Prestatieafspraken 2015
versie 5 februari 2015
Gemeente Eindhoven en de Eindhovense woningcorporaties
Gemeente Eindhoven
Woonstichting ’thuis
Dhr. Y. Torunoglu
Dhr. Ir. E.J.M. de Groot
Wethouder Wonen, Wijken, Ruimte en
Directeur-bestuurder
Burgerparticipatie
Mw. drs. H.A.M. van der Herten Directeur-bestuurder
Stichting Trudo
Stichting Vitalis Sociale Woonvormen
Drs. A.A.M. Aussems MRE MFE MMO
Dhr E.J. Borgmeijer
Directeur-bestuurder
Voorzitter Raad van Bestuur
Stichting Woonbedrijf SWS.Hhvl
Stichting Wooninc.
Mw. ir. I. de Boer
Mw. J.A.P.M. Pijnenburg
Algemeen directeur-bestuurder
Directeur-bestuurder
Dhr. drs. M.T. Eggermont RA
Dhr. drs. H. Buursink
Algemeen directeur-bestuurder
Directeur-bestuurder
Pagina 2 van 30
Preambule: prestatieafspraken 2015 Eindhoven is voorloper in innovatie, creatie en ontwikkeling en heeft de ambitie om dat te blijven. Het wil initiatiefnemers, ontdekkers, creatieven en wetenschappers de ruimte geven om te experimenteren en grenzeloos te groeien. Ruimte bieden aan nieuwe vormen van samenwerken en samenleven. Ondertussen verliest Eindhoven mensen die niet mee kunnen niet uit het oog. In de komende jaren moet het niet alleen gaan over de economische groei, over de creatieve klasse, over de broedplaatsen, maar ook over de nieuwe armoede, de nieuwe woningnood, en het gebrek aan kansen. Al met al: het moet gaan om de sociaal-economische vitaliteit van de stad. Eindhoven wil een inclusieve stad zijn, waarin mensen die willen, een aanbod vinden. Een stad die talenten bindt, die groei stimuleert, banen creëert en mensen uitdaagt om mee te doen aan de samenleving. En een stad die niemand buiten de boot laat vallen. Die waarborgt dat ook mensen zonder inkomen uit werk, mensen met een zorgvraag of anderszins kwetsbaren thuis zijn in Eindhoven. Eindhoven is een stad waarin maatschappelijke partners samenwerken vanuit de gedeelde wens om op eigen wijze te groeien. Wonen vervult bij die ambitie een belangrijke rol. Als eigenaar van een groot deel van de woningvoorraad zijn woningcorporaties en gemeente vanzelfsprekende partners. Het zijn ook overtuigde partners. Woningcorporaties en gemeente delen de ambitie om voldoende betaalbare woonruimte beschikbaar te hebben. Permanente huisvesting voor specifieke doelgroepen en flexibele voor mensen die tijdelijk onderdak vragen. We werken samen aan een compacte stad, met voldoende beschikbare, duurzame en betaalbare woningen in gevarieerde woonmilieus. Daarbij zien we uitdagingen in de bestaande wijken van Eindhoven. Daar treffen we de komende jaren meer mensen die hulp nodig hebben bij het zelfstandig wonen. Ons ideaal is diverse woonmilieus en inclusieve wijken. Een stad waarin wijken als Strijp S en Woensel West elkaar aanvullen. Waarin verschillen bestaan in identiteit, maar waarin geen mensen buiten de boot vallen. We zijn ons bewust van veranderingen in de organisatie van zorg en welzijn en van de ambitie om de burger meer zelf te laten organiseren. Als professionele organisaties kunnen we helpen bij het in stand houden van voorzieningen, bij het mogelijk maken van ontmoeting in de buurt, bij het ondersteunen van coöperatieve initiatieven van bewoners. Hoe dat precies moet en welke concrete prestaties dat van ons vraagt is niet duidelijk. We werken immers vanuit de actualiteit en de vraag van de dag. We ontkomen dus niet aan het formuleren van intenties. We willen nadrukkelijk dat het niet bij mooie woorden blijft en verbinden ons daarom aan onderlinge prestatieafspraken. In deze afspraken zoeken we concreetheid. We nemen ons voor in 2015 onze informatiesystemen op elkaar aan te sluiten. We ontwerpen daarvoor een ‘dashboard’, dat laat zien hoe de feitelijke situatie van mensen in wijken zich ontwikkelt. Dat inzicht geeft in het actuele aanbod van betaalbare woonruimte en in de inspanningen van partijen om dat te beïnvloeden. De corporaties bieden hun woningaanbod aan op 1 portaal als blijkt dat de woningzoekende dat als toegevoegde waarde ziet. We werken op basis van een gedeelde visie op wonen in Eindhoven. Die woonvisie zal in het voorjaar van 2015 worden vastgesteld. Het fundament daarvoor is inmiddels vastgelegd in het Manifest Wonen. Op basis van de nieuwe ‘herzieningswet’ worden de rollen van gemeente en woningcorporatie opnieuw gedefinieerd. Daardoor dient ook het proces voor het maken van prestatieafspraken opnieuw te worden ingericht. Daarmee wordt 2015 een jaar vol concrete uitdagingen op de woningmarkt en onzekerheden in organiseren.
Pagina 3 van 30
Ambities en uitdagingen De gemeente Eindhoven en de woningcorporaties delen ambities en de wens tot resultaatgericht samenwerken, gefocust op de thema’s betaalbaarheid, beschikbaarheid en kwaliteit en de 3 kernpunten zoals zijn vastgelegd in het Manifest Wonen : Talenten binden aan de stad Eindhoven staat in de top van kennisregio’s in Europa en wil daar blijven. We streven naar een aantrekkelijke stad waarin talenten, ook tijdelijk, gemakkelijk toegang vinden tot de woningmarkt. “Talenten” vatten we breed op: denkers, maar ook doeners, die zowel een laag als hoog inkomen kunnen hebben. Dit vraagt om duidelijke keuzes, verschillende woonmilieus, slim en verantwoord omgaan met beschikbaarheid en een juiste aanpak om de woningen en de woonomgeving te ontwikkelen. Blijvende aandacht voor inwoners in een kwetsbare positie We hebben voldoende sociale woningen maar willen ook mensen met echt lage inkomens blijven huisvesten. We verwachten dat de druk op betaalbare woonruimte toeneemt en willen ons inspannen die woonruimte ook beschikbaar te houden. Er is meer maatwerk nodig, met maatregelen zoals het verlengen van de levensduur of het delen van woningen waardoor ze per persoon beter betaalbaar worden. We zorgen voor een vangnet voor mensen die geen netwerk hebben of zorg nodig hebben als hun eigen netwerk dat niet alleen kan bieden. We staan daarom als stad open voor mensen in nood: asielzoekers, daklozen, mensen in psychische nood, ex-gedetineerden, etc. het blijft de komende jaren belangrijk om deze mensen een plek te geven op de woningmarkt zonder ze in bepaalde wijken te concentreren. Als gevolg van de decentralisatie in de zorg zal een groter aantal mensen met een beperking extramuraal een plek moeten vinden. Wij bieden daarom ruimte aan nieuwe initiatieven voor beschermd wonen en collectieve woonvormen. Dit geldt tevens voor de toenemende groep ouderen. De vergrijzing zet de komende jaren stevig door. Veel ouderen, met of zonder zorgvraag, zullen langer thuis blijven wonen. Investeringen in sociale netwerken en collectieve voorzieningen en technologie in de woning zijn behulpzaam en noodzakelijk om mensen zelfstandig langer thuis te laten blijven wonen. Een creatief, innovatief en dynamisch klimaat We moeten woningen en werkwijzen veranderen om binnen de huidige woningvoorraad vergrijzing en toenemende zorg thuis te kunnen opvangen. We ambiëren een creatief en innovatief klimaat om dat mogelijk te maken. We zien ook de woningmarkt als onderdeel van een living lab waarin experimenten moeten kunnen lukken en mislukken om nieuwe oplossingen te vinden. Daarbij realiseren we ons dat oude grenzen en taakopvattingen in de weg kunnen zitten. We moedigen elkaar aan om anders te kijken naar huurprijsbepaling, woonruimteverdeling en opvattingen over zelfstandig wonen. We durven antwoorden te vinden op vragen of ieder zelfstandig in een woning moet kunnen wonen, of oude kwaliteitsstandaarden in bouwen niet te hoog zijn en of ieder hetzelfde moet betalen voor dezelfde woning. De kracht van samenwerking We zoeken nadrukkelijk samenwerking in Eindhoven. Daarbij zien gemeente en woningcorporaties de bewoner als partner. Vertegenwoordigers van de georganiseerde huurders komen regelmatig aan tafel bij het Bestuurlijk Overleg Wonen. We veranderen de structuur van dit overleg zo dat we ieder kwartaal een thema uit onze ambities centraal stellen. In dat kwartaal nemen we de tijd om te analyseren, te onderzoeken en te bedenken maar vooral benutten we de tijd om met dat thema in de praktijk aan de Pagina 4 van 30
slag te gaan. Daarbij zoeken we ook naar nieuwe vormen van samenwerking en benutten we innovatieve kracht in de stad. We schuwen geen experimenten en zoeken regelmatig de sfeer van een living lab De huurdersvertegenwoordigers kunnen rekenen op ondersteuning vanuit de woningcorporaties bij hun bestuurlijke taak, de verdere professionalisering van huurdersplatforms en bij initiatieven om meer huurders te betrekken. We verwachten dat bewoners meer en meer aanhaken uit het verlangen hun woonomgeving te koesteren of te verbeteren. We rekenen erop zo te komen tot nieuwe en resultaatgerichte vormen van samenwerking tussen aanbieder en consument, bestuurder en burger, verhuurder en huurder, instituut en mens. Daarmee maken we een beweging, waarbij de eindgebruiker steeds meer centraal komt te staan. Bewoners, woningcorporaties en gemeente werken samen vanuit een gedeelde visie op de stad Eindhoven. In 2015 presenteren we deze woonvisie. We omschrijven hierin waar we naar toe werken, wat ons te doen staat en wie welke deeltaak oppakt. Woningcorporaties zien zich gezamenlijk verantwoordelijk voor de totale volkshuisvestelijke opgave. Dus in 2015: 1. Levert de Gemeente de Woonvisie voor de stad op. De corporaties hebben input geleverd. 2. Focussen Gemeente en woningcorporaties zich in het reguliere overleg tussen gemeente en corporaties (Bestuurlijk Overleg Wonen/BOW) op het oplossen van de volkshuisvestelijke problemen. De frequentie van het overleg wordt maandelijks. De georganiseerde huurders nemen deel aan het agendaoverleg en schuiven n.a.v. die agenda naar eigen inzicht aan bij het BOW. 3. Wordt in het reguliere overleg tussen de corporaties (Platform Eindhovense Corporaties/PEC) ieders bijdrage aan de afgesproken prestaties vastgesteld.
De corporaties in de Eindhovense woningmarkt De verschillende corporaties hebben een eigen identiteit, met eigen accenten. Dat is in het belang van de Eindhovense volkshuisvesting en woningmarkt. We benutten deze verschillen en houden elkaar scherp. De verscheidenheid is tevens een belangrijk pluspunt voor de huurders en voor de gemeente: er valt iets te kiezen en er is geen sprake van ‘eenheidsworst’. Opdat iedere corporatie de gewenste bijdrage aan het wonen en leven in de stad kan leveren, is een succesvolle samenwerking tussen de Eindhovense corporaties een cruciale voorwaarde. De Eindhovense corporaties zien zichzelf als marktpartijen. Alleen al door het woningbezit in de stad zijn zij een onlosmakelijk onderdeel van de woningmarkt. Zij werken in die delen van de markt waar profijt en winst niet werken c.q. het af laten weten. In de praktijk betekent dit dat woningcorporaties zich beperken tot het investeren in betaalbare woningen en slechts investeren in duurdere woningen als marktpartijen dat in woongebieden nalaten. Bij het realiseren van Niet-DAEB projecten sturen woningcorporaties scherp op waardeontwikkeling en werken ze marktconform. Omdat corporaties zich langdurig aan hun projecten committeren zijn Gemeente en corporaties duurzaam aan elkaar verbonden. Gemeente en woningcorporaties zien het belang van deze duurzame relatie en voeren nadrukkelijk het gesprek over de verdeling van verantwoordelijkheden en de regels of afspraken die daarmee gepaard gaan. We zoeken samen de ruimte op, door projecten of initiatieven in een vroegtijdig stadium met elkaar te bespreken en actief mee te denken over nieuwe vormen van samenwerking. Wanneer de gemeente bijvoorbeeld meer loslaat, moeten de corporaties in dat geval een stap extra doen. Dit geldt vice-versa. Dit doen we open, transparant, in vertrouwen en met een rechte rug, ook als het een keer fout gaat. Experimenteren mag, daar leren we van. We zien Eindhoven als een living lab waarin oplossingen Pagina 5 van 30
centraler staan dan problemen. Zo streven we ernaar in 2015 te experimenteren met het aanbieden van verschillende vormen van goedkoop wonen. Daarbij schuwen we het oprekken van oude kwaliteitsnormen of uitgangspunten niet: Meer mensen in één woning? Tijdelijke woonvoorzieningen op braakliggende terreinen? We onderzoeken alle opties met als doel: leveren.
De prestatieafspraken per thema De thema’s beschikbaarheid, betaalbaarheid, kwaliteit werken we hieronder uit. Per thema leggen we, waar mogelijk, de verbinding met de drie kernthema’s uit het Manifest Wonen. We maken een onderscheid tussen de collectieve resultaten (wat willen we gezamenlijk voor Eindhoven als geheel realiseren) en de individuele resultaten (de bijdrage per corporatie c.q. die van de gemeente). Beschikbaarheid Beschikbaarheid gaat over de vraag of een woningzoekende in staat is een geschikte woning te vinden: hoe sluiten vraag en aanbod op elkaar aan? Veel factoren spelen daarbij een rol, zoals de omvang van de woningvoorraad, de veranderingen daarin (door nieuwbouw, sloop, verkoop) en de mutatiegraad (hoe vaak komen woningen leeg door een verhuizing). We stellen vast, dat er (te) weinig woonruimte beschikbaar is voor specifieke doelgroepen zonder inschrijfduur, zoals starters, arbeidsmigranten , studenten (conform convenant dat is getekend), pas afgestudeerden, gescheiden mensen, mensen die snel een eenvoudige woning zoeken. Er bereiken ons signalen, dat woningzoekenden de verschillende woonruimteverhuursystemen en gescheiden inschrijvingen als weinig overzichtelijk ervaren. Als klant vinden zij moeilijk hun weg naar geschikt aanbod. Er zijn zorgen over het verdwijnen van de goedkope voorraad. We zien de noodzaak om een ambitie te formuleren om de allergoedkoopste woningvoorraad in stand houden. Daarvoor bestaan diverse instrumenten. Daarnaast zetten we investeringscapaciteit in voor het bijbouwen (productdifferentiatie) van passende en betaalbare woonruimte. Betaalbaarheid Bij betaalbaarheid draait het niet alleen om de huurprijs van de woning, maar ook over de totale woonkosten. Door de aanhoudende crisis is dit voor steeds meer mensen een belangrijk onderwerp. Dit geldt met name voor eenoudergezinnen en ouderen met een klein pensioen die de hoogste woonkosten hebben. Ook zij kunnen elke euro maar één keer uitgeven. Voor 2015 formuleren we prestaties op de terreinen huurprijsbeleid en aandacht voor kwetsbare inkomensgroepen. In het kader van duurzaamheid (onderdeel van kwaliteit) streven we bovendien naar een reductie van het energiegebruik in de woningen. Dit verlaagt mede de totale woonlasten. Daarnaast zien we de uitdaging om ook naar andere oplossingen te zoeken, dan alleen in financiële zin, zoals:
Transformatie van bestaande gebouwen in relatie tot beschikbaarheid voor starters zonder woon duur en binden van talent. Bevorderen van doorstroom voor specifieke doelgroep, zoals bv senioren. Zoeken van oplossingen voor bewoners waarvan het inkomen eigenlijk te laag is om alle lasten te betalen. Verhuizen naar een kleinere woning is voor hen vaak problematisch. We kijken naar constructies om verhuizen naar kleiner wonen te stimuleren door het bevriezen van de huur (heeft link met living lab). Pagina 6 van 30
Verkennen op innovatieve oplossingen voor betaalbare woningen. O.a. door bouwkolom te stimuleren tot kleinere/betaalbare woningen en slimmer ontwikkelen
Kwaliteit De gemeente en de corporaties vullen kwaliteit in langs vier thema’s: leefbaarheid, duurzaamheid, maatschappelijk vastgoed en de ‘inclusieve wijk’. We houden de leefbaarheid in de wijken op peil en zetten ons extra in voor de ‘Actiegebieden’. Rond duurzaamheid vinden tal van initiatieven plaats, zowel op woning- als wijkniveau. We bouwen nieuwe woningen in relatie tot de prijs, zo duurzaam mogelijk en pakken ook bestaande woningen aan. Daarbij maken we voortvarend gebruik van nieuwe technologische toepassingen die ten goede kunnen komen aan de inwoners van Eindhoven. Maatschappelijk vastgoed zijn de gebouwen die de gemeente, woningcorporaties en andere partijen in bezit hebben: hoe kunnen we die gebruiken om in elk deel van Eindhoven de goede voorzieningen aan te bieden? De ‘inclusieve wijk’ tenslotte duidt de sociale en fysieke basisvoorzieningen in de wijk. Die moeten overal op orde zijn. Ontwikkelingen op het gebied van wonen, welzijn en zorg spelen een belangrijke rol. Het gedachtegoed van WIJeindhoven is hierbij richtinggevend.
Pagina 7 van 30
Beschikbaarheid
Voor iedereen (trekker Yasin Torunoglu) Ambitie Woningzoekenden zonder woonduur of inschrijftijd hebben een relatief moeilijke positie op de Eindhovense woningmarkt. Soms komen ze niet in aanmerking voor een corporatiewoning, vanwege een te hoog inkomen. En als ze wel in aanmerking komen, werkt het in hun nadeel dat het grootste deel van de woningen op basis van inschrijftijd wordt verdeeld. Specifieke groepen waar we hier aan denken zijn bijvoorbeeld starters, arbeidsmigranten, expats, studenten (conform convenant dat is getekend) of pas afgestudeerden. Maar uiteraard ook voor mensen die, door ineens gewijzigde omstandigheden, snel een (eenvoudige) woning zoeken. Voor deze groepen zou het flexwonen een uitkomst kunnen bieden. Er ligt daarnaast een opgave om voldoende woonruimte beschikbaar te houden voor specifieke groepen zoals statushouders of huishoudens met urgentie. Onze ambitie is om in 2015 de toetreding tot de woningmarkt voor alle doelgroepen gemakkelijker te maken en eventueel het verhuursysteem daarop aan te passen. Onder de specifieke groepen verstaan we in ieder geval: 1. Urgenten 2. Statushouders 3. Door-kandidaten Resultaten collectief Flexwonen: Flexwonen kan helpen om talenten en bewoners te (blijven) binden aan de stad door ze niet tussen wal en schip te laten belanden en voor woonruimte te zorgen op het moment dat dit op de reguliere manier niet mogelijk blijkt. Het concept van flexwonen houdt in dat er huisvesting wordt gerealiseerd die relatief snel te betrekken is, betaalbaar en over het algemeen steeds voor een tijdelijke periode is zodat de huurder in tijd heeft om zich te oriënteren op de volgende stap in de wooncarrière te zetten. We experimenteren, samen met de particuliere markt, actief met het ombouwen van leegstaande kantoren tot wooneenheden, onderzoeken of braakliggende terreinen kunnen worden benut voor (tijdelijke) woningbouw voor de primaire doelgroep en bekijken binnen ons bestaande vastgoed waar mogelijk ruimte is voor flexwonen. Voor verschillende doelgroepen willen we flexwonen inzetten, denk bijv. aan de volgende doelgroepen:
(jonge) starters op de woningmarkt
Arbeidsmigranten
Expats
Recentelijk afgestudeerden
Mensen die ineens met ingrijpend gewijzigde omstandigheden worden geconfronteerd
We realiseren in ieder geval 200 eenheden, bestemd voor arbeidsmigranten. Urgenten, statushouders en Door-kandidaten: We voeren de lopende afspraken uit over de taken van de corporaties bij de huisvesting van doelgroepen zoals statushouders, urgenten en DOOR-kandidaten. Woningcorporaties wijzen maximaal 25% van hun woningen toe Pagina 8 van 30
aan deze bijzondere doelgroepen. Dit onderwerp heeft een relatie met de Woonvisie die in 2015 wordt vastgesteld. Algemeen
Aandacht voor de wijk en leefomgeving waar deze doelgroepen worden gehuisvest in relatie tot leefbaarheid.
We beogen gedurende 2015 de vindbaarheid van de woningvoorraad te verbeteren, bijvoorbeeld met één centrale website met alle aanbod.
Een ander onderwerp dat binnen het thema ‘beschikbaarheid’ in 2015 aan bod komt, is de omvang van de sociale woningvoorraad. Gemeente en corporaties onderzoeken of de voorraad groot genoeg is voor de ‘doelgroep van beleid’ (huishoudens met een gezamenlijk inkomen onder 34.678 euro) en of aanpassingen noodzakelijk zijn.
Resultaten individueel Gemeente
We werken actief en positief mee bij ontwikkelingen op het gebied van flexwonen en het huisvesten van specifieke doelgroepen. Daarbij durven wij onze lokale regels los te laten om dit mogelijk te maken en partijen te verleiden hier een bijdrage aan te leveren. We besteden voortdurend aandacht aan regionale samenwerking.
Woonbedrijf
Startte in 2014 met uitbreiden van de voorraad zelfstandige woningen met huurprijs tot € 356. Realiseert 20 eenheden in 2015.
Bouwen 500 VHE Studenten, opleveren 350 in 2016 en 151 in 2017.
Handhaaft 100% (norm) toewijzing van urgenten en statushouders binnen de voor deze groepen afgesproken termijnen.
50 eenheden voor flexwonen / arbeidsmigranten zijn in ontwikkeling; nog niet gerealiseerd vanwege lopende bezwaarprocedures.
‘thuis
Bijdrage huisvesting bijzondere doelgroepen naar rato waarbij bijdrage is gemaximeerd op 25% van vrijkomend aanbod.
Heeft voor 2015-2017 investeringsbudget gereserveerd voor 50 eenheden voor het souterrain van de woningmarkt
8 eenheden voor arbeidsmigranten
Het samen met andere corporaties aanbieden van ons woningaanbod via 1 gezamenlijk portal, waarbij de klantwens leidend is. ’thuis is actief participant in de regionale werkgroep “transparante woningmarkt.” Trudo
Trudo ziet starters als een belangrijke doelgroep. Het merendeel van de producten en diensten wordt op deze doelgroep afgestemd. Door middel van de korting bij Slimmer Kopen® maakt Trudo in Eindhoven koopwoningen bereikbaar en Pagina 9 van 30
betaalbaar voor huishoudens met een bescheiden inkomen, met name starters, die op de reguliere markt nooit een woning zouden kunnen kopen. Trudo vult de ontbrekende sporten op woningmarktladder in, tussen de sociale huursector en reguliere koopsector. In 2015 verkopen we 170 slimmer-kopen-woningen aan met name starters op de (koop)woningmarkt. Vrijgekomen huurwoningen worden bij Trudo via kansrijk huren verloot. Loting is een aantrekkelijke toewijzingssystematiek voor starters zonder woonduur.
Bijdrage aan huisvesting bijzondere doelgroepen naar rato woningbezit en conform gemaakte afspraken daarover.
Gespreid over de voorraad zijn zo’n 750 Bijzondere Klanten gehuisvest (mensen die begeleiding of behandeling nodig hebben of afhankelijk zijn van zorg; maatschappelijk kwetsbaren, vluchtelingen, daken thuislozen, ex-verslaafden, (ex-delinquente) jongeren, tienermoeders, (ex-) psychiatrische patiënten, statushouders en uitgeprocedeerden).
Ten behoeve van de huisvesting van onaangepasten leveren we project Skaeve Huse op, met 12 wooneenheden. Skaeve Huse’ staat voor: sobere wooneenheden voor Eindhovenaren die niet kunnen aarden in een wijk waar mensen dicht op elkaar wonen en de buurt tot last zijn.
Trudo heeft geen specifieke plannen voor het huisvesten van EU-arbeidsmigranten.
Wooninc.
Bijdrage huisvesting bijzondere doelgroepen naar rato waarbij de bijdrage is gemaximeerd op 25% van het vrijkomende aanbod.
Vrijgekomen huurwoningen worden bij Wooninc. verloot. Loting is een aantrekkelijke toewijzingssystematiek ook voor starters zonder woonduur.
Inzet (in het kader van flexwonen) van complex de Genderhof t.b.v. de doelgroep die direct woonruimte nodig heeft. Doelstelling is verhuur van minimaal 80 eenheden. .
Verkoop van geprognotiseerd 45 goedkope huurwoningen aan overwegend starters.
Het samen met andere corporaties aanbieden van ons woningaanbod via 1 gezamenlijk portal, waarbij de klantwens leidend is.
Diversen ten aanzien van Flexwonen: Beschikbare flexwoonlocaties: totaal +/- 140 eenheden
Pagina 10 van 30
Beschikbaarheid
Voorraad (trekker Ingrid de Boer) Ambitie In het Bestuursconvenant Stedelijk Gebied Eindhoven 2013 (BSGE) is afgesproken door de gemeenten in de Eindhovense regio dat elke individuele gemeente beschikt over een sociale woningvoorraad (kernvoorraad huur + sociale koop). Deze moet groot genoeg zijn om de eigen lokale doelgroep van beleid en de sociale taakstelling op basis van de eerder gemaakte afspraken te huisvesten. Op basis van de meest recente cijfers gaan we in gesprek over de omvang van de kernvoorraad in Eindhoven en maken eventueel aanvullende afspraken voor 2015 en verder, waarbij de functie van de verschillende stadsdelen, gemeenten en dorpskernen op de woningmarkt als nieuw gezichtspunt in de discussie zal worden betrokken Resultaten collectief Voor de stad als geheel gelden de volgende cijfers met betrekking tot de omvang van de kernvoorraad en de ‘vindbaarheid’ van een betaalbare woning: Kwantitatief:
Omvang van de kernvoorraad huur: 45.000* betaalbare huurwoningen (tot liberalisatiegrens 699 €) In eigendom woningcorporaties: 39.500* Sociale koopwoningen: 14.500*
Resultaten individueel De corporaties geven uitvoering aan de reeds geplande programma’s van verkoop, sloop en vervangende nieuwbouw. Per saldo zal daardoor per 1 januari 2016 het aantal sociale huur- en koopwoningen in de stad Eindhoven licht dalen. Daarnaast blijkt op regionaal niveau dat het aantal sociale woningen wel toeneemt, o.a. doordat de focus van de nieuwbouw bij de corporaties komend jaar meer in de regio gelegen is dan in Eindhoven. Dit is overeenkomst de BOR-afspraken. De gemeente en corporaties zijn zich bewust dat het aantal woningzoekenden voor een sociale huurwoning toeneemt. In 2015 verdubbelt het aantal te huisvesten statushouders. Dit veroorzaakt een toenemende druk op de vrijkomende sociale huurwoningen. De gemeente en corporaties geven opdracht aan een taskforce om nog dit jaar aanvullende maatregelen te bedenken om deze groep statushouders te kunnen huisvesten. Overleg met het COA kan ook extra inzichten opleveren in de huisvestingsvraag en –mogelijkheden voor deze doelgroep.
Pagina 11 van 30
Betaalbaarheid
Huurbeleid (trekker Marc Eggermont) Ambitie: Een betaalbare huurwoning is voor veel mensen in Eindhoven van groot belang, zeker in deze tijd van economische crisis, stijgende werkloosheid en groeiende armoede. De Eindhovense woningcorporaties zijn de afgelopen jaren zeer terughoudend geweest in het verhogen van de huren. Een ambitie die nu onder druk staat omdat vanuit ‘Den Haag’ een verhuurdersheffing wordt opgelegd; een soort belasting waar alle corporaties aan moeten meebetalen. In 2015 zetten de corporaties zich in om de sociale huurwoningen in Eindhoven betaalbaar te houden. Woningcorporaties spannen zich in om met innovatieve bouwvormen nieuwe goedkope woningen toe te voegen aan de voorraad. Ze stelden daarom een ‘roadmap’ goedkoper bouwen op. Resultaten collectief Voor de stad als geheel hebben we de volgende voornemens::
In 2015 beperken de Eindhovense corporaties de jaarlijkse huurverhoging tot een minimaal noodzakelijk niveau.
We werken aan een roadmap goedkoper bouwen. Alle partijen nemen zich voor samen te leren en te zoeken in nieuw- en verbouw naar goedkopere methoden en technieken. 1. Vormgeven aan het leren. Elke partij vult zijn rol als opdrachtgever individueel zo goed mogelijk in. Er wordt echter niet structureel invulling gegeven aan het uitwisselen van oplossingen in ketensamenwerking en opdrachtgeverschap. 2. We zijn belangrijke spelers in de markt. Hoe kunnen we de kracht van opdrachtgeverschap op betaalbaarheid en innovatie meer benutten? 3. Hoe geef je vorm aan de kanteling van de bouwkolom en de input van de klant? 4. Volumes en type klanten zijn medebepalend voor succes. Hoe kun je hierbij differentiëren? Waar werkt iets wel en waar niet? 5. Kwaliteit van het product en type product zijn bepalend voor betaalbaarheid. Zie 4. 6. Als regelgeving belemmert, moet dat bespreekbaar zijn. Gemeente en corporaties gaan samen op zoek naar belemmeringen.
Uitgangspunten: Niet institutionaliseren. Samen leren en zoeken, we vinden elkaar op gelijke belangen. Gaat om nieuwbouw en bestaande voorraad. Laten aansluiten bij de eigen agenda. Niet overal verplicht meedoen maar intekenen op basis van eigen opgave en commitment.
Pagina 12 van 30
Resultaten individueel jaarlijkse huurverhoging: De woningcorporaties maken individueel een afweging welk huurprijsbeleid wordt gevolgd. Dit levert voor 2015 het volgende beeld op: Woonbedrijf: Woonbedrijf verhoogde de totale huursom in 2014 met 2,7% (0,2% boven inflatie) en zegde een gedifferentieerde huurverhoging aan (1,5% óf 2,5% óf 3,5%) op basis van de verhouding prijs/kwaliteit. In de vrije sector is een huurverhoging van maximaal 4% aangezegd. Woonbedrijf continueert dit beleid in 2015 maar zal de exacte percentages nog nader bepalen op grond van de inflatie in 2014 (1%). Wijziging van prijssegment (opwaarts) binnen de sociale huur als gevolg van de jaarlijkse huurverhoging zal vanaf 2015 zo veel als mogelijk worden vermeden. Daarbij zullen de gebruikelijke huurtoeslaggrenzen en de liberalisatiegrens worden gehanteerd. Woonbedrijf voert geen inkomensafhankelijke huurverhoging door in 2015. ‘thuis: In de begroting voor 2015 is gerekend met een gemiddelde huurprijsverhoging van inflatie+1%. Als de huidige huur hoger is dan de streefhuur verhoogt ‘thuis de huur met inflatie - 1%. Is de huidige huur lager dan de streefhuur, dan verhoogt ‘thuis de huur met 1% boven inflatie. Is de huur gelijk aan de streefhuur, dan wordt de huur met inflatie verhoogd. ’thuis voert dit jaar geen inkomensafhankelijke huurverhoging door. Wooninc.: In de begroting van 2015 is gerekend met tenminste een inflatievolgende huurverhoging. Wooninc. waakt ervoor dat bij mutatie de huurprijs in principe niet boven de huurtoeslaggrens uitkomt. Ook moet de huurprijs in verhouding blijven staan tot de kwaliteit. Wooninc. gaat (ook) in 2015 uit van een ondergrens van 80 procent van de maximaal redelijke huur. Bij de jaarlijkse huurverhoging behouden zittende huurders hun recht op huurtoeslag. Dat kan betekenen dat op individuele basis de huurverhoging naar beneden wordt bijgesteld. Door middel van het aanbrengen van zonnepanelen wordt de focus gehouden op de betaalbaarheid van de servicekosten. Trudo: Betaalbaarheid wordt meer een meer een issue voor onze doelgroepen als gevolg van alsmaar stijgende huren in de sociale huursector, bezuinigingen op de huurtoeslag en het stijgen van energielasten. Daarom hecht Trudo heel veel waarde aan de betaalbaarheid van zowel haar huur- als haar koopwoningen. Trudo heeft met € 423,- gemiddeld de laagste huren van de Eindhovense corporaties . Met zo’n 30% verreweg het grootste aandeel goedkope woningen en met 90% het grootste aandeel huurwoningen beneden de betaalbaarheidsgrens van € 575,- . We houden onze huren betaalbaar door ze, net zoals in de afgelopen 20 jaar (gemiddeld) met niet meer dan inflatie te verhogen. Op termijn zullen we wel een tegenprestatie aan onze huurders gaan vragen voor een lage huurverhoging. We kunnen onze huren namelijk alleen laag houden als onze huurders ons in staat stellen het beheer van onze woningen heel efficiënt uit te voeren. En dat gaat lukken als onze huurders zich aan een aantal spelregels houden. Wat die spelregels zijn zullen we in de loop van 2015 bekend maken. Ook bij de realisatie van nieuwe huurwoningen streven we naar een huurniveau onder de betaalbaarheidsgrens van € 575,-. Alleen voor nieuwe woningen zonder of met hele lage energielasten zullen we eventueel een wat Pagina 13 van 30
hogere huur vragen, vanwege de benodigde extra investeringen. Per saldo zullen de woonlasten, door een lagere energierekening, voor de huurder echter relatief laag blijven. Door middel van de korting bij Slimmer Kopen® maakt Trudo in Eindhoven en in de regio koopwoningen bereikbaar en betaalbaar voor huishoudens met een bescheiden inkomen (met name starters) die op de reguliere markt nooit een woning zouden kunnen kopen. Trudo vult de ontbrekende sporten op woningmarktladder in, tussen de sociale huursector en reguliere koopsector. Vrijwel alle Slimmer Kopen®woningen van Trudo behoren tot het goedkope segment . De gemiddelde koopprijs van de reeds 3.000 verkochte Slimmer Kopen®-woning is € 114.811,- (inclusief de korting). Voor een gemiddelde Slimme Koper van 30 jaar oud met een inkomen van € 30.000,- komt dit neer op € 416,- aan netto maandlasten. Lager nog dan de gemiddelde huurprijs van onze huurwoningen. Zeer betaalbaar dus. In de nieuwbouw realiseren we nog uitsluitend Slimmer Kopen®-woningen met een koopprijs onder de € 194.000,-. Prestaties 2015: Trudo heeft gemiddeld de laagste huren van Eindhoven;. Minimaal 90% van de huurwoningen van Trudo heeft een huur lager dan de betaalbaarheidsgrens van € 575,-; Trudo hanteert ook in 2015 een inflatievolgend huurbeleid. In de loop van 2015 komt Trudo met spelregels waaraan huurders moete voldoen om in aanmerking te komen voor een inflatievolgende huurverhoging. Minimaal 80% van de Slimmer Kopen® woningen die Trudo verkoopt heeft een koopprijs lager dan € 150.000,-. Vitalis: Verhoogt de huren maximaal 1,5% boven de inflatie. Geen inkomensafhankelijke huurverhoging. Resultaten individueel Roadmap Goedkoper Bouwen: Gemeente De gemeente voert momenteel het project Slim Verduurzamen uit. In dit project worden potentiele opdrachtnemers uitgedaagd om samen te werken om bepaalde financiële en duurzaamheidsdoelstellingen te realiseren bij het beheer en onderhoud van de dienstgebouwen. Dit innovatieve project wordt uitgevoerd in samenwerking met Europa en andere Europese steden. De gemeente deelt haar ervaringen in dit project met de woningbouwcorporaties om vorm te geven aan het gezamenlijke leren en het verbeteren van het opdrachtgeverschap. Uiteraard participeert de gemeente in het in beeld brengen en zo veel als mogelijk wegnemen van mogelijke belemmeringen in wet- en regelgeving. Woonbedrijf tekent in op de roadmap ‘goedkoper bouwen’: 1,2,3,5 en 6. ’thuis tekent in op de roadmap ‘goedkoper bouwen’: 1, 2, 3 en 6. Wooninc. tekent in op de roadmap ‘goedkoper bouwen’: 1 en 3. Trudo tekent in op de roadmap ‘goedkoper bouwen’: 1,3,5 en 6.
Pagina 14 van 30
Betaalbaarheid
Kwetsbare inkomensgroepen (trekker Marc Eggermont) Ambitie Een tweede onderdeel van betaalbaarheid dat gemeente en woningcorporaties belangrijk vinden, is het bedrag dat bepaalde groepen op de markt maandelijks kwijt zijn aan het wonen. Sommige huishoudens hebben een hoge ‘woonquote’; zij moeten een groot deel van hun inkomen uitgeven aan de huur van de woning. Daardoor blijft er minder geld over voor andere uitgaven, die ook belangrijk zijn (sport, onderwijs, zorg). Het is een thema waar in 2015 extra op wordt ingezet. Wij zijn ons echter bewust dat er grote verschillen bestaan in de woonquotes van verschillende huishoudens. Met name eenoudergezinnen en ouderen zonder aanvullend pensioen (ten opzichte van de AOW) hebben het lastig. Die verschillen worden niet zozeer veroorzaakt door de huurprijs (en de huurtoeslag), maar vooral door het netto-inkomen en de bijkomende (energie)kosten. Resultaten collectief Naast het algemeen geldend huurbeleid zetten we in op de volgende maatregelen: Een reductie van het energiegebruik in de woningen. De genoemde groepen met hoge woonquotes worden hiertoe actief benaderd. We signaleren problemen bij de vindbaarheid van de groep ‘eenoudergezinnen’. Voor de eenoudergezinnen is verhuizen naar een woning met een lagere huurprijs geen oplossing. Voor de groep van ouderen zonder aanvullend pensioen kan een verhuizing naar een kleinere woning wél een oplossing bieden. We hebben de indruk dat deze mogelijkheid voldoende bekend is, maar wellicht zijn er praktische bezwaren en belemmeringen. In 2015 bespreken we de mogelijkheden van actieve woonruimtebemiddeling op basis van de eerste ervaringen van Wooninc. De corporaties maken, samen met de gemeente, deze groepen beter bewust van de bestaande regelingen voor reductie van de woonkosten (huurtoeslag, heffingskortingen en/of kwijtscheldingsregelingen). In 2014 rolde de gemeente Eindhoven het nieuwe sociaal beleid (WIJ-040) samen met belanghouders uit over de stad. Woningcorporaties zorgen voor een goede aansluiting van de dienstverlening van de medewerkers van de corporaties op de generalistenteams per wijk... Dit geldt met name voor de gevallen waarbij de financiële positie, in het bijzonder de woonkosten, onderdeel uitmaakt van de problematiek van het huishouden. Resultaten individueel Woonbedrijf: Woonbedrijf pakt duurzaamheid (en daarmee betaalbaarheid) op complexniveau aan. Daarnaast kunnen individuele bewoners een eigen afweging maken. Ze kunnen hun eigen kosten beperken door een slimme afweging van de kosten van verbetering versus de besparing op de energiekosten. Verder worden ‘klimateams’ ingezet, gericht op voorlichting en een verandering van gedrag. Daarmee kunnen de kosten van energiegebruik worden verminderd. Het bereikt vooral de groepen die niet van nature bij duurzaamheid zijn betrokken. Een
Pagina 15 van 30
derde maatregel is de differentiatie van de huurprijsverhoging, op grond van de prijs-kwaliteit verhouding. Voor relatief dure woningen vindt matiging van de prijs(verhoging) plaats. Tenslotte hanteert Woonbedrijf een constructieve opstelling bij de minnelijke schikking in het kader van schuldsanering door de gemeente. Dit ter voorkoming van huisuitzettingen. Woonbedrijf volgt in 2015 de uitrol van WIJ040, neemt deel aan het tactisch team en levert evaluatie informatie.
‘thuis: Bij onderhoudsprojecten wordt ingezet op bewustwording en voorlichting aan bewoners over energiebesparend gedrag. Ook wordt informatie aangereikt over bestaande regelingen voor reductie van woonkosten. Hiermee worden vooral de groepen bereikt die niet van nature bij duurzaamheid zijn betrokken.
Wooninc.: Wooninc. wil jaarlijks in totaal 800 huishoudens laten verhuizen. Dit gebeurt met inzet van medewerkers zoals de wooncoaches. Deze begeleiden huurders bij het vinden van passende andere woonruimte. In individuele gevallen kan sprake zijn van ‘ingroeihuren’, zodat bewoners kunnen wennen aan de nieuwe huur. De organisatie is verder alert op huurders met betalingsproblemen. . (Door servicekosten betaalbaar te houden worden de totale woonlasten beperkt. Dit is mogelijk door de inzet van vrijwilligers en zelfwerkzaamheid in de Wooninc.Plusgebouwen. Ook wordt geïnvesteerd in energiebesparende maatregelen, zoals zonnepanelen, Hrketels, dubbel glas en na-isolatie. In principe gaat
Trudo: De betaalbaarheid van het wonen hangt voor een huurder of koper niet alleen samen met de huur of hypotheeklasten die hij of zij moet betalen, maar ook met de energielasten en de af te dragen heffingen en belastingen. Op de heffingen en belastingen heeft Trudo geen invloed; op de energielasten wel. Trudo kan via twee aanvliegroutes de energielasten verlagen. Enerzijds door energie te besparen door het upgraden (verduurzamen) van onze voorraad en anderzijds door het goedkoper maken van energie via energieopwekking. Het upgraden van de voorraad gaat Trudo gespreid over een lange termijn doen, gekoppeld aan natuurlijke onderhoudsmomenten . Het in snel tempo verduurzamen van onze voorraad naar energielabel A is veel te duur en bovendien zouden daarbij bouwdelen vervangen gaan worden die nog niet aan het einde van hun levensduur zijn. Alles behalve duurzaam dus. Daarnaast investeren we in energieopwekking, vooral door het aanbieden van zonnepanelen (zowel individueel als collectief, zowel huurders als kopers). Omdat het ons om de betaalbaarheid van het wonen gaat, zullen we daarbij prioriteit geven aan huishoudens met de laagste inkomens. Bij nieuwbouw streven we naar energie neutrale woningen. Maar dan moet het wel mogelijk zijn dat de besparing die dit voor de klant geeft voor een belangrijk deel door Trudo gebruikt kan worden om de extra investeringen die hiervoor nodig zijn te bekostigen. Prestaties 2015: We hebben voor 2015 een bedrag van € 1.000.000,- gereserveerd voor verduurzaming. Dit bedrag zal voor een deel worden ingezet om, gekoppeld aan het planmatig onderhoud, extra duurzaamheidsmaatregelen te nemen gericht op het energiezuiniger maken van woningen. Het overige deel van dit bedrag zal worden ingezet voor het (individueel dan wel collectief) aanbrengen van zonnepanelen, wat moet leiden tot lagere Pagina 16 van 30
woonlasten voor onze bewoners. We zullen daarbij prioriteit geven aan de laagste inkomens. We starten met de bouw van 8 betaalbare energie neutrale conceptwoningen in het complex Telefoon/ Locomotiefstraat. Huurders en Slimme kopers krijgen een aanbod voor een gesprek met een energie-adviseur om besparingsmogelijkheden in beeld te brengen en hebben de mogelijkheid om goedkoop groene energie af te nemen via Woonenergie. Trudo voert uitgebreide kennismakingsgesprekken bij toegewezen urgenten en huishoudens die in het kader van sloop/nieuwbouw geherhuisvest worden. Onder deze groepen bevinden zich kwetsbare huishoudens. Behalve de woonbehoefte wordt in beeld gebracht hoe de huishoudens ook op andere terreinen een steuntje in de rug geboden kan worden, om vooruit te komen in het leven. Trudo vervult daarbij de rol van ‘verbindingsofficier’, tussen klanten enerzijds en de overheid en de instellingen uit het maatschappelijk middenveld anderzijds. Bij financiële problemen wordt het huishouden wegwijs gemaakt in bestaande regelingen. Indien mogelijk en gewenst helpen de Trudo-medewerkers klanten naar een traject richting werk, via partners uit het maatschappelijk middenveld. In 2015 vervolgen we de herhuisvestingsgesprekken in Plan Celcius fase 2 en starten we met gesprekken in fase 3 in Woensel-West.
Jaarlijks stellen we een groot aantal woningen voor Bijzondere Klanten beschikbaar. We constateren dat de kans op uitval bij deze groep groter is dan bij reguliere huurders en hebben onze rol van verhuurder sec daarom uitgebreid met het bieden van woonondersteuning c.q. woonbegeleiding. Minimaal tweemaal per jaar brengt een relatiebeheerder van het team Bijzondere Klanten een bezoek aan de bewoner om te zien hoe het met hem of haar gaat. Zo proberen we een mogelijke terugval of afglijden richting oude problematiek in een zo vroeg mogelijk stadium te voorkomen. De woonondersteuning richt zich in principe op een vijftal onderwerpen: financiën, wonen, onderwijs/taal, dagbesteding, sociaal netwerk.
Vitalis:
Vitalis biedt haar (kwetsbare) ouderen een totaalconcept aan (Vitalisconcept) van Zorg, Wonen en Welzijn. Vitalis werkt met ‘zorgcirkels’. Hierbij werken zorginstellingen samen in het organiseren van de nachtzorg. Ze maken daarbij gebruik van toezichthoudende zorgdomotica. Zo wordt de kwaliteit van de zorg tijdens de nacht verhoogd. In het kader van leefbaarheid en ‘openstellen’ van de Vitalis-locaties, zijn de ‘Ankerpunten in de Wijk’ geïntroduceerd. Het doel hiervan is samenwerking en het samen-wonen in de wijk aangenaam te maken voor jong en oud.
Pagina 17 van 30
Kwaliteit
Leefbaarheid (trekker Ingrid de Boer) Ambitie We hebben een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor een leefbare stad en leefbare wijken. Uitgangspunt is de verbetering van de kwaliteit van de woon- en leefomgeving in een gebied. We realiseren een voldoende basiskwaliteit en werken achterstanden zoveel mogelijk weg (individueel en collectief). Centraal staat een gezamenlijke aanpak, met een focus op de juiste doelen en een daarop afgestemde extra inzet van gemeente en partners. Informatie over de wijken wordt hierbij gezamenlijk geanalyseerd, de (verander)opgave wordt gezamenlijk bepaald en interventies worden gezamenlijk of in elk geval in onderlinge afstemming geprogrammeerd. Eind 2013 zijn gezamenlijk de Actiegebieden voor de periode 2015 tot en met 2018 aangewezen. Een aanwijzing als Actiegebied staat voor een gerichte inzet van partijen, bovenop de inzet van reguliere middelen. Voor de actiegebieden 2013-2014 is deze inzet bepaald en vastgelegd in het buurtcontract 2014. De Afspraken over 2014 zijn gemonitord in het kader van het opstellen van de buurtcontracten voor 2015. Onder druk van de verhuurdersheffing en de bezuinigingen wordt door de gemeente en de corporaties kritisch gekeken naar taken en uitgaven. Waar mogelijk moet beter en effectiever worden samengewerkt, om daarmee ook kosten te besparen. Ondertussen leiden de veranderingen in de zorg er vermoedelijk toe dat de druk op leefbaarheid en daarmee op de buurtbeheerfunctie toeneemt.
Resultaten collectief Voor 2015 zetten gemeente en corporaties gezamenlijk in op de volgende acties: We schuiven afspraken uit 2014 die niet nagekomen zijn door naar 2015, voor zover nog relevant. Op dit moment hebben we nog geen overzicht beschikbaar van de omvang en verantwoordelijke uitvoerder(s) op corporatie- of stadsniveau. In 2015 analyseren we de voortgang en herijken of dit een goed instrument is voor de verschillende deelnemers. We houden de leefbaarheid in wijken op peil. Monitoring vindt plaats aan de hand van de Buurtthermometer. We werken nauw samen in Wij Eindhoven. Voor de Actiegebieden 2015-2018 bepalen we de opgave en het beoogde resultaat en maken afspraken over de gewenste inzet. Resultaten individueel Gemeente: Leefbaarheid is voor de gemeente allereerst schoon, heel en veilig. Dat is één van de kerntaken waar we met ons met onze reguliere inzet op richten. Daarnaast werken we specifiek aan het verbeteren van de leefbaarheid in de Actiegebieden. De extra inzet van de gemeente richt zich daarbij op de ontwikkeling van integrale kennis van gebieden in de stad, het verbinden van buiten naar binnen (en vice versa) én het verbinden van sociaalmaatschappelijke, ruimtelijk-fysieke, economische en veiligheidsvraagstukken in gebieden. De inzet van instrumenten per Actiegebied verschilt. Over het algemeen worden de volgende instrumenten ingezet: Leveren van trekkers voor actiegebieden die zich richten op het totstandkoming van Pagina 18 van 30
samenwerkingsafspraken met de corporaties, politie en andere professionele partners (doel 2015). De gemeente levert trekkers voor de volgende Actiegebieden: Burghplan, Lakerlopen, Kronehoef, Mensfort, Rapenland, Vlokhoven en Blaarthem .
Subsidies en waardebonnen. Inzet stadsdeelteam, gebiedscoördinator en stadstoezicht door de gemeente. Inrichting van een steunpunt of buurtinfowinkel. Buurtcontract.
Woonbedrijf: De organisatie van Woonbedrijf is afgestemd op het beheer van buurten en wijken. De medewerkers van de frontoffice zijn ingedeeld in gebiedsteams, passend bij de stadsdeelindeling van de gemeente. Daarbinnen zijn de teams opgesplitst naar buurtteams. Zij verzorgen het beheer van meerdere buurten binnen de stadsdelen. In totaal zijn acht buurtbeheerders, 19 senior-klantbeheerders en drie coördinatoren gebiedsontwikkeling dagelijks actief in het sociaal beheer. In 2014 beschikken deze medewerkers gezamenlijk over een budget van 2,7 miljoen euro (exclusief hun eigen personeelskosten). Dit budget is voor 54 procent gericht op mensen en voor 46 procent op fysieke zaken. De belangrijkste deelbudgetten: Buurtbeheer (jaarlijks terugkerende beheeractiviteiten): € 872.000 Aanpak semi-openbare ruimte: € 125.000 Gebiedsgerichte interventies: € 217.000 Communityvorming: € 96.000 Buurtcultuurfonds (bewonersinitiatieven): € 480.000 Bij bijzondere fysieke activiteiten in of rond de complexen van Woonbedrijf worden regelmatig nevenactiviteiten georganiseerd. Deze zijn gericht op samenwerking, medewerking, onderlinge contacten tussen de betrokken bewoners en feestelijke afronding. De kosten maken onderdeel uit van het project en variëren met de aard en duur van de projecten. De uitgaven via het buurtcultuurfonds komen terecht bij initiatieven uit de wijk die, via de aanvraag, gekoppeld worden aan lokale culturele instellingen. Ze worden inhoudelijk getoetst door het Prins Bernhard Fonds. De uitgaven gericht op interventies in de wijk worden beschreven volgens het landelijke format van ‘Wat werkt in de Wijk’. Ze worden vergeleken met andere in de deze databank opgenomen interventies en getoetst op hun effectiviteit. Naar schatting wordt ongeveer 60 procent van de uitgaven direct beïnvloed door belanghouders. Belangrijkste instrumenten zijn ‘de aanvraag’ (Buurtcultuurfonds) en de afspraken over beheer en interventies in het kader van het gemeentelijke gebiedsgericht werken. Woonbedrijf levert trekkers voor de ‘actiegebieden’ Doornakkers, Tivoli, Vaartbroek-Eckart, Genderdal en Drents Dorp. Woonbedrijf neemt het initiatief voor vaststelling van de functie op de woningmarkt van buurten, wijken en gemeenten in de stadsregio Eindhoven. ‘thuis: Acht buurtbeheerders houden toezicht op de naleving van leefregels. In het sociaal beheer staan het tegengaan van overlast en de huisvesting van bijzondere doelgroepen centraal. Vijf sociaal beheerders die gebiedsgericht worden ingezet, leggen de verbinding met andere professionals. In Actiegebieden vindt extra inzet plaats. De investeringen in sociaal beheer (en in onderhoud) gaan komende tijd wel omlaag. Het totale budget voor leefbaarheid in 2014 voor het totale woningbezit van ’thuis bedraagt € 1.054.000, oftewel € 100 per woning. Dit is als volgt verdeeld: Pagina 19 van 30
Buurtbeheer: € 210.000 Sociaal beheer: € 270.000 Huurdersorganisatie en vrijwilligers: € 100.000 Ondersteuning bewonersinitiatieven: € 474.000 Inzet op sociaal- en buurtbeheer. Specifieke aandacht voor gebieden Bloemenbuurt, ’t Ven en Oud-Woensel. In 2015 wordt krachtteam aanpak ’t Ven voortgezet, in Oud-Woensel het project Huisbuurt. Trekker in actiegebieden, ’t Ven en Oud-Woensel (Hemelrijken & Gildebuurt) Wooninc.: Wooninc. is kartrekker van de actiegebieden Kerstroosplein en ‘t Hool. De ambitie is het verbeteren van de sociale, maatschappelijke, fysieke en economische woon- en leefomgeving in wijken en buurten. Dit gebeurt door de inzet en participatie van bewonerscommissies. Daar waar geen sprake is van bewonerscommissies, wordt bewonersparticipatie gestimuleerd. 17 huismeesters/beheerders houden de leefbaarheid in stand en verbeteren deze daar waar nodig. Wooninc. beheert vijf buurtontmoetingsruimtes (Hof van Eden, Jagershoef, de Buut, Buurtsalon Bakker vier en Scoutingsgebouw Burgemeester Welschen), en participeert er in één (Plein 1). Ook worden recreatieruimtes in de zeven Eindhovense Wooninc.Plusgebouwen beheerd. Dit draagt bij aan integratie, sociale samenhang en sociale controle en voorkomt vereenzaming van zelfstandig wonende ouderen. De activiteiten in Wooninc.Plus-complexen zijn ook toegankelijk voor andere buurtbewoners. In het kader van sociaal beheer wordt gereageerd op (buren)overlast. Dit gebeurt met oog voor de eigen verantwoordelijkheid van huurders. Overlastteams worden ingezet en op individueel niveau worden met hulp van de juiste netwerkpartners de juiste acties ondernomen. De aandacht voor veiligheid krijgt vorm door wijkschouwen, de maatregelen uit het Politiekeurmerk en de workshops veiligheid met bewoners in o.a. de Wooninc.Plusgebouwen. Trudo: Klanten willen niet alleen betaalbaarheid en zeggenschap over zijn eigen of gehuurde woning, maar willen dat die woning ook op een voor hem of haar aantrekkelijke plek staat. Trudo kan daar op verschillende manieren een bijdrage aan leveren. Ten eerste kan Trudo er voor zorgen dat er in buurten en complexen geen concentraties van problemen ontstaan zoals werkloosheid, lagere opleidingsniveaus, taalachterstanden, concentraties etnische minderheden en dergelijke. Vooral via Slimmer kopen® is Trudo in staat om jonge huishoudens met werk en inkomen en met een regelmatig dagritme de buurten in te krijgen. De gemengde buurten die hierdoor ontstaan scoren over het algemeen aanzienlijk hoger op leefbaarheid dan buurten met hoge concentraties van mensen met problemen en achterstanden. Trudo heeft inmiddels al 150 gemengde complexen. Het gemiddelde aandeel eigenaarbewoners in die complexen is 46%. In 49% van deze complexen vormen eigenaar-bewoners de meerderheid. Het voorkomen van concentraties problemen en achterstanden betekent ook dat we bepaalde doelgroepen, zoals bijzondere klanten, herhuisvesters en urgenten juist gespreid over het hele bezit moeten huisvesten. En ten slotte is er ook nog een groep mensen die zo onaangepast is dat deze juist in afzondering van andere bewoners gehuisvest moeten worden. Voor deze doelgroep realiseren we het Skaeve Huse project. Prestaties 2015: Het percentage gemengde complexen waarin eigenaar-bewoners de meerderheid hebben zal toenemen tot zo’n 55%. Urgenten en herhuisvesters worden, na een brede intake, gespreid over de voorraad gehuisvest. Voor urgenten geldt dat dit binnen 6 maanden gebeurd. Trudo is hofleverancier van wooneenheden voor Bijzondere Klanten. Gespreid over de voorraad zijn zo’n 750 Bijzondere Klanten gehuisvest, waarvan een deel naast huisvesting ook woonondersteuning krijgt. Ten behoeve van de huisvesting van onaangepasten leveren we project Skaeve Huse op, met 12 Pagina 20 van 30
wooneenheden. Ook door middel van het faciliteren van leefbaarheidsactiviteiten van bewoners dragen we bij aan aantrekkelijke complexen en buurten. De activiteiten in het kader van leefbaarheid moeten passen binnen een van domeinen die de leefbaarheid bepalen: voorzieningen, fysieke omgeving, sociale omgeving en veiligheid. De nadruk zou echter moeten liggen op activiteiten in het sociale domein: het slaan van bruggen en het leggen van verbindingen tussen bewoners. We leggen de zeggenschap over het budget voor leefbaarheid neer bij de bewoners. Prestaties 2015: We trekken € 120.000,- uit voor leefbaarheid. Dit budget wordt beheerd door het Klantenplatform. Zij zijn verantwoordelijk voor de toekenning van aanvragen uit het leefbaarheidsfonds en verzorgen de opdrachtgeversrol (via de buurtcomités richting buurtconciërges van Ergon) ten behoeve van het schoon, heel en veilig houden van de stedelijke vernieuwingsbuurten; In de stedelijke vernieuwingsbuurten (Kruidenbuurt, Woensel-West, Bennekel), maar ook op Strijp S, Vredeoord en Eikenburg, trachten we met planmatig aangepakte maatregelen een ingrijpende verandering teweeg te brengen die de buurt aantrekkelijk(er) moet maken. Interventies noemen we dat. Dat vraagt vaak een lange adem. Bij het formuleren van interventies werken we altijd samen met de buurtbewoners of toekomstige buurtbewoners. Om de interventies te realiseren investeren we veel geld, energie en tijd (dus ook capaciteit) in de vier genoemde domeinen van leefbaarheid. Op een aantal locaties, zoals in De Kruidenbuurt, Woensel-West, Strijp S, Vredeoord en Eikenburg willen we aantrekkelijk, onderscheidende plekken maken die ook toegevoegde waarde hebben voor de stad. Plekken waar mensen elkaar ontmoeten. Het creëren van dat soort plekken noemen we placemaking. Prestaties 2015: In de Kruidenbuurt gaan starten met complexgewijs Slimmer Ontwikkelen® In Woensel-West gaan we in fase 1 van plan Celsius het plan van Volta Galvani doorstempelen. Eind 2015 start de uitvoering. We leveren de nieuwe plint van het Gezellenhuis in Woensel-West op. We ontwikkelen de eerste parasite op een van de hoeken van de Edisonstraat in Woensel-West We starten met de verbouwing van het hoofdgebouw op Eikenburg. Op Strijp S zal fase 1 van het Veem (Foodcourt en parkeren) worden opgeleverd. Mits de bestemmingsplanprocedure tijdig wordt afgewikkeld, starten we met de verkoop van kavels op Vredeoord. Trudo is trekker in de actiegebieden Kruidenbuurt, Woensel-West (samen met de gemeente) en Bennekel. Vitalis: Voorzieningen worden meer opengezet voor de omgeving. Verder wordt ingezet op kunst en cultuur in de complexen (dit is tevens zorg-gerelateerd) en huismeesters. Deze hebben ook bijvoorbeeld een rol als receptioniste. Veel van deze maatregelen worden nu nog vanuit de zorg gefinancierd. Vitalis doet actief mee in Adviesgroep Maatschappelijke ontwikkeling en buurtontmoeting
Kwaliteit
Pagina 21 van 30
Duurzaamheid (trekker Hilde van der Herten) Ambitie De ambitie voor 2015 gaat verder op de weg die gemeente en corporaties in 2013 zijn ingeslagen: ‘Een groot deel van de creativiteit en ontwikkelkracht van onze toptechnologische regio is gericht op de enorme uitdaging van duurzaamheid. Daarbij bieden de hoge concentratie van technologie en onze cultuur van samenwerken – het coöperatieve DNA van Zuidoost Brabant – unieke kansen voor synergie. Voor onze samenwerking is echter nog veel belangrijker dat de toepassingen van nieuwe technologie in onze regio ten goede komen aan onze inwoners. Door onze bevolking met deze toepassingen vertrouwd te maken, krijgen ze eerder een plek in het dagelijks leven. Op die manier ontstaat een ‘living lab’, oftewel een testmarkt voor vernieuwende producten.’ We laten ons hierbij leiden door negen gezamenlijke strategische doelen, die zijn gebaseerd op ‘The Natural Step’. The Natural Step is een wereldwijd toegepaste en wetenschappelijk onderbouwde methodiek om duurzaamheid vorm te geven. Vervolgens richten we ons specifiek op drie vernieuwende deelthema’s: de energiecoöperatie, duurzaamheid bij nieuwbouw en duurzaamheid in de Buurt. De ambitie op het gebied van duurzaamheid is gekoppeld aan doelstellingen op het vlak van betaalbaarheid (woonkosten) en kwaliteit (verhuurbaarheid op termijn bij stijgende energiekosten). Resultaten collectief Gezamenlijk zetten gemeente en corporaties in op de volgende acties:
We werken de ‘Energy-Roadmap’ uit 2014 uit in drie werkgroepen. Hun plannen van aanpak komen begin 2015 beschikbaar. Op basis daarvan maken we nadere prestatieafspraken voor 2015. We willen de huidige bestedingen van huishoudens aan energie omzetten in energiebesparende maatregelen die oplopende kostenbesparingen bij oplopende energieprijzen opleveren. We experimenteren in 2015 met het programma Stroomversnelling. Opzet van een materialen/grondstoffenbank ten behoeve van hergebruik (in co-creatie met leveranciers, sloop- en bouwbedrijven). Bevorderen van draagvlak en bewustwording onder huurders en eigenaar-bewoners (onder andere door een gezamenlijk platform duurzaamheid en het project Waanzinnige Woonwijk). Vergroten van de aandacht voor natuur in de stad en biodiversiteit (via de Kansenkaart Biodiversiteit en de inzet van het Trefpunt Groen).
Resultaten individueel Gemeente:
Vervolg van de duurzaamheidstrainingen op basis van The Natural Step voor de eigen organisatie. Energy Roadmap Eindhoven Energieneutraal 2045: samen met Woonbedrijf opdrachtgever voor de roadmap, en trekker van de werkgroepen Infrastructuur en Energietransitie. Aan de hand van de ‘handreiking voor lokale energiecoöperaties’, uitrol van meer ‘postcoderoosprojecten’ met Energiecooperaties. Eerste project in 2014 gerealiseerd op wijkgebouw Blixems. Platform Duurzaamheid in co-creatie met, van en voor de stad. Verder met innovatieve aanbesteding ‘slim verduurzamen gemeentelijke gebouwen’. Eind 2015 opdracht verleend. Inzetten en faciliteren van Gebiedsexpertise om de vraag naar duurzaamheid uit buurten op te halen en te stimuleren. Vraag koppelen aan oplossingen. Ondersteuning uit Horizon2020-project 'Triangulum'. Pagina 22 van 30
Vaartbroek/Eckart, Strijp-S, Waanzinnige Woonwijk, Aireybuurt. Lanceren van de Kansenkaart Biodiversiteit. Intensief energiemanagement door de eigen organisatie. Vanuit verkregen totaalinzicht in verbruik en opwekking in 2015 verbruik terugdringen en duurzame opwekking verhogen. Met verkregen SDE+ subsidies zonnepanelen leggen op gemeentelijk vastgoed. Verduurzaming van onderwijshuisvesting. Start aanpak eerste schoolgebouwen in co-creatie met schoolbesturen en markt. Onderzoek naar duurzame grondstoffenbank en materialendatabase. Netwerk voor duurzame ondernemers laten groeien en ondersteunen bij duurzame uitdagingen. Bewustwording extern: Inzet Klimateams, lezingen, workshops, excursies.
Woonbedrijf:
renovaties, labelstappen. Indien gewenst meer gedetailleerde opgave mogelijk; labelstappen door vervanging met nieuwbouwprojecten; Start bouw Aireyflats / Groene Huurders; Start klantgestuurd verduurzamen in Aireywijk (duurzaamheidspakketten m.b.v. Woonconnect); Zonnepark Aireywijk; collectieve energieopwekking; Start project Horizon2020-project 'Triangulum', vanuit ons perspectief in Vaartbroek/Eckart: smartcity & verduurzaming; Aspirant-lidmaatschap Stroomversnelling: aanpak circa 200 woningen, gefaseerd, volgens concept Stroomversnelling. Landingsplek naar verwachting in Tongelre The Natural Step: ontwikkeling grondstoffenbank en materialendatabase, verdere inbedding TNS in onze processen en besluiten Energy Roadmap Eindhoven Energieneutraal 2045: samen met gemeente opdrachtgever voor de roadmap, trekker Werkgroep Energietransitie Bewustwording: Klimateams (4e jaargang), plaatsing circa 100 energydisplays
‘thuis:
Verder invulling geven aan de Energie Exploitatie Maatschappij voor de exploitatie van WKO-installaties bij nieuwbouw Vredesplein en omgeving (450 woningen, waarvan 337 woningen individuele installatie en 73 collectieve installatie). Stimuleren projecten met zonne-energie (€ 500.000,-). Uitwerken van The Natural Step-methode; deelname aan materialenbank. Jaarlijkse monitoring van het energieverbruik van alle woningen. In 360 woningen van het bestaand bezit energiebesparende maatregelen treffen, als onderdeel van het verduurzamen van de bestaande voorraad (3.000 woningen in de periode 2012-2017). Stimuleren van Klimateams Voortzetting aanpak quick-wins gericht op optimale isolatie bestaande woningvoorraad; programma opvraagbaar.
Wooninc.:
Tijdens grootonderhoud een verlaging naar energielabel B. Plaatsen collectieve zonnepanelen voor vermindering van de woonlasten, Programma van eisen nieuwbouw voorziet in hergebruik materialen. Bestaande hemelwaterafvoersystemen aansluiten op het gescheiden systeem, tijdens rioolvernieuwing in de straat.
Trudo:
Pagina 23 van 30
Trudo’s individuele inspanningen op het gebied van duurzaamheid in 2015 zijn hiervoor bij het thema betaalbaarheid al genoemd. Nog even de belangrijkste doelstellingen op een rij:
We hebben voor 2015 een bedrag van € 1.000.000,- gereserveerd voor verduurzaming. Dit bedrag zal voor een deel worden ingezet om, gekoppeld aan het planmatig onderhoud, extra duurzaamheidsmaatregelen te nemen gericht op het energiezuinig maken van woningen. Het overige deel van dit bedrag zal worden ingezet voor het (individueel dan wel collectief) aanbrengen van zonnepanelen, wat moet leiden tot lagere woonlasten voor onze bewoners. We zullen daarbij prioriteit geven aan de laagste inkomens. We starten met de bouw van 8 betaalbare energie neutrale conceptwoningen in het complex Telefoon/ Locomotiefstraat. Huurders en Slimme kopers krijgen een aanbod voor een gesprek met een energie-adviseur om besparingsmogelijkheden in beeld te brengen en hebben de mogelijkheid om goedkoop groene energie af te nemen via Woonenergie.
Vitalis:
De mogelijkheden worden onderzocht van restwarmte Tongelreep voor de locatie Wissehage/Kortonjo en ’t Lint, restwarmte van de TU/e voor de locatie Peppelrode en een warmtenet voor Brunswijck. Bij alle nieuwbouwprojecten en renovaties wordt de haalbaarheid onderzocht van zonnepanelen. Dit wordt standaard in het programma van eisen opgenomen. Nader onderzoek vindt plaats naar de plaatsing van zonnepanelen op de daken van Parc Gender. Een nieuw programma van eisen voor de nieuwbouw wordt afgerond, met aandacht voor duurzaamheid en vertaling naar LTHP (lange termijn huisvestingsplanning). Bewoners worden bewust gemaakt van energiegebruik en zelf te nemen maatregelen (LED-verlichting, verwarming, en dergelijke). Uitleg wordt gegeven aan bewoners en gebruikers van de diverse locaties door Vitalis (met nieuwsbrieven, bijeenkomsten en andere media). Bij renovaties wordt bekeken hoe de energielabels een klasse (of meer) kunnen worden verbeterd (voor 2014 projecten in voorbereiding, geen uitvoering). Een inventarisatie vindt plaats van het hele bezit op duurzaamheid. Eind 2014 is prioriteitenlijst van maatregelen gereed. Meedoen aan onderzoek Energiestrijd voor Vitalis Zuid (wilgenhof en Parc Gennep)
Pagina 24 van 30
Kwaliteit
Maatschappelijk vastgoed (trekker Ingrid de Boer) Ambitie In de stad streven we op gebiedsniveau naar een optimale mix van voorzieningen. Het maatschappelijk vastgoed dat in de wijken aanwezig is, willen we daarbij gericht inzetten. Het gaat dan niet alleen om het vastgoed dat de gemeente in bezit heeft, maar ook om dat van andere partijen in de stad. We streven naar een betere afstemming tussen vraag en aanbod; maatschappelijk en economisch (minder accommodaties) is dat meer verantwoord. In 2012 is een start gemaakt met het doorlichten van het aanbod van maatschappelijk vastgoed, in relatie tot de ruimtevraag. Daarmee kregen we een eerste beeld van de mogelijke ‘mismatch’ tussen vraag en aanbod, als basis voor een vervolgaanpak. De weg die we binnen dit traject bewandelen, samen met de partners en de burgers, is nieuw. Voorheen nam de gemeente de volledige regie. De huidige dynamiek rondom de maatschappelijke opgave vraagt echter een andere aanpak. Er is meer flexibiliteit nodig en de burgers en partners willen steeds meer eigen verantwoordelijkheid nemen. Daarbij passen geen strakke kaders en lange termijnplanningen. Het snel kunnen zetten van kleine stappen sluit beter aan bij de huidige dynamiek. Resultaten collectief In 2014 participeerden corporaties actief in de gebiedsverkenningen. Afronding van het gezamenlijke deel van dit project is voorzien medio april 2015. Resultaten individueel Gemeente: Gemeente Eindhoven is eigenaar van 29 objecten onder de noemer Vrijetijdsaccommodatie (VTA). De totale maatschappelijk vastgoed portefeuille bestaat ook nog uit SPIL centra en 3 scoutinggebouwen. Daarnaast zijn er de afgelopen twee jaar een aantal VTA objecten leeg komen te staan. In totaal zijn er 35 VTA’s in de gemeente Eindhoven. Deze VTA’s worden beheerd en geëxploiteerd door vrijwillige besturen of door Lumens In de Buurt. De programmering in de panden is erg divers. De gemeente Eindhoven wil haar maatschappelijk vastgoed portefeuille efficiënter inzetten. Er ligt een taakstellende bezuiniging aan ten grondslag. Om deze taakstellende bezuiniging te realiseren is het project ‘Van gebiedsverkenning tot gebiedsagenda’ in het leven geroepen. Om deze taakstellende bezuiniging te realiseren heeft de gemeente Eindhoven in 2014 sectoroverstijgend per gebied kennis en ervaring opgehaald en deze verwerkt in een verkenning. Op basis van deze verkenning heeft de gemeente Eindhoven een rol voor zichzelf bepaald. Bestaande uit 4 typeringen: Leidende, Programmerende, Accommoderende en voorwaardenscheppende rol. Deze verkenningen zijn per gebied met onder andere VTA exploitanten, Woonbedrijf, Wooninc, ‘Thuis, Vitalis en Archipel besproken en aangevuld met specifieke kennis en/of wensen van deze gesprekspartners. Het doel van de gebiedsagenda is om medio april 2015 met de partners in de stad te bepalen of de huidige programmering van activiteiten in een gebied voldoet voor zowel het gebied als de exploitatie van het ingezette maatschappelijk vastgoed, in relatie tot het effectiever inzetten van het totale maatschappelijk vastgoedbestand in het desbetreffende gebied.
Woonbedrijf:
Pagina 25 van 30
Woonbedrijf beheert ruim 50 objecten (panden, woningen, gebouwdelen) die kunnen worden aangemerkt als onroerend goed met een maatschappelijk karakter. Het gaat om drie categorieën: 1. Verhuur van (commercieel) onroerend goed aan instellingen of bedrijven met een maatschappelijk karakter. Voorbeelden zijn gebruikers als Korein, de bibliotheek, sportbedrijf De Karpen en Lumens. Dit is de grootste categorie. 2. Verhuur en gebruik van onroerend goed door instellingen of bedrijven voor de dienstverlening aan bewoners in buurten en wijken. Voorbeelden zijn de uitvalsbasis-woningen van GGzE, de Inloper in Philipsdorp en de steunpunten van Lunet. 3. Verhuur of gebruik van onroerend goed door bewoners of bijzondere gebruikers in de buurt of wijk. Voorbeelden zijn het Hoofdkwartier in Drents Dorp, de soos in de Andromeda, infowinkels van bewonersorganisaties en Flipside. Bij de categorieën 1 en 2 treedt Woonbedrijf op als verhuurder van onroerend goed. De dienstverlening wordt geleverd wordt een andere partij (met uitzondering van de situaties waarin het om de dienstverlening gaat van Woonbedrijf zélf). Er wordt gebruik gemaakt van de diverse mogelijkheden en de spreiding van het totale aanbod van onroerend goed van Woonbedrijf. Bijkomend voordeel daarbij is dat het onroerend goed van Woonbedrijf dicht bij de huisvesting van kwetsbare groepen en huishoudens staat. Bij categorie 3 stimuleert en faciliteert Woonbedrijf initiatieven. Méér dan bij de eerste twee categorieën is hier sprake van een financiële bijdrage in de dienstverlening, door bijvoorbeeld een matiging van de huurprijs. In 2015 zal Woonbedrijf bezit en exploitatie van dit onroerend goed bezien in het kader van de gewijzigde wetgeving, waaronder het onderscheid naar de DAEB en niet-DAEB De organisatie buigt zich vervolgens over de toekomst van het niet-DAEB bezit. Verder worden de (leegstands)risico’s in de portefeuille gemonitord Voorlopig sluit Woonbedrijf nieuwe initiatieven in het maatschappelijk vastgoed in het niet-DAEB segment uit. ‘thuis: ’thuis beschikt in zeer beperkte mate over maatschappelijk vastgoed. Veelal gaat het om tijdelijk gebruik door bewoners of buurtorganisaties bij herstructureringsprojecten of wijkactiviteiten. Daar waar nodig wordt dit beleid in 2015 gecontinueerd. Ondersteuning wijkoverleg met onderzoek bestemming Theresiakerk in ’t Ven . Wooninc.: Wooninc. is eigenaar van uiteenlopend maatschappelijk vastgoed: buurtcentra, scholen, gezondheidscentra, scoutinggebouw, ontmoetingsruimten, et cetera. Waar nodig en mogelijk en waar anderen dat nalaten investeert Wooninc. ook in 2015 in kleinschalige basisvoorzieningen. Dit gebeurt in buurten en wijken waar Wooninc. bezit heeft. Deze investeringen dragen bij aan de sociale en economische ontwikkeling van mensen en zorgen ervoor dat zij daar veilig en prettig kunnen (blijven) wonen. Wooninc. stelt tevens haar recreatieruimtes in de Wooninc. Plusgebouwen voor de buurt open, voor deelname aan en organisatie van activiteiten. Dit stimuleert buurtontmoetingen. Trudo: Trudo wil betrokken zijn bij het optimaliseren van vraag en aanbod van maatschappelijk vastgoed in de Kruidenbuurt, Woensel-West en de Bennekel. Trudo is in beperkte mate eigenaar van maatschappelijk vastgoed. Dat vastgoed richt zich met name op het creëren van laagdrempelige ontmoetingsplekken in stedelijke vernieuwingsbuurten – veelal in de vorm van wijkrestaurants.
Vitalis: Pagina 26 van 30
Vitalis werkt op verschillende manieren aan de maatschappelijke betekenis van haar vastgoed. Het eerste is ‘Ankerpunt voor de wijk’, een initiatief van Vitalis om door samenwerking het samen-wonen in de wijk aangenaam te maken voor jong en oud. Bijzondere projecten hierin zijn: Vitalis Vonderhof. Project Geheugensteuntje, voor mensen met beginnende geheugenproblemen en dementie. Er zijn gespreksgroepen, themabijeenkomsten, hulpmiddelen, spellen, folders en boeken. Bestemd voor mantelzorgers, partners, familieleden, kinderen of buren. Ontmoeting staat centraal. Bewoners in Vitalis Wilgenhof en Vitalis Residentie Wilgenhof kunnen voortaan bij het Informatiecentrum in Vitalis Wilgenhof aan de Gasthuisstraat in Eindhoven terecht voor vragen over zorg- en huurtoeslag. Maar ook voor advies over de WMO, hulp bij aanvragen, invullen van formulieren, vragen over eigen bijdrage CAK, vragen over ziektekostenverzekeringen of hulp bij invullen van belastingformulieren. Te zijner tijd worden ook de oudere wijkbewoners uitgenodigd, wanneer zij vragen of hulp nodig hebben.
Vitalis Vonderhof. De Literaire Salon is een ontmoetingsplaats voor lezers én schrijvers, voor voordrachtskunstenaars én bewonderaars, kortom: voor literatuurliefhebbers. Iedereen is welkom: bewoners, buurtbewoners, personeel en familie. De Literaire Salon gaat van start in het kader van het project met gevelteksten. Via dit project wordt de verbinding tussen Vonderhof en de buurt zichtbaar gemaakt. De gedichten gaan over verbinding, wonen, wijk en buren.
Naast dit project neemt Vitalis deel aan Buurtruimte 040. Op www.buurtruimte040.nl zijn veel wijkcentra en andere aanbieders van buurtruimte (maatschappelijk vastgoed) in Eindhoven aangesloten. De site biedt een goed overzicht van beschikbare ruimtes in de stad. De overige activiteiten die in de Vitalis-locaties worden georganiseerd:
Woensel: De Horst/Kronehoef: eetpunt, sociale en culturele activiteiten. Peppelrode: eetpunt, sociale en culturele activiteiten. Brunswijck: eetpunt, sociale en culturele activiteiten Strijp/Gestel: Engelsbergen: eetpunt, sociale en culturele activiteiten. Vonderhof: eetpunt, sociale en culturele activiteiten. Theresia: eetpunt, sociale en culturele activiteiten. Stratum: Wissehaege: eetpunt, sociale en culturele activiteiten. Kortonjo: eetpunt, sociale en culturele activiteiten. Wilgenhof: eetpunt, sociale en culturele activiteiten. Berckelhof: eetpunt, sociale en culturele activiteiten. Berckelhof met Zorggroep Helmond, Theresia in gesprek met maatschappelijke partners
Pagina 27 van 30
Kwaliteit
Inclusieve wijk (trekker Lenie Scholten) Ambitie De ambitie van de gemeente Eindhoven is om toe te werken naar ‘inclusieve wijken’. Wijken waarin de basisvoorzieningen fysiek en sociaal op orde zijn. Dit betekent dat er voldoende geschikte woningen zijn. Ook is de openbare ruimte bereikbaar en toegankelijk, zodat deze uitnodigt tot ontmoeting en meedoen. In de derde plaats zijn de voorzieningen voor iedereen toegankelijk, ongeacht eventuele fysieke, geestelijke en/of psychische beperkingen. Het gedachtegoed van WIJeindhoven is hierbij richtinggevend. Een inclusieve stad zorgt ervoor dat mensen minder een beroep doen op professionele ondersteuning in de eerste en tweede lijn. Bovendien vindt ‘normalisatie’ plaats in plaats van ‘verbijzondering’. De gemeente wil samen met de corporaties verder invulling gaan geven aan de inclusieve wijk. Ontwikkelingen en knelpunten Er zijn veel ontwikkelingen op het terrein van wonen-welzijn-zorg. Taken die voorheen bij het Rijk lagen, komen naar de gemeente. Een ontwikkeling die direct zijn weerslag heeft is het scheiden van wonen en zorg (‘extramuralisering’). Steeds minder inwoners komen in aanmerking voor een verblijf in bijvoorbeeld een verpleeghuis of GGZ-instelling. Zij blijven in de wijken wonen. Dit heeft grote gevolgen, zowel voor de fysieke als sociale kant van wonen. Het raakt het (samen) leven en de leefbaarheid in wijken. Is de huidige woningvoorraad voldoende en geschikt voor deze inwoners? Denk aan de groeiende groep ouderen, de gehandicapten en de mensen met een GGZ-achtergrond. Hoe garanderen we de leefbaarheid in de wijken? En wat is hiervoor nodig, zowel vanuit de gemeente, de zorginstellingen en de corporaties? In een advies van de Raad voor de Leefomgeving en Infrastructuur aan minister Blok (Wonen) worden de volgende knelpunten gesignaleerd:
Op de woningmarkt groeit het verschil, zowel kwantitatief als kwalitatief, tussen vraag en aanbod van ‘wonen met zorg’, ‘wonen met diensten’ en andere geschikte woningen voor mensen met beperkingen.
Een lokale inventarisatie van de woning- en voorzieningenbehoefte is nodig. Daarna kan naar oplossingen worden gezocht.
Coalities moeten worden gekoesterd en gestimuleerd. Denk aan samenwerkingsverbanden van bijvoorbeeld woningcorporaties, zorginstellingen en welzijnaanbieders. Zij kunnen voor mensen met een zorgvraag de domeinen wonen, zorg en welzijn verbinden. Er is focus nodig op de langere termijn, om de gedeelde opgave voor het woon-, zorg en welzijnsdomein te realiseren.
Resultaten collectief
In 2013 is de afname van intramurale capaciteit berekend: 1.000 personen. Deze afname is niet één op één te vertalen in nieuwbouwprogramma’s. In de oude situatie zouden deze mensen intramuraal gehuisvest zijn, nu blijven zij thuis wonen. Hier kan op verschillende manieren mee worden omgegaan. Denk aan het ‘labelen’ van geschikte woningen in de bestaande woningvoorraad, een voorkeursbehandeling van deze mensen bij woonruimteverhuur en/of een aanpassing bestaande (huur)woningen (voortzetting van het opplusprogramma).
Pagina 28 van 30
De afname verloopt geleidelijk. Daarom is het wenselijk nu reeds een platform in te richten van zorginstellingen, zorgverzekeraars, woningcorporaties en gemeente. Zij kunnen kennis en ervaring uitwisselen. Ook kunnen zij een gezamenlijke visie opstellen over hoe om te gaan met het scheiden van wonen en zorg en de ontwikkelingen binnen de WMO 2015. Mogelijk kunnen hier innovatiepartijen uit Brainport bij aansluiten (TU/e, Designacademy, TNO). Dit vanuit de verwachte winst voor iedereen als er meer ‘woningen van de toekomst’ beschikbaar komen in Eindhoven. Ook de inzet van technologie (zorg op afstand) kan hierbinnen verder vormgegeven worden. In 2014 werd per wijk geïnventariseerd welke woningen uit de bestaande woningvoorraad geschikt zijn voor de toekomstige vraag. In 2015 inventariseren we de voorraad specifiek voor zorg gebouwd vastgoed en maken we beleid hoe om te gaan met fricties tussen vraag en aanbod. De programmeur/ontwikkelaar sociale basis zoekt verdere afstemming met de corporaties om de inclusieve wijk/stad verder uit te werken.
Resultaten individueel Woonbedrijf In 2015 onderhoudt Woonbedrijf intensief contact op casusniveau met aanbieders van zorg en welzijn over de huurders van Woonbedrijf voor wie het ontvangen van zorg gecombineerd met het huren van een woning om (grotere) aandacht vraagt. In 2015 volgt uitwerking van het koersplan waarbij aandacht zal worden gegeven aan verandering van de situatie voor het huishouden als mogelijk levensgebeurtenis met gevolgen voor het wonen. Vervolgens zal de dienstverlening hier op worden aangepast (niet meer in 2015). ‘thuis
Nieuwbouw Labrehuis; ca. 60 eenheden
Wooninc, Start bouw Fakkellaan 21 eenheden Overname woningen Vitalis Sociale Woonvormen Trudo
Jaarlijks stellen we een groot aantal woningen voor Bijzondere Klanten beschikbaar. We constateren dat de kans op uitval bij deze groep groter is dan bij reguliere huurders en hebben onze rol van verhuurder sec daarom uitgebreid met het bieden van woonondersteuning c.q. woonbegeleiding. Minimaal tweemaal per jaar brengt een relatiebeheerder van het team Bijzondere Klanten een bezoek aan de bewoner om te zien hoe het met hem of haar gaat. Zo proberen we een mogelijke terugval of afglijden richting oude problematiek in een zo vroeg mogelijk stadium te voorkomen. De woonondersteuning richt zich in principe op een vijftal onderwerpen: financiën, wonen, onderwijs/taal, dagbesteding, sociaal netwerk. We faciliteren het slaan van bruggen en het leggen van verbindingen tussen bewoners in de Kruidenbuurt. Het organiseren van deze verbinding doen we mede door het mogelijk maken van kinderactiviteiten waardoor ook ontmoeting van de ouders ontstaat. Daarvoor hebben we een baantje aangelegd, waarop het SBK in samenwerking met T+Huis een ijsbaan in de winter aanlegt en daar activiteiten omheen organiseert en in de zomer een rolschaatsbaan. Basisschool ‘de Regenboog’, het T+huis en de winkeliers hebben hieraan hun medewerking toegezegd. Kinderen van basisschool ‘de Regenboog’ helpen mee in de moestuin. De huisvesting van het T+Huis is verlengd. Pagina 29 van 30
We vergroten kansen van kinderen in de Kruidenbuurt. Het T+Huis kan haar programma blijven draaien in de Kruidenbuurt. Met hun programma bieden ze kinderen met een achterstand een flinke impuls om hun kansen te verbeteren. Lumens in de buurt organiseert een Kinderraad in de Kruidenbuurt voor kinderen tussen de 10 en 13 jaar. We zetten nieuwe bewoners van Woensel-West in om talenten van kinderen te versterken. 193 Woensel-West bewoners zetten zich via het project inplaatsing in voor verbetering van de wijk. Een kleine honderd daarvan zetten zich specifiek in voor kinder- en jongerenactiviteiten. Samen met anderen zorgen zij voor een uitgebreid programma voor de kinderen in Woensel-West. Dans en sport, taalles, huiswerkbegeleiding, mentormaatje, muziek, kids+, kinderhuiskamer, maar ook activiteiten als straatspeeldag, kinderkoken, kunstclub en kindervakantieweek worden ingezet om te zorgen dat er niet weer een generatie op groeit in achterstand. We starten een community voor nieuwe bewoners in Woensel-West. Er is een grote groep nieuwe bewoners in Woensel-West (ingeplaatsten, tijdelijke huurders en huurders van de nieuwbouw in VoltaGalvani). Met allerlei activiteiten en projecten wordt getracht hen aan de buurt te binden. Via de activiteiten van de inplaatsers uiteraard, maar bijvoorbeeld ook door hen te betrekken bij de plannen voor Plan Celsius. Oude en nieuwe bewoners en nieuwe bewoners onderling komen elkaar via activiteiten tegen. Zo ontstaat binding onderling en dus met de buurt. We proberen huurders met problemen in Woensel-West binnenboord te houden. Trudo heeft 937 woningen in Woensel-West, ongeveer een kwart van de huurders is zorghuurder. Het binnenboord houden van zorgbewoners betekent zorg en ondersteuning bieden aan bewoners die moeilijk zelfstandig een huishouden kunnen voeren, waardoor de stap naar sociale groei niet mogelijk is. Naast de gerichte inzet van Trudo-medewerkers wordt er intensief met hulp- en dienstverleners samengewerkt binnen het casusoverleg. We zorgen voor borging van de hulpverlening aan huurders in Woensel-West met problemen door WIJEindhoven. Met gemeente Eindhoven zijn afspraken gemaakt over de uitrol van WijEindhoven in Woensel-West. Belangrijk is dat zij aansluiting vinden bij de bestaande aanpak en er vanuit het team vaste gezichten komen in Woensel-West. Deze afspraken worden nu ook in de praktijk gebracht met het nieuwe WIJEindhoven team.
We borgen het een vraag-en-aanbod loket voor dagelijkse klussen voor en door bewoners in de Bennekel. In 2014 hebben de bewoners de punten op de i gezet voor de inrichting van het vraag- en aanbodpunt voor dagelijkse klussen in de Bennekel en de bekendmaking in de buurt. Het initiatief is van start en de eerste matches zijn gemaakt. Vitalis
Hierbij zitten we in WIJ Eindhoven en is bestuurder mevrouw van Veen met collega-bestuurders in gesprek rechtstreeks met Zorgkantoor.
Pagina 30 van 30