Prentenboek: Niet brullen in de bieb – Michelle Knudsen Illustrator: Uitgeverij:
Kevin Hawkes Gottmer
Woorden uit prentenboek:
Zelfstandig naamwoorden: -
de uitleenbalie de boekenkast het kantoor de bibliothecaresse de leeuw de voorleeshoek het voorleesuurtje het lawaai de encyclopedie de envelop de leeszaal de manen de buurt
Werkwoorden: -
luisteren brullen beloven voorlezen verroeren afstoffen wennen terugbrengen strekken fronsen
Functiewoorden: -
zenuwachtig aandachtig streng verdrietig nuttig bovenste languit behulpzaam normaal uiteindelijk
Uitdrukkingen: Extra -
woorden bij de lessenserie: het stripboek het kleurboek het kookboek het fotoboek het woordenboek het telefoonboek het pictogram het bonnetje de bibliotheek de letter de bladzijde de bibliotheekpas het kantoor het prentenboek de lezer het sprookjesboek
zijn gang gaan
- de boekensteun - het tijdschrift
Lessenserie bij ‘Niet brullen in de bieb’.
Dag 1: Het boek wordt eerst bekeken. Vragen die gesteld worden zijn: - Wat is de titel van het boek? - Wat is een kaft? Kun je het aanwijzen? - Wat is de rug van een boek? Kun je het aanwijzen? - Waar staat de titel? Hoe herken je deze? - Waarom staat de titel ook op de rug van het boek? - Waar kun je zien wie het boek heeft geschreven of wie de tekeningen heeft gemaakt? - Wie weet een moeilijk woord voor ‘schrijver’? - Wie weet een moeilijk woord voor ‘tekenaar’? - Wat voor soort boek is dit? - Hoe kun je dat zien? - Ken je nog meer soorten boeken? Hierna laat de leerkracht verschillende boeken zien, namelijk een encyclopedie, een stripboek, een kleurboek, een kookboek, een sprookjesboek, een fotoboek, een woordenboek en een telefoonboek. Vragen die gesteld worden zijn: - Wat voor een boek is dit? - Hoe kun je dat zien? - Zou je dit boek graag lezen en waarom wel of waarom niet? - Waar wordt dit boek voor gebruikt? Als afsluiting wordt het prentenboek voorgelezen.
Dag 2: Het prentenboek wordt voorgelezen. Daarna worden omschrijvingen van woorden gegeven. De leerlingen moeten zien te raden van welk woord een omschrijving gegeven wordt. - Hier laat je de boeken zien die je graag van de bibliotheek wilt lenen. Je krijgt hier een bonnetje waarop staat welke boeken je geleend hebt en wanneer je ze weer terug moet brengen. de uitleenbalie - Een kast waar alle boeken in worden gezet. de boekenkast - Een plek om te werken met in ieder geval een bureau en een computer. het kantoor - Een mevrouw die in de bibliotheek werkt de bibliothecaresse - Een plek in de bibliotheek waar heel veel prentenboeken zijn en vaak voorgelezen wordt. de voorleeshoek - Een ander woord voor herrie. het lawaai - Een heel dik boek waarin over alle onderwerpen een klein beetje verteld wordt. de encyclopedie
Wanneer je een brief op de post doet, schrijf je hier het adres op en plak je er ook een postzegel op. de envelop - Een ruimte in de bibliotheek waar je rustig een boek kunt lezen. Er staan ook computers en er liggen kranten en tijdschriften. de leeszaal - De haren rondom de kop van een leeuw. de manen -
Dag 3: Eerst wordt het prentenboek voorgelezen. Als afsluiting wordt een woordbingo gespeeld. Deze kaarten en de fiches zijn terug te vinden in de materialenbak.
Dag 4: Het prentenboek wordt voorgelezen. Als afsluiting wordt een gedichtje aangeleerd over de bibliotheek.
Weet je waar ik gisteren liep In de bieb, ja in de bieb Ik leende er een heel mooi boek Het was maar een heel kort bezoek Er staan boeken in een zaal Kies 'n strip of 'n verhaal 'k kom er bijna iedere week in de bibliotheek
Materialenlijst bij ‘Nier brullen in de bieb’. Dag 1: -
Prentenboek ‘Niet brullen in de bieb’ – Michelle Knudsen Encyclopedie Stripboek Kleurboek Kookboek Sprookjesboek Fotoboek Woordenboek Telefoonboek
Dag 2: - Prentenboek ‘Niet brullen in de bieb’ – Michelle Knudsen
Dag 3: - Prentenboek ‘Niet brullen in de bieb’ – Michelle Knudsen - Woordbingo
Dag 4: - Prentenboek ‘Niet brullen in de bieb’ – Michelle Knudsen
het kookboek
het fotoboek
het pictogram
het bonnetje
het stripboek
de bibliotheek
de letter
het kleurboek
de bladzijde
het prentenboek
het bibliotheekpasje
het kantoor
de boekensteun
de leeuw
het tijdschrift
de lezer
de envelop
de boekenkast