Protocol Boomziekten en Bestrijding boomplaaginsecten Gemeente Deventer November 2012
1
Inleiding In dit document zijn alle protocollen bij elkaar gevoegd die betrekking hebben op het beheersen van ziekten en plagen in bomen. Het beheren van ziekten en plagen in Deventer bomen is alleen gericht op beheren en bestrijden van ziekten die een bedreiging vormen voor het bomenbestand of plagen die een gevaar opleveren voor de volksgezondheid. Het beheer van boomziekten en/of boomplaaginsecten richt zich op “Hoe kunnen we het beste rekening houden met de ziekte of de plaag in het bomenbeheer zonder dat er onaanvaardbare risico’s ontstaan voor de openbare ruimte of volksgezondheid”. Het beheer richt zich niet op het bestrijden van de ziekte, het terugdringen van de infectiedruk of het uitroeien van het plaaginsect.
Inhoud Boomziekten 1. 2. 3. 4.
Iepziekte Paardenkastanjebloedingsziekte Massaria Essentaksterfte
blz
3 5 10 12
Boomplaaginsecten 1. Eikenprocessierups 2. Eikenspintkever
Inhoud
15 17
2
1. Iepziekte Het beheren van de iepziekte is een belangrijke taak van gemeente Deventer. Afspraken tussen gemeente Deventer en het Deventer Groenbedrijf over het verwijderen van aangetaste iepen zijn vastgelegd in dit protocol. Melding zieke iepen Gemeente => DGB Gemeente Deventer meldt via het meldingensysteem en per email de zieke te verwijderen iepen aan DGB. De melding bevat de volgende gegevens: Locatie zieke iep Diameter van de te kappen boom Herplant ja / nee? Herplant op dezelfde locatie of elders? Stobbe frezen ja/nee Wanneer de boom geregistreerd staat in dgDialog ook het boomnummer. DGB => Gemeente Door DGB opgemerkte zieke iepen worden alvorens te worden verwijderd, per e-mail doorgegeven aan de groenbeheerder van gemeente Deventer. (Bert Prummel;
[email protected] / Marcel Wenker
[email protected]). Deventer kan op deze wijze registreren en muteren waar iepen gekapt worden. De melding bevat de volgende gegevens: Locatie zieke iep Diameter van de te kappen boom Boomnummer van de boom Nadat DGB deze bomen heeft doorgegeven aan de gemeente, kunnen ze gekapt worden. Ter registratie wordt door gemeente Deventer alsnog een melding gemaakt via het meldingensysteem. Alleen geregistreerde bomen moeten gemeld worden aan Gemeente Deventer. Zieke iepen in bosplantsoen kunnen zonder melding verwijderd worden, mits ze niet geregistreerd zijn in dgDialog. Termijn en methode van verwijdering Binnen 5 werkdagen na het ontvangen van de melding, moet de zieke iep verwijderd zijn. Het verwijderen van de gehele boom met takken en stamstukken gebeurd in 1 werkgang. Er mag geen hout blijven liggen op locatie. Takken worden versnipperd. Snippers en stamstukken worden in een afgedekte aanhanger vervoerd naar de opslaglocatie van DGB. De bast rondom de stobbe wordt tot aan de het maaiveld afgestoken. De ontschilde stobbe kan in de reguliere ‘stobberonde’ verwijderd worden. Verwijderen van stobben moet dusdanig gebeuren dat de stam / wortels niet meer uitlopen. Gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen zijn niet toegestaan. Opslag iepenhout Het DGB heeft een container op de het opslag terrein staan met een inhoud van 30m³. Iepenhout wordt hierin opgeslagen. De container wordt geheel afgedekt met goed sluitend afdekzeil. Zodra de container vol is, wordt deze vervoerd naar een erkend verwerkingsbedrijf. Tijdens transport blijft het hout afgedekt. Registratie Te verwijderen zieke iepen worden door de gemeentelijk groenbeheerder geregistreerd in de vellijst. Hierdoor wordt voor de bomen achteraf alsnog vergunning verleend, en wordt de mutatie in het gemeentelijk beheersysteem uitgevoerd. Herplant wordt meegenomen in de vellijst / herplantlijst. Particulieren Deventer heeft geen actief beleid op het gebied van iepziekte beheersing bij particulieren. Sporadisch kan het voorkomen dat DGB opdracht krijgt tot het verwijderen van een iep op particulier terrein.
Iepziekte
3
Resistent plantmateriaal Er zijn al weer enige tijd goede resistente iepen op de markt. Zieke iepen worden vervangen door resistente soorten. Te denken valt aan Ulmus columnella, Ulmus ‘Rebona’, Ulmus ‘Lobel’ Ulmus ‘Clusius’, Ulmus ‘Dodoens’, Ulmus ‘Regal’, Ulmus ‘San Zanobi’. De gemeente Deventer doet mee aan het gebruikswaarden odnerzoek van Alterra PPO. In Deventer staan op diverse locaties verschillende nieuwe iepenrassen die gemonitord worden en waarbij de groei- en gebruikseigenschappen van de nieuwe rassen in kaart worden gebracht. Communicatie Bij de communicatie zijn de volgende doelgroepen van belang: de interne organisatie, het Deventer Groen Bedrijf, inwoners gemeente Deventer. Interne organisatie De gemeentelijke organisatie moet op de hoogte blijven van het bestaan en de ontwikkeling van de Iepziekte en de mogelijkheden voor het toepassen van resistente soorten. Hierdoor kan verspreiding van de ziekte worden verkomen. De senior adviseur groenbeheer is hiervoor verantwoordelijk. Hierbij is het tevens belangrijk dat het KCC op de hoogte wordt gebracht. De POM’er Groen kan indien het onderwerp actueel is het onderwerp bespreken met de vakwethouder in het wethoudersoverleg. Deventer Groen Bedrijf Het Deventer Groen Bedrijf voert het onderhoud aan de Iepen uit, verwijderd aangetaste iepen en vervoert het hout en slaat het hout op, op de werf. Op het Bomen over Bomen overleg wordt dit onderwerp indien actueel besproken. Het spreekt voor zich dat DGB zal worden geïnformeerd over de inhoud van het protocol. Via de Directievoerder en contractbewaker zullen de afspraken hoe om te gaan met iepziekte gecommuniceerd worden. Inwoners Gemeente Deventer Op de website is onder http://www.deventer.nl/leven/natuur-groen/bomen/iepziekte een algemeen stukje informatie over de ziekte te vinden. Door aanvullenden publicaties in de lokale kranten kunnen burgers gewezen worden op het bestaan van de ziekte. Verdachte bomen gemeld worden bij het KCC. De gemeente onderneemt geen onderhoudacties bij particuliere bomen. Burgers die ongerust zijn over hun eigen bomen kunnen door de Gemeente Deventer wel worden doorverwezen naar een boomverzorgingsbedrijf.
Iepziekte
4
2. Paardenkastanjebloedingsziekte Door bloedingsziekte aangetaste Paardenkastanjes kunnen een veiligheidsrisico’s opleveren. De bloedingsziekte verzwakt de boom. Hierdoor kunnen allerlei houtparasitaire schimmels de bomen versneld ‘aanvallen’ en de houtstructuur nog verder aantasten. Dit kan breuk van tak en, in mindere mate, stam of stamvoet, als gevolg hebben. Dit protocol beschrijft de taken en verantwoordelijkheden met betrekking tot omgang met de Paardenkastanjebloedingsziekte. Vanaf 2008 worden alle paardenkastanjes gecontroleerd op aantasting door de bloedingsziekte. Veroorzaker De Paardenkastanjebloedingsziekte wordt veroorzaakt door een bacterie de Pseudomonas syringae. Over de exacte wijze van besmetting zijn geen verdere gegevens bekend. Symptomen Door bloedingsziekte aangetaste bomen zijn te herkennen aan de volgende symptomen: - Roestbruine vlekken op de stam. Dit kan gaan van enkele vlekjes tot een groot aantal - Stroperige vloeistof die uit de vlekken komt: de boom ‘bloedt’ - Inrotting van de stam net onder de vlekken - Barsten in de stam, zogenaamde barstscheuren - Vroegtijdige vergeling van het blad - Taksterfte of volledig afsterven van de kroon. De bacterie tast zowel jonge als oudere exemplaren aan. Bomen die zijn aangetast door de bloedingsziekte kunnen sneller geïnfecteerd raken en zijn een ideale invalspoort voor houtparasitaire schimmels. De aantasting kent vier gradaties: a) Niet aangetast Er zijn geen visuele kenmerken van de bloedingsziekte zichtbaar op de boom b) Licht aangetast Op de stam van de boom zijn enkele kleine, rood/bruin gekleurde ‘druppels’ (actieve bloedingen) of kleine zwarte ingedroogde druppels (inactieve bloedingen) zichtbaar c) Matig aangetast Verspreid op de stam zijn meerdere plekken met actieve of inactieve bloedingen zichtbaar d) Ernstig aangetast De bloedingsplekken hebben zich concentrisch uitgebreid, waarbij plakkaten ontstaan. Bastweefsel sterft af en er ontstaan scheuren. Maatregelen De voormalige werkgroep Aesculaap heeft een advies samengesteld voor het beheer en het omgaan met paardenkastanjes. In het algemeen geldt de regel: Zieke en gezonde paardenkastanjes zoveel mogelijk met rust laten! Paardenkastanjes worden niet meer gesnoeid, mits dit vanwege veiligheidboomtechnische of verkeerstechnische redenen toch noodzakelijk is. Resistent plantmateriaal De soort en cv’s van Aesculsus hippocastanum, Aesculus x carnea, Aesculus pavia zijn allen kwetsbaar. Van de andere soorten zoals Aesculus flava of Aesculus indica zijn geen gegevens bekend over de mate van kwetsbaarheid voor de bloedingsziekte. Beheerprotocol gemeente Deventer. In de gemeente Deventer staan in totaal 865 (bron DGdialog november 2012). Paardenkastanjes. Het beheer is gericht op: a) “Hoe kunnen we het beste rekening houden met de Paardenkastanjebloedingsziekte in het bomenbeheer gemeente Deventer zonder dat er onaanvaardbare risico’s ontstaan voor de openbare ruimte”. b) “Door jaarlijkse inspectie de ziekte monitoren en mogelijk een trend ontdekken zodat de beheerstrategie voor de komende jaren kan worden bepaald.” Het beheer richt zich niet op het bestrijden van de ziekte of het terugdringen van de infectiedruk. Er zijn nog onvoldoende onderzoeksgegevens bekend waaruit zou blijken dat beheermaatregelen bijdragen aan het verminderen van infectiedruk of bestrijding van de ziekte.
Paardenkastanjebloedingsziekte
5
In het beheer houden we rekening met de landelijke en internationale praktijkadviezen, met praktische uitvoerbaarheid en kosten. In onderstaand stroomdiagram is af te lezen hoe om te gaan met door bloedingsziekte getroffen paardenkastanjes
Paardenkastanje (ongeacht soort of cultivar)
1. Niet aangetast
2. Licht aangetast
Monitoren ontwikkeling bloedingsziekte en conditie 1 maal per jaar.
3. Matig aangetast
4. Ernstig aangetast
Conditie: normaal of verminderd.
Ja
nee
Nee Rooien c.q. veilig stellen * Ja
Ja
Ja
Secundaire aantasting(en) zichtbaar
Conditie: sterk verminderd / zeer slecht
Ernstige bloedingen over meer dan 80% van de stamomtrek en/of afstervend bastweefsel op gesteltakken
Nee Secundaire aantasting(en) zichtbaar
Inspectie 1 maal per jaar
Nee
Bij het bepalen van de beheermaatregel en de urgentie hiervan is de gevaarzetting, dus het gebruik van de ruimte rondom de boom, bepalend.
Paardenkastanjebloedingsziekte
6
Onderhoud Snoei Zieke en gezonde paardenkastanjes zoveel mogelijk met rust laten. Snoei in Paardenkastanjes minimaliseren, mits dit vanwege veiligheid- boomtechnische of verkeerstechnische redenen toch noodzakelijk is. Aangetast materiaal Aangetaste bomen laten staan. Zieke bomen hoeven niet direct te worden gerooid Dode of ernstig zieke kastanjebomen die een gevaar opleveren voor de omgeving, moeten worden verwijderd. Dit kan door het materiaal te verbranden of te composteren. Vervoer alle materiaal van aangetaste kastanjes (incl. takhout en snippers) uitsluitend afgedekt. Aangetast materiaal van kastanjes op vergelijkbare wijze verwerken en opslaan als aangetast iepenhout. Het DGB heeft een container op de het opslag terrein staan met een inhoud van 30m³. Iepenhout en Paardenkastanjehout wordt hierin opgeslagen. De container wordt geheel afgedekt met goed sluitend afdekzeil. Zodra de container vol is, wordt deze vervoerd naar een erkend verwerkingsbedrijf. Tijdens transport blijft het hout afgedekt. Inspecties / VTA Voor het verkrijgen van een beeld van omvang en verspreiding van de bloedingsziekte moeten alle locaties worden vastgelegd en gevolg. De inspectiegegevens worden vastgelegd door DGB in GEOVISIA. Alle Paardenkastanjes worden jaarlijks geïnspecteerd. De gemeente Deventer levert jaarlijks een bestand aan (Shape-file) bij DGB met de te inspecteren Paardekastanjes. Aan de hand van de shapefile kan DGB met behulp van GEOVISIA alle bomen van de soort ‘Aesculus’ inspecteren op mate van aantasting (gradatie 1 t/m 4) door bloedingsziekte; Na uitvoering van de inspectie wordt door DGB een shapefile aangeleverd aan de groenbeheerders van de gemeente. De groenbeheerders en de contractbewaker controleren de inspectiegegevens en geven vervolgens aan gegevensbeheer de opdracht om de gegevens in te voeren in DGdialog. De verantwoordelijkheid hiervoor ligt bij de groenbeheerders. Gebaseerd op de inspectiegegevens kan er een jaarlijkse rapportage worden gemaakt over de mate van aantasting en kan er een algemeen beheeradvies worden gegeven. Tevens kan de beheerstrategie voor het komende jaar worden bepaald. Gebaseerd op de mate van aantasting, kan indien gewenst per boom of straat (afhankelijk van de situatie) een beheeradvies worden opgesteld. Bij de inventarisatie wordt gebruik gemaakt van het inventarisatieformulier zoals opgesteld in samenwerking met DGB. Dit inventarisatieformulier is bijgevoegd bij dit protocol. Groeiplaatsverbetering Optimaliseren van de groeiplaats van Paardenkastanjes heeft een positief effect op de algehele conditie van de boom. Het is niet aangetoond dat groeiplaatsverbetering de boom beschermd tegen de ziekte of dat de ziekte verdwijnt. Binnen het bestek bomen is beperkt ruimte voor groeiplaatsverbetering bij bomen. Indien noodzakelijk kan deze ruimte ingezet worden voor groeiplaatsverbetering bij Paardenkastanjes. Kappen / vervangen / verplanten Aangetaste bomen laten staan. Zieke bomen hoeven niet direct gerooid te worden; Dode of ernstig zieke kastanjebomen die een gevaar opleveren voor de omgeving, moeten worden verwijderd; De te kappen bomen worden via het reguliere proces ‘Vellijst gemeentelijke beheerbomen’ gekapt en vervangen; Paardenkastanje – ziek of gezond - worden niet verplant.
Paardenkastanjebloedingsziekte
7
Nieuwe aanplant Nieuwe aanplant kan heel snel ziek worden. Aanplant van ‘Aesculus’ voorlopig stop gezet in Gemeente Deventer; Alleen op locaties waarin het vanuit een visie tot behoud van structuur / ontwerpvisie gewenst is Paardenkastanjes aan te planten worden ziekte bomen vervangen door eenzelfde soort (bijvoorbeeld Brink Deventer).
Bij toepassing van Aesculus op andere locaties altijd de boombeheerser raadplegen voor de laatste stand van zaken omtrent de Bloedingsziekte; Geen Aesculus in monoculturen in lanen of rijen aanplanten.
Particulieren Deventer heeft geen actief beleid op het gebied van beheersing Paardenkastanjebloedingsziekte bij particulieren. Communicatie Bij de communicatie zijn de volgende doelgroepen van belang: de interne organisatie, het Deventer Groen Bedrijf, inwoners gemeente Deventer. Interne organisatie De gemeentelijke organisatie moet op de hoogte blijven van het bestaan en de ontwikkeling van de Paardenkastanjebloedingsziekte. Hierdoor kan verspreiding van de ziekte worden verkomen (bijvoorbeeld door het niet meer toepassen van ‘Aesculus’ in nieuwe plannen) en kunnen verdachte bomen worden opgespoord. De senior adviseur groenbeheer is hiervoor verantwoordelijk. Hierbij is het tevens belangrijk dat het KCC op de hoogte wordt gebracht. De POM’er Groen kan indien het onderwerp actueel is het onderwerp bespreken met de vakwethouder in het wethoudersoverleg. Deventer Groen Bedrijf Het Deventer Groen Bedrijf voert de inspecties van en het onderhoud aan de Paardenkastanjes uit. Op het Bomen over Bomen overleg wordt dit onderwerp indien actueel besproken. Het spreekt voor zich dat DGB zal worden geïnformeerd over de inhoud van het protocol. Via de Directievoerder en contractbewaker zullen de afspraken hoe om te gaan met bomen van de soort ‘Aesculus’ gecommuniceerd worden. Inwoners Gemeente Deventer Op de website is onder http://www.deventer.nl/leven/natuur-groen/bomen/kastanjebloedingsziekte een algemeen stukje informatie over de ziekte te vinden. Door aanvullenden publicaties in de lokale kranten kunnen burgers gewezen worden op het bestaan van de ziekte. Verdachte bomen gemeld worden bij het KCC. De gemeente onderneemt geen acties bij particuliere bomen. Burgers die ongerust zijn over hun eigen bomen kunnen door de Gemeente Deventer wel worden doorverwezen naar een boomverzorgingsbedrijf.
Paardenkastanjebloedingsziekte
8
Bijlage Inventarisatieformulier Paardenkastanjebloedingsziekte Voor het inspecteren van de bloedingsziekte is een paspoort ontwikkeld. De volgende gegevens worden bijgehouden: - Identiek Id nummer boom - wijk - straatnaam - sortiment - algemeen kwaliteit - algemeen stamdiameter - algemeen standplaats o verharding o beplanting o gras - algemeen conditie o normaal o verminderd o sterk verminderd o zeer slecht - algemeen kastanjeziekte o niet aangetast o licht aangetast o matig aangetast o ernstig aangetast - algemeen secundaire aantastingen o ja o nee - algemeen urgentie o laag o gemiddeld o hoog - algemeen opmerkingen - algemeen inspecteur - algemeen datum
Paardenkastanjebloedingsziekte
9
3. Massaria Veroorzaker De Massariaziekte bij platanen wordt veroorzaakt door de schimmel Splanchnonema platani. De ziekte veroorzaakt een snel optredende houtrot in de takken van de bomen, met takbreuk als gevolg. De schimmel bevindt zich altijd aan de bovenzijde van de tak en is daarom vrijwel niet te zien vanaf de grond. Symptomen Bij de Massariaziekte komt men twee soorten van schade tegen. In enkele gevallen sterft de gehele tak af. De aantasting kan worden herkent aan het vroegtijdige bladverlies in de groeiperiode. In veel gevallen echter sterft eerst slechts een streepvormig gebied aan de bovenzijde van de tak af. Op deze takken ziet men langgerekte schors- en cambiumscheuren, die doorgaans een kwart tot de helft van de takomtrek bedekken. De breedste plaats met scheuren bevindt zich daarbij doorgaans direct in de omgeving van de takaanhechting. De kort geleden afgestorven schors wordt helrood tot roze en kan slechts door ervaren boomverzorgers met een redelijke betrouwbaarheid worden vastgesteld. Na enkele weken zijn de afgestorven takdelen al scherp afgegrensd van het nog levende weefsel en daardoor een stuk eenvoudiger te herkennen. Onder de verkleurde, afgestorven bast is het hout ook afgestorven en verkleurd. Enkele maanden na het afsterven vertoont de schors scheuren en breekt in stukken af. Het zich daaronder bevindende houtoppervlak vertoont, in tegenstelling tot het normaal lichtgekleurde dode hout van platanen, aan het oppervlak een opvallende koffiebruine kleur met lichter gevlekte delen. De dwarsdoorsnede van het afgestorven hout van de aangetaste tak is meestal grauw verkleurd. De houtrot die de schimmel veroorzaakt zorgt voor een snelle afname van de stevigheid van het hout, vooral met betrekking tot de trekvastheid. Daardoor breken zelfs takken af waarbij slechts het bovenste derde deel van de takdoorsnee is aangetast door respectievelijk hun eigen gewicht en door de wind. Zowel het afsterven van de schors als ook de houtrot kunnen zich in een snel tempo voltrekken, hetgeen bij platanen ongewoon is Maatregelen De schimmel verspreidt zich snel en over grote afstanden door de windgedragen sporen. Het verwijderen van aangetaste bomen, takken of gevallen blad zal onvoldoende effect hebben op de ontwikkeling en verspreiding van de schimmel. De infectiedruk op nog gezonde bomen zal nauwelijks effectief minder worden door aangetaste takken snel te verwijderen. Er is geen effectieve, praktisch uit te voeren bestrijdingsmethode voor de schimmel in de groene ruimte. Verwijderen van taken wordt gedaan vanuit het oogpunt van veiligheid. Ook het schoonmaken van machines en gereedschappen waarmee aangetaste bomen zijn bewerkt zal onvoldoende helpen tegen verdere uitbreiding. Resistent plantmateriaal Er zijn geen resistente Platanen. Beheerprotocol gemeente Deventer. Bomen ouder dan 30 jaren vormen een theoretisch risico. In deze bomen kunnen takken dikker dan 4 centimeter voorkomen die aangetast zijn met Massaria. Het beheer is gericht op de vraag “Hoe kunnen we het beste rekening houden met Massaria in het bomenbeheer gemeente Deventer zonder dat er onaanvaardbare risico’s ontstaan voor de openbare ruimte.” Het beheer richt zich niet op het bestrijden van de ziekte of het terugdringen van de infectiedruk. In het beheer houden we rekening met de landelijke en internationale praktijkadviezen, met praktische uitvoerbaarheid en kosten. Bij het beheren van de Massariaziekte wordt een selectie gemaakt uit het platanenbestand gebasserd op leeftijd en naar standplaats in relatie tot gevaarzetting. Deze twee factoren bepalen welke platanen geïnspecteerd worden. Controleren en aangetaste takken snoeien is de enige bestrijdingsmethode.
Massaria
10
Inspecties / VTA Er worden bij 50 Platanen jaarlijks extra inspecties uitgevoerd waarbij met behulp van een hoogwerker de takken aan de bovenkant visueel worden geïnspecteerd op aantasting met Massaria. De gemeente Deventer levert jaarlijks een bestand aan (Shape-file) bij DGB met de te inspecteren Platanen. Aan de hand van de shapefile kan DGB met behulp van GEOVISIA de bomen inspecteren op aantasting door Massaria; Na uitvoering van de inspectie wordt door DGB een shapefile aangeleverd aan de groenbeheerders van de gemeente. De groenbeheerders en de contractbewaker controleren de inspectiegegevens en geven vervolgens aan gegevensbeheer de opdracht om de gegevens in te voeren in DGdialog. De verantwoordelijkheid hiervoor ligt bij de groenbeheerders. Gebaseerd op de inspectiegegevens kan er een jaarlijkse rapportage worden gemaakt over de mate van aantasting en kan er een algemeen beheeradvies worden gegeven. Tevens kan de beheerstrategie voor het komende jaar worden bepaald. Gebaseerd op de mate van aantasting, kan indien gewenst per boom of straat (afhankelijk van de situatie) een beheeradvies worden opgesteld. Zwaar gevaarlijk dood hout moet worden verwijderd. Onderhoud Platanen worden meegenomen in het reguliere snoeionderhoud. Indien uit de inspecties blijkt dat er sprake is van aangetaste takken dikker dan 4 centimter moeten deze worden verwijderd. Kappen / vervangen De aanwezigheid van Massaria is geen reden om de boom te vellen. Nieuwe aanplant Zowel Platanus x hispanica als Platanus orientalis kunnen worden toegepast. Let bij ontwerpen en plannen wel op dat Platanen niet op potentieel risicovolle locaties worden gepland. Communicatie Bij de communicatie zijn de volgende doelgroepen van belang: de interne organisatie, het Deventer Groen Bedrijf. Interne organisatie De gemeentelijke organisatie moet op de hoogte blijven van het bestaan en de ontwikkeling van Massaria. De senior adviseur groenbeheer is hiervoor verantwoordelijk. De POM’er Groen kan indien het onderwerp actueel is het onderwerp bespreken met de vakwethouder in het wethoudersoverleg. Deventer Groen Bedrijf Het Deventer Groen Bedrijf voert de inspecties en het onderhoud aan de Platanen uit. Op het Bomen over Bomen overleg wordt dit onderwerp indien actueel besproken. Het spreekt voor zich dat DGB zal worden geïnformeerd over de inhoud van het protocol. Via de Directievoerder en contractbewaker zullen de afspraken hoe om te gaan met bomen van de soort ‘Platanus’ gecommuniceerd worden. Inwoners Gemeente Deventer Informeren van inwoners is niet noodzakelijk.
Massaria
11
4. Essentaksterfte Veroorzaker De essentaksterfte wordt veroorzaakt door een morfologische en genetisch afzonderlijke nieuwe soort schimmel Hymenoscyphus pseudoalbidus. In de late zomer produceert de schimmel vruchtlichamen op afgevallen blad. Vanaf deze periode kunnen ook gezonde bladeren geïnfecteerd raken. Toch blijkt het voorjaar de belangrijkste infectieperiode te zijn. Symptomen Bomen van alle leeftijden kunnen aangetast worden. De symptomen zijn: - Verwelking van jonge scheuten tijdens de zomer, soms vergezeld van zwartachtige verkleuring van de bladstelen, bastnecrose, vroegtijdige bladval en terugsterven van houtige twijgen; - In het vroege voorjaar zijn verder roodachtige verkleuringen van de afgestorven bast zichtbaar, die veroorzaakt worden door 1-jarige kankers; - Gedurende één of meerdere jaren ontwikkelen de aangetaste bomen opvallende afstervingssymptomen en instervende kroontakken. Tegelijkertijd kunnen de bomen opnieuw uitlopen in de lagere gedeelten van de kroon en stam. Jonge aangetaste bomen gaan meestal binnen een paar jaren dood. De ziekte hoeft niet fataal te zijn voor de oudere bomen. De oudere bomen vertonen veelal een chronisch ziekteproces. Pas op met de symptomen; verwelken van het blad en jonge scheuten, afsterven van uitlopers, en vroegtijdige bladval. Dit zijn symptomen die ook door Verticillium worden veroorzaakt. Zeker zo tegen de herfst zijn die heel algemeen (Verticillium komt veel voor en wordt tegen de herfst op heel veel plaatsen zichtbaar) maar veel essen herstellen zich daar volgend jaar weer van). De echt karakteristieke symptomen van essentaksterfte zijn de verkleuringen en het afsterven van de bast (niet schors) in combinatie met het afsterven van scheuten en het genoemde chronische proces van langzaam verder achteruitgaan van de boom. Maatregelen De schimmel verspreidt zich snel en over grote afstanden door de windgedragen sporen. Het verwijderen van aangetaste bomen, takken of gevallen blad zal onvoldoende effect hebben op de ontwikkeling en verspreiding van de schimmel. De infectiedruk op nog gezonde bomen zal nauwelijks effectief minder worden door sterk aangetaste essen snel te verwijderen. Er is geen effectieve, praktisch uit te voeren bestrijdingsmethode voor de schimmel in de groene ruimte. (bron: bosschap, praktijkadvies essentaksterfte 17 september 2012)
Ook het schoonmaken van machines en gereedschappen waarmee aangetaste bomen zijn bewerkt zal onvoldoende helpen tegen verdere uitbreiding. Resistent plantmateriaal Momenteel is het gebruik van Fraxinus excelsior, Fraxinus angustifolia en hun cultivars problematisch. Alterra heeft uit zo'n tweehonderd klonen van Fraxinus excelsior een aantal klonen weten te destilleren die aardig resistent zijn. Daaronder bevinden zich klonen die nog niet in de handel zijn opgenomen. Deze kunnen door boomkwekers gebruikt worden om op te kweken tot resistentie cv’s van Fraxinus excelsior. Dit proces zal nog enkele tientallen jaren duren. Enkele bekende handelsklonen met wisselende resultaten zijn ‘Altena’, ‘Atlas’, ‘Westhof’s Glorie’, en ‘Eureka’. Nader onderzoek is nodig om de mate van resistentie van deze soorten vast te stellen. Volledig resistent zijn Fraxinus ornus, Fraxinus pennsylvanica en Fraxinus americana.
Essentaksterfte
12
Beheerprotocol gemeente Deventer. In de gemeente Deventer staan in totaal 2.742 essen. Hiervan zijn 2.517 stuks Fraxinus excelsior en/of angustifolia en hun cv’s (bron DGdialog november 2012). Het beheer is gericht op de vraag “Hoe kunnen we het beste rekening houden met de essentaksterfte in het bomenbeheer gemeente Deventer zonder dat er onaanvaardbare risico’s ontstaan voor de openbare ruimte.” Het beheer richt zich niet op het bestrijden van de ziekte of het terugdringen van de infectiedruk. Uit het praktijkadvies essentaksterfte 17 september 2012van het Bosschap blijkt dat beheermaatregelen niet bijdragen aan het verminderen van infectiedruk of bestrijding van de ziekte. In het beheer houden we rekening met de landelijke en internationale praktijkadviezen, met praktische uitvoerbaarheid en kosten. Onderhoud Beperkt de stress op essen; Stel werkzaamheden uit die de (groeiplaats)omstandigheden van de essen beïnvloeden; Knotwerkzaamheden uitstellen; Snoeiwerkzaamheden in gezonde essen in lanen en straten minimaliseren, alleen als het uit oogpunt van veiligheid niet anders kan. Beperk snoei tot het verwijderen van dood hout en indien strikt noodzakelijk het opkronen van de boom. Verder geen kroonsnoei in gezond hout uitvoeren. Blad wordt op de reguliere manier geruimd via de Deventer bladactie. Inspecties / VTA Er worden geen extra inspecties uitgevoerd bij essen om de mate van (eventuele) aantasting met essentaksterfte in beeld te krijgen; Meldingen van burgers, of waarnemingen van (assistent)wijkenbeheerders, beheerders of uitvoerders van DGB worden door de gemeentelijk bomenbeheerders gecontroleerd om vast te stellen of er sprake is van essentaksterfte. De bomenbeheerders bepalen de eventuele beheermaatregelen; Uit de reguliere VTA inspecties (1 x / 6 jaar) moet blijken of de boom is aangetast door essentaksterfte en de mate waarin de boom is aangetast. In de VTA inspectie velden moet de mogelijkheid tot registratie essentaksterfte worden toegevoegd. We onderscheiden 4 gradaties: a) Niet aangetast Er zijn geen visuele kenmerken van de essentaksterfte zichtbaar in de boom b) Licht aangetast Verkleuringen en het afsterven van de bast (niet schors) in combinatie met het afsterven van enkele scheuten. c) Matig aangetast Verkleuringen en het afsterven van de bast (niet schors) in combinatie met het afsterven van meerdere scheuten. Opvallend veel dood hout in de kroon. d) Ernstig aangetast Gedurende één of meerdere jaren ontwikkelen de aangetaste bomen opvallende afstervingssymptomen en instervende kroontakken. Tegelijkertijd kunnen de bomen opnieuw uitlopen in de lagere gedeelten van de kroon en stam. Als uit inspectie of waarnemingen blijkt dat er dood hout in de boom zit, het dode hout verwijderen. Ernstig aangetaste bomen komen op de vellijst. Kappen / vervangen Jonge aangetaste essen in de stedelijke omgeving worden gekapt en vervangen door een resistente soort of door een andere boomsoort; Jonge aangetaste essen in de landschappelijke omgeving worden gekapt en vervangen door een resistente soort of door een andere boomsoort die past bij het karakter van het landschap; Oudere zwaar aangetaste bomen worden vanuit esthetische- en veiligheidsoverwegingen verwijderd en vervangen door een resistente soort of door een andere boomsoort; De te kappen bomen worden via het reguliere proces ‘Vellijst gemeentelijke beheerbomen’ gekapt en vervangen.
Essentaksterfte
13
Nieuwe aanplant Gebruik van Fraxinus excelsior, Fraxinus angustifolia en hun cv’s is problematisch; Zeer terug houdend zijn met het aanplanten van Fraxinus excelsior, Fraxinus angustifolia en hun cv’s. Fraxinus excelsior, Fraxinus angustifolia en hun cv’s alleen aanplanten op locaties waar bladafval door wind gereduceerd kan worden; Bij toepassing van deze soorten altijd de boombeheerser raadplegen voor de laatste stand van zaken omtrent resistentie van de soorten en hun cv’s; Geen essen aanplanten in de buurt van essenbossen of essenhakhout; Geen es in monoculturen in lanen of rijen aanplanten, zolang er geen plantgoed van resistente essen beschikbaar is; Resistent en wel toepasbaar zijn Fraxinus pennsylvanica, Fraxinus americana en Fraxinus ornus. Communicatie Bij de communicatie zijn de volgende doelgroepen van belang: de interne organisatie, het Deventer Groen Bedrijf, inwoners gemeente Deventer. Interne organisatie De gemeentelijke organisatie moet op de hoogte blijven van het bestaan en de ontwikkeling van de Essentaksterfte. Hierdoor kan verspreiding van de ziekte worden verkomen en kunnen verdachte bomen worden opgespoord. De senior adviseur groenbeheer is hiervoor verantwoordelijk. Hierbij is het tevens belangrijk dat het KCC op de hoogte wordt gebracht. De POM’er Groen kan indien het onderwerp actueel is het onderwerp bespreken met de vakwethouder in het wethoudersoverleg. Deventer Groen Bedrijf Het Deventer Groen Bedrijf voert de VTA inspecties en het onderhoud aan de Essen uit. Op het Bomen over Bomen overleg wordt dit onderwerp indien actueel besproken. Het spreekt voor zich dat DGB zal worden geïnformeerd over de inhoud van het protocol. Via de Directievoerder en contractbewaker zullen de afspraken hoe om te gaan met bomen van de soort ‘Aesculus’ gecommuniceerd worden. Inwoners Gemeente Deventer Op de website is nog geen informatie over de ziekte te vinden. Dit moet nog worden opgezet.
Essentaksterfte
14
1. Eikenprocessierups Het voorkomen van de eikenprocessierups (Thaumetopoea processionea) is een jaarlijks terugkerend probleem. Doordat hij steeds vaker voorkomt raakt het natuurlijke evenwicht uit balans en ontstaat er jaarlijks een plaag. De rups is niet schadelijk voor de bomen maar geeft voornamelijk overlast door de aanwezige brandharen. In de periode van mei tot en met juli verspreidt de rups, voornamelijk door verwaaiing, brandharen. Wanneer men met deze brandharen in contact komt veroorzaakt dit jeuk en geeft dit irritaties aan de huid, de ogen en de luchtwegen. Wanneer de rups volgroeid is heeft deze een zwartbruine kop en een zwartgrijs lichaam met een donkergrijze streep op de rug. Ze hebben lange, grijzig witte beharing. Vooral het gedrag van de eikenprocessierups is kenmerkend, wanneer ze "in processie" tegen de stam van eiken te vinden zijn. Ook de nesten van wit spinsel zijn goed te herkennen. De rupsen komen vooral voor in Europese eiken. Bij een hoge infectiedruk komt de rups ook voor op Amerikaanse soorten. Bestrijding Om de overlast zoveel mogelijk te beperken voert gemeente Deventer twee verschillende bestrijdingsmethodes uit. Preventieve bestrijding Zodra de blaadjes aan de bomen komen wordt er op verschillende locaties gestart met de preventieve bestrijding. Een biologisch bestrijdingsmiddel Bacillus thuringiensis ssp aizawai, wordt met behulp van een benevelingsapparaat op het blad van de eiken gespoten. Wanneer de rupsen van de blaadjes eten zullen zij voordat zij brandharen ontwikkelen sterven. Gemeente levert jaarlijks een bestand aan bij DGB met daarop aangegeven de preventief te behandelen eiken. Het middel wordt voornamelijk ingezet in de stad en niet in het buitengebied. Het middel wordt niet ingezet in ecologisch waardevolle gebieden. Het middel is niet schadelijk voor de gezondheid. Reactieve bestrijding De gemeente bestrijdt de rupsen door ze weg te zuigen en vervolgens te verbranden (dit gebeurd door één en dezelfde machine). Vanwege de verwachte hoge aantallen rupsen concentreren we ons met de reactieve bestrijding op gebieden met een hoge gebruikersintensiteit. Via het meldingsysteem MOZART komen meldingen over eikenprocessierups direct bij DGB. Er zijn afspraken gemaakt over de reactietermijn. Ontvangen meldingen van overlast moeten vanaf het tijdstip van digitale ontvangst door de aannemer met de volgende prioriteit worden behandeld: 1. Gebieden waar veel mensen komen of langdurig verblijven, bijv. scholen, ziekenhuizen, winkelcentra, speelplekken en zwembaden binnen 2 werkdagen na melding. 2. Hoofdwegen, fietspaden en belangrijke verkeerverbindingen binnen 3 werkdagen na melding 3. Gebieden waar weinig mensen komen, bestrijding vindt alleen plaats als overlast niet vermijdbaar is binnen 5 werkdagen na melding. We bestrijden niet in de Douwelerkolk, het buitengebied met uitzondering van bovengenoemde categorieën en op particuliere gronden. Aanplant Het doel van het beheer van bomen in gemeente Deventer is een gevarieerd, duurzaam, veilig en gezond bomenbestand. Het aanplanten van monoculturen van Eik in stad of lanen in het buitengebied moet worden voorkomen. Tevens moet er zeer kritisch worden gekeken naar het aanplanten van eiken bij risicolocaties waar veel mensen komen of langdurig verblijven, bijv. scholen, ziekenhuizen, winkelcentra, speelplekken en zwembaden
Eikenprocessierups
15
Communicatie Bij de communicatie zijn de volgende doelgroepen van belang: de interne organisatie, het Deventer Groen Bedrijf, inwoners gemeente Deventer. Interne organisatie De gemeentelijke organisatie moet op de hoogte blijven van het bestaan en de ontwikkeling van de Eikenprocessierups. De adviseur groenbeheer is hiervoor verantwoordelijk. Hierbij is het tevens belangrijk dat het KCC op de hoogte wordt gebracht. De POM’er Groen kan indien het onderwerp actueel is het onderwerp bespreken met de vakwethouder in het wethoudersoverleg. Deventer Groen Bedrijf Het Deventer Groen Bedrijf is verantwoordelijk voor de uitvoering van de eikenprocessierups bestrijding en voor het afhandelen van de meldingen. In het uitvoeringsoverleg, bomen over bomen overleg en gedurende het ‘bestrijdingsseizoen’ wordt over dit onderwerp gesproken. Het spreekt voor zich dat DGB zal worden geïnformeerd over de inhoud van het protocol. Via de Directievoerder en contractbewaker zullen de afspraken over eikenprocessierups gecommuniceerd worden. Inwoners Gemeente Deventer Inwoners worden geïnformeerd via de website http://www.deventer.nl/leven/natuurgroen/bomen/eikenprocessierups in de locale kranten wordt ook aandacht besteed aan het onderwerp. Er is een folder beschikbaar over het onderwerp .
Eikenprocessierups
16
2. Eikenspintkever De eikenspintkever (Scolylus intricatus) is een bastvreter met een voorkeur voor eikensoorten, maar ook in andere boomsoorten komt hij voor. De kever maakt een vraatgang in de bast, vanuit deze hoofdgang maakt hij meerdere zijgangen. Vanuit deze gang vreten larven zogenaamde larvengangen, deze zijn lang en liggen dicht bij elkaar. Pas geplante bomen worden hierdoor geringd en sterven af. Door het vele vreten van de kevers kan veel schade, onder andere het uitbreken van takken, aan eiken ontstaan. De kevers komen vooral af op jonge bomen en bomen in stress-situaties. Bestrijding Door de stam van eiken, tot aan de gesteltakken, in te smeren of te bespuiten met ESK ontstaat een barrière waardoor de kever de bast niet meer kan beschadigen. Het is een natuurlijk afdekmiddel wat makkelijk kan worden aangebracht. ESK is samengesteld uit diverse plantextracten, en gebonden met een natuurlijke lijmsoort. Het middel blijft ministens 3 maanden op de bast zitten. (Bron; http://www.greenguard.nl/eikenspintkever)
Alle jonge aanplant van eiken, zowel inboet aanplant in projecten of aanplant vanuit beheer, moeten in het eerste jaar twee keer behandeld worden met ESK, in het tweede jaar één keer. In jaar één vindt de behandeling plaats in april en augustus, in jaar twee in april. Communicatie Bij de communicatie zijn de volgende doelgroepen van belang: de interne organisatie, het Deventer Groen Bedrijf, inwoners gemeente Deventer. Interne organisatie De gemeentelijke organisatie moet op de hoogte blijven van het bestaan en de ontwikkeling van de Eikenspintkever. Hierdoor kan aantasting worden geminimaliseerd. Deventer Groen Bedrijf Het Deventer Groen Bedrijf plant bomen aan en behandeld de bomen met ESK. Op het Bomen over Bomen overleg wordt dit onderwerp indien actueel besproken. Het spreekt voor zich dat DGB zal worden geïnformeerd over de inhoud van het protocol. Via de Directievoerder en contractbewaker zullen de afspraken hoe om te gaan met jonge eiken aanplant. Inwoners Gemeente Deventer Informeren van inwoners is niet noodzakelijk.
Eikenspintkever
17