Pinkster weekend 2013. Nee, het is geen tikfout en het gaat niet over het pinksterweekend maar hier begon het.
We zaten met z’n allen gezellig buiten wat te drinken toen Faak ter sprake kwam. Er is nog een kamer vrij. Na enig heen en weer geklets kwam er een gegadigde. Ik melde me aan onder voorbehoud, want ik moest dit nog thuis en bij mijn werkgever voorleggen. Iedereen gelukkig want dat probleem was dan ook weer opgelost en als ik mee ging zou het in ieder geval gezellig worden. (hahaha) Nadat we terug kwamen van de grandioze Pinksterweekend heb ik direct het verzoek ingediend om vrij te krijgen voor de dagen begin september. Drie dagen daarna kwam voor mij een droevig bericht, mijn verlofaanvraag werd niet gehonoreerd doordat ik als projectleider bij de implementatie van een ERP systeem betrokken zou zijn. (Vergeet de term maar die hoef je niet te begrijpen) Maar goed, ik kon hier niets tegen doen. Ik had me er al bij neergelegd toen begin augustus het hele project werd afgeblazen. Dit bracht direct een lichte hoop bij mij naar boven dat ik alsnog naar Faak zou kunnen. Wederom het verlof verzoek besproken en dit keer met succes. De volgende stap was John Mollee benaderen en vragen of er nog plaats was. Ook hier had ik geluk en de reis was vastgelegd. Ik zou mee naar Faak gaan. Vrijdag 31-8-2013 09:20 uur Zo nu nog enige voorbereidingen en gaan met die banaan. Toch nog iets of wat zenuwachtig voor de lange reis vertrok ik 30 augustus met volle bepakking, want ik had natuurlijk niet zoals alle andere een deel van mijn bagage met een van de wagens mee gegeven, richting Nederweert. Direct nadat ik op de A67 zat kreeg ik te maken met een file, veroorzaakt door een aanrijding. Dus vlug een sms richting Gerrit met het bericht dat ik er wat later aan kwam. Eindelijk kon ik me bij de groep toevoegen. Gerrit en Jose, Bob, Olaf en Jan zaten nog aan de koffie toen ik het AC restaurant binnen liep. Om onderweg te kunnen communiceren, zoals John en Gerrit dat normaal altijd doen via hun CB radio die op hun motor standaard zit, had ik enkele dagen daarvoor een CB-Radio gekocht en deze op mijn Fatboy met succes geïnstalleerd.
Met enige trots kon ik aan Gerrit melden dat we met elkaar konden communiceren, wat resulteerde dat ik direct als laatste man zou fungeren en Gerrit en Jose voorop zouden gaan rijden. Zo gezegd zo gedaan en daar gingen we, na een laatste finetuning van de apparatuur te hebben uitgevoerd. Gerrit voorop dan Olaf, Jan, Bob en als laatste ik op mijn Fatboy samen richting onze eerste eindbestemming. We reden over de snelweg richting Maastricht en daarna via Vervier over de Route Battice, die ons redelijk bekend voorkwam omdat we delen hiervan tijdens pinksterweekend en de drie-landenrit ook gereden hadden. Via Mooshaus en Prüm kwamen we eindelijk bij het restaurant in Großlittgen aan. Een restaurant gelegen bij een soort klooster dat tot een toeristisch oord was omgebouwd. Het was behoorlijk warm dus deden we eerst onze regenkleding uit welke we het eerste deel van de rit nog nodig hadden. In wat luchtigere kleding hebben we genoten van een lekker kopje koffie, wat eten en nog wat drinken. voordat we vertrokken even een soundcheck gedaan en toen via Kaiserslautern en Landau in der Platz en Karlsruhe richting het Ibis Hotel in Nogald. Het was een hele rit, we waren allemaal behoorlijk moe toen we in Nogald aankwamen. We waren toe aan wat eten en een lekkere douche. Eerst hebben we onze motoren in de parkeergarage van het hotel geparkeerd. Zoals Bob zij de bankstellen van Gerrit en Olaf bij elkaar in één vak en in het andere vak de softtails van Jan, Bob en mijzelf. Toen ingecheckt in het hotel en onze bagage in de kamers gedeponeerd. Gezamenlijk zijn we vanuit het hotel te voet richting een vreetschuur(shoarmatent) gegaan en aldaar hebben we ons getrakteerd op een overheerlijke schotel en een koud pilsje. Na de maaltijd zijn we nog met drieën naar een soort Beach festijn gegaan, wat direct naast de eettent lag. Dit was en hoop zand op een plein waarop d.m.v. pallets diverse zitplaatsen en bars waren geconstrueerd. Na nog enkele biertje gedronken en slap gezeverd te hebben zijn ook wij terug gegaan naar het hotel op weg naar een welverdiende nachtrust. Zaterdag, 31 augustus 2013 07:30 uur Vroeg opgestaan, ff douchen en dan naar het restaurant van het hotel. Iedereen genoot van het heerlijk ontbijt dat er voortreffelijk uit zag. Nu nog even onze spullen pakken en uitchecken en dan kan de tweede rit van de vakantie weer beginnen. Het weer bleef goed zodat we konden genieten van het schitterende landschap. Via een stukje autosnelweg zijn we op advies van Jan van de route afgeweken zodat we van een groot
deel van de mooie Weiβensee konden genieten. Het was er inderdaad schitterend. Vele jaren heb ik mijn ziel en zaligheid tijdens vakanties gezocht in Griekenland, Malta, Ibiza, Mallorca en eerder dit jaar in Kroatië, maar ik begon mij tijdens deze rit toch af te vragen waarom altijd zover? Het landschap waar we doorheen kwamen was zo mooi dat ik direct mijn toekomstige planning al aan het omgooien was. Dit zou het worden, het Beierse land van Duitsland. Na enkele enige tijd gereden te hebben en de Weiβensee (D) gepasseerd te zijn gaf Bob mij een teken dat ie eigenlijk wel honger begon te krijgen, alsof dit telepathisch via de ether gecommuniceerd werd richting Gerrit, draaide Gerrit af van de autoweg richting een restaurant wat op een bord langs de weg aangegeven stond. Ondank dat het nog enkele kilometers van de autoweg lag was het de moeite waard. We kwamen aan in het plaatsje Hergensweiler. Een schitterend landschap met een dorpje dat niet groter was dan een stuk of 10 huizen. Puur natuur waar de rust op je af kwam. Na genoten te hebben van wat Duitse kost en iets te drinken hebben genomen zijn we weer oostwaarts richting onze tweede bestemming gereden. Garmisch Spartenkirchen tegen de Oostenrijkse grens. Het berglandschap werd grilliger navenant we hoger kwamen en de dreiging van regen werd groter maar elke minuut van de rit bleef mooi en we genoten met volle teugen van de omgeving. In de vooravond kwamen we eindelijk aan bij ons hotel. Helaas dit keer geen parkeergarage dus moesten de motoren buiten slapen. Ook hier voldeed zich weer hetzelfde ritueel als bij het voorgaande hotel, maar in tegenstelling tot het eerste hotel waren de kamers iets anders. Terwijl Gerrit en Jose een nette kamer met twee bedden kregen bleek dat Jan en Olaf en Bob en ik een kamer kregen met één bed. De lengte van dit bed was van dien grootte dat ongeveer de helft van Olaf buiten het bed moest slapen. Dus, Olaf natuurlijk op weg naar de receptie. Na enig op en neer gebakkeleid te hebben werden er twee andere kamers in orde gemaakt. Een kamer met twee bedden. Omdat de sleutels nog gereed gemaakt moesten worden deed de oosters ogende receptioniste de kamers voor ons open en melde ons, als we later terug kwamen zouden de keycards klaar liggen. Na even onder de douche te zijn geweest en andere kleren aan gedaan te hebben, zijn we gezamenlijk naar het prachtige centrum van Garmisch gelopen. Op weg richting de Griek. Voor ieder was er wel wat lekkers te vinden op de menukaart en onder het genot van enkele biertjes hebben we dat ons goed laten smaken, zelf Jan die een hele bak konijnenvoer voorgeschoteld kreeg. Wat bleek nu ook nog, de Griekse eigenaar was jarig en kregen we dus gratis een lekker ouzo‘tje gepresenteerd. Nou, dat ging er natuurlijk wel in.
Effe afrekenen en toen nog even een kleine wandeling door het centrum. Jose ging naar bed en Gerrit zou zich iets later aan ons groepje toevoegen. Ondank dat het kouder werd bleef het toch druk in het centrum en zijn we alsnog op de terugweg naar het hotel nog even bij diezelfde Griek aangeschoven. Maar ja ook aan deze avond moest een einde komen en zijn we ten slotte terug gelopen naar het hotel. Ja, jullie denken wel wat een verhaal maar dit was nog niet het einde van deze dag. Wij onze keycards bij de receptie opgehaald en vol goede moed naar de kamers. En !!! Wat denk je? Natuurlijk! De keycards doen het niet. Nog bij Olaf en Jan nog bij Bob en mij. Dus weer terug naar de receptie. Bewapend met batterijen, een scroevendraaier en een mastercard kwam onze oosterse naar onze kamers. Via een omweg, de kamer er naast, deed ze eerst de kamer van Olaf en Jan via de binnenzijde open. Toen de poging om de deur via de buitenzijde te openen. Dit lukte niet en hier kreeg Jan medelijden mee. In zijn werktenue, T-shirt onderbroek en sokken, zat Jan op zij knieën tezamen met onze oosterse het slot van de kamer te demonteren en dit te voorzien van nieuwe batterijen. Met als resultaat dat uiteindelijk het slot het weer deed. Dit zelfde ritueel deed zich ook bij onze deur voor maar dan zonder Jan. Geloof me, dit was lachen, de tranen liepen over onze wangen bij het aanschouwen van Jan en de oosterse schoonheid. Eindelijk konden we naar bed. Zondag, 1-9-2013 08:00 uur ’s Morgens merkte we bij het opstaan dat het regende, dat was natuurlijk minder. Dus eerst naar de motoren om de regenkleding uit de tas te halen en weer terug naar de kamers om de regenkleding aan over onze motorkleding te doen. Na onze bagage bij elkaar geruimd te hebben en de motoren gereed gemaakt te hebben voor de nieuwe en tevens laatste rit richting Faak Am See, konden we eindelijk vertrekken. Iets vergeten? Nee, ontbijten zouden we later doen omdat dit uitzonderlijk duur was in het hotel waar we sliepen. Als je nog geen ervaring had met afwijkende weersomstandigheden, haarspeldbochten, steile hellingen en dat alle tegelijkertijd, nou bij deze dan. Succes! Met grote zorg hebben deze ervaring getrotseerd en waren we aangekomen bij een pompstation waar we getankt en een broodje genuttigd hebben. Naast ons lag de weg naar de Brenner, die hebben we toch een aantal kilometers gevold waarna we
uiteindelijk via het landschap van Tirol over de lange gekromde weg richting Faak zijn gereden. Het uitzicht in dit berggebied was voortreffelijk. Uiteindelijk kwamen we aan op het laatste misschien iets of wat monotone gedeelte van de rit. Het was een weg waar geen einde aan kwam maar zeker erg mooi. De hoogtes bleven uit en we volgde de flauw naar links en rechts gaande weg die zich door een soort dal baande. Via de plaatsen Jenbach, Wörgl, Niederau, Kirchberg en nog veel plaatsen meer waar ik de namen van vergeten ben, kwamen we op het allerlaatste stuk de B100 aan die ons tot in Faak Am See zou leiden. Net voordat we zouden beginnen met de B100 was de dreiging van regen zo groot dat we onze regenkleding maar weer aangetrokken hebben. Dit was maar goed ook want enkele kilometers daarna begon het te regenen. Aangekomen bij Paternion, stuurde Gerrit een bericht naar John Thijsen dat we nog een uur te rijden hadden. Eindelijk zagen we borden van het Harley evenement en de plaatsnaamborden Faak Am See, rond om ons heen verschijnen. Na een deel van de route rondom de Faakersee gereden te hebben langs vele Harley broeders en zusters en Harley Village gepasseerd te zijn kwamen we bij ons hotel aan. Onze andere clubgenoten ontvingen ons met open armen en kregen we direct een blik bier in de handen gedrukt. Geloof me, dat smaakt dan wel. Na bij gekletst te zijn en de kamersleutel gekregen te hebben zijn we onze bagage gaan uitpakken. En na een lekkere douche zijn we weer naar beneden gegaan om gezellig bij de andere te gaan zitten. Na nog enkele pilsjes gedronken te hebben zijn we te voet naar het, voor alle anderen die vorig jaar en de jaren daarvoor geweest zijn, bekende restaurant gegaan. Aldaar, waar het zeer gezellig was en een grote tafel voor ons gereserveerd was, hebben we heerlijk gegeten en daarbij goed gedronken. Toch wel moe maar voldaan zijn we terug gegaan naar het hotel waar we nog enkele uren gezellig buiten gezeten hebben onder het genot van een drankje en een hapje. Maandag, 2-9-2013 Vandaag staat de route door het nationaal park Nockberge op het programma. Een weg door het mooie Karintië die uiteindelijk via een slingerende snel stijgende zigzaggende weg zich naar de Nockalm. Daar boven gekomen hebben we genoten van het prachtige uitzicht rond om ons heen. Het was een echt trekpleister voor vele motorrijders maar de temperatuur was tijdens het omhoog rijden wel zo’n 10 graden gedaald. Tijdens het omhoog rijden merkte ik dat ik mijn achterrem behoorlijk ver in kon trappen, wat bij mij enige onrust veroorzaakte omdat ik dat hele stuk ook nog terug naar beneden moest.
Ook stond er bij het restaurant een klok waarvan men zij dat dit een wensklok was en wat men wenste ook uit zou komen. En als dat niet het geval was dan, de volgende keer beter. Dus ik naar boven met de wens dat ik heel beneden zou komen. En wat denk je, dat gebeurde ook. Weer bij het hotel aangekomen hebben we plan de campagne gemeden over mijn achterrem. Het bleek dat de blokken ver weg waren en het onverantwoord zou zijn om hiermee verder te rijden. Ik melde mijn broeders en zusters dat ik de dag erop wel naar Harley Village zou gaan om nieuwe remblokken te halen zodat we die ‘s avonds er zou kunnen zetten. Maar dit scenario werd niet geaccepteerd. Er gold nu eenmaal, samen uit samen thuis. Dus ik achterop bij John Mollee om remblokken te gaan kopen. Terug gekomen stonden Twan en Wilgert klaar om mijn brommer op een blok te zetten en met wat gereedschap wat een ieder bij zich had werd het achterwiel eruit gehaald, de remklauw gedemonteerd, remblokken eruit gehaald en nieuw blokken weer gemonteerd. Al met al stond mijn brommen na 25 minuten weer klaar inclusief nieuw gemonteerde remblokken. Het blijkt wel weer dat DLHDC meer dan zomaar een HD club is. Het is een club van vrienden die elkaar niet laten staan. Geloof me, wat was ik opgelucht en blij was dat dit voorbij was, en ik de dag erop weer mee kon. Jongens, bij deze allemaal nogmaals hartelijk bedankt. Om acht uur die avond schoven we gezamenlijk weer aan bij het bekende restaurant. Door iedereen te trakteren op een drankje heb ik ze bedankt voor alle inspanning die deze dag geleverd was. Zo nu even lekker eten, wat drinken en vooral samen over het voorval lachen. Onder tussen werd het al weer later en zijn we weer terug gegaan naar het hotel waar we de avond onder het genot van een natje en een droogje voortgezet hebben. Dinsdag, 3-9-2013 Zo, nu eerst lekker ontbijten. Vandaag, de officiële openingsdag van European Bike Week 2013 te Faam AM See. Ondank dat hebben we een grandioze maar zeer lange rit gemaakt richting de Nasfeld-plockenpass die Oostenrijk en Italië met elkaar verbinden. Boven gekomen hebben we bij Hotel Berghof een lekker kopje koffie gedronken en genoten van het grandioze uitzicht van hoge bergen en loslopende koeien. Terwijl we via de enkele haarspeldbochten ons een weg door het Italiaanse landschap baande hadden we het mooiste uitzicht wat je maar kon verzinnen. Aangekomen in een Italiaans dorpje, hebben we traditioneel met z’n allen pizza gegeten. En dat was echte pizza. Eigenlijk was het net iets te veel en we maakte ons zorgen over het avondeten wat er ook nog bij zou moeten. Maar ja, het is maar één keer vakantie.
Na ongeveer een uur gingen we verder. Op weg naar de Plockenpass in Oostenrijk. Na even gereden te hebben kwamen we aan bij het restaurant (Plockenhaus) gelegen tussen de bergen met een meertje erbij en een voortreffelijk uitzicht. Zoals bij alle andere restaurant was het hier zo mooi dat je eigenlijk niet verder zou willen rijden. Omdat het al laat werd hebben hier maar even gezeten en hebben toen onze reis richting Faak voortgezet want dat was toch nog enkele kilometers te gaan was. Terug aangekomen bij het Hotel even douchen, omkleden en toch maar, met enige tegenzin, naar het restaurant. Ondank het late eten van de pizza hebben we toch maar wat genomen maar zeker in mindere maten. Natuurlijk met uitzondering van Olaf. Wat kan die eten zeg. Na het eten zijn we met z’n allen naar Harley Village gegaan om het spektakel te aanschouwen. Wat is dat groot. Je voelt je net een klein kind in een snoepwinkel, alleen zijn je vergeten voldoende geld mee te geven. Op het grote podium stond een oude band te spelen met een zanger die wel iets weg had van Joe Cocker maar het net niet was. Moe en voldaan zijn we met enkele andere terug gekeerd naar het hotel. John T, Twan en Gilbert zijn toe achter gebleven en kwamen veel later thuis. Woensdag , 4-9-2013 Door het voorval van mijn remblokken werd ik onvrijwillig aangewezen een verslag te maken van het Faak event, dus lag ik deze ochtend in bed op mijn Iphone enkele bevindingen van de dag ervoor te typen en een begin te maken voor deze dag. Hierna zijn we gaan ontbijten met z’n allen, wat erg gezellig is. John M had voor deze dag een route uitgestippeld genaamd de forellenrit. Deze dag zijn we in Slowenië richting het Blejsko Jezero meer gereden en daar hebben we onze tussenstop gehouden. Een nostalgische plaats waar men met grote gondelboten een rondvaart over het meer kon maken. In de verte, op het eiland Blejski Otok, stond een kasteel dan me deed denken aan films waar frankenstein in speelde. De uiteindelijke tussenstop voor de lunch was het restaurant “Slap” om aldaar een heerlijke zelf gekweekte forel te gaan eten. Wat was dat lekker. Deze keer was de rit niet zo hoog maar zeker zo mooi om te rijden. Ook nu weer veel bochtwerk en mooie bergen. Dus voorzichtig rijden geblazen. Toen we richting bergen reden maakte ik al kenbaar dat er getankt moest worden omdat mijn benzinemeter al in het rood begon te komen. Maar ja, niet zeuren en gewoon achter die witte Goldwing aan blijven rijden, met de veronderstelling dat ie wel zou stoppen.
Helaas, verkeerd gegokt. Hij bleef maar rijden. Onderweg deden we nog een restaurant aan waar we benaderd werden door twee off the Road rijders waarvan er één schade aan de voorvork had omdat ie gevallen was nadat hij door een wagen op de bergweg, die wij nog moesten gaan, afgesneden was. Helaas konden we hem niet helpen en alleen maar een tip geven omdat de schade aan zijn motor hiervoor te groot was. Toen we later nog enkele kilometers omhoog reden zagen we de hulpdiensten met een takelkraan een van de weg geraakte motorrijder omhoog takelen. Mogelijk was hij ook betrokken geweest bij de roekeloze automobilist. Wij konden toch niets doen en zijn maar door gereden naar de top van de berg bij de berghut Ticarjev Dom op 1620meter hoogte. Daar aangekomen was het weer een prachtig uitzicht. Na even onze kont te hebben laten uitdeuken zijn we weer naar beneden gereden. Gelukkig voor mij want de naald van de meter ging steeds verder het rood in, maar desalniettemin bleef de motor toch lopen. Geloof me je rijdt niet rustig met de naald in de hoek. Na vele neerwaartse haarspeldbochten, welke gemarkeerd waren met nummers, kwamen we eindelijk aan bij een tankstation. Poe Poe dat was billen knijpen geweest. Toen ik de tank vol gooide bleek dat er toch nog, volgens het boekje, enkele liter in hadden gezeten dus mogelijk zou mijn meter me voor de gek hebben gehouden.
Maar ja, het probleem was opgelost. De tank was weer vol. Vanaf daar zijn we via een ook nog zeer mooie maar minder hoge route terug naar het hotel gereden. Later, nadat we on opgefrist hadden en in het, wederom zelfde, restaurant gegeten hadden zijn we met een selectief gezelschap naar Harley Village gegaan. De avond ervoor hadden we van John T, Twan en Gilbert gehoord dat er een geweldig goeie griet stond te spelen. Dus wij daar naartoe. Nou geloof me, ze was goed. In de tent waar ze speelde, stond meer volk dan op het grote plein voor de main stage van Harley. Het ging hier om ‘Cindy the Rock History’. Wat was die meid en haar band goed. Al met al liepen we rond half twee ‘s nachts weer binnen en gingen en kwartier later naar bed omdat die andere oudere mensen al waren gaan slapen. Dat was wel weer jammer.
donderdag, 5-9-2013 Donderdag alweer, wat gaat het toch snel. Deze ochtend ben ik opgestaan met fluitende oren en met de herinnering dat er midden in de nacht een luchtalarm afging. Dat klopte achteraf ook. Maar het betrof hier een oproep van de lokale hulpdiensten omdat elders in de omgeving twee motorijders, welke op dezelfde weghelft reden, op elkaar waren geklapt. Een pijnlijke zaak dus, maar ze leefde nog. Alleen voor hen was Faak afgelopen. Des al niet getreurd zijn we op tijd opgestaan en eerst gaan ontbijten. Maar vandaag is er iets speciaals. José Zoon is jarig. KUSSEN en zingen dus. Gisteravond was er nog even contact geweest tussen John Mollee en zijn neef Carl Mollee, die al sinds enige jaren in Oostenrijk woont. Samen hadden zij de afspraak gemaakt dat we hem en zijn vrouw Karin deze ochtend een bezoek zouden brengen. Na een relatief korte rit kwamen we aan in het dorpje Stockenboi, waar Carl en Karin Mollee wonen. Met een overweldigend gastvrij ontvangt kregen we koffie en een stuk zelfgemaakte taart aangeboden. Het leuke van een dergelijke bezoek is dat je iets te weten komt over de gastvrijheid van Oostenrijkers. Niets meer dan lof, want Carl en Karin zijn zeer goed opgenomen in de gemeenschap. Wat je wel moet doen is, zeker in het begin, meedoen aan veel activiteiten die zich in het dorp afspelen. Het mooie is dat Carl zelf ook Harley rijdt en toegezegd heeft samen met ons de parade te gaan aanschouwen en ook samen met ons op zaterdag iets te gaan eten. Goed.. Ook aan dit bezoek komt een eind en we vetrekken vanaf daar naar de Weissensee. Onderweg plotseling een geforceerde stop. Een zwart/geel monster met een angel heeft Bob te grazen genomen. En ja hoor. Gelukkig waren de hulptroepen nabij. Dokter Gerrit ontfermde zich over het slachtoffer en even later konden we weer verder. Bij de Weissensee aangekomen parkeerde we onze motoren langs de weg welke naar het restaurant loopt waar Karin Mollee werkte. De Weissensee, is de locatie waar al vele foto’s van onze motorclubleden gemaakt zijn met het meer op de achtergrond. Dus waarom nu dit moment overslaan. Even allemaal achter de motor en dan kiekjes maken. Vanaf daar zijn we, nadat John ons gewaarschuwd hat voor het over de weg stromend water en kans op gladheid, richting ons hotel gereden. Ondanks we de locaties waar het water over de weg stroomt gepasseerd zijn bleven ongelukken uit.
Wat vroeger dan normaal kwamen we bij het hotel aan en hebben zijn we na ons omgekleed en opgefrist te hebben gezamenlijk naar Harley Village gegaan. Het doel was om de nieuwe 2014 Rushmore collectie te gaan aanschouwen. Het was weer een drukte van jewelste maar dat dat hoort er toch bij. Na even rond gelopen te zijn kwamen we aan bij de tent van Harley. Echt, de nieuwe modellen zijn mooi maar of ze binnen ons budget passen, wie weet? In de tent stond ook weer een door Harley gemaakte Trike en daar hebben we John Mollee op gestationeerd. Gekscherend zeiden we nog “John als het niet meer lukt, is dit toch weer een oplossing”. “ Je kan in ieder geval niet omvallen”. Ok, leuk maar toch maar weer naar buiten en nog even genieten van een acrobaat die op een éénwielige vespa aan het rijden was. Daarna zijn we naar de overzijde van de weg gegaan waar we gezamenlijk van een biertje hebben genoten en het werk van een Tatoeëerder en paint artist hebben aanschouwd. Met een goed gevoel zijn we teruggelopen naar het hotel waar vanaf we even later richting restaurant zijn gelopen. Zoals gewoonlijk weer heerlijk gegeten te hebben, kreeg José een leuke traktatie voor haar verjaardag. Dus weer zingen. Je kon zien dat ze er van genoot maar ook weer niet op al die aandacht zat te wachten. Na het eten zijn we gezamenlijk naar Harley Village gegaan spraken af dat we om half twaalf weer zouden verzamelen. Maar ja, wat denk je, niet iedereen kwam opdagen. Dus dan maar met enkele minder terug naar het hotel. Zo nu nog even een pilsje drinken en weer naar bed.
Vrijdag 6-9-2013, Vandaag stond de rit ‘Hot Turns’ op het programma. Zoals gewoonlijk vetrokken we op tijd en enkele van ons bleven deze dag thuis. Onderweg hebben we in het pittoresk dorpje ‘Weitensfeld Im Gurktal’ onszelf op een drankje laten trakteren door een zeer aantrekkelijke serveerster. Wat keken ze er graag naar, die ouwe snoepers. Even later zijn we verder gereden. Zoals heel Oostenrijk mooi is genoten we van elk uitzicht. Na enig tijd kwamen we aan bij onze middagstop. Dit was hoognodig want enkele van ons, waaronder mijzelf, stonden op springen. In het z.g. restaurant waar we zaten, wat eruit zag als een veredelde dorpskroeg waar je iets te eten kon krijgen van een zeer summiere kaart, hebben we wat gegeten. De één, gezamenlijk met de lokale vliegen, een soepje en de andere een plankje met brood en beleg. Vlug afrekenen en weer verder. Van de vele dorpen en iets grotere plaatsen die we onderweg tegen kwamen ben ik de meeste namen
weer vergeten maar de omgeving bleef mooi. Nu richting de Wörther See. Onderweg begon mijn motor zich vreemd te gedragen door te gaan kuchen. Het leek op een kwaaltje wat ik vorig jaar ook als eens had meegemaakt. Dus balen. Uit ervaring wist ik dat de motor niet stil zou vallen dus konden we gelukkig gewoon doorrijden. Aangekomen in Moosburg aan de Wörther See, was het weer even druk als rondom de Faaker See. Veel Harley’ s, drank en vrouwen. Moosburg is n.l. het tweede uitgaanspunt tijdens de European Harley Week na Faak Am See. Vanuit Moosburg zijn we langs het meer richting ons hotel gereden waar we even later aankwamen. Het ritueel van het bezoek aan het restaurant herhaalde zich en daarna zijn we alsnog naar Harley Village gegaan. Voor enkele sloeg de vermoeidheid toe en die zijn direct terug naar het hotel gegaan. In Harley Village hebben we eerst een bezoek gebracht aan de vrienden van John Thijsen, een schaars gekleed gezelschap uit Schotland met jurken aan, genaamd ‘Clanadonia’ Volgens mij heeft John zich aangemeld bij dit gezelschap. Verbazingwekkend herkende al deze gasten John meteen. Dus wat hij de dag ervoor met ze uitgehaald had weet geen mens. Vanaf daar zijn we op zoek gegaan naar onze Cindy. Dit vonden we weer in de tent waar ze eerder deze week ook al speelde. Met enkele spaanse biertjes op hebben we ons voor het podium gestationeerd. Fijn hoor recht voor de speakers staan. Eindelijk begon de show. Het ene nummer na het andere was goed. En iedereen ging uit zij dak. Rond kwart over twee zijn we naar ons hotel terug gegaan en hebben we na nog een pilsje te hebben gedronken om kwart voor drie met fluitende oren te rusten gelegd.
Zaterdag 8-9-2013 D-Day. De dag van de parade. Vandaag geen rit maar rustig aan doen. Eerst ontbijten nog even relaxen. Omdat Wilgert zondag voor zijn werk weg moest is hij met Twan direct na het ontbijt aangereden. Dit was het eerste teken dat ook aan deze Harleyweek een einde kwam.
Daarna richting beginpunt van de parade lopen. Het was toen al erg warm en dat werd niet minder gedurende de wandeltocht naar het beginpunt van de parade. Aangekomen bij de rotonde, waar het Harley monument op staat, was het al behoorlijk druk. Er stond veel politie, bewaking en zelfs stond er een helikopter paraat om de veiligheid te waarborgen. Aan de achterzijde van de rotonde stond een grote touringcar bus waar de Bobo’s van Harley zaten. Wij zijn ongeveer honderd meter verder in de berm gaan staan waar we goed uitzicht op de route zouden hebben. En nu maar wachten. We waren ongeveer drie kwartier te vroeg. Maar vervelen deden we ons niet. Er was genoeg te zien. Een ambulance manoeuvreerde zich door de menigte voor iets wat verderop was gebeurt waar we geen zicht op hadden. Om de ambulance vrij baan te geven stuurde John Mollee, als een echte leider, iedereen aan de kant. Plots zagen we Carl en Karin die even later bij ons kwamen staan. Dat het festijn zo zou beginnen kon je merken aan de agenten welke het verkeer nog maar slechts in één richting door lieten en de in de weg staande bezoekers aan de kant sommeerde.
Eindelijk werd het twaalf uur. De parade ging beginnen. Politie positioneerde zich voorop de stoet en zover men kijken kon zagen we motorrijders en klonk het geluid van ronkende motoren. Rustig kwamen de politiewagens korter bij, gevolgd door een kolonne motorliefhebbers met willekeurige of deels niet dragende kleding. Met veel herrie en in diverse kostuums trok de parade voorbij. Niet alleen Harley’s maar ook Quad’s, Trike’s en zelfs een enkele brommer deed mee. Who Cares. Alles kan en mag als het maar veilig gaat. Naar horen zeggen zouden er zoals voorgaande jaren tienduizenden Harley malloten mee doen, maar dit jaar waren het er aanzienlijk minder. Na een halfuur kregen we al zicht op de laatste parade deelnemers. Even daarna begon het verkeer alweer op gang te komen en trok de menigte richting het dorp. Wij zijn via het achter ons liggende weiland richting restaurant gelopen om aldaar iets te gaan drinken. Daarna toch nog even naar Harley Village. Ik heb me daar over laten halen om samen met een religieuze knakker een gebed te doen. Dit was wel nodig na het ongezond leven wat we de afgelopen week hadden gehad. Hierna kreeg ik ook nog een exemplaar van de Biker Bible in mijn handen gedrukt.
Lachuh. Ik heb er tot nu toe nog geen woord uit gelezen. Nog even rond gelopen en toen terug naar het hotel. Opfrissen en toen naar de bevriende bewoners onderaan de weg gelopen, waar men elk jaar op uitnodiging een bezoek brengt. Wat waren die mensen weer blij ons te zien. Voorgaande jaren had John deze mensen al gesommeerd niet meer zoveel eten klaar te zetten en gevraagd het simpel te houden. Het begon goed met een vriendelijk gastvrijheid. De kleindochter voerde een goed gesprek met Kitty Mollee en de dementerende buurvrouw kwam ook nog een kijkje nemen. Maar toen…… Het etenswaar werd aangerukt. Het kon niet op. Ze bleven maar aanvoeren. Doordat er veel wespen zaten zijn we noodgedwongen naar binnen gegaan waar zich de aanvoer van eten voortzette. Hierna gaven Vince en John Thijsen aan terug te naar het hotel om de reis naar Nederland voor te bereiden. Honger konden ze in ieder geval niet meer hebben. Na een hartelijk afscheid zijn we toen allemaal maar naar het hotel teruggegaan. Hier hebben we nog een biertje gedronken en ons wederom zorgen gemaakt om het nog te nuttigen avondeten. Vince en John T hebben de auto klaargezet en de motoren op de aanhanger ingespannen voor de terugreis. Even later hebben we van hen afscheid genomen waarna zij de terugreis begonnen. Weer twee weg. Intussen hebben we de auto en aanhanger van John en Kitty ingespannen want die wilde ’s nachts terug rijden. Zo nu op naar het restaurant. Wat zouden we eens gaan eten was de vraag. Niet veel in ieder geval. Wel leuk was dat Carl en Karin ons zouden ontmoeten bij het restaurant om samen als afscheid iets te eten. Zo gezegd zo gedaan. Echter viel ons op dat Olaf, in tegenstelling tot de andere tafelgenoten zich aan een buitengewone hoeveelheid eten waagde. We zaten vol verbijstering dit schouwspel te aanschouwen. Maar alles ging op, bordje leeg. Goed gedaan Olaf.
Na voor de meeste een karige maaltijd te hebben genoten, wat het gevolg was van de overmatige hoeveelheid belegd brood wat de lieve mensen onder aan de weg ons hadden toegestopt, hebben we van Carl en Karin afscheid genomen. Toen was er nog één taak te volbrengen. Zoals elk jaar wordt er door Harley een motor verloot onder degene die een Pin gekocht hebben. Maar omdat niet iedereen zin had om terug te gaan naar Harley Village had Olaf zich opgeworpen om de Pins van iedereen mee te nemen naar de verloting. Omdat ik het sneu vond dat hij alleen moest gaan heb ik aangeboden mee te gaan. Aangekomen bij Harley Village, kon je over de koppen lopen. Uiteindelijk kwamen we aan bij het podium om te wachten op het moment suprême. Dit duurde nog een behoorlijk tijd en terwijl wij daar stonden zagen we dat de security het behoorlijk druk had met het verwijderen van beschonken lui uit de grote menigte. Niet dat dit zo spectaculair was maar we hadden anders toch niets te doen. Eindelijk was het zover. De salesmanager en PR manager van Harley betraden het podium. Zij hadden een grote octogonaal (achtkantig) transparant lijkende ton waar zich alle nummer van de kopers van een pin in bevonden. Hieruit zou dan een nummer getrokken worden en van wie het nummer overeenkwam met het nummer achter op de Pin, kreeg de motor. Na elke trekking werd drie minuten gewacht om degene wie het juiste nummer had, de gelegenheid te bieden zich naar het podium te manoeuvreren. Het duurde slechts 5 trekkingen voordat er zich uiteindelijk iemand melde. Wij niet dus. De gelukkige was een jong Pools meisje. In tegenstelling tot wat men verwachte ging ze niet uitzinnig uit haar dak, met deze prijs. De oorzaak lag bij het feit dat ze slecht Engels sprak en mogelijk ook geen Engels verstond. Maar ze was wel blij met haar prijsje. Ok, je kent het tafereel. Kusje, kusje fotograven, camera erbij en even op de motor zitten. Toch mooi even een prijsje krijgen van zo’n twintig K. Enfin, ook dit was weer voorbij en wij weer terug naar het hotel om ons onder de andere te vervoegen. Na nog wat gebuurt te hebben zijn we allemaal maar naar bed gegaan.
Zondag 9-9-2013, John en Kitty zijn ’s nachts rond 4 uur naar huis gereden. Wij, het clubje dat met de motor terug reed, eerst gegeten en toen alles inpakken. Daarna de motoren inspannen, alles controleren en toen rond 8 uur ook op weg naar Nederland. Onze eindbestemming voor deze dag was Garmisch-Spartenkirchen. De rit konden we via de mooiweerroute doen of via de slechtweerroute. Omdat Olaf met een gedeeltelijk kale achterband reed en ik met mijn kuchprobleem zat zijn we de slechtweerroute gaan rijden. Mede om steile beklimmingen te mijden wat mogelijk onverantwoord zou zijn. Door het kuch probleem van mijn motor, waar achteraf een kapotte benzineslang de oorzaak van bleek te zijn, moesten we helaas om de 80 kilmeter tanken om geen schade aan mijn motor toe te richten. Dit was een vervelend maar er kon mee gereden worden zonden stil te komen staan. Op naar de Brenner pas. Na de zeer lange en slingerende weg te hebben gereden werden we van onze geplande route gestuurd. Oorzaak een wegomleiding! Via een kronkelige weg baande we ons een weg langs de file, richting tolpoorten van de Brennertunnel. Niet alle automobilisten konden onze vrijheid waarderen en lieten dat soms merken door expres de doorgang te blokkeren. Na bij de tolpoort betaald te hebben, zijn we de tunnel in gereden richting Garmisch. Later die dag kwamen we eindelijk bij het hotel aan. Na weer ingecheckt te zijn en onze kleding op de nu gewenste kamers te hebben geplaatst zijn we aan de overkant van de straat een restaurantje ingedoken waar Gerrit zich al achter een pilsje gestationeerd had. De eigenaar zelf was vroeger ook een Harley rijder en ontving ons hartelijk. We dronken nog enkele pilsjes voordat we wederom naar de bekende Griek gingen. Noodgedwongen moesten we hier binnen gaan zitten omdat het intussen begon te regenen. Na wat te eten en gedronken te hebben zijn we terug naar het hotel gegaan want morgen staat ons nog een lange vermoeiende dag voor de boeg.
Maandag 10-9-2013, De laatste dag van het Faak weekje. We hebben niet ontbeten in het hotel. We zouden onderweg iets gaan nuttigen tijdens één van de nog vele tankstops. Zoals we ook op de heenweg troffen was het ook nu weer bij het vertrek uit Garmisch-Spartenkirchen,
regenachtig. Dus volgend jaar geen Garmisch als stopplaats. Terwijl we ons een weg richting Duitsland baande kwamen we door een tunnel waar direct het zicht ontnomen werd. Het temperatuurverschil en de luchtvochtigheid waren de oorzaak dat onze brillen, helmen, spiegels en windschermen besloegen. Even buiten deze tunnel was dit probleem ook weer direct voorbij waarna we onze weg weer veilig konden voorzetten richting onze eerste stop. De rit naar de eerste stopplaats was zeer nat en onplezierig maar we moesten verder. Eenmaal aangekomen en iets gegeten te hebben was het intussen droog geworden en volgens de buienradar zou het droog blijven. Echter zagen we nu op de achterband van Bob z’n motor een niet gewenste slijtplek. Canvas. Dit kon wel eens een probleem gaan opleveren. We hebben toen afgesproken dit bij elke stop, die we toch om de 80 km hadden, te controleren. Gelukkig werd de plek niet groter en hoefde Bob en wij ons daar geen directe zorgen over te maken. Na vele kilometers snelweg en nog een tussenstop om wat te eten, reden we rond zeven uur ’s avonds Nederland bij Venlo binnen. Na een laatste tankstop gemaakt te hebben en afscheid van elkaar genomen te hebben zijn we in colonne richting Eindhoven gereden. Onderweg hebben onze wegen zich gesplitst en kwamen we weer gezond en veilig thuis. Voor de meeste was het uitpakken maar Gerrit en José mochten eerst de diepvries kuisen. Een stroomstoring was hiervan de oorzaak geweest. Na nog wat op en neer ge-ept te hebben mogen we concluderen dat Faak 2013 bijzonder goed, fijn, gezond, plezierig en voor herhaling vatbaar is geweest. Tot zover dit (kleine) verslag. Groet Albert van den Elsen.
n.b. Nee ! Ik schrijf het verslag volgend jaar niet weer! Ik kijk alles eerst na voordat ik vertrek.