Preek - Veel heil en zegen! - Lukas 2 : 25-35 en Numeri 6:22-27 Liturgie 2 januari 2011 – D. Vonck Houten Votum / zegengroet Psalm 133 Psalm 135: 1 3 (1e gebod) 10 (2e gebod) 8 (3e gebod) 7 (4e gebod) voorlezing 5-10e gebod Psalm 135: 11 Gebed Lucas 2:25-35 Numeri 6:22-27 Kindermoment Preek Veel heil en zegen! Opwekking 602 Vrede van God vers 1 : 1e vrouwen/ 2e mannen/ 3e allen/4e vrouwen/ 5e mannen / 6e allen vers 2 : Jeugd (0-25) In Jezus naam 2e jeugd (26-50) In Jezus naam 3e jeugd (51-100) In Jezus naam, zeg ik jou allen Vrede van Hem, vrede van God, de vrede van God zij met jou vers 3 : 1e kerkenraad/2e kerkenraad/ 3e gemeente/ 4e,5e,6e allen Voorbede Collecte Psalm 134 Zegen
Geliefden van onze Here Jezus Christus, Veel heil en zegen! Gelukkig Nieuwjaar, de beste wensen… dat willen we elkaar nog wel eens toewensen en u zult het al geregeld gedaan hebben vanmorgen. Je kunt elkaar van alles toewensen en dat is mooi. Het is fijn en je wilt het ook graag horen. Het is fijn als iemand tegen je zegt: ik wens je heel veel goeds toe en heel veel geluk… ik wens je toe dat wat je gaat doen ook mag lukken, dat je plezier hebt ... ga zo maar door. Het kan er ook heel gemakkelijk uitkomen, zeker met Oud en Nieuw. Dan is iedereen blij en wens je iedereen het allerbeste toe. Dat is mooi. Waar we deze morgen over na gaan denken is hoe het zit met een zegen. Er is een verschil tussen een wens en een zegen. Wat is het verschil? En je mag elkaar zegenen. Simeon was geen priester of iets dergelijks. Het was een hele gewone ongewone oude man. Hij had niet een bepaald ambt, er wordt verder helemaal niets over hem verteld. Hij zegent daar Jozef en Maria. Wat betekent dat dan voor ons? Hier gaan we vanmorgen samen over nadenken.
1
Numeri 6 : 22-27 Laten we eerst gaan kijken wat er precies staat. We hebben samen gelezen uit Numeri 6: de zegen die we na de dienst meekrijgen. Dat kan ook met andere woorden uit het Nieuwe Testament, maar we kijken nu wat er in Numeri staat. Deze woorden kunnen gemakkelijk vragen oproepen. Van catechisanten heb ik ook wel de vraag gehad wat het nou eigenlijk betekent, wat staat daar nou precies…. Als je die woorden hoort en wilt ontvangen, dan moet je wel weten wat er staat. 22
De HE E R zei tegen Mozes: 23 ‘Zeg tegen Aäron en zijn zonen dat zij de Israëlieten met deze woorden moeten zegenen… God zelf geeft hier de opdracht en ook de woorden waarmee de priester het volk moet gaan zegenen. En dan staan daar die woorden: 24
“Moge de HE E R u zegenen en u beschermen, Letterlijk staat er: Jahweh wil Zijn zegen geven, zal jullie zegenen. Wat is zegenen? We komen het al helemaal aan het begin van de bijbel tegen als God in de schepping de dieren heeft gemaakt en later de mens. Dan staat er dat Hij hen zegende (Gen. 1: 22,28) Zegenen is zoiets als tot bloei laten komen, levenskracht geven. God maakte het niet alleen, Hij gaf er Zijn zegen over, zodat het verder zou gaan ontwikkelen en opkomen en gaan bloeien. Hij verbindt Zijn levenskracht daarmee. Dat is wat de priesters tegen het volk moeten gaan zeggen: we hebben woorden van God voor jullie, de Here wil jullie zegenen. Hij wil Zijn Naam, Jahweh God bij ons, aan jullie verbinden en dat mag een kracht gaan worden in jullie leven. Met het woord zegenen wordt gelijk duidelijk dat het niet zomaar woorden zijn die je kunt begrijpen en waar je iets mee kunt …. het gaat over een bepaalde kracht: levenskracht. De Here wil jullie zegenen en beschermen. Beschermen, behoeden, bewaren….dat gaat heel breed tegen allerlei onheil en allerlei kwaad. De zegen begint dus met: de Here wil bij jullie zijn, de Here wil jullie beschermen, de Here wil Zijn naam aan jullie verbinden.
25
moge de HE E R het licht van zijn gelaat over u doen schijnen en u genadig zijn, De tweede zin wordt al wat langer. Als je in het Hebreeuws de woorden gaat tellen, zie je dat er een bepaalde structuur in zit en dat het heel mooi in elkaar zit. In deze zin wordt alles nog helderder en nog breder gemaakt: moge de Here het licht van Zijn gelaat over u doen schijnen. Als je dat in het Hebreeuws bekijkt, is dat precies het tegenovergestelde van dat God zijn gelaat zou verbergen. Soms staat er: de Here zal Zich van jullie af wenden, Zijn gezicht voor jullie verbergen. Dan gaat het over de woede van God, over Zijn toorn. Hier staat het precies andersom: God wil Zijn gezicht naar jullie toewenden, Zijn ogen op jullie houden. Hij wil naar jullie kijken, vol genegenheid, vol liefde, vol welgevallen. God wil naar jullie kijken zoals een Vader liefdevol naar zijn kinderen kijkt. Dat mag de priester vertellen aan het volk als ze geweest zijn en weer weggaan:
2
weet je, de Here gaat met jullie mee. Hij beschermt jullie. De Here kijkt in alles naar jullie en dat doet Hij vol blijdschap, vol genegenheid. En dat wordt nog verder uitgediept: Hij zal jullie genadig zijn. Als het gaat over genade, dan heeft de ontvanger te maken met een bepaalde schuld. Als je roept om genade, dan ligt jij in de houtgreep op de mat. Als je roept om genade zegt je: ik heb niets te brengen, maar ik vraag je medelijden met mij te hebben. Zo wil God naar jullie kijken. God wil elk dingetje in je leven zien en wil toch steeds vol genade naar je kijken. Door het woordje dat Hij genadig naar je wil kijken, wordt nog duidelijker dat Hij vol genegenheid naar je kijkt, vol liefde. 26
moge de HE E R u zijn gelaat toewenden en u vrede geven.” De Here verheffe Zijn aangezicht over u. Hier wordt het met nog meer woorden duidelijk gemaakt, wordt het nog breder uitgemeten: moge de Here u Zijn gelaat toewenden, staat er in onze vertaling. God wil niet alleen zo naar jullie kijken, God wil zichzelf daar helemaal in geven. God wil alle liefde die Hij heeft daarin leggen. Dat is wat deze woorden hier zeggen. De Here verheffe Zijn aangezicht over u – dat was een uitdrukking die je meer tegenkwam in die tijd. Dan stond er natuurlijk niet Jahweh; bij andere volken stond daar een naam van een god. Het liet altijd iets zien van een liefdevolle overgave. De Here verheffe Zijn aangezicht over u: Hij wil zichzelf aan jou geven en met je leven één worden. En schenkt je vrede, rust. Vrede gaat niet zozeer over geen oorlog meer of iets dergelijks. Het gaat over rust, diepe rust in je hart. Een vrede waarin je alles krijgt wat je nodig hebt, die veel groter is dan gezondheid, welvaart of wat dan ook. Hoe vaak zeggen we het niet: beter gelukkig met 10 cent op de bankrekening, dan ongelukkig met 2 miljoen…. Daar gaat die vrede over. Het woord vrede heeft nog een andere kant: het gaat ook over ‘heelheid’. Een vrede waarin je zegt: ik ben heel, zo mag ik zijn, het is goed. Dat is een uitwerking van dat God zichzelf helemaal aan je wil geven.
27
Als zij mijn naam over het volk uitspreken, zal ik de Israëlieten zegenen.’ We hebben het eerder gezien: als het gaat over ‘Mijn naam’ of ‘Jahweh’ dan gaat het over God zelf. Als de woorden van God klinken in de zegen, dan komt God daar zelf in mee. Dat heeft gevolgen. Je zou het zo kunnen omschrijven: als je iemand zegent breng je iemand in de aanwezigheid van God. Je brengt iemand bij God. Je zou het haast nog anders kunnen zeggen: je brengt God bij iemand die de zegen mag ontvangen. Steeds maakt de bijbel duidelijk: als God ergens komt, als Zijn aanwezigheid gebracht wordt en voelbaar wordt, dan gebeurt er iets ! Die aanwezigheid van God, de luister van God (oudejaarspreek), de glorie van God (intredepreek) zijn allemaal woorden die omschrijven wat je niet kunt omschrijven; die vertellen wat het effecten is als God er is. Wat is er nu zo mooi aan dat God tegen Aäron gezegd heeft: zegen het volk?
3
Dat God niet alleen gezegd heeft: Ik wil Mij met jullie verbinden, Ik wil ook dat jullie – Aäron en de priesters- ieder keer Mij bij jullie –het volk- brengt. Dan gebeurt er iets. Dan ga je de werking van de zegen zien. Dat kun je lang niet altijd met woorden omschrijven. Er zijn genoeg verhalen over ervaring van kinderen die nadat zij gezegend waren, rustig werden. Kinderen waarvan je zegt: ze kunnen dat helemaal nog niet begrijpen. Als ze een nachtmerrie hebben gehad en je zegt zegenende woorden, woorden van God zelf: de Here is bij je, de Here ziet je, Hij beschermt je – dat ze rustig worden. Mensen die heel erg ziek zijn, op sterven liggen; dat zegenende woorden zo’n rust kunnen geven. Je ziet dat het niet de woorden zelf zijn, je ziet op dat moment dat God daar is, dat Gods aanwezigheid gevolgen heeft. Zegenen is iemand in de aanwezigheid van God brengen. Maar hoe zit het dan met het woordje ‘moge’. Hier staat toch ‘moge de Here u zegenen en beschermen’. In de andere vertaling stond ‘de Here zegene u en Hij behoede u’. Dat klinkt nog steeds als een bepaalde wens. Wij zeggen het ook vaak zo: ik wens je toe dat de zegen van God in je leven zichtbaar is; ik wens je Gods zegen toe. Hoe zit dat nu? Waarom staat er niet: de Here zal u zegenen en Hij zal u beschermen! Daarvoor gaan we kijken wat er gebeurt bij Simeon in Lukas 2. Het zal u vast opgevallen zijn dat de woorden van Simeon, nadat hij Jozef en Maria gezegend heeft (vs 33), best wel een dreigend klank in zich hebben.
Lukas 2 : 25-35 Wie was Simeon? Simeon was een heel gewone man. Hij was oud. Hij was in die zin bijzonder dat hij te horen had gekregen dat hij niet eerder zou sterven dan dat hij de Messias had gezien. Die belofte kwam van de Heilige Geest; de Heilige Geest rustte op hem. (vs 25) Hij wist dat God bij hem was. Die woorden gaven zoveel hoop en verwachting; hij weet dat er iets bijzonders gaat gebeuren als Jozef en Maria met Jezus in de tempel komen: Hier gaat iets bijzonders gebeuren, ik merk het, mijn ogen worden er naartoe getrokken – Here, wat is dit, wat gaat hier gebeuren …. Hij gaat er naar toe. Blijkbaar maakt de Heilige Geest allerlei woorden in hem los, woorden die je in het Oude Testament terug kunt lezen. Hier zie je dat Simeon door de Heilige Geest woorden van God spreekt, die Jozef en Maria verbaasd doen staan: hoe weet die oude man dat, we komen hier gewoon binnenlopen … deze man weet helemaal niets van wat de engel allemaal gezegd heeft en niet wat er gebeurd is, wat de herders gezegd hebben … en hij spreekt hier over ‘want met eigen ogen heb ik de redding gezien - een licht dat geopenbaard wordt aan de heidenen en dat tot eer strekt van Israël uw volk.’(vs 30, 32). Het zijn woorden van de profetie van Jesaja. Simeon zegende hen en wat hij daar zegt staat er niet bij. Hij zegent ze: wat fantastisch dat ik jullie mag zien, dat jullie hier zijn. God heeft gezegd dat dit moment zou komen. Ja, nu ben ik bereid om te sterven, laat het nu maar gebeuren. Jullie zijn de vader en moeder van een heel bijzonder kind: God zelf is met Hem. Hij zegent hen.
4
Waarom zegent hij Jozef en Maria? Omdat hij weet: Jozef en Maria hebben levenskracht nodig. Ze hebben het nodig om te horen dat God bij hen is. Ga maar eens een kind op laten groeien en opvoeden, waarvan je weet dat het God zelf is! Ik weet niet hoe u het ervaart als je zelf kinderen hebt, maar opvoeden is al moeilijk genoeg en geregeld moet je zeggen: sorry, zo had ik het eigenlijk niet moeten doen. Of: dat had ik wel iets anders mogen aanpakken. Moet je je voorstellen dat het kindje dat opgroeit, God zelf is! Het beloofde Kind is! En als je weet en beseft hoeveel een kind meekrijgt in zijn opvoeding in de eerste jaren, hoe belangrijk en hoe bepalend dat is voor de rest van het leven … Natuurlijk zullen Jozef en Maria gedacht hebben: God zal het doen, het hangt niet van ons af Maar reken maar dat ze gevoeld hebben –dat kan niet anders- dat ze tekort zouden schieten. Simeon zegent hen en zegt: de Here is met jullie, de Here zal jullie bewaren, de Here zal jullie wijsheid en inzicht geven, Hij zal jullie genadig zijn, ook ieder keer als je faalt. Jozef en Maria hebben die levenskracht nodig. En waarom? Simeon gaat verder: Hij zegende hen en zij zei tegen Maria, zijn moeder: ‘Weet wel dat velen in Israël door hem ten val zullen komen of juist zullen opstaan. Hij zal een teken zijn dat betwist wordt, en zelf zult u als door een zwaard doorstoken worden.(vs 34) Dat zijn woorden! Jezus gaat worden tot een val van velen! We hebben dat eerder gezien. Hij is de Hoeksteen waar heel wat mensen over zullen struikelen. Met dat Jezus in de wereld komt is het niet in één keer helemaal klaar. Er zullen mensen zijn die zich aan Hem zullen stoten en die over Hem zullen vallen en ze zullen zeggen: au, weg ermee! Ze geven er een schop tegen en zeggen: niks heb ik daarmee te maken… En reken maar dat het ontnuchterend zal hebben geklonken voor Jozef en Maria. Dit Kind: heel veel mensen zullen zich aan Hem stoten, maar tegelijkertijd zullen heel veel door Hem mensen opstaan, nieuw leven krijgen. Simeon maakt hier duidelijk: dit kleine kind hier, waar je nog niets aan kunt zien, gaat een oordeel vellen – er staat: het is een teken dat betwist zal worden. En Maria, reken maar dat je het daar heel moeilijk door zult krijgen: een zwaard zal in je ziel worden gestoken, je zult af en toe innerlijk verscheurd worden, je zult het af en toe ontzettend moeilijk hebben om te begrijpen wat er nu gebeurd. Reken maar, Jezus zal uiteindelijk sterven en lijden weten wij, terwijl Hij de Redder is. Wat je hier ziet is dat God in een wereld komt die onder de vloek ligt. Dat woord hoort bij zegen. Als je het hebt over zegen, zul je het ook over de vloek moeten hebben. Jezus komt om opnieuw zegen te brengen, om tot zegen te zijn, om levenskracht te geven. Maar alleen door Jezus krijgen de woorden van de zegen kracht. Misschien hoor je die woorden bij jezelf: de Here houdt van je, Hij is bij je, Hij ziet je in alles, Hij wil je genadig zijn … Misschien voel je bij jezelf: ja mooi hè, maar ik merk er helemaal niks van, hoezo dan? Ik wil het het liefste gewoon zelf doen … Ik merk er niks van, dus het zal wel…niet voor mij … De woorden van de zegen krijgen alleen maar kracht door Jezus: je gaat er alleen iets van zien en merken als je naar Jezus kijkt! Daarom staat er: moge de Here u zegenen en beschermen.
5
Je mag best een stapje verder gaan: de Here zal u zegenen en beschermen, als je maar je handen opendoet. De zegen vraagt om open handen en open harten. De zegen zijn woorden die gemakkelijk over je hoofd kunnen gaan en niets bij je raken. De zegen vraagt open handen en geloof: Heer, spreekt u die woorden tot mij, ik heb ze nodig Goed, kind, Ik zal jou zegenen, Ik wil in alles naar jou kijken vol liefde, Ik wil alles vergeven, Ik wil je een diepe vrede geven, kracht voor dit leven. We hebben het nodig die zegen te horen en we zijn zelfs opgeroepen om elkaar die woorden te geven. We hebben het nodig om het steeds weer te horen. En weet je: God ziet je, Hij kent je, Hij heeft echt het goede met je voor. Maar mogen wij elkaar wel zegenen? Het was hier toch een opdracht voor de priester en zijn zonen. Ja, wij mogen elkaar zegenen omdat Jezus onze Hogepriester is. Omdat wij in de bijbel een koninklijk priesterschap worden genoemd: we zijn allemaal priesters en we hebben niemand meer tussen God en ons instaan, behalve Jezus. Via Jezus mogen wij direkt tot Vader komen en daarmee worden wij ook direkt een kanaal van Gods woorden naar andere toe, mogen wij die woorden doorgeven. Ook al is daar nog zoveel op aan de merken, ook al voel je het misschien even niet zo, ook al heb je nog zoveel vragen: je bent geroepen om die ander te wijzen en te bemoedigen en de woorden van God in dit leven te laten horen. Zegen je kinderen, ’s avonds of als ze gedroomd hebben, als ze een proefwerk hebben … de Here is bij je, de Here ziet je, de Here wil je echt het allerbeste geven, ga maar rustig slapen, ga maar naar dat proefwerk toe, de Here is met je en gaat met je mee. Dat zijn woorden die je nodig hebt, want om je heen hoor je zo vaak: … het moet beter, het moet sneller … er zijn zoveel beelden en woorden van negativiteit. Negatieve woorden blijven zo makkelijk hangen – als weerhaakjes in je hart en daar kan je hart heel zwaar van worden. Je hebt het nodig en zeker kinderen hebben het nodig. Zegen je kringgenoten, je huisgenoten, mensen in je bijbelstudieclub. Doe het maar eens. Ga maar eens op zoek naar woorden in de bijbel, beloften van God waarvan je weet: God heeft het gezegd en door Jezus is het dus ook zo. Geef die woorden aan elkaar door en het kan niet anders dat je daarin ook bidt: ja, het is waar. Zegen is doorgeven van God aan een ander. Tegelijkertijd om te onderscheiden wat die ander nodig heeft. God zelf zal het je duidelijk moeten maken door Zijn Heilige Geest. Zegen je vrouw, je man, je vriend of vriendin. Hoe vaak zijn er niet alleen maar gedachten of gevoelens van irritatie. Om de ander te zegenen, moet je die ander in de ogen kijken. Om anderen te zegenen, ga je met de ogen van God naar de ander kijken, ga je diegene het beste toewensen. De bijbel gaat zelfs nog een stapje verder: zegen je vijanden, staat er zelfs. Zegen de mensen waar je ruzie mee hebt, waar je zoveel moeite mee hebt of die zoveel irritatie bij je oproepen. Zegen die man die voor je rijdt: 50 km op de Rondweg …kom op… Here God, u kent hem en ik merk zoveel irritatie, ik wil het liefst knipperen en toeteren of kijken of ik er omheen kan … Here, zegen hem en zegen mij alstublieft ook dat ik de vrede en de rust kan bewaren. Zegen die collega die zo boos doet steeds; laat mij met Uw ogen zien wat hij nu echt nodig heeft… Waarom zou je je vijand zegenen? Omdat, als iemand in de aanwezigheid van God komt, je verandert!
6
Jezelf niet in de laatste plaats als je die zegen mag doorgeven, omdat je met andere ogen naar de ander gaat kijken. Ik wens u en jou en ons samen als gemeente toe dat we een gezegend 2011 krijgen. Dat we leren om op een zegenende manier naar elkaar te willen kijken. Om in de contacten die we hebben of als we weer thuis, zijn elkaar te zegenen, om te bidden om een zegen voor die ander En bovenal dat we, als we in de aanwezigheid van God komen, daar zo ontzettend veel kunnen verwachten. Dat bid en wens ik u allen toe.
Amen
7