Pedagogisch beleidsplan BSO

Pedagogisch beleidsplan BSO

Januari 2015 Auteur:

Hanneke Rijken

Inhoudsopgave Algemene Zaken  Inleiding  De organisatie  Stichting BSO Waalsdorp  Verantwoordelijkheid  Communicatie  Contact met ouders  Doelstelling

pag. 3

Missie en Visie BSO Waalsdorp  Kernpunten van de Montessori werkwijze  Leren en ontwikkelen  Zelfstandigheid  Ontwikkelingsfasen  Hulp van de ouders  Samenwerking met de school  Rekening houden met elkaar  Het pedagogisch klimaat  Visie

pag. 5

Pedagogisch beleid  Sociale en emotionele veiligheid  Sociale competenties  Persoonlijke competenties  Overdracht normen en waarden

pag. 9

Personeel en groepsgrootte  Opleidingen  Groepsgrootte / kind ratio

pag. 10

Dagelijks beleid van de BSO  Het programma  De voertaal  Speelafspraken  Extra opvanguren  Vakantieopvang  Vakantie activiteiten  Intake en wennen  Veiligheid en toezicht bij uitstapjes  Veranderingen gegevens  Ziek of afmelden

pag. 11

Pagina 2 van 16

Veiligheid, gezondheid en hygiëne  Gezondheid  Hygiëne  Veiligheid

pag. 15

De oudercommissie Klachten

pag. 16

Pagina 3 van 16

Algemene zaken Inleiding Buitenschoolse opvang Waalsdorp (afgekort BS0) biedt kinderen van de Montessorischool Waalsdorp verantwoorde opvang na schooltijd en in de vakanties. De combinatie van basisschool en buitenschoolse opvang in één gebouw biedt veel voordelen.  geen vervoer van de basisschool naar de BSO;  aansluitend op de schooltijden van 14.50 uur/18.30 uur;  vertrouwde omgeving;  makkelijke informatie uitwisseling tussen pedagogisch medewerker/ leerkracht en intern begeleider van een kind. De organisatie Binnen de brede school is de BSO Waalsdorp een zelfstandig opererende organisatie die ondergebracht is in de Stichting BSO Waalsdorp. Onder deze Stichting valt ook de peuterspeelzaal van Waalsdorp. De Stichting valt onder het bestuur van Montessorischool Waalsdorp en het bestuur is samengesteld uit vrijwilligers die zelf ouders/verzorgers zijn van kinderen die de school en/of de peuterspeelzaal en/of de BSO bezoeken. De Stichting BSO Waalsdorp onderschrijft het beleid van de Montessorischool en geeft betekenis aan kernwoorden zoals veiligheid, respect, zorgvuldigheid en zorgzaamheid. Een specifiek kenmerk van BSO Waalsdorp is het contact met de basisschool. Een goede samenwerking met de school vinden wij belangrijk. Het is in het belang van het kind dat zowel de pedagogisch medewerkers van de BSO als de medewerkers van school hun aanpak op elkaar afstemmen en samenwerken. Kortom, een kleinschalige organisatie waar de lijnen kort worden gehouden en waar het belang van de kinderen ten alle tijden centraal staat. Verantwoordelijkheid Het bestuur van de Montessorischool Waalsdorp is verantwoordelijk voor het functioneren van Stichting BSO Waalsdorp. De algemeen directeur voor de dagelijkse leiding van BSO Waalsdorp. Eén bestuurslid van de Montessorischool Waalsdorp is beleidsmatig verantwoordelijk voor de Stichting BSO Waalsdorp. De leidinggevende van de BSO Waalsdorp is verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken. De management assistente van de Montessorischool verzorgt de administratie van de BSO. Landelijk Registratienummer De BSO Waalsdorp is ingeschreven bij het Landelijk Register Kinderopvang (LRK). De Stichting is bij de gemeente Den Haag ingeschreven onder vergunning nummer 231923132 voor de nieuwbouw locatie op de Utenbroekestraat 6-10. Bij de Kamer van Koophandel te Den Haag onder nummer 40407626. Communicatie BSO Waalsdorp heeft de afspraken, voorwaarden, reglementen, protocollen en documenten vastgelegd en gebundeld op alfabetische volgorde (ABC map). Op de website staan ook al deze documenten. Voor zaken van personele, financiële of materiële aard is de leidinggevende van de Stichting BSO Waalsdorp het eerste aanspreekpunt, maar draagt de algemeen directeur van de Montessorischool Waalsdorp de eindverantwoordelijkheid.

Pagina 4 van 16

Contact met ouders Een goed contact met ouders is de basis voor het welzijn van het kind. Ouders moeten de gelegenheid krijgen om de leid(st)ers goed te informeren over hun kind. De leid(st)er staat open voor deze opvattingen en past deze toe, voor zover mogelijk binnen het groepsverband van de buitenschoolse opvang. Er zijn verschillende vormen van overleg om de communicatie tussen ouders en leid(st)er optimaal te laten verlopen, zoals:  Intakegesprek  Breng- en haalgesprekken  Oudergesprekken  Ouderavonden Eventueel kunnen er op verzoek van ouders of de leid(st)er(s) nog gesprekken gepland worden ten aanzien van het functioneren van het kind. Privacy BSO Waalsdorp gaat zorgvuldig om met privacygevoelige informatie. BSO Waalsdorp werkt bij het verwerken van persoonlijke informatie conform de Wet bescherming persoonsgegevens. Doelstelling Ons streven is om van de buitenschoolse opvang een veilige, sfeervolle, gezellige, aantrekkelijke plek te maken waarin het kind zowel individueel als in groepsverband zich kan ontwikkelen. We willen een omgeving creëren waarin de kinderen:  vertrouwen hebben in hun eigen kunnen;  voor zichzelf op kunnen komen;  respect hebben voor zichzelf en anderen;  positief in hun omgeving staan;  zelfstandig en sociaalvaardig zijn. Daarvoor bieden we een omgeving waarin respect en geborgenheid centraal staan.

Pagina 5 van 16

Missie en visie van BSO Waalsdorp Kernpunten van de Montessori werkwijze Maria Montessori was een Italiaanse arts en hoogleraar in de antropologie die zich haar leven lang heeft ingezet voor wat zij 'de rechten van het kind' noemde. Ze bedoelde daarmee dat het kind recht heeft op onderwijs en opvoeding die gericht is op een volledige en vrije ontplooiing, waardoor het kind de kans heeft een vrij en onafhankelijk mens te worden. Wij werken volgens de opvatting die zij ontwikkeld heeft: de Montessoriwerkwijze. Die heeft in de afgelopen 50 jaar veel modernisering ondergaan, maar de essentie is voluit overeind gebleven: het kind staat centraal. Hieronder worden de kernpunten van haar visie uitgewerkt. Leren en ontwikkelen Activiteit is kenmerkend voor het leven en dus ook voor het kind: het is nieuwsgierig en wil de omgeving leren kennen. Die behoefte om te leren komt van binnenuit, maar het is de omgeving die prikkels leveren moet. De energie die het kind hierbij aan de dag legt, heeft een scheppend karakter, het oefent voortdurend en langdurig. Het kind is daarin zeer actief; het kan heel goed aangeven waar het door geboeid wordt. Kinderen verschillen wezenlijk van volwassenen; zij hebben eigen behoeften en activiteiten. Deze komen tot uiting in periodes waarin een kind meer dan ervoor of erna ontvankelijk is voor het leren van bepaalde kennis en/of vaardigheden. Montessori noemt dat de gevoelige periode. Daar sluiten we dan ook bij voorkeur op aan. Al die ontwikkelingen die het kind de eerste levensjaren doormaakt, vinden plaats in wisselwerking met de omgeving waarin het kind opgroeit. Ouders, broertjes en zusjes, andere familieleden, de klas en BSO-genootjes, maar ook het land, de cultuur waar het kind in opgroeit, maken deel uit van die omgeving. Allerlei indrukken prikkelen het kind om zich te ontwikkelen. Het is belangrijk dat deze prikkels een positief karakter hebben. Een kind heeft behoefte aan veiligheid en liefde, maar ook aan interessante bezigheden waarmee hij de wereld kan ontdekken. Zelfstandigheid Montessori was van mening dat aan al deze energie een onbewuste doelgerichtheid ten grondslag ligt: het kind wil groot worden. De slogan 'help mij het zelf te doen' vervat dan ook de kern van het Montessori onderwijs en de Montessori opvoeding. De samenleving is ingewikkeld en voor kinderen niet onmiddellijk toegankelijk. De school en de BSO helpen hen hier zicht op te krijgen. Het leert hen kiezen, biedt kennis en vaardigheden aan waardoor het kind die omgeving kan gaan verkennen. Het kind wil ook zelf minder afhankelijk en steeds zelfstandiger worden. Dat proces van 'groot' worden moet het kind zelf doorlopen; niemand kan dat voor hem of haar doen. Daarom is het volgens Montessori zo belangrijk dat het kind de vrijheid krijgt om zijn omgeving te ontdekken en de dingen zelf te doen die het zelf ook kan. Het kind heeft daarbij de hulp van de volwassenen in zijn omgeving nodig. Ontwikkelingsfasen Volgens Maria Montessori ontwikkelt ieder mens zich in een aantal opeenvolgende fasen, waarin er perioden zijn met verhoogde belangstelling voor bepaalde aspecten uit de omgeving. 0-3 jaar> de schepper. In deze periode neemt het jonge kind (onbewust) informatie op uit zijn omgeving. Het is belangrijk dat het kind veel indrukken en ervaringen kan opdoen. 3-6 jaar> de werker. Dit is de periode waarin kinderen bewust indrukken opdoen. Ze zijn gevoelig voor zintuiglijke ervaringen, waarnemingen in de omgeving, het leren van woorden en oefeningen uit het dagelijkse leven. Het kind wil nu zelf handelen en heeft aandacht voor het precieze verloop van handelingen. 6 tot 9 jaar> de verkenner. In deze periode willen kinderen gezamenlijk activiteiten ondernemen. Hun belangstelling voor normen, waarden en regels is groot. Ze zijn in de gevoelige periode voor het verzamelen van kennis. 9 tot 12 jaar> de wetenschapper. Het kind gaat verbanden zien tussen feiten waarmee het in aanraking komt en bouwt zo een wereldbeeld op. Het denkt na over de plaats van de mens in die wereld en wil inzicht krijgen in de cultuur waarin het leeft. Pagina 6 van 16

Uiteraard gaat de BSO Waalsdorp uit van de Montessoriprincipes. Wij onderstrepen deze principes en vertalen deze naar de waarden en normen van een buitenschoolse opvang. De BSO schept een speelomgeving waarin kinderen van 4 tot en met 12 jaar zich thuis voelen door materialen en activiteiten aan te bieden die passen bij hun ontwikkeling en belangstelling. Hierdoor is de kans groot dat kinderen hun aangeboren nieuwsgierigheid behouden. Het is belangrijk dat de BSO een boeiende omgeving creëert, een omgeving dat de kinderen uitdaagt nog onbekende terreinen te exploreren. Pedagogisch medewerkers zijn professionele opvoeders. Zij hebben aandacht voor elk kind, begrijpen wat hen bezighoudt en kunnen daarop passend en liefdevol reageren. Samenwerking met de school Een specifiek kenmerk van BSO Waalsdorp is het contact met de basisschool. Een goede samenwerking met de school vinden wij belangrijk. Het is in het belang van het kind dat zowel de pedagogisch medewerkers van de BSO als de medewerkers van school hun aanpak op elkaar afstemmen en samenwerken. Er worden onder andere afspraken gemaakt over de volgende zaken, die worden vastgelegd in het pedagogisch werkplan van de vestiging:  De leerkracht draagt informatie over, bijvoorbeeld als een kind niet lekker was die dag of erg boos, verdrietig enzovoort;  De leerkracht geeft aan de BSO door als een kind ziek is en naar huis gaat;  De leerkracht let er op dat het kind spullen die voor thuis bedoeld zijn meeneemt naar de BSO;  Gezamenlijk gebruik van ruimten bijvoorbeeld de gymzaal of het handarbeidlokaal;  De pedagogisch medewerker van de BSO zal altijd zorgvuldig met privacy van de kinderen en de ouders omgaan in de contacten met school. Er zullen geen bijzondere zaken of problemen met de leerkrachten besproken worden over een kind zonder dat de ouders hier toestemming voor hebben gegeven;  Daar waar het wat minder goed gaat met het kind op de BSO is contact met de ouders en de leerkracht extra belangrijk. Rekening houden met elkaar De BSO is een leefgemeenschap van kinderen, begeleiders en ouders. Iedereen heeft een taak in dit geheel, iedereen heeft de verantwoordelijkheid om zijn of haar stukje daarin zo goed mogelijk gestalte te geven. In het samenwerken is het belangrijk dat we beseffen dat deze taak voor ieder een andere kan zijn en dat onze mogelijkheden daarin niet gelijk zijn. Samenleven met anderen heeft ook zo zijn beperkingen. Montessori spreekt in dit geval van “vrijheid in gebondenheid”. In het samenwerken/spelen met elkaar is het belangrijk gelijkwaardigheid en wederzijds respect na te streven: van begeleiders naar kinderen, van kinderen naar volwassene en volwassene naar elkaar. Het pedagogisch klimaat: veiligheid, vertrouwen en respect Kinderen hebben behoefte aan uitdagingen die het leven de moeite waard maken en een beroep doen op inzet, verantwoordelijkheidsgevoel en creativiteit. De ontwikkeling van een kind moet leiden tot een evenwicht tussen hoofd, hart en handen. Het pedagogisch klimaat dient hierbij aan te sluiten. Wij hanteren op de BSO de volgende drie uitgangspunten bij het creëren van een goede sfeer: 1. Kinderen hebben behoefte aan wederzijds vertrouwen en acceptatie binnen hun sociale relaties, zowel tussen henzelf en de volwassenen in hun omgeving, als in contacten met hun leeftijdgenootjes. Wij hechten daarom groot belang aan een vriendelijke sfeer op de BSO, want pas als het kind zich veilig voelt, kan het zich ontwikkelen. 2. Kinderen hebben behoefte aan gezonde voeding en frisse lucht en een ritmische afwisseling tussen inspanning en rust en ontspanning. 3. Wij vinden het belangrijk dat de BSO een boeiende omgeving creëert: een omgeving die de kinderen uitdaagt nog onbekende terreinen te exploreren.

Pagina 7 van 16

De BSO wil bijdragen aan een goede ontwikkeling van de kinderen. Samen met de ouders/verzorgers zijn we medeverantwoordelijk voor een goede toekomst voor hen. We willen de kinderen begeleiden en stimuleren om zich te ontwikkelen en hen leren de weg in de wereld om hen heen te vinden. De interactie tussen het kind en de pedagogisch medewerker zal ook een rol spelen door de manier waarop ze met elkaar omgaan en communiceren. De pedagogisch medewerker van de BSO zet zich in voor:  Een positieve benadering;  Een veilige plek waar het kind zich thuis voelt;  Het respecteren van de inbreng van een kind;  Goed luisteren en kijken naar het kind;  Balans vinden tussen fysieke en emotionele veiligheid van het kind;  Ontwikkelingsstimulatie op verschillende terreinen. De pedagogisch medewerkers zijn gekwalificeerd, professioneel en toegewijd. Ze bieden een veilig, vertrouwd gevoel en zorgen voor uitdaging.

Visie De BSO wil een aantrekkelijke plek bieden waarin we:  Respectvol met elkaar omgaan;  Ruimte bieden maar ook de grens bepalen;  Een thuisgevoel kunnen creëren;  Uitdagende activiteiten aanbieden;  Kinderparticipatie stimuleren;  Samenwerken met derden rondom het kind;  Zelfstandigheid stimuleren. Want    

Kinderen vormen straks de maatschappij, ze zullen door nu te ontdekken later beter hierin kunnen functioneren; Ze hebben elk een eigen karakter en ontwikkelen zich in een eigen tempo; Vormen met elkaar een groep waarin ieder kind zijn eigen plek heeft; Worden gevormd door ervaringen die ze op doen;

Pagina 8 van 16

Pedagogisch beleid Sociale emotionele veiligheid Duidelijkheid en structuur zijn belangrijk om een veilige basis te bieden. Met vaste pedagogisch medewerkers en dezelfde kinderen in de groep op een vaste plaats creëer je een veilig gevoel voor de kinderen. Elk kind heeft het nodig om te weten wat het kan en niet kan, zodat het weet waar het aan toe is. Vooral bij de jongere BSO bezoekers is dit van groot belang. De interactie tussen pedagogisch medewerker en kind is een belangrijk pedagogisch middel om het kind een gevoel van veiligheid te bieden. De basishouding is een positieve benadering van de kinderen met een opgewekte vriendelijke uitstraling met warmte en hartelijkheid. We laten op een positieve manier merken dat we betrokken zijn bij het kind. Zo voelt een kind dat het op ons terug kan vallen. We dragen zorg voor een prettige sfeer, waarin het kind zich welkom voelt en op zijn gemak is, zodat het zich thuis voelt. Humor en met elkaar plezier maken vinden wij belangrijk. We kijken en luisteren met aandacht naar elk kind en letten op verbale en non verbale signalen. We hebben oog voor de eigenheid van het kind, staan open voor het kind en geven het de ruimte. We zorgen voor positieve aandacht en stimulering van positief gedrag. Sociale competenties Met sociale competenties wordt bedoeld de vaardigheden en de kennis hoe je met anderen omgaat, je weg vinden in een groep, samen werken, rekening houden met anderen, conflicten voorkomen, conflicten oplossen en het ontwikkelen van sociale verantwoordelijkheid. In de interactie met andere kinderen en anderen ervaren en ontdekken kinderen wat wel en niet werkt in de omgang met elkaar. Ook de ervaring ‘in een groep zijn’ en daar je weg in vinden, draagt hieraan bij. Kinderen ontwikkelen hierdoor sociale vaardigheden en kennis hierover, wat belangrijk is om goed te functioneren in de maatschappij. We respecteren kindervriendschappen en houden rekening met de verschillende en wisselende behoefte en ontwikkeling van de kinderen om samen of juist liever individueel te kunnen spelen. We zorgen dat de inrichting van de ruimtes en het aanbod van het spelmateriaal en activiteiten uitnodigen tot sociale interacties. Persoonlijke competenties Met persoonlijke competentie worden persoonskenmerken bedoeld als veerkracht, weerbaarheid, zelfvertrouwen, eigenwaarden, flexibiliteit en creativiteit. Het kind leert en ontdekt wie het is, wat het kan, welke interesse het heeft en welke vaardigheden er nodig zijn in welke situaties bijv. geduld, afwachten, of juist initiatief nemen en doorzetten. We benaderen het kind respectvol en positief en geven het de ruimte om zelf of met elkaar kleine probleempjes op te lossen. We bouwen voort op het ontwikkelingsniveau van het kind. Initiatieven van de kinderen worden gestimuleerd en kinderen worden geënthousiasmeerd. In 1995 heeft Nederland het VN verdrag voor de rechten van het kind ondertekend. Hiermee hebben kinderen formeel het recht gekregen op informatie, participatie en bescherming. Op onze BSO werken we dan ook bewust aan kinderparticipatie. Het vergroot de betrokkenheid van de kinderen van de BSO Waalsdorp en hun verantwoordelijkheidsgevoel. Het zelfvertrouwen zal groeien, omdat er naar hen geluisterd wordt. Het stimuleert de kinderen om zelfstandig na te denken, samen te werken met andere kinderen en volwassenen door te onderhandelen en compromissen te sluiten. Kinderparticipatie is dus tevens een stimulans voor de ontwikkeling van sociale vaardigheden. Daarnaast geeft het de pedagogisch medewerkers inzicht in de belevingswereld van de kinderen. Kinderparticipatie is daarom niet zomaar een losse activiteit, maar het is een essentieel onderdeel van de BSO.

Pagina 9 van 16

Overdracht normen en waarden We verstaan onder waarden, normen en regels het volgende: Waarden gaan over wat we met elkaar belangrijk vinden. Normen gaan over wat we in het gedrag goed en niet goed vinden. Regels zijn de praktische vertaling van de waarden en normen. Pedagogische medewerkers hebben een belangrijke rol in het uitdragen en voorleven van waarden en normen. Kinderen verkennen de grenzen en willen weten wat van hun verwacht wordt. Pedagogisch medewerkers geven het goede voorbeeld en leggen uit wat er van het kind verwacht wordt. Uitgangspunt is een positieve houding, dat betekent dat gewenst gedrag wordt beloond. Soms zoekt een kind bewust de grenzen op. We maken afspraken met het kind en vertellen hem of haar duidelijk wat de regels zijn in de BSO Waalsdorp. Voor kinderen die het nodig hebben, zullen we in overleg met het kind en de ouders, individuele afspraken maken over hoe te handelen wanneer het kind grens overschrijdend gedrag vertoont. Hoe precies gehandeld wordt, is afhankelijk van verschillende factoren zoals leeftijd, ontwikkelingsfase, ernst van de situatie. Wij passen onze handelswijze aan aan het individuele kind waar het op dat moment nodig heeft. Oudere kinderen op de BSO weten al veel beter wat we van hen verwachten en wat wel of niet kan en mag op de BSO Waalsdorp. Zij kunnen beter uitleggen waarom zij handelen zoals ze doen en waarom iets goed is of niet, belangrijk is of niet. Met hen worden regels uitgebreid besproken. We vinden het belangrijk dat kinderen echt zelf betrokken worden bij het vaststellen van de regels op de groep.

Personeel en groepsgrootte Opleiding BSO Waalsdorp heeft gediplomeerde pedagogisch medewerk(st)ers conform de CAO-Kinderopvang in dienst. Bovendien zijn zij allen in het bezit van een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG). De inspecteur van de Kinderopvang controleert de diploma’s en VOG verklaringen van de pedagogisch medewerkers alvorens zij mogen gaan werken op de BSO Waalsdorp. Vanaf juli 2013 worden alle medewerkers continu gescreend. Groepsgrootte en kind ratio BSO Waalsdorp heeft de groepsgrootte per leeftijdgroep samengesteld conform de beleidsregels kwaliteit kinderopvang. De verhouding van het aantal groepsleid(st)ers en het aantal feitelijk aanwezige kinderen (leidster-kindratio) is tenminste: één groepsleid(st)er per 10 kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot einde basisschool leeftijd. De groepen kinderen zijn ingedeeld in de leeftijd van 4 – 7 jaar, 6 – 10 jaar en in de leeftijd van 8 – 13 jaar. Binnen één van deze drie leeftijdsgroepen heeft het kind een basisgroep. Deze basisgroep heeft een vaste leid(st)er en altijd 10 dezelfde mede BSO genootjes. Deze basisgroep komt na schooltijd samen. Er is dan gelegenheid om verhalen uit te wisselen, spulletjes voor thuis op te bergen en wat te eten en drinken op een vaste plaats binnen de BSO ruimte. De leidster is ook het eerste aanspreekpunt voor de ouders bij het ophalen uit de BSO. Op de woensdag bieden we ook opvang aan. Deze groep is op BSO Waalsdorp nieuw en het aantal kinderen neemt langzaam toe. Zolang er niet meer dan 3 kinderen aanwezig zijn is er 1 pedagogisch medewerker aanwezig. Bij 4 of meer kinderen is de achterwacht geregeld.

Pagina 10 van 16

Dagelijks beleid van de BSO Onze BSO is in hetzelfde gebouw gesitueerd als de basisschool. Er zijn 10 basisgroepen, die ieder een vaste plek binnen de BSO ruimte hebben. De basisgroep varieert in de leeftijd van 4 t/m 7 jaar, 6 t/m 10 of van 8 t/m 13 jaar. De ruimtes, waarin de kinderen worden opgevangen, zijn ingericht en uitgerust met inventaris en speelgoed dat is afgestemd op het ontwikkelingsniveau van de kinderen. Er zijn per groep verschillende hoeken ingericht waar kinderen individueel of in groepjes kunnen spelen. De kinderen kunnen kiezen voor een creatieve workshop in het handvaardigheidslokaal onder leiding van een handvaardigheidsleerkracht, voor een sportieve workshop in het speellokaal of in de gymzaal. Deze workshops worden gegeven door een gediplomeerde vakleerkracht. Er zijn verschillende buitenactiviteiten waaruit gekozen kan worden. Muziek, vrije expressie, schaken behoort ook tot de mogelijkheden. De kasten in de groepsruimtes zijn zo ingericht dat kinderen zelf speelgoed of materialen uit de kast kunnen pakken. Ieder kind heeft een eigen laatje waar de persoonlijke eigendommen opgeborgen kunnen worden. De groep is zo ingericht zodat het gezellig en veilig is voor de kinderen. Er hangen zelfgemaakte werkjes in het lokaal. De kinderen kunnen kiezen of ze buiten willen spelen op een afgesloten speelterrein. Dit wordt wel door de leiding gestimuleerd, omdat buitenlucht belangrijk is voor de ontwikkeling en gezondheid van een kind. Bij de BSO is een groen speelterrein gerealiseerd. Tevens is er een Cruijf court waar de BSO gebruik van mag maken. Er is buitenspelmateriaal aanwezig en bij warme dagen worden er buitenspelactiviteiten georganiseerd. Er is altijd toezicht door de medewerkers. De BSO heeft een sanitaire ruimte, voorzien van toiletten en een fontein waar kinderen na gebruik van het toilet hun handen kunnen wassen. De kinderen mogen zelfstandig gebruik maken van deze ruimte na melding bij een pedagogisch medewerk(st)er. Het 4 ogen principe Per lokaal zitten er minimaal twee pedagogisch medewerk(st)ers en 2 groepen kinderen bij elkaar. Tijdens de workshops zijn er twee pedagogisch medewerk(st)ers als begeleiding op een groepje kinderen. Het gebouw is zeer ruimtelijk en open ingericht met glazen wanden en glas in de deuren, zodat je overal de leidsters en kinderen kan zien. Stagnatie in de ontwikkeling van een kind Wanneer een leidster een achterstand in de ontwikkelingsfase signaleert, zal zij eerst een objectieve observatie aan een collega leidster vragen en overleggen met de leidinggevende. Tevens zal ze de ouders vragen of hen iets is opgevallen. Samen met ouders maken we afspraken over het vervolg en de te nemen stappen. Ouders hebben in de plaatsingsovereenkomst toestemming gegeven voor informatieoverdracht tussen de Montessorischool en de BSO Waalsdorp. Na toestemming van de ouders informeren we bij de leerkracht of het gesignaleerde alleen op de BSO zich voordoet of ook tijdens de schooltijd. In gezamenlijk overleg met de ouders, leidster, leerkracht, leidinggevende en IB er verwijzen wij door naar een instantie voor hulp. Het programma De kinderen uit de onderbouw worden opgehaald door hun vaste leid(st)er. De kinderen uit de middenbouw en bovenbouw komen zelfstandig naar de inpandige BSO ruimte en gaan naar hun basisgroep en melden zich bij hun vaste leid(st)er. Na de begroeting bergen zij hun jas en tas op en nemen plaats aan de afgesproken tafel. De vaste leid(st)er biedt de kinderen iets te drinken en te eten aan. Deze zijn beschreven in het voedingsprotocol. De kinderen kunnen tijdens het gezamenlijk eten en drinken hun verhaal kwijt. Na dit rustmoment kunnen de kinderen tot de start van de workshop buitenspelen of binnen een activiteit kiezen of samen, even lekker op de

Pagina 11 van 16

bank zitten of een spelletje doen. Voor de leid(st)ers is er ruimte om met kinderen een praatje aan te gaan, even te knuffelen en individuele aandacht te geven. De kinderen hoeven dan niet meer in het basisgroepje en bij hun vaste leid(st)er te blijven. Wel komen ze hier weer terug om de middag af te sluiten en zich af te melden bij de leid(st)er voordat ze de BSO Waalsdorp verlaten. De leid(st)er heeft dan de mogelijkheid voor een overdracht aan de ouders. Tijdens de vakantieopvang hebben we een speciaal dagprogramma en wordt er een gezonde lunch verzorgd even als lekkere tussendoortjes. Dagindeling Maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag 14:50 – 15:00 Kinderen komen uit school naar de inpandige BSO ruimte. De kinderen uit de onderbouw worden door hun vaste pedagogisch medewerker uit de klas gehaald. De kinderen uit de midden en bovenbouw komen zelfstandig naar de BSO. De kinderen hangen hun jas en tas op en stoppen evt. persoonlijke spulletjes in hun laatje. 15:00 – 15:20 De pedagogisch medewerkers bieden de kinderen, na plassen en handen wassen, iets te drinken en te eten aan. De kinderen kunnen tijdens het gezamenlijk eten en drinken hun verhaal kwijt. De kinderen zitten in hun eigen groepje van maximaal 10 kinderen met een vaste leid(st)er en worden naar leeftijd ingedeeld. 15:20 – 16:00 Spelen de meeste kinderen onder begeleiding buiten op het schoolplein. 16:00 – 17:00 De activiteiten beginnen. De kinderen kunnen kiezen voor een sportieve workshop, een creatieve workshop of een uitstapje naar het Hubertusduin, speeltuin of een andere bestemming onder begeleiding van een pedagogisch medewerker. 17:00 – 17:15 Kinderen komen terug van de workshops en gaan, na het handenwassen, aan tafel zitten. Hier komen ze weer in hun vaste groepje samen en eten een groente/fruithapje en drinken wat. 17:15 – 18:30 Nu kunnen de kinderen nog even vrij spelen tot ze opgehaald worden. Nog even buiten een balspel of een spelletje aan tafel. Voor dat je het weet is de middag weer om! Woensdag en vakantiedagen 08:00 – 09:30 Inloop. Kinderen kunnen vrij spelen 09:30 – 10:00 De kinderen eten en drinken wat met de leid(st)ers 10:00 – 12:15 Binnen of buitenactiviteit. Denk bijvoorbeeld aan een speurtocht, schilderen of kleien 12:15 – 12:30 Naar het toilet en handen wassen 12:30 – 13:00 De kinderen lunchen samen met de leid(st)ers 13:00 – 14.15 Buitenactiviteit 14:15 – 14:30 Handenwassen en toiletbezoek 14:30 – 15:00 Gezamenlijk iets drinken 15:00 – 17:00 Binnen of buiten activiteit 17:00 – 17:15 Groente/fruithapje en iets drinken samen met de leid(st)ers 17:15 – 18:30 Vrij spelen

Pagina 12 van 16

Speelafspraken Het is niet de bedoeling dat kinderen zelf (telefonisch) speelafspraakjes gaan regelen op de dag dat zij de BSO zouden bezoeken en dan zonder bericht wegblijven of vroegtijdig willen vertrekken. Om teleurstellingen te voorkomen moeten ouders/verzorgers dergelijke speelafspraakjes vóóraf mondeling of schriftelijk melden aan de leidinggevende. Extra opvanguren Ouders/verzorgers kunnen schriftelijk middels het daarvoor bedoelde formulier bij BSO Waalsdorp extra opvanguren aanvragen. Als de groepsomstandigheden het toelaten en het maximum aantal kinderen in de groep niet overschreden wordt, wordt een dergelijk verzoek gehonoreerd. Extra afgenomen opvanguren worden conform het bepaalde in artikel 3 in rekening gebracht. Voertaal Wij spreken op de BSO Waalsdorp altijd Nederlands met de kinderen. Vakantieactiviteiten In de schoolvakanties wordt er altijd een speciaal vakantieprogramma georganiseerd. Zo zijn er voor de kinderen allerlei activiteiten en worden er regelmatig uitstapjes gemaakt. Uiteraard altijd afgestemd op het aantal kinderen en de leeftijdsgroepen. Intake en wennen Als het kind nieuw op de buitenschoolse opvang komt, vindt er een intakegesprek plaats. In overleg met de ouders worden er afspraken gemaakt over hoe de wenperiode eruit zal zien. Er zijn verschillende vormen van wennen mogelijk:  Langzaam in tijd opbouwen. Beginnen met een uurtje opvang en deze tijd uitbreiden.  Telefonisch contact met de ouder op de eerste dagen om te vertellen hoe het gaat met het kind en gezamenlijk de ophaaltijd vast te stellen. Nieuwe kinderen die zich nog onzeker voelen in de groep hoeven nog niet mee te doen met alle aangeboden activiteiten, maar vangen we op in een rustig lokaal waar ze lekker kunnen spelen. Bij nieuwe groepsindelingen houden we rekening met de wensen van de kinderen mits de groepssamenstelling en het aantal kinderen dit toelaten. Tijdens het intakegesprek vragen we u éénmalig een toestemmingsformulier voor uitstapjes te ondertekenen. Met het tekenen van het toestemmingsformulier geeft u toestemming voor uitstapjes (met name gedurende onze vakantieopvang) buiten het gebouw zoals bezoekjes aan bijvoorbeeld de bowlingbaan, de bioscoop, de kinderboerderij, et cetera. Een en ander zal uiteraard met inachtneming van de veiligheid van de kinderen gebeuren. Wanneer een kind naar een ander basisgroepje gaat is er de mogelijkheid om tijdens het fruitmoment even kennis te gaan maken met de nieuwe groep en de nieuwe leid(st)er. Mocht de overgang (te) groot zijn voor een kind dan zoeken wij daar samen met het kind een goede oplossing voor. Veiligheid en toezicht bij uitstapjes BSO Waalsdorp is tijdens de opvang verantwoordelijk voor alle kinderen die bij de BSO worden opgevangen. Omdat er af en toe tijdens de buitenschoolse opvang en tijdens de vakantieopvang uitstapjes worden gemaakt, is het voor u als ouders/verzorgers fijn te weten dat er duidelijke afspraken zijn over hoe we die uitstapjes organiseren. Binnen de basisgroep van de buitenschoolse- én vakantieopvang is de pedagogisch medewerk(st)er/kind-ratio 1:10. BSO Waalsdorp voldoet hiermee volledig aan de Wet Kinderopvang. Bij vakantieopvang én uitstapjes gelden Pagina 13 van 16

dezelfde wettelijke regels. Echter, bij het maken van uitstapjes buiten het gebouw wordt er door BSO Waalsdorp altijd meer personeel ingezet. Veranderingen gegevens en telefoonnummers kinderen Wij willen u dringend verzoeken alle veranderingen in gegevens die van belang zijn voor de opvang van uw kind(eren) direct door te geven aan BSO Waalsdorp. U moet dan bijvoorbeeld denken aan veranderde (mobiele) telefoonnummers, andere contactpersonen als de ouders/verzorgers afwezig zijn, et cetera. Het is in het belang van u en uw kind(eren) dat wij alle veranderingen direct ontvangen. In een noodgeval kan het ontbreken van de juiste telefoonnummers tot nare situaties leiden voor uw kind(eren)! Veranderingen kunt u doorgeven mondeling of via een e-mail: [email protected] Ziek- of afmelden Wij willen u dringend verzoeken indien u uw kind ziek is of u hem/haar wil afmelden, dit door te mailen voor 10.00 uur: [email protected]. In verband met het plannen van activiteiten e.d. verzoeken we u de leidinggevende te informeren als uw kind, na een periode van afwezigheid de BSO Waalsdorp weer gaat bezoeken. U kunt ons bereiken op telefoonnummer 06 262 08 806 of [email protected].

Pagina 14 van 16

Veiligheid, gezondheid en hygiëne Bij de basisschoolkinderen wordt het gesprek steeds belangrijker. We informeren en stimuleren de kinderen om zelf na te denken over het belang van een gezonde leefstijl en voeding. We leren hen waarom het één wel goed is voor je lijf en het ander niet. Als kinderen dat weten, zullen ze op zeker moment ook in staat zijn om zelf keuzes te maken voor een gezonde leefstijl en voor gezonde voeding. Die zelfstandigheid willen we kinderen meegeven. Ook bij oudere kinderen in de BSO zijn voeding en leefstijl belangrijke thema’s. Daarbij gaan we uit van bewustwording en smaakontwikkeling en van plezier in bewegen. Begrippen als leefstijl en hygiëne gaan in onze visie echter verder dan goede voeding en handen wassen. Het heeft ook te maken met je verantwoordelijk voelen voor jezelf en zorg dragen voor je omgeving. Gezondheid Wordt uw kind op de BSO Waalsdorp ziek dan verwachten wij dat u , nadat u door ons geïnformeerd bent, uw kind komt ophalen uw kind heeft extra aandacht en verzorging nodig en kan daarom het beste thuis verzorgd worden. Bij ziekteverschijnselen zoals:  Braken met algemeen ziek zijn.  Diarree: lopende of waterige ontlasting met koorts ofwel bloederige ontlasting.  Zware hoest met algemeen ziek zijn, koorts of ademhalingsproblemen  Gele huid of geel oogwit.  Huiduitslag: open wondjes, vlekjes of blaasjes waar vocht uit kan komen met risico op infectiegevaar en besmettingsgevaar ( bijv. krentenbaard ect.).  Koorts ≥ 38,5oC die gepaard gaat met keelpijn, braken, diarree, oorpijn, prikkelbaarheid, verwardheid.  Elk kind dat wegens ziekte zoveel aandacht vraagt dat de gezondheid en / of de veiligheid van andere kinderen niet meer gegarandeerd kan worden.  Elk kind dat niet meer kan deelnemen aan de normale activiteiten van de BSO wegens ziekte toestand. Bij het uitbreken van besmettelijke ziektes wordt het protocol van de GGD gevolgd.  De leidinggevende van de BSO Waalsdorp vraagt toestemming aan de ouders van het besmettelijke kind om contact op te mogen nemen met de GGD, afdeling infectieziekten.  Wanneer de GGD over voldoende informatie beschikt, stelt de GGD een brief op die aan alle ouders wordt uitgereikt.  Bij de ingang hangt zichtbaar een duidelijke mededeling over de infectieziekte. BSO Waalsdorp maakt gebruik van een risico inventarisatie met betrekking tot de gezondheid. Deze inventarisatie wordt jaarlijks in september herzien en aangevuld of aangepast. De risico inventarisatie gezondheid ligt ter inzage bij de leidinggevende. Bij de overgang naar het nieuwe gebouw is een nieuwe risico inventarisatie gemaakt. Hygiëne De BSO Waalsdorp voert haar hygiënebeleid uit volgens de kwaliteitseisen van de kinderopvang. Dagelijks is er aandacht voor hygiëne van de ruimte en inventaris, ook het reinigen van de thee/handdoeken. De vloeren, het meubilair, toiletten worden dagelijks gereinigd. Veiligheid De BSO Waalsdorp maakt gebruik van een risico inventarisatie met betrekking tot de veiligheid. Deze inventarisatie wordt jaarlijks in september herzien en aangevuld of aangepast. De risico inventarisatie veiligheid ligt ter inzage bij de leidinggevende.

Pagina 15 van 16

Bij de overgang naar het nieuwe gebouw is een nieuwe risico inventarisatie gemaakt. Tevens wordt er jaarlijks in september een risico inventarisatie gedaan met betrekking tot de brandveiligheid en is er een ontruimingsplan voor de BSO Waalsdorp. Ook deze stukken worden bij de overgang naar nieuwe locaties gecontroleerd en aangevuld. Op reguliere buitenschoolse opvangdagen zijn er altijd meerdere leid(st)ers aanwezig op de BSO Waalsdorp. Op het moment dat er maar één leid(st)er in het gebouw is en er weinig kinderen aanwezig zijn, is de achterwachtregeling van kracht. Deze regeling houdt in dat in geval van calamiteiten er een achterwacht beschikbaar dient te zijn die binnen ambulance-aanrijtijden in de vestiging aanwezig kan zijn.

De oudercommissie Volgens de Wet Kinderopvang is elke kinderopvangorganisatie verplicht een oudercommissie in te stellen. Deze oudercommissie vertegenwoordigt de overige ouders/verzorgers met kinderen die worden opgevangen door de kinderopvangorganisatie. De Wet Kinderopvang geeft de oudercommissies adviesrecht over bijvoorbeeld onderwerpen als kwaliteit van de opvang, openingstijden en prijs van de opvang. De oudercommissie van BSO Waalsdorp is zo een volwaardig gesprekspartner voor de algemeen directeur. Dit is via de Wet op de Kinderopvang goed geregeld. Het reglement van de oudercommissie ligt ter inzage bij de leidinggevende. De Stichting BSO Waalsdorp sluit zich aan bij de jaarlijkse benchmark van de Kinderopvang. Prijs en prijswijzigingen In de plaatsingsovereenkomst worden de afgesproken dagen, het aantal op te vangen uren en het gemiddelde uurtarief opgenomen evenals het hieruit voortvloeiende maandtarief. De prijswijzigingen van de BSO Waalsdorp worden tijdig van te voren aangekondigd, maar zeker minimaal twee maanden voor aanvang. De oudercommissie heeft een verzwaard adviesrecht bij de wijziging van de prijs voor de BSO Waalsdorp. Klachten De mensen die bij ons op de BSO Waalsdorp werken doen hun best de kinderopvang zo goed mogelijk te verzorgen en het verblijf op de BSO zo veilig en plezierig mogelijk te laten zijn. Overal waar gewerkt wordt, kunnen fouten worden gemaakt of misverstanden ontstaan. Mocht u een probleem of vraag hebben, dan kunt u het beste tijdig contact opnemen met de pedagogisch medewerker van de basisgroep van uw kind om een oplossing te zoeken. Wanneer u er samen met haar/hem niet uitkomt, kunt u een afspraak maken met de leidinggevende van de BSO. Mocht er dan nog geen oplossing voor de klacht zijn, kunt u zich wenden tot de algemeen directeur van de Montessorischool Waalsdorp. Mocht ook dit naar uw mening niet voldoende opleveren, dan kunt u zich wenden tot het bestuur van de Montessorischool Waalsdorp. In de meeste gevallen zal dit voldoende zijn om het probleem op te lossen, of het misverstand uit de wereld te helpen. Mocht u toch een klacht hebben, dan kunt u terecht bij de stichting Klachtencommissie Kinderopvang waarbij de BSO Waalsdorp is aangesloten. De sKK heeft een landelijk meldpunt en is telefonisch bereikbaar onder nummer 0900-0400034 of via de e-mail [email protected]. U kunt hier terecht voor klachten of informatie. BSO Waalsdorp deelt de klager en de klachtencommissie (sKK), binnen een maand na ontvangst van het oordeel van de klachtencommissie schriftelijk mede of hij naar aanleiding van dat oordeel maatregelen zal nemen en zo ja, welke. Als de termijn wordt overschreden, worden betrokkenen ingelicht (met reden) en wordt er een nieuwe termijn afgesproken. Bij het opstellen of wijzigen van de klachtenprocedure van BSO Waalsdorp hebben de ouders een verzwaard adviesrecht. Pagina 16 van 16