Procesevaluatie homeparty’s Resultaten van het onderzoek naar het draaiboek homeparty’s in de praktijk
Trimbos-instituut Linda Bolier Heleen Riper
Colofon Opdrachtgever en financier project: ZonMw Onderzoek Trimbos-instituut Linda Bolier Heleen Riper Projectuitvoering De Grift Irmgard Poelmans Mariet de Vocht Pilotimplementatie Stichting Cad Wilma de Iongh Mira Hannink Babs Broeren Pilotimplementatie TACTUS Jacobine Hielkema Liesbeth ter Braak Karel Noija Recep Canel Adviescommissie Ben Lebesque (CAD Drenthe, Resultaten Scoren) Paulien van Haastrecht (NIGZ) Murat Can (GGZ Midden-Brabant) Aukje Sannen (Trimbos-instituut) Glenn Uiterloo (Trimbos-instituut) Richeline Sorel (Tandem, Trabou-Tin) Cor Struik (TACTUS)
Omslagontwerp: Rolf van Dijk (
[email protected])
© 2004, Trimbos-instituut, Utrecht Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorgaande toestemming van het Trimbos-instituut.
Inhoudsopgave VOORWOORD........................................................................................................... 3 SAMENVATTING ....................................................................................................... 5 1
PROCESEVALUATIE HOMEPARTY’S ............................................................. 11 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 1.7
2
RESULTATEN TRAJECT A: DE HOMEPARTY IN DE PRAKTIJK.................... 17 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7 2.8
3
Aanpak De Grift .......................................................................................................33 Uitkomsten van de werving......................................................................................34 Kenmerken van de paraprofessionals .....................................................................35 Fasen en tijdsinvestering .........................................................................................35 Knelpunten en succesfactoren.................................................................................35 Haalbaarheid van het werken met (para)professionals ...........................................36
INVENTARISATIE ONDER INSTELLINGEN..................................................... 39 4.1 4.2 4.3
5
Uitgangssituatie in de pilotregio’s ............................................................................17 Training voor preventiewerkers................................................................................18 Selectie van doelgroepen ........................................................................................18 Taakverdeling en planning.......................................................................................20 Beschrijving homeparty’s .........................................................................................20 Belemmerende en bevorderende factoren ..............................................................23 Voor- en nameting ...................................................................................................26 Aandachtspunten, verschillen en overeenkomsten in culturen................................29
RESULTATEN TRAJECT B: DE HOMEPARTY DOOR (PARA)PROFESSIONALS IN DE PRAKTIJK .................................................... 33 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6
4
De homeparty ..........................................................................................................11 Theoretische onderbouwing van het programma ....................................................11 Het huidige project: traject A en B ...........................................................................12 Vraagstelling ............................................................................................................12 Opzet onderzoek......................................................................................................13 Procedure ................................................................................................................14 Opbouw van het rapport ..........................................................................................15
Opzet .......................................................................................................................39 Resultaten................................................................................................................39 Conclusie .................................................................................................................40
VERSPREIDINGS- EN IMPLEMENTATIEACTIVITEITEN ................................ 41 5.1 5.2
Verspreidings- en implementatieactiviteiten ............................................................41 Toekomst .................................................................................................................42
1
6
CONCLUSIE EN AANBEVELINGEN ................................................................. 43 6.1 Evaluatie van het draaiboek homeparty’s in de praktijk...........................................43 6.2 Bereiken van nieuwe oudergroepen (naast Marokkaanse, Turkse en Nederlandse ouders)................................................................................................................................43 6.3 Toename in kennis, informatiezoekend gedrag en opvoedingsvaardigheden op het gebied van alcohol, drugs, roken en gokken bij ouders......................................................43 6.4 Vergroten van de reikwijdte van de homeparty door het inzetten van (para) professionals.......................................................................................................................44 6.5 Evaluatie van de bevorderende en belemmerende factoren bij de implementatie ..44
LITERATUUR ........................................................................................................... 47 BIJLAGE 1 NAMEN GEÏNTERVIEWDEN ................................................................ 49 BIJLAGE 2 LOGBOEK PREVENTIEWERKERS ...................................................... 51 BIJLAGE 3 AANTAL DEELNEMERS IN DE HOMEPARTY’S NAAR ETNICITEIT.. 55 BIJLAGE 4 BESCHRIJVING HOMEPARTY’S......................................................... 57 BIJLAGE 5 VRAGENLIJST OUDERS .................................................................... 61 BIJLAGE 6 DEMOGRAFISCHE GEGEVENS OUDERS ........................................ 65 BIJLAGE 7 RESULTATEN OPEN INTERVIEW (N=13, TELEFONISCH) .............. 67 BIJLAGE 8 RESULTATEN QUIZ VOORMETING (N=31, SCHRIFTELIJK) ........... 69 BIJLAGE 9 RESULTATEN QUIZ NAMETING (N=13, TELEFONISCH)................. 71 BIJLAGE 10 VOOR- EN NAMETING (ALLEEN GEKOPPELDE GEGEVENS)........ 73
2
Voorwoord Voor u ligt de eindrapportage van de procesevaluatie van het door ZonMw gefinancierde project ‘draaiboek homeparty’s in de praktijk, projectfase 2’. Gedurende een jaar zijn binnen het project een aantal trajecten uitgezet, namelijk: 1. Traject A: pilot in twee regio’s met medewerking van Stichting Cad en TACTUS. In deze pilot hebben de preventiewerkers met behulp van het draaiboek zelfstandig homeparty’s opgezet en uitgevoerd. In het begeleidende onderzoek zijn de succes- en faalfactoren voor het opzetten en uitvoeren van homeparty’s in kaart gebracht en onder de ouders is een voor- en nameting gehouden om te kijken of de homeparty werkt. 2. Traject B: pilot uitgevoerd door De Grift. In deze pilot is nagegaan of het mogelijk is om bij het werven en het uitvoeren van homeparty’s (para)professionals uit andere instellingen of organisaties te betrekken om de reikwijdte van de homeparty te vergroten. 3. Inventarisatie onder instellingen, waarin de bekendheid met en de implementatiegraad van homeparty’s bij Instellingen voor Verslavingszorg en GGD-en is onderzocht. 4. Verspreidings- en implementatieactiviteiten, waaronder presentaties op congressen en studiedagen. Met veel inzet hebben de adviescommissie, preventiewerkers, sleutelfiguren, (para)professionals en ouders aan het homepartyproject meegewerkt. Het project heeft geresulteerd in een nieuw draaiboek waarmee de instellingen zelfstandig een homeparty-interventie binnen hun eigen regio kunnen opzetten. Voor de landelijke implementatie zijn de plannen op verzoek van ZonMw reeds vastgelegd in een zogenaamde VIP: een Verspreidings en Implementatieplan. Voor de verwezenlijking van dit VIP werken we samen met Resultaten Scoren en het Landelijk Steunpunt Preventie. Wij willen graag iedereen bedanken die aan het project heeft meegewerkt! De Grift: Mariet de Vocht en Irmgard Poelmans Trimbos-instituut: Heleen Riper en Linda Bolier
3
Samenvatting 1. De homeparty Een homeparty heeft de vorm van een huiskamerbijeenkomst waar een preventiewerker voorlichting geeft over alcohol, drugs, gokken en opvoeding. Bij de werving dient de Tupperware-formule als uitgangspunt: preventiewerkers werven sleutelfiguren die toegang hebben tot de beoogde doelgroep, sleutelfiguren werven gastouders en gastouders werven ouders om deel te nemen aan een homeparty.
2. Homepartyproject fase 1 Eind 2001 is het homepartyproject fase 1 met succes afgerond. Tijdens het project bleek de wervingsmethodiek van de homeparty succesvol. In het project hebben Turkse, Marokkaanse en Nederlandse ouders geparticipeerd. Dit waren vooral ouders met een lage SES. Ouders gaven na afloop aan tevreden te zijn met de voorlichting thuis, meer over genotmiddelen te weten en zich gesteund te voelen in de opvoeding. De resultaten van dit project hebben geresulteerd in een draaiboek voor het opzetten en uitvoeren van homeparty’s door preventiewerkers, een rapportage van de procesevaluatie en een studiedag in april 2002.
3. Homepartyproject fase 2 In het homeparty-project fase 2 zijn van november 2002 tot september 2003 twee trajecten uitgezet: In traject A is in twee pilotregio’s (m.m.v. TACTUS en Stichting Cad) onderzocht of preventiewerkers met behulp van het draaiboek zelfstandig een homepartyinterventie kunnen opzetten en uitvoeren en wat de randvoorwaarden zijn voor succesvolle implementatie. In het homepartyproject fase 2 zijn drie doelgroepen geselecteerd: een Antilliaanse/ Arubaanse doelgroep in Almere en Nijmegen, een Turkse doelgroep in Enschede en een Molukse doelgroep in Vaassen. Ook zijn nog drie homeparty’s meegenomen die De Grift had uitgevoerd onder een Antilliaans/Arubaanse doelgroep. In traject B is nagegaan of het mogelijk is om bij het werven en het uitvoeren van homeparty’s (para)professionals uit andere instellingen of organisaties te betrekken om de reikwijdte van de homeparty te vergroten. De Grift heeft dit traject opgezet en uitgevoerd. In beide trajecten heeft het Trimbos-instituut het evaluatie-onderzoek uitgevoerd.
4. Opzet en uitvoering onderzoek In het onderzoek is het proces van implementatie in beeld gebracht: • De bevorderende en belemmerende factoren bij de implementatie zijn onderzocht. • De tevredenheid onder gebruikers en de bruikbaarheid van het draaiboek in de praktijk zijn onderzocht.
Samenvatting
5
•
•
Onder de doelgroep ouders is door middel van een voor- en nameting het effect van een homeparty op kennis, informatiezoekend gedrag en opvoedingsvaardigheden van deze ouders onderzocht. De bekendheid met en de implementatiegraad van de homeparty binnen Instellingen voor Verslavingszorg en GGD’en is onderzocht.
Ten behoeve van de uitvoering van het onderzoek zijn verschillende methodes gebruikt: • Interviews met preventiewerkers, sleutelfiguren en para-professionals (face-to-face en telefonisch). • Analyse van logboekgegevens van preventiewerkers. • Participerende observatie tijdens de trainingen voor preventiewerkers en (para-) professionals. • Vragenlijsten voor ouders en instellingen.
5. Resultaten homeparty’s In het homepartyproject fase 2 traject A zijn: • 10 homeparty’s uitgevoerd waaraan 71 ouders hebben deelgenomen waarvan 58 vrouwen (voor het grootste deel moeders) en 13 mannen (voor het grootste deel vaders). • Er zijn Turkse, Antiliaans/Arubaanse, Nederlandse en Molukse ouders bereikt. • Bij 5 homeparty’s waren ook jongeren aanwezig (25) . Dit was soms een belemmering voor het bespreken van opvoedingsvaardigheden. • De werving van gastouders liep via organisaties die gericht zijn op een bepaalde allochtone doelgroep, via de eigen organisatie die preventiewerkers in dienst heeft uit de allochtone groep, en via een ouderling van een hechte kerkgemeenschap. • De nadruk lag vooral op de middelenvoorlichting (met behulp van de middelenkoffer). Ook zijn in de meeste homeparty’s opvoedingskwesties aan de orde gekomen, al kon dit onderwerp niet altijd even uitgebreid worden behandeld. • In alle homeparty’s bepaalden de deelnemers mede de gespreksonderwerpen. • Meer dan in andere groepen is in de Antilliaanse groepen een aantal keer het onderwerp cocaïne besproken naar aanleiding van eigen ervaringen in de directe of verre omgeving met dit middel. • Op verzoek van Stivoro is in een tweetal homeparty’s expliciete aandacht besteed aan het onderwerp roken. Roken is voor veel preventiewerkers al vanzelfsprekend een onderwerp in voorlichtingen dat daarom in de andere homeparty’s ook is meegenomen. In een Turkse homeparty is roken een ‘veilig’ onderwerp waarmee een gevoelig onderwerp binnen de Turkse gemeenschap (middelengebruik onder jongeren) geïntroduceerd kan worden.
6
Samenvatting
Voor- en nameting De voor- en nameting is minder succesvol gelopen dan verwacht en dan tijdens fase 1 van het homepartyproject. Voor een deel is dit te verklaren uit het feit dat tijdens fase 1 de homeparty (en het verzoek tot deelname van de ouders) gegeven is door preventiewerkers van De Grift die reeds ruime ervaring hadden opgedaan met deze methodiek. Ook heeft de voorbereidingsfase van TACTUS en Stichting Cad aanzienlijk langer geduurd dan gepland. Homeparty’s werden vervolgens uitgesteld of afgelast waardoor uiteindelijk minder homeparty’s in de analyse konden worden meegenomen. Uiteindelijk zijn van vier homeparty’s (gedeeltelijk) gegevens verzameld in de voor- en nameting. De resultaten van de voormeting (n=31) en nameting (n=13) hebben een indruk gegeven van de demografie, tevredenheid, vaardigheden en kennis van de deelnemers voor en na een homeparty. Zonder uitzondering waren de ouders die na afloop geïnterviewd zijn (zeer) tevreden over de homeparty (n=13). De huiselijke sfeer tijdens een homeparty heeft hier aan bijgedragen. Ervaringen werden gedeeld en de deelnemers gaven aan veel geleerd te hebben. De meeste ouders zouden niet gekomen zijn als de bijeenkomst in een buurthuis was geweest. Ook waren bijna alle ouders nog nooit naar een informatieavond over genotmiddelen op school geweest. Hieruit maken we voorlopig op dat de homeparty de juiste doelgroep heeft bereikt (moeilijk te bereiken groepen). De meeste ouders praten al met hun kinderen over alcohol, roken en/of drugs en hebben wel eens een folder of brochure gelezen over genotmiddelen. Bovendien werkt de homeparty als trigger om na afloop een gesprek met het kind te voeren over het onderwerp. Ook het informatiezoekend gedrag lijkt door de homeparty gestimuleerd te worden: het merendeel van de geïnterviewde groep ouders had na afloop van de homeparty een folder of brochure gelezen over alcohol en drugs. De geïnterviewde ouders blijken na een homeparty beter op de hoogte voor wat betreft kennis over alcohol, cannabis en tabak en ook zijn ze beter geïnformeerd omtrent het bestaan van informatielijnen. Inzetten van (paraprofessionals), traject B • De Grift heeft een pilot uitgevoerd naar het inschakelen van (para) professionals. In totaal zijn 11 professionals geworven. Aan deze groep van professionals heeft De Grift een training gegeven van 2 dagdelen. • Het doel van de pilot was het verkennen van de mogelijkheden om het bereik van de homeparty te vergroten door middel van het inzetten van professionals uit relevante organisaties. De mogelijkheden hiertoe blijken in de praktijk beperkt: o De werving van de (para)professionals verliep moeizaam. De meesten vonden het een goed idee maar konden er moeilijk tijd voor vrijmaken. Brede welzijnsorganisaties en een gemeentelijk opvoedoverleg bleken de meest effectieve insteken te zijn voor de werving. o De professionals willen niet zelfstandig een homeparty uitvoeren met name niet omdat zij over onvoldoende kennis over genotmiddelen beschikken en dit ook niet tot hun taak rekenen. Ook het verzorgen van een deel van de uitvoering is in deze pilot niet enthousiast opgepikt. Aan het participeren in de uitvoering heeft slechts één professional deelgenomen. Deze professional heeft een waardevolle bijdrage
Samenvatting
7
o
geleverd aan het thema opvoedingsondersteuning voor een Antilliaanse/Arubaanse doelgroep. Op basis van deze resultaten kan de conclusie getrokken worden dat de baten van het inzetten van professionals als uitvoerders van homeparty’s niet opwegen tegen de kosten (werven, trainen, coachen). Derhalve dient een goede kosten-baten analyse gemaakt te worden alvorens een instelling toch besluit met professionals als sleutelfiguur+ te gaan werken. Het structureel werven en trainen van professionals lijkt al met al geen goede optie. Een alternatief en minder ingrijpende aanpak is het gericht benaderen van sleutelfiguren (professionals) als sleutelfiguur+ wanneer blijkt dat er binnen de instelling onvoldoende kennis is over opvoedingsondersteuning aan bepaalde doelgroepen.
6. Bevorderende en belemmerende factoren De belangrijkste bevorderende factoren zijn: • Een planmatige voorbereiding (beslisboom, projectplan), voldoende middelen (financiën, personeel), expertise in de homepartymethodiek en affiniteit met de homeparty door de uitvoerders, inbedding in het werkplan, in de organisatie en in een samenhangende aanpak (dus niet inzetten als ad hoc interventie). • Contactlegging met relevante sleutelorganisaties met kennis over en toegang tot de beoogde doelgroep is van groot belang. Hierbij geldt dat het gericht benaderen van deze organisaties en werkers alsmede het duidelijk aangeven wat de meerwaarde voor beide partijen is, een noodzakelijke voorwaarde is voor het welslagen van de samenwerking. Hierbij geldt ook dat geïnvesteerd moet worden in een lange termijn samenwerking omdat veel sleutelorganisatie ‘moe’ zijn van het steeds opnieuw betrokken worden bij ad hoc projecten zonder vervolg. • Kennis over allochtone doelgroepen, culturele verschillen, visies op middelengebruik en opvoeding zijn noodzakelijk voor een adequate uitvoering. Sleutelfiguren kunnen hierbij een belangrijke rol spelen. • Een homeparty dient systematisch afgesloten te worden met daarbij aandacht voor: de evaluatie door ouders, behoeftepeiling, aanbod en contactpersoon van de instelling voor verslavingszorg, werving nieuwe gastouders, en meegeven van informatiematerialen. Belemmerende factoren zijn: • Voor de uitvoer van een homeparty is samenwerking met sleutelorganisaties vereist. In de praktijk blijken deze contacten vaak bij één preventiewerker te liggen. Indien er geen vervanger of goede verslaglegging voor handen is komt de voortgang in gevaar. De uitvoer van de homeparty is dan zeer kwetsbaar voor externe factoren (ziekte of vakantie, vertrek van een medewerker). Dit geldt eveneens voor contacten met sleutelfiguren; wanneer deze bij één persoon liggen kan de voortgang in gevaar komen wanneer deze sleutelfiguur uitvalt. • Onvoldoende inhoudelijke en organisationele borging van het project binnen een programma en binnen de instelling maakt de homeparty eveneens kwetsbaar (enthousiaste preventiewerkers wiens activiteiten niet door het management gesteund worden).
8
Samenvatting
• •
Bij de voorbereiding van een homeparty dient er rekening mee gehouden te worden, dat ook sleutelorganisaties tijd nodig hebben om de gevraagde activiteiten uit te voeren. Niet voldoende flexibiliteit om in te spelen op onvoorziene veranderingen in de planning door externe factoren (afhankelijkheid van sleutelfiguren en gastouders).
7. Landelijke implementatie Op het moment van het einde van het onderzoek (eind 2003) waren alle Instellingen voor Verslavingszorg bekend met de homeparty (n=18). De homeparty was nog niet grootschalig geïmplementeerd. Van deze 18 werkten er in totaal 6 instellingen met de homepartyinterventie. Dit zijn de Grift, Tactus en Stichting CAD (pilotdeelnemers) en drie andere Instellingen voor Verslavingszorg. Dit komt neer op een implementatiegraad onder de Instellingen voor Verslavingszorg van 33,3%. Andere Instellingen voor Verslavingszorg gaven aan dat men de homeparty een bruikbare interventie vindt om wellicht in de toekomst aan te bieden (n=7). Voor zover bekend waren er geen GGD’en bezig met opzet en uitvoering van homeparty’s. Bij implementatieactiviteiten is het raadzaam om, naast de Instellingen voor Verslavingszorg, ook de GGD’en erbij te betrekken, omdat zij ook een gemeentelijke taak in middelenpreventie en opvoedingsondersteuning hebben.
8. Conclusie In dit project stonden vier vragen centraal: 1. Hoe werkt het draaiboek homeparty’s in de praktijk? 2. Zijn met deze interventie naast Marokkaanse, Turkse en Nederlandse ouders ook nieuwe oudergroepen te bereiken? 3. In hoeverre is er bij ouders die deelnemen aan de homeparty sprake van een toename in kennis, informatiezoekend gedrag en opvoedingsvaardigheden op het gebied van alcohol, drugs, roken en gokken? 4. Is de reikwijdte van de homeparty te vergroten door de inzetbaarheid van (para) professionals bij de uitvoering? 5. Wat zijn de bevorderende en belemmerende factoren voor de implementatie van homeparty’s in de praktijk? De resultaten van deze procesevaluatie bevestigen en versterken de conclusies van de procesevaluatie van fase 1. De homeparty is een geschikte interventie voor het bereiken van oudergroepen die niet met de reguliere activiteiten van de verslavingspreventie worden bereikt. Het draaiboek was een goede leidraad voor de preventiewerkers om de homeparty op te zetten en uit te voeren. Fase 2 laat zien dat deze interventie ook geschikt is voor het werven van Antilliaanse en Molukse oudergroepen naast Marokkaanse, Turkse en Nederlandse ouders (fase 1 + 2). Het onderzoek heeft naast overeenkomsten ook interessante verschillen tussen deze groepen opgeleverd.
Samenvatting
9
Over in hoeverre een homeparty ook leidt tot vermeerdering van kennis en opvoedingsvaardigheden bij deelnemende ouders in de vorm van meetbare resultaten kunnen wij op basis van dit onderzoek geen harde uitspraken doen. Het inpassen van een gestructureerde voormeting uit te voeren door de preventiewerkers en verzoek om deelname van ouders aan de nameting binnen een voor hen nieuwe interventie, bleek in deze tweede pilot moeilijk uit te voeren. Het aantal ouders dat vervolgens bereid was om mee te werken aan de nameting was relatief laag. De ouders die deelgenomen hebben aan de nameting (n=13) hebben aangegeven tevreden te zijn over hun deelname en de opgedane kennis en ervaringen. Dit geldt in feite voor alle ouders die hun deelname aan het einde van een homeparty zelf geëvalueerd hebben. Dit geldt ook voor de uitvoerenden van de homeparty’s (preventiewerkers en sleutelfiguren). Het structureel inzetten, werven en coachen van (para)professionals voor de uitvoering van homeparty’s lijkt op dit moment niet haalbaar noch kosteneffectief. Het inzetten van deze professionals (als sleutelfiguur+) op incidentele basis en met name ter ondersteuning van het geven van opvoedingsondersteuning aan een specifieke allochtone groep lijkt meer perspectief te bieden. De belemmerende factoren voor succesvolle implementatie zijn de kosten, de mate van onvoorspelbaarheid in de uitvoer en de kwetsbaarheid indien er geen ‘back up’ is voor de hoofd-actoren (preventiewerker, sleutelfiguur en gastouder). Ook blijkt in de verslavingspreventie-praktijk een tekort te bestaan aan werkvormen voor het bespreken van opvoedingsvaardigheden met allochtone ouders. De bevorderende factoren voor succesvolle implementatie van de homeparty zijn vooral een goede voorbereiding (beslisboom & projectplan & contactlegging), gemotiveerde sleutelfiguren en adequate kennis van de doelgroepen. De resultaten die in dit onderzoek naar voren zijn gekomen zullen worden verwerkt in een herziene versie van het draaiboek. De verdere implementatie zal opgestart worden in samenwerking met Resultaten Scoren en de LSP. Ter ondersteuning bij de implementatie zal een website www.dehomeparty.nl ontwikkeld worden.
10
Samenvatting
1 Procesevaluatie homeparty’s 1.1
De homeparty
De homeparty is een laagdrempelige interventie om ouders te ondersteunen in de opvoeding van hun kinderen als het gaat om het gebruik van alcohol, drugs en gokken. Deze interventie is in 1998 ontwikkeld door de Grift, Gelders centrum voor verslavingszorg te Arnhem in het kader van een wijkpreventieproject (Panka, 2001). De homeparty heeft de vorm van een huiskamerbijeenkomst waar een preventiewerker voorlichting geeft over alcohol, drugs en gokken. Deze voorlichting wordt afgestemd op de vragen en behoeften van de aanwezige ouders. Centraal staan kennisoverdracht en opvoedingsvaardigheden. Een homeparty werkt analoog aan een Tupperware party, waarbij werving een belangrijke rol speelt. Preventiewerkers werven sleutelfiguren die toegang hebben tot de beoogde doelgroep, sleutelfiguren werven gastouders en gastouders werven ouders om deel te nemen aan een homeparty. Mede door de grote belangstelling van collega-instellingen voor deze methode is in de periode 2000-2001 door het Trimbos-instituut en de Grift gezamenlijk gewerkt aan een ZonMwproject, waarbij onderzocht is of een homeparty moeilijke bereikbare ouders, waaronder allochtone ouders, bereikt en of de homeparty een goede manier van voorlichten is (Boelhouwers e.a., 2001). Op basis van de resultaten is een draaiboek ontwikkeld voor het organiseren, uitvoeren en evalueren van homeparty’s, bedoeld voor preventiewerkers uit de verslavingszorg (Riper e.a., 2001).
1.2
Theoretische onderbouwing van het programma
Het huidige aanbod in opvoedingsondersteuning schiet te kort in het bereiken van allochtone gezinnen en gezinnen uit lagere sociaal-economische klassen (Van Dijke, Snijders & Terpstra, 1999). Het zijn vaak deze gezinnen die ondersteuning nodig hebben vanwege hun lage sociale positie, het wonen in achterstandswijken, het ontbreken van een hecht sociaal netwerk en het bestaan van een ongunstig pedagogisch gezinsklimaat (Eldering, 2002). Ook in de verslavingsgerichte opvoedingsondersteuning verdient het bereiken van risicogroepen aandacht. Vaak bereiken de interventies ouders die al veel weten en over voldoende opvoedingsvaardigheden beschikken. De bestaande wervingsmethodieken bereiken bepaalde oudergroepen, waaronder allochtone en autochtone ouders met een lage sociaal economische situatie (SES) uit achterstandswijken, niet of nauwelijks terwijl deze ouders wel behoefte hebben aan ondersteuning en informatie (Harachi e.a., 1997; Hogue e.a., 1999; Cuijpers & Bolier, 2001; Dusenbury, 2000). Tegelijkertijd wordt de invloed van de ouders op het gedrag van hun adolescente kinderen de laatste jaren sterker benadrukt. Deze invloed is groter dan vaak wordt aangenomen en dit geldt ook voor jongeren boven de 15 jaar (Engels, 2000; 2002). Om deze doelgroepen te bereiken moet actiever en op een meer persoonlijker manier gewerkt worden (Veldkamp 2002). Een belangrijke ontwikkeling in de preventie is dat naast aandacht voor risicofactoren de aandacht voor beschermende factoren groter is dan voorheen (Hawkins e.a., 1992). De ouder-kindinteractie kan zowel een beschermende als een risicofactor vormen voor het middelengebruik van kinderen. De belangrijkste factoren die bescherming bieden zijn ouderlijke monitoring, een ‘open’ communicatie tussen ouders en kinderen en grenzen stellend hande-
1 Procesevaluatie homeparty’s
11
len door de ouders. Deze beschermende factoren worden in de literatuur samengevat met het handelen van ouders volgens een autoritatieve opvoedingsstijl (Elling & Eland, 2001; Vakalahi, 2001; Wills & Yaeger, 2003).
1.3
Het huidige project: traject A en B
In het huidige project zijn twee trajecten uitgezet. In traject A is in twee pilotregio’s (Enschede en Vaassen m.m.v. TACTUS en Almere m.m.v. Stichting Cad) onderzocht of preventiewerkers met behulp van het draaiboek zelfstandig een homeparty-interventie kunnen opzetten en uitvoeren. Centraal stond het onderzoeken van de randvoorwaarden voor succesvolle implementatie. Bovendien is nagegaan of de homeparty ook een geschikte wervingsmethodiek is voor Surinaamse en Antilliaanse ouders. Voor dit traject organiseerde De Grift in samenwerking met het Trimbos-instituut een workshop voor preventiewerkers van een dagdeel ter voorbereiding op het werken met het draaiboek. Het Trimbos-instituut heeft de opzet en uitvoering van de homeparty’s in de twee pilotregio’s geevalueerd. De Grift heeft voordat het project van start ging drie homeparty’s uitgevoerd voor een Antilliaanse doelgroep en ook deze homeparty’s zijn meegenomen in het uiteindelijke resultaat. Verder is een inventarisatie onder andere Instellingen voor Verslavingszorg en GGD’en gehouden om te kijken wat hun ervaringen zijn met de homeparty en het draaiboek. In traject B is de mogelijkheid nagegaan om bij het werven en het uitvoeren van homeparty’s (para)professionals uit andere instellingen of organisaties te betrekken. Doel was de reikwijdte van de homeparty te vergroten. De Grift heeft hiertoe een pilot uitgevoerd in hun regio, waarbij het volgende is ontwikkeld: a) wervingsstrategie b) scholingsplan c) coachingssysteem. Het Trimbos-instituut heeft de procesevaluatie uitgevoerd gericht op beschrijving van het traject en positieve en negatieve factoren die bijdragen aan het opzetten van een operationeel netwerk van (para)professionals.
1.4
Vraagstelling
De vraagstelling van de procesevaluatie is als volgt geformuleerd: 1. Hoe werkt het draaiboek homeparty’s in de praktijk? 2. Zijn met deze interventie naast Marokkaanse, Turkse en Nederlandse ouders ook nieuwe oudergroepen te bereiken? 3. In hoeverre is er bij ouders die deelnemen aan de homeparty sprake van een toename in kennis, informatiezoekend gedrag en opvoedingsvaardigheden op het gebied van alcohol, drugs, roken en gokken? 4. Is het mogelijk om de reikwijdte van de homeparty-interventie te vergroten door bij het werven en uitvoeren van homeparty’s (para) professionals uit andere instellingen of organisaties te betrekken? 5. Wat zijn de bevorderende en belemmerende factoren voor de implementatie van homeparty’s in de praktijk?
12
1 Procesevaluatie homeparty’s
De resultaten van het onderzoek in traject A en traject B en de opmerkingen van de adviescommissie dienden ter verbetering en aanvulling op het huidige draaiboek.
1.5
Opzet onderzoek
In het onderzoek is het proces van implementatie in beeld gebracht. Er zijn gegevens verzameld op vier niveaus: - bij De Grift (ondersteuning implementatie traject A, uitvoering homeparty’s Antilliaanse doelgroep traject A en opzet en uitvoering traject B) - bij uitvoerders van de homeparty’s (preventiewerkers in traject A, (para)professionals in traject B) - bij sleutelfiguren (traject A) - bij deelnemers aan een homeparty (traject A) Tevens zijn de bruikbaarheid en werkbaarheid van het draaiboek in de praktijk onderzocht en is gevraagd naar de tevredenheid over het draaiboek onder de gebruikers (preventiewerkers in traject A, (para)professionals in traject B). Bij de doelgroep ouders is met behulp van een voor- en nameting het effect van een homeparty op kennis, informatiezoekend gedrag en opvoedingsvaardigheden gemeten (traject A). Ten behoeve van deze opzet zijn de volgende methodes gebruikt in traject A: - Interviews met preventiewerkers (face to face, semi-gestructureerd) en sleutelfiguren (telefonisch, semi-gestructureerd). Zie tabel 1 voor aantallen. Voor namen geïnterviewden zie bijlage 1. - Registratie van logboekgegevens (logboek 1, bijlage 2) met betrekking tot de opzet en uitvoering van de homeparty’s, in te vullen door de preventiewerker. - Vragenlijst met items over kennis, opvoeding en tevredenheid over de homeparty, in te vullen door de ouders, voor een homeparty, en telefonisch na een homeparty (bijlage 5). Deze vragenlijst was gedeeltelijk gebaseerd op de lijst die in het homepartyproject fase 1 was gebruikt. - Evaluatieformulier dat na afloop van de training van De Grift door de preventiewerkers is ingevuld. - Participerende observatie door de onderzoeker tijdens de training voor preventiewerkers. - Ook is in e-mailcontact en telefonisch contact veel informatie verzameld.
Tabel 1 aantal interviews
Traject A
Traject B
Interview met:
Project De Grift
Project Stichting Cad
Project Tactus
Totaal
Preventiewerker Sleutelfiguur Ouders Preventiewerker (Para-)professional
1 (face-to-face) 1 (face-to-face) 3 (telefonisch) 2 (face-to-face) 2 (face-to-face)
2 (face-to-face) 1 (telefonisch) 7 (telefonisch) -
2 (face-to-face) 2 (telefonisch) 3 (telefonisch) -
5 4 13 2 2
1 Procesevaluatie homeparty’s
13
En de volgende methodes in traject B: - Interviews (face to face, semi-gestructureerd) met De Grift en (para)professionals. Zie tabel 1. Voor namen geïnterviewden zie bijlage 1. - Een logboek voor de (para)professionals wat zij kunnen invullen na afloop van iedere homeparty (logboek 1, bijlage 2). - Een evaluatieformulier dat na afloop van de cursus homeparty’s door de (para)professionals wordt ingevuld. - Participerende observatie door de onderzoeker tijdens de laatste bijeenkomst van de cursus homeparty’s voor (para)professionals.
1.6
Procedure
Er is een samenwerkingsovereenkomst opgesteld waarin alle afspraken werden vastgelegd en welke het Trimbos-instituut enerzijds en Stichting CAD of Tactus anderzijds hebben ondertekend. De procedure zoals beschreven in de samenwerkingsovereenkomst in traject A was als volgt: Stichting CAD en Tactus implementeerden de homeparty’s zoals beschreven in Traject A aan de hand van het draaiboek respectievelijk in Almere en in Enschede. Het Trimbosinstituut heeft het procesevaluatieonderzoek uitgevoerd. De ondersteuning bij de implementatie lag in handen van De Grift in Gelderland (op aanvraag, niet actief). In de samenwerkingsovereenkomst waren verder afspraken met Stichting CAD en Tactus gemaakt over het meewerken aan een aantal interviews, bijhouden van een logboek en introductie van de onderzoekers in hun netwerk. De pilotregio’s ontvingen een uurvergoeding voor de uren die in het onderzoek werden gestoken. Er was afgesproken dat minimaal 4 homeparty’s zou worden georganiseerd waaronder voor een Surinaamse en Antilliaanse doelgroep. Met Stivoro was afgesproken dat ook het thema ‘roken’ in minimaal één homepartybijeenkomst aan bod zou komen. De dataverzameling stond aanvankelijk gepland voor de periode januari tot eind mei 2003, maar de planning is verschoven tot eind september omdat het aantal homeparty’s dat nodig werd geacht voor het onderzoek nog niet gehaald was. De Grift heeft in traject B een project opgezet om het potentieel aan uitvoerders van een homeparty planmatig en systematisch uit te breiden. Het Trimbos-instituut begeleidde ook dit project met procesevaluatief onderzoek. De periode van dataverzameling liep van januari tot juli 2003. Ook in dit traject zijn alle gemaakte afspraken vastgelegd in een samenwerkingsovereenkomst welke De Grift en het Trimbos-instituut hebben ondertekend.
14
1 Procesevaluatie homeparty’s
Adviescommissie Voor de duur van de projecten is een adviescommissie ingesteld waarin verschillende vertegenwoordigers uit relevante organisaties zitting hadden: • Ben Lebesque CAD Drenthe / Resultaten Scoren • Cor Struik TACTUS Instelling voor verslavingszorg • Paulien van Haastrecht NIGZ / VETC • Richeline Sorel Trabou Tin, Tandem (welzijnsorganisatie in Nijmegen) • Aukje Sannen Trimbos-instituut • Glenn Uiterloo Trimbos-instituut • Murat Can GGZ Midden-Brabant Deze commissie kwam in totaal drie keer bijeen: bij de start, tijdens het project en bij de afronding.
1.7
Opbouw van het rapport
Dit rapport bestaat uit 6 hoofdstukken en een aantal bijlagen. In hoofdstuk 1 is de achtergrond van de homeparty en de opzet van het onderzoek beschreven. In hoofdstuk 2 tot 4 worden de resultaten beschreven van het onderzoek: in hoofdstuk 2 de resultaten van traject A, hoofdstuk 3 beschrijft de resultaten van traject B en in hoofdstuk 4 de resultaten van de inventarisatie onder instellingen. Hoofdstuk 5 staat min of meer op zichzelf: hierin worden de landelijke verspreidings- en implementatieactiviteiten besproken die zijn uitgevoerd gedurende de procesevaluatie. In hoofdstuk 6 tenslotte volgen de conclusie en aanbevelingen.
1 Procesevaluatie homeparty’s
15
2 Resultaten traject A: De homeparty in de praktijk In hoofdstuk 2 worden de resultaten van traject A besproken. Het hoofdstuk start met een beschrijving van de uitgangssituatie in de pilotregio’s (2.1). Vervolgens komen aan de orde de training voor preventiewerkers (2.2), de selectie van doelgroepen (2.3), en de taakverdeling en planning (2.4). In 2.5 volgt een beschrijving van de homeparty’s die zijn gegeven, waarna in 2.6 de belemmerende en bevorderende factoren bij implementatie van de homeparty worden besproken. In 2.7 komen de resultaten van de voor- en nameting aan de orde. Tenslotte volgen in 2.8 de verschillen en overeenkomsten in culturen die naar voren zijn gekomen tijdens het hele project.
2.1
Uitgangssituatie in de pilotregio’s
2.1.1 Stichting Cad
Stichting Cad Afdelingen: • Hulpverleningsteams • Justitieel • Preventie • Centraal Bureau Werkgebied: provincie Flevoland, Noordwest Veluwe en Zwolle en omstreken. Activiteiten voornamelijk gericht op intermediairen, bijv. deskundigheidsbevordering of beleidsondersteuning. Belangrijkste aandachtspunten van afdeling Preventie: onderwijs, jongerenwerk, opvoedondersteuning, infectieziektes, jeugdhulpverlening en horeca (uitgaanspubliek)
Stichting Cad had nog geen ervaring opgedaan met de homeparty. In opdracht van de gemeente Almere heeft het Stichting Cad een quick scan uitgevoerd binnen het netwerk dat direct of indirect betrokken is bij de groep Antilliaanse en Arubaanse jongeren (Broere, 2002). Deze quick scan heeft geresulteerd in een samenhangend plan van aanpak op verschillende leefgebieden: vrije tijd, school/werk en thuis. Het uiteindelijke doel van dit plan is om problemen op het gebied van middelengebruik door Antilliaanse en Arubaanse jongeren te voorkomen, vroegtijdig te signaleren of terug te dringen. De homeparty is onderdeel van dit plan van aanpak en de gemeente Almere heeft hier budget voor vrijgemaakt. Om deze reden is de homeparty opgenomen in het werkplan van Stichting CAD van 2003. TACTUS Verslavingszorg Stedendriehoek Circuits: • Behandeling en begeleiding • Sociale Verslavingszorg • Forensische verslavingszorg • Verslavingsreclassering • Preventie en Consultancy Werkgebied: Twente, Stedendriehoek, OostGelderland. Binnen het circuit Preventie & Consultancy worden bij TACTUS momenteel diverse projecten voor moeilijk bereikbare jongeren opgezet om zo het gat tussen de hulpverlening en preventie te dichten. Ook ontwikkelt TACTUS activiteiten voor de doelgroep allochtonen. Vanuit deze activiteiten worden de homeparty’s gefinancierd.
2 Resultaten traject A: De homeparty in de praktijk
2.1.2 TACTUS, Instelling voor Verslavingszorg Bij aanvang van het project had TACTUS nog geen ervaring opgedaan met het opzetten en uitvoeren van homeparty’s. Wel lagen er al diverse contacten in buurtnetwerken, zelforganisaties en het projecten voor allochtonen (met name in Enschede). Een aantal preventiewerkers van TACTUS konden als sleutelfiguur fungeren omdat zij zelf uit de allochtone groep komen.
17
2.1.3 De Grift In 1998 is De Grift begonnen met het ontwikkelen, opzetten en uitvoeren van homeparty’s. Inmiddels is de homeparty goed ingebed in de organisatie. De homeparty is structureel opgenomen in de werkplannen en er zijn contacten met sleutelfiguren in diverse (allochtone) groepen. In het eerste ZonMw-project ‘Ondersteuning van ouders bij het voorkomen van drugs-, alcohol- en gokproblemen bij hun kinderen’ in de periode 2000-2001 was het niet gelukt homeparty’s te organiseren voor een Antilliaanse en Arubaanse doelgroep wegens ziekte van een sleutelfiguur. De wens en noodzaak om voor deze groep ouders homeparty’s te gaan organiseren, bestond echter nog steeds.
2.2
De Grift, Gelders Centrum voor Verslavingszorg Afdelingen: • Justitiële verslavingszorg • Reguliere hulpverlening • Preventie & Monitoring Werkgebied: Zuid-, Midden en Oost-Gelderland. Doelgroepen: bevolking algemeen, jongeren en bepaalde risicogroepen. Activiteiten via onderwijs, ouders en opvoeders, jeugdhulpverlening, jongerenwerk, uitgaansgelegenheden en de media. Vanuit de activiteiten voor opvoedingsondersteuning wordt de homeparty aangeboden.
Training voor preventiewerkers
Ter voorbereiding op de interventie heeft De Grift een training van een dagdeel ontwikkeld en georganiseerd voor de preventiewerkers van Stichting Cad en TACTUS. Het doel van de training was: het maken van een eerste opzet van de homeparty in de eigen regio. Dit doel moest bereikt worden door praktisch aan het werk te gaan met het draaiboek. De opzet van de workshop was zodanig dat alle fases uit het draaiboek zijn behandeld: voorbereiding, werving, inhoud, uitvoer en evaluatie. Het Trimbos-instituut heeft de training geëvalueerd met behulp van een evaluatieformulier. In totaal waren er acht deelnemers waarvan zes van TACTUS en twee van Stichting Cad. De preventiewerkers hebben de workshop als ruim voldoende beoordeeld met een zeven als gemiddelde, uiteenlopend van zes tot acht. De meeste preventiewerkers (zes) vonden de verhouding tussen theorie en praktijk goed, twee preventiewerkers vonden de training te theoretisch en vonden dat er meer praktijk in zou moeten. Er is veel informatie gegeven in een korte tijd, ervaringen zijn uitgewisseld en verschillende praktijkvoorbeelden zijn besproken. Voor concrete praktijkoefeningen was het dagdeel iets te kort.
2.3
Selectie van doelgroepen
In de volgende paragraaf wordt de selectie van doelgroepen per pilotregio besproken. In het homepartyproject fase 2 zijn drie doelgroepen geselecteerd: een Antilliaans/ Arubaanse doelgroep in Almere en Nijmegen, een Turkse doelgroep in Enschede en een Molukse doelgroep in Vaassen. Daarnaast zijn in Almere ook een aantal Nederlandse vrouwen geworven.
Stichting Cad: Antilliaanse en Arubaanse doelgroep in Almere (+ Nederlandse ouders) Stichting Cad heeft gekozen in Almere voor een Antilliaanse en Arubaanse doelgroep. In de conclusie van de quick scan Almere werd een verhoogd problematisch middelengebruik onder Antilliaanse en Arubaanse jongeren geconstateerd. Bovendien komen de ouders van de
18
2 Resultaten traject A: De homeparty in de praktijk
jongeren niet op de reguliere activiteiten zoals ouderavonden op school. Middelen die gebruikt worden zijn alcohol, cannabis en cocaïne. Ook gokken komt naar voren. De doelgroep Antillianen en Arubanen is niet aan een bepaalde wijk gebonden in Almere. Er is contact gezocht met In Kaso di Balansa, een scholings- en arbeidtoeleidingsproject voor Antillianen en Arubanen in Almere, Nos Kultura, een jongerencentrum voor Antilliaanse en Arubaanse jongeren, en een predikant van een gemeente in Almere. De projectleider van In Kaso di Balansa heeft uiteindelijk als sleutelfiguur gefungeerd. Zij heeft naast Antilliaanse en Arubaanse ouders ook een aantal Nederlandse ouders geworven.
TACTUS: Molukse doelgroep in Vaassen, Turkse doelgroep in Enschede De Molukse groep in Vaassen is een groep die moeilijk bereikt wordt. Een deel van de ouders heeft een gebruikersverleden of –heden. Hierdoor is een gedeelte van de kinderen KVO-er. Jongeren experimenteren vooral met alcohol en cannabis. Als sleutelfiguur zijn opgetreden een Molukse hulpverlener van TACTUS en een ouderling van een Molukse kerk in Vaassen. Wesselerbrink is een wijk in Enschede waar veel allochtonen waaronder Turken wonen. Het is een achterstandswijk met hoge flats, overlast en criminaliteit. In deze wijk zijn via een Turkse preventiewerker van TACTUS ouders geworven worden voor de homeparty’s. Via een Oudkomersproject (taalcursussen en andere activiteiten voor allochtonen die in Nederland zijn gekomen vóór 1998) op het ROC in Enschede wilde TACTUS ouders gaan werven voor de homeparty’s. TACTUS geeft daar al oudercursussen aan allochtonen, met name aan Turkse en Marokkaanse groepen en heeft goede contacten met de leerkrachten. De werving via dit project is niet gelukt gedurende de pilotperiode. Aanvankelijk had TACTUS ook het plan een Marokkaanse groep te werven voor de homeparty, maar dit is gedurende de pilot niet gelukt.
De Grift: Antilliaanse en Arubaanse doelgroep in Nijmegen Verschillende wijken in Nijmegen zijn geselecteerd om de homeparty’s te geven: in Lindenholt, Waterkwartier en Dukenburg. In deze wijken wonen relatief veel Antillianen en Arubanen. Jongeren blowen veel of gebruiken andere drugs. Ook dealen sommige jongeren. Vanuit De Grift is contact gelegd met Trabou Tin, een stedelijk stimuleringsproject voor Antilliaanse en Arubaanse jongeren. Een jongerenwerkster van Trabou Tin fungeerde als sleutelfiguur. Vanuit Trabou Tin worden regelmatig voorlichtingsbijeenkomsten georganiseerd maar hier komen meestal weinig mensen op af. Vanuit Trabou Tin bestond ook al het idee om bijeenkomsten te gaan organiseren bij mensen thuis. Het initiatief van De Grift sloot hier naadloos op aan.
2 Resultaten traject A: De homeparty in de praktijk
19
2.4
Taakverdeling en planning
Stichting Cad Bij Stichting Cad zijn twee preventiewerkers bij het project betrokken, één tevens als projectleider en beiden uitvoerend. De projectleider heeft de contacten gelegd met de potentiële sleutelfiguren. Bij de contacten met Nos Kultura is ook de manager van preventie van Stichting Cad ingeschakeld, omdat deze organisatie terughoudend was in deelname aan het project. De planning was om tot eind juni 2003 vier homeparty’s te geven.
TACTUS TACTUS heeft een projectteam samengesteld bestaande uit vijf personen waarvan er één de activiteiten coördineert (= de programmaleider allochtonen). In Enschede en Vaassen waren ieder twee preventiewerkers betrokken. In Enschede een preventiewerker voor de opzet en uitvoering en een preventiewerker voor ingangen binnen de Turkse gemeenschap. In Vaassen een preventiewerker voor de contacten met de Molukse gemeenschap, opzet en uitvoering en een preventiewerker die eventueel mee zou helpen in de uitvoering. Het plan was om tot eind juni 2003 twee homeparty’s in Vaassen en drie homeparty’s in Enschede uit te voeren. De Grift Binnen De Grift heeft één preventiewerker de opzet en uitvoering van de homeparty’s voor haar rekening genomen. De inhoudelijk coördinator van preventie van De Grift was ook bij het project betrokken in de zin van coördinatie en afstemming. Buiten het bestek van deze pilot waren al drie homeparty’s gegeven die in deze evaluatie zijn meegenomen (behalve in de voor- en nameting). Verder is met De Grift afgesproken dat binnen de pilotperiode twee homeparty’s zouden worden gegeven ten behoeve van traject A.
2.5
Beschrijving homeparty’s
In totaal zijn 10 homeparty’s geanalyseerd (zie bijlage 3): • Aan deze homeparty’s hebben 71 deelnemers deelgenomen, waarvan 58 vrouwen en 13 mannen. • Van deze deelnemers waren 36 Antilliaans/Arubaans, 5 Nederlands, 19 Turks en 11 Moluks. Bij het opzetten en uitvoeren van de homeparty’s hebben de preventiewerkers de handleiding gebruikt. De preventiewerkers vonden de uitleg in de handleiding goed en de opbouw duidelijk. Wel misten zij werkvormen bij het bepalen van de inhoud van een homeparty. De volgende beschrijving is gebaseerd op de logboeken die de preventiewerkers na afloop van een homeparty hebben ingevuld. Bijlage 4 geeft een overzicht van de informatie uit de logboeken.
20
2 Resultaten traject A: De homeparty in de praktijk
2.5.1 Stichting Cad Stichting Cad heeft in totaal één homeparty uitgevoerd. De sleutelfiguur (projectleider van In Kaso di Balansa) had via haar schoonzus die als gastouder fungeerde, deelnemers voor de homeparty geworven. In totaal zijn 11, voornamelijk hoogopgeleide vrouwen bereikt (Antilliaans én Nederlands): 9 moeders en 2 vrouwen zonder kinderen. De homeparty bestond voornamelijk uit een voorlichting over de verschillende middelen. Daarnaast is kort het praten met kinderen over drugs en het stellen van grenzen aan bod gekomen. Navolgende pogingen van Stichting Cad om een homeparty te organiseren voor een Antilliaanse/Arubaanse doelgroep hebben vooralsnog geen resultaat gehad. De werving van sleutelfiguren verliep moeizaam (voor belemmeringen in de werving, zie 2.6.2).
2.5.2 TACTUS TACTUS heeft vier homeparty’s uitgevoerd, twee in Enschede voor een Turkse doelgroep en twee in Vaassen voor een Molukse doelgroep. In Enschede zijn voor de twee homeparty’s deelnemers geworven via het directe netwerk van de Turkse preventiewerker. Twee vrouwelijke preventiewerkers hebben de homeparty’s uitgevoerd. In totaal zijn 18 Turkse vrouwen bereikt waarvan in elk geval één vrouw geen moeder was. In beide homeparty’s lag de nadruk vooral op informatieoverdracht over middelen. Ook zijn een aantal opvoedingsgebieden aan de orde gekomen, zoals praten over drugs, voorbeeldgedrag van de ouders en het signaleren van gebruik bij het kind. De Turkse vrouwen hadden veel vragen aan de preventiewerker, bijvoorbeeld wilde men weten waarom het ene kind wel gaat gebruiken en het andere niet. In Vaassen zijn de gastouders van de twee homeparty’s geworven door een Molukse hulpverlener van TACTUS met veel contacten in de Molukse gemeenschap, en door een ouderling via contacten in zijn kerkgemeenschap. In totaal zijn 11 ouders (9 moeders en 2 vaders) en 9 jongeren bereikt. Hoewel het de bedoeling was alleen ouders te werven, kwam op beide homeparty’s een aantal jongeren mee. Een predikant die deelnam aan een homeparty in Vaassen was erg enthousiast en zei de homeparty aan het einde van de wekelijkse kerkdienst onder de aandacht van zijn gemeente te brengen. Eventuele homeparty’s die hieruit zijn voortgekomen, lagen buiten het bestek van de pilotperiode. In Vaassen is de homeparty ook verder in de publiciteit gekomen; in het huis-aan-huisblad ‘Veluws Nieuws’ stond in juli 2003 een uitgebreid artikel. In de Molukse gemeenschap was het geen probleem dat vrouwen, mannen en jongeren bij elkaar zaten in de homeparty.
2.5.3 De Grift Door De Grift zijn vijf homeparty’s opgezet en meegenomen in de evaluatie. In totaal zijn 20 vrouwen (waarvan 19 moeder), 11 mannen (waarvan 9 vader) en 16 jongeren bereikt. De werving van gastouders verliep goed en snel doordat de sleutelfiguur de juiste ingangen had en een vertrouwensband had met veel ouders. De sleutelfiguur had wervingskaartjes gemaakt waarmee de gastouder ouders kon werven. Normaal kwamen er nauwelijks mensen op voorlichtingen binnen Trabou Tin, de organisatie van de sleutelfiguur, dus qua werving was de homeparty een succes. Hoewel ook in deze homeparty’s de nadruk lag op middelen-
2 Resultaten traject A: De homeparty in de praktijk
21
voorlichting, kwamen vooral in homeparty 1, 3 en 4 uitgebreid opvoedingszaken en – tips aan de orde. Opvallend was dat in twee homeparty’s uitgebreid over cocaïne is gesproken in vergelijking met de homeparty’s onder Turkse en Nederlandse doelgroepen. In de eerste drie homeparty’s en in de laatste zaten moeders, vaders en jongeren bij elkaar. Dit was dus geen homeparty volgens de definitie van het draaiboek. Het was voor de preventiewerker moeilijker om bepaalde opvoedingskwesties aan de orde te laten komen wanneer er jongeren bijzaten.
2.5.4 Het onderwerp roken in de homeparty Mede op verzoek van STIVORO is tijdens een aantal homeparty’s roken als onderwerp behandeld. Het blijkt dat in een regulier voorlichtingsprogramma (bijvoorbeeld een voorlichting op een ouderavond), maar ook in het homepartyprogramma het onderwerp roken vaak als vanzelfsprekend wordt meegenomen door de preventiewerker. Roken is immers een genotmiddel waar veel ouders mee te maken krijgen bij hun pubers en waarbij de voorbeeldfunctie van ouders een belangrijke rol speelt. In twee homeparty’s voor Turkse vrouwen is expliciet aandacht besteed aan roken. Om dit onderwerp in Turkse groepen aan de orde te laten komen, is waarschijnlijk een goede keuze geweest. In de Turkse gemeenschap ligt roken namelijk minder in de taboesfeer dan alcohol en drugs en is het een normaal voorkomend verschijnsel . De vrouwen praatten er dan ook gemakkelijk over tijdens de homeparty. Roken kan als opstapje dienen voor de behandeling van alcohol en drugs. Overigens is roken ook in de groepen met Antillianen tijdens de middelenvoorlichting besproken, maar waren er weinig vragen en discussies over.
2.5.5 Conclusie Samenvattend zijn in het homepartyproject fase 2 tien homeparty’s uitgevoerd waaraan 58 vrouwen (voor het overgrote deel moeders) en 13 vaders hebben deelgenomen. Opvallend is dat in de helft van de homeparty’s ook jongeren zaten (25 in totaal) wat eigenlijk niet de bedoeling is van een homeparty. Dit weerspiegelt het onvoorspelbare karakter van een homeparty. Soms kon de aanwezigheid van jongeren een belemmering zijn voor het bespreken van opvoedingsvaardigheden. De werving van gastouders liep via organisaties voor de Antilliaans/Arubaanse doelgroep, via de eigen organisatie die preventiewerkers in dienst heeft uit de allochtone groep (Turks en Moluks), en via een ouderling van een Molukse kerkgemeenschap. De tien homeparty’s waren divers van opzet en uitvoering. In de meeste homeparty’s lag de nadruk op de middelenvoorlichting (met behulp van de middelenkoffer). In sommige homeparty’s zijn eigen ervaringen met het onderwerp besproken. Ook zijn in de meeste homeparty’s opvoedingskwesties aan de orde gekomen, al kon dit onderwerp niet altijd even uitgebreid worden behandeld. In alle homeparty’s bepaalden de deelnemers mede de gespreksonderwerpen. In de Antilliaanse groepen is een aantal keer het onderwerp cocaïne besproken naar aanleiding van eigen ervaringen (in directe of verre omgeving) met dit middel. Het onderwerp roken is vanzelfsprekend een onderwerp dat in veel homeparty’s wordt meegenomen. In een Turkse homeparty is roken een ‘veilig’ onderwerp waarmee een gevoelig on-
22
2 Resultaten traject A: De homeparty in de praktijk
derwerp binnen de Turkse gemeenschap (middelengebruik onder jongeren) behandeld kan worden.
2.6
Belemmerende en bevorderende factoren
2.6.1 De voorbereiding In de voorbereidingsfase kwamen verschillende belemmerende en bevorderende factoren naar voren. Belemmerend waren: • Er was niet altijd voldoende kennis voorhanden over de Antilliaanse/Arubaanse en Turkse groepen. Hoe zit het met de opvoeding in andere culturen? Welke culturele codes zijn belangrijk? (bijvoorbeeld inzake kleding, schoenen uitdoen als er pantoffels staan, niet wachten totdat iemand een koekje aanbiedt in de islamitische cultuur). • Angst voor het sneeuwbaleffect van een homeparty en controleverlies over het aantal homeparty: komen er niet teveel homeparty’s tegelijk? Zowel de preventiewerkers van TACTUS als van Stichting Cad hadden deze angst aan het begin van het project. Dit bleek erg mee te vallen in de praktijk (het geplande aantal homeparty’s is niet altijd gehaald). • Preventiewerkers zijn niet altijd gewend om projectmatig en planmatig te werken. De bevorderende factoren waren: • Het draaiboek vormde een redelijk goede voorbereiding op het opzetten en uitvoeren van homeparty’s. De preventiewerkers vonden het uitgebreid en gestructureerd, en vonden dat het draaiboek veel handvatten en goede tips te bieden had. • Bij Stichting Cad was een goede onderbouwing (quick scan) aan de implementatie van de homeparty vooraf gegaan en was er tijd, personeel en budget voor vrijgemaakt in het werkplan voor 2003. Op basis van deze quick scan is een specifieke subsidieaanvraag van Stichting Cad over de problematiek onder Antilliaanse en Arubaanse jongeren gehonoreerd door de gemeente.
2.6.2 De werving De werving van sleutelfiguren en gastouders ging bij Stichting Cad en TACTUS moeizamer dan verwacht. Dit had verschillende oorzaken: • Door ziekte viel gedurende een aantal maanden de preventiewerker weg die tevens sleutelfiguur is bij TACTUS. Hierdoor stagneerde de werving onder Turkse ouders. Hetzelfde deed zich voor tijdens homepartyproject fase 1 waarin een Antilliaanse sleutelfiguur door ziekte uitviel. In dit project zijn toen geen homeparty’s gehouden voor een Antilliaanse doelgroep. • Tijdgebrek van een andere preventiewerker van TACTUS. Mogelijk is de homeparty nog niet voldoende ingebed in de organisatie waardoor uren niet gegarandeerd kunnen worden. • Organisaties, sleutelfiguren en gastouders vinden de homeparty meestal meteen een goed idee. Maar over het algemeen kost het tijd en moeite voordat organisaties of sleutelfiguren vertrouwen krijgen in een project en in de preventiewerker. Een persoonlijke en
2 Resultaten traject A: De homeparty in de praktijk
23
•
actieve benadering van de preventiewerker naar de sleutelfiguren én een lange adem zijn hiervoor nodig. Een paar voorbeelden: - De afspraken met de sleutelfiguren en gastouders van Stichting Cad waren aanvankelijk telefonisch. Hoewel dit veel tijd bespaarde, bleek deze manier van werken niet ideaal. Beter werkte het indien er een face-to-face gesprek volgt op het contact via de telefoon. - De contacten met Nos Kultura, het Antilliaanse jongerencentrum in Almere waren aanvankelijk hoopgevend. Later hield de contactpersoon en potentiële sleutelfiguur het af omdat ze de indruk had dat het ‘weer zo’n eenmalig project was voor de Antilliaanse gemeenschap’. Momenteel is de manager van preventie van Stichting Cad bezig informatie te verschaffen over de homeparty en draagvlak hiervoor te creëren. Het ophangen van wervingskaartjes, bijvoorbeeld op het ROC of in Bureau Jeugdzorg hebben net als in het vorige homepartyproject geen gastouders opgeleverd.
Bevorderend werkte: • Het draaiboek dat vooral tijdens de wervingsfase een goede richtlijn bleek te zijn met veel tips en valkuilen. • Veel tijd besteden aan netwerken en contacten leggen was noodzakelijk om de homeparty op de kaart te krijgen bij andere organisaties. • Een actieve, persoonlijke benadering van de organisaties en sleutelfiguren.
2.6.3 De inhoud Knelpunten in het bepalen van de inhoud van een homeparty waren: • De preventiewerkers van TACTUS en Stichting Cad vinden de inhoud van een homeparty zoals deze beschreven staat in het draaiboek nog onvoldoende. Zij missen werkvormen. Sommige werkvormen die in het draaiboek staan, zijn ‘in ontwikkeling’. Vooral gaat het om een behoefte aan werkvormen voor allochtone ouders. Het inzetten van beeldmateriaal (zie de voorgestelde praatplaten in het draaiboek) zou goed kunnen aanslaan bij allochtone ouders. • Het evenwicht vinden in doelstellingen die de preventiewerker heeft en de vragen en behoeftes van de ouders is lastig. Een voorbeeld hiervan is dat het in een homeparty de bedoeling is om naast middeleninformatie, ook opvoedingsvaardigheden te behandelen. Soms is het lastig sturen naar het onderwerp opvoedingsvaardigheden als de deelnemers het naadje van de kous willen weten over een bepaald middel.
2.6.4 De uitvoering In de uitvoering van de homeparty’s kwamen de volgende belemmerende factoren naar voren: • In de homeparty door TACTUS bij Turkse moeders was bewust geen tolk ingezet omdat dit de afstand tussen preventiewerkers en ouders kan vergroten. Helaas bleek de taalvaardigheid van de moeders toch minder goed dan aanvankelijk gedacht waardoor er veel vertaald werd door de moeders onderling. Dit kwam de structuur van deze homeparty niet ten goede.
24
2 Resultaten traject A: De homeparty in de praktijk
•
•
De quiz die in het kader van de voormeting was ingezet gaf negatieve reacties bij de Turkse moeders van de homeparty georganiseerd door TACTUS (‘nee hè, niet weer zo’n enquête’) en nam bij alle homeparty’s (te)veel tijd in beslag. Een preventiewerker die ook sleutelfiguur is en in zijn eigen netwerk opereert, kan hier ook de nadelen van ondervinden: als bijvoorbeeld de voorlichting verkeerd uitpakt kan dit leiden tot gezichtsverlies bij de preventiewerker waardoor volgende homeparty’s niet meer van de grond te krijgen zijn (= een potentiële belemmering maar is niet gebeurd in deze pilot).
(Mogelijk) bevorderend zijn de volgende factoren: • De homeparty voor Turkse moeders georganiseerd door TACTUS is uitgevoerd door een vrouwelijke preventiewerker. Het is niet raadzaam om in de Marokkaanse of Turkse cultuur een man voor een groep vrouwen te zetten omdat dit de fatsoensnormen overschrijdt. • Wanneer een homeparty succesvol is uitgevoerd en de deelnemers zijn tevreden, kan dit tot gevolg hebben dat de preventiewerker een goede naam krijgt binnen de Turkse gemeenschap. Door dit verdiende respect zullen volgende homeparty’s makkelijker te organiseren zijn. • Rekening houden met ramadan en vakanties voor het plannen van afspraken. • Het verrassingspakket dat de gastouder ontvangt aan het einde van een homeparty kan aangepast worden aan de culturele achtergrond van de gastouder. Ze maakte de preventiewerker in Vaassen een ‘pasar malam’ mandje met producten uit de toko en dit viel in goede aarde.
2.6.5 De evaluatie Mogelijk bevorderend voor een goede evaluatie, maar ook voor de continuïteit van de homeparty’s en de verhoging van het effect zijn: • Een systematisch afsluitpunt waarin het aanbod van de Instelling voor Verslavingszorg, GGD of welzijnsinstelling wordt besproken. De ouders staan op deze manier niet met lege handen na de homeparty en weten waar ze terechtkunnen. • Altijd aandacht geven aan de werving van potentiële nieuwe gastouders. • Behoeftepeiling om met dezelfde groep nog eens bij elkaar te komen om opvoedingsvaardigheden te oefenen en voor inhoudelijke verdieping. • Een opdracht meegeven zodat ouders thuis kunnen oefenen met hun kind (bijvoorbeeld met de brochure De tien meest gestelde vragen. Oudermagazine Basisonderwijs van het Trimbos-instituut).
2 Resultaten traject A: De homeparty in de praktijk
25
2.7
Voor- en nameting
2.7.1 Opzet en methode Onder de deelnemers aan de homeparty’s, de ouders, is door middel van een voor- en nameting het effect van de homeparty op kennis, informatiezoekend gedrag en opvoeding (praten over roken, alcohol, gokken of drugs) gemeten. In de nameting is tevens gevraagd naar hun mening over de homeparty en uitgebreide achtergrondgegevens. Hiertoe is een semigestructureerde vragenlijst ontwikkeld: het eerste blok met vragen over tevredenheid had een open karakter, het tweede en derde blok, de quiz en achtergrondgegevens, was gestructureerd (zie bijlage 5). De voormeting (de quiz, leeftijd ouder, aantal kinderen en leeftijd kinderen) werd schriftelijk afgenomen door de preventiewerker tijdens de homeparty. De antwoorden op de vragen dienden tevens als werkvorm waarmee de preventiewerker de voorlichting kon afstemmen op kennis en behoefte. Bijvoorbeeld wanneer ouders volgens de quiz weinig kennis hadden over cannabis en daar ook meer over wilden weten, ging de middelenvoorlichting voor een groot gedeelte over cannabis. Aan het einde van iedere homeparty gaf de preventiewerker uitleg aan het onderzoek en verzamelde namen en telefoonnummers van de ouders die geïnteresseerd waren in deelname aan het onderzoek. De nameting vond plaats vier weken nadat de homeparty had plaatsgevonden door middel van een telefonisch interview. De interviews zijn afgenomen door een onderzoeker van het Trimbos-instituut. Doordat de nameting bij 2 homeparty’s net in de zomervakantie viel (ongepland), is de follow-up periode in twee gevallen langer geworden (6 en 8 weken).
2.7.2 Deelname voor- en nameting en respons Van de tien homeparty’s zijn uiteindelijk vier homeparty’s (homeparty 1, 2, 3 en 9) meegenomen in de voor- en nameting (zie tabel 2.1). De andere zes homeparty’s zijn niet meegenomen in de analyse van de voor- en nameting om de volgende redenen: • Drie homeparty’s (homeparty 6, 7 en 8) van De Grift vonden plaats in september 2002. Het project was nog niet officieel gestart, dus de voor- en nameting was toen nog niet ontwikkeld. • In homeparty 10 van De Grift kwamen onverwacht zes jongeren. Zij waren in de meerderheid en dit bepaalde de inzet van methodieken. Het inzetten van de quiz voor ouders was op dat moment niet de geschikte methodiek. • Van de homeparty’s 4 en 5 in Vaassen heeft de preventiewerker de gegevens van de voormetingen niet aangeleverd aan de onderzoekers. Van de vier homeparty’s die zijn meegenomen in de voor- en nameting hebben de 31 deelnemende vrouwen een voormeting ingevuld en zijn 13 ouders geïnterviewd in de nameting (14 personen hadden naam en telefoonnummer achtergelaten voor de nameting). Vooral de Turkse vrouwen reageerden terughoudend op deelname aan het onderzoek. Zij zaten niet te wachten op ‘alweer zo’n enquête’. Opvallend is het verschil met homepartyproject fase 1 waarin voldoende respons was bij een nameting. Voor een deel is dit te verklaren uit het feit
26
2 Resultaten traject A: De homeparty in de praktijk
dat tijdens fase 1 de homeparty (en het verzoek tot deelname van de ouders) gegeven is door De Grift die reeds ruime ervaring hadden opgedaan met de homeparty.
Tabel 2.1 Deelname aan voor- en nameting Homeparty Doelgroep
Aantal deelnemende Deelname voorvolwassenen meting
Deelname nameting
1. (St. Cad)
11 (6 A, 5 NL)
11
7 (2 A, 5 NL)
8 10 8 3 9 7 7 4
8 9 3
1 2 3
4
-
-
71
31
13
2. (TACTUS) 3. (TACTUS) 4. (TACTUS) 5. (TACTUS) 6. (De Grift) 7. (De Grift) 8. (De Grift) 9. (De Grift) 10. (De Grift) Totaal
Antilliaans, Nederlands Turks Turks Moluks Moluks Antilliaans Antilliaans Antilliaans Antilliaans, Koerdisch Antilliaans
2.7.3 Demografische gegevens Van de vier homeparty’s (1, 2, 3, en 9) zijn (een gedeelte van de) demografische gegevens van de deelnemers voorhanden (zie bijlage 6). Op basis van deze gegevens kunnen geen harde conclusies getrokken worden, omdat het gaat om slechts een klein gedeelte van de deelnemers. Zo hebben alleen vrouwen deelgenomen aan de voor- en nameting en zijn van de Molukse groepen geen gegevens beschikbaar. De gemiddelde leeftijd van de deelnemers (n=24) is 37 jaar, uiteenlopend van 23 tot 51 jaar (Sd=7,8). Hun kinderen zijn gemiddeld 11 jaar, uiteenlopend van 0 tot 25 jaar (Sd=6,2). In homeparty 1 waren de Nederlandse en Antilliaanse vrouwen die deelnamen over het algemeen hoog opgeleid. Over de achtergrond van de Turkse groepen in homeparty 2 en 3 van TACTUS kan op basis van deze gegevens weinig gezegd worden, omdat van slechts 3 van de 18 vrouwen volledige gegevens beschikbaar zijn. De kinderen zijn over het algemeen jong (gemiddeld 7 jaar, Sd=4). Vanuit de kennis en ervaring van de preventiewerker is wel bekend dat de deelnemers komen uit achterstandswijken in Enschede en dat het over het algemeen laagopgeleide moeders zijn.
2 Resultaten traject A: De homeparty in de praktijk
27
2.7.4 Resultaten Vanuit de gegevens van de voor- en nameting kan een indruk verkregen worden van de tevredenheid, informatiezoekend gedrag/voorlichting, opvoedingsvaardigheden en kennis van deelnemers (zie bijlage 7, 8, 9 en 10). Tevredenheid (n=13) Alle geïnterviewde ouders (13) waren zonder uitzondering tevreden tot zeer tevreden (zie bijlage 7) en vonden een bijeenkomst thuis een goed idee. Vooral het feit dat mensen opener zijn tijdens een bijeenkomst thuis en daardoor ervaringen met elkaar deelden, speelde hierin mee (8). De meeste ouders (12) zouden niet gekomen zijn als de bijeenkomst in een buurthuis zou zijn geweest. Positief vonden de ouders vooral dat ze veel geleerd hadden tijdens de homeparty en dat er interessante informatie was gegeven. Ook vond een aantal ouders (4) de homeparty ‘gezellig’. De meeste geïnterviewde ouders (10) wilden in de toekomst nog eens een homeparty bijwonen, om meer te leren over alcohol en drugs (4), of om te leren over een ander thema (5). Informatiezoekend gedrag, opvoedingsvaardigheden en kennis In de voormeting (bijlage 8) hebben de meeste ouders (24 van de 31) al wel eens een folder of boekje gelezen over alcohol, roken of drugs, maar de meeste ouders zijn niet bereikt door een informatieavond op school (2 van de 14). Het merendeel van de ouders (23 van de 31) zijn wel op de hoogte van het bestaan van informatielijnen over alcohol, roken en drugs. De meeste ouders praten al met hun kinderen over alcohol, drugs, roken en gokken (21 van de 31 over alcohol, drugs en roken, 19 over gokken). De Turkse moeders lijken dit minder te doen dan de Antilliaanse en Nederlandse moeders. Dit is begrijpelijk in het licht van het gegeven dat het bij de Turkse homeparty’s over het algemeen om een groep jonge moeders ging met jonge kinderen. Deze moeders vinden het nog te vroeg om te praten met hun kinderen over genotmiddelen. De homeparty lijkt een goede trigger te zijn om een gesprek te voeren met de kinderen over genotmiddelen (zie bijlage 9): 8 van de 10 geïnterviewde ouders had dit gedaan na de homeparty. Ook het informatiezoekend gedrag lijkt door de homeparty gestimuleerd te worden: 11 van de 13 ouders had ná de homeparty een folder of boekje over alcohol en drugs gelezen. Van de kennisvragen (vraag 2 en 8-12) werden 5 van de 6 vragen in de nameting beter beantwoord dan in de voormeting (zie gekoppelde gegevens n=11, bijlage 10). De kennis over het bestaan van informatielijnen, alcohol, cannabis en roken is blijkbaar gestegen onder de geïnterviewde groep vrouwen.
28
2 Resultaten traject A: De homeparty in de praktijk
2.7.5
Conclusie
De voor- en nameting is minder succesvol gelopen dan verwacht en dan tijdens fase 1 van het homepartyproject. Voor een deel is dit te verklaren uit het feit dat tijdens fase 1 de homeparty (en het verzoek tot deelname van de ouders) gegeven is door De Grift die reeds ruime ervaring hadden opgedaan met deze methodiek. Ook heeft de voorbereidingsfase van TACTUS en Stichting Cad aanzienlijk langer geduurd dan gepland. Homeparty’s werden vervolgens uitgesteld of afgelast waardoor uiteindelijk minder homeparty’s in de analyse konden worden meegenomen. Uiteindelijk zijn van vier homeparty’s (gedeeltelijk) gegevens verzameld in de voor- en nameting. De resultaten van de voormeting (n=31) en nameting (n=13) hebben een indruk gegeven van de achtergrondsituatie van de ouders, tevredenheid, vaardigheden en kennis van de deelnemers voor en na een homeparty. Zonder uitzondering waren de ouders die na afloop geïnterviewd zijn (zeer) tevreden over de homeparty. De huiselijke sfeer tijdens een homeparty heeft hier aan bijgedragen. Ervaringen werden gedeeld en de deelnemers gaven aan veel geleerd te hebben. De meeste ouders zouden niet gekomen zijn als de bijeenkomst in een buurthuis was geweest. Ook waren bijna alle ouders nog nooit naar een informatieavond over genotmiddelen op school geweest. In de zin dat de homeparty een interventie is voor moeilijk bereikbare ouders is blijkbaar de juiste doelgroep bereikt. De meeste ouders praten al met hun kinderen over alcohol, roken en/of drugs en hebben wel eens een folder of brochure gelezen over genotmiddelen. Bovendien werkt de homeparty als trigger om na afloop een gesprek met het kind te voeren over het onderwerp. Ook het informatiezoekend gedrag lijkt door de homeparty gestimuleerd te worden: het merendeel van de geïnterviewde groep ouders had na afloop van de homeparty een folder of brochure gelezen over alcohol en drugs. Onder de geïnterviewde groep ouders is de kennis over het bestaan van informatielijnen, alcohol, cannabis en roken gestegen.
2.8
Aandachtspunten, verschillen en overeenkomsten in culturen
In het onderzoek zijn naast overeenkomsten ook verschillen tussen het werken met de diverse allochtone groepen gevonden. Deze worden puntsgewijs in de volgende paragraaf besproken. Benadrukt moet worden dat het hier gaat om praktijkervaringen die niet automatisch voor iedere groep zullen gelden. Ten aanzien van de Antilliaanse en Arubaanse gemeenschap: • In het algemeen signaleert men dat Antillianen en Arubanen niet makkelijk naar instanties gaan. Contact leggen lukt beter als de doelgroep zelf wordt opgezocht. In de quick scan van Stichting Cad werd gezegd: ‘Antillianen en Arubanen komen niet naar jou toe, jij moet naar hen toe’. In die zin is de homeparty een uitstekende methodiek; laagdrempelig, outreachend en informeel. • Over het algemeen lukt het goed om in de Antilliaanse en Arubaanse cultuur vaders en moeders bij elkaar te zetten (ervaring in Nijmegen).
2 Resultaten traject A: De homeparty in de praktijk
29
•
•
•
• •
•
•
Tantes zijn actief qua opvoeding van de neven en nichten in de Antilliaanse en Arubaanse cultuur. Tijdens een Antilliaans/Arubaanse homeparty kunnen daarom naast moeders ook tantes (soms zonder kinderen) aanwezig zijn. In sommige wijken waren Antilliaanse of Arubaanse gastouders waarvan de man of andere familieleden niet met dealen of gebruik te maken hebben nauwelijks te vinden. Van de eis dat een gastouder niet geassocieerd mag worden met druggebruik kan in zo’n geval worden afgestapt. Een vrouw van wie de man dealt of gebruikt kan in de Antilliaanse of Arubaanse gemeenschap zeker als gastvrouw fungeren. Er zal tijdens een homeparty alleen niet als zodanig over worden gesproken. In de Antilliaanse en Arubaanse cultuur worden veel gevoelige zaken niet openlijk besproken. Tijdens een homeparty zullen eigen ervaringen daarom niet altijd op tafel komen. In de homeparty’s met een Antilliaanse en Arubaanse doelgroep is het meestal niet nodig een tolk in te schakelen. Het geven van homeparty’s voor de Antilliaanse doelgroep in de maanden januari en februari is lastig omdat veel mensen voor vakantie in de Antillen zijn en daar soms lang verblijven. Bij de quizvragen is het belangrijk dat er bij de Antilliaanse doelgroep een vraag wordt gesteld over coke en crack (deze middelen zijn vaak een issue in de Antilliaanse/Arubaanse gemeenschap). De inhoud van een homeparty voor Antilliaanse en Arubaanse ouders kan zich richten op: kennis, voorbeeldgedrag, grenzen stellen, leren kennen van vrienden / interesse tonen in je kind, open communiceren over alcohol en drugs (zelfde als bij autochtone ouders).
Ten aanzien van Turkse en Marokkaanse gemeenschap: • Vanuit de homeparty’s zijn er signalen dat gokken in Turkse gemeenschap een rol speelt. Derhalve lijkt het zinvol hier aandacht aan te besteden in een homeparty voor een Turkse doelgroep. • In de Turkse en Marokkaanse cultuur is het binnenshuis voorlichting geven niet passend wanneer dit gebeurt door een man aan een groep vrouwen. Wanneer de voorlichting plaatsvindt op een school of een buurthuis kan deze wel door een man gegeven worden. • Binnen de Turkse en Marokkaanse gemeenschap is het belangrijk een goede naam op te bouwen en te behouden voor de instelling voor verslavingszorg en de preventiewerker. Dit vergt een respectvolle en goed doordachte aanpak (bijvoorbeeld geen mannelijke preventiewerker, grondig dingen doorspreken met de gastvrouw). Wanneer een homeparty minder goed is verlopen, zal hierover gesproken worden in de gemeenschap en zal het moeilijker worden nieuwe homeparty’s te organiseren. • De ervaring van preventiewerkers is dat over het algemeen de Turkse gemeenschap makkelijker toegankelijk is dan de Marokkaanse gemeenschap. De Marokkaanse gemeenschap kenmerkt zich in meerdere mate door geslotenheid. • Voor sommige Turkse en Marokkaanse groepen is het thema genotmiddelen moeilijk bespreekbaar. Het open communiceren met je kind over genotmiddelen kan daarom een stap te ver zijn. Rekening houdend hiermee zal dit onderwerp voorzichtig gebracht moe-
30
2 Resultaten traject A: De homeparty in de praktijk
ten worden. Raadzaam is om de homeparty in zo’n geval ook meer te richten op kennis, voorbeeldgedrag en leren kennen van vrienden / interesse tonen in je kind.
Ten aanzien van de Molukse gemeenschap: • Binnen de Molukse gemeenschap kunnen goed gemengde homeparty’s (mannen én vrouwen) worden gegeven. • Vooral de wat oudere Molukse mensen spreken meestal gebrekkig Nederlands. Wanneer de preventiewerker zelf niet Moluks Maleis spreekt, zal in sommige gevallen een tolk noodzakelijk zijn. • Een Molukse kerkgemeenschap is een goede ingang voor het vinden van een sleutelfiguur.
2 Resultaten traject A: De homeparty in de praktijk
31
3 Resultaten traject B: De homeparty door (para)professionals in de praktijk
3.1
Aanpak De Grift
In traject B is nagegaan of het mogelijk is om bij het werven en het uitvoeren van homeparty’s (para)professionals uit andere instellingen of organisaties te betrekken. Dit gaat verder dan alleen de rol van sleutelfiguur; de (para)professional krijgt ook uitdrukkelijk een uitvoerende rol. Het doel van deze pilot was het potentieel aan uitvoerders van een homeparty planmatig en systematisch uit te breiden. De Grift heeft een pilot uitgevoerd in Arnhem en Nijmegen en heeft hiervoor een aantal acties uitgezet. Wervingsstrategie De Grift heeft een overzicht gemaakt van organisaties die mogelijk zouden kunnen participeren in het project. Al deze organisaties zijn persoonlijk benaderd. Het gaat om: - Een aantal brede welzijnsorganisaties (Stichting Rijnstadt in Arnhem en Tandem in Nijmegen). Verschillende locaties zijn benaderd. Specifiek gaat het bijvoorbeeld om projecten als de Open Wijkschool en Opstapprojecten. - Een organisatie voor Voorlichters Eigen Taal en Cultuur (Stichting Osmose) - Bureau Jeugdzorg (afdeling opvoedingsondersteuning en gezinsinterventies) - Sociaal Kultureel Werk in Wijchgen De Grift heeft een belformulier ontwikkeld waarop contacten met organisaties op een gestructureerde manier konden worden bijgehouden. Een folder met hierop criteria waaraan de (para)professionals moeten voldoen, kon worden toegestuurd naar belangstellenden. Dit A4tje heeft De Grift ook ingezet tijdens een gemeentelijk preventie-opvoedoverleg waarin verschillende spelers op het gebied van opvoedondersteuning in de gemeente Arnhem participeren. Scholingsplan De Grift heeft een training van twee dagdelen ontwikkeld waarin de (para)professionals kennis en vaardigheden kregen aangereikt om de homeparty zelf op te zetten en uit te voeren. In de training zijn de volgende onderdelen aan de orde gekomen: - Middeleninformatie - Eigen houding ten opzichte van middelengebruik - Opzet en inhoud van een homeparty - Jongeren, middelengebruik en opvoeding - Begeleiding van De Grift bij het opzetten en uitvoeren van een homeparty Coachingssysteem De Grift had als taak de (para)professionals te adviseren en te coachen in alle onderdelen van het proces. Persoonlijke begeleidingsgesprekken met de deelnemers aan de training en een evaluatiebijeenkomst stonden gepland. Bij uitvoering van een homeparty zou De Grift het benodigde materiaal leveren.
3 Resultaten traject B: de homeparty door (para)professionals in de praktijk
33
3.2
Uitkomsten van de werving
Deelnemers Voor de training zijn in totaal uiteindelijk 11 deelnemers geworven. Deze deelnemers kwamen van de welzijnsorganisaties Tandem en Stichting Rijnstadt1. Het waren allen professionele werkers met een betaalde functie. Twee groepen waren te onderscheiden: hoogopgeleide HBO-ers en werkers die zich vanuit de doelgroep opgewerkt hebben (via Melkertbanen, de echte ‘paraprofessionals’). Van de HBO-ers had een aantal een coördinerende functie; zij kwamen op de training om te kijken of de homeparty een goede interventie zou zijn voor hun organisatie. Training en begeleiding De deelnemers aan de training waren tevreden over de training van De Grift: het gemiddelde rapportcijfer was een 7,4. Echter, de meesten voelden zich niet in staat zelfstandig een homeparty op te zetten en uit te voeren. Alle deelnemers vonden dat de uitvoering van de middelenvoorlichting niet zonder een preventiewerker van De Grift kon. De meesten vonden wel dat de werving en het gedeelte over opvoeding voor eigen rekening kon worden genomen, maar wel met begeleiding van De Grift. Na 3 maanden heeft De Grift een terugkombijeenkomst ter evaluatie van de activiteiten tot dan toe georganiseerd, maar hier was slechts één deelnemer present. Uitvoering en plannen In de pilotperiode zijn in totaal twee homeparty’s gegeven door één professional die aan de training had deelgenomen. Deze professional werkt bij Trabou Tin, een stedelijk stimuleringsproject voor Antilliaanse en Arubaanse jongeren en onderdeel van Tandem in Nijmegen. Het ging twee keer om een Antilliaanse en Arubaanse groep vrouwen, met uitzondering van de eerste homeparty waar ook één Koerdische moeder aan had deelgenomen. Deze homeparty’s zijn goed verlopen, de deelnemers waren enthousiast en voelden zich gesteund in de opvoeding van hun kinderen (zie bijlage 4, homeparty 9 en 10). Na de zomervakantie van 2003 gaat Trabou Tin door met het organiseren en uitvoeren van homeparty’s. Een coördinator van Tandem is enthousiast over de homepartymethodiek en gaat het idee verder aanzwengelen binnen haar organisatie. Zij gaat zich hard maken voor opname in het werkplan van Tandem voor 2004. Een jongerenwerker van Stichting Rijnstadt die ook aan de training heeft deelgenomen is enthousiast en wil starten met de homeparty’s na de zomer van 2003 (en dus na de pilotperiode). Van de andere deelnemers aan de training zijn tot nu toe geen concrete acties van de grond gekomen.
1
De afdeling opvoedingsondersteuning van Bureau Jeugdzorg viel af omdat dit niet in hun takenpakket paste: Zij werken niet outreachend en verzorgen alleen activiteiten op aanvraag. Osmose viel ook af omdat de VETC-ers wel voorlichting kunnen geven maar over het algemeen niet organisatorisch bezig zijn.
34
3 Resultaten traject B: de homeparty door (para)professionals in de praktijk
3.3
Kenmerken van de paraprofessionals
Aan de hand van de resultaten kan een wervingsprofiel voor een (para-)professional worden opgesteld. In de praktijk blijkt dat het eigenlijk altijd om hoogopgeleide professionals gaat, en niet om paraprofessionals. Over het algemeen moeten hoge eisen aan de mensen worden gesteld: - Kennis van de doelgroep of zelf uit de doelgroep komen. - HBO of MBO+ niveau2 - Ervaring hebben met het staan voor groepen - Ervaring hebben met het geven van opvoedingsondersteuning - Affiniteit met het onderwerp alcohol en drugs
3.4
Fasen en tijdsinvestering
De werving van de (para)professionals ging moeizaam: het heeft een aantal maanden geduurd voordat de club deelnemers aan de training groot genoeg was (minimaal acht was het uitgangspunt). De preventiewerker van De Grift is hier ongeveer 40 uur mee kwijt geweest. In het project konden verschillende fasen worden onderscheiden: Ontwikkeling training 35 uur Werving (para)professionals 40 uur Organiseren en plannen training 10 uur Uitvoer training 16 uur Uitvoer één gezamenlijke homeparty 8 uur Evaluatie (gesprekken en terugkombijeenkomst) 20 uur
3.5
Knelpunten en succesfactoren
Werving en voorbereiding • De werving van de (para-)professionals was erg arbeidsintensief. • Het werken met hoogopgeleide mensen uit de doelgroep zelf werkte bevorderend voor het project. Zij kunnen een uitvoerende en organisatorische rol krijgen in een homeparty én fungeren als sleutelfiguur. • De echte paraprofessionals, bijvoorbeeld buurtmoeders die een Melkertbaan hebben gekregen zijn prima inzetbaar als sleutelfiguur en als verbindende kracht tijdens een homeparty tussen preventiewerker en doelgroep. Over het algemeen is een uitvoerende rol tijdens een homeparty voor hen minder geschikt. Het is aan te bevelen om in de aanloop naar een homeparty toe als (para)professional zo nu en dan contact te leggen met de gastouder en te vragen hoe de voorbereiding vordert. Op deze manier kan men de vinger aan de pols houden. • Een grote motivatie en het geloof in eigen kunnen van een (para)professional zijn belangrijke succesfactoren.
2
Eventueel kan een buurtmoeder of vrijwilliger met grote sociale vaardigheden het ook doen, maar dit is afhankelijk van de persoon.
3 Resultaten traject B: de homeparty door (para)professionals in de praktijk
35
• •
Voor sommige (para)professionals is het moeilijk om een start te maken, sommigen zien er tegenop. Een duwtje in de rug van de kant van de preventiewerker kan hierbij helpen. Meer praktische oefening in de training (bijvoorbeeld de uitvoering van een homeparty oefenen in een rollenspel) kan de werker wellicht zekerder en vaardiger maken in een uitvoerende rol in een homeparty.
Op organisatieniveau • Werving via brede welzijnsorganisaties bleek de meest kansrijke manier te zijn. De homeparty paste het beste in hun missie en werkplannen. Ook het gemeentelijke opvoedoverleg bleek een goede insteek voor werving te zijn. • In een organisatie kon het best op het niveau van het middle management worden ingestoken bij de werving (coördinatoren in dit geval). Hier zitten mensen met contacten met uitvoerend personeel én met het hogere management. • Over het algemeen zat het meeste draagvlak bij werkers op uitvoerend niveau. De meeste van hen vonden de homeparty een goed idee en wilden ermee aan de slag. • Aan de andere kant is het voor verankering in beleid noodzakelijk om ook het hogere management erbij te betrekken. Bij Tandem, de brede welzijnsorganisatie in Nijmegen, kon de homeparty dit jaar niet meer in de werkplannen worden opgenomen, doordat budgetten geoormerkt weggezet zijn door de gemeente.
In de uitvoering • De professional van Trabou Tin had al een aantal keer een homeparty bijgewoond als sleutelfiguur. Daarna voelde zij zich zekerder en bekwamer om zelf een uitvoerende rol in een homeparty op zich te nemen. • Een professional die deelnam aan de training vertelde dat zij liever niet zelf voorlichtingen uitvoert. Ze wil haar goede band met de doelgroep niet kwijtraken. Deze band komt in gevaar wanneer de bijeenkomst niet goed uitpakt. • De Grift had dit opgelost door vragen te stellen tijdens de homeparty aan de professional van Trabou Tin. Bijvoorbeeld ‘Hoe wordt in de Antilliaanse cultuur gereageerd als een kind aangeschoten thuis komt’? Op deze manier wordt de professional van de andere organisatie niet al te prominent voor de groep neergezet. • De professional van Trabou Tin gaf de gastouder tips mee voor goedkope en toch lekkere boodschappen, bijvoorbeeld siroop en koolzuurhoudend bronwater bij de Aldi voor limonade met bubbels.
3.6
Haalbaarheid van het werken met (para)professionals
De Grift heeft een pilot uitgevoerd naar het inschakelen van (para) professionals. Hiertoe heeft zij 11 professionals geworven. In de praktijk bleek het te gaan om hoogopgeleide professionals (dus geen para-professionals). De werving van de professionals verliep moeizaam. Het doel van de pilot was het verkennen van de mogelijkheden om het bereik van de homeparty te vergroten door middel van het inzetten van professionals uit relevante organisaties. De mogelijkheden hiertoe blijken in de praktijk beperkt: de professionals willen niet
36
3 Resultaten traject B: de homeparty door (para)professionals in de praktijk
zelfstandig een homeparty uitvoeren met name niet omdat zij over onvoldoende kennis over genotmiddelen beschikken en dit ook niet tot hun taak rekenen. Ook het verzorgen van een deel van de uitvoering is in deze pilot niet enthousiast opgepikt. Aan het participeren in de uitvoering heeft één professional deelgenomen. Deze professional heeft een waardevolle bijdrage geleverd aan het thema opvoedingsondersteuning voor een Antilliaanse en Arubaanse doelgroep. Op basis van deze resultaten kan de conclusie getrokken worden dat de baten van het inzetten van professionals van andere organisaties in de uitvoering van homeparty’s niet opwegen tegen de kosten (werven, trainen, coachen). Derhalve dient een goede kosten-baten analyse gemaakt te worden alvorens een instelling toch besluit met professionals als sleutelfiguur+ te gaan werken. Het structureel werven en trainen van professionals lijkt al met al geen goede optie. Een alternatieve en minder ingrijpende aanpak is het gericht benaderen van sleutelfiguren (professionals) als sleutelfiguur+ wanneer blijkt dat er binnen de instelling onvoldoende kennis is over opvoedingsondersteuning aan bepaalde doelgroepen.
3 Resultaten traject B: de homeparty door (para)professionals in de praktijk
37
4 Inventarisatie onder instellingen 4.1
Opzet
In mei 2003 is een inventarisatie gehouden onder Instellingen voor Verslavingszorg en GGD’en om te kijken naar hun ervaringen met de homeparty en het werken met het draaiboek. Naar de GGD’en is een e-mail gestuurd met de vraag of iemand in de organisatie bezig is met de homeparty of daar plannen toe heeft. Van de 44 e-mails hebben we van 14 GGD’en een antwoord gekregen. Alle Instellingen voor Verslavingszorg zijn telefonisch benaderd. Ook de gegevens van de pilotinstellingen, De Grift, TACTUS en Stichting Cad, zijn bij de data opgeteld. Van de 18 Instellingen voor Verslavingszorg hebben we de gegevens van 16 instellingen.
4.2
Resultaten
Van de GGD’en en Instellingen voor Verslavingszorg die niet hebben gereageerd bestaat niet de indruk dat zij de homeparty uitvoeren of daar plannen toe hebben. Binnen bestaande netwerken en contacten is de homeparty nooit genoemd of ter sprake gekomen. Zie tabel 4.1 voor een overzicht van de resultaten.
Tabel 4.1 Implementatie homeparty onder instellingen Organisatie
Aantal instellingen
Aantal reacties
IVZ’en GGD’en
18
16
44
14
Op de hoogte? (=ja) 16 12
Actief bezig
Plannen
Geen plannen
Implementatiegraad
6 (incl. 3 pilots) 0
7 1
5 13
6/18 = 33,3% 0/44 = 0%
Geen van de GGD’en voert de homeparty uit of hebben plannen om dit te gaan doen. Eén GGD is wel van plan de homeparty te gaan gebruiken voor het bereiken van een andere doelgroep: oudere Marokkaanse vrouwen die kampen met depressie. Opvallend was dat een aantal GGD’en (2 van de 14 reacties) niet van het bestaan van de homeparty afwisten. Voor een deel kan dit verklaard worden uit het feit dat een aantal implementatieactiviteiten van de homeparty via Resultaten Scoren loopt wat voornamelijk gericht is op Instellingen voor Verslavingszorg en minder op GGD’en. Drie van de Instellingen voor Verslavingszorg (naast de drie pilotinstellingen) zijn bezig met de homeparty’s of hebben al homeparty’s uitgevoerd. Zeven andere Instellingen voor Verslavingszorg spelen wel eens met de gedachte en gaan de homeparty wellicht uitvoeren in de toekomst. Eén instelling heeft een interessante en zeer geïsoleerde groep op het oog voor de homeparty: streng reformatorisch christelijke ouders. De werving is een moeilijk punt bij de instellingen die bezig zijn met de homeparty. Het lukt nog niet de juiste gemotiveerde sleutelfiguur te vinden of de ouders zijn via een ouderavond geworven op school wat niet echt de moeilijk bereikbare ouders oplevert. De 27 uur die voor
4 Inventarisatie onder instellingen
39
een eerste homeparty staat aangegeven in het draaiboek lijkt te optimistisch ingeschat voor een homepartyproject dat vanaf het begin moet worden opgezet. Nog een bevinding vergelijkbaar met die in de pilots is dat de preventiewerkers uitgewerkte werkvormen in het draaiboek missen.
4.3
Conclusie
De homeparty is nog niet grootschalig geïmplementeerd in Nederland. Een aantal Instellingen voor Verslavingszorg (n=3 ) zet in het kader van wijkgericht werken de homeparty in, maar doen dit nog niet op regelmatige basis. Inclusief de twee pilotinstellingen, TACTUS en Stichting Cad, en De Grift zijn dus 6 instellingen voor verslavingszorg bezig met de homeparty. Dit komt neer op een implementatiegraad onder de Instellingen voor Verslavingszorg van 33,3% (6/18). Wel zijn alle Instellingen voor Verslavingszorg bekend met de homeparty. De werving van de juiste sleutelfiguren en gastouders loopt over het algemeen nog moeizaam. Voor andere Instellingen voor Verslavingszorg geldt dat de homeparty een goed idee is, wellicht voor in de toekomst (n=7). Voor zover bekend is geen enkele GGD bezig met opzet en uitvoering van homeparty’s. Ook lijkt de homeparty nog niet bij alle GGD’en bekend te zijn. Bij implementatieactiviteiten is het raadzaam ook de GGD’en erbij te betrekken. Zij hebben immers ook een gemeentelijke taak in middelenpreventie en opvoedingsondersteuning.
40
4 Inventarisatie onder instellingen
5 Verspreidings- en implementatieactiviteiten 5.1
Verspreidings- en implementatieactiviteiten
Verschillende activiteiten zijn tot nu toe ondernomen om de implementatie van de homeparty te bevorderen. Op een aantal congressen, studiedagen of bijeenkomsten zijn presentaties gehouden: - Addictions 2002: Eindhoven, 15 – 17 september 2002, (+ poster in Engels) (H. Riper, Trimbos-instituut) - Workshop ‘Moeilijk bereikbare ouders bereiken met de homeparty’ tijdens een studiedag van De gezonde school en genotmiddelen, 21 maart 2002 (M. de Vocht, De Grift). - Resultaten Scoren Projectpresentatie: Utrecht oktober 2002 (M. de Vocht, de Grift) - ZonMw/ Verslaving Projectpresentatie: Utrecht 21 januari 2003 (+ poster in Nederlands) (H. Riper, Trimbos-instituut) - NIGZ: 3e Nationaal Congres Gezondheidsbevordering en Preventie: Papendal, 23 januari 2003 (H. Riper, Trimbos-instituut) - Stay in Touch, Luzern, 13- 15 maart 2003 (M. de Vocht, de Grift) - Forum Alcohol en Drugs Onderzoek (FADO) 2003, Utrecht. Presentatie ‘De homeparty in de praktijk. 2001-2003’, 13 november 2003 (L. Bolier, Trimbos-instituut). - Congres Resultaten Scoren, Nieuwegein. Workshop ‘De homeparty in de praktijk. Onderzoek en randvoorwaarden voor succesvolle implementatie’, 9 december 2003 (L. Bolier, Trimbos-instituut; I. Poelmans, De Grift). Andere activiteiten en mijlpalen zijn: - Artikel over de twee homepartyprojecten:The homeparty. Recruitment of hard-to-reach parents in adolescent substance use prevention is ingediend bij een international tijdschrift (Riper e.a., 2004). - Opname van de homeparty in het Quick en Effectief Projecten overzicht (Van der Jagt & Jansen, 2003). - Opname van de homeparty als veelbelovende interventie in een overzicht van community-interventies van het NIGZ (Van der Poel e.a., 2004). - Verspreiding naar andere thema’s en organisaties: In België is het draaiboek gebruikt voor een project om Marokkaanse vrouwen met borstkanker te bereiken, de zogenaamde ‘borstkransjes’ (Limburgse Preventieve Gezondheidsraad, 2003). - De instelling voor verslavingszorg op Curaçao (Fundshon Pa Maneho di adikshon) heeft ook te kampen met moeilijk bereikbare groepen en gaat voor deze groepen de homeparty inzetten. - De Nederlands/Duitse organisatie BINAD gaat het draaiboek vertalen in het Duits om ook in Duitsland homeparty’s op te gaan zetten.
5 Verspreidings- en implementatieactiviteiten
41
5.2
Toekomst
In augustus 2004 verschijnt het vernieuwde draaiboek homeparty’s in samenwerking met Resultaten Scoren. Er zal een website voor intermediairen (www.dehomeparty.nl) ontwikkeld worden waarmee de homeparty ook bij andere instellingen dan die in de verslavingszorg bekendheid kan krijgen. Momenteel wordt het draaiboek van de homeparty aangeboden op GGZ-kennisnet, maar deze website is enkel toegankelijk voor leden van GGZ-Nederland waaronder alle GGZ- en verslavingszorginstellingen. De GGD’en en welzijnsinstellingen vallen hier buiten. Om de landelijke implementatie van de homeparty verder te bevorderen, is samenwerking gezocht met de LSP. Zij zullen de mogelijkheden gaan verkennen om jaarlijks een training aan te bieden aan belangstellenden (uitgevoerd door De Grift) en dragen zorg voor verdere implementatie van de homeparty. Tenslotte is er de intentie om de homeparty op te nemen in de volgende uitgave van de gids Veelbelovend en effectief van het Communities that Care project van het NIZW. Op deze manier zou de homeparty ingebed kunnen raken in een breed, landelijk en langlopend communityproject.
42
5 Verspreidings- en implementatieactiviteiten
6 Conclusie en aanbevelingen In dit hoofdstuk worden de belangrijkste conclusies en aanbevelingen besproken in de vorm van een beantwoording van de vraagstelling. De resultaten van deze procesevaluatie bevestigen en versterken de conclusies van de procesevaluatie van fase 1. Uit de resultaten komt naar voren dat de homeparty een succesvolle interventie kan zijn die oudergroepen kan bereiken die met de reguliere voorlichtingsactiviteiten van de verslavingspreventie niet worden bereikt. In dit project zijn 10 homeparty’s uitgevoerd waaraan 71 ouders hebben deelgenomen (58 vrouwen, 13 mannen). Voor het slagen van een homepartyproject spelen bepaalde randvoorwaarden (projectvoorbereiding, tijd, budget, inbedding in het beleid van de organisatie) en het vinden en motiveren van de juiste sleutelfiguren een belangrijke rol.
6.1
Evaluatie van het draaiboek homeparty’s in de praktijk
Bij het opzetten en uitvoeren van de homeparty’s hebben de preventiewerkers de handleiding gebruikt. Het draaiboek was een goede leidraad voor de preventiewerkers: zij vonden de uitleg in de handleiding goed en de opbouw duidelijk. Wel misten zij werkvormen bij het bepalen van de inhoud van een homeparty. Ook bleken projectmatig en planmatig werken, en de contactlegging met sleutelfiguren belangrijke aandachtspunten te zijn. Al de ervaringen worden verwerkt in een nieuwe versie van het draaiboek.
6.2
Bereiken van nieuwe oudergroepen (naast Marokkaanse, Turkse en Nederlandse ouders)
De homeparty is een geschikte interventie voor het bereiken van oudergroepen die niet met de reguliere activiteiten van de verslavingspreventie worden bereikt. Fase 2 laat zien dat deze interventie ook geschikt is voor het werven van Antilliaanse en Molukse oudergroepen naast Marokkaanse, Turkse en Nederlandse ouders (fase 1). Het onderzoek heeft naast overeenkomsten ook interessante verschillen tussen deze groepen opgeleverd die ook verwerkt zijn in het herziene draaiboek.
6.3
Toename in kennis, informatiezoekend gedrag en opvoedingsvaardigheden op het gebied van alcohol, drugs, roken en gokken bij ouders
Over in hoeverre een homeparty ook leidt tot vermeerdering van kennis en opvoedingsvaardigheden bij deelnemende ouders in de vorm van meetbare resultaten kunnen wij op basis van dit onderzoek geen harde uitspraken doen. Het inpassen van een gestructureerde voormeting uit te voeren door de preventiewerkers en verzoek om deelname van ouders aan de nameting binnen een voor hen nieuwe interventie bleek in de pilot moeilijk uit te voeren. Het aantal ouders dat vervolgens bereid was om mee te werken aan de nameting was relatief laag. In totaal hebben 31 ouders deelgenomen aan de voormeting en 13 ouders aan de nameting. De ouders die deelgenomen hebben aan de nameting hebben aangegeven tevreden te zijn met hun deelname en de opgedane kennis en ervaringen. Dit geldt in feite voor alle ouders die hun deelname aan het einde van een homeparty zelf geëvalueerd hebben. Het geldt ook voor de uitvoerenden van de homeparty’s (preventiewerkers en sleutelfiguren).
6 Conclusie en aanbevelingen
43
De homeparty werkte als trigger om na afloop een gesprek met het kind te voeren over het onderwerp. Ook het informatiezoekend gedrag lijkt door de homeparty gestimuleerd te worden: het merendeel van de geïnterviewde groep ouders had na afloop van de homeparty een folder of brochure gelezen over alcohol en drugs. De geïnterviewde ouders blijken beter op de hoogte voor wat betreft kennis over alcohol, cannabis en tabak, ook zijn ze beter geïnformeerd omtrent het bestaan van informatielijnen.
6.4
Vergroten van de reikwijdte van de homeparty door het inzetten van (para) professionals
Uit de pilot uitgevoerd door de Grift (traject B van dit project) blijkt dat het structureel inzetten, werven en coachen van (para)professionals voor de uitvoering van homeparty’s om de reikwijdte van de homeparty te vergroten, niet haalbaar noch kosteneffectief blijkt te zijn. De werving van de professionals verliep moeizaam en de professionals willen wel optreden als sleutelfiguur maar niet zelfstandig een homeparty uitvoeren. De belangrijkste reden is dat zij zelf vinden dat ze over onvoldoende kennis over genotmiddelen beschikken en dit werkterrein ook niet tot hun taak rekenen. Het inzetten van deze professionals (als sleutelfiguur+) op incidentele basis en met name ter ondersteuning van het geven van opvoedingsondersteuning aan een specifieke allochtone groep lijkt meer perspectief te bieden.
6.5
Evaluatie van de bevorderende en belemmerende factoren bij de implementatie
De bevorderende factoren zijn (uitgesplitst naar fase): In de voorbereiding: • Het maken van een goede probleemdefiniëring en analyse werkt bevorderend voor de planmatige opzet van een homeparty. • Zorgen voor juiste randvoorwaarden binnen de organisatie: opname van de homeparty in het werkplan, vrijmaken van tijd en budget, gemotiveerde en vaardige preventiewerkers. • De homeparty kan ingebed worden in een bredere, samenhangende aanpak voor de doelgroep. In de eigen instelling kan de homeparty één van de interventies zijn binnen een integrale aanpak voor de doelgroep (bijvoorbeeld de aanpak van Drugs Voorlichting en Preventie binnen de domeinen gezin, school en vrije tijd, het grootschalige communityproject Communities That Care, of brede wijkgerichte projecten van welzijnsinstellingen). In de werving: • Contactlegging en investeren in een structureel netwerk met welzijnsorganisaties met relevante contactorganisaties is noodzakelijk om de homeparty op de kaart te krijgen en sleutelfiguren te werven. Hierbij geldt ook dat geinvesteerd moet worden in een lange termijn samenwerking omdat veel sleutelorganisaties ‘moe’ zijn van het steeds opnieuw betrokken worden bij ad hoc projecten zonder vervolg.
44
6 Conclusie en aanbevelingen
•
• • •
• • •
Goede insteken voor werving kunnen bijvoorbeeld zijn: organisaties die werken voor een specifieke allochtone doelgroep, brede welzijnsorganisaties, gemeentelijke brede opvoedoverleggen. Het netwerken niet van één persoon afhankelijk laten zijn. Een persoonlijke en actieve benadering is belangrijk (alleen werving via de telefoon of via wervingskaartjes werkt niet). Duidelijk aangeven wat de meerwaarde van samenwerking voor beide partijen is: de belangen voor de sleutelorganisatie om mee te doen aan een homepartyproject verdienen aandacht in de werving. Maken van duidelijke afspraken met sleutelfiguur en gastouders. Van belang is om expliciet te zijn over de doelgroep van de homeparty: moeders en/of vaders. Bij de planning van een homeparty rekening houden met vakanties en ramadan. Een hechte kerkgemeenschap (Antilliaans/Arubaanse, Molukse cultuur) kan een goede ingang zijn voor de werving van een enthousiaste sleutelfiguur.
In de inhoud: • Homeparty is een vraaggerichte interventie, maar preventiewerkers dienen de eigen doelstellingen niet uit het oog te verliezen. Bijvoorbeeld het Nederlandse drugbeleid kwam vaak ter sprake. Hier dient een preventiewerker adequaat op te reageren, dat wil zeggen wel bespreken maar niet tot hoofdthema van de party maken waardoor centrale thema’s zoals opvoedingsvaardigheden qua tijd in de knel komen (= spanningsveld tussen vraag- en aanbodgericht werken). • Inhoud van een homeparty voor Turkse en Marokkaanse ouders: vaak meer richten op kennis, voorbeeldgedrag en leren kennen van vrienden / interesse tonen in je kind. Het open communiceren met je kind over genotmiddelen kan een stap te ver zijn. Rekening houdend hiermee zal dit onderwerp voorzichtig gebracht moeten worden. • Inhoud van een homeparty voor Antilliaanse en Arubaanse ouders: kennis, voorbeeldgedrag, grenzen stellen, leren kennen van vrienden / interesse tonen in je kind, open communiceren over alcohol en drugs (zelfde als bij autochtone ouders). In de uitvoering: • Marokkaanse en Turkse homeparty’s altijd laten uitvoeren door een vrouwelijke voorlichter. Deze vrouwelijke voorlichter zal een goede naam moeten ‘verdienen’ door middel van succesvol uitgevoerde homeparty’s binnen de gemeenschap. • Passend verrassingspakket maken voor de gastvrouw, of – heer (bijvoorbeeld bij de Molukse groep een ‘pasar malam’ mandje van de toko). In de evaluatie: • Zorgen voor een systematisch afsluitpunt waarin het aanbod van de Instelling voor Verslavingszorg wordt besproken. De ouders moeten weten waar ze terechtkunnen ná een homeparty. • Behoeftepeiling om met dezelfde groep nog eens bij elkaar te komen om opvoedingsvaardigheden te oefenen en voor inhoudelijke verdieping. Veel ouders willen graag voor een tweede keer naar een homeparty komen.
6 Conclusie en aanbevelingen
45
• •
Proberen nieuwe gastouders te werven (als de planning van de eigen organisatie dit toelaat). Een opdracht meegeven zodat ouders thuis kunnen oefenen met hun kind (zie bijvoorbeeld de folder ‘de 10 meest gestelde vragen over drugs’ van De gezonde school en genotmiddelen).
Belemmerende factoren zijn: • Voor de uitvoer van een homeparty is samenwerking met sleutelorganisaties vereist. In de praktijk blijken deze contacten vaak bij één preventiewerker te liggen. Indien er geen vervanger of goede verslaglegging voor handen is komt de voortgang in gevaar. De uitvoer van de homeparty is dan zeer kwetsbaar voor externe factoren (ziekte of vakantie, vertrek van een medewerker). Dit geldt eveneens voor contacten met sleutelfiguren, wanneer deze bij één persoon liggen kan de voortgang eveneens in gevaar komen wanneer deze sleutelfiguur uitvalt. • Onvoldoende inhoudelijke en organisationele borging van het project binnen een programma en binnen de instelling maakt de homeparty eveneens kwetsbaar (enthousiaste preventiewerkers wiens activiteiten niet door het management gesteund worden). • Bij de voorbereiding van een homeparty dient er rekening mee gehouden te worden, dat ook sleutelorganisaties tijd nodig hebben om de gevraagde activiteiten uit te voeren. • Niet voldoende flexibiliteit om in te spelen op onvoorziene veranderingen in de planning door externe factoren (afhankelijkheid van sleutelfiguren en gastouders).
46
6 Conclusie en aanbevelingen
Literatuur Boelhouwers, K., Riper, H., , Panka, A. & Vocht de, M. (2001) Procesevaluatie homeparty’s. Utrecht: Trimbosinstituut. Broere, B. (2002). Plan van aanpak. Antilliaanse en Arubaanse jongeren in Almere. Almere: Stichting Cad, afdeling Preventie. Cuijpers, P. & L. Bolier (2001). Gezinsgerichte verslavingspreventie: een overzicht van de literatuur. In: Tijdschrift Sociale Geneeskunde (TSG), 7 (79), pp. 424-433. Dijke, A., van, J. Snijders & L. Terpstra (1999). Het werkveld opvoedingsondersteuning en ontwikkelingsstimulering. Utrecht: NIZW. Dusenbury L (2000) Family-based drug abuse prevention programmes: a review. Journal of Primary Prevention 20: 337-52. Eldering, L. (2002) Cultuur en opvoeding. Interculturele pedagogiek vanuit ecologisch perspectief. Rotterdam: Lemniscaat. Elling, A. & Eland, A. (2000) Aanknopingspunten voor opvoedingsondersteuning. Utrecht: Trimbosinstituut. Engels, R. (2000), Zoals de ouders zingen, piepen de jongen. Den Haag: Stivoro. Harachi TW, Catalano RF and Hawkins JD (1997) Effective recruitment for parenting programs within ethnic minority communities. Child & Adolescent Social Work Journal. 4 (1): 2339. Hawkins JD, Catalano RF, Miller JY (1992) Risk and protective factors for alcohol and other drug problems in adolescence and early adulthood: Implications for substance abuse prevention. Psychological Bulletin 112 (1): 64-105. Hogue A, Johnson-Leckrone J and Liddle HA (1999) Recruiting high-risk families into familybased prevention and prevention research. Journal of Mental Health Counseling 21 (4): 337351. Limburgse Preventieve Gezondheidsraad (2003). Borstkransjes. Infosessies-aan-huis over borstkanker(screening). Hasselt: LOGO. Panka, A. (2001). ‘Tupperwareparty’ een voorbeeld voor preventie? Projectplan houseparty. In: Binad Info, 20, p. 18-26. Riper, H., Vocht, de, M., Boelhouwers, K., & Panka, A. (2001). Draaiboek homeparty. Methode voor het werven en voorlichten van moeilijk bereikbare autochtone en allochtone ou-
Literatuur
47
ders over het gebruik van alcohol, drugs en gokken bij hun kinderen. Utrecht: GGZNederland. Riper, H., Bolier, L. & Elling, A. (2004). The homeparty. Recruitment of hard-to-reach parents in adolescent substance use prevention. Submitted. Vakalahi,H.F. (2001). Adolescent substance use and family-based risk and protective factors: A literature review. Journal of Drug Education 31 (1): 29-46. Van der Jagt, F., & Jansen, J. (2003). ‘Quick en effectief’. Lokale projecten ter vermindering van gezondheidsverschillen en bevordering van gezond leven. Woerden: NIGZ. Van der Poel, F., Kok, H., & Molleman, G. (2004). Aandacht voor achterstandsgroepen. Overzicht van het aanbod aan gezondheidsbevorderende en preventie-activiteiten in Nederland. Woerden: NIGZ. Veldkamp Marktonderzoek (2002). Allochtone ouders en drugs. Een kwalitatief onderzoek in het kader van de campagne ‘Drugs laat je niks wijsmaken’. Amsterdam: Veldkamp Marktonderzoek bv. Wills TA and Yaeger AM (2003). Family Factors and Adolescent Substance Use: Models and Mechanisms. Current Directions in Psychological Science. 12 (6): 222-226.
48
Literatuur
Bijlage 1 Namen geïnterviewden Irmgard Poelmans
preventiewerker De Grift
Wilma de Iongh Mira Hannink
preventiewerkers Stichting Cad
Marjo Koens
projectleider In Kaso de Balanca (sleutelfiguur voor Stichting Cad)
Jacobine Hielkema Liesbeth ter Braak Recep Canel Karel Noija Boukje Straatsma
Coördinator preventie Tactus Preventiewerkers Tactus
Rob Imlabla Yulis Patty
medewerker BerkenOord2 (sleutelfiguur voor Tactus) hulpverlener Tactus (sleutelfiguur voor Tactus)
Richeline Sorel Imke van Ophuizen
professional Trabou Tin, Stichting Tandem, Nijmegen Sociaal-cultureel werker, Stichting Rijnstad, Arnhem
Bijlage 1 Namen geïnterviewden
49
Bijlage 2 Logboek preventiewerkers 1. ALGEMENE GEGEVENS 1. Datum homeparty: 2. Tijdstip homeparty: ochtend middag avond 3. Plaats en wijk waar de homeparty is uitgevoerd: 4. Uitvoerder homeparty: 5. Tijdsinvestering uitvoerder (in uren, dit kun je overnemen van het urenregistratieschema): waarvan voorbereiding: waarvan werving: waarvan programma-inhoud: waarvan uitvoering: waarvan evaluatie:
2. DEELNEMERS 5. Aantal deelnemers: - waarvan moeders: - waarvan vaders: met kinderen in de leeftijd van ….. tot ….. jaar 6. Etnische / culturele achtergrond deelnemers:
7. Voertaal tijdens homeparty:
8. Gewerkt met tolk tijdens homeparty: ja nee
Bijlage 2 Logboek preventiewerkers
51
3. WERVING DEELNEMERS 9. Welke wervingsstrategie(ën) is (zijn) gebruikt (zie voorbeelden onderaan pag. 4):
10. Met welke sleutelfiguur is gewerkt? Naam: Organisatie: Relatie met doelgroep:
Hoe contact mee gelegd:
11. Welke afspraken zijn met de sleutelfiguur gemaakt over de werving van gastouders?
12. Op welke manier heeft de gastouder de andere ouders geworven?
13. Wat is de relatie van de gastouder met de deelnemende ouders?
14. Wat viel op tijdens de werving?
52
Bijlage 2 Logboek preventiewerkers
4. UITVOERING HOMEPARTY 15. Onderwerpen die op de homeparty behandeld zijn: -
16. Vragen die door ouders op de homeparty zijn gesteld: -
17. Ervaringen die door ouders op de homeparty zijn uitgewisseld: -
18. Discussies die op de homeparty zijn gevoerd: -
Bijlage 2 Logboek preventiewerkers
53
5. EVALUATIE HOMEPARTY 19. Heb je de homeparty na afloop met de deelnemers geëvalueerd? ja nee 20. Welke vragen zijn tijdens de evaluatie gesteld en wat waren hierop de antwoorden van de deelnemende ouders?
21. Wat zou je een volgende keer anders doen en op welke manier?
Voorbeelden wervingsstrategieën gastouders: • door middel van inzet van sleutelfiguren • gastouder via vorige homeparty • via intermediaire instellingen • via materialen (brochure, flyer) • via mond-op-mond reclame • …….
54
Bijlage 2 Logboek preventiewerkers
Bijlage 3 Aantal deelnemers in de homeparty’s naar etniciteit Homeparty
Antilliaans
Nederlands
Turks
Homeparty 1 Stichting Cad Homeparty 2 TACTUS Homeparty 3 TACTUS Homeparty 4 TACTUS Homeparty 5 TACTUS Homeparty 6 De Grift Homeparty 7 De Grift Homeparty 8 De Grift Homeparty 9 De Grift Homeparty 10 De Grift Totaal
6 vrouwen
5 vrouwen
-
11 vrouwen
-
-
8 vrouwen
8 vrouwen
-
-
10 vrouwen
-
10 vrouwen
-
-
-
-
-
-
5 vrouwen 4 mannen 5 vrouwen 2 vaders 4 vrouwen 3 mannen 3 vrouwen
-
-
7 vrouwen 1 man 2 vrouwen 1 man -
-
-
-
-
-
-
-
-
2 vrouwen 2 mannen 25 vrouwen 11 mannen
-
1 vrouw (Koerdisch) -
7 vrouwen 1 man 2 vrouwen 1 man 5 vrouwen 4 mannen 5 vrouwen 2 vaders 4 vrouwen 3 mannen 4 vrouwen
-
5 vrouwen 0 mannen
19 vrouwen 0 mannen
9 vrouwen 2 mannen
2 vrouwen 2 mannen 58 vrouwen 13 mannen
36 totaal
5 totaal
19 totaal
11 totaal
71 totaal
Bijlage 3 Aantal deelnemers in de homeparty’s
Moluks
Totaal
55
Bijlage 4 Beschrijving homeparty’s Homeparty
Plaats/wijk
Tijdsinvestering 30 uur
Aantal ouders 11 (vrouwen, 2 nietmoeder)
Homeparty 1 Stichting Cad
Almere
Homeparty 2 TACTUS
Enschede Wesselerbrink
21 uur
Homeparty 3 TACTUS
Enschede
16 uur
Wervingsstrategie
Onderwerpen
Vragen en discussies
Opvallend
Via intermediaire instelling In Kaso di Balansa, schoolarbeidstoeleidingsproject. Telefonisch benaderd + presentatie in teamoverleg.
• Alcohol • Cannabis • Praten helpt – communicatie
• Regels stellen • Hoe herken je gebruik? • Verschillen in kinderen, waarom de een meer mag dan een ander
Gastouder is bang dat genodigden niet zullen komen.
8 Onbekend Turks (moeders)
Via Turkse preventiewerker van TACTUS.
• • • • •
Ouders denken dat in de coffeeshop harddrugs te krijgen zijn. NL preventiewerker, geen tolk: volgende keer zou preventiewerker wel een tol inschakelen.
10 (vrouwen, in elk geval 1 nietmoeder)
Via Turkse preventiewerker van TACTUS. Homeparty is aan de orde gekomen via voorlichting aan Turkse ouders.
• Roken • Informatie over middelen • Opvoedingsondersteuning
• Hoe signaleer ik gebruik van mijn kind? • Raak je via cannabis verslaafd aan heroïne? • Middelenvoorlichting, onderscheid soft-, harddrugs. • Gebruik op school. • Wat is TACTUS • Roken is minder erg dan drugs/alcohol. • Nederlandse wetgeving. • Grenzen stellen. • Zwangere vrouw wilde weten wat de invloed van roken is op de zwangerschap. • Praten over drugs. • Voorbeeldgedrag ouders. • Kinderen met problemen, hoe komt dit? • Redenen om te beginnen met roken of middelen. • Verschillen mannen en
Bijlage 4 Beschrijving homeparty’s
Leeftijd kinderen 8-20 jaar
Culturele achtergrond Antilliaans en Nederlands
Onbekend Turks
Middelenkennis Pubers Signalen van gebruik Roken Gokken
Voertaal Turks, tolk ingeschakeld.
57
Homeparty
Plaats/wijk
Tijdsinvestering
Aantal ouders
Leeftijd kinderen
Culturele achtergrond
Wervingsstrategie
Onderwerpen
Homeparty 4 TACTUS
Vaassen
Onbekend 8 (7 moeders, vader + zoon van 15)
Preventiewerker en hulpverlener van Tactus zijn Moluks en fungeren als sleutelfiguur.
• Angsten over drugs besproken (bijv. na 1 joint ben je verslaafd). • Praten met je kind.
Homeparty 5 TACTUS
Vaassen
Onbekend 3 Jongeren (Ouderling in puber=sleut.fig., leeftijd 2 moeders, 1 vader, 8 jongeren)
Moluks
Preventiewerker en hulpverOnbekend. lener van Tactus zijn Moluks en fungeren als sleutelfiguur. Ook via een ouderling van hechte kerkgemeenschap zijn ouders geworven.
Homeparty 6 De Grift
Nijmegen Lindenholt
-
9 (5 moeders 4 vaders 9 jongeren)
6-16 jaar
Antilliaans en mogelijk Arubaans
Via intermediaire instelling Trabou Tin. Sleutelfiguur heeft vertrouwensband met ouders. De werving verliep makkelijk, snel waren 4 party’s gepland. Wervingskaartjes bij gastouders afgegeven, hiermee kan de gastouder ouders werven.
Homeparty 7 De Grift
Nijmegen Lindenholt
-
7 (5 moeders 2 vaders 1 jongere)
-
Antilliaans
Via intermediaire instelling Trabou Tin.
Vragen en discussies
Opvallend
vrouwen mbt opvoeding.
58
Onbekend Moluks
Nieuwe sleutelfiguur (kerkraadslid in party geworven.
• Jongeren stonden toevallig voor het huis te blowen. Discussie ontstond over de laksheid van politie om op te treden.
Naar aanleiding van homeparty verschijnt artikel in ‘Veluws Nieuws’.
• Middelenvoorlichting • Opvoedingstips
• Veel vragen over middelen. • Wat is verslaving? • Wanneer is iemand probleemgebruiker? • Wat doe je als kinderen drugs gaan gebruiken? • Vragen over het NL drugbeleid. • Uit schaamte (vgl. sleutelfiguur) worden er geen ervaringen uitgewisseld.
Aan het begin van een party zijn gastouders vaak zenuwachtig en gaan bellen waar de andere ouders blijven.
• Middelenvoorlichting vooral over harddrugs.
• Ouders vroegen veel over cocaïne.
Eén jong kind was erg storend aanwezig.
Bijlage 4 Beschrijving homeparty’s
Homeparty
Plaats/wijk
Homeparty 8 De Grift
Nijmegen Waterkwartier
Homeparty 9 De Grift
Nijmegen Dukenburg(?)
Homeparty 10 Nijmegen De Grift Malvert
Tijdsinvestering -
12 uur
9 uur
Aantal ouders 7 (4 moeders 3 vaders) 4 (4 moeders)
Leeftijd kinderen -
Culturele achtergrond Antilliaans en Dominicaans
Wervingsstrategie
Onderwerpen
Vragen en discussies
Opvallend
Via intermediaire instelling Trabou Tin.
• Uitgebreid over opvoeding en opvoedingstips
• Veel vragen over opvoeding.
Ouders van de Pinkstergemeente.
9-25 jaar
Antilliaans en Koerdisch (1)
Via intermediaire instelling Trabou Tin.
• Info alcohol, hasj&wiet, speed, coke en xtc. • Wat is verslaving? • Invloed van ouders • Invloed van vrienden • Opvoedingstips • Situatieschetsen besproken
• Wat is gevaarlijker, alcohol of hasj & weed? • Hoe kun je verslaafden helpen? • Vanaf welke leeftijd mogen kinderen drinken? • Hoe hou je kinderen tegen om alcohol en drugs te gebruiken? • Makkelijke verkrijgbaarheid in Nederland.
Sleutelfiguur heeft uitvoerende rol in de homeparty (zie H3 over werken met (para)professionals
Antilliaans
Via sleutelfiguur intermediaire instelling Trabou Tin. Kent de families goed.
• Info over middelen. • Wat is verslaving.
• Wanneer ben je verslaafd. • Verschil heroïne en cocaïne. • Verschil gekookte coke en snuifcoke. • Waarom begin je met middelen.
Ervaringen met eigen verslaving aan sigaretten en coke werden uitgewisseld. Goede sfeer.
4 12 – 18 (1 moejaar der, 1 vrouw) 6 jongeren 2 mannen)
Bijlage 4 Beschrijving homeparty’s
59
Bijlage 5 Vragenlijst ouders Naam invuller formulier:
…………………………………………………
Plaats / wijk homeparty:
…………………………………………………
Datum homeparty:
…………………………………………………
Datum invullen evaluatieformulier:
…………………………………………………
Ouder:
………………………………………………….
1. Wat vond u van de homeparty? Wat heeft u er aan gehad? Indien positief, kunt u benoemen wat u goed vond? Indien negatief, wat vond u niet goed? …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………
2. Wat vond u ervan dat de bijeenkomst thuis met bekenden (vrienden, familie of bekenden) werd gehouden? (doorvragen, wat vind de ouder positief/negatief hieraan, was u gekomen als de bijeenkomst bijvoorbeeld in een buurthuis of bij de INSTELLING VOOR VERSLAVINGSZORG was geweest?) …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………
3. Zou u iets willen veranderen aan de bijeenkomst? Zo ja, wat? …………………………………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………………………………… 4. Zou u een de toekomst nog een keer naar een homeparty willen gaan? Waarom wel/ niet? …………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………
Bijlage 5 Vragenlijst ouders
61
Kunt u bij de volgende stellingen aangeven of ze wel of niet waar zijn? (Omcirkel het juiste antwoord)
Homeparty-quiz (voor en na een homeparty)
Naam:
…………………………………………………….
Kunt u bij de volgende stellingen aangeven of het waar is (ja) of niet waar (nee) ? (Omcirkel het juiste antwoord) 1.
Na de homeparty heb ik een folder of boekje gelezen over alcohol, roken of drugs.
JA / NEE
2.
Er zijn telefoonlijnen waar ik informatie kan krijgen over alcohol, roken of drugs.
JA / NEE
3.
Alle kinderen vanaf 11 jaar zouden op school voorlichting moeten krijgen over de risico’s van alcohol, roken en drugs.
JA / NEE
4.
Na de homeparty ben ik naar een informatieavond op school geweest over alcohol, roken of drugs.
JA / NEE
5.
Na de homeparty heb ik met mijn kind gepraat over: Roken
JA / NEE
Alcohol
JA / NEE
Gokken
JA / NEE
Drugs
JA / NEE
6. 7.
Na de homeparty heb ik met andere ouders gepraat over opvoeding en alcohol, JA / NEE roken of drugs. Ik kan als ouder zelf weinig of niets doen aan de invloed van ‘slechte’ vrienden. JA / NEE
8.
Roken verhoogt de kans om eerder dood te gaan.
JA / NEE
9.
Alcohol is een drug.
JA / NEE
10. Het effect van hasj of wiet is dat je er veel energie van krijgt.
JA / NEE
11. Als je hasj of wiet wilt kopen, moet je minstens 18 jaar zijn.
JA / NEE
12. Er zijn meer mensen verslaafd aan alcohol dan aan andere drugs.
JA / NEE
62
Bijlage 5 Vragenlijst ouders
Tot slot zou ik graag een aantal vragen willen stellen over uw achtergrond: Man / vrouw:
vul zelf in……………
Geboorteland:
…………………………
Geboorteland ouders:
………………………...
Leeftijd:
…………………………
Opleiding:
…………………………
Beroep:
…………………………
Aantal kinderen:
…………………………
Leeftijd kinderen:
…………………………
Geslacht kinderen:
…………………………
Burgerlijke staat:
…………………………
Eventueel: Leeftijd partner:
…………………………
Opleiding partner:
…………………………
Beroep partner:
…………………………
Een- of tweeoudergezin:
…………………………
Dit waren alle vragen die ik u wilde stellen. Hartelijk dank voor uw medewerking!
Bijlage 5 Vragenlijst ouders
63
Bijlage 6 Demografische gegevens ouders Tabel 1 demografische gegevens deelnemers homeparty 1 (Stichting Cad, Almere) Resp. 1
Culturele achtergr. Antilliaans
Sexe
Leeft. Leeft. kind. vrouw 39 8
Sexe Een/twee Opleiding kind. ouderg. tweeoud. HBO ♀
2
Nederlands
vrouw 47
9,15, 18, 20
♀♂
3
Nederlands
vrouw 41
8
4
Nederlands
vrouw 30
5
Antilliaans
vrouw 36
6
Nederlands
vrouw 48
7
Nederlands
8
Beroep verpleegkundige leidster kinderopvang
Leeft. partn. 42
Opleiding partner HBO
47
HTS
Beroep partner technical engineer IT-er
tweeoud.
HAVO
♀
tweeoud.
HBO
projectleider
51
HBO
geen
-
-
MBO
-
-
geen = tante 15 ,15
-
-
Universiteit
37
♀♂
tweeoud.
HBO
onderwijsassistent interim manager spelleidster
55
Techn. Universiteit MBO
vrouw 46
16 ,15 12 ,10
♂♂
tweeoud.
HBO
kinderleidster
46
HBO
applicatiebeheerder manager
Antilliaans
vrouw 39
17, 11
-
onbekend HBO
onbekend
Antilliaans
vrouw 47
15
♀
onbekend onbekend
onbekend
onbekend
10
Antilliaans
vrouw 38
15, 14, 12
♀♀
onbekend onbekend
onbekend
onbekend onbekend onbekend
onbekend
9
basisschoollerares onbekend
onbekend
onbekend
11
Antilliaans
vrouw 42
7, 13
onbekend onbekend
onbekend
onbekend
onbekend
onbekend
♂♂
stafmedewerker inspecteur
♂♂
♀ -
Tabel 2 demografische gegevens deelnemers homeparty 2 (TACTUS, Enschede) Resp.
Leeft. Leeft. kind. vrouw 27 4, 3
Sexe Een/twee Opleiding kind. ouderg. 2 HAVO ♂♀
Beroep
1
Culturele achtergr. Turks
Sexe
Leeft. partn. 30
Opleiding partner HBO
onbekend
onbekend
onbekend
Beroep partner Maatschap. werker onbekend
2
Turks
vrouw 29
10, 6
onbe- onbekend onbekend kend
3
Turks
vrouw 36
11, 12
onbe- onbekend onbekend kend
onbekend
onbekend
onbekend
onbekend
4
Turks
vrouw 27
6, 1
onbe- onbekend onbekend kend
onbekend
onbekend
onbekend
onbekend
5
Turks
vrouw 29
4, 11
onbe- onbekend onbekend kend
onbekend
onbekend
onbekend
onbekend
6
Turks
vrouw 32
0, 4, 8
onbe- onbekend onbekend kend
onbekend
onbekend
onbekend
onbekend
7
Turks
vrouw 29
4, 9
onbe- onbekend onbekend kend
onbekend
onbekend
onbekend
onbekend
8
Turks
vrouw 32
0, 8, 12, 13
onbe- onbekend onbekend kend
onbekend
onbekend
onbekend
onbekend
Bijlage 6 Demografische gegevens ouders
Huisvrouw
65
Resp.
Culturele achtergr.
Sexe
Leeft. Leeft. kind.
Sexe Een/twee Opleiding kind. ouderg.
Beroep
Leeft. partn.
Opleiding partner
Beroep partner
Tabel 3 demografische gegevens deelnemers homeparty 3 (TACTUS, Enschede) Resp.
Leeft. Leeft. kind. vrouw 31 9, 5, 1
Sexe Een/twee Opleiding kind. ouderg. LHNO ♀♀♀ 2
Beroep
1
Culturele achtergr. Turks
Sexe
Leeft. partn. Kinderleidster 36
Opleiding partner Lyceum
2 3 – 10
Turks Turks
vrouw 23 vrouw onbeke nd
onbeke nd
Huisvrouw onbekend
MAVO onbekend
onbekend
2 LBO onbekend onbekend
25 onbekend
Beroep partner Heftruckchauffeur Ziektewet onbekend
Tabel 4 demografische gegevens deelnemers homeparty 9 (De Grift, Nijmegen) Resp. 1
Culturele achtergr. Antilliaans
Leeft. Leeft. kind. vrouw 51 22, 24, 25
Sexe Een/twee Opleiding kind. ouderg. onbe- 1 Bejaardenkend verzorging
2
Antilliaans
vrouw 39
♀♀♂
2
LBO
3
Antilliaans
vrouw 43
♀♂
1
MAVO
Huisvrouw, ziektewet Huisvrouw
4
Koerdisch
vrouw onbe- 14, 15, kend 17, 20, 25
-
2
onbekend
onbekend
66
Sexe
9, 16, 20 10, 21
Beroep Huisvrouw
Leeft. partn. -
Opleiding partner -
Beroep partner -
41
MAVO
Metselaar
-
-
-
onbekend
onbekend
onbekend
Bijlage 6 Demografische gegevens ouders
Bijlage 7 Resultaten open interview (n=13, telefonisch) Tevredenheid met homeparty (Zeer) tevreden Niet tevreden
Antilliaans 5 0
Nederlands 5 0
Turks 3 0
Totaal 13 0
Wat is uw mening over een bijeenkomst thuis? Goed idee Geen goed idee
5 0
5 0
3 0
13 0
Wat vindt u goed aan een bijeenkomst thuis? Vertrouwd, mensen zijn opener (veel ervaringen besproken) Gezellig Makkelijk dat het zo dichtbij is.
3 1 0
5 3 0
2 0 1
8 4 1
Als het in een buurthuis was geweest, was ik: Niet gekomen. Wel gekomen.
4 1
5 0
3 0
12 1
Wat vond u positief aan de homeparty? Veel geleerd / kennis opgedaan / interessante informatie Praten met kinderen over alcohol en drugs. Kan nu advies geven aan andere ouders.
5 0 1
3 0 0
2 1 0
10 1 1
Vindt u dat er iets veranderd moet worden aan een homeparty? Zoja, wat? Nee Ja, meer over alcohol en drugs
2 3
4 1
3 0
9 4
3 2 0
3 1 1
2 0 1
8 3 2
Wilt u in de toekomst nog eens een homeparty bijwonen? Ja Ja, mits er een ander thema wordt besproken Nee
Bijlage 7 Resultaten open interview
67
Bijlage 8 Resultaten quiz voormeting (n=31, schriftelijk) Voormeting (n=31) Informatiezoeken / voorlichting Ik heb wel eens een folder of boekje gelezen over alcohol, roken of drugs Waar Niet waar Er zijn telefoonlijnen waar ik informatie kan krijgen over alcohol, roken of drugs Waar Niet waar Alle kinderen vanaf 11 jaar zouden op school voorlichting moeten krijgen over de risico’s van alcohol, roken en drugs (n=14). Waar Niet waar Niet beantwoord3 Ik ben wel eens naar een informatieavond op school geweest over alcohol, roken of drugs (N=14). Waar Niet waar Niet beantwoord Opvoeding Ik praat wel eens met mijn kind over: Roken Waar Niet waar Niet ingevuld Alcohol Waar Niet waar Niet ingevuld Gokken Waar Niet waar Niet ingevuld Drugs Waar Niet waar Niet ingevuld Ik praat wel eens met andere ouders over opvoeding en alcohol, roken of drugs. Waar Niet waar Niet beantwoord Ik kan als ouder zelf weinig of niets doen aan de invloed van ‘slechte’ vrienden.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
Antilliaans
Nederlands
Turks
Totaal
7 2
4 1
13 4
24 7
7 2
4 1
12 5
23 8
9 0 0
5 0 0
0 0 17
14 0 17
2 7 0
0 5 0
0 0 17
2 12 17 Aantal
9 0 0
4 0 1
8 6 3
21 6 4
9 0 0
4 0 1
8 6 3
21 6 4
9 0 0
2 2 1
8 6 3
19 8 4
9 0 0
4 0 1
8 6 3
21 6 4
4 5 0
4 1 0
13 3 1
21 9 1
3
Tijdens homeparty 2 door Tactus is een pilotvragenlijst gebruikt. Op basis van deze ervaringen zijn vragen aangepast. In homeparty 3 door Tactus is per abuis de oude vragenlijst gebruikt. Vandaar dat een aantal vragen niet zijn beantwoord door de Turkse ouders (vraag 3, 4, 8, 10 en 11).
Bijlage 8 Resultaten quiz voormeting
69
Voormeting (n=31) Waar Niet waar Niet beantwoord Kennis 8. Roken verhoogt de kans om eerder dood te gaan (n=14). Waar4 Niet waar Niet beantwoord 9. Alcohol is een drug. Waar Niet waar 10. Het effect van hasj of wiet is dat je er veel energie van krijgt . Waar Niet waar Niet beantwoord 11 Als je hasj of wiet wilt kopen, moet je minstens 18 jaar zijn. Waar Niet waar Niet beantwoord 12 Er zijn meer mensen verslaafd aan alcohol dan aan andere drugs (n=31). Waar Niet waar Niet ingevuld
4
Antilliaans 4 3 2
Nederlands 1 4 0
Turks 4 11 2
Totaal 9 18 4 Aantal
9 0 0
4 1 0
0 0 17
13 1 17
8 1
3 2
15 2
26 5
6 3 0
2 3 0
0 0 17
8 6 17
6 3 0
1 4 0
0 0 17
7 7 17
5 3 1
5 0 0
15 2 0
25 5 1
Het goede antwoord staat in vet gedrukt.
70
Bijlage 8 Resultaten quiz voormeting
Bijlage 9 Resultaten quiz nameting (n=13, telefonisch) Nameting (n=13) Informatiezoeken / voorlichting Na de homeparty heb ik een folder of boekje gelezen over alcohol, roken of drugs. Waar Niet waar Er zijn telefoonlijnen waar ik informatie kan krijgen over alcohol, roken of drugs. Waar Niet waar Alle kinderen vanaf 11 jaar zouden op school voorlichting moeten krijgen over de risico’s van alcohol, roken en drugs. Waar Niet waar Na de homeparty ben ik naar een informatieavond op school geweest over alcohol, roken of drugs. Waar Niet waar Opvoeding Na de homeparty heb ik gepraat met mijn kind over: Roken. Waar Niet waar Niet van toepassing5 Alcohol. Waar Niet waar Niet van toepassing Gokken. Waar Niet waar Niet van toepassing Drugs. Waar Niet waar Niet van toepassing Na de homeparty heb ik gepraat met andere ouders over opvoeding en alcohol, roken of drugs.. Waar Niet waar Ik kan als ouder zelf weinig of niets doen aan de invloed van ‘slechte’ vrienden. Waar Niet waar Kennis Roken verhoogt de kans om eerder dood te gaan. Waar
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
5
Antilliaans
Nederlands
Turks
Totaal
5 0
4 1
2 1
11 2
4 1
5 0
3 0
12 1
4 1
4 1
3 0
11 2
1 4
0 5
0 3
1 12 Aantal
4 1 0
3 1 1
1 0 2
8 2 3
4 1 0
3 1 1
1 0 2
8 2 3
3 2 0
0 4 1
0 1 2
3 7 3
4 1 0
3 1 1
0 1 2
7 3 3
5 0
4 1
2 1
11 2
1 4
0 5
0 3
1 12 Aantal
5
4
3
12
Heeft geen kinderen, of kinderen zijn te jong.
Bijlage 9 Resultaten quiz nameting
71
Nameting (n=13) Niet waar 9. Alcohol is een drug. Waar Niet waar 10. Het effect van hasj of wiet is dat je er veel energie van krijgt. Waar Niet waar 11 Als je hasj of wiet wilt kopen, moet je minstens 18 jaar zijn. Waar Niet waar 12 Er zijn meer mensen verslaafd aan alcohol dan aan andere drugs. Waar Niet waar
72
Antilliaans 0
Nederlands 1
Turks 0
Totaal 1
5 0
4 1
3 0
12 1
4 1
1 4
1 2
6 7
5 0
5 0
3 0
13 0
5 0
5 0
3 0
13 0
Bijlage 9 Resultaten quiz nameting
Bijlage 10 Voor- en nameting (n=116, alleen gekoppelde gegevens) Voormeting (n=11) Informatiezoeken / voorlichting Ik heb wel eens een folder of boekje gelezen over alcohol, roken of drugs Waar Niet waar Er zijn telefoonlijnen waar ik informatie kan krijgen over alcohol, roken of drugs Waar Niet waar Alle kinderen vanaf 11 jaar zouden op school voorlichting moeten krijgen over de risico’s van alcohol, roken en drugs. Waar Niet waar Niet beantwoord Ik ben wel eens naar een informatieavond op school geweest over alcohol, roken of drugs. Waar Niet waar Niet beantwoord Opvoeding Ik praat wel eens met mijn kind over: Roken Waar Niet waar Alcohol Waar Niet waar Gokken Waar Niet waar Drugs Waar Niet waar Ik praat wel eens met andere ouders over opvoeding en alcohol, roken of drugs. Waar Niet waar Ik kan als ouder zelf weinig of niets doen aan de invloed van ‘slechte’ vrienden. Waar Niet waar Kennis Roken verhoogt de kans om eerder dood te gaan (n=14). Waar
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
Antilliaans
Nederlands
Turks
Totaal
4 1
4 1
1 0
9 2
3 2
4 1
1 0
8 3
5 0 0
5 0 0
0 0 1
10 0 1
1 4 0
0 5 0
0 0 1
1 9 1 Aantal
5 0
5 0
0 1
10 1
5 0
5 0
0 1
10 1
5 0
2 3
0 1
7 4
5 0
5 0
0 1
10 1
2 3
4 1
1 0
7 4
3 2
1 4
0 1
4 7 Aantal
5
4
0
9
6
In homeparty 3 van TACTUS konden de gegevens van de twee interviews met Turkse ouders in de nameting niet gekoppeld worden met de gegevens van de voormeting. Vandaar dat er sprake is van een n=11, in plaats van een n=13 bij de niet-gekoppelde gegevens.
Bijlage 10 Voor- en nameting (gekoppelde gegevens)
73
Voormeting (n=11) Niet waar Niet beantwoord 9. Alcohol is een drug. Waar Niet waar 10. Het effect van hasj of wiet is dat je er veel energie van krijgt . Waar Niet waar Niet beantwoord 11 Als je hasj of wiet wilt kopen, moet je minstens 18 jaar zijn. Waar Niet waar Niet beantwoord 12 Er zijn meer mensen verslaafd aan alcohol dan aan andere drugs. Waar Niet waar
Antilliaans 0 0
Nederlands 1 0
Turks 0 1
Totaal 1 1
4 1
3 2
1 0
8 3
3 2 0
2 3 0
0 0 1
5 5 1
3 2 0
1 4 0
0 0 1
4 6 1
2 3
5 0
1 0
8 3
Antilliaans
Nederlands
Turks
Totaal
5 0
4 1
0 1
9 2
4 1
5 0
1 0
10 1
4 1
4 1
1 0
9 2
1 4
0 5
0 1
1 10 Aantal
4 1 0
3 1 1
0 0 1
7 2 2
4 1 0
3 1 1
0 0 1
7 2 2
3 2 0
0 4 1
0 0 1
3 6 2
Nameting (n=11) 1.
2.
3.
4.
5.
Informatiezoeken / voorlichting Na de homeparty heb ik een folder of boekje gelezen over alcohol, roken of drugs. Waar Niet waar Er zijn telefoonlijnen waar ik informatie kan krijgen over alcohol, roken of drugs. Waar Niet waar Alle kinderen vanaf 11 jaar zouden op school voorlichting moeten krijgen over de risico’s van alcohol, roken en drugs. Waar Niet waar Na de homeparty ben ik naar een informatieavond op school geweest over alcohol, roken of drugs. Waar Niet waar Opvoeding Na de homeparty heb ik gepraat met mijn kind over: Roken. Waar Niet waar Niet van toepassing Alcohol. Waar Niet waar Niet van toepassing Gokken. Waar Niet waar Niet van toepassing Drugs.
74
Bijlage 10 Voor- en nameting (gekoppelde gegevens)
Nameting (n=11) Informatiezoeken / voorlichting Waar Niet waar Niet van toepassing 6. Na de homeparty heb ik gepraat met andere ouders over opvoeding en alcohol, roken of drugs. Waar Niet waar 7. Ik kan als ouder zelf weinig of niets doen aan de invloed van ‘slechte’ vrienden. Waar Niet waar Niet van toepassing Kennis 8. Roken verhoogt de kans om eerder dood te gaan. Waar Niet waar 9. Alcohol is een drug. Waar Niet waar 10. Het effect van hasj of wiet is dat je er veel energie van krijgt (n=14). Waar Niet waar 11 Als je hasj of wiet wilt kopen, moet je minstens 18 jaar zijn (n=14). Waar Niet waar 12 Er zijn meer mensen verslaafd aan alcohol dan aan andere drugs (n=31). Waar Niet waar
Bijlage 10 Voor- en nameting (gekoppelde gegevens)
Antilliaans 4 1 0
Nederlands 3 1 1
Turks 0 0 1
Totaal 7 2 2
5 0
4 1
1 0
10 1
1 4 0
0 4 1
0 1 0
1 9 1 Aantal
5 0
4 1
1 0
10 1
5 0
4 1
1 0
10 1
4 1
1 4
1 0
6 5
5 0
5 0
1 0
11 0
5 0
5 0
1 0
11 0
75