Gemeente Assen
VERSLAG Raadsvergadering van:
3 juli 2014
Plaats:
Raadzaal Stadhuis
Tijd:
19:00-19.30 uur
Voorzitter:
mevrouw C. Abbenhues
Aanwezig: De heer J. Tichelaar, Commissaris der Koning in Drenthe De heer J. Bos, Kabinetschef van de provincie Drenthe De heer B. Bergsma (fractievoorzitter D66) De heer K. Boonzaaijer (fractievoorzitter Stadspartij PLOP) Mevrouw M. Boersma-Harink (ChristenUnie) Mevrouw J. Booij-Venekamp (Stadspartij PLOP) De heer D. Boon (SP) De heer J. Broekema (SP) Mevrouw A. Dekker-van het Hof (SP) De heer E. van Eekelen (SP) Mevrouw H. van Es (PvdA) Mevrouw I. Eshuis (D66) Mevrouw T. Franken-Katerberg (CDA) De heer J. Kok (CDA) De heer E.de Korte (fractievoorzitter CDA) De heer T.J. Kootstra-de Weerd (D66) De heer J.N. Kuiper (D66) De heer S. Lagendijk (ChristenUnie) De heer R. Leemrijse (VVD) De heer H. Matthijsse (VVD) De heer T. Medemblik (CU) De heer R. Moes (D66) De heer H. Ploeg (PvdA) De heer T. Poelman (CDA) De heer E. Prent (fractievoorzitter OpAssen) Mevrouw L. Punt (fractievoorzitter Groen Links) De heer L. Rengers (PvdA) Mevrouw L. de Ruiter-Dekker (Stadspartij PLOP) De heer M. Sagel (PvdA) De heer N. Solisa (Stadspartij PLOP) De heer P. Sturing (ChristenUnie) Mevrouw C. Vorselman-Derksen (PvdA) De heer B. Wienen (ChristenUnie) 1. Opening en mededelingen Voorzitter: Dames en heren, hartelijk welkom bij deze bijzondere vergadering waarin wij welkom heten de Commissaris der Koning de heer Tichelaar en de Kabinetschef van de provincie Drenthe de heer Bos.
1
Wij hebben bericht van verhindering ontvangen van mevrouw Buis van de PvdA-fractie en mevrouw Binnerts van de fractie van de VVD. Dan gaan we nu naar agendapunt 2. 2. Vaststellen agenda blok II Voorzitter: Iedereen akkoord? Dan is de agenda vastgesteld. 3. Profielschets burgemeester Voorzitter: Het betreft een voorstel van de vertrouwenscommissie aan uw raad. Na de inspraakperiode is de definitieve versie van dit voorstel op 30 juni jl. vastgesteld en geplaatst op het RIS, het raadsinformatiesysteem. Welkom nogmaals aan de beide heren; mooi dat u er bent. Dit is het moment waar wij naar hebben uitgekeken en ik zou om te beginnen aan de voorzitter van de vertrouwenscommissie, de heer Sagel, willen vragen plaats te nemen achter de katheder en het woord te voeren met betrekking tot hetgeen de vertrouwenscommissie heeft opgeleverd, de profielschets voor de burgemeester van Assen. Meneer Sagel, het woord is aan u. De heer Sagel: Dank u wel voorzitter. Geachte heer Tichelaar, collega raadsleden, leden van het college en andere aanwezigen hier en de kijkers thuis, als voorzitter van de vertrouwenscommissie is het mij een genoegen om vanavond de door de commissie opgestelde profielschets aan u, Commissaris van de Koning, te mogen aanbieden. Conform afspraak is er na het installeren van het nieuwe college op 8 mei jl. een start gemaakt met de benoemingsprocedure voor een nieuwe burgemeester van onze mooie stad. Het doel: te komen tot een duurzame invulling van het burgemeesterschap van onze gemeente en, als dat kan, per 1 januari 2015. Wij, als vertrouwenscommissie, verrichten daartoe de werkzaamheden voor de gemeenteraad om uiteindelijk te komen tot een voordracht. Geachte aanwezigen, de benoemingsprocedure van een burgemeester is een veelbeschreven en besproken onderwerp en kent een zeer diverse groep aan direct betrokkenen en belanghebbenden. De procedure kent daardoor ook een bepaalde lading en is altijd spraakmakend. En dat is, mijns inziens, begrijpelijk. Niet voor niets dat er voor de vertrouwenscommissie stringente richtlijnen en handleidingen zijn hoe om te gaan met de benoemingsprocedure. Te meer, en dat zal u duidelijk zijn, daar niet veel raadsleden in een vertrouwenscommissie zich kunnen beroepen op een aantal eerdere ervaringen met een dergelijke procedure. Ik hecht er daarom ook waarde aan om u te kunnen vertellen dat onze vertrouwenscommissie een prima start heeft gemaakt in deze benoemingsprocedure. Iets dat we ook te danken hebben aan de grote inzet van onze griffier en haar staf en de externe begeleiding die we als commissie hebben aangezocht. Er is door de commissie voor gekozen om met alle direct betrokkenen en belanghebbenden te spreken over de profielschets o.a. de wethouders, de waarnemend burgemeester, de gemeentesecretaris, de politie en het Openbaar Ministerie. En ook, het is net al gememoreerd, de Asser bevolking is over de concept profielschets geraadpleegd. Er is door deze commissie eensgezind en hard gewerkt met een grote mate van flexibiliteit van de leden naar de inrichting van het proces en, soms, de bijbehorende strakke tijdspaden. Over de inhoud van de profielschets is op onderdelen stevig met elkaar van gedachten gewisseld. En dat is vanzelfsprekend, gelet op de politieke veelkleurigheid waaruit de commissie is samengesteld. Maar, we zijn als commissie tevreden, dik tevreden en dat is wat anders dan zelfgenoegzaam, met de voor liggende profielschets. Wij zullen ons uiterste best doen, ook in de volgende fase, waarin we onder andere de gesprekken met de
2
kandidaten hebben, op eenzelfde manier de aan ons toevertrouwde taak waar te maken. Ik, als voorzitter, heb daar alle vertrouwen in. Meneer Tichelaar, ik mag u bij dezen de profielschets overhandigen. Voorzitter: Dank u wel meneer Sagel. Er is nu gelegenheid voor de Commissaris om eventueel nog vragen te stellen. Meneer Tichelaar, aan u de microfoon. De heer Tichelaar: Dank u wel. Ook heel veel dank aan de voorzitter van de vertrouwenscommissie voor de overhandiging van de profielschets. Gelukkig mocht ik hem een moment eerder inzien, zodat ik ook, als ik daar behoefte aan zou hebben, nog enige vragen tot u zou kunnen richten. Even naar de overige raadsleden, het stellen van vragen, maar ook de beantwoording, dus het verslag van deze raadsvergadering, gaat mee naar de kandidaten ter verduidelijking van de profielschets die nu voor ligt. Ik heb een aantal vragen en het lijkt mij, gelet op uw agenda van vanavond, goed die met voortvarendheid te stellen. De eerste is, u sprak daar al over en ik vond het een buitengewoon leuk idee, sommige mensen dachten daar anders over, maar ik niet, om de burgers te betrekken en inzage te geven in de conceptprofielschets. Zou u mij kunnen aangeven wat dit heeft opgeleverd? En heeft u er ook iets mee gedaan? De heer Sagel: De vertrouwenscommissie heeft de binnengekomen reacties op een daarvoor geplande avond besproken op inhoud en betekenis. De getalsmatige opbrengst was gering; er waren, meen ik, zes of zeven reacties. Die hebben wij allemaal individueel behandeld en dat is ook teruggekoppeld naar de indieners. Het heeft uiteindelijk niet geleid tot een bijstelling van de tekst. De heer Tichelaar: Dank u wel. Dan zou ik met u willen ingaan op een aantal aspecten dat u benoemt onder het hoofdstuk: De bestuurlijke context. Daar staat: Het recent gevormde college telt vier wethouders, Partij van de Arbeid, D66, ChristenUnie en Stadspartij PLOP. Ik heb een vraag over wat er achter de komma staat: “waarvan twee nieuw zijn aangetreden”. Wilt u daar, ten opzichte van de potentiële kandidaten, mee tot uitdrukking brengen dat er twee ervaren wethouders zitten en twee nieuwkomers? Wilt u daarmee duiden dat er partijen zijn toegetreden tot het college en dat het een nieuw gezelschap is, zodat het voor de kandidaat helder is waar hij dan terecht komt? Wat heeft u daar eigenlijk mee bedoeld? De heer Sagel: Wat we er mee bedoeld hebben is een feitelijke weergave van de stand van zaken, niets meer en niets minder. Tegelijkertijd is het zinvolle informatie voor een kandidaat om zich te kunnen oriënteren op het profiel van het college. De heer Tichelaar: Vraagt u daarvoor specifieke kwaliteiten van de kandidaat, omdat het twee nieuwe mensen zijn en twee oude rotten in het vak? De heer Sagel: Het zal heel erg afhangen van de gesprekken die wij voeren met kandidaten in hoeverre wij daarop moeten inzoomen. De elementen en competenties, die verbonden zijn aan het ambt
3
van burgemeester, spreken voor zich en die zijn ter zake doende, ook in relatie tot de samenstelling van het college. De heer Tichelaar: Dan even een hele snelle conclusie die u trekt en die zal ook wel op waarheid berusten: “De verhouding tussen de raad en het college is goed.” Is dat gebaseerd op een langdurige ervaring onderling? Waarom zegt u dat eigenlijk? De heer Sagel: Ik denk dat de vertrouwenscommissie oprecht heeft bedoeld aan te geven dat de relatie tussen dit college en de raad goed is. Daarmee heb je niets gezegd over het verleden. De bedoeling van de vertrouwenscommissie is geweest om met de blik naar voren de stand van zaken over de huidige samenwerking en de relatie tussen college en raad te benoemen. De heer Tichelaar: Mag ik het zo opvatten dat u hiermee tot uitdrukking wilt brengen dat het boek van het verleden is gesloten en dat u zich richt op de toekomst? De heer Sagel: U mag dat zo opvatten. De heer Tichelaar: Dan staat dat ook zo genotuleerd. In de laatste alinea zegt u iets over de portefeuille van de burgemeester. Mijn vraag aan u is: Zijn dit vaststaande functies? Is dit nog bespreekbaar of moeten de kandidaten zich richten op het pakket zoals dat hier beschreven staat? De heer Sagel: Dat laatste is het geval. De vertrouwenscommissie heeft hier onderling best lang over gediscussieerd. Dat wat er in de profielschets staat, is de bedoeling, dus alleen de kerntaken en geen aanvullende portefeuilles. De heer Tichelaar: Dank u wel. Vervolgens lees ik bij “Voorzitter van de raad”: “De raad is open, constructief, onderling respectvol en kan tegen een stootje.” Wat beoogt u met dat laatste gedeelte te zeggen? De heer Sagel: Daarmee refereert de vertrouwenscommissie aan de ervaringen van de afgelopen maanden, waarin is gebleken dat je elkaar hier prima af en toe eens de waarheid kunt zeggen, een verschil van mening kunt hebben, dat er zelfs dingen kunnen gebeuren in de logistiek die niet helemaal kloppen, maar dat je daar met elkaar over kunt debatteren zonder dat dat direct leidt tot irritaties, frustraties of langdurige onmin. De Tichelaar: Helder. In de laatste zin van het onderdeel “Voorzitter van de raad” staat: “Wanneer kandidaten geen ervaring hebben met het raadswerk is aantoonbare affiniteit wel het minste dat wij van kandidaten verwachten.” Kunt u een aantal dingen noemen waarvan een kandidaat zou kunnen denken, daar voldoe ik aan en daarom ga ik hier op solliciteren? Want hier staat nogal iets. Wat bedoelt u daar mee?
4
De heer Sagel: Wat wij daarmee bedoelen is dat die affiniteit of ervaring anderszins best is op te doen. Op zich genomen is de raad een complexe situatie. Ik heb al de politieke diversiteit genoemd. In het bedrijfsleven of andere ambtelijke organisaties, zijn ook wel dergelijke complexe constructies waarin de betreffende kandidaat ervaringen kan hebben opgedaan. Als je de opgedane ervaringen alleen zou beperken tot een gemeenteraad dan zou je daarmee een aantal kandidaten tekort doen als het gaat om wat wij vragen. De heer Tichelaar: Maar wat zijn dan volgens u die competenties? Stel dat iemand nu ondernemer is of onderneemster en in het gesprek met mij zou de vraag gesteld worden: Wat bedoelt de gemeenteraad hier mee? Over welke competenties moet iemand beschikken die hij in een heel ander werkveld kan hebben opgedaan? Moet hij goed kunnen luisteren, moet hij humor hebben? Het is misschien wat duidelijker als u aangeeft wat u bedoelt, zodat mensen die uit een totaal andere branche komen, want ik ga ervan uit dat die ook gaan solliciteren, weten wat u met “aantoonbare affiniteit” bedoelt. Als u dat kunt, want anders laten we het zo staan. De heer Sagel: Dat is best moeilijk, want eigenlijk doet u nu een appèl op mijn geheugen om een aantal van die competenties die horen bij het ambt van burgemeester op te noemen. Een voorbeeld, dat wij ook in de profielschets noemen, is de rolvastheid. Dat betekent dat een burgemeester zich heel erg bewust moet zijn van zijn rol en positie ten opzichte van het college, de individuele raadsleden, de fracties van verschillende partijen, maar ook het ambtelijk apparaat en zijn naaste medewerkers, zoals de griffier en de gemeentesecretaris. Als je in dat palet van samenwerkingselementen vergelijkbare ervaring hebt opgedaan, in een hele grote organisatie, non-profit of profit, dan zullen wij in die individuele gesprekken daar naarstig naar toetsen en als daarin voldoende affiniteit naar voren komt dan is zo’n kandidaat, op dat punt in ieder geval, voor ons niet een ongeschikte kandidaat. De heer Tichelaar: Dank u. Ik ga door met het punt “voorzitter van het college”. In de laatste zin staat dat kandidaten een strategische oriëntatie en visie moeten hebben, zich ervan bewust moeten zijn wat er speelt buiten en binnen dit gebouw en in staat moeten zijn tot abstraheren. En u noemt ook: een helikopter view. Stel dat er iemand gaat solliciteren die inderdaad beschikt over deze competenties en die leest in het collegeprogramma: “niet zorgen voor, maar zorgen dat”. En opeens, op een aantal onderdelen, gaat de helikopter view van de aanstaande burgemeester kritisch kijken naar wat daar staat. Behoort dat tot de mogelijkheden? Of zegt u: “Nee, dat zijn we overeengekomen en u kunt rechts onder tekenen.” De heer Sagel: Die laatste opmerking is heel zwart/wit, maar met die voorgaande zinnen had u wel degelijk een punt. Het is natuurlijk zo dat het collegeprogramma door de hele raad is vastgesteld. Dat is de leidraad voor de komende periode. Dat met de komst van een nieuwe burgemeester ook een nieuwe dynamiek ontstaat, is een vaststaand gegeven. Het zal aan die nieuwe burgemeester zijn om over punten, die eventueel zouden afwijken van wat er in het collegeprogramma staat, in gesprek te gaan. Dat zou dan wel op een, ja, burgemeestersmanier, moeten gebeuren, dus zonder dat hij op voorhand het collegeprogramma geweld aan zou willen doen. De heer Tichelaar: Het behoort dus wel tot de mogelijkheden. Dan: De samenwerking met de gemeentesecretaris en de griffier. Op enig moment staat er dat de vertrouwensband tussen de burgemeester en de gemeentesecretaris zichtbaar moet
5
zijn in het college. U had het over rolvastheid en ik zie dan opeens niet terug de opmerking dat dit eigenlijk ook van toepassing is op de burgemeester en de griffier als het gaat om de positionering in de raad. Daar is ongetwijfeld over nagedacht, maar die zin kon ik niet vinden. De heer Sagel: Als u die zin niet heeft gevonden dan is het even goed wel zo dat wij, in de vertrouwenscommissie, heel nadrukkelijk ook over die relatie hebben gepraat, maar dan meer in termen van de driehoek, waarin de griffier, de gemeentesecretaris en de burgemeester uitstekend samen door één deur moeten kunnen, omdat ze de scharnierpunten zijn naar de raad en de rest van de organisatie. Maar het belang van een goede relatie tussen de burgemeester en de gemeentesecretaris staat voorop. Dat hebben wij met deze strophes tot uitdrukking willen brengen. De heer Tichelaar: Ik vroeg me af hoe deze zin zich vertaalt naar de raad. U beschouwt de vertrouwensrelatie tussen burgemeester en gemeentesecretaris dus wel als bovengeschikt in de driehoek burgemeester/gemeentesecretaris/griffier. Het is mij helder en het staat nu ook in het verslag. Ik ben bijna klaar, maar ik heb nog twee punten. Er staat: “Wij verwachten van de burgemeester dat hij in Assen woont en zich committeert om zich langjarig aan Assen te verbinden.” Ten eerste: Volgens mij is de speelruimte van de burgemeester, maar misschien wilt u dat hier juist wel tot uitdrukking brengen, in die zin beperkt dat betrokkene binnen een jaar in de gemeente Assen woont. Òf biedt u ruimte, terwijl de wet dat eigenlijk niet toestaat. Ik onderken onmiddellijk de problemen die we gaan krijgen met kandidaten met dubbele woonlasten, maar het suggereren: “Wij verwachten dat ......” laat ruimte open. Ik weet niet of u dat zo bedoeld heeft. Wij, in ieder geval de kabinetschef en ik, zullen tegen de kandidaten zeggen: “Het is binnen een jaar.” Er zijn discussies om die termijn te verlengen, zodat de Commissaris der Koning dat ook toe kan staan, maar zo is het op dit moment helaas niet. Dit is één van de punten waar door kandidaten onmiddellijk naar gevraagd zal worden. “Zit er ook ruimte bij die gemeenteraad om dat anders in te vullen?” Ik moet wel even weten wat ik dan moet zeggen. De heer Sagel: De vertrouwenscommissie is heel erg duidelijk. Natuurlijk is de wet leidend, maar wij zouden het jammer vinden als wij een kandidaat met de wet in de hand daartoe zouden moeten dwingen. Wij willen graag een kandidaat treffen die het zelf ook heel erg van belang vindt om in deze gemeente te gaan wonen. Als dat, met de wet in de hand, nog verder onderbouwd zou moeten worden, dan zal het aan de dynamiek en aan de samenstelling van de kandidaten liggen hoe we hier als gemeenteraad verder mee moeten. Over eventuele verbijzonderingen en afwijkingen hierin hebben wij het helemaal niet willen hebben. De heer Tichelaar: Dan concludeer ik nu even heel scherp, want ik moet niet de verkeerde boodschap aan de kandidaten gaan uitzenden: De wet is van toepassing en binnen een jaar woont de kandidaat in de gemeente. Er is geen ruimte, althans bij de raad, voor ontsnappingsclausules of aanpassingen, althans totdat de wet zich aanpast. De heer Sagel: Ik vind dat u dat, namens de vertrouwenscommissie, wel aan de kandidaten kunt meedelen. De heer Tichelaar: En dan, het langjarig aan Assen verbinden. Ook dat punt zal onmiddellijk door de kandidaten worden ingebracht. Er is natuurlijk de discussie over minimaal één ambtsperiode. Mag betrokkene na vier jaar weg? U hebt dat mooi omzeild door het woord “langjarig”, maar wat
6
is het? Is het minimaal één ambtsperiode? Of mag betrokkene ook weg als hij na drie jaar een andere baan vindt? Daar moeten over en weer geen misverstanden over laten bestaan en ik hoop dat u dat ook zo scherp onder woorden brengt dat daar bij de kandidaten ook geen misverstanden over gaan ontstaan. De heer Sagel: Wij, als vertrouwenscommissie, hebben gesteld: minimaal één termijn. Voorzitter: Dank u wel. Volgens mij hebben wij een mooi vraag- en antwoordspel gezien en gehoord. Commissaris, zijn er nog dingen die u nog zou willen horen, of meneer Sagel, wilt u vanuit de vertrouwenscommissie nog iets zeggen dat van belang zou kunnen zijn voor een mooie procedure? Nee? Dan constateer ik dat wij aan het einde zijn gekomen van het informeren van de Commissaris, het overhandigen van de profielschets en het nader duiden van hetgeen er achter zit, zodat u de procedure kunt opstarten. De heer Tichelaar: Misschien is het handig dat u even de tijdsindeling aangeeft, zodat de raad hierover ook geïnformeerd is. De voorzitter: Dat doe ik graag. Op 4 juli is de publicatie van een vacature in de Staatscourant. Op15 augustus is de sluiting van de reactietermijn. Op 17 september bespreekt de vertrouwenscommissie de kandidatenlijst met de Commissaris der Koning. Tot 30 september voert de vertrouwenscommissie selectiegesprekken met kandidaten. Op 1 oktober is de vertrouwenscommissie klaar en koppelt zij haar bevindingen terug aan de Commissaris der Koning. En op 9 oktober is er hier een besloten raadsvergadering over de aanbeveling van twee kandidaten aan de minister van BZK (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties). Dat is de procedure: selectie nieuwe burgemeester. Deze informatie wordt ook op het RIS geplaatst, zodat iedereen daar kennis van kan nemen. Dan stelt uw raad nu de profielschets voor de nieuwe burgemeester vast. Ik lees het raadsvoorstel voor: De raad van de gemeente Assen, gelezen het voorstel van de vertrouwenscommissie van 30 juni 2014 betreffende de profielschets voor de nieuwe burgemeester, besluit: de profielschets burgemeester Assen vast te stellen. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 3 juli 2014. De raad voornoemd, de voorzitter en de griffier. Is dit het voorstel waar u een besluit over wilt nemen? Dat zie ik, u besluit positief, dan is bij dezen de profielschets vastgesteld. Dank u wel. Dan dank ik de Commissaris der Koning, de heer Tichelaar, en de kabinetschef, de heer Bos, voor hun aanwezigheid en wens hen en de vertrouwenscommissie veel succes.
7