Protocol Dyscalculie
Versie november 2015
1
Inhoudsopgave Hfdst.
Titel
Pag.
1.
Inleiding
3
2.
Signalering
4
3.
Leerlingen die al tijdens de basisschool zijn getest op dyscalculie
6
4.
Dyscalculielijst / Dyscalculieverklaring
7
5.
Dyscalculiebeleid en richtlijnen voor De Philips van Horne sg.
8
6.
Kennisvergroting docenten
10
7.
Nieuwe docenten
11
8.
Eindexamen
11
9.
Tips / adviezen voor leerlingen
12
Nawoord
13
2
1. Inleiding Het streven is dyscalculische leerlingen zo vroeg mogelijk te herkennen en zo goed mogelijk te begeleiden tijdens hun hele schoolloopbaan tot hun eindexamen. het Protocol Dyscalculie voor het Bisschoppelijk College Weert - Cranendonck is als uitgangspunt genomen voor het samenstellen van het Protocol Dyscalculie voor de Philips van Horne SG. Met dit protocol wordt in grote lijnen uiteen gezet hoe dyscalculische leerlingen op de Philips van Horne SG begeleiding kunnen krijgen. Hierbij dient opgemerkt te worden dat er wettelijk er géén richtlijnen zijn voor leerlingen met dyscalculie. De afgelopen jaren is er veel gesproken en geschreven over dyslexie. Veel mensen weten wat dyslexie inhoudt en wat het betekent als je dyslectisch bent. Aan dyscalculie daarentegen is duidelijk minder aandacht besteed, maar daar komt langzamerhand verandering in. Wat is dyscalculie en hoe vaak komt het voor? Dyscalculie betekent letterlijk: niet kunnen rekenen. Uit onderzoek blijkt dat ongeveer 2,5% van de Nederlanders grote problemen heeft met rekenen. Hardnekkige rekenproblemen (dyscalculie) komt bij 1 à 2 % van de mensen voor. Niet ieder kind met rekenproblemen heeft dyscalculie. Veel andere dingen kunnen ten grondslag liggen aan de problemen met het rekenen. Oorzaken rekenproblemen Meestal is er sprake van een wisselwerking tussen schoolfactoren en kindafhankelijke factoren (zie schema). Rekeninghoudend met de school- en kindfactoren kan een rekenonderzoek richting geven aan de gewenste behandeling van de rekenproblemen. SCHOOLFACTOREN
Methodelijn Planning Methodiek Organisatie Didactische handelen
KINDFACTOREN Intelligentie Informatieverwerking: Geheugen Taakgerichtheid Verbale vaardigheden
3
2. Signalering: dyscalculiescreening Leerlingen, ouders, vakdocenten en mentoren kunnen aangeven dat er een vermoeden is van dyscalculie. De mentor bestudeert: het aanwezige leerling-dossier en het onderwijskundig rapport dat door de basisschool is ingevuld over de leervorderingen van de leerling op de basisschool. Bij een aanwezig vermoeden wordt de betreffende leerling in contact gebracht met de dyscalculiespecialisten die samen met mentor en leerling het vervolg bespreekt.
Informatieverzameling Uit screening komen een aantal leerlingen naar voren bij wie er sprake kan zijn van dyscalculie. Bestudering van het aanwezige leerling-dossier door de mentor Bestudering van het formulier dat door de basisschool is ingevuld over de leervorderingen van de leerling op de basisschool. Bespreking van de resultaten van het gesprek met de dyscalculiespecialist en de mentor. Indien nodig zorgt de mentor voor aanvullende informatie door: Een (telefoon) gesprek met (een van) de ouders Een (telefoon) gesprek met de basisschool.
Dyscalculie-onderzoek Op basis van alle verzamelde informatie zal de mentor de ouders een eindadvies geven. Bij een vermoeden van dyscalculie zal dit advies verwijzen naar een officiële externe specialist voor het verkrijgen van een definitieve verklaring. De leerling ontvangt op dat moment een voorlopige dyscalculie verklaring voor het lopende schooljaar.
Ouderavond De definitieve dyscalculieverklaring blijft altijd geldig en kan ook gebruikt worden bij een vervolgstudie. Momenteel heeft deze echter géén formele status, slechts een richtinggevende. Een kopie van de dyscalculieverklaring gaat in het leerling-dossier. Daarnaast kan de Philips van Horne SG besluiten om rechten m.b.t. dyscalculie toe te kennen aan leerlingen welke wel onderzocht zijn, maar waar nog geen definitieve dyscalculieverklaring voor is. Dit kan in de vorm van een hulpkaart en het plaatsen van de leerling bij rt / steunlessen wiskunde.
4
Gesprekken met leerlingen over hun dyscalculie Na de uitslag van het onderzoek en de afgifte van de (voorlopige) verklaring worden alle nieuwe dyscalculische leerlingen in groepjes of individueel uitgenodigd voor een gesprek met de dyscalculiespecialist. In dit gesprek komen een aantal zaken aan de orde, zoals: - Wat is dyscalculie? - Wat heb je er in het verleden al van gemerkt? - Heb je al extra hulp gehad op de basisschool voor rekenen en/of taal? - Hoe kan dyscalculie op de middelbare school voor jou problemen opleveren? - Wat zou je zelf kunnen doen om eventuele moeilijkheden als gevolg van dyscalculie zoveel mogelijk te beperken? - Uitleg van het bestaande dyscalculiebeleid op het Bisschoppelijk College Weert – Cranendonck. Dyscalculie en Magister Of de leerling gebruik mag maken van de faciliteiten behorende bij dyscalculie zal zichtbaar gemaakt worden in Magister.
5
3. Leerlingen die al tijdens de basisschool zijn getest op dyscalculie Er zijn ook leerlingen die al op de basisschool onderzocht zijn en met een dyscalculieverklaring naar de brugklas komen. Geldige dyscalculieverklaring of geldig psychologisch onderzoeksverslag. Er moet een kopie van de dyscalculieverklaring in het leerling-dossier op school aanwezig zijn in. Een kopie van het psychologische onderzoeksverslag is nodig. Ook al is de dyscalculieverklaring afgegeven door een bevoegd persoon, het verslag van het dyscalculie-onderzoek moet altijd in het leerling-dossier op school aanwezig zijn. Een geldig psychologisch onderzoek moet voldoen aan een aantal criteria: Het onderzoek moet zijn afgenomen door een erkend en bevoegd persoon, te weten een GZ-psycholoog of een orthopedagoog generalist. Het onderzoek moet de volgende onderdelen bevatten: - Een hulpvraag - Een onderzoek - Een handelingsgerichte diagnose De conclusie dat er bij de desbetreffende leerling sprake is van dyscalculie. Een (voorlopige) dyscalculieverklaring.
6
4. Dyscalculielijst De dyscalculielijst bevat namen van alle dyscalculische leerlingen van de school. Aan het begin van ieder schooljaar wordt de lijst bijgewerkt met de namen van nieuwe dyscalculische leerlingen. Leerlingen welke van school af zijn worden van de lijst verwijderd. Tijdens het schooljaar wordt de lijst ook bijgehouden, in het geval dat er nieuwe dyslcalculische leerlingen bijkomen of van school gaan. Elke verandering in de dyscalculielijst wordt via magister voor docenten bekend gemaakt.
VOORBEELD DYSCALCULIEVERKLARING
Dyscalculieverklaring Ondergetekende verklaart dat uit psychodiagnostisch onderzoek is gebleken dat bij: Dennis …, geboren op … dyscalculie is vastgesteld volgens de criteria voor onderkenning volgens de DSM-IVTR ™; geconstateerd is dat er, als gevolg van de dyscalculie en gegeven de leeftijd en omstandigheden van de betrokkene, sprake is van ernstige belemmeringen in het dagelijks functioneren, blijkend uit problemen in de volgende contexten: Optellen en aftrekken, vermenigvuldigen en delen, tafels, breuken, procenten, kommagetallen, getallen in en gebruik van metriek stelsel, schatten en meten, hoofdrekenen, aflezen van tabellen en grafieken en kennis en gebruik van rekenregels. Op basis hiervan zijn nodig: A. specialistische hulp in de vorm van: Remedial teaching onder verantwoordelijkheid van een gespecialiseerde remedial teacher. Aandachtspunten hierbij zijn: herhaling en uitleg van de rekenregels, het opstellen van een map waarin de rekenregels en strategieën worden benoemd evenals de aandachtspunten bij het uitrekenen van bepaalde opgaven. Belangrijk is dat de remedial teacher Dennis begeleidt in het rekenproces bij het kiezen van de strategie en het uitvoeren van de berekening. B. als materiele en immateriële voorzieningen: Het gebruik van de rekenmachine en het bieden van extra tijd bij toetsen en opgaven. Tevens kan Dennis gebruik maken van een map die met een remedial teacher is samengesteld. Hierin kan hij opzoeken welke rekenregels wanneer gebruikt kunnen worden en wat de aandachtspunten bij bepaalde opgaven zijn. C. de volgende dispensaties: Vermindering van het aantal opgaven bij toetsen, afgestemd op het niveau van Dennis.
7
5. Dyscalculiebeleid en richtlijnen Philips van Horne sg. In het landelijk Protocol Dyslexie Voortgezet Onderwijs worden aanbevelingen gedaan voor het dyslexiebeleid dat scholen kunnen volgen met betrekking tot dyslexie. Er zijn momenteel géén richtlijnen voor leerlingen met dyscalculie. Wel zijn er diverse personen en instanties welke adviezen hebben gegeven voor begeleiding van leerlingen met dyscalculie.. Daarnaast zijn er op internet diverse stukken te vinden welke uitleg geven over dyscalculie en hoe scholen hiermee om kunnen gaan. Ook daarin worden tal van suggesties gedaan voor begeleiding van dyslcalculische leerlingen. Ten aanzien van de omgang met dyscalculische leerlingen wil de Philips van Horne sg op de volgende wijze werken:
Extra tijd/vermindering hoeveelheid werk Waar mogelijk en waar nodig probeert de docent aan de dyscalculische leerling extra tijd te geven bij proefwerken. Extra tijd geven is bijvoorbeeld mogelijk door leerlingen nog even in de pauze te laten doorwerken. Als dat niet mogelijk is, kan ook overwogen worden om het aantal opgaven voor deze leerlingen te beperken. Een andere mogelijkheid is om de laatste opgave(n) niet of minder te laten meetellen, als de leerling daar niet aan toe is gekomen. Extra tijd kan ook al op een eenvoudige manier aan dyscalculische leerlingen worden gegeven door hun het eerst de proefwerken te geven en hun proefwerken als laatste op te halen. Tijdens de proefwerkweek krijgen de leerlingen 10 minuten extra tijd voor het maken van hun proefwerk. Leerlingen kunnen een verminderde hoeveelheid opgaven krijgen, rekening houdend met het belang van de inhoud van de stof. Mondelinge beurten Waar mogelijk en waar nodig geeft de docent aan de dyscalculische leerlingen de mogelijkheid om proefwerken en schriftelijke overhoringen mondeling te maken. Het zal iedereen duidelijk zijn dat hier niet onbeperkt gebruik gemaakt van kan worden.
8
Beoordeel op vakinhoudelijke kennis. In het geval van vakken zoals wiskunde, natuurkunde, scheikunde en economie mogen docenten gevraagd worden om leerlingen zoveel mogelijk op zijn of haar vakinhoudelijke kennis te beoordelen en rekenfouten vermindert mee te rekenen. Regel: beoordeel rekenfouten niet als het hier niet om gaat. In het geval van het vak rekenen zal de leerling met ernstige rekenproblemen gebruik mogen maken van het ER rekenexamen. Dit enkel en alleen als het aantoonbaar is dat de extra inspanningen van de school op het gebied van rekenonderwijs niet voldoende zijn geweest voor het behalen van een positief resultaat voor het reguliere rekenexamen
Proefwerkweek. Alle dyscalculische leerlingen hebben het recht om tijdens de proefwerkweek langer aan hun proefwerken te werken. . Andere mogelijkheden Werken met voorgedrukte, aan het niveau van de leerling aangepaste werkbladen. Laten gebruiken van schema’s met oplossingsstrategieën. Met kleur laten aangeven van strategieveranderingen. Gebruik van een rekenmachine.
9
6. Vergroting van kennis over dyscalculie bij docenten. Behalve de bovengenoemde afspraken, is het zeer belangrijk dat bij docenten voldoende kennis over dyscalculie aanwezig is. Door middel van gesprekken en publicaties probeert de Philips van Horne sg. de kennis van en het begrip voor dyscalculie zoveel mogelijk te vergroten. Hierbij kan gedacht worden aan: Fundamenteel is de acceptatie van het probleem: dyscalculie is blijvend. Deze leerlingen zijn in aanleg niet ongeconcentreerd of niet-gemotiveerd, maar ze zijn vaak in de loop van de jaren gedemotiveerd geraakt. Deze leerlingen hebben vaak meer tijd nodig om informatie te verwerken, maar ze zijn niet dom. Deze leerlingen leren moeilijk informatie zonder samenhang uit hun hoofd. Er bestaat niet één type dyscalculische leerling. Dyscalculie is géén modeverschijnsel. Dyscalculische leerlingen reageren vaak langzamer dan leeftijdgenoten op klassikaal gestelde vragen. Dyscalculische leerlingen hebben soms moeite met het onder woorden brengen van wat ze precies bedoelen. Ze hebben vaak woordvindingsproblemen. Accepteer eenvoudig(er) taalgebruik. Dyscalculische leerlingen maken ook wel eens hun huiswerk niet, net als alle andere leerlingen. Controleer, indien mogelijk, het gemaakte huiswerk. Benadruk wat de leerlingen wel kunnen (geldt eigenlijk voor iedere leerling). Maak binnen de secties afspraken over het hanteren van aangepaste cijferberekeningen t.b.v. rapporten etc. Wijs de leerlingen op de mogelijkheid om gebruik te maken van hulpmiddelen, specifiek voor het betreffende vak. Gebruik duidelijk taalgebruik, het liefst met praktische voorbeelden. Zeg of schrijf nooit: “Je hebt zeker niet geleerd”, maar vraag aan de leerling hoe hij het gedaan heeft en vraag of hij zelf weet waarom het deze keer wel/niet goed is gegaan. Bespreek welke rekenfouten worden meegeteld in de beoordeling: maak een verschil tussen inzichtfouten en andere fouten.
10
7. Nieuwe docenten In de opleidingen voor docenten wordt soms nog te weinig aandacht gegeven aan dyscalculie en de problemen die dyscalculie kan opleveren binnen zijn/haar vakgebied. De Philips van Horne sg vindt het daarom belangrijk dat nieuwe docenten zo snel mogelijk op de hoogte worden gebracht van een aantal zaken rond dyscalculie Nieuwe docenten krijgen: Schriftelijke informatie over dyscalculie en over het dyscalculiebeleid op school (bijvoorbeeld dit stuk). Een mondelinge toelichting hierop en de mogelijkheid om vragen te stellen in een gezamenlijke bijeenkomst van alle nieuwe docenten. Een vast aanspreekpunt op de Philips van Horne sg waar de (nieuwe) collega’s vragen kunnen stellen wanneer ze in de praktijk vastlopen of vragen hebben. Binnen de Philips van Horne sg. zijn meerdere docenten gespecialiseerd in de omgang met dyscalculie. Hiervoor hebben zij een externe cursus gevolgd.
8. Eindexamen Leerlingen die in het bezit zijn van een geldige dyscalculieverklaring mogen gebruik maken van de faciliteiten volgens de regels van CE. Dit houdt concreet in dat de leerlingen, die in het bezit zijn van een geldige dyscalculieverklaring tijdens hun eindexamen alleen gebruik kunnen maken van extra eindexamentijd
11
9. Tips/adviezen voor leerlingen Om het protocol volledig te maken hierbij ook een aantal tips en adviezen voor leerlingen. Deze kunnen aan leerlingen met een dyscalculieverklaring overhandigt worden. Zelfstandigheid - Werk zelf aan je dyscalculie. - Met dyscalculie heb je meer tijd voor je huiswerk nodig dan je klasgenoten. Houd daar met je planning van huiswerk voldoende rekening mee. - Richt je zoveel mogelijk op het leggen van verbanden, concentreer je niet op feitjes, maar probeer de grote lijn van de tekst te begrijpen. - Dyscalculie is geen excuus om minder te doen, zoek wat voor jou de beste manier van leren is. - Vraag hulp als het nodig is. - Vraag zonodig een kopie van de ingevulde werkboeken van een andere leerling en gebruik deze voor het leren van je proefwerken. Effectief studeren Neem voor het studeren de tijd. Probeer uit hoe je het beste kunt leren. Studeer en werk op een zo rustig mogelijke plek. - Ga in de klas vooraan zitten. - Studeer in de stilste kamer (desnoods met oordoppen in). Neem lessen op verschillende manieren op. - Lees, spreek uit, schrijf op en stel je iets voor. - Lees, spreek uit en luister naar jezelf. - Schrijf het woord op en fantaseer over de betekenis. - Maak gebruik van de software die bij je studieboeken wordt geleverd. - Maak gebruik van websites die bij je studieboeken horen en waarop vaak veel extra oefeningen en proefwerken staan. Vat lessen samen en leer je eigen samenvatting. Oefen extra. Sommige dingen, zoals sommen, worden door oefening geleerd. Dyscalculici krijgen wat langzamer de nodige routine. Maak bijvoorbeeld wat meer oefensommen dan de anderen. Later kun je de sommen beter gebruiken dan veel anderen. Probeer vooruit te werken. - Vraag om een lijst met te verwachten moeilijke woorden. - Leer proefwerken en toetsen zo lang mogelijk van te voren. - Herhaal ze nog een keer tussendoor. - Vraag om het huiswerk ruim van te voren op te geven.
12
Je toekomst Keuze van je beroeps- of vervolgstudie. Misschien is het nu nog niet belangrijk, maar houd rekening met je dyscalculie. Zowel bij de keuze van je vakkenpakket als voor je toekomstplannen. Bijna alle soorten vakken kun je aan. Er zijn een paar minder geschikte beroepen. Dat zijn vooral beroepen waarvoor je veel moet rekenen. - Bespreek dat met je mentor of decaan. Overige adviezen Maak zoveel mogelijk gebruik van de computer bij allerlei werkzaamheden. - Veel dyscalculische leerlingen hebben een moeilijk leesbaar handschrift. Probeer werkstukken, boekbesprekingen en verslagen zo veel mogelijk te typen. Getypt werk ziet er immers bijna altijd veel netter uit dan zelf geschreven werk. - Laat getypte werkstukken nakijken door iemand anders. Fouten kunnen daarbij snel en makkelijk verbeterd worden. - Probeer zo snel mogelijk blind te typen met 10 vingers. Goed en snel kunnen typen bespaart je in de toekomst enorm veel tijd. - Gebruik altijd de spellingscontrole.
Nawoord Dit document is het uitgangspunt voor het dyscalculiebeleid voor de komende jaren. De dyscalculiespecialisten trachten via abonnementen en internetartikelen op de hoogte te blijven van de laatste ontwikkelingen ten aanzien van dyscalculie.
Samengesteld door: G. Sonderkamp, directielid Philips van Horne sg.
13
14