PEDAGOGISCH BELEID
Kinderwoud, een bewuste keuze! Om een bewuste keuze te kunnen maken voor de opvang bij Kinderwoud is het belangrijk om te weten wat de visie van Kinderwoud is op de opvang en opvoeding van kinderen in de leeftijd van 0-12 jaar. Dit wordt beschreven in onderstaand pedagogisch beleid welke richtinggevend is voor al ons pedagogisch handelen. Hierin staat ‘wat’ we doen en ‘waarom’ we het zo doen. Onze visie op opvang en opvoeding van kinderen wordt voor een belangrijk deel ingegeven door de resultaten van langdurig divers internationaal onderzoek. Uit deze onderzoeken blijkt dat de begeleiding die de kinderen krijgen in de eerste levensjaren cruciaal zijn voor hun verdere ontwikkeling. Kinderen die hier een goede begeleiding hebben gehad, hebben hier de rest van hun leven profijt van. En helaas is het omgekeerde even waar; kinderen die hier onvoldoende begeleiding hebben ontvangen lopen dit in de rest van hun leven niet meer bij. Dit heeft ermee te maken dat de ontwikkeling van de hersenen wordt bepaald door hetgeen het kind in zijn omgeving aangeboden krijgt. Hoe meer kinderen kunnen ontdekken en worden gestimuleerd, des te meer de hersenen leren en zich ontwikkelen. Of je je op een bepaald gebied ontwikkeld, wordt bepaald door je omgeving. Een kind neemt iets waar en wil dat nadoen. Bijvoorbeeld rechtop lopen; doordat een kind dit ziet bij anderen, ontstaat de neiging tot willen lopen. Zodra men lichamelijk zover is, zal men de eerste stapjes gaan doen. Ook zijn je hersenen in een bepaalde periode gevoelig voor bepaalde vaardigheden, bijvoorbeeld op het gebied van de taalverwerving. De taalgevoelige periode loopt van nul tot ongeveer zeven jaar. Je kunt dan ook, mits goed aangeboden, meerdere talen goed leren spreken. Daarentegen is het zo dat als er niemand is die tegen je praat in jouw omgeving vanaf baby zijnde, dan leer je nooit praten! Tevens speelt hechting een zeer belangrijke rol bij de ontwikkeling van een kind en is essentieel voor een goede emotionele en sociale ontwikkeling. Het is de behoefte van een jong kind om de nabijheid te zoeken van één of meerdere specifieke personen. Deze relatie biedt het kind veiligheid, geborgenheid en voldoening. Het helpt een kind om een eigen persoonlijkheid te ontwikkelen. Onderzoek heeft uitgewezen dat kinderen die zich goed hebben kunnen hechten aan een of meerdere personen in het eerste jaar van hun leven sociaal emotioneel beter functioneren dan kinderen die niet de mogelijkheid hebben gehad zich veilig te hechten. De kinderen met een goede hechting blijken beter te kunnen omgaan met tegenslagen, hebben een beter gevoel van eigenwaarde, zijn sociaal vaardiger, weerbaarder, leergierig en minder angstig. Om deze redenen vindt Kinderwoud een goede hechting uitermate belangrijk. Wij hebben oog voor de continuïteit in begeleiding van de kinderen en de gastouders. Wij begeleiden onze bemiddelingsmedewerkers in het adequaat reageren op de signalen die gastouders over de kinderen geven.
Pedagogisch beleid - werkplan gastouderopvang
1
PEDAGOGISCH WERKPLAN Kinderwoud biedt allerlei vormen van opvang. Hieronder leest u het pedagogisch werkplan van de gastouderopvang van Kinderwoud, dat geschreven is ter informatie voor de gast- en de vraagouders. In dit werkplan staat beschreven hoe het pedagogisch beleid binnen de gastouderopvang in praktijk wordt gebracht. Gastouderopvang Gastouderopvang is opvang van kinderen in de eigen woning van de gastouder. Het kind draait mee in het gezin van de gastouder, waarbij wel rekening gehouden wordt met de wensen, opvoedingsideeën en levensbeschouwelijke overtuiging van de vraagouders. Daarnaast zijn er gastouders die de opvang verzorgen in het huis van de vraagouders. Deze noemen we opvangouders. Missie De missie van Kinderwoud is: Elke dag een mooie dag! Deze zin spreekt tot de verbeelding en geeft onze gastouders inspiratie, dit is wat we elke dag opnieuw willen bereiken voor de kinderen waar wij de opvang voor verzorgen. We streven ernaar om van elke dag een mooie dag voor de kinderen te maken. Hoe Kinderwoud dit wil bereiken is omschreven in de visie. Visie Het kind staat bij Kinderwoud centraal, zonder de belangen van ouders uit het oog te verliezen. We hebben oog voor de eigenheid en persoonlijkheid van elk kind. Onze deskundige gastouders bieden een warme, geborgen sfeer waarin het kind de ruimte krijgt om zich te ontplooien en te ontwikkelen. Want als het kind in vertrouwde handen is, gaan ouders met een gerust hart aan het werk. Kernwaarden Voor de kinderen is het elke dag een mooie dag als de kinderen in alles wat we doen centraal staan. In onze zorg en aandacht, in onze activiteiten, in onze inrichting enzovoort. Met drie kernwaarden laat Kinderwoud hierin haar GEZicht zien: -
-
Geborgenheid: geborgenheid biedt de basis voor zelfvertrouwen. Pas als een kind zich veilig en vertrouwd voelt kan een kind zich ontplooien. Eigenheid: elk kind mag vooral zijn wie hij is. Elk kind is uniek, met eigen typische kenmerken die je maken tot wie je bent. En elk kind ontwikkelt zich op zijn eigen mooie manier en in een eigen tempo. Zelfontplooiing: ontplooien door ontdekken. we bieden het kind volop mogelijkheden om de wereld te ontdekken, om zo het kind een stimulans te bieden in zijn ontplooiing. Dit doen we door een op het kind gerichte kleurrijke speel/leeromgeving met een divers aanbod van passende activiteiten welke gericht zijn op de verschillende ontwikkelingsgebieden (cognitief, emotioneel, sociaal, motoriek, taal, creatief enzovoort) van het kind.
Bij deze laatste kernwaarde staat Kinderwoud nadrukkelijk de wijze van spelend leren voor. Wij zijn er namelijk van overtuigd dat kinderen zich willen ontwikkelen, willen leren en ontdekken, ze zijn nieuwsgierig. Onze rol is om ze een stimulerende omgeving te bieden en ruimte. In onze optiek bieden wij de kinderen daarmee een lerende omgeving zonder dat de kinderen dit zelf in de gaten hebben. Zij zijn vooral lekker aan het spelen met hun vriendjes.
Pedagogisch beleid - werkplan gastouderopvang
2
Pedagogische doelen Vanuit het landelijk kader en de Wet Kinderopvang zijn een viertal doelen gesteld waaraan kinderopvangorganisaties inhoud moeten geven. Deze doelen zijn: 1. 2. 3. 4.
bieden van emotionele veiligheid en welbevinden stimuleren van de ontwikkeling van de persoonlijke competenties stimuleren van de ontwikkeling van sociale competenties overdracht van normen en waarden
Vanuit onze visie en kernwaarden, waarbij kinderen in alles centraal staan, wordt aan deze vier pedagogische doelen inhoud gegeven en worden ze daarmee richtinggevend in onze werkwijze en pedagogisch handelen. De verbinding tussen onze kernwaarden en de pedagogische doelen worden hieronder verder uitgewerkt.
1.
Het bieden van emotionele veiligheid en welbevinden
Kernwaarde Geborgenheid kinderen voelen zich thuis Gastouders bieden een veilige omgeving en klimaat waarin kinderen zich op hun gemak voelen en waar kinderen plezier beleven, zodat ze zich ook goed kunnen ontwikkelen. Dit wordt gedaan door kindgericht te handelen. Dat wil zeggen dat de kinderen op een positieve, opbouwende manier benaderd worden en dat er aangesloten wordt bij de behoeften van het kind en passend bij de leeftijd/ontwikkeling van het kind. Kernwaarden Welbevinden is een essentiële voorwaarde voor kinderen om goed te kunnen opgroeien en om al hun mogelijkheden te kunnen ontplooien. Kunnen lachen, huilen, lief en ondeugend zijn in een vertrouwde omgeving, zijn belangrijke leerervaringen voor een kind. Het is belangrijk om als gastouder de signalen van kinderen te begrijpen door te observeren en te luisteren. Zo kan men inspelen op de behoeftes van kinderen. Huislijke omgeving Gastouderopvang vindt plaats in een huiselijke omgeving. Gastkinderen kunnen worden betrokken bij de zorg voor de dagelijkse gang van zaken. Kinderen willen dikwijls graag meedoen: een bijdrage leveren aan (kleine) huishoudelijke taken zoals iets in de prullenbak gooien, met een doekje schoonmaken en helpen met tafel dekken. Welke taken een kind mag doen hangt af van de leeftijd en van wat een kind aankan. Er wordt geen onderscheid gemaakt bij het verdelen van taken tussen jongens en meisjes. Rituelen, ritme en regels Vaste rituelen, ritme en regels zorgen ervoor dat kinderen zich zeker voelen. Vanuit een veilige omgeving die vertrouwd en voorspelbaar is, durven en kunnen kinderen de omgeving gaan ontdekken en zich op allerlei ontwikkelingsgebieden verder ontwikkelen. Elke gastouder heeft regels. Regels worden zo gehanteerd dat het kind zich kan ontplooien in zijn ontwikkeling en daarin niet belemmerd wordt. Als de situatie het toelaat kan de gastouder van de regel afwijken. Hoe gastouders hun dagen inrichten verschilt natuurlijk per gastouder en per dag. Toch zijn er een aantal gemeenschappelijke factoren te noemen. Als er geen kinderen naar school gebracht moeten worden is het plezierig dat de kinderen de gelegenheid krijgen al spelend aan de ruimte en aan elkaar te wennen. Er wordt met de kinderen besproken wat zij die dag gaan doen. Dit geeft kinderen structuur en bereidt hen voor op wat komen gaat. Gedurende de dag worden er een aantal rustmomenten ingebouwd; Pedagogisch beleid - werkplan gastouderopvang
3
na de fles even rustig zitten; aan tafel zitten met iets lekkers ‘bij de koffie’; samen voorlezen; extra aandacht geven aan een individueel kind als de anderen in bed liggen. Als kinderen `s middags uit school komen dan wordt met elkaar iets gedronken en kunnen de kinderen hun verhaal kwijt. Ook het gezamenlijk eten, zoals de lunch biedt een rustpunt; een gezellige sfeer bevordert de eetlust. In het eerste jaar houdt de gastouder zich zoveel mogelijk aan de slaap- en eettijden waaraan de baby thuis gewend is. Moet een ander kind van school gehaald worden dan gaat de baby in principe mee omdat een gastkind niet alleen thuis wordt gelaten, tenzij er in onderling overleg met de vraagouder andere afspraken zijn gemaakt. Naarmate een kind ouder wordt voegt het zich in het dagritme van het gastgezin. Afstemming Afstemming met de vraagouder(s) over de opvoeding van hun kind is een belangrijke voorwaarde voor goede opvang bij de gastouder. De bemiddelingsmedewerkers voeren met de ouders een intakegesprek. Er wordt een vragenlijst doorgenomen waarin allerlei verschillende aspecten aan de orde komen zoals; de manier van opvoeden door de ouders, de verwachtingen ten opzichte van de gastouder, maar ook de wensen ten aanzien van de omstandigheden van de gastouder, zoals leeftijd, aantal andere kinderen wat opgevangen wordt, huisdieren en dergelijke. Door een gastouder te vinden die zo dicht mogelijk bij de wensen van de vraagouders ligt, zorg je er voor dat ouders en kinderen zich sneller thuis voelen. Brengen en halen Bij het brengen en halen van het gastkind of, bij thuisopvang, bij thuiskomst van de ouders, is er contact tussen vraagouder en gastouder om zaken als opvoeding en verzorging van het kind te bespreken. Het is van belang dat gast- en vraagouder elkaar open tegemoet treden, zodat zaken m.b.t. de opvang en opvoeding van het kind bespreekbaar zijn. Op de breng - en haalmomenten kan wederzijds belangrijke, praktische en leuke informatie over het kind uitgewisseld worden tussen ouders en gastouders. Activiteiten die gedaan zijn, leuke anekdotes en praktische informatie kunnen worden verteld. Specifieke afspraken kunnen worden gemaakt, maar ook zaken betreffende de thuissituatie kunnen worden besproken. Er wordt met een schrift gewerkt om afspraken tussen gast- en vraagouder over het kind uit te kunnen wisselen. Vooral bij kinderen tot anderhalf jaar adviseert het gastouderbureau een heen-en-weerschrift bij te houden, waarin de ouders en de gastouder belangrijke zaken over het kind op kunnen schrijven. Op deze manier ontstaat er een duidelijk beeld van de gebeurtenissen rondom het kind. Daarnaast kunnen hierin zaken als bijvoorbeeld een veranderd voedingsschema aangegeven worden. 2. Stimuleren van de ontwikkeling van de persoonlijke competenties kernwaarde Eigenheid; ieder kind is uniek, kinderen mogen er zijn kernwaarde Zelfontplooiing; kinderen hebben hun eigen talenten. Wij willen de kinderen helpen zichzelf te leren kennen, zelfstandig te worden en een positief zelfbeeld te hebben. Elk kind is uniek en waardevol. Er wordt geluisterd naar het kind en er wordt adequaat gereageerd op wat het kind aangeeft. We willen de kinderen een plek bieden om zich op zijn/haar eigen wijze te ontplooien. Dit betekent dat de gastouder een veilige en op het kind gerichte speel/leeromgeving biedt en Pedagogisch beleid - werkplan gastouderopvang
4
daarmee ruimte voor de ontwikkeling van de kinderen. Met de van nature innerlijke motivatie om te leren en te ontdekken, leren kinderen binnen het eigen tempo en vermogen. Ieder kind wordt op zijn of haar manier uitgedaagd door het aanbieden van verschillende activiteiten op verscheidene ontwikkelingsgebieden die aansluiten bij hun leefwereld. Zelf doen Door zelf doen, te ontdekken wat er allemaal mogelijk is en problemen op te lossen, krijgt het kind inzicht in hoe de wereld in elkaar steekt en leert de mogelijkheden voor het uiten van gedachten en gevoelens te gebruiken.. Voor ons is het proces belangrijker dan het resultaat. Kinderen leren door te spelen en te ontdekken. Wat kun je met stokken doen? Waar smaakt zand naar? Hoe voelt het om ergens vanaf te springen, voelt het anders om van iets hoogs of van iets laags af te springen? Door veel te ontdekken en te oefenen ontdekt het kind zijn eigen mogelijkheden. Kinderparticipatie Het is belangrijk goed te kijken en te luisteren naar kinderen en hen zoveel mogelijk mee te laten denken, beslissen en doen. Het kiezen van een liedje, meehelpen met tafeldekken en kiezen uit activiteiten zijn manieren waarop dit vorm krijgt. Kinderen worden gestimuleerd in het zelfstandig uitvoeren van taken, wat hun zelfredzaamheid op een positieve manier ontwikkelt. Vanuit de invulling van de kernwaarde om de talenten van een kind te ontwikkelen, wordt het stimuleren van de persoonlijke competentie vormgegeven. Activiteiten Kinderwoud-breed wordt er “thematisch gewerkt”. 4 keer per jaar wordt er een thema geïntroduceerd waar allerlei activiteiten aan gekoppeld zijn. Dit thema wordt verspreid onder alle opvangvormen van Kinderwoud, dus ook bij de gastouders. De thema’s worden gezamenlijk gestart of afgesloten. Bij het aanbieden van de activiteiten wordt het zogenaamde “spinmodel” als handvat gebruikt; op deze manier komen alle ontwikkelingsgebieden in het activiteitenaanbod aan de orde en ontstaat er een gevarieerd activiteitenaanbod: het stimuleren van de grove en fijne motoriek, ruimte voor fantasie, het ontwikkelen van sociale contacten en vaardigheden (samen delen, rekening houden met elkaar), het experimenteren met materiaal, ontwikkelen van de taal- en cognitieve ontwikkeling.
Het werken met de thema’s is niet verplicht. Belangrijker is dat de activiteiten die gedaan worden divers zijn. De behoeften van de kinderen spelen hierin mee. Kinderen die overdag naar de peuterspeelzaal of basisschool zijn geweest, hebben vaak meer behoefte om zelf te bepalen wat zij gaan doen. Vrij spel activiteiten en gerichte activiteiten worden afgewisseld. Kinderen worden gestimuleerd door zelf enthousiast aan de gang te gaan; kinderen zijn niet verplicht om mee te doen met een activiteit. Bij peuters gaat het om de ontdekking, het doen, niet om het resultaat. Bij oudere kinderen kan het resultaat een gevoel geven van trots op eigen kunnen. Prestatiedrang en onderlinge competitie tussen de kinderen wordt niet door de gastouder bevorderd. Pedagogisch beleid - werkplan gastouderopvang
5
Buiten De gastouders gaan in principe elke dag naar buiten met de kinderen tenzij het bijzonder slecht weer is. Als kinderen van en naar school gebracht moeten worden kunnen gastouders onderweg met hen praten over allerlei dingen die zij tegenkomen; ook het weer en de wisseling van de seizoenen krijgen aandacht. De kinderen wordt respect voor de natuur bijgebracht. Een geliefd uitje voor veel kinderen is het doen van boodschappen: in het karretje zitten, boodschappen van de schappen pakken, groente op de weegschaal doen, bij de kassa afrekenen. Ook bezoekjes aan de kinderboerderij, speeltuin of zwembad zijn geliefd. Muziek Baby's kunnen meestal al zeer jong genieten van het zingen van liedjes al of niet vergezeld van bewegingen; dit stimuleert een kind zich te uiten en bevordert ook zijn gevoel voor ritme. De gastouder besteedt ook bij peuters en kleuters aandacht aan het samen muziek maken, het zingen en het doen van kringspelletjes. Televisie Gastouders gaan bewust om met televisie kijken. Dit wil zeggen dat er met mate televisie en video wordt gekeken en alleen naar programma's die voor kinderen geschikt zijn. In principe kijkt de gastouder mee, zodat de kinderen hun indrukken en vragen kunnen delen. Bij het kennismakingsgesprek is het belangrijk dat de gastouder laat weten wanneer en waarnaar er tijdens de opvanguren wordt gekeken. Feest Bij het vieren van feesten bij de gastouder wordt aangesloten bij de belevingswereld van de kinderen; thuis en op school wordt vaak ook al feestgevierd. Teveel of niet begrijpelijke activiteiten veroorzaken onnodig onrust. Aan een eenvoudige verrassing kan een kind al veel plezier beleven. Als gastouders voor zichzelf activiteiten doen zoals bezoek ontvangen of zelf bij een ander op bezoek gaan, moet rekening gehouden worden met het belang van de gastkinderen. Gedurende de wenperiode is het niet verstandig het gastkind mee naar elders te nemen. Als een gastouder een kind meeneemt buiten de woonplaats, dan wordt eerst met de ouders overlegd. Spel en speelgoed Het is belangrijk dat er voor de leeftijd van de gastkinderen geschikt speelmateriaal aanwezig is. Een creatieve gastouder weet voor het kind interessant materiaal aan te bieden zoals bijvoorbeeld pollepels, pannen, oude tijdschriften e.d. Goed speelgoed is multifunctioneel en uitnodigend voor de fantasie; het stimuleert verschillende aspecten van de ontwikkeling. Alle speelgoed wordt zowel aan jongens als meisjes aangeboden, die dan zelf een keuze kunnen maken op grond van hun interesse. Een gastouder kan via Kinderwoud een gratis lidmaatschapskaart krijgen van de Speel-otheek indien zij zelf geen of weinig speelgoed in huis hebben. Kinderen krijgen de gelegenheid om via spel hun fantasie, creativiteit en muzikaliteit te ontdekken. Kinderen in de basisschoolleeftijd kunnen genieten van het samen spelen van gezelschapsspelletjes. Ouder en gastouder kunnen overleggen over de wenselijkheid van computerspelletjes. Het samen lezen van kinderboeken biedt kinderen op allerlei manieren iets waardevols: de mogelijkheid om zich geborgen te voelen op schoot, stimulering van de taalontwikkeling, verrijking van de fantasiewereld van het kind. Een verhaal kan ook een uitgangspunt zijn om met elkaar een fantasiespel te doen: een reis te maken in de modder, over de bergen, door Pedagogisch beleid - werkplan gastouderopvang
6
een tunnel. Hierbij kunnen de kinderen zich op allerlei manieren voortbewegen, geluiden maken en gebruik maken van huishoudelijke voorwerpen. Bij schoolgaande kinderen is het plezier beleven aan het lezen zelf als ontspannende bezigheid belangrijk. 3. stimuleren van de ontwikkeling van de sociale competenties Door het leven in een groep, waarin elk kind zijn/haar unieke kenmerken meeneemt, en het samen spelen met andere kinderen worden de sociale vaardigheden en kennis ontwikkeld over hoe je met elkaar omgaat, hoe je rekening met elkaar houdt. Leren omgaan met regels en afspraken, samenwerken, praten met elkaar, wachten op je beurt, anderen helpen, conflicten voorkomen en oplossen dragen bij aan de weerbaarheid en zelfstandigheid van kinderen. Naast respect in de omgang met anderen wordt ook respect voor de omgeving, de natuur, de ruimte en het materiaal bijgebracht. Het is aan de gastouder de sociale competenties van de kinderen te helpen ontwikkelen. Dit doet de gastouder door zich bewust te zijn van zijn/haar eigen rol en deze zo in te zetten, mede bepaald door de leeftijd van de kinderen, dat het voor kinderen als voorbeeldfunctie dient en het sociale gedrag van het kind wordt gestimuleerd. Gastouders geven het voorbeeld hoe er met elkaar wordt omgegaan en houden hier rekening mee bij hun taalgebruik en hun houding bij de activiteiten waaraan de kinderen deelnemen. Eten en drinken Tijdens verschillende tafelmomenten krijgen kinderen eten en drinken aangeboden. Kinderen hebben goede voeding nodig om te groeien en zich te ontwikkelen. De kinderen eten samen met de gastouder aan tafel. Gedurende de dag wordt het gastkind gezonde en afwisselende voeding gegeven; met de ouders wordt overlegd over tussendoortjes en wel of geen zoetigheid. Totdat een kind ongeveer een jaar is nemen ouders zelf drinken en eventueel eten mee. Vervolgens geven veel gastouders er de voorkeur aan om alle (gast)kinderen hetzelfde eten aan te bieden. Zo leren kinderen om sociaal om te gaan met elkaar ze hoeven niet jaloers te zijn op het eten van een ander en het stimuleert kinderen om te eten. 4. De overdracht van normen en waarden Kinderen leren in hun eigen gezin en sociale situatie regels en afspraken. Ieder gezin heeft eigen waarden, uitgangspunten van waaruit men leeft, zoals bijvoorbeeld respect hebben voor anderen, eerlijk delen, medeleven en trouw. Normen bepalen de dagelijkse omgangsvormen, zoals bijvoorbeeld beleefd zijn, eerlijk zijn en meehelpen in de huishouding. Deze waarden en normen zijn gebaseerd op cultuur, godsdienst, woonomgeving en dergelijke. Dit geldt ook voor de gastouders. Ieder kind en elke gastouder neemt zijn eigen waarden en normen mee en deze ontmoeten elkaar in de opvang. Kinderen nemen de waarden en normen die ze meekrijgen vanuit huis en bij de gastouder mee in hun eigen persoonlijkheidsontwikkeling. Gastouders zijn bereid rekening te houden met wensen van ouders rond eten vanwege een allergie of vanuit een religieuze- of principiële overtuiging. Wat betreft verdere regels voor voeding en bereiding ervan, diëten, allergieën, andere culturen, feesten en dergelijke verwijzen we naar ons voedingsbeleid (richtlijn voor gastouders) en hygiënebeleid.
Pedagogisch beleid - werkplan gastouderopvang
7
De verzorging van verschillende leeftijdsgroepen Babyverzorging Baby’s vragen om een specifieke verzorging binnen de gastouderopvang. Hierbij is de informatie van ouders heel belangrijk, zodat er zoveel mogelijk afstemming kan zijn tussen het ritme bij de gastouder en thuis. In het eerste jaar houdt de gastouder zich zoveel mogelijk aan de slaap- en eettijden waaraan de baby thuis gewend is. Totdat een kind ongeveer een jaar is nemen ouders zelf drinken en eventueel eten mee. Tijdens de verzorging wordt met de kinderen gepraat. Er wordt regelmatig gezongen en geknuffeld. Ze worden zoveel mogelijk bij het gezinsgebeuren betrokken. Ook in de inrichting van de ruimte wordt rekening gehouden met baby’s. Voor hen wordt een omgeving gecreëerd, waarin ze zelf dingen kunnen ontdekken en verschillende ontwikkelingsgebieden worden gestimuleerd. Zo is er materiaal om zelf in te bewegen (schommelen), de tastzin te ontwikkelen en materiaal met geluid, visuele effecten en bewegingseffecten. Ook worden er activiteiten aangeboden zoals bijvoorbeeld bellenblazen, kiekeboe e.d. Het is belangrijk om baby’s ook aandacht te geven buiten de verzorgingsmomenten om. Kinderen die overdag nog slapen moeten in een aparte ruimte naar bed gebracht kunnen worden. Via uitleenservice van Kinderwoud kunnen hiervoor spullen voor worden geleend. Als een ander kind van school moet worden gehaald, dan gaat de baby in principe mee omdat een gastkind niet alleen thuis wordt gelaten, tenzij er in onderling overleg met de vraagouder andere afspraken zijn gemaakt. Afhankelijk van de individuele behoeften van het kind en het gastgezin kan er naast een aantal rustmomenten een duidelijke structuur en vast terugkerende rituelen worden aangeboden. Dreumesen Naarmate een kind ouder wordt voegt het zich in het dagritme van het gastgezin. Dreumesen doen minder een beroep op individuele verzorgingsmomenten. Toch hebben zij veel individueel contact nodig. Het ‘zelf’ proberen en doen vraagt om intensieve begeleiding. Zij kunnen maar kort hun aandacht bij één ding vasthouden en dit vraagt om veel verschillende aantrekkelijke situaties om te spelen en ervaringen op te doen. Het soepel omgaan met het dagritme is belangrijk. De vaste activiteiten in het dagritme geven houvast, zoals het samen zingen en eten. Peuters Bij peuters vinden de meeste verzorgingsmomenten samen met de groep plaats. Er wordt aandacht besteed aan zindelijkheidstraining als het kind hier thuis ook mee bezig is, op een positief stimulerende manier. Taal wordt belangrijker in het aangaan van contacten. De peuter moet de mogelijkheid krijgen om zich op allerlei manieren te ontwikkelen door uitdagende activiteiten in kleine groepjes of alleen en het actief deelnemen aan de bezigheden op de groep (bijv. tafeldekken). Variatie in het aanbieden van activiteiten en materialen vormt een uitdaging.
Pedagogisch beleid - werkplan gastouderopvang
8
De ontwikkeling van het kind Het is belangrijk dat de gastouder weet welke ontwikkelingsgebieden belangrijk zijn en hierop inspeelt tijdens de opvang. De verstandelijke ontwikkeling Hiermee bedoelen wij de ontwikkeling van het denken, het leren, het geweten en de taalontwikkeling. Het verstandelijke inzicht van het kind wordt vergroot door veel met het kind te praten over wat het ziet en meemaakt, bijvoorbeeld door aandacht te besteden aan begrippen zoals groot en klein, hoog en laag, gisteren en morgen en het leren onderscheiden van kleuren. De ontwikkeling van het geweten hangt samen met het begripsvermogen van een kind; leren begrijpen wat "nee" betekent, leren dat een verbod ook geldt als het kind zich alleen in de kamer bevindt. Deze ontwikkeling voltrekt zich niet in een logische volgorde. De impuls van het kind om aan een knopje te komen, terwijl hij weet dat het niet mag kan opeens zoveel sterker zijn dan de herinnering aan het verbod. De taalontwikkeling De taalontwikkeling wordt vooral aangemoedigd doordat de gastouder zelf goed Nederlands (Fries) spreekt en zich niet bedient van grove taal. Een kind dat leert praten, kan tegelijkertijd positief gewaardeerd en in zijn taalontwikkeling gestimuleerd worden door goed te herhalen wat een kind zegt. Als het kind zegt 'bootje peren", kan de gastouder reageren met 'ja, we gaan een broodje smeren". Voor de taalontwikkeling is het beter dat er niet voortdurend sprake is van achtergrondlawaai van bijvoorbeeld een radio. Het is belangrijk dat een gastouder positief staat tegenover een tweetalige opvoeding, als dit bij een gastkind voorkomt in de thuissituatie. Het kan ook zijn dat er sprake is van tweetaligheid in het gastgezin. Het is raadzaam dat ouder en gastouder de consequenties hiervan voor het gastkind bespreken in het kennismakingsgesprek. Van een gastouder wordt verwacht dat zij het Nederlands goed beheerst. De lichamelijke ontwikkeling Dit betreft de groei van het lichaam, de spierontwikkeling en ontwikkeling van de zintuigen. Bij de spierbeheersing kunnen wij onderscheiden: - de grove motoriek: bewegingen van armen en benen zoals trappelen, kruipen, lopen, springen en fietsen; - de fijne motoriek: alle kleine bewegingen van handen vingers en tenen zoals grijpen, vasthouden kleine kraaltjes oppakken en knippen. Een kind leert letterlijk door vallen en opstaan. Als de volwassene even wacht met reageren zal een kind na een val dikwijls zonder te huilen opstaan en verder doorgaan waarmee het bezig was. In de eerste jaren wordt de wereld vooral via de zintuigen ontdekt. Waarneming door tast, zicht en gehoor gaat samen met ontwikkeling van de motoriek. Door alles te betasten en in zijn mond te stoppen ontdekt het kind verschillen tussen hard en zacht, koud en warm zoet en bitter. Het kind ondersteunen in het zindelijk worden gebeurt in overleg met de ouder. Het initiatief om ermee te beginnen kan van de ouder of van de gastouder uitgaan bijvoorbeeld wanneer de gastouder al met een ander kind bezig is. Als besloten wordt om hiermee te beginnen is het raadzaam dat zowel thuis als bij de gastouder dezelfde aanpak wordt gehanteerd. Het kind ontdekt en onderzoekt ook zijn eigen lichaam en kan het fijn vinden bloot te spelen en te zwemmen zonder schaamte en taboes. Ouders en gastouders hebben hierin eigen grenzen wat zij wel en niet toelaatbaar vinden; het is raadzaam hierover te overleggen met elkaar.
Pedagogisch beleid - werkplan gastouderopvang
9
De emotionele ontwikkeling Onder de emotionele ontwikkeling verstaan wij de ontwikkeling van het gevoelsleven van het kind. Bij de gastouder krijgt het kind de ruimte om gevoelens en emoties van uiteenlopende aard te ervaren en te uiten. Als een kind verdrietig is (bijvoorbeeld bij het afscheid nemen) mag het huilen. Als een gastouder zegt ‘je bent verdrietig, omdat pappa weggaat’, geeft zij te kennen dat zij het verdriet van het kind begrijpt en accepteert. Reageert zij daarentegen met ‘je hoeft toch niet te huilen pappa komt straks weer terug’, dan zegt zij eigenlijk dat het kind niet verdrietig mag zijn. In het algemeen wordt een verdrietig kind getroost tenzij het kind aangeeft hieraan geen behoefte te hebben. Een kind kan ook wel eens moeten wachten omdat de gastouder met een ander kind bezig is. Soms geven ouders aan dat het kind altijd even huilt voordat het in slaap valt. Het kind is er dan niet bij gebaat, wanneer het door de gastouder wordt opgepakt om te troosten. Jonge kinderen kunnen allerlei angsten hebben: voor afscheid nemen, voor alleen zijn, voor een monster, voor beschadiging van zijn lichaam, voor de dood. Angsten worden serieus genomen, besproken en zo mogelijk wordt samen met het kind naar een oplossing gezocht. Het kind mag boos zijn en dit uiten indien hij daarbij zichzelf of een ander geen geweld aandoet. Een jong kind ontdekt dat het een eigen wil heeft en dat hij zijn omgeving kan beïnvloeden. Het is belangrijk dat de wil van het kind niet gebroken wordt; het kind geeft met zijn wil immers richting aan zijn leven. Gedurende de koppigheidsfase vraagt dit veel geduld en tact van de gastouder. Het kind moet nog leren dat het niet alles mag doen wat het wil. Een driftbui door een gevoel van machteloosheid kan hiervan het gevolg zijn. Soms is het nodig om een kind rustig tot zichzelf te laten komen op de bank of op de gang; dit gebeurt in overleg met de ouders. Als het kind weer rustig is kan de gastouder stilstaan bij wat er is gebeurd en tevens het kind geruststellen. Soms is een driftbui te voorkomen door een kind tijdig voor te bereiden op wat komen gaat: ‘je kunt nog even spelen, dan gaan we opruimen’. Door met kinderen te praten over hun eigen gevoelens (en die van anderen) wordt bij hen het vermogen zich in anderen te kunnen verplaatsen vergroot. De sociale ontwikkeling De sociale ontwikkeling houdt in dat een kind leert omgaan met andere kinderen en volwassenen. Thuis heeft het kind bijvoorbeeld geen broertjes of zusjes. Bij de gastouder zijn er dikwijls tijdens de opvanguren andere kinderen, waarmee het kind verschillende relaties kan hebben. Kinderen kunnen met elkaar belangrijke vriendschapsrelaties ontwikkelen. Dit geldt zowel tussen kinderen van dezelfde leeftijd als tussen oudere en jongere kinderen. Als gastouder kun je een gevoel van saamhorigheid bevorderen door te stimuleren dat kinderen elkaar helpen en troosten; ook door te praten over gezamenlijk meegemaakte gebeurtenissen en avonturen. Het kan ook voorkomen dat de gastkinderen en/of de eigen kinderen jaloers zijn op de aandacht en het speelgoed, die zij moeten delen. In de praktijk lossen gastouders deze problemen meestal op door gerichte individuele aandacht te geven en duidelijke afspraken te maken over het delen van speelgoed. Om een voorbeeld te noemen: het speelgoed wat beneden is, is in principe voor iedereen, knuffels uitgezonderd. Kinderen moeten ook af en toe de gelegenheid krijgen om alleen met iets te spelen en niet te hoeven delen. Kinderen worden niet verplicht met elkaar op te trekken. Gastkinderen kunnen eigen vriendschappen ontwikkelen met andere kinderen die in de buurt wonen van het gastgezin.
Pedagogisch beleid - werkplan gastouderopvang
10
Het gastouderbureau Werkwijze van het gastouderbureau Bij het gastouderbureau van Kinderwoud werken 4 bemiddelingsmedewerkers en een coördinator gastouderopvang. De bemiddelingsmedewerker heeft een coördinerende, administratieve en begeleidende taak. Zij verzorgt de selectie en intake van de gastouders. Ook inventariseert zij de wensen van de ouders (vraagouders) bij de vraag naar gastouderopvang. Gastouders zijn niet in loondienst van het gastouderbureau. Ze melden zich aan bij het gastouderbureau om, tegen een vergoeding, opvang te verzorgen aan gastkinderen. Gastouders geven zelf aan hoeveel kinderen ze op willen vangen (binnen de toegestane normen) en op welke tijden ze beschikbaar zijn. Ze zijn zich bewust van hun grote verantwoordelijkheid ten aanzien van de zorg en opvoeding van andermans kinderen. Ze nemen deze taak met veel plezier op zich, vanuit een positieve instelling. Het gastouderbureau beoogt ouders van kinderen in de leeftijd van 12 weken tot maximaal het eind van de basisschoolleeftijd verantwoorde opvang te bieden: a. In een gezinssituatie b. Zo dicht mogelijk bij werk/huis of in de eigen woning. c. Desgewenst op flexibele tijden Ruim bestand We beschikken over een ruim bestand van gastouders. Afhankelijk van de wensen van de vraagouder gaat de bemiddelingsmedewerker op zoek naar een geschikte match. Ze zal contact zoeken met een gastouder die het qua aanbod het dichtst bij de wensen van de vraagouder past. Er wordt een omschrijving van de aanvraag gegeven en gevraagd of de gastouder deze opvang wil en kan doen. Bij een bevestigend antwoord zal de bemiddelingsmedewerker contact opnemen met de vraagouder en een beschrijving geven van de gastouder en wat zij te bieden heeft. Als dit voldoet aan de wensen van de ouder zal er een afspraak voor een kennismaking gemaakt worden. De bemiddelingsmedewerker zal bij dit kennismakingsgesprek aanwezig zijn. Kennismakingsgesprek Tijdens het kennismakingsgesprek komen onderwerpen aan de orde zoals; de werkwijze van de gastouder, het aantal kinderen wat ze opvangt, hoe ze denkt over opvoeden, activiteiten die ze onderneemt, regels die ze hanteert ect. Vraagouders kunnen vragen stellen maar geven ook aan wat hun wensen zijn. Uiteindelijk is het belangrijk dat de vraagouder een beeld krijgt hoe het er aan toe gaat bij de gastouder en moet kunnen beslissen of ze hun kindje aan de gastouder toe vertrouwd. Er hoeft niet direct een beslissing genomen te worden. Ouders kunnen dit thuis rustig bespreken. Ook de gastouder kan nog even bedenken of ze de opvang wil en kan doen. Na een afgesproken termijn zal de bemiddelingsmedewerker contact met beide partijen opnemen met de vraag wat er besloten is. Indien beide partijen positief zijn wordt er een afspraak gemaakt voor een koppelingsgesprek. Mocht een van beide partijen negatief zijn dan wordt er verder gezocht naar een geschikte gastouder. Koppelingsgesprek Tijdens het koppelingsgesprek worden concrete afspraken gemaakt over de opvang; onder andere over de startdatum, de opvangtijden en dagen. Maar er worden ook afspraken gemaakt over het eten en drinken, de slaaptijden, regels en vervoer. Bij dit gesprek zal de bemiddelingsmedewerker ook aanwezig zijn. Zij zal een verslag maken van dit gesprek wat Pedagogisch beleid - werkplan gastouderopvang
11
vastgelegd wordt op de telefoon- en afsprakenlijst. Op de telefoonlijst staan de adresgegevens van beide partijen maar ook de telefoonnummers waar een ieder op te bereiken is. Tot slot van dit gesprek zullen de overeenkomsten tussen gast- en vraagouder ondertekend worden. Proeftijd De eerste 2 maanden gelden als proeftijd. Gedurende deze tijd kan de opvang per dag stopgezet worden; het kan natuurlijk zo zijn dat het toch niet aan de verwachtingen voldoet. Aan het einde van deze proeftijd zal de bemiddelingsmedewerker contact opnemen met beide partijen om te horen hoe het gaat en te vragen of er behoefte is aan een 2e maandgesprek. Dit gesprek geeft de mogelijkheid om de afgelopen periode door te spreken en bijvoorbeeld afspraken te herzien. Evaluatie De bemiddelingsmedewerker is ten allen tijde beschikbaar voor zowel de vraag –als gastouder om vragen te beantwoorden of advies te vragen. Uitgangspunt is dat beide partijen zoveel mogelijk onderling dingen bespreken maar er kunnen zich situaties voordoen waarin hulp van de bemiddelingsmedewerker nodig is. Elk jaar zal er een evaluatiegesprek plaatsvinden. Dit is een verplichting van het gastouderbureau en wordt gecontroleerd door de GGD. In het evaluatiegesprek bespreken ouders en gastouder de tevredenheid, de gemaakte afspraken en het verloop van de opvang. Eindevaluatie Bij beëindiging van een koppeling kunnen vraagouders of gastouders aangeven of er behoefte is aan een eindgesprek. Er wordt een einde – evaluatieformulier uitgereikt of opgestuurd aan de vraag-en gastouders waarin zij hun oordeel over de opvang (eventueel anoniem) kunnen geven. Deze worden verwerkt door de kwaliteitsmedewerker. Doel van dit formulier is dat het kind een periode gebruik gemaakt heeft van gastouderopvang en het is van wederzijds belang dat alles goed doorgesproken en afgesloten wordt. In het geval van ziekte, bij calamiteiten of wegens vakantie van de gastouder kan een vervangende gastouder worden ingezet. Deze gastouders staan in het bestand van het gastouderbureau en zijn al als gastouder werkzaam.
Pedagogisch beleid - werkplan gastouderopvang
12
Gastouders Intakegesprek Als een gastouder zich inschrijft bij Kinderwoud, wordt er eerst een afspraak gemaakt voor een intakegesprek. De bemiddelingsmedewerker gaat bij de gastouder langs en neemt een intakeformulier met hem of haar door. Om een juiste match te kunnen maken is het belangrijk dat je je gastouders kent. Een gastouder moet zich ook kunnen vinden in de visie van Kinderwoud. Voorwaarden Om als gastouder te kunnen werken moet je aan voorwaarden voldoen. Deze voorwaarden hebben als doel professionele en verantwoorde kinderopvang te bieden. Wil je als vraagouder in aanmerking te komen voor een bijdrage van de Belastingdienst (kinderopvangtoeslag) dan kan dat alleen als je kinderen ondergebracht zijn bij een gastouder die opgenomen is in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen (LRKP). Een gastouderbureau die ook in dit LRKP opgenomen is, kan gastouders hiervoor aanmelden bij de gemeente. De gemeente controleert of de opgestuurde documenten in orde zijn en stuurt de aanmelding door naar de GGD die vervolgens een inspectie op de opvanglocatie doet (dit kan dus ook bij de vraagouder thuis zijn als de opvang daar plaats vindt). Om als gastouder te worden opgenomen in het Landelijk Register Kinderopvang moet de gastouder aan de volgende eisen hebben voldaan en beschikken over: -
een diploma mbo2 Helpende (Zorg) en Welzijn, of een daaraan gelijkgesteld diploma; een door de minister aangewezen EHBO certificaat gericht op kinderen; een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) dit geldt ook voor een eventuele partner en huisgenoten boven de 18 jaar; de gastouder moet Nederlands spreken; zij moet tenminste 18 jaar zijn of ouder en niet wonen op hetzelfde adres als de ouders van de kinderen die zij opvangt; eigen kinderen mogen niet onder toezicht staan.
Verder vindt Kinderwoud het belangrijk dat, -
de gastouder regelmatig, minimaal 5 uur per week of 22 uur per maand opvang kan bieden, minimaal gedurende een half jaar de gastouder telefonisch bereikbaar is De gastouder graag met kinderen om gaat de gastouder en eventuele gezinsleden positief t.o.v. deze vorm van opvang staan de gastouder de inhoud van het pedagogisch beleidsplan van het gastouderbureau kent en er naar kan handelen de gastouder de risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid en het protocol kindermishandeling kent en ernaar handelt de gastouder in staat is tot het geven van warmte en geborgenheid aan het gastkind; de gastouder haar huishouden zo regelt, dat er voldoende tijd en aandacht is voor het gastkind de gastouder de kinderen niet alleen laat of het toezicht overlaat aan anderen de gastouder beschikt over goede communicatieve vaardigheden en in staat is om op een professionele manier contact te onderhouden met de vraagouder en afspraken te maken
Pedagogisch beleid - werkplan gastouderopvang
13
-
-
de gastouder kan voldoen aan hygiënische normen de gastouder lichamelijk en geestelijk in staat is tot het verantwoord bieden van opvang de gastouder open staat voor mogelijke andere ideeën en levenswijze van de vraagouder de gastouder bereid is om samen te werken met het gastouderbureau en tot het volgen van aanvullende cursussen/trainingen/bijeenkomsten die gerelateerd zijn aan de opvangtaak de gastouder privacygevoelige informatie respecteert en geen informatie doorspeelt aan derden de gastouder in staat is tot het reflecteren van eigen handelen de gastouder in het bezit is van een geldige AVP verzekering en een inzittendenverzekering bij gebruik van een auto
Eisen opvanglocatie De woning waar de opvang plaatsvindt, dient aan onderstaande eisen te voldoen. Deze eisen worden in ieder geval, jaarlijks getoetst door de bemiddelingsmedewerkers, door middel van een huisbezoek aan de opvanglocatie. In de praktijk zal de bemiddelingsmedewerker vaker dan 1 keer per jaar bij de gastouder over de vloer komen en kijkt dan ook naar het voldoen aan de eisen van de woning – opvang. Algemeen
De gehele opvanglocatie is ten alle tijde rookvrij. De opvanglocatie is voorzien van voldoende en goed functionerende rookmelders. Speelruimte De gastouder heeft in en rondom huis voldoende veilige ruimte om te spelen, afgestemd op het aantal en de leeftijd van de kinderen. Het speelgoed is daarbij gevarieerd en uitdagend en stimuleert het sociaal, cognitief, motorisch en creatief spel van een kind. Slaapruimte Voor kinderen tot 1,5 jaar is er een aparte en goed geventileerde slaapruimte. Buitenspelen Als gastouder bied je veilige buitenspeelmogelijkheden (eigen tuin of buitenspeelplaats in directe omgeving), met de daaraan verbonden veiligheidsnormen, afgestemd op de leeftijd van de kinderen. Maatregelen bij brand en ontruiming Vanuit het gastouderbureau wordt door middel van de jaarlijkse risico-inventarisatie en evaluatie een aantal zaken gecheckt. Het is verplicht om per huis twee rookmelders te hebben. In geval van thuisopvang dienen in het huis van de vraagouder twee rookmelders aanwezig te zijn. Ook wordt samen met de gastouder naar mogelijke vluchtwegen en manieren gezocht om hier op voorbereid te zijn. Leeftijdsopbouw en aantal opvangkinderen De gastouder mag maximaal 6 kinderen van 0-13 jaar gelijktijdig opvangen. Daarbij worden de eigen kinderen tot 10 jaar meegeteld. De gastouder mag niet meer dan 5 kinderen tegelijk opvangen, als deze kinderen allemaal jonger dan 4 jaar zijn. Dit is inclusief de eigen kinderen tot 4 jaar. Er mogen maximaal 4 kinderen van 0 en 1 jaar tegelijk aanwezig zijn, waarvan maximaal 2 kinderen van 0 jaar. Dit is ook inclusief eigen kinderen van die leeftijd. Achterwacht Als een gastouder 4 of meer kinderen tegelijkertijd opvangt is het een voorwaarde dat de gastouder een andere volwassene als achterwacht in geval van calamiteiten heeft geregeld. De achterwacht moet in het geval van calamiteiten snel (binnen 15 minuten) ter plekke kunnen zijn. De naam en het telefoonnummer van de achterwacht is op het ‘formulier achterwacht’ vastgelegd. De achterwacht hoeft niet in het bezit te zijn van een VOG.
Pedagogisch beleid - werkplan gastouderopvang
14
Stagiaires Een aantal gastouders begeleidt een stagiaire. Deze stagiaire is geen beroepskracht en heeft niet de verantwoordelijkheid voor de kinderen. Zij werkt altijd naast de gastouder. De stagiaire krijgt ondersteuning en begeleiding van de gastouder tijdens het werken en ook vindt er een gesprek plaats tussen stagiaire, begeleider vanuit school en de gastouder. Het gastouderbureau krijgt een kopie van de stage-overeenkomst en de VOG van de stagiaire. Voor de start van de stage moet er een VOG aanwezig zijn. Signalering van problemen Gastouders hebben ook een signalerende taak in het onderkennen van mogelijke problemen in de ontwikkeling van kinderen. Zorgen worden altijd eerst op zorgvuldige wijze met ouders besproken. Het kan zijn dat de ouders de zorg niet delen of er niet voor open staan. Indien de gastouder zich zorgen blijft maken, dan kan zij dit bespreken met een medewerker van het GOB. Indien de medewerker ook van mening is dat er sprake is van een belemmerende factor met betrekking tot de ontwikkeling van het gastkind, dan zal de kwestie opnieuw met de ouders worden besproken. De gastouder kan tevens een signaalfunctie hebben bij een vermoeden van verwaarlozing of misbruik van het gastkind in de eigen omgeving. Er wordt dan gehandeld volgens een vaste procedure die is omschreven in de meld-code huislijk geweld en kindermishandeling. Iedere nieuwe gastouder krijgt bij intake een introductie-map uitgereikt waarin zich deze meldcode en verdere procedures zich bevinden. Werken met de meldcode Bij het vermoeden van mishandeling geldt een plan van aanpak. Het gastouderbureau heeft meerdere aandachts-functionarissen en kan in het geval van een vermoeden gastouders ondersteunen in het nemen van verdere stappen. Voor consultatie, advies en melding van een vermoeden van kindermishandeling, wordt contact gezocht met het AMK. Ziekte Ziekte van het kind wordt door de ouders gemeld aan de gastouder. Alle ouder(s) en verzorger(s) en gastouders beschikken over een ziektewijzer (zie register documenten). Hierin worden verschillende voorkomende ziektes genoemd, worden symptomen beschreven en wordt de wijze van handelen aangegeven. Indien nodig wordt contact opgenomen met de GGD. Ook wordt hierin aangegeven wanneer het kind de gastouder niet kan bezoeken in verband met besmettingsgevaar. Zaken zoals het toedienen van medicatie, vaccinatie e.d. staan beschreven in het kwaliteitshandboek onder ‘ziekte en ongevallen’. Jaarlijkse GGD inspectie De GGD voert jaarlijks een inspectie uit op het gastouderbureau. Het welbevinden van kinderen Kinderwoud wil een omgeving bieden waarin kinderen zich op hun gemak voelen en waar kinderen plezier beleven, zodat ze zich ook goed kunnen ontwikkelen. Welbevinden is een belangrijke voorwaarde voor kinderen om goed te kunnen opgroeien en om al hun mogelijkheden te kunnen ontplooien. Het is belangrijk om als gastouder de signalen van kinderen te begrijpen (door te observeren en te luisteren). Zo kan men inspelen op de behoeftes van kinderen. Het welbevinden van kinderen bij gastouders wordt getoetst bij het jaarlijkse evaluatiegesprek. Indien blijkt dat het welbevinden niet optimaal is, wordt in een gesprek met ouder(s)/verzorger(s) gekeken hoe het welbevinden kan worden verbeterd.
Pedagogisch beleid - werkplan gastouderopvang
15
Informatievoorziening Nieuwsbrief Vanuit de organisatie wordt er elk kwartaal een nieuwsbrief verspreid met daarin informatie die voor alle ouders van belang is, zoals beleid- en organisatieveranderingen, festiviteiten e.d. Daarnaast wordt er regelmatig een nieuwsbrief vanuit het gastouderbureau verspreid onder gast- en vraagouders met daarin informatie die voor hen van belang is. Bijeenkomsten voor gastouders en/of vraagouders Een aantal keer per jaar organiseert het gastouderbureau een thema ouderavond.. Op deze ouderavond kunnen diverse onderwerpen aan de orde komen. Over het algemeen wordt er een opvoedkundig onderwerp gekozen. Op de opvanglocaties wordt ook regelmatig een ouderavond georganiseerd. Hiervoor worden zoveel mogelijk ook de ouders van het gastouderbureau uitgenodigd. Centrale en lokale oudercommissie Voor alle vraagouders is een lokale oudercommissie in het leven geroepen (LOCK). Dit is een vertegenwoordiging van ouders van kinderen die gebruik maken van opvang bij een gastouder. Deze ouders behartigen de belangen van alle kinderen en vraagouders. Zij kunnen meedenken en adviseren over zaken m.b.t. kwaliteit, pedagogisch beleid, veiligheid en gezondheid. Drie keer per jaar vergaderen zij in het bijzijn van de coördinator GOB. De oudercommissie levert op verzoek een bijdrage op ouderavonden en themabijeenkomsten; zorgt voor goede en heldere informatieverstrekking aan de ouders over de activiteiten van de oudercommissie en zorgt voor een goede communicatie met de centrale oudercommissie. De Centrale Oudercommissie (CO) heeft als doel de gemeenschappelijke belangen van ouders en kinderen op centraal niveau te behartigen. De CO praat mee over overkoepelende zaken ten aanzien van het algemene kwaliteitsbeleid als het gaat over de aantallen kinderen per pedagogisch medewerker, de groepsgrootte, maar ook de opleidingseisen van de pedagogisch medewerkers. Daarnaast wordt o.a. ook het algemeen pedagogisch beleid, het voedingsbeleid, de vaststelling en wijziging van de klachtenregeling en besprekingen ten aanzien van de prijsstelling van de kinderopvang onder de loep genomen. Kortom; Een veelomvattende taak, waarbij de mening van de ouder van belang is. Klachtenprocedure en verbeterformulieren “Van uw klacht willen wij leren” is het uitgangspunt bij Kinderwoud. Indien een ouder ontevreden is over een werkwijze of andere zaken, kan dit in eerste instantie met de gastouder of bemiddelingsmedewerker van het gastouderbureau besproken worden. Leidt dit echter niet tot een bevredigende afhandeling dan kan de gastouder of vraagouder zich rechtstreeks tot de klachtencommissie wenden d.m.v. een klachtenformulier. Dit formulier is verkrijgbaar via Kinderwoud of kan worden gedownload van de site van Kinderwoud (www.kinderwoud.nl) onder het kopje Kwaliteit. Na ontvangst wordt gekeken hoe en door wie de klacht afgehandeld kan worden.
Pedagogisch beleid - werkplan gastouderopvang
16