Technische Universiteit Delft
Profielschets Hoogleraar Publiek Opdrachtgeverschap in de Bouw (0,4 fte) Technische Universiteit Delft Faculteit Bouwkunde
Inhoud 1. 2. 3. 4.
Inleiding Domein Missie van de leerstoel Positionering van de leerstoel a. Inbedding binnen de afdeling Real Estate & Housing b. Positionering binnen de Faculteit Bouwkunde c. Positionering binnen de TU Delft d. Positionering ten opzicht van andere universiteiten 5. Organisatie van de leerstoel 6. Leeropdracht 7. Werkzaamheden van de leerstoelhouder a. Hoofdtaken b. Onderzoekstaken c. Onderwijstaken 8. Functie-eisen aan de leerstoelhouder
2 2 3 4 4 5 5 6 7 7 7 7 8 8 9
1
1. Inleiding De TU Delft draagt met haar unieke technologische infrastructuur, brede kennisbasis, wereldwijde reputatie en succesvolle alumni significant bij aan verantwoorde oplossingen voor urgente maatschappelijke vraagstukken, zowel nationaal als internationaal. Dit gebeurt door nieuwe, grensverleggende wetenschappelijke inzichten te ontwikkelen die leiden tot de noodzakelijke technologische doorbraken: kennis als product. Centraal hierbij staat - vanuit een perspectief op duurzaamheid – het op wereldniveau tot stand brengen van multidisciplinair onderzoek en ontwerpen. Haar faculteiten en haar unieke grootschalige technische onderzoeksfaciliteiten vormen hierbij een belangrijke basis. Het instellen van een nieuwe leerstoel op het gebied van publiek opdrachtgeverschap in de bouw sluit hier uitstekend bij aan. Eind 2005 namen enkele grote publieke opdrachtgevers het initiatief tot het oprichten van het Opdrachtgeversforum in de Bouw (hierna: het Opdrachtgeversforum; zie ook www.opdrachtgeversforum.nl). Aanleiding was de behoefte om het opdrachtgeverschap tijdens het initiëren en ontwikkelen van bouwprojecten verder te professionaliseren en daarbij vooral de publieke context extra te belichten. De TU Delft was als adviseur (prof. Hans de Jonge) vanaf het eerste uur nauw betrokken bij de oprichting van dit forum, waarbij kennisontwikkeling, kennisuitwisseling, competentieontwikkeling, kwaliteitsborging en belangenbehartiging centraal stonden. Na een evaluatie van de eerste pioniersjaren van het Opdrachtgeversforum werd geconcludeerd dat de resultaten zeer positief waren en verdere doorontwikkeling en verbreding zou moeten plaats vinden. Dit was voor het Opdrachtgeversforum de reden om in samenwerking met de afdeling Real Estate & Housing van de TU Delft een leerstoel Publiek Opdrachtgeverschap in de Bouw te initiëren. Dit document bevat een profielschets voor deze leerstoel. 2. Domein Opdrachtgevers zijn een bepalende actor in de gebouwde omgeving. Zij stellen het ambitieniveau van projecten vast, beslissen over levensduur en vervanging van bouwwerken en zijn van grote invloed op het plan- en bouwproces en daarmee op het innovatief vermogen van de bouwsector. Als opdrachtgevers met een hoog ambitieniveau uitdagende vragen stellen heeft dat verstrekkende betekenis voor de kwaliteit van de gebouwde omgeving in Nederland. Van publieke en semi-publieke opdrachtgevers mag worden verwacht dat publieke en culturele doelen en maatschappelijke vraagstukken een hogere prioriteit krijgen dan bij private opdrachtgevers. De grote publieke opdrachtgevers willen zich opstellen als vernieuwers. Dat veronderstelt dat ook het leren van elkaar nodig is om de maatschappelijke opgave inhoud en praktisch vervolg te geven. Publieke opdrachtgevers zorgen voor gebouwen voor (semi) overheidsorganisaties en publieke infrastructurele voorzieningen. Niet alleen landelijk, maar ook provinciaal, regionaal en lokaal. Infrastructurele voorzieningen zijn niet alleen de voor de hand liggende wegen en kunstwerken, maar ook kabels en leidingen, waterzuiveringsinstallaties, dijken, enzovoort. Daarnaast zorgen zij voor sociale huisvesting van inkomensgroepen, die aangewezen zijn op een huurwoning. Ook de inrichting van de openbare ruimte en het bewaken van het culturele erfgoed hoort tot de opgave van deze opdrachtgevers. Daarmee zijn publieke en semi-publieke opdrachtgevers in al hun verscheidenheid een bepalende inkoopmacht op de vastgoedmarkt en spelen een belangrijke rol in het mooier en beter maken van Nederland. Net als private opdrachtgevers sturen publieke opdrachtgevers product- en 2
procesinnovaties zoals nieuwe contractvormen, nieuwe aanbestedingswijzen en inzet van informatietechnologie. Een specifieke vraag voor het publiek opdrachtgeverschap is de reikwijdte van de verantwoordelijkheid van de opdrachtgever. Opererend in een democratisch bestel zijn transparantie, culturele waarde en verantwoording zeer belangrijk, terwijl tegelijk onderhandeld moet worden met private marktpartijen. Risicobeheersing, cultureel erfgoed en vernieuwing moeten hand in hand gaan. Met name na calamiteiten en in financieel krappere tijden is de verhevigde vraag naar normen en de effectieve toepassing daarvan altijd een issue. Publieke opdrachtgevers werken overwegend met gemeenschapsmiddelen. Ze zijn niet uit op de hoogste rendementen, maar op een goede balans tussen prijs en kwaliteit, tussen initiële kosten en life cycle kosten, tussen functionele eisen en publieke doelen. Bovendien behoren publieke opdrachtgevers integer te handelen. Dat stelt hoge eisen aan de professionaliteit van opdrachtgevers. Niet alleen moeten zij een scherpe opvatting hebben over de doelen van publieke werken en de cultureel maatschappelijke betekenis daarvan, maar ook over de methoden om dat te bereiken. Dat vergt ontwikkeling van theoretisch doordachte methodieken. Bovendien moet het lerend vermogen van organisaties in de bouw verbeterd worden. Als lid van de Europese Unie hebben opdrachtgevers in de publieke sector te maken met zowel nationale als internationale wet- en regelgeving. Vooral het Europese aanbestedingsrecht heeft veel invloed op de manier waarop opdrachtgevers hun opdrachten in de markt kunnen en willen zetten. De laatste jaren is een trend te zien naar geïntegreerde contracten die een verschuiving van de relatie tussen de opdrachtgever en de opdrachtnemer veroorzaken. Opdracht geven wordt, zeker in de publieke sector, steeds mee gezien als een specifiek vakgebied. Dit vakgebied vraagt om afstemming van en sturing op verschillende niveaus, om integratie van verschillende fasen (initiatief en planvorming/ontwikkeling; locatieontwikkeling; ontwerp; realisatie; exploitatie, beheer en herontwikkeling) en afstemming van verschillende beleidssectoren en specialismen. Afstemming en sturing die bovendien vaak plaats moeten vinden binnen ingewikkelde besluitvormingsprocessen. Binnen deze besluitvorming moet verantwoording worden afgelegd aan een verscheidenheid aan belanghebbenden en worden voldaan aan de rechten en plichten die de opdrachtgever worden opgelegd. Door deze toenemende complexiteit neemt de vraag naar professionalisering van dit vakgebied toe. 3. Missie van de leerstoel De missie van de leerstoel Publiek Opdrachtgeverschap in de Bouw is het professionaliseren en wetenschappelijk ontwikkelen van het vakgebied dat behoort bij het verlenen en begeleiden van opdrachten voor gebouwen en infrastructurele voorzieningen. Hierbij ligt de nadruk op de (semi) publieke sector. Deze missie komt voort uit de bundeling van de belangen van de bij de leerstoel betrokken partijen. De afdeling Real Estate &Housing van de Faculteit Bouwkunde aan de TU Delft heeft tot doel om vanuit het perspectief van de gebruiker en een veranderende context een bijdrage te leveren aan verbetering van de kwaliteit van de gebouwde omgeving. Het Opdrachtgeversforum wil graag een bijdrage leveren aan het professionaliseren van het opdrachtgeverschap van (semi)publieke organisaties en zo te werken aan een beter functionerende bouwsector. Deze perspectieven sluiten uitstekend op elkaar aan.
3
4. Positionering van de leerstoel a. Inbedding binnen de afdeling Real Estate & Housing De Faculteit Bouwkunde van de TU Delft bestaat thans uit vier afdelingen: Architecture, Architectural Engineering + Technology, Urbanism en Real Estate & Housing. Het onderzoeksinstituut OTB zal in de toekomst ook deel uitmaken van de Faculteit Bouwkunde. De afdeling Real Estate & Housing bestaat uit vier secties: Design & Construction Management (DCM), Real Estate Management (REM), Urban Area Development (UAD) en Housing (H). Daarnaast bevat de afdeling twee ‘fundamentals’ die een specifiek vakgebied bedekken: bouweconomie en bouwrecht. De leerstoel Publiek Opdrachtgeverschap zal ondergebracht worden bij de sectie Design & Construction Management (DCM). De kernleerstoel Design & Construction Management heeft als leeropdracht sturingsvraagstukken in de ontwikkelings- en realisatiefase van het bouwproces van bouwwerken met als specifiek aandachtsgebied bouwprocesinnovatie. De kernleerstoel integreert de thema’s ontwerpmanagement en kosten-kwaliteit op gebouwniveau in de ontwikkelings- en realisatiefase. Bouwprocesinnovatie richt zich onder meer op een betere ketensamenwerking tussen partijen in de bouw en kan onder andere tot stand komen wanneer opdrachtgevers vragen om meer geïntegreerde bouwprocessen. Actuele maatschappelijke ontwikkelingen vragen om procesinnovaties in de bouw zoals innovatief aanbesteden, publiek private samenwerking, geavanceerde risicobeheersing, risicoverdeling en evenwichtige prijsvorming. De sectie Design & Construction Management bestaat uit een voltijd hoogleraar Design & Construction Management, een deeltijdhoogleraar Bouwrecht met UHD’s die als onderzoeksspeerpunt Design Management, Bouwprocesinnovatie, Design and Decision Systems en Bouwrecht hebben. Tot de staf behoren ook universitair docenten, onderzoekers, promovendi en overig personeel voor de ondersteunende dienstverlening. De secties DCM, REM en UAD werken samen in 1 onderzoeksprogramma: Innovations in Management of the Built Environment (IMBE). De sectie Housing werkt samen met een groot aantal onderzoeksgroepen van het OTB in het onderzoeksprogramma Housing Quality. De afdeling RE&H staat in directe verbinding met drie kenniscentra: het in 2001 opgerichte Center for People and Buildings (CfPB), het in 2002 opgerichte Centre for Process Innovation (CPI) en de in 2006 opgerichte Stichting Kenniscentrum voor Gebiedsontwikkeling (SKG). In Figuur 1 worden de relaties van de afdeling RE&H weergegeven.
Afdeling Real Estate & Housing
Real Estate Management (REM)
Urban Area Development (UAD)
Design & Construction Management (DCM)
Onderzoeksgroep Innovations in the Management of the Built Environment (IMBE)
Housing (H)
OTB Research Institute for the Built Environment
Onderzoeksgroep Housing Quality (HQ)
Figuur 1: Overzicht van de afdeling Real Estate and Housing en de hieraan gerelateerde onderzoeksprogramma’s
4
b. Positionering binnen de Faculteit Bouwkunde De faculteit Bouwkunde draagt heel direct bij aan het oplossen van grote maatschappelijke vraagstukken, vanuit haar ontwerp georiënteerde en praktijk gekoppelde onderzoek en onderwijs. Primair richt de faculteit zich op de kwaliteit van leven in gebouwen, steden en regio’s. Deze kwaliteit is gerelateerd aan aspecten als esthetica, energie-efficiency, landgebruik en waardecreatie. Het heeft impact op de levensstijl van individuen en de sociale, economische en territoriale cohesie van communities. Vanuit deze focus is de faculteit direct geworteld in alle vier de centrale thema’s van de universiteit: Energie, Gezondheid, Leefomgeving en Infrastructuur & Mobiliteit. Op Prinsjesdag 2012 heeft de rijksoverheid de actieagenda architectuur en ruimtelijk ontwerp (AAARO) 2012-2016 gepresenteerd met als ondertitel "Werken aan ontwerpkracht". Deze nota zet sterk in op ruimtelijk ontwerp als belangrijk dragend element bij de ruimtelijke ontwikkeling van ons land en met name ook bij infrastructurele opgaven, zoals kustversterking en mobiliteit. Daarnaast is excellent (publiek) opdrachtgeverschap een belangrijk thema. De nota sluit goed aan bij de inzet van de faculteit BK voor de komende jaren, met de (beoogde) leerstoel voor Publiek Opdrachtgeverschap in samenwerking met het Opdrachtgeversforum, de wens in Architectural Engineering om infrastructuur en architectuur dichter bij elkaar te brengen en de focus op ontwerpend onderzoek in de ruimtelijke opgaven waarvoor ons land zich gesteld ziet. Ook verankert de AAARO de financiering door het Ministerie van I&M van de Bouwkunde-leerstoel "Design as Politics". De faculteit kenmerkt zich door de breedte en integraliteit, ontwerpend denken en de koppeling met de praktijk. De professionals van de faculteit zijn creatief en dwars denkend, grensverleggend en ondernemend, beschikken over academische vaardigheden en praktijkkennis. Ze hebben een groot hart voor onderwijs en zijn trots op en toegewijd aan de faculteit en haar reputatie. De faculteit heeft een wereldwijde aantrekkingskracht onder MSc- en PhD studenten, niet in de laatste plaats dankzij de uitstekende onderwijsfaciliteiten en het gelauwerde gebouw. Het goede tot excellente visitatieresultaat 2011 geeft blijk van de hoge kwaliteit van het onderzoek aan Bouwkunde en OTB. De koppeling met de praktijk is een onlosmakelijk onderdeel van Bouwkunde en uit zich in een relatief groot aantal deeltijdaanstellingen en gastdocenten. Binnen de nieuwe leerstoel zal verbinding worden gezocht met verschillende vakgebieden en afdelingen binnen de Faculteit Bouwkunde. Het gaat hierbij met name om het integreren en bundelen van onderwerpen die binnen het vakgebied vallen maar tot nu toe verspreid waren over verschillende groepen. Binnen de gebiedsontwikkeling komen architectuur, stedenbouw, bouwmanagement en vastgoedbeheer op natuurlijke wijze samen. Op het gebied van architectuur zal er verbinding worden gemaakt op het gebied van het aansturen en contracteren van architecten(bureaus) en het aanpakken van de transformatieopgave. Hierbij speelt ook een maatschappelijke en culturele verantwoordelijkheid als aanjager van vernieuwing in de branche en behoud van cultureel erfgoed. Op het gebied van bouwtechniek en duurzaamheid zijn life cycle costing concepten en informatietechnologie van belang voor professioneel opdrachtgeverschap. Bouwrecht en bouweconomie zullen als fundamentals van RE&H van nature tevens een belangrijke plek innemen binnen de leerstoel. c. Positionering binnen de TU Delft Bouwkunde beschouwt Design, Engineering en Science als onlosmakelijke kernen van de wetenschappelijke activiteiten van de faculteit. Als abstracte schets sluit het TU Delft brede raamwerk van Horizon 2020 - Excellent Science, Competitive Industry, Better
5
Society – hier prima bij aan. Het geeft de uitdaging om ook op het gebied van opdrachtgeverschap: - Hoogwaardig onderzoek en publicaties te realiseren, - Een tastbare bijdrage te leveren aan de industrie, zoals topsectoren als de Creatieve Industrie en Energie - Het verbeteren van de maatschappij en de leefomgeving door duurzame ontwerptechnische en procesmatige bijdragen op het gebied van gezondheid, milieu, huisvesting, vastgoed, architectuur en stedenbouw. Binnen de Technische Universiteit Delft zal de leerstoel samenwerking (gaan) zoeken met de Faculteit techniek, Bestuur en Management (TBM) en met de Faculteit Civiele Techniek en Geowetenschappen (CiTG). Bij TBM liggen sterke raakvlakken met de afdeling Infrastructure Systems & Services (zoals assetmanagement, transport en logistiek), Innovation Systems (strategie, projectmanagement) en de afdeling Multi Actor Systems (beleidskunde, procesmanagement, recht). De leerstoel zal hier voornamelijk toegevoegde waarde bieden door specifiek op de bouwsector te richten. Binnen CiTG liggen sterke raakvlakken met de afdeling Bouw & Infra (bouwprocessen, integraal ontwerp en beheer). Binnen deze afdeling ligt het accent op de civiele infrastructuur. De leerstoel zal hierbij aansluiten door zich naast de civiele structuur ook op het realiseren van gebouwen in het publieke domein te richten. Voor de verdere ontwikkeling van het vakgebied kan er in de toekomst een link gelegd worden naar de Afdeling Product Innovation Management van de Faculteit Industrieel Ontwerpen en andere engineering vakgebieden waarbij opdrachtgeverschap een rol speelt, zoals in de ICT en vliegtuigbouw. d. Positionering ten opzicht van andere (inter)nationale universiteiten De TU Delft is op het gebied van kennisvalorisatie voor veel maatschappelijke en wetenschappelijke belanghebbenden een waardevolle partner in publiek-private samenwerking, en bij de ontwikkeling van vernieuwende bedrijvigheid. De faculteit Bouwkunde werkt nationaal en internationaal samen met universiteiten, private partijen en de publieke sector. De grote (inter)nationale reputatie van Bouwkunde trekt uitstekend (inter)nationaal talent aan. De faculteit zal haar reputatie steeds opnieuw moeten bevestigen om zo toptalent te blijven aantrekken. In Nederland houden zowel de Universiteit Twente als Technische Universiteit Eindhoven zich bezig met het ontwerpen, realiseren en beheren van vastgoed en infrastructuur. Dit gebeurt in Twente bij de Faculteit Construerende Technische Wetenschappen (specifiek de richting Construction Management & Engineering) en in Eindhoven op de Faculteit Bouwkunde (de richting Construction Management & Engineering). De nieuwe leerstoel onderscheidt zich ten opzichte van deze faculteiten door de nadruk te leggen op het realiseren en beheren van zowel gebouwen als infrastructuur in het publieke domein. Het formuleren van de opgave, het verlenen van contracten en het managen van bouwprojecten zijn hierbij specifieke speerpunten. Sommige van de aspecten op het gebied van opdrachtgeverschap worden ook bij andere faculteiten van deze universiteiten behandeld. Zo is er aandacht voor inkopen bij de Universiteiten van Tilburg, Rotterdam en Twente, aandacht voor aanbesteden bij de Universiteiten van Utrecht, Amsterdam, Rotterdam, en aandacht voor de ontwikkeling van de architectuurbranche in Amsterdam en Rotterdam. Deze universiteiten spitsen zich echter niet toe op opdrachtgeverschap in de bouw- en infrastructuur. Op internationaal vlak zal vooral gekeken worden naar de vakgebieden van Construction Management, Project Management, Asset Management, Public Governance and Public Procurement. De internationale peers op dit vakgebied zijn onder meer te vinden in:
6
Europees: Bartlett (UCL), University of Reading, University of Westminster, Cardiff University, Loughborough University, ETH Zurich, Copenhagen Business School, Technical University of Denmark, VTT Finland, Universiteit Leuven, Chalmers University, KTH Stockholm & Herriot Watt University. • Buiten Europa: Columbia University NYC, Harvard, MIT, UC Berkeley, Queensland University of Technology, RMIT, University of Melbourne, University of New South Wales, National University of Singapore & University of Hong Kong Voor zover bekend bestaan er echter geen vergelijkbare specifieke leerstoelen in andere landen op het gebied van het realiseren en beheren van publieke infrastructuur. De nieuwe leerstoel zal daarom uniek in zijn soort zijn. •
5. Organisatie van de leerstoel De leerstoel Publiek Opdrachtgeverschap in de Bouw is organisatorisch gepositioneerd als deeltijdleerstoel binnen de sectie Design & Construction Management van de afdeling RE&H. Aan de opdracht voor deze leerstoel zal invulling worden gegeven door een deeltijdhoogleraar Publiek Opdrachtgeverschap in de Bouw (0,4 fte) voor drie jaar. De bezetting van de stoel zal verder bestaan uit twee onderzoekers (1,8 fte) en secretariële ondersteuning. De leerstoel zal een eigen onderzoeksprogramma ontwikkelen op het vakgebied publiek opdrachtgeverschap in de bouw en aansluiten bij de onderwijsprogramma’s binnen de Faculteit Bouwkunde en 3TU. 6. Leeropdracht Het vakgebied rondom opdrachtgeverschap in de publieke sector wordt internationaal gezien met name benaderd vanuit een enkel perspectief, zoals project management, bouwkunde, bestuurkunde of organisatiekunde. De leerstoel Publiek Opdrachtgeverschap in de Bouw zal deze vakgebieden integreren vanuit een multidisciplinaire aanpak. Door deze aanpak wordt getracht duurzame oplossingen te zoeken voor belemmeringen in de praktijk en een voorloper te zijn in het innoveren van de bouwsector. Het ligt in de lijn der verwachtingen de leerstoel na drie jaar erkenning heeft gevonden in het (inter)nationale vakgebied. Te weinig nog wordt opdracht geven als een vak beschouwd. Die vakontwikkeling is uiterst relevant. De leerstoel Publiek/Professioneel Opdrachtgeverschap in de Bouw heeft daarom tevens tot taak om het vak verder te ontwikkelen naar een wetenschappelijk vakgebied en kennis hierover te verspreiden naar zowel de praktijk als de bouw- en civieltechnische opleidingen. In dit kader is het Opdrachtgeversforum actief betrokken bij de (Rijks) Project Academie en levert het CPI een bijdrage aan de netwerkopleiding Baanbrekers in de bouw. Daarnaast levert de TU Delft verscheidene bijdragen aan business schools in Nederland en zijn er relaties met Vernieuwing Bouw, PIANOo, Architectuur Lokaal, VNG, en Bouwend Nederland. 7. Werkzaamheden van de leerstoelhouder a. Hoofdtaken De hoofdtaken van de praktijkleerstoel Publiek Opdrachtgeverschap in de Bouw zijn: -
Het bevorderen van excellent publiek opdrachtgeverschap in bouw en infrastructuur door het vergroten en bundelen van kennis en ervaring. Het voortdurend en actief exploreren en beheren van het vakgebied in relatie met de praktijk; Het participeren in nationale en internationale onderzoeksprojecten; Het acquireren van wetenschappelijk onderzoek; 7
-
Het publiceren in en redigeren van wetenschappelijke tijdschriften, congressen en nationale vakpublicaties; Een bijdrage leveren aan het ontwikkelen, organiseren, uitvoeren en evalueren van het onderwijs binnen de faculteit (MSc-programma) en post-academische opleidingen, en daarbuiten.
b. Onderzoekstaken Van de leerstoelhouder wordt een stevige eigen bijdrage verwacht aan het exploreren van het vakgebied van de leerstoel, i.c. het acquireren en verrichten van wetenschappelijk onderzoek en als partner participeren in nationale en internationale onderzoeksprojecten. Dit vraagt een inbreng van onderzoekers met kennis en expertise op het gebied van ontwerpen, project- en procesmanagement, bouwkunde en civiele techniek. Om erkenning te vinden in het vakgebied is het noodzakelijk dat er een wetenschappelijk onderzoeksprogramma wordt opgesteld dat inspeelt op de huidige ontwikkelingen in de maatschappij en dat zowel vernieuwend als toegankelijk van aard is. Hierbij zal aansluiting worden gezocht bij het Opdrachtgeversforum maar ook bij andere organisaties en partijen die actief zijn in de bouwketen. Aanbesteden, de reikwijdte van het opdrachtgeverschap, besluitvormingsprocessen en leiderschap in de publieke sector, project management, tools & methoden voor informatieopslag- en kennisuitwisseling en duurzaamheid zullen belangrijke onderzoeksthema’s zijn. Er wordt van de leerstoelhouder verwacht dat onderzoeksresultaten regelmatig gepubliceerd worden in vooraanstaande internationale wetenschappelijke tijdschriften en nationale vakpublicaties. Ook wordt een bijdrage verwacht aan (internationale) congressen en symposia. Daarnaast behoort het organiseren van bijeenkomsten waarin de leerstoelhouder als kennismakelaar en intermediair fungeert tot de kernactiviteiten van de leerstoel. In voorkomende gevallen zal de hoogleraar optreden als promotor van promovendi. c. Onderwijstaken De opleiding Bouwkunde is de grootste Bouwkundige opleiding van Nederland met een zeer sterke internationale reputatie. De breedte van design, engineering and science, “van Stoel tot Stad”, is kenmerkend. Bouwkunde traint haar toekomstige alumni in kritisch denken, initiatief nemen, zelfstandig handelen, en werken in multidisciplinaire projectteams en ontwikkelt inzicht in ethische vraagstukken en maatschappelijke ontwikkelingen en verhoudingen. De opleiding tot Bouwkundig ingenieur heeft een duidelijke verankering met het beroepenveld en een heldere koppeling met onderzoek. Het onderwijs vanuit de leerstoel Publiek Opdrachtgeverschap in de Bouw sluit hierop aan door zich te richten op de vorming en professionalisering van (toekomstige) opdrachtgevers in de bouw en infrastructuur. De leerstoelhouder zal zich bezig houden met het begeleiden van afstudeerders en het verzorgen van specifieke bijdragen aan het BSc en MSc onderwijs. Studenten beseffen nog onvoldoende dat zij met hun opleiding in de maatschappij ook een belangrijke rol kunnen vervullen vanuit de opdrachtgevende zijde. Ze kunnen zich tot nu toe ook niet specialiseren in dit veld. Daarnaast is bestaat er een grote behoefte aan scholing voor post-academische doelgroep op dit vakgebied. Deze onderwijsbijdragen zullen vanuit de leerstoel ontwikkeld, georganiseerd, uitgevoerd en geëvalueerd worden. De leerstoel zal hiermee ook een belangrijke verbindingsschakel zijn tussen de bestaande onderwijsprogramma’s bij Bouwkunde, TBM, Civiele Techniek en 3TU.
8
8. Functie-eisen aan de leerstoelhouder De praktijkhoogleraar Publiek Opdrachtgeverschap vervult de taken binnen een groeiend maatschappelijk belang van het vakgebied, een dynamische faculteit en een groeiend werkverband. Hij/zij is een zeer ervaren professional met gebleken wetenschappelijke interesse en ervaring, die in staat is via een uitgebreid praktijknetwerk kennis uit de praktijk te koppelen aan wetenschappelijk onderzoek. De kandidaat voldoet aan de volgende functie-eisen: - Aanzienlijke aantoonbare kennis en ervaring op het brede terrein van opdrachtgeverschap in de publieke sector en het realiseren van complexe bouwwerken en/of infrastructurele projecten; - Bij voorkeur gepromoveerd of een vergelijkbare prestatie verricht, die een wetenschappelijke bijdrage levert aan het vakgebied; - Een uitstekende mondelinge en schriftelijke uitdrukkingsvaardigheid in het Nederlands en Engels - Een aantoonbaar publicatie-record in (inter)nationale vaktechnische en/of wetenschappelijke tijdschriften, boeken en andere media; - Ervaring in het aanjagen, vergaren, organiseren en begeleiden van multidisciplinaire onderzoeksprojecten; - Een uitgebreid netwerk in de praktijk of aantoonbare kwaliteiten om een dergelijk netwerk binnen afzienbare tijd op te bouwen; - Onderwijservaring en/of aantoonbare didactische en communicatieve kwaliteiten, onder andere tot uiting komend in de vaardigheid om mensen met verschillende achtergronden te inspireren; - In staat zijn om op de juiste wijze de competenties van medewerkers in te zetten en te ontwikkelen.
9