PARC NAZIUNAL SVIZZER NOTENKRAKERS EN MEER… Dit verslag is een weergave van een wandelreis in de herfst van 2011 door het enige nationale park dat Zwitserland rijk is. Als startpunt was het centraal gelegen Zernez uit-gekozen. Gewapend met de fotocamera werd gezocht naar dieren die gebonden zijn aan het hooggebergte van de Alpen zoals Gems, Alpenmarmot, Lammergier en Notenkraker. © HMNatuurfotografie
PARC NAZIUNAL SVIZZER NOTENKRAKERS EN MEER…
LIGGING Het nationale park werd op 1 augustus 1914 opgericht en is
INLEIDING
daarmee het oudste
In de herfst van 2005 hadden we een bezoek aan PN Svizzer gebracht en werden toen getroffen door de schoonheid van het berglandschap en de bronst van het Edelhert. Dit jaar (2011) gingen we op herhaling maar wilden een en ander nu ook op beeld vastleggen. Op de meeste wandelingen ging daarom de zware camera uitrusting mee. Als basis voor de wandelingen is gebruikgemaakt van de wandelgids door Klaus Robin. Dit boekje op zakformaat met een gedetailleerdere kaart is te koop bij het informatiecentrum van het PN. Dit informatiecentrum ligt in Zernez aan de weg naar de Ofenpass. De in dit verslag genoemde routes verwijzen naar de nummers zoals gemarkeerd op de wandelkaart. Enkele van de gemaakte foto’s treft u in dit reisverslag aan. Voor verdere beelden verwijs ik graag naar mijn internetsite: www.hmnatuurfotografie.nl.
van midden Europa.
DAG 1: NAAR ZERNEZ VIA DE FLÜELA PASS Zernez is bereikbaar via de Vereina-autotrein vanuit Klosters. Ook is er een bergweg, de Flüela pass. Als die pass open is, dan is deze slingerweg zeker aan te raden. Op de pass heb je een fantastisch uitzicht en kun je even de benen strekken. Er is een kleine parkeerplaats met picknicktafels zodat het meegebrachte voedsel genuttigd kan worden. Nadat je de pass af bent geslingerd, kom je al snel in Zernez aan en kun je op zoek gaan naar je onderkomen. Wij stonden op camping Cul. Reserveren van de camping is in de herfstperiode niet nodig. In Zernez is een supermarkt en bakkerij aanwezig. Een goed restaurant annex pizzeria is Adriana gelegen naast het hotel Swiss Lodge in de hoofdstraat naar St. Moritz.
Het ligt in de oosthoek van Zwitserland nabij de grens met Italië. Met een oppervlakte van 172 km² is het een van de kleinste nationale parken uit het Alpengebied. Een goede basis is het centraal gelegen Zernez. Hier zijn diverse hotels en een camping. Openbaar vervoer is aanwezig in de vorm van trein en bus. De afstand van Utrecht naar Zernez is
1
circa 900 km.
DAG 2: EDELHERTEN IN VAL TRUPCHUN Het was eind september, de periode dat in de Zwitserse Alpen de bronst van de Edelherten op zijn hoogtepunt is. Dit jaar viel dat iets tegen, vermoedelijk door de hoge temperaturen tijdens ons bezoek (22°C) en de enorme hoeveelheid sneeuw die een week daarvoor gevallen was. In de bergen was een meter sneeuw gevallen met als gevolg dat veel bomen omgevallen waren door de zware last. De wandeling naar Alp Trupchun (nr. 1) is relatief ligt. De paden zijn goed begaanbaar met een stijging van 350m over een lengte van 7km. Je kunt kiezen voor een route door het dal aan de noordkant van de rivier Ova da Trupchun of aan de zuidkant bovenlangs. Wandelend door de naaldbossen hoor je op veel plaatsen Notenkraker en Groene specht. De herten burelen op de hoger gelegen delen aan beide kanten van de rivier. Soms zie je er een tussen de bomen staan. Hoe hoger je komt, des te opener wordt het gebied en als snel zit je boven de boomgrens. Op de Alp Trupchun heb je een goed zicht op de omringende bergwanden en zie je meerdere Edelherten en grote groepen Gemzen. Bij deze alp is een gebied afgebakend met gele paaltjes waarbinnen de bezoekers worden geacht te blijven. Al snel wordt duidelijk waarom als net buiten deze grens enkele Alpenmarmotten zich laten zien. Ze zijn nog net niet in winterslaap als wij er zijn. Met verrekijker en telescoop wordt de omgeving afgezocht en zien we in de verte een Steenbok. Plots hoor ik de Alpenmarmotten hard piepen: alarm! Eerst denk ik nog aan verstoring door een van de wandelaars, maar al snel zie ik de oorzaak van de opwinding. In de lucht zweeft een Lammergier. Een prachtige volwassen vogel die zich goed liet bekijken voordat ze achter de bergrug verdween.
In het Duits wordt deze botten etende roofvogel Bartgeier genoemd. Vrij vertaald is dit ‘baardgier’. Aan beide kanten van de snavelbasis zijn zowaar de baardharen te zien. Alpenkauwen vliegen af en aan. Ze zijn duidelijk gewend aan de mens. Met hun zwarte verenkleed en gele snavel is het een opvallende verschijning. We blijven enkele uren op de alp om vervolgens via de hogere route terug te wandelen naar de parkeerplaats. Onderweg komen we nog diverse Rode eekhoorns tegen en laat een Edelhert zich even mooi zien. Tip: op de parkeerplaats Prasüras bij het plaatsje S-chanf is het betaald parkeren. Denk aan losgeld (Zw.Fr. 5,- voor 1 dag). Bij de parkeerplaats is een kiosk, maar die is pas vanaf 11.00 uur open.
2
DAG 3: ALPENMARMOTTEN OP ALP LA SCHERA Deze wandeling (route 11) is het beste te starten vanaf parkeerplaats P4 bij de grens met Italië. De parkeerplaats ligt achter de grenspost, wat wel een veilig gevoel geeft. P4 is te bereiken door vanuit Zernez richting de Ofenpass te rijden. Vanaf P4 zijn we de berg opgewandeld. In het begin een vrij steile klim door een naaldbos, waarbij we vergezeld werden van Kruisbek, Notenkraker en Kuifmees. Eenmaal op de alp aangekomen, blijkt dat hier de Alpenmarmotten al aan de winterslaap begonnen zijn. We genieten echter van het geweldige uitzicht. In het dal zien we het Lago di Livigno liggen met daarachter de 3140 meter hoge Monte Cassa del Ferro. Terwijl we rustig genieten van al dit moois, vliegen de Notenkrakers af en aan. Bij sommige dieren is de volle krop goed te zien. Ze zijn voedsel aan het hamsteren voor de aankomende, op deze hoogte strenge winter. We gaan terug via een aansluitende route naar parkeerplaats P5 en besluiten daar om de 400m naar P6 te lopen om bij het hotel een kop koffie te drinken op het zonnige terras. Daarna is het even werk om de stramme benen weer in beweging te krijgen voor de wandeling terug langs de rivier Ova dal Fuorn. De relatief makkelijke wandeling van ongeveer 8km heeft een stijging van 400m.
NOTENKRAKER De Notenkraker Nucifraga caryocatactes behoort tot de
kraaiachtigen en broedt vrijwel alleen in bossen met sparren en arven. In de herfst worden de zaden verzameld en in de grond verstopt. De in Europa broedende ondersoort heeft een dikkere snavel dan de Siberische. Door het opvallende verenkleed met geen andere vogel
We besloten vandaag de oostkant van het nationale park te bezoeken. Deze wandeling (nr. 20) begint bij het plaatsje S-charl. Om hier te komen neem je vanuit Zernez de weg naar Scuol. Daar de borden naar het PN Swizzer volgen over een smal weggetje met veel onoverzichtelijke bochten. Bedenk dat de Zwitsers nog wel eens denken dat ze alleen op de weg zijn! Verder is deze weg niet aan te bevelen om te rijden bij regen omdat de kans op vallende stenen dan erg groot is. De camper laten we achter op de parkeerplaats bij S-charl (betaald parkeren Zw.Fr. 5,-) en beginnen aan de klim naar de 525 meter hoger gelegen Mot Tavrü. De lengte van de wandeling is retour ongeveer 10km. Direct nadat we de parkeerplaats hebben verlaten, worden we geconfronteerd met tientallen Notenkrakers die af en aan over onze hoofden vliegen. We volgen de beek naar boven en rusten bij een alm. Daar horen en zien we nog enkele Alpenmarmotten aan de overkant van de beek. We besluiten daar op de weg terug tijd aan te besteden, maar later blijkt dat de beesten zich inmiddels teruggetrokken hebben in hun holen. Na het lessen van onze dorst bij het waterpunt klimmen we verder naar de Mot Tavrü. Via smalle geitenpaatjes komen we op de bergkam waar we een 360 graden panoramisch uitzicht hebben. Al snel zien we de alom aanwezig Alpenkauw. Opvallend is
3
te verwarren.
DAG 4: NOTENKRAKERS BIJ MOT TAVRÜ
ook de trek van veel vlinders. Vooral de Atalanta zien we veel over de bergkam vliegen op een hoogte van 2300m! Mijn aandacht gaat echter vooral uit naar de vele Notenkrakers die in het dal onder ons vliegen. Ik zie dat ze verderop regelmatig in twee dode bomen landen, voordat ze verder vliegen. Ik besluit onder een paar dwergdennen te gaan zitten en kan vanuit die positie een paar fraaie foto’s maken.
Plots is er paniek onder de vogels en een blik naar boven leert mij de oorzaak hiervan. Een Steenarend komt laag over mij heen, wat een paar mooie vliegbeelden oplevert. Na het maken van veel foto’s van de omgeving besluiten we op onze schreden terug te keren richting de parkeerplaats. We wilden voordat het donker werd in het dal de kronkelweg achter ons hebben.
4
DAG 5: OMGEVING ZERNEZ EN DE RHÄTISCHE BAHN Deze zondag besluiten we een rustdag te nemen om onze vermoeide spieren bij te laten komen van de geleverde inspanningen. Na het nuttigen van de nodige koppen koffie en het maken van een back-up van de foto’s, maken we een kleine wandeling aan de zuidkant van Zernez. De spoorlijn van de Rhätische Bahn heeft daar een keerlus van 180 graden. Hierdoor zijn enkele fraaie foto’s te maken van de smalspoortrein in het bergachtige landschap. De spoorlijn staat op de Unesco wereld erfgoedlijst en trek jaarlijks vele duizenden bezoekers. De spoorlijn heeft een lengte van 122,3 km, beginnend in Thusis en eindigend in het Italiaanse Tirano. Na de wandeling hebben we een bezoek gebracht aan het informatiecentrum van het PN Swizzer. Daar is een wisselende tentoonstelling en is een redelijke hoeveelheid lectuur te koop. Niet goedkoop, maar de monografie over de Wolf is zeker de moeite waard. In het centrum staat een vaste computer gratis ter beschikking. Hier kan vanzelfsprekend niets op geüpload worden. Voor wie Wifi nodig heeft, kan terecht bij het aan de overkant gelegen hotel. Voor Zw.Fr. 1,- kan 15 minuten op het internet gesurft worden met de eigen computer.
LAMMERGIER
DAG 6: ALP GRIMMELS
De Lammergier
Onze laatste dag in Zernez. We doen het rustig aan en gaan met de camper naar P6 om van daaruit naar het uitzichtpunt Grimmels (nr. 12) te wandelen. Een wandeling van een klein uur met een stijging van 250m. De start van de wandeling is achter het hotel Il Fuorn. Al snel kom je langs een voormalige kalkoven waar vroeg kalkmortel van werd gemaakt, de voorloper van cement. Zo’n 100m verder was een Rode eekhoorn druk bezig met de bouw van zijn nest. Onderweg naar de alm werden we vergezeld door vele soorten mezen. Vooral de Kuifmees liet zich veel zien. Natuurlijk was de Notenkraker ook overal weer te horen en te zien. Luidruchtige beestjes zijn dit. Na het kruisen van de rivier Ova dal Val Ftür klim je door naar Grimmels. De alm van Grimmels is eigenlijk een grote gatenkaas van holen van de Alpenmarmot. Ook hier helaas geen marmot meer te zien. Vanaf de alm heb je een mooi zicht op de verderop gelegen Ofenpass. Rond de top van de Piz dal Fuorn cirkelde een volwassen Lammergier en even later bij de Piz Nair een juveniele Lammergier. Geweldig om zomaar twee van deze zeer zeldzame roofvogels te kunnen zien. Dat we hier Lammergieren zien, is in verband te brengen met de verderop gelegen Val da Stabelchod waar Lammergieren uitgezet worden als onderdeel van een internationaal herintroductieprogramma. Als of het nog niet genoeg was, cirkelde even later een Steenarend rond de Piz Nair. Op de alm bij Grimmels waren de Alpenkauwen in kleine aantallen aanwezig en had je verder een goed zicht op de Notenkrakers die af en toe over onze hoofden scheerden. Na genoten te hebben van deze dag met wederom prachtig weer, zijn we teruggewandeld naar de parkeerplaats. Bij het hotel nog even koffiegedronken voordat we verder gereden zijn naar de Ofenpass. Op zich een leuke plek, maar de Flüela pass vonden we indrukwekkender.
Gypaetus barbatus is in 1991 in Zwitserland geherintroduceerd nadat die was uitgestorven als broedvogel. In het PN Svizzer vinden de uitzettingen plaats in Val da Stabelchod. Inmiddels vinden er jaarlijks meerdere broedgevallen plaats. Naast aas eet deze voegl ook beenmerg door botten in zijn geheel in te slikken.
5
DAG 7: VIA DE FLUËLA PASS HUISWAARTS We vertrokken al bijtijds van de camping om bij het goede licht de Flüela pass te bereiken. Na het nemen van enkele prachtige haarspeldbochten kom je boven aan de bergpas. We hebben het drukke restaurantgebeuren achter ons gelaten door iets verder te rijden naar een fraaie hoog gelegen parkeerplaats. Terwijl we rustig koffie dronken, kwam een Steenarend de bergkam overgevlogen. Plots trok de vogel de vleugels in om als een steen naar beneden te vallen. Helaas verdween de vogel achter de bergkam en hebben we niet kunnen zien wat de prooi was die hij in de gaten had. We besloten om nog een korte wandeling te maken, waarbij we genoten hebben van de intens rode kleuren van de bosbesstruiken.
SAMENVATTING Het land is relatief duur, maar de natuur is overweldigend. De herfst brengt een extra dimensie door de prachtige kleuren. Dierfotografie is wat lastiger doordat binnen het PN Svizzer niet van de wandelpadden mag worden afgeweken, maar landschapsfotografie is zeer goed mogelijk en vormt daarmee ook een geweldige uitdaging.
LINKS PN Svizzer:
http://www.nationalpark.ch
Lammergier: http://www.wild.uzh.ch/bg
6