Praktische uitwerking Protocol Waarneming ter Plaatse Van de in het Protocol Waarneming ter Plaatse (WTP) beschreven vijf situaties wordt in deze praktische uitwerking de triggers, middelen en vragen bij interviews beschreven. Dit is al leidraad bedoeld voor de inspecteurs en inspectie-instellingen om te bepalen wanneer een waarneming ter plaatse als middel bij een inspectie ingezet kan worden.
1. Contracting/aanneming van werk Gedacht wordt aan de onderstaande vragen (triggers) om te bepalen of er onder het mom van aanneming van werk toch aan TBA wordt gedaan. Voor de beoordeling van de status van aanneming van werk moet NEE het antwoord zijn, een JA is een indicatie voor TBA.
1
2
3 4
5
6
Triggers A Wordt in de omschrijving van de bedrijfsactiviteiten in het Handelsregister KvK vermeld dat er sprake is van bedrijfsmatig ter beschikkingstelling van arbeid en is hiervoor de SBI-code 78201 (uitzendbureaus), 78202 (uitleenbureaus), 78203 (banenpools(werkgelegenheidsprojecten) of 7830 payrolling (personeelsbeheer) door de KvK toegekend? B Worden arbeidskrachten -niet bedrijfsmatig- ter beschikking gesteld en is hiervoor een aantekening gemaakt in het Handelsregister? Is de onderneming niet (gedeeltelijk) aansprakelijk voor het met de opdrachtgever afgesproken resultaat, zijnde het tot stand brengen van een werk van stoffelijke aard (hetgeen behoort tot de kernactiviteit/primaire proces van de opdrachtgever)? Is het van te voren overeengekomen prijs gebaseerd op een uurvergoeding? Is er sprake van een overeenkomst waarin de opdrachtgever de onderneming een opdracht verstrekt waarbij diens werknemers onder leiding en toezicht van de opdrachtgever arbeid gaan verrichten Worden werkzaamheden uitgevoerd op een locatie van de opdrachtgever, met de arbeidsmiddelen c.q. productiemiddelen van de opdrachtgever? N.B. Of deze trigger op zichzelf al doorslaggevend is voor de indicatie of er sprake is van TBA of uitsluitend in combinatie met andere triggers, kan afhankelijk zijn van de werkzaamheden Vallen de werknemers van de opdrachtnemer onder de R I & E van de
sna.div.736 - 1
7 8
9 10
opdrachtgever? Wordt door de onderneming in arbeidsovereenkomsten het uitzendbeding toegepast1? Verwijzen de arbeidsvoorwaarden van de werknemers naar de Uitzendcao’s, zoals de toepassing van reserveringen en indeling in het fasensysteem 2? Is er sprake van Sectorindeling 52 door de Belastingdienst? Is (na onderzoek) door STiPP/ SFU een aansluiting verplicht gesteld?
Indien er op basis van bovenstaande triggers gerede twijfel is over of er daadwerkelijk sprake is van aanneming van werk zal de inspectie-instellingen een waarneming ter plaatse uit kunnen voeren. Uit de waarneming ter plaatse kan blijken wie feitelijk leiding en toezicht en gezag heeft over de werknemers van de onderneming. Het aanwezig zijn van een voorman is onvoldoende om vast te stellen welke partij leiding en toezicht en gezag heeft over de werknemers. De situatie in de praktijk is doorslaggevend Middelen bij de waarneming ter plaatse: Onderdeel van de waarneming ter plaatse kunnen de volgende middelen zijn: • Observatie van de werkplek en de werkzaamheden • Interview met enkele werknemers • Interview met voorman • Interview met opdrachtgever. Bij de interviews kunnen de volgende vragen aanbod komen 1 2
Waar verblijven de arbeidskrachten? indien het vervoer wordt verzorgd moeten ze daarvoor betalen en hoeveel en aan wie? Wordt er per uur gefactureerd? Hoe worden de uren bijgehouden op de werkplek? Hebben ze een arbeidsovereenkomst gezien, gelezen en ondertekend? Welke CAO is hier van toepassing? Wie is de leidinggevende? Wie stelt rooster? (Maw bepaalt inlener wanneer er gewerkt wordt?) Wordt er (uitsluitend) gewerkt met materiaal van de inlener? Vindt er een controle plaats door de opdrachtgever/inlener? Op welke wijze krijgen de werknemers de opdrachten voor wat ze moeten doen? Van wie krijgt de voorman zijn opdrachten? Wie controleert de kwaliteit van de geleverde dienst? Wie bepaald de werktijden en de pauzes? Alleen van toepassing bij arbeidskrachten in dienst van de onderneming Alleen van toepassing bij arbeidskrachten in dienst van de onderneming
sna.div.736 - 2
2.
Is er sprake van een ZZP’er?
Triggers: De volgende triggers kunnen leiden tot het inzetten van het middel waarneming ter plaatse: • Er wordt veel gewerkt met ZZP’ers; • Er is een mix van uitzendkrachten en ZZP’ers werkzaam bij dezelfde opdrachtgever; • Er is weinig verschil tussen overeenkomsten van werknemers en ZZP’ers; • De urenregistratie van ZZP’ers is gelijkend aan de registratie van de personeelsleden; • Op elkaar gelijkende facturen van ZZP’ers; • Op elkaar gelijkende (familie)namen van de ZZP’ers; • Geen juiste Verklaring Arbeidsrelatie (VAR) aanwezig. Indien er twijfel bestaat bij de inspectie-instelling kan de ondernemer deze twijfel wegnemen door de planningslijst te overleggen, waardoor het mogelijk is voor de inspectie-instelling om een waarneming ter plaatse uit te voeren. Middelen bij de waarneming ter plaatse: Onderdeel van de waarneming ter plaatse kunnen de volgende middelen zijn: • Waarneming op de werkplek van de zelfstandige; • Interview met de ZZP’ers; • Interview met de (uiteindelijke) inlener/opdrachtgever van de ZZP’ers. Bij de interviews kunnen de volgende vragen aanbod komen -
Wordt er per uur gefactureerd? Hoe komt de ZZP’er naar het werk indien het vervoer wordt verzorgd moeten ze daarvoor betalen? Hoe worden de uren bijgehouden op de werkplek? Wat voor (arbeids)overeenkomst is er en wat houdt deze in. Van wie zijn de gebruikte gereedschap/middelen/voertuigen? Wie is de leidinggevende? Wie geeft de ZZP’er opdrachten? Hoe ziet de dagindeling eruit en wie bepaald dit? Wat gebeurt er als de ZZP’er ziek is?
sna.div.736 - 3
3.
Lage kwaliteit urenregistratie;
Triggers: De volgende triggers kunnen leiden tot het inzetten van het middel waarneming ter plaatse: • Indien in de inspectie naar voren komt dat de boekhouder/ondernemer zelf de uren invult; • Aanneming van werk zonder urenregistratie of een gebrek aan aansluiting; • stuksprijzen; • netto afspraken die in administratief netto-bruto traject verwerkt worden, waardoor gewerkte uren en verloonde uren afwijkend zijn; • Verschil in namen en lay-out van urenregistratie; • Alleen voornamen op de urenregistratie. Middelen bij de waarneming ter plaatse: Onderdeel van de waarneming ter plaatse kunnen de volgende middelen zijn: • Interview met de werknemer(s); • Interview met de inlener/opdrachtgever van de uitzendkrachten; • Vergelijking van inkoopfacturen bij de opdrachtgever met verkoopfacturen van de uitzendonderneming (verkregen bij eerder inspecties of eerder in de controle periode); • Vergelijk van planning met feitelijke aanwezigheid. Bij de interviews kunnen de volgende vragen aanbod komen -
Wat verdienen de arbeidskrachten (bank/kas en van wie)? Wie werken er op de werkplek (interview- op basis van de waarneming ter plaatse)? Stelt de opdrachtgever ook zelf de identiteit vast van de personen die er werken Staan deze personen ook als zodanig in de administratie bij de opdrachtgever (beoordeling administratie)? Hoe worden de uren bijgehouden op de werkplek? Krijgen ze periodiek een loonspecificatie?
sna.div.736 - 4
4.
Veel kasbetalingen + vergoedingen en inhoudingen;
Triggers: De volgende triggers kunnen leiden tot het inzetten van het middel waarneming ter plaatse: • Veel betalingen per kas ; • Twijfelachtige inhoudingen voor huisvesting; • Hoge reiskostenvergoeding; • Terugstortingen van te veel ontvangen salaris door medewerkers in de kas; • De inhoudingen voor huisvesting zijn hoger dan de kosten voor huisvesting; • Hoge kosten voor huisvesting, maar geen (zichtbare) inhoudingen hiervoor. Middelen bij de waarneming ter plaatse: Onderdeel van de waarneming ter plaatse kunnen de volgende middelen zijn: • interview met de werknemer(s); • interview met de inlener/opdrachtgever. Bij de interviews kunnen de volgende vragen aanbod komen -
Wat verdienen de arbeidskrachten (bank/kas)? Indien per er per kas uitbetaald wordt van wie ontvangen de werknemers dan het salaris? Wie werken er op de werkplek (interview + op basis van de waarneming ter plaatse)? Staan deze personen ook als zodanig in de administratie bij de opdrachtgever (beoordeling administratie)? Hoe worden de uren bijgehouden op de werkplek? Krijgen de werknemers periodiek een loonspecificatie? Op welke wijze vindt vervoer plaats van en naar de werkplek? Op welke wijze zijn de werknemers gehuisvest en wat moeten ze hiervoor betalen?
sna.div.736 - 5
5.
Gefingeerde dienstverbanden en verhoogd risico van "look-a-likes";
Triggers: De volgende triggers kunnen leiden tot het inzetten van het middel waarneming ter plaatse: • Slechte kwaliteit van de kopieën van de identiteitsdocumenten; • Niet met elkaar in overstemming zijnde handtekeningen van de werknemer op de diverse aanwezige documenten; • Gebrekkige procedure/kennis ten aanzien van identiteitscontrole. Middelen bij de waarneming ter plaatse: Onderdeel van de waarneming ter plaatse kunnen de volgende middelen zijn: • interview met de werknemer(s); • Controle identiteit van de desbetreffende werknemer(s) • interview met de inlener/opdrachtgever. Bij de interviews kunnen de volgende vragen aanbod komen -
Wie werken er op de werkplek (interview + op basis van de waarneming ter plaatse)? Stelt de opdrachtgever ook zelf de identiteit vast van de personen die er werken? Staan deze personen ook als zodanig in de administratie bij de opdrachtgever?
sna.div.736 - 6
Veligheid:
Tijdens een waarneming ter plaatse wordt de werkelijkheid getoetst. Ondernemingen die op papier een constructie hebben vastgelegd die er feitelijk niet is of er worden personen aangetroffen die niet rechtmatig te werk zijn gesteld kunnen een grote invloed hebben op de veiligheid van de inspecteur tijdens het uitvoeren van een waarneming ter plaatse. Voorop staat de veiligheid van de personen die de waarneming ter plaatse uitvoeren. Indien de inspecteur tijdens de waarneming ter plaatse zich niet meer veilig voelt dient de inspecteur de waarneming ter plaatse direct af te breken en zorg te dragen dat hij/zij zich naar een veilige omgeving begeeft. Naast hygiëneregels dient de inspecteur ook rekening te houden met de veiligheidsregels van bijvoorbeeld de bouwplaatsen die bezocht moeten worden. Maar je kan ook denken zeker als het om contracting gaat (ICT) om geheimhoudingsregels bij derden. Voor de eigen klant is dit afgedekt maar dit moet ook afgedekt zijn voor derden bedrijven.
sna.div.736 - 7