QUIZ KASTEELKLAS Algemene uitleg Er zijn 6 rondes in het totaal. De leerlingen worden in 7 groepen verdeeld. De verdeling van de groepen gebeurt als volgt: Iedere leerling krijgt bij het binnenkomen een kaartje. Op de kaartjes staan 7 verschillende afbeeldingen. De leerlingen met dezelfde afbeeldingen vormen een groep. De begeleiders vormen de jury. Iedere groep krijgt per ronde(s) een antwoordenblad. Hierop noteren ze tijdens de quiz hun antwoorden. Deze bladen worden door de jury gecontroleerd en zij houden ook de punten bij.
Spelverloop -
Verdelen in groepen Uitleg quiz Groepsnaam kiezen Ronde 1: algemeen Ronde 2: Doe-opdrachten Ronde 3: sport Ronde 4: sprookjes Ronde 5: spreekwoorden Ronde 6: muziek Punten samentellen Bekendmaking winnaars.
RONDE 1: ALGEMEEN 1. In welk orgaan wordt je eten verteerd? je maag je hart je nieren 2. Pietje koopt een zak snoep voor 2,35 euro. Hij betaalt met een briefje van 10 euro. Hoeveel geld krijgt hij terug? € 8,65 € 7,65 € 7,35 3. Wat is een etmaal? 12 uur 24 uur 36 uur 4. Om de hoeveel tijd is er schrikkeljaar? om de twee jaar om de drie jaar om de vier jaar 5. Hoe heet het apparaat waarmee je de luchtdruk meet? thermometer barometer watermeter 6. In welke stad staat de Eifeltoren? Parijs 7. Een raadseltje: Welke spin maakt geen web? suikerspin 8. Hoe noemt de Nederlandse Schlagerzanger die ook in een film van Kabouter Plop heeft meegespeeld? Frans Bauer 9. Wie ben ik?: Mijn vader heeft Gepetto. Ik ben van hout. Ik wil graag een jongen worden. Pinokkio 10. Hoe heet de mannelijke hoofdrolspeler uit High School Musical? Zac Efron De antwoordbladen worden opgehaald en nagekeken door de jury.
RONDE 2: DOE-OPDRACHTEN 1. Pictionnary Eén leerling van elke groep komt naar voor en voert de opdracht uit. Ze krijgen 30 seconden om te tekenen. Na 30 seconden schrijft elke groep het antwoord op. Alle groepen die het juist hebben, krijgen een punt. de muis van een computer speedboot kasteel fietsbel kompas basketbal goal 2. Uitbeelden Eén leerling van elke groep komt naar voor en voert de opdracht uit. Ze krijgen 15 seconden om uit te beelden. Na 15 seconden schrijft elke groep het antwoord op. Alle groepen die het juist hebben, krijgen een punt. skiën voetballen golfen fietsen volleyballen paardrijden basket De antwoordbladen worden opgehaald en nagekeken door de jury. De punten van het ‘kaartenhuis’ en ‘dokter Knobbel’ worden door de juryleden op de antwoordbladen genoteerd. 3. Maak kaartenhuis van 3 verdiepen met bierkaartjes De eerste 3 ploegen die hier in slagen winnen 1, 2, of 3 punten. 4. Dokter Knobbel Eén leerling van elke groep gaat naar buiten terwijl de rest van de groep een knobbel maakt. Dit doen ze door elkaar de hand te geven en over en onder elkaar te gaan zonder de handen los te laten. Als de knobbel in elke groep gemaakt is, komen de leerlingen die buiten staan terug binnen en gaan bij een andere groep staan. Na het startsignaal proberen ze de knobbel (zonder handen los te maken) op te lossen. Wie als eerste de ontknoping heeft gevonden, wint 3 punten voor zijn groep, de tweede 2 punten en de derde 1 punt.
RONDE 3: SPORT 1. Hoe lang is een olympisch zwembad? 25 meter 50 meter
100 meter
2. Hoelang duurt een voetbalmatch? 90 minuten 3. Wanneer geeft een judoka zich over? Door luid stop te roepen Door zeer snel met de voeten te stampen Door af te kloppen op de mat 4. In welk land werd het voetbalspel geboren? United states of America Engeland Frankrijk 5. Wat is het exacte aantal spelers per ploeg in een basketbalwedstrijd? 5 10
12
6. Wat is geen vorm van paardensport? Polo Jumping Vasning 7. Wie heeft dit jaar de Ronde van Vlaanderen gewonnen? Cancellara Nick Nuyens Tom Boonen 8. Uit hoeveel sets bestaat een volleybalwedstrijd minstens? 2 3 9. Bij welke balsport is de bal niet rond? tennis waterpolo rugby 10. Waar werden de allereerste Olympische Spelen gehouden? in Olympia in Athene in Washington De antwoordbladen worden opgehaald en nagekeken door de jury.
4
RONDE 4: SPROOKJES Raad uit welk sprookje deze zinnen komen. Per juist sprookje één punt. De sprookjes worden op de leien geschreven en onmiddellijk getoond. 1. De koningin schrok ontzettend en werd groen en geel van woede. Vanaf het ogenblik dat zij haar voor het eerst had gezien, was ze jaloers op het meisje. Voortaan haatte zij het meisje, dat kleine onnozele kind dat notabene mooier was dan zij, de koningin van het land. (Sneeuwwitje en de zeven dwergen) 2. Ze ging op haar hurken zitten, voor het ovendeurtje, en boog zich voorover. Daar had ze op gewacht: ze gaf haar een harde duw. De heks viel in het vuur en ze deed gauw het deurtje dicht. Zo, van de heks zouden ze geen last meer hebben … (Hans en Grietje) 3. In het verre Parijs liet de fee alle feestjurken die er op dat ogenblik in de stad waren, bij zich brengen. Maar de meeste jurken vond ze niet mooi genoeg. Eindelijk, na heel lang zoeken, had ze toch iets gevonden. Er ontbrak wel nog iets aan, maar ze vond het toch een heel erg mooie jurk. Hoewel de fee nooit overdreef met toverkunsten, dacht ze: “Ik neem deze jurk. Met een paar toverspreuken maak ik hem nog mooier dat hij al is. Ze is mijn toverkracht waard.” (Assepoester)
RONDE 5: SPREEKWOORDEN Ik lees een deel van een spreekwoord voor. Jullie vullen aan op het antwoordenblad. 1. Een oogje in …
in het zeil houden
2. Het ijzer smeden als …
het heet is
3. Oost …
west, thuis best
4. Hij heeft de wind …
in de zeilen
5. Eigen haard is …
goud waard
6. Hij is er als de …
kippen bij
7. De aap kwam …
uit de mouw
8. Met de deur…
in huis vallen
9. Er zijn … op de …
kapers, kust
10. De beste … staan aan …
stuurlui, wal
De antwoordbladen (ronde 4 en 5) worden opgehaald en nagekeken door de jury.
RONDE 6: MUZIEK 1. Wie zingt het liedje? De eerste 15 seconden van de liedjes worden afgespeeld. Ian Thomas (Baby) Bruno Mars (Grenade) K3 (Alice in Wonderland) Shakira (Waka Waka) Niels Destadsbader (Jij bent van mij) Lady Gaga (Poker Face) Britney Spears (Till The World Ends) Piet Piraat (De Zeven Zeeën) Justin Bieber (Never Say Never) Dalton Sisters (Chihuahua) De antwoordbladen worden opgehaald en nagekeken door de jury. De punten van de ‘stoelendans’ en ‘stop de band’ worden door de juryleden op de antwoordbladen genoteerd. 2. Stoelendans Per groep wordt er weer een nieuwe leerling aangeduid. Deze nemen het tegen elkaar op in de stoelendans. Iedere groep krijgt sowieso een punt. De eerste die er uit gaat scoort 1 punt voor zijn groep, de tweede die er uit gaat 2 punten, … 3. Stop de band Om de beurt zingt 1 groep verder. Wanneer ze dit goed doen, verdienen ze 2 punten. Zo verliefd (Laura Omloop) Groep 2= Het Huis (Het Huis Anubis) Groep 3= Politie (K3) Groep 4= Get up! (Jill & Lauren) Groep 5= Amika (Amika) Groep 6= vtmKzoom-lied (vtmKzoom) Groep 7= Superidee! (Junior Eurosong 2010)