Hanneke van Midlum, augustus 2013
Planten, bomen en verhalen Het meest eenvoudig was het herkennen van planten die schadelijk zijn. Dat bracht echter ook moordenaars op gedachten: doelbewuste aanslagen met vergiften op plantaardige basis, de gifbeker (socrates), de vergiftigde appel (sneeuwwitje) en pijlgif. Oetzi (1991 gevonden, ws. 5300 jaar oud) droeg op zijn laatste tocht berkenzwam bij zich (bloedstelpend en maagpijnverzachtend). Zelfs in augustus 2013 roven Aziaten de tondelzwammen op de Veluwe vanwege de medicinale werking! In Midden Europa worden er ook petjes van gemaakt (uit het DvhN). Homerus Odyssee (8e eeuw), Odysseus spoelt aan op eiland Aiaia, daar woont de beeldschone tovenares Kirke (Circe). Zij verandert de helft van de bemanning in zwijnen, maar niet Odysseus, omdat de bode van de god Hermes hem waarschuwt en wapent met een tegengif(kruid). Zo sprak Hermes, terwijl hij mij de geneeskrachtige plant gaf, die hij geplukt had en mij haar eigenschappen toonde: "De wortel was zwart, terwijl de bloem was zo wit als melk, de goden noemen het Moly. Gevaarlijk voor een sterfelijk mens te plukken uit de bodem, maar niet voor de onsterfelijke goden. (waarschijnlijk het sneeuwklokje) In plaats van in het varkenskot, belandt hij in haar bed en verleidt haar tot het weer tot mens maken van zijn bemanning. Hildegard von Bingen 1098-1179 : deze non beschikte over een voor die tijd indrukwekkende kennis van geneeskrachtige planten. Ze wijdde een heel hoofdstuk aan hondsdraf. Veel van haar adviezen zijn nog steeds actueel, bv. overgenomen door pastoor Sebastian Kneipp. 1821-1897: kruidengeneeskundige autodidact en voorloper van onze Kneipp producten bij de drogist. Sinds 1891 is Kneipp al bezig met de ontwikkeling van natuurlijke producten voor ontspannende en speciale momenten. Het is allemaal begonnen in Würzburg, Duitsland, waar de pastoor Kneipp ontdekte dat water grote invloed had op de weerstand van de mens. Op basis hiervan ontwikkelde hij watertherapieën waarmee hij veel mensen genezen heeft. Deze therapieën bestonden uit koude stortbaden, lopen door het water, koude en warme baden voor het hele lichaam of gedeelten van het lichaam, wisselbaden en warme en koude kompressen en omslagen. De geneeskrachtige werking van water, samen met de werking van andere natuurlijke producten, staat nog steeds centraal bij onze huidige producten en in de ontwikkeling van nieuwe producten. Klazien uut Zalk 1919-1997 heeft een aantal gouden tips: “Peterselie tussen de tenen, goed tegen de wratten; gestampte eikels tegen de jicht; sjalotje tegen de muggenbulten; mensen die wat wille, stoppen gewoon wat dille tussen de bille!”
1
“Gewone” kruiden en planten voor wildplukker in deze regio:
Beuk. Een beukennootje is de vrucht van de beukenboom, Het is een klein driehoekig nootje, een dopvrucht, waarvan de vruchtwand verhout is, zoals ook bij de hazelnoot, eikel en kastanje. De nootjes worden omsloten door een napje, dat gevormd wordt uit de vruchtbladen en de schutbladen. In elk napje zitten 2 nootjes. Als de nootjes rijp zijn opent het napje in vier delen en vallen de beukennootjes op de grond. De beukennootjes worden onder andere verspreid door eekhoorns, die ze als wintervoorraad gebruiken. De beukennootjes zijn ook voor de mens eetbaar maar zijn in grote hoeveelheden wel giftig en licht hallucinerend! Ze kunnen in het bos worden gevonden, voornamelijk in de maanden oktober, november en december. Ze zijn rauw te eten of gebakken met een klontje boter. Vroeger werden ze ook als meel aan de varkens gevoerd. In de Fabeltjeskrant werd het beukennootje aldus bezongen in het Praathuislied: "Dubbele porties beukennoot / Vers van de boom of licht gezouten / Da's gezellig bij het kouten" Bij de Germanen was de beuk als boom gewijd aan Freya, de godin van het huwelijk. En nog worden er steeds hartjes en initialen van geliefden in de beukenschors gesneden. Romeinen vereerden de beuk en zagen hem als een geluksbrenger, ze gebruikten het hout om offervaten van te maken. De bijnaam “notarisboom” wijst op de status (Veenhuizen!). De beuk heeft een gevoelige stam (zonnebrand) en is een grootverbruiker: onder optimale omstandigheden 700 tot 900 liter water per dag en geeft er 400 l. van terug via het blad.
2
Brandnetel. Jonge blaadjes zijn geschikt voor smakelijke, gezonde soep en broodbeleg. Groente, bereid als spinazie. Brandnetelthee is goed voor de urinewegen en thee van wortels geneest plasproblemen. Vlinders zijn er ook blij mee, het is een prima waardplant. Jonge brandnetelstengels van de grote brandnetel kunnen als een soort spinazie gegeten worden. In het voorjaar smaken de ongeveer 20 cm lange stengels het beste. Zeer jonge stengels kunnen als sla gegeten worden. Van brandnetels kan soep gemaakt worden. Ook de bladeren van de brandnetel kunnen voor consumptie gebruikt worden. Hiervoor moeten de bladeren, na het plukken, worden gedroogd op een droge en luchtige plaats. Hierna kan er van de gedroogde bladeren thee worden getrokken. De brandharen worden geneutraliseerd zodra ze eventjes in heet water gezet worden. Het beste is om alleen jonge bladeren te gebruiken. Dit kan later in het seizoen bereikt worden, door alleen de topjes (3 cm) te oogsten. Oude bladeren hebben teveel nitriet. Vroeger werden boter, vis en vlees in brandnetelbladeren verpakt om ze langer fris te houden. Het blijkt dat stoffen in brandnetel bacteriegroei tegengaan. We kennen inmiddels ook brandnetelkaas. Het sap van veldzuring of weegbree of hondsdraf kalmeert de jeuk die de brandnetels veroorzaken.
Ondernemer Crébas baarde opzien door de verkoop van de website marktplaats.nl, waar hij mede-eigenaar van was, voor 225 miljoen Euro aan veilingsite eBay. Hij werd in één klap miljonair. Er volgde een autobiografie (Iedere dag vrij) en de familie Crébas zette kledingconcern Brennels op. Inmiddels is de naam omgedoopt tot Netl. Netl ontwikkelt zelf de kleding die voor ruim 50 procent uit brandnetelvezels bestaat. De brandnetels worden verbouwd in de Noordoostpolder en in enkele Oost-Europese landen. De vezels worden in Italië gemengd met katoen en gesponnen tot fijn garen. Driekwart van de kleding bestaat uit katoen en een kwart uit brandnetelvezels. De kledinglijn ging helaas in 2013 ter ziele. Zie natuurverhaal* Daslook. Berenlook, rauw te eten, soep, spinazie, kaas. Beschermde plant. De plant werd al in 1608 door de Vlaamse botanicus Dodonaeus beschreven in zijn Cruydeboeck.
3
Als de plant nog niet bloeit kunnen de bladen rauw fijngehakt gebruikt worden in salades en in soepen. Ze hebben een bieslook-, uien- of knoflooksmaak. Vooral de bladeren ruiken bij het verwrijven naar knoflook en uien. In Duitsland geniet daslook sinds enkele jaren een grote populariteit en wordt verwerkt bijvoorbeeld tot pesto en marinades en in onder meer brood ('Bärlauchbrot') en kaas. In Hongarije worden eind maart of begin april daslook-festivals georganiseerd, waarbij daslook in vele varianten verwerkt in de maaltijd worden aangeboden. Bij het verzamelen van de bladeren bestaat het gevaar van verwisseling met bladeren van andere planten, zoals lelietje-van-dalen, gevlekte aronskelk en herfsttijloos die giftig zijn. Jaarlijks vallen er slachtoffers door deze verwisseling. Ook honing van daslook wordt gewonnen als deze plant in zeer grote hoeveelheden voorkomt. In Hongarije wordt de honing als bijzonderheid verkocht. De bloemen zijn prima op vaas te houden, maar er moet rekening gehouden worden met de sterke uiengeur (“roekt naar siepels”). In tuinen wordt de plant als afweermiddel tegen katten gebruikt, omdat deze dieren niet veel op zouden hebben met de sterke geur.
Groot hoefblad is een giftige plant en werd vroeger gebruikt tegen de pest (Gewöhnliche Pestwurz). Men geloofde dat door de onaangename reuk van de etherische oliën de pest verdreven kon worden. Het voornaamste medicinaal gebruik nu is tegen migraine, bij hoesten en tegen astma (kompressen). In de Middeleeuwen werd de plant Filiae ante Patrem genoemd, wat betekent dat de dochters (bloemen) voor de vader komen (bladeren). 4
De bladeren verschillen per soort van afmeting. Die van onze inheemse Groot hoefblad kunnen tot 1 meter groot worden: het zijn onze grootste bladeren. In sommige Europese landen werden ze wel als hoofdbedekking gebruikt. Klein Hoefblad: eerst gele bloemhoofdjes, daarna het blad. Het is een nuttig geneeskruid: voor de huid en tegen heesheid. Thee van bladeren verdrijft de hoest. De botanische naam Tussilago is afgeleid van tussis = hoesten en agere = verdrijven. De plant is dan ook gebruikt als hoestverdrijvend middel. De bladeren worden gebruikt als omslagen bij gewrichts- en reumatische aandoeningen. De Romeinen gebruikten de plant als genotmiddel door deze te roken in pijpjes. Zie natuurverhaal* Grote Weegbree. Grote lang gesteelde rozet bladeren met 10 cm lange aren. Groene zaden, rauw of geroosterd te eten als mueslireep uit de natuur. Helpt tegen huidaandoeningen, jeuk!
De weegbree is een lekkere groente die je net zoals spinazie kunt klaarmaken. Er is zowel smalbladige als brede weegbree. Weegbree is ook te gebruiken als thee. Je kunt hiervoor de blaadjes drogen en vervolgens vermalen met een vijzel of blender. Weegbree is een stevig blad, ook de jonge blaadjes. Daarom wordt dit blad ook wel gebruikt om ander voedsel mee in te pakken. Je kunt van gekookte rijst balletjes maken en deze inpakken in het smalle weegbreeblad. De bladeren kun je dichtknopen of er een cocktailprikker doorheen doen. Dit is ook handig om mee te nemen onderweg. Het is lekker om de rijst eerst te verrijken met brandnetel of andere wilde groente. Brede weegbree groeit vooral tussen het gras en aan randen van bospaden. Smalle weegbree groeit vaak in de buurt van water. Weegbree is een goede groente om te mengen met andere groente.
Hazelaar. Heel vroege bloeier en een voedselbron voor bijen. Hooikoortspatiënten haten deze boom met zijn enorme stuifmeelproduktie: 2,5 miljoen pollenkorrels per katje! Het prachtige (vrouwelijke) rode bloempje in het vroege voorjaar is altijd aardig om op te zoeken tijdens een wandeling. Gebruik: wichelroedes van hazelaartakken, thee, noten voor de olie, levensmiddelen en zeep. Hazelnoten zijn een bron van vitamine E. Een handvol bevat ongeveer 50% van de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid. Hiernaast bevatten ze veel energie (682 kcal per 100 gram), voornamelijk in de vorm van onverzadigde vetzuren. Wanneer je hazelnoten even roostert wordt de smaak versterkt. Je roostert ze in een droge pan of op een bakplaat in de 5
oven, totdat het vlies donker is. De velletjes kun je dan ook eenvoudiger verwijderen door ze na het roosteren bijvoorbeeld in een theedoek langs elkaar te wrijven.
Je vindt hazelnoten vooral in nagerechten, zoals ijs, gebak en koekjes, maar ook in likeur. De noten passen vaak goed in kipgerechten en salades. Bovendien kun je hazelnoten goed combineren met vis en sommige groenten, zoals sperziebonen en spinazie. Hazelnootolie wordt gebruikt in de keuken, in parfum, massageolie, zeep en smeerolie. De noten worden ook, fijngemalen, in gezichtsmaskers verwerkt. Verder kennen we de hazelnoot natuurlijk ook in broodbeleg, de welbekende hazelnootpasta! Hildegard von Bingen raadde hem aan tegen impotentie, onze vrome non wist alles! Zie Natuurverhaal*
Hondsdraf: Hildegard von Bingen wijdt één van haar langste hoofdstukken aan hondsdraf.: wondmiddel en middel tegen borstkwalen, aandoeningen van keel en longen en oorsuizingen: Gorgelen met thee en bladeren op wonden. Vroeger ook in gebruik voor het kruiden van bier, maar het Reinheitsgebot van 1516 schreef alleen hop, gerstemout en water voor het bierbrouwen voor.
6
Van verse hondsdraf kan een 'thee' worden gezet met een aangenaam kruidige smaak die ligt tussen die van groentenat en munt. Hondsdraf wordt ook wel als geneeskrachtig kruid toegepast tegen onder meer jeuk en wonden. Het werkt ook tegen de jeuk die men krijgt van brandnetels waar het dikwijls bij in de buurt groeit. Ook wordt het in de homeopathie toegepast als urinedrijvend middel bij nier- en leveraandoeningen. Daarnaast is het een goede bodembedekker. De eerste blaadjes, geplukt in de maanden april en mei, van de hondsdraf gaan in de sla. De prachtige paarsblauwe bloemen kun je gebruiken om borrelhapjes te versieren. Verder smaakt Hondsdraf lekker in soep, sla, kruidenboter, kwark, omelet, gehakt en aardappels. Ze hebben een aromatische geur en smaken een beetje bitter. Hondsdraf bevat veel vitamine C (100 g verse scheuten levert ongeveer 50 mg vitamine C).
Lieve vrouwenbedstro/meikruid. Wordt wel in de kruidengeneeskunde gebruikt; door een zeker gehalte aan cumarine is dit niet geheel zonder risico (effecten op de bloedstolling). In de reguliere geneeskunde vindt het tegenwoordig geen toepassing meer.
In vroeger eeuwen werd lievevrouwebedstro voor vele doeleinden gebruikt, onder andere om kleding geurig te maken en om wijn smaak te geven. Lievevrouwebedstro stond van oudsher bekend als “antimagisch” kruid om boze geesten op afstand te houden. (Afweerkruid) Zo werd het in de Middeleeuwen in bundels naast de ramen gehangen om de woning te vrijwaren van pest. In Engeland gebeurde dit langs de oostkust, de kant van het vasteland, omdat volgens hen de “kwade wind” uit die hoek kwam. In de Eifel was het de gewoonte om bij elke geboorte in de zomer een bosje bedstro boven de wieg te hangen om geesten en slechte invloeden te weren. Om de zwangerschap goed te laten verlopen legde men het kruid bij zwangere vrouwen in bed. Een bos bedstro werd ook boven het bed van een zieke gehangen om de ziekte te weren, tot Bonifatius dat in 743 als een heidens gebruik verbood. De plant maakte deel uit van de “negenderhanden kruiden”, anti-magische kruiden die in de vorm van tuilen op 15 augustus in de kerk gewijd werden. Op die dag bezaten volgens de overleveringen alle kruiden hun grootste heelkracht. Lievevrouwenbedstro werd ook als rookplant gebruikt, eveneens met antimagische krachten, nl. het verdrijven van duivels, heksen en tovenaars. De verbranding moest gebeuren gedurende de rooknachten.
7
Voorjaarsbowl met witte wijn = Maitrank en helpt tegen voorjaarsmoeheid Neem een handvol lievevrouwenbedstro en laat het 4uur drogen (dan komt de geur vrij). Doe de plantjes in een schaal en overgiet ze met ½ l. drogewitte wijn + het sap van 1 citroen en 1 sinaasappel. Zorg ervoor dat de bloempjes hun kopje onder de wijn houden. Laat 4 uur op een warme plaats trekken. Neem de plantjes eruit en roer 7 eetlepels witte suiker door de drank. Voeg de rest van de witte wijn bij en zet het geheel in de koelkast. De volgende dag doet men er nog een fles ijskoude schuimwijn bij Leg wat bloempjes in de bowl ter versiering. Longkruid. Bijnamen: Blut-und Leberwurst, onze lieve vrouwen tepeltjes! Gevlekt blad, doet denken aan longblaasjes met roze en blauwe bloemen (roze verkleurt naar blauw). Toepassing: thee van bloemen en bladeren bij verkoudheid, tot poeder gewreven blad bij diarree. De sage vertelt dat Maria Jezus borstvoeding gaf maar er enkele druppels vielen op de bladeren van longkruid. Sindsdien hadden de bladeren witte vlekjes en een geneeskrachtige werking. Longkruid bevat slijmstoffen, minerale substanties waaronder kiezelzuur, allantoïne en looistoffen. Longkruid wordt in de kruidengeneeskunde gebruikt om de longaandoening bronchitis tegen te gaan. Zowel acute als chronische bronchitis kunnen met longkruid worden bestreden. Een andere toepassing is bij kinderen met COPD(chronische luchtwegenaandoeningen). Het helpt vooral bij het versterken van het bindweefsel en tegen emfyseem en bloedspuwing. Longkruid werkt verzachtend, slijmoplossend en hoestbedarend.
In de volksgeneeskunde werd longkruid gebruikt om zweet af te drijven als men griep had. Onderzoek bevestigt inderdaad de zweetverdrijvende werking. Een strottenhoofdontsteking met heesheid wordt tegen gegaan door het spoelen met lauw longkruidafkooksel. Je kunt longkruidthee gewoon drinken. Gebruik dan 1.5 gram per kopje en laat het 10 minuten trekken. Een aftreksel wordt gebruikt tegen aambeien. Dit aftreksel kun je maken door 2 theelepeltjes verkruimeld kruid in een kopje water te laten weken. Wanneer je een aftreksel inwendig wilt gebruiken moet je maar één theelepeltje longkruid gebruiken. Andere uitwendige toepassingen zijn: een aftreksel op vermoeide ogen doen, aftreksel over een geschilferde huid doen of een huid met kloven en winterhanden- en tenen met een aftreksel inwrijven. 8
Madeliefjes kunnen worden gegeten als salade en broodbeleg.
Madeliefjes groeien in het gras en overleven zelfs een maaibeurt! Dit komt doordat hun rozet stijf tegen de grond gedrukt is. De bloem staat wijd open in de zonneschijn, maar sluit ’s avonds of soms bij donker, slecht weer. De bladeren van het madeliefje bevatten veel vitamine C en zijn goed te eten door een salade. De plant is niet giftig, maar kijk wel uit waar je de bladeren plukt. Honden, katten of andere dieren kunnen erop geplast hebben. Was de bladeren daarom altijd goed voordat je ze gaat eten. Ook de bloemen en zelfs de knoppen kun je eten. De knoppen smaken naar noten. De Latijnse naam: Bellis Perennis betekent: eeuwige schoonheid. In Duitsland werd in de 18e eeuw het bloempje systematisch uitgeroeid. Men beschuldigde haar er ten onrechte van vruchtafdrijvend te zijn! Zie natuurverhaal.* Meidoorn-vruchten kunnen worden verwerkt tot jam, jonge bladeren tot salade en groente, bloemen tot bloedzuiverende thee. Gekookte bessen worden gebruikt tegen ischias en reuma. Gekneusde bladeren houden muggen en vliegen op afstand!
Meidoorn als huismiddel: In toenemende mate vindt de meidoorn (hoofdzakelijk de bloesems) een weg naar de huisapotheek. Ook in de volksgeneeskunst is het voornamelijk in gebruik ter kalmering van het nerveuze hart en ter verhoging van de hartprestaties, de thee werkt ook kalmerend en slaapbevorderend. 9
Ook gebruikt men de bloesems (soms de bladeren) als dieet-thee bij overgewicht. Men zou een lange lijst van dichters en schrijvers kunnen opstellen, die de Meidoorn hebben bezongen. Heilige plaatsen waren in het verleden omringd door meidoornhagen. Meidoorntak bij de voordeur verjaagt heksen, beschermt tegen blikseminslag. De meidoornhagen zijn veel gebruikt als veekering, in de pre prikkeldraad tijd. Het hout is zo hard als ijzer en werd gebruikt als hakblok bij onthoofdingen!
Paardenbloem: jonge blaadjes, knoppen, bloemen en wortels (alles kan worden gebruikt). De paardenbloem is in het noorden bekend als hondstong en hondenbloem en hynsteblom in Friesland. In het zuiden en in Vlaanderen wordt de paardenbloem ook wel pisbloem of pissebloem genoemd, franse naam pissenlit. In verschillende delen van Zeeland kan de naam variëren van pissebed, pissebaede tot pisseblomme. De naam pisbloem of pissebed slaat op het kennelijk urine-afdrijvend effect van de plant wanneer de bladeren gegeten worden. Auf Deutsch draagt het de stoere naam Löwenzahn! Paardenbloemen zijn eetbaar. De jonge bladeren zijn minder bitter dan de volwassen bladeren. Door "bleken" kan de bitterheid worden verminderd, net als bij witlof. Traditioneel worden de bladeren hiertoe overdekt met zand. Ze worden dan molsla genoemd. Het is het jonge blad van de paardenbloem. Vroeger werd in de lente in molshopen naar gebleekte paardenbloembladeren gezocht, vandaar de naam molsla. Bloemen worden verwerkt tot Sirop de pissenlit en schnaps. Een veelzijdige bloem: kinderen spelen ermee, bijen halen er honing uit, en mensen gebruiken alle onderdelen. Er zijn dan talloze recepten te vinden op het internet, variërend van paardenbloemthee, -siroop, -salade, -wijn en –jam. Ook de wortels kunnen worden verwerkt tot koffie.
10
Pinksterbloem. Verse bloemen kunnen worden verwerkt in salade, kwark, kruidenboter. De pinksterbloem toont zijn verwantschap met waterkers en koolsoorten door zijn mosterdachtig, scherp aroma. De jonge bladeren bevatten veel vitamine C. We verzamelen de bladeren van de bodemrozet, en ook de stengeltoppen met de bloemknoppen, en mengen ze in salade of soep. Een voorjaarsdelicatesse die gemakkelijk te vinden en te oogsten is. In het vroege voorjaar is het sap van dit kruid te gebruiken. Bij suikerziekten om de suikeruitscheiding gunstig te beïnvloeden. Het werkt echter niet bij elke vorm van suikerziekte. Niet alleen voor de mens is dit plantje een echte voedingsbron maar ook voor het Oranjetipje. Deze 4,5 centimeter grote vlinder is een echte voorjaarsvlinder. Hij fladdert van april tot juni en het mannetje is gemakkelijk te herkennen aan zijn fel oranje voorvleugels. De rups van deze vlinder doet zich te goed aan de voedselrijke zaaddoosjes (hauwtjes) van de Pinksterbloem. Stinkende gouwe. Deze plant kent vele bijnamen: goudkruid, goudwortel, zwaluwenkruid, wrattenkruid, Oogntroost, Oogplantje, Galkruud.
11
Volgens de middeleeuwse signatuurleer kon de plant bij galklachten toegepast worden vanwege de gele kleur van het melksap en de vorm van de bladeren. Stinkende gouwe werd als geneeskruid ook gebruikt bij onder meer oogziekten. Het gele sap werd tevens tegen wratten, eelt, schimmelinfecties en likdoorns ingezet. Om een wrat te laten verdwijnen moest het sap van een verse stengel er meerdere malen per dag op worden gesmeerd. Een van de bladeren getrokken mengsel werd ooit gezien als een probaat middel tegen lichaamsbeharing. Alchemisten gebruikten stinkende gouwe bij het zoeken naar de steen der wijzen. Heksen deden het in de middeleeuwen in hun zalven. De plant bevat giftige alkaloïden en heeft een verdovende werking. Verder bevat het gewas etherische oliën en saponine. Het dragen van handschoenen tijdens intensief werken met deze plant is aan te bevelen. Vergiftiging kan worden bestreden als een morfine-vergiftiging. In de kruidengeneeskunde wordt de plant gebruikt in de vorm van tinctuur. In de homeopathie gebruikt men de wortel.
Vlier, vlierbessen en vlierbloesem leveren thee, likeur, jam, sap, siroop. Deze vlierbessen worden veel gegeten door vogels, met name door spreeuwen. Deze eten de bessen op. Ze krijgen zo de zaadjes binnen, welke ze niet verteren maar uitpoepen. Daar waar de zaadjes terecht komen, kan weer een nieuwe vlier gaan groeien. Zelfs de Grieken en Romeinen gebruikten de vlier als geneesmiddel. Onze voorouders in West Europa plantten de vlier rond hun woning: Een voor de staldeur geplante vlier beschermt het vee tegen tovenarij. Uit het zachte, met merg gevulde hout, snijden kinderen fluitjes. Gedroogde bloemen tussen de appels gaan bederf van de appels tegen. Thee van gedroogde bloemen werd gebruikt als zweet-afdrijvend middel na kouvatten. De bloesem en de bessen worden ook door mensen veel gebruikt. Zo wordt de bloesem veel gebruikt om siroop van te maken. Daarnaast kan de bloesem gebruikt worden in pannenkoekenbeslag en kan er thee van getrokken worden. De bessen kunnen, wanneer deze gekookt zijn, gebruikt worden voor het maken van jam, wijn of likeur. Kook ze wel voor gebruik, dit zorgt ervoor dat schadelijke stoffen uit de bessen verdwijnen.
12
Vogelmuur. Stellaria = vorm van het bloempje. Vogelmuur is erg nuttig: het houdt de grond vochtig, gaat erosie tegen, bedekt ook ’s winters de bodem. Bovendien is het te eten als salade (zonder taaie stengels) en is voedzaam en rijk aan vitamine C en Kalium. Ook kippen zijn erg gek op. Muur heeft 5 generaties in de loop van één jaar. Het fijne blad, de stengel en de bloemen worden allen medicinaal gebruikt. Een aftreksel van de plant wordt gebruikt bij eczeem. Bij insectenbeten kun je muur over de beet smeren om de jeuk tegen te gaan. Muur groeit het hele jaar door, ook diep in de winter. De beste periode om te plukken is in de lente of de herfst. Je kunt het rauw als veldsla eten, maar is ook superlekker in roomboter als kruidenboter, in pesto of in roomkaas. In de 19e eeuw werd het plantje door kruidendokter Kneipp geprezen als kalmeren middel bij irritatie van de luchtwegen.
Zevenblad. Aegopodium podagraria of Hanepoten- het verdriet van iedere tuinier- wordt gebruikt voor het bestrijden van jicht en reuma, in het Duits heet het dan ook Jichtkraut. Omslagen van gekneusde bladeren werken pijnstillend. Onder het mom van niet bestrijden, maar bereiden, kan men het eten als spinazie en salade en er kan pesto van worden gemaakt.
**Natuurverhaal Els Baars, Natuurverhalen (ISBN 978-90-389-1885-3), zie ook www.natuurverhalen.nl 13
14