Productspecificatie. WARMTELEIDING WISSELVERWARMING (systeem centrale buis) Beheer & Instandhouding. Uitgavedatum:

Beheer & Instandhouding

Productspecificatie WARMTELEIDING WISSELVERWARMING (systeem centrale buis)

Beherende instantie:

B&I Basisgegevens

Inhoudverantwoordelijke instantie:

B&I Productbeheer

Status:

Definitief

Uitgavedatum: 11-11-2004 © 2004 Behoudens de in of krachtens de Auteurswet 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook, zonder de voorafgaande schriftelijke toestemming van de auteur.

Versie:

Documentnummer:

002

SPC00207

© 2004 Apart from the exceptions in or by virtue of the 1912 copyright law no part of this document may be reproduced or published by print, photocopying, microfilm or any other means without written permission from the author.

SPC model versie 002 dd. 04-02-2004

SPC00207

Warmteleiding wisselverwarming (systeem centrale buis)

INHOUD 1

Inleiding................................................................................................................4 1.1 Doel........................................................................................................................................... 4 1.2 Toepassingsgebied en context ................................................................................................. 4 1.3 Scope en raakvlakken met andere producten .......................................................................... 5 1.4 Definities en afkortingen ........................................................................................................... 6 1.5 Referenties................................................................................................................................ 6 1.5.1 Standaards en normen ...................................................................................................... 6 1.5.2 Voorschriften en procedures.............................................................................................. 6 1.5.3 Bijbehorende documenten................................................................................................. 6

2

Functionele eisen ................................................................................................7 2.1

3

Prestatie eisen .......................................................................................................................... 7

Inpassingseisen...................................................................................................8 3.1 Technische inpassing ............................................................................................................... 8 3.1.1 Leidingsysteem .................................................................................................................. 8 3.1.2 Koppelingen ....................................................................................................................... 8 3.1.3 Materialen .......................................................................................................................... 8 3.1.4 Afmetingen......................................................................................................................... 8 3.1.5 Bevestiging ........................................................................................................................ 8 3.1.6 Overig ................................................................................................................................ 8

4

RAMS-eisen en life-cycle eisen ..........................................................................9 4.1 RAMS-eisen .............................................................................................................................. 9 4.1.1 Bedrijfszekerheid ............................................................................................................... 9 4.1.2 Beschikbaarheid ................................................................................................................ 9 4.1.3 Onderhoudbaarheid........................................................................................................... 9 4.1.4 Veiligheid ........................................................................................................................... 9 4.2 Life-cycle eisen ......................................................................................................................... 9 4.2.1 Levensduur ........................................................................................................................ 9 4.2.2 Life-cycle kosten ................................................................................................................ 9 4.2.3 Life-cycle fase gerelateerde eisen ..................................................................................... 9

5

Aanvullende eisen .............................................................................................10 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5

6

Omgevingscondities................................................................................................................ 10 Milieu-eisen, arbo-eisen etc. ................................................................................................... 10 Product-identificatie................................................................................................................. 10 Verpakking, opslag en transport ............................................................................................. 10 Eisen aan het productieproces ............................................................................................... 10

Kwaliteitsborging ..............................................................................................11 6.1 6.2

Kwaliteitssysteem van de producent....................................................................................... 11 Te leveren documentatie ........................................................................................................ 11

Productspecificatie

versie 002

pag. 2/13

SPC00207


6.3 Certificaten .............................................................................................................................. 11 6.3.1 Aantal productcertificaten per SPC ................................................................................. 11 6.3.2 Beproevingen ten behoeve van afgifte productcertificaat ............................................... 11 6.3.3 Geldigheidsduur productcertificaat .................................................................................. 11 6.3.4 Beproevingen voor afgifte partijkeuringscertificaat.......................................................... 11 6.4 Eisen aan de Certificatie Instelling.......................................................................................... 11 6.4.1 Eisen aan de specifieke kennis van de CI....................................................................... 11 6.4.2 Eisen aan de specifieke aantoonplicht van de CI............................................................ 12 6.5 Geldigheid productcertificaten op basis van eerdere versie van deze SPC........................... 12

7

Revisiegegevens ...............................................................................................13

Productspecificatie

versie 002

pag. 3/13

SPC00207


1

Inleiding Een productspecificatie bevat het eisenpakket op basis waarvan de industrie het railinfraproduct kan ontwikkelen. Een externe Certificatie Instelling toetst of het railinfraproduct aan de eisen in de SPC voldoet en geeft dan een productcertificaat af, zodat het product kan worden toelaten voor gebruik in de railinfra.

1.1

Doel Het doel van een warmteleiding is het transporteren van verwarmingsvloeistof tussen de verwarmingsunit en de warmtewisselaars in het wissel. De basiseisen hebben betrekking op thermische isolatie, vloeistofdichtheid, zuurstofdichtheid, en bestendigheid tegen temperatuur, druk en verwarmingsvloeistof.

1.2

Toepassingsgebied en context Het toepassingsgebied van een warmteleiding betreft alle typen wisselverwarmingssystemen waarbij een verwarmingsvloeistof wordt getransporteerd om een wissel te verwarmen, ongeacht toegepaste energiebronnen en verwarmingselementen. Zie onderstaande figuur 1. voor de algemene context.

Productspecificatie

versie 002

pag. 4/13

SPC00207


figuur 1. Algemene context Documentatie

Techniek

Programma van Eisen

Ontwerpvoorschrift

Aardwarmte

Aardgas

Aardgas

Elektriciteit

Centrale buis

Centrale Buis

Branderpijpen

Weerstandselementen

Noodafsluiter (gas)

Noodafsluiter (gas)

PVE, OVS

RLN

Systeemtytpe

Bodemwarmtewisselaar

Weerstation

RLN, SPC

Voedings- en Stuurkast (warmtepomp)

Voedings- en Stuurkast (CV-ketel)

Voedings- en Stuurkast (groepskast)

Voedings- en Stuurkast

Installatieonderdeel

Verwarmingsvloeistof

RLN: PVE: OVS: SPC:

1.3

Warmteleiding

Warmteleiding

Wisselaansluitset

Wisselaansluitset

Wisselaansluitset

Wisselaansluitset

Warmtewisselaar (haarspeld)

Warmtewisselaar (haarspeld)

Branderpijp

Verwarmingselement

Richtlijn Programma van Eisen Ontwerpvoorschrift Produktspecificatie

Scope en raakvlakken met andere producten De scope van het product warmteleiding bestaat uit de leiding, isolatie, verbindingsstukken, bochten, expansiestukken, afsluiters, overige hulpstukken en montagemiddelen. Indien in dit document gesproken wordt over warmteleiding, wordt hiermee het gehele leidingsysteem bedoeld. Het product heeft raakvlakken met de volgende onderdelen: - voedings- en stuurkast (CV-ketel en warmtepomp); - wisselaansluitkast; - expansieput; - beschermingskoker (beton en kunststof); - spoorkruising.

Productspecificatie

versie 002

pag. 5/13

SPC00207


1.4

Definities en afkortingen De volgende definities en afkortingen zijn van toepassing. BS CI DN HS Winterperiode Verwarmingsunit

Bovenkant Spoorstaaf [m] Certificatie Instelling Diameter Nominaal (binnendiameter) Hart Spoor 15 oktober t/m 15 april (6 maanden) De eenheid bestaande uit een behuizing met daarin de CV-ketel of warmtepomp, bijbehorende leidingen en appendages, en de besturingseenheid. Het samenstel van behuizing met koppelingen aan inen uitgaande zijde en bijbehorende apparatuur Het warmtetransportmedium (mengsel van water en een antivriesmiddel)

Wisselaansluitkast Verwarmingsvloeistof

1.5

Referenties Indien eisen in de onderstaande referenties strijdig zijn met de eisen elders in deze SPC, gelden de eisen in deze SPC. Eisen opgenomen in de beoordelingsrichtlijnen (BRL-K 536/03 E en BRL-K 545/01) die expliciet betrekking hebben op de veiligheid van drinkwater zijn niet van toepassing.

1.5.1

1.5.2

Standaards en normen Nummer/code DIN 4102 BRL-K 536/03 E

− −

BRL-K 545/01

−

PVR00026 NEN-EN-ISO 1461 NEN-EN-ISO 10684

− −

Brandverhalten von Baustoffen und Bauteilen Kunststof leidingsystemen van Aluminium/PE-X composiet, bestemd voor het transport van koud en verwarmd drinkwater Polyetheen leidingsystemen met gewikkelde aluminium barrière laag voor het transport van drinkwater Profiel van Vrije Ruimte Door thermisch verzinken aangebrachte deklagen op ijzeren en stalen voorwerpen - Specificaties en beproevingen Bevestigingsartikelen - Door thermisch verzinken aangebrachte deklagen

Voorschriften en procedures Nummer/code Titel EVSA

1.5.3

−

Titel

−

Bijbehorende documenten Nummer/code OVS

Productspecificatie

-

Elektrische Verbindingen aan Spoorstaven en Aardingen

Titel Ontwerpvoorschrift wisselverwarming (in ontwikkeling)

versie 002

pag. 6/13

SPC00207


2

Functionele eisen 1.

2.1 2. 3. 4. 5. 6.

7. 8. 9. 10. 11. 12.

Het transporteren van een verwarmingsvloeistof. Prestatie eisen Het leidingsysteem moet bestand zijn tegen een antivriesmiddel op glycolbasis (bij een concentratie van 40%), of vergelijkbare chemische eigenschappen. Het leidingsysteem moet bestand zijn tegen een verwarmingsvloeistof met een temperatuur van 95°C. Het leidingsysteem moet bestand zijn tegen omgevingstemperaturen van -40°C tot 50°C. Het leidingsysteem moet bestand zijn een druk van 1,0 MPa Het leidingsysteem moet 100% diffusiedicht zijn. Het warmteverlies van een geïsoleerde warmteleiding bij 80°C mag niet meer bedragen dan 30 W/m (bij een omgevingstemperatuur van -20°C). Het leidingsysteem moet bestand zijn tegen alle vormen van corrosie, zoals die in een spoorse omgeving en bij Nederlandse weersomstandigheden voorkomen. De technische en functionele levensduur van het leidingsysteem moet minimaal 50 jaar bedragen. Uitzetting van het leidingsysteem moet worden opgevangen, zodanig dat het leidingsysteem niet beschadigd en/of de functionaliteit afneemt. Het leidingsysteem mag niet beïnvloed worden door zwerfstromen of zelf zwerfstromen mogelijk maken. Het leidingsysteem moet probleemloos kunnen functioneren met de onderdelen genoemd in artikel 1.3, en mag deze niet negatief beïnvloeden.

Productspecificatie

versie 002

pag. 7/13

SPC00207


3

Inpassingseisen

3.1

Technische inpassing

3.1.1

Leidingsysteem De uitzettingscoëfficiënt mag maximaal 0,004 mm/m.K bedragen. Bij een hoogtesprong in het leidingsysteem (bijvoorbeeld bij een verdiepte spoorkruising) moet het leidingsysteem bij dat punt ontlucht kunnen worden. De isolatie mag geen vocht opnemen en vasthouden. Brandklasse isolatie: B1 (volgens DIN 4102). De leiding moet een buigradius bezitten van minimaal vijf maal de buitendiameter. De leidingweerstand zo laag mogelijk zijn.

13. 14. 15. 16. 17. 18. 3.1.2 19. 20.

3.1.3 21. 22. 3.1.4

Koppelingen De koppelingen moeten met behulp van het door de fabrikant voorgeschreven gereedschap in een spoorse omgeving kunnen worden gemonteerd. De koppelingen moeten bestand zijn tegen losraken door trillingen en temperatuurswisselingen. Materialen Alle toegepaste hulpstukken moeten een KIWA-keur bevatten. De isolatie moet leverbaar zijn in de kleuren rood (aanvoer) en blauw (retour).

24. 25.

Afmetingen Het leidingsysteem (aanvoer en retour) moet gelegd kunnen worden in kabelkokers met een inwendige maat van 11x15 cm (hxb). De leidingen moeten leverbaar zijn met een binnendiameter van DN 20, 25, 32 en 40 mm. De leidingen moeten leverbaar zijn op rollen en met een lengte van minimaal 50 m.

26.

Bevestiging Alle bevestigingsmiddelen moeten corrosiebestendig zijn.

27.

Overig Galvanische verbindingen tussen spoorstaven zijn niet toegestaan.

23.

3.1.5

3.1.6

Productspecificatie

versie 002

pag. 8/13

SPC00207


4

RAMS-eisen en life-cycle eisen

4.1

RAMS-eisen

4.1.1

Bedrijfszekerheid Gedurende de levensduur mag het leidingsysteem functioneel en technisch niet falen.

28. 4.1.2 29.

Beschikbaarheid De beschikbaarheid van het product moet minstens 99,82% bedragen en is gebaseerd op de gegevens van 4.1.1 en 4.1.3.

30. 31.

Onderhoudbaarheid Correctief onderhoud mag gedurende de levensduur niet voorkomen (zie 4.1.1). Preventief onderhoud mag maximaal 16 uur duren en mag niet worden uitgevoerd tijdens de winterperiode.

4.1.3

4.1.4

Veiligheid Niet van toepassing.

4.2

Life-cycle eisen

4.2.1 32.

Levensduur De minimale functionele en technische levensduur moet 50 jaar bedragen.

4.2.2

Life-cycle kosten Dit zijn de totale jaarlijkse annuïteit kosten van een wissel over de levensduur opgebouwd uit: • Bouw- en installatiekosten. • Jaarlijkse kosten van afschrijving op basis van vervangingswaarde. • Jaarlijkse kosten van preventief onderhoud. • Jaarlijkse kosten van functieherstel (correctief onderhoud). • Jaarlijkse kosten van energieverbruik. • Kosten van afvoeren en verwerken van het wissel na het bereiken van zijn levensduur minus de opbrengsten uit het recyclen van delen daarvan.

4.2.3

Life-cycle fase gerelateerde eisen Het product moet onderhouden worden door gecertificeerd onderhoudspersoneel. Dit kan personeel van de leverancier zijn of door de leverancier opgeleid personeel van de Procescontractaannemers.

33.

Productspecificatie

versie 002

pag. 9/13

SPC00207


5

Aanvullende eisen

5.1

Omgevingscondities Het leidingsysteem moet bestand zijn tegen alle voorkomende vormen van spooronderhoud.

34.

5.2 35. 36. 37. 5.3 38. 39. 5.4 40. 41.

5.5

Milieu-eisen, arbo-eisen etc. Het leidingsysteem moet mag geen stoffen bevatten die in strijd zijn met de Milieuwetgeving. Het leidingsysteem moet milieuvriendelijk afgevoerd en vernietigd kunnen worden na afloop van de levensduur dan wel bij omstandigheden (bijvoorbeeld wijzigingswerken), die afvoer nodig maken. Het leidingsysteem moet voldoen aan de geldende arbo-eisen (gewicht et cetera). Product-identificatie Het leidingsysteem inclusief bijbehorende onderdelen dient permanent gemerkt te worden conform de systematiek van het leverend bedrijf. Uit de identificatie moet de samenhang van alle onderdelen éénduidig blijken. In het Productcertificaat wordt naar de merktekens verwezen. Verpakking, opslag en transport De verpakking van het product en bijbehorende onderdelen dient zodanig te zijn dat beschadiging tijdens transport en opslag uitgesloten is. Op de verpakkingen moet de productidentificatie cf. 5.3 zodanig zijn aangebracht, dat de leesbaarheid gewaarborgd blijft gedurende opslag en transport. Eisen aan het productieproces Niet van toepassing.

Productspecificatie

versie 002

pag. 10/13

SPC00207


6

Kwaliteitsborging Algemene eisen met betrekking tot kwaliteitsborging van het certificatieproces staan genoemd in document RIB 0031

6.1 42.

6.2 43. 44.

Kwaliteitssysteem van de producent De producent dient te beschikken over een aantoonbaar en geborgd kwaliteitssysteem volgens ISO 9001 of vergelijkbaar. Te leveren documentatie Een uitgebreide productomschrijving dient geleverd te worden, in een gebruiksvriendelijk format aanleveren. De volgende documenten dienen minstens te worden opgesteld: • Productomschrijving • Ontwerpvoorschrift (OVS) • Installatievoorschrift (ISV) • Gebruiksvoorschrift (GVS) • Onderhoudshandboek (OHB) • Acceptatieprotocol (ACP) • Sloopvoorschrift (SLV)

. 6.3

Certificaten

6.3.1 45.

Aantal productcertificaten per SPC Voor het product dat aan deze SPC voldoet, dient één productcertificaat te worden verstrekt door de CI.

46.

Beproevingen ten behoeve van afgifte productcertificaat De CI bepaalt zelf op welke wijze wordt vastgesteld dat aan de eisen van de SPC is voldaan.

6.3.2

6.3.3

Geldigheidsduur productcertificaat De geldigheidsduur van het productcertificaat bedraagt 3 jaar. Daarna is opnieuw certificatie vereist. De CI bepaalt zelf de terugkomfrequentie om tijdens de geldigheid van het productcertificaat te toetsen of de producent nog producten levert conform de eisen.

6.3.4

Beproevingen voor afgifte partijkeuringscertificaat Niet van toepassing.

6.4

Eisen aan de Certificatie Instelling Indien de Certificatie Instelling constateert dat eisen uit de specificatie niet haalbaar zijn of er tegenstrijdigheden in de specificatie staan, dan moet de CI contact opnemen met de betreffende deskundigen van ProRail Productbeheer.

6.4.1

Eisen aan de specifieke kennis van de CI De CI moet geaccrediteerd zijn voor de techniekvelden, die voor het beoordelen van het product noodzakelijk zijn.

Productspecificatie

versie 002

pag. 11/13

SPC00207


6.4.2

Eisen aan de specifieke aantoonplicht van de CI Niet van toepassing.

6.5

Geldigheid productcertificaten op basis van eerdere versie van deze SPC Alle leidingsystemen die in het verleden zijn toegelaten voor gebruik volgens het oude vrijgaveregime, mogen niet meer worden toegepast één jaar na het in werking treden van deze SPC.

Productspecificatie

versie 002

pag. 12/13

SPC00207


7

Revisiegegevens Datum

Versie

11-11-2004

002

11-11-2004 11-11-2004 11-11-2004 11-11-2004 11-11-2004

002 002 002 002 002

Productspecificatie

Hoofdstuk/ Paragraaf

Wijziging

Versienummer gewijzigd van 001.00 in 002 Normen toegevoegd Eisen aangepast en toegevoegd Eisen aangepast en toegevoegd RAMS eisen aangepast Opmerking t.a.v. vorige versie SPC toegevoegd

1. 2. 3. 4. 6.

versie 002

pag. 13/13

Productspecificatie. WARMTELEIDING WISSELVERWARMING (systeem centrale buis) Beheer & Instandhouding. Uitgavedatum:

Recommend Documents