Raadsvoorstel
Nummer Dienst Datum Betreft Bijlage(n) Samenvatting
177 Dienst Ruimte, Wonen en Economie 31 mei 2001 Aanbesteding Meertaxi geen De aanbestedingsprocedure voor het Meertaxi vervoer is doorlopen conform alle aanbestedingsprocedures en -normen. Voorgesteld wordt om het Meertaxi vervoer aan De Vier Gewesten te gunnen op basis van de economisch meest voordelige prijs en de overige gunningcriteria te weten ervaring, marketing en kwaliteitsborging en overige verbeteringen op het bestek. Voor het WVG-vervoer (met of zonder inkomensondersteuning) is een totaalbudget van fl. 1.475.000 beschikbaar. Door de hogere vervoerskosten (de offerteprijs van DVG is hoger dan het huidige prijsniveau) en een toename van het aantal WVG-ritten zal het benodigde budget voor het WVG-vervoer de komende jaren stijgen met circa fl. 90.000 per jaar. Aangezien de werkelijke uitgaven voor het WVG-vervoer in 2000 fl. 1.100.000 waren, kunnen de extra kosten uit het bestaande budget gedekt worden. Daarnaast is voor de WVG een financiële reserve aanwezig. Voor het niet-WVG-vervoer zal de gemeente vanaf 2002 minder rijksbijdrage ontvangen, waardoor de reizigersopbrengsten en de rijksbijdrage de kosten niet volledig zullen dekken. Voorgesteld wordt om gedurende de contractperiode van vier jaar de Bestemmingsreserve OV hiervoor aan te wenden tot een maximum van fl. 1.200.000. De hoogte van de bestemmingsreserve OV bedroeg op 31 december 2000 fl. 3.844.000. Gedurende de komende jaren zal gedacht moeten worden over de financiering van de Meertaxi voor niet-WVG-ers na de contractperiode. Uitgangspunt is dat het gaat om een structurele voorziening voor onze inwoners. Om de Meertaxi en dan m.n. het halte-halte vervoer te financieren zal er gestreefd moeten worden naar (1) een kostendekkend tarief of (2) een bijdrage uit de algemene middelen. Dit zijn de twee uitersten, daarnaast zijn tussenvormen denkbaar. De keuze hiervoor wordt gecombineerd met de Meertaxi haltehalte evaluatie (het beslismoment halverwege het contract over het wel of niet doorgaan met het halte-halte vervoer) aan u voorgelegd. Wij stellen voor kennis te nemen van de procedure en het advies op basis van de Meertaxi aanbesteding en in te stemmen met de gunning van het Meertaxi vervoer aan De Vier Gewesten op basis van een kostentarief van € 16,87 per gewogen gemiddelde rit (prijspeil 2001), ervan uitgaande dat de contractonderhandelingen met succes worden afgerond. Daarnaast vragen wij u inte stemmen met de volgende financiële aspecten: - Het vervoer van de Meertaxi te betalen uit het het WVG-budget, het ABW-budget en het OV-budget (inclusief de reservering uit de Bestemmingsreserve OV, zie bovenstaand), na aftrek van de reizigersopbrengsten en de rijksbijdrage; - De overige kosten ten behoeve van marketing, promotie & communicatie, klanttevredenheidsonderzoek, monitoring, bonus/malus systeem, terugbelservice en Meertaxipassen te financieren uit het WVG-budget en het OV-budget. Evenals in de huidige situatie komen de diensten WOC en RWE tot een onderlinge verdeling.
volgnummer Volgvel
Voorstel
177 2
Op31 oktober 2000 hebben wij besloten in te stemmen met het starten van een aanbestedingsprocedure voor het collectieve vraagafhankelijke vervoer, de Meertaxi. Uitwerking van de Kadernota Meertaxi en het bijbehorende Programma van Eisen door het bureau Management Assistance Group (MAG) heeft in december 2000 geresulteerd in het Bestek Meertaxi. Dit bestek is in januari 2001 - na bespreking in de raadscommissie Verkeer & Vervoer en Onderwijs & Sociale Zaken - conform alle aanbestedingsprocedures en -normen in Brussel opengesteld ten behoeve van de Europese aanbesteding. In onderliggende raadsvoorstel dragen wij de inschrijver c.q. vervoerder met de beste totale score aan u voor, voor het verlenen van de (voorlopige) gunning van de opdracht voor het Meertaxi vervoer. Op basis van de prijs en overige gunningscriteria wordt de offerte van De Vier Gewesten aan u voorgedragen voor de uitvoering van het Meertaxi vervoer. DVG is in staat om de eisen uit het bestek uit te voeren voor de door hun geoffreerde prijzen (incl. BTW)1 : Vergoeding per zone Deur-deur vervoer Halte-halte vervoer
1e zone
2e zone
3e zone
4e zone
5e zone
€ 9,55
€ 4,77
€ 4,77
€ 4,77
€ 4,77
€ 10,50
€ 5,25
€ 5,25
€ 5,25
€ 5,25
Op basis van de ritinformatie (gemiddelde ritlengte etc.) van 2000 betekent dit een gewogen gemiddelde ritprijs van € 16,87 (ofwel ƒ 37,18). De Meertaxi wordt betaald uit diverse budgetten, te weten (1) reizigersbijdrage, (2) rijksbijdrage (opbrengstsuppletie), (3) WVG-budget, (4)ABW-budget (inkomensondersteuning) en (5) OV-budget. Alle reizigersopbrengsten worden gesuppleerd door de rijksoverheid. Bij de dienst WOC zijn budgetten beschikbaar voor WVG-ers en ABW-ers. In de jaarbegroting 2001 is een totaalbudget van fl. 1.475.000 opgenomen. Voor de ABW is dit budget maximaal fl. 75.000 per jaar en voor de WVG fl. 1.400.000 per jaar. Door de hogere vervoerskosten (de offerteprijs van DVG is hoger dan het huidige prijsniveau) en een toename van het aantal WVG-ritten zal het benodigde budget voor het WVG-vervoer de komende jaren stijgen met circa fl. 90.000 per jaar. Aangezien de werkelijke uitgaven voor het WVG-vervoer in 2000 fl. 1.100.000 waren kunnen de extra kosten uit het bestaande budget gedekt worden. Daarnaast kan het WVG-budget jaarlijks worden begroot afhankelijk van de ontwikkeling van het gebruik: afrekening gebeurt dan ook op basis van werkelijke kosten. Het Meertaxi vervoer is bij de dienst WOC in de reguliere begroting voor de WVG opgenomen, aangezien de gemeenten een zorgverplichting heeft voor de WVG-ers. Door de herstructurering van de WVG heeft de dienst WOC de kosten voor WVG-ers beter in de hand en worden deze kosten ook vergeleken met gemeenten van gelijkwaardige 1
Over de tarieven zal met ingang van 1 januari 2002 jaarlijks de NEA index worden gehanteerd. Dit is een prijsstijging van circa 4 à 5%. De huidige vervoerder hanteert deze jaarlijkse index ook.
volgnummer Volgvel
177 3
omvang. Tevens is er voor de WVG nog een reserve aanwezig, indien gedurende het jaar blijkt dat het gereserveerde bedrag voor Meertaxi in de jaarbegroting niet volstaat. Voor het WVG-vervoer (in- en exclusief ABW) zijn gedurende de conctractperiode van vier jaar dus geen financiële problemen te verwachten. Ook daarna zal er vanuit het WVGbudget geld beschikbaar blijven om de zorgplicht uit te voeren (openeinde regeling). Voor de niet-WVG-ers (overige reizigers van het deur-deur vervoer en de reizigers van het halte-halte vervoer) is in 2001 de reizigersopbrengst en de rijksbijdrage voldoende om alle kosten te dekken. Dat komt door de verwevenheid met het reguliere OV; de bezuinigingen van de lokale buslijnen in 1998 worden gebruikt voor de financiering van de Meertaxi (conform uw besluit uit 1998). Onlangs heeft de gemeente echter vernomen dat het ROA de systematiek van rijksbijdrageverdeling in 2002 verandert en de CVV bekostiging afzondert van het reguliere OV. Voor het CVV ontvangt de gemeente dan minder rijksbijdrage, hetgeen niet voldoende zal zijn om alle kosten van de vervoerder te dekken. Het benodigde extra budget op basis van de reizigersaantallen van 2000 is circa fl. 200.000 per jaar (bij het continueren van de stijging van het halte-halte gebruik wordt dit bedrag steeds hoger; op basis van de informatie van januari en februari 2001 is sprake van een stijging van het aantal gereden zones met 39%). Dit benodigde bedrag kan vanaf 2002 gefinancierd worden uit de bestemmingsreserve OV. Gedurende de contractperiode van 4 jaar betekent dit, rekening houdend met enige groei, een reservering in de bestemmingsreserve voor het Meertaxi vervoer van maximaal fl. 1.200.000. De hoogte van de bestemmingsreserve OV bedroeg op 31 december 2000 fl. 3.844.000. De dekking uit de bestemmingsreserve betreft de komende vier jaar. Gedurende de komende jaren zal gedacht moeten worden over de financiering van de Meertaxi voor nietWVG-ers na die vier jaar. Uitgangspunt is dat het gaat om een structurele voorziening voor onze inwoners. Om de Meertaxi en dan m.n. het halte-halte vervoer te financieren zal er gestreefd moeten worden naar (1) een kostendekkend tarief of (2) een bijdrage uit de algemene middelen. Dit zijn de twee uitersten, daarnaast zijn tussenvormen denkbaar. De keuze hiervoor wordt - gecombineerd met de Meertaxi halte-halte evaluatie (het beslismoment halverwege het contract over het wel of niet doorgaan met het halte-halte vervoer) - aan u voorgelegd. De reizigerstarieven wijzigen niet ten opzichte van de huidige situatie. Naast de kosten voor de uitvoering van het Meertaxi vervoer zijn er diverse andere kosten waar rekening mee moet worden gehouden. De kosten worden gefinancierd uit het WVG-budget en het OV-budget. Evenals in de huidige situatie komen de diensten WOC en RWE tot een onderlinge verdeling. 1. Marketing, promotie en communicatie. Geschatte kosten op basis van het voorstel van de vervoerder: fl. 53.000 excl. BTW. 2. Klanttevredenheidsonderzoek, onafhankelijke beoordeling c.q. monitoring van diverse kwaliteitsaspecten (in verband met gebruik van het bonus/malus systeem) en de inhuur van een call center t.b.v. onafhankelijke ontvangst en registratie van klachten. Geschatte kosten: fl. 35.000 excl. BTW (conform voorstel ‘Uitwerking Programma van Eisen Meertaxi’ van 31 oktober 2000).
volgnummer Volgvel
177 4
3. Bonus/malus systeem t.b.v. het stimuleren tot het leveren van kwaliteit boven de gestelde normen. De opbrengsten en/of kosten die voortvloeien uit de bonus/malus systematiek vormen onderdeel van het beschikbare budget voor de Meertaxi. 4. Terugbelservice en Meertaxipassen: de kosten zijn hiervan nog niet bekend. Voorgesteld wordt het volgende te besluiten: 1. Kennis te nemen van de procedure en het advies op basis van de Meertaxi aanbesteding. 2. In te stemmen met de gunning van het Meertaxi vervoer aan De Vier Gewesten op basis van een kostentarief van € 16,87 per gewogen gemiddelde rit (prijspeil 2001), ervan uitgaande dat de contractonderhandelingen met De Vier Gewesten met succes worden afgerond. 3. In te stemmen met de volgende financiële aspecten: - Het vervoer van de Meertaxi te betalen uit het het WVG-budget, het ABWbudget en het OV-budget, na aftrek van de reizigersopbrengsten en de rijksbijdrage; - Een bedrag van maximaal fl. 1.200.000 reserveren uit de Bestemmingsreserve OV voor het Meertaxi vervoer voor de reizigers zijnde niet-WVG-ers voor de gehele contractperiode van vier jaar; - De overige kosten (ten behoeve van marketing, promotie & communicatie, klanttevredenheidsonderzoek, monitoring, bonus/malus systeem, terugbelservice en Meertaxipassen) te financieren uit het WVG-budget en het OV-budget. Evenals in de huidige situatie komen de diensten WOC en RWE tot een onderlinge verdeling. Dit voorstel is behandeld in de raadscommissie Verkeer & Vervoer en de raadscommissie Onderwijs & Sociale Zaken. Burgemeester en wethouders van de gemeente Haarlemmermeer, de secretaris, de burgemeester, mw. ir. H.J. Wijsenbeek
J. van Houwelingen
Raadsbesluit
De raad van de gemeente Haarlemmermeer; gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 22 mei 2001, nummer 177; besluit: 1. Kennis te nemen van de procedure en het advies op basis van de Meertaxi aanbesteding. 2. In te stemmen met de gunning van het Meertaxi vervoer aan De Vier Gewesten op basis van een kostentarief van € 16,87 per gewogen gemiddelde rit (prijspeil 2001), ervan uitgaande dat de contractonderhandelingen met De Vier Gewesten met succes worden afgerond. 3. In te stemmen met de volgende financiële aspecten: - Het vervoer van de Meertaxi te betalen uit het het WVG-budget, het ABWbudget en het OV-budget, na aftrek van de reizigersopbrengsten en de rijksbijdrage; - Een bedrag van maximaal fl. 1.200.000 reserveren uit de Bestemmingsreserve OV voor het Meertaxi vervoer voor de reizigers zijnde niet-WVG-ers voor de gehele contractperiode van vier jaar; - De overige kosten (ten behoeve van marketing, promotie & communicatie, klanttevredenheidsonderzoek, monitoring, bonus/malus systeem, terugbelservice en Meertaxipassen) te financieren uit het WVG-budget en het OV-budget. Evenals in de huidige situatie komen de diensten WOC en RWE tot een onderlinge verdeling.
Vastgesteld in de openbare vergadering van 31 mei 2001. De secretaris
De voorzitter,
mw. ir. H.J. Wijsenbeek
J. van Houwelingen
