Bedieningsinstructies/onderdelenlijst Handbediend elektrostatisch luchtgedreven (Air-Assisted)
PRO™ Xs4 AA spuitpistool
309295H Rev. G
Maximum inlaatluchtdruk: 0,7 MPa (7 bar) Maximum werkdruk materiaal: 21 MPa (210 bar) Belangrijke veiligheidsinstructies Lees alle waarschuwingen en instructies in deze handleiding. Bewaar deze instructies.
Intelligent (Smart) model
Zie pagina 2 voor de inhoudsopgave en pagina 3 voor het overzicht van de modellen.
Octrooi aangevraagd in de USA Voor gebruik met Klasse I, groep D of Klasse II 2 G spuitmaterialen
ti1509a
Standaard model
ti1332b
BEWEZEN KWALITEIT, TOONAANGEVENDE TECHNOLOGIE. GRACO N.V.; Industrieterrein - Oude Bunders; Slakweidestraat 31, 3630 Maasmechelen, Belgium ®COPYRIGHT 2001, Graco Inc.
Inhoudsopgave Lijst met modellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 Symbolen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 Waarschuwingssymbool . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 Voorzichtig . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 Waarschuwing . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4 Inleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7 Hoe het elektrostatische AA spuitpistool werkt . . . . . . . 7 Overzicht van het pistool . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8 Installatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9 Het systeem installeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9 Waarschuwingsaanduiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9 De spuitcabine ventileren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9 Aansluiting van luchttoevoer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11 De uitlaatbuis aansluiten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11 Sluit de materiaalslang aan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12 Het materiaal filteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12 Een spuittip kiezen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12 Aarding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13 De electrische aarding controleren . . . . . . . . . . . . . . . 14 De materiaalweerstand controleren . . . . . . . . . . . . . . 15 De materiaalviscositeit controleren . . . . . . . . . . . . . . . 15 Bediening . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16 Afstelling van de laagspanning (alleen intellegente pistolen) . . . . . . . . . . . . . . . . 16 Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17 Het pistool spoelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17 Electrische testen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19 De pistoolweerstand testen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19 De weerstand van de voeding testen . . . . . . . . . . . . . 20 De weerstand van de loop testen . . . . . . . . . . . . . . . . 21
2
Storingen opsporen en verhelpen . . . . . . . . . . . . . . . . . 22 Problemen met het spuitpatroon . . . . . . . . . . . . . . . . . 22 Problemen met de bediening van het pistool verhelpen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23 Electrische problemen opsporen en verhelpen . . . . . 24 Repareren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25 Drukontlastingsprocedure . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25 Het pistool voorbereiden voor onderhoud . . . . . . . . . . 26 Benodigd gereedschap . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26 De tipbeschermer, luchtkap, spuittip of behuizing van de zitting vervangen . . . . . . . . . 27 De elektrode vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29 De materiaalbuis vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30 De materiaalfilter verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30 De materiaalnaald vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31 De loop verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32 De loop installeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32 De voeding verwijderen en vervangen . . . . . . . . . . . . 33 De turbinedynamo verwijderen en vervangen . . . . . . 34 Het ventiel voor het afstellen van de vernevelingslucht repareren . . . . . . . . . . . . . . 35 Het luchtventiel repareren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36 Het ES ON/OFF-ventiel repareren . . . . . . . . . . . . . . . 37 Onderdelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38 Toebehoren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 46 Hulpstukken voor de luchtleiding . . . . . . . . . . . . . . . . 46 Hulpstukken voor de materiaalleiding . . . . . . . . . . . . . 46 Toebehoren pistool . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47 Diverse accessoires . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47 Overzichtsschema spuittips . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 48 Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49 Standaard Graco-garantie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50
309295
Lijst met modellen
Lijst met modellen
Model
244572
PRO Xs4 AA
Handbediend luchtgedreven spuitpistool
309296/3W9296/ 3Z9296
244573
PRO Xs4 AA
Handbediend luchtgedreven spuitpistool met intellegente display
309296/3W9296/ 3Z9296
309295
Omschrijving
Bedieningshandleiding
Onderdeelnr.
3
Symbolen
Symbolen Waarschuwingssymbool
WAARSCHUWING WARNING Dit symbool waarschuwt u voor de mogelijkheid van zwaar letsel of de dood als u de aanwijzingen niet opvolgt.
4
Voorzichtig
VOORZICHTIG CAUTION Dit symbool waarschuwt u voor mogelijke beschadiging of vernietiging van apparatuur als u de aanwijzingen niet opvolgt.
309295
Waarschuwing
WAARSCHUWING Gevaar van brand, ontploffing en electrische schokken Slechte aarding, onvoldoende ventilatie, open vuur of vonken kunnen gevaarlijke situaties geven, wat kan leiden tot brand, ontploffingen of electrische schokken. • Elektrostatische apparatuur mag alleen worden gebruikt door hiertoe opgeleide en gekwalificeerde medewerkers die de vereisten in deze handleiding begrijpen. • Aard de apparatuur, het in of dicht bij het spuitgebied aanwezige personeel, het te spuiten voorwerp, en alle andere geleidende objecten in het spuitgebied. Zie Aarding op blz. 13. • Controleer de weerstand van het pistool dagelijks. Zie De pistoolweerstand testen op blz. 19. • Als u ook maar ergens vonken door statische elektriciteit opmerkt, moet u meteen met spuiten ophouden. Stel de oorzaak vast en verhelp het probleem. • Zorg voor ventilatie met verse lucht om te voorkomen dat brandbare of giftige dampen blijven hangen. Schakel de luchttoevoer naar het pistool zodanig, dat de voedingseenheid alleen ingeschakeld kan zijn als ook de ventilatoren draaien. Zie De spuitcabine ventileren op blz. 9. • Gebruik oplosmiddelen die voldoen aan de lokale voorschriften. Het vlampunt moet hoger zijn dan 38°C. • Het pistool niet spoelen met de elektrostatische inrichting van het pistool ingeschakeld. Schakel de elektrostatische inrichting van het pistool niet in voordat eerst alle oplosmiddel uit het systeem verdwenen is. • Houd het spuitgebied vrij van rommel en lappen. Geen oplosmiddel of brandbare materialen in het spuitgebied opslaan. • Elimineer alle ontstekingsbronnen als waakvlammen, sigaretten en statische vonken van een dekkleden of afdekplastic. Geen stekkers in stopcontact steken of eruit halen in de ruimte waar gespoten wordt. • Gebruik alleen niet-vonkend gereedschap bij het verwijderen van verfresten van de spuitcabine en werkstukbevestigingen.
Gevaar voor injectie door de huid Materiaal dat uit een spuitpistool via lekken of beschadigde delen naar buiten treedt, kan door de huid dringen en zeer ernstig letsel veroorzaken. In het ergste geval kan amputatie nodig zijn. Materiaal dat de ogen of huid binnendringt of daarop spat kan eveneens ernstig letsel veroorzaken. • Vloeistof die door de huid heen wordt geïnjecteerd kan er uitzien als een snijwond, maar is ernstig letsel. Laat de wond onmiddellijk behandelen door een arts. • Plaats de hand of de vingers nooit op de spuittip en richt het pistool nooit op iemand of op enig lichaamsdeel. Probeer materiaallekkages nooit af te sluiten of af te buigen met handen, het lichaam, handschoenen of een poetslap. • Nooit spuiten zonder dat de tipbeschermer op zijn plaats is aangebracht. • Vergrendel de trekkerbeveiliging als u ophoudt met spuiten. • Volg altijd de Drukontlastingsprocedure op blz. 25 wanneer u ophoudt met spuiten, vóór reiniging, controle, of reparaties aan de apparatuur. • Controleer slangen en verbindingen dagelijks. Vervang versleten, beschadigde of losse delen onmiddellijk. Permanent gekoppelde slangen kunnen niet hersteld worden; vervang de hele slang. • Draai alle materiaalkoppelingen goed vast voor elk gebruik.
Gevaar van giftige materialen Gevaarlijke materialen of giftige dampen kunnen ernstig letsel of zelfs de dood veroorzaken, wanneer ze in de ogen of op de huid spatten, of bij inademen of inslikken. • Zorg dat u op de hoogte bent van de specifieke gevaren van het materiaal dat u gebruikt. Lees de waarschuwingen van de fabrikant. • Bewaar gevaarlijk materiaal in een goedgekeurd vat. Voer overtollig gevaarlijk materiaal af volgens alle plaatselijke en landelijke richtlijnen. • Draag geschikte beschermende kleding, handschoenen, een veiligheidsbril en een ademhalingsfilter. 309295
5
Waarschuwing
WAARSCHUWING Gevaar bij verkeerd gebruik van de apparatuur Door verkeerd gebruik kan de apparatuur scheuren, verkeerd functioneren of onverwachts in werking komen, wat kan leiden tot ernstig letsel.
6
•
Deze apparatuur is uitsluitend bedoeld voor professioneel gebruik.
•
Lees alle handleidingen, typeplaatjes en labels voordat u de apparatuur in gebruik neemt.
•
Gebruik de apparatuur uitsluitend voor de toepassing waarvoor ze bedoeld is. Als u twijfelt, neem dan contact op met uw Graco-dealer.
•
Breng geen wijzigingen of modificaties aan de apparatuur aan. Gebruik uitsluitend Graco-onderdelen en toebehoren.
•
Controleer de apparatuur dagelijks. Repareer of vervang versleten of beschadigde onderdelen meteen.
•
Overschrijd nooit de maximum werkdruk van de zwakste component in uw systeem. Deze apparatuur heeft een maximum materiaalwerkdruk van 21 MPa (210 bar).
•
Gebruik alleen materialen en oplosmiddelen waartegen de bevochtigde delen van de apparatuur, bestand zijn. Zie de Technische gegevens van alle handboeken van alle apparatuur. Lees de waarschuwingen van de fabrikant van het oplosmiddel.
•
Leg slangen zodanig dat ze niet in aanraking komen met transportmiddelen, scherpe randen, bewegende delen, of hete oppervlakken. Stel Graco-slangen niet bloot aan temperaturen boven 82°C of onder –40°C.
•
Draag gehoorbescherming, als u deze apparatuur bedient.
•
Houdt u aan alle geldende plaatselijke, landelijke en Europese voorschriften op het gebied van brandpreventie, elektriciteit en veiligheid.
309295
Inleiding
Inleiding Hoe het elektrostatische AA spuitpistool werkt
WAARSCHUWING Gevaar voor injectie door de huid Bedenk dat dit geen luchtspuitpistool is. Lees voor uw veiligheid de waarschuwingen in deze handleiding en volg ze op.
Het air-assisted spuitpistool combineert de principes van airless en luchtgedreven spuit principes. De spuittip zorgt ervoor dat het materiaal het pistool in een bepaald patroon verlaat, net als bij een conventionele airless spuittip. De lucht uit de luchtkap vernevelt het materiaal verder en zorgt ervoor dat het nakomende materiaal ook wordt verneveld, zodat er een gelijkmatig patroon wordt geproduceerd.
Als het pistool wordt geactiveerd via de trekker dan drijft een deel van de lucht de turbine aan en de rest van de lucht vernevelt het spuitmateriaal. De turbine wekt elektriciteit op, die in het voedingspatroon wordt omgezet in hoogspanning voor de elektrode van het pistool. De gedoseerde lucht die naar de luchtkap wordt geleid, kan verder worden geregeld met de afstelklep voor de luchtverneveling van het pistool. Deze klep kan worden gebruikt om de luchtstroom naar de luchtkap te beperken, en te zorgen dat er tevens voldoende lucht naar de turbine stroomt. De afstelklep voor de luchtverneveling regelt niet de breedte van het patroon. Om de patroonbreedte te wijzigen, moet een nieuw formaat tip worden gebruikt. De hoge werkdruk van dit pistool zorgt voor het vermogen dat nodig is om materialen met hogere percentages vaste stoffen te vernevelen. De interne voeding van het pistool geeft sterkstroom af. Het materiaal wordt elektrostatisch geladen als het langs de elektrode van het pistool stroomt. Het geladen materiaal wordt aangetrokken door het geaarde werkobject, wikkelt zich eromheen en vormt een gelijkmatige verflaag op alle oppervlakken. OPMERKING: Indien gewenst kan de afstelklep voor de lucht van het pistool geheel dicht worden gedraaid voor airless verneveling. Het dichtdraaien van dit ventiel heeft geen invloed op de werking van de turbine.
309295
7
Inleiding
Overzicht van het pistool
•
ES AAN/UIT-ventiel. Zet de elektrostatische functie AAN (I) of UIT (0).
Het elektrostatisch pistool heeft de volgende regelfuncties. Zie AFB. 1.
•
ES-INDICATOR (alleen op standaard pistool). Groen als de ES op AAN (I) staat.
•
Luchtkap/tipbeschermer en spuittip. Nooit zonder de tipbeschermer spuiten. Zie blz. 48 voor de spuittipformaten.
•
•
Veiligheidspal voor de trekker. Voorkomt dat het pistool gaat spuiten.
Spanning- en stroom DISPLAY (alleen op de intellegente modellen). Geeft de spanning (V) en de stroom (A) aan. Groen=spuiten, geel/rood=zie Storingen opsporen en verhelpen op blz. 24.
•
ES HOOG/LAAG schakelaar (alleen op de intellegente modellen). Zet de spanning op HOOG of LAAG (fabrieksinstellingen).
•
Laagspanning instellen (alleen op de intellegente modellen). Verwijder de plug om in te stellen op vier instellingen.
•
Regelklep voor de vernevelingsLUCHT. Voor het afstellen van de vernevelingslucht.
VEILIGHEIDSPAL VOOR TREKKER TIPBESCHERMER
LUCHTKAP SPUITTIP
ES-INDICATOR
DISPLAY
ti1509a
LAAG ES HOOG/LAAG
0
KV
100%
µα
ES AAN/UIT (I = AAN, 0 = UIT)
HI LO
I
ES
O
LUCHT
ES AAN/UIT (I = AAN, 0 = UIT)
ES
I
ES
LUCHT
O
ti1366a ti1333a
Standaard pistool
Intelligent pistool
Afb. 1. Overzicht van het pistool
8
309295
Installatie
Installatie Het systeem installeren
WAARSCHUWING Gevaar van brand, ontploffing en electrische schokken Voor installatie en onderhoud aan deze apparatuur is toegang nodig tot onderdelen die, bij een onjuiste werkwijze, electrische schokken en ernstig letsel kunnen veroorzaken. • Voer geen installatie- of onderhoudswerkzaamheden aan deze apparatuur uit als u daarvoor niet getraind en gekwalificeerd bent. • Zorg ervoor dat uw installatie voldoet aan alle landelijke en plaatselijke voorschriften voor de installatie van electrische apparatuur in een gevaarlijke locatie van Klasse I, groep D of Klasse II 2 G. • Houdt u aan alle geldende plaatselijke, landelijke en Europese voorschriften op het gebied van brandpreventie, elektriciteit en veiligheid. Op AFB. 2. is een voorbeeld van een elektrostatisch air-assisted spuitsysteem te zien. Het is geen bestaand systeemontwerp. Neem contact op met uw Graco-dealer voor assistentie bij het ontwerpen van een systeem dat voldoet aan uw specifieke behoeften.
309295
Waarschuwingsaanduiding Breng waarschuwingsaanduidingen in het spuitgebied aan op plekken waar ze goed zichtbaar zijn en gemakkelijk leesbaar voor alle operators. Bij het pistool zit een waarschuwingsaanduiding in het Engels.
De spuitcabine ventileren
WAARSCHUWING Gevaar van brandbare of giftige dampen Zorg voor ventilatie met verse lucht om te voorkomen dat brandbare of giftige dampen blijven hangen. Gebruik het pistool alleen wanneer de ventilatoren in werking zijn.
Koppel de schakelaars van de luchttoevoer naar het pistool en van de ventilatoren zodanig, dat het niet mogelijk is om het pistool te gebruiken terwijl de ventilatoren niet werken. Loop alle landelijke en plaatselijke voorschriften met betrekking tot de snelheid van de luchtuitstroom door, en volg ze op. OPMERKING: Een hoge snelheid van de luchtuitstroom vermindert de efficiëntie van het elektrostatische systeem. Een luchtuitstroomsnelheid van 31 meter per minuut (lineair) moet voldoende zijn.
9
Installatie
D
C*
A
B*
C
D
De luchttoevoer naar het pistool moet zodanig electrisch geschakeld zijn met de ventilatoren, dat de voeding van het pistool niet aan kan zijn kan zijn als de ventilatoren niet werken.
O S Q*
P H
J*
V L M
W T *R
G
*E
N F
X K U*
ti1514b
Laag-risicogebied
Hoog-risicogebied
Afb. 2. Voorbeeldinstallatie Verklaring A
Hoofdleiding luchtaanvoer
B*
Veiligheidsluchtkraan, gekoppeld aan ventilatiesysteem
C*
Hoofdluchtafsluitkraan (zelfontlastend)
D
Luchtleidingsfilter/waterscheider
E*
Luchtafsluitkraan voor pomp (zelfontlastend)
F
Olienevelaar
G
Luchtdrukregelaar
H
Pomp
J*
Aardedraad van de pomp
K
Materiaalfilter
L
Afsluitkraan van materiaaltoevoer
M
Materiaalreduceerventiel
N
Geaarde materiaalaanvoerleiding, met veerbeschermers
10
O
Luchtreduceerventiel van het pistool
P
Afsluiter voor luchttoevoerleiding naar het pistool
Q*
Aardedraad voor luchtslang
R*
Geaarde Graco-luchtslang
S
Air-assisted elektrostatisch spuitpistool
T
Materiaaldrukmeter
U*
Materiaalaftapkraan
V
Luchtinlaat pistool
W
Luchtuitlaat pistool
X
Pompsnelheidsbegrenzer
*
Moet aanwezig zijn voor veilige bediening. Moet afzonderlijk worden aangeschaft. OPMERKING: De aan het ventilatorenysteem gekoppelde veiligheidskraan (B) is niet beschikbaar als Graco-toebehoren.
309295
Installatie
Aansluiting van luchttoevoer
3.
Installeer een zelfontlastend luchtreduceerventiel (G, O) in luchttoevoerleidingen van de pomp en het pistool, om daarmee de luchtdruk van de toegevoerde perslucht te kunnen regelen.
WAARSCHUWING WAARSCHUWING
Gevaar voor electrische schokken Om het risico van electrische schokken en ander ernstig letsel te verminderen, moet de luchtaanvoerslang elektrisch worden aangesloten op een goed aardpunt. Alleen geaarde Gracoluchtslangen gebruiken. 1.
Sluit de geaarde Graco-luchttoevoerslang (R) aan tussen de luchttoevoerleiding en de luchtinlaat (V) van het pistool. De luchtinlaatfitting van het pistool is voorzien van linksdraaiend schroefdraad. Sluit de aardedraad van de luchttoevoerslang (Q) aan op een echt aardpunt.
2.
Installeer een luchtfilter/waterscheider (D) in de luchttoevoerleiding om ervoor te zorgen dat er schone, droge lucht naar het pistool wordt geleid. Vuil en vocht kunnen het eindresultaat van het geverfde object zeer negatief beïnvloeden en defecten veroorzaken aan het pistool.
WAARSCHUWING Gevaar voor injectie door de huid Om het risico van ernstig letsel als gevolg van componentenbreuk te beperken, met inbegrip van materiaalinjectie, moet de pompdruk worden begrensd door de luchtregulator van de pomp. Vertrouw niet alleen op de materiaalreduceerventiel van het pistool om de materiaaldruk naar het pistool te begrenzen.
Gevaar voor injectie door de huid Uw systeem moet voorzien zijn van een drukontlastend luchtventiel (E), om lucht te laten ontsnappen die is blijven zitten tussen het ventiel en de pomp nadat het luchtregelventiel is gesloten. Opgesloten lucht kan de pomp onverwachts laten lopen, wat ernstig letsel tot gevolg kan hebben, als gevolg van materiaalinjectie of door het spatten van materiaal in de ogen of op de huid. 4.
Installeer een zelfontlastend luchtventiel (E) op de luchtleiding van de pomp om de lucht naar de pomp af te sluiten. Installeer nog een zelfontlastend luchtventiel (C) op de hoofdluchtleiding (A) om de toebehoren voor servicewerkzaamheden te isoleren.
5.
Installeer een luchtafsluitkraan (P) in elke pistoolluchttoevoerleiding, om de luchttoevoer naar het pistool of de pistolen te kunnen uitschakelen.
De uitlaatbuis aansluiten Druk de uitlaatbuis (38) op de getande adapter onder op de greep van het pistool. Zet de buis met de klem (39) vast.
Er moet worden voorkomen dat de materiaalaanvoerpomp een materiaaldruk produceert die hoger is dan de maximum materiaalwerkdruk van 21 MPa (210 bar) van het spuitpistool. De druk van de aangevoerde lucht bij een 30:1 pomp mag bijvoorbeeld niet boven 0,7 MPa (7 bar) komen.
309295
11
Installatie
Sluit de materiaalslang aan
Het materiaal filteren
1.
Voordat u de materiaalleiding (N) aansluit moet u de leiding eerst met lucht doorblazen en doorspoelen met oplosmiddel. Gebruik oplosmiddel dat geschikt is voor gebruik met de spuitmateriaal.
Installeer een materiaalfilter (K) bij de uitlaat van de pomp om grove deeltjes en neerslag uit te filteren die de spuittip zouden kunnen verstoppen.
2.
Breng een reduceerventiel (M) aan in de materiaalleiding om de materiaaldruk naar het pistool te regelen.
Het pistool is voorzien van een geïntegreerde materiaalfilter (1) voor extra filtratie.
Een spuittip kiezen
WAARSCHUWING Gevaar voor injectie door de huid De materiaalaftapkraan (U) is verplicht in uw systeem als hulpmiddel om de materiaaldruk in de onderpomp, de slang en het pistool te ontlasten. Het overhalen van de trekker om de druk te ontlasten kan onvoldoende zijn. Installeer een aftapkraan vlakbij de materiaaluitlaat van de pomp. De aftapkraan vermindert het risico van ernstig letsel, zoals materiaalinjectie en spatten in de ogen of op de huid. 3.
Installeer een aftapkraan (U) dicht bij de pompuitlaat.
4.
Sluit de materiaalleiding aan op de 1/4 npsm materiaalinlaat (W) van het pistool.
5.
Het pistool moet eerst met geschikt oplosmiddel uitgespoeld zijn, voordat er verf doorheen mag stromen.
12
WAARSCHUWING Gevaar voor injectie door de huid Om het risico te verminderen van letsel door materiaalinjectie moet u telkens de Drukontlastingsprocedure op blz. 25 volgen voordat u de spuittip, luchtkap of tipbeschermer verwijdert of installeert. De hoeveelheid gespoten materiaal en de patroonbreedte hangen af van het formaat spuittip, de viscositeit van het materiaal en de materiaaldruk. Neem Overzichtsschema spuittips op blz. 48 als leidraad om tot een juiste keuze van een spuittip voor uw toepassing te komen. Zie de bedieningshandleiding van het pistool voor de installatie van de spuittip.
309295
Installatie
Aarding
•
Iedereen die het spuitgebied betreedt: moet schoenen met geleidende zolen dragen, bijv. van leer, of moet een persoonlijke aardeband dragen. Draag geen schoenen met niet geleidende zolen zoals rubber of plastic. Als handschoenen noodzakelijk zijn, draag dan de geleidende handschoenen die met het pistool zijn meegeleverd. Als u geen Graco-handschoenen draagt, knip dan de vingertoppen van de handschoenen af of een gat in het handpalmgedeelte om er zeker van te zijn dat de handen contact maken met de geaarde pistoolhandgreep.
•
Het te spuiten object: Houd de hangers voor het spuitwerk te allen tijde schoon en geaard. De weerstand mag niet hoger zijn dan 1 megohm.
•
De vloer in het spuitgebied: Deze moet elektrisch geleidend en geaard zijn. Er mag geen karton of ander niet-geleidend materiaal op de grond liggen, omdat anders de aarding zou worden onderbroken.
•
Brandbaar materiaal in het spuitgebied: Dit moet in goedgekeurde, geaarde vaten zitten. Geen kunststof vaten gebruiken. Houd niet meer voorraad aan dan nodig is voor één ploegendienst.
•
Alle elektrisch geleidende objecten of apparaten in het spuitgebied: Net als de materiaalhouders en wasbakken moeten dezegoed geaard zijn.
WAARSCHUWING Gevaar van brand, ontploffing en electrische schokken Bij gebruik van een elektrostatisch pistool kunnen ongeaarde objecten (zoals mensen, verfblikken, gereedschap, e.d.) elektrisch geladen raken. Door onvoldoende aarding kunnen vonken ontstaan als gevolg van statische elektriciteit, die brand, explosies of electrische schokken kunnen veroorzaken. Volg de aardingsinstructies hieronder. Hieronder zijn de minimum eisen vermeld die gesteld moeten worden aan een standaard elektrostatisch systeem. Het kan zijn dat in uw installatie nog andere apparatuur of objecten voorkomen, die dan ook geaard moeten worden. Kijk ter plaatse geldende electrische voorschriften na voor gedetailleerde aardingsinstructies. Het systeem moet aangesloten zijn op een echt aardpunt. •
Pomp: Aard de pomp door een aarddraad met klem aan te sluiten zoals beschreven in de afzonderlijke instructiehandleiding bij de pomp.
•
Elektrostatisch air-assisted spuitpistool: Aard het pistool door de geaarde Graco-luchtslang erop aan te sluiten en door de luchtslang aan te sluiten op een echt aardpunt. Zie De electrische aarding controleren, op blz. 14.
ti1259a
•
Luchtcompressoren: Aard de apparatuur conform de aanwijzingen van de fabrikant.
•
Alle lucht- en materiaalleidingen moeten correct worden geaard. Gebruik alleen geaarde slangen met een maximum gecombineerde slanglengte van 30,5 m voor een goed doorlopende aarding.
309295
13
Installatie
De electrische aarding controleren
3.
Schakel de luchttoevoer en de materiaaltoevoer naar het pistool uit. Er mag geen materiaal meer in de materiaalslang zitten.
4.
Zorg dat de geaarde luchtslang (R) is aangesloten en dat de aardedraad van de slang is aangesloten op een echt aardpunt.
WAARSCHUWING Gevaar van brand, ontploffing en electrische schokken
ti1259a
De megohmmeter met bestelnummer 241079 (AA, zie AFB. 3.) is niet goedgekeurd voor gebruik in een hoog-risicogebied. Om het risico van vonken te verminderen mag de megohmmeter alleen gebruikt worden om de electrische aarding te controleren, als de volgende voorzorgsmaatregelen zijn genomen: • Het pistool is weggehaald uit het hoog-risicogebied;
5.
Meet de weerstand tussen het pistoolhandgreep (BB) en een echte aarding (CC). Gebruik daarvoor een meetspanning tussen minimaal 500 en maximaal 1000 volt. De weerstand mag niet meer dan 1 megohm zijn. Zie AFB. 3.
6.
Als de weerstand hoger is dan 1 megohm, controleer dan of de aardeaansluitingen goed vast zitten en zorg ervoor dat de aarddraad van de luchtslang aangesloten is op een echt aardpunt. Als de weerstand dan nog steeds te hoog is, vervang dan de luchtslang.
• Of alle spuitapparatuur in het hoog-risicogebied zijn uitgeschakeld, ventilatoren in het hoog-risicogebied zijn in werking, en er zijn geen brandbare dampen in het gebied (zoals door open vaten met oplosmiddel of nevels die zijn ontstaan bij het spuiten). Als deze waarschuwing niet wordt nageleefd, kan dat leiden tot brand, ontploffingen en electrische schokken, wat ernstig letsel en materiële schade tot gevolg kan hebben. 1.
Laat een bevoegd elektricien de electrische aardingscontinuïteit van het spuitpistool en de luchtslang nakijken.
2.
Draai het ES AAN/UIT-ventiel op UIT.
BB
AA CC
ti1340a
I
ES
Afb. 3. De aarding van het pistool controleren
O
ti1337a
14
309295
Installatie
De materiaalweerstand controleren
De materiaalviscositeit controleren Voor het controleren van materiaalviscositeit heeft u het volgende nodig:
WAARSCHUWING Gevaar van brand, ontploffing en electrische schokken Controleer de materiaalweerstand alleen in een gebied zonder risico’s. Weerstandsmeter 722886 en sonde 722860 zijn niet goedgekeurd voor gebruik in een gevaarlijk gebied. Door deze waarschuwing niet op te volgen kan brand ontstaan, en ontploffingen en electrische schokken, wat ernstig letsel en materiële schade tot gevolg kan hebben. Graco-weerstandsmeter bestelnr. 722886 en sonde bestelnr. 722860 zijn verkrijgbaar als toebehoren om te controleren of de weerstand van het te spuiten materiaal voldoet aan de vereisten van een elektrostatisch air-assisted spuitsysteem.
•
een viscositeitsbeker
•
een chronometer
1.
Dompel de viscositeitsbeker volledig onder in het materiaal. Til de beker er snel uit en druk de chronometer in zodra de beker volledig verwijderd is.
2.
Bekijk de materiaalstroom die oneraan uit de beker komt. Druk de chronometer weer in zodra de stroom onderbroken wordt.
3.
Schrijf het materiaaltype op, de verstreken tijd en het formaat van de viscositeitsbeker.
4.
Als de viscositeit te hoog of te laag is, neem dan contact op met de leverancier van het materiaal en pas het aan, indien nodig.
Volg de instructies die bij de meter en de sonde zitten. Afgelezen waarden van 25 megohm-cm en hoger bieden de beste elektrostatische resultaten.
309295
15
Bediening
Bediening Zie de gebruikershandleiding voor het pistool (bijgesloten) voor de procedures van het instellen, uitzetten en dagelijks gebruik. INSTRUCTIES INSTRUCTIONS
Afstelling van de laagspanning (alleen intellegente pistolen) Met de ES-schakelaar HOOG/LAAG (HI/LO) kunt u omschakelen tussen de volledige spanning en een lagere spanning. De lagere spanning is in de fabriek afgesteld, maar is aanpasbaar. 1.
Zet de ES-schakelaar HOOG/LAAG op LAAG (LO).
2.
Verwijder de LAAGSPANNING-stelplug (53). Stel het gewenste spanning in met behulp van een kleine schroevendraaier waarbij u schakelaars 1 en 2 op ON of OFF draait, volgens Tabel 1. Zie ook AFB. 4.
Tabel 1: Afstelling van de laagspanning 1
2
kV
AAN (ON)
AAN (ON)
70
AAN (ON)
UIT (OFF)
60
UIT (OFF)
AAN (ON)
50
UIT (OFF)
UIT (OFF)
40
UIT (OFF)
AAN (ON) 2 0
KV
1
100%
µα
53 ti1529a
Afb. 4. Stelschakelaars voor laagspanning
16
309295
Onderhoud
Onderhoud Zie de gebruikershandleiding voor het pistool (bijgesloten) voor de procedures van het dagelijks gebruik en het reinigen. INSTRUCTIES INSTRUCTIONS
Het pistool spoelen
1.
Draai het ES ON/OFF-ventiel op OFF. I
Spoel het pistool vóór een kleurwisseling, aan het einde van de dag, vóór opslag en voordat u het pistool gaat repareren.
ES
O
ti1337a
WAARSCHUWING Gevaar van brand, ontploffing en electrische schokken
WAARSCHUWING Gevaar voor injectie door de huid
Om het risico van brand, explosie of elektrostatische schokken te verminderen moet u het ES ON/OFF-ventiel op OFF zetten, voordat u het pistool gaat spoelen.
Om het risico van ernstig letsel te verminderen door materiaalinjectie moet u telkens de Drukontlastingsprocedure op blz. 25 volgen, als u de instructie krijgt de druk te ontlasten. 2.
Ontlast de druk.
ti1341a
VOORZICHTIG 3.
Verwijder de luchtkap en de spuittip en reinig ze.
Spoel het pistool met een geschikt niet-geleidend, oplosmiddel. Geleidende oplosmiddelen kunnen de werking van het pistool verstoren. ti1334b
Methyleenchloride wordt afgeraden als spoel- of reinigingsvloeistof voor dit pistool omdat deze nylon onderdelen aantasten.
309295
Vervolg op blz. 18.
17
Onderhoud
4.
Zet de materiaalbron om naar oplosmiddel of ontkoppel de materiaalleiding en sluit een aanvoerleiding met oplosmiddel aan op het pistool.
6.
Ontlast de druk. Vergrendel de trekker.
ti1465a
7.
Schakel de aanvoerleiding met oplosmiddel uit of ontkoppel hem.
8.
Hang het pistool aan een haak met de spuitmond naar beneden gericht.
ti1287a
5.
Richt het pistool in een geaarde metalen emmer. Blijf spoelen tot er helder oplosmiddel uit het pistool komt.
ti1349a
ti1465a
9.
18
Als u zo ver bent om weer te gaan spuiten, sluit dan de materiaalaanvoerleiding weer aan. Volg de instelprocedure in de bedieningshandleiding van het pistool.
309295
Electrische testen
Electrische testen De electrische componenten in het pistool hebbben invloed op de prestaties en de veiligheid. De volgende procedures dienen om de staat van de voeding (18) en de loop (16) te testen en van electrische continuïteit tussen de componenten.
VOORZICHTIG Het weerstandspatroon maakt deel uit van de loop en kan niet worden vervangen. Probeer nooit de weerstand te verwijderen, om te voorkomen dat de loop van het pistool kapot gaat.
De pistoolweerstand testen 1.
Spoel de materiaaldoorgang en laat deze drogen.
2.
Meet de weerstand tussen de naaldtip van de elektrode (9b) en de luchtwartel (35); deze moet 156–180 megohm zijn. Zie AFB. 5. Ga naar e-de volgende test als de gemeten waarde hierbuiten ligt. Indien binnen de grenzen zie dan Electrische problemen opsporen en verhelpen op blz. 24 voor andere mogelijke oorzaken voor slechte prestaties.
AA Voer deze electrische testen uit met behulp van megohmmeter 241079 (AA) en een werkspanning van 500 volt. Sluit de draden aan zoals is afgebeeld.
WAARSCHUWING Gevaar van brand, ontploffing en electrische schokken De megohmmeter met bestelnummer 241079 (AA, zie AFB. 5.) is niet goedgekeurd voor gebruik in een hoog-risicogebied. Om het risico van vonken te verminderen mag de megohmmeter niet gebruikt worden om de electrische aarding te controleren, tenzij de volgende voorzorgsmaatregelen zijn genomen:
9b
35 TI1469A
• Het pistool is weggehaald uit het hoog-risicogebied; Afb. 5. De pistoolweerstand testen • Of alle spuitapparatuur in het hoog-risicogebied zijn uitgeschakeld, ventilatoren in het hoog-risicogebied zijn in werking, en er zijn geen brandbare dampen in het gebied (zoals door open vaten met oplosmiddel of nevels die zijn ontstaan bij het spuiten). Als deze waarschuwing niet wordt nageleefd, kan dat leiden tot brand, ontploffingen en electrische schokken, wat ernstig letsel en materiële schade tot gevolg kan hebben.
309295
19
Electrische testen
De weerstand van de voeding testen 1.
Verwijder de voeding (18), zie blz. 33.
2.
Haal de turbinedynamo (19) uit de voeding, zie blz. 34.
3.
Meet de weerstand tussen het contactstrips (EE) van de massa van de voeding en de veer (18b). Zie blz. AFB. 6.
4.
De weerstand moet 135–150 megohm zijn. Als de gemeten waarde hierbuiten ligt, vervang dan de voeding. Als de gemeten waarde binnen dit bereik ligt, ga dan verder met de volgende test.
5.
Als u nog steeds problemen hebt, zie dan Electrische problemen opsporen en verhelpen op blz. 24 voor mogelijke andere oorzaken voor slechte prestaties, of neem contact op met uw Graco-dealer.
6.
Controleer of de veer (18b) op zijn plaats zit voordat u de voeding weer installeert.
18b
EE
ti1599a
Afb. 6. De weerstand van de voeding testen
20
309295
Electrische testen
De weerstand van de loop testen 1.
Steek een geleidende staaf (B) in de pistoolloop (verwijderd voor de test van de voeding) en tegen het metalen contact (C) aan de voorzijde van de loop.
2.
Meet de weerstand tussen de geleidende staaf (B) en de contactring van de loop (16a). Zie AFB. 7. De weerstand moet 19–29 megohm zijn. Als de weerstand niet juist is, zorg er dan voor dat het metaalcontact (C) in de loop en de contactring (16a) van de loop schoon en onbeschadigd zijn.
3.
Als de weerstand nog steeds buiten het gespecificeerde bereik ligt, verwijder dan de contactring (16a) van de loop en meet de weerstand tussen de geleidende staaf (B) en de draad aan de onderzijde van de contactringgroef.
4.
5.
Als de weerstand nog steeds buiten het gespecificeerde bereik ligt, vervang dan de loop van het pistool.
16a
C
Als de weerstand binnen het gespecificeerde bereik ligt, vervang dan de contactring (16a) door een nieuwe. Druk de contactring stevig in de groef aan de voorzijde van de loop.
B
ti1515b
Afb. 7. De weerstand van de loop testen
WAARSCHUWING Gevaar van brand, ontploffing en electrische schokken De contactring van de loop (16a) is een geleidende contactring en geen afdichtende O-ring. Om het risico te verkleinen op vonkoverslag of electrische schokken, mag u de contactring (16a) niet van de loop afhalen, behalve om hem te vervangen; u mag het pistool ook nooit gebruiken zonder dat de contactring op zijn plaats zit. De contactring alleen maar vervangen door een originele Graco-contactring.
309295
21
Storingen opsporen en verhelpen
Storingen opsporen en verhelpen WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
Gevaar voor electrische schokken
Gevaar voor injectie door de huid
Voor installatie en onderhoud aan deze apparatuur is toegang nodig tot onderdelen die, bij een onjuiste werkwijze, electrische schokken of andere ernstig letsel kunnen veroorzaken. Voer geen installatie- of onderhoudswerkzaamheden aan deze apparatuur uit als u daarvoor niet getraind en gekwalificeerd bent.
Om het risico van ernstig letsel te verminderen moet u telkens de Drukontlastingsprocedure op blz. 25 volgen, als u de instructie krijgt de druk te ontlasten. OPMERKING: Kijk alle mogelijke oplossingen in de foutopsporingstabel na, voordat u het pistool uit elkaar haalt.
Problemen met het spuitpatroon OPMERKING: Sommige problemen met het spuitpatroon worden veroorzaakt door een verkeerde balans tussen lucht en materiaal.
Probleem
Oorzaak
Oplossing
Onregelmatige, sputterende werking.
Geen materiaal. Lucht in materiaalleiding.
Materiaal bijvullen. Controleer de materiaalbron. Bijvullen.
Onregelmatig patroon.
Aangekoekt materiaal; deels verstopte spuittip. Versleten/beschadigde tip of luchtkapgaten.
Reinigen. Ziein de bedieningshandleiding van het pistool. Reinigen of vervangen.
Patroon wijkt naar een kant af; de luchtkap wordt vuil. Onregelmatigheden in patroon.
Gaten van de luchtkap verstopt.
Materiaaldruk te laag.
Reinigen. Ziein de bedieningshandleiding van het pistool. Open de stelkraan voor de vernevelingslucht Vergroot de materiaaldruk.
Luchtdruk te hoog.
Verminder de luchtdruk.
Materiaaldruk te laag.
Vergroot de materiaaldruk.
Aangekoekt materiaal op de luchtkap/ tipbeschermer.
22
Te lage luchtdruk.
309295
Storingen opsporen en verhelpen
Problemen met de bediening van het pistool verhelpen Probleem Uitzonderlijke spuitmist.
“Sinaasappelschil”-resultaat.
Er lekt materiaal in de buurt van de materiaalpakking. Er lekt lucht uit de voorkant van het pistool. Er lekt materiaal uit de voorkant van het pistool.
Het pistool spuit niet.
Vuile luchtkap.
309295
Oorzaak
Oplossing
De luchtdruk voor de verneveling te hoog. Sluit de vernevelingsluchtkraan een stukje of verlaag de luchtdruk tot een zo laag mogelijke stand; voor de volledige spanning is minimaal 0,28 MPa (2,8 bar) op het pistool vereist. Het materiaal is te dun. Verhoog de viscositeit. De vernevelingsluchtdruk is te laag. Open de vernevelingsluchtkraan verder of verhoog de inlaatdruk van het pistool; gebruik een zo laag mogelijke luchtdruk. De spuittip is te groot. Gebruik een kleinere tip. Zie blz. 48. Niet goed gemengd of gefilterd materiaal. Het materiaal opnieuw mengen of filteren. Het materiaal is te dik. Verlaag de viscositeit. Versleten materiaalnaaldpakkingen Vervang de complete naald (26); of -as. zie blz. 31. Het luchtventiel (21) zit niet goed. Reinig en onderhoud het luchtventiel; zie blz. 36. Versleten of beschadigde materiaalVervang de materiaalnaald (26); naaldkogel. zie blz. 31. Versleten behuizing van de materiaalVervang de behuizing van de zitting; zitting (2). zie blz. 27 Losse spuittip (3). Draai de klemring aan (27); zie blz. 27. Beschadigde tipdichting (3a). Vervangen. Zie blz. 27. Lage materiaalaanvoer. Indien nodig, materiaal bijvullen. Kapotte spuittip (3). Vervangen. Zie blz. 27. Vuile of verstopte spuittip (3). Reinigen; zie de bedieningshandleiding van het pistool. Beschadigde materiaalnaald (26). Vervangen. Zie blz. 31. Beschadigde of verstopte luchtkap (9). Reinig de luchtkap; zie de bedieningshandleiding van het pistool.
23
Storingen opsporen en verhelpen
Electrische problemen opsporen en verhelpen Probleem Slechte dekking.
De ES-indicator of de display voor de spanning/stroom licht niet op.
Oorzaak
Draai hem op ON (I). Controleer de luchtdruk naar het pistool; voor de volledige spanning is minimaal 0,28 MPa (2,8 bar) op het pistool vereist. De luchtdruk voor de verneveling te hoog. Verminder de luchtdruk. Te hoge materiaalsnelheid. Verminder de materiaaldruk of vervang de versleten tip. Onjuiste afstand tussen pistool en te Moet 200–300 mm zijn. spuiten object. Slecht geaarde onderdelen. De weerstand moet 1 megohm of minder zijn. Reinig de hangers voor de te spuiten objecten. Defecte pistoolweerstand. Zie “De pistoolweerstand testen” blz. 19. Lage materiaalweerstand. Controleer de materiaalweerstand. Zie blz. 15. Er lekt materiaal uit de pakkingen van de Reinig de naaldholte. Vervang de materiaalmateriaalnaald (26), hetgeen kortsluiting naald. Zie blz. 31. veroorzaakt. De dynamo van de turbine (19) is defect. Controleer dat de plug op zijn plaats zit aan de achterkant van het huis van de turbinedynamo. Verwijder en test de turbinedynamo. Zie blz. 34. De KV HI-LO greep staat in de stand LO. Controleer de stand van de greep; zonodig vervangen. ES ON/OFF-ventiel op OFF (0).* Draai hem op ON (I). Geen electrische netspanning.
De display voor de spanning/stroom Het pistool is te dicht bij het te spuiten blijft op rood staan (alleen bij intellegente voorwerp. pistolen). Controleer de materiaalweerstand.
De operator krijgt een lichte schok.
De operator krijgt een schok van het te spuiten object.
Oplossing
ES ON/OFF-ventiel op OFF (0).* De luchtdruk in het pistool is te laag.
Repareer/vervang de dynamoturbine; vervang de voeding. Zie blz. 33. Moet 200–300 mm zijn.
Zie “De materiaalweerstand controleren” blz. 15. Vuil pistool. Reinigen. Zie de bedieningshandleiding. De operator is niet goed geaard, of bevindt Zie “Aarding” blz. 13. zich dicht bij een ongeaard voorwerp. Het pistool is niet geaard. Zie “De electrische aarding controleren” blz. 14 en “De pistoolweerstand testen” blz. 19. Het te spuiten object is niet geaard. De weerstand moet 1 megohm of minder zijn. Reinig de hangers voor de te spuiten objecten.
* Het ES verklikkerlampje is uit bij ingetrokken pistooltrekker.
24
309295
Repareren
Repareren Drukontlastingsprocedure
4.
Ontgrendel de trekker.
WAARSCHUWING
ti1406a
5.
Gevaar voor injectie door de huid Het systeem moet handmatig worden ontlast om te voorkomen dat het onverhoeds start of gaat spuiten. Materiaal onder hoge druk kan door de huid worden geïnjecteerd en ernstig letsel veroorzaken. Om het risico van letsel als gevolg van materiaalinjectie, materiaalspatten of electrische schokken te verkleinen, dient u de Drukontlastingsprocedure te volgen telkens als u: •
Spuit met het pistool in een geaarde metalen afvalbak om de materiaaldruk te ontlasten.
ti1341a
6.
Vergrendel de trekker.
de instructie krijgt om de druk te ontlasten; ti1356a
•
ophoudt met spuiten;
•
enig onderdeel van het systeem gaat controleren of repareren;
•
de spuittip aanbrengt of reinigt.
7.
1.
Draai de ontlastkraan van de pomp en alle andere materiaalontlastkranen in het systeem open en houd een afvalbak bij de hand om het uitkomende materiaal op te vangen. Laat de ontlastkraan/ontlastkranen open staan tot u weer zover bent om te gaan spuiten.
Draai het ES ON/OFF-ventiel op OFF. I
ES
O
ti1290a
8.
ti1337a
2.
Vergrendel de trekker.
Als de nozzle of de slang helemaal is verstopt of de druk is niet volledig ontlast, draai dan langzaam de slangkoppeling iets los. Verwijder nu de verstopping uit de nozzle of de slang.
ti1356a
t
3.
Draai de zelfontlastende reduceerventielen naar de materiaalbron en het pistool dicht.
ti1289a
309295
25
Repareren
Het pistool voorbereiden voor onderhoud
WAARSCHUWING
•
Alleen originele Graco-onderdelen gebruiken. Onderdelen niet verwisselen met onderdelen voor andere PRO-pistoolmodellen en onderdelen hiervoor niet gebruiken. Let op: de luchtkap, spuittip en tipbeschermer voor dit pistool zijn oranje.
•
Er is een luchtdichtingreparatieset 244781 verkrijgbaar. Deze set moet afzonderlijk worden aangeschaft. De onderdelen in de set zijn aangeduid met sterretjes, bijv. (6*).
Gevaar voor electrische schokken Voor installatie en reparatie van deze apparatuur is toegang nodig tot onderdelen die, bij een onjuiste werkwijze, electrische schokken of andere ernstig letsel kunnen veroorzaken. Voer geen installatie- of onderhoudswerkzaamheden aan deze apparatuur uit als u daarvoor niet opgeleid en gekwalificeerd bent.
WAARSCHUWING Bepaalde reserveonderdelen van het PRO Xs4 AA-pistool kunnen er hetzelfde uitzien als andere PRO-pistool-onderdelen, maar ze zijn niet onderling uitwisselbaar! Zorg er bij reparaties voor dat u geen onderdelen van andere PRO-modellen gebruikt of verwisselt, die er mogelijk hetzelfde uitzien, maar andere onderdeelnummers hebben! Wanneer u onderdelen gebruikt die anders zijn dan de onderdelen die zijn gespecificeerd in de onderdelenlijsten voor het PRO Xs4 AA -pistool, dan kan daardoor de continuïteit van de aarding veranderen, kunnen er onderdelen gaan lekken of kapot gaan, of kan het pistool niet goed gaan functioneren, hetgeen kan leiden tot ernstig letsel, brand, explosies of schade aan goederen.
WAARSCHUWING Gevaar voor injectie door de huid Om het risico te verminderen van ernstig letsel moet u telkens de Drukontlastingsprocedure op blz. 25 volgen, als u enig deel van het systeem gaat controleren of repareren en telkens als u de instructie krijgt om de druk te ontlasten. OPMERKING:
1.
Spoel het pistool door, zie blz. 17.
2.
Ontlast de druk, zie blz. 25.
3.
Ontkoppel de lucht- en materiaalleidingen. Haal het pistool weg van de werkplek. De reparatieruimte moet schoon zijn.
•
Loop alle mogelijke remedies na die in Storingen opsporen en verhelpen staan, voordat u het pistool uit elkaar haalt.
4.
•
Gebruik een bankschroef met beklede klauwen om beschadiging van de kunststof onderdelen te voorkomen.
Benodigd gereedschap
•
Smeer de O-ring van de voeding (18a) en het kunststof uiteinde van de materiaalbuis (14) met diëlektrisch vet (40).
•
2 mm schroevendraaier (meegeleverd)
•
4 mm schroevendraaier (meegeleverd)
Smeer de O-ringen en dichtingen lichtjes in met siliconenvrij vet. Bestel smeermiddel 111265. Niet teveel smeermiddel aanbrengen.
•
Multi-Tool (meegeleverd)
•
bahco
•
middelgrote schroevendraaier
•
26
309295
Repareren
De tipbeschermer, luchtkap, spuittip of behuizing van de zitting vervangen 1.
Het pistool voor onderhoud gereedmaken; zie blz. 26.
2.
Verwijder de borgring (27), de tipbeschermer (4), de luchtkap (9a) en de spuittip (3). Mogelijk moet u de luchtkap met de tipbeschermer mee draaien om de luchtkap van het pistool te verwijderen. Zie AFB. 8.
3.
Vervang de pakking van de tip (3a) als deze beschadigd is.
3a
VOORZICHTIG Het weerstandspatroon (B) maakt deel uit van de loop en kan niet worden vervangen. Probeer nooit de loopweerstand te verwijderen om te voorkomen dat de loop van het pistool kapot gaat.
WAARSCHUWING Gevaar van brand, ontploffing en electrische schokken De contactring van de loop (16a) is een geleidende contactring en geen afdichtende O-ring. Om het risico te verkleinen op vonkoverslag of electrische schokken, mag u de contactring (16a) niet van de loop afhalen, behalve om hem te vervangen; u mag het pistool ook nooit gebruiken zonder dat de contactring op zijn plaats zit. De contactring alleen maar vervangen door een originele Graco-contactring.
3 9a
4 27
27a
B 2
Afb. 8. De tipbeschermer, luchtkap en spuittip vervangen
37 4.
Druk de trekker van het pistool in en verwijder de behuizing van de zitting (2) met het meegeleverde gereedschap (37). Zie AFB. 9.
Afb. 9. De behuizing van de zitting vervangen Vervolg op blz. 28.
309295
27
Repareren
VOORZICHTIG Om te voorkomen dat u de behuizing van de zitting en de loop van het pistool beschadigt, mag u de behuizing van de zitting nooit te strak aandraaien. Als u dat we doet, kan dat ertoe dat het materiaal niet goed wordt afgesloten. 5.
28
VOORZICHTIG Om te voorkomen dat de tipbeschermer (4) beschadigt, moet u de luchtkap (9a) richten voordat u de borgring (27) aandraait. De kap niet draaien als de borgring strak vast zit. 6.
Zet de spuittip (3), luchtkap (9a) en tipbeschermer (4) in elkaar. Zorg ervoor dat de elektrode (9b) niet is beschadigd en niet ontbreekt. Installeer de gehele luchtkap met de klemring (27). De lipjes van de u-beker (27a) moeten naar voren wijzen.
7.
Test de weerstand van het pistool. Zie blz. 19.
Druk de trekker van het pistool in en installeer de grijze behuizing van de zitting (2). Aandraaien tot hij vast zit, en vervolgens nog een kwartslag.
309295
Repareren
De elektrode vervangen
WAARSCHUWING Gevaar voor electrische schokken Om het risico op brand, explosies of electrische schokken te verminderen, mag het pistool nooit gebruikt worden zonder dat de elektrode in de luchtkap aangebracht is. 1.
Maak het pistool klaar voor het onderhoud. Zie blz. 26.
2.
Verwijder de luchtkap. Zie blz. 27.
3.
Trek de elektrode (9b) achter uit de luchtkap met behulp van een punttang.
4.
Druk de nieuwe elektrode door het gat in de luchtkap. Zorg ervoor dat het korte uiteinde (BB) van de elektrode in het gat (CC) in de achterkant van de luchtkap valt, Druk de elektrode stevig met uw vingers op zijn plaats. Zie AFB. 10.
5.
Breng de luchtkap weer aan. Zie blz. 27.
6.
Test de weerstand van het pistool. Zie blz. 19.
9b
CC
BB
02013
Afb. 10. De elektrode vervangen
309295
29
Repareren
De materiaalbuis vervangen
De materiaalfilter verwijderen
1.
Maak het pistool klaar voor het onderhoud. Zie blz. 26.
1.
Maak het pistool klaar voor het onderhoud. Zie blz. 26.
2.
Draai de onderste moer (C) van de materiaalbuis af. Zie AFB. 11.
2.
Draai de onderste moer (C) van de materiaalbuis los.
3. 3.
Draai de bovenste moer (D) voorzichtig los van de materiaalbuis.
Verwijder de materiaalfilter (1) van de materiaalkoppeling. Reinig de filter of vervang indien nodig. Zie AFB. 12.
OPMERKING: Vervangende filters zijn verkrijgbaar in maasgrootte 100 mesh (149 micron standaard) en 60 mesh (238 micron). Zie blz. 47.
VOORZICHTIG
4.
Ga voorzichtig te werk en beschadig de materiaalbuis (14) niet tijdens het reinigen of tijdens de installatie, geldt vooral voor het afdichtoppervlak (E). Als het afdichtoppervlak beschadigd is dan moet de materiaalbuis in zijn geheel worden vervangen.
Breng de materiaalfilter aan in de materiaalkoppeling. Draai de onderste moer (C) aan op de koppeling en draai hem aan tot 2,3–3,4 N.m. Zorg dat de bovenste moer vast blijft zitten.
VOORZICHTIG 4.
Breng diëlektrisch vet (40) aan over de gehele lengte van het kunststof verlengstuk op het uiteinde van de materiaalbuis (14).
5.
Breng draaddichtmiddel voor licht gebruik aan op het schroefdraad van de moer voor de materiaalbuis.
6.
Breng de materiaalbuis aan in de loop van het pistool door de bovenste moer (D) van de materiaalbuis met de hand vast te draaien en hem vervolgens met een sleutel nog een kwartslag of een halve slag aan te draaien. Er zal een spleet zitten tussen de moer en de loop. De moer niet te strak aandraaien.
7.
Zorg ervoor dat de materiaalfilter (1) op zijn plaats zit in de materiaalkoppeling. Draai de onderste moer (C) van de materiaalbuis op de koppeling en draai hem aan tot 2,3–3,4 N.m. Zorg ervoor dat de bovenste moer vast blijft zitten.
Zorg ervoor dat de materiaalbuis (14) niet gedraaid zit na het aandraaien van de onderste moer (C).
TI1521A
14 C 1
C 1
E D
Afb. 12. De materiaalfilter verwijderen ti1524a
Afb. 11. De materiaalbuis vervangen
30
309295
Repareren
De materiaalnaald vervangen 1.
Bereid het pistool voor op het onderhoud. Zie blz. 26.
2.
Verwijder de complete luchtkap en de behuizing van de zitting. Zie blz. 27.
3.
Verwijder de loop (16). Zie blz. 32.
4.
Verwijder de schroeven van de trekker (8) en de trekker (30).
5.
Verwijder de veerkap (45) en de veer (26a) van de loop. Zie AFB. 13.
55 26a
45
8 30 TI1618A
Afb. 13. Veerkap en veren 6.
Steek de 2 mm schroevendraaier (44) achter in de materiaalnaald. Druk hem naar binnen en draai hem ongeveer 12 hele slagen naar links om de naald los te draaien.
7.
Trek de pakkingmoer (N) naar achteren met behulp van het u-vormig gereedschap (37) om de complete materiaalnaald te verwijderen. Zie AFB. 14.
8.
Breng de materiaalnaald aan in de loop van het pistool. Druk de naald met de 2 mm schroevendraaier (44) naar binnen en draai hem vast. Zie AFB. 15.
9.
N
37
Breng de veer (26a) aan.
10. Installeer de veerkap (45) en zorg er daarbij voor dat de geaarde veer (55) op zijn plaats zit. 11. Breng de trekker (30) en de schroeven (8) aan.
Afb. 14. De materiaalnaald verwijderen
12. Breng de loop aan (16). Zie blz. 32.
VOORZICHTIG
TI1526B
Om te voorkomen dat u de behuizing van de zitting en de loop van het pistool beschadigt, mag u de behuizing van de zitting nooit te strak aandraaien. Te strak aandraaien kan ertoe leiden dat het materiaal niet goed wordt afgesloten. 13. Breng de behuizing van de zitting en de luchtkap aan. Zie blz. 27.
8
30
14. Test de weerstand van het pistool. Zie blz. 19. Afb. 15. De materiaalnaald vervangen
309295
31
Repareren
De loop verwijderen
2.
Breng de loop (16) aan over de voeding (18) heen en, op de greep van het pistool (17).
1.
Maak het pistool klaar voor het onderhoud. Zie blz. 26.
3.
Draai de drie schroeven (11) kruiselings en gelijkmatig aan (ongeveer een halve slag voorbij handvast).
2.
Draai de moer (C) voorzichtig van de beugel/materiaalfitting (13). Zie AFB. 16.
3.
Draai de drie schroeven los (11).
VOORZICHTIG De schroeven niet te strak aandraaien (11).
VOORZICHTIG 4. Om te voorkomen dat de voeding (18) beschadigt moet u de loop altijd recht van de pistoolgreep aftrekken. Beweeg zo nodig de loop van het pistool zachtjes heen en weer om hem vrij te krijgen van de pistoolgreep. 4.
Zorg ervoor dat de materiaalfilter (1) op zijn plaats zit in de materiaalkoppeling. Draai de onderste moer van de materiaalbuis (C) op de beugel (13) materiaalkoppeling en draai hem aan tot 2,3–3,4 N.m. Zorg ervoor dat de bovenste moer vast blijft zitten.
Houd de greep van het pistool (17) met één hand vast en trek de loop (16) rechtstandig van de greep af.
VOORZICHTIG Zorg ervoor dat de materiaalbuis (14) niet gedraaid zit na het aandraaien van de onderste moer (C).
13
C 11
5.
Test de weerstand van het pistool. Zie blz. 19.
16
18
17
*10
11 16 TI1516A
13
17 ti1517a
Afb. 16. De loop verwijderen
14
De loop installeren 1.
32
TI1520B
1 C
Afb. 17. De loop installeren
Zorg ervoor dat de pakking (10*, AFB. 17.) en de aardingsveer (55, AFB. 13.) op hun plaats zitten en dat de luchtgaten in de pakking goed uitgelijnd zijn. Vervangen indien nodig.
309295
Repareren
De voeding verwijderen en vervangen
7.
Sluit de 3-draads connector (B) aan. Schuif de dynamo (19) omlaag op de voeding (18).
8.
Smeer de O-ring (19a*) van de dynamo met siliconenvrij vet, onderdeelnr. 111265. Niet te veel vet aanbrengen.
9.
Smeer de O-ring (18a*) van de voeding in met diëlektrisch vet (40).
OPMERKING: •
Controleer of er vuil of vocht in de voedingsholte in de greep van het pistool zit. Reinig de holte met een schone, droge doek.
•
De pakking (10) niet blootstellen aan oplosmiddelen.
1.
Het pistool voor onderhoud gereedmaken; zie blz. 26.
2.
Verwijder de loop (16). Zie blz. 32.
10. Steek de voeding/dynamo in de greep van het pistool (17). Zorg ervoor dat de aardestrips contact maken met de greep. Alleen bij intellegente modellen, moet u het flexibele circuit (59) aansluiten op het contact boven op de greep. Druk de 6-pens stekker in het contact om ervoor te zorgen dat hij goed is aangesloten. 11. Breng de loop aan (16). Zie blz. 32.
VOORZICHTIG
12. Test de weerstand van het pistool. Zie blz. 19.
Ga voorzichtig om met de voeding (18) en voorkom dat hij beschadigt.
17 3.
4.
5.
Pak de voeding (18) met uw handen beet. Haal met een rustige heen-en-weer-beweging de voeding/dynamo in zijn geheel van de pistoolgreep (17) en trek hem vervolgens recht eruit. Alleen bij intellegente modellen moet u het flexibele circuit (59) loshalen uit het contact boven op de greep (17). Zie AFB. 18. Ontkoppel de driedraads connector (B) van de voeding. Schuif de dynamo omhoog en van de voeding af. Kijk de voeding en de dynamo na op beschadigingen. Alleen bij intellegente modellen moet u het 6-pens flexibele circuit (59) loshalen uit.
*19a 19 19e B
59
Kijk de electrische weerstand na. Zie blz. 20. Vervang de voeding, indien nodig.
OPMERKING: Voordat u de voeding weer installeert, moet u erop toezien dat de O-ringen (18a*, 19a*), de veer (18b) en de dempkussens (19e) op hun plaats zitten. 6.
*10
Alleen bij intellegente modellen, moet u het 6-pens flexibele circuit (59) aansluiten op de voeding.
309295
18b
ti1505c
18
*18a
Afb. 18. Voeding en turbinedynamo
33
Repareren
De turbinedynamo verwijderen en vervangen OPMERKING: Vervang de turbinelagers na 2000 uur gebruik. Bestel onderdeelnr. 223688, lagerset. 1.
Het pistool voor onderhoud gereedmaken; zie blz. 26.
2.
Verwijder de voeding/dynamo. Zie blz. 33.
3.
Ontkoppel de dynamo van de voeding. Zie blz. 33.
34
4.
Meet de weerstand tussen de twee buitenste klemmen van de 3-draads connector (B). De weerstand moet tussen 2,5 en 3,5 ohm liggen. Als de afgelezen waarde hiervan afwijkt, vervang dan de dynamo.
5.
Volg de procedure voor het vervangen van het lager in de handleiding voor lagerset 308034.
6.
Breng de dynamo aan op de voeding. Zie blz. 33.
7.
Installeer de voeding/dynamo. Zie blz. 33.
309295
Repareren
Het ventiel voor het afstellen van de vernevelingslucht repareren 1.
Maak het pistool klaar voor het onderhoud. Zie blz. 26.
2.
Zet een sleutel op de platte kanten van het ventiel (20) en schroef het uit de greep (17).
6.
OPMERKING: Gebruik siliconenvrij vet, onderdeelnr. 111265. Niet te veel vet aanbrengen. 7.
Wanneer u het ventiel voor de vernevelingslucht (20) weer in elkaar zet, smeer de schroefdraad van het ventiel dan licht in en schroef de steel (20d) volledig in de behuizing (20c) tot hij de bodem raakt. Installeer de O-ring (20b*), smeer hem in en schroef de klepsteel los tot de O-ring in de behuizing komt.
8.
Zet de klemring (20a) weer in elkaar. Schroef de klepsteel uit de behuizing tot hij wordt tegengehouden door de klemring.
9.
Schroef het gehele ventiel (20) in de pistoolgreep en zet daarbij de tang op de platte zijden van de behuizing. Aandraaien tot 1,7–2,8 N.m.
OPMERKING: U kunt het ventiel als één geheel vervangen (ga naar stap 9) maar ook als afzonderlijke onderdelen (stappen 3–9). 3.
Verwijder de klemring (20a). Zie AFB. 19.
4.
Draai de klepsteel (20d) linksom tot hij vrijkomt uit het ventielhuis (20c).
5.
Reinig alle onderdelen en controleer ze op slijtage of beschadiging.
Verwijder de O-ring (20b).
20d TI1487A
20b*
20c 20a
Afb. 19. Het ventiel voor het afstellen van de vernevelingslucht
309295
35
Repareren
Het luchtventiel repareren
5.
Kijk de u-beker (6*) na. De u-beker alleen verwijderen als hij beschadigd is. Als hij wordt verwijderd, moet er een nieuwe worden aangebracht met de lipjes naar de pistoolgreep (17) toe gericht.
1.
Bereid het pistool voor op het onderhoud. Zie blz. 26.
2.
Verwijder de loop. Zie blz. 32.
6.
Installeer het luchtventiel (21) en de veer (15) in de pistoolgreep (17).
3.
Verwijder de luchtventielkap (25) van de greep (17). Verwijder de veer (15). Zie AFB. 20.
7.
Installeer de luchtventielkap (25). Aandraaien tot 1,7–2,8 N.m.
8.
Breng de loop aan. Zie blz. 32.
VOORZICHTIG Reinig alle onderdelen in een niet-geleidend oplosmiddel dat compatibel is met het gebruikte materiaal, bijv. xylol of een oplosmiddel op oliebasis. Wanneer u een geleidend oplosmiddel gebruikt kan dat ertoe leiden dat het pistool niet goed functioneert.
21 15 4.
25
Verwijder het luchtventiel (21) met een tang. Kijk het oppervlak van de rubberen dichting na en vervang het luchtventiel indien het beschadigd is.
*6
VOORZICHTIG Zorg er bij het verwijderen van het luchtventiel (21) voor dat het zittinggebied niet beschadigd raakt. De rubberen dichting kan niet worden verwijderd.
36
ti1527a
Afb. 20. Luchtventiel
309295
Repareren
Het ES ON/OFF-ventiel repareren 1.
Maak het pistool klaar voor het onderhoud. Zie blz. 26.
2.
Draai de schroef (48) los. Verwijder het ventiel.
3.
Smeer de O-ringen (22a* en 22b*) in met siliconenvrij vet, onderdeel nummer 111265. Niet teveel smeermiddel aanbrengen.
4.
Reinig de onderdelen en kijk ze na op beschadigingen. Vervang ze, indien nodig.
OPMERKING: Het uitsteeksel op de klemplaat (22d) moet omhoog wijzen. 5.
Breng het ventiel weer aan. De schroef (48) aandraaien tot 1,7–2,8 N.m.
22d
22g
22e 22b*
VOORZICHTIG Vet de onderdelen niet te veel in. Overtollig vet op de O-ringen kan in de luchtdoorgang van het pistool gedrukt worden en de laklaag op het werkstuk bederven.
22f
22c 22a* 48 TI1488A
Afb. 21. ES ON/OFF-ventiel
309295
37
Onderdelen
Onderdelen Onderdeelnr. 244572 85 kV elektrostatisch pistool, serie B (onderdelen 1–50)
Zie blz. 39 voor een detailtekening van de dynamo (19), de stelklep voor de luchtverneveling (20) en het ES ON/OFF-ventiel (22).
22 I
ES
20
O
19
28
19a*
19e
25 15
17
21***
18 ti1366a
*10
18b
11
*18a 45 26a 47
26
11
55
24a*
*6
24 13 16
8 30
14
35
16a
14 (Ref)
1
38 39 36
2 3a
37 44
9b 3 9a 4 27a* 27
38
309295
Onderdelen
Ref. Nr. 19: dynamo
Ref. Nr. 20: stelklep voor de luchtverneveling
20d
19a* 19b
20b*
TI1487A
20c 19b
20a
TI1481a
19e
19d 19c
Ref. Nr. 22: ES ON/OFF-ventiel
22e
22d
22f 22g
22b* 22c 22a* 48 TI1488A
309295
39
Onderdelen
Onderdeelnr. 244572 85 kV elektrostatisch pistool, serie B (onderdelen 1–50) Ref. nr.
Onderdeelnr.
Omschrijving
Aantal
1
205264
FILTER, materiaal, geïntegreerd
1
2
245280
HUIS, zitting
1
3
GG3XXX
SPUITTIP (naar keuze van de klant); inclusief onderdeel 3a
1
Ref. nr.
Onderdeelnr.
Omschrijving
Aantal
20
244556
KLEP, afstellen, vernevelingslucht; bevat onderdelen 20a–20d
1
20a
101021
. KLEMVEER
1
20b*
106560
. O-RING; fluorkoolstof
1
3a
183459
. DICHTING, spuittip
1
20c
197566
. VENTIELHUIS
1
4
276767
TIPBESCHERMER
1
20d
197567
. KLEPSTEEL
1
6*
188749
PAKKING, u-beker, luchtventiel; UHMWPE
1
21*** 244557
LUCHTVENTIEL
1
22
244558
197369
SCHROEF, trekker
2
KLEP, elektrostatica, ON/OFF; bevat onderdelen 22a–22g
1
8 9
245276
LUCHTKAP, compleet; bevat onderdelen 9a en 9b
1
22a*
111516
. O-RING, CV75
1
22b*
113137
. O-RING; fluorelastomeer
1
9a
198679
. LUCHTKAP
1
22c
198403
. KLEPSTEEL
1
9b
244917
. ELEKTRODE (set van 5)
1
22d
198404
. KLEMPLAAT
1
10*
197517
PAKKING, loop
1
22e
198453
. TUSSENRING
1
11
197518
SCHROEF, inbus; 10–24 x 19 mm
3
22f
198464
. PEN
1
13
197832
BEUGEL, inlaat; materiaal
1
22g
276753
. KNOP
1
14
244713
MATERIAALBUIS
1
24
249323
UITLAATKLEP; inclusief onderdeel 24a
1
15
185116
DRUKVEER
1
24a*
112085
. O-RING; fluorkoolstof
1
16
244531
LOOP, pistool; bevat onderdeel 16a
1
25
197966
KAP, luchtventiel
1
16a
197486
. O-RING; geleidend
1
26
244714
NAALD, materiaal; inclusief onderdeel 26a
1
17
245286
GREEP, pistool; bevat onderdeel 28
1
26a
112691
. DRUKVEER
1
18
244541
VOEDING, 85 kV; bevat onderdelen 18a–18b
1
27
244927
KLEMVEER, luchtkap; inclusief onderdeel 27a
1
18a*
103337
. O-RING; Viton®
1
27a*
198307
. PAKKING, veerkom
1
18b
197624
. DRUKVEER
1
28
276695
HAAK
1
19
244555
TURBINE, dynamo; bevat onderdelen 19a–19e
1
30
276698
TREKKER
1
35
185105
KOPPELING, lucht; linksomdraaiend schroefdraad
1
36
107460
TANG, kogeluiteinde; 4 mm
1
37
276741
MULTITOOL
1
19a*
110073
. O-RING; Viton®
1
19b
223688
. LAGERSET; inclusief vooren achterlager en ventilator
1
19c
244577
. SPOEL
1
38
185103
BUIS, uitlaat
1
19d
111745
. KLEMVEER
1
39
110231
KLEMBAND
1
19e
198821
. KUSSEN, druk
2
40
309295
Onderdelen
Ref. nr.
Onderdeelnr.
Omschrijving
Aantal
40
116553
VET, diëlektrisch, tube (niet afgebeeld)
1
41
244915
AFDEKKAP, pistool; doos van 10 (niet afgebeeld)
1
42
179791
PLAATJE, waarschuwing (niet afgebeeld); vervangende plaatjes gratis verkrijgbaar
1
STICKER, waarschuwing (niet afgebeeld); vervangende stickers gratis verkrijgbaar
1
1
43
180060
44
112080
GEREEDSCHAP, voor naald; 2 mm
45
198516
KAP, veer
Ref. nr.
Onderdeelnr.
Omschrijving
Aantal
47
197967
PLUG
1
48
198058
SCHROEF, kap, inbuskop
1
49
222385
KAART, waarschuwing (niet afgebeeld); vervangende kaarten gratis verkrijgbaar
1
50
188774
PLAATJE, waarschuwing (niet afgebeeld); vervangende plaatjes gratis verkrijgbaar
1
* Deze onderdelen zitten in de luchtpakkingreparatieset 244781. *** De rubberen dichting kan niet worden verwijderd. Vervangende labels, stickers, plaatjes en kaarten die waarschuwen voor gevaar zijn gratis verkrijgbaar.
309295
41
Onderdelen
Onderdeelnr. 244573 85 kV elektrostatisch pistool, serie B (onderdelen 1–59)
Zie blz. 43 voor een detailtekening van de dynamo (19), de stelklep voor de luchtverneveling (20) en het ES ON/OFF-ventiel (22).
53 (Ref) 0
KV
100%
µα
51 (Ref) HI LO
ES
I
22 ES
20
O
59
19
28
19a* 17
19e
53
52
51
54 15
25
21***
18 ti1253a
*10
18b
11
*18a 45 26a 26 47
11 55
*6
24a* 24
16
13
8 14
35
30
16a
38 14 (Ref) 2 3a
1
36
39
37 44
9b 3 9a 27
42
27a*
4
309295
Onderdelen
Ref. Nr. 19: dynamo
Ref. Nr. 20: stelklep voor de luchtverneveling
20d
19a* 19b
20b*
TI1487A
20c 19b
20a
TI1481a
19e
19d 19c
Ref. Nr. 22: ES ON/OFF-ventiel
22e
22d
22f 22g
22b* 22c 22a* 48 TI1488A
309295
43
Onderdelen
Onderdeelnr. 244573 85 kV elektrostatisch pistool, serie B (onderdelen 1–59) Ref. nr.
Onderdeelnr.
Omschrijving
Aantal
1
205264
FILTER, materiaal, geïntegreerd
1
2
245280
HUIS, zitting
1
3
GG3XXX
SPUITTIP (naar keuze van de klant); inclusief onderdeel 3a
1
Ref. nr.
Onderdeelnr.
Omschrijving
Aantal
20
244556
KLEP, afstellen, vernevelingslucht; bevat onderdelen 20a–20d
1
20a
101021
. KLEMVEER
1
20b*
106560
. O-RING; fluorkoolstof
1
3a
183459
. DICHTING, spuittip
1
20c
197566
. VENTIELHUIS
1
4
276767
TIPBESCHERMER
1
20d
197567
. KLEPSTEEL
1
6*
188749
PAKKING, u-beker, luchtventiel; UHMWPE
1
21*** 244557
LUCHTVENTIEL
1
22
244558
197369
SCHROEF, trekker
2
KLEP, elektrostatica, ON/OFF; bevat onderdelen 22a–22g
1
8 9
245276
LUCHTKAP, COMPLEET
1
22a*
111516
. O-RING, CV75
1
9a
198679
. LUCHTKAP
1
22b*
113137
. O-RING; fluorelastomeer
1
9b
244917
. ELEKTRODE (set van 5)
1
22c
198403
. KLEPSTEEL
1
10*
197517
PAKKING, loop
1
22d
198404
. KLEMPLAAT
1
11
197518
SCHROEF, inbus; 10–24 x 19 mm
3
22e
198453
. TUSSENRING
1
22f
198464
. PEN
1
13
197832
BEUGEL, inlaat; materiaal
1
22g
276753
. KNOP
1
14
244713
MATERIAALBUIS
1
24
249323
1
15
185116
DRUKVEER
1
UITLAATKLEP; inclusief onderdeel 24a
16
244531
LOOP, pistool; bevat onderdeel 16a
1
24a*
112085
. O-RING; fluorkoolstof
1
25
197966
KAP, luchtventiel
1
16a
197486
. O-RING; geleidend
1
26
244714
1
17
245288
GREEP, pistool; bevat onderdeel 28
1
NAALD, materiaal; inclusief onderdeel 26a
26a
112691
. DRUKVEER
1
18
244541
VOEDING, 85 kV; bevat onderdelen 18a–18b
1
27
244927
KLEMVEER, luchtkap; inclusief onderdeel 27a
1
18a*
103337
. O-RING; Viton®
1
27a*
198307
. PAKKING, veerkom
1
18b
197624
. DRUKVEER
1
28
276695
HAAK
1
19
244555
TURBINE, dynamo; bevat onderdelen 19a–19e
1
30
276698
TREKKER
1
19a*
110073
. O-RING; Viton®
1
35
185105
KOPPELING, lucht; linksomdraaiend schroefdraad
1
19b
223688
. LAGERSET; inclusief vooren achterlager en ventilator
1
36
107460
TANG, kogeluiteinde; 4 mm
1
19c
244577
. SPOEL
1
37
276741
MULTITOOL
1
19d
111745
. KLEMVEER
1
38
185103
BUIS, uitlaat
1
19e
198821
. KUSSEN, druk
2
39
110231
KLEMBAND
1
44
309295
Onderdelen
Ref. nr.
Onderdeelnr.
Omschrijving
Aantal
40
116553
VET, diëlektrisch, tube (niet afgebeeld)
1
41
244915
AFDEKKAP, pistool; doos van 10 (niet afgebeeld)
1
PLAATJE, waarschuwing (niet afgebeeld); vervangende plaatjes gratis verkrijgbaar
1
STICKER, waarschuwing (niet afgebeeld); vervangende stickers gratis verkrijgbaar
1
1
42
43
179791
180060
44
112080
GEREEDSCHAP, voor naald; 2 mm
45
198516
KAP, veer
47
197967
PLUG
1
48
198058
SCHROEF, kap, inbuskop
1
49
222385
KAART, waarschuwing (niet afgebeeld); vervangende kaarten gratis verkrijgbaar
1
309295
Ref. nr.
Onderdeelnr.
Omschrijving
Aantal
50
188774
PLAATJE, waarschuwing (niet afgebeeld); vervangende plaatjes gratis verkrijgbaar
1
51
244627
SCHAKELAAR, ES HI/LO
1
52
111450
O-RING
1
53
276734
PLUG, afstellen laagspanning
1
54
197910
SCHROEF, draaipunt
1
55
197624
VEER, aarding
1
59
245265
CIRCUIT, flexibel
1
* Deze onderdelen zitten in de luchtpakkingreparatieset 244781. *** De rubberen dichting kan niet worden verwijderd. Vervangende labels, stickers, plaatjes en kaarten die waarschuwen voor gevaar zijn gratis verkrijgbaar.
45
Toebehoren
Toebehoren Hulpstukken voor de luchtleiding
Snelontkoppeling voor de luchtleiding
AirFlex™ flexibele geaarde luchtslang
Nippel voor luchtslangadapter
Maximum werkdruk: 7 bar (0,7 MPa) Binnendiameter: 8 mm (0,315 in.); 1/4 npsm(i) x 1/4 npsm(i) linksdraaiende schroefdraad. 244963 1,8 m 244964 4,6 m 244965 7,6 m 244966 11 m 244967 15 m 244968 23 m 244969 30,5 m
Luchtinlaatkoppeling zonder wartel
112534
185493
185105
Maximum werkdruk: 7 bar (0,7 MPa) Binnendiameter: 8 mm (0,315 in.); 1/4 npsm(i) x 1/4 npsm(i) linksdraaiende schroefdraad. 223068 1,8 m 223069 4,6 m 223070 7,6 m 223071 11 m 223072 15 m 223073 23 m 223074 30,5 m
Te gebruiken om meerdere luchtslangen aan te sluiten. 1/4 npt x 1/4 npsm linksdraaiende schroefdraad.
Vervangt de standaard wartel. Linksdraaiende schroefdraad.
Verlengde luchtinlaatkoppeling 189191
Standaard geaarde luchtslang
Snelontkoppeling met wartel vervangt de standaard luchtinlaatwartel.
Vervangt de standaard wartel om ermee de handgreep te verlengen. Linksdraaiende schroefdraad.
Hulpstukken voor de materiaalleiding Nylon materiaalslang Maximum werkdruk: 210 bar (21 MPa) 223540 Binnendiameter 6 mm (1/4 in.) x 7,6 m, 1/4 npsm 223541 Binnendiameter 6 mm (1/4 in.) x 5,2 m, 1/4 npsm
Geaarde luchthulpslang Maximum werkdruk: 7 bar (0,7 MPa) Binnendiameter: 5 mm (0,188 in.); 1/4 npsm(u) x 1/4 npsm(i) linksdraaiende schroefdraad. 236130 0,9 m 236131 1,8 m
Materiaalverlengslang
Zelfontlastende luchtkraan
Materiaal afsluitkraan/aftapkraan
Maximum werkdruk 21 bar (2,1 MPa) Laat lucht ontsnappen die opgesloten is blijven zitten tussen deze kraan en de luchtmotor van de pomp wanneer die gesloten wordt. 107141 3/4 npt
Afsluiter luchtleiding Maximum werkdruk 10 bar (1,0 MPa) Om de lucht naar het pistool aan of uit te draaien. 224754 1/4 npsm(u) x 1/4 npsm(i) linksdraaiend schroefdraad
46
Maximum werkdruk: 210 bar (21 MPa) Binnendiameter: 3 mm (0,125 in.); 1/4 npsm(i) x 1/4 npt(u) 236134 0,9 m 236135 1,8 m
Maximum werkdruk: 280 bar (28 MPa) Om de materiaaltoevoer naar het pistool in- en uit te schakelen, en om de materiaaldruk op de leiding bij de pomp te ontlasten. 210657 1/2 npt(u), Viton-dichtingen 210658 3/8 npt(u), Viton-dichtingen 210659 3/8 npt x 1/4 npt(u), Viton-dichtingen 214037 1/4 npt(u), PTFE-dichtingen
Materiaalwartel Maximum werkdruk: 405 bar (40 MPa) 115898 1/4 npsm(u) x 1/4 npsm(i)
309295
Toebehoren
Toebehoren pistool
Reinigingsborstel 105749
Voor het reinigen van de luchtkap en de materiaalnozzle.
Reparatieset Pistool 244781
Reparatieset Luchtdichting.
Diverse accessoires
Elektrodevervangingsset 244917
Bevat vijf elektrodes.
Aarddraad en aardklem 222011
Geïntegreerde materiaalfilters 238561 238563
Filter met maasgrootte 100 mesh (149 micron). Set van drie. Filter met maasgrootte 60 mesh (238 micron) filter. Set van drie.
Megohmmeter 241079
Set voor rond patroon Zorgt voor nog betere prestaties bij elektrostatisch spuiten. 245282 Inclusief tip naar keuze.
ES altijd-aan-set Ter vervanging van de inlaatkoppeling met kogelventiel om de lucht af te sluiten tijdens het spoelen. Zet het ES ON/OFF-ventiel permanent op ON.
Te gebruiken met verfsonde 722860, om de weerstand van de verf te meten. Niet gebruiken in hoog-risico gebied.
Verfsonde 722860
Handgrepen 245263 245264
500 Volt uitgangsvermogen; 0,01–2000 megohm. Niet gebruiken in hoog-risico gebied.
Verfweerstandsmeter 722886
244913
Voor het aarden van de pomp en andere componenten en apparatuur in het spuitgebied. maat 12, 7,6 m.
Middelgrote handgreep. Grote handgreep.
Te gebruiken met verfweerstandsmeter 722886 om de weerstand van de verf te meten. Niet gebruiken in hoog-risico gebied.
Veiligheidswaarschuwing Pistoolwas-set 245271
Om Graco-pistoolwassers om te bouwen voor het reinigen van PRO Xs4 air-assisted spuitpistolen.
Smeermiddel voor pistoolventielen 111265
309295
Voor de reparatie van de turbinedynamo.
Engelse waarschuwingssticker. FM-goedgekeurd. Gratis verkrijgbaar bij Graco.
Instructieplaatjes 198310 198320
113-grams tube siliconenvrij smeermiddel voor materiaaldichtingen en versleten oppervlakken.
Dynamolagerset 223688
180060
Installatie-instructies in het Engels. Instructies voor het dagelijkse onderhoud in het Engels.
Elektrostatisch geleidende handschoenen (doos met 12 stuks) 117823 117824 117825
Klein (small) Middel (medium) Groot (large)
47
Overzichtsschema spuittips
Overzichtsschema spuittips
48
Onderdeelnr.
Spuitbreedte bij 250 mm (mm)
Sproeierformaat mm (in.)
GG3107
50–100
0,178 (0,007)
GG3207
100–150
GG3307
150–200
GG3209
100–150
GG3309
150–200
GG3409
200–250
GG3211
100–150
GG3311
150–200
GG3411
200–250
GG3511
250–300
GG3611
300–350
GG3213
100–150
GG3313
150–200
GG3413
200–250
GG3513
250–300
GG3613
300–350
GG3215
100–150
GG3315
150–200
GG3415
200–250
GG3515
250–300
GG3615
300–350
0,229 (0,009)
0,279 (0,011)
0,330 (0,013)
0,381 (0,015)
Onderdeelnr.
Spuitbreedte bij 250 mm (mm)
Sproeierformaat mm (in.)
GG3217
100–150
0,432 (0,017)
GG3317
150–200
GG3417
200–250
GG3517
250–300
GG3617
300–350
GG3319
150–200
GG3419
200–250
GG3519
250–300
GG3619
300–350
GG3719
350–400
GG3421
200–250
GG3521
250–300
GG3621
300–350
GG3721
350–400
GG3821
400–450
GG3423
200–250
GG3523
250–300
GG3623
300–350
GG3723
350–400
GG3823
400–450
GG3425
200–250
GG3525
250–300
GG3625
300–350
GG3725
350–400
GG3825
400–450
0,483 (0,019)
0,533 (0,021)
0,584 (0,023)
0,635 (0,025)
309295
Technische gegevens
Technische gegevens Categorie
Gegevens
Maximum werkdruk materiaal
21 MPa (210 bar)
Maximum werkdruk lucht
0,7 MPa (7 bar)
Minimum luchtdruk naar pistoolinlaat
0,28 MPa (2,8 bar)
Maximum werktemperatuur van het materiaal
48°C
Soortelijke weerstand v.d. verf
3 megohm/cm tot oneindig
Kortsluitstroom
125 microampère
Spanningsopbrengst
PRO Xs4 AA (244572): 85 kV PRO Xs4 AA (244573): 40–85 kV
Geluidsvermogen (gemeten volgens ISO-norm 9216)
bij 0,28 MPa (2,8 bar): 88,9 dB(A) bij 0,7 MPa (7 bar): 99,7 dB(A)
Geluidsdruk gemeten op 1 meter van het pistool
bij 0,28 MPa (2,8 bar): 86,0 dB(A) bij 0,7 MPa (7 bar): 95,0 dB(A)
Luchtinlaatfitting, linksdraaiende schroefdraad
1/4 npsm(u)
Materiaalinlaatfitting
1/4–18 npsm(u)
Gewicht van pistool
825 g
Lengte van pistool
29 cm
Bevochtigde onderdelen
Roestvrij staal, nylon, acetaal, UHMWP (Ultra High Molecular Weight Polyethyleen), fluorelastomeer, PEEK, wolfraamdraad, polyethyleen
Viton® is een gedeponeerd handelsmerk van de DuPont Company. Loctite® is een gedeponeerd handelsmerk van de Loctite Corporation.
309295
49
Standaard Graco-garantie Graco garandeert dat alle in dit document genoemde apparatuur, voorzover die door Graco is gefabriceerd en de naam Graco erop vermeld staat, op de datum van verkoop voor gebruik door de oorspronkelijke koper, vrij is van materiaal- en fabricagefouten. Met uitzondering van speciale, uitgebreide, of beperkte garantie zoals gepubliceerd door Graco, zal Graco, gedurende een periode van twaalf maanden of tweeduizend gebruiksuren na verkoopdatum, elk onderdeel van de apparatuur dat naar het oordeel van Graco gebreken vertoont herstellen of vervangen. Gebreken aan de loop, de handgreep, de trekker, de haak, de interne electrische voeding en de dynamo (met uitzondering van de turbinelagers) worden gerepareerd of vervangen gedurende zesendertig maanden of zesduizend gebruiksuren na de verkoopdatum. Deze garantie geldt alleen indien de apparatuur is geïnstalleerd, gebruikt en onderhouden in overeenstemming met de door Graco schriftelijk verstrekte aanbevelingen. Normale slijtage en veroudering, of slecht functioneren, beschadiging of slijtage veroorzaakt door onjuiste installatie, verkeerde toepassing, slijpend materiaal, corrosie, onvoldoende of onjuist uitgevoerd onderhoud, nalatigheid, ongeval, eigenmachtige wijzigingen aan de apparatuur, of het vervangen van Graco-onderdelen door onderdelen van andere herkomst, vallen niet onder de garantie en Graco is daarvoor niet aansprakelijk. Graco is ook niet aansprakelijk voor slecht functioneren, beschadiging of slijtage veroorzaakt door de onverenigbaarheid van Graco-apparatuur met constructies, toebehoren, apparatuur of materialen die niet door Graco geleverd zijn, en ook niet voor fouten in het ontwerp, bij de fabricage of het onderhoud van constructies, toebehoren, apparatuur of materialen die niet door Graco geleverd zijn. Deze garantie wordt verleend op voorwaarde dat de apparatuur waarvan de koper stelt dat die een defect vertoont, gefrankeerd wordt verzonden naar een erkende Graco-leverancier opdat de aanwezigheid van het beweerde defect kan worden geverifieerd. Indien het beweerde defect inderdaad wordt vastgesteld, zal Graco de defecte onderdelen kostenloos herstellen of vervangen. De apparatuur zal gefrankeerd worden teruggezonden naar de oorspronkelijke koper. Indien bij de inspectie geen materiaal- of fabricagefouten worden geconstateerd, dan zullen de reparaties worden uitgevoerd tegen een redelijke vergoeding, waarin vergoeding van de kosten van onderdelen, arbeid en vervoer begrepen kunnen zijn. DEZE GARANTIE IS EXCLUSIEF, EN TREEDT IN DE PLAATS VAN ENIGE ANDERE GARANTIE, UITDRUKKELIJK OF IMPLICIET, DAARONDER MEDEBEGREPEN MAAR NIET BEPERKT TOT GARANTIES BETREFFENDE VERKOOPBAARHEID OF GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALDE TOEPASSING. Gracos enige verplichting en de enige verhaalsmogelijkheid van de koper in geval van een inbreuk op de garantie is hetgeen hierboven is beschreven. De koper gaat ermee akkoord dat geen andere verhaalsmogelijkheid (daarin medebegrepen, maar niet beperkt tot vergoeding van incidentele schade of van vervolgschade door winstderving, gemiste verkoopopbrengsten, letsel aan personen of materiële schade, of welke andere incidentele verliezen of vervolgverliezen dan ook) aanwezig is. Elke klacht wegens inbreuk op de garantie moet binnen twee (2) jaar na aankoopdatum kenbaar worden gemaakt. Graco geeft geen garantie en wijst elke impliciete garantie af betreffende verkoopbaarheid of geschiktheid voor een bepaalde toepassing, met betrekking tot toebehoren, apparatuur, materialen of componenten die Graco geleverd, maar niet vervaardigd heeft. Deze onderdelen die door Graco geleverd, maar niet vervaardigd zijn (zoals elektromotoren, schakelaars, slangen, etc.), zijn onderworpen aan de garantie, indien verleend, van de fabrikant ervan. Graco zal aan de koper redelijke ondersteuning verlenen bij het aanspraak maken op die garantie. Graco is in geen geval aansprakelijk voor indirecte, incidentele of speciale schade of gevolgschade die het gevolg is van het feit dat Graco zulke apparatuur heeft geleverd, of van de uitrusting, de werking, of het gebruik van producten of andere goederen op deze wijze verkocht, ongeacht of die ontstaat door inbreuk op een contract, inbreuk op garantie, nalatigheid van Graco, of anderszins. FOR GRACO CANADA CUSTOMERS The parties acknowledge that they have required that the present document, as well as all documents, notices and legal proceedings entered into, given or instituted pursuant hereto or relating directly or indirectly hereto, be drawn up in English. Les parties reconnaissent avoir convenu que la rédaction du présent document sera en Anglais, ainsi que tous documents, avis et procédures judiciaires exécutés, donnés ou intentés à la suite de ou en rapport, directement ou indirectement, avec les procédures concernées.
Alle teksten en illustraties in dit document geven de laatst bekende productinformatie op het moment van publicatie weer. Graco behoudt zich het recht voor om op ieder moment wijzigingen aan te brengen zonder voorafgaande kennisgeving. MM 209295
Graco-hoofdkantoor: Minneapolis Kantoren in buitenland: België; China; Japan; Korea GRACO N.V.; Industrieterrein - Oude Bunders; Slakweidestraat 31, 3630 Maasmechelen, Belgium Tel.: 32 89 770 700 - Fax: 32 89 770 777 GEDRUKT IN BELGIE 309295 11/2005