Rapportage van bevindingen naar aanleiding van specifiek uitgevoerde werkzaamheden in september 2007

Rapportage van bevindingen naar aanleiding van specifiek uitgevoerde werkzaamheden in september 2007

Stichting Thuiszorg Groningen Arnhem, november 2007 PricewaterhouseCoopers is de handelsnaam van onder meer de volgende vennootschappen: PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. (KvK 34180285), PricewaterhouseCoopers Belastingadviseurs N.V. (KvK 34180284), PricewaterhouseCoopers Advisory N.V. (KvK 34180287) en PricewaterhouseCoopers B.V. (KvK 34180289). Op diensten verleend door deze vennootschappen zijn Algemene Voorwaarden van toepassing, waarin onder meer aansprakelijkheidsvoorwaarden zijn opgenomen. Deze Algemene Voorwaarden zijn gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel te Amsterdam en ook in te zien op www.pwc.com/nlPricewaterhouseCoopers is de handelsnaam van onder meer de volgende vennootschappen: PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. (KvK 34180285), PricewaterhouseCoopers Belastingadviseurs N.V. (KvK 34180284), PricewaterhouseCoopers Advisory N.V. (KvK 34180287) en PricewaterhouseCoopers B.V. (KvK 34180289). Op diensten verleend door deze vennootschappen zijn Algemene Voorwaarden van toepassing, waarin onder meer aansprakelijkheidsvoorwaarden zijn opgenomen. Deze Algemene Voorwaarden zijn gedeponeerd bij de Kamer van Koophandel te Amsterdam en ook in te zien op www.pwc.com/nl.

Aan de Raad van Bestuur van Stichting Meavita Nederland T.a.v. de heer van de Meeberg Hardwareweg 4 3821 BM Amersfoort

PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Velperweg 35 6824 BE Arnhem Postbus 5381 6802 EJ Arnhem Telefoon (026) 371 25 00 Fax (026) 371 25 90 www.pwc.com/nl

5 december 2007 FvK/30025/RSt/CS

Betreft: Rapport van bevindingen Geachte Raad van Bestuur, Opdracht Op verzoek van Stichting Meavita Nederland hebben wij conform onze schriftelijke opdrachtbevestiging d.d. 10 juli 2007 met kenmerk FvK/2645/Mbok/CS de specifiek overeengekomen werkzaamheden voor Stichting Thuiszorg Groningen uitgevoerd. Doel van deze opdracht betreft het verkrijgen van inzicht in de eventuele risico’s die voortvloeien uit de procedures ten aanzien van de AWBZ-, de WMO- en de overige productie 2007 alsook het verkrijgen van inzicht in eventuele risico’s die voortvloeien uit een aantal specifiek benoemde financiële posten. Zoals overeengekomen in voornoemde opdrachtbevestiging brengen wij u hierbij verslag uit van onze bevindingen. Aard en reikwijdte van de verrichte werkzaamheden Wij hebben onze werkzaamheden verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder Standaard 4400, ‘Opdrachten tot het verrichten van overeengekomen specifieke werkzaamheden met betrekking tot financiële informatie’. De opdracht houdt in dat wij geen onderzoek hebben ingesteld naar het gedurende het gehele boekjaar naleven van de procedures en de betrouwbaarheid van de financiële gegevens zoals dat bij een accountantscontrole wel het geval zou zijn geweest. Een en ander impliceert dat aan onze rapportage geen zekerheid kan worden ontleend. Volledigheidshalve wijzen wij er nog op dat, indien wij aanvullende werkzaamheden zouden hebben verricht, wellicht andere onderwerpen aan het licht zouden kunnen zijn gebracht die voor u mogelijk van belang zouden kunnen zijn geweest. Tevens melden wij dat de uitkomsten niet zonder meer gelden na afsluiting van ons onderzoek (september 2007), omdat nadien veranderingen procedures en/of maatregelen kunnen zijn aangebracht.

Rapportage van bevindingen 2007 Stichting Thuiszorg Groningen

(2)

Verrichte werkzaamheden Voor een gedetailleerde uiteenzetting van de door ons verrichte werkzaamheden verwijzen wij u naar de opdrachtbevestiging d.d. 10 juli 2007. Uit deze opdrachtbevestiging blijkt dat onze werkzaamheden zijn onderverdeeld naar vier deelgebieden, te weten:    

AWBZ productie WMO productie Overige productie (JGZ) Financieel

Aanvullend op bovenstaande deelgebieden, hebben wij de managementinformatiestromen voor u in kaart gebracht/nader onderzocht. Eventueel hieruit blijkende bijzonderheden en/of risico’s rapporteren brengen wij eveneens onder uw aandacht. In hoofdstuk 2 tot en met 6 brengen wij u verslag uit van onze bevindingen, onderverdeeld naar voornoemde deelgebieden. In hoofdstuk 1 hebben wij de belangrijkste bevindingen uit deze hoofdstukken voor u samengevat. Verspreidingskring Deze rapportage is uitsluitend bestemd voor de Raad van Bestuur van Stichting Meavita Nederland en de directie van stichting Thuiszorg Groningen en mag in zijn geheel of gedeeltelijk niet zonder onze uitdrukkelijke toestemming aan derden worden verstrekt. Arnhem, 5 december 2007 PricewaterhouseCoopers Accountants N.V.

F.E. van Kommer RA Partner


(3)

Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Financiële positie van Stichting Thuiszorg Groningen is positief. Wel zijn acties noodzakelijk Hoofdstuk 2 In de AWBZ productie schuilen risico’s. Impact hiervan kan op basis van de huidige informatie niet worden ingeschat 2.1. Productieafspraak Menzis niet onderverdeeld naar Sensire en Thuiszorg Groningen. Dit maakt een vergelijking tussen afspraak en realisatie onmogelijk 2.2. Afwijkende registratiewijzen dienen met het zorgkantoor te worden afgestemd 2.3. Huidig onrechtmatigheidspercentage AWBZ leidt tot afkeurende juistheidverklaring in het kader van de Kaderregeling. 2.4. Caress ‘in progress’ informatiesysteem 2.5. Aansluiting uren Caress – Beaufort niet beschikbaar 2.6. Uitkomsten interne controlewerkzaamheden ten behoeve van de regeling AO/IC onvoldoende

5

7

7 7 8 8 9 9

Hoofdstuk 3 In de WMO productie schuilen nauwelijks risico’s 3.1. Uren WMO-productie nog niet gedeclareerd 3.2. Monitoring voorwaarden uit WMO-contracten niet duidelijk

10 10 10

Hoofdstuk 4 JGZ leidt tot weinig problemen 4.1. Verantwoordingsvereisten JGZ conform voorgaand jaar niet in alle gevallen haalbaar

11

Hoofdstuk 5 Incidentele baten leiden tot positief resultaat, liquide middelen positief door WMO ontvangsten 5.1. Geprognosticeerd genormaliseerd resultaat € 1,1 mln. lager dan in 2006 5.2. Werkkapitaal gedaald tot € 5,3 mln. 5.3. Financiële ontwikkelingen leiden ertoe dat ic-vorderingen ook op inbaarheid dienen te worden beoordeeld. 5.4. Voorzieningen nog niet geheel naar de stand van Q2 aangepast 5.5. Actualiseren richtlijnen omtrent boeking van periodiek terugkerende kosten Hoofdstuk 6 Informatievoorziening kan worden verbeterd


11

12 12 13 13 13 14 15

(4)

Hoofdstuk 1 Financiële positie van Stichting Thuiszorg Groningen is positief. Wel zijn acties noodzakelijk De verwachtingen voor Thuiszorg Groningen voor zowel 2007 als 2008 zijn positief. De verwachting is dat een nulresultaat wordt gerealiseerd. Thuiszorg Groningen is echter onderdeel van een grotere groep waarvan de verwachting van de resultaten en liquiditeitspositie minder positief zijn. Het werkkapitaal (inclusief liquide middelen) laat aan het einde van het twee kwartaal nog een positief saldo ad € 5,3 mln zien. Hierin zijn echter ook de onterecht ontvangen WMOvoorschotten ad circa € 6 mln. van het CAK begrepen (stand per 2e kwartaal). Inmiddels heeft het CAK te kennen gegeven dat zij deze voorschotten voor het einde van het jaar retour wenst te ontvangen. Het saldo hiervan is inmiddels fors opgelopen tot € 9 mln. De terugbetaling hiervan zal een negatieve impact hebben op de liquiditeitspositie van Thuiszorg Groningen maar kan uit de liquide middelen betaald worden. Zoals ook uit de managementletter blijkt bestaat er momenteel onvoldoende inzicht in de omvang van de onrechtmatige productie. Op basis voorlopige cijfers van TZG bedraagt de onrechtmatige productie circa € 4.000.000. Wij achten onmiddellijke actie/continuering van de genomen maatregelen noodzakelijk. Wij adviseren u hierbij deze acties bij medewerkers/management te beleggen die zich hier volledig op kunnen richten. Daarbij dienen de effecten van de maatregelen wekelijks te worden gemonitord zodat eventueel noodzakelijk bijsturing snel kan plaatsvinden. In onze optiek zouden op zeer korte termijn de volgende acties moeten worden ondernomen:    

Maximaliseren van de opbrengsten (aandacht voor beheersing van alle opbrengsten). Het (wellicht) stopzetten van verliesgevende (zorg)activiteiten (richten op core business) met ingang van 2008. Het effectueren van de WMO-voorziening en andere reorganisatieplannen. Het stopzetten van niet gefinancierde productie (overproductie) met ingang van 2008.

de volgende acties zijn inmiddels in gang gezet, als permanente aandachtspunten voor 2007 en daaropvolgende jaren:  Het optimaliseren van de personeelsinzet in relatie tot de te leveren productie.  Het stopzetten van de inzet van uitzendkrachten en overig interim personeel.  Het doorvoeren van besparingen op overhead.


(5)

In de hierna volgende hoofdstukken brengen wij u een aantal specifieke punten en bevindingen onder uw aandacht die uit de Early Warning opdracht naar voren zijn gekomen. Per bevinding hebben wij door middel van het @-teken beschreven welke detailactie(s) wij noodzakelijk achten. Daarnaast hebben wij per bevinding de huidige status (december) weergegeven, waaruit blijkt dat de geadviseerde acties zijn of worden uitgevoerd.


(6)

Hoofdstuk 2 In de AWBZ productie schuilen risico’s. Impact hiervan kan op basis van de huidige informatie niet worden ingeschat 2.1.

Productieafspraak Menzis niet onderverdeeld naar Sensire en Thuiszorg Groningen. Dit maakt een vergelijking tussen afspraak en realisatie onmogelijk

Met ingang van 2006 maakt Thuiszorg Groningen voor wat betreft de AWBZ productie samen met Sensire gezamenlijke productieafspraken met zorgkantoor Menzis. Onderdeel hiervan is ook een aantal vereisten aan de te declareren AWBZ-productie eisen wordt gesteld. Voorbeelden hiervan zijn productmix verhoudingen, 1% innovatieopslag, substititutiemaxima en levering binnen de bandbreedte. Een interne onderverdeling van de productieafspraak 2007 zou, conform 2006, inzicht moeten bieden in de afzonderlijke budgetten van Thuiszorg Groningen en Sensire. Door Thuiszorg Groningen is een onderverdeling opgesteld. Echter deze interne onderverdeling is op heden nog niet afgestemd met Sensire, waardoor het voor ons niet mogelijk is geweest om de werkelijk gerealiseerde productie van Thuiszorg Groningen te vergelijken met de gemaakte productieafspraken en eventuele over- of onderproductie te identificeren. Uit de ontvangen informatie maken wij op dat deze analyse ook intern nog niet heeft plaatsgevonden. Uit de Q2-rapportage blijkt eveneens dat door Thuiszorg Groningen geen voorziening voor een eventuele overproductie is gevormd. @ Interne onderverdeling van de productieafspraak 2007 (gehele rekenstaat) opstellen. @ Maandelijkse monitoring realisatie AWBZ productie versus productieafspraak. Wij hebben begrepen dat inmiddels TZG met Sensire overeenstemming heeft bereikt over de verdeling van de extra- en intramurale middelen. De maandelijkse monitoring wordt uitgevoerd.

2.2.

Afwijkende registratiewijzen dienen met het zorgkantoor te worden afgestemd

In 2007 is, in overleg met ons, bij Thuiszorg Groningen besloten een afrondingselement in de productieverantwoording op te nemen in verband met de registratie van de productie middels de IO-tools/ Foxpro. Er is nog geen schriftelijke overeenstemming met het Zorgkantoor bereikt over deze afrondingscomponent, waardoor Thuiszorg Groningen het risico loopt dat deze geregistreerde productie als onrechtmatig wordt aangemerkt.


(7)

Wij adviseren u op korte termijn schriftelijke overeenstemming te verkrijgen met het Zorgkantoor over deze afrondingscomponent. @ Afstemmen afwijkende registratiewijzen met het zorgkantoor. Wij hebben begrepen dat het zorgkantoor bovenstaande registratiewijze inmiddels heeft geaccordeerd middels de productieafspraken.

2.3.

Huidig onrechtmatigheidspercentage AWBZ leidt tot afkeurende juistheidverklaring in het kader van de Kaderregeling.

Thuiszorg Groningen heeft momenteel geen inzicht in de werkelijke onrechtmatigheid van de AWBZ-productie. De potentiële onrechtmatigheid voor 2007 tot en met periode 6 wordt ingeschat op circa 10% (ofwel circa € 4.000.000) van de gehele productieverantwoording. Begin oktober 2007 is het project ‘Legitieme Zorg’ opgeleverd. De projectgroep, Terugwerkende kracht, heeft tot doel de rechtmatigheid van de productie nader te analyseren en herstelwerkzaamheden te initiëren over heel 2007. Op basis van de voorlopige uitkomsten dient te worden geconcludeerd dat het huidige percentage onrechtmatigheid tot een afkeurende juistheidverklaring leidt. Op korte termijn is daarom actie noodzakelijk. Wij onderschrijven de maatregelen die getroffen zijn. @ Op korte termijn dient actie te worden ondernomen om de rechtmatigheid van de geleverde zorg 2007 aan te tonen. Wij hebben geconstateerd dat inmiddels acties zijn ondernomen, waarbij wij betrokken zijn, om te komen tot een rechtmatige AWBZ-productie over 2007 en onderschrijven de genomen maatregelen.

2.4.

Caress ‘in progress’ informatiesysteem

Gedurende onze werkzaamheden is gebleken dat het geen eenvoudige opgave is om op basis van informatie uit Caress analyses uit te voeren op de productieregistratie. Dit wordt met name veroorzaakt doordat Caress een ‘in progress’ informatiesysteem is. Zeker voor het maken van analyses en het uitvoeren van interne controles is het noodzakelijk dat deze mogelijkheid wel bestaat. Wij hebben begrepen dat inmiddels overzichten uit Caress kunnen worden gegenereerd. Wij hebben deze informatie echter nog niet kunnen beoordelen. @ Genereren van interne controlelijsten uit Caress. Wij hebben geconstateerd dat inmiddels maatregelen zijn getroffen om periodiek betrouwbare lijsten te genereren.


(8)

2.5.

Aansluiting uren Caress – Beaufort niet beschikbaar

Als gevolg van de invoering van de afrondingscomponent IO’s enerzijds, en de verschillen tussen contracturen in Beaufort en de urenregistratie anderzijds, bestaat er over de periode tot en met periode 6 geen exacte aansluiting tussen Caress en Beaufort. De systeem-inrichtingsproblemen rondom de urenregistratie vanuit de IO’s zijn inmiddels opgelost, zo hebben wij van u begrepen. Op dit moment wordt onderzocht of deze aanpassingen hebben geleid tot een juiste aansluiting vanaf periode 8 tussen Caress en Beaufort. Wij hebben begrepen dat in periode 8 en daarna deze aansluiting is vastgesteld. @ Op korte termijn betaalde uren Beaufort aansluiten met geregistreerde uren in Caress.

2.6.

Uitkomsten interne controlewerkzaamheden ten behoeve van de regeling AO/IC onvoldoende

In 2007 zijn door de diverse werkmaatschappijen interne-controle werkzaamheden uitgevoerd teneinde uitsluitsel te geven over de juistheid, volledigheid en rechtmatigheid van de productieregistratie. Wij hebben de door de werkmaatschappijen, voor zover aanwezig, opgestelde interne rapportages beoordeeld. Wij hebben begrepen dat door alle werkmaatschappijen interne controlewerkzaamheden zijn uitgevoerd. De werkmaatschappijen hebben tot op heden nog niet alle rapportages opgeleverd. Wel hebben wij geconstateerd dat per kwartaal door de werkmaatschappijen de voortgang en bevindingen worden gerapporteerd. @ Wij adviseren u om de door de werkmaatschappijen uitgevoerde werkzaamheden in één afzonderlijke rapportage samen te vatten en de gevolgen van de bevindingen op korte termijn te analyseren. Inmiddels zijn door Thuiszorg Groningen acties ondernomen om te komen tot een uniforme rapportage.


(9)

Hoofdstuk 3 In de WMO productie schuilen nauwelijks risico’s Wij hebben de WMO-contracten van u ontvangen en deze hebben wij ook beoordeeld. Bij de uitvoering van onze werkzaamheden hebben wij ons gebaseerd op de door u intern uitgevoerde analyses en beschikbare informatie.

3.1.

Uren WMO-productie nog niet gedeclareerd

De WMO-facturatie geschiedt juist en tijdig. Tot op heden is er door Thuiszorg Groningen voor gekozen enkel WMO-productie te factureren, wanneer deze op grond van de aanwezige beschikkingen direct als rechtmatig aangemerkt kan worden. Tot en met periode 7 zijn nog circa 7 à 8 duizend uren niet beschikt/ gefactureerd. Naar verwachting zal circa 90% van deze uren wel declarabel zijn. Ondanks dat de vereisten vanuit de Regeling AO/IC door gemeenten (nog) niet expliciet van toepassing zijn verklaard op de WMO-productie, adviseren wij u ermee rekening te houden dat gemeenten soortgelijke vereisten gaan stellen. In dit kader willen wij u er eveneens op wijzen dat Thuiszorg Groningen als hoofdaannemer verantwoordelijk voor eventueel onrechtmatige zorgleveringen die zich bij onderaannemers voordoen. @ Op korte termijn inzicht verkrijgen in nog niet beschikte en gefactureerde WMOproductie. Het inzicht is inmiddels aanwezig.

3.2.

Monitoring voorwaarden uit WMO-contracten niet duidelijk

In het kader van de WMO is Thuiszorg Groningen met diverse gemeenten een overeenkomst aangegaan voor de levering van HV1 en HV2. Alle overeenkomsten zijn individueel tussen Thuiszorg Groningen en de betreffende gemeente overeengekomen en kennen hun eigen voorwaarden en afspraken. Bij Thuiszorg Groningen bestaat momenteel nog geen volledig inzicht in de eisen die aan de WMO-productie en – verantwoording worden gesteld door de gemeenten. @ Acties uitzetten teneinde aan de eisen van de gemeenten per jaareinde te kunnen voldoen. Inmiddels is helder welke verantwoordingen wanneer moeten worden opgeleverd.


(10)

Hoofdstuk 4 4.1.

JGZ leidt tot weinig problemen

Verantwoordingsvereisten JGZ conform voorgaand jaar niet in alle gevallen haalbaar

De opbrengsten JGZ worden verkregen op basis van subsidieafspraken met gemeenten in het werkgebied van Thuiszorg Groningen. Deze subsidieafspraken worden jaarlijks vanuit de gemeente bevestigd middels een beschikking. Uit de beoordeling van de beschikkingen blijkt dat niet alle genoemde voorwaarden haalbaar zijn. In het bijzonder gaat het hierbij om voorwaarden met betrekking tot de methode en tijdstip van verantwoording. Zo eisen sommige gemeenten dat vóór een bepaalde datum (variërend van 1 april tot 1 juni) een jaarrekening inclusief goedkeurende accountantsverklaring door Stichting JGZ wordt ingestuurd. Overigens merken wij op dat in het verleden geen terugvordering van subsidies heeft plaatsgevonden als gevolg van het niet nakomen van deze voorwaarden. @ Berichten gemeenten dat niet aan de verantwoordingsvereisten kan worden voldaan, waarbij tegelijkertijd een alternatieve oplossing wordt geboden.


(11)

Hoofdstuk 5 Incidentele baten leiden tot positief resultaat, liquide middelen positief door WMO ontvangsten 5.1.

Geprognosticeerd genormaliseerd resultaat € 1,1 mln lager dan in 2006

Resultaat volgens de jaarrekening Eenmalige/incidentele posten 2006/2005 Af: Boekwinst verkoop pand Af: Vrijval Pembavoorziening Bij: WMO reorganisatievoorziening Bij: Voorziening overproductie Bij: Vorming voorziening ICT Bij: Reservering sociale lasten over vakantiegeld Genormaliseerd resultaat reguliere activiteiten

2007 (prognose)

2006 (jaarrekening)

€’000

€’000

280

-5.920

-200

-219 -549 4.815 1.400 502

-800

379

-720

408

Uit bovenstaande opstelling blijkt dat het genormaliseerde resultaat 2007 met ruim € 1 mln., als gevolg van de invoering van de IO registratie, is gedaald ten opzichte van 2006. Wij verwijzen hierbij ook naar paragraaf 2.2. Daarnaast zal gezamenlijk met het zorgkantoor een beroep worden gedaan op de innovatiegelden van VWS. Graag bespreken wij bovenstaande opstelling met u.


(12)

5.2.

Werkkapitaal gedaald tot € 5,3 mln.

Onderstaand hebben wij het verloop van het netto-werkkapitaal inclusief liquide middelen opgenomen. Hieruit blijkt dat deze is gedaald tot € 5,3 mln. In het werkkapitaal per 30 juni 2007 zijn tevens de teveel ontvangen voorschotten van het CAK ad € 6 mln. begrepen.

Netto-werkkapitaal (incl. liquide middelen) * € '000 10000 8000 6000 TZG 4000 2000 0 31 dec 05

5.3.

31 dec 06

30 jun 07

Financiële ontwikkelingen leiden ertoe dat ic-vorderingen ook op inbaarheid dienen te worden beoordeeld.

Uit de Q2 rapportage is op te maken dat de vordering op Meavita Nederland circa € 8 mln. bedraagt. Gezien de financiële ontwikkelingen is het de vraag of Meavita Nederland in staat zal zijn om deze vordering (op korte termijn) terug te betalen. Indien gegronde redenen bestaan om hieraan te twijfelen, dan dient Thuiszorg Groningen deze vordering in haar jaarrekening te voorzien. @ Beoordelen inbaarheid interne vorderingen.

5.4.

Voorzieningen nog niet geheel naar de stand van Q2 aangepast

Uit de analyse van de voorziening blijkt dat een aantal voorzieningen nog niet zijn bijgewerkt tot en met het tweede kwartaal van 2007. Voorbeelden hiervan betreffen de WMO-voorziening, langdurig zieken, jubileumuitkeringen, pembavoorzieningen, Shared Service Center ICT en de reorganisatievoorziening. Eventuele vrijvallen of dotaties die hieruit voortvloeien zijn derhalve nog niet in de Q2 cijfers verwerkt.


(13)

De mogelijke impact hiervan kunnen wij op basis van de huidige informatie niet inschatten. @ Bijwerken voorzieningen naar de actuele situatie.

5.5.

Actualiseren richtlijnen omtrent boeking van periodiek terugkerende kosten

Thuiszorg Groningen kent een veelheid aan kosten met een periodiek terugkerend karakter. Hierbij valt te denken aan huurkosten en kosten van overige contracten. Wij hebben geconstateerd dat er geen voorgeschreven procedure is voor de verwerking van deze kosten. Hierdoor is er geen waarborg dat dergelijke kosten aan de juiste periode worden toegerekend. Wij hebben overigens geen bevindingen gedaan die erop wijzen dat hierin wezenlijke fouten worden gemaakt. @ Actualiseren richtlijn met betrekking tot het boeken van periodiek terugkerende kosten.


(14)

Hoofdstuk 6 verbeterd

Informatievoorziening kan worden

In het kader van de informatievoorziening verwijzen wij u eveneens naar onze bevindingen uit voorgaande hoofdstukken. Deze bevindingen zijn in onze optiek, als oorzaak of als gevolg, onlosmakelijk verbonden met de (kwaliteit van de) informatievoorziening. Wij verwijzen verder naar onze managementletter 2007 voor een uitgebreide analyse over de informatievoorziening. Thuiszorg Groningen is inmiddels een traject gestart om te komen tot een verbeterde informatievoorziening.


(15)

Rapportage van bevindingen naar aanleiding van specifiek uitgevoerde werkzaamheden in september 2007

Recommend Documents