Proefimplementatie Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement
2
Proefimplementatie Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement: ZWIP
Peer Titulaer, Radboud UMC, stagiair Geneeskunde Wilma Derksen, Radboud UMC, Afdeling Geriatrie Rene Melis, Radboud UMC, Afdeling Geriatrie Helene Voogdt, CBO
Proefimplementatie Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement: ZWIP
Inhoud Voorwoord .............................................................................................................................................. 4 Samenvatting........................................................................................................................................... 5 Inleiding ................................................................................................................................................... 8 Het Zorg- en WelzijnsInfoPortaal (ZWIP) ............................................................................................ 8 Wat zijn de belangrijkste voordelen van ZWIP?................................................................................ 10 Zelfmanagement ............................................................................................................................... 10 Doelstelling ............................................................................................................................................ 11 Methode ................................................................................................................................................ 12 Design ................................................................................................................................................ 12 Deelnemers ....................................................................................................................................... 14 Resultaten ............................................................................................................................................. 15 Start implementatie: Uitkomsten diepte interviews 1e en 2e huisbezoek ...................................... 15 Halverwege de proefimplementatie: Uitkomsten focusgroep bijeenkomst (eind maart).............. 15 Einde van de proefimplementatie – juni 2012 .................................................................................. 18 Conclusie ............................................................................................................................................... 21 Discussie en aanbevelingen................................................................................................................... 22 Bijlage .................................................................................................................................................... 23
3
4
Proefimplementatie Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement: ZWIP
Voorwoord Van eind 2008 tot medio 2012 loopt het Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement (LAZ). Het LAZ richt zich op het bevorderen van beter en meer zelfmanagement van alle mensen met een chronische ziekte. Het doel is een toekomstbestendige beweging op gang te brengen waarin mensen werken aan het verbeteren, het vernieuwen en uitrollen van mogelijkheden van zelfmanagement. Centraal staat daarin de vraag wat er nodig is om chronisch zieke patiënten toe te rusten om aan zelfmanagement te doen met specifieke aandacht voor: - versterking van de patiënt; - toerusting van professionals (houding, kennis en vaardigheden); - benodigde randvoorwaarden. De uiteindelijke doelgroep is de patiënt. Patiëntenorganisaties en professionals zijn als belangrijkste intermediaire doelgroepen gekozen.
Inhoudelijk opdrachtgever van het LAZ zijn de NPCF en zeven categorale patiëntenorganisaties (reumapatiëntenbond, NFK, VSN, De Hart&Vaatgroep, LPGGZ, Astma Fonds, DVN). De financier van het LAZ is het ministerie van VWS en de uitvoerende en coördinerende rol ligt bij het CBO.
In 2011 en 2012 heeft het LAZ het doel gehad proefimplementaties en experimenten uit te voeren. Hierbij gaat het om het optimaliseren van zelfmanagement in de praktijk. Het LAZ wil komen tot generiek werkzame elementen voor zelfmanagement en bijdragen aan de toepassing hiervan. Het doel van het LAZ is kennis te verwerven over de toepassing van verschillende zelfmanagementinterventies in de praktijk. Dit moet resulteren in het verkrijgen van inzicht in de werkzame principes, de succes- en faalfactoren en de effecten van implementaties. Daarnaast worden de benodigde eisen aan het gebruik van de zelfmanagementinterventies zodanig uitgewerkt dat beoordeeld kan worden of deze beschikbaar en toepasbaar zijn voor meerdere aandoeningen.
Proefimplementatie Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement: ZWIP
Samenvatting Doelstelling De proefimplementatie ZWIP beoogt de implementatie van ZWIP bij een nieuwe doelpopulatie, de niet-kwetsbare oudere patiënt van 70 jaar of ouder met multimorbiditeit, te onderzoeken. In de proefimplementatie zijn de eerste ervaringen met het gebruik van ZWIP gepeild. Hierbij is ook gekeken naar de vaardigheden ten aanzien van zelfmanagement. Tot slot is nagegaan welke bevorderende en belemmerende factoren er zijn in de toepasbaarheid van ZWIP bij de nieuwe doelpopulatie. Methode De proefimplementatie is gestart in december 2011 en liep tot eind juni 2012. Gedurende een half jaar zijn op verschillende momenten gegevens verzameld ter evaluatie van de implementatie van ZWIP bij de niet-kwetsbare oudere met multimorbiditeit. Gegevens zijn verzameld bij patiënten, bij betrokken huisartsen, bij de projectleiding en uit de database van ZWIP. Verder is gebruik gemaakt van de evaluatievragenlijsten van het Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement (LAZ). Deze vragenlijsten gaan specifiek in op het thema zelfmanagement. In de proefimplementatie zijn de volgende interventies bij patiënten/zorgverleners uitgevoerd: - december 2011: huisbezoek ter introductie van ZWIP - vragenlijst over verwachtingen; - januari 2012: huisbezoek - evaluatie vragenlijst; - maart 2012: focusgroep bijeenkomst met patiënten; - begin juni 2012: schriftelijke vragenlijst zorgverleners; - eind juni 2012: schriftelijke vragenlijst patiënten. Resultaten In deze proefimplementatie waarbij de implementatiestrategie bestond uit een huisbezoek, ter introductie van ZWIP, de beschikbaarheid van een helpdesk en de stimulans tot gebruik van ZWIP door middel van tussentijdse evaluatiemomenten, is gebleken dat niet-kwetsbare ouderen met multimorbiditeit én hun zorgverleners weinig tot geen gebruik maakten van ZWIP. De bevorderende en belemmerende factoren voor implementatie hebben betrekking op de patiëntenpopulatie, de zorgverleners en de applicatie ZWIP. Patiënten en zorgverleners zijn tevreden over de applicatie ZWIP. Patiënten zien de meerwaarde van ZWIP vooral bij (1) medische zaken die niet urgent, niet levensbedreigend of te emotioneel zijn, (2) vanuit het oogpunt van kosten- en tijdsbesparing en bij (3) zorg op afstand. De volgende bevorderende en belemmerende factoren ten aanzien van de implementatie van ZWIP zijn naar voren gekomen:
5
6
Proefimplementatie Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement: ZWIP
Belemmerende factoren voor implementatie (1) Afwezigheid van gezondheidsproblemen gedurende de proefimplementatie (patiënten); (2) Onwennigheid met het gebruik ZWIP, zoals type vragen (patiënten); (3) Sommigen hebben een voorkeur voor een traditionele vorm van contact (patiënten); (4) Het is moeilijk om een eigen netwerk van zorgverleners te organiseren (patiënten); (5) De zorgverlener is eenvoudig fysiek/telefonisch te bereiken en ZWIP lijkt dan niet nodig (patiënten); (6) Sommigen geven geen of een late reactie op berichten van patiënten (zorgverleners); (7) Er zijn nog maar een beperkt aantal zorgverleners aangesloten op de overlegtafel (onbekendheid, niet overtuigd van het nut van ZWIP bij niet-kwetsbare ouderen) (zorgverleners); Bevorderende factoren voor implementatie (1) Positieve verwachtingen en ervaringen bij patiënten (patiënten); (2) De betrokken zorgverleners ervoeren meer partnerschap met de patiënt (zorgverleners); (3) Heldere handleiding met uitleg over ZWIP (applicatie); (4) Een actieve inzet van de zorgverlener in de opstartfase bij het aansluiten van zorgverleners én patiënten (zorgverleners); (5) De acceptatie van zorgverlener over de nieuwe rol en inbreng van patiënten (zorgverleners); (6) Toenemend aantal patiënten van 70 jaar en ouder die vertrouwd zijn met internet (patienten).
Conclusie/Discussie De nieuwe doelgroep patiënten en hun zorgverleners zijn positief gestemd over ZWIP. Een aantal factoren hebben de implementatie van ZWIP bij deze nieuwe doelgroep nietkwetsbare ouderen echter belemmerd. Patiënten en zorgverleners blijken niet zo maar aan de overlegtafel plaats te nemen waardoor de implementatie niet of nauwelijks van de grond is gekomen. In deze startfase is een andere en waarschijnlijk meer intensieve implementatiestrategie nodig om de belemmeringen bij zorgverleners en ook bij patiënten weg te nemen. De hypothese was dat niet-kwetsbare ouderen wellicht zelf konden bijdragen aan de implementatie van ZWIP bij hun betrokken zorgverleners, doordat zij actief hun zorgverleners gaan benaderen om hen aan te sluiten, is in deze opzet niet bewaarheid geworden. Er is mogelijk wel ruimte voor bijdragen van de patiënten zelf aan het implementatieproces van dit soort nieuwe tools (zij hebben er immers het meeste belang bij), maar daarvoor dient wel een andere vorm gezocht worden. Echter, in de huidige opzet heeft de afwezigheid van een zorgvraag bij betrokken patiënten heeft er mede toe geleid dat patiënten weinig behoefte
Proefimplementatie Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement: ZWIP
hadden gebruik te maken van ZWIP en hebben zij dus ook niet het initiatief genomen zelf zorgverleners te benaderen voor aansluiten. Mogelijk is ook de drempel om hiervoor een hulpverlener te vragen (bijvoorbeeld door de hiërarchie in de zorgverlener-patiënt relatie) voor veel patiënten toch nog hoog. Vanwege het beperkte gebruik, is er op het gebied van mogelijke verbeteringen in zelfmanagement bij deze nieuwe groep niet-kwetsbare ouderen geen uitspraak te doen. Zorgverleners (huisartsen) geven wel aan dat hun bekwaamheid tot het realiseren van ‘partnerschap met de patiënt’ is toegenomen. Patiënten geven bij de start van de proefimplementatie aan dat zij al redelijk tot goed in staat zijn tot het uitvoeren van zelfmanagement.
7
8
Proefimplementatie Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement: ZWIP
Inleiding Bij het vaststellen van de proefimplementaties in het kader van het LAZ is de wens geuit om ook te kijken naar een interventie op het gebied van zelfmanagement bij ouderen met multimorbiditeit. De gezondheidszorg krijgt door de vergrijzing in toenemende mate te maken met ouderen die meerdere (chronische) aandoeningen hebben. Het is relevant om te weten op welke wijze zelfmanagement bij ouderen met multimorbiditeit vorm gegeven en versterkt kan worden. In de zoektocht naar de mogelijkheden voor een dergelijke proefimplementatie is het UMC Radboud bereid gevonden om te participeren. Het UMC Radboud is betrokken bij de ontwikkeling en implementatie van het Zorg- en WelzijnsInfoPortaal (ZWIP), in samenwerking met Zorg voor ouderen en welzijn netwerk Nijmegen (Zowel NN)1. Met ZWIP kunnen ouderen meer betrokken worden in hun eigen zorg en kan de samenwerking tussen zorgverleners verbeterd worden. Het Zorg- en WelzijnsInfoPortaal (ZWIP) In 2011 participeerden circa 300 kwetsbare ouderen van 70 jaar of ouder in het ZWIP. Het doel van ZWIP is om de zorg- en dienstverlening aan kwetsbare ouderen van 70 jaar of ouder te verbeteren. ZWIP brengt zorgverleners rondom een specifieke oudere bij elkaar door een virtuele omgeving aan te bieden waarin persoonlijke informatie en multidisciplinair overleg over de oudere wordt samengebracht. Via ZWIP wisselen zij veilig en snel berichten uit en hebben ze toegang tot actuele gegevens van de oudere. Binnen de virtuele ZWIPomgeving is plek voor gerichte voorlichting over ziektebeelden en praktische oplossingen voor ouderen en/of hun mantelzorgers. De ouderen of mantelzorgers zijn zelf beheerder van ZWIP. Zíj beslissen welke zorgverleners toegang krijgen tot hun gegevens, zíj behouden de regie over het zorgproces.
1
http://www.zowelnn.nl/projecten/zwip
Proefimplementatie Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement: ZWIP
ZWIP is voor alle gebruikers via een beveiligde internetverbinding toegankelijk. Aanmelding voor ZWIP en de uitleg over het gebruik van ZWIP gebeurt in de huisartsenpraktijk. Binnen ZWIP kan de patiënt (of zijn/haar mantelzorger) via ‘Mijn berichten’ gemakkelijk en veilig vragen stellen en antwoord geven (zie afbeelding). Hier kan de patiënt de communicatie tussen zorgverleners volgen en reactie geven. Binnen ‘Mijn hulpverleners’ heeft de patiënt inzicht in welke zorgverleners toegang hebben tot het ZWIP account en kunnen individuele zorgverleners toegevoegd of verwijderd worden. Onder ‘Mijn gegevens’ wordt een overzicht gegeven van de gezondheid en welzijn van de patiënt, het medicatiegebruik, de behandeling en begeleiding en de sociale situatie. Hierin kan ook vermeld staan wat het zorgplan is en/of wie het aanspreekpunt voor de patiënt is.
Voordat deelname aan ZWIP mogelijk is, wordt een oudere gescreend door middel van een Easycare-TOS screening waarmee de mate van kwetsbaarheid2 kan worden vastgesteld. In Nederland is ongeveer een kwart van de zelfstandig wonende ouderen van 65 jaar of ouder kwetsbaar.3 Hoewel kwetsbaarheid op verschillende manieren gedefinieerd wordt, gaat het bij kwetsbaarheid om een afname van het reservevermogen, waardoor de vatbaarheid of gevoeligheid voor externe stressoren groter wordt en het fysieke en/of mentale evenwicht snel verstoord kan worden. De heterogeniteit van kwetsbaarheid zorgt ervoor dat er bij iedere oudere steeds weer andere factoren op een verschillende manier meewegen in het oordeel of iemand wel of niet kwetsbaar is. De mate van kwetsbaarheid kan bepaald worden door gebruik te maken van een screeningsinstrument. Bij de Easycare Twee-traps Ouderen Screening (Easycare-TOS) wordt gescreend op de domeinen multimorbiditeit, polyfarmacie, cognitieve en zintuiglijke problemen, mobiliteit, beperkingen in dagelijks leven en het psychosociaal functioneren van de patiënt.
2
Oud worden en gezondheid in de regio Nijmegen. Een kwestie van (eigen) regie en meer weten over kwetsbaarheid, NIGZ, UMC Radboud, GGD Nijmegen, 2011 3 Kwetsbare Ouderen, Sociaal Cultureel Planbureau, februari 2011
9
10
Proefimplementatie Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement: ZWIP
Wat zijn de belangrijkste voordelen van ZWIP? 4 - ZWIP bevordert de multidisciplinaire samenwerking. Zorgverleners die toestemming gekregen hebben tot deelname aan de overlegtafel kunnen beter met elkaar samenwerken. Zorgverleners kunnen in ZWIP de gegevens van de patiënt inzien, actuele informatie delen en waar nodig met elkaar overleggen; 5 - ZWIP bevordert de communicatie tussen de zorgverleners en de patiënt. De onderlinge communicatie tussen zorgverleners is zichtbaar voor de patiënt. ZWIP bevat een digitaal multidisciplinair zorgplan. Hierdoor is de patiënt beter geïnformeerd. Ook kan de patiënt tijdig vragen stellen en meebeslissen over hoe de zorg en het welzijn eruit moeten zien; - In ZWIP kan aangegeven worden wie het voornaamste aanspreekpunt voor de zorg is. Hiermee wordt de rol van de case manager of (zorg-)coördinator versterkt; - Via ZWIP krijgt de patiënt toegang tot voorlichting op maat, die hij kan gebruiken voor zelfmanagement; - Het gebruik van ZWIP zou kunnen leiden tot verminderd spreekuurbezoek, betere preventie omdat de drempel om contact te zoeken met zorgverleners verlaagd wordt en beter contact met betrokken hulpverleners. Zelfmanagement Op het gebied van zelfmanagement ondersteunt ZWIP de vaardigheden ten aanzien van: - Medische aspecten, zoals kennis over ziekte en behandeling/ervaringskennis en zelfbehandeling/eigen aandeel in de zorg; - De samenwerking en relatie met zorgverlener, zoals gedeelde besluitvorming.
4 5
De ZWIP Patiënten folder De ZWIP Professionals folder
Proefimplementatie Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement: ZWIP
Doelstelling Het doel van de LAZ proefimplementaties is kennis te verwerven over de toepassing van verschillende zelfmanagementinterventies in de praktijk, dit in tegenstelling tot de inhoudelijke kennis die nodig is om het instrument te ontwikkelen. Daarnaast wordt kennisontwikkeling beoogd over wat nodig is om succesvolle interventies in een bepaalde context te vertalen naar een andere context of naar generiek. Ook is het de bedoeling om ook de mogelijke effecten van gekozen interventies zichtbaar te maken. De proefimplementatie ZWIP beoogt de implementatie van ZWIP bij een nieuwe doelpopulatie, de niet-kwetsbare oudere patiënt van 70 jaar of ouder met multimorbiditeit, te onderzoeken. In de proefimplementatie zijn de eerste ervaringen met het gebruik van ZWIP gepeild. Er is bekeken of deze niet-kwetsbare ouderen in staat zijn om een eigen netwerk van zorgverleners op te zetten. Dit is in tegenstelling tot de implementatie van ZWIP bij kwetsbare ouderen waarbij de implementatie van ZWIP vooral via zorgverleners verliep. Omwille van efficiëntie is in de proefimplementatie nagegaan of niet-kwetsbare patiënten ook in staat zijn om een deel van de implementatie zelf vorm te geven. In de proefimplementatie lag de focus op het actief implementeren van de onderdelen gericht op netwerkvorming en multidisciplinaire communicatie, en niet op het gebied van het ‘digitaal multidisciplinair zorgplan’ en ‘voorlichting op maat’. Dit is gedaan omwille van het feit dat anders heel veel zaken tegelijkertijd geïmplementeerd moeten worden bij een oudere. Verder is gekeken welke bijdrage ZWIP zou kunnen leveren op het gebied van zelfmanagement. Tot slot is nagegaan welke bevorderende en belemmerende factoren er zijn in de toepasbaarheid van ZWIP bij deze nieuwe doelgroep van niet-kwetsbare ouderen.
11
12
Proefimplementatie Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement: ZWIP
Methode Design De proefimplementatie is gestart in december 2011 en liep tot eind juni 2012. Op verschillende momenten zijn gegevens over de implementatie van ZWIP bij niet-kwetsbare ouderen verzameld: bij patiënten, bij betrokken huisartsen, bij de projectleiding en uit de database van ZWIP. Verder is gebruik gemaakt van de evaluatievragenlijsten van het Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement, die specifiek ingaan op het thema zelfmanagement. In de proefimplementatie zijn de volgende interventies bij patiënten/zorgverleners uitgevoerd: - december 2011: huisbezoek ter introductie van ZWIP - vragenlijst over verwachtingen; - januari 2012: huisbezoek - evaluatie vragenlijst; - maart 2012: focusgroep bijeenkomst met patiënten; - begin juni 2012: schriftelijke vragenlijst zorgverleners; - eind juni 2012: schriftelijke vragenlijst patiënten. Start december 2011 Drie huisartsen in Nijmegen, Doesburg en Zevenaar zijn gevraagd om vanuit de EasycareTOS database een aantal niet kwetsbare ouderen met multimorbiditeit in hun praktijk te selecteren en telefonisch te benaderen met de vraag om deel te nemen aan de proefimplementatie. Vervolgens heeft het UMC Radboud (stagiair) telefonisch contact gezocht met deelnemers voor het inplannen van een eerste huisbezoek. Deelnemers hebben voorafgaand aan het eerste huisbezoek een beknopte folder met uitleg over ZWIP ontvangen. In het eerste huisbezoek is ZWIP gebruiksklaar gemaakt en hebben deelnemers uitleg gekregen over het gebruik van ZWIP. Semi-gestructureerde interviews bij patiënten In totaal zijn twee huisbezoeken per deelnemer afgelegd met een tussenperiode van 4-8 weken (gemiddeld 6,5 week). Tijdens de huisbezoeken is een semi gestructureerd interview gehouden. Het interview duurde gemiddeld 40 minuten. Het interview tijdens het eerste en het tweede huisbezoek stond in het teken van de verwachtingen respectievelijk de eerste ervaringen met het gebruik van ZWIP. Dit is gedaan om inzicht te krijgen in de bevorderende en belemmerende factoren ten aanzien van de implementatie van ZWIP bij niet-kwetsbare ouderen. De interviews zijn gehouden door het UMC Radboud (stagiair).6
6
Het volledige stageverslag is op te vragen bij UMC Radboud - Peer Titulaer. Relevante bevindingen ten aanzien van de proefimplementatie zijn vermeld in dit verslag.
Proefimplementatie Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement: ZWIP
Maart: Focusgroep bij patiënten Eind maart zijn deelnemers bijeengekomen voor een focusbijeenkomst in een welzijnscentrum in Doesburg. Het merendeel van de deelnemers was op dat moment 2 tot 3 maanden aangesloten op ZWIP. De focusgroep is gehouden om inzicht te krijgen in de ervaringen van de deelnemers met het gebruik van ZWIP met als doel om factoren te identificeren die het gebruik van ZWIP bevorderen of belemmeren. Verder zijn de volgende vijf thema’s ten aanzien van zelfmanagement in de focusgroep aan bod gekomen: 1. Communicatie tussen zorgverlener en patiënt (samenwerking); 2. Zorgplan/doelen van de patiënt (zichtbaar op de overlegtafel); 3. Voorlichting (op maat); 4. Kennis over medische aspecten (zoals kennis over ziekte en behandeling/ervaringskennis en zelfbehandeling/eigen aandeel in de zorg); 5. Aandacht voor psychosociale aspecten (zoals leven met de ziekte, zelfredzaamheid, vertrouwen in eigen kunnen); De inhoud van de focusgroep bijeenkomst is vastgesteld met het projectteam (zie bijlage). De focusgroep is gehouden onder leiding van Helene Voogdt (CBO adviseur) en Peer Titulaer (stagiair) en met medewerking van Lise Verhoef, stagiair bij het CBO. Als leidraad voor de focusgroep bijeenkomst is de CBO handleiding7 gebruikt.
Juni: Vragenlijst bij zorgverleners en patiënten. Data van ZWIP In juni hebben zorgverleners en patiënten een schriftelijke vragenlijst ontvangen (zie bijlage). Bij het opstellen van de inhoud van de vragenlijst is uitgegaan van de volgende randvoorwaarden: - De invultijd van de vragenlijst beslaat maximaal 10 minuten; - De vragenlijst bevat eenvoudig taalgebruik; - De vragenlijst richt zich op het bevorderen van zelfmanagement, de coördinatie van zorg en de succes- en faalfactoren van ZWIP bij deze doelgroep. De vragenlijst voor patiënten is zeer beknopt gehouden omdat uit de gegevens van de database ZWIP geconcludeerd kon worden dat het gebruik van ZWIP door niet-kwetsbare ouderen na de focusgroep bijeenkomst niet was toegenomen.
7
http://www.cbo.nl/Downloads/102/Handleiding%20focusgroepen.pdf
13
14
Proefimplementatie Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement: ZWIP
Deelnemers De doelgroep van de proefimplementatie bestaat uit niet-kwetsbare ouderen van 70 jaar en ouder, die te maken hebben met multimorbiditeit, maar die volgens de TOS screening niet tot de kwetsbare groep behoren. De betreffende ouderen ontvangen ook in de tweede lijn zorg. Om ZWIP te kunnen gebruiken, is het een voorwaarde is dat de niet-kwetsbare oudere zelfstandig kan ZWIPPEN, ofwel ICT vaardig is. De deelnemers voor de proefimplementatie zijn door huisartsen uit de TOS database gefilterd en zijn door de huisarts voor deelname benaderd. Sommige patiënten die geselecteerd waren, wilden niet meedoen. De redenen bij weigering tot deelname waren: ‘geen behoefte aan ZWIP of verwacht geen meerwaarde van ZWIP’, ‘tevreden met de huidige wijze van contact met huisarts’, ‘goede mantelzorg is aanwezig’. Eén deelnemer stopte met deelname aan ZWIP vanwege persoonlijke omstandigheden. Voor de proefimplementatie ZWIP zijn in totaal 10 patiënten geïncludeerd: 6 patiënten vanuit een huisartsenpraktijk in Doesburg, 3 in Zevenhuizen, 1 in Nijmegen. ZWIP was in de betreffende huisartsenpraktijken al operationeel.
Patiëntkarakteristieken
8
8
Man
Vrouw
Geslacht
3
7
Leeftijd (jaar, gemiddeld)
75 ± 6,1
73 ± 8,0
Hoger opleidingsniveau
2
4
2 of meer belangrijke chronische aandoeningen
2
5
4 of meer langdurig voorgeschreven medicijnen
2
3
Zie het stageverslag.
Proefimplementatie Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement: ZWIP
Resultaten
Start implementatie: Uitkomsten diepte interviews 1e en 2e huisbezoek 9 Bij het tweede huisbezoek aan patiënten blijkt dat deelnemers ZWIP nog weinig gebruikt hebben. De oorzaak hiervoor lijkt de korte tijdsperiode van 2 maanden. Patiënten hebben op dat moment nog geen zorg nodig gehad en hadden om die reden geen aanleiding om van ZWIP gebruik te maken. De betrokken patiënten vinden ZWIP wel gebruikersvriendelijk. Ze geven aan dat ZWIP meerwaarde kan hebben op het gebied van een efficiënte, snelle vorm van communiceren (bijvoorbeeld bij zorg op afstand). Met ZWIP kan ook inzicht verkregen worden in het eigen medisch dossier. Patiënten geven echter wel aan dat ze het persoonlijk contact met een zorgverlener belangrijk vinden. Dit mag niet ontbreken bij het eventuele gebruik van ZWIP. De non-verbale communicatie wordt ook als belangrijk ervaren in het kader van geruststelling. Verder verwachten patiënten dat ZWIP tot verbetering van transparantie in hun zorg kan leiden: ze verwachten een betere samenwerking en afstemming van zorg. Nadat de huisbezoeken gehouden zijn, kunnen de volgende factoren benoemd worden die de implementatie van ZWIP bevorderen c.q. belemmeren: -
Een actieve inzet van de zorgverlener in de opstartfase (bevorderend);
-
De acceptatie van zorgverlener over de nieuwe rol en inbreng van patiënten (bevorderend);
-
Patiënten zijn vertrouwd met internetgebruik (bevorderend).
-
Een gebrek aan tijd bij zorgverleners (belemmerend);
-
De zorgverlener is eenvoudig lopend of per fiets te bereiken en daarmee lijkt ZWIP niet nodig (belemmerend).
Halverwege de proefimplementatie: Uitkomsten focusgroep bijeenkomst (eind maart) Gedurende de gebruiksperiode van gemiddeld 3 tot 4 maanden is weinig tot geen gebruik gemaakt van ZWIP door de niet kwetsbare ouderen ondanks dat de betrokken patiënten tijdens het tweede huisbezoek wel gemotiveerd blijken te zijn voor het gebruik van ZWIP. Betrokken patiënten noemen verschillende redenen voor het geringe gebruik van ZWIP. Deze redenen zijn gerelateerd aan kenmerken van patiënten, zorgverleners en de applicatie ZWIP: - Bij patiënten bestaat nog onduidelijkheid over welke vragen zij kunnen stellen aan de zorgverlener. Patiënten willen geen onnodige zaken communiceren; - De gebruiksperiode is nog kort en deelnemers moeten nog wennen aan het gebruik van ZWIP;
9
Een samenvatting, zie het volledige stageverslag
15
16
Proefimplementatie Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement: ZWIP
- De betrokken patiënten voelen zich gezond en hebben geen zorg nodig gehad. Ze verwachten dat ze bij meer problemen wel of vaker gebruik zullen maken van ZWIP. Er heeft zich tot nu toe weinig voorgedaan wat geschikt werd bevonden voor communicatie over ZWIP; - De meeste patiënten hebben geen wens om meer informatie te zoeken of te ontvangen over hun aandoening. Wat ze willen weten, is al bij hen bekend; - De meeste patiënten hebben voorkeur voor traditionele vormen van contact; - Eén patiënt is de inloggegevens van ZWIP kwijtgeraakt. - Patiënten hebben zelf nog geen zorgverleners toegevoegd. De huisarts is wel altijd toegevoegd omdat de aanmelding bij ZWIP via de huisarts heeft plaatsgevonden. Twee patienten overwogen om zorgverleners in de 2e lijn uit te nodigen: de cardioloog en dermatoloog, maar dit was nog niet gebeurd op het moment van de focusgroep bijeenkomst. Eén patiënt had haar fysiotherapeut al mondeling uitgenodigd en de fysiotherapeut wilde meedoen. Een andere deelnemer meldt dat een uitnodiging aan de apotheker om te participeren aan de overlegtafel niet door een apotheker geaccepteerd is; - Twee patiënten geven aan dat een zorgverlener niet of soms laat een reactie heeft gegeven op een verzonden bericht; - Het gebruik van ZWIP is niet direct helder en enkele deelnemers geven aan nog niet vertrouwd te zijn met de applicatie - en soms ook met computers in algemene zin. Een meer uitgebreide handleiding is nodig voor een beter begrip van de berichtenmodule binnen ZWIP; - De instellingen binnen ZWIP zijn nog niet optimaal voor gebruik: bij een deelnemer kwam geen melding van een nieuw bericht in het persoonlijke mail-account; - Doordat ZWIP nog in de opstartfase zit, is het zorgverlenersbestand nog onvolledig. Het uitnodigingen van zorgverleners buiten het zorgverlenersbestand kost extra tijd; - Patiënten geven aan dat ZWIP verbeterd kan worden door: (1) Verzending van een automatisch herinnering na het uitblijven van antwoord op een verzonden bericht, (2) De mogelijkheid voor het invoegen van foto’s in het berichtenverkeer, met name in het kader van huidziekten, (3) Voorziening bij verlies van wachtwoord. - Patiënten die geen gebruik van ZWIP gemaakt hadden, gaven toch aan dat ZWIP meerwaarde kan hebben ten behoeve van: (1) Medische zaken die niet urgent of niet levensbedreigend zijn; (2) Kostenbesparing voor de gezondheidszorg; (3) Tijdsbesparing (de zorgverlener is via ZWIP toegankelijk zonder vertragende tussenkomst van derden. Om die reden zouden afspraken mogelijk sneller geregeld zijn);(4) Zorg op afstand; het is nuttig in het geval dat de zorgverlener niet eenvoudig fysiek bereikbaar is.
Proefimplementatie Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement: ZWIP
Communicatie Een meerderheid van de patiënten had ten tijde van de focusgroep bijeenkomst nog geen contact via ZWIP met zorgverleners gehad. De meeste patiënten die wel contact hadden gehad, waren positief over de inhoud en snelheid van de reactie van hun zorgverlener. Twee patiënten hadden geen of laat reactie gekregen op een verzonden bericht en waren minder tevreden. Patiënten vinden niet alle onderwerpen even geschikt om als bericht via ZWIP te verzenden. De meerderheid vond ZWIP ongeschikt voor de bespreking van psychosociale problematiek en zou in dat geval persoonlijk contact met de zorgverlener zoeken. Wel zou eventueel psychologische problematiek voorafgaand aan consult al via ZWIP aangekondigd kunnen worden. Onderwerpen die wel geschikt zijn, hebben betrekking op: - Medicatie (informatie over werking en bijwerking(en), het beloop bij start van een nieuw medicijn, afspraken en aanvullende onderzoeken die gemaakt moesten worden om de werking te monitoren); -
Behandeling (informatie in een consult is soms uitgebreid; via ZWIP kunnen onduidelijkheden verhelderd worden, geruststelling bij twijfel over behandeling of uitkomsten).
Zorgplan binnen ZWIP Patiënten gaven aan dat er in ZWIP geen zorgplan of diagnose vermeld stond waaruit opgemaakt kon worden wat de aanleiding was voor het contact tussen de zorgverlener en de patiënt. Ook doelen en wensen waren niet in ZWIP vermeld. In de proefimplementatie was dit ook geen punt van evaluatie. Met het loslaten van de TOS screening was het bij de aanmaak van een ZWIP account niet meer vereist om een diagnose binnen ZWIP in te vullen. De beschikbaarheid van een zorgplan kan de implementatie wel bevorderen.
Voorlichting en het verkrijgen van kennis over de ziekte via ZWIP De meerderheid van de patiënten was niet direct op de hoogte van de mogelijkheid om binnen ZWIP ziekte- en behandelingsinformatie te verkrijgen of zelfstandig te zoeken. De informatietool bleek ook nog niet volledig operationeel te zijn ten tijde van de proefimplementatie. Eén patiënt had wel met behulp van trefwoorden tevergeefs gezocht naar informatie bij haar ziekte. Een andere patiënt had via ZWIP van een zorgverlener informatie over leefstijl gekregen. De waarde van deze informatie was voor haar echter gering. Enkelen waren zich er bewust van dat informatie via ZWIP betrouwbaarder is zijn dan informatie dat op het internet wordt aangeboden. Patiënten hadden de volgende ideeën om het gebruik van de voorlichtingsmodule in ZWIP te verbeteren: - Uitleg van de zorgverlener over (de aanwezigheid van) het informatieportaal in ZWIP; - Patiënten er op te wijzen om actief te vragen naar informatie die benodigd is;
17
18
Proefimplementatie Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement: ZWIP
- Vermelden van een lijst met kernwoorden die gebruikt kunnen worden bij een zoekactie. Einde van de proefimplementatie – juni 2012 Uit de database van ZWIP blijkt dat in een half jaar tijd het berichtenverkeer tussen de zorgverlener en de niet-kwetsbare ouderen beperkt is geweest. De helft van de aangesloten patienten heeft geen berichten via ZWIP verstuurd. Daarnaast zijn in een half jaar tijd alleen de huisarts of de apotheker op de overlegtafel aangesloten (zie volgende tabel).
patiënt
Aantal zorgverleners
Bericht gestart door zorgverlener
Bericht gestart door patiënt
Aantal ‘onderwerpen’
Totaal aantal berichten
1
1 huisarts
1
0
2
2
2
1 huisarts
1
0
2
2
3
2 (huisarts/apotheker)
0
0
0
0
4
1 huisarts
0
0
0
0
5
2 (huisarts/fysiotherapeut)
0
0
0
0
6
1 huisarts
0
0
0
0
7
2 (huisarts/apotheker)
0
0
0
0
8
2 (huisarts/apotheker)
1
3
4
9
9
1 huisarts
1
1
2
3
10
2 (huisarts)
0
0
0
0
Zorgverleners Drie huisartsen zijn begin juni benaderd voor het invullen van de vragenlijst. Twee van de drie huisartsen hebben de vragenlijst ingevuld. Eén huisarts heeft geen vragenlijst ingevuld omdat de aangesloten patiënten niet voldeden aan de criteria voor de proefimplementatie. Huisartsen geven aan dat ze bij het selecteren van patiënten voor de proefimplementatie bekeken hebben of patiënten ook in staat zouden zijn om gebruik te maken van ZWIP. Sommige patiënten wilden niet meedoen omdat ze geen behoefte hadden, ofwel omdat er geen zorgvraag aanwezig was. Eén huisarts gaf aan dat het voor sommige deelnemers niet helder was dat ZWIP niet bedoeld is als vervanging voor het persoonlijk contact. Eén huisarts gaf aan dat de grootste belemmeringen voor ZWIP in de tweede lijn liggen. Er blijkt in de tweede lijn nog onvoldoende draagvlak voor ZWIP te zijn. De betreffende huisarts heeft wel eens cardiologen benaderd voor toetreding tot het zorgverlenersbestand van ZWIP. De cardiologen reageerden hierop niet afwijzend, maar het is niet tot een concrete
Proefimplementatie Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement: ZWIP
aanmelding gekomen. Wel geeft de andere huisarts aan dat er via ZWIP gecommuniceerd is over een bezoek aan een specialist. Een andere belemmering betrof collega-huisartsen in de huisartsenpraktijken die ZWIP niet zinvol achten bij de nieuwe doelgroep niet kwetsbare ouderen. De huisartsen vonden dat ze de kennis en vaardigheden in huis hadden om ZWIP te implementeren en dat ZWIP paste binnen hun takenpakket en aansloot bij hun werkwijze. ZWIP zou inzetbaar kunnen zijn bij chronisch zieken of bij het overleg met een ouderenadviseur of WMO loket. De benodigde randvoorwaarden om dit tot stand te kunnen brengen, zijn: - het creëren van draagvlak bij andere zorgverleners; - het bezoeken van zorgverleners uit de tweede lijn om hen te overtuigen van het belang van ZWIP. ZWIP zou in het ziekenhuis ingezet kunnen worden bij het ontslag uit het ziekenhuis, bijvoorbeeld op de hartfalenpoli; - het verbeteren van de ZWIP applicatie, zoals de (terug)koppeling van gegevens met het huisartsinformatiesysteem en mogelijkheden tot zelfmonitoring. De huisartsen geven aan dat patiënten die graag invloed willen uitoefenen op hun eigen zorg en patiënten bij wie veel zorgverleners in het zorgproces betrokken zijn, met name geschikt om ZWIP te gebruiken. Met betrekking tot zelfmanagement vinden huisartsen dat hun bekwaamheid tot het realiseren van ‘partnerschap met de patiënt’ is toegenomen.
Patiënten Bij de start van de proefimplementatie zijn patiënten gevraagd naar hun zelfmanagementvaardigheden. Van zes patiënten zijn de ingevulde vragenlijsten ontvangen. In onderstaande grafiek staan de uitkomsten. Het ‘bespreken van de bevindingen van metingen met de zorgverlener’ blijkt niet bij alle patiënten voor te komen. De antwoorden op de overige stellingen geven weer dat de meeste patiënten zichzelf redelijk tot goed in staat acht tot het uitvoeren van zelfmanagement.
19
20
Proefimplementatie Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement: ZWIP
Aan het einde van de proefimplementatie zijn patiënten gevraagd in welke mate bepaalde zelfmanagementvaardigheden zijn toe of afgenomen. Van 7 patiënten zijn de ingevulde vragenlijsten ontvangen. Uit de vragenlijst blijkt dat alle patiënten sinds de focusgroep bijeenkomst in maart geen gebruik hebben gemaakt van ZWIP omdat daartoe “geen aanleiding” was. Wel heeft een aantal nog op een andere manier contact gehad met de huisarts. Omdat er door deze patiënten verder geen gebruik is gemaakt van ZWIP, zijn de vragen of de mate waarin bepaalde zelfmanagementvaardigheden zijn toe of afgenomen niet ingevuld.
Projectleiding De projectleiding geeft aan dat uit deze proefimplementatie vooral is gebleken dat het voor patiënten lastig is om hun eigen netwerk te organiseren. De proefimplementatie is voorzichtig opgestart door in eerste instantie in te zetten op het creëren van een communicatieplatform tussen zorgverleners en patiënten. In de proefimplementatie is echter nog niet ingezet op het zorgplan en het voorlichtingsdeel. Er blijkt een andere meer intensieve implementatiestrategie nodig te zijn om het ZWIP platform ook voor deze doelgroep niet kwetsbare patiënten tot meerwaarde te laten zijn.
Proefimplementatie Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement: ZWIP
Conclusie De nieuwe doelgroep patiënten en hun zorgverleners zijn positief gestemd over ZWIP. Een aantal factoren hebben de implementatie van ZWIP bij deze nieuwe doelgroep nietkwetsbare ouderen echter belemmerd. Patiënten en zorgverleners blijken niet zo maar aan de overlegtafel plaats te nemen waardoor de implementatie niet of nauwelijks van de grond is gekomen. In deze startfase is een andere en waarschijnlijk meer intensieve implementatiestrategie nodig om de belemmeringen bij zorgverleners en ook bij patiënten weg te nemen. De hypothese was dat niet-kwetsbare ouderen wellicht zelf konden bijdragen aan de implementatie van ZWIP bij hun betrokken zorgverleners, doordat zij actief hun zorgverleners gaan benaderen om hen aan te sluiten, is in deze opzet niet bewaarheid geworden. Er is mogelijk wel ruimte voor bijdragen van de patiënten zelf aan het implementatieproces van dit soort nieuwe tools (zij hebben er immers het meeste belang bij), maar daarvoor dient wel een andere vorm gezocht worden. Echter, in de huidige opzet heeft de afwezigheid van een zorgvraag bij betrokken patiënten heeft er mede toe geleid dat patiënten weinig behoefte hadden gebruik te maken van ZWIP en hebben zij dus ook niet het initiatief genomen zelf zorgverleners te benaderen voor aansluiten. Mogelijk is ook de drempel om hiervoor een hulpverlener te vragen (bijvoorbeeld door de hiërarchie in de zorgverlener-patiënt relatie) voor veel patiënten toch nog hoog. Vanwege het beperkte gebruik, is er op het gebied van mogelijke verbeteringen in zelfmanagement bij deze nieuwe groep niet-kwetsbare ouderen geen uitspraak te doen. Zorgverleners (huisartsen) geven wel aan dat hun bekwaamheid tot het realiseren van ‘partnerschap met de patiënt’ is toegenomen. Patiënten geven bij de start van de proefimplementatie aan dat zij al redelijk tot goed in staat zijn tot het uitvoeren van zelfmanagement.
21
22
Proefimplementatie Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement: ZWIP
Discussie en aanbevelingen In deze proefimplementatie heeft de nieuwe doelgroep, niet-kwetsbare ouderen die te maken hebben met multimorbiditeit, weinig gebruik gemaakt van ZWIP. De korte tijdsperiode van de proefimplementatie, de implementatiestrategie en de kenmerken van betrokken patiënten en zorgverleners hebben hierbij een rol gespeeld. Uit de proefimplementatie blijkt dat de inzet van ZWIP bij niet-kwetsbare ouderen een impuls kan leveren voor het ‘partnerschap tussen zorgverleners en patiënten’ (zelfmanagement). Een toename in het volume van aangesloten niet-kwetsbare ouderen en zorgverleners uit de eerste en tweede lijn zal naar verwachting tot een impuls leiden op het gebied van zelfmanagement (meer communicatiemogelijkheden tussen patiënten en zorgverleners). Het operationeel maken van het zorgplan en de informatietool vormt hierin een essentiële voorwaarde. Het is noodzakelijk om het draagvlak onder zorgverleners te vergroten en meerdere disciplines aan de overlegtafel te krijgen. Hiervoor dient een andere implementatiestrategie gehanteerd te worden dan welke gehanteerd is in de proefimplementatie. Patiënten blijken beperkt zelfstandig in staat om hun netwerk van zorgverleners te organiseren. De ZWIP applicatie voor deze nieuwe doelgroep patiënten kan verbeterd worden door het operationeel maken van een zorgplan en de informatietool, door (terug)koppeling van gegevens met het huisartsinformatiesysteem, en het verruimen van de mogelijkheden tot zelfmonitoring. Een goede handleiding voor het gebruik van ZWIP is hierbij nodig. Voor de verdere implementatie van ZWIP bij de doelgroep niet-kwetsbare ouderen van 70 jaar of ouder zou wellicht ‘een minimaal zorgverbruik’ als inclusiecriterium gedefinieerd kunnen worden (bijvoorbeeld ten minste 1 maal per kwartaal contact met een of meerdere zorgverleners). In de proefimplementatie bleken de niet-kwetsbare ouderen, ondanks de aanwezigheid van meerdere chronische aandoeningen, bijna geen professionele zorg nodig te hebben.
Proefimplementatie Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement: ZWIP
Bijlage
1. •
Vragenlijst patiënten
Stel vast of de patiënt de mogelijkheid heeft om naar de huisartsenpraktijk te komen voor een eventuele evaluatiebijeenkomst in maart, of dat een interview beter is. • Stel de volgende vragen bij de start van ZWIP. Geheel Mee Mee Geheel mee oneens eens mee eens oneens (zelden) (meestal) (altijd) (nooit) 1. Ik weet welke behandelmogelijkheden er zijn voor mijn aandoening(en). 2. Ik houd zelf klachten en signalen van mijn lichaam in de gaten (zoals bloedsuikerwaarden, gewicht, kortademigheid, ect). 3. Ik beslis zelf over de behandeling van mijn aandoening na advies van of overleg met mijn zorgverlener(s). 4. Ik bespreek de bevindingen van mijn metingen met mijn zorgverlener(s). 5. Ik kan omgaan met de emoties die mijn aandoening met zich meebrengt. 6. Ik kan omgaan met de gevolgen van mijn aandoening(en) (zowel lichamelijk als in contacten)
23
24
Proefimplementatie Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement: ZWIP
2. Opzet focusgroep bijeenkomst De focusgroep bijeenkomst met patiënten vond plaats op maandag 19 maart 2012, van 11.00 – 12.30 uur, te Doesburg.
10.30
Inloop met koffie / Kennismaking
11.00
Uitleg over de bijeenkomst [welkom / onderwerp / tijd houden / vertrouwelijk / verschillende meningen]
11.05 [Opening] Kort voorstellen: Naam / Woonplaats 11.20 [Intro] Wat vond men van ZWIP? Met hoeveel zorgverleners contact gehad? 11.35 [Vraag 1] Hoe heeft u de communicatie met zorgverleners ervaren? (Verbeterd?) 11.50 [Vraag 2] Welke onderwerpen zijn aan de overlegtafel besproken? (Zorgplan/doelen/wensen?) 12.05 <<Pauze>> 12.15 [Vraag 3] Welke informatie heeft u ontvangen? (Op maat / is kennis vergroot?) 12.30 Afronding
Eventuele subvragen: -
Vindt u ZWIP een toevoeging aan de normale manier waarop u contact heeft met uw hulpverleners? Op welke manier of waarvoor?
-
Voor welke toepassingen zou ZWIP naar uw idee nog meer geschikt kunnen zijn?
-
Heeft u het gevoel dat u door ZWIP meer te zeggen heeft gekregen over uw eigen zorg? Waarom wel of niet?
-
Zou u ZWIP in de toekomst willen blijven gebruiken?
Proefimplementatie Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement: ZWIP
3. Vragenlijst zorgverleners Geachte huisarts, De afgelopen maanden heeft u een nieuwe doelgroep patiënten binnen uw praktijk kennis laten maken met ZWIP. Volgens het Plan van aanpak voor de proefimplementatie van het landelijk actieprogramma zelfmanagement (LAZ) bestaat de nieuwe doelgroep uit niet-kwetsbare ouderen van 70 jaar en ouder, die te maken hebben met multimorbiditeit, maar die volgens de TOS screening niet tot de kwetsbare groep behoren. De betreffende ouderen ontvangen ook in de tweede lijn zorg. Een voorwaarde is dat de niet-kwetsbare oudere zelf kan ZWIPPEN ofwel ICT vaardig is. Halverwege maart hebben we de deelnemende patiënten uitgenodigd voor een focusgroep bijeenkomst. Ze hebben tijdens die bijeenkomst verteld over hun ervaringen met het gebruik van ZWIP. Het merendeel van de patiënten bleek toen nog geen of weinig gebruik gemaakt te hebben van ZWIP, waarschijnlijk mede omdat de periode tussen het aansluiten op ZWIP en de bijeenkomst te kort was. Graag zouden we van u horen wat uw ervaringen als zorgverlener is met de toepassing van ZWIP bij deze groep patiënten. Mogelijk heeft u suggesties ter verbetering van de implementatie en zouden we deze verbeteringen nog kunnen inzetten in de komende maand. Zou u de 10 onderstaande vragen willen invullen? Het kost u circa 10 minuten tijd. Alvast hartelijk dank, ….. _________________________________________________________________________________ (1)
Achteraf gezien, voldeden de patiënten die u heeft doorverwezen naar ZWIP aan de vooraf gestelde criteria (niet-kwetsbare ouderen, 70 jaar en ouder, multimorbiditeit, de tweede lijn zorg, ZWIPPEN ofwel ICT vaardig)? Waarom voldeden patiënten wel of niet aan de gestelde criteria?
(2)
Zijn er patiënten geweest, die u gevraagd heeft om te participeren in ZWIP maar die niet wilden meedoen? Zo ja, welke redenen gaven zij hier voor aan? Zo ja, heeft u hen overgehaald om alsnog mee te doen? Welke argumenten heeft u gebruikt?
(3)
Wat zijn uw ervaringen met ZWIP bij deze patiëntengroep (niet-kwetsbare ouderen, 70 jaar en ouder, multimorbiditeit, de tweede lijn zorg, ZWIPPEN ofwel ICT vaardig)? Wat ging er goed en wat kan verbeterd worden?
(4)
Is het gelukt om ook andere zorgverleners uit de eerste/tweede lijn aan de overlegtafel te krijgen bij deze patiëntengroep? Welke rol heeft u daarin (gehad)? Wat kunt/wilt u gaan doen om de implementatie van ZWIP de komende maand nog te verbeteren?
(5)
25
26
Proefimplementatie Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement: ZWIP
(6)
-
Stellingen over de implementatie van ZWIP bij de Helemaal Niet Mee eens Helemaal nieuwe doelgroep (niet-kwetsbare ouderen, 70 jaar en niet mee mee eens mee eens ouder, multimorbiditeit, de tweede lijn zorg, ZWIPPEN eens ofwel ICT vaardig) Ik krijg steun van collega’s uit de praktijk bij het gebruik van ZWIP Ik heb de kennis en vaardigheden die nodig zijn om ZWIP te implementeren Het werken met ZWIP past binnen mijn taken. Het gebruik van ZWIP sluit goed aan bij mijn werkwijze. Het gebruik van ZWIP heeft voordeel voor mij. (bijv. gemak, ontwikkeling, werkplezier) ZWIP heeft een meerwaarde voor patiënten.
(7)
Is ZWIP ook inzetbaar voor andere ziekten/situaties? Ja/Nee, namelijk
(8)
Geef 3 suggesties van randvoorwaarden die nodig zijn om dit mogelijk te maken (los van de ziekte specifieke randvoorwaarden)
(9)
Welke patiënten zijn volgens u in het algemeen geschikt om mee te doen aan ZWIP?
(10) Stellingen over zelfmanagement Veel Geef uw oordeel over de huidige situatie t.o.v. de situa- afgetie vóór implementatie van ZWIP bij deze doelgroep nomen patiënten. - Uw bekwaamheid tot kennisoverdracht naar de patiënt - Uw coach vaardigheden - Uw mogelijkheden om patiënten wegwijs te maken in de behandelopties/voorzieningen - Uw bekwaamheid tot het realiseren van partnerschap met de patiënt - Uw bekwaamheid tot communicatie met de patiënt
Afgenomen
Gelijk
Toege- Veel nomen toegenomen
Proefimplementatie Landelijk Actieprogramma Zelfmanagement: ZWIP
4. Vragenlijst patiënten
Geachte heer/mevrouw, De afgelopen tijd heeft u kennisgemaakt met ZWIP. In maart hebben we in Doesburg nog met een aantal personen gesproken over de/uw ervaringen met het gebruik van ZWIP. Inmiddels zijn we enkele maanden verder. Graag willen we u nog enkele vragen voorleggen. Zou u de volgende vragen willen invullen? Graag ontvangen wij uw ingevulde vragenlijst uiterlijk donderdag 28 juni. U kunt uw ingevulde vragenlijst retourneren met bijgevoegde enveloppe. Een postzegel is niet nodig. Hartelijk groet en bij voorbaat dank, …..…
_________________________________________________________________________ Uw naam:
……………….
Uw leeftijd:
………………
(1) Heeft u in de afgelopen maanden nog gebruik gemaakt van ZWIP? (2) Indien u geen gebruik gemaakt heeft van ZWIP, wat waren de voornaamste redenen? (3) Indien u wel gebruik gemaakt heeft van ZWIP, wat waren de voornaamste redenen? (4) Heeft u in april-juni uw huisarts nog bezocht of is de huisarts bij u langs geweest? (5) Indien u WEL gebruik gemaakt heeft van ZWIP, wat is het effect hiervan op: In vergelijking met voor het gebruik ZWIP Veel AfgeGelijk Toege- Veel afgenomen nomen toegenomen nomen Ik weet welke behandelmogelijkheden er zijn voor mijn aandoening. Ik houd zelf klachten en signalen van mijn lichaam in de gaten (zoals bloedsuikerwaarden, gewicht, kortademigheid, ect). Ik beslis zelf over de behandeling van mijn aandoening na advies van of overleg met mijn zorgverlener(s). Ik bespreek de bevindingen van mijn metingen met mijn zorgverlener(s). Ik kan omgaan met de emoties die mijn aandoening met zich meebrengt. Ik kan omgaan met de gevolgen van mijn aandoening(en) (zowel lichamelijk als in contacten)
27