Programma van Toetsing en Afsluiting
4 vwo 2015 – 2016
Inhoudsopgave:
Maatschappijleer
3
CKV
5
Lichamelijk opvoeding
7
programma van toetsing en afsluiting 4 vwo 2015 - 2016
Programma van toetsing en afsluiting voor het vak Maatschappijleer Boek:
: Dilemma, maatschappijleer (1e druk)
I TOETSEN periode 1 onderwerp duur vorm gewicht leerstof sbu
: : : : : :
Parlementaire Democratie 100 minuten schriftelijk zie cijferbepaling Dilemma Hoofdstuk 1 20
periode 2 onderwerp duur vorm gewicht leerstof sbu
: : : : : :
Rechtsstaat 100 minuten schriftelijk zie cijferbepaling Dilemma Hoofdstuk 2 20
periode 3 onderwerp duur vorm gewicht leerstof sbu
: : : : : :
Verzorgingsstaat en Pluriforme Samenleving 100 minuten schriftelijk zie cijferbepaling Dilemma Hoofdstuk 3 en 4 20
II PRAKTISCHE TOETSEN In het kader van het vak maatschappijleer worden er naast de theoretische toetsen ook verschillende praktische opdrachten gemaakt. Het gemiddelde van deze praktische opdrachten telt voor 20% van het eindcijfer. Binnen dit gemiddelde telt het gemiddelde van de p.o.’s 1 keer mee en de h.p.o. 3 keer. Periode 1-3 : 1 of meerdere p.o.’s Sbu : 10 Gewicht : zie cijferbepaling periode 4 duur vorm gewicht leerstof sbu
: : : : :
april-juni (periode 5) schriftelijk of nader te bepalen (=HPO) zie cijferbepaling Onderzoek doen bij maatschappijleer = HPO 30
III ACTUALITEITENTOETS/HANDELINGSDEEL MAATSCHAPPIJLEER
Actualiteitentoets (10 sbu)
3
programma van toetsing en afsluiting 4 vwo 2015 - 2016
Verder worden er gedurende het gehele jaar 6 actualiteitstoetsen afgenomen. Deze zijn niet te herkansen en worden niet aangekondigd. Het rekenkundig gemiddelde van die 5 cijfers vormt 20% van het eindcijfer. Presentatie actualiteitentoets: Iedere leerling verzorgt (alleen of in tweetallen) in de loop van het schooljaar een korte klassikale presentatie betreffende een actueel nieuwsfeit. Deze presentatie bestaat uit een powerpoint-presentatie. Het cijfer vormt 10% van het eindcijfer. IV CIJFERBEPALING Eindcijfer maatschappijleer berekenen: De weging bij maatschappijleer is: 80% theorietoetsen en 20% praktische opdracht. (cijfers gemiddelde theoretische toetsen x 5 + cijfer actualiteitstoetsen x 2 + gemiddelde cijfer praktische opdrachten x 2 + cijfer presentatie x 1) Cijfervoorbeeld
Cijfer weging
T1 6,8 1
T2 6,7 1
T3 8,1 1
T4 5,4 1
cijfer weging
Tgem 6,8 5
P1 7,8 2
Act.toetsen 6,7 2
Presentatie 7,5 1
Eindcijfer: (6,8 x 5) + (7,8 x 2) + (6,7 x 2) + (7,5 x 1)/10 = 7,05 = 7 Bewaren van examendossier: De theoretische toetsen en praktische opdrachten maken deel uit van het examendossier, deze worden door de docent bewaard. N.B. periode maatschappijleer valt niet samen met een periode voor het rapport.
4
programma van toetsing en afsluiting 4 vwo 2015 - 2016
Programma van toetsing en afsluiting voor het vak CKV EXAMENDOSSIER periode 1 duur vorm onderwerp
: : : :
gewicht leerstof sbu’s
: : :
periode 2 duur vorm
: : :
onderwerp
:
gewicht leerstof sbu’s
: : :
periode 3 duur vorm
: : :
onderwerp
:
gewicht leerstof sbu’s
: : :
periode 4 duur vorm
: : :
onderwerp gewicht leerstof sbu’s
: : : :
september / oktober / november 8 à 9 weken inleveren van kunstdossier met de onderdelen voor discipline A Kunstdossier van de leerling in discipline A op het gebied van kunst bekijken, ervaren en zelf doen. Bestaat uit : Kunstautobiografie, verslag culturele activiteit 1 en uitvoering praktische opdracht 1 (of gedeelte daarvan afhankelijk van indeling periode) n.v.t. zowel theoretische als praktische inhouden 30 november / december / januari 8 à 9 weken inleveren van het kunstdossier met de afrondende onderdelen voor discipline A, en de beginonderdelen van discipline B op het gebied van kunst bekijken, ervaren en zelf doen het kunstdossier van de leerling in discipline A: bestaat uit verslag culturele activiteit 1 en 2 , uitvoering praktische opdracht 1 en 2. Het begin van discipline B: bestaat uit verslag culturele activiteit 1 en uitvoering praktische opdracht 1 (of gedeelte daarvan afhankelijk van indeling periode) n.v.t. zowel theoretische als praktische inhouden 30 februari / maart / april 8 à 9 weken inleveren van kunstdossier met de onderdelen voor discipline B op het gebied van kunst bekijken, ervaren en zelf doen het kunstdossier van de leerling in discipline B: bestaat uit verslag culturele activiteit 1 en 2 en uitvoering praktische opdracht 1 en 2 n.v.t. zowel theoretische als praktische inhouden 30 april / mei / juni 6 à 7 weken een eindproduct dat wordt bedacht en uitgevoerd in groepsverband (ca. 6 leerlingen). Afronding vindt plaats door een presentatie van dit eindproduct aan alle CKV deelnemers en CKV docenten op één van de twee presentatiemiddagen een door de groep zelf gekozen thema (in overleg met docent) n.v.t. vooral praktische inhouden 20
5
programma van toetsing en afsluiting 4 vwo 2015 - 2016
Schema opzet CKV klas 4: periode 1
Discipline* A
2 3 4
A+B B Allen
Thema Bepaald door docent Idem idem eigen keus
cult.activiteiten 2 (discipline A)
Sbu’s 30
(discipline A + B) 2 (discipline B) geen
30 30 20
Contacttijd 16 lesuren 16 lesuren 16 lesuren 12 lesuren
* De leerling kan kiezen uit 6 disciplines (muziek, drama, dans, foto, design en beeldend) waarvan hij/zij er dus 2 kiest, de laatste periode is een opdracht waarbij de leerling in een groep van ca. 6 leerlingen een eigen thema kiest en rond dit thema een eindproduct bedenkt en maakt. Presenteren van dit product is onderdeel van de opdracht. Het product moet ambachtelijk en artistiek kwaliteit hebben. Zowel proces als product wegen mee. Het bijwonen van beide presentatiemiddagen is onderdeel van de eindopdracht. *Per discipline (A en B ) worden er twee praktische opdrachten uitgevoerd door leerlingen ter beoordeling voor het kunstdossier. CIJFERBEPALING N.v.t.: de leerling krijgt een “onvoldoende”, “voldoende” of een “goed”, er is dus geen cijfer, waarmee dit vak wordt afgesloten. Het schooljaar is voor CKV 1 ook in 4 periodes opgedeeld, waarin de leerlingen twee afzonderlijke disciplines volgen. Beide disciplines moeten aan het einde naar behoren worden afgerond op basis van een dossier en een eindpresentatie (dus een “onvoldoende” bij de ene discipline kan NIET worden opgehaald met een “goed” bij de andere). Als aan het einde van het schooljaar mocht blijken dat er iets voor het vak CKV1 nog niet in orde is kan de betreffende leerling niet bevorderd worden naar de vijfde klas. De docent / de conrector kan de leerling dus net zo lang middagen terug laten komen tot het werk helemaal naar behoren is gedaan. EXCURSIES EN OVERIGE CULTURELE ACTIVITEITEN Elke leerling is verplicht tot 4 culturele activiteiten voor CKV (twee per discipline verdeelt over periode 1 t/m 3). Hiervan zullen er minimaal twee door de school worden georganiseerd, één activiteit per discipline. De deelname hieraan is dus verplicht, zelfs al vindt de activiteit niet binnen lestijd plaats. De kosten hiervan verschillen nogal, afhankelijk van de activiteit. Leerlingen maken een verslag van de culturele activiteit die ter beoordeling in het dossier wordt opgenomen. Er vindt een tegemoetkoming in de kosten plaats d.m.v. verstrekking van een cultuurkaart waarmee op veel activiteiten korting kan worden verkregen. Per leerling is er een bijdrage van €15,- ter beschikking per schooljaar. Dit bedrag wordt door school besteed. EXAMENDOSSIER Gedurende het schooljaar zal de docent, na inlevering en een “voldoende” of een “goed” bevinding, op school alle onderdelen in het kunstdossier bewaren. Aan het einde van het schooljaar krijgt de leerling dit dossier mee naar huis.
6
programma van toetsing en afsluiting 4 vwo 2015 - 2016
Programma van toetsing & afsluiting Lichamelijke Opvoeding VWO 4 Lesuur 50 minuten, contacturen – Contact Zelf Periode uren studie 1 Zomer – 16 november 10 lesweken
2 november – januari 8 lesweken
3 januari – april 11 lesweken
4 april – juli 12 lesweken
tijd is uitgedrukt in lesuren. Activiteit B: Lesgeven
16
Vrije invulling, afhankelijk van leerlingen en docent B: Lesgeven
22
Vrije invulling, afhankelijk van leerlingen en docent B: Lesgeven
24
Vrije invulling, afhankelijk van leerlingen en docent B: Lesgeven Vrije invulling, afhankelijk van leerlingen en docent
Eindterm
Toetsing Einde van de periode
Einde van de periode
Einde van de periode
Einde van de periode Cijfer voor lesgeven
* Na afronding: aan het einde van de lessenreeks Voor “gymnastiek” gaan we dit jaar al werken voor het eindexamen. Volgens de regels namelijk dient de volledige tweede fase voor L.O. “naar behoren” te worden afgesloten en te worden gewaardeerd met de kwalificaties “voldoende” of “goed”. Gebeurt dit niet dan kan een leerling niet deelnemen aan het centraal eindexamen. Elke leerling doet dus een schoolexamen L.O. Dit examen bestaat uit 1. Praktijk 2. Het maken van theoretische opdrachten in Magister die behandeld zijn in de praktijklessen 3. Het geven van lesdelen aan de medeleerlingen uit je klas
7
programma van toetsing en afsluiting 4 vwo 2015 - 2016
Werkwijze Er wordt gewerkt in blokuren waarbij twee leerlingen het begin en het einde van de les verzorgen d.m.v. een warming up en een eindspel. Daartussen vindt in overleg met leerlingen en docent de invulling van de kern plaats. Deze kan door de docent verzorgd worden, maar ook door leerlingen die ‘hun’ sport willen laten zien of promoten. Beoordeling Al je prestaties zullen ook door de docent worden bijgehouden in Magister. Je wordt beoordeeld op vier punten: 1 2 3 4
Bewegingsvaardigheid Magister – opdrachten Inzet Lesgeefopdracht
ad1 Net als in de Basisvorming geeft de docent je een cijfer voor diverse bewegingsonderdelen, dit levert een gemiddelde cijfer op. 1.0 tot 5.5 = Onvoldoende 5.5 tot 7.5 = Voldoende 7.5 tot 10 = Goed ad2 Daar waar de docent dit nodig vindt kan er naast het praktische gedeelte ook een theoretische opdracht gegeven worden. In voorkomende gevallen geeft tijdens de lessen de docent uitleg over de diverse bewegingen en sporten die terugkomen in de theoretische Magister – opdrachten. In die periode dien je er voor te zorgen dat ook deze opdracht wordt ingeleverd. Zolang de opdracht niet is ingeleverd wordt er in Magister het cijfer ‘1’ genoteerd. ad3 Inzet is een natuurlijk een subjectief begrip. Er worden door ons twee zaken mee bedoeld. Ten eerste de bedoeling om binnen je vermogens maximaal te presteren en ten tweede je attitude t.a.v. jezelf, medeleerlingen en docent. ad4 Het cijfer voor de lesgeefopdracht wordt genoteerd in periode 4. Bij een onvoldoende voor dit onderdeel ga je in overleg met je docent nadat iedereen is geweest op herhaling. Ter verduidelijking bij ad 3: Omdat bij L.O. inzet een onderdeel is van de overgangsnorm wordt dit als volgt omschreven:
Een leerling is elke les aanwezig Een leerling heeft elke les zijn gymspullen & douchespullen bij zich Bij blessure is de leerling dus ook in de les aanwezig. Wanneer deze blessure langer dan drie achtereenvolgende lessen het meedoen verhindert, wordt in overleg met de docent gezocht naar een alternatief om het verlies van deze lessen te compenseren. Dit kan zijn de tijd op vrijdag middag gedeeltelijk inhalen met extra sporten of een theoretische opdracht voor l.o. Bij het missen van 2 of meer lessen per periode vanwege ziekte wordt ook in overleg met de docent gezocht naar een alternatief om het verlies van deze lessen te compenseren. Dit betekent de tijd op vrijdag middag gedeeltelijk inhalen met extra sporten
8
programma van toetsing en afsluiting 4 vwo 2015 - 2016
OVERGANGSNORM Inzet Bewegingvaardigheden
Theoretische opdrachten Lesgeef opdracht
WEGING Voldoende of Goed Onvoldoende, Voldoende of Goed waarbij een onvoldoende gecompenseerd moet worden door een Goed bij Inzet of Dossier. Voldoende of Goed Voldoende of Goed
1X 1X
1X 3X
NB DOSSIER EN INZET MOETEN MINIMAAL VOLDOENDE WORDEN AFGESLOTEN Studielast Voor het VWO 160 klokuren (60 & 60 & 40). Bij LO in de tweede fase is geen zelfstudie gereserveerd. Deze klokuren zijn dus alle contacturen. Ontheffing De directie van het Christiaan Huygens College kan in bijzondere gevallen in overleg met de gymdocent bepalen dat een leerling ontheffing voor (een deel van) de lessen krijgt.
9