(JO
«i^piiaiH^^^^^^^^^^K^^^^^ THO Offerte nymmer: 1H$47 IVIPGD12011120613250111
GDI
06.12.2011
0111
GDI
02.12.2011
0064
Plan van Aanpak
^r- f f c' C"
INQ
innovatïof! TNO Offate numm»-; 129647
?!afi vsR aanpak ïJe!taB«3r5öe«aeJt Dsrds Jterseésfehavss'
t^^nWi
lithoyiisopp^e 1.
Inleiding. 3 IJ Achtergronden ._.,_,.>_...>..._..,>.,,._.,_,.._.,_..,_.„. _.,3 1.2 Doei van het project 3 1J Opbouw van het projectvoorstel >..< ,>..,,».„..3
2.
Onderzoeksvragen en gevolgen voor de werkwijze.,,, .*,,....,,.>..,,4 2J Inkadering en de centrale onder2oeksvraag>,,«..>,,<.».<„,,.<.4
2.2
De deelvragen .,>
2.3
Reproduceerbare feiten versus meningen, verrrK)edens en interpretaties...,,>...
..4 <..„..
.....6
3.
U i t w e r k i n g ^m\ d e aanpak..>.,..>..<.,>*.<.>*...>**<.., >., < 8 3.1 Inleiding % 3.2 Deelvraag 1: Regels en voorschriften 8 3.3 Deelvraag 2: Toezien op naleving iO 3.4 Deelvraag 3: Overtredingen en optreden .....,., 12 33 Deelvraag 4: Externe onderzoeken en metingen 13 3*6 Deelvraag 5: Acceptatie, storten en beheren 14 3.7 Deelvraag 6: Onderzoeken en metingen door de exploitant 15 3J Overleg < ............\h 3.f Rapportage >..<,»...>..<<»...<.>...„....„.< .......17 IM Pnsser^tatle van het feitenonderzoek,...,,.. 18
4
Projectorganisatie, -team en ^planning .,. 19 4J Projectteam en 'Organi$atie.,>.........<,„..<..>.«>...<......<>.....>.... 19 4J Projectplanmng 20
5.
Projectvoorwaarden en -kosten 5x1 Projectvoorv^aarden..,.,...,,, 5*2 Projectkosten
Ü l l a ^ t: Ciirricyia ¥ltae
, 22 .............................................11 23
i ^ P M t f % innovation innova Tr»r®'iiT^'20it^ TNO Ofete nummer: 12964? plain ¥st? mr^^k '??«fcisï?^f??^
3^?iM
Inleiding
Id
Achtergmné^n Op de stortplaats ^Derde Merw^éehdiven' (DMH) is in het verleden overpakt asbesthoudend afval gestort izie figuur 1 >1 voor de globale liggingK In de achter ons liggende periode is discussie omstmn over de omstandigheden waaronder het afval Is gestort. FIgmr f-f; Giataie liffi^f ^^^ ^^ smrtpl^Ms
De provincie Zuid-Holland Is bevoegd geiag voor de stortplaatSv De provincie ZuidHolland wil duidelijkheid geven over de nu bekende feiten inzake het storten van onverpakt asbesthoudend afval De feiten moeten boven tafel komen en geordend worden in een feitenonderzoek. Dit plan van aanpak bevat de te volgen werkv/ijze voor het feitenonderzoek.
1,2
Doel van het pmject
De doelstelling van het onderzoek is om de feiten met betrekking tot het storten van onverpakt asbesthoudend materiaal duidehjk te krijgen volgens een sluitende aanpak. Hel onderzoek mondt met uit in conclusies en beperkt zich tot het verzamelen en ordenen van de feiten.
13
Opbouw van het projectvoorstel
Het projectvoorstel bestaat uit vijf hcx^fdstukken en een bijlage. \n hoofdstuk 2 worden de achtergronden van de vraag toegelicht en de overwegingen voor de aanpak. De aanpak, wat er wordt gedaan, staat in hoofdstuk 3. Hoe de organisatie van het project is opgebouwd is beschre" ven In hoofdstuk 4. De mnévoorwaméen en kasten zijn onderbouwd In hoofdstuk 5. De bijlage bevat de curricula vitae van de leden van het projectteam van TNO.
innovation TNO iteMfei TNO Offerte nummer: 12^647
1.
Onderzoeksvragen en gevolgen voor de werkwijze
2.1
Inkadering en de centrale onderzoeksvraag
Het n voor alle betrokken partijen dufdeiijk dat de feiten die verzameld en geordend moeten worden betrekking hebben op de periode 2003 tot en met 2010* Vóór deze periode is er geen onverpakt asbesthoudend afval gestort en na deze periode ook niet meer. Verder zal het onderzoek zich richten op de feiten en omstandigheden die verband houden met het op de stortplaats Derde Merwedehaven storten van onverpakt asbesthoudend afvaL Deze feiten en omstandigheden hebhen derhalve logischerwijs betrekking op de yer%unnmgen ca, waaronder de exploitant opereerde, de Interne werkwijze en procedures van de ex* ptoitant voor het verwerken ^an het asbesthoudend afval, alsmede het tc^zicbt en de handhaving door de provincie. Rekening houéenê met bovenstaande InvuUmg van de vraagstelling, is de centrale onderzoeksvraag: Wat zijn de feiten m verband mei de vergunmngverkmng, (wi ioe^^icht en de handhaving door de provmcie en de processen nm acceptaüe en hei storten van onverpakt mbesihondend materiaal door de Derde Mer%vedehaven in de Jaren 2003 tot en met 2()iÖ?
Deze centrale onderzoeksvraag kan in deelvragen worden onderverdeeld. Dit betreft zes deelvragen. 2.2
De deelvragen
De deelvragen en wat daaronder wordt verstaan, zijn hieronder samengevat* De uitwerking van de werkwijze per deelvraag Is in hoofdstuk 3 opgenomen.
TIICI innovation TNO Offerte nummer; ia%4T Hmmrimt^^k
f^^t^ni^ïdèr^cfê^ l>èrée i i i ^ ^
fvssnM
Tcrijel 1-1: Deeivra^n van het feitenonderzüek Weike regeh en voorschriften heeft de provincie gestelden welke weiieiijke kaders, rechieriijke uitspraken en normen zijn gehanteerd bij de vergunningperiening en specifieke besluiten? ()p welke wijze en hoe Jrequenï heeft de provincie toegezien op de naleving van de vergunning en woi was de aard (hijv. reguUer, thema, diepgaand) van het. toezicht? i. Is overtreding gecomtaieerd en zo ja op welke wijze en mei. weike frequentie heeft de provincie handhavend opgetreden? ^ 4. Welke externe onderzoeken en metingen op hei gebied van asbest zijn er verricht en wat waren de uitkomsten van deze onderzoeken?
5> Op weike wijze heeft de Derde Merwedehaven de acceptatie, het storten en het beheren geregeld en zijn deze processen schriftelijk vastgelegd? Welke {verplichte en vrijwillige) onderzoeken en asbestmetingen zijn door de Derde Merwedehaven verricht en wat waren de uitkamsten van deze onderzoeken en metingen?
Hiermee worden de regels en voorschnften {het Juridisch kader) in kaart gebracht die betrekking hebben op het storten door de exploitant van ooverpakt asbesthoudend materiaal Dit betreft de wet en bijbehorende junsprudentie en het van toepassing Bjnde beXe^é m deze periode. Hfervoor v^^rden de verslagen y^^n de bezoeken g€feruikt ais bron van Informatie. De verslagen worden geplaatst in het licht van het stortproces en de nsicofactorenx Dit betreft de bezodcen Inzake asbest én de bezoeken in bredere zin. Het stortproces begint bij acceptatie en eindigt bij de afwerking en het beheer van de stortv De overtx'eé\n%en worden ^^noemé en gekoppeld aan het stortproces en de daarmee samenhan%&n4^risicofactoren.Door de bezoeken te kop*pelen aan frequentie en aanleiding worden redenen voor handhaving inzichtelijke Met deze deelvraag moet Inzichtelijk worden gemaakt welke feiten bekend zijn Inzake metingen en de situatie in de omgeving. Hiertoe worden de bekende meetresultaten van de stort en de omgeving geordend weergegeven en gekop* peld aan feitelijke zaken zoals moment van ttieten,risIco^sen meetomstandlgheden en verhouding tot het referentienfveau van de omgeving. Dit t>etreft de interne werkwijze door de exploitant "^m de stortplaats. De beschikbare informatie wordt getoetst op voorschriften inzake acceptatie van afval, wijze van %totten en wijze van omgang met risico-omstandlgheden. De vergunning bevat voorschriften die meetverplichtlngen kunnen inhoiKlen voor de exploitant^ zowel vanuit milieuhygiënische hoek als ydxtmt de arbeidsomstandighedenhoek. Getoetst wordt of éeze metingen zijn uitgevoerd, onder welke om* standlgheden ze zijn uitgevoerd en wat de resultaten waren. Indien metm%en ontbreken, ^orüt dit aangegeven en wordefi de redenen hiervoor geïnventariseerd.
■NCI innovation Mm mn m^^^^fWrnm^emm 1>mM^^m^mMmm^
De bovenstaande deelvragen hebben onderlinge samenhangen. Zo kunnen bijvoorbeeld metingen uit deelvraag 6 gekoppeld worden aan deelvraag 4 en ook aan deelvraag 5. Eventuele samenhangen zullen in zulke gevallen worden aangt^even. in terpretaties worden echter niet gedaan aangezien dat niet past in een feitenonderzoek.
Bn int^rpretitïtes Reproduceerbaar De onderzoeksvraag betreft het op papier zetten van de relevante feiten. Interpretaties, meningen of vermoedens üienten in dit project duidel ijk gescheiden te worden mn éeze feiten. De feiten worden weergegeven met daarbij de bron van informatie. Indien informatie ontbreekt of het vermoeden bestaat dat informatie ontbreekt, onvolledig of onjuist is, éd^n wordt dat gemotiveerd in de rapportage. Het is mogelijk dat er steek proeven genomen worden uit de beschikbare bronnen. In dat geval wordt aangegeven waarom de steekproef is uitgevoerd en hoe de steekproef is uitgevoerd zodat ook dit voor eerden reproduceerbaar is* Meningen en vermoedens Het {onbewusti opschrijven van meningen en vermoedens is een valkuit De rapportage zal feiten zo nauwkeurig mogelijk scheiden van memn%en en vermoedens. f^nin^en en vermoedens behoren niet m de rap^rtage te staan. Interpretaties, Het IS zeer wei denkbaar óe^t vcNDr het begrip, het overzicht en de lees baarheid informatie uit bijvoorbeeld metingen of bezoekrapporten wordt toegedeeld aan een onderdeel van het stortproces. Dan Is éeze toedeling een interpretatie \^an de onderzoeker. Indien dit noodzakelijk is, dan wordt dit toegel icht. In éeze zin zijn interpretaties onontkoombaar. Anders wordt het feiten onderzoek onleesbaar. Co^lezen €ip eenduidigheid, volledigheid en structuur Het analyseren van de informatiejnhoudelljke kennis hebben van zowel asbest als het stortproces, eenduidig rapporteren en de goede vragen stellen om alle Informatie te verkrijgen. Is niet verenigd In één persoon.
WÊÊÊÊMgl^innovation TNO Offerte mmm^i
tZ9647
^lari va?? 2isc?pak feit«fi^?^ftöek ^rê& ^r#êöé^a¥©i'
TNO heeft daarom voor dit project een projectteam samengesteldx Het projectteam bestaat uit de onderzoeker/auteur. De onderzoeker wordt ondersteund door een deskundige Inzake asbest. Om de systematiek van onderzoek te bewaken, de transparantie te garanderen en zorg» vuldig toe te zien op het scheiden van feiten van meningen en vermoedens, wordt het team gecompleteerd met een deskundige Inzake cKiderzoekssystematieken en analyse van complexe onderwerpen. Deze deskundige heeft, bewust, geen inhoudelijke kennis van het onderwerp. De curricula vitae van de onderzoekers zijn opgenomen in bijlage 1 van éezB offerte^ Interviews Er worden geen Interviews gehouden om aanvullende informatie te verkiijgen. De betrouwbaarheid van informatie uit Interviews Is moeilijk vast te stellen. Wel wordt rekening gehouden met het houden van Interviews voor verduidelijkingen op het gevonden feitenmateriaal fndien informatie uit interviews afkomstig is, dan wordt dit als zodanig vermeld in het rapport en in het chronologisch overzicht.
I_
TtiCI innovation
'NO mferentw: Tw-^(ÖsOT'28tf-Si TNO Offerte nummer: 129647
P^\mm^mnp^kT^}Xm(0(^7m^ B&t^ imrmésH^m'r( tmmM
3.
llitwtrlilrii vsii ém aanpak
3J
lril#ldliig
De aanpak van het project door het projectteam volgt in hoofdlijnen de zes deelvragen. De aanpak per deelvraag is hieronder uitgewerkt- Vervolgens Is nog een aantal algemene werkzaamheden toegelichte De deelvragen worden op twee mameren gerapporteerd. Ten eerste in een chronologisch overzicht* Daarmee Is het mogelijk om per tijdsperiode Inzicht te hebben over wat er toen speelde* Ten tweecfe in een reguliere rapportage. Daarin zijn toelichtingen, overwegingen en verbanden tussen informatie weergegeven* De rapportage bevat het overzicht van alle ge* brulkte bronnen van informatie* De rapportage en het chronologisch overzicht vormen één samenhangend geheet
3*2
Bm^rmg i: It^^^ls en vourschrillen
Ooel Alle relevante regels en voorschriften geordend in kaart br^npn Aanpak De deelvraag betreft meerdere aspecten: 1 * welke regels en voorschriften golden er in de relevante periode voor de exploitant? 2> met welke achtergronden zijn éeze relevante vergunningsvoorschriften tot stand gekomen? Daarbij dient men zich te realiseren dat de regels en voorschriften in de loop van de tijd gewijzigd kunnen zijn* Als dat zo i$, dan wordt dit gerapporteerd. Zo zijn wijzingen In de tijd, Inzichtelijk,
■ B^i^^^
Innovation THO Offerte nummer: 129647
Hm vi{rt aanpak lMS5t«^^^
Mmè^^m^
Ad 1: Rebels en voorschriften De voorschriften in de vergunningfen) van de exploitant worden geïnven tariseerd. Hierbij richt de aandacht zich op: • acceptatie van afval, » ontvangst en afhandeling ^^difx het afval naar hel stortft'Ofity • het feitelijke storten, • afdekking van het gestorte afval, • afwerking van het stortvak, • metingen en registraties op en om de stortplaats, « opleiding en kennis van de medewerkers, • veiligheid op de stortplaats en het stortfront, • omgang met calamiteiten en onverwachte situaties. Dit 2ljn allemaalrisicofactorendie van \mioeé )mnnen zijn op het ver spreiden van asbestvezels. Indien er m^errisicofactorennaar voren ko men, ém\ worden ze meegenomen m het feitenonderzoek* De voorschriften die er zijn, worden perrisicofactorbenoemd. Indien ze zijn gewijzigd in de loop van de tijd, dan wordt dit vermeld. Er wordt een chronologisch overzicht >i^n de voorschriften opgeteld Daarmee is altijd inzichtelijk welk voorschrift wanneer van toepassing was. Documenten die hiervoor worden gebruikt zijn: • De van toepassing zijnde voorschriften m de Wmvergunning, • Arbovoorschriften in de regelgeving, • Beleidsregels van de provincie ZuidHolland* De documenten inzake de Wm van DMH en de beleidsregels worden opge vraagd bij de provincie ZuidHolland. De Arboregels worden nagezocht via de reguliere kanalen. Dat geldt ook voor de jurisprudentie. Kennis inzake asbest, asbesthoudende materialen en de daarvoor geldende re gels zijn bij TNO direct voorhanden. Aé 2: Achtergronden De achtergronden en overwegingen die hebben gespeeld bij het tot stand komen van de Wmvergunning, worden gebaseerd op de considerans van de vergunning, indien er redenen zijn om aan te nemen dat de conside rans onvoldoende diepgang biedt, zal er aanvullend onderzoek worden gedaan. Onder de achtergronden wordt ook verstaan: handhavingsbeleid op grond waarvan het storten van onverpakt asbesthoudend afval kon worden toe gestaan. De overwegingen hiervoor worden getoetst aan de beschikbare kennis over asbest en asbesthoudend materiaal in die periode.
L_
■NCIInnovation TMO Offerte mmm^i inui
Chronologisch overzicht van de van toepassing zijnde voorschriften, wet telijke en beleidsmatige kaders, en de achterliggende overwegingen.
Overzicht maken van de uitgevoerde toezichtacties, aangeven van de aanleiding en beweegredenen van toezichtacties, inzicht gegeven In de Intensiteit en volledigheid van het toezicht Aanpak De basis voor het beantwoorden v^n de deelvraag wordt gevormd door de bezoekrapporten van de toezichthouders aan de DMH, X>^ze rapporten \:^v^tte:n informatie over de aanleiding ^fian het bezoek en de constaterin gen. In deelvraag 1 zijn de wettelijke kaders chronologisch aangegeven, fn deelvraag 2 worden de constateringen van de toezichtbezoeken eveneens chronologisch weergegeven. Zo kan een toppeling worden gelegd tussen de resultaten van het toezichtbezoek en het |de|voorschrift{en) waarop de constatering(en) betrekking hebben. Per bezoek wordt aangegeven: » Type bezoek: regulier^ thematisch of diepgaand^ ♦ Welke risicofactoren zijn geconstateerd. Het handhavingsbeleid van de bevoegde gezagen wordt geanalyseerd In deelvraag 3*Expliciet wordt hierbij aandacht besteed aan het beleid met betrekking tot aangekondigde en onaangekondigde bezoeken. Daarmee ontstaat er een feitelijk overzicht van de waarnemingen. Het Is zo echter nog niet duidelijk of dit overzicht compleet is en een logisch beeld geeft van de situatie. Hiertoe zal/zullen:
iBfy||Ji^ Innovation .
/'"/■
TNO Offerte m.tmm\
XBiAl
llan van ^ p 3 k W
11 va?? 2 S
1. een steekproef worden gedaan van alle beschikbare rapportages van toezlchtbezoeken. De steekproef heeft twee doelen: ♦ toetsen of er bezoekrapporten éX^ m^^t inzicht geven in het de uitvoering van het stortproces, m ook IS dit een steekproef om te bepalen of er meer bezoekrap porten zijn met informatie over asbesthoudend afvaL Kortom, Is alle informatie over asbest \x\ beeW? Zo wordt er een beeld gekregen van de betrouwbaarheid van de informatie over as besthoudend afvaL 2. de bezoekrapporten worden getoetst op het benoemen ^^im. risicofac toren die "^mx invloed zijn op het verspreiden van asbestvezels, 3. de relevante bezoekrapporten In de tijd worden geplaatst om inzicht te krijgen of er sprake is van regulier. Intensief of juist extensief toe* zicht De norm daarvoor wordt afgeleid van het toezichtbeleid dat van toepassing was in de betreffende periode, 4. Getoetst wordt of de bovengenoemde Informatie alle Informatie is éi^ beschikbaar i$ binnen het archief* Er zal een toetsing gedaan worden of er m^^r documenten beschikbaar zijn binnen het archief* 2o kan inzicht worden verkregen of de tu bekende rapfK>rten van toezichtbe zoeken daadwerkelijk alle rapporten zijn. Resultaat Chronologisch overzicht van de uitgevoerde toezlchtbezoeken. Analyse van de volledigheid en representativiteit van de informatie» Analyse van de intensiteit "st^n het toezicht.
TNO Offerte mmmer: 129647
M van 28
Doel De geconstateerde overtredmgen met betrekking tot asbesthoudend afval geordend in beeld brengen, evenals het bijbehorende optreden van de provincie. Aanpak Op basis van de informatie uit deelvraag 2, wordt een overzicht gemaakt van de geconstateerde c^ertredingen met betrekking tot asbesthoudend afvaL Be door de provincie genomen maatregelen worden bencNsmd c>q* kort samengevat. Of de maatregel conform het door de provincie gehanteerde handhavingsbeleid is, wordt aangegeven. Ook worden afwijkingen hiervan aangegeven. Hiervoor wordt het handhavingsbeleid In de periode 2CK)3 tot en met 2010 bestudeerd en als referentiekader genomen. Als er redenen bekend zijn waarom er is afgeweken van het handhavingsbeleid, dan worden de redenen weergegeven^ indien dat niet bekend is^ dan wordt dat ook weergegeven* De overtredingen die zijn geconstateerd worden gekoppeld aan de risicofactoren die in deelvraag 1 dimt de orde zijn gekomen. Uitgangspunt voor dit onderzoek zijn de 42 bezoekrapportages waarin sprake is van asbest en de circa 600 bezoekrapportages over DMH in algemene i^n.
Nb.: In deelvraag 2 vindt een toetsms plaats op deze rapporten en of er nog meer rapporten zijn. Mien dat zo i$, dan warden deze aamuHende rapporten waarin sprake is van asbestgerelateerde controles, uiteraard meegenomen in deetvraag 3. Resultaat De geconstateerde maatregelen, conformiteit met het handhavingsbeleid en redenen voor afwijkingen, worden In een chronologisch overzicht weergegeven.
Innovation TNO O f i ^ t e rji^mmer: 12%47
i% van 26
Doel Inzicht geven in de uitgevoerde externe onderzoeken en metingen en weergeven van de resultaten daarvan. Aanpak In de periode van 2003 2010 kunrmx\ er ook door externe partijen, niet zijnde de provincie of de exploitant, metingen en onderzoeken zijn uitge voerd mzdki^ het storten van onverpakt asbesthoudend afval op de stort plaats* Dit kan Informatie geven over risico's of omstandigheden die de eventuele risico's beïnvloeden. Om te inventariseren of er door émé^n onderzoeken zijn gedaan worden: ♦
De meest voor de hand liggende onderzoeksbureaus zoals TNO, RIVM, TAÜW e*d. benaderd met de vraag of men in de betreffende periode onderzoeken heeft verricht rond DMH. \né\Bn dat zo is> wordt ge vraagd of de rapportage ter hand gesteld kan worden, ♦ £te gemeenten Dordrecht en Sliedrecht worden benaderd, evenals de Omgevlngsdfenst ZuidHolland Zuid, de Arbeidsinspectie en de VROM Inspectie met de vraag of m^x\ onderzoeken heeft doen uitvoeren* In dien dat het geval Is dan worden de rapporten hiervan opgevraagd en
♦
Aan belangengroepCen) wordt gevraagd om eventuele onderzoeken ter beschikking te stellen.
Indien er onderzoeken beschikbaar zijn, worden de onderzoeksresultaten en omstandigheden opgenomen m het chronologisch overzicht. De on derzoeksresultaten worden getoetst aan de risicofactoren zoals benoemd m deelvraag 1. P^r rapportage wordt aangegeven of de onderzoeksme thode conform de destijds gebruikelijke standaard was* Als we spreken over onderzoek, dan heeft dit alleen betrekking op asbest* Resultaat Analyse van de externe metingen en toetsing aan risicofactoren* Plaatsing van de resultaten in het chronologisch overzicht*
TNO innovation THO Offerte nismmer: 12%47 Pim yg^ a«?^p$kl%^t«?«K^f^s^ I3^fï^ i^fweié?^?^^
t4%i??lt
3*é
D ^ l v r a a g 5: itecc^ptatle, storten # f i \Mmrm%
De procedures Inventariseren die de exploitant in de relevante periode hanteerde voor het accepteren en storten van afval en het beheren van de stortplaatSv Aanpak De procedures, interne instructies en maatregelen uit het zorgsysteem, die door de exploitant werden gehanteerd in de betreffende periode worden opgevraagd bij de expioitant. Er wordt van uitgegaan dat deze informatie ter hand wordt gesteld* fndlen de informatie niet wordt verkregen, wordt hiervan melding gemaakt in het rap^rt. Tegelijkertijd zal in het archief van de provincie^ worden nagegaan of er documenten van de exploitant zijn ontvangen waarin deze procedures en bijbehorende andere zaken zijn opgenomen. Als het goed Is, klopt deze informatie met elkaar. De beschikbare procedures worden gelegd naast de vergunningvoorschriften. 0e vergunningvoorschriften öiermn volledig in eenduidige procedures uitgewerkt zijn. Of deze voorschriften er zijn, wordt getoetstx Ook vindt een toetsing plaats of alle risicofactoren zijn verwerkt in voorschriften c.q. instructies* Resultaat Verwerking in het chronologisch overzicht van de procedures e^d. Benoemen van onvolledigheden of onduidelijkheden in de rapportage.
De uilvoerer^de milieutaken zijn door de pmvlnde 'ZiMMolhné per I jmum 2.011 ovcTgedmgen aan de Omgevinpdkfj^l Zuid/Holland Znkl In é^i kMtr h ook het mchkf\'m é^ pmvmok m^rgcémgm san de^e Omgevingsdicns^t
mo
innovation TNO Offerte mmm^: 129647
3,J
Deelvraag 6: Ondericj^feen #ri iiii*in|pn d tecir dè exploitant
Ovemcht opstellen >/din de onderzoeken en metingen die door de exploi tant zijn uitgevoerd. Aanpak fn het archief van de provincie en van de Omgevingsdienst wordt géinven tariseerd welke onderzoeken en metingen van de exploitant zijn ontvan gen. Deze üocummten worden getoetst op: ♦ conformiteit met de eisen in de van toepassing Tijnée vergunning, » nslcofactoren voor de verspreiding van astsestvezelSx Tegelijkertijd wordt aan de exploitant gevraagd om de onderzoeken en metingen ter hand te stellen die men heeft verricht in yerbmé met het storten "^m onverpakt asbesthoudend afval Dit betreft de onderzoeken uit de relevante periode. Dit dient, als het goed is, in essentie overeen te komen met de informatie die in het archief van de provincie te vinden is. Verschillen hiertussen worden in de rapportage benc^mó. Indien er verschillen zijn> wordt dit gerapporteerde Indien onderzoeken en metingen ontbreken, dan wordt nagegaan wat daarvoor de reeenen zijn. Dit wordt opgenomen in het chronologisch overzicht. Verschillen tussen het archief van de provincie en de exploi tant worden benoemd in het chronologisch overzicht. Resultaat Chronologisch overzicht vs^n de door de exploitant uitgevoerde metingen en onderzoeken, inzicht in ontbrekende rapporten en zo mogelijk de re denen hiervoor.
>Tm> innovation TNO Off^te nummer: %7M47
Bsri vm 3mm^fmtmmd<&mss^ Bm^Pmt^miMmmn MmnM
3*i
Ch^rttg^ .
ïtott Afstemming inzake de rapportage en de voortgang Aanpak Er vindt zes maal overleg plaats met de opdrachtgever. De overlegmo* menten zullen gezamenlijk worden bepaald. Logische overlegmomenten lijken te zijn: 1 * startoverleg: bij de aanvang van het project worden de rapporten ter beschikking gesteld en wordt toegang tot het archiefsysteem geregeld« Ook andere praktische zaken worden dan geregeld. 2. 1 maand na aanvang van de werkzaamheden: de voortgang wordt besproken. Ook kunnen praktische problemen zoals het verkrijgen van informatie worden besproken. De structuur van de rapportage wordt besproken zodat hier overeenstemming over is, 3. eerste concept-rapportage: dit is de rapportage die voor circa 5G% gereed Is. De structuur van het rapport en het chronologisch overzicht zijn dan gereed. Ook Is dan duidelijk welke Informatie beschikbaar Is, welke Informatie ontbreekt en wat de kwaliteit van de informatie in de rapporten Is. De rapportage wordt door de opdrachtnemer in detail doorgenomen ^eéurenck^ de leespauze, 4. bespreken eerste concept-rapportage: de bemném^en uit de leespenode ten aanzien van de concept-rapportage worden besproken^ HiervocH* wordt dus geen nieuwe versie van het rapport gemaakt, 5. concept-'rapportage^ é^t Is de rapportage éie voor W% gereed is. Ddin IS er een g c ^ beeld waar het onderzoek naar toe gaat en wat de rapportage zal Inhouden. Onduidelijkheden^ structuur^ragen en andere zaken worden besproken, 6. elnd-^concept: het rapport Is wat THO betreft gereed. Het bespreken van het eind-concept heeft tot doel om te toetsen of de rapportage voor de opdrachtgever duidelijk Is en voldoet aan de doelstelling. Ook kunnen resterende Inhoudelijke punten worden besprdcen. Het commentaar op het efnd-concept wordt verwerkt tot het definitieve rapport.
innovation i^
TMCI tor life
'HO referentie: Tm^Q
TNO Offerte mmm^:
12%47
Mmw^mm^r^&^mm^m 1? v4»n 28
Het rapport bestaat uit een regulier rapport én een bijbehorend chronologisch overzicht. Resultaat Overeenstemming over de opzet en inhoud van het rapport en het chronologisch overzicht.
3*f
iipp«irlap^
Rapporteren van de bevindingen Aanpak De bevindingen worden verwerkt in zowel een rapport als in een chronologisch overzicht. Het rapport bevat de achtergronden, toelichtingen op keuzes, eM, Het rapport beschrijft ook welke samenhangen er zijn tussen de deelvragen en de bevindingen die per deelvraag zijn gedaan. Het chronologisch overzicht zal zich waarschijnlijk niet goed laten lezen zonder kennis te hebben van het rapport* Ook het omgekeerde zal hoogstwaarschijnlijk het geval zijn. Ze vormen een onlosmakelijk geheeL Door het chronologisch overzicht feitelijk te houden, wordt discussie over het overzicht geminimaliseerd. Zo wordt er een vast punt in de discussie gecreëerd. Naar verwachting wordt het chronologisch overzicht een tabel van aan* zienlijke omvang. De leesbaarheid en overzichtelijkheid kan daardoor lastig worden. De compleethad van de feiten maakt dit echter noodzakelijk* In de rapportage wordt informatie die ontbreekt als zodanig aangegeven. Dat geldt ook voor tegenspraken in bestudeerde rapportages* Er woréen geen oordelen gegeven en ook geen conclusies getrokken. De feiten staan voorop en daar blijft het bij. Resultaat Definitieve rapportage
Hpjjjjyuii innovation TNO Offerte t^umm^: 12.9647 vsri és?ïp#: f=èit»«id^
M^mmtm^^m^
18 van 28
3*iö
PmmmmMmm^:^
Doel Presenteren van de resultaten van het feltencmderzoek aan betrokkenen en derden Aanpak £r wordt van uitgegadin dat het feitenonderzoek twee maal wordt gepre senteerd aan betrokkenen c.q. óeréen . Voor deze presentatie wordt: ♦ een korte Powerpolntpresentatie gemaakt, ♦ de presentatie wordt afgestemd met de opdrachtgever, ♦ TNO IS met twee personen aanwezig In Den Haag, Sliedrecht of Dor* drecht of In de omgeving hiervan. Voor aanvullende presentaties of toelichtingen Is een stelpost opgenomen in de kostenramlng^
Twee maal houden van een presentatie.
V M y M | Innqvatlon TNO Offerte nummer: 12.9647
W-mm
4.
Pr<^ectorpriïsiti% ïeam: mm iilsiiirilrig
TNO heeft een projectteam samengesteld bestaande uit drie personen: •
Drs* Lex Stax* deskundige inzake ontwerp, aante§ en beheer van stortplaatsen. Auteur van diverse rapporten hiervoor voor onder ande re het Ministerie van VROM. Coauteur van het TNOrapport ^Risicoge richte classificatie van werkzaamheden met asbest'. De heer Stax Is auteur van de rapportage van het feltenonderzc^k # Ing. Jan Tempelman: deskundige inzake asbest. Al gedurende lange tijd betrokken bij uiteenlopende onderzoeken naar de risico's van as* bestHoofd^auteur van het TNOrapport ^Risicogerichte classificatie van werkzaamheden met asbest ♦ Drs* Ing* Peter Tromp: deskundige inzake asbest en penvoerder diver se bodemnormen asbest (o.a. HEN5897, NEN5897). Co^auteur ^^m het TNOrapport 'Risicogerichte classificatie van werkzaamheden met as best. De curricula vitae zijn opgenomen In bijlage 1. Het projectteam zorgt voor de uitvoering van de opdracht. De heer Stax bewaakt, tijd, kwaliteit en kosten en is het eerste aanspreekpunt voor de opdrachtgever> De opdrachtgever wijst ook een contactpersoon aan. Overleggen met éeröen, zoals de omliggende gemeenten, worden door de opdrachtgever ge organiseerd. Indien er vanuit de opdrachtgever de wens is om met de opdrachtnemer te praten mer het functioneren van het projectteam, Is het aanspreek punt bij TNO de heer ing. Rob Arzoni. Hij is coördinator van bet asfaestla boratorium van TNO*
innovation
■ m "'111 "lli|^^
^im Wi m^ip^ fmtmmt^mmk
t^MMm^^m^^ê^m^m
M van 2a
4.2
Projectplanning
De projectplanning gaat uit van het volgende schema: fisuur 4-1: Piünnmg van het feUenünéerzüek
Uit de planning blijkt dat er rond de jaarwfeseling een pencxle is waarin niet inhoudelijk aan de deelvragen wordt gewerkt. Deze periode fs be doeld als leesperiode van bet conceptrapport. Dat houdt daarmee m>k in dat het conceptrapport tijdig gereed moet zijn voor de deelvragen die op dat mofv^nt beantwoord kunnen worden. Na de leesperiode vindt een overleg plaats tussen opdrachtgever en op ómcbtnemer> Het conceptrapport wordt dan l:^sprüken. Dit i:al nmr verwachting leiden tot verdiepende werkzaamheden voor de deelvragen* Met deze verdiepende informatie wordt het eindconcept opgesteld. Het eindconcept wordt besproken met de opdrachtgever^ Met het verkregen commentaar wordt het definitieve rapport opgesteld. Uit de planning blijkt veteer dat de werkzaamheden voor de diverse d^ vragen tegelijkertijd plaatsvinden. Gelet op de sa % y^n de mati He, lijkt éat ook het meest logisch en praktisch.
L_:
innovation ■
■ ^ ^ ^ i THO Offerte mmmer: 12^647
Mmwm mnp0.
¥mmm^rtmkt^^Msr>i^i^^ ?1 van 28
De opdrachtgever heeft aangegeven de uitkcMnsten van het feitenonder loek te zyUen bespreken met de verant^cordelljke wethouders van de gemeenten Dordrecht en Sliedrecht* Voor deze bespreking wordt in over leg met de opdrachtgever een presentatie voorbereid en een moment gepland* Voor deze presentatie Is een stelpcst in de begroting opgenomen.
tlKI
Innovation TNO Offerte nummer: 129647
5*1
FfigiN:is«:«5r^^
De mformatie die wordt geanalyseerd wordt vertrouwelijk behandeld. Om dit zo goed mogelijk te doen is het projectteam van TNO niet groter dan strikt noodzakelfJkK E r wordt uit gegaan van een team van drie personen. De informatie wordt door de opdrachtgever ter hand gesteld op één of een combinatie van de volgende manieren: ♦ op papier In kopie: De kopie mag door de onderzoeker worden mee genomen ten behoeve van het onderzoek, ♦ op papier: de documenten mogen worden Ingezien maar niet meege nomen^ ♦ in digitale vorm: de informatie mag niet verder dan binnen bet eigen team worden verspreid. De rapportage wordt aUeen aan de opdrachtgever overhandigd. Concept versies worden digitaal toegezonden. Het rapport wordt opgesteld in Word 2003. Het chronologisch overzicht wordt óf in Word gemaakt of in Excel 2CK)3. Het eindrapport wordt in vijfvoud q? papier opgeleverd en digitaal als PDF of desgewenst als Word of Excel*be$tand* Van de te bestuderen rapporten wordt, tenzij anders vermeld, aangeno* men dat ze bij aanvang van het onderzoek beschikbaar zijn, in welke vorm dan ook. Ook wordt aangenomen dat het zoeken in de archieven van de provincie, of eventueel van gemeenten, een minimale tijdinspanning zal vragen. Hier wordt gerekend op maximale medewerking van de be trokkenen. De opdrachtnemer zal op geen enkele wijze bekend maken dat zij deze opdracht uitvoert, noch de resultaten bekend maken op welke wijze dan ook, zonder overleg met de opdrachtgever» Bij overleggen met de opdrachtgever waar derden bij aanwezig zijn, zorgt de opdrachtgever voor verslaglegging. De verrekening van kosten vindt plaats op basis van werkelijk bestede tijd en kosten. Maandelijks worden de gemaakte kosten gefactureerd. Het project gaat van start na schriftelijke opdrachtverlening aan T>IO. Per januari 2012 kunnen de geraamde kosten worden geïndexeerd. Voor opdrachten aan TNO zijn de 'Algemene voorwaarden voor opdrach ten aan TNO*, versie september 2010^ van toepassing.