·9·3·1'~·~;t~ur;',1·i.i·c·f;t·~:~:tef
I
1
Bijlagen
Pagina 15
'.
Jos Reijnders
Bijlagen
pagina 16
Jos Reijnders
Bijlagen
Pagina 17
BIJLAGE 5:
Produktqroepen
Deze bijlage bestaat uit twee gedeelten. In het eerste dee I wordt de indeling van de produkten in de drie groepen weergegeven zoals dit in hoofdstuk 5 was voorgesteld. In het tweede dee I wordt de berekeningswijze voor de laadlostijd toegelicht. De drie groepen produkten z1Jn dezelfde als in bijlage 4, ze zijn aIleen anders gesorteerd. Er zijn drie groepen gevormd: De groep produkten tot en met 5 monodelen, de groep 6 tim 11 monodelen, en als laatste de groep met meer dan 11 monodelen. Dit is te zien in kolom D van de bijlage. De kolommen hebben dezelfde betekenis als in bijlage 4. Kolom Kolom Kolom Kolom Kolom
A:
B:
c: 0:
E:
Kolom F: Kolom Kolom KoloID KoloID KoloID KoloID
G: H:
I: J: K: L:
Kolom M:
kodenummer van de lassamenstelling benaming van de lassamenstelling jaarplanaantal het aantal monodelen van de samenstelling de normtijd van de eerste keer KG-lassen in perioden, 1 periode is 36 seconden. als er na bv. richten nog een tweede keer wordt gelast wordt hiervan de normtijd weergegeven als er wordt gepuntlast wordt de normtijd gegeven de normtijd van het eventuele projektielassen normtijd bankwerken normtijd richten normtijd voor het omstellen de geschatte verhouding tussen laadlostijd en de lastijd. V~~r het laden en lossen werd 10 seconden per monodeel aangenomen, v~~r derobotlastijd werd de helft van de handlasnormtijd aangenomen. het jaartotaal van aIle benodigde lasuren, de normtijd werd met de jaarplanning vermenigvuldigd.
Jos Reijnders
Bijlagen
Pagina 18
Reijflders GROEPfN PRODUKTEN
·.10$
ABC
f
()
G
f
H
I
K
J
H
l
. .JtI;Q.:....L.. ~I.g~gg.?...~.§............L.. . . . . . . .l.t).~x!~. . W~.rm.L. . . ..l.. . . . ..Lp.r~Jl. . . . . .L.. . . . l...........l!~.~~J.?~LH~~.r.i~!~.~L ......................1..................................................L.P.l~.~.......!.~~J~.~!..l. t1:.G.;...l.tJ:g;.l.r..~!.!!l.~£.ii.~t~~.f.'.Kgt~.t~L~.!~1..!J.~~.ty.L:..i.t!G.::1~~~.~!.L. J.9.9.~nr;. .1 __.~~.f.'.~m.i.n.g;......................l~.~I!!~J.:..I~.~H!~.!.LJ.~.~..J.J~.~.?.lI~.t..ll~.t..l~:~.r.~. t~.Q.HH(L....... L.t~I~.f}.L....... . . . . .~.............i. . . UU.~ L... ~t......~. . . . .l. . . . . . . .L..... L..... J...~... j..."......*".t. . l. . . . . . .497 ... " ')')1294' 1 '1213c,~' 41" . . . t c' . c9' 0 "]" .!::b............:..l.~~.r.~~.. ~.9...............................;1...............~l ............~.i..........:....l...........l...........i...........i......:.':!.l ...........l.....':!....l.............:.f•... j.....................:.~.!? i 841 ..:z·330330!aanslaQ .. ..... ...:.A......H........ ....H...........!..... 18941j•. ..... 21 .... 1.31 ..H...! .....-....1.........H.!1....HH··,..ii...···"...-·!··_·h···, ..iw ....... 0.85i ··7:;:.·!......·-·.......24.62 ·..·-··o. m __ ......
H . . . . . .H . . . . . . .UU..........." •• H •••
············~r··u
~
n .... _ . u ..
..
h~
~
_HHt...u
u ...............
~:"
H~;!
····7······i·H.~
......
~~
n ....t u ...... u ••
u ..... u ... u .......
h ...
~
u.uu" ..... ..
·~·
u · .....
.:-:~.§.::!.9.?.~.!.~~.f~.~!~.9................................~ ........~.?~l...........!:.i.......-:!..:?.l...........i...........l...........i .........~.1 ...........l.....?.2i. Q:.~.~.l...............l.~.:.':d ..~.?~.?..§.21~.~f!~J.~9...............................J............?9..!............?1.......1:.tt...........i............l............l...J.:.;;.L..........i.._??L.......Q.:.?}1........_......9~§.? oH . . . . .
88-7' ? ?' 59' 09 .:?""'-'Q54' ..•..:?..::.:-:.....l.~n!'.I.b...~...d'!.~.~:.....................l............. ~....l...........:::.i ....,..::::.?i ...........i.. ...........l.....04' Q:.11. .._......i.............l.. .......... .l..............089' :.....J...._.......1ttl L1..:...... . ~..,-91:'1:'· b d' . Mr.?, '): 1 ?c· t::9' 089: 0..?..!..?.....:;1.~i~.r..~~.t. . ~ . ~.~.r.I.;................_..L...~.~~....L..........~l.. ....:.:'::.:'.L..........L.......j .......;....l............L..........L...~....L............;.......i.._....;.........:..... ~. 36501 O[ band.J............ bevest. i 2281 . 2~ 2.21 1 ill i 341 0.51 i 5.02 •..••..•. ~............! .....h
...., •
. . . . . . . . . n
H . . . . . _ .......... _
.......... ~u~~.+ .... h
..
! ... H
............
'9~ ...... U
~
. . . . . . . _ H " . . . . . . . . . . H . . . . . . . . .u
......... U . _.....9 " U ........ _~ . . . . . . . ._
. . . .U H U •• : . . . _ . , . _ ••••• n
............... _~
. ???~. §J.i~~!£~.~J.A~.1.t~.~~.~I~.p..P..;.::.L..?..~.~.?..L...........g~...~:.9..;;.L..........L_....J...........l_......I...........L_§.?!...........g.:.??t...._..I?..Q:.g,~ .~.?~.§.§J..~9.:!'.~r.~Jj.g.g~.r......................l. . .§.?1?.1_.........?j.......?Jl. .-.. .1...........l.-.. -..L. . . .L. . . .1.....~1L.....-QJ.g.!..........~.?l:.?..?.
13 1 4 3915411d"llars1i llrul r 1 161 21 3.71! •• ! 1 ! 1 i 341 0.301 0.59 ~.:. .!... ...... !_............ : .. 15 595390ld'w'arsliQQer ! 5! 21 3.71+............................... i ,I i i i 34i 0.301 0.19 +_............ _u+........ C T' 16 .::!77Y4 . 8~37: 2' 75' . . . r . 59' 032' 3021 ~ ........P.....::!.i..!!J.~9.g.................................i.......~~...;:·.!............... i ......:~.:....i............L...._...L..........L._......Lm.......t...........L...........:....... l......_...........:.....~. 17 2914091 houder 69 t £Ii 21 21 ...........i i 9i... ...........1Hi . 341+.--.. 0.561 ".+1 ............. 't.-.......i ".9... .. -.,.. -.. . . . . . ._. .1. .38.36 ......... 1 8 ..§..L4.2J.2l.t~.~.~~.r..,.p.~n~.t~.K_.....l......J.Q.~.1..._"....gl.......~. ;.J..l............L......J...........L..Q.:.~l ........J......~.?.L.. _. J.:QJL............. j.:.1..~. 19 .2§.§§.?.7.1.p.I9.n~J./y..tr.§.!:...._......... ?.1............?L....?. l...........l........... ~.1i Q:.g.g.l.................Q.:.??. 20 369788ip'rofiel .l:verst. i 1080l 21 5.7i i l l 1 t 341 0.19i 61.56 ....,. ....._ ..............._ .......:....... ,.. ..........: ........._ ..... u.:_............. 21 .}§.2.?§.~.!.p..r..~n~J./y.~n!:................l._.LQ§..QL...........?J.......?;11 . ou" •• l.....?..1L...-.~!:.!.9..~......._...§.1;.§.§. 22 ................ 8949"'0' f 1 t . 1:" t I:' 1:" • • • • 020' 0:.~~8 ?....i.P..r.~...!~..J.y.~.r..~..:.................!................':!.;...............l .......~.::::'J............t...........l...........,;............i..._.....l..• ..::!.74' ....L.............;.......i ... 23 278621 jschommel st&bll j 68! 2i 3.15l '""*.... i u.-a..u l ........i i i 34i 0.351 2.14 ~h ~.: ~ J ••.... ~'".~............._....... u ....... u •• '>.u ..."'.~ ....................... +..u .............................. ~ •••• ~ ................~ ....... _ .... ~ 24 76429ischommel stabl1. 1 1076i 21 3.151 i . i ! 1· i 34i 0.35i 33.89 . .l.•_ ......... ......u . _..............: ....u
........." ...........u •••• u .... u ...........
.." ...... u
u . _.... !.n........... : ....u_ ....: ............
•••: ........................n.u ••••
~ ...............- .... : ....................+.n........ ~ ............ UH. . . . . UU.,) . . . . . . . . . . . . . . h •• ~ • • • • U . . . . .n ....................
9.U.....<M . . . . . _
. . . . ~.:.. . . . . . . . . . . . . . . . u
......................., ... _
....u ..
H ...................."
u ......
. . . . . ~ ......... " . . . . . . . . . v~
L. . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . a.oo . . . . . . . . . . . . _ . . . . . . .
U + U H.. _
~
u ••
U _ U••• H . " h. . . . . . .U _..........
u .........h . . . . ._
+ . h••• ' " ". . . . . . . . .
- U .................
~-
n .. _
...: .......... _ ....: ... _ _ . _ u :... _
..........: .... ~.h.U.. : ...... n .....
u •• _
•• ~.u ............ u _ _ .... _ ...
m
••••
...... _ .......
... n H · ·.. · _ •••
25
••••••• _ ........... •• "' ••
·~· . .~·V.·
H.+ ••
H ••••••h n.... _ •• u ••
...
f ••• ...,...
·.?.l. . ,. ...J. . . . . L. . . . . l. . . . . ._. ..i. . . . . .L. . . .L. . . .L. . . .
........: ..
_u.n ....uu
. . . . _ ............... u
..............
.. ..
! ......... _._ ... ........_ ..
H ..........
H . . . . . . .,.. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . H . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ., . . . . . . . . . . _ . . _ •••• _ ........ u .........
_~ .... u
~
... u . . . . . . . . . . . . . _ . . . . . . . . . .........
.g.?}.§.Q.?l.~~~~.~.I.. P!.y.£~.tt~.!.!9.~.~l.~............~l. . _. . . ?l.?_.........l. . . . ...l.. . . . . l_. . . . L. ._. l. . . . ...l. .} .~~.?.. . _.........)............................
2 6 ..~.~.~.~.?..~1~t~~.~d.~r.~~.~.H.~.r.........J.............5L..........?l. . . .?:.?.l............l............L..........l............!. ...........1.....~:!L.........9.:.1~L................9.:..L~.
2 7 .~.~.Q.1.29.i.~!~.~.!l/.~.~y.~:!!~.9J.f.~9~.....L. . .I~.1l. . . . . . ?J....?:.1.?1...........1......-1...........1........?.1...........L..~..?L........Q:.?..?..i..................~.:.?..~ .l~.~.§§.?1~.!.~.~H.I.~.Y..~~J.~.9~.!.!9.~.-.l...J . Q.J..~j.............?l.. . . . . ?!....._.J...........!...........,!...._..J ......_.L.J.1.!......_..9.:.??L......??.Q.&?.. 798"8r ..t b t' ... : 181:'0' " c' , : , : : 74' O'n: 9?1:'0 ·!.·..·.·..~..·.....i.~..~.~.f.t~·.. f~..Y.~.~..!91f.1f1:':'..:..!............':!....i ............'::.l............::!l...........t ..........l...........l...........l..........l ....~...·i..............:·::·'::·i.·..........·-··'::·::~.. ··
28 29 30
376726isteun.gasbedjnst.mo1
u ... n •••• n •• _
71
21
6.21
1
i
i
31
1 59!
0.18!
0.43
.j.............................:._........: ........_ ......._ .... _ ..._ ......u.~.u ........
.......,......... H ..... AA .............. _ .................. :_~ ••• ~ .......... u •• t ......................u .......... ~.: ............; .............: _........
31 ..~.9..g.~.§..§.l.~l~..~.~.I.g~.~.~.~.:~.~~!:.!!~~l._Iq.?.~L......:. .?L....?:.~1. . . ._.I. . . . . .i.. . . . . 1J.:..~L. . . . l . . ?..~1. . . . . Q:.?J.L_..J&.?.:.?..2 3 2 ..?~~J~.§.Ql?~.~.y!!.~.~9.n§~I~_............L...?.§.~.1i............?1.......1:.?.i........_.i......._..1............L.........J...........L.~.1i...........g.:.?..~~l_J. g~.§~. 33 .§.~.~.~.l.Ll.~!~~.~.I.~.:...~.9.gr...?:...!!!~.....?~.Q.QL.........?L..........~1...........l...........L........L.....?.1...........1.....~.11..........Q:..L1l._......!.2.?:.QQ 3 4 ..?.~.?.2.?.?1~.t~.~.~.I.~.::...?J?.9.r.1.:-_.rre.L.g.1Q.9.!.,..........gl......_...~.L..........!._.......J............L ....f! ............L...~.1.L.. _.P..:.!.11.........J..~.g...Q.Q 3 5 .....~..LL?.~i.~~~.~!lI.L:.2f~9.r.1.::Jf.~r!t.............J.L. . . ..?J.-........~l . . . . . .i. . . . . .L. . . .l. . . . ?L. . ~l . . .§.~l. . . . . Q:..L1L............9..:.Q~
36 37 36 39 40 41 42 43 44 45 46
8t175isteunl-9Oqr7-mrli ti:........ ••••2! ....__ 81.........__I i i 2i 31841 0.141 0.08 ......4o ••• 4o_ ........... •••• : __ ..........:..... ......: . -........: ..............- ••:-"-••• u,,.:................- ........ t·.............. .-......_......
.................... u.-.v.~ ••••••'"'H.l••••• _u •••• fi....~u_
~
mm. ".
~_
t~
u.~.:
-~
.~.~J. ~1.~~1.~!~E.f.'./.t:..2.Q9.r.1.::.. _".~.§.1.". .:. . .?.!....-.....~1 . . . . . .L. . . . 1........J. . . . . .l........2L.?21..........Q:..L~i..........._....?.:.~.~ }.~J..~.?li~.t~_~H.:~. :.~. Qgr..?.:...!!!.~._.......I~.i............gI . . . . . . ~.L...._..I............L.._...l..._....L ....}.t_.?~.I...._....Q.:.!.~i.................?:.~.~. 362987isteun luchtketeJ 1 1262i 21 ,............................... 3.21 1' .......__ ! i _.4o1................. I i+u............ 59l _......................... 0.351 - ....__..... 40.38 .... u ..."..... ........_.u •• _ ... 'J.u ............. *••••u •••••u4o.............. u ................._.u.......... u ••• u._ 372919isteun 1uchtketel i 2301 21+............... 4.8!;.... ! ! 4o ...!: ............!: .............i: ............... 341u.,,"".........0.231 11.04 h
~
.40.... _ _ .........
...... u ••••• ~ .........
u .... _ . : . . _ ...... ~: .........
u .....:".u.............
ou ......• ..• ......
H._,.H..... ~ . . . . . .H _ ...... _
•• H ...................
u ............ u ........................
........................ o) ........N
.~ . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ~ •• " H..h
...
. . . . h •••• U_~ ...........h . . . . . . ._
u ••••••• u ...... _ ••••••••• u •••• u ........... u ..... _
u ... _ ••••••• u. .................................. u ..... n ..... _ •••• ~ ••
~u .....
..... u.L ••• M . . . . . . .H . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
.......n
•• _._._..
u •• _.u"" ............ _ n •• _
...... ~ ......... _._ ...",..._U .. H~ . . . . ._ ...........H ..........._
.....'''H'' •• noU •• '
......:........" •••• ~.~ ....... u ..u.
H .............
••• U . . _
n.~u.......u .......... _ ...
~
. . . . . . . . . . . . . . . . ••..., ..
_~.u .......... _ ............ .
."u..... _ _ nf.· ...••• _ _ ~.· ..
t' ...........
4 7 .~.~·.p..??~.l.~!~.~~.I.f.J.~.gy~r..!:~.H.......J.....§.?.?..?.L......._f..!.......?:21...........1.....H....L .......!.._......L .......l.....?..~L..._..Q:.~.~.i..........J~.~.:.?J. 46 629925isteun ri n \lorIT! i 14301 2; 2.91 i i ! 11 ! 59! O.36i 41.47
Jos Reijnders
Bijlagen
Pagina 19
A
B
D
M
r"o"-a- t kd . 1 -' . . . . . . . 0 '"8' 4416 .~.~.....~.~.... 1.~m~!!.~..~~£.J2...:...~!!!'p'~!.j.........!.9.~L ..........?L..........~L........i. . . . j ...........L........~...........i.....-?....L ..........,~~...1...-....- .......:....... ~
~4'
..~.1.Q.?~:U~.~.~.~f!.I~J!~..~g~.~}p.~.r.... j.....J..?l.~L.........?l............~l............1.:..;....... j...........J............L....._..t_}.~L........Q:.??l..._......_§..q.~~.~. .;?.?.9..?.9..?.1.~!~.!!.V.,.=?.f.tl.Q.~~~.m.p.~.r.... L..........?.9.1...........?!....§.:.2~1 ...........l...........1...........1...........L. . .l.....§.1i........_Q.:?.§.I..................Q.:J.·~ ..??g??§l~.~.~.~!!.{~£!!~.!~.g~.mp.~.r....LL?..~J§L ..........?.L.. . . . .1L..........L..........L.........L.........L........j ..... ~.1L.......Q:.??L.......~J.?..&1 .~.§.?~2.Q.j~!~.y.f).,.~~.r!.~~.9~f!!~!....1........?§.?.1............?.!.......1:.1L.........i. . . . . .i. . . .J . . . . -L........L. .~.11...........q:.??1..............?.1:.?..~ . ??~.??. U~.~.~. ~.~l~£.h!?.~~~.f.I1~.r..J........?..?..?.L..........?L. . 1:.1.L..........L.......J............i. . . . . . L........J ..J.:1L.........Q.:.??L............?1:.?.~ .... .?.f!.?.?..~..1.~!~.y.nl.!!..!£t~!~.r.I~.r.~.p..l .....~.§.2f~1............?1.......J..:?.1...........1...........1. . . . .J...........l. ._.....LI11. ._'"9..:1j~....._.....?~:}.?. ..?1.t~.~.11~Jt~.n.&t:~~1!!~.n~m~J.....1.~.1.~.i........_.?.1.......l.:.?t...._....L ...-i..._......t...._-i. __...,L.I1!........J!:.?11_......§2:.§.~. m •
70 16491steun versn.bed,insti 82641y......._.....21 31 i... ! i i i 341 _u_.n0.37i 247.92 ........... _.uu ......,...... . ?"~I~.§21~£~~.~~.t_..........................J.....~.~.1.§.L.........2L.....'?.:.§J.....»o_.L.........i........... l .?:.§L........L..§.'?1........_9..:.L?t._......??.·?.:1§. 5890451accubal~ i 5131 . 3i 9.51 i i i 2.51 ! 591 0.18! 48.74 .........................! .......... 3949661dwan1. chassis-I. i 59431 3! 61 i ! i . i j 341 0.28! 356.58 +...... ............. +......._.... .§.?-~.§.??j.p..L~~J.~~~_y:.::L~~.~H!.~.:l...J..~!.~?L. _. J.L..!.:.~~1 . . . . .J. . . . . .l. . . _. L_.l. "'~.11...._.Q&~l-........_?SL!.~ ..~!..?JJ.~lp.I~~J~y~.~!...................._j........?~.~.l............~l. . . .~.:.~j............l...........L.......J. . . . . . !..J..:.?!....I1L._....9.:.111..............1g.:.~.? ........... u.H •••••• ; .... ~ ..."'u.,../u ..... ~ ...... u ................. nu_ .. 9
.... ~.~~...........
u.:u .... u .. _ .. nojo ... '""_.u.~
u.,. .... ~ ........... ~.H ......... U,.._".uu.... u.• • • • • • • • • • • • • • .,.. . . . . . . . _
~ ......... ~u ...............
u ........ ~... J~
...
u ............." _ _ ..... ~ ....... u ......... _ ....... n_.u.. 9_....
h •• : ................ ~ ................................... _ ......................................... _
u ....... """~~ .... ~ ••"........................... u ....... .g. ............. H . U H. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . _.u~ ......... _
l_......
...... _ ••• _ .........................: .... _
UH
.. _ ..u ................. .
u •• *~ ............ ~-
....... n ....' ......... _ ...... * ...ua." __". __ .............
J_. . I?..U..I?..l.p.I~~.tt!!~.r..........................l. . . ..1}~l. . ._. J.l.......2:.~L. . . . .l.-.. . . .l. . '". . L. . . ..L. . . . L.~.~i.-. . . .q.:~j!........-.-?..?.&~ ..§.~.?~J . ?l~I~.~Ly~.~.r. .........................L.............~.!_ ........ji.. . . .§.:.~.!.....:.......!.......__.L..........L..!.:.?J.HO ....J ....}.1i..........J!:.11L._.........Q:I9. -'90999' .. I t ' ,. . . -'4' 0 '4' 1 t" .~..................!.p..r.~~~.~...Ly..~!:~...:................L.......J ..~L.........~.L.........?L........L. . . . .i. . . . . .~. . ". . .l.. .-....L..;?....~..............:=. . !.....................:..-~ ..?.2J.Q.9.Ql.P.[~.!I~lAy~.r.~t..;............i.............L~.l..........Jl.. . . . . .?L........~.._ .._L..........L_.._L..._J...j.~j...........Q:.?1L...............LL?..
1 9671+..... .... 31 61.! I j ! i 651 0.281«:...._ ......_ •••••• 58.02 •• ..... ••• .g~??§.?.?.~~£.t~.!!!.~.~L~.i~.~~J..".......!........"..?..9.!............~~...........~.I............I............!............l.....'"....L..........!. . .29..L_. 9..:.?~~...........__J.:.?.g 270996~schommel ;243771 3: 5; ! 1 j 11 ! 109! 0.331 1218.85 ... .. ....h....... stabil. .."H."*U:"..u...... ut.. "·.··.·::;........ tH ..... ••U"U!...............!.UU.....Ut.....H.H.t...u....... t ........u •• t ...._u.ut .....:;.ct......u........hH..::'r.. _ ....;:u':'U;:.";':";: ..~.~5!.?:::,.~1~.~.~~.!!!m~1,e~.t~.~!.~.~........1..3.~}g!............~i ..........J~.!............l...........j ............i............!............L...~.~.L.......9.:?~i ..........?.y..~:.~.~. 361437ischumrflel st&bil. <»I... 7834i ~Il 6i i i i n,.._.ui ...... ..n............... i 65iv.......__ 0.281 .... .......·.........470.04 __·.....--... ..§.~.~.1.~gl~.t~m.,.tn:t!~.L~.t.........i...M~.~.!.}i............2L.....1.:.§.!............l............L...........L..........L.....M.,J..M.~.11..M .......Q.::?:Ji..........~.~.~:.?~. .~.§..1..??.~!!.~~.~g,e~I~.~.t..~[.~.~.:.m~I........§.g.~l............~.i....t:§.?l. . . . ...l. . . . . .l. . . . . .L. . ....l...........L. §~l . . . . ...!.:.Q.9..l.....-.....l.Q.:.Q.~ 288?91' . 20' 7' 4'" . . . 1 r . cg' 0 '19' 086 ............ :'::.......1:!t..~.~!.!.!...b~.~~...r' l9~..Q9.~.....L................ j ............~l_.......:.::'.i............i............i............i.......:....i...........J..... ~....L....._ ..::;!....l....................:........ 297965jschommel I.stabil ••••
.~H . . . . . . . . . . . . . . H
••• : ••,,_. . . . . . . . . . . . _ ..........
·:::~::··;."·;:-i H·r·n~ H~
n ••• ~.u ............'" ......... u .... u ••••••
u/~
~ ~~" ..! ....H . U. . . . . . . . . . , . . . . . . . . . . . . .'* .....9 • • U
.... "
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .u
........ _ _ ~ ...............................
~
~~
~
... HM ......... H .. H .. :.nHu........ u ...... n./uHP~.n •• ;O .. HH.......
u ..... ~ •• u •• ~ .. ,.u... _ •• u ••• :u ..... UU .. h
. . ._
...u
.. ~ .... ~ •• to ............. u ..
~
.~
··.4>~·
.?~.§.?~?..i.~!~.~.9.1.~y~~~t9.~I~g~.....1. . . . . . ?.Q!............~.i.......~:.21 ...........i._. . . .L._. ..L...!.:.J.l...........L.§.~L. . . Q:I~.i.................9.&~ .§.?§.1.??.i~.~~.~!!~~~~y.!!!igtf.!9~.....L..........~~L...._. .~~ . . . 4.:§L.......l .......J ....._..J. .?:§.L .......J . . .?~L_. ._9.J.?.1.................~:I?.
81807isteun 1uchtketel i 56; 3i 5.61-o............... y..* ! ..".,_........ ! I i i ... 34; 0.301 3.14 i •••- .........................._ ..... ! ......... +.................. ...... v ....... 289751 isteurt 1 uchtketel 1 2401 i 31 6.1 i i i i 21 I 591 0.271 146.46 ~ .l~H;o.H~ +................_.............. 372923isteun 1uchtketel..."_. . . *"i ................... 764i __._....... 31:........................... 5.6i i i i+................4>-_ i ......... i 34i 0.301 42.78 _"!......... 3729301steund............... luchtketel ! 26021 31 5.6! i ! ! I ! 34! 0.30l 145.71 u.:_.n.u ..... __ •.. .......____ uu ....... 372931 j~teun 1uchU:etel i 25501 31 5.6i iii i i 34i 0.301 142.80 ......................:..... ~.......I.....................................•..•····..·......•....·..•..•.. ····:··........·................•............·t.........··t......·..··......•..····;··..··..··· ....•..·..·..·....··.. ··,..·..·....·.................. 3740211steufIA........ luchtketel ! 776; 3i 5.S! it ...... ! : i I 34i 0.301 42.68 396609isteun luchtketel i 971· 31 5.S! I i i I i 34i 0.301 5.34 ..........u ........................... u"lu."" .... +.......
•••••• _.....~ •••• __ ~"!...."u ..... " ....I .. ~ ......... *••"•• U~ •• _ •• u., ... •• u ...... u+ •••• un .....
u~ .......
n ••••••
. .h . .U • •
. . . . . _ h . . . .U • •4 . . . . . . . _
. .H U..U'U ............................... " ' ........... u
......... U
.~ ..........._ ...._ n •••••••• u •• /~"n ............... _.~u ............ uH~u ... ,; ••••• u ......
............." ..................... u.~ ...
_~y.
. . . . . . . . H U•••• ,.. . . . . . .. ,..... uu .......................... u
u ........................." .......
u .. u •••• _u ... _.; .... u .... u .......... : ...... ~ .... "".~. |
h .............U _. . .H'lHn..: •• ~ .................:................ UH+ .....,. ...........: .......H •••••
. . . . h . " " . .U . . . . . . . . .: .........H~ ..... I..~
H u....... o . . . . . . . . . . . . . . . . .
....
~
u ...... ~~ ........ _.:._ ...... _ ...u._ ••••" •• ~~ •••
.............. n .....u......................
yu ........... " ................ _ ..
u ................. _ •••
~
....: ............... : ... u ....... :u.,.......
.fu••••
u •• _: ..... _u ...... : ....... - .•••: . - ...... _ ....... _ .................................................................." ...... . u . . . . . . . . . . _ . . u . . . . .u . . . . . . . . . . . . . . . . .: u•• ~ ...... ~ ... *_H . . . . ~· ••• •
H . . . . . .UH ...................................d .......... U _ ••
.}2~.~J..~~i~.!~.~!!~t~~~.~~!~.1...........t...........~.?L......_~1 §.:§.l. __.......!...........,!............L ......l ...........!....}.1L...._Q.:.~.Ql.................?~~.1 2908111steun 1uchtveer i 243l6i 31 4.18!+....................... 2.41 !........... !........... +i............................................... ! \ l8i 0.25i:............................ 1609.72. .....................................1.......................... _ ........................... + .~.~.?:1.~}l~.~~.~~.{~.~~..~~~.f.I1p.~.f.....L...._..~?L.......JL. . ?.:Ji......'"...L ........l. J. :.?.l............L......,..L.J.1L._....Q.:.~}L.._..........L§} .2~.?:!~.11.~!!!!r.'.,.~.tI.?..~..~.~.m.p..~.L.L......J.?.L. . ..;. ~.L. §:..l.l...........L. . . . l...........l...........l. .?:.~l. . .~.~l. ~. . . .Q;.~.~.!....- .........!.&..~ ~
» 0. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
..§.?!.§.~.?l~.t~.~Q.l~tt!.~.~.~.mp.~L.L1.?J..§.§.!...;,.......?.l.. . . §.:.?,!............!...........L ........!..J.:.?L......J .....?9.J...........Q.:.1?L........1.§.Q:.J. 1 .?C?07 . ?..Q.I~.?.l.~~~.~.~.t?1!~.~~!~r . m.....l:. . . . . .?..:1L . . . . .7:~j.......'l?.:~lg: . . . . . .L . . . . ~.. . . . .J:. . . . . .l:. . . . . .l:. . .~.:1L. Q:~~.~.i ...............J.:.?.§ 7 8: t 7 28 ~t· ··t 84: : 34: 04 7 : ..~.::.......::!....~~...~~!!A~.P.~..~~..!~I!!!.._..L.........,.......i..._....~i......::!.:..•.l............!._.....L ........i............l......._i ............l..............:....~;...._ ......~:........
559764isteun uitlaat i 156! 31 2.4! ! t.6i ! i i _.,._n._ 591 . . . . . 0.691 3.74 . 559765!steun uitlaat i 397i 3i 2.41 i 1.6i I ! 1 591 0.691 9.53 y ••• _ ........J: ••• t .......'.."...... 398563isteufl 1.versn.bed.inst! 9959! 31 51t ........................................................................................................................... ! 21 i ! ! 59! 0.331 .497.95. ..................................... ......................................................................................
..................,... _ •• u .......... ~ ....... u_ ............... nu._h_............................H ........... n •• H .............................................- ,................................. .......... ~n ... _.u •••
~
U . . . . . . . .H . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .' . . . ••• u
....... ~." •• ~ .. u ..........oa ••
u ........ ..:.. _ _ .....,.u_..... _ ......
u u... "u'".... u ................. u ....... _ u .....u .................................... _
...,.u ..... • ........,. ......... t ..................... n ...
..?.~.§.~.~.§1~!.~.~9.,.!r.~!£t.~.r..~.~...........L.~.Q.~.~j............~l. . . .~.:!!.I...._.....l. . . . . .j... I. .J..&!............I. -~.£..........Q:.?~i......:...~.Q?:.?.?. ..~2I~.~~.9.1.~!~.~.f.I.,...~.'f..~~.ti9i!!9.~.~1........?~.2Lm_...1j.?...........i...........L...~...i. . . .::. l-........i...........lJ.........rl.?.........-......~............................. M . . , .. . .
393381l$teun
bev~U
Jos Reijnders
ir s*l
2391
4i?·!
!
!
Bijlagen
!
!
!?
:?
i
Pagina 20
PRODUKTEt~
Jos Reijndare GROEPEt4
It BCD E f G HI J K L M 97 3641111sleuo···I.1..•uchtketel i 4i 71 i i j . 21 i 59! 0.321 t 68.07 ....•..·•..·..·..·•· ....•••..••tj ...·..2401 ·............................:...........................y .............................................0.'1...................................,.................." 9 8 .I??~.?1r~t~~.~.lJ..~.t~t~.~~~I..........i.........?.§.1.1............1i.......~.:.?J............L..........L......... L.... _.L..........i...l.1.j...........Q.:~11........_...19 99 891332;steunu.I................. 1uchtketel i 1271 ... 41 5.25; i 'j i 2.51 ! 59! 0.42; 6. .......... m
. . . . . . . .· ' · · . . . . . .• . .
. . . u ••• H . u. . . .u .....: . . . . . . .~ •••
n . . ~u~.u . . . . . . .~H .... ~H . . . . . . . . . . +.~
H . . . . . . d : . .u •• n •• u n . . . . . . . . . . u • • u'""u. . . . . . . . . . . . .U . . . . Mh. . . . . . . . . . . ._ u .. f u .........~.*_
......
hH . . . . . . ~••,.., .............H ...... n~ ..... H
1 0 0 ..~.I~§.?.9.1~.t~.~E!.I.~i!t~~~...................i..... ?..?.?..?.I............1L....l.:.?L......J . ,J..:.?.1...........!............!............!.._??!.........J..:.?.~r..........._19..:?..1 1 0 1 374040isteun I ...... uitlaat i 14071 41 u.u2.51 ! 1.6;·! ! 591 0.89i 35.18 ...........+•. .......... _u................!_ ..... 102 . ~.~.~..!..?~l~J.~.~nA.~m~~!........_._.._..!............??..i............~1.--.}.:.§.!............1.........?.L..........i...........J......_..!._..~.?i...........Q:.?.~l......._.......Q:.~.?.. 103 .................... 893503isteuo uitlaat ..U...... ....+1..... ... 511 U"._.............. 41 41+......... i 2i i i i 59i 0.561 2.04 •• _.t •• +................ 1 0 4 ..~?~.Q.9.?l!nJ.r~.~~.~!~~It.................L... ?.~?..!.l............11.......?:.11...._...J......Ho.l. _.....L?:.~L....._.L.??L.........9.:.1.tl._...J ..??.:.?..~. ............u ...........: •• u ..........
H;.~
u ..............~_._....~n.u .... +.~.uu
n •••• u ..... uLu..............~.h
~
~_
u ......~ .............~ .........
u.,...................
"~n.u •••
u .........
u~ ..........
_ . u...
u _.........................................._" ....... _
!. . . . . .1. . . . . .!. .
. . . . 1i.......
.l. . . . . .
u.u .... + u _.......... n ............: ..................." ......... _ _ ••
••••• _ ..."uu........ .
.l. . .?~1. . . . . Q:.1.J. 1.............._Q.:.~.~ 1.J. 1.L......9.:.Q.11.._ ..?'J..1:.1.Q.
t 0 5 .??~.Q.Q.§.!.!!~.~.t!~.~.~.~J.~................. l.~L ?:.1i........... ?.:§L....... 1 0 6 ..?~.J..~.7..?i~~.f!?~~!!!..............................!.........?.I§j............?L.....1.9j............i............L........L.._.§J..........
1 47081 . 51 81 61 iii i 931 0.201 659.12 1 0 8 ..??J. §?..~1~.!~.~.f!}.~.~J~.~!~J...........I.....1J..~.1!....~....... ?~.......!:.?L........L..........!............Ll:.?I...........L.?.~.L_....9.:.~.~L_.I??':Jl t 09 374038isteun I._uitlaat I 44551 5; 3.31 ! ••••••• 1.6i i i ! 59! 0.841 147.02 .................._ ................................ *........._ .... +_ -t ..............+........... 1 07 894229isteun luchtfilter ••••••••••••
~ •• H
. . . . . . . . . . h • .;UU•• /.."., • • • • • h
••
......... ~ ............ : ...... uh .....
• • • • • • : . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ._
...
u •• u ............ _n ..... H
U.H .........nun................
~
~
. . . . . . . . . . . . . . ......... . . . . . . . .
~~_. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . _
uv _ _ _. . . . . .n ....... _v.ri ........
. . . . . . . . . . _ _ ....................... .
n ......._ ................_04 ...............•••
t 10 ••••376595isteuo uitlaat 51 3.31i..._..........i:................ 1.6i·:.............. I i ii............. 591i.lI........ 0.64i+_......._...13. to HU .... ••+............ .... H........ _04...UU•••1 :.........3971 ,............. :..,............ 111 ...... 893196isteun ,uit1&at 1 241 i 5i 4.91 i 2i +!....."_•i.....,..........I__59! t t .81 u..........".....:......u_'._...... "!..... y •• •• ... _ .........0.57l \_... .....:..... 112 ...... 8932121steur.ultlaat ! II! 51 4.61 i 21 , I ! 591 0.601 0.51 ....... .......u.9 ••• •· ..........t....... ................ " ......" ..... :.'"... .......... u:••• _ ............ ...........,......:nuu.' •••• ........... ........... t..u....... t.:_....._..:............:••• _u. . .·.,........9 .......... ......._····.u .. 113 ..................... 220974isteun versfI.bed.lf1sti 10041 51 5.7i i i i LSi 'j 591 0.491 57.23 .,..............1................................................................................................._ ...m ..................."t.... m ...·r..·-.... t--.-........................,..........~....... - ...... 114; iii. i ! i l ! ! iSUBTOT: i 14016.83 U.HH~
~:A
n ••••••
~H •• _
..,
~
,..u... n ••••••• U . U. . . . . HoU.... " ". . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ._
~
~
u ......... : ...... _ _ . . . . . . . . . . . u .......
u •••••••• u ..
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ., - . .. . .
~
_~
~
~
W" • • • • • • • _ _ .....
.:~
u ..... u . _ .. u
u._. . . . . . . ._
~~
:.~
~
1 15 ·:::=~·::.~:~:=:I:.~:~:.~:.~~::.~::~:::.=.·.~~.·~:::~=:.t::.~~.~:.~:X=::::::::I::::::.~::::l==::t~:::~.t=:~:~I=.~~:r~::t:::==c:==:=::~=I~~~=:=::=.~:~= 1 16 388502!d'w'arsl. ,coossis- b 1 n5361 61t.u.......... 18.5! i i..!.............1 i 34i 0.181 99.16 •••.••.••:.....u-........ n9:..........h:i .....__ .:.............. :.___._.......,.u.:......_ ..... 11 7 ..... 8931421steun bandenlier 89361 6.5! I _.u....I_........ i 1i ..y.! __59i 0.5 H 580.84 . •.•.......... :"'•• ... •.•.•• I.... __............'". _. ."'•.! _........ _... ............... 6i......._............................... ........._ ...... 11 a ............... 70 1729!steun .hefi nst.sl.as i 4791 71 3.5! 1.61 I I 1.51 211181 O.76i 24.43 .......+_......... ! .......................: ••• i.--...:..............! ... u.~~.n9 __ ... _
··9·· .....,. ........... _ ... -. .....,........................: .........
• • • • • • • • • • • • . . . . 0<; . .
~._
~
~
~
_.~._u
~
,,~
n •• H4Iii .......... u ......... u ..... u .......
9 ........................~ ...
H ............ : ......
uu............................. : ............: _ . n......... : ....... uH ..in...........
.. _~ ........ ___ n ..
*....- -..... ~............... .
H ................................!............"' • • _
U.L. . . .L. . . .
.........
1 1 9 .?_9._9..?Q.h~!~.~.ne..P.~J~£.~.~.r..m...j ...J..~.1?1............f!.i...........}1..... l...~.:.?1..........l1!J.!L--Q.:}.?1........J.Q.?&~ 7 120 ......"'15301: l!.....!?'674' 10'l .....124' ; 75' 04&::': ~................~~...t ~.I!Q.lf!.p..~t ..~.p..................... ...........L...._....... _..:...l............!,__...,j........._L:t.: ....L..........;L...&::'9: ~..J_........... :....~~_..._8t:2 ....::!....:.~....6.
L. .?Q.Q.~i.........LQLtJ.:.~t.._......~._.l...........i.l:.1~...........L. .?:~1_...._9..:.11L.........?I~:.?...~ 1 2 3 ..~.?Q.~.~. ?:I.~~~.~.9.1.r.~~!~.~.~!~.~.g.....1 . . . .I?.~1.....J ..9.!....!.?:~L.~.Q!...........~.......-.t..J.Ql. . . . . J. .!?..~i. .:.. _Q:J..?.i._....J . §g.:.~.~ 1 21 } ...~~.~.1..~.L~!~.~.~.,.~p.~.!~.P....................
1 2 2 ..?~.Q.§.~§l~t~.~..I!.~.~£.!!.~.................L..........~.1L....J.Ql..J..?:.~.i....IQi.........j ..._......L..LQL.........L..~2.L.........Q.:J..~l..............~?&~ 1 2 4 .}§.?.?..~.§i~t~.~!.!,(~.p..~~!~. ~!.ff.!.....JH...........t.~.L...J . Qi....J.:.?J......L?L.....J............1....1:.?j_t.?LL1~~L........Q.:.~.?.i..................?. :~.~. 125 ................... 5954401steun versn.bed.insti 77451 ..... .......... 101 10.31+...._ ..... ! i i ............ 21 _ ............i _ ............... 59! _ .....0.54! 797.74 _.....: .............'.I.:. ......................... -t_ n .. _
............................. ~ •• +.~~
~
u ............ u ..
"+n..... _ .......H
••• _ . . .
H ......... _ : - - ' .. _
..........._~ ..............
6 ..~.~J..~.~.~i~.~.~Q9.1.~.~~1.~.~....................!................1!..._J.IL....~.:.?.!............i. . . . ..J..__.......!.........~.~.......J . . .??L.........9.:.?..1i.......:.........9.:.?.p. 1 21 .??2.~. LQ.~~1~~.~J.l:.~f.~!9~.:.P..r.~.f.L_.?..L~1.... _J..U....t:!:?.L........!.......j .........JJ.!§l....... ~.::H-. . . .Q:.~.?!.........-..?..1.:.~~ 12 8 ..§.?..~..~J..:!I~.~.~.Q).:.~~9.~:.:.P..r.~[L.......§J..~.L.._J..l~.J.1:.?.i.....~...L....J ..._.-.i....!.&L.........i. . §.1i........_9.:.1?.L..........3..':t~?. 12 ............ 9_ ! iii i i j iii lSUBTOT: : 3 t 43.84 ......H.:•• 1 3 0 !+......_ ............................._ .. 1 l iii iii i I . l: •• _ .. _ ....".............._ 131 365082lsteun bafldenlier i 51 21! 29.71 ! ! 1 21 1 59! 0.39i 1.49 ••••••••• n... _.u...................._ .................................. '* .......!'._........ 1 3 2 ..~.~.1.§.?~lP.L~n.~I.ly.~r.~L..........._j....JJ. ?~j.._....??.L......~.;.?L..Ho.....L2.:.?1.. ~.:.?..I....... _j...........L.~:1L__}.:.1~i....._.....1.1.:.1L 13 3 .~.?~.§.."L§.l.p.r.9.fj.~Ly..~r.~.t............ Ll..?.§L_f.~.!............§1......_~.. L~l-.........1........J. . .~.~1 ?.:J . ~j-......_..9.!?:?..§ 1.3 4 .1?1~?~1.p.r.~.f.t~Ly.!.r.~t.... _........J...J.9..?2.!.........?.~L ?:?.!...._;...1 . . .:.. ?..I......J..i............L.........l....~.11..........1.:.?QL....._J.?.:.9J!. t 3 5 .~.?:!.??~.!.p..r.~ft~J.,.~:~!.~t..._......J. . .1§.?.?.i........?.~l .......1.:~ i...........L~&LJ..:~l......_.. .L. .~.~L. . . ..t:I?L........~9..t&~
-t.
n ............._ . _ ......... _
.~
..... _ ...u _ ............................ , ................................ _
•• Hn . .~ .................
H .......... _
...................... : ••••• u .... _.~I.
..................._
• • u ....... _
......................n . _ ........u ....................... u ....................._
! .......... ~ ................... U H U . . . . . . H
• • • • • •f
••
·.H. . .
...n ..... _
........u ... ; .......................,. ..........._ ..................;........................~ ......,,_.,
......._
.... _ _ .. _
~..: . . . . . . . . . . . .
_L.
_h. . . . _". . . . . _.. ..... _
...... _
~
H • • 01I .... .. _
•••• "
.....
_9.1. .
..
............., ........u ........... ~.-t
!_. . . .
13 6 ..?I~§.1QiP..r.Q.fi.~I~:t.~n~:.................!.....J.J..?}t ........?11.... . ......i.........~.L..!.:.U............L.........J._~.1L.......?:.??I......_.....~.1:.~~. 13 7 .2I1.~..1J..!.P!~f~~.l.,. Y.~.r.~L............. ~§.i ?.?.i.-......:....i........... §~....l:.§~ .......-.~....L~§4.....~!!~...........b~.?j............_J.:.?Q 13 8 ..~?1?:~.9.1P.EQ.f!.~I;/:'!..~.r.~L .l.....§.?.?..?..l.........?.?1....J.:?i............L.....?j..}.:.~J..........j ....._....L..~..11.__.J.&?l..........~.?~..:.L?.. 13 9 .~.?..1.?.?..~.1.P..r.9.n.~J./X~HL..............~............ ??i..-.......~U ~?.:IlJ....:............!.&? 1 40 ..~.?1?}§~.P.r..~.f.1.~'..(.~~.r.~t.................i...J1I~.L. ?.§1 ....... ..i...._..?I.J.. L..:.:_L~.1!........J..:.~.~i...._.J..?9.:.1? 141 ....n ...................1:_............... •••••••• _ ................... _ ....n .............. ; 1· i i i Ii! ! iSUBTOT:i 1250.90 ....... u ..u ........ _ ................. 9 .... "._.".n ... .,.......... .... ........ _ .................. ..__....._ ...... u ••• .... " •••••• _ ..................u •••••
.............
!. . . . . . . . . .
!. . . .
. . . . . . . . ?l-.. J . . . . . .Lt?.!. . §.:H..:. . . .
?.J.l. . . .
......
1 42
~
:
~
.
?:.?L.......
I
..........................i.~ ...................-"...........~~ •• ;~ ..~ •••• n....;..........."...
~
1
H
!
J
i i i
~
~
ill
~
i
i
.
:!.............u.i...........*.utu .•••.u•••i~"....- ..i.....,........!.-.....,,:,...............:..........w.;.__....~ ••• u...~..,.l._..u.........u.__ ...
•••
§.Ql. . . -..l...........l......~...l. . t.9.i........:1~~.~i. . . . . 9..:2.§.1.._.....t}.§.:.?Q
14 3 .?~.?.§.~!.Q.I~1~~.f~J.~.i!1~L................l........?.~.?.i........~.LL..... 144 592658isteun uit1aat· ! 156! 461 60!
Jos Reijnders
;.?.L_.....
~
i
l
Bij'lagen
; 201.
! 4321
0.441
93.60
Pagina 21
.
.
It
B
Jos Reijnders
l
Bijlagen
M
Pagina 22
DAFTrucks
BEREKEJlBLAD MUiG<;.ASLASSEU 321-0,-<
Sto.ndaurda & Norman
tijden in per.
regel
rubriek
inkl. rusttoeelug
klcmmcn d.m.v. togg1eklem. 1
t---- -------
,-
1 ~.
aanvoeren +
kg _venu~t---=:nbn..!~~[.~ __ gep1an ts t op tafe1
2 - - - - - '" 8 kg >0 ~ 16 kc 3
plautsen +
4 5
klellllLen +
-loswaken
~.5l _
vanuit Pnllet-MB-GK-KK
0,45 0,62
725 kg
o.q~
+
klellllllen d.m.v. andere klemmidde1en. 6
extra tijd per klemming
0,22
7
m.b.t. 1 e hechtlaa
0,20
0
e1ke vo1gende hechtlaa
0,10
9
m.b.t. 1 e laa
0,20
. 2. hechten inkl.
boogtijd.
7
--
0,28
7 16 .; 25 k/1:
uitnemen
.F.
0,20
handelingen m.b.t. e1ke vo1gende laa
IlJ.b.t. aflassen
10
overgang van laa naar las
0,07
11
samenstelling dreaien
0,15
13
b.. b..
m.b.t.
14
~ 4
aflassen
15
D...
12
4. b00gtijden
2
3
voor boogtijd be paling 2ie betreffende grafiek
5 B
A --
5. ""mens ta 11 ing >lclOleggen in cllibLlIIH~c
16
-- geric:!:!:.yegleggen wegleggen 17 -willekeurig -_._- -------
nLl
tlfll.1ssen
18
--
19 20
6. div.handelingen
21
Jos Reijnders
---- _ ._._geri£~!~egleggen
in de
buiten de
18.5ma1
las mal
=88 kgkg
0,23
0,32
0,10
0,20
;.8 ""- 16 kg
0,27__ __
O-,_~ _ -
0,33
0,63
:6
:;. 1 6
L
25 kg
725 kg
aanlegvlakken insmeren met 2:inkprimer
Bijlagen
0,90
0,15
pagina 23
HUlI d l eL d i rl.'{ be L' e k e nbl ud Ult::::lIggnslass e n 2e niveau.
Ir Jl e id.Lng:
In het al ge Uiben zal, La.v. het menggaslassen, het handelingspatroon in grote tr e kkell ala vo Igt verlopen: a. h e t aanv oeren van de div. monodelen. b. he t plaa tsen en klemmen van deze delen in een mal. c . d e geklamde delen aan elkaar heehten, eventueel kunnen deze delen ook afgelast worden in de mal. Nadat de d el en aan elkaar zijn geheeht c.q. gelast voIgt: d . het l o sma ken en uit de mal nemen van de samenstelling. e. indien enkel in de ma l wordt geheeht volgt na het uitnemen het aflassen Van ·'l e g8 he c:1 t e de len. f. het gere e d pl'odukt afvoeren en plaatsen in een emballage-middel. De tijden van de div. handelingen op het berekenblad hebben uitsluitend betrekkiug o p de z.g. "handhandelingen", met uitzondering van de boogtijd van het heehten, en zijn in een 5-tal rubrieken ondel:gebraeht. Alle "handhandclingen" die bij het menggaslassen kunnen voorkomen zijn op het bereke nblad vel't egenwo o l'digd. Terwi lie ·van de eenvoud eeh tel', zijn bepaalde handelingen in een frequentie · toegerekend. De tijdswaal'den op het bel'ekenblad zijn dan oo k gerni ,ld e lde waarden. De boog tij de n m.b.t. het aflassen (zie grafieken) moe ten aan de totala handtijd word e n toegevoegd . Rulu'i ek I. Aan voe " 2 ! i ! P l au t s en! klemmen, losmaken en ui tnemen rege 1
ti m
(l.
De tijden o p he t be r e kellblad in rubriek I hebben be trekking op: - he t pak ken va n voo rwe rpe n uit, in de lasbox geplaatste, emballag e en he t tra nspo r teren va,1 daz e delen tot aan de plaats waal' deze mueten worden bewerkt. !let plaat s en van ue aallgevoerde delen in de lnsmal en het weer uit de mal nernen van de ann e lkaac gel as te monodelen. - het k l ellU.1e n en he t l os ,na ken van de geklemde delen afhankelij k van de ui tvoering van Je lasrna l. Hegel 1. Ho nod elen ge
l) .
r'h) n ,jd~lefl VHlluit r·JB , Pallet, GK of KK.
lfl tt t:t a l g- f :m,0e ll St 1:i i.lll de bovengenoemue ernballagetni~delen nlet dil"ekt onder hanJb': J:8 i k z,J d~ t me t l oaf,a fs tanticn VOOL' het aunvocren van de be tref fende de len rekeninti i :, 1.~ I:h :')1j dr;r L . Van vo()n/cL'pen die zwaul'il[:[" zijn dan 2~ kg. wordt veronuel'steld dat d (:2 ~ ve L't : ' 4 1.::; p,J r: t ~:lH' , 1 wo rden lO.b.v. een takel.
Jos Reijnders
Bijlagen
Pagina . 24
- 2 -
De b~ll o digde ti,id voal' di t takeltranspol't is, inklusief da pl'ocestijd VOOl' het hioisell en het Jaten zakk81l van hat in de takelhaak hangend vooL'werp alsook 11P.t pUlIitaeli ill - "'n of ui t de Ilial lIemen van hat batreffenda voorwerp met de tClkr:;ol., In de totClle nOl'mt.i.jd ve.cwerkt. ,Ie norilltijd op het Lel'ekenLlad heeft uitsluitend batrakking op togrzleklemmen '. eneind" de alln elkaul' te lassen voorwerpan ta kunnen klemmen. /( e gel 6, f:xtni ti ;id VOOL' het kleuunen indian gebruik wordt gemaakt van andere k l&lIunogelijkheden. Onder andere klellunogelijkheden wordt varstaan hat kleuunan van de betreffenda J"len d.m.v.: - ster- of vleugelbouten/moeren. - losse fixearpennen. - hulpstuk . De norrntijd op het berekenblad is een gemiddelde tijd, voor het reiken naar, het kleuunen en het weer losmaken van deze klemmiddelen, en moet als extra tijd op de norrntijd van de regels 1 tim 5 wordan gegeven, indien deze klemllliddel e n van toepassing zijn. Ilubriek 2. Hechten regel
7 tim B.
Onder hechten wordt verstaan het aanpikken met de lastoorts en het maken van een korte las van ca. 10 mm. M.b.t. het hechten zijn de begrippen 1e en elka volgende hechting gehanteerd. Regel 7.
Eer~te
hechting.
De tijd op het be'r ekenblad is gebaseerd op de zuivere boogtijd die benodigd is am 2 vooL'Clerpen te verbinden aangevuld met een gemiddelde waarde voor het pakken, het plaatsen en na gebruik wegleggen van laskap en lastoorts. Ean 1e he c hting kall pel' cyclus meerdsre malen voorkomen, indien tijdens Ben aantal IlechtingE::n kap en toorts weggelegd moe ten worden om het voo~'werp te kunnen draaie l
Hegel 8. 81k e volgende
hech~ing.
Iadien meerdere hechtingen dir:ekt na elkaar worden gelegd voIgt nu de eel.'ste hech een verplaatsing en eell plaatsing van de lastoorts tussen de daarop volgende bschten. De tijd op het berekenblad is de sam van de gemiddelde tijden van: - de over"allg van de lastool'ts naar de vclgende hecht of - het, met or zander geleiding , dr-aaien van het ·voorwerp teneindc. een zo Gunstig rnogelijke hechtpositie te krijgen. - e ll de zuivere booglijJ die benodigd is om de 2 onderdelen te verbindeon. 11IIUL'iek 3. Hande'JiIl:;GII m.b.t. het aflassen regal 9 tim 11. :JieronJe r vallen de handelingen die m. b. t. het aflassen moeten worden verricht, to, -
ht..:t p03Ltioner:en vl;in het vool'werp.
- ol/ergangen van las naar las. -
.h.!:1lltP-cclO
VBll
Lusgel'eeusehap.
lev,e nals Voul.' hel; Ireclrten wordell m.b.t. het aflassen dezelfde begrippen, tijd Vv Ol' ~el'ste en elkc volgendc las, gehanteerd.
, Jos Reijnders
Bijlagen
Pagina 25
-,Hegal 9. Haudl;ijd m.b.t. de eerl:lte las. Deze har.dtijd i~ opgebouwd llIe~ de gemiddelde tijden voor: - aallvoe !'t:rt + plaa tsen + afvoe,l'en van laskap en toorts. Regel 10. Overgang van las naar las. Evanuls 1I00L' het hechten voIgt, indian meerdere lassen direkt na elkaar worden eelegd, na de eerste las ean v.erplaatsing en een plaatsing van de lastoorts tussen elk daarop volgende las. Regel 11. Samenstelling,draaien, per keer. Het aantal malen draaien dat benodlgd is om de lassamenstelling in een zo gunstig mogelijke stand te brengen wOrdt bepaald door de lasvolgorde. De tijd op het berekenblad is samengesteld met de gemiddelde tijden voor: - het draaien van het voorwerp t.b.v. het aflassen. - aanvoeren + plaatsen en afvoeren van laskap en toorts ten einde de handen vrij te maken om de samenstelling te 'kunnen draaien. Rubriek 4. Boogtijden m.b.t. aflassen. Zoals in de inleiding is gesteld moet de boogtijd van het aflassen aan de hand tijd \iorden toegevoegd. Deze boogtijden zijn in grafieken per afmeting 3fan de lashoek uitgezet en moeten voor ole bepaling van de boogtijden worden gehanteerd. Om tot deze waarden te kunnen komen zijn waarnemingen in de praktijk verricht, waarbij niet te grote afwljkingen van de gegeven lashoek op de tekening en de lashoek in de praktijk zijn geaccepteerd. Met onderstaande gegevens is d.m.v. een correlatie-rekening een verband gevOnden tussen de laslengte en de lastijd: - de gemeten lashoek - de gemeten laslengte - vooropening - ,soort las - ins telling van het lasapparaat vlg. instelinstruktie. - de draaddikte. HuLdek '5. Samens te lling wegleggen in emballage na aflassen regel 16 tim 20. "f'akl:en van voorwerpen ui t emballage is het wegleggen van de samenstellillg afhankelijk van het gewicht van de samenstelling. H. b. t. het vle~leggen is een onuerscheidt gemaakt in: - \'legle<~ge!l nadnt het voorwerp l!l de mal is afgelast, hot voorwerp is reeds i.n de !lauu (ui t lOa L nemen). - '1/egle~~I~ell na.Jnt hot voorwel'p blltton de Illai is afgelast, hierbij moet het voocwe~p eersL flog Nordan gepakt. He L weg' le{~g'bfl VCUl safnens te Illngen ~ 8 kg. kan op twee manie ren geschi eden: - g~I:.icht weelei~gcn (stapelen in- op of tagen elKaar). - willekeurig we~leggen. ~vencds VOOL" het
,.
Jos Reijnders
Bij"lagen
Pagina 26
~. ....-,..
- 4 -
Voor het afvoeren en plaatsen in emballage van voorwerpen zwaarder dan 25 kg. is het gebruik van takel aangenomen. De normtijd op het berekenblad is, afhankelijk van gewicht, soort plaatsing en onderscheiden lashandeling (kolom A en B) samengesteld met de gemiddelde tijden voor: - samenstelling uit mal nemen. - de samenstelling plaatsen op werkhoogte t.b.v. aflassen wanneer dit buiten de mal wordt gedaan. - de samen7 telling plaatsen in het embal1agemiddel a1 of niet met takel. Rubriek 6. Div. handelingen regel 21. Indien vol gens instruktie primer moet worden aangebracht, wordt dit d.m.v. een kwast aangebracht. De normtijd bestaat uit de som van de gemidde1de tijden voor het pakken van de kwast, dompelen in de primer, kwast na gebruik weg1eggen en het insmeren van de betreffende vlakken. Toeslagen. D.m.v. een M.M.O. is de toeslag bepaald voor frequentiehande1ingen m.b.t. de lasapparatuur. Daze frequentiehandelingen omvatten: - mal schoonmaken - toorts schoonmaken - laskap schoonmaken - draadrol verwisselen - prod.tellen - wachten op truck i.v.m. emball. wissp.len De benodigde tijd van de handelingen is uitgedrukt in een gemiddeld percentage van de cyclustijd. Daarnaast dient een toes lag op de cyc1ustijd te worden berekend voor kleine storingen en onregelmatige handelingen. Deze toes lag zal periodiek d.m.v. een M.M.O. moeten wordenherzien.
Jos Reijnders
Bijlagen
pagina 27
BIJLAGE 6:
Informatie over de bestaande produktie
Deze bijlage beschrijft achtereenvolgens de volgende onderwerpen: -
ontwerpregels ter verbetering van de Kwaliteit van de Arbeid Taken en funkties in de huidige lasserij/bankwerkerij Het orderverloop van produktieorders De formulierenstroom en de bijbehorende informatiematrix Bepaling van seriegrootten bij DAF Soorten orders Meetmiddelen in de PKF Voorraadlokaties
Jos Reijnders
Bijlagen
Pagina 28
VOORBEELD (RE)ORGANISATIE BEGINSELEN (ideaaitypisch)
PRODUKTIE (voortbrenging) IS HET PRIMIARE PROCES: ALLE OVERIGE .FUNKTIES ZIJN HIERAAN ONDERGESCHIKT EN ONDE~STEUNEND EN WORDEN IN· LAATSTE (=OPERATIONELE) INSTANTIE AANGESTUURD DOOR LIJNMANAGEMENT
*.
DE REORGANISATIE~ORM VAN ONDERSTEUNENDE FUNKTIES VOLGT DIE VAN DE PRODUKTIE
OPERATIONELE ONDERSTEUNENDE DIENSTEN SAMENVOEGEN IN OPERATIONELE GROEPEN ONDER Ie OF 2e LIJNSMANAGEMENT
STAFDIENSTEN UITSLUITEND OP BASIS VAN SPECIALISME. EN KOSTENEFFEKTIVITEIT: STRATEGISCHE TAAKINHOUD
GEEN ZUIVERE LIJN- OF FUNKTIONELE STRUKTURERING VAN PROCESSEN
ELKE ORGANISATIE EENHEID DIENT EEN AFGERONDE DIENST OF PRODUKT TE VERZORGEN
LAAGSTE ORGAN~SATORISCHE EENHEID IS DE CEL (4 - 20 medewerkers). ER IS OP lEDER' MOHENT EEN CELLEIDER
HERKMEESTERS/OROEPSLEIDERS LEI DEN MINlMAAL 3 MAXlMAAL. 8 GROEPEN
CELLEN HEBBEN VASTE RELATIES NAAR ONDERSTEUNENDE DIENSTEN
. ALLE LEIDINGGEYENDEN HOETEN ZiJU OPGELEID. TOT KRINGJ,.EIDER.
Jos Reijnders
Bijlagen
Pagina 29
VOORBEELD SOCIO-TECHNISCHE REGELS
MINlMALE CYCLUSTIJD: 10 MINUTEN (niet voor machines)
ABSENTIE <10 MINUTEN MOGELIJK ZONDER PROCESVERSTORING
GEEN FYSIEKE GEISOLEERDE TERUGKOPPELINGEN
GEDEFINIEERDE TERUGKOPPELINGEN (hoog frequent: zo kort mogelijk)
FOUTHERSTEL DOOR VEROORZAKER ZELF
INDIVIDUELE MEDEWERKERS PARALLEL OPSTELLEN
ONTKOPPELING INDIVIDUEEL WERK- EN PRODUKTFLOW
LAY-OUT AFGESTEMD OP CELGRENZEN (vice versa)
GEEN VASTE
MENS - TAAKBINDING
ETC. ETC. ETC
Jos Reijnders
Bijlagen
pagina 30
Onderwerp: Taken en clustering van deze bij de las/bankwerkgroep.
Rapp. nr. : . JM013 Blad
Datum:19-12-'88 Opgemaakt door:
Afd. :
J. Maas
Tel. : 2176
PKF.PD
aan N. Nijst. B. Husken. H. Timmermans. Doelstelling: . i Het samenstellen van produkten op zodanige w~Jze dat deze op ide juiste tijd, in de juiste aantallen, met de juiste kwaliteit i en tegen zo gering mogelijke kosten aan de afnemende afdelingen geleverd kunnen worden. Omschreven Funkties: Bankwerker richten Boorder Lasser Heftruckchauffeur Ordervoorbereider Afdelings ass is tent Werkmeester Cel-medewerker Robot-bediende
I 2 3 4 5 6 7 8 9
Taken: Ie. Inboeken van de orders in logboek (van BB). 2e. Bestellen a.d.h.v. picklijst van onderdelen bij COM/I-1ierlo (op basis van weeklijst/Foborder. 3e. vervoeren onderdelen m.b.v. heftruck van en naar de werkplaats. 4e. Ophalen gereedschap a.d.h.v. gereedschapsblad bij magazijn. 5e. Kontroleren aflevering bestelde materialen (a.d.h.v. picklijst en order). 6e. Kontroleren en evt. ombouwen van geleend gereedschap. (A.d.h.v. tekening produkt.) 7e. Plannen van de afwerking van de orders volgens weekplanning/manko-datum. 8e. Indelen van de orders over de bewerkingsplaatsen op basis van gewicht produkt, grootte produkt, medische indikatie lasser. ge. Instellen lasapparaat. IDe. Schoonmaken lasapparaat. lIe. Lassen a.d.h.v. specifikaties op produkt-tekening. 12e. Verwijderen lasspatten. 13e. Richten a.d.h.v. tekening m.b.v. hamer. 14e. Instellen boormachine, gereedschap en opspangereedschap a.d.h.v. tekening. 15e. Bedienen boormachine. Jos Reijnders
Bijlagen
Uitvoerder: 5 6 5 6 4 5· 6 5 6 5 6 5 6 7 6 7 3 3 3 J
1 1
2 2 pa,~ina
31
Orderverloop van produktieorders De huidige produktie van lassamenstellingen wordt gestuurd door het FOB-ordersysteem (Fabrikage Order Bewaking). Als basis dient een centrale computersysteem (ISA). Dit systeem genereert ordersuggesties (Orderstatus 1). Zie 'steady state PKF'. A~m de hand van prognose- en verkooporders (van Marketing en Sales) worden behoeftenschema' s gecreeerd. Het computersysteem zoekt voor de diverse trucktypes en opties de bijbehorende stuklijsten. Deze stuklijsten worden door Ontwikkeling en Beproeving in het systeem gebracht gedurende het ontwerp- en fabrikage- voorbereidingsproces. Zie I steady state ontwerpproces'. Inkoopartikelen worden via Inkoop geleverd, maakdelen maakt DAF zelf, mits er capaciteit v~~r is. Per produktgroep (bv. lasgroep/bankwerkerij) is er een materiaalplanneur die aan de hand van de ordersuggesties daadwerkelijke orders kan inzetten. Dit gebeurt aan de hand van informatie; voorraadhoogte (gereedmeldingen, afname artikelen), veiligheidsvoorraad, doorlooptijd, minimale seriegrootte etc .. De voorgestelde produktieseriegrootte wordt door het systeem bepaald (aangepaste formule van Camp). Als de materiaalplanneur de order plaatst ontstaat status 2 en gaat de order naar een capaciteitsplanneur. Deze bevestigt de order, (bepaalt startweek, leverdatum, seriegrootte) en zet de order in. Het geleideblad, het belangrijkste van de vele fabrikagedocumenten (zie informatiematrix), wordt dan automatisch uitgedraaid. Daarna wacht de order tot de inzet van de eerste bewerking. Als blijkt dat de werkelijke startdatum te sterk afwijkt van de geplande gaat de order terug naar de capaciteitsplanneur. Anders gaat de order tijdelijk in status 5. De fabrikagedokumenten worden ui tgedraaid I gesneden en ingepakt (status 6). Op de startdatum komt de order in status 7. Indien het een samenstelling betreft gaat de order direkt naar de desbetreffende werkmeester. Er wordt gecontroleerd of aIle monodelen aanwezig zijn. De planning van monodelen wordt eenmaal per maand opgesteld. De materiaalplanneur zorgt zelf (niet door systeem) dat de monodelenproduktie op tijd start, ze moeten immers veer het samenstellen aanwezig zijn. Monodelen liggen in Mierlo opgeslagen en worden m.b.v. de picklijst daar gesteld, levering duurt een tot twee dagen. Er rijdt 4 keer per dag een vrachtauto naar Mierlo. Bij spoedorders wordt eventueel een fax gestuurd. Eventuele subsamenstellingen worden naar het COM (centraal onderdelen magazijn) gestuurd. Als aIle monodelen aanwezig z1Jn verdeelt de werkmeester de orders over de aanwezige capaciteit. Als uiteindelijk de order geheel is afgewerkt wordt deze naar de aan- en afvoer haven gebracht en gewogen (of geteld) ter controle van de aantallen. De order wordt dan gereedgemeld aan het bedrijfsbureau mits er geen lakbewerking meer voIgt, anders meldt de lakstraat gereed. Jos Reijnders
Bijlagen
Pagina 33
Als de order nog naar een andere fabriek gaat (bv. mech. komponenten) wordt pas gereedgemeld als de desbetreffende truck wordt gereedgemeld. Eventueel doet de kwaliteitskontrole een steekproef en plakt een sticker op het magazijnlabel. Bij gereedmelding komt de order in status 8.
Yubap + proIlIlO •• vall
Mubtta, 811 Sal ..
StuUijatu
nto."thcll
vall
DiDDEr
Ontw1).I1,,11a, -
u
tot ordern"uUu
fl~pro"'iA,
(atat... 1)
- voorr••4kooet. - aill. vooJ'r".d - oloorloo1'UJol - .1a .•"ri.,root ••
I (110C)
aillt
b:z.uha
J II...
IIrd"r
plaatun ? atartwull
1.".rdato
'roolllkU.•• d.,roott•• 1+-----1 .tart/leur
w..k to.k •••••
•• .a.t"l
Ja
StAtUS 2 Citata. 3 butnt .ht)
I
Ord ...
vut1 "" e'" a.lI.v. nw& c.p.d.... lh chell
Wackt.. 01' capadidt
•••
01 v.itkahol..
1I1J derol..
~a
Alltoll&thcll v.1I;dr ... 1...
va. Clddll.bl.ol (at.".. 4)
I
I
lazett".: bepah. atart4ah.
a.pal .. 101/4 atartolah. ..II.v •
.. nt .. llawnkb.e
In"cwnk
W"cllt.. tot. • tartolat ...
r.brilt&, • doclIanh. llit .,at""•
(at.tu II)
.....
-
PaOOI/UlE
Jos Reijnders
Bijlagen
Pagina 34
Formulierenstroom In de huidige situatie be staat een order uit zeer veel formuliereno Veel informatie die hier opstaat staat wordt niet gebruikt. Bovendien komt informatie dubbel voor, dit kan bij een wijziging tot fouten leiden. In de huidige situatie wordt de lasserij van de PKF voornamelijk met FOB-orders (Fabrikage Order Bewaking) bestuurd. Bij FOBorders worden aIle orders apart naar de werkplek gestuurd. Bij FOB-orders bestaan de FADOC (fabrikage dokumenten) uit de volgende formulieren: Geleide blad (kopblad): V~~r in de orderbak, ordernummer, aantal Volgblad: Bewerking, machine en gereedschap picklijst: Materiaalbestelformulier Gereedschapblad: Lijst van te gebruiken gereedschappen Materiaalgeleideblad: V~~r routing en identificatie van materiaal Werkblad: V~~r de administratie per bewerking Magazijnlabels: V~~r gereedmelding en identificatie van emballage Tekening: Werktekening voor de lasser Naast de FOB-order besturing wordt er ook al een Ilascel' via een is een soort Run-Out lijst bestuurd. De huidige 'lascel' overgangssituatie tussen de FOB-orders en de toekomstige celbesturing met Pellos. Een Run-Out lijst bevat aIle orders voor een week op een lijst. Ais er binnen een peri ode (2 weken) een tekort aan een samenstelling ontstaat dan wordt een order op de lijst geplaatst. In deze lascel worden de volgende formulieren gebruikt: Geleide blad: idem Volgblad: idem Picklabel: De cel bestelt hiermee zelf het materiaal Gereedschapblad: idem Interne transport kaart: De cel verstuurt hiermee samenstellingen Run-outlijst: Lijst die aIle orders voor een week bevat Daglijst: Werkvoortgang en deelleveringen, voor werkmeester Afrekenblad: Urenverantwoording voor administratie Binnen de cel: Kontrole lijst: Bijhouden deelleveringen en emballages Tekening: idem Het verschil tussen de huidige lascel en de oude besturing is niet direkt de vermindering in formulieren. De cel voert zelf een aantal taken uit die de besturingslast verminderen, het bestellen en verzenden van materiaal en een deel van de administratie. Ook is de cel enige mate vrij in de volgorde waarin de orders worden uitgevoerd, de Run-Out lijst geeft weI een prioriteit aan. De cel bestaat uit 4 a 5 man, waarvan een materiaalbesteller, om de beurt wordt deze functie uitgevoerd. In de toekomst zal er ook overleg plaats vinden over het accepteren van orders, op die Manier kan de capaci teit beter worden afgestemd. In de toekomstige produktie-eenheid zal een computer een dee I van de formulieren vervangen. Jos Reijnders
Bijlagen
Pagina 35
INFORMATIE MATRIX: Er wordt onderscheid gemaakt formulieren bij FOB-orders en Run-Out lijsten. FOB + Run-Out FOB-order besturirg Run-Out besturirg
II g e 1 e i d e b 1
I I g e 1 r g e e b d 1 s a c b h v 0
a d o:rdernummer maakplaats codenu:nmter
aantal benatnin;J codenu:nmter oooerliggenie codenrs. aantal on:ierliggerrle nrs. benatnin;J on:ierl. nrs. weeknummer/planweek mancodatumVprioriteit startdatum
leverdatuIn volgntl1tlller afgifte/cont:role datum g:roepnl.lltI11/afstreeplijst
* * * * * * * * *
bewerJd.rgsnummer bewerkirgs beschrijvirg deelbewerkirgen ma.chinenummer gereedscha.pnurm
p i c k 1 Y s t
b
1
* * * *
*
* * * *
bevoorrader
planneur .besteller emballagesoort aantal per emballage aantal emballages van magazijnlokatie via magazijnlokatie naarmagazijnlokatie
I I I I
* * *
* *
* * * * *
w e r k b 1 a d
m m a a t g l.a z g Y e n 1 1 e a i b d e e 1
I I I I I I r u n 0
d a g 1
u y t s 1 t Y s t
k 0
n t r 0
1 e 1 Y s t
a f r e k
e n b
1 a d
p i c k 1 a b e 1
i n t. t r a n s p. k.
* * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * *
~
ger.sch. magazijnlocatie
* *
JosReijooers
Bijlagen
Pagina 36
tussen
de
Bepalirg seriegroatten bij DAF MF hanteert twee seriegrootten: de NORM, nonnale seriegrootte de BEVO, bevoorradings-seriegrootte De normale seriegrootte wordt bij D!\f bepaald aan de hard de bekende fonnule van camp (in aargepaste vonn). Bij bet bepalen van de seriegrootte gaa.t bet eran de kosten, bestel- en voorraad-
kosten, te minimaliseren. In fonnulevonn: C
=F
* D/Q + 1/2 * Q*S*K
=
C totale jaarkosten F = orderkosten
D = ja.araa.irt:al. Q = seriegrootte
S = rentabiliteitsfactor K = voorraadwaan:le produkt
De oJ:derkosten F bestaan uit:
1. administratieve bestelkosten 2. steltijd * variabel uurtarief 3. steltijd * vast machi.neuurta.rief
Optimale normale seriegrootte: Q = J (2FD/SK) De bevoorradingsseriegrootte wordt voor maakdelen op dezelfde manier bere.kerrl lOOt uitzorrlering van de o:rderkosten en vast machi.neuurta.rief, het variabel loontarief van de orderkosten F wordt weI verrekerrl. Hierdoor valt de BEVO seriegrootte altijd lager uit dan de NORM seriegrootte. !):)or het bedrijfsbureau wordt steeds IOOer de BEVO seriegrootte gebruikt, 1OOt.name als er capaciteit over is. NB. Seriegroatten worden op 'lOOOie' getallen (10/50/100) afgerorrl
Bij gegeven jaaraantal D en voorraadwaan:le K kan de seriegrootte worden verkleirrl door de oJ:derkosten te verkleinen. Hieruit blijkt nogmaals dat seriegrootten kunnen worden verkleirrl door de steltijden te ~. Voor bet anstellen van de lasmallen wordt nu een vaste steltijd van 34 perioden (= 20 minuten) gereken:i. Voor iedere nieuwe lasbewerkin:J (nieuwe mal) wordt weer 34 period.e gereken:i. Dit kant voor een dee! atrlat mallen centraal worden op;JeSlagen en IOOeten worden gehaald. !):)or de mallen in de lascel op te slaan en van snelspanners te voorzien kan de steltijd worden verkort. Hie:rdoor wordt de lascel flexibeler.
Jos Reijnders
Bijlagen
Pagina 37
SOORl' ORDER:
CMSaIR.IJVlN(;:
produktie orders:
Worden door logistiek systeem gegenereerd en door de plannerjbevoorrader ~et.
spoed.orders:
Produktie orders die door de plannerjbevoorrader gecha.sseerd werden (voorrarg gegeven) onrlat an:iers de leverdatum niet werd gehaald.
suborder:
Klantspecifieke orders die in kleine aanbUlen 'WOrden gemaakt, 'WOrden weI door systeem geqenereerd (itermnaster J). Voor zover 1tKXJEllijk 'WOrdt deze order in de N. V.Peel (niet voo:r:bereide prcx:lukten) gemaakt.
proeforders:
Eerste order van nieuwe produkten waar:van de maakbaatheid wordt beproefd, na een succesvolle proefonier 'WOrden produktie orders i.rqezet.
reparatie orders:
Afgekeurde order die door kwaliteitskontrole ter reparatie 'WOrdt ~estuu:r:d.
Spoedorders maken orgeveer 20 % uit van de re;JUl.iere produktieorders.
SUborders maken een zeer klein pe:roentage uit van de re;JUl.iere produktieorders en verstoren de nonnale produktie niet. Proef- en reparatieorders 'WOrden niet door het logistiek systeem geqenereerd en 'WOrden derhalve tussen de produktieorders door afgewerkt. Ze maken eveneens een klein percentage uit van de produktieorders • MEEIMIDlF.rm IN IE PKF
te kontroleren of een gefabriceerd produkt binnen de gestelde toleranties valt:
Er 'WOrden in de PKF enkele manieren gehanteeni an
Dx>r een juiste instellin:j van de machine: Bij de fabrikage van lOO11Odelen wordt het eerste en ieder vijftigste produkt gemeten an machineverloop te vennijden, tussenliggerde prcx:lukten worden niet gemeten. Dx>r gebruik te maken van meetmallen: Bet gefabriceerde produkt 'WOrdt in een aparte meetmal gelegd an de maat te kontroleren en bij te stellen. Meetmallen worden vooral toegepast voor uitlaatpijpen en voor scmnige Ironodelen. Bij lassanenst.ellirqen zijn meetmallen uiterst zeldzaam. Jos Reijnders
Bijlagen
Pagina 38
De produktiemal is tevens neetmal: Metnane bij lassamenstell~en bepaalt de mal in hcge mate de tolerantie van het produkt. Als het produkt in de mal past -wo:rdt verorrlersteld dat bet aan de maat is, dit karl de
hecht- of de aflasmal zijn. Bet nameten van bet gereed produkt: Irrlien in de te:ke.nin.J speciale maten worden opgege.ven -worden die opgemeten en zonodig hersteld. vooral lassamenstell~en \tJO:rdt vaak q> haaksheid/vlakheid gekontroleerd. Het produkt \tJO:rdt met een hamer of richtpers q> de juiste mat gebracht.
in de
achter PKF
Plaabnateriaal Gebeitste plaat Inkc:qxielen M:>nodelen sa:menstelli.rgen Gelakt produkt Gereedsdlappen EnIballagemidd.
Jos Reijnders
C.O.M
Mierlo
*
* * *
* *
PKF
* * * * * *
Bijlagen
dan
bij ed.
een
bij de lakstraat
* *
Pagina 39
BIJLAGE 7:
Systeemtheorie van simon en De Leeuw
De systeemtheorie volgens Simon en De Leeuw [7] gebruikt bij de beschrijving van de besturing van produktie-eenheden. Aan het eind van deze bijlage wordt de onderverdeling binnen produktcellen volgevs In 't Veld gegeven. Systeemtheorie volgens Simon en De Leeuw Simon concludeert in zijn systeembeschrijving dat grote complexe systemen niet als een geheel zijn te beschrijven of te begrijpen. Om complexe systemen weI te kunnen analyseren en besturen is aanbrengen van hierarchie en opdel ing in sUbsystemen noodzakelijk. De complexiteit wordt dus opgedeeld zodat de noodzakelijke vereenvoudiging wordt verkregen. Bij de opsplitsing ontstaan samenhangende sUbsystemen die op hun beurt weer zijn opgebouwd uit samenhangende sUbsystemen. Het laagste subsysteem-niveau be staat uit objekten. Daarbij is de samenhang binnen sUbsystemen sterker dan tussen de subsystemen. Een subsysteem is dus een groepje objektendat weI intern sterk samenhangt doch niet zo sterk met zijn omgeving. Juist omdat binnen een complex systeem niet alles even sterk samenhangt kunnenwe er iets van begrijpen. Simon merkt verder op dat hierarchisch opgebouwde systemen minder gevoelig zijn voor verstoringen. Een verstoring in een sUbsysteem leidt veelal niet tot verstoring van het geheel, de gevolgen blijven beperkt tot een subsysteem. De Leeuw stelt vast dat bij opdeling van een men, deze sUbsystemen gelijksoortig dienen besturingstaak (aIle subsystemen) wordt dan besturingssysteem hoeft dan maar een keer te kan voor aIle sUbsystemen worden gebruikt. hoeven maar een keer te worden opgelost voor men.
systeem in subsystete zijn. De totale minder complex. Een worden ontworpen, en Besturingsproblemen een van de subsyste-
Besturingstheorie volgens De Leeuw: De Leeuw heeft een theorie ontwikkeld voor het besturen van sUbsystemen. De Leeuw beschrijft daarnaast de besturingsproblematiek en geeft aan welke besturingselementen nodig zijn voor de besturing van een subsysteem. Als uitgangspunt dient het volgende eenvoudige schema:
1
U = stuurvariabelen
x
---i-n-p-u-t----.I~-------w--p--------~--o-u-t-p-u--t--.
y
wp = Bet te besturen systeem. Jos Reijnders
Bijlagen
Pagina 40
Om besturing van het systeem mogelijk te maken is een doelstelling nodig. Deze doelstelling kan geformuleerd worden in termen van gewenste output. Het besturingsprobleem wordt gegeven door : 1. een specificatie van de doelstelling 2. de struktuurspecificatie (elementen + relaties) van Wp 3. een specificatie van werkelijk optredende inputs Ten aanzien van de bestuurbaarheid zegt De Leeuw: Een systeem is bestuurbaar, indien het onder gespecificeerde condities en uitgaande van de gespecificeerde begintoestand mogelijk is een zodanig stuursignaal te vinden dat de doelstelling wordt gerealiseerd. Om die doelstelling te realiseren staan voor de besturing in beginsel 6 stuurmaatregelen ter beschikking: 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Interne Interne Interne Externe Externe Externe
Routinesturing (IR): Adaptieve sturing (IA): strategische sturing (IS): Routinesturing (ER): Adaptieve sturing (EA): Strategische sturing (ES):
manipuleren met input u wijzigen systeemstruktuur wijziging doelstelling beinvloeden van input x wijzigen omgevingsstruktuur wijzigen omgevingsdoelstelling.
Deze 6 stuurmaatregelen wordt de stuurkarakteristiek (stuurmix) genoemd (De Leeuw, 1974). Aan de hand van deze stuurmix kan worden nagegaan of de besturing van een sUbsysteem compleet is. Alles wat een ideale orderflow verhindert, wordt opgevat als een verstoring. V~~r al deze verstoringen moet een passende stuurmaatregel te geven zijn, om het systeem bestuurbaar te kunnen noemen. Beschrijving van de besturing van produktie-eenheden Allereerst wordt de theorie van Simon en De Leeuw vertaalt naar de DAF situatie. DAF als geheel is opgesplitst in subsystemen, lTC's en ETC's (interne en externe toeleveringscentra). Een van die lTC's is de PKF (PlaatKomponentenFabriek). Dit subsysteem (PKF) wordt hier beschouwd, en wordt op zijn beurt gezien als een groot complex systeem. Dit systeem wordt weer opgesplitst in subsystemen, namelijk produktie-eenheden. De systeemtheorie zal wordt gebruikt als aanbeveling bij opsplitsen van de PKF in produktie-eenheden.
het
Aanbeveling van De Leeuw bij opsplitsing in PRE: De produktie-eenheden dienen allen ongeveer even groot te zijn, de besturingstaak is immers minder complex naarmate de deeltaken meer gelijksoortig zijn. Jos Reijnders
Bijlagen
Pagina 41
De produktie-eenheid wordt per planperiode (bv. 1 week) een pakket orders aangeboden in de vorm van een runoutlijst, daarnaast wordt materiaal aangevoerd. Als alles goed verloopt komen er gerede produkten uit en worden de gestelde doelen bereikt. deze doelen kunnen bestaan uit bepaalde prestaties als leverbetrouwbaarheid, kwaliteit, doorlooptijd, etc .• Alles wat deze ideale orderflow verhindert wordt opgevat als een verstoring, om deze verstoringen te verhelpen staan de bekende stuurmiddelen ter beschikking (Interne Routinesturing etc). Bij ieder van die stuurmiddelen worden de voor produktie-eenheden relevante voorbeelden genoemd. Deze voorbeelden stammen voor een dee I uit de beschrijving van Pellos, voor een deel uit voorbeelden van andere produktieeenheden en voor een deel ui t ervaring (huidige si tuatie en literatuur). Na deze beschrijving vol gens de theorien van De Leeuw wordt aangegeven welke stuurmaatregelen zeker niet in een produktieeenheid zullen worden aangebracht. STUURMAATRBGELEN
Interne Routinesturinq: - Afstemming orders: -
Manipuleren met de input: by. intern capaciteit afstemmen prioriteiten bepalen werkverdeling over mens en en machines opvanqen spoed-, proef-, reparatieorders
- Materiaalproblemen: - materiaalbestelling - aanwezigheidscontrole - verdeling en toewijzing aan orders - Instrukties: - oplossingen bij onvolledige/ verkeerde werkinstrukties, zoals normtijden, BVO,s etc. Interne Adaptieve sturinq: wijzigen systeemstruktuur - Orders: - capaciteit aanpassen door orders uit te besteden - Mensen: - personeel inlenen/uitlenen - opleidingen aanpassen, t.b.v. multi-inzetbaarheid - opvangen vakantiedagen en ziekteverzuim - Machines:
- aanschaf nieuwe/andere machines - onderhoud en beheer machinepark - opvangen storingen
- Gereedschappen:
Jos Reijnders
- opslag, beheer en onderhoud - toewijzing aan opdrachten - gebruik alternatief gereedschap Bijlagen
Pagina 43
Ondersteunende afdelingen Het Bedrijfsbureau is de belangrijkste ondersteunende afdeling. Het verzorgt de planning op de langere termijn en de coordinatie tussen de produktie-eenheden. het Bedrijfsbureau bepaalt de produktieprogramma's (per week) met leverdata. Bovendien wordt de beschikbaarheid van het ingangsmateriaal verzorgd. Zo wordt bv. voor de lascel de beschikbaarheid van monodelen nagegaan, deze kunnen immers van een andere produktie-eenheid afkomen. Afdeling Industrial Engineering (IE) verzorgt uitbreidingen van bestaande capaciteit, bv. uitbreiding bestaand machinepark. Afdeling Mechanical Engineering (ME) onderzoekt eventuele toepassingen van nieuwe produktieprocede's en machines. De Technische Dienst (TD) verzorgt groot onderhoud en lost technische storingen op.
aan machines,
De Personeelsdienst voorziet de produktie-eenheden van mensen.
Jos Reijnders
Bijlagen
Pagina 45
Onderverdeling produktcellen Door In 't Veld onderverdeeld
[9]
worden
produktcellen
in
twee
soorten
1)
Ongebonden lijnstruktuur (cellen eerste vorm) . De familie samenstellingen ondergaat meestal altijd dezelfde bewerkingensvolgorde. Een groep samenstellingen kan (bijna) volledig bewerkt worden door een groep machines. De routing binnen de groep is eenvoudig en efficient, de machines staan opgesteld in volgorde van bewerkingen. Kleine wachttijden kunnen ontstaan als bewerkingstijden niet gelijk zijn.
2)
Cellen tweede vorm. Het verschil met de cellen eerste vorm is dat de bewerkingsvolgorde binnen de groep nu niet gelijk hoeft te zijn.
De samenstellingen kunnen door een groep machines (bijna) volledig worden bewerkt. Binnen de cel blij ft de organisatie functioneel van opzet. Kleine wachttijden kunnen optreden maar door de beperkte afmeting van deze minifabriek houdt iedereen een goed overzicht en blijft de batch redelijk vlot in bewerking. Het kenmerk van de beide genoemde celvormen is dat de opgestelde machines door een persoon worden bediend, iedereen doet zijn eigen deelbewerking aan de batch. In 't Veld onderscheidt nog twee produktievormen voor groepsgewijze produktie die op dit punt essentieel verschillen. Ze worden hier voor de volledigheid vermeld maar zijn verder voor de produktie van onze groep produkten niet zo interessante straten:
In dit soort fabrikagegroepen ziet men dat de bedieners niet achter hun eigen machine blijven zitten maar met een (batch) produkten successievelijk langs aIle machines lopen en zodoende het produkt kompleet gereedmaken. Dit heet een straat omdat de mensen langs vast opgestelde machines lopen, het produkt is zonder onderbreking in bewerking.
Doksysteem:
Jos Reijnders
Wanneer in zoln straat geen vastopgestelde of zelfs helemaal geen machines nodig zijn kunnen de bewerkingen beter op een vaste plaats worden uitgevoerd, dit heet een doksysteem. Wordt toegepast in vliegtuig- en scheepsbouw.
Bijlagen
Pagina 46
BIJLAGE 9:
Toelichting bij de automatische lassystemen
In deze bijlage worden reele voorbeelden gegeven van automatische lassystemen, hieronder bevindt zich ook een offerte bij de firma Reis. Ook wordt het "Westwood" flexibele lassysteem toegelicht.
Jos Reijnders
Bijlagen
Pagina 47
BRor~
ll:::rl~h'
(;9 b, 2803 Me Gouda 1:'2.2800 AD Gouda 01820-14833'
PC~luU::. 1 f.(,joon
- GOUDA B.V.
V
2CE..;.:: Tt::~! ... ,.. ulE:~O-3~418
TH(,~
OAF
n.v.
Afd. Adv.
h"-D~)~).:lr,f;.
Gouda: 11 ,tJ9.91.291 A.£::.l'. u;;nK G0uda: 5C1.70.1';.u3u PG~:b:''''.. 3~ .40,36
5545 TK t.
AAB/IUI
~nn.
~ng.
02 -
~30
Gcldropseweg 303
K.\r: GGud:;' nr. 6569
Ot;ZE REF ..
LASTECHNIEK
UWREF.
Eli-lDHOVE~'J
a . v. In g. 1. C. 'Ie i j e r s
GOUDA,
02 Februnri
If'S!)
Geaehte neer Meijers, tlij d anken U voor he t be zoe!c dat U hebt ui lIen brengen aan Onze stand op de Anertek Robotbeurs te liilversum en de interesse die U toonde in de door ons geHxposeerde lasrobot van het fabrikaat Reis.
Naar aanleiding daarvan en met behulp van de tekeningen en gegevens die U ons toestuurde hebben uij het genoagen U aan te biaden: Conplete laseel met 6- nssen~Robot type SRV-J2 volgens navolgende heschrijving en bijcevoegde te~ening LS;{ 39/10.
SYSTEEM BESCHRIJVING: Lasrobot type SRV-)2, in staande uitvoerine. welte met 6 asscn een werkgebied bestrijkt van 2.900 mm. In dit wcrkeebied wordt een tweetakt draoitafel opgesteld. Dc%c draaitafcl is voorzien v~n 2 verticaul opgestelde draaitafels welke het product beur-. telings aan de Robot ter beuerking aanbieden. :De draaitafels zijn als 70 en Be cxtcrne as vrij programrneerbaar. Tussen de twee opgcbouwde draait:Jfels is een afschermwand aaneebracht. producten hebbcn het karakter van de producten H i j d etc It c n i nee n end e b esc h r i j v i n & t e r beschi~king kregen. :·1:Jti.'ri."lal ST-34-37-52 cn IlSLA. D~
II [j
a r van
Jos Reijnders
Bijlagen
Pagina 48
BRON - GOUDA B.V. LASTECHNIEK
BLAD no
n2
ONZE REF
liAR / E~l UW REF.
BEHOORT 81J SCHRIJVEN d.d
~·1 ate
ria a I d i k t e Lashoogtc ~1ax . ge':11eht !tax. nfnetingen ?la:{ . tolerDnties
02 Februari 1989
5 - 7 mm . a = ? - 5 mm. 35 kg. 800 :~ 300 mn. In overleg nader te berulen.
De producten worden net de hand ingclesd in mallen die op de oplegtafels zijn asngebracht. Vervolgens geeft de bcdienings~sn een signnal waarop de tafel 180 draait en het product door de Robot gelast wordt. Terwijl de Robot last kan de bedieningsman aan de andere zijde van de draaitafel het gerede product uitnemen en een nieuw te lassen products inleggen. N a h e t i n leg g e n \1 0 r d t n a h e t d r u k k nap s i g n_s a 1 d e d r a a i tafel weer gedraaid en de eye Ius harhaalt zich. Daordat het inleggen en uitnemen waidt uitgevoerd in .,de tijd dat de Robot last wordt die tijd uitgespaard, hetgeen kan oplopen tot 50%. Voor het lassen wordt het pulsboog !lIG/!fAG - lassysteem toegepast. De lasparameters van deze el~ctronisch gestuurde 1asinstallatie worden in het Iwerkprogramma van de Robot meegenomen, zodat de reproduceerbaarheid he~1 eenvoudig is. Als afscherming wordt een wand aanbevole~ ter beve iIi g ing t e gen bet reden van hat 'i1erkgeb ied en---het laslicht. Dc toegangen worden afgesch~rMd met lichtbundels, die de Robot doen stoppen wanneer iemand tijdens het draaien binnentreedt. SPECIFICATIE VAN HET SYSTEEM: Pas Pas
Ic Ij
Pas Pas Pas Pos Pos Pas Pos Pos
2a
Programmeertoetsenhor~
2b
Joy Data 3,5" ESS -
33 3b
4c I,
e
5b 6b
Reis Robot S-RV-12L, 0 sssen Uitbreidinz van de besturing ten behoeve van vrij prograomeerbare 7e en Be externe DS stick recorder 3,5" disltettestation diskette Transmig ~ 405 Interf~ce ESS !lIGnlAG lnstoorts push - pull Toortshoudcr HIGl'lAG push pull met asnstootbeveiliging met noodstop.
Jos Reijnders
ingebou\~de
Bijlagen
Pagina 49
BRON - GOUDA B.V. LASTECHNIEK
03
1l,..\J / E:~
Pas Pas Pas Pos Pos Pos Pos Pos Pos Pos Pos Pos Pas Pos
fie
ng ~h
I)i 6j 7 73 10 1 Jb
14a 14 c J 4d 14 f
22
02 Februari
BEHOOAT BIJ SCHRtJVEN d d.
8LAD no.
ONZE REF
1989
UW REF
Instel~aliber
o p han gin 2
voor pushpull toorts
v 0 0 r s 1 an g e n p a '{ l~ e t Set toe!'> e It 0 r en v 0 0 r s 1 an!j e n p a I~ k c t Balancer wet slangenpa~kethouder Gal g v 0 0 r s 1 rt n g e n p a k l~ etc n b a 1 a nee r
Pneunatisch toortsreinigin~sappar3at Console voor too=tsreiningingsapparaat Fundatie voor Robot met P~rif~rie Draaitafel 2 x )00 takt met 2 opgebouwde verticaal opgcstelde vrij programmeerbare draaitafels. 1 I met erg e s lot c n a f s c her n Han d, ., inc 1 u s i e f con sol e s . Servicedeur met electrische b~veiligingssluiting 3-punts lichtbundel beveiliging Lichtbundel door gang bevciligings Aansluiting, bedrading en aanpassingen volgens calculatie. OPLEIDING oplciding van bcdieningspersoneel vindt plaats in Obernburg - Duitsland en ~ordt naar keuze gegeven in de Duitse of in de Engelse taal. Het cursusmateriaal is eveneens beschikbaar in de Duitse of Lngelse taal. Indien de taal complicaties veroorzaken vordt door Bron-Gouda ondersteuning verleend in de vo~~ van nondelinge of schriftelijke vertaling van essentiele te~sten en ~an de cursua ook in het Nederlands geceven worden te Gouda of in Uw bedrijf. De
~c u
r
sua d u u r
nediening PrOnra:1Tlcrell
Autor:1atisch lassen Deze opleiding is in voor 3 door U aan te Tevens wordt tijdens beschik~inc gehouden te helpen orlossen.
2 dagen 2 dagen I dag
de levering inbegrepen wijzen personen. de opstart een man ter om onverhoopte problemen
Prijs van de tot ale hierboven omschreven installatie. exclusief inlegmallen.
Jos Reijnders
Bijlagen
f
'.11.000,--
Pagina
V
bJ BLAD no. G:~ZE
REF
BRON - GOUDA B.V. LASTECHNIEK
011
BEHOORT BIJ SCHRIJVEN d d.
AAH/E~!
112 Fcbrunri
1939
UWREF.
PLAATSING EN IN BEDRIJF STELLEN a~dat de kosten van plaatsing en in bedrijf stellen noeilijk von te voren zijn ta bepalen varden die kostan op basis van nacalculatie bcrekend. Om een indruk te geven welke tarieven cehanteerd worden voigt hierbij een opstelling:
Uonteur !·lonteur Programmeur Ingenieur Administratie- en behandelings~osten
Reis en
verblijfk~sten
Geldigheid van de offerte Prijzen Rataling
Levering Vcrvoer Lever t ij d
PIsats van levering
Jos Reijnders
f f f f
58,-- I uur 80·, -- I uur 96,-- I uur 115,-- I uur
f 60,-- I dag volgens nacalculatie.
tot TdB i 1q [I <) • Metto e~cl. n.T.H. 30~ bij opdrncht. G0Z ~ij gereedmelding/ afname. 10Z bij levering, binnen 30 dagen. ~adrukkelijk wlJzen U1J erop, dat op da g!leverde goederen een eigendoms voorbehoud van kracht is, totdat volledig betaling heeft plants gevonden. Af fabriek,onverpakt. Verpakkina en vervoerskoaten op nacalculatie. 5 a 6 maanden nn acceptatie van de·opdrnchtbeveatiginri en betaling van de eerste termijn. De oplevcring en de afname van de robot vindt plaats in Obernburg.
Bijlagen
Pagina 51
bJ
BRON - GOUDA B.V. LASTECHNIEK
3LAD no
05
)NZE REF
AAn/E:f
BEHOORT BIJ SCHR1JVEN d d.
02
Februari 1939
UWREF
Plaatsing
Niet inbegrepen
Voor het plaatsen van de robot installatic dicnen voornf gcschikte fundatie, bevestigincspunten, electrische vocding en perslucht aanwezig te zlJn. Alles naar opgave van de leverancier. AIle bouwkundige-, graaf-, breek-,- hak-, timmer - en schilder werkzaamheden. AIle electrotechnische, water en gastcchnische en verwarmingsinstallaticuerkzaamhedcn en apparatuur.
Voor de overice leveringsvoorwaardcn veruijzen wij U naar de Algemene leverinG9voorwaar~en en betalingsvoorwaarden voar de ~etaalnijverheid. gedeponeerd ter Griffie van de Arrondissementsrecht~ank te Rotterdam onder nummer 5325. 'IHj vertroutlen U met 'dcze aanbieding van disnst te zijn en zijn gaarne bereld met U een en ander to bespreken en/of toe te llchten. ~Jlj hopen oprccht U met de levering van een Robot installatie van disnst te zijn en z~llen alles in het werk stellen Uw opdrachten zo correct mocelijk uit te voeren. Uw reaktie zien wij met belangstelling tegemoet,
i
BRo'n I
Jos Reijnders
Bijlagen
Pagina 52
volk welding Van Doorne's Bedrijfswagenfabriek DAF B.V. Geldropseweg 303 5645 TK EINDHOVEN
alblasserdam datum: 05-12-1988 corr. nr. : 019316 onze ref.: kb0189.30
T.a.v. de heer J.C. Meijers, afd. AME 02-430 uw ref. ~ cc de heer H. de J onge, afd. AME 02-430 proJ.nr.: 87/6183 cc de heer G. Derijck, afd. AME 02-430 cc de heer P.W.J. Leenders, afd. Manufacturing R&D Process 02-430 Mijne heren, Bijgaand zenden wij u de geheel vrijblijvende aanbieding van het Westwood F.W.S. systeem 152. Dit transportsysteem zou eventueel toegepast kunnen worden bij het FALC-projekt. Voor technische specifikaties en prijzen verwijzen wij naar de bijlagen. Wij vertrouwen erop u biermede van dienst te zijn en zullen graag een demonstratie van bet transportsysteem in Alblasserdam voor u verzorgen. Met vriendelijke groeten, VALK WELDING B;V.
Bijlagen: 1. Tecbnische specifikaties 2. Aanbieding 3. Smecoma-voorwaarden
Jos Reijnders
... ,111.. v,eldlnl', b,v, 1\'1(''''
20242
Pagina 53
Bijlagen
p()~tbus 60 2950 all ,llblas;«rdam fwdt'r!.. k"k, dordr('(hl 41993 bar.k: m'd, m,ddenslandsbank den I
staal'fldu<:'!IIP\'V('g 15
,,/
; Id, 01859,17011 fax 01859·19515 66.71.64,898 giro 639896
volk welding
Standaarduitvoerinq Flexible Welding System 152 De standaarduitvoering type 152 bestaande uit de volgende komponenten:
* * * * * * *
2 1 1 1
stuks liftsekties lengte = 1.800 mm stuk werkstationsektie lengte = 3.200 mm stuk laadsektie lengte = 1.600 mm stuk bedieningspaneel 6 stuks stalen pallets lengte x breedte = 1.520 x 760 mm Interface voor aansl~iting Van 1 stuk lasrobot Vrije ruimte boven de pallets 400, 600 of 800 mm
Prijs: NLG 87.500.-Uitbreidingen op de standaarduitvoering:
* Werkstationsektie
lengte Prijs per stuk: NLG 16.900.--
* Laadsektie
lengte
Prijs per stuk:
* stalen pallet
Prijs per stuk:
*
= 3.200
mm
= 1.600
mm
uN~LG~~6~.~5~0~0~,~-~-
lengte x breedte
= 1.520
x 760 mm
~N=LG~____~9~5~0~._-_-
Interface voor twee stuks lasrobots op 1 werkstationsektie Prijs per stuk: NLG 7.900,--
De volgende voorwaarden zullen door ons in acht genomen worden: De installatl,e wordt geleverd als een eenhe.id, waarvan aUe bewegingen en fun~ties programmeerbaar zijn na de aflevering en koppeling van de eenheden. Aansluitmogelijkheden en installatiegegevens zullen in overleg worden bepaald, omdat deze mede afhankelijk zijn van de nog door u bij te plaatsen hulpapparaten. Aansluiting op het licht- en persluchtnet, alsmede de koppeling van de verschillende eenheden, zal door deskundig personeel onzerzijds worden uitgevoerd. AIle bouwkundige voorzieningen, alsmede zelfstandig aangebrachte veiligheidsvoorzieningen zijn voor rekening en risiko van u. Voor elektrische- en persluchtinstallatie zal door u voor aansluitpunten gezorgd worden in de onmiddellijke omgeving van de installatie. Prijzen Levering Levertijd: Betaling :
netto, exkl. B.T.W. franko uw adres nader te bepalen 1/3 - prompt bij opdracht 1/3 - prompt bij levering 1/3 - 30 dagen na levering
Jos Reijnders
v•• lk wddlog hv. of..'derland ~taahndu~tneweg I) p.h W valk weld,r'L nv.
belgle klelne baref'lstraat 24
Bijlagen
Pagina 54
29)0 ab albla;serdam tel. 01859·17011 telex 20242 fax 01859·1%1S :800 mechelen teL 015·410706 telex 23193 fax 015·4125"1"1
WESTWOOD FWS-SYSTEEM
valk welding Westw13.0011/4
olblom~(dom
mechelen
016$9'11011
015-410700
HOE IS HET MOGEUJK OM EEN LASROBOT NET ZO FLEXIBEL TE MAKEN AlS VAKMENSEN EN ENORM HOGE OPSPAN- EN INLEGKOSTEN TE VERMIJDEN. Robots ziJn een goede zaak. Zlj verrlchten komplexe steeds terugkomende werkzaamheden nauwkeuriger en konsekwenter dan handmatig kan worden gedaan. Robots stoppen nlet voor een pauze en hebben geen bezwaar tegen een vierentwintig-urige werkdag. Echter, wanneer robots werkzaamheden moeten verrichten. waarbij de handmatlge nauwkeurlgheid en vaardigheld vereist is. zijn het net gereedschappen en moeten vakbekwaam bed lend worden. Het besluit om een robot in te zetten voor laswerkzaamheden lijkt heel loglsch. vooraJ met het oog op het gebrek aan ervaren lassers. Men moet echter eerst bedenken hoe het werk aan de robot kan worden aangeboden om de maximale kapaciteit en rentabiliteit te behalen en de hoge kosten snel terug te verdienen. welke de aanschaf van een las robot met zich meebrengen.
Jos Rei
J ...................... ...;
Gedurende de tijd dat de robots funktloneren, Is gebleken dat in bljna aile gevallen de robots gebrulkt worden voor het lassen van grote werkstukken en meestal maar een of twee verschillende werkzaamheden uitvoeren. De robots werden van werkstukken voorzien door dubbele draaitafels of 2 of 3 vaste opspantafels.
Het bli!kt dar het aanbleden van het werkstuk aan de robot en het opspannen vaak kostbaarder Is dan de robot zelf.
Bovengenoemde method en zijn geschikt voor lange series van onderdelen. zools In de motoren-Industrle. doch zlj bieden niet de f1exibiliteit. benodigd voor het merendeel van de Mig-Iastoepassingen.
ina 56
• • • • • • • • •n.rllr....'...·IIIIIIi··• •_ _'L. ,-ve'Q1
WESTWOOD FWS-SYSTEEM
valk welding ololomudom
mechell:!n OI~'410706
OIll~O'17011
Westw13.001 2/4 'tt'.·
~
...
-
_ •
•
'"
Wat nodig is. is een systeem. dat samen de handlassers de mogelijkhe/d biedt om te kunnen veranderen van het ene naar andere werkstuk. Kortom een flex/bel produktief systeem Ie ontwikkelen, dat verscheidenheid 'aan hoeveelheden afmetingen aankan. Het antwoord Is WESTWOOD FWS.
•
-
met snel het en de en het
Het systeem kan dus steeds in sekt/es met verschillende lengten uitgebreid woeden. De robot Is gemonteerd in de nabljheid van vier pneumatisch aangedreven positioneringspennen die de pallet omhoog brengen en vervolgens exakt positioneren. Oeze lasmodule kan op ledera plaats van de transportband gesitueerd worden en er kan . ., ze/is meer dan sen robot aan ledere zijde van Gekodeerde pallets - de slautel naar flexibel de transportband geplaatst worden. lassen. Elk van de sekties van de transportband kan De basis van het FWS-systeem bestaat ult een gebruikt worden als laadstation met individuele stalen pallet. met daarop een matrix van gaten bedieningsschakelaars op led ere zljde van elke op vaste sleekafstand. Nauwkeurigheld tot sekt/e. Dit betekent dat werkstukken die in-binnen 0,05 mm. en uitgenomen moeten worden op beide zijden Hierdoor worden de verschillende lasop- van de transport band geplaatst kunnen worden. spanningen mogelijk, welke van pallet tot ladere pallet kan zo gekodeerd worden. dat pallet veranderd kunnen worden. zonder dat deze bij ieder 4e station stopt d.m.v. een het nodig Is opnieuw te programmeren. De schakelaar (strip) aan de onderzijde van de elgenlijke opspanning op de pallet en dus het pallet. Oil wordt gedaan zonder tussenkomst werk wat door de robot gedaan moet worden, van het herkenningssysteem mat behulp van de wordt gekenmerkt door een 6-gaten patroon openingskode. Dus wanneer de inleg- of aan de zijkant van de pallet. Wanneer de pallet uitneem-positie veranderd moet worden met het werkstuk gereed Is voor het lassen en gedurende een produktiecyklus. kan dit wordt aangeboden aan de robot. wordt de zondermeer gedaan worden. Om het proces te kode gelezen door een serle van benaderings- starten. nadat het te lassen werkstuk op de schakelaars (binaire kode). Daarna wordt de respektievelijke pallet is geplaatst, drukt de robot gei'nformeerd over het benodigde program- bedieningsman op de "GO"-schakelaar. ma. Indien de transportbandjlift niet volledig is gevuld met pallets voorzien van werkstukken, Gebruikmakend van de programmeermoge- dan start de betreHende sektie van de lijkheden van de lasrobot en de kombinaties transportband en de pallet begint een cyklus beschikbaar met een 6-openingskode. is er voor In de richting van de liftsektle (buffer). het FWS-systeem In principe geen praktische Ingebouwde veiligheidsvoorzieningen 20rgen begrenzing ten aanzien van het aantal variaties ervoor dat de Iiftsektie maar 1 pallet tegelijk van laswerkzaamheden. ..-. aksepteert. Wanneer de pallet door de neergaande lift geaksepteerd Is, wordl deze De werking van het systeem door de onderste transport band naar de opgaande lift gevoerd. .De ondersletransportband De .pallets worden naar de robot, getranspor- Is dus eenopslagplaats. Wanneer de pallet ae teerd door een 2-rols transportsysteem, lengle van de onderste transportband he~ft uitgevoerd met een lift aan beide zijden. Het afgelegd en zijn beurt gekomen is. wordt de transportsysteem be staat uit sektles, welke pallet door de opgaande lift naar boven Jo~fgerarDcf&llsboven- en o~er.transpo~:tJ~ IJW~t\nsporteerd, gereed om p a'ln1e rf'1bot zIJn"'VoOt'Z,en. ieder nlvo op 2tch wordt crocI" -gepresenteerd Ie worden. 9 een elektromotor bedlend. j
a
a.e....
;~lI·1I1I1I"IIIF_.ll""""""7""7R.f~·t~nm~t" ..'......
WESTWOOD FWS-SYSTEEM
valk welding olblomzrdom 01059-17011
mechelen 01~-410100
Westw13.001 3/4
Wanneer de robot een pallet met onderdelen aantal pallets wordt dan aangegeven door een heeft afgelast beweegt deze zich bijv. naar het teller. laspistoofreinigingsstation. terwijl de pallet met Blj deze programmakeuze zullen aile pallets het afgelaste produkten naar het laad/ontlaadstatlon laad/ontlaadstation passeren totdat aile pallets bewogen wordt en de volgende pallet in positle door de robot afge/ast zijn. Het gehele systeem gebracht wordt door middet van de positione- funktloneert _ dan In kontinu-bedrijf. Deze ringspennen. Zodra de positioneringspennen mOgelijkheid wordt gebruikt voor zelfstandig omhoog gekomen zijn en de pallet gepositio- . funktioneren gedurende de naeht of tijdens de neerd is lezen de benaderingssehakelaars de • wisseling van bedieningsmensen, lunehpauze openingskode en wordt onmiddellijk het betref~ enz. fende programma opgeroepen. Dit vlndt bijv. plaats terwljl het robotJaspistool automatisch - HANDBEDIENING gereinigd wordt. Het bedieningspaneel Is voorzlen van Een nleuwe lascyklus beglnt. drukknoppen welke het mogelijk maken om Wanneer de transportband verder vrij Is, bepaalde funkties te aktiveren, zonder dat de beweegt de pallet met afgelaste werkstukken roboteyklus aangesproken wordt. naar het betreffende laadLlosstation, waar een Dit kan toegepast worden om een kompleet gevulde transportband te ontladen. rem de pallet op dal statiOn stopt. "IndIen de transport band verderop vol is bliJft de pallet waehten totdat de bedieningsrnan die sekt!e Het bedlenlngspaneeJ Is voorzien van twee heeft leeggemaakt. Deze bovenste sekties grote waarsehuwingslampen. kunnen per stuk door de bedieningsrnan Een om de bedieningsman te waarschuwen dal bed lend worden evenals de rnagneetsehakelaars de robot een lascyklus niet volledig heeft Een gedeeltelijk gevulde pallet kan aldus uitgevoerd (bijv. door problemen met de mal, bulten het transportsysteem gebracht worden het lasdraad of starten van de lasboog). om plaats te maken v~~r een andere pallet Een om de bedieningsrnan te waarsehuwen zodat deze een van de andere laad- of wanneer nog maar een te lassen pallet aanwezig is. ontlaadstations kan bereiken.
1
Kontrole en keuze van programma's De gehele cyklus van het transportsysteem wordt weergegeven op een bedienings-paneel. gemonteerd in een konsole, die door middel ,van verliehte schematisehe weergave. de posities van de pallets aangeeft (optie).
Er bevinden zieh vier numerieke tellers op het bedieningspaneel: - aantal nog te lassen pallets - aantal gelaste pallets De voordelen van het FWS-systeem
Het systeem Is oorspronkelijk door een Engelse Machinefabriek met een grote varlatie aan laswerkzaamheden,ontwikkeld voor elgen - AUTOMATISCH gebruik. welke tulnbouwmachlnes en aceessolres Het FWS systeem kan voora. door de fabrlceert. Dit systeem is het enlge, dat aan bedieningsman geladen worden zodat de gehele bedrljven met dezelfde elsen en variaties ten aanzien van het laswerk, voordelel') bledt blj transportband van pallets voorzien Is. Het Jos Reijnders Bij lJ91:J6Uassen. Pagl.na 58 Het paneel bledt twee bedieningsmogelijkheden:
.... .•.................................. ~:
\
WESTWOOD FWS-SYSTEEM
valk welding olblomudom 01650'17011
mechelen 01$-410700
Westw13.0014/4
leder WESTWOOD FWS-systeem wordt .geleverd als een komplete oplossing voor uw vraagstelling. Het systeem wordt geTnstalleerd en de robot. Tot de leveringsomgekoppeld vang behoren nlet de opsDangereedschappen op de pallets en het programmeren van de robot voor de betreffende werkstukken.
aan
Hiema voigt een samenvatting van de praktische voordelen: het FWS-systeem .ost het probleem van gebrek aan ervaren lassers op.
\
/
\ r
Jos Reijnders
gebruikmakend van het FWS-systeem berefkt de robot een hoge regelmaat In zljn werk· en derhalve wordt het probleem van Inspekties en afwijzingen gemlnlmallseerd. butt en de hoge werksnelheld werkt het FWS-systeem kontlnu gedurende dri&ploegendienst. het FWS-systeem kan zelfstandig funktjoneren gedurende bijv. een nacht of eenlunchpauze het FWS-systeem bledt echte f1exibUiteJt bij het Mig robot-lassen het FWS-systeem heeft geen omstelUjden van 'asmallen
\,',
Pagina 59