PROVINCIALE STATENVERKIEZINGEN 18 MAART
SAMENVATTING VERKIEZINGSPROGRAMMA’S 2015-2019 18 februari 2015 Statengriffie Provincie Utrecht www.kiesjouwutrecht.nl
Leeswijzer Voor u ligt een samenvatting van de verkiezingsprogramma’s van politieke partijen die meedoen aan de Provinciale Staten verkiezingen op 18 maart 2015. In deze samenvatting zijn de partijprogramma’s op hoofdlijnen puntsgewijs bij elkaar gezet. Ook zijn de ingediende lijsten van de partijen toegevoegd. Hoe lees ik de samenvatting? Het is bedoeld als praktische ondersteuning als u snel en helder een overzicht van de verschillende partijen over een onderwerp zoekt. Ruim driehonderd pagina’s zijn teruggebracht tot zestig pagina’s. Voor wie is deze samenvatting? De samenvatting is toegankelijk voor iedereen. In één document biedt deze samenvatting een overzicht van de verkiezingsprogramma’s. Handig te gebruiken voor bijvoorbeeld politici, ambtenaren, journalisten en belangstellenden en belanghebbenden in of over de provincie Utrecht. Om hoeveel verkiezingsprogramma’s gaat deze samenvatting? Er doen 15 politieke partijen mee aan de verkiezingen. Dat zijn: VVD, Partij van de Arbeid (P.v.d.A.), CDA, Democraten 66 (D66), PVV (Partij voor de Vrijheid), GROENLINKS, SP (Socialistische Partij), ChristenUnie, Staatkundig Gereformeerde Partij (SGP), 50PLUS, Partij voor de Dieren, Vrijzinnige Partij, JEZUS LEEFT, Libertarische Partij (LP) en Provincie@Inwonersbelangen. Het was helaas niet mogelijk om de laatste drie partijen in deze samenvatting op te nemen. U kunt via https://kiesjouwutrecht.nl/politieke-partijen/ de website van deze partijen bezoeken om hun verkiezingsprogramma te bekijken. Hoe is de samenvatting opgebouwd?. Deze samenvatting is op dezelfde manier ingedeeld als de programmabegroting 2015 van de Provincie Utrecht. De indeling ziet er als volgt uit: 1. Ruimtelijke ontwikkeling en wonen 2. Landelijk gebied en natuur 3. Bodem, water, milieu en energie 4. Economische ontwikkeling en recreatie 5. Bereikbaarheid 6. Cultuur en erfgoed 8. Bestuur, Europa en middelen 9. Overige zaken De meeste verkiezingsprogramma’s van de politieke partijen houden deze indeling niet aan. Er is gekozen om de verschillende onderwerpen – met behoud van inhoud – in te delen volgens bovenstaande onderwerpen verdeling. Hoe verhoudt deze samenvatting zich tot de verkiezingsprogramma’s? Deze samenvatting komt daarom niet in de plaats van de integrale verkiezingsprogramma’s. Beschouw het als een gebruiksvriendelijk naslagwerk. Het concept van deze samenvatting is aan de politieke partijen ter beoordeling voorgelegd. Hun reacties zijn verwerkt en hebben bijgedragen aan deze definitieve versie. Zoals gezegd gaat het om een vergelijking van partijen op hoofdlijnen. Voor precieze teksten en details van de standpunten is het altijd verstandig de integrale verkiezingsprogramma’s te raadplegen. Waar vind ik meer informatie? De complete verkiezingsprogramma’s zijn te vinden op de website www.kiesjouwutrecht.nl (partijpagina’s) en op de websites van de politieke partijen. Meer informatie over de verkiezingen en een link naar de websites van de politieke partijen zijn te vinden op de Utrechtse verkiezingssite www.kiesjouwutrecht.nl.
2
Statengriffie provincie Utrecht, Februari 2015
3
Inhoud
Leeswijzer ........................................................................................................................................... 2 1.
VVD: Koersvast ............................................................................................................................... 9 1. Inleiding en algemeen .................................................................................................................... 9 2. Ruimtelijke ontwikkeling en wonen .............................................................................................. 9 3. Landelijk gebied en natuur ............................................................................................................. 9 4. Bodem, water, milieu en energie ................................................................................................. 10 5. Economische ontwikkeling en recreatie ...................................................................................... 10 6. Bereikbaarheid ............................................................................................................................. 11 7. Cultuur en erfgoed........................................................................................................................ 12 8. Bestuur, Europa en middelen....................................................................................................... 12 9. Overige zaken: nvt ........................................................................................................................ 13
2. Partij van de Arbeid (P.v.d.A.): Werken aan Utrecht, meer banen en goed wonen in een aantrekkelijke omgeving ...................................................................................................................... 14 1.Inleiding en algemeen ................................................................................................................... 14 2. Ruimtelijke ontwikkeling en wonen ............................................................................................ 14 3. Landelijk gebied en natuur ........................................................................................................... 15 4. Bodem, water, milieu en energie ................................................................................................. 15 5. Economische ontwikkeling en recreatie ...................................................................................... 16 6. Bereikbaarheid ............................................................................................................................. 16 7. Cultuur en erfgoed........................................................................................................................ 17 8. Bestuur, Europa en middelen....................................................................................................... 17 9. Overige zaken: nvt ........................................................................................................................ 18 3.
CDA ................................................................................................................................................ 19 1. Inleiding en algemeen .................................................................................................................. 19 2. Ruimtelijke ontwikkeling en wonen ............................................................................................ 19 3. Landelijk gebied en natuur ........................................................................................................... 19 4. Bodem, water, milieu en energie ................................................................................................. 20 5. Economische ontwikkeling en recreatie ...................................................................................... 20 6.Bereikbaarheid .............................................................................................................................. 20 7. Cultuur en erfgoed........................................................................................................................ 21 8. Bestuur, Europa en middelen....................................................................................................... 21 9. Overige zaken: zorg ...................................................................................................................... 21
4
4.
Democraten 66 (D66): Ruimte maken, kansen bieden ............................................................... 22 1.
Inleiding en algemeen .............................................................................................................. 22
2. Ruimtelijke ontwikkeling en wonen ............................................................................................ 22 3. Landelijk gebied en natuur ........................................................................................................... 23 4. Bodem, water, milieu en energie ................................................................................................. 23 5. Economische ontwikkeling en recreatie ...................................................................................... 24 6. Bereikbaarheid ............................................................................................................................. 25 7. Cultuur en erfgoed........................................................................................................................ 26 8. Bestuur , Europa en middelen ...................................................................................................... 26 9. Overige zaken ............................................................................................................................... 27 5.
PVV (Partij voor de Vrijheid): “NEE TEGEN WINDMOLENS” ....................................................... 28 1.
Inleiding en algemeen .............................................................................................................. 28
2. Ruimtelijke ontwikkeling en wonen ............................................................................................ 28 3.Landelijk gebied en natuur............................................................................................................ 29 4. Bodem, water , milieu en energie ................................................................................................ 29 5. Economische ontwikkeling en recreatie ..................................................................................... 30 6. Bereikbaarheid ............................................................................................................................. 30 7. Cultuur en erfgoed........................................................................................................................ 31 8. Bestuur, Europa en middelen....................................................................................................... 31 9. Overige zaken: nvt ........................................................................................................................ 32 6.
GROENLINKS ................................................................................................................................. 33 1. Inleiding en algemeen .................................................................................................................. 33 2.Ruimtelijke ontwikkeling en wonen ............................................................................................. 33 3.Landelijk gebied en natuur............................................................................................................ 33 4.Bodem, water, milieu en energie.................................................................................................. 34 5. Economische ontwikkeling en recreatie ...................................................................................... 35 6. Bereikbaarheid ............................................................................................................................. 35 7. Cultuur en erfgoed........................................................................................................................ 36 8. Bestuur en middelen .................................................................................................................... 37 9. Overige zaken nvt ......................................................................................................................... 38
7.
SP (Socialistische Partij)................................................................................................................ 39 1. Inleiding en algemeen .................................................................................................................. 39
5
2. Ruimtelijke ontwikkeling en wonen ............................................................................................ 39 3.Landelijk gebied en natuur............................................................................................................ 40 4. Bodem, water, milieu en energie ................................................................................................. 40 5. Economische ontwikkeling en recreatie ...................................................................................... 41 6. Bereikbaarheid ............................................................................................................................. 41 7. Cultuur en erfgoed........................................................................................................................ 42 8. Bestuur, Europa en middelen....................................................................................................... 42 9. Overige zaken ............................................................................................................................... 43 8.
ChristenUnie: Geef geloof een stem in Utrecht .......................................................................... 44 1.Inleiding en algemeen ................................................................................................................... 44 2. Ruimtelijke ontwikkeling en wonen ............................................................................................ 44 3.Landelijk gebied en natuur............................................................................................................ 44 4. Bodem, water, milieu en energie ................................................................................................. 46 5. Economische ontwikkeling en recreatie ...................................................................................... 47 6.Bereikbaarheid .............................................................................................................................. 48 7. Cultuur en erfgoed........................................................................................................................ 49 8. Bestuur, Europa en middelen....................................................................................................... 50 9. Overige zaken: Sociaal beleid....................................................................................................... 50
9.
Staatkundig Gereformeerde Partij (SGP) ..................................................................................... 52 1. Inleiding en algemeen .................................................................................................................. 52 2. Ruimtelijke ontwikkeling en wonen ............................................................................................ 52 3. Landelijk gebied, landbouw en natuur ........................................................................................ 52 4.Bodem, water, milieu en energie.................................................................................................. 53 5. Economische ontwikkeling en recreatie ...................................................................................... 54 6. Bereikbaarheid ............................................................................................................................. 55 7.Cultuur en erfgoed ........................................................................................................................ 56 8.Bestuur, Europa en middelen ....................................................................................................... 56 9.Overige zaken nvt .......................................................................................................................... 57
10.
50PLUS...................................................................................................................................... 58
1. Inleiding en algemeen .................................................................................................................. 58 2. Ruimtelijke ontwikkeling en wonen ............................................................................................ 58 3.Landelijk gebied en natuur............................................................................................................ 59
6
4.Bodem, water, milieu en energie.................................................................................................. 59 5. Economische ontwikkeling en recreatie ...................................................................................... 60 6.Bereikbaarheid .............................................................................................................................. 60 7.Cultuur en erfgoed ........................................................................................................................ 60 8.Bestuur, Europa en middelen ....................................................................................................... 60 9. Overige zaken ............................................................................................................................... 61 11.
Partij voor de Dieren: Jouw Idealen in Utrecht ....................................................................... 62
1.Inleiding en algemeen ................................................................................................................... 62 2. Ruimtelijke ontwikkeling en wonen ........................................................................................... 62 3. Landelijk gebied en natuur .......................................................................................................... 62 4.Bodem, water, milieu en energie.................................................................................................. 64 5. Economische ontwikkeling en recreatie ...................................................................................... 65 6. Bereikbaarheid ............................................................................................................................. 65 7. Cultuur en erfgoed........................................................................................................................ 65 8. Bestuur, Europa en middelen....................................................................................................... 66 9.Overige zaken nvt .......................................................................................................................... 66 12.
Vrijzinnige Partij: ...................................................................................................................... 67
1. Inleiding en algemeen .................................................................................................................. 67 2. Ruimtelijke ontwikkeling en wonen ............................................................................................ 67 3. Landelijk gebied en natuur ........................................................................................................... 67 4. Bodem, water, milieu en energie ................................................................................................. 67 5. Economische ontwikkeling en recreatie ...................................................................................... 68 6. Bereikbaarheid ............................................................................................................................. 68 7. Cultuur en erfgoed........................................................................................................................ 68 8. Bestuur , Europa en middelen ...................................................................................................... 69 9. Overige zaken ............................................................................................................................... 69
7
Kandidatenlijsten.................................................................................................................................. 70 VVD................................................................................................................................................ 70 Partij van de Arbeid (P.v.d.A.) ...................................................................................................... 71 CDA ................................................................................................................................................ 72 Democraten 66 (D66) ................................................................................................................... 73 PVV (Partij voor de Vrijheid) ........................................................................................................ 74 GROENLINKS ................................................................................................................................. 75 ChristenUnie ................................................................................................................................. 77 Staatskundig Gereformeerde Partij (SGP) ................................................................................... 78 50PLUS .......................................................................................................................................... 79 Partij voor de Dieren .................................................................................................................... 80 Vrijzinnige Partij ........................................................................................................................... 81 Provincie@inwonersbelangen ..................................................................................................... 82 Libertarische Partij (LP) ................................................................................................................ 83 Jezus Leeft ..................................................................................................................................... 84
8
1.
VVD: Koersvast
1. Inleiding en algemeen • De VVD vindt het van groot belang dat de economie in Utrecht sterk blijft. Dit vereist randvoorwaarden, zoals verkeer dat snel en veilig doorstroomt. Dat Utrecht in trek is als vestigingsplaats voor bedrijven komt mede door de mooie landschappen in de omgeving. • Er is hard gewerkt aan de economie en de bereikbaarheid. Ook de provincie moest fors bezuinigen. Dit is bereikt door duidelijke keuzes: wat doet de provincie wel en wat niet. Hierdoor geeft de provincie minder belastinggeld uit. Op het ambtenarenapparaat werd bezuinigd: het aantal arbeidsplaatsen kromp met een derde. Die lijn niet verlaten. • Provincie zal zich vooral toeleggen op verbinden. Deze bescheiden rol past bij ontwikkelingen in samenleving. Inwoners en bedrijven pakken meer onderling op. Provincie verbindt inwoners en maatschappelijke instellingen, met onderwijs en ondernemers.
2. Ruimtelijke ontwikkeling en wonen • De provincie is verantwoordelijk voor inrichting van landelijk gebied en zorgt voor een goede balans tussen economie en natuur binnen nationale en Europese kaders. • Gemeenten hebben eigen vrijheid en verantwoordelijkheid bij inrichting stedelijk gebied binnen kader Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie, die alle ruimtelijke ontwikkeling toetst. • De provincie bewaakt planologische afstemming tussen gemeenten. Overmaat en ongewenste of conflicterende ontwikkelingen worden zo voorkomen. De provincie denkt aan de voorkant mee bij bovengemeentelijke belangen of projecten die regionaal van aard zijn. • Totale plancapaciteit is vooralsnog leidend maar lokaal maatwerk kan leiden tot verschuiving capaciteit binnen provincie. Bouwen binnen het bestaande (inpassing, inbreiding) gaat voor uitbreiding. Binnen gestelde kaders is flexibele inpassing van nieuwe initiatieven mogelijk. • Bij woningbouw draagt het ruimtelijk beleid bij aan herstel en behoud van een gezonde woningmarkt. Net als bij aanpak kantorenmarkt wordt gekeken hoe woningbouw vraaggericht kan. Voor een afgeslankte huisvestingsverordening die uitsluitend toewijzing van gesubsidieerde sociale huurwoningen reguleert voor doelgroep waarvoor ze zijn. • Vanwege grote verschillen in demografie en marktontwikkelingen vraagt de woningmarkt om lokaal maatwerk. De provincie moet zich beperken tot het planologische kader om een duurzame ontwikkeling van het evenwicht tussen vraag en aanbod te faciliteren. De VVD bevordert het eigen woningbezit en geeft ruimte aan particulier opdrachtgeverschap. • Kleine kernen zijn een kernwaarde en beeldbepalend voor het landschap. Ruimte geven om natuurlijke groei van inwoners te faciliteren met behoud van de landschappelijke waarden. Voor een vitale woonomgeving met bestaansrecht voor voorzieningen (winkels en scholen). 3. Landelijk gebied en natuur Landbouw • De land- en tuinbouw zijn al eeuwen landschapsbepalend. Sommige onderdelen – zoals houtwallen en uit moeras herwonnen weidepercelen – zijn monumentaal te noemen. Behoud en herstel dragen bij aan cultuurhistorische waarden van Utrechtse landschappen. • Economie en voedselvoorziening zijn afhankelijk van lokale land- en tuinbouw. De provincie moet de land- en tuinbouw actief ruimte geven om te groeien. Investeren in kennis en innovatie is een belangrijke randvoorwaarde voor de toekomst van de land- en tuinbouw. • In het landelijk gebied wordt ruimte geboden voor herbestemming van vrijkomend agrarisch vastgoed. Daarbij moet ruimte blijven voor agrarische bedrijvigheid. Woonbestemming van een boerderij, mag er niet toe leiden dat buurman niet kan uitbreiden of zelfs moet stoppen. Natuur
9
• • • •
Provincie moet niet zelf natuur beheren, maar realisatie en beheer overlaten aan inwoners, boeren en natuurorganisaties. Eigenaren mogen meer zelf verdienmodellen ontwikkelen voor beheer, door toestaan van horeca of woningen die passen bij het natuurgebied. Iedereen mag genieten van de natuur. Daarom moeten gebieden die met overheidsgeld gerealiseerd of ondersteund worden, zoveel mogelijk toegankelijk zijn. De provincie heeft alleen de taak te waken over gezondheid en veiligheid van gebruikers van natuurgebieden. Pragmatisch omgaan met uitvoering van natuurbescherming en geen extra regelgeving plaatsen op huidige beleid. Haags minimum is provinciaal maximum. Beheerplannen voor gebieden op korte termijn vaststellen, zodat ondernemers weten waar ze aan toe zijn. Het huidig gebruik moet in de beheerplannen worden opgenomen.
4. Bodem, water, milieu en energie Water • De provincie heeft met waterschappen een belangrijke taak bij verantwoord waterbeheer (regionale waterkeringen), zodat inwoners zich geen zorgen hoeven te maken om hun veiligheid, bijvoorbeeld door een dijkdoorbraak. • Veilige dijken, droge voeten en schoon water zijn kerntaken. Bij ontwikkelen gebieden of bij nieuwe bestemmingen rekening houden met het tegen maatschappelijk aanvaardbare kosten kunnen uitvoeren van deze kerntaken. Bij elke ruimtelijke ontwikkeling is water ordenend beginsel. Gebieden krijgen functies die goed samengaan met watervereisten. Dat scheelt het waterschap kosten op termijn. Als gebruikers meer gebruiksmogelijkheden, geldt: de gebruiker betaalt. Het waterschap kan hierbij ondersteunen, maar niet tegen elke prijs. • Waterkwaliteit oppervlaktewater is sterk verbeterd. Dit beleid wordt voortgezet. Waterschap hanteert geen scherpere normen dan Rijk of EU: waterschap moet economische ontwikkeling maximale ruimte bieden. Bij verdeling van kosten betaalt gebruiker ('vervuiler') de rekening. • De VVD wil niet dat het waterschap de belasting verhoogt voor onze inwoners en bedrijven. Er zijn bij projecten keuzes nodig: sommige worden versneld opgepakt, andere uitgesteld. • Waterschap besteedt uitvoering uit aan de markt, overheid moet geen ondernemer spelen. • Als een Waterschap wil samenwerken met organisaties in andere landen om de eigen taken beter en/of goedkoper uit te kunnen voeren, dan is dat goed. Maar samenwerken met buitenlandse organisaties om het samenwerken, om de ontwikkeling van het land te stimuleren, is geen taak van het waterschap. Ontwikkelingssamenwerking is taak Rijk. • Bij de provinciale ruimtelijke opgaven, zoals bij de beoordeling waar woningen en bedrijven mogen worden gebouwd, dient rekening te worden gehouden met het Deltaprogramma. Energie • Gebruik duurzame energiebronnen (aardwarmte, zonne-energie, reststoffen en vergisting van groenafval agrarische sector) makkelijker maken door wegnemen belemmerende regels. • Geen voorstander gesubsidieerde windenergie maar we houden ons aan nationale afspraken met taakstelling provincie Utrecht van 65,5 megawatt (1% van de landelijke opgave). Draagvlak is belangrijk criterium voor plaatsing windturbines. Geen nieuwe initiatieven subsidiëring van windenergie. Geluidseisen aan windenergie worden gelijk aan die van andere industrieën.
5. Economische ontwikkeling en recreatie • Overheid creëert geen banen, dat doen ondernemers, maar zorgt voor randvoorwaarden: uitstekend vestigingsklimaat met voldoende huisvesting en goede bereikbaarheid. • Economisch beleid moet volgens de VVD niet in het provinciehuis maar door het bedrijfsleven en instellingen worden bedacht. Een belangrijke rol van de provincie daarbij is het bijeenbrengen van partijen. De Economic Board Utrecht (EBU) heeft de afgelopen jaren laten
10
•
•
•
•
•
• • •
•
zien dat partijen, in samenwerking met de provincie, met succes bij elkaar kunnen worden gebracht. De VVD wil de EBU daarom de komende jaren versterken. Provincie is onlosmakelijk verbonden met economische regio’s als Food Valley, Eindhoven (hightech), Amsterdam (creatieve industrie) en Rotterdam (logistiek). Om (inter)nationaal te excelleren je niet afzetten tegen andere Nederlandse regio’s maar, daar vooral mee samenwerken. Daarbij kiezen voor enkele sectoren waarin onze provincie zich onderscheidt. Utrecht heeft een hoger aantal midden- en kleinbedrijven (MKB) dan landelijk gemiddeld, met veel innovatieve starters in health, life sciences en serious gaming. Evenwicht in bestuurlijke aandacht tussen MKB en grootbedrijf is van belang. Ook land- en tuinbouwbedrijven zijn economisch belangrijk en krijgen ruimte om door te ontwikkelen. Provincie heeft belangrijke taak in nog slimmer verwerven van nieuwe werkgelegenheid. Vooral acquisitie buitenlandse ondernemingen en launching customers draagt bij aan vliegwiel omdat hiermee nieuw kapitaal wordt aangetrokken. Het Europese predicaat van meest concurrerende Europese regio wordt nog meer benut. Bij acquisitie nieuwe bedrijven zorgen voor werkgelegenheid op alle niveaus. Geen eenzijdige samenstelling beroepsbevolking. Differentiatie is noodzakelijk om op lange termijn de werkgelegenheid en beschikbaarheid van personeel te waarborgen. Maakindustrie blijft belangrijk voor de economie en werkgelegenheid. Om te zorgen dat er straks voldoende goede technische vakmensen zijn, steun aan initiatieven als het Techniekpact. Samenwerking tussen bedrijfsleven en onderwijs op alle niveaus (van lager beroepsonderwijs tot universiteit) als randvoorwaarde voor economisch succes. Provincie legt over gemeentegrenzen heen verbindingen tussen onderwijs en bedrijfsleven. De provincie brengt hen in contact en bevordert afstemming tussen behoeften van bedrijfsleven en onderwijs. Europese fondsen voor economische ontwikkeling moeten zo veel mogelijk worden benut voor innovatie en ook voor het MKB goed toegankelijk zijn. Aanpak kantorenleegstand voortzetten; geen ongecoördineerde nieuwbouw. Naar een vraaggestuurde kantorenmarkt. Ook voor winkelgebieden marktwerking als leidend principe. Uitbreidende bedrijven krijgen zo veel mogelijk gelegenheid op eigen locatie, op bedrijventerreinen en in buitengebied. In buitengebied geldt randvoorwaarde dat de uitbreiding beperkt is, en noodzakelijk voor lokale werkgelegenheid omwille leefbaarheid. Op bedrijfsterreinen ruimte voor diverse bedrijfstakken, ook voor milieubelastende bedrijven. Meer risicogericht toezicht. Bedrijven in branches met hoog risico intensiever controleren dan bedrijven in branches met gemiddeld risico, die op hun beurt weer meer 'controletijd' krijgen dan bedrijven in branches met een (zeer) klein risico. Op basis van naleefgedrag uit het verleden kunnen bedrijven meer of minder intensief gecontroleerd worden.
Recreatie • Een verbindende rol bij toerisme. Recreatie en toerisme richten zich op publiek-private samenwerking en ondernemerschap. Resterende recreatieschappen worden effectieve en efficiënte uitvoeringsorganisaties. Bij toerisme meer inspelen op succes Amsterdam. • De VVD wil zo min mogelijk belemmeringen in de ruimtelijke ordening voor initiatieven op het gebied van cultureel erfgoed, recreatie en toerisme. Als een ondernemer bijdraagt aan duurzame ontwikkeling van een gebied, helpt de provincie daarbij door minder regels. 6. Bereikbaarheid • Utrecht is draaischijf van Nederland. Blijven investeren in wegen om knelpunten in bereikbaarheid te verbeteren. Projecten die hieraan bijdragen hebben voorrang. De provincie werkt nauw samen met het Rijk en de gemeenten. • Goede landschappelijke inpassing en beperking overlast omwonenden, voorwaarden bij aanleg en onderhoud infrastructuur. Leefbaarheid van omwonenden weegt zwaarder dan landschappelijke inpassing. Gebruik geluidsarme materialen/constructies van groot belang. • Goed verkeersmanagement moet zorgen voor een soepele doorstroming van auto’s, fietsen en openbaar vervoer. Bij aanleg, beheer en onderhoud kijken naar effecten van die
11
• • • • •
•
investering voor het hele systeem. Verschillende vormen van vervoer moeten goed aansluiten en overstappen tussen (eigen vervoer en) openbaar vervoer makkelijker maken. Om reistijden zo kort mogelijk te houden, hebben maatregelen om doorstroming te verbeteren en het beperken van geluidsoverlast een hoge prioriteit. Het beïnvloeden van doorstroming heeft bovendien een positief effect op de luchtkwaliteit langs wegen. Uitgangspunt is dat de maximumsnelheid op gebiedsontsluitingswegen 80 kilometer per uur blijft. Tegen schijnoplossingen van snelheidsbeperkende maatregelen op deze wegen. Provincie voert geen milieubeleid om auto’s te weren. Inwoners en ondernemers moeten zelf kunnen beslissen in welke auto ze rijden. Voor samenwerking met bedrijfsleven en instellingen om bereikbaarheid te verbeteren. We kunnen behoeften afstemmen en profiteren van elkaars kennis. Initiatieven zoals Het Nieuwe Werken, vraaggericht openbaar vervoer en spitsmijden, zorgen voor minder files. Velen pakken de fiets om te recreëren. Ook woon-werkverkeer per fiets neemt toe. Creatieve oplossingen om fietsen veilig, snel en aangenaam te maken; niet ten koste van autoverkeer. Verhogen veiligheid van fietsers; zo veel mogelijk scheiden fietsverkeer van autoverkeer en gebruik ongelijkvloerse kruisingen. Het eerst meest gevaarlijke plekken aanpakken. Motorrijtuigenbelasting moet worden gebruikt voor bereikbaarheid.
Openbaar vervoer • Openbaar vervoer moet betaalbaar blijven. Dit betekent keuzes maken bij verdeling van geld voor OV. Voor vraaggericht OV: openbaar vervoer op plekken met grote vervoersstromen. Veiligheid • Bij aanleg en beheer provinciale wegen is verkeersveiligheid leidend; ook voor openbaar vervoer. Het openbaar vervoer in provincie Utrecht wordt als zeer veilig beoordeeld. De komende jaren dit veiligheidsniveau verhogen of tenminste handhaven. • Het aantal ongelukken op provinciale wegen is iets afgenomen, maar recente rapporten laten zien dat er nog veel beter kan. Daarbij voelt de VVD weinig voor snelheidsverlaging, maar geeft voorkeur aan verbetering van infrastructuur en beïnvloeden van rijgedrag. • Door provincie lopen routes voor gevaarlijke stoffen (vervoer via spoor, weg en water). De 'risicokaart' moet mensen en bedrijven inzicht geven in deze routes en het potentiële risico. De provincie dient deze risico’s zoveel mogelijk te beperken, waarbij een balans wordt gezocht tussen deze risico’s en uitbreidingen van deze infrastructuur. 7. Cultuur en erfgoed • Voortzetten koers met inzet op cultureel erfgoed als kastelen, landgoederen en forten. Financiële ondersteuning via cofinanciering en draagt bij aan in stand houden op lange termijn. Met eigenaren van erfgoed die steun krijgen, afspraken over openstelling en exploitatie. Particuliere erfgoedeigenaren worden serieus worden, bijvoorbeeld met een goede positie in beleidsoverleggen en uitvoeringsorganisaties (gebiedscommissies). • Inzetten op cultureel ondernemerschap door netwerkaanpak: verbinding tussen publiek, cultuur, erfgoed(beheer), festivals, toerisme en bedrijfsleven. Zie project ‘Utrecht Verhaalt’. • Wij willen voldoende recreatieve voorzieningen nabij de inwoners, waar mensen kunnen wandelen, hardlopen, fietsen, zwemmen, kanoën en andere ongemotoriseerde watersport.
8. Bestuur, Europa en middelen Bestuur • Voor inwoners is gemeente eerste overheid. Behoefte aan bestuurskrachtige gemeenten. • Gemeenschappelijke regelingen leveren bijdrage aan betere dienstverlening inwoners. Elke bestuurlijke samenwerking moet democratisch gelegitimeerd zijn. Rol provincie om dit te bewaken. Voortvarend verder met opheffen lappendeken bestuurlijke hulpstructuren.
12
• • • • • •
Provincie ondersteunt initiatieven tot gemeentelijke samenwerking. Gemeenten en samenwerkingsverbanden beoordelen op bestuurskracht. Provincie grijpt in als samenwerkingsverbanden zijn aangegaan als (schijn)oplossing gebrek aan bestuurskracht. Provincie moet doelmatig werken. Rijksinitiatieven provinciale opschaling beoordelen op hun meerwaarde. Bij opschaling wordt gekeken naar ordenende principes van water en wegen. Er is steeds meer Europese wet- en regelgeving; decentrale overheden voeren het grootste deel uit. Provincie trekt gezamenlijk op met de andere provincies bij Europees beleid. De VVD is tegen het rondpompen van geld. Bestaande subsidies moeten door voldoende cofinanciering uit bedrijfsleven worden ingezet voor innovatie van de regionale economie. Vertrouwen is basis goed bestuur; voor een betrouwbare en integere overheid. Wie dat beschaamt, kan geen politieke of bestuurlijke functie uitoefenen. Integriteit is karaktereigenschap individu: betrokkene is eerlijk en oprecht en niet omkoopbaar. Rijk en gemeenten zorgen voor politie en handhaving van openbare orde; provincie geen taak. Wel heeft provincie veiligheidstaak bij mobiliteit en water. Je moet erop kunnen vertrouwen, dat de provincie deze veiligheidstaken naar behoren uitvoert.
Middelen • Afgelopen jaren is dankzij de VVD flink bezuinigd.Aantal arbeidsplaatsen (FTE’s) van provincie is met een derde afgenomen tot onder 650; behaalde besparing van ruim 12 miljoen euro. • Lasten voor inwoners laag houden. Wij maken daartoe telkens scherpe keuzes. Doel is handhaven huidige belastingniveau (opcenten) en deze zo mogelijk verlagen. • Realistische financiële basis onder het beleid. Veel geld is geïnvesteerd in mobiliteit, economie en natuur. Fondsen en reserves hiervoor gebruiken waarvoor ze zijn bedoeld. • Minder subsidies maar meer creatieve oplossingen bij inzetten geld, zoals cofinanciering en revolverende fondsen met tijdelijke middelen die daarna weer voor andere projecten zijn. • Een sluitende begroting – nu en in de toekomst. Bij keuzes, geldt 'nieuw voor oud’: kritisch kijken naar oud beleid om nieuw beleid te kunnen ontwikkelen. Eventuele bezuinigingen inboeken bij start nieuw college zodat provincie solide financieel beleid blijft voeren. • Naar onze volle overtuiging is mobiliteit noodzakelijk voor economische ontwikkeling. Die weer de motor voor het overige beleid. Daarom is het onverstandig hierop te bezuinigen. 9. Overige zaken: nvt
13
2.
Partij van de Arbeid (P.v.d.A.): Werken aan Utrecht, meer banen en goed wonen in een aantrekkelijke omgeving
1.Inleiding en algemeen • Gelijke kansen en eerlijk delen voor iedereen, ongeacht afkomst, geloof, cultuur of geslacht: dat zijn voor de PvdA de kernpunten. • Gelijke kansen op onderwijs, werk en inkomen; een rechtvaardige verdeling van welvaart en van woonmogelijkheden; een schoon en aantrekkelijk leefmilieu en voor iedereen toegankelijke natuur- en recreatiegebieden – het zijn bij uitstek onderwerpen waar het provinciebestuur samen met de gemeenten veel aan kan doen. Drie speerpunten: 1. Utrecht is een economisch sterke provincie maar heeft ook de gevolgen van de crisis op welvaart en werkgelegenheid ondervonden. Gelukkig zijn we op de weg naar boven, groeien economie en werkgelegenheid weer, wordt er weer verkocht en gebouwd. Die lijn willen we vasthouden, met een sociale en realistische koers. Voor de PvdA is ontwikkeling en versterking van de regionale economie daarom speerpunt nummer één: meer banen voor iedereen, wat voor opleiding je ook hebt. Dat willen we realiseren in nauwe samenwerking met bedrijfsleven, onderwijs en gemeenten. 2. Een passend en betaalbaar woningaanbod. Woonbehoeften en woningmarkt veranderen snel. De PvdA wil dat de provincie daar samen met de gemeenten, de woningbouwcorporaties en de bouwwereld tijdig op inspeelt. 3. Behoud en duurzame ontwikkeling van mooie woon- en werkomgeving die Utrecht biedt. 2. Ruimtelijke ontwikkeling en wonen Ruimte • De provincie heeft een belangrijke rol in het bevorderen van samenwerking en afstemming van het gebruik van de ruimte. Met gemeenten, belangenorganisaties en inwoners, want het gaat immers om hun leefomgeving. • De ruimte in de provincie moet efficiënt worden ingericht en duurzaam worden gebruikt. Er wordt geen nieuwbouw gebouwd als oude gebouwen opgeknapt kunnen worden en nieuwbouw wordt gerealiseerd binnen bestaande kernen. In bestaande uitleggebieden zoals Vathorst en Rijnenburg willen we dat er een passend woningaanbod wordt gerealiseerd. • Woningbouw bij knooppunten van openbaar vervoer heeft verreweg onze voorkeur, niet alleen vanwege de bereikbaarheid, maar ook vanwege het milieu. • Nieuwbouwplannen voor laaggelegen gebieden moeten we zoveel mogelijk voorkomen – door de klimaatverandering wordt het steeds moeilijker die droog te houden. • Duurzaamheid en zuinig zijn met beschikbare ruimte betekenen dat oude bedrijventerreinen en kantoren worden gerenoveerd en gesaneerd voordat we over nieuwe gaan praten. We zijn voorstander van een provinciaal aanvalsplan tegen leegstaand vastgoed en verrommeling, waarin we prioriteit geven aan transformatie. Als nieuwbouw wordt toegestaan worden verouderde panden gesloopt. • Oude bedrijfsgebouwen met cultuurhistorische waarde willen we behouden door deze een nieuwe bestemming te geven (bijvoorbeeld aan startende ondernemers of horeca) die werkgelegenheid schept en van waarde is voor de omgeving. Iets soortgelijks geldt voor vrijkomende agrarische bebouwing, een verschijnsel dat door schaalvergroting zal toenemen. • Winkels zijn van groot belang voor de leefbaarheid van kleine kernen en stadswijken; voor de aantrekkelijkheid van stads- en dorpscentra zijn ze bepalend. Wij willen een regionale aanpak voor detailhandel en sociaal ondernemen in leegkomende winkelpanden, voor vitale winkelgebieden en levendige dorpskernen en binnensteden. Wonen
14
•
• •
Woonwensen zijn aan sterke veranderingen onderhevig (ouderen willen langer zelfstandig blijven wonen bijvoorbeeld). De woningmarkt heeft een bovenlokaal karakter. Regionale woonvisies met gemeenten en andere betrokken partijen en woningbouwprogramma’s voor een gevarieerd en passend woningaanbod. Hierin staan ook afspraken over voldoende betaalbare sociale woningbouw. Bij de bouw en renovatie van woningen staan duurzaamheid en energiebesparing voorop. Het project Nul op de Meter voor 50.000 energie neutrale woningen in 2020 is een uitstekend initiatief; de PvdA wil zoeken naar mogelijkheden om ambitie te verhogen. We zijn voorstander van de voortzetting van een breed en flexibel provinciaal fonds wonen en stedelijke vernieuwing voor binnenstedelijke vernieuwing, bewonersinitiatieven en duurzame pilots. We willen ruimte bieden aan initiatieven van bewoners of bewonersgroepen om zelf te bouwen.
3. Landelijk gebied en natuur Landbouw • Het aantal agrarische ondernemers loopt terug, met schaalvergroting als gevolg. Daartegenover staat een groeiend aantal boeren dat biologisch en streekgericht werkt. Voor beide ontwikkelingen is er ruimte, maar voor de PvdA staat verduurzaming voorop: het aanpakken van verdroging, vermesting en schade door de uitstoot van ammoniak. • Wij willen niet-grondgebonden agrarische productie zoveel mogelijk clusteren. De PvdA is echter tegenstander van megastallen, vanwege de aantasting van het landschap en de risico’s voor de volksgezondheid. • Er moet ruimte komen voor kleinschalige bedrijvigheid in vrijkomende agrarische bedrijfsgebouwen. Natuur • Het Utrechtse deel van het Natuur Netwerk Nederland (NNN) moet met nog 1500 hectare worden uitgebreid. Dat gebeurt wat de PvdA betreft zo snel mogelijk. Daarnaast kan er in de zogeheten groene-contourgebieden mogelijk nog eens 3000 ha natuur worden gerealiseerd op vrijwillige basis. Wij willen de verruiming van het budget dat de provincies voor natuur krijgen van het Rijk voor dat doel inzetten. Door gebiedscoöperaties te vormen met eigenaren, gebruikers en overheden zijn er, ondanks beperkte financiën, toch ontwikkelingen mogelijk. • Wij willen voldoende en betaalbare recreatiemogelijkheden dicht-bij-huis. Een fijn vertakt stelsel van wegen en paden maakt het landelijk gebied toegankelijk voor recreant. De provincie stimuleert natuur in groene-contourgebieden en zet daar extra natuurgeld voor in. • Wij willen het aantrekkelijke en gevarieerde Utrechtse landschap behouden door het uitvoeren van een landschapstoets op plannen voor woningen, (boeren)bedrijven, wegen, etc. Deze toets wordt gemaakt aan de hand van de streekeigen kenmerken van de zes landschappen van Utrecht volgens de provinciale Kwaliteitsgids. • Bij het behoud van natuur en landschap moet er nauw samengewerkt worden met het waterschap, zodat veiligheid en waterberging de plaats krijgen die zij in gebiedsontwikkeling verdienen. 4. Bodem, water, milieu en energie Voor milieu en water zie ook punten bij Ruimtelijke ontwikkeling en Wonen, Landelijk gebieden en Bereikbaarheid Energie • De PvdA wil de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen verminderen en werken aan de overgang naar duurzame energie. In fossiele energie moeten we niet meer investeren: geen proefboringen naar schaliegas. • Hoe meer energiegebruik, hoe meer inspanning de omschakeling naar duurzame energie kost. Daarom is het zaal eerst zo veel mogelijk energie te besparen. Dat is ook goed voor de
15
• • • •
luchtkwaliteit en de gezondheid én het levert werk op voor bouw-, installatie- en onderhoudsbedrijven. De PvdA wil dat er een provinciaal Energiefonds (revolving fund) komt om de ontwikkeling en toepassing van schone technologie voor energieopwekking in zoveel mogelijk vormen te stimuleren. De energievoorziening van Utrecht moet in 2020 voor meer dan 16% duurzaam (door toepassing van zonne- en windenergie, aardwarmte, bio vergisting, etc.) worden opgewekt, als opmaat naar een klimaat neutrale provincie in 2040. Wij willen dat er een Regionaal Energie Akkoord wordt opgesteld met alle betrokken partijen (het bedrijfsleven, energie coöperaties, instellingen, de bouwsector, milieuorganisaties en gemeenten). Dit akkoord is de lokale vertaling van het Nationale Energie Akkoord. Utrecht levert een aandeel van 65 Megawatt windenergie als onderdeel van de landelijke doelstelling van 6000 Megawatt in 2020. Omdat windmolens veel impact hebben op omgeving moeten omwonenden nauw bij ontwikkeling van windprojecten worden betrokken. Waar mogelijk moeten zij in windprojecten kunnen participeren en van de opbrengst profiteren.
5. Economische ontwikkeling en recreatie • Intensieve samenwerking tussen overheden, bedrijfsleven en onderwijs is een motor voor economische ontwikkeling en een voorwaarde voor de aanpak van de hoge werkloosheid onder jongeren. We willen daarom graag door gaan met de Economic Board Utrecht (EBU) en de ontwikkelingen op het Utrecht Science Park. • De economische ontwikkeling stoort zich niet aan provinciegrenzen. Daarom moet de provincie samenwerking zoeken met aangrenzende regio’s zoals Amsterdam, WageningenFood Valley en Hilversum. • We willen kansrijke sectoren als zorg en techniek, ICT, duurzame bouw en de creatieve industrie stimuleren, met speciale aandacht voor banen op MBO-niveau. • We willen innovatieve starters ondersteunen en de toegang van het MKB tot financiering bevorderen, onder meer door gebruik te maken van de nationale en Europese programma’s. • De PvdA wil de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt verbeteren door per jaar tenminste 2.000 leerwerkplekken en stageplaatsen te creëren. Vooral in het MBO is daar een tekort aan. • De PvdA wil dat Utrecht zich – nationaal en internationaal – profileert als aantrekkelijke vestigingsplaats voor bedrijven. Internationale congressen, sport- en culturele evenementen zetten de provincie op de kaart en dragen bij aan economische ontwikkeling. Hierbij hoort participatie van alle inwoners. Recreatie • Nu de recreatieschappen gaan verdwijnen, wil de PvdA tijdig afspraken met gemeenten maken over het onderhoud en het beheer van wandel- en fietsroutes. • Natuur en landschap bepalen kwaliteit van leefomgeving en zijn van groot belang voor vestigingsklimaat en dus voor economie en werkgelegenheid. Recreatie en toerisme leveren ook directe werkgelegenheid: 6% van de Utrechters heeft een baan in deze sectoren.
6. Bereikbaarheid Openbaar Vervoer • Mobiliteit is een voorwaarde om mee te doen en bevordert gelijke kansen. Het openbaar vervoer heeft ook een belangrijke sociale functie. Daarom wil de PvdA toegankelijk, betaalbaar en gebruiksvriendelijk openbaar vervoer, met name voor ouderen en gehandicapten. Dit kan bijvoorbeeld gerealiseerd worden door een vorm van gratis openbaar vervoer in daluren voor oudere minima. • Het verkeer is de belangrijkste bron van luchtverontreiniging in de provincie Utrecht en veroorzaakt gezondheidsschade voor de inwoners van de provincie en draagt bij aan
16
• •
• • •
klimaatverandering. Openbaar vervoer draagt ook bij aan verbetering van de luchtkwaliteit. Van minder auto’s op de weg profiteren we dus dubbel. De PvdA wil dat de strengste eisen worden gesteld aan het openbaar vervoer met betrekking tot de uitstoot van CO2 en andere schadelijke stoffen. Wij willen het fijn vertakte netwerk van het openbaar vervoer behouden door combinaties te maken (het busje brengt eerst kinderen naar school en dan ouderen naar de dagopvang), door de inzet van vrijwilligers en door maatwerk te leveren voor dunbevolkte gebieden. Wij ondersteunen initiatieven voor een Buurtbus. Ook recreatiegebieden moeten per openbaar vervoer bereikbaar zijn. Door de opheffing van de BRU is de provincie verantwoordelijk voor het openbaar vervoer in de stadsregio Utrecht. De PvdA naar een hoogwaardig openbaar vervoer van tram, bus en regiotaxi met behoud van de fijnmazigheid. De PvdA wil dat de Uithof goed bereikbaar is, ook tijdens de aanleg van de tram. De PvdA steunt het initiatief voor een Nationaal Railinnovatiecentrum samen met bedrijfsleven, onderwijs en gemeenten voor modernisering in de railsector en het creëren van nieuwe werkgelegenheid.
Wegen • Als het autoverkeer weer toeneemt, wil de PvdA niet meteen de capaciteit van het netwerk van provinciale wegen vergroten ten koste van landschap en natuur. De PvdA wil liever het bestaande wegennetwerk beter benutten, bijvoorbeeld met ICT-oplossingen. • De PvdA kiest voor het verbeteren van het vervoer per fiets, e-bike of het openbaar vervoer, bijvoorbeeld door de aanleg van ‘fietssnelwegen’. Dit is beter voor de luchtkwaliteit. Waar het voor de luchtkwaliteit nodig is, moeten we de maximumsnelheid verlagen naar 80 km/u. • De PvdA is tegenstander van het verbreden van de A27 ten koste van natuurgebied Amelisweerd. • Wij willen aandacht voor de veiligheid van provinciale wegen in de onderhoudsplannen. 7. Cultuur en erfgoed • Wij willen dat cultuurhistorisch waardevolle elementen in het landschap behouden kunnen worden door ze een passende economische functie te geven 8. Bestuur, Europa en middelen Bestuur • De provincie moet gemeenten in 2015 waar nodig ondersteunen bij het invullen van hun nieuwe verantwoordelijkheid voor de jeugdzorg. • Bij problemen in gemeenten kan de provincie beter tijdig in overleg treden met de gemeente en naar oplossingen zoeken dan problemen laten groeien totdat harde ingrepen onvermijdelijk zijn. • De PvdA voelt weinig voor een herindeling van de gemeenten. Wel moeten gemeenten samen met de provincie op zoek naar manieren om de doelmatigheid en bestuurskracht te verbeteren en de regionale samenwerking te bevorderen voor zaken die gemeentegrenzen overschrijden. • Er moet ruim baan gegeven worden voor de groeiende behoefte van inwoners aan invloed en directe betrokkenheid bij zaken die hun leefomgeving raken. Door hen naast gemeenten, maatschappelijke organisaties, onderwijs en bedrijfsleven bij ontwikkeling en uitvoering van beleid te betrekken, zal dat aan kracht winnen. Middelen • De financiële middelen worden steeds schaarser. Daarom moeten we onze doelen realiseren door binnen de bestaande begroting zo efficiënt mogelijk te werken en keuzes te maken. Soberheid en doelmatigheid, ondermeer in bedrijfsvoering en voor bestuurders. De PvdA wil beschikbare middelen slimmer inzetten en publieke en private middelen koppelen. Naast geld
17
•
moet de provincie ook deskundigheid, beleid en regelgeving inbrengen en met voorbeeldprojecten innovatie en ontwikkeling bevorderen. Werkgelegenheid bevorderen voor mensen met een achterstand op de arbeidsmarkt, bij aanbestedingen en bij de provincie zelf. Bij de verlening van opdrachten door de provincie voortzetting van het voorkeursbeleid voor bedrijven die tenminste 5% mensen in dienst hebben of nemen, die anders moeilijk aan de slag komen (“social return on investment”).
9. Overige zaken: nvt
18
3.
CDA
1. Inleiding en algemeen • In het Program van Uitgangspunten van het CDA staat: Uitgangspunten van gerechtigheid, gespreide verantwoordelijkheid, solidariteit en rentmeesterschap zijn de bakens door de tijd. (…)Het CDA staat voor de overtuiging dat er naast de mens en de overheid een levende ruimte is. Samen zijn mensen machtig om grote uitdagingen aan te gaan; dichtbij huis en wereldwijd. De verantwoordelijke samenleving vraagt de inbreng van personen, maatschappelijke verbanden en de overheid. • Het is vanuit deze visie dat ons verkiezingsprogramma voor de Provinciale Staten niet “verstatelijkt” is geschreven, maar is geschreven vóór en mét mensen uit onze provincie. Met alle zekerheden die we zoeken in een programma is het vooral zeker dat onze toekomst niet vast staat. Waarom we keuzes maken is net zo belangrijk als wat we aan concrete punten aanvoeren om dat onze motivatie ons onderscheidt van andere politieke richtingen, waar we op concrete punten heel goed met anderen kunnen en willen samenwerken. • Politiek is volgens het CDA niet iets wat alleen in de Statenzaal op het Provinciehuis plaatsvindt. Heel Utrecht maakt uit wat er overal in Utrecht gebeurt en hoe we met elkaar omgaan. Ons program is daarom kernachtig en op mensen gericht. • Het CDA is een partij die al vele decennia sterk geworteld is in de Utrechtse politiek. Als geen andere partij is het CDA vertegenwoordigd in alle uithoeken van de provincie en voelen wij ons verbonden met de vele mensen en organisaties die Utrecht maken tot wat het is. Als geen ander weet het CDA dat de provincie is gebaat bij een provinciale overheid die dichtbij mensen staat, oog heeft voor alle inwoners en hen voldoende ruimte biedt. Een dienstbare overheid, die doet wat nodig is, maar inwoners niet onnodig voor de voeten loopt. • Een provincie die dichtbij mensen staat. Waar mogelijk leggen we meer verantwoordelijkheid bij inwoners en organisaties voor uitvoering van beleid. Samen met belanghebbende organisaties werken we aan een nog betere balans tussen wonen, werken en groen. • Een provincie met oog voor jong en oud. Het CDA wil dat iedereen in de provincie Utrecht mee mag en kan doen. Waar hulp wordt geboden, als je dat echt nodig hebt. Wij kiezen voor een samenleving waar iedereen bijdraagt vanuit zijn of haar talent. We kunnen en willen niet zonder elkaar. Iedereen heeft waarde. Alleen samen maak je een provincie! 2. Ruimtelijke ontwikkeling en wonen • Behoud van levendige kernen. Om nog meer leegstand in kernen te voorkomen, grootschalige winkelcentra of weidewinkels buiten kernen niet toestaan. Provincie treedt stevig op naar gemeenten en zoekt samen naar alternatieven leegstaande winkelpanden. • Kwaliteit in kernrandzones. Mogelijkheden om aan rand van een kern nieuwe woningen te realiseren zijn zeer beperkt. Provincie past beleid streng toe en uitbreiding alleen wanneer dit leidt tot betere ruimtelijke kwaliteit. Herstructureren en vitaliseren bestaande wijken en buurten dragen bij aan een duurzaam ruimtegebruik. • Herbestemming leegstaande gebouwen. Bouw van nieuwe kantoren is ongewenst, omdat kantoren leeg staan en meer mensen thuis werken. Streng blijven optreden tegen plannen voor nieuwbouw. 3. Landelijk gebied en natuur Landbouw • Landbouw speelt in ons landschap belangrijke rol, draagt bij onze economie en stelt ons in staat om deels zelfvoorzienend te zijn voor voedsel. Dat vergt aanpassingsvermogen van agrarische bedrijven voor onder andere bodemdaling en uitstoot van stikstof. • Behoud en verduurzaming van landbouw in Groene Hart en Natura 2000 gebieden. Bodemdaling en strenge regels stikstof en ammoniak zijn steeds vaker belemmering voor
19
• •
agrarische bedrijven. Omdat agrariërs essentiële rol spelen in behoud landelijk gebied, moet duurzame landbouw mogelijk blijven in hele provincie. Het CDA wil dat de provincie actief bijdraagt aan het ontwikkelen van technische oplossingen die het langdurig behoud van landbouw mogelijk maken. Bij herbestemming leegstaande agrarische panden is flexibiliteit gewenst. Provincie gaat met sector in gesprek over aanvullende maatregelen tegengaan verrommeling en leegstand.
Natuur • Elkaar houden aan gemaakte afspraken over natuur in Akkoord van Utrecht; Om nieuwe onduidelijkheid voor agrariërs te voorkomen, is het belangrijk dat de gemaakte afspraken ongewijzigd blijven en gezamenlijk met landbouw- en natuurorganisaties worden uitgevoerd. 4. Bodem, water, milieu en energie Water • Steun aan voorstel Deltaprogramma om de Lekdijk en de Grebbedijk te versterken. Nodig om hele provincie te blijven beschermen; voorkomt ingrijpende maatregelen op andere plaatsen. Overheid moet nu keuzes durven maken en alle betrokkenen duidelijkheid geven. Energie • Provincie neemt haar aandeel nationale opgave realisatie duurzame energie uit energieakkoord. Hierbij vasthouden aan eerder vastgestelde locaties en krijgen coöperaties van bewoners een sterkere rol. Naast uitbreiding van wind- en zonne-energie inzetten op maximale benutting van reeds aanwezige windmolens en zonnepanelen. • Zolang gevolgen van schaliegaswinning voor landschap en grondwater onvoldoende bekend zijn, tegen de winning van schaliegas. • Bestaande regeling om asbestdaken te vervangen door zonnepanelen is een uitstekend initiatief, maar kan beter door subsidies te verhogen. Provincie draagt hier financieel aan bij. 5. Economische ontwikkeling en recreatie • Overheid geeft ruimte aan ondernemers en kansen om werkgelegenheid te vergroten. Zoals samenwerking met bedrijven en onderwijsinstellingen in Economic Board Utrecht, meer horecamogelijkheden voor rendabelere recreatiegebieden, versterken cultureel ondernemerschap. • Blijven inzetten op regionaal economisch beleid. Utrecht profileert zich voor nieuwe kansrijke economische sectoren en versterkt samenwerking overheid, bedrijfsleven en onderwijsinstellingen. Utrecht Science Park en samenwerking Foofvalley zijn goede voorbeelden. Optimaal gebruik van Europese fondsen en subsidiegelden kan belangrijke bijdrage leveren. • Provincie stimuleert goede aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt, en waar nodig en mogelijk stimulerend en sturend optreden. • Het versterken en toegankelijk maken van cultuurhistorie (zoals Hollandse Waterlinie, Grebbelinie en vele kastelen en landgoederen geeft belangrijke impuls aan de toeristische sector in Utrecht. 6.Bereikbaarheid • Projecten Ring Utrecht, Knooppunt Hoevelaken en Rijnbrug in Rhenen zijn nodig om bereikbaarheid goed te houden en files en sluipverkeer te verminderen. Daarom vasthouden aan gemaakte afspraken, waarbij voorzien is in maatregelen tegen fijnstof en geluidsoverlast. • Veilige provinciale wegen en fietsroutes De verkeersveiligheid van provinciale wegen moet verder worden verbeterd, inclusief de naastgelegen fietsroutes. Het CDA zet zich in om gevaarlijke locaties aan te pakken. Bij gepland onderhoud gaat de provincie standaard in
20
•
gesprek met scholen en bewoners, om te kijken welke verbeteringen meegenomen kunnen worden. Onder bereikbaarheid verstaat het CDA ook digitale verbindingen. Het CDA ondersteunt initiatieven om in het landelijk gebied de aanleg van glasvezel te realiseren.
Openbaar vervoer • Goed busvervoer, ook in dorpen. Openbaar vervoer houdt kleine kernen bereikbaar. Bezuinigingen busvervoer leiden er niet toe dat delen van de provincie zonder OV zitten; jongeren en ouderen zijn afhankelijk van OV (scholen, zorginstellingen). Als buurtbus zorgt voor betere bereikbaarheid kleine kernen, wordt dit gestimuleerd en mede gefinancierd. Ook goede haltevoorzieningen. 7. Cultuur en erfgoed • Behoud cultureel erfgoed. Cultuurhistorie verbindt mensen met elkaar en heden met verleden. Het CDA wil dat kastelen, kerken, botterwerf en –haven, boerderijen en landhuizen behouden blijven. Provincie speelt een rol met fonds erfgoedparels, dat bijdraagt aan onderhoud cultuurlandschap. 8. Bestuur, Europa en middelen Bestuur • Provincie maakt zelf bewuste keuzes welke taken ze uitvoert met voldoende focus. Dit maakt het profiel duidelijk en herkenbaar en voorkomt bemoeien met beleidsterreinen waarvoor andere overheden, zoals gemeenten, in eerste instantie aan de lat staan. • De kerntaken voor de provincie zijn enkele jaren geleden vastgelegd en hebben betrekking op ruimte, economie, mobiliteit, cultuurhistorie en natuur. Het CDA vindt het belangrijk dat de provincie ook de komende jaren blijft vasthouden aan deze kerntaken. • Openbaar bestuur dicht bij mensen. Het CDA is alleen voorstander van gemeentelijke fusies wanneer hier in de betreffende gemeenten draagvlak voor bestaat. • CDA is niet overtuigd geraakt van toegevoegde waarde provinciale fusie van Utrecht, Flevoland en Noord-Holland voor onze inwoners. Geen fusie zonder draagvlak. Bij onderzoek nieuwe vormen van opschaling, ook kijken naar alternatieven voor Randstadprovincie. Middelen • Utrecht werkt met andere provincies samen bij de verwerving van Europese cofinanciering. • Geen verhoging van de opcenten motorrijtuigenbelasting. Ze zijn in Utrecht al zeer laag. • Goed invulling geven aan de kerntaken. Met minder beschikbare middelen is het belangrijk dat de provincie zich vooral richt op de kerntaken en voor deze taken concrete resultaten bereikt. 9. Overige zaken: zorg • Veel zorg wordt overgedragen van rijk naar gemeenten. Het CDA voelt zich sterk betrokken bij goede zorg voor mensen die dat nodig hebben (ouderen, chronisch zieken) en wil dat de provincie (passend bij haar rol) haar expertise en netwerk beschikbaar stelt bij totstandkomen van een goede samenwerking tussen gemeenten.
21
4.
Democraten 66 (D66): Ruimte maken, kansen bieden
1. •
Inleiding en algemeen Keuze voor duurzaamheid en toekomstvast beleid. Een provincie waarin je gezond leeft, woont en werkt, en ook vrije tijd doorbrengt, is voor ons belangrijk, maar ook voor de generaties na ons. Door duurzaam gebruik ruimte, grondstoffen en talenten, kennis en ervaring van mensen, voorbereid op uitdagingen nu en straks. Net zo belangrijk: we moeten jou bij ons beleid betrekken. Want overheden, ook de provincie, horen dicht bij de mensen te staan. Het vraagstuk staat centraal en niet de oplossing en bij besluitvorming wordt vroeg de inbreng van anderen opgezocht. D66 hecht veel waarde aan eigen kracht van mensen en aan kracht van de markt. Markt en maatschappelijk initiatief waar het kan, overheid waar het moet. Provincie hoeft niet altijd leidende rol te nemen, maar kan ook als partner meewerken aan gewenste ontwikkeling. D66 maakte voor het eerst deel uit van provinciaal bestuur en mede dankzij D66 zijn er resultaten geboekt op tal van terreinen zoals: provinciale belasting op gelijke hoogte; invoeren schatkist-bankieren; natuurbeleid blijft op de kaart; plek voor groot wild; uitbreiding veeteeltbedrijven alleen mogelijk als natuur, volksgezondheid en dieren meeprofiteren; fiets in woon/werk/recreatieverkeer prioriteit;is in gemeenten ombouw gedaan van kantoren naar woningbouw; natuurlijke verbindingen als houtwallen en bomenrijen, natuurgebieden beschermd; geluidsschermen snelwegen; ruimte vrij langs de A27 voor spoorlijn Almere-Utrecht-Breda; dankzij het Parelfonds blijft het rijke historisch erfgoed behouden; is ieen Internationale School gevestigd; groter netwerk recreatieve fiets- en wandelpaden en beter beheer van recreatiegebieden; €13 miljoen geïnvesteerd om woningmarkt op gang te brengen en te verduurzamen.
• • •
Speerpunten komende jaren: 1 Stimuleer duurzame regionale economie, door inzet op pijlers onder onze kennis- en diensteneconomie: het MKB, de Vrijetijdseconomie, duurzaamheid, Life Sciences en de Serious Gaming-industrie 2 Creëer een natuur die beleefd mag worden, zodat mensen niet langer alleen toeschouwer zijn, maar ook deelnemer en onderdeel worden van die natuur 3 Spaar het landelijk gebied en zet optimaal in op binnenstedelijke ontwikkeling 4 Bied maatwerk in bereikbaarheid, zodat fietsers, gebruikers van het openbaar vervoer en automobilisten zich ieder op hun manier optimaal kunnen vervoeren 5 Bevorder lokale bestuurskracht en democratie 6 Voorkom lastenverzwaring 7 Provincie focust op kerntaken en die verder versterken: minder taken beter uitvoeren 2. Ruimtelijke ontwikkeling en wonen • Een regierol voor de provincie in ruimtelijke ordening bij de afstemming en samenwerking tussen gemeenten en bewoners. Meer inzetten op meervoudig ruimtegebruik in stad en landelijk gebied. • Bouwen zoveel mogelijk in stedelijk gebied. Infrastructuur optimaal benutten en bij aanleg rekening houden met natuur. Juist bij bestaande OV-knooppunten en bij voorzieningen bouwen. • Beleid samen met gemeenten voor binnenstedelijke ontwikkeling voortzetten met extra aandacht voor energiebesparing bij bestaande woningen en leefbaarheid in stedelijk gebied • Eerst projecten afmaken die onderweg zijn en goed kijken waar verdere bouw gewenst is. Polder Rijnenburg open laten; A12-Zone tussen Nieuwegein en Utrecht is pas optie als Leidsche Rijn af is. • Herbestemmen van bestaande bebouwing makkelijker maken. Provincie is ontvankelijk voor ideeën ondernemers en bewoners voor nieuwe bestemming. Bedrijven met allleen agrarische bestemming helpen met transitie (zorg, toerisme, educatieve attractie of wellness).
22
• •
De aanpak van de leegstand winkels, kantoren en bedrijventerreinen heeft hoge prioriteit. In navolging van de aanpak kantorenleegstand, provinciale visie op winkelgebieden met de regio’s opstellen. Herbestemmen kan niet alle leegstand opheffen. Soms is sloop te overwegen. Dit brengt weer ruimte in landelijk gebied en kernen steden. Niet langer automatisch nieuw bouwen waar iets is gesloopt.
3. Landelijk gebied en natuur Landelijk gebied • Meer benutting van het landschap mogelijk maken. We denken dan aan: plukken, vissen, winkels bij boerenbedrijven en (stedelijke) moestuinen. • Ruimte blijven bieden aan conomisch rendabele en duurzame landbouw. Inzet op innovatie van agribusiness, grenzen aan ontwikkelingen die ten koste gaan van volksgezondheid, dierenwelzijn, natuur en landschap. Kiezen voor ‘grondgebonden landbouw’ ; grenzen aan intensieve veeteelt en geen varkensflats. • Landbouw in kwetsbare poldergebieden niet grootschaliger maken, maar samen met grondeigenaren groei zoeken in verbreding: logies bij de boer, koeien in de wei, kleinschalige natuur en weidevogels • Inwoners en ondernemers krijgen meer verantwoordelijkheid en inspraak als het gaat om hun eigen leefomgeving, als bron van voedsel, recreatie, water en gezondheid • Meer zwemmogelijkheden in buitenlucht: schoon zwemwater en wateropvang in de buurt van de stad. Kansen voor functiecombinaties met wateropvang. • Ondersteunen van verbeterde netwerk fiets- en wandelpaden en vaarroutes; bijdragen aan verdere uitbouw. Natuur • Meer ruimte groot wild is bijdrage aan kwaliteit van natuur en biodiversiteit, als populatie beheersbaar is. Preventie van ongelukken op de meest risicovolle plaatsen; verlagen van maximumsnelheid is mogelijkheid. • Er is een groot gebied dat het natuurnetwerk kan versterken. Provincie stimuleert de private ontwikkeling van natuur in deze ‘groene contour’. Alternatief is steun aan stap naar natuurvriendelijker landbouw. • De natuur is een vanzelfsprekende plek voor recreatie. Uuitgangspunt is toegankelijkheid met uitzondering van meest kwetsbare gebieden. Stimuleren grondeigenaren om ook recreatie toe te staan en te faciliteren. • Prioriteer op inrichting van natuurgebieden in plaats van aankopen van grond • Reguleren beheer diersoorten die flink groeien (ganzen)in plaats van achteraf drastisch ingrijpen. • Stimuleer beheer en onderhoud natuurlijke verbindingen door landschap, zoals watergangen en houtwallen. 4. Bodem, water, milieu en energie Milieu en bodem • Naar een provincie die geen afval meer kent: zero waste. Afval wordt grondstof, de “circulaire economie”. Ook het gebruik van plantaardige grondstoffen als vervanger van fossiele grondstoffen (bio based economy) hoort daarbij. Provincie sluit aan bij initiatieven in andere provincies en steden. • Provincie loopt voorop bij bestrijding van verspilling. Dat uitgangspunt moet doorwerken in al haar beleid. Duurzaam gebruik grondstoffen selectiecriterium bij aanbestedingen. In aankopen voor Provinciale organisatie worden duidelijke duurzaamheidscriteria gehanteerd. • Veilig woon- en leefmilieu voor onze inwoners, maar ook voor de natuur. Inzet voor verdergaande bodemsanering, nu ook hiervoor de landelijke afspraken aflopen, en inzet voor
23
•
extra maatregelen tegen o.a. geluidsoverlast indien het Rijk infrastructurele maatregelen treft. Drinkwaterbescherming blijft prioriteit houden in bodembeleid. Gezondheid inwoners continu meenemen in uitvoering provinciale taken, zowel in het stedelijk gebied (roet) als landelijk gebied (besmettelijke ziektes als Q-koorts en vogelgriep).
Energie • Voorstander van provinciaal energie-akkoord, waarin bedrijven, (financiële) instellingen (EBU, NMU, Platform 31), gemeenten, waterschappen en bewoners samen concrete, ambitieuze meetbare en haalbare doelstellingen vastleggen voor duurzame energie, energiebesparing en duurzame mobiliteit. • Grootste milieu- en energiewinst is te behalen in energiezuiniger maken van bestaande woningen. Provincie maakt met gemeenten, corporaties en de bouwwereld slimme en betaalbare oplossingen mogelijk. • Binnen provincie zijn mogelijkheden voor opwekking van duurzame energie beperkt. Daarom stevige inzet voor verduurzaming van warmtevoorziening. Bestaande stadsverwarmingssystemen kunnen we vergroenen, door aardgas te vervangen door biomassa en meer gebruik van restwarmte van industrie. Warmte/koude-opslag (WKO) kan bijdrage leveren aan terugdringen van energiegebruik in kantoren. • Provincie handhaaft op verplichtingen voor bedrijven om te investeren in duurzame energie ( Wet Milieubeheer ) en in energiebesparing met een korte terugverdientijd (innovatieve isolatieconcepten). • Provincie maakt zich hard voor verduurzaming energie gerelateerd aan warmte. Verduurzaming van verwarmen gebouwen : met zonneboilers en door decentrale productie groen gas. • Het elektriciteitsnetwerk voorbereiden op grotere toestroom van duurzame, vaak decentraal opgewekte energie. Provincie kan rol van kennismakelaar vervullen met andere partijen. • 1% Nederlandse windenergie komt van windmolens in provincie Utrecht, 65,5 MWe in 2020. Aan deze afspraak tussen provincie en rijk willen we ons houden. • Qua opwekking zonne-energie is er voldoende ruimte op daken van huizen, bedrijven, schuren, sporthallen. Zonneparken kunnen bijdragen aan grootschaliger opwekking van duurzame energie. Provincie biedt ruimte. • Voorlopig geen voorstander van winning schaliegas als bron van fossiele energie. Er is nog teveel onduidelijk: wat zijn de gevaren? Nadelige gevolgen voor waterwinning en de natuur? 5. Economische ontwikkeling en recreatie • Inzetten op creativiteit en innovatie. Inzet op innovatiekracht van mensen en bedrijven (nieuwe energiebronnen, Serious Gaming, Life Sciences). • Goed onderwijs op alle niveaus (VMBO tot en met Universiteit) is een noodzaak voor het handhaven van positie meest competitieve regio Europa. Broedplaatsen stimuleren, waar onderwijs en bedrijfsleven (MKB en multinationals) samenwerken en banen creëren. • Inwoners en bedrijven doen het werk: provincie helpt door voorbeelden en kennis duurzame initiatieven te verspreiden, visie op energiebesparing met ambitieuze doelstellingen; stimuleren zonne-energie voorbeeld. • Creëren nieuwe banen prioriteit bij stimulering van Midden en Kleinbedrijf (MKB). Het biedt kansen voor lager opgeleiden en MBO’ers. Door steun start-ups en kleinere bedrijven ook nieuwe banen. Meer banen door betere afstemming tussen scholen en bedrijven (MKB) • Als een internationaal bedrijf zich in Utrecht wil vestigen, dan moet de provincie waar mogelijk een faciliterende rol spelen. Bijvoorbeeld met een Expat Centre, eventueel samen met de gemeente Utrecht. • EBU (Economic Board Utrecht), die expertise bedrijfsleven en publieke sector bundelt, is belangrijk voorbeeld hoe provincie ondernemers kan ondersteunen. Meer ondersteuning van EBU voor het MKB nodig.
24
• •
Ondersteunen is breder dan sec financieren: ook actief mee denken, helderheid scheppen, belemmerende regelgeving aanpassen, inspringen bij uitvoeren oriënterende haalbaarheidsstudies of afgeven van garanties voor het verkrijgen van financieringen. Aantrekkelijk vestigingsbeleid met volop kansen voor samenwerking en weinig lasten. Ruimte bieden aan ondernemers en overbodige regelgeving beperken, zijn uitgangspunten .
Recreatie • Vrijetijdseconomie stevige impuls geven door ruimtelijk maatwerk en natuurcompensatie hand in hand te laten gaan. Versterken van vrijetijdseconomie vereist promotie van merk Utrecht, zowel stad als provincie. • Provincie is actief betrokken bij opheffing Recreatieschap Utrechtse Heuvelrug, Vallei- en Kromme Rijngebied en zorgt samen met gemeenten dat geen gaten vallen in voorzieningen. • Verouderde vakantieparken aanpakken zodat toeristen langer willen verblijven in de regio. 6. Bereikbaarheid • Voordat provincie nieuwe wegen aanleg of verbreedt, éérst andere maatregelen benutten: ruimere mogelijkheden voor de fiets, Openbaar vervoer op maat en innovatie in mobiliteit. • Utrecht is voorbereid op mobiliteit toekomst: waarbij fossiele brandstoffen minder een rol spelen en alternatieven als elektrisch en op waterstof rijden belangrijker worden. • Bij te verlenen vergunningen voor tankstations moet ruimte worden gecreëerd voor duurzamere alternatieven, zoals laadpalen, verwisselbare batterijen of waterstof. • A27 Utrecht verbreden zonder Bak Amelisweerd te verbreden. Voorwaarde maximumsnelheid van 80 km/uur. Als Rijk plan verbreding doorzet, in blijven zetten op goede inpassing en verbetering leefkwaliteit. • Provincie zet in Europees verband in op verminderen uitstoot door verkeer en op vervolg in Nederland van aflopende Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit. Ook mobiliteitsmaatregelen treffen, als die de luchtkwaliteit sterk verbeteren, zonder het autoverkeer stil te zetten. • Innovaties verkeerveiligheid: detectiesystemen voor voetgangers en fietsers bij ongeregelde oversteekplaatsen; geen taboe op snelheidsverlaging bij wegen met veel uitritten, onveilige kruisingen of oversteekplaatsen; grote landbouwvoertuigen van parallelwegen met fietsersnaar rijbaan; binnen mobiliteitsbudget geld vrijmaken voor gedragsbeïnvloeding automobilisten. • Verlichting langs de provinciale wegen vervangen door leds op zonne-energie en lichtgevende strepen in het wegdek (glow in the dark) • Duurzaamheid en wensen van bewoners opnemen als een belangrijk criterium in aanbestedingen voor vervoer en infrastructuur • Aanmoedigen van woon-werkverkeer op de fiets, door aanleg van snelfietsroutes Openbaar vervoer • Alle woonkernen bereikbaar met openbaar vervoer. Op plaatsen met kleine vraag, moet openbaar vervoer op maat beschikbaar zijn. Als busmaatschappijen niet in die behoefte voorzien, moeten particulieren de mogelijkheid krijgen een alternatief aanbod te bieden. • Openbaar vervoer moet betaalbaar zijn en blijven. Passagiers mogen geen tijdverlies oplopen door omwegen of onnodige of onlogische overstappen. Waar mogelijk en betaalbaar pleit D66 voor bussen die een meer rechtstreeks traject rijden. • De Uithof is grootste werkbestemming zonder eigen station. Aftakking spoorlijn UtrechtAmersfoort die aantakt bij Utrecht Lunetten onderzoeken. • Méér schoon openbaar vervoer op maat en zo min mogelijk lege bussen en frequent openbaar vervoer op drukke trajecten. Goede aansluitingen tussen fiets, trein en bus.
25
7. Cultuur en erfgoed • Maak maatschappelijk ondernemen mogelijk, voor culturele ondernemers. We zijn zuinig op gezichtsbepalende culturele evenementen. Uitgangspunt steun is toegevoegde waarde voor inwoners en bijdrage aan aantrekkelijk vestigingsklimaat. Steun bijvoorbeeld door mogelijke financiers van evenement in contact te brengen met culturele ondernemers. Subsidie voor festivals bouwen we af. • Investeer in kunst- en cultuureducatie jeugd. Stimuleer kruisbestuiving met bibliotheken en scholen. Erfgoed • Structurele financiering voor cultureel en historisch erfgoed • Nieuwe beleving van cultuur en erfgoed. Potentiële afnemers als jongere generaties betrekken. Erfgoedinstellingen geven digitale collecties vrij als open cultuurdata. Openstellen van forten en industriële gebouwen voor evenementen, festivals of onderwijs. Regionale overheid is bij uitstek geschikt voor regie cultuurhistorische landschappen en om focus te leggen op nieuwe gebruikers en partners in gebieden als Nieuwe Hollandse Waterlinie en Stichtse Lustwarande. 8. Bestuur , Europa en middelen Bestuur • Andere manier van werken door overheid. Een overheid die meer een rol neemt van facilitator, initiator, aanjager en regisseur. Vergt een andere manier van werken voor ambtenaren in provinciehuis, maar ook voor statenleden en gedeputeerden. • Provincie Utrecht moet als eerste Nederlandse provincie een informatieregister publiceren, zodat informatievragers weten welke data opvraagbaar zijn. Daarnaast provinciaal beleid dat open data waar mogelijk onderdeel maakt van het primaire werkproces. • Provincie moet meer initiatieven van burgers met kennis en ervaring meer faciliteren en de juiste partijen om de tafel zien te krijgen. Werkwijze en besluitvorming dichter bij inwoner. • Het is van groot belang dat er over provinciegrenzen wordt samengewerkt, tussen provincies en tussen gemeenten. Zoals in Het Gooi, Foodvalley en het Groene Hart. • Provincie heeft taak toe te zien op uitvoering regels door gemeenten en een coördinerende rol bij kwesties die gemeentegrens overschrijden en meerdere gemeenten zijn betrokken. • Tegen gemeenschappelijke regelingen van provincies en gemeenten zonder democratische controle. Voor krachtige gemeenten, financieel gezond . Als uit bestuurskrachtmeting tegendeel blijkt, ligt initiatief herindeling eerst bij gemeenten zelf. Als dit niet vordert, dan ontwikkelt provincie plan dat in gewenste bestuurskrachtige gemeenten resulteert. • Nu taken van provincie door gemeenten worden overgenomen en veel gemeenten groter zijn geworden door herindelingen, is de vraag aan de orde of huidige provincie als orgaan nog wel nodig is? Of is juist opschaling van huidige provincies nodig? D66 wil dat die vragen door provincie zelf en deskundigen worden onderzocht in een SWOT -analyse . Europa • Europa biedt kansen voor onze regio. Bijvoorbeeld door aansluiting bij vergelijkbare kennisregio’s (Kopenhagen, Stockholm). Lobby richting Europa inzetten voor interprovinciale samenwerking, zoals Randstad (P4)en het Huis der Nederlandse Provinciën van IPO. • Regio Utrecht werkt aan duidelijk profiel in Europa en actieve rol in Europese netwerken met focus op “groen”, “ gezond” en “slim”. Zo kunnen we extra investeringen en bedrijven halen. Mogelijk met in Europa beschikbare fondsen. Middelen • Transparantie in de financiële verslaglegging: het moet inzichtelijk zijn waar de provincie geld aan uitgeeft. We zijn voorstander van Open Spending.
26
• • • •
Lastenverzwaring is geen oplossing voor begrotingstekort. Bij tegenvallers eerst in eigen begroting oplossing zoeken en alleen bij hoge uitzondering algemene reserve aanspreken. Bereid om financiële keuzes te maken voor beter beleid. Reserves beschikbaar voor mobiliteit zijn zo groot, dat daarmee ook andere provinciale doelen bereikt kunnen worden. Provincie moet minder subsidiëren en meer investeren via innovatiefondsen. Provinciale organisatie is met een kwart verkleind en daarmee goed toegerust op huidige kerntaken. Wij blijven echter kritisch kijken naar de provinciale organisatie, als de integratie van Dienst Landelijk Gebied (DLG) en de Bestuursregio Utrecht (BRU) zijn afgerond.
9. Overige zaken • Sport met z’n positieve maatschappelijke effecten is aan gemeenten. Provincie stimuleert met ruimtelijk economisch beleid regionaal aanbod van kwalitatief goede sport- en beweegvoorzieningen.
27
5.
PVV (Partij voor de Vrijheid): “NEE TEGEN WINDMOLENS”
1. •
Inleiding en algemeen Voor het eerst in geschiedenis van de Provincie Utrecht was de PVV afgelopen vier jaar vertegenwoordigd en heeft in het provinciehuis een volstrekt nieuw geluid geklonken. Verbazing over tal van zaken:
Zo leek de crisis aan het provinciebestuur volledig voorbij gegaan. Koopkracht burger is 15 jaar niet gestegen, koopkracht provinciebestuur was onverminderd groot; -Niet functionerende ecoducten worden aangelegd terwijl rapporten die aangeven dat wetenschappelijk nut ontbreekt, worden genegeerd. PVV wil bouwstop afkondigen voor deze niet werkende ecoducten; -Provincie kocht kantoorgebouw, wetende dat organisatie zou krimpen, dat twee keer groter is dan de ruimte nodig voor eigen organisatie. Zo is provincie belegger in vastgoed geworden van belastinggeld; -Het college stelde een Adviseur Ruimtelijk Kwaliteit aan. Deze stelde voor om windmolens op een rij of in groepjes langs snelwegen te zetten. Dat vond ze mooi. Deze overbodige functie dient onmiddellijk te worden opgeheven. Hetzelfde geldt voor de Provinciale Commissie voor de Leefomgeving; -Het college creëerde meer overheid bij oprichting van Ontwikkelingsmaatschappij Utrecht met torenhoge operationele kosten. OMU speelt bank met belastinggeld. Minder overheid, lagere lasten; -Hart van de Heuvelrug is een project dat zichzelf zou bedruipen. Kosten worden terugverdiend door ontwikkelingen toe te staan. Echter, het geld voor “nieuwe natuur” was uitgegeven toen men er 4 jaar nadat de crisis was uitgebroken achter kwam dat er nauwelijks opbrengsten waren. Dus schrapte men de rente die de provincie zou ontvangen. Die miljoenen komen nu voor rekening van belastingbetaler. In het kort: 20 punten: • Minder islam • Overlast gevende windmolens zetten we ’s-nachts stil • Geen CO2 opslag • 15-jarigen met school naar Auschwitz • Geen ontpoldering • Geen hoofddoeken en boerka’s in het provinciehuis • Subsidiesjoemelaars op de zwarte lijst • Zuinig zijn op natuur • Oplossen knelpunten provinciale wegen • Stop kunstsubsidies • Geen windmolen erbij • Motorrijtuigenbelasting omlaag • Cultureel historisch erfgoed goed onderhouden • Geen nieuwe ecoducten • Geen dubbele paspoorten in Provinciale Staten en Gedeputeerde Staten • Minder overheid • Geen hoger salaris bij subsidieontvangers dan 80% van het salaris Gedeputeerde • Behoud Nederlandse gebruiken en tradities • Verbod op plezier -, druk en drijfjacht • Stimuleren economie en werkgelegenheid 2. Ruimtelijke ontwikkeling en wonen • De ruimte dient te worden geordend, zodat chaos wordt voorkomen, maar het beleid moet de ontwikkeling van de Provincie niet in de weg staan. • Steun voor beleid om toekomstige kantoorontwikkelingen te schrappen. Herbestemmingen van lege kantoren toestaan en bevorderen. Ook coördinerend optreden bij de ontwikkeling van winkelvastgoed. Beleggers en ontwikkelaars laten nu bouwen voor leegstand.
28
• • • • • • • •
Bij (dreigende) bestemmingsplanconflicten tussen gemeenten moet de Provincie het initiatief tot bemiddeling nemen en oplossingen aandragen. Geen nieuwe bedrijventerreinen als oude kunnen worden herontwikkeld. Geen Europese bemoeienissen met onze ruimtelijke ordening. De Staten krijgen zeggenschap over terreinen (deels) met gemeenschapsgeld verworven. Meer ruimte voor recreatie. Recreatie voor mensen prevaleert boven tekentafelnatuur. Geen megastallen tenzij onomstotelijk is aangetoond dat het voor dierenwelzijn en de gezondheid van de mens van meerwaarde is. Geen ecoduct er meer bij. Financieel orde op zaken stellen bij Hart van de Heuvelrug.
Wonen • Wonen is een eerste levensbehoefte. Het provinciaal beleid moet voldoende ruimte bieden om de wensen van de markt, de woonconsument, te faciliteren. • Gemeenten er toe bewegen te komen tot ontwikkelingen die bevolkingsgroei opvangen. Zij hanteren daarbij reële grondprijzen en kiezen wensen van woonconsument als uitgangspunt. • Bij binnenstedelijk bouwen is rol faciliteren door opstellen structuurvisie en ruimtelijke verordening. Rol is niet selectief subsidiëren. Binnenstedelijk bouwen voldoet vaak niet aan woonwensen consument. Volgepropte steden zijn slecht voor leefbaarheid en veiligheid. • Geen verzet tegen het realiseren van woningen buiten de rode contouren in de provincie als het duidelijk is dat aan alternatieven grotere bezwaren kleven. • Wachttijden voor sociale huurwoning zijn extreem lang. Andere delen van het land kampen met bevolkingskrimp. PVV stelt voor statushouders in krimpgebieden onder te brengen. • Moskeeën en islamitische scholen sluiten. • Ruimte voor kantoor aan huis. 3.Landelijk gebied en natuur • Boerenbedrijf en visserij worden in het defensief gedrongen door verstikkende, veelal Europese, regelgeving. Van belang dat ons voedsel ook in ons land wordt geproduceerd. Beste oplossingen komen uit deze sectoren zelf en niet van de bureaucraten in Brussel. • Natuur • Natuur verdient bescherming. Geen kap van bomen voor bouwplannen in gemeente zolang alternatieven met minder natuurschade voorhanden zijn in andere. Nauw overleg tussen gemeenten, met coördinerende rol provincie. • Zuinig zijn op natuur en prachtige landschap dat provincie zo aantrekkelijk maakt, vandaar ook strijd tegen windmolens. Niet vele miljoenen investeren om een bepaald beestje of plantje hier te introduceren. Geen tekentafelnatuur dus. • Bij de uitvoering natuurbeleid krijgen milieuorganisaties niet huidige dominante rol. Belangen van burger wegen zwaarder. Einde aan subsidiëren van deze linkse actiegroepen. • Provincie moet niet uit eigen middelen uitgaven doen voor door Rijksoverheid opgelegde EHS-doelstellingen, of doelstellingen Natura2000. Geen Natura2000 bemoeienis uit Brussel . • De jacht uitsluitend voor het in stand houden populatie, dus geen plezierjacht op dieren • Geen ecoduct er meer bij. • Agrarisch natuurbeheer alleen tegen scherpe voorwaarden • Meer aandacht voor dierenwelzijn en bestrijden van dierenmishandeling. 4. Bodem, water , milieu en energie Water • Het beleid is er op gericht overstromingsrisico tot het absolute minimum te beperken. Geen bouwplannen in gebieden met overstromingsrisico. • Groot tegenstander onder water zetten vruchtbare landbouwgrond. Geen ontpoldering. • De Waterschappen moeten bestuurlijk bij de Provincie worden ondergebracht
29
Milieu • Het gaat goed met het milieu in de provincie. Lucht en water zijn sinds decennia niet zo schoon geweest. Stoppen met subsidies voor klimaatwaanzin. Geen milieusubsidies. • Harde aanpak van illegaal dumpen van afval en vervuilen van de bodem. • Geen CO2-opslag. • Verspilling voorkomen, maar duurzaamheidhype is ontaard in jacht op keurmerken. Veel keurmerken maken beloftes niet waar. Duurzaamheid maakt plaats voor gezond verstand. Energie • Vormen van alternatieve energieopwekking, zoals warmte- en koudeopslag, gebruikt de markt al. Provincie biedt mogelijkheden door regelgeving. Bemoeienis door subsidies leidt tot inefficiënte oplossingen. Infrastructuur elektrische laadpalen financiert de markt. • De Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie laat grootschalige zonneakkers toe. Deze grootschaligheid in ons landschap is niet gewenst. • Geen biogasinstallaties in de buurt van woningen, zoals in Bunschoten Spakenburg Windenergie • Problemen windmolens: niet of nauwelijks beperking CO2 uitstoot, landschapsvernietiging, bedreiging voor natuur en fauna (dode vogels ), geluidsoverlast, woningwaardedaling, verstoorde nachtrust en gezondheidsschade , overlast laag frequent geluid, groot beslag op grondstoffen bij beperkte levensduur molen, draaien op subsidie, energierekening wordt onbetaalbaar, en Nederlands aandeel in wereldwijde CO2 uitstoot slechts 0,8 %. • PVV wil : geen windmolen er meer bij, bestaande molens ’s-nachts stilgezet, strenge controle op overlast. • Provinciaal en gemeentelijk beleid voldoet aan Aarhus Convention. Verdrag dat bedrijven en overheden opdraagt transparant te zijn over gevolgen van aanleggen dergelijke projecten. 5. Economische ontwikkeling en recreatie • Goed functionerende economie is basis voorzieningen in publieke sector. Overheid, ook provincie, wordt gefinancierd uit opbrengsten private sector. Daarom prioriteit geven aan stimuleren van lokale en regionale economie. Het MKB speelt hierin een belangrijke rol. • Aanwezigheid beste universiteit van Nederland en Hogeschool van Utrecht benutten. Door goede samenwerking tussen bedrijfsleven en hoger onderwijs kan naast economische bedrijvigheid ook kennis worden vastgehouden. Voorbeelden: Science Park en Food Valley. • Economie stimuleren door lasten burgers en bedrijven te verlagen en meer ruimte te bieden. • Nederland is per jaar €7.2 miljard kwijt aan “Brussel”. Klein deel komt via de ambtelijke moloch terug. Zolang kabinet banden met Brusselse bodemloze put niet doorknipt, haalt provincie zoveel mogelijk eigen geld terug en besteedt het aan stimuleren werkgelegenheid. • Ruimte voor toeristische en recreatieve activiteiten binnen de agrarische sector • Minder verstikkende regelgeving dus minder regels voor ondernemers. • Rationele afweging tussen economische en ecologische belangen • Zoveel mogelijk van ons geld terughalen uit Brussel 6. Bereikbaarheid • Utrecht is draaischijf Nederland. Provinciale wegen moeten voldoende capaciteit hebben en knelpunten worden opgelost. Waardevolle natuur wordt daarbij ontzien. • Verkeerslichten worden beter op elkaar afgesteld, ook over langere afstanden. Deze groene golven bevorderen doorstroming en zijn minder schadelijk voor luchtkwaliteit. • Bij uitbreiding Rijkswegennet investeert provincie in bovenwettelijke maatregelen om overlast voor omwonenden te beperken. • (Het gevoel van) veiligheid van de burger staat op nummer één. Het moet veiliger in het openbaar vervoer, voor passagiers, bestuurders en controleurs: cameratoezicht, sneller preventief fouilleren; registratie van alle incidenten; reisverbod voor overlastplegers.
30
• •
Meer urgentie voor veiligheid provinciale wegen. Inspraak van burgers kan leiden tot betere verkeersoplossingen. Zij krijgen serieus inspraak bij uitvoering infrastructurele werken Voorbereid zijn op calamiteiten en op gladheid op wegen met voldoende zout in voorraad.
Openbaar vervoer • Meeste burgers geven voorkeur aan eigen vervoer boven openbaar vervoer (OV). Afstappen van beleid dat burgers dwingt gebruik te maken relatief duur en vaak niet adequaat OV. • Mobiliteitsbeleid wordt vraaggestuurd. Reiziger staat centraal. Buiten stad zijn OV en fiets nooit volwaardig alternatief auto. OV in stad en regio beter op elkaar aansluiten; geen lege bussen laten rijden. Buurtbus en/of regiotaxi voor speciale doelgroepen. 7. Cultuur en erfgoed • Wij zijn een land met joods-christelijke en humanistische wortels. Onze democratie en welvaart en het principe van scheiding van kerk en staat komt daaruit voort. Daar mag Nederland trots op zijn en PVV zal er alles aan doen om dit te beschermen. • Vóór de bescherming van nationaal cultureel, historisch en industrieel erfgoed. Daaronder vallen de vijf nationale landschappen in onze provincie en de Utrechtse molens. Provincie betrekt scholen daarbij. Illustreert onze geschiedenis en meer bekendheid leidt tot meer bezoek en recettes. Subsidies alleen als objecten zijn opengesteld voor publiek. Cultuur • Er zijn vele miljoenen besteed aan kandidatuur Culturele Hoofdstad van Europa. De kandidatuur flopte. Verspilling van belastinggeld. • Subsidies gaan telkens naar beperkte kring van organisaties. Aan deze “ons kent ons” subsidies komt een einde. Strenge controle op besteding subsidiegelden. Uiteindelijke doel moet zijn dat instellingen eigen broek ophouden. Afschaffen permanente kunstsubsidies. • Subsidies zijn altijd tijdelijk. Provincie moet amusement overlaten aan de commercie. • Onderwijs geen kerntaak. Schrap Cultuureducatiepost € 1,5 miljoen p.j. Eén uitzondering: Ons land wordt overspoeld door antisemitisme, deels geïmporteerd uit islamitische landen. Budget (ca. € 500.000) vrijmaken om alle kinderen van 15 jaar vernietigingskamp Auschwitz te laten bezoeken. Verschrikkingen antisemitisme prominent in onderwijs. • Bescherm een ieder (waaronder kunstenaars) die bedreigd wordt door islamisering. 8. Bestuur, Europa en middelen Bestuur • Provincie voert alleen de kerntaken uit: Ruimtelijke Ordening, Verkeer & Vervoer; Natuur & Landschap; Economie & Agrarische Zaken, Cultureel en Historisch Erfgoed. • Buitenlandse dienstreizen alleen maken voor concrete doelen vooraf en met transparante evaluatie. Inwoners hebben er baat bij. Stoppen met businessclass snoepreisjes. • Provincie is medeaandeelhouder van waterbedrijf Vitens. Ontwikkelingshulp en sponsoring door Vitens moeten worden gestaakt. • Overheidscommunicatie alleen in het Nederlands. Op provinciehuis alleen Nederlandse en provincievlag. Nederlandse vlag in Statenzaal. Op 4 mei gedenken wij slachtoffers nationaal socialisme; op 5 mei en 15 augustus vieren wij onze bevrijding. Dat blijft zo. Geen Marokkaanse vlag bij Nationale dodenherdenking. • Geen boerka’s en hoofddoekjes en halalproducten in het provinciehuis. • Volledige stop diversiteitbeleid en "positieve" discriminatie. • Commissaris van de Koning wordt gekozen. Geen betaalde nevenfuncties voor de Commissaris van de Koning en Gedeputeerden . Geen dubbele nationaliteiten voor Commissaris van de Koning, leden Provinciale Staten en Gedeputeerde Staten. • Geen overbodige beleidsnota’s en rapporten • Opheffen PCL, OMU; ook opheffen ARK (Adviseur Ruimtelijke Kwaliteit). • Geen provinciefusie. Referendum bij opschaling van Provincie, meer inspraak burgers.
31
• •
Bestuurders die zich in functie niet aan de wet houden, treden af.Bij ambtelijke fraude en corruptie volgt altijd aangifte. Geen provinciale ontwikkelingshulp of internationale provincie- of stedenbanden.
Middelen • Voor een deugdelijk financieel beleid, sober maar efficiënt. Er is nu sprake van een negatief begrotingssaldo, waardoor wordt ingeteerd op reserves. • Motorrijtuigenbelasting bedraagt tweederde inkomsten, uitgaven aan mobiliteit slechts een derde. Automobilist betaalt voor andere taken. Verlaag motorrijtuigenbelasting met 20 miljoen per jaar, hoogte reserves laat dit toe. Kleinere reserves dwingen tot creativiteit, zuinigheid en terugkeren naar kerntaken. • Subsidies: Geen projecten als niet vooraf vaststaat dat belastinggeld efficiënt en effectief wordt ingezet. Subsidieontvangers leggen verantwoording af en worden gecontroleerd. Geen kleine subsidies onder de € 10.000 meer. Staken klimaatsubsidies en subsidies hobbyisten die kunst beoefenen. Zwarte lijst van subsidiemisbruikers. Subsidieontvangers betalen geen salarissen hoger dan 80% salaris Gedeputeerde. Geen structurele subsidies. Subsidieontvangers krijgen geen garanties afdekken overschrijdingen. Geen potjes opmaken om subsidie volgend jaar veilig te stellen. 9. Overige zaken: nvt
32
6.
GROENLINKS
1. Inleiding en algemeen • GroenLinks staat voor een provincie waar mensen gezond en gelukkig kunnen leven. Een provincie waar mensen zich kunnen ontplooien, werk kunnen vinden en die hen stimuleert om hun dromen te verwezenlijken. Een provincie waarin we genieten van natuur en landschap. Provincie die de uitdagingen van deze tijd aangaat: werkgelegenheid, duurzame energie, behoud van plant- en diersoorten, onderlinge solidariteit en zorgzaamheid. •
GroenLinks boekt belangrijke resultaten als coalitiepartner Afgelopen vier jaar heeft GroenLinks laten zien dat zij daadkrachtig en realistisch kan besturen. Na vele jaren van constructieve oppositie heeft GroenLinks in 2011 een coalitie gevormd met VVD, CDA en D66.
We zijn trots op de resultaten die we bereikt hebben: - Impuls aan alternatieven voor automobiliteit, zoals openbaar vervoer en fiets; - Aanpak van leegstaande kantoren en herstructurering van bedrijventerreinen; - Ondersteuning van opwekking zonne-energie en windenergie door een provinciale zonatlas en diverse locaties voor windenergie; - Versterking waardevolle landschappen en recreatiemogelijkheden rond steden en dorpen; - Extra investeringen in natuur en ecoducten; - Behoud belangrijke culturele activiteiten: festivals, bibliotheeknetwerk en cultuureducatie; - Voortvarende en zorgvuldige overdracht van de jeugdzorg aan gemeenten; - Utrecht is goed op weg om de eerste Fairtrade Provincie van Nederland te worden! 2.Ruimtelijke ontwikkeling en wonen • Ruimtelijke ontwikkelingen in randen steden en dorpen leiden tot betere kwaliteit gebied. • Handhaven van de huidige regels over waar wel en niet gebouwd mag worden, de zogenaamde rode contouren. Verdere verstedelijking blijft binnen huidige bebouwde kom. • Provincie zorgt voor balans in aanbod verschillende soorten woningen in de regio, die zo goed mogelijk aansluit op vraag naar woningen en maakt afspraken met gemeenten. • Voldoende verschil in woningaanbod in de regio, dus ook ruimte voor sociale woningbouw. • Leegkomende (bedrijfs)panden en zorgcomplexen hergebruiken. Zo nodig met andere bestemming als starterswoningen, creatieve broedplaats of hotel. Bestemming is niet heilig. 3.Landelijk gebied en natuur • Provincie neemt initiatief voor visie en actieplan over toekomst veenweidegebied, samen met betrokkenen ( Zuid-Holland, gemeentes, Veenweide centrum) . Hierin wordt toekomst geschetst van diepe polders en plan uitgewerkt om problemen rond bodemdaling en waterhuishouding het hoofd te bieden, waarbij we ook de natuur en het karakter van het Groene Hart in stand houden. • Provincie draagt bij aan duurzame ontwikkeling van landbouw, natuur en water door regie te voeren op de inzet van middelen uit de Kaderrichtlijn Water, het inzetten op ‘groen-blauwe’ diensten, gemeenschappelijk landbouwbeleid en investeringen in natuur. • De provincie onderkent het belang van de inbreng van maatschappelijke organisaties en betrekt hen bij de ontwikkeling van haar plannen. Vanwege de kennis, netwerken en bijdragen van deze organisaties is een financiële bijdrage vanuit de provincie gewenst. Landbouw • Minder stallen in het landelijk gebied door aanpak leegstand. In nauwe samenwerking met gemeenten anticiperen op vraagstuk stallenleegstand, bijvoorbeeld door saneringsverplichting.
33
• •
Provinciale regels om ruimtelijke ontwikkelingen te beoordelen op hun bijdrage aan de kwaliteit van landschap en erfgoed. Aanvullende voorwaarden voor uitbreiding agrarische bedrijven, zodat huidige voorwaarden van goede landschappelijke inpassing, vermindering milieubelasting, verbetering dierenwelzijn en verbetering volksgezondheid voor elke bedrijfsuitbreiding gelden.
Natuur • Provincie zorgt samen met Rijk voor verdere ontwikkeling van educatieve en communicatieve waarde van Nationaal Park Utrechtse Heuvelrug. Provincie zorgt voor het natuurbeheer. • Uitbreiding en toegankelijkheid natuurgebieden. Realisatie Natuurnetwerk Nederland door nakomen afspraken Akkoord van Utrecht. Dit betekent 1500 ha extra natuur en in de zogenaamde groene contour ook natuur ontwikkelen. • Populatiebeheer van dieren door jagen zoveel mogelijk voorkomen door alternatieve maatregelen zoals ecoducten, verkeersmaatregelen, natuurlijke vijanden etc. • Provincie bevordert mens-, dier- en milieuvriendelijke veehouderij door regels te stellen aan de ontwikkeling van agrarische bedrijven en investeert in innovatie voor duurzame landbouw. • Provincie stelt voldoende geld beschikbaar voor beheer van natuurgebieden en groene recreatiegebieden, in samenwerking met de verschillende beheerders. • Natuur is overal: ondersteuning initiatieven burgers en bedrijven. Provincie initieert pilots met natuur op bedrijventerreinen, tijdelijke natuur, natuur in stedelijk gebied (met wateropgaven). • Steun aan (vrijwilligers)initiatieven om verdwenen landschapselementen terug te brengen. 4.Bodem, water, milieu en energie Water • Realiseren van waterkwaliteitsdoelen. Vasthouden aan de doelen voor schoon grond- en oppervlaktewater in de Kaderrichtlijn Water. Milieu • Handhaven van milieuregels. Strenge, consequente naleving milieuwetgeving. Meer controles overlastgevende bedrijven. Energie • Zo snel mogelijk overstappen naar energievoorziening die geen wissel trekt op toekomst. Doel is achterstand gauw inlopen. Uiterlijk 2040 Utrecht volledig duurzame energievoorziening. • Tenminste 10% energiebesparing op basis 2013; 20% duurzame energie in provincie in 2020. • Provincie neemt initiatief bij realiseren van deze doelstellingen. Provincie sluit met bedrijven, overheden en maatschappelijke organisaties een Utrechts Energieakkoord en stelt een energiefonds in om projecten voor energiebesparing en hernieuwbare energie in de provincie financieel te kunnen ondersteunen. Dit fonds kan gefinancierd met indexering en eventuele verhoging opcenten motorrijtuigenbelasting. • De provincie stimuleert het energiezuiniger en liefst energieneutraal maken van bestaande woningen en gebouwen met gunstige leningen en garantstellingen. • De provincie stimuleert zonne- en bio-energie in de agrarische sector. • Met goed ruimtelijk beleid zorgen voor inpassing grootschalige duurzame energieopwekking, zoals windmolens, bio-energie en zonneparken. Provinciale procedures mogen niet vertragen. Grote potentieel zonne-energie op daken met voorrang optimaal benutten. • De provincie neemt de regie om de met het Rijk vastgelegde doelstelling van 65,5 MW windenergie in 2020 zo snel mogelijk realiseren, en liefst meer dan dat. Omwonenden moeten financieel kunnen participeren in windmolens. Dat vergroot het draagvlak. • Samen met gemeenten en corporaties substantieel verlagen van energierekening van lage inkomens door alle sociale huurwoningen goed te isoleren en te voorzien van zonnepanelen. • In samenwerking met gemeenten moedigt de provincie woning- en vastgoedbezitters aan te investeren in energiebesparing, ondersteund met energieleningen en praktische informatie.
34
•
• • • •
Provincie geeft samen met gemeenten Omgevingsdienst(en) opdracht actief aan de slag te gaan met energiebesparing bij bedrijven en (zorg)instellingen. Achterblijven wordt niet geaccepteerd: investeringen die zich binnen vijf jaar terugverdienen moeten tenminste uitgevoerd worden, zoals reeds is vastgelegd in de Wet Milieubeheer. Utrecht gaat samen met andere provincies actief lobbyen in Brussel voor een ambitieuzer Europees beleid op het gebied van klimaat, duurzame energie en energiebesparing. Utrecht gaat samen met andere provincies actief lobbyen bij het Rijk om beleid aan te passen ten gunste van duurzame energie-initiatieven en belemmeringen weg te nemen. Provincie geeft goede voorbeeld: fors investeren energiebesparing in eigen panden en bij openbare verlichting, en opwekken zonnestroom op eigen terrein. Zonnestroom benutten om elektrische auto's op te laden. Dagen gemeenten en waterschap uit hetzelfde te doen. Utrecht verklaart zich tot kernafvalvrije en schaliegasvrije provincie.
5. Economische ontwikkeling en recreatie • Goed vestigingsklimaat voor bedrijven door veel aandacht voor cultuur, natuur, schone lucht en een aantrekkelijke openbare ruimte. • Provincie neemt regierol bij herstructurering bedrijventerreinen en geeft andere bestemming aan leegstaande kantoorpanden. Er is minder behoefte aan traditionele bedrijventerreinen en kantoorpanden. Er zijn veel startende bedrijven met behoefte flexibele kantoorruimte, de mogelijkheid om kennis te delen en goede bereikbaarheid met openbaar vervoer. • Provincie biedt ruimte aan en ondersteunt smart-city-concepten waarbij leven, wonen en werken samenkomen. De Nieuwe Stad in Amersfoort is goed voorbeeld. • Utrecht moet koploper worden op gebied van groene, duurzame economie. Provincie gaat door met sluiten ‘green deals’ met bedrijfsleven om duurzame economie te stimuleren. • Provincie stimuleert bedrijfsleven en kennisinstituten om met innovatieve initiatieven te komen die productie duurzame energie stimuleren en lokale werkgelegenheid genereren. • Meer aandacht voor het midden- en kleinbedrijf en startende ondernemers. Door inzet instrumenten MKB-incubator voor starters en Mijn bedrijf 2.0 voor (sociale) innovatie. • Provincie komt met een aanpak om onnodige winkelsluitingen te voorkomen en voorkomt op zo aantasting van leefmilieu in steden en kernen en zorgt voor behoud van werkgelegenheid. • Provincie brengt kennisinstellingen, bedrijven en zorginstellingen in contact voor concepten betaalbaar houden gezondheidszorg en voor mobiliteitspool voor werkgelegenheid in zorg. • Meer werkgelegenheid voor mbo- en lager opgeleiden en mensen met afstand tot arbeidsmarkt. Regionale afstemming ROC’s en werkgevers voor betere aansluiting opleidingsprogramma’s op arbeidsmarkt en helpen bij vinden stageplek of baan. • Provincie schrijft milieuvriendelijke technieken (maximaliseren hergebruik van producten en grondstoffen (circulaire economie) actief voor in vergunningen en handhaaft milieuregels. Recreatie • Provincie ontwikkelt visie op en stimuleert ontwikkeling en gebruik van sluitend, hoogwaardig en fijnmazig provinciaal wandelroutenetwerk met knooppuntensysteem, dat aansluit op landelijk wandelnetwerk. Tegengaan en oplossen infrastructurele barrières voor langzaam verkeer is belangrijk. Samenwerking gezocht met toeristische promotieorganisaties om recreatieve en toeristische mogelijkheden bekend en toegankelijk te maken. 6. Bereikbaarheid • Ruim baan voor de fiets. Realisatie van goede, veilige en snelle fiets- en wandelinfrastructuur en bij doorgaande verbindingen voor snelfietsroutes, waaronder uitvoering van aangenomen GroenLinks motie Actieplan Fiets. Provincie neemt voortouw bij realiseren fietsroutes met provinciaal belang over gemeentegrenzen heen (ook onderhoud en strooien bij gladheid). De Uithof krijgt goede fietsverbindingen in alle windrichtingen, aansluitend op ‘voorstadstations’. Aanleg van vrij liggende fietspaden langs N-wegen (o.a. Bergweg tussen Amerongen en
35
• •
• •
• • • • •
Scherpenzeel en provinciale weg Doorn). Voor kwaliteitseisen aan fietsinfrastructuur wordt het Inspiratieboek Snelle Fietsroutes van het CROW (2014) gevolgd. Niet investeren in weguitbreidingen en alles in het werk stellen om overbodige verbredingen van de A27 te voorkomen en om maximumsnelheid op rijkswegen rondom Utrecht en Amersfoort te verlagen naar 80 km/uur voor gezondheid (lucht, geluid) en klimaat. Minister heeft aanpak Noordelijke Randweg Utrecht (NRU) uitgesteld tot 2026. Dit biedt kansen voor door bewoners aangedragen ideeën en regelen van daarvoor benodigde financiering. Op korte termijn maatregelen om lucht- en geluidsoverlast voor Overvecht te verminderen. Voor beleid luchtkwaliteit en geluid moeten effecten op gezondheid leidend zijn en niet enkel halen van Europese normen. In hele provincie uiterlijk in 2020 voldoen aan aanbevolen maximum concentraties luchtvervuilende stoffen van de Wereldgezondheidsorganisatie. Verlaging maximumsnelheden provinciale wegen naar 60 km/u in de buurt van natuurgebieden of woonwijken (bijv. tussen Bunnik en Utrecht en in het nationale park Utrechtse Heuvelrug). Bij groot onderhoud provinciale wegen zijn gescheiden rijstroken de norm voor veiligheid. Intensiveren samenwerking met U15 ( initiatief grote Utrechtse bedrijven) en steun aan hun initiatieven voor duurzamere en slimmere mobiliteit. Provincie als werkgever sluit aan bij U15. Provincie ondersteunt bedrijfsleven en gemeenten bij realiseren extra (snel)laadpunten voor elektrische auto’s en fietsen in combinatie met duurzame energieopwekking . Ondersteunen en uitbreiden van Utrechts Verkeersveiligheidslabel (UVL), keurmerk voor basisscholen die verkeerseducatie leerlingen en veiligheid rond school structureel aanpakken. De provincie introduceert een sloopregeling voor oude vrachtwagens en bestelbusjes en een subsidie voor schonere binnenvaartschepen (naar het voorbeeld van Zuid-Holland).
Openbaar vervoer • Bij aanbesteding OV-concessies en vervanging regiobussen in BRU-concessie extra letten op klantgerichtheid, toegankelijkheid, hogere reizigersaantallen en volledig emissievrije voertuigen. • Provincie ondersteunt burgerinitiatieven om zelf lokaal maatwerk-openbaar vervoer te organiseren in plaats van onrendabele buslijnen. • Frequentie van Randstadspoor moet naar minimaal 6 treinen per uur. Spoor tussen Woerden en Leiden verdubbelen. Leidsche Rijn Centrum en Woerden worden intercitystation. Regiostations rond Utrecht CS krijgen betere voorzieningen om druk hoofdstation te verlichten. • Samen met betreffende gemeentes wordt het plan voor een regionaal tramnetwerk vanuit de stedelijke centra Utrecht en Amersfoort uitgewerkt (o.a. een tram naar Utrecht Leidsche Rijn). • Provincie maakt afspraken met grootste attracties/trekpleisters over duurzame bereikbaarheid. 7. Cultuur en erfgoed Cultuur • Investeren in festivals , culturele evenementen en instellingen met (inter-) nationale uitstraling. Steun voor festivals die bijdragen aan positionering Utrecht als regio van kennis en cultuur. Met ruimte voor regionale spreiding en voor potentiële groeiers. • Steun aan culturele instellingen en initiatieven met moderne financieringswijzen en met oog voor verdere ontwikkeling van ondernemerschap. • Samen met gemeenten het regionale cultuuraanbod op peil houden. Provincie investeert daarom in cultuureducatie en zorgt dat bibliotheeknetwerk op peil wordt gehouden. • Door kunstprojecten versterken van belevingswaarde van de omgeving van provinciale wegen en andere ruimtelijke projecten waarin de provincie investeert. • Een nieuwe eenvoudige stimuleringsregeling/cultuurprijs. Denk aan voorheen de Kei van Utrecht. Deze prijs richt zich op makers en kwartiermakers in de amateurkunst. • Cultuurhuizen in kleine gemeenten kunnen impuls gebruiken. Provincie ondersteunt.
36
• •
Kunst Centraal en Landschap Erfgoed Utrecht blijven dé partners bij cultuureducatie. Zwaartepunt provincietaak ligt nu bij educatie in het basisonderwijs, dit wordt verbreed. Provincie geeft zelf voorbeeld door zoveel mogelijk Utrechtse cultuurmakers in te schakelen.
Erfgoed • Beschermen en toegankelijk maken van landschap en erfgoed. • Erfgoedlocaties ondersteunen om nog meer publiek te trekken. • Provincie investeert (met mensen en middelen) in instandhouden waardevol erfgoed. • Digitaal erfgoed (archieven, collecties) wordt toegankelijk gemaakt voor publiek. • Steun en begeleiding voor initiatieven die bijdragen aan duurzame instandhouding en toegankelijkheid van landschap en erfgoed. • Provincie neemt verantwoordelijkheid voor het in stand houden van waardevolle monumenten door financiële steun en aanjagen vernieuwing en ondernemerschap. • Voor onderhoud en restauratie van bijzondere cultuurhistorische objecten wordt het zgn. Parelfonds voortgezet en verhoogd. Bij subsidieverlening vanuit het Parelfondsafspraken maken over publieke toegankelijkheid en duurzaamheid. 8. Bestuur en middelen Bestuur • Provincie is dienstbaar en toegankelijk. Op internet is helder hoe inwoners en ondernemers met provincie in gesprek kunnen komen en dat ze antwoord krijgen op vragen. Alle voor burgers en bedrijven relevante documenten, statistische gegevens en onderzoeksrapporten worden via internet digitaal beschikbaar gesteld. • Provincie erkent dat op vele terreinen inwoners en bedrijven waardevolle initiatieven nemen. Ze probeert deze niet te overrulen, maar sluit er bij aan en ondersteunt waar nodig. • Provincie erkent een zgn. ‘right to challenge’, dat wil zeggen dat zij ervoor open staat als burgers en bedrijven aangeven een publiek belang beter zelf te kunnen verzorgen. Dit is bijvoorbeeld goed voorstelbaar op het gebied van natuur, landschap en mobiliteit. • Provincie werkt gelijkwaardig samen met andere overheden, bedrijven, maatschappelijke organisaties, kennisinstellingen en natuurlijk inwoners. Er zijn momenten waarop het democratisch gekozen bestuur verantwoordelijkheid moet nemen en knopen doorhakt. Zulke besluiten liefst nemen met brede steun in samenleving en in elk geval door rekening te houden met belangen grote groepen mensen, maar ook kleine groepen mensen. • Provincie laat zich bij keuze leiden door inhoudelijk uitwisselen argumenten en invalshoeken. • Alle mensen, inwoners en bezoekers, zijn gelijkwaardig en waardevol in hun diversiteit. • Practice what you preach: de provincie brengt in haar eigen bedrijfsvoering de principes van fair trade en duurzaamheid in de praktijk. • De provincie gedraagt zich sober. Dat wil ook zeggen: een beperkt aantal gedeputeerden. • Integriteitscreening provinciale bestuurders. Dit helpt toekomstige bestuurders zich bewust te zijn van integriteitsaspecten van aanstaande functie en brengt mogelijke risico’s in kaart. • Provinciale en gemeentelijke herindelingen moeten inwoners in principe zelf willen, maar op basis van inhoudelijke argumenten kan provincie ze agenderen. Wij zien nu onvoldoende aanleiding actief werk te maken van fusie Utrecht met (delen) Noord-Holland en Flevoland. • Provincie staat open in de wereld en zoekt kansen over de grens: deelname handelsmissies en internationale samenwerking. Provincie doet In E U goede voorstellen voor Europese fondsen, werkt samen met andere regio’s en beïnvloedt relevante regelgeving vroegtijdig. • Provincie geeft in haar eigen bedrijfsvoering en inkoop het goede voorbeeld op het gebied van Fairtrade en duurzaamheid. Middelen • Lijn doorzetten om met (kleine) overschotten te begroten. Zo ontstaat ruimte voor opvang financiële tegenvallers zonder reserves aan te spreken of belangrijke projecten en afspraken met partners te schrappen of uit te stellen. Structurele activiteiten, structureel financieren.
37
• •
• •
Duurzaam beleid niet baseren op leningen, tekorten en speculaties op renteopbrengsten. Duurzaam financieel beleid betekent dat rekening niet naar de burger wordt doorgeschoven. Aangezien de provincie de op één na laagste provinciale opcenten heeft van alle provincies, ziet GroenLinks wel ruimte voor een indexering van de tarieven. Verhoging tot maximaal het landelijk gemiddelde is geen taboe als dat noodzakelijk is om essentiële uitgaven voor een gezond en duurzaam woon- en werkklimaat in de provincie te kunnen bekostigen. Duurzaam financieel beleid omvat zoveel mogelijk bankieren via maatschappelijk verantwoord opererende banken, ofwel die niet beleggen in kinderarbeid, wapenhandel, etc. Duurzaam financieel beleid betekent ook dat uitgaven en investeringen in zichzelf duurzaam moeten zijn en dus geen nieuwe problemen oproepen (met de daarbij horende kosten). Onze prioriteiten liggen dan ook bij investeringen: -Omschade door geluid en luchtvervuiling van autoverkeer te verminderen en duurzame alternatieven aantrekkelijk te maken; -In kwaliteit leefomgeving, zoals natuurgebieden, erfgoed, recreatiemogelijkheden, waar alle Utrechters (en dieren) van kunnen genieten; -In een economisch-innovatief en cultureel levendig vestigingsklimaat voor alle Utrechters; -Bij energiebesparing en duurzame energie, zoals bij herstructurering bedrijventerreinen.
9. Overige zaken nvt
38
7.
SP (Socialistische Partij)
1. Inleiding en algemeen • Wij laten ons handelen bepalen door drie kernwaarden: menselijke waardigheid, gelijkwaardigheid en solidariteit. We willen met respect omgaan met mensen waar wij voor werken, eerlijke kansen bieden en iedereen kans op geluk in samenleving gunnen. • We bestrijden discriminatie, op welk terrein dan ook. • We zullen ons gezicht zoveel mogelijk laten zien. Onze deur staat open voor alle mensen die met vragen zitten, per mail, telefoon, of wanneer we op bezoek zijn bij gemeenten. • Onze Statenleden dragen – net als onze raadsleden en kamerleden – een deel van hun vergoeding af aan de partij. Volksvertegenwoordigers geen riant loon op moeten strijken • Het is mogelijk om aan de ene kant oog te hebben voor natuur en milieu, en aan de andere kant de economie niet uit het oog te verliezen. Als grootste uitdagingen voor de komende bestuursperiode ziet de SP: 1. Meer banen, vooral voor mensen die lager opgeleid zijn of grotere afstand tot arbeidsmarkt hebben; 2. Ruim baan voor bus en fiets als alternatief voor de auto. Ook in wijken en kleine kernen. Hierbij speciale aandacht voor de toegankelijkheid; 3. Geen groen volbouwen, werk maken van betaalbare en energiezuinige sociale huur- en koopwoningen; 4. Behoud van voorzieningen en daarmee de leefbaarheid in de kleine kernen; 5. Verduurzaming, natuurbehoud en dierenwelzijn. •
SP is bereid om met elke partij deze uitdaging aan te gaan. Elke partij, die uitgaat van gelijkwaardigheid mensen en stelling neemt tegen discriminatie of uitsluiten groepen.
2. Ruimtelijke ontwikkeling en wonen • Provincie neemt het voortouw bij herbestemmen leegstaande kantoren en te ontwikkelen kantorenlocaties, met name om meer sociale woningbouw en studentenkamers te realiseren. • Geen ruimte meer voor nieuwe bedrijventerreinen. We investeren in hergebruik en herstructurering bestaande bedrijventerreinen. Wij stimuleren energie neutraal herbouwen. We bevorderen meervoudig ruimtegebruik op bedrijventerreinen, bijvoorbeeld met parkeerruimten onder gebouwen. • Provincie gaat, samen met gemeenten, een plan uitwerken om winkelleegstand te bestrijden. Ideeën als “Het Nieuwe Winkelen” kunnen daarbij worden betrokken. Hierbij worden traditionele kleinere winkelbedrijven versterkt met online activiteiten, met steun overheid. Wonen • We zetten in op het bouwen van betaalbare huisvesting voor groepen waarvoor een tekort is, zoals studenten, starters en ouderen. Provincie stimuleert renovatie en energiezuiniger maken van corporatiebezit. Dat schept werk, scheelt de huurder in de portemonnee en gaat energieverspilling tegen. • Waar bestaande kernen moeten worden uitgebreid, wordt er duurzaam gebouwd in de stedelijke regio’s, langs goede ov-verbindingen en met voldoende voorzieningen. • Er wordt niet gestart met bouwen in nieuwe uitleglocaties zoals Rijnenburg, voordat lopende en gestagneerde programma’s zijn afgerond. Aan het Groene Hart wordt niet getornd. • Zolang er geen concreet uitzicht is op ontwikkeling van de A12-zone bij Utrecht, besteden we ook geen menskracht en middelen aan plannenmakerij hiervoor.
39
3.Landelijk gebied en natuur • Het niveau van voorzieningen in dorpen en wijken blijft op peil. Verdwijnen van voorzieningen uit dorpen en buitenwijken moet stoppen. Veel dorpen hebben geen eigen supermarkt, postkantoor of bank meer, zorgvoorzieningen zijn vaak ver weg. • In elke dorpskern gegarandeerd voorzieningenniveau leefbaarheid. Er is een huisarts, een wijkverpleegkundige, een supermarkt, een pinautomaat, een busverbinding en zo mogelijk een bibliotheekvoorziening en een (basis)school. Provincie werkt samen met gemeentes, zo nodig ook via een Provinciale bijdrage. Landbouw • Megastallen zijn niet welkom in de provincie. Ze veroorzaken dierenleed, kunnen een gevaar zijn voor de volksgezondheid en brengen omgevingshinder mee. • Makkelijker en financieel aantrekkelijker maken voor boeren om te helpen met landschapsbeheer, regels sterk vereenvoudigen, continuïteit en hogere beheervergoedingen. • In gebieden grenzend aan de Ecologische Hoofdstructuur maken we waar mogelijk ruimte voor duurzame en biologische landbouw. Deze gebieden wijzen we aan in ruimtelijke structuurvisie. Intensieve landbouw wordt niet toegestaan rond de EHS • Massaproductie is voor een deel gevolg van wurgcontracten die grote afnemers opleggen aan boeren. Provincie zet zich ervoor in dat boeren een eerlijke prijs per product krijgen, zodat schaalvergroting kan worden tegengegaan. • Voor boeren die overstappen op biologisch werken komt er een overgangsregeling om het tijdelijke verlies aan inkomsten te overbruggen. • We stimuleren gebruik streekproducten, te beginnen met de provinciale kantine en diners. Natuur • Plezierjacht is onaanvaardbaar. Provincie verleent alleen vrijstelling aan professionele jagers als onevenredige schade onafhankelijk is aangetoond en er geen alternatieven zijn. Dit geldt ook voor muskusrattenbestrijding. • We zetten de Provinciale bijdrage aan de regionale vogelopvang structureel voort. • Gebruik niet-biologische bestrijdingsmiddelen wordt tot minimum beperkt. Provincie gebruikt bij eigen onderhoud enkel biologische producten. • De schaarse groene ruimte wordt niet verder aangetast. Met renovatie gebouwen, intensiever ruimtegebruik, woningsplitsing en andere creatieve oplossingen is groene ruimte te sparen. • Als bouwen buiten de bebouwde kom om zwaarwegende redenen toch nodig is, dan wordt het verlies aan groene ruimte binnen de provincie gecompenseerd. • Bij natuurbeheer blijven de in het zogeheten ‘Akkoord van Utrecht’ overeengekomen ambities tenminste en onverkort gehandhaafd. We maken maximaal tempo bij de uitvoering. 4. Bodem, water, milieu en energie Water • Rioolzuivering en gemeentelijk rioolbeheer voegen we samen in één nutsbedrijf, onder provinciale verantwoordelijkheid. Dit verbetert kwaliteit van oppervlaktewater voor minder geld. • Bij de bouw van nieuwe woningen en vernieuwing van riolering hoort altijd een apart systeem voor lokale opslag en hergebruik van regenwater. • Werk maken van windenergie, op afstand waar omwonenden geen last van geluid of schaduw hebben. Provincie gaat draagvlak onder bevolking actief vergroten, onder meer door bewoners meer – financiële - voordelen te bieden. Kleinere energiecorporaties krijgen grotere rol. • De Provincie Utrecht blijft schaliegasvrij. • Waterkrachtcentrale bij Hagestein wordt op kortst mogelijke termijn weer in gebruik genomen. • Provincie stimuleert energiebesparing bij scholen, bedrijven, huishoudens en publieke- en overheidsgebouwen.
40
• • • •
We maken het mogelijk dat asbestdaken van boerderijen, bedrijfshallen en schuren gesaneerd kunnen worden en vervangen door daken met zonnepanelen of zonneboilers. Provincie geeft het energiezuiniger maken van sociale huurwoningen topprioriteit. Provincie gaat 100% duurzaam inkopen. Spaargeld provincie wegzetten bij duurzame fondsen. Hoewel we de ontwikkeling van biogas steunen, mag vergistingsinstallatie in Bunschoten niet voor overlast zorgen.
5. Economische ontwikkeling en recreatie • Wij werken aan evenwichtige en duurzame ontwikkeling van economie, passend in leefomg eving, en met een arbeidsmarkt die aansluit bij behoefte inwoners. Ons economisch beleid richt zich allereerst op behouden werkgelegenheid, bijvoorbeeld in de maakindustrie. Dat is beter voor de werkgelegenheid dan nieuwe bedrijven uit China en India proberen te verleiden naar Utrecht te komen. • Inzet op duurzame bedrijvigheid als groeimarkt, onder meer in duurzame energie en recycling. • We staan geen megawinkelcentra en dergelijke toe in de provincie. Dit soort initiatieven gaat ten koste van detailhandel en voorzieningen in dorpscentra. • Meer stageplaatsen bij de provincie en door provincie gefinancierde organisaties, en zoeken oplossingen voor bedrijven die achterblijven in het aanbieden van stageplaatsen. • EBU (Economic Board Utrecht) zet zich meer in voor extra werkgelegenheid voor lager opgeleiden, mensen met afstand tot arbeidsmarkt en versterking MKB. De eindverantwoordelijkheid voor dit beleid ligt bij provincie en niet bij EBU. Recreatie • Recreatieterreinen zijn voor iedereen betaalbaar en met auto, fiets en OV goed bereikbaar. • Natuurwaarden en biodiversiteit mogen niet worden aangetast door commerciële activiteiten. • Bewoners moeten zoveel mogelijk zelf kunnen beslissen over inrichting recreatieterreinen. Daarom krijgen gemeenten meer macht en geld en laten we Recreatieschap Utrechtse Heuvelrug, Vallei- en Kromme Rijngebied opheffen. • Zwemplassen maken we gratis en goed toegankelijk voor iedereen. Alleen op plaatsen waar veel overlast is kleine toegangsprijs heffen als drempel, en zorgen we voor toezicht. • Plannen om campings om te bouwen tot luxe bungalowparken wijzen we af. Dit soort parken zijn slecht voor flora en fauna in de omgeving door de activiteit die het aantrekt. 6. Bereikbaarheid • Meer en bredere snelwegen zijn geen duurzame oplossing voor fileleed. Ze geven alleen nog meer ruimte aan groei van een niet duurzame economie. Duurzame oplossing moet komen van beter op elkaar afgestemde OV-Fiets-Rail netwerken. • Geen nieuwe wegen als daardoor de gezondheid van omwonenden bedreigd wordt. Dat geldt voor luchtvervuiling als voor geluidsoverlast. Omdat Wet op geluidshinder voor veel situaties te ruim is, hanteren we onze eigen, strengere normen die wel verantwoord zijn voor gezondheid. • We maken actieplan binnenvaart, met voorstellen om infrastructuur voor goederentransport over water te verbeteren, om noodzaak voor goederentransport over de weg te verminderen. • Autoverkeer in provincie wordt meer gebundeld door sluiproutes onaantrekkelijk te maken. • We blijven ons hard maken tegen verbreding A27; de maximumsnelheid op de gehele lokale snelwegring (A2-A12-A27-Noordelijke randweg) rond Utrecht moet naar 80 km/uur. Openbaar vervoer • Om bereikbaarheid in de provincie te verbeteren zorgen we dat voor de meeste mensen het openbaar vervoer een reëel alternatief wordt voor de auto. • Het OV netwerk blijft kleine kernen en wijken bedienen. Regiotaxi en vrijwilligersbusdiensten mogen het openbaar vervoer niet vervangen.
41
• • • • • •
Fiets • • • •
Stads- en streekvervoer maken we buiten de spits gratis voor ouderen. Ziekenhuizen moeten beter per openbaar vervoer bereikt kunnen worden vanuit iedere woonkern die op de ziekenhuisvoorziening is aangewezen. Voor de aanleg spoorverbinding van Almere via Utrecht naar Breda, parallel aan A27. We leggen meer goedkope en goed bereikbare P+R locaties aan voor overstap auto naar openbaar vervoer, en bij meer stations en andere locaties zorgen we voor OV-fietsen. Provincie stimuleert actief het gebruik van al bestaande P+R locaties. Bus- en treinstations maken we goed toegankelijk voor mensen met een beperking. Alle regiotaxidiensten zijn punctueel, flexibel en klantgericht zijn. Mensen die er van afhankelijk zijn, zouden er geen last van moeten hebben dat meerdere organisaties de uitvoering doen. We maken meer binnenwegen verkeersluw om ruimte te geven aan fietsers. We werken verder aan het aanleggen van veilige en snelle fietsroutes. We investeren in fietsverbindingen over kanalen, rivieren en autowegen. We investeren in fietsenstallingen bij bushaltes. Experimenten met meenemen fiets in bus. We stimuleren dat fietsen op zondag gratis kunnen worden meegenomen in stoptrein, en dat OV-fietsen op zondag ook op ander station kunnen worden ingeleverd.
7. Cultuur en erfgoed • Met cultuurbudget haken we aan bij het nieuwe cultuurconvenant in 2016, waarbij nadruk ligt op kleinschalige kunstuitingen en -instellingen. • We staan pal voor het behoud van cultureel en industrieel erfgoed. 8. Bestuur, Europa en middelen Bestuur • Referendumverordening uitbreiden met mogelijkheid houden van raadplegend referendum. • De commissaris van de Koning en de leden van GS mogen hooguit maatschappelijke nevenfuncties vervullen, waar zij ten hoogste een reële onkostenvergoeding voor krijgen. • Het vergaderen achter gesloten deuren brengen we terug tot het absoluut noodzakelijke. • We maken een einde aan de privileges van Statenleden en bestuurders, die gratis toegang krijgen tot tientallen theatervoorstellingen, films en andere evenementen. • Meer directe inspraak via referenda, hoorzittingen en e-participatie (via internet). • Blijvend kritisch op plannen tot fuseren van meerdere provincies tot een superprovincie. Voor een goede samenwerking op deelterreinen onnodig. Beter delen van openbare informatie is van grote waarde voor samenleving. Openstellen van Provinciale data met gebruik van kennis die bij andere overheden is opgedaan. • Voor gemeenten die tekort komen om taken goed uit te voeren zijn er andere oplossingen dan herindelingen. Provincie kan ambtelijke ondersteuning organiseren, of gemeenten kunnen op ambtelijk niveau met elkaar samenwerken. • Herindeling gemeenten alleen bij meerderheid van instemming door inwoners via referendum. • Na herindeling zorgen we ervoor dat reisafstand niet toeneemt voor gemeentelijke zaken zoals ophalen paspoort. Europa • We beperken de lobby voor Europese subsidies. Waar het nodig en nuttig is doen we dat samen met andere Provincies en gemeentes in Brussel. • Provincie maakt passend gebruik van Europese gelden en fondsen. Er wordt geen project bedacht, omdat we daarmee geld kunnen binnenhalen. •
Middelen
42
•
• • • • • •
• • •
Instellingen die subsidie ontvangen gebruiken dat geld vooruitvoering van hun taken, niet voor exorbitante beloningen van bestuurders of ontslagvergoedingen. Provincie krijgt in ruil voor de subsidie inzicht in wie er subsidie krijgen. Ook leggen instellingen die subsidie ontvangen expliciet en gespecificeerd verantwoording af aan Provinciale Staten over uitgaven met subsidiegeld. Voor bestuurders en directie is inkomen Commissaris van de Koning het plafond. Beperken inhuur van externe adviseurs en gedetacheerden tot de ‘Roemernorm’. Bezuinigen 50% op recepties, symposia en, en versoberen catering Statenvergaderingen. Gedeputeerden maken zo min mogelijk snoepreisjes naar China, India en elders om Utrecht ‘op de kaart te zetten’ Hoge declaraties van onkosten van onze gedeputeerden kunnen fors omlaag. We stellen regels in die uitgaan van matigheid Verlagen statenvergoeding en fractiebudgetten. Daarbij grens opzoeken wettelijke regelingen. We maken een einde aan het onbezonnen privatiseren van zaken van algemeen belang. In geprivatiseerd bedrijf gaat winst boven kwaliteit, en gaat de democratische controle verloren. In visie SP horen publieke diensten, zoals openbaar vervoer en nutsbedrijven, publiek bezit te zijn. We zien erop toe dat medewerkers in schoonmaak, bewaking en restaurant onder fatsoenlijke cao vallen en de werkzekerheid krijgen die anderen in dienst van provincie ook hebben. Medewerkers die thuiszitten vanwege ziekte of wachtgeld helpen om zo snel mogelijk weer aan het werk te gaan. We streven naar diversiteit onder het provinciale personeel, en vragen hetzelfde streven aan door de provincie gefinancierde organisaties. Ook voor mensen met een arbeidsbeperking.
9. Overige zaken • Sportvoorzieningen met bovenlokale betekenis kunnen bij provincie aankloppen voor ondersteuning. Provincie zet zich – net als bij regionale vogelopvang - in voor bijdragen gemeentes aan zulke sportvoorzieningen. Toegankelijkheid • Provinciale gebouwen en voorzieningen, waaronder zwemplassen en andere • recreatie, maken we toegankelijk voor mensen met een beperking. • Alle digitale communicatie provincie moet voldoen aan eisen toegankelijkheid voor mensen met een handicap. • We bevorderen de stichting van kleinschalige woonvoorzieningen en dagopvang, zoals zorgboerderijen. Goede spreiding staat voorop. • We geven meer steun aan recreatieve activiteiten en projecten voor veilige omgevingen voor mensen met een beperking.
43
8.
ChristenUnie: Geef geloof een stem in Utrecht
1.Inleiding en algemeen • Resultaten: De ChristenUnie heeft in Provinciale Staten succesvol gestreden voor : -voor betaalbaar leerlingenvervoer en zich verzet tegen extreme prijsstijgingen; -onophoudelijke aandacht voor de jeugdzorg; -nieuwe onderwerpen op de agenda: winkelleegstand en gezondheidsperikelen rond roet en ultrafijnstof; • Met veel thema’s is de ChristenUnie flink bezig geweest: het ondergronds brengen van hoogspanningsleidingen, bescherming restanten van de Oude Hollandse Waterlinie, afhandeling van stankklachten, toezicht inlandelijk gebied en integraliteit in het milieubeleid. • ChristenUnie kiest komende jaren drie speerpunten: -het verbeteren van de regionale economie; -een betere bescherming van ons cultureel erfgoed; -meer aandacht voor verkeersveiligheid. 2. Ruimtelijke ontwikkeling en wonen • Integrale gebiedsontwikkeling, kwaliteit en duurzaamheid sleutelbegrippen ruimtelijk beleid. Provincie is zelfbewust in en zorgt dat regio en gemeenten samenwerken en elkaar niet beconcurreren. Hoge kwaliteit leefomgeving is kapitaal provincie. • Resterende open gebieden te waardevol om te verstedelijken. Geen grote nieuwbouwlocaties meer. Bouw nieuwe woningen vrijwel uitsluitend binnenstedelijk, zoals herstructurering verouderde bedrijfsterreinen. Onderzoek of woningaantal polder Rijnenburg, in verstedelijkte zone tussen Nieuwegein en Utrecht kunnen komen. • Ruimtelijke functies primair ingericht op goede bereikbaarheid per openbaar vervoer. • Beperking overcapaciteit in gemeentelijke ruimtelijke plannen, op basis van bovenlokale afweging. Plancapaciteit voor nieuwe kantoorgebouwen en winkels sterk verminderen. • Voorkomen dat gemeenten concurreren bij realisatie van kantoren en bedrijventerreinen. Bouwen voor leegstand voorkomen, ruimte creatieve oplossingen. • Oude bedrijventerreinen opknappen en herstructureren met efficiënt grondgebruik. • Meewerken aan herbestemming structureel leegstaande kantoor- en winkelpanden tot woonruimte of gebruik van lege panden voor maatschappelijke doeleinden. • Bijdragen aan milieuvriendelijk ruimtegebruik. Wonen • Volkshuisvesting is geen directe provinciale taak. • Grote winst te behalen bij energiearm maken bestaande woningen en gebouwen. • Uitdaging aan ondernemers is om met hun initiatieven bij te dragen aan het versterken van beoogde sector- of gebiedskwaliteiten. • Blijvende inzet provincie met gemeenten om te komen tot oplossing voor ruimtelijke problemen die door hoogspanningskabels worden veroorzaakt. • Actief beleid voor die woonwijken en kernen waar krimp dreigt op te treden. Dit beleid is gericht op bijdragen aan behoud passende en kwalitatief goede voorzieningen. • Provincie die gemeenten en burgers activeert om ze te betrekken bij het leefbaar houden van kleine kernen en hen een medebepalende rol te geven. • Flexibel omgaan met rode contouren. Kleine kernen mogen organisch groeien, mits gemeente met kernrandvisie aantoont dat kleinschalige woningbouw kwaliteit oplevert. 3.Landelijk gebied en natuur Landbouw
44
• • • • • • • • • • • • • • • •
Landbouw (agro en food) (top)sector en dient in goede verhouding te staan met andere doelen, zoals beleid kwetsbare drinkwatergebieden en duurzame energie- en klimaatdoelen. Stad en land kunnen beter worden verbonden door verkoop streekproducten te bevorderen. Vanuit leegstaande winkelpanden kunnen tijdelijk streekproducten worden verkocht. Een landbouwsector die schoon en eerlijk onderneemt . Agrarische sector waar restproducten als mest nieuwe bestemming krijgen,zoals omzetting in duurzame energie. Mestoverschotten inzetten voor opwekking groene energie. Het installeren van luchtwassers in de stallen van de intensieve veehouderij, zodat de luchtkwaliteit sterk kan verbeteren en de uitstoot van (ultra)fijnstof kan verminderen. Veel aandacht voor innovatie in landbouw, vooral bij hsluiten van kringlopen en tegengaan van bodemdaling. Het Veenweide Innovatie Centrum (VIC) speelt voortrekkersrol. Ondersteunen netwerken waarin landbouwsector en andere sectoren (economie, natuur, landschap en energie) elkaar informeren, inspireren en initiatieven ontplooien. Stimulerende rol bij ontwikkelingen op landbouw en (glas)tuinbouwgebied en de voordelen van regionale voedselproductie, bijvoorbeeld door voorlichtingscampagnes. Sterke stads- en zorgboerderijen in combinatie met ecologische landbouw en zorg (de teelt van ‘slowfood’ en streekproducten). Het versterken van de innovatieve kracht van de glastuinbouw op de terreinen van teelt, transport, onderzoek, kennis en arbeid. Het creëren van randvoorwaarden om een goede bedrijfsvoering mogelijk te maken. Stallen bouwen passend in landschap, zoals beperken grootte bouwblok. Altijd kijken naar dierenwelzijn, duurzaamheid en milieubelasting. Grondgebondenheid is belangrijk criterium. Agrarische schaalvergroting, milieukwaliteit en dierenwelzijn hoeven tegenstrijdig te zijn. Ondernemers kunnen uitbreiden als dat bijdraagt aan milieu en dierenwelzijn. Boer krijgt ruimte voor economisch gezond agrarisch bedrijf. Boer moet desgewenst kunnen kiezen voor kleinschalig bedrijf met weidegang of voor uitbreidingals dit noodzakelijk is. Aanvullende maatregelen bij landbouwstructuurverbetering. Dit kan bij vrijwillige en planmatige kavelruil . Maatregelen kunnen zijn: verbeteren verkeersveiligheid, stimulering natuur- en landschapsbeheer en verbeterd waterbeheer (kwalitatief en kwantitatief). Het ontwikkelen van Deltaplan om leegstaande en leegkomende boerderijen te herbestemmen, waardoor leefbaarheid en kwaliteit leefomgeving gewaarborgd blijft.
Natuur • Met ‘Akkoord van Utrecht’ is realisatie Natuurnetwerk Nederland (EHS) belangrijke taak . Door Natuurpact nu ruimte om aankoop gronden en inrichting natuurgebieden beter in te passen. Ambitieuze doelen stellen en aanleg Natuurnetwerk voortvarend ter hand nemen. • Regierol bij ontwikkelingen in Nationale Landschappen. Wonen en werken zijn sterk verweven met cultuurhistorische waarden. Versterken kwaliteit Nationale Landschappen . • Rond de steden Utrecht en Amersfoort zijn nog steeds te weinig recreatieve voorzieningen. De provincie moet op dit vlak een aanjagerfunctie en regisseursrol vervullen. • Steun voor tijdelijke Utrechtse aanpak en landelijke regels beperking uitsttot stikstof. Goede balans tussen natuurprojecten en agrariërs. Voorkom op slot zitten agrarische bedrijven. De programmatische aanpak stikstof (PAS) maakt ruimte vrij voor meer economische ontwikkeling. Goede invoering en uitvoering van PAS is essentieel. • Robuuste natuurgebieden ontwikkelen, terwijl meteen landbouwstructuur verbetert door regie te nemen om landbouwgrond dichtbij boerderij te krijgen en te houden. • Stimuleren menselijke activiteiten als recreatie of ondernemingen in natuur die bijdragen aan het behoud en herstel van flora en fauna. • Provincie met oog voor ruimtelijke en sociale kwaliteit platteland: zij stimuleert gemeenten en bedrijven om verrommeling tegen te gaan. Provincie draagt actief bij aan oplossen van vraagstukken rondom stoppende ondernemers en hergebruik van vrijkomende locaties. • Stimuleren en ondersteunen van agrarisch natuurbeheer. Natuurverenigingen en collectieven (agrarische natuurverenigingen) zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor controle.
45
• • • • • •
Natuurgebieden die bestand zijn tegen verwachte effecten van veranderende klimaat, door bij (her)inrichting van gebieden maatregelen te nemen die gebied voorbereiden. Landschapsfondsen, die stad en stedeling financieel betrekken bij instandhouden landschap. Jacht toe staan als onderdeel goed faunabeheer. Jacht als integraal onderdeel van pakket maatregelen dat beheer van een natuurgebied nodig heeft. Regeling die het boeren makkelijker en goedkoper maakt om wildschade te kunnen opgeven. Tegengaan voedselverspilling en daardoor het opnemen van geschoten wild in voedselketen. Voldoende menskracht voor vergunningverlening en handhaving.
4. Bodem, water, milieu en energie Energie • Provincie heeft belangrijke taak in omschakeling naar energieproductie en -consumptie die toekomstbestendig,schoon en eerlijk is. Keuze allereerst voor inzet op energiebesparing (verduurzamen huizen en kantoren). Ten tweede omschakeling naar hernieuwbare energie. Ambitie in 2040 klimaatneutraal zijn. Voor energiebesparing is 2 procent per jaar haalbaar streven. Energiebeleidsplan geeft aan hoe doelen te bereiken. • Samenwerking met kennisinstellingen en lokale ondernemers om deze energieambities te verzilveren in regionale impuls. Nieuwe kansen en verdienmodellen voor economie. • Energietransitie waar omwonenden van mee kunnen profiteren. Ontstane schade wordt vergoed en overlast gecompenseerd. Omwille leefbaarheid worden investeerders in energieparken verplicht ook te investeren in een gebiedsfonds. • Initiatieven van bewoners- of bedrijfscollectieven voor het decentraal opwekken van energie. Waar nodig ondersteunt de provincie dit soort kleinschalige initiatieven door het bij elkaar brengen van partijen en het bundelen van kennis en informatie. • Ruimte voor productie duurzame energie uit zon, wind, water en biomassa. Povincie geeft in het ruimtelijk beleid locaties aan voor productie duurzame energie. Belangen omwonenden, grondeigenaren en landschap verdienen bijzondere aandacht het verplichte Participatieplan. • Een provincie die aan zet is om in goed overleg met gemeenten de beste locaties uit te kiezen om de Utrechtse doelstelling van minimaal 65 MW te halen. • Aanleg ondergrondse hoogspanningskabels in dichtbevolkte gebieden vanwege gezondheid. • Geen winning van schaliegas in Utrecht. Om af te raken van fossiele brandstof moeten we niet nieuwe fossiele bronnen aanboren, maar juist vol inzetten op alternatieve brandstoffen. • Voorwaarden bij vergunningenbeleid, inkoop- en aanbestedingsbeleid die overeenstemmen met verantwoorde winning benodigde grondstoffen of verantwoorde productie. • Energiezuinige, klimaatmneutrale gebouwen. Provincie geeft goede voorbeeld; ook door eigen wagenpark elektrisch of op groen gas en bij vervanging interieur en aanschaf goederen zoveel mogelijk te kiezen voor duurzaam inkopen. • Het stimuleren van de inzet van biomassa als energiebron. • Stimuleren ontwikkelen nieuwe vormen duurzame energie, als biogas (LNG], energie uit osmose (‘Blue energy’), aardwarmte, warmtepompen etc. Povincie kan als eerste afnemer (‘launching customer’) nieuwe techniek stimuleren, samen met hoger onderwijs. Milieu • Gezonde woonomgeving weegt zwaarder dan belang snelle doorstroming verkeer. Op provinciale wegen door stedelijk gebied maximumsnelheid maximaal op 80 km/uur. provincie dringt er bij Rijk op aan dat zelfde maximumsnelheid geldt op snelwegen die direct aan woongebieden grenzen (zoals ring Utrecht en A1 bij Amersfoort). • Tegengaan stapeling effecten geluid, fijnstof en roet die gezondheid aantast. Realistische doelen verbeteren luchtkwaliteit door terugdringen roet, ultrafijnstof en uitlaatgassen. • Bedrijven aansporen emissies schadelijke stoffen steeds verder terug te dringen bedrijven stimuleren om voor aan- en afvoer grondstoffen en producten schoon vervoer te gebruiken • Voorschrijven best beschikbare technologie bij aanbestedingen. Bij OV-aanbestedingen wordt uitstoot voertuigen gedurende looptijd concessie regelmatig gemeten.
46
•
• •
Bij industrie, landbouw en transport stelt provincie regelgeving op ter bescherming van milieu en volksgezondheid. Door overleg met sectoren, duidelijke regelgeving en stringente handhaving kans op rampen zo klein mogelijk maken. Toezien dat ondernemers hun eigen verantwoordelijkheid nemen. Onveilige situaties worden niet gedoogd. Stringent toezicht op de naleving van milieu- en veiligheidsvoorschriften en adequaat optreden bij klachten van geur-, licht- of geluidshinder. Zeer toegankelijke en actuele informatie over risico's en maatregelen die inwoners zelf kunnen treffen.
Water • Steun aan concept “Meerlaagse veiligheid”. In samenwerking met de waterschappen werkt provincie aan goede dijken, ruimtelijke ordening en rampen- en evacuatieplannen. • Maatregelen modig voor opvang en verminderen hittestress in steden en dorpen. Samen met waterschappen en gemeenten maatregelen om water langer vast te houden in gebied. • Voor voldoende zoet water West-Nederland moet via provincie Utrecht extra water worden aangevoerd. Maatregelen uitvoeren met kansen voor natuur en recreatie ( Hollandse IJssel). • Bodemdaling in het veenweidegebied leidt tot hoge kosten waterbeheer. Maatregelen ondersteunen, zoals onderwaterdrainage, om bodemdaling zoveel mogelijk te beperken. • Concrete en gebiedsgerichte oplossingen om in lage gebieden veilig te kunnen wonen en werken. Zoals bouwen op terpen, wegen op dijken en compartimentering van gebieden. • Samen met bewoners en waterschappen oplossingen zoeken voor waterberging waar nodig. • Provincie heeft ruimtelijke regie en die taken waterbeheer overlaat aan waterschappen. • Provincies en waterschappen die samen een Deltaplan ‘water’ maken. • Dijken en keringen aanpassen aan wettelijke normen, anticiperen op klimaatverandering. • Volledige implementatie KRW; eventuele achterstanden inhalen. Water dat uiterlijk in 2027 aan de kwaliteitseisen van de Kaderrichtlijn Water voldoet. • Blijvende aandacht voor verdrogingsbestrijding in natuurgebieden. • Bij ruimtelijke inrichting rekening met water houden. Met waterschappen afspraken over sterke dijken en goed onderhoud waterkeringen. Landbouw, natuur en bebouwing stellen elk eigen eisen aan optimale waterbeheer. Zorgen voor waterbeheer dat agrarische sector als drager landelijk gebied waarborgt, de natuurbelangen dient en woonfunctie ondersteunt. • Een evenwichtig waterbeheer waarbij per gebied gekeken wordt naar de belangen van de agrarische sector, natuurbelangen en wonen. • Een heldere kaderstelling zodat waterschappen hun taak kunnen uitvoeren. • Goede afstemming gemeenten en waterschappen bij woonwijken en bedrijventerreinen. 5. Economische ontwikkeling en recreatie • Taken provincie op sociaal-economisch terrein zijn scheppen voorwaarden optimale ontwikkeling werkgelegenheid, arbeidsmarkt, bedrijfsleven en ondernemerschap. De initiëterende en stimulerende rol in de Economic Board Utrecht is uitstekend voorbeeld. • Zorgsector zal aan economische betekenis winnen. Provincie Utrecht heeft uitstekende startpositie met concentratie belangrijke spelers om dé zorgregio van Nederland te worden. • In FoodValley speelt Wageningen Universiteit grote rol met innovatie in landbouw en voedselverwerking. In noorden Gelderse Vallei speelt visverwerkende industrie van Bunschoten belangrijke rol en deze sector verdient meer aandacht in FoodValley. • Investetren in sterke regionale economie en in kennis en innovatie. Zorgen voor goede samenwerking met universiteiten, hogescholen en onderzoeksinstellingen. • Het bevorderen van de regionale economie door in het aanbestedingsbeleid meer kansen te bieden aan het regionale midden- en kleinbedrijf. • Europese middelen gebruiken voor projecten op infrastructuur en werkgelegenheid. • Het stimuleren van “eerlijk ondernemen”; ook in eigen organisatie. Bijvoorbeeld door werkgeverschap, door het in dienst nemen van mensen met afstand tot de arbeidsmarkt, het voorkomen van arbeidsuitbuiting, Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen en Fair Trade.
47
• • • • • •
•
Regelgeving met goede balans tussen duurzaamheid, economie en sociaal werkgeverschap. Samen met ondernemers en gemeenten goed gebruik schaarse ruimte. Door steun bij ontwikkelen binnenstedelijke bedrijventerreinen, gezamenlijke inzet hergebruik kantoor- en bedrijfspanden en geven van woonbestemming aanleegstaande kantoorgebouwen. Vereenvoudigen provinciale regelgeving bedrijfsleven. Toetsen op hoofdlijnen, en kiest voor controle en bijstelling (waar nodig) achteraf. Stop op ontwikkeling grote winkelcentra buiten bebouwde kom. Ongewenste inbreuk in landschap. Kans op verkeers drukte en slecht voor concurrenrtiepositie kleine middenstand. Ondernemingen creëren toegevoegde waarde: werkgelegenheid en inkomen. Spectrum loopt van mondiaal opererende multinationals tot kleine zelfstandige. Dit vraagt specifiek beleid dat rekening houdt met diversiteit ondernemers. Door toegenomen scholingsgraad van beroepsbevolking en stijging kosten arbeid wordt economie meer kenniseconomie. Forse investeringen zijn nodig om koploper te blijven op het gebied van innovaties en industrie. Zorg dragen voor goede analyse arbeidsmarkt, in nauwe samenwerking met sectorale kenniscentra. Zo stimuleer je onderwijs tot juiste opleidingen. Samen met ondernemers arbeidsmarkt en onderwijs dichter bij elkaar te brengen. Overleg met gemeenten over gezamenlijke aanpak voor creeren van leerwerk-banen, en over benaderen werkgevers om mensen met arbeidsbeperking of bijstands te plaatsen.
Recreatie • Landelijk gebied speelt essentiële rol als recreatiegebied en leefgebied voor planten en dieren. Gevarieerde natuurgebieden en landschap zijn belangrijk voor recreatie. • Toerismepromotie is zaak bedrijfsleven en sector zelf. Verbeteren toeristische infrastructuur is wel provinciale zaak in samenwerking met andere overheden. Modernisering overgebleven recreatieschap en zorgvuldige overdracht recreatietaken aan nieuwe partners. De provincie blijft eindverantwoordelijk voor kwaliteit en toegankelijkheid. • Samenhangende netwerken voor wandelen, fietsen en varen die goed aansluiten en onderhouden worden, zodat landelijk gebied ontsloten wordt. Mogelijkheden voor ondernemers om op platteland voorzieningen te treffen voor eet- en drinkgelegenheden. • Ontwikkelen recreatieve buitensportvoorzieningen, zoals ruiterpaden, skeelerroutes en kanoroutes met faciliteiten en voorzieningen voor de gebruikers. • Kleine inventarisatie nieuwe zwemwaterlocaties met controle van waterkwaliteit . 6.Bereikbaarheid • Provinciale wegen zo veilig mogelijk met vlotte doorstroming. Inzet voor overzichtelijk, ruime verkeerssituaties, gescheiden rijbanen, goede belichting en spreiding vervoersstromen. Waar mogelijk provinciale wegen om (dorps)kernen aanleggen en snelheidswisselingen beperken. • Verbreding van ‘bak van Amelisweerd’ is niet gewenst. Voorkeursvariant ChristenUnie is zoveel mogelijk rijstroken binnen huidige ‘bak’. Als deze ‘bak’ toch wordt verbreed, dan is bij Amelisweerd overkapping nodig, die de twee delen van het bos weer aan elkaar verbindt. • Veilige wegen met goede verlichting op maat. In landelijk gebied bermverlichting: “glowing lines” (zelf opladende lichtgevende strepen) en wegdekreflectoren. Dynamische verlichting kan bijdragen aan (sociale) veiligheid op fietspaden. Onnodige verlichting wordt verwijderd. • Heldere afspraken over het onderhoudsniveau en -budget van wegen en kunstwerken. • Meerjaren onderhouds- en verbeterprogramma voor de provinciale wegen om in de periode tot 2035 de provinciale wegen op het drie sterren veiligheidsniveau van EuroRAP te brengen. • Aantrekkelijker maken van overstap tussen eigen en openbaar vervoer. Hiervoor moeten ovopstappunten met auto en fiets goed toegankelijk zijn en moet men gratis kunnen parkeren. • Aanmoedigen gebruik fiets. Aanleg langs belangrijke wegen van fietssnelwegen die aantrekkelijk zijn voor woon-werkverkeer, e-bikes en wielrenners. Deze ‘doorfietsroutes’ zijn comfortabel voor fietsers en aantrekkelijk vanwege ruime opzet en minimale oponthoud. • Maximaal inzetten op bevorderen van fietsveiligheid, door intensiveren verkeerseducatie.
48
•
Toegankelijk maken van wegen voor landbouwverkeer als er geen andere verbindingswegen zijn. Met hoge frequentie passeerstroken veilige en vlotte doorstroming overige verkeer.
Openbaar vervoer • Provincie zorgt voor goede afstemming twee concessies in regio Utrecht en waarborgt kwaliteit openbaar vervoer. Tijdens concessieverlening krijgt scholierenvervoer extra aandacht. Reizen door meerdere concessiegebieden kent soms relatief hoge tarieven. • Openbaar vervoer vraagt om balans tussen grootte en frequentie van vervoersaanbod en betaalbaarheid. Verbindingen met kleine dorpen in stand houden door zo nodig volwaardige alternatieven aan te bieden. Zoals lokale initiatieven, zodat bewoners via regiotaxi of buurtbusconstructies toch aansluiting hebben op regionale bus- en treinlijnen. • Hoofdrailnet en regionaal spoor beter met elkaar verbinden. Intercity’s en regionale treinen moeten goed op elkaar aansluiten. Regionale treinen moeten doorrijden op het hoofdrailnet als er veel vervoersvraag is, zodat reizigers niet onnodig moeten overstappen. • Beschikbaar zijn van passende en goed betaalbare abonnementen voor frequente gebruikers van openbaar vervoer. Deze reizigers moeten trajectabonnementen kunnen kopen. • Actuele en juiste informatievoorziening voor reizigers met dynamische reizigersinformatiesystemen en nieuwe technologische toepassingen. • Het waarborgen van de (sociale) veiligheid van haltes en stations. Ruime haltes en perrons, verlichting, goede fietsvoorzieningen en heldere handhaving dragen hieraan bij. • Goede afspraken met politie en OM (handhavingsarrangement) om veiligheid in ov te waarborgen (tegengaan zwartrijden, geweld tegen reizigers en personeel, vandalisme). • Goede toegankelijkheid openbaar vervoer voor ouderen en lichamelijk beperkten. De informatievoorziening, haltes, stations, bussen en treinen moeten daarop worden ingericht. • Het in vier jaar toegankelijk maken van alle bushaltes voor mensen die minder mobiel zijn. • Aanleg ondersteunen van tramlijn Utrecht Centraal – De Uithof, en studie naar tramlijn van station Driebergen-Zeist via De Uithof en Utrechtse binnenstad naar Leidsche Rijn oppakt. • Samenwerking Gelderland verbetering spoorverbindingen Harderwijk en Barneveld met Utrecht Centraal. Samenwerking Flevoland, Noord-Brabant en Zuid-Holland aanleg spoorverbinding Almere-Utrecht-Breda-Antwerpen-Brussel, en Utrecht-Gorinchem-Dordrecht. Samenwerking Zuid Holland verbetering spoorverbinding Utrecht-Leiden. • Spoorvervoer dat beter aansluit bij vervoersvraag groepen reizigers. Extra stations. • Mogelijkheid om op elk ov-knooppunt, trein- en busstations, ov-fietsen te huren. 7. Cultuur en erfgoed • Een goede regionale spreiding van het kunst- en cultuuraanbod. • Een kunst- en cultuuraanbod dat bereikbaar en toegankelijk is voor een breed publiek . • Bieden van provinciale infrastructuur die gemeenten ondersteunt bij kunst- en cultuurbeleid. • Het bijdragen aan of initiëren van kunst en cultuur met een schaal die de gemeentelijke schaal (en draagkracht) te boven gaat. • Een provincie die gemeentelijke initiatieven ondersteunt om in het kader van de leefbaarheid (openbare) bibliotheekvoorzieningen in dorpen en kernen bereikbaar te houden. Erfgoed • Cultureel erfgoed is ook van grote economische waarde. De historie, in welke uitingsvorm dan ook, trekt toeristen naar onze provincie. • Noodzakelijk dat Utrecht en Zuid-Holland hun beleid rond de Oude Hollandse Waterlinie beter op elkaar afstemmen. • Een initiërende en coördinerende rol van de provincie bij het zoeken van allianties tussen waterschappen, natuurbeheerders, gemeenten om het culturele erfgoed te behouden. • Afbouwen subsidierelaties en investeren door co-financiering in gezamenlijke projecten. Realisatie provinciaal fonds voor instandhouding kerkelijk erfgoed. In dat fonds participeert de provincie met gemeenten en kerkgenootschappen voor beheer en onderhoud.
49
• •
Het planologisch beschermen van de restanten van de Oude Hollandse Waterlinie door ze op te nemen in de Cultuurhistorische Hoofdstructuur van de provincie Utrecht. Planologisch beschermen Soester Eng als agrarisch erfgoed.
8. Bestuur, Europa en middelen • Naast wettelijke taken kan provincie zelf bepalen welke taken zij wil aanpakken in de open huishouding. Provincies zijn terughoudend in uitbreiden wettelijk takenpakket. • Verdeling verantwoordelijkheden tussen overheden heeft doel om taken bij bestuur van het land te optimaliseren en burgers recht te doen. Dit is uitgangspunt voor zowel herindelingen als voor bestuurlijke verhoudingen en voor inzet financiële middelen. • Zorgen over ontstaan verschillende samenwerkingsverbanden op sociale terrein. Voordelen decentralisaties komen door samenwerkingsverbanden onder druk , waar het gaat over bestuurlijke efficiëntie. Provincies werken samen met gemeenten en Rijk aan oplossingen. • Stadsregio’s vormen oncontroleerbare bestuurslaag. Afschaffing van deze bestuursvorm. Vraagstukken rond grote steden kunnen stad en provincie in gezamenlijkheid aanpakken. • Kracht provincie zit in mogelijkheid om op regionaal niveau verbinding te vormen tussen rijk en gemeenten. Voor dat doel zijn schaal en identiteit van provincies van belang. Vooralsnog geen vorming van superprovincies, omdat verbindende rol provincie daarmee verloren gaat. • Provincie zoekt bij grensoverstijgend beleid en uitvoering contact met buurprovincies. • Herbeoordeling taken en uitvoering IPO. Afstemming en samenwerking hoog op agenda. • Optreden provincie heeft grote gevolgen voor burgers en bedrijven. Dit vraagt om transparante besluitvorming. Het open, integer en dienstbaar omgaan met macht en invloed. • Integriteit als onderdeel wervingsprocedure personeel en bestuurders. Integriteitdag waarop nieuwe ambtenaren ambtseed afleggen en waar betekenis eed de volle aandacht krijgt. • Voluit respecteren uitspraken Nationale Ombudsman, burgers beschermen tegen onjuist provinciaal handelen. Europa • Zolang Europese fondsen beschikbaar zijn, daar een beroep op doen. Van belang dat budget wordt vrijgemaakt voor nieuwe thema’s als energie, klimaat, natuur en landschap, innovatie. • De provincie als kennismakelaar voor excellerende regio’s. • Een provincie die bedrijven ondersteunt in hun contacten met andere Europese regio’s met als doel informatie uitwisseling. • Investeren in maatschappelijk relevante thema’s als werkgelegenheid, veiligheid, cultuur, toerisme, demografische ontwikkeling en gezondheid. • Een intensivering van de inzet van Europese middelen om projecten rond infrastructuur, werkgelegenheid en betere bereikbaarheid te kunnen realiseren. Middelen • Voor financiering ambitieus provinciaal beleid , zal provincie eigen organisatie zo efficiënt mogelijk moeten inrichten. Organisatorische samenwerking gemeenten en andere provincies kan daar een belangrijke bijdrage in leveren. • Een provincie die jaarlijks zorgt voor een (voor de bewoners) inzichtelijke en toegankelijke begroting. Het inzetten van een digitale begrotings-app kan hierbij helpen. • Een jaarlijks structureel sluitende (meerjaren)begroting. • Terughoudendheid bij verhogen belastingopbrengst bij vergroten, of zwaarder worden van het wagenpark of door ophogen van opcenten op motorrijtuigenbelasting. • Provincie als partner gemeente bij op orde houden of krijgen van de financiële huishouding. 9. Overige zaken: Sociaal beleid • Investeren in een ‘samenleving met samenhang’. Gemeenten zijn in meeste gevallen het eerste aanspreekpunt. Pprovincie heeft taak bij signaleren, agenderen, ondersteunen.
50
• • • • • • •
Jeugdzorg en sociaal beleid horen niet meer tot wettelijke taken. Provincie kan als middenbestuur wel verbindende rol spelen bij uitvoering gemeenten, alleen nadrukkelijk bij gebleken behoefte. Wel heeftprovincie taak bij toezicht op kwaliteit bestuur. Decentralisatie jeugdzorg is feit. Provincie en gemeenten trekken tot 2017 samen op voor soepel e overgang. Kennis en expertise beschikbaar stellen voor gemeenten. Sport is niet primair kerntaak. Provincie kan een stimulerende en faciliterende rol op het terrein van de (breedte)sport en gehandicaptensport hebben. Deze rol komt tot uitdrukking in het samenbrengen van intergemeentelijk beleid zoals afstemmen accommodaties . Geen bijdrage provincie aan faciliteren profsport. Geen overheidsgeld voor deelnemen aan grootschalige sportevenementen die het niveau van de provincie overstijgen. Het faciliteren van gemeenten bij het afstemmen van hun sportaccommodaties. Stimuleren gemeenten om zich actief in te zetten voor gehandicaptensport. Provincie waar vluchtelingen goede opvang krijgen en gemeenten verantwoordelijkheid nemen. Toezien of gemeenten aan verplichting voldoen en ondersteunen.
51
9.
Staatkundig Gereformeerde Partij (SGP)
1. Inleiding en algemeen • De SGP heeft voor haar programma een Kompas: de Bijbel. Gods geboden zijn heilzaam voor onze samenleving. Ze bieden perspectief. In onderhouden van Gods geboden ligt grote loon. • Provincie is belangrijke bestuurslaag. Bedrijvigheid, bereikbaarheid, veiligheid, duurzaamheid, betaalbaarheid en vitaliteit is kapstok waaraan programma is ‘opgehangen’. • SGP kiest in politiek altijd voor constructieve opstelling. Niet onnodig denken in tegenstelling oppositie-coalitie. Elk voorstel beoordelen op zijn merites. SGP zou graag zien dat zowel Provinciale Staten als Gedeputeerde Staten investeren in een open bestuurlijke cultuur. Om zo samen te werken aan betere en mooiere provincie, vanuit hun eigen verantwoordelijkheid en bestuurlijke positie. SGP is bereid om haar bestuurlijke verantwoordelijkheid te nemen. 2. Ruimtelijke ontwikkeling en wonen • Goed rentmeesterschap begint bij burgers en bedrijfsleven, niet bij overheid. Verantwoordelijkheid overheid om duidelijke kaders te stellen, goede initiatieven te steunen en uitwassen te bestrijden. Instrument daarvoor is ladder voor duurzame ontwikkeling. • Heldere formulering ruimtelijke doelen en provinciaal belang: bouwen voor inwoners en bewaren van natuur.Integrale benadering van ruimtelijke ontwikkelingen en mobiliteitsbeleid. Verdeling schaarse ruimte, bescherming openheid landelijk gebied, afweging van belangen en het maken van keuzes. -Sanering en herbestemmingbebouwing; inbreiding en herstructurering boven uitbreiding. • Kies voor uitnodigingsplanologie zoals gemeente, provincie en waterschap nu als experiment inzetten op Eiland van Schalkwijk. Vergelijkbare vorm wordt toegepast bij LopikerMEerwaard • (Boven)regionale afstemming, samenwerking met Rijk, gemeenten en waterschappen. • Minder en eenvoudiger procedures voor bouw- en regelgeving. • Het Groene Hart: organische ontwikkeling van dit gebied moet mogelijk blijven. Wonen • Bouwen voor eigen behoefte, natuurlijke aanwas in kleine kernen bevorderen. • (Boven)regionale afstemming; bouwen voor leegstand en elkaar concurrerende bouwplannen zoveel mogelijk tegengaan. • Voorkeur voor bouwen binnen het bestaande stads- en dorpsgebied. • Oog voor scheefwonen, dit in samenspraak met het Rijk en de gemeenten. • Aandacht voor leefbaarheid in dorpen met mogelijkheden tot uitbreiding. De rode contouren zijn niet rotsvast: herziening naar aanleiding van behoefte. • Maatwerk, zoals organische groei en geleidelijke ontwikkeling binnen bestaande structuren. • Grote projecten als Hart van de Heuvelrug moeten op afzienbare termijn gerealiseerd zijn. • In A12-zone pas bouwen als Leidsche Rijn af is. Afgesproken geluidswal langs A12 realiseren. 3. Landelijk gebied, landbouw en natuur • Provincie is gebiedsregisseur over landelijk gebied: balans tussen landbouw, natuur, recreatie, milieukwaliteit en sociaaleconomische vitaliteit. • Beleid provincie wordt door gemeenten lokaal vertaald en uitgevoerd, samen met maatschappelijke organisaties. Provincie ziet toe op kwaliteit uitgevoerde beleid. • Zorgen voor goede verbindingen op het platteland ten behoeve van recreatie en toerisme. • Behoefte aan voorzieningen signaleren en aan elkaar verbinden, zeker voor kleine kernen. • De provincie is verantwoordelijk voor het openbaar vervoer op het platteland en dient dus zorg te dragen voor een aantrekkelijk openbaarvervoernetwerk. Landbouw • Afschaffing/ vereenvoudiging regelgeving die agrarische bedrijfsvoering onnodig belemmert. • Combinatie in bedrijfsvoering mogelijk met in beginsel agrarisch-gelieerde nevenactiviteiten.
52
• • • • • • • • • • • •
Uitvoering Akkoord van Utrecht en aanverwante programma’s mogen de voedselvoorziening niet inperken, wel mogen extra duurzaamheidsvoorwaarden gesteld worden. Naast een MER komt er ook een LER: Landbouw Effect Rapportage. Waterpeil (en waterpeilaanpassingen) staan ten dienste landbouw en daarna van natuur. Doden ganzen zover toestaan als noodzakelijk om schade landbouw tot minimum te beperken. Agrarische bedrijven dragen bij aan beheren en open houden landschap. Ruimte voor ontwikkeling agrarische bedrijven. Balansnatuur en landbouw is belangrijk, maar voedselvoorziening heeft primaat. Concentratie van bedrijfsbebouwing, dit om het landschap zo open mogelijk te houden. Ruimte voor nieuwe ontwikkelingen, verduurzaming, verbreding en nevenactiviteiten. Agrarisch landelijk gebied is primair voor landbouw of gelieerde activiteiten. In beginsel vinden er geen bedrijfsvreemde activiteiten. Als wel, dan geen hinder agrarische bedrijven. Uitbreiding van bouwblokken moet mogelijk blijven. Bouwblokgrootte uit PRS/PRV blijft de maatstaf. Gemeenten conformeren zich. Aandacht houden voor het milieu, verduurzaming en dierenwelzijn. Ruimte blijven maken voor de landbouw in al zijn facetten. Ruimte en aandacht houden voor gezinsbedrijven. Toepassing van de landbouwcheck alvorens landbouwgrond ten behoeve van nieuwe landgoederen onttrokken wordt.
Natuur • Natuurbeheer effectief en realistisch uitvoeren met meetbare doelen (biodiversiteit, instandhoudingsdoelen, enz.). • Inzichtelijk maken van natuurwaarden van niet-natuurgebieden. Natuur is niet alleen te vinden in (Natura 2000)-natuurgebieden, ook daarbuiten: in steden, op industrieterreinen en op platteland. Met meer kennis van niet-natuurgebieden kan provincie bij vrijwillige ruilverkavelingen en infrastructurele projecten rekening houden met de natuur. • Voor natuurbeheer zijn afspraken Akkoord van Utrecht ruim voldoende. Verdere initiatieven zijn onnodig. Bij vastgestelde planvorming gaan, zo mogelijk, inkomsten voor uitgaven. • Bij gesubsidieerd natuurbeheer voorkeur voor agrariërs boven natuurbeheerorganisaties. • Recreatie en natuurbeheer gaan hand-in-hand: zo is het ook wenselijk dat voor financiering van natuurbeheer een financiële voedingsbodem gezocht wordt in recreatieve activiteiten. • Gebieden voor extra bescherming: Arkenheem-Eemland, polders tussen Utrecht en Woerden (o.m. Wulverhorst) en gebieden met (militair-)cultuurhistorische waarde. 4.Bodem, water, milieu en energie Bodem • In toenemende mate is onderzoek nodig naar effecten bepaalde activiteiten op kwaliteit en veiligheid van ondergrond, en gevolgen voor milieu en drinkwater. • Optimalisering afstemming tussen overheden voor de inrichting van de ondergrond. • Behoud van intrinsieke bodemeigenschappen en aardkundige en archeologische waarden. Water • Er is voldoende zoet water per geheel kalenderjaar, maar het is onvoldoende gespreid over de seizoenen. Dat vraagt om ruimtelijke maatregelen voor tijdelijke opvang watervoorraad. • Bouwplannen actief toetsen op waterveiligheid. Geen nieuwbouw in laaggelegen gebieden. • Het Deltaplanmet als doel verhogen waterveiligheid, moet voortvarend worden uitgevoerd. Vooral verhogen en verstevigen van de Lek- en Grebbedijk is van belang. Milieu • Duurzaamheid, leefbaarheid en biodiversiteit zijn herkenbaar in milieubeleid. Aanpak van hinder bij de bron is effectiever dan bestrijdinggevolgen. Principe is ‘de vervuiler betaalt’.
53
• • • •
• •
•
• •
Integraal beleid regionale uitvoeringsdiensten voor vergunning, toezicht en handhaving maken. Het systeem van vergunning, toezicht en handhaving is gesloten. Meer draagvlak creëren door de handhaving digitaal inzichtelijk te maken. Zorgen voor beleidsmatige aanpak terugdringing geluidsoverlast en teveel licht bij nacht. Luchtverontreiniging niet alleen decentraal op te lossen. Bronbeleid op Europees niveau is enig juiste aanpak. Provincie heeft breed instrumentarium voor maatregelen bij provinciale wegen, openbaar vervoer en vergunningen(zwaar) milieubelastende bedrijven. Het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL) biedt regionale handvatten. Provincie pakt coördinerende rol bij knelgevallen landbouw of infrastructuur voortvarend op. Actieplan voor bestrijden geluidsoverlast door aanleg en onderhoud duurzaam wegdek. Provincie geeft duurzame voorbeeld: naar energieneutrale bedrijfsvoering; duurzame inkoop en aanbesteding goederen en diensten met Social Return on Investment (SROI; rminder papierverbruik door digitalisering; dienstauto’s op milieuvriendelijke brandstof of elektriciteit. Voldoende vulpunten alternatieve brandstof voor auto’s. Bij elke ontwikkeling (investeringen, vergunningverleningen) nagaan wat effect is op milieu, en maatregelen nemen tegen aantasting leefomgeving. Streng en duidelijk milieubeleid voor bedrijven. Handhaving mt fysieke (onaangekondigde) controles bij bedrijven. Scherpe keuzes bij investeringen door provincie, zoals infrastructuur. Inzetten op verbeteren van vestigingsklimaat bedrijven, door meer ruimte te creëren binnen bestaande regels. Aanleggen stevige bufferzones rond grote bedrijventerreinen zorgt voor minder geluids- en stofoverlast voor omgeving en meer milieuruimte binnen het bedrijventerrein. Vergroten van de milieuruimte rond bedrijventerreinen door de aanleg van bufferzones. Bij ruimtelijke ontwikkeling bedrijventerreinen veiligheid omwonenden leidend, zeker bij BRZO-(Besluit Risico’s Zware Ongevallen) bedrijven. Bedrijven met veel overlast,als biogasinstallatie Bunschoten, dienen overlast te beperken. Provincie zoekt oplossingen.
Energie • Verduurzaming energievoorziening primair nationaal speerpunt, maar werkt door in provinciaal beleid. Uitgangspunt strategie Trias Energetica: verminder energiegebruik, gebruik duurzame bronnen en zet fossiele brandstoffen zo efficiënt mogelijk in. • Het maatschappelijk doel is het bereiken van de landelijke norm van zestien procent duurzame energie in 2020. Er moet daarom ruimte zijn voor alternatieve energie en voor eigen initiatieven van burgers en bedrijven. Er is niet één alternatief: geen soort kan gemist. • Innovaties om publieksvriendelijk, doelgericht gebruik fossiele brandstoffen terug te dringen. Als stip op de horizon staat de CO2-neutrale provincie. • Toepassing van LED-verlichting langs de wegen moet worden uitgebreid. • Wegverlichting kan worden verminderd, waar dit wat de veiligheid betreft verantwoord is. • Stimuleren van gebruik van zon, aardwarmte en andere bronnen van natuurlijke warmte. • Betere benutting bermgras als grondstof voor vezels, biogas of biochemicaliën bevorderen. • Schaliegas is nog niet aan de orde. Eerst bewijzen dat boren zonder grote risico’s is. • Zo veel mogelijk zonnepanelen op alle (semi)overheidsgebouwen, als voorbeeldfunctie.
5. Economische ontwikkeling en recreatie • Tegen 24 uurseconomie en voorstander werkweek waarin zondag als rustdag wordt geëerbiedigd, bestemd voor de dienst van God. • Taak provincie is scheppen goede voorwaarden waarin bedrijfsleven zijn plaats heeft en zich goed kan ontwikkelen. Aansluiting faciliteren op topsectorenbeleid Rijk. • Verduurzaming realiseren en toepassen van de ladder van duurzame ontwikkeling. • Minder en/of eenvoudiger regels en snelle vergunningverlening bevorderen. • Toezicht op de wet- en regelgeving wordt vormgegeven door adequaat handhavingsprogramma, dit afgestemd op verantwoordelijkheid van het bedrijf. • Participatie in Europese projecten vindt alleen plaats als er meerwaarde is voor de provincie.
54
• • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Sportevenementen geen prioriteit. Mochten ze zich aandienen, danwordt de zondag ontzien. Herstructurering en intensief ruimtegebruik bestaande bedrijventerreinen boven uitbreiding. Goede ontsluiting bedrijventerreinen door rand- of rondwegen om dorps- of stadskernen. Oplopende leegstand kantoren aanpakken: herbestemming en afbraak. Kantoorlocaties centreren rond en bij openbaar vervoersknooppunten. Aandacht houden voor de kwaliteit van terreinen en tegengaan verrommeling en leegstand. Provinciaal beleid moet worden onderhouden voor spreiding en concentratie van bedrijvigheid. Meer functioneel gebruiken van bedrijventerreinen en waar mogelijk meerlaags bouwen, inclusief parkeergelegenheid. Door transitie inspelen op de veranderingen in de ruimtebehoefte. Bedrijvigheid stimuleren en initiatieven bedrijven, kennisinstellingen, overheden bundelen. Evenwichtige geografische verdeling arbeidsplaatsen, zowel voor hoog- als laagopgeleiden. In landelijk gebied moet ruimte zijn voor lokaal gewortelde bedrijvigheid. Gelet op vaak grote sociale betrokkenheid moeten er ontwikkelingsmogelijkheden zijn voor deze bedrijven. De behoefte aan bedrijfsterreinen wordt opnieuw geinventariseerd. Hiervoor wordt de nota herstructurering bedrijfsterreinen gebruikt als basis, ook voor een eventuele herschikking. Goede aansluiting bedrijven op infrastructuur, als wegen, spoor, water en openbaar vervoer. Ruimte vrijmaken voor watergebonden bedrijvigheid en overslag. Concentreren van de detailhandel in de binnensteden en dorpen. Volumineuze goederen overslaan op beperkt aantal terreinen, bij voorkeur nabij de centra. Breng bedrijfsleven, onderwijs en onderzoek samen voor goede aansluiting arbeidsmarkt. Vakmanschap behouden en blijven ontwikkelen, ook bedrijfsopleidingen stimuleren. Positie laagopgeleiden en achterstandsgroepen op arbeidsmarkt versterken, ook geografisch. Stimuleren van stageplaatsen. Bevorderen van binnenhalen innovatie- en onderzoeksbedrijven, zoals rond Utrecht Science Park. De Economic Board Utrecht is een goede motor. Ook deelname Veenendaal, Rhenen en Renswoude aan FoodValley moet ondersteund worden.
Recreatie • (Grootschalige) recreatiegebieden liggen op korte afstand van de stad. Goede bereikbaarheid per fiets, openbaar vervoer en auto. • Recreatiegebied bij kleine kern zoals Tull en ’t Waal, is niet de bedoeling. • Recreatiegebieden houden hun broek op: allereerst zelf verantwoordelijk voor inkomsten. • Goede samenwerking tussen recreatiegebieden, dit naar voorbeeld van Utrecht Verhaalt. • Recreatiegebieden vormen geen beperking voor agrarische ondernemers. • Samenbrengen van het toerisme, de horeca en de detailhandel. • Aanwezige natuur en recreatie gebruiken voor de versterking van het toerisme. • Groen toerisme, dat geen overlast veroorzaakt voor omgeving (Henschotermeer, Gravebol). 6. Bereikbaarheid • Ruim baan aan fietsers geven, onder andere door de aanleg van ‘fietssnelwegen’ . • Optimaliseren verkeersveiligheid op kritieke punten. Denk aan Rondweg Veenendaal, kruising N204 Blokland Montfoort, N224 tussen Woudenberg en Zeist, oversteekplaatsen op provinciale wegen (bijvoorbeeld N201 bij Loenen), Cuneraweg Rhenen en aantal landelijke provinciale wegen. Kritisch bezien aantal bomen langs provinciale wegen en afstand tot weg. • Stimuleren carpoolen, het ‘Nieuwe Werken’ en gebruik van openbaar vervoer zo veel mogelijk en zelf in de praktijk te brengen. Aanleg van carpoolplaatsen wordt ondersteund. • Verkeersdoorstroming is belangrijk. Fileknelpunten voortvarend oplossen (Rijnbrug Rhenen). • Rondwegen moeten worden aangelegd om de dorps- en stadskernen te ontzien. • Zorgen voor optimaal gebruiksgemak bij het carpoolen (oplaadpunten, fietsenstalling). • Opzetten en uitbreiden van P&R-voorzieningen.
55
• • •
Vergroten van de asfaltcapaciteit. Trajecten waar doorstroming van openbaar vervoer veel hinder ondervindt, krijgen voorrang. Sluipverkeer dient zoveel mogelijk te worden tegengegaan. Aandachtspunt is bijvoorbeeld de situatie rond knooppunt Hoevelaken. Verbreding van de A27 bij Amelisweerd als de noodzaak hiervan onomstotelijk vaststaat. Binnenvaart faciliteren, onder meer door aanleg van stroom- en watervoorzieningen. Waterwegen optimaliseren. Aandachtspunt is situatie rond Amsterdam-Rijnkanaal.
Openbaar vervoer • Openbaar vervoervoorzieningen zijn goed, zowel regiotaxi als lijndienst overig streekvervoer. Bedrijventerreinen dienen bij voorkeur met openbaar vervoer bereikbaar te zijn en te blijven. • Belangrijk is optimale toegankelijkheid van het openbaar vervoer. • Zorgen voor goede communicatie en afstemming van openbaar vervoervoorzieningen. • Het garanderen van absolute toegankelijkheid van openbaar vervoer voor mindervaliden. • Maatwerk vereist: 90% inwoners heeft binnen straal 600 meter toegang openbaar vervoer. 7.Cultuur en erfgoed • Cultuur en kunst verrijken het leven. Provincie faciliteert verantwoorde kunstuitingen, waarbij zedelijke waarden en normen randvoorwaarden zijn. Met name aandacht voor kleinschalige amateurkunst en cultuur (zoals taal, klederdracht, orgelcultuur, en dergelijke). • Behoud en benutting van ons cultureel erfgoed (monumenten, cultuurlandschappen, voorwerpen, enz.), fysiek en digitaal goed toegankelijk. Musea zijn laagdrempelig en archeologische vondsten toegankelijk voor breed publiek. Zie DOMUnder (onder Domplein). • Monumentale kerken krijgen belangrijke plaats in beleid. Cltureel erfgoed goed bewaren. • Verbinding tussen culturele attracties is goede manier om monumentenbeleid te versterken. • Cultuurhistorie breed uitdragen. Geschiedenis provincie bij jeugd onder de aandacht brengen. Bibliotheken vragen betrokkenheid provincie voor toegankelijke informatievoorziening. 8.Bestuur, Europa en middelen • Bestuurlijk partnerschap en samenwerking belangrijk. Tegen van bovenaf opgelegde bestuurlijke herindeling of opschaling; ook voor provincies. Differentiatie tussen provincies is belangrijk. Profiel Utrecht is afhankelijk problematiek en fysieke omstandigheden in onze regio. • Geen nieuwe bestuurlijke structuren creëren, maar zorgen voor heldere kerntaken provincie. • De provincie is de bondgenoot van gemeenten en betrekt deze maximaal bij het beleid. • Provincie draagt zorg voor behartiging belangen, ook richting Rijk en Europese instellingen. • Er is op dit moment geen enkele noodzaak tot opschaling van de provincie Utrecht. • Gelden overheid zijn zodanig dat functie regionaal nieuws voldoende in stand kan blijven. Europa • Samenwerking op Europees niveau is goed, mits belang provincie hiermee direct gediend is. Middelen • Zorgen voor een vertaling van het provinciaal beleid in SMART geformuleerde indicatoren. • Sober financieel beleid voeren om de lasten voor de burger zo laag mogelijk te houden. • Bij dreigende tekorten eerst zoeken naar bezuinigingen en richten op de kerntaken. • Een structureel sluitende meerjarenbegroting is de norm. • Deugdelijk onderbouwen reserves en voorzieningen, geen lasten verplaatsen naar toekomst. • Provincie moet weerstandsvermogen ruim op orde hebben. Streven is een ratio van 2,0. • Zorgen voor een goed financieel controlesysteem dat zelfkritiek als een deugd ziet. • Bij provinciale leges en opcenten motorrijtuigenbelasting is uitgangspunt hooguit trendmatige verhoging, bij voorkeur met maximum inflatiepercentage. Bij tekorten wordt eerst gezocht naar bezuinigingsmaatregelen en mogen opcenten niet functioneren als melkkoe. • Subsidies aan instellingen zijn in principe tijdelijk en aanvullend op andere inkomsten. Bij voorkeur budgetfinanciering met concrete prestatieafspraken. Jaarlijkse verantwoording over
56
• • •
subsidies en bereikte resultaten. In principe geen langjarige subsidierelaties aangaan, waarbij continuïteit organisaties niet uit het oog verliezen. Subsidies zo mogelijk jaarlijks evalueren op doelmatigheid en doeltreffendheid. Systeem van ‘projectsubsidies’ en van ‘horizonfinanciering’. Subsidies moeten bijdragen aan de provinciale doelen. Subsidies zijn in principe tijdelijk en worden jaarlijks geëvalueerd op nut en noodzaak. Identiteitsgebonden instellingen worden net zo behandeld als algemene instellingen.
9.Overige zaken nvt
57
10.
50PLUS
1. Inleiding en algemeen • In tegenstelling tot meeste partijen vinden wij het niet nodig om elk programmapunt tot in detail uit te werken. Als ouderen partij zijn we vooral gefocust op implementatie en uitvoering van genomen besluiten. Dat is wat inwoners aan den lijve ondervinden. Wij willen betrokkenheid van burgers bij beleid bevorderen en staan klaar om met u over uw problemen van gedachten te wisselen. Speerpunten Kiesdistrict Utrecht 2015-2019 • Woonbeleid aanpassen naar behoefte, levensloopbestendig bouwen bevorderen en rekening houden met krimp in de toekomst. • Leeftijdsbewust personeelsbeleid is noodzakelijk om werkgelegenheid te borgen voor de 50plussers. De aanwezige kennis bij 50plussers moet benut worden voor overdracht aan de generaties van morgen bij opleiding en werk. Bijscholing voor ouderen om zo lang mogelijk deel te kunnen nemen aan het arbeidsproces is belangrijk. • Bij het kleine kernenbeleid hoort het frequent rijden van het openbaar vervoer, toegankelijke bushaltes, met name bij openbare gebouwen, zoals gemeentehuizen, winkelcentra, zorgcentra en bibliotheken. • Niet nog meer windmolens plaatsen. • Maatregelen tegen fijnstof CO2 in steden en langs dicht bewoonde gebieden zijn noodzakelijk. Snelheidsbeperkingen kunnen nuttig zijn. Betere handhaving milieuregels bij bedrijven en conform wetgeving ontgassen vrachtschepen op Amsterdam-Rijnkanaal . • Huisartsenposten en regionale ziekenhuizen behouden. Grenzen van provincie/gemeenten vervallen voor zorgpunten. • Stimuleren ondertiteling regionale TV voor doven en slechthorenden heel belangrijk. • Openbaar vervoer gratis maken voor ouderen en uitbreiding regiotaxi in hele provincie. • Servicepunten/burgerzaken in gemeentehuizen ook na herindelingen behouden. • Meer aandacht voor veilige en toegankelijke fiets- en wandelroutes zonder belemmeringen voor minder validen is belangrijk om hun mobiliteit uit te breiden. • Onderhoud riolering, dijken, waterkeringen en goede begeleiding van bouwprojecten ter bevordering veiligheid moet zorgvuldiger om (economische) schade te voorkomen. • De opcenten voor autobezitters niet verder verhogen. • Meer ruimte stoppende agrariërs om nieuwe impulsen te ontwikkelen op vrijkomende gronden/erven met waarborg dat kwaliteit landschap en omgeving behouden blijft. • Oplaadpunten voor auto’s en fietsen op toeristische routes plaatsen. • Platteland vitaal houden door economie te stimuleren met eenvoudige regelgeving voor initiatieven, zoals landwinkels en kleinschalige campingmogelijkheden bij agrariërs. Voorzieningen zoals gezondheidscentra, winkels, scholen en buurtcentra behouden. • Evenementen faciliteren voor lokale economie en saamhorigheid kleine kernen. • Vervuilde gronden versneld saneren om grondwater voor gebruikers van nu en in de toekomst te beschermen. 2. Ruimtelijke ontwikkeling en wonen • Provincie bepaalt inrichting van omgeving door goed milieubeleid te combineren met inrichting en ruimtelijkeordeningsplannen. Deze dienen rekening te houden met bestaande regelgeving en evenwicht tussen economische mogelijkheden en kwaliteit van wonen, werken en recreëren. • Stimuleren ontwikkelingen rondom energiegebruik in woningen en gebouwen en bij mobiliteit, door schoner openbaar vervoer, meer elektrische fietsen en auto’s. • Levensloopbestendig en aanpasbaar bouwen valt ook onder duurzaamheid en is zeer belangrijk gezien te verwachten krimp en veranderende samenstelling van onze bevolking. Bouw nieuwe woonvormen, zoals aanleunwoningen steunen en bevorderen.
58
•
Toegankelijkheid van woningen, openbare gebouwen, enz. voor ouderen en gehandicapten dient meer aandacht te krijgen. Voorkom de sluiting van verzorgingshuizen door ombouw naar servicegerichte huisvesting voor ouderen.
3.Landelijk gebied en natuur • Ons platteland bevat veel ruimte en mogelijkheden die in een zeer brede context opgepakt moeten worden. Het gaat hier om kleine kernen beleid met taken als economische activiteiten, service niveaus, bereikbaarheid, ontwikkeling van vrijkomende landbouwgronden en kwaliteit van landschap en omgeving. • Kleine kernen bezien in samenhang met totale maatschappelijke en economische ontwikkelingen. Bij aanpak van gevolgen van groei en bijbehorende mobiliteit, woningbouw en industriële ontwikkelingen kunnen kleine kernen belangrijke rol spelen, mede vanwege de gelijktijdige ontwikkeling van het nieuwe werken. • De mogelijkheid om bestaande hoofdwegen steeds verder te verbreden om files te voorkomen, zal eindigen. Men zal dus meer en meer trachten dichtbij of thuis te werken. Meer aandacht voor achterliggende filosofie en bijpassend beleid. • Dit neemt niet weg dat de huidige situatie ook nog steeds alle aandacht nodig heeft. Openbaar vervoer, dokterspost, zelfbedieningszaak met geldautomaat, dependance gemeentehuis met ‘burgerzaken’, kleine bibliotheek etc. zijn nu van veel belang. Na gemeentelijke herindeling handhaven van deze voorzieningen in kleine kernen. • Bij veiligheid gaat het om beter hang- en sluitwerk, meer verlichting op straat en aanleggen van fiets- en wandelpaden waar rolstoelen, kinderwagens en rollators zich zonder problemen kunnen voortbewegen. Meer blauw op straat hoort ook bij veiligheid. • Recreatie, minder megastallen, snelheidsbeperkingen in de kernen zelf, zijn punten die voor een vitaal platteland van groot belang zijn. • Houdt het platteland vitaal door economie te stimuleren door eenvoudige regelgeving voor initiatieven zoals landwinkels, kleinschalige campingmogelijkheden bij agrariers. Behoudt voorzieningen zoals gezondheidscentra, winkels, scholen en buurtcentra. • Meer ruimte stoppende agrariers om nieuwe impulsen te ontwikkelen op vrijkomende gronden/erven met waarborg dat kwaliteit van landschap en omgeving behouden blijft. • Bij kleine kernen beleid hoort frequent rijden openbaar vervoer, toegankelijke bushaltes ook bij openbare gebouwen zoals gemeentehuis, winkelcentra, zorgcentra, bibliotheek. 4.Bodem, water, milieu en energie Water • Onderhoud aan riolering, dijken, waterkeringen en goede begeleiding bouwprojecten voor veiligheid om (economische) schade te voorkomen moet zorgvuldiger. Milieu • Provincie zorgt dat onze leefomgeving schoon en veilig is en blijft. Stimuleren gebruik van duurzame energie, controleren van maatregelen ter bevordering van minder uitstoot van CO2 en fijnstof en controle in het algemeen van milieuregels, bijvoorbeeld bij scheepvaart. • Snelheidsbeperking opleggen is vaak nuttig. 30 kilometer maximaal voor landbouwwerktuigen in bebouwde kom is noodzakelijk. • Het onderhoud van dijken, waterkeringen en riolering moet zorgvuldig gedaan worden. Dit voorkomt onnodige (economische) schade. • Snel saneren vervuilde grond om grondwater niet vuil te laten worden, is noodzakelijk. Energie • Energiebeleid is een taak rijksoverheid. Echter, provincie kan veel doen bij windmolens. Deze lopen op subsidie en veroorzaken veel overlast, terwijl het resultaat twijfelachtig is. 50Plus is voor het niet verder uitbreiden van het windmolenarsenaal. • Zonnepanelen en vooral ook nieuwste versies met verbeterde opbrengst moeten gepromoot worden, evenals het plaatsen van deze panelen op openbare gebouwen.
59
•
Ook zijn wij tegen het boren naar fossiele brandstoffen en zullen dit punt actief verdedigen.
5. Economische ontwikkeling en recreatie • Tegen tendens globalisering in zal regionale economie belangrijker worden. Creatiever ondernemerschap en ‘eigen ding willen doen’ zijn aanjagers. Mede gevoed door negatieve gevoelens over ‘wat er onder de streep overblijft’ als enige motivatie van ondernemen. • In provincie is er nauwelijks vrije ruimte om grote industrieterreinen te ontwikkelen zonder in aanvaring te komen met milieuregels en voorschriften. Dit heeft consequenties voor bestaande en eventueel nieuw aan te leggen bedrijventerreinen. Renoveren en/of opzetten nieuwe kleinschalige industrieterreinen blijft wel van belang. • Leeftijdsbewust personeelsbeleid is noodzakelijk om werkgelegenheid te borgen voor 50plussers. Om onze kenniseconomie op peil te houden, meer investeren in nascholing oudere werknemers. Dit is nodig om langer aan het arbeidsproces te kunnen blijven deelnemen. • Bij grote projecten die meer dan een provincie betreffen kiest 50PLUS voor het bevorderen van constructieve samenwerking om kostbare concurrentie vermijden. Recreatie • Toerisme, recreatie, cultuur en sport maken provincies aantrekkelijk. Indirect verbeteren deze activiteiten de sociale samenhang. Provincie moet gemeentes stimuleren om initiatieven te nemen en bestaande voorzieningen te handhaven. • Provincie is actief bij bevordering toerisme, culturele activiteiten en fysiek daarvoor nodige voorzieningen. Dit gaat over uitbreiding van elektrische oplaadpunten voor fietsen, bescherming van cultureel en landschappelijk erfgoed, aanleg rustpunten, etc. 6.Bereikbaarheid • Voor investeringen in de regionale bereikbaarheid. Bedragen voor verbreding van A27, mogen wat ons betreft besteed worden aan de vermelde activiteiten en plannen. • Meer aandacht voor veilige en toegankelijke fiets- en wandelroutes zonder belemmeringen voor minder validen is belangrijk om het bewegen te bevorderen. • Combineer oplaadpunten voor auto’s en fietsen op toeristische routes. Openbaar vervoer • Investeren in openbaar vervoer in regio’s noodzaak voor behoud voorzieningen in kernen en voor mobiliteit en participatie (oudere) bewoners zonder eigen vervoer. • Regionaal vervoer provinciegrensoverschrijdend bezien. Dit kan trajecten naar voorzieningen aanmerkelijk verkorten. • Buiten de spitsuren gratis openbaar vervoer voor senioren. Goede bereikbaarheid van treinstations en daarbij benodigde parkeercapaciteit. Hier hoort ook een openbaar rolstoeltoegankelijk toilet bij. Dit voorkomt terugloop aantal inwoners in kleine kernen. 7.Cultuur en erfgoed • Ondersteun evenementen voor lokale economie en saamhorigheid kleine kernen. • Stimuleren ondertiteling bij regionale TV is voor doven en slechthorenden heel belangrijk. 8.Bestuur, Europa en middelen • Provincie zorgt voor een goede en efficiënte organisatie van de taken die zij moet uitvoeren. Daarbij hoort efficiënte controle van aantal functies die tot gemeentelijke taken horen. Ruimtelijke ordening, milieu en controle op de gemeentelijke financiën zijn hier belangrijkst. • Provincie moet duidelijk doelstellingen en controleerbare richtlijnen hebben en up to date houden. Controle en handhaving moeten extra aandacht krijgen.
60
• • • •
Grensoverschrijdende problemen in kaart brengen, waarbij provincie leidende rol speelt. Gaat om openbaar vervoer, streekziekenhuizen, zwembad meerdere gemeentes en andere zaken waar twee provincies of meerdere gemeentes profijt van hebben. 50PLUS vindt het voortbestaan van ‘de provincie’ van groot belang. Vele zaken verdienen concrete maatregelen die dichtbij uitgevoerd kunnen worden. Recent delegeren van AWBZ-taken richting gemeentes is voorbeeld. In dit opzicht is provincie nog altijd een waardevolle instelling. Hierover is Haags gekonkelfoes volledig onnodig. Behoudt servicepunten/burgerzaken in gemeentehuizen ook na herindelingen.
Middelen • De opcenten voor autobezitters moeten niet verder verhoogd worden. • Provincie moet op de kleintjes passen. Niet verhogen opcenten levert bijdrage aan op peil houden koopkracht ouderen. Minder lagen binnen ambtelijk bestuur is goede bezuiniging. 9. Overige zaken • Huisartsenposten en regionale ziekenhuizen behouden. Grenzen provincie/gemeenten vervallen voor zorgpunten.
61
11.
Partij voor de Dieren: Jouw Idealen in Utrecht
1.Inleiding en algemeen • Voor de Partij voor de Dieren gaat politiek over waarden. Over hoe wij de samenleving zó kunnen inrichten dat mensen en dieren er in harmonie kunnen samenleven, met respect voor de natuur. Zodat de generaties na ons een schone en leefbare aarde erven. • Goed voorbeeld is natuur. Nederlandse regering heeft deze taak over de schutting gegooid. Dit maakt dat de Partij voor de Dieren in de provincie een nog belangrijkere rol heeft te vervullen. Meer dan ooit zal provincie bepalen hoe onze leefomgeving eruit ziet. De Partij voor de Dieren wil de provinciale politiek in Utrecht vergroenen. Diervriendelijkheid en duurzaamheid zijn leidend bij de keuzes die wij maken. • Voor nieuwe, verfrissende politiek en vasthouden aan idealen. Opkomen voor dieren, natuur en milieu heeft niets te maken met het oude 'links' of 'rechts'. • De Partij voor de Dieren is: – voor respectvolle omgang met dieren en tegen megastallen. – voor méér natuur en tegen jacht – voor duurzame energie en tegen kolencentrales – voor schoon water, schone lucht, bodem en atmosfeer – voor goed openbaar vervoer en fietspaden en tegen nóg meer snelwegen. 2. Ruimtelijke ontwikkeling en wonen • Breken met huidige structuurvisie. Uitgangspunten worden tegengaan van klimaatverandering, versterken van natuur en biodiversiteit, het ontwikkelen van biologische landbouw, beschermen van de volksgezondheid en van landschap. • Structuurvisie legt ruimte vast voor biologische en grondgebonden landbouw door juiste planologische bescherming. Geen nieuwe megastallen, bestaande verdwijnen op termijn. • In ruimtelijke ordening geen plaats voor nieuwe snelwegen of uitbreiding provinciale wegen; niet voor nieuwe bedrijventerreinen ten koste open ruimte en niet voor nieuwe vliegvelden. • Krimp wordt niet bestreden door geforceerde projecten om meer inwoners aan te trekken. Krimpregio's krijgen daarentegen een groene kwaliteitsimpuls. • Leegstaande kantoorpanden ombouwen tot culturele broedplaatsen en betaalbare woonruimte. Leegstaande kantoren en bedrijventerreinen te benutten voor stadslandbouw. • Meergeneratiewonen wordt aangemoedigd en gestimuleerd door de provincie. • Geen industrie- of bedrijventerreinen bouwen of uitbreiden in open ruimte en naast natuurgebieden. Bestaande industrieterreinen en bedrijfsruimten veel beter benutten. • Provincie meldt geen nieuwe projecten aan voor de crisis- en herstelwetwet, en maakt ook geen gebruik van de experimentbepalingen in de nieuwe omgevingswet. 3. Landelijk gebied en natuur Landbouw. • Er komen geen nieuwe megastallen. Beleid richt zich op afname aantal dieren. Er komt een uitbreidings- en een vestigingsstop voor de vee-industrie. • Koeien krijgen ten minste weidegang en ook uitloop voor andere landbouwhuisdieren. Stimuleren aanplanten bomen en bouw schuilstallen in weilanden ter beschutting dieren. • Sluiten van nutriëntenkringlopen (kringlopen voedingsstoffen) door teelt lokaal veevoer te bevorderen. Mestproductie afstemmen op verantwoord gebruik op omliggende gronden. • Mestvergisting en –verwerking horen niet bij verantwoorde landbouw; geen nieuwe installaties. Bij bestaande mestfabrieken goed kijken naar risico’s mensen, dieren en milieu. • Gebruik landbouwgif vergaand beperken. Verbod meest schadelijke gifstoffen die bedreiging zijn voor mensen, dieren en milieu, zoals metam-natrium, neonicotinoïden en glyfosaat. Bevorderen milieuvriendelijke middelen. Tussen akkers en gevoelige bestemmingen zoals woningen, sloten, scholen komt brede spuitvrije zone.
62
• • • • • • • • • •
Platteland aantrekkelijk voor bijen en andere bestuivers door agrobiodiversiteit met wisselteelt en brede akkerranden. Bij- en vlindervriendelijk bermbeheer provinciale wegen. Zolang er subsidies zijn van Gemeenschappelijke Landbouwbeleid Europese Unie worden deze ingezet voor ondersteuning initiatieven dierenwelzijn en duurzame landbouw. Provincie bevordert regionalisering en productie en afzet van dier- en milieuvriendelijke veehouderij- en akkerbouwproducten. Hiertoe een stimuleringsprogramma opstellen. Luchtwassers voor de vee-industrie worden niet gesubsidieerd. Investeren in biologische landbouw. Areaal wordt vergroot door omschakelsubsidies. Provincie voert stimuleringsbeleid voor stadslandbouwinitiatieven met coördinerende rol . Veemarkten worden sterk ontmoedigd. Provincie stopt met het subsidiëren en faciliteren van visserij. Provincie stopt direct met het verhuren van het visrecht. Beroepsvisserij is niet langer toegestaan in natuurgebieden. Er komen geen nieuwe viskwekerijen. Bestaande worden niet langer gefaciliteerd. Provincie wordt gentechvrij. Geen veldproeven genetisch gemanipuleerde gewassen. commerciële teelt verbieden. Als gemeentes zich gentechvrij verklaren steun provincie
Natuur • Oorspronkelijke Ecologische Hoofdstructuur met alle verbindingszones in 2018 realiseren. • Ambitieuze natuurvisie opstellen voor natuur in 2027 met goede beschrijving huidige staat natuur, gewenste milieukwaliteit en een concreet realiseringsplan met tijdpad. • Provincie zorgt voor goede monitoring levende flora en fauna en maakt gegevens openbaar. • Natuurverbetering doel beheerplannen Natura 2000-gebieden. Instandhoudingsdoelen snel realiseren. Ontwikkelingsruimte stikstof gebruiken voor natuur, niet voor economie. • Natuurgebieden weer met elkaar verbinden door ecoducten, oversteekplaatsen en paddentunnels. Overbodige obstakels tussen natuurgebieden verwijderen. Ecoducten niet gebruiken voor jacht. • Ruimtelijke verordening waarin bescherming EHS, Bijzondere Provinciale Natuurgebieden, waterwingebieden en waardevolle cultuurlandschappen helder worden vastgelegd. • Daadwerkelijke bescherming dieren, natuur en milieu vormt uitgangspunt bij beheerplannen voor Natura 2000-gebieden en het vergunningverleningbeleid. • Provincies hebben in verleden activiteiten toegestaan zonder natuureffecten te toetsen, zoals uitbreiding veestallen. Natuurtoets alsnog uitvoeren voor (bedrijfs)activiteiten zonder deugdelijke vergunning . Ook waterkwaliteit en -systeem met terugwerkende kracht toeten. • Er komt een betere handhaving van stilte in stiltegebieden. • Krachtig plan om lichtvervuiling in natuur – door stallen en kassen – tegen te gaan. • Agrarisch natuurbeheer niet zien als vervanging natuurgebieden, maar als aanvulling. • Het niet-bebouwde gebied blijft landelijk en groen. • Provincie zet zich in voor bloemrijke weides, mozaïekbeheer en weidevogelreservaten. • Initiatief voor Biodiversiteitsteam behouden en verbeteren verscheidenheid flora en fauna. • Recreatie mag niet ten koste gaan van natuur en landschappelijke waarden. • De leefbaarheid van en het groen in de steden wordt gestimuleerd. • De provincie steunt dierenwelzijns-, natuur- en milieueducatie. • Provincie Utrecht pleegt alleen gifvrij, milieu- en diervriendelijk groenonderhoud. • Bermbeheer provinciale wegen ecologisch met speciale aandacht voor de bijen en vlinders. • De provincie zorgt voor goede informatie over het bijvriendelijk inrichten van tuinen en gronden. Wilde bijen worden op de soortenbeschermingslijst gezet. Dierenwelzijn • Provincie moet zich hard maken voor overlastpreventie. Bedragen voor zinloze en wrede bestrijding van in het wild levende dieren kunnen inzet ten voor effectief preventief beleid . • Einde aan plezierjacht – inclusief afschieten dieren voor zogenaamd populatiebeheer. • Stoppen met respectloze gebruik dieren omwille van traditie, sport en vermaak. Provincie heeft rol in ontmoedigen en uitbannen van deze vrijetijdsbestedingen.
63
• • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Provincie moet zo nodig opkomen voor welzijn huisdieren door te zorgen voor optimale afstemming tussen gemeentes bij hulp (weggelopen) huisdieren of tijdens noodsituaties. Dankzij motie PvdD is plezierjacht op provinciale gronden verboden. Provincie handhaaft dit. Zolang er gejaagd wordt: soort, aantal en locatie doodgemaakte dieren openbaar maken. Provincie verleent geen afschotvergunning voor zogenoemde 'schadelijke' dieren. Bijhouden waar en hoeveel aanrijdingen dieren. Met gegevens jaarlijks beleid evalueren. Meer opsporingsambtenaren voor bepalingen jacht en bescherming natuurgebieden. Zij hebben geen persoonlijke banden met faunabeheereenheden of andere jagersverenigingen. Reeks maatregelen voorkomt overlast door dieren. Sterven naar maatwerk, zoals verlagen maximumsnelheid in natuurgebieden, plaatsen wildhekken. Hervorm gratis faunaschadeverzekering. Afbouw schadecompensatie tot extreme gevallen. Het ganzenbeleid richt zich op het voorkomen van schade zónder het afschieten en vergassen van ganzen. Ganzen zijn ‘s winters en ‘s zomers welkom. Ook met uitheemse dieren wordt zorgvuldig (diervriendelijk) omgegaan. Wasbeerhonden niet afschieten en geen jacht op halsbandparkieten. Jagers bepalen het beleid niet: de provincie erkent geen enkele faunabeheereenheid. Registratie klachten over jagers en gebruikt informatie om handhaving te verbeteren. Wilde hoefdieren, zoals zwijnen, damherten en edelherten, zijn welkom en mogen vrij migreren. Provincie stelt geen maximale aantallen. Zwanendriften is in de provincie Utrecht al verboden op provinciale gronden. De provincie zet zich actief in om het zwanendriften uit te bannen in de gehele provincie. Provincie staat geen nieuwe bontfokkerijen toe en bestaande fokkerijen breiden niet uit. Bij sluizen, gemalen en waterkrachtcentrales bevorderen veilige stroomafwaartse en opwaartse passage voor vissen, zoals bij waterkrachtcentrale in Hagestein. Het gebruik van prikkeldraad in de natuur wordt verboden. Dieren krijgen een vaste plaats in de draaiboeken van hulpdiensten en in rampenplannen. Voldoende en structurele financiële ondersteuning opvangcentra vogels en in het wild levende dieren. Bijdrage Vogelopvang Utrecht behouden. Stimuleren komst egelopvang. Verwilderde katten niet langer doden, maar vangen en castreren of steriliseren. Er komt een verbod op dieronvriendelijke gebruiken zoals levende kerststallen en zwientje tikken. Zolang er geen verbod is, geen vergunningen verlenen en geen subsidie. Provincie geeft gedegen uitwerking aan motie ‘diervriendelijke gewasbescherming’ en vraagt van ondernemers diervriendelijke gewasbescherming. De provincie verleent geen subsidies aan instanties die dierproeven doen.
4.Bodem, water, milieu en energie Water • Snel doelen Kaderrichtlijn Water realiseren en nutriëntenbelasting water omlaag brengen. • Waterstanden worden niet langer aangepast aan landbouw, maar aan behoeften natuur. Bij aanpak verdroging (Westelijk Veenweidegebied)bepalen natuurdoelen waterbeheer. Milieu • Bij bepalen normen kwaliteit bodem, water, geluid en lucht uitgaan van voorzorgsbeginsel. Normen moeten veel strakker dan nu; fijnstofnorm Wereldgezondheidsorganisatie hanteren. • Provincie zet vol in op circulaire economie, zonder afval en met veel minder grondstof. • Milieuregels strikt handhaven en nieuwe milieuregels die kansen geven aan duurzame bedrijvigheid. • Provinciale milieudiensten beschikken over voldoende capaciteit om wettelijke verantwoordelijkheid voor milieu- en natuurbelangen te waarborgen. • De waterwingebieden worden beschermd. • Inwoners beschermen tegen stank- en geluidshinder door strenge normen en handhaving. • Geen ondergrondse CO2-opslag en kernafvalopslag.
64
• • •
Alleen nog tijdelijke milieuvergunningen. Vergunning alleen verlengd als bedrijf kan aantonen dat het werkelijk aan vergunningsvoorwaarden heeft voldaan. Bij fabrieken en bedrijven die een risico kunnen vormen voor de leefomgeving en de volksgezondheid worden controles en handhaving geïntensiveerd. Uiterst terughoudend verstrekken vergunningen en ontheffingen vuurwerkevenementen. Particuliere initiatieven komen niet in aanmerking. Hetzelfde bij collectief oplaten ballonnen.
Energie • Op weg naar decentrale en duurzame energieopwekking waarbij burgers en bedrijven zelf energie opwekken. Uiterlijk in 2050 stoppen met gebruik fossiele brandstoffen. • Van duurzame bronnen komt belangrijkste bijdrage van wind- en zonne-energie • Integraal energietransitieplan maken voor duurzame energieproductie en energiebesparing. • Onnodig energieverbruik aan banden, door tegengaan verlichting kantoren na werktijd en tegengaan verlichte buitenreclame. • Provincie zorgt voor energiezuinige openbare straatverlichting langs provinciale wegen en fietspaden. Ook wordt er zoveel mogelijk faunavriendelijke verlichting toegepast. • Het tempo van isolerende maatregelen in bestaande bouw wordt versneld. • Ruim baan voor initiatieven voor verduurzaming woningen. Provinciaal stimuleringsfonds voor kleinschalige opwekking schone energie door particulieren en nul-energiewoningen. • Windenergie op locaties waar dieren en natuur er geen hinder van ondervinden. • Vispasseerbaarheid wordt een harde voorwaarde voor waterkrachtcentrales. • Geen medewerking aan mestvergistingsprojecten, bouw nieuwe kerncentrales en kolencentrales, schaliegaswinning of projecten voor energie uit afvalstoffen vee-industrie. 5. Economische ontwikkeling en recreatie • Provincie creëert prettig woon- en leefklimaat, door investeren in natuur, cultuur en goede infrastructuur. Dit draagt bij aan goed vestigingsklimaat voor ondernemingen. • Voor geregionaliseerde economie die voorziet in behoeften huidige generatie, zonder toekomstige in gevaar te brengen. Veel producten kunnen beter regionaal worden geproduceerd (voedsel en energie). Met regionaal beleid inzetten op sluiten van kringlopen. Consumptie seizoensgebonden producten bevorderen. • Voor een progressieve, innovatieve en duurzame inrichting economie. Duurzame innovaties leveren nieuwe en hoogwaardige banen op. Voor vergroening belastingstelsel. • Provincie oefent gericht invloed uit via haar budget door te kiezen voor duurzame OVinfrastructuur en duurzame aanbestedingen ten behoeve werkgelegenheid. 6. Bereikbaarheid • Personen- en goederenvervoer over water stimuleren; veerverbindingen behouden. • Provincie verzet zich tegen verhogen snelheden en tegen 130km per uur op grondgebied. Openbaar vervoer • Openbaar vervoer moet, in stedelijk en landelijk gebied, betrouwbaar en toegankelijk. Ook investeren in milieuvriendelijker vervoer. Het woon-werkverkeer terugdringen. • Er komen geen nieuwe wegen voor gemotoriseerd verkeer. Bestaande wegen worden niet uitgebreid. Provincie beschermt Amelisweerd tegen verbreding van de A27. • Provincie investeert fors in uitbreiding en onderhoud van openbaar vervoer, fietspaden, P+Rplekken, oplaadpunten voor elektrische auto’s en de veiligheid van bestaande wegen. De provincie financiert fietssnelwegen voor woon-werkverkeer. • Bij aanbesteding van openbaar vervoer wordt milieuvriendelijkheid belangrijk criterium. 7. Cultuur en erfgoed • Ruime middelen vrijmaken voor regionale cultuur en media. Tegen bezuinigingen op cultuur.
65
8. Bestuur, Europa en middelen Bestuur • Gedeputeerde Dierenwelzijn, Natuur en Milieu blijft met integraal en vooruitstrevend natuur-, milieu- en dierenwelzijnsbeleid. Toets voor het gehele beleid . • Norm voor provincie wordt 100% duurzame bedrijfsvoering en inkoop goederen en diensten. • Bedrijfsvoering wordt snel klimaatneutraal: groene stroom en kraan- i.p.v. flessenwater. • Provincie serveert biologische, vegetarische en veganistische producten in bedrijfsrestaurant (vegetarische dag per week)en geen bedreigde diersoorten(paling, kabeljauw, tonijn). Bij producten uit ontwikkelingslanden (koffie, thee) uitsluitend fair trade inkoop. • Provincie schrijft bij aanbestedingen duurzame prestaties voor. Nieuwe, kleinere en innovatieve bedrijven komen makkelijker in aanmerking voor opdrachten dan nu. • Bij bezoek buiten Nederland, tot 750 km, reist iedereen van provincie in principe met trein. • Door inkoop duurzame innovaties, jaagt de overheid nieuwe economische bedrijvigheid aan. • Stimuleren en faciliteren bedrijven die investeren in duurzame productieprocessen . Nietduurzame subsidies, zoals vee-industrie, CO₂-opslag en fossiele brandstoffen, beëindigen. • Bevorderen ontwikkeling kennis en expertise eigen personeel heeft voorkeur boven inhuur. • Provincie schakelt over op een emissievrij wagenpark voor haar medewerkers. • Waar nodig versterkt de provincie het diversiteitsbeleid voor haar personeel. • Provincie treedt op tegen alle uitingsvormen van discriminatie en heeft aandacht voor alle groepen in de samenleving. • Toegankelijkheid voor mensen met beperking bevorderen, zoals recreatieve voorzieningen, openbaar vervoer en overheidswebsites. • Om files en uitstoot fijnstof, CO2 en andere schadelijke uitlaatgassen terug te dringen stimuleert de provincie (deeltijd) thuiswerken. • Provincie gebruikt zoveel mogelijk open data en houdt rekening met privacybescherming. • Alle openbare stukken worden eenvoudig toegankelijk gepubliceerd op internet. • Zeer terughoudend met opleggen geheimhouding. Zo nodig wordt met Wet openbaarheid van bestuur gemotiveerd waarom. Deze motivering is openbaar en geheimhouding tijdelijk. • Besluiten en kennisgevingen overzichtelijk en toegankelijk publiceren op website. • Provincie heeft een toegankelijk raadgevend referendum. • Het burgerinitiatief wordt gestimuleerd en eenvoudiger gemaakt. • Pal voor erkenning emancipatiebewegingen. Bij achterstelling groepen zorgt overheid voor volwaardige participatie en gelijke behandeling. Ook in personeelsbeleid provincie. Middelen • Voorstander sluitende begroting: niet méér uitgeven en niet méér consumeren dan er is en niet méér beslag op de aarde leggen dan wij ons kunnen veroorloven, nu en in de toekomst. • Provincie gaat voorzichtig om met gemeenschapsgeld: financiële reserves en tijdelijke overschotten uitsluitend veilig en verantwoord opzijzetten. Niet risicovol beleggen. • Alleen zaken met banken en verzekeraars goede score op Eerlijke Bank- of Verzekeringswijzer. 9.Overige zaken nvt
66
12.
Vrijzinnige Partij:
De Provincie Utrecht: een overbodige bestuurslaag 1. Inleiding en algemeen De Vrijzinnige Partij is voor onafhankelijke mensen, die creatief en buiten het normale kader om vraagstukken oplossen. Het zijn betrokken mensen die een vrije, sociale samenleving willen. De Vrijzinnige Partij streeft naar een evenwichtige brede vrijzinnige politiek voor alle generaties. De Vrijzinnige Partij wil een betere provincie door de bestuurlijke verantwoordelijkheid te leggen bij de gemeenten en het volstrekt overbodige provinciaal bestuur op te heffen. Door de grote gemeentelijke herindelingen van 36 gemeenten in 2000 naar nu 26 gemeenten is provinciale betutteling overbodig. 2. Ruimtelijke ontwikkeling en wonen De Vrijzinnige Partij kiest voor het primaat van de gemeente. Ruimtelijke ontwikkeling is een keuze van de democratisch gekozen gemeenteraad. De provincie zou hierin geen taak meer moeten hebben. Bij vragen of het toegestaan is huizen te bouwen op voormalige landbouwgrond, te mogen bouwen in de Rijnenburgpolder ten zuiden van de stad Utrecht is een gemeentelijk beleid. De gemeente Utrecht neemt op democratische wijze hier een besluit over. Hetzelfde geldt voor de vraag of grote winkelbedrijven, zoals outletstores, in buitengebied toegestaan worden. Ondernemend initiatief is goed voor de keuzevrijheid van de consument. Het is aan de gemeente om te bepalen of dit in hun eigen buitengebied plaats mag vinden. Uitgangspunt is maatwerk. Mocht er bijvoorbeeld behoefte zijn aan een nieuw bedrijventerrein, dan moet dit niet bij voorbaat worden uitgesloten, maar is dit een besluit van de gemeente. Als het gaat om keuzes met risico’s en aantasting van de omgeving, bijvoorbeeld in het geval van megastallen dan geldt dat risico’s voor de omgeving prioriteit krijgen. 3. Landelijk gebied en natuur De Vrijzinnige Partij kiest voor een balans tussen natuur en mens. Afweging vindt plaats altijd in de verhouding tot de schade vanuit de 4 B's, beheer, benutten, beleven en behoud. Bij keuzes als ganzen wel of niet doden is dit toegestaan als er sprake is van onevenredige overlast. 4. Bodem, water, milieu en energie Duurzaamheid betekent dat we in ons beleid rekening houden met de gevolgen daarvan voor volgende generaties. Duurzaamheid betekent ook maatschappelijk verantwoord ondernemen. Uitputting van de natuurlijke hulpbronnen wordt bestreden en voorkomen. Energiebeleid moet gericht zijn op spreiding over meerdere hulpbronnen (diversificatie) om zo continuïteit van levering te waarborgen tegen een aanvaardbare prijs en zonder ecologische overbelasting.
Windmolens/windturbines dragen bij aan duurzame energie. Het inzetten van windmolens is echter alleen verantwoord als dit rendabel is en draagvlak geniet bij de bevolking is. Niet meer windturbines betekent wel meer investeren in andere vormen van duurzame energieopwekking en investeren in energiebesparingstechnieken en nieuwe rendabele hernieuwbare energiebronnen. Echte vergroening van steden en dorpen is nodig met bomen, planten en waterpartijen om de verstening en slecht waterbeheer tegen te gaan. Provinciaal geld zal hiervoor aan de gemeenten beschikbaar worden gesteld.
67
Duurzaamheid zal het uitgangspunt zijn voor onderwijsprogramma’s, ook op (basis)scholen. Zolang de provincie er nog is, zal dit gestimuleerd worden.
5. Economische ontwikkeling en recreatie Ons economisch beleid zal uitgaan van gematigde groei gericht op het waarborgen van continuïteit passend bij onze open economie in plaats van ongebreidelde groei, moordende competitie en verslindende consumptie. Het gemeenschappelijk belang gelegen in de toekomst van volgende generaties vraagt om een beheerste groei als middel voor welvaart en welzijn gericht op duurzaamheid en innovatie. Economisch beleid is landelijk beleid, daarin heeft de provincie geen meerwaarde.
Iedereen moet vrij tot zijn recht kunnen komen. Iedereen deelt mee in economische groei. Groei is dan wel een middel en niet het doel om welvaart en welzijn mogelijk te maken. Vrijwilligers werken hard, zij vormen het cement van de samenleving en verdienen een betere positie. Een nieuwe kijk op arbeid als persoonlijk ondernemerschap van ieder individu. ZZP’ers moeten meer ruimte krijgen om te ondernemen. Ondernemers in recreatiegebieden (bijvoorbeeld horeca) mogen uitbreiden, mits dit niet ten koste gaat van de natuur. Bedrijven die investeren in duurzame energie moeten financieel ondersteund worden. Met de betaling van de belasting bij de koop van de auto is de basis voor het kunnen gebruiken van de wegen gelegd. De uit de hand gelopen gedifferentieerde autobelastingen (Wegenbelasting, BPM, bijtellingen) worden afgeschaft, om te beginnen schaffen we de provinciale opcenten op de motorrijtuigenbelasting af.
6. Bereikbaarheid Een goede bereikbaarheid is een randvoorwaarde voor mensen en bedrijven om zich optimaal te kunnen ontwikkelen en ontplooien. De inzet is erop gericht om de kracht van alle modaliteiten te benutten. Openbaar vervoer en (water)wegen verdienen evenredig veel aandacht, mits dit niet onevenredig belastend is voor de omgeving.
OV- verbindingen zijn belangrijk voor de leefbaarheid en een belangrijke sociale functie. In stedelijk gebied de deur tot deur bereikbaarheid versterken. In landelijk gebied geen grote, vaak lege bussen laten rondrijden, maar OV-op maat bijvoorbeeld door buurt- en belbussen. Nut en noodzaak van het verbreden van de A27 bij Amelisweerd zijn niet aangetoond. Er zijn betere oplossingen voor goede doorstroming van het verkeer. Alle provinciale wegen liggen binnen gemeentegrenzen en hebben ook een gemeentelijke ontsluitingsfunctie. Daarom kunnen alle provinciale wegen overgedragen worden aan de gemeenten. Het budget en reservering voor wegen gaat 100% mee naar de gemeenten. Op deze wegen blijft de maximum snelheid op provinciale wegen gelden omdat dat de verkeersveiligheid en betere luchtkwaliteit bevordert. Ook kiezen we voor het verlichten van de wegen vanuit verkeersveiligheidsoogpunt. Wel vinden we dat in het midden van de nacht de intensiteit van de verlichting minder kan vanuit energiebesparingsoogpunt.
7. Cultuur en erfgoed De provinciale begroting moet evenwichtig worden opgesteld. Met mag er niet eenzijdig op cultuur bezuinigd worden. Zonder cultuur is namelijk geen vrijzinnigheid mogelijk.
Festivals horen bij de cultuur van steden en dorpen maar is een taak van de gemeente, de provincie heeft in deze geen rol.
68
Culturele en geloofsverschillen horen in een open vrije samenleving. Acceptatie en erkenning van pluriformiteit is fundamenteel voor een evenwichtige, veilige samenleving.
8. Bestuur , Europa en middelen Democratische vernieuwing door vermindering van de invloed en betekenis van politieke partijen en door een betere binding tussen de volksvertegenwoordiger en de kiezer met meer onafhankelijke politici. Daarbij kunnen provincies opgeheven worden en is een versterking van gemeenten met wijken dorpsraden op zijn plaats.
Opheffen van provincies door overdracht van taken, bevoegdheden en gelden aan gemeenten, wijken en buurten Wij pleiten voor meer inzet van referenda. Onafhankelijke vrije mensen moeten zelf regie kunnen houden ook als het gaat om politieke beslissingen. EU: Brussel en de EU geven de koers aan op nationaal overstijgende vraagstukken. Het is belangrijk dat ook de regio's, op dit moment nog de provincies, daar goed op inspelen. Als door een lobbyist Europees geld naar de regio kan gaan is dat goed.
9. Overige zaken Regionale media zoals Radio M en RTV Utrecht zijn belangrijk. De Vrijzinnige Partij kiest voor de landelijke financiering van alle publieke omroepen, dus ook van de regionale omroepen. De inhoud van de programma's moet echter door onafhankelijke redacties bepaald w
69
Kandidatenlijsten VVD 01. Arthur Kocken 02. Jacqueline Vaessen 03. Anita Vlam 04. Willem Joustra 05. Astrid Ens 06. Zohair el Yassini 07. Neeke Eijsbroek 08. Daniël Tuijnman 09. Jakob Germs 10. Ron van Reenen 11. Baerte de Brey 12. Judith Godschalx - Dekker 13. Janine Semeijns de Vries van Doesburgh - Ferwerda 14. Henk-Jan Barske 15. Geert Wegman 16. Ivo Beekers 17. Roelof te Velde 18. Tom van der Maas 19. Marc Mascini 20. Gertjan te Hoonte 21. Uygar Ak 22. Christiaan van Nispen tot Sevenaer 23. Daniël van den Engel 24. Pauline Arora 25. André Verschoor 26. Ellen Leeuw 27. Marjolijn van Dijk 28. Hanneke van der Marel 29. Daniëlle van den Broek 30. Remco van Lunteren
Utrecht Utrecht Nieuwegein Wijk bij Duurstede Amersfoort Utrecht Utrecht Utrecht Renswoude IJsselstein Utrechtse Heuvelrug Woerden Stichtse Vecht Amersfoort Utrecht Amersfoort Utrechtse Heuvelrug Utrecht Baarn Utrecht Utrecht De Bilt Utrecht Amersfoort Utrecht Vianen Baarn Utrecht Utrecht Amersfoort
70
Partij van de Arbeid (P.v.d.A.) 01 Rob van Muilekom Amersfoort 02 Pauline van Viegen Utrecht 03 Ali Essoussi Utrecht 04 Kees de Kruijf Leusden 05 Julie d’Hondt Utrecht 06 Osman Suna Soest 07 Willy Wagenmans Houten 08 Annet Krijgsman Utrecht 09 Paul van der Linden Bilthoven 10 Marieke le Jeune Montfoort 11 Wils van der Steen Woudenberg 12 Bert Veenstra Hoogland 13 Mitchel Nebbeling Nieuwegein 14 Inez Schippers Utrecht 15 Ursula Blom Driebergen-Rijsenburg 16 Louis de la Combé Amersfoort 17 Rob Smulders Amersfoort
71
CDA 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47
Mirjam Maasdam Bart Krol Didi Dorrestijn Jan Willem Jansen Tineke Koelewijn Derk Boswijk Marius Buiting Teus van Oosterom Ardin Mourik Chris Westerlaken Willem Wijntjes Marlies Kolthof Thijs de Jong Jaco de Groot Nynke van Amerongen Paul Smink Jan Wouter van Wijngaarden Gijs de Kruif Cornel Boere Gert Baars Wim Haan Margreet van Roomen Willem van Drie Rick Tigelaar Margriet van de Vooren Jacob van Ee Albert Kramer Leny Visser Boukje Andringa Jan Vinkenburg Teunis Reedijk Jef Wintermans Joke Kuijf John Slingerland Vincent Cornelissen Leen Vernie Chantal Broekhuis Pieter van Asselt Gerrit Jan van den Berkhof Job Rietkerk Wijnand van de Hoef Pim Walenkamp Wim Fokker Koos Segers Herman Graaff Erika Nap Petra Doornenbal
Zeist Soest Renswoude Baarn Bunschoten Wilnis Utrecht Woerden Utrecht Willige Langerak Nieuwegein Amersfoort Ijsselstein Woerden Driebergen Zeist Oudewater Woudenberg Westbroek Vianen Houten Soest Leersum Veenendaal Rhenen Maarssen Leusden Werkhoven Maartensdijk Linschoten Overberg Veenendaal De Meern Loenen Bilthoven Bunnik Driebergen Bunschoten Breukelen De Bilt Woerden Utrecht Vreeland Kockengen Amersfoort Vleuten Lopik
72
Democraten 66 (D66) 1 Niels Hoefnagels 2 Ralph de Vries 3 Hans Boerkamp 4 Hayat Chidi 5 Ayla Schneiders 6 Ivo Thonon 7 Michel Groothuizen 8 Philip Overkleeft 9 Annemiek Dercksen 10 Ali Dekker 11 Marc de Droog 12 Sebastien Kraaijeveld 13 Tijn Dries 14 Tom Kunzler 15 Michel Schutter 16 Mona Coppens 17 Marcel Fränzel 18 Sylvia den Herder 19 Marcel Nahar 20 Carlos Vrins 21 Carla van den Heuvel 22 Arno van Essen 23 Albert Vos 24 Bert Kassies 25 Marleen van Oort 26 Jaap van Dijk 27 Peter Hoogenveen 28 Annet Slijkhuis 29 Martijn Kraa 30 Bart van Asperdt 31 Nour Belkasmi 32 Indra te Ronde 33 Mark Sanders 34 Erik de Rie 35 Cosmas Blaauw 36 Alie Tigchelhoff 37 Rudolph Vermeer 38 Martin Fröberg 39 Arie Brouwer 40 Martijn Gebbink 41 Christa Hendriksen 42 Kiki Hagen 43 Gerco de Jager 44 Jannie Flierjans 45 Ronnie Weijers 46 Elisabeth van Oostrum 47 Gerda Oskam 48 Femke Goedendorp 49 Gerard Smakman 50 Jo Peters
Bunnik Hollandsche Rading Utrecht Amersfoort Utrecht Utrecht Zeist Utrecht Baarn Odijk Utrecht Utrecht Maarn Utrecht Utrecht Amersfoort Utrecht Leusden Woerden Utrecht Breukelen Amersfoort Amersfoort Utrecht Nieuwegein Amersfoort Houten Utrecht Leusden Wijk bij Duurstede Amersfoort Utrecht Utrecht De Bilt Driebergen/Rijsenburg IJsselstein Baarn Amersfoort Wijk bij Duurstede Eemnes Vianen Mijdrecht Rhenen Linschoten Veenendaal Leersum Vleuten Maarssen Amersfoort Bilthoven
73
PVV (Partij voor de Vrijheid) 1. René Dercksen 2. Han IJssennagger 3. Elly Broere-Kaal 4. Wim Ubaghs 5. Henk van Deún 6. Ino van den Besselaar 7. Folkert Thiadens 8. Daan van Eibergen Santhagens 9. Paul van Well 10. Joeri Pool 11. Peter Koops 12. Joost Ketjen 13. Bert Henken 14. Jochem Daeter 15. Michel van der Horst
Bosch en Duin Bilthoven Soest Maarssen Utrecht Utrecht Doorn Soest Zeist Utrecht Bunschoten-Spakenburg Eemnes Elst Ut Montfoort Utrecht
74
GROENLINKS 1. Mariëtte Pennarts-Pouw 2. Florian Bekkers 3. Karin Boelhouwer 4. Huib van Essen 5. Erna Kotkamp 6. Ellen Brinksma 7. Henk Zandvliet 8. Pieter Kroon 9. Sophie Schers 10. Marijn Bouwmeester 11. Marcel Cremers 12. Michel Post 13. Hiske Land 14. Rob Zakee 15. Stephanie Bottse 16. Heidi van Otten 17. Ronald Camstra 18. Erika Spil 19. Linda van Dort 20. Tijm Corporaal 21. Wilma Hielema 22. Pepijn Zwanenberg 23. Rosan Coppes 24. Yolan Koster-Dreese 25. Allal Ennahachi 26. Pieter Paul 27. Roel Simons 28. Laura Hoogstraten 29. Esther Baardemans 30. Tim Verhoef 31. Margreet Breukelaar 32. Hans Lappee 33. Mazin Ismail 34. Heleen de Boer 35. Hans van Kessel 36. Monica Falck 37. Cees van Eijk 38. Rinus van den Berg 39. Margriet Jongerius 40. Albert Gemke 41. Cora Coster 42. Fakhraldin Nader 43. Frits Lintmeijer 44. Partap Bansie 45. Corinne de Jonge van Ellemeet 46. Frans Prins 47. Joke Leenders 48. Bas Eickhout 49. Linda Voortman 50. Vincent Bijlo
Montfoort Bilthoven Wijk bij Duurstede Utrecht Nieuwegein Utrecht Bilthoven Baambrugge Utrecht Utrecht Utrecht Utrecht Amersfoort Bunnik Utrecht Baarn Huis ter Heide Mijdrecht Maarssen Houten Amerongen Utrecht Soest Harmelen Baarn Breukelen De Bilt Zeist Utrecht Driebergen-Rijsenburg Baarn IJsselstein Amersfoort Utrecht Abcoude Soest Utrecht Veenendaal Utrecht Maarssen Nieuwegein Soest Vleuten Maartensdijk Abcoude Amersfoort Zeist Utrecht Utrecht Bunnik
75
SP (Socialistische Partij) 1 Ad Meijer 2 Andrea Poppe 3 Gerard Bosman 4 Truke Noordenbos 5 Hassan Toutouh 6 Menno Boer 7 Linda Hogema 8 Jan Breur 9 Sandra Mets 10 Dick Jager 11 Younis Lutfula 12 Pieter Wout Duquesnoy 13 Joop van Well 14 Cindy van Rooijen 15 Chris Baerveldt 16 Annemieke Pluijgers 17 Frits Meeuwsen 18 Ron Keet 19 Willem van Rhenen 20 Bets Beltman 21 Nicole van Gemert 22 Koen Verhofstad 23 Tim Schipper 24 Jasper van Geijtenbeek 25 Frans van der Tol 26 Ans Bontrop-van de Quast 27 Joop Welter 28 Sandrina Leeman 29 Jeroen Brouwer 30 Hasan Inekci 31 Jan Burger 32 Jan Voogdt 33 Anne-Marie Mineur
Amersfoort IJsselstein Loenen Maarssen Nieuwegein Bilthoven IJsselstein Veenendaal Baarn Maarssen Utrecht Zeist IJsselstein Utrecht Utrecht Zeist Bilthoven Maartensdijk Hollandsche Rading Amersfoort Utrecht Vinkeveen Utrecht Amerongen Wijk bij Duurstede Nieuwegein Leusden Nieuwegein Wijk bij Duurstede Nieuwegein Wijk bij Duurstede Zeist De Bilt
76
ChristenUnie 1 Arne Schaddelee 2 Nelly de Haan 3 Kees van Kranenburg 4 Andries Nicolai 5 Loes Zuidervaart 6 Kees de Heer 7 Nelleke Bouwman 8 Jan Wijmenga 9 Anne-Marij Dijkstra 10 Sander van ’t Foort 11 Theo Haasdijk 12 Chris van Vuuren 13 Carolien Pape 14 Alice Kok-van de Geest 15 Willem van Grootheest 16 Dorien Griffioen 17 Bas Lont 18 Karolien Pouwels 19 Kees Schouten 20 Martine Vonk 21 Caspar Voorberg 22 Martin Rus 23 Karin Dieterman 24 Harmen Wijnen 25 Marjan Haak 26 Ina de Korte 27 Martin Monrooij 28 Egbert Schuurman 29 Carla Dik 30 Peter Ester 31 Gert-Jan Segers 32 André Rouvoet
Houten Amersfoort Utrechtse Heuvelrug Bunschoten Utrecht Amersfoort Veenendaal Utrecht Zegveld Renswoude Amersfoort Soest IJsselstein Bunschoten Woudenberg Loenen a.d. Vecht Utrecht Leusden Mijdrecht Vianen Houten Zeist Rhenen Nieuwegein Woerden Benschop Nieuwegein Breukelen Veenendaal Baarn Amersfoort Woerden
77
Staatskundig Gereformeerde Partij (SGP) 1. G. (Gijs) van Leeuwen 2. P. (Piet) van Leeuwen 3. P.E.B. (Pieter) van Ojen 4. B. (Bertrick) van den Dikkenberg 5. H.J. (Henk) van der Wind 6. A.J.W. (Arie) van der Vlies 7. D.D. (Dick) Both 8. J.A. (Jan) Mulder 9. J.M. (Marco) van Eckeveld 10. H. (Huig) van Barneveld 11. C.J. (Cor) van Tuijl 12. D. (Dick) Vlastuin 13. J. (Jan) van de Lagemaat 14. H. (Hendrik) Palm 15. L.A. (Leendert) Wijnmaalen 16. G. (Gerrit) Boonzaaijer 17. C.M. (Marco) Verloop 18. R. (Rudy) Bor 19. W.G. (Wim) Hulsman 20. A (Arie) Schep 21. J.F. (Johan) Slootweg 22. J. (Jan) Schouten 23. J.W. (Jan Willem) Benschop 24. F.M. (Frans) de Ronde 25. M. (Martijn) Meeuse 26. P. (Peter) de Jong 27. M. (Maarten) de Heer 28. P. (Peter) Schalk 29. W. (Wim) van Wikselaar 30. R. (Roelof) Bisschop
Houten Achterberg Zeist Elst Maarsbergen Maartensdijk Veenendaal Woudenberg Veenendaal Bunschoten-Spakenburg Woerden Renswoude Woudenberg Wilnis Vianen Doorn Veenendaal Rhenen Rhenen Benschop Maartensdijk Leusden Lopik Maarssen Amersfoort Montfoort Polsbroek Veenendaal Driebergen Veenendaal
78
50PLUS 1. Mieke Hoek 2. Marianne Spaargaren ev Nieuwerf 3. Peter Koning 4. Wil Bouwman 5. Jan van Koert 6. Naäma de Ru 7. Ton Richter 8. Chris Portengen 9. Jack Gadellaa 10. Herman Troost 11. Maurice Koopman
Vreeland Doorn Amersfoort Achterveld Doorn Utrecht Vinkeveen Loenen aan de Vecht Utrecht Nieuwegein Amersfoort
79
Partij voor de Dieren 1. Hiltje Keller 2. Femke Merel Arissen 3. Willem van der Steeg 4. Anjo Travaille 5. Jan Morren 6. Saskia Oskam 7. Sylvia den Bleker 8. René van der Kruk 9. Herman de Roos 10. Claudia Verkleij 11. Hans Korpershoek 12. Joyce Ekdom 13. Ida Marsman 14. Joost Heilbron 15. Esther Korteweg 16. Sandra Pollé 17. Femke van den Bos 18. Barbara van Genne 19. Mariska de Winter 20. Marieke de Groot 21. Wanda Bodewitz 22. Eva van Esch 23. Marianne Thieme 24. Babette van Veen
Utrechtse Heuvelrug Utrecht De Meern, Utrecht Utrecht Utrecht Utrecht Woerden Utrecht Amersfoort Everdingen Linschoten Utrecht Veenendaal Utrecht Utrecht Rhenen Utrecht Utrecht Amersfoort Utrecht Vleuten, Utrecht Utrecht Stichtse Vecht Soest
80
Vrijzinnige Partij 1. Marie-Loise Loomans 2. Maurice Bongers 3. Peter Klaren 4. Bob Canjels
Soest Utrecht Amersfoort Soest
81
Provincie@inwonersbelangen 1. John van Engelen 2. Jan – Hubert van Rensen 3. Jacqueline Verbeek-Beverwijk 4. Rob Jonkers 5. Rob Roos 6. Harry Saaltink 7. Mirjam Verbruggen-Ezendam 8. Jaap van der Does 9. Sybe Streekstra 10. Iris de Liefde 11. Vincent Verhaar 12. Eddy van Ommeren 13. Jacues Sistermans 14. Jeroen Kemna 15. Angelique Huntink-Bos 16. Hendrie van Assem 17. Aad van der Veen 18. Piet Terpstra 19. Eimert Verkaik 20. Wietze Smit 21. Ineke de Kam
Nieuwegein Harmelen Nieuwegein Montfoort Kockengen Leusden Vinkeveen Woerden Driebergen-Rijsenburg Vianen Nieuwegein Utrecht Harmelen Elst Utrecht Montfoort Woerden Montfoort Zeist Montfoort Cothen Utrecht
82
Libertarische Partij (LP) 1. Rik Kleinsmit 2. Johan Jongepier 3. John Hendriks 4. Herma Beune 5. René Hartman
Utrecht Amersfoort Doorn Maarssen Maarssen
83
Jezus Leeft 1. Joop van Rooij
Woerden
84