OVERZICHT REFERENTIEFUNCTIES
functiecode
functienaam
NOK
A-deel (Ambulant) objectleider algemeen schoonmaakonderhoud II
+ NOK (niveau I, II en III)
Medewerker algemeen schoonmaakonderhoud I
+ NOK (niveau I en II)
Medewerker schoonmaakonderhoud en services II
+ NOK (niveau I, II en III)
Medewerker schoonmaakonderhoud transportmiddelen II
+ NOK (niveau I, II en III)
Medewerker schoonmaakonderhoud vloeren II
+ NOK (niveau I, II en III)
Meewerkend voorman/-vrouw alg. schoonmaakonderhoud I
+ NOK (niveau I en II)
Schoonmaakmedewerker keuken/catering II
+ NOK (niveau I en II)
B-deel
wl/010414
Gevelbehandelaar II
+ NOK (niveau I, II en III)
Glazenwasser II
+ NOK (niveau I en II)
Medewerker schoonmaakonderhoud industrieel II
+ NOK (niveau I, II en III)
Medewerker schoonmaakonderhoud na calamiteiten II
+ NOK (niveau I, II en III)
Meewerkend voorman/-vrouw schoonmaakonderhoud buiten I
+ NOK (niveau I en II)
OVERZICHT INDELING REFERENTIEFUNCTIES EN AFGELEIDE NIVEAUS A- EN B-DEEL De referentiefuncties staan ‘recht’ weergegeven, de overige functies cursief salarisgroep
Functienaam A-deel
Functienaam B-deel
1
Medewerker algemeen schoonmaakonderhoud I Medewerker schoonmaakonderhoud transportmiddelen I Schoonmaakmedewerker keuken/catering I
Medewerker schoonmaakonderhoud industrieel I
1+5%
Medewerker algemeen schoonmaakonderhoud II Medewerker schoonmaakonderhoud en services I Medewerker schoonmaakonderhoud transportmiddelen II Medewerker schoonmaakonderhoud vloeren I Schoonmaakmedewerker keuken/catering II
Glazenwasser I Medewerker schoonmaakonderhoud industrieel II
2
Medewerker schoonmaakonderhoud transportmiddelen III Medewerker schoonmaakonderhoud en services II Medewerker schoonmaakonderhoud vloeren II Meewerkend voorman/-vrouw alg. schoonmaakonderhoud I
Gevelbehandelaar I Glazenwasser II Medewerker schoonmaakonderhoud industrieel III Medewerker schoonmaakonderhoud na calamiteiten I
2+5%
Medewerker schoonmaakonderhoud en services III Medewerker schoonmaakonderhoud vloeren III Meewerkend voorman/-vrouw alg. schoonmaakonderhoud II
Gevelbehandelaar II Medewerker schoonmaakonderhoud na calamiteiten II Meewerkend voorman/-vrouw schoonmaakonderhoud buiten I
3
(Ambulant) objectleider algemeen schoonmaakonderhoud I
Gevelbehandelaar III Medewerker schoonmaakonderhoud na calamiteiten III Meewerkend voorman/-vrouw schoonmaakonderhoud buiten II
>CAO
(Ambulant) objectleider algemeen schoonmaakonderhoud II (Ambulant) objectleider algemeen schoonmaakonderhoud III
rn/wl/010414 N130858/1
Functiecategorie : Functienaam :
Algemeen schoonmaakonderhoud Medewerker algemeen schoonmaakonderhoud I
FUNCTIEPROFIEL Kenmerken van de referentiefunctie De werkzaamheden worden uitgevoerd voor diverse opdrachtgevers en op diverse locaties, zoals: - kantoorpanden: algemene ruimten, werkplekken, kantines, sanitaire voorzieningen, etc.; - ziekenhuizen en zorginstellingen: algemene, patiënten- en behandelruimten, kantines, sanitaire voorzieningen, etc.; - hotels en recreatiebungalows: algemene ruimten, verblijfsruimten bezoekers, restaurants, sanitaire ruimten, etc.; - onderwijsinstellingen: algemene ruimten, lesvoorzieningen, kantines, sanitaire ruimten, etc.; - particulieren: woonruimten en sanitaire ruimten. Met klanten zijn afspraken gemaakt over de uit te voeren schoonmaakwerkzaamheden welke zijn vastgelegd in een duidelijk werkprogramma en vertaald naar eenduidige instructies, protocollen en werkmethoden (traditioneel en/of microvezel). Binnen deze kaders geven de medewerkers uitvoering aan de schoonmaakwerkzaamheden, waarbij zij verantwoordelijk zijn voor het realiseren van de normen t.a.v. kwaliteit en tijd. In voorkomende gevallen wordt verwacht dat medewerkers inspelen op situaties die een aanpassing van de reguliere werkvolgorde of normale tijdsbesteding vragen (toegankelijkheid van ruimten, meer dan normale vervuiling, etc.). Operationele problemen die buiten het reguliere werkveld liggen worden gemeld aan de leidinggevende. Er wordt gebruik gemaakt van reguliere schoonmaakmiddelen en materialen/apparatuur (werkdoeken, moppen, stofzuiger, etc.). Organisatie Direct leidinggevende Ontvangt aanwijzingen van Geeft leiding aan
: : :
hiërarchisch leidinggevende (bijvoorbeeld objectleider, rayonleider). (meewerkend) voorman. niet van toepassing.
Verantwoordelijkheidsgebieden / kerntaken 1. -
Schoonmaakwerkzaamheden uitvoeren: zich op de hoogte stellen van de te verrichten schoonmaakwerkzaamheden; verzamelen van benodigde middelen en materialen; uitvoeren van diverse algemene schoonmaakwerkzaamheden (zowel dagelijks als periodiek) aan vloeren, wanden, ramen, meubilair, sanitair, etc. met een gestandaardiseerd en repeterend karakter, binnen vastgestelde werkprogramma's en -methodes; afhankelijk van de locatie verrichten van duidelijk omschreven, eenvoudige aanvullende werkzaamheden van huishoudelijke aard met een repeterend karakter; indien van toepassing informatief afstemmen van operationele werkzaamheden met op locatie aanwezige medewerkers, bezoekers, patiënten; indien van toepassing beheren van de toegangssleutels, openen/afsluiten van object met inachtneming van regels ten aanzien van beveiliging.
2. Verantwoorde uitvoering werkzaamheden: - in ordelijke staat houden van de materialen (b.v. werkwagen, werkdoeken, werkkast), signaleren van voorraadaanvullingen en de vervanging van materialen; - bijhouden van logboek, registreren van werktijden en vermelden bijzonderheden; - periodiek en ad hoc afstemmen van werkzaamheden, bijzonderheden, wijzigingen in werkprogramma’s, werkmethoden, etc. met leidinggevende. Bezwarende omstandigheden -
Krachtsinspanning bij het uitvoeren van sommige schoonmaakwerkzaamheden, het hanteren van hulpmiddelen en afvoeren van afval, linnengoed, etc. Lopend en staand en soms gebukt/gebogen of reikend werken onder eenzijdige spierbelasting bij sommige schoonmaakbewegingen. Onaangenaam werk bij het reinigen van sanitaire voorzieningen en afhankelijk van locatie incidenteel meer dan reguliere vervuiling. Kans op letsel als gevolg van uitglijden op vloeren of beknelling van vingers of handen; dragen van reguliere werkkleding, handschoenen, etc.
Datum: april 2014
Functiegroep:
rn/wl/010414 F110725
Opgesteld door: EVZ organisatie-advies
Medewerker algemeen schoonmaakonderhoud I /1
Niveau onderscheidende kenmerken (NOK) – MEDEWERKER ALGEMEEN SCHOONMAAKONDERHOUD KENMERK Typering en aard van de werkzaamheden
MEDEWERKER ALGEMEEN SCHOONMAAKONDERHOUD I -
-
uitvoeren van werkprogramma’s met reguliere algemene schoonmaakwerkzaamheden, eventueel aangevuld met werkzaamheden van huishoudelijke aard toegesneden op de locatie; werkzaamheden zijn standaardmatig en repeterend van karakter; realiseren van normen t.a.v. kwaliteit en tijd.
MEDEWERKER ALGEMEEN SCHOONMAAKONDERHOUD II Indeling als medewerker algemeen schoonmaakonderhoud II is van toepassing indien sprake is van: - het uitvoeren van algemene schoonmaakwerkzaamheden met een specialistisch karakter tot uiting komende in de aard van handelingen, beoordeling van de (mate van) verontreiniging en/of het gebruik van apparatuur, waarvoor een specifieke opleiding moet zijn gevolgd en extra vaardigheden zijn benodigd; en/of -
het uitvoeren van algemeen schoonmaakonderhoud in specifieke ruimtes, waarbij de werkomstandigheden het dragen van aanvullende beschermende kleding vereisen, waardoor sprake is van extra bezwarende omstandigheden bij de uitvoering van het werk.
Zelfstandigheid
-
werkprogramma’s en werkmethoden duidelijk gedefinieerd; inspelen op situaties die een aanpassing van de reguliere werkvolgorde of normale tijdsbesteding vragen (toegankelijkheid ruimten, meer dan normale vervuiling).
-
aanvullende, specialistische werkzaamheden vergen een op de situatie toegesneden inschatting van het eventueel toepassen van op de standaard afwijkende werkmethoden.
Communicatieve vaardigheden
-
informatieve afstemming operationele werkzaamheden met op locatie aanwezige personen (medewerkers, bezoekers, patiënten e.d.); afstemming operationele werkzaamheden en bijzonderheden met leidinggevende en collega’s.
-
nadrukkelijker afstemmen van de werkvolgorde en uitvoering van aanvullende werkzaamheden aansluitend op het proces van de klant.
Opleiding en/of certificaten
Beschikking over een door de branche erkend certificaat dat aansluit op de door de branche vastgestelde eindtermen met betrekking tot de toegewezen werkzaamheden, zoals: - (basis)vakopleiding schoonmaker/-maakster, toegesneden op het eigen segment; of een vergelijkbaar certificaat.
Functiegroep
Beschikking over een door de branche erkend certificaat dat aansluit op de door de branche vastgestelde eindtermen met betrekking tot de toegewezen werkzaamheden, zoals: - aanvullende certificaten voor specialistische schoonmaakwerkzaamheden of het werken op specifieke locaties (cleanroom, operatiekamers e.d.); of een vergelijkbaar certificaat.
(referentie)
rn/wl/010414 F110725
Opgesteld door: EVZ organisatie-advies
Niveau onderscheidende kenmerken – Medewerker algemeen schoonmaakonderhoud /1
Functiecategorie : Functienaam :
Schoonmaakonderhoud bijzondere locaties Schoonmaakmedewerker keuken/catering II
FUNCTIEPROFIEL Kenmerken van de referentiefunctie De werkzaamheden hebben betrekking op het verrichten van schoonmaakwerkzaamheden (inclusief beperkte desinfectiewerkzaamheden), aangevuld met cateringwerkzaamheden in de keuken-/kantineruimten van opdrachtgevers. De schoonmaakwerkzaamheden worden uitgevoerd aan vloeren, wanden, meubilair, keukenapparatuur, etc. in keuken- en kantineruimten. Met klanten zijn afspraken gemaakt over de uit te voeren werkzaamheden welke zijn vertaald naar een duidelijk werkprogramma en vertaald naar duidelijke instructies en werkmethoden, mede gebaseerd op HACCP-regelgeving. Binnen deze kaders geven de medewerkers uitvoering aan de schoonmaak- en cateringwerkzaamheden, waarbij zij verantwoordelijk zijn voor het realiseren van de normen t.a.v. kwaliteit, tijd en gastvrijheid. Van de medewerkers wordt verwacht dat zij inspelen op situaties die een aanpassing van de reguliere werkvolgorde vragen (bijvoorbeeld piekbelasting bij uitgifte). Operationele problemen die buiten het reguliere werkveld liggen worden gemeld aan de leidinggevende. Er wordt gebruik gemaakt van reguliere schoonmaakmiddelen en materialen/apparatuur (werkdoeken, moppen, stofzuiger, etc.), maar ook van reguliere keukenapparatuur (koffiezetapparaten e.d.). Organisatie Direct leidinggevende Ontvangt aanwijzingen van Geeft leiding aan
: : :
hiërarchisch leidinggevende. meewerkend voorman/verantwoordelijke van opdrachtgever. niet van toepassing.
Verantwoordelijkheidsgebieden / kerntaken 1. Schoonmaakwerkzaamheden uitvoeren: - afstemmen van schoonmaakwerkzaamheden met keukenverantwoordelijke (werkvolgorde, specifieke aandachtspunten, etc.) voor zover niet standaard geregeld binnen het werkprogramma; - verzamelen van benodigde middelen en materialen; - uitvoeren van diverse algemene schoonmaakwerkzaamheden aan vloeren, wanden, ramen, meubilair, fornuizen, counter, eventueel ook sanitaire ruimten, etc., met inachtneming van HACCP-voorschriften; - afwassen van keukenmateriaal, serviesgoed, bestek, etc. met behulp van afwasmachines en handmatig, schoonmaken van keukenapparatuur. 2. -
Cateringwerkzaamheden uitvoeren: zetten van koffie/thee met daartoe beschikbare apparatuur en verzorgen van koffie- en theerondes; verzorgen van de beschikbaarheid van koffie, thee, frisdranken, etc. in vergaderruimten; aanvullen van uitgiftepunten met (voorverpakt) brood, beleg, snacks, dranken, etc.; verrichten van ondersteunende werkzaamheden voor het uitgifte-gereed maken van producten (afbakken van snacks, portioneren en opmaken van borden, etc.).
3. Verantwoorde uitvoering werkzaamheden: - in ordelijke staat houden van de materialen, signaleren van voorraadaanvullingen en de vervanging van materialen; - periodiek en ad hoc afstemmen van operationele werkzaamheden, bijzonderheden, wijzigingen in werkprogramma’s, werkmethoden, etc. met leidinggevende. Bezwarende omstandigheden -
Krachtsinspanning bij het uitvoeren van sommige schoonmaakwerkzaamheden, het hanteren van hulpmiddelen en afvoeren van afval, etc. Lopend en staand en soms gebukt/gebogen of reikend werken onder eenzijdige spierbelasting bij sommige schoonmaakbewegingen. Onaangenaam werk bij het reinigen van sanitaire voorzieningen en keukenapparatuur. Kans op letsel als gevolg van uitglijden op vloeren of beknelling van vingers of handen en het in aanraking komen met warme apparatuur.
Datum: april 2014
Functiegroep:
rn/wl/010414 F110726
Opgesteld door: EVZ organisatie-advies
Schoonmaakmedewerker keuken/catering II /1
Niveau onderscheidende kenmerken (NOK) – SCHOONMAAKMEDEWERKER KEUKEN/CATERING KENMERK
SCHOONMAAKMEDEWERKER KEUKEN/CATERING I
SCHOONMAAKMEDEWERKER KEUKEN/CATERING II
Typering en aard van de werkzaamheden
Werkzaamheden uitvoeren: - inzet gericht op het schoonmaken van de keuken en kantineruimten volgens duidelijk programma en vastgestelde werkmethoden; - afwassen van keukenmateriaal, serviesgoed, bestek e.d. met behulp van afwasmachine en handmatig.
Werkzaamheden uitvoeren: - uitvoeren van schoonmaakwerkzaamheden, rekening houdend met eisen op het gebied van HACCP; - uitvoeren van cateringwerkzaamheden met de nadruk op het uitleveren/zorgen voor beschikbaarheid van producten op verschillende locaties/uitgiftepunten; - zeer beperkte mate van bereiding (afbakken snacks).
Zelfstandigheid
- werkprogramma’s en werkmethoden duidelijk gedefinieerd; - inspelen op situaties die een aanpassing van de reguliere werkvolgorde of normale tijdsbesteding vragen (behoefte aan schone materialen, meer dan normale vervuiling e.d.).
- plannen van de werkvolgorde gericht op de tijdige beschikbaarheid van voorzieningen op diverse locaties c.q. inspelen op verzoeken van klanten.
Communicatieve vaardigheden
- afstemming operationele werkzaamheden en bijzonderheden met leidinggevende en collega’s.
- informatieve afstemming met medewerkers en bezoekers op locatie.
Opleiding en/of certificaten
Beschikking over een door de branche erkend certificaat dat aansluit op de door de branche vastgestelde eindtermen met betrekking tot de toegewezen werkzaamheden, zoals: - (basis)vakopleiding schoonmaker/-maakster; of een vergelijkbaar certificaat.
Beschikking over een door de branche erkend certificaat dat aansluit op de door de branche vastgestelde eindtermen met betrekking tot de toegewezen werkzaamheden, zoals: - aanvullende certificaten op het gebied van HACCP; of een vergelijkbaar certificaat.
Functiegroep
(referentie)
rn/wl/010414 F110726
Opgesteld door: EVZ organisatie-advies
Niveau onderscheidende kenmerken – Schoonmaakmedewerker keuken/catering /1
Functiecategorie : Functienaam :
Schoonmaakonderhoud transportmiddelen Medewerker Schoonmaakonderhoud transportmiddelen II
FUNCTIEPROFIEL Kenmerken van de referentiefunctie De werkzaamheden zijn gericht op het schoonmaken van het interieur van transportmiddelen (of bussen of metro’s/ trams of vliegtuigen of treinen). Met klanten zijn afspraken gemaakt over de uit te voeren schoonmaakwerkzaamheden welke zijn vastgelegd in diverse duidelijke werkprogramma’s en vertaald naar eenduidige instructies en werkmethoden. Binnen deze kaders geven de medewerkers uitvoering aan de schoonmaakwerkzaamheden, waarbij zij verantwoordelijk zijn voor het realiseren van de normen t.a.v. kwaliteit en tijd. De werkprogramma’s variëren in de vorm van dagelijkse schoonmaakprogramma (keerpuntreiniging, vertrek-klaar maken: beperkt schoonmaakprogramma onder relatief grotere tijdsdruk door beperkte statijd) tot verschillende periodieke schoonmaakprogramma’s (aanvullende modules, diepgaandere schoonmaak waarvoor ook meer tijd beschikbaar is). In veel gevallen worden de werkzaamheden door een team verricht. Operationele problemen die buiten het reguliere werkveld liggen worden gemeld aan de leidinggevende. Er wordt gebruik gemaakt van reguliere schoonmaakmiddelen en materialen/apparatuur (werkdoeken, moppen, stofzuiger e.d.). Een extra aandachtspunt vormt het veilig werken aan transportmiddelen, alsmede het veilig werken op de locaties (vliegveld, langs het spoor). Organisatie Direct leidinggevende Ontvangt aanwijzingen van Geeft leiding aan
: : :
hiërarchisch leidinggevende (bijvoorbeeld projectleider, rayonleider). (meewerkend) voorman. niet van toepassing.
Verantwoordelijkheidsgebieden / kerntaken 1. -
Dagelijkse schoonmaakwerkzaamheden verrichten: zich op de hoogte stellen van de te verrichten schoonmaakwerkzaamheden; verzamelen van benodigde middelen en materialen; verrichten van schoonmaakwerkzaamheden in het transportmiddel met een kort cyclisch, repeterend karakter; bijvullen van verbruiksartikelen zoals papier, zeep, handdoekjes, informatiematerialen; verwijderen en afvoeren van afval.
2. -
Periodieke schoonmaakwerkzaamheden verrichten: zich op de hoogte stellen van de te verrichten schoonmaakwerkzaamheden; verzamelen van benodigde middelen en materialen; volledig reinigen van interieur, zoals vloeren, wanden, ramen en plafonds, zittingen van transportmiddelen met een hogere mate van reiniging en daartoe hanteren van voorgeschreven middelen en materialen; in voorkomende situaties inschatten van de juiste werkmethode en te gebruiken middelen (uit beschikbaar assortiment) voor het realiseren van de gewenste mate van reiniging.
3. -
Verantwoorde uitvoering werkzaamheden: uitvoeren van de voorgeschreven maatregelen voor een veilige werkomgeving in en rond het transportmiddel; opvolgen van de bedrijfs- en veiligheidsvoorschriften en instructies verbonden aan de locatie; in ordelijke staat houden van de materialen, signaleren van voorraadaanvullingen en de vervanging van materialen; periodiek en ad hoc afstemmen van operationele werkzaamheden, bijzonderheden, wijzigingen in werkprogramma’s, werkmethoden e.d. met leidinggevende.
Bezwarende omstandigheden -
Krachtsinspanning bij het uitvoeren van sommige schoonmaakwerkzaamheden, het tillen en hanteren van hulpmiddelen en afvoeren van afval e.d. Lopend en staand en regelmatig gebukt/gebogen of reikend werken onder eenzijdige spierbelasting bij sommige schoonmaakbewegingen. Onaangenaam werk bij het reinigen van sanitaire voorzieningen, regelmatig werken onder tijdsdruk bij beperkte statijd, soms enige hinder van slechte weersomstandigheden bij het wisselend binnen/buiten werken, geluidsoverlast. Kans op letsel als gevolg van uitglijden op vloeren of beknelling van ledematen; dragen van beschermende kleding, gehoorbescherming, handschoenen, etc.
Datum: april 2014
Functiegroep:
rn/wl/010414 F110719
Opgesteld door: EVZ organisatie-advies
Medewerker schoonmaakonderhoud transportmiddelen II /1
Niveau onderscheidende kenmerken (NOK) – MEDEWERKER SCHOONMAAKONDERHOUD TRANSPORTMIDDELEN KENMERK Typering en aard van de werkzaamheden
MEDEWERKER SCHOONMAAKONDERHOUD TRANSPORTMIDDELEN I
MEDEWERKER SCHOONMAAKONDERHOUD TRANSPORTMIDDELEN II
Dagelijkse schoonmaakwerkzaamheden verrichten: - uitvoering van de dagelijkse schoonmaakwerkzaamheden aan de toegewezen transportmiddelen; - werkzaamheden hebben een kortcyclisch, repeterend karakter; - uitvoering van periodieke werkzaamheden behoort niet tot deze functie.
Dagelijkse en periodieke schoonmaakwerkzaamheden verrichten: - naast dagelijkse schoonmaakwerkzaamheden worden periodieke schoonmaakwerkzaamheden verricht.
Verantwoorde uitvoering werkzaamheden: - opvolgen van de bedrijfs- en veiligheidsvoorschriften en werkinstructies.
Verantwoorde uitvoering werkzaamheden: - zorg dragen voor het nemen en opvolgen van voorgeschreven maatregelen en instructies die betrekking hebben op de veiligheid van werken in en rond het transportmiddel; een en ander gespecificeerd voor de locatie.
MEDEWERKER SCHOONMAAKONDERHOUD TRANSPORTMIDDELEN III Dagelijkse en periodieke schoonmaakwerkzaamheden verrichten: - ook verrichten van specialistische werkzaamheden, bijvoorbeeld: . deep cleaning, waarbij beperkte demontagewerkzaamheden nodig zijn; . verwijderen van graffiti; . rijklaar maken en zo nodig verplaatsen van het transportmiddel (bussen); . bedienen van wasstraatinstallatie voor externe reiniging; . calamiteitenreiniging. Verantwoorde uitvoering werkzaamheden: - toepassen van veiligheidsinstructies m.b.t. het veilig gebruik van systemen, installaties, gebruik van eventuele beschermingsmiddelen en zo nodig het verplaatsen van transportmiddelen (bussen).
Zelfstandigheid
- veelal werken onder direct raadpleegbaar toezicht; - werkprogramma’s en werkmethoden duidelijk gedefinieerd.
- sommige werkzaamheden/vervuilingen vergen een beperkte inschatting van toe te passen werkmethoden, eventueel afwijkend van de standaard.
- bepalen van werkvolgorde van operationele werkzaamheden; - inschatten van mate van vervuiling en op basis daarvan bepalen van best geëigende werkmethoden (keuze uit bekende oplossingen).
Communicatieve vaardigheden
- gelijk aan medewerker schoonmaakonderhoud transportmiddelen II.
- vakinhoudelijk en operationeel overleg met leidinggevende en collega’s.
- vakinhoudelijk en organisatorisch overleg met leidinggevenden en collega’s, en waar nodig met de (vertegenwoordiger van de) klant.
Opleiding en/of certificaten
Beschikking over een door de branche erkend certificaat dat aansluit op de door de branche vastgestelde eindtermen met betrekking tot de toegewezen werkzaamheden, zoals: - (basis)vakopleiding schoonmaker/-maakster; - gevolgde instructie m.b.t. veilig werken op locatie; of een vergelijkbaar certificaat.
Beschikking over een door de branche erkend certificaat dat aansluit op de door de branche vastgestelde eindtermen met betrekking tot de toegewezen werkzaamheden, zoals: - vakopleiding reiniging rollend materieel; of een vergelijkbaar certificaat.
Beschikking over een door de branche erkend certificaat dat aansluit op de door de branche vastgestelde eindtermen met betrekking tot de toegewezen werkzaamheden, zoals: - aanvullende instructies/certificaten toegesneden op aanvullende werkzaamheden; of een vergelijkbaar certificaat.
Functiegroep
(referentie)
rn/wl/010414 F110719
Opgesteld door EVZ organisatie-advies
Niveau onderscheidende kenmerken – Medewerker schoonmaakonderhoud transportmiddelen /1
Functiecategorie : Functienaam :
Schoonmaakonderhoud industrieel Medewerker schoonmaakonderhoud industrieel II
FUNCTIEPROFIEL Kenmerken van de referentiefunctie De reinigingswerkzaamheden worden verricht in industriële locaties aan productiemachines/-installaties en opstallen (vloeren, wanden), over het algemeen wanneer de productie stil ligt. De productielocaties verschillen qua activiteit, waaronder ook foodindustrie, waarbij per locatie/proces specifieke eisen worden gesteld aan de reiniging van machines gericht op het minimaliseren van onderhoud, borgen van productkwaliteit/voedselveiligheid e.d. Daartoe worden in overleg met de klant duidelijke schoonmaakprogramma’s vastgesteld en eenduidige instructies/protocollen uitgewerkt, mede gebaseerd op interne kwaliteitssystemen en wet- en regelgeving (bijvoorbeeld HACCP). Afhankelijk van de locatie/het proces worden natte en/of droge reinigingsmethoden toegepast, zo nodig met gebruik van desinfecterende middelen. Reiniging gebeurt handmatig of met apparatuur, zoals hogedrukspuit, doseerunits, perslucht en stofafzuiging, schrob- en zuigmachines, maar ook met handgereedschappen. Bij het reinigen van opstallen wordt ook gebruik gemaakt van reguliere klimmaterialen (trap, rolsteigers e.d.). Afhankelijk van de locatie en gebruikte schoonmaakmethoden worden eisen gesteld aan het dragen van schone werkkleding en persoonlijke beschermingsmiddelen. De medewerker schoonmaakonderhoud II verricht vooral periodieke schoonmaakwerkzaamheden op de betreffende locatie volgens het vastgestelde programma, werkmethoden en protocollen. Organisatie Direct leidinggevende Ontvangt aanwijzingen van Geeft leiding aan
: : :
hiërarchisch leidinggevende (rayonleider, object-/projectleider). (meewerkend) voorman. niet van toepassing.
Verantwoordelijkheidsgebieden / kerntaken 1. Reinigingswerkzaamheden uitvoeren: - zich op de hoogte stellen van de te verrichten reinigingswerkzaamheden en afstemmen van werkvolgorde met voorman c.q. productieverantwoordelijke; - verzamelen van benodigde middelen en materialen; - uitvoeren van droge reinigingswerkzaamheden in productielocaties en aan machines/installaties (schoonblazen met perslucht c.q. afzuigen stofdelen, afsteken aangekoekt vuil, aanvegen vloeren e.d.); - uitvoeren van natte reinigingswerkzaamheden aan productiemachines/installaties en opstallen (afspuiten, inzetten oppervlakten met reinigingsmiddel/desinfectans, afspoelen van oppervlakten, drogen en eventueel nabehandelen van oppervlakten); - uitvoeren van minder frequent voorkomende reinigingswerkzaamheden aan installaties/opstallen conform aanwijzingen van meewerkend voorman gericht op het verwijderen van stof, productieresten e.d. op minder toegankelijke locaties, wassen van ramen op beperkte hoogte e.d.; daarbij gebruik maken van materialen voor het werken op hoogte (ladders, rolsteigers e.d.) met inachtneming van veiligheidsvoorschriften; - visueel beoordelen van mate van reiniging (inclusief standaard hygiënetesten) en eventueel nabehandelen van oppervlakten. 2. Verantwoorde uitvoering werkzaamheden: - naleven van voorschriften t.a.v. hygiëne, HACCP en veilig werken door het dragen van schone werkkleding, beschermende middelen en opvolgen van instructies/voorschriften; - in ordelijke staat houden van de materialen, signaleren van voorraadaanvullingen en de vervanging van materialen; - periodiek en ad hoc afstemmen van operationele werkzaamheden, bijzonderheden, wijzigingen in werkprogramma’s, werkmethoden, etc. met leidinggevenden. Bezwarende omstandigheden -
Krachtsinspanning bij het uitvoeren van sommige schoonmaakwerkzaamheden, hanteren van hogedrukspuit. Lopend en staand werken, soms gebukt/gebogen werken bij het schoonspuiten van machines of onder eenzijdige spierbelasting bij sommige schoonmaakwerkzaamheden. Werken op productielocaties met een zekere mate van vervuiling, op natte vloeren, met koud materiaal en een hoge luchtvochtigheidsgraad, of relatief laag of relatief hoge temperaturen; dragen van persoonlijke beschermingsmiddelen. Kans op letsel als gevolg van uitglijden/vallen, beknelling van vingers/ledematen.
Datum: april 2014
Functiegroep:
rn/wl/010414 F110744
Opgesteld door: EVZ organisatie-advies
Medewerker schoonmaakonderhoud industrieel II /1
Niveau onderscheidende kenmerken (NOK) – MEDEWERKER SCHOONMAAKONDERHOUD INDUSTRIEEL KENMERK Typering en aard van de werkzaamheden
MEDEWERKER SCHOONMAAKONDERHOUD INDUSTRIEEL I Werkzaamheden uitvoeren: - nadruk ligt op uitvoering van droge schoonmaakwerkzaamheden in productielocaties conform vastgesteld programma en duidelijke instructies en onder direct raadpleegbaar toezicht; - door beperkte natte reinigingswerkzaamheden ook minder bezwarende omstandigheden.
MEDEWERKER SCHOONMAAKONDERHOUD INDUSTRIEEL II Werkzaamheden uitvoeren: - verrichten van dagelijkse reinigingswerkzaamheden aan machines, installaties en opstallen gebruik makend van verschillende werkmethoden, inclusief desinfecteren, hulpmiddelen en apparatuur conform vastgesteld programma en duidelijke instructies/protocollen; - uitvoeren van periodieke reinigingswerkzaamheden aan opstallen en gebruik van materialen voor het werken op hoogte volgens duidelijke instructies en onder toezicht; - realiseren van normen t.a.v. kwaliteit en tijd.
MEDEWERKER SCHOONMAAKONDERHOUD INDUSTRIEEL III Werkzaamheden uitvoeren: - ook uitvoeren van reinigingswerkzaamheden aan installaties/machines die gebruikerskennis vergen voor het draaien van spoelprogramma’s, openen van afdekplaten voor interne reiniging e.d.; - volgens opgave/instructie ook uitvoeren van periodiek onderhoud aan opstallen en daarbij positioneren/ bedienen van materialen voor het werken op hoogte (hoogwerker e.d.); of - werken onder meer dan normaal te achten bezwarende omstandigheden, bijvoorbeeld door aard van het productieproces (slachterijen), productieomstandigheden (relatie lage c.q. hoge temperaturen, hinder van lawaai, dragen van beschermende kleding die gezicht en communicatie beperken e.d.).
Zelfstandigheid
- werkprogramma’s en werkmethoden duidelijk gedefinieerd; - inspelen op beperkte verzoeken van productiepersoneel.
- inspelen op situaties die een aanpassing van de reguliere werkvolgorde vragen (afronding productiewerkzaamheden).
- bij periodieke reiniging inspelen op aangetroffen situaties qua aard en mate van vervuiling; - ook naleven van veiligheidsmaatregelen bij het gebruik van materialen voor het werken op hoogte, ook voor collega’s en omstanders; wel conform RIE.
Communicatieve vaardigheden
- informatieve afstemming operationele werkzaamheden met productiepersoneel; - afstemming operationele werkzaamheden en bijzonderheden met leidinggevende en collega’s.
- conform medewerker schoonmaakonderhoud industrieel I.
- conform medewerker schoonmaakonderhoud industrieel II.
Opleiding en/of certificaten
Beschikking over een door de branche erkend certificaat dat aansluit op de door de branche vastgestelde eindtermen met betrekking tot de toegewezen werkzaamheden, zoals: - (basis)vakopleiding schoonmaker/-maakster; of een vergelijkbaar certificaat.
Beschikking over een door de branche erkend certificaat dat aansluit op de door de branche vastgestelde eindtermen met betrekking tot de toegewezen werkzaamheden, zoals: - (basis)vakopleiding industrieel/foodreiniging; - aanvullende basiscursus veiligheid (VCA), afhankelijk van klant/locatie; of een vergelijkbaar certificaat.
Beschikking over een door de branche erkend certificaat dat aansluit op de door de branche vastgestelde eindtermen met betrekking tot de toegewezen werkzaamheden, zoals: - aanvullende (basis)cursus veiligheid (VCA), afhankelijk van de klant/locatie voor het werken aan installaties/ machines; - certificaten veilig werken diverse klimmaterialen: hoogwerker (IPAF); of een vergelijkbaar certificaat.
Functiegroep
(referentie)
rn/wl/010414 F110744
Opgesteld door: EVZ organisatie-advies
Niveau onderscheidende kenmerken – Medewerker schoonmaakonderhoud industrieel /1
Functiecategorie : Functienaam :
Schoonmaakonderhoud vloeren Medewerker schoonmaakonderhoud vloeren II
FUNCTIEPROFIEL Kenmerken van de referentiefunctie De werkzaamheden worden uitgevoerd voor diverse opdrachtgevers en op diverse locaties, zoals kantoorpanden, scholen, ziekenhuizen en zorginstellingen, horecagelegenheden e.d. De werkzaamheden worden verricht op diverse soorten vloeren (hard: natuursteen, kunsthars-gebonden materiaal, linoleum, hout, etc. / zacht: diverse soorten tapijtvloeren). Afhankelijk van de materiaalsoort en de mate van vervuiling worden verschillende reguliere werkmethoden gebruikt, zoals topcoaten of recoaten, schrobben/waterzuigen, shamponeren, poederreiniging, etc. met behulp van diverse machines/apparatuur. Van de medewerker schoonmaakonderhoud vloeren II wordt verwacht dat hij/zij kennis heeft van de verschillende vloerafwerkmaterialen en verschillende reguliere werkmethoden, een inschatting kan maken van de mate van vervuiling en vervolgens binnen beperkte mogelijkheden de werkmethode kiest die leidt tot de door de klant aangegeven gewenste mate van reiniging; e.e.a. binnen de gemaakte afspraken t.a.v. tijdsbesteding/kosten. Vakinhoudelijke/organisatorische problemen die buiten het reguliere werkveld liggen worden gemeld aan de leidinggevende. Organisatie Direct leidinggevende Geeft leiding aan
: :
vakinhoudelijk leidinggevende. niet van toepassing.
Verantwoordelijkheidsgebieden / kerntaken 1. Werkzaamheden voorbereiden: - inspecteren van vloeren en vaststellen van de te hanteren werkmethode, rekening houdend met vloermateriaal, mate van vervuiling, door klant aangegeven mate van reiniging en beschikbare tijd; inschakelen van leidinggevende bij reinigingsvraagstukken die meer expertise, hele specifieke werkmethoden en/of meer tijd vergen; - afstemmen van de volgorde van werkzaamheden met gebruiker (toegankelijkheid van ruimten e.d.); - voorbereiden van de behandeling van vloeren door bijvoorbeeld het verwijderen van meubilair en het afzetten van vloerverwarming e.d., eventueel verzorgen van een eerste algemene schoonmaakbeurt (verwijderen van vuil, stofvrij maken) en zo nodig nemen van maatregelen ter bescherming van plinten, meubilair e.d. 2. Werkzaamheden uitvoeren: - reinigen van vloeren conform de juiste werkmethode, gebruik makend van machines/apparatuur en benodigde middelen en daartoe instellen van machines/apparatuur, doseren van middelen e.d.; - uitvoeren van controles op gerealiseerde kwaliteit/mate van reiniging en zo nodig herhalen van schoonmaakwerkzaamheden aan vloeren; - vrijgeven van vloeren voor toegankelijkheid. 3. Verantwoorde uitvoering werkzaamheden: - in ordelijke staat houden van de ter beschikking gestelde machines/apparatuur en middelen/materialen, signaleren van benodigd onderhoud, voorraadaanvullingen en de vervanging van materialen; - rapporteren van verrichte werkzaamheden en vermelden bijzonderheden; - periodiek en ad hoc afstemmen van operationele werkzaamheden, bijzonderheden, wijzigingen in werkmethoden e.d. met leidinggevende. Bezwarende omstandigheden -
Krachtsinspanning bij het verplaatsen van machines/apparatuur, meubilair en het verrichten van handmatige schoonmaakwerkzaamheden. Lopend en staand en incidenteel gebukt/gebogen werken onder eenzijdige spierbelasting bij sommige schoonmaakbewegingen. In zekere mate sprake van monotoon en soms solitair werken. Kans op letsel als gevolg van uitglijden op vloeren of beknelling van vingers of handen.
Datum: april 2014
Functiegroep:
rn/wl/010414 F110728
Opgesteld door: EVZ organisatie-advies
Medewerker schoonmaakonderhoud vloeren II /1
Niveau onderscheidende kenmerken (NOK) – MEDEWERKER SCHOONMAAKONDERHOUD VLOEREN KENMERK
MEDEWERKER SCHOONMAAKONDERHOUD VLOEREN I
MEDEWERKER SCHOONMAAKONDERHOUD VLOEREN II
MEDEWERKER SCHOONMAAKONDERHOUD VLOEREN III
Typering en aard van de werkzaamheden
Werkzaamheden voorbereiden: - de te hanteren werkmethode is aangegeven; - voorbereiden van de reiniging van vloeren door eerste algemene schoonmaak (verwijderen vuil en stofvrij maken) en nemen van beschermende maatregelen voor meubilair, plinten e.d.
Werkzaamheden voorbereiden: - inschatten van de te hanteren reguliere werkmethode rekening houdend met vloerafwerkmateriaal en mate van vervuiling; - afstemmen werkvloer/planning met klant in verband met toegankelijkheid vloeren; - bepalen van de noodzakelijke voorbereidende en beschermende maatregelen.
Werkzaamheden voorbereiden: - ook inschatten van uitzonderlijke vervuiling van vloeren en te hanteren werkmethoden, inclusief specialistische methoden (polijsten, kristalliseren).
Werkzaamheden uitvoeren: - juiste toepassing verschillende werkmethoden, alsmede op basis van eigen controles vaststellen van nog te verrichten aanvullende werkzaamheden om beoogde kwaliteit te realiseren.
en daarbij continu inschatten van effect op kwaliteit van vloeronderhoud, maar ook van risico’s voor mogelijke beschadiging van vloeren.
Werkzaamheden uitvoeren: - reinigen van vloeren door een juiste toepassing van de verschillende werkmethoden en gebruik van machines/ apparatuur, zodanig dat de gewenste kwaliteit wordt gerealiseerd.
Werkzaamheden uitvoeren: - ook uitvoeren van specialistische methoden voor het reinigen van vloeren
Zelfstandigheid
- te hanteren werkmethoden worden aangegeven; - controles door vakinhoudelijke leidinggevende.
- beperkt kiezen van te hanteren werkmethoden en organiseren eigen werk; - zelf controleren eigen werk en beoordelen van aanvullende onderhoudswerkzaamheden om beoogde kwaliteit te realiseren.
- vaststellen van te hanteren werkmethoden, ook bij uitzonderlijke vervuiling, inclusief specialistische methoden; - ook uitvoeren van controles op werkzaamheden collega’s en aangeven van noodzakelijke aanvullende reinigingswerkzaamheden om beoogde kwaliteit te realiseren.
Communicatieve vaardigheden
- afstemming operationele activiteiten met gebruikers van ruimten; - vakinhoudelijk en operationeel overleg met leidinggevende en collega’s.
- afstemmen van de uitvoering en planning van werkzaamheden met vertegenwoordiger van de gebruiker.
- advisering van klanten over te hanteren werkmethoden; - overdragen van kennis en begeleiden van collega’s, adviseren leidinggevende bij vakinhoudelijke vragen.
Opleiding en/of certificaat
Beschikking over een door de branche erkend certificaat dat aansluit op de door de branche vastgestelde eindtermen met betrekking tot de toegewezen werkzaamheden, zoals: - (basis)vakopleiding schoonmaker/-maakster; - aanvullend certificaat vloeronderhoud; of een vergelijkbaar certificaat.
Beschikking over een door de branche erkend certificaat dat aansluit op de door de branche vastgestelde eindtermen met betrekking tot de toegewezen werkzaamheden, zoals: - vakopleiding vloeronderhoud; of een vergelijkbaar certificaat.
Beschikking over een door de branche erkend certificaat dat aansluit op de door de branche vastgestelde eindtermen met betrekking tot de toegewezen werkzaamheden, zoals: - vakopleiding vloeronderhoud specialist; of een vergelijkbaar certificaat.
Functiegroep
(referentie)
rn/wl/010414 F110728
Opgesteld door: EVZ organisatie-advies
Niveau onderscheidende kenmerken – Medewerker schoonmaakonderhoud vloeren /1
Functiecategorie : Functienaam :
Schoonmaakonderhoud buiten Glazenwasser II
FUNCTIEPROFIEL Kenmerken van de referentiefunctie De werkzaamheden hebben betrekking op het uitvoeren van glasbewassing en worden verricht aan gebouwen die verschillen qua hoogte/bereikbaarheid. Voor het werken op hoogte wordt gebruik gemaakt van verschillende materialen/ 2 installaties, zoals de staande ladder (tot max. 10 m), wassteelmethode (beperking aan aantal m in verband met fysieke belasting), hoogwerkers (tot verschillende hoogtes; max. ca. 70 m), permanent aan het gebouw aangebrachte voorzieningen (gevelonderhoudsinstallatie, permanente hangladder, mastinstallaties) en (in uitzonderingssituaties voorkomende) niet-permanente voorzieningen (niet-permanente hangladder en safe sit). Het werken met de verschillende installaties is gereguleerd in wet- en regelgeving gericht op het borgen van veiligheid. Per locatie wordt op basis van een RIE de te hanteren methode vastgesteld, alsmede maatregelen voor het borgen van veilig werken, ook voor de omgeving. De werkzaamheden worden verricht binnen de kaders van gemaakte afspraken met klanten (t.a.v. te verrichten werkzaamheden, reinigingsgraad en werkprogramma) en volgens voorgeschreven en uit de RIE voortkomende werkmethoden, werkinstructies en veiligheidsvoorschriften. De glazenwasser II fungeert als zelfstandig glazenwasser en is inzetbaar op de meeste werklocaties (met uitzondering van niet-permanente voorzieningen). Organisatie Direct leidinggevende Ontvangt aanwijzingen van Geeft leiding aan
: : :
hiërarchisch leidinggevende (ondernemer, rayonleider, uitvoerder e.d.). (meewerkend) voorman (aanwezig op grotere locaties). niet van toepassing.
Verantwoordelijkheidsgebieden / kerntaken 1. Werkzaamheden voorbereiden: - afhankelijk van toegewezen locatie verzamelen van benodigde materialen en hulpmiddelen en controleren op voldoen aan veiligheidseisen e.d.; - vervoeren van materialen en collega(‘s) naar de werkplek (met bestelwagen, evt. inclusief hoogwerker); - aanmelden bij opdrachtgever en afstemmen over uitvoering van het werk, alsmede eventuele aspecten met betrekking tot veilig werken; - uitvoeren van een veiligheidscheck ter plekke en vervolgens positioneren van materieel en daarbij nemen van nodige maatregelen voor het realiseren van veilig werken, ook voor de omgeving; e.e.a. conform RIE. 2. Werkzaamheden uitvoeren: - zo nodig aansluiten van installatie, doseren van reinigingsmiddelen; - bedienen/verplaatsen van materiaal voor het werken op hoogte (o.a. ladders, hoogwerker, gevelonderhoudsinstallaties) met inachtneming van de geldende veiligheidsvoorschriften en het borgen van een veilige werkomgeving; - handmatig wassen en drogen van ramen en omlijstingen (spons, zeem, trekker) of gebruikmakend van de wassteelmethode, e.e.a. conform geldende normen t.a.v. kwaliteit, tijdigheid, productiviteit; - indien van toepassing informatief afstemmen van operationele werkzaamheden met opdrachtgever c.q. op locatie aanwezige medewerkers/bezoekers e.d., alsmede attenderen op veiligheidsaspecten. 3. Verantwoorde en veilige uitvoering werkzaamheden: - in ordelijke staat houden van de materialen en middelen, vooral ook met het oog op veiligheid, visueel beoordelen van toegepaste materialen en melden van afwijkingen; - continu bewaken en borgen van de eigen veiligheid en van collega(‘s), maar ook van omstanders en voorbijgangers; - opvolgen van de bedrijfs- en veiligheidsvoorschriften en werkinstructies in verband met Arbo, veiligheid en milieu; - periodiek en ad hoc afstemmen van operationele werkzaamheden, veiligheidssituaties, bijzonderheden, wijzigingen in werkmethoden e.d. met collega’s en leidinggevenden. Bezwarende omstandigheden -
Krachtsinspanning bij het uitvoeren van schoonmaakwerkzaamheden, tillen van emmers water en klimmaterialen, bij het ladderen en het verplaatsen van rolsteigers. Inspannende houding tijdens het werken op klimmaterialen (labiele evenwichtscondities), maken van eenzijdige schoonmaakbewegingen; gebukt/gebogen, reikend of boven de macht werken. Hinder van weersinvloeden bij buitenwerk (dat tot enkele graden onder 0 Cº en niet bij extreme regenval of wind plaatsvindt), werken in een natte en (lichtelijk) vuile omgeving. Kans op letsel door het vallen vanaf klimmaterialen (kans op vallen beperkt door toepassing veiligheidsmaatregelen en persoonlijke beschermingsmiddelen).
Datum: april 2014
Functiegroep:
rn/wl/010414 F110717 Opgesteld door: EVZ organisatie-advies
Glazenwasser II /1
Niveau onderscheidende kenmerken (NOK) – GLAZENWASSER KENMERK Typering en aard van de werkzaamheden
GLAZENWASSER I Werkzaamheden voorbereiden: - de te hanteren methode voor het werken op hoogte is aangegeven; - assisteren bij het installeren/positioneren van materialen voor het werken op hoogte en nemen van beschermende maatregelen, ook voor omgeving.
GLAZENWASSER II Werkzaamheden voorbereiden: - inschatten van de te nemen veiligheidsmaatregelen ter plekke en installatie/positionering van materialen voor het werken op hoogte; e.e.a. op basis van aangereikte RIE; - afstemmen werkvolgorde/planning met klant.
Werkzaamheden uitvoeren: - uitvoeren van glazenwassen conform norm t.a.v. kwaliteit, tijdigheid en productiviteit; - toepassen van wassteelmethode en daartoe aansluiten van installatie; - onder begeleiding inzetbaar op alle mogelijke materialen voor het werken op hoogte, met uitzondering van niet-permanente voorzieningen.
Werkzaamheden uitvoeren: - installeren/bedienen/verplaatsen materiaal voor het werken op hoogte met uitzondering van niet-permanente voorzieningen; - continu bewaken/borgen van naleving regels t.a.v. veilig werken.
Zelfstandigheid
- te hanteren werkmethoden worden aangegeven; - controles door meewerkend voorman, zelfstandig werkend collega; - naleven van geldende veiligheidsvoorschriften bij gebruik materiaal voor het werken op hoogte, ook voor omgeving en omstanders.
- zelfstandig inschatten van operationele veiligheidsrisico’s en te nemen (aanvullende) maatregelen voor het borgen van veiligheid, ook voor collega(’s) en omstanders; wel conform RIE; - zelfstandig plannen en organiseren van de operationele uitvoering van het werk.
Communicatieve vaardigheden
- informatief afstemmen operationele werkzaamheden met aanwezigen op locatie; - vakinhoudelijk en operationeel overleg met leidinggevenden en collega’s.
- afstemmen van de uitvoering en planning van werkzaamheden met vertegenwoordiger van de opdrachtgever; - vakinhoudelijk en organisatorisch overleg met leidinggevenden en collega’s.
Opleiding en/of certificaat
Beschikking over een door de branche erkend certificaat dat aansluit op de door de branche vastgestelde eindtermen met betrekking tot de toegewezen werkzaamheden, zoals: - basisveiligheid VCA; - vakopleiding glazenwasser; of een vergelijkbaar certificaat.
Beschikking over een door de branche erkend certificaat dat aansluit op de door de branche vastgestelde eindtermen met betrekking tot de toegewezen werkzaamheden, zoals: - specialistische vakopleiding glazenwasser; - certificaten t.b.v. veilig werken met klimmaterialen; of een vergelijkbaar certificaat.
Functiegroep
(referentie)
rn/ek/060614 F110717
Opgesteld door: EVZ organisatie-advies
Niveau onderscheidende kenmerken – Glazenwasser /1
Functiecategorie : Functienaam :
Schoonmaakonderhoud en services Medewerker schoonmaakonderhoud en services II
FUNCTIEPROFIEL Kenmerken van de referentiefunctie De functie is gericht op het verlenen van schoonmaakonderhoud en services aan opdrachtgevers en heeft als doel het ontzorgen van eigenaren/huurders van objecten en het bevorderen van een schone, veilige en productieve werkomgeving. De werkzaamheden bevatten veelal een combinatie van activiteiten op de volgende werkgebieden: - uitvoeren van schoonmaakwerkzaamheden in en rond gebouwen; - uitvoeren van werkzaamheden op het gebied van groenonderhoud; - uitvoeren van eenvoudige (technische) onderhoudswerkzaamheden in, aan en rond het gebouw; - verlenen van services aan de gebruikers van het gebouw in brede zin. Met klanten worden afspraken gemaakt over te leveren bijdragen die bestaan uit het verrichten van vastgestelde dagelijkse en periodieke schoonmaak-, onderhouds- en servicewerkzaamheden en uit het verrichten van werkzaamheden aansluitend op de situaties (geconstateerd onderhoud) en/of behoeften van de opdrachtgever (diverse soorten services). Van de medewerker wordt verwacht dat hij inspeelt op situaties en verzoeken van klanten. Er wordt gebruik gemaakt van reguliere schoonmaakmiddelen en materialen (werkdoeken, moppen, stofzuiger, etc.), maar ook onderhoudsgereedschappen en het bedienen van kantoorapparatuur. Organisatie Direct leidinggevende Ontvangt aanwijzingen van Geeft leiding aan
: : :
hiërarchisch leidinggevende. verantwoordelijke bij de opdrachtgever. niet van toepassing.
Verantwoordelijkheidsgebieden / kerntaken 1. Schoonmaakwerkzaamheden uitvoeren: - uitvoeren van vastgesteld schoonmaakprogramma in het gebouw volgens vastgesteld programma, zoals het afnemen van bureaus, stofzuigen, wassen van ramen, reinigen van sanitaire voorzieningen, etc.; - tegemoet komen aan verzoeken van opdrachtgever voor het verrichten van schoonmaakwerkzaamheden buiten het programma en daarbij kiezen van te hanteren werkmethoden (binnen bekende oplossingen) en inplannen/uitvoeren van werkzaamheden; - aansluitend op noodzaak/behoeften verrichten van schoonmaakwerkzaamheden aan de buitenkant van het gebouw en/of op het terrein, zoals het wassen van ramen (niet op hoogte), vegen van paden, verwijderen van bladeren, ruimen van sneeuw; - verzamelen en afvoeren van afval naar containers en plaatsen van containers voor leging. 2. Beheer en onderhoud uitvoeren: - nalopen van technische voorzieningen in en rond het gebouw c.q. opvolgen van meldingen en uitvoeren van eenvoudige reparaties; - uitvoeren van kleinschalige/eenvoudige herstelwerkzaamheden; - ophangen van zaken in en aan het gebouw; - verzorgen van onderhoud aan het groen in en om het complex. 3. Services verlenen: - verzorgen van kleinschalige interne verhuizingen en daartoe (assisteren bij het) inpakken, demonteren, verplaatsen, en weer opbouwen en inrichten van werkplekken; - inrichten van ruimtes voor overleg/vergaderingen/bijeenkomsten conform gewenste opstelling; - verzorgen van bode-diensten door het verzamelen en verspreiden van post van en naar verschillende afdelingen; - beheren van kopieerapparatuur en vervangen van toners, bijvullen van papier e.d. 4. Verantwoorde uitvoering werkzaamheden: - beheren van middelen, materialen, gereedschappen en gebruikte apparatuur, verzorgen van voorraadaanvullingen en signaleren van vervanging; - periodiek en ad hoc afstemmen van operationele werkzaamheden, wijzigingen in verwachte bijdragen, bijzonderheden, wijzigingen in werkprogramma’s, werkmethoden, etc. met leidinggevende. Bezwarende omstandigheden -
Krachtsinspanning bij het uitvoeren van sommige schoonmaak-, onderhouds- en servicewerkzaamheden, het hanteren van hulpmiddelen en gereedschappen, afvoeren van afval, etc. Lopend en staand en soms gebukt/gebogen of reikend werken onder eenzijdige spierbelasting. Onaangenaam werk bij het reinigen van sanitaire voorzieningen en incidenteel van gure weersomstandigheden. Kans op letsel als gevolg van uitglijden op vloeren of beknelling van vingers of handen.
Datum: april 2014
Functiegroep:
rn/wl/010414 F110733 Opgesteld door: EVZ organisatie-advies
Medewerker schoonmaakonderhoud en services II /1
Niveau onderscheidende kenmerken (NOK) – MEDEWERKER SCHOONMAAKONDERHOUD EN SERVICES KENMERK
MEDEWERKER SCHOONMAAKONDERHOUD EN SERVICES I
MEDEWERKER SCHOONMAAKONDERHOUD EN SERVICES II
MEDEWERKER SCHOONMAAKONDERHOUD EN SERVICES III
Typering en aard van de werkzaamheden
Dagelijkse en periodieke schoonmaak- en servicewerkzaamheden verrichten: - uitvoering van de dagelijkse en periodieke schoonmaaken servicewerkzaamheden volgens vaste programma’s en duidelijke instructies; - werkzaamheden hebben een repeterend karakter; - uitvoering van onderhoudswerkzaamheden behoren slechts in beperkte mate tot deze functie (vervangen lampen e.d.), op aangeven van de opdrachtgever binnen gemaakte afspraken met de leidinggevende.
Dagelijkse en periodieke schoonmaak-, onderhouds- en servicewerkzaamheden verrichten: - uitvoering van dagelijks en periodieke schoonmaak- en servicewerkzaamheden, alsmede eenvoudige onderhoudswerkzaamheden in, aan en rond het object conform vaste programma’s, maar ook eigen waarneming en opvolgen meldingen.
Dagelijkse en periodieke schoonmaak-, onderhouds- en servicewerkzaamheden verrichten: - nadruk ligt minder op schoonmaakwerkzaamheden en meer op het verrichten van service- en onderhoudswerkzaamheden, deze servicewerkzaamheden hebben een meer inhoudelijke component, zoals: . het sorteren van inkomende en verzend-gereed maken van uitgaande post; . verzorgen van (omvangrijk) reproductiewerk; . het verstrekken van feitelijke informatie aan klanten/bezoekers e.d.; - onderhoudswerkzaamheden hebben ook betrekking op beheer apparatuur en installaties, waarbij zelf eenvoudige storingen kunnen worden verholpen, inschakelen van (externe) onderhoudsdienst bij specifiekere problemen.
Zelfstandigheid
- werken onder raadpleegbaar toezicht; - werkprogramma’s en werkmethoden duidelijk gedefinieerd.
- sommige werkzaamheden/vervuilingen vergen een inschatting van toe te passen werkmethoden; - naast opvolgen vaste werkplanning, ook inplannen aanvullende werkzaamheden, waarbij opdrachtgever zo nodig prioriteiten stelt binnen gemaakte afspraken.
- bepalen van de werkvolgorde van operationele werkzaamheden; - inschatten van storingen, zo mogelijk oplossen daarvan of inschakelen derden.
Communicatieve vaardigheden
- vakinhoudelijk en operationeel overleg met opdrachtgever en leidinggevende.
- informatieve afstemming operationele werkzaamheden met medewerkers van opdrachtgever (aard van het werk, tijdsplanning); - vakinhoudelijk en operationeel overleg met collega’s.
- vakinhoudelijk en organisatorisch overleg met opdrachtgever en leidinggevenden.
Opleiding en/of certificaten
Beschikking over een door de branche erkend certificaat dat aansluit op de door de branche vastgestelde eindtermen met betrekking tot de toegewezen werkzaamheden, zoals: - (basis)vakopleiding schoonmaker/-maakster; - uitleg/instructie servicewerkzaamheden door opdrachtgever; of een vergelijkba(a)r(e) opleiding/certificaat.
Beschikking over een door de branche erkend certificaat dat aansluit op de door de branche vastgestelde eindtermen met betrekking tot de toegewezen werkzaamheden, zoals: - ook enige technische scholing/ervaring; of een vergelijkbaar certificaat.
Beschikking over een door de branche erkend certificaat dat aansluit op de door de branche vastgestelde eindtermen met betrekking tot de toegewezen werkzaamheden, zoals: - ook ervaring met servicewerkzaamheden, interne procedures, kennis van gebruikte apparatuur; - basistraining/cursus m.b.t. beheer technische installaties; of een vergelijkbaar certificaat.
Functiegroep
(referentie)
rn/wl/010414 F110733
Opgesteld door EVZ organisatie-advies
Niveau onderscheidende kenmerken – Medewerker schoonmaakonderhoud en services /1
Functiecategorie : Functienaam :
Algemeen schoonmaakonderhoud Meewerkend voorman/-vrouw algemeen schoonmaakonderhoud I
FUNCTIEPROFIEL Kenmerken van de referentiefunctie De werkzaamheden worden uitgevoerd voor diverse opdrachtgevers en op diverse locaties, zoals: - kantoorpanden: algemene ruimten, werkplekken, kantines, sanitaire voorzieningen, etc.; - ziekenhuizen en zorginstellingen: algemene, patiënten- en behandelruimten, kantines, sanitaire voorzieningen, etc.; - hotels en recreatiebungalows: algemene ruimten, verblijfsruimten bezoekers, restaurants, sanitaire ruimten, etc.; - onderwijsinstellingen: algemene ruimten, lesvoorzieningen, kantines, sanitaire ruimten, etc. Met klanten zijn afspraken gemaakt over de uit te voeren schoonmaakwerkzaamheden welke zijn vastgelegd in een duidelijk werkprogramma en vertaald naar eenduidige instructies, protocollen en werkmethoden (traditioneel en/of microvezel). Er wordt gebruik gemaakt van reguliere schoonmaakmiddelen en materialen/apparatuur (stofdoeken, moppen, stofzuiger, etc.). De meewerkend voorman/-vrouw is verantwoordelijk voor het aansturen van de uitvoering van de schoonmaakwerkzaamheden conform de normen t.a.v. kwaliteit en tijd en het oplossen van daarbij optredende operationele verstoringen. De meewerkend voorman/-vrouw geeft daarbij sturing aan de toegewezen medewerkers algemeen schoonmaakonderhoud (ca. 3 - 7). De werkzaamheden zijn eenvoudig en repeterend van aard, het aantal verstoringen ten opzichte van het werkprogramma c.q. de personele bezetting is relatief beperkt. De meewerkend voorman/-vrouw is structureel aanwezig op de locatie en dus aanspreekbaar voor de medewerkers en voor de klant. De meewerkend voorman/-vrouw verricht voor een deel van de tijd uitvoerende werkzaamheden (ca. 80% van de tijd). Organisatie Direct leidinggevende Geeft leiding aan
: :
(ambulant) objectleider/rayonleider/vestigingsmanager/ondernemer. 3 - 7 medewerkers algemeen schoonmaakonderhoud.
Verantwoordelijkheidsgebieden / kerntaken 1. Realisatie schoonmaakprogramma conform normen t.a.v. kwaliteit en tijd: - voorbereiden van de uitvoering van de dagelijkse schoonmaakwerkzaamheden, zoals het bij aanvang van de werkzaamheden verdelen van het werk, ook bij ziekte en verlof, zo nodig aanvragen van vervanging, eventueel inplannen van beperkt aanvullend werk en zorgen voor de beschikbaarheid van materialen en middelen; - toezien op voortgang en kwaliteit (conform DKS), juist gebruik van middelen en materialen, naleving protocollen en voorschriften t.a.v. Arbo en veiligheid, signaleren van kwaliteitsafwijkingen en deze onder de aandacht brengen bij medewerkers c.q. laten herstellen van onvolkomenheden in het werk, ook naar aanleiding van opmerkingen van opdrachtgever; - uitvoeren van schoonmaakwerkzaamheden gedurende een deel van de werktijd (ca. 80%) conform de normen t.a.v. kwaliteit en tijd en geldende werkmethoden en protocollen/voorschriften. 2. Aansturen van medewerkers: - inwerken en begeleiden van nieuwe medewerkers en overdragen van kennis/vaardigheden/procedures m.b.t. de uitvoering van het werk, werkmethoden, gebruik van middelen/materialen, Arbo en veilig werken, locatiespecifieke aspecten e.d.; - input leveren aan hiërarchisch leidinggevende over het functioneren van medewerkers. 3. Afstemming werkprogramma met klant: - afstemmen met klant over de uitvoering van het werkprogramma, eventueel gewenste beperkte aanvullende werkzaamheden en eventuele aandachtspunten; - inschakelen van leidinggevenden c.q. doorverwijzen van opdrachtgever bij commerciële aspecten van de dienstverlening c.q. structurele klachten. 4. Verantwoorde uitvoering werkzaamheden: - verzorgen van urenregistraties, bijhouden van logboek en vastleggen van bijzonderheden; - beheren van voorraden, materialen en apparatuur en binnen procedure aanvragen van aanvulling/vervanging.
Opgesteld door: EVZ organisatie-advies
Meewerkend voorman/-vrouw algemeen schoonmaakonderhoud I /1
Functiecategorie : Functienaam :
Algemeen schoonmaakonderhoud Meewerkend voorman/-vrouw algemeen schoonmaakonderhoud I
Bezwarende omstandigheden -
Krachtsinspanning bij het uitvoeren van sommige schoonmaakwerkzaamheden, het hanteren van hulpmiddelen en afvoeren van afval, linnengoed, etc. (deel van de werktijd). Lopend en staand en soms gebukt/gebogen of reikend werken onder eenzijdige spierbelasting bij sommige schoonmaakbewegingen (deel van de werktijd). Onaangenaam werk bij het reinigen van sanitaire voorzieningen en, afhankelijk van locatie, incidenteel meer dan reguliere vervuiling. Kans op letsel als gevolg van uitglijden op vloeren of beknelling van vingers of handen; dragen van beschermende kleding, handschoenen, etc.
Datum: april 2014
Functiegroep:
rn/wl/010414 F110826
Opgesteld door: EVZ organisatie-advies
Meewerkend voorman/-vrouw algemeen schoonmaakonderhoud I /2
Niveau onderscheidende kenmerken (NOK) – MEEWERKEND VOORMAN/-VROUW ALGEMEEN SCHOONMAAKONDERHOUD KENMERK
MEEWERKEND VOORMAN/-VROUW ALGEMEEN SCHOONMAAKONDERHOUD I
MEEWERKEND VOORMAN/-VROUW ALGEMEEN SCHOONMAAKONDERHOUD II
Typering en aard van de werkzaamheden
Aard van het werk: - betreft het operationeel aansturen van algemeen schoonmaakonderhoud op één locatie, waarbij de omstandigheden worden gekenmerkt door onder meer: . een overwegend vaststaand werkprogramma met relatief beperkte aanvullende periodieke en/of specifieke werkzaamheden; . reguliere eisen aan de tijdigheid en/of de kwaliteit van de operationele werkzaamheden; - aansturen groep van 3 - 7 medewerkers; - minimaal ca. 80% van de tijd meewerkend.
Aard van het werk: - betreft het operationeel aansturen van algemeen schoonmaakonderhoud op één locatie, waarbij de omstandigheden gekenmerkt worden door onder meer: . een vaststaand werkprogramma, maar met relatief meer kans op aanvullende periodieke en/of specifieke werkzaamheden, hetgeen aanvullende aandacht van de meewerkend voorman/-vrouw vergt voor het plannen van het operationeel werk; . aanvullende/stringentere eisen worden gesteld aan de tijdigheid en/of de kwaliteit van de uitvoering van de algemene schoonmaakwerkzaamheden; - aansturen groep van 5 - 10 medewerkers; - minimaal ca. 50% van de tijd meewerkend.
Kans op verstoring operationeel proces
-
kans op verstoring van het operationeel proces is relatief beperkt, waardoor slechts in beperkte mate sprake is van bijsturing van de reguliere planning en organisatie van de schoonmaakwerkzaamheden c.q. operationele problemen moeten worden opgelost door de meewerkend voorman/-vrouw.
-
kans op verstoring van het operationeel proces is relatief groter, (bijvoorbeeld door de aard van het klantproces), waardoor de meewerkend voorman/-vrouw nadrukkelijker aandacht moet hebben voor het bijsturen van het operationeel proces qua planning, werkverdeling, oplossen van operationele problemen, afstemming met medewerkers en klant e.d. Daardoor is ook een beperktere meewerktijd gerechtvaardigd.
Communicatieve vaardigheden
-
operationeel en functioneel aansturen van medewerkers, afstemmen operationele werkzaamheden; afstemmen werkzaamheden met opdrachtgever, bespreken van (opmerkingen over) de werkuitvoering.
-
frequent/intensief overleg met vertegenwoordiger(s) van de opdrachtgever over aanvullende werkzaamheden, verstoringen, realisatie van afspraken omtrent kwaliteit en tijdigheid van de werkzaamheden.
-
Opleiding en/of certificaten
Beschikking over een door de branche erkend certificaat dat aansluit op de door de branche vastgestelde eindtermen met betrekking tot de toegewezen werkzaamheden, zoals: - (basis)vakopleiding schoonmaker/-ster, toegesneden op het eigen segment; - opleiding lager kader; of een vergelijkbaar certificaat.
Functiegroep
Beschikking over een door de branche erkend certificaat dat aansluit op de door de branche vastgestelde eindtermen met betrekking tot de toegewezen werkzaamheden, zoals: - aanvullende certificaten voor specialistische schoonmaakwerkzaamheden of het werken op specifieke locaties (cleanroom, operatiekamers e.d.); of een vergelijkbaar certificaat.
(referentie)
rn/wl/010414 F110826
Opgesteld door: EVZ organisatie-advies
Niveau onderscheidende kenmerken – Meewerkend voorman/-vrouw algemeen schoonmaakonderhoud /1
Functiecategorie : Functienaam :
Schoonmaakonderhoud buiten Gevelbehandelaar II
FUNCTIEPROFIEL Kenmerken van de referentiefunctie De werkzaamheden hebben betrekking op het uitvoeren van reinigings-, conserverings- en eventueel eenvoudige renovatiewerkzaamheden, als ook het verwijderen van graffity, aan gevels van verschillende materialen (diverse steensoorten, metaal, kunststof e.d.), alsmede op verschillende hoogtes/bereikbaarheid. Bij het reinigen en onderhouden van gevels wordt gebruik gemaakt van chemicaliën (variërend in pH-waarden) en van mechanische toepassingen (hogedrukreiniging met water, verschillende temperaturen tot en met kookpunt). Voor het werken op hoogte wordt gebruik gemaakt van verschillende materialen/installaties, zoals stellages, hoogwerkers (tot verschillende hoogtes) en permanent aan het gebouw aangebrachte voorzieningen (gevelonderhoudsinstallatie, permanente hangladder, mastinstallaties). Het uitvoeren van gevelreiniging is gebonden aan wet- en regelgeving ten aanzien van milieu (werken met chemicaliën, voorkomen van bodemverontreiniging) en veiligheid van werken (gebruik van verschillende materialen voor het werken op hoogte). Per locatie wordt op basis van een RIE de te hanteren methode vastgesteld, alsmede maatregelen voor het uitsluiten van milieuschade en borgen van veilig werken, ook voor de omgeving. De werkzaamheden worden verricht binnen de kaders van gemaakte afspraken met klanten (t.a.v. te verrichten werkzaamheden, reinigingsgraad en werkprogramma) en volgens voorgeschreven en/of uit de RIE voortkomende werkmethoden, werkinstructies en milieu- en veiligheidsvoorschriften. De gevelbehandelaar II fungeert als zelfstandig gevelbehandelaar en is inzetbaar op de alle werklocaties. Organisatie Direct leidinggevende Ontvangt aanwijzingen van Geeft leiding aan
: : :
hiërarchisch leidinggevende (ondernemer, rayonleider, uitvoerder e.d.). (meewerkend) voorman (aanwezig op grotere projecten/locaties). niet van toepassing.
Verantwoordelijkheidsgebieden / kerntaken 1. Werkzaamheden voorbereiden: - afhankelijk van toegewezen locatie verzamelen van benodigde materialen/installaties en controleren op functioneren, voldoen aan veiligheidseisen e.d.; - vervoeren van materialen en collega(‘s) naar de werkplek (met bestelwagen, evt. inclusief hoogwerker); - aanmelden bij opdrachtgever en afstemmen van uitvoering van het werk, alsmede eventuele aspecten met betrekking tot milieu en veilig werken; - uitvoeren van een veiligheidscheck ter plekke en vervolgens positioneren van materieel en nemen van nodige maatregelen voor het borgen van milieuregels (afschermen bodem, opvang/afvoer afvalwater) en het realiseren van veilig werken, ook voor de omgeving; e.e.a. conform RIE. 2. Reinigings-, onderhoud- en renovatiewerkzaamheden uitvoeren: - ter plekke beoordelen van de mate van vervuiling van gevel(delen), vaststellen van de mate van dosering chemicaliën, te hanteren druk/temperatuur e.d.; e.e.a. aansluitend op de aangegeven werkmethode en eisen in de RIE (voor wat betreft het werken op hoogte); - uitvoeren van reinigingswerkzaamheden, beoordelen van resultaat/kwaliteit en zo nodig uitvoeren van aanvullende reinigingswerkzaamheden om gewenste mate van reiniging te bereiken; - uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden (conserveren, impregneren) en daartoe doseren van middelen, aansluiten van installaties en bewerken van geveldelen; - zo nodig uitvoeren van (eenvoudige) reparaties en/of detailleringsaanpassingen aan gevels; - bedienen/verplaatsen van materiaal voor het werken op hoogte (hoogwerker, gevelonderhoudsinstallatie e.d.) met inachtneming van de geldende veiligheidsvoorschriften en het borgen van een veilige werkomgeving; - verwijderen van afval en afvalwater conform voorgeschreven methoden en schoon opleveren van omgeving; - herkennen van gevelschade en signaleren richting opdrachtgever; - informatief afstemmen van operationele werkzaamheden met opdrachtgever c.q. op locatie aanwezige medewerkers/bezoekers c.q. passanten, alsmede attenderen op veiligheidsaspecten. 3. Verantwoorde en veilige uitvoering werkzaamheden: - in ordelijke staat houden van de materialen en middelen, vooral ook met het oog op veiligheid, visueel beoordelen van toegepaste materialen en melden van afwijkingen; - continu bewaken en borgen van het milieu, de eigen veiligheid en die van collega’s, maar ook van omstanders en voorbijgangers; - opvolgen van de bedrijfs- en veiligheidsvoorschriften en werkinstructies in verband met Arbo, veiligheid en milieu; - periodiek en ad hoc afstemmen van operationele werkzaamheden, veiligheidsituaties, bijzonderheden, wijzigingen in werkmethoden e.d. met collega’s en leidinggevenden.
Opgesteld door: EVZ organisatie-advies
Gevelbehandelaar II /1
Functiecategorie : Functienaam :
Schoonmaakonderhoud buiten Gevelbehandelaar II
Bezwarende omstandigheden -
Krachtsinspanning bij het uitvoeren van reiniging-/onderhoudswerkzaamheden, hanteren van hogedrukspuit. Inspannende houding tijdens het maken van eenzijdige schoonmaakbewegingen: gebukt/gebogen, reikend of boven de macht werken. Hinder van weersinvloeden bij buitenwerk (dat tot enkele graden onder 0 Cº en niet bij extreme regenval of wind plaatsvindt), werken in een natte en (lichtelijk) vuile omgeving en op grote hoogte, omgaan met chemicaliën en dragen van persoonlijke beschermingsmiddelen. Kans op letsel door contact met chemicaliën en het vallen vanaf klimmaterialen (kans op vallen beperkt door toepassing veiligheidsmaatregelen en dragen van persoonlijke beschermingsmiddelen).
Datum: april 2014
Functiegroep:
rn/wl/010414 F110738
Opgesteld door: EVZ organisatie-advies
Gevelbehandelaar II /2
Niveau onderscheidende kenmerken (NOK) – GEVELBEHANDELAAR KENMERK
GEVELBEHANDELAAR I
GEVELBEHANDELAAR II
Typering en aard van de werkzaamheden
Werkzaamheden voorbereiden: - de te hanteren methode voor uitvoering reinigings- en onderhoudswerkzaamheden en het werken op hoogte is aangegeven; - assisteren bij het installeren/positioneren van materialen voor het werken op hoogte en nemen van (milieu)beschermende maatregelen, ook voor omgeving.
Werkzaamheden voorbereiden: - bepalen van de operationele uitvoering van de reiningsen onderhoudswerkzaamheden afhankelijk van de feitelijke situatie (mate van vervuiling e.d.) en gevelmateriaal; inschakelen van vakinhoudelijk meer ervaren collega of leidinggevende bij uitzonderlijke situaties; - bepalen van milieu- en veiligheidsmaatregelen ter plekke en installeren/positioneren van materialen voor het werken op hoogte; e.e.a. op basis van aangereikte RIE; - afstemmen werkvolgorde/planning met klant.
Werkzaamheden uitvoeren: - uitvoeren van opgedragen reinigings- en onderhoudswerkzaamheden aan gevels conform norm t.a.v. kwaliteit en productiviteit; - onder begeleiding werken met chemicaliën en hogedrukinstallatie; - onder begeleiding inzetbaar op alle mogelijke materialen voor het werken op hoogte.
Werkzaamheden uitvoeren: - aansluiten en bedienen van installaties, doseren van chemicaliën; - bedienen/verplaatsen van alle mogelijke installaties voor het werken op hoogte; - continu bewaken/borgen van naleving regels t.a.v. milieu en veilig werken.
GEVELBEHANDELAAR III Werkzaamheden voorbereiden: - ook inschatten en bepalen oplossingen voor specialistische situaties t.a.v. vervuiling, omstandigheden, onderhoud e.d.; - ook inschatten van de risico's en te nemen veiligheidsmaatregelen ter plekke en communiceren hierover met de klant bij specifieke situaties, rekening houdend met de kaders van de RIE.
Werkzaamheden uitvoeren: - ook uitvoeren van vakinhoudelijke specialistische reinigings- en onderhoudswerkzaamheden aan gevels.
Zelfstandigheid
- te hanteren werkmethoden worden aangegeven; - controles door meewerkend voorman, zelfstandig werkend collega; - naleven van geldende milieu- en veiligheidsvoorschriften bij gebruik materiaal voor het werken op hoogte, ook voor omgeving en omstanders.
- zelfstandig inschatten van operationele invulling reiniging- en onderhoudswerkzaamheden, alsmede milieu- en veiligheidsrisico’s en te nemen (aanvullende) maatregelen voor het borgen van milieu en veiligheid, ook voor de omgeving; wel conform RIE; - zelfstandig plannen en organiseren van de operationele uitvoering van het werk.
- ook vaststellen van operationele uitvoering werkzaamheden in geval van specialistische reinigings- en onderhoudswerkzaamheden; - ook inschatten van operationele veiligheidsrisico’s en te nemen (aanvullende) maatregelen ook voor collega’s en omstanders; wel conform RIE.
Communicatieve vaardigheden
- informatief afstemmen operationele werkzaamheden met aanwezigen op locatie; - vakinhoudelijk en operationeel overleg met leidinggevenden en collega’s.
- afstemmen van de uitvoering en planning van werkzaamheden met vertegenwoordiger van de opdrachtgever.
- afstemmen met de klant over uitzonderingssituaties; - vakinhoudelijke advisering en operationeel overleg met leidinggevenden en collega’s.
Opleiding en/of certificaat
Beschikking over een door de branche erkend certificaat dat aansluit op de door de branche vastgestelde eindtermen met betrekking tot de toegewezen werkzaamheden, zoals: - basisveiligheid VCA; - vakopleiding gevelonderhoud; of een vergelijkbaar certificaat.
Beschikking over een door de branche erkend certificaat dat aansluit op de door de branche vastgestelde eindtermen met betrekking tot de toegewezen werkzaamheden of een vergelijkbaar certificaat.
Beschikking over een door de branche erkend certificaat dat aansluit op de door de branche vastgestelde eindtermen met betrekking tot de toegewezen werkzaamheden, zoals: - specialistische opleiding gevelonderhoud; of een vergelijkbaar certificaat.
Functiegroep
(referentie)
rn/wl/010414 F110738
Opgesteld door: EVZ organisatie-advies
Niveau onderscheidende kenmerken – Gevelbehandelaar /1
Functiecategorie : Functienaam :
Schoonmaakonderhoud na calamiteiten Medewerker schoonmaakonderhoud na calamiteiten II
FUNCTIEPROFIEL Kenmerken van de referentiefunctie De werkzaamheden hebben betrekking op het uitvoeren van salvage-, reinigings- en herstelwerkzaamheden na calamiteiten (brand, water- of stormschade) aan bedrijfspanden en woningen. Werkzaamheden worden vooral op locatie en deels in de centrale werkplaats uitgevoerd (reinigen/herstellen inboedel). Bij het reinigen en drogen van inboedel en opstal wordt gebruik gemaakt van verschillende werkmethoden en hulpmiddelen, variërend van het gebruik van chemicaliën (variërend in pH-waarden), toepassing van verschillende hulpmiddelen, zoals heaters, ontvochtigers e.d., en van hogedrukapparatuur voor het reinigen van opstallen en installaties. Bij het uitvoeren van reinigings- en herstelwerkzaamheden in en aan opstallen wordt ook gebruik gemaakt van verschillende materialen/installaties voor het werken op hoogte, zoals staladders (tot 7 meter), rolsteigers en stellages, hoogwerkers (tot verschillende hoogtes) e.d. Het uitvoeren van reinigings- en herstelwerkzaamheden is gebonden aan wet- en regelgeving ten aanzien van milieu (werken met chemicaliën, voorkomen van bodemverontreiniging) en veiligheid van werken (gebruik van verschillende materialen voor het werken op hoogte). Salvage-werkzaamheden zijn niet planbaar (medewerkers werken in consignatiediensten). Een manager vanuit de eigen organisatie is verantwoordelijk voor de organisatie, vaststelling en aansturing van de te verrichten salvage-, reinigings- en herstelwerkzaamheden en maakt daarover afspraken met opdrachtgever. Afhankelijk van het project wordt een RIE opgesteld met de te hanteren werkmethoden, alsmede maatregelen voor het uitsluiten van milieuschade en borgen van veilig werken. De medewerker schoonmaakonderhoud na calamiteiten II is inzetbaar op de reguliere salvage-, reinigings- en herstelwerkzaamheden na calamiteiten en beheerst de verschillende reguliere werkmethoden (géén specialistische reiniging en herstel). Organisatie Direct leidinggevende Ontvangt aanwijzingen van Geeft leiding aan
: : :
hiërarchisch leidinggevende (ondernemer, rayonleider, uitvoerder e.d.). (meewerkend) voorman / manager. niet van toepassing.
Verantwoordelijkheidsgebieden / kerntaken 1. Salvage-werkzaamheden uitvoeren: - afhankelijk van de calamiteit verzamelen van benodigde materialen/installaties en controleren op functioneren, voldoen aan veiligheidseisen e.d.; - afstemmen van uit te voeren werkzaamheden met de leidinggevende, maar ook met opdrachtgever/eigenaar (belang van materialen) en met aanwezige brandweer/politie m.b.t. toegankelijkheid van ruimten/locaties; - uitvoeren van salvage-werkzaamheden, totdat de schadestop bereikt wordt, e.e.a. aan de hand van instructies, maar ook zelfstandig inschatten van te hanteren werkmethode, te nemen maatregelen, kans op herstel van inboedelstukken e.d.; zo nodig voorleggen van situaties ter beoordeling door de leidinggevende/specialist. 2. Reinigings- en herstelwerkzaamheden uitvoeren: - inboedelstukken droog/ontgeurd en schoon maken zodat ze weer in de oorspronkelijke staat hersteld worden, inclusief eventuele sloop- en afvoerwerkzaamheden en daartoe kiezen van meest geëigende werkmethode afhankelijk van mate van vervuiling en materiaalsoort (keuze vanuit bekende methoden en technieken), zo nodig als laatste redmiddel uitproberen van alternatieve werkmethoden op basis van praktijkervaring; - volgens werkinstructies inpakken en uitpakken van inboedels en inladen in het betreffende transportmiddel; - vervoeren van ingeladen inboedel (met bestelwagen e.d.); - reinigen van opstallen (plafonds, wanden, vloeren e.d.) en uitvoeren van eenvoudige herstelwerkzaamheden (inclusief voorbehandeling), e.e.a. gebruik makend van bekende werkmethoden, maar ook een inschatting makend van de meest effectieve werkmethode op basis van mate vervuiling, materiaalsoort; - verwijderen van afval en afvalwater conform geldende milieuregelingen; - bedienen/verplaatsen van materiaal voor het werken op hoogte (staladder, rolsteigers, hoogwerker e.d.) met in achtneming van de geldende veiligheidsvoorschriften en het borgen van een veilige werkomgeving; - informatief afstemmen van operationele werkzaamheden met opdrachtgever c.q. op locatie aanwezige medewerkers/passanten, alsmede attenderen op veiligheidsaspecten. 3. Verantwoorde en veilige uitvoering werkzaamheden: - in ordelijke staat houden van de materialen en middelen, vooral ook met het oog op veiligheid, visueel beoordelen van toegepaste materialen en melden van afwijkingen; - continu bewaken en borgen van het milieu, de eigen veiligheid en die van collega’s, maar ook van omstanders en voorbijgangers; - opvolgen van de bedrijfs- en veiligheidsvoorschriften en werkinstructies in verband met Arbo, veiligheid en milieu; - periodiek en ad hoc afstemmen van operationele werkzaamheden, veiligheidssituaties, bijzonderheden, wijzigingen in werkmethoden e.d. met collega’s en leidinggevenden.
Opgesteld door: EVZ organisatie-advies
Medewerker schoonmaakonderhoud na calamiteiten II /1
Functiecategorie : Functienaam :
Schoonmaakonderhoud na calamiteiten Medewerker schoonmaakonderhoud na calamiteiten II
Bezwarende omstandigheden -
Krachtsinspanning bij het uitvoeren van reinigingswerkzaamheden, tillen van inboedelstukken. Inspannende houding tijdens het maken van eenzijdige schoonmaakbewegingen: gebukt/gebogen, reikend of boven de macht werken, en soms ook bij het werken op klimmaterialen (labiele evenwichtscondities). Hinder van het werken op locaties waar calamiteit heeft plaatsgevonden (specifieke vervuiling, brandlucht), werken in een natte omgeving en soms ook op hoogte, omgaan met chemicaliën en dragen van persoonlijke beschermingsmiddelen. Kans op letsel door contact met chemicaliën en het vallen vanaf klimmaterialen (kans op vallen beperkt door toepassing veiligheidsmaatregelen en dragen van persoonlijke beschermingsmiddelen).
Datum: april 2014
Functiegroep:
rn/wl/010414 F110739
Opgesteld door: EVZ organisatie-advies
Medewerker schoonmaakonderhoud na calamiteiten II /2
Niveau onderscheidende kenmerken (NOK) – MEDEWERKER SCHOONMAAKONDERHOUD NA CALAMITEITEN KENMERK Typering en aard van de werkzaamheden
MEDEWERKER SCHOONMAAKONDERHOUD NA CALAMITEITEN I Salvage-werkzaamheden uitvoeren: - de te hanteren werkmethoden voor salvagewerkzaamheden zijn aangegeven. Reinigings- en herstelwerkzaamheden uitvoeren: - uitvoeren van opgedragen reinigingswerkzaamheden conform norm t.a.v. kwaliteit en productiviteit; - onder begeleiding werken met chemicaliën en hogedrukinstallatie; - onder begeleiding inzetbaar op de gehanteerde materialen voor het werken op hoogte (staladders, rolsteigers, hoogwerkers).
MEDEWERKER SCHOONMAAKONDERHOUD NA CALAMITEITEN II Salvage-werkzaamheden uitvoeren: - kiezen van de meest geëigende werkmethode voor de uitvoering van salvage-werkzaamheden rekening houdend met locatie, mate van vervuiling e.d., zo nodig als laatste redmiddel uitproberen van alternatieve werkmethoden op basis van praktijkervaring; - ook inschatten van kans op reiniging/herstel; inschakelen van leidinggevende of specialist bij uitzonderlijke situaties.
MEDEWERKER SCHOONMAAKONDERHOUD NA CALAMITEITEN III Salvage-werkzaamheden uitvoeren: - ook inschatten en bepalen werkmethoden voor uitzonderlijke/specialistische situaties t.a.v. salvagemogelijkheden. Reinigings- en herstelwerkzaamheden uitvoeren: - ook uitvoeren van specialistische reinigings- en herstelwerkzaamheden met gebruik van specialistische hulpmiddelen, apparatuur en technieken.
Reinigings- en herstelwerkzaamheden uitvoeren: - reinigen van inboedel, ook machines/installaties, en opstallen en daarbij kiezen van best geëigende werkmethode en middelen (bekende oplossingen); - uitvoeren van eenvoudige herstelwerkzaamheden (inclusief voorbehandeling); - aansluiten en bedienen van installaties, doseren van chemicaliën; - bedienen/verplaatsen van materiaal voor het werken op hoogte (staladders, rolsteigers, hoogwerkers); - continu bewaken/borgen van naleving regels t.a.v. milieu en veilig werken.
Zelfstandigheid
- te hanteren werkmethoden worden aangegeven; - controles door meewerkend voorman, zelfstandig werkend collega; - naleven van geldende milieu en veiligheidsvoorschriften bij gebruik materiaal voor het werken op hoogte, ook voor omgeving en omstanders.
- zelfstandig inschatten van operationele invulling salvage- en reinigingswerkzaamheden, alsmede milieuen veiligheidsrisico’s en te nemen (aanvullende) maatregelen voor het borgen van milieu en veiligheid, ook voor de omgeving; wel conform RIE; - zelfstandig plannen en organiseren van de operationele uitvoering van het eigen werk.
- ook vaststellen van operationele uitvoering werkzaamheden in geval van specialistische salvage-, reinigings- en herstelwerkzaamheden; - ook inschatten van de haalbaarheid van salvage.
Communicatieve vaardigheden
- informatief afstemmen operationele werkzaamheden met aanwezigen op locatie; - vakinhoudelijk en operationeel overleg met leidinggevenden en collega’s.
- afstemmen van de uitvoering en planning van werkzaamheden met manager, eventueel opdrachtgever, brandweer, politie.
- adviseren over haalbaarheid van salvage; - vakinhoudelijke advisering leidinggevenden en collega’s.
Opleiding en/of certificaat
Beschikking over een door de branche erkend certificaat dat aansluit op de door de branche vastgestelde eindtermen met betrekking tot de toegewezen werkzaamheden, zoals: - Vakopleiding Reiniging na Calamiteiten; of een vergelijkbaar certificaat.
Beschikking over een door de branche erkend certificaat dat aansluit op de door de branche vastgestelde eindtermen met betrekking tot de toegewezen werkzaamheden, zoals: - specialistische vakopleiding reiniging na calamiteiten; - rijbewijs B; of een vergelijkbaar certificaat.
Beschikking over een door de branche erkend certificaat dat aansluit op de door de branche vastgestelde eindtermen met betrekking tot de toegewezen werkzaamheden, zoals: - aanvullende specialistische cursussen/certificaten; of een vergelijkbaar certificaat.
Functiegroep
(referentie)
rn/wl/010414 F110739 Opgesteld door: EVZ organisatie-advies
Niveau onderscheidende kenmerken – Medewerker schoonmaakonderhoud na calamiteiten /1
Functiecategorie : Functienaam :
Schoonmaakonderhoud buiten Meewerkend voorman/-vrouw schoonmaakonderhoud buiten I
FUNCTIEPROFIEL Kenmerken van de referentiefunctie De werkzaamheden hebben betrekking op het uitvoeren van specialistische reinigingswerkzaamheden (glazenwassen, gevelreiniging) met een routinematig/standaardmatig karakter, die worden verricht in/aan gebouwen die verschillen qua hoogte/bereikbaarheid. Voor het werken op hoogte wordt gebruik gemaakt van verschillende materialen/installaties, zoals de staande ladder (tot max. 10 m), hoogwerkers (tot verschillende hoogtes; max. ca. 70 m), permanent aan het gebouw aangebrachte voorzieningen (gevelonderhoudsinstallatie, permanente hangladder, mastinstallaties) en (in uitzonderingssituaties voorkomende) niet-permanente voorzieningen (niet-permanente hangladder en safe sit). Het werken met de verschillende installaties is gereguleerd in wet- en regelgeving gericht op het borgen van veiligheid. Per locatie wordt op basis van een RIE de te hanteren methode vastgesteld, alsmede maatregelen voor het borgen van veilig werken, ook voor de omgeving. De werkzaamheden worden verricht binnen de kaders van gemaakte afspraken met klanten (t.a.v. te verrichten werkzaamheden, reinigingsgraad en werkprogramma) en volgens voorgeschreven en uit de RIE voortkomende werkmethoden, werkinstructies en veiligheidsvoorschriften. De meewerkend voorman/-vrouw is verantwoordelijk voor het aansturen van de uitvoering van de werkzaamheden conform de normen t.a.v. kwaliteit en tijd en het oplossen van daarbij optredende operationele verstoringen. De meewerkend voorman/-vrouw geeft daarbij sturing aan de toegewezen uitvoerende medewerkers (ca. 5) met verschillend niveau van werkervaring en inzetbaarheid. De meewerkend voorman/-vrouw is structureel aanwezig op het werk en dus aanspreekbaar voor de medewerkers en voor de klant. De meewerkend voorman/-vrouw verricht voor het grootste deel van de tijd uitvoerende werkzaamheden. Organisatie Direct leidinggevende Geeft leiding aan
: :
rayonleider/vestigingsmanager/ondernemer. ca. 5 gevelreinigers/glazenwassers.
Verantwoordelijkheidsgebieden / kerntaken 1. Realisatie toegewezen projecten conform normen t.a.v. kwaliteit en tijd: - voorbereiden van de uitvoering van de werkzaamheden op de toegewezen locaties en daartoe onder meer: . afhankelijk van toegewezen locatie(s) verzamelen van benodigde materialen en hulpmiddelen en controleren op voldoen aan veiligheidseisen e.d.; . vervoeren van materialen en collega(‘s) naar de werkplek (met bestelwagen, evt. inclusief hoogwerker); . aanmelden bij opdrachtgever en afstemmen over uitvoering van het werk, alsmede eventuele aspecten met betrekking tot veilig werken; . uitvoeren van een veiligheidscheck ter plekke en vervolgens (laten) positioneren van materieel en daarbij nemen van nodige maatregelen voor het realiseren van veilig werken, ook voor de omgeving; e.e.a. conform RIE; - bij aanvang verdelen van het werk, ook bij ziekte en verlof, binnen de ploeg, zo nodig aanvragen van vervanging, eventueel inplannen van beperkt aanvullend werk; - toezien op voortgang en kwaliteit, juist gebruik van middelen en materialen, naleving protocollen en voorschriften t.a.v. Arbo en veiligheid, signaleren van kwaliteitsafwijkingen en deze onder de aandacht brengen bij medewerkers c.q. laten herstellen van onvolkomenheden in het werk, ook naar aanleiding van opmerkingen van opdrachtgever; - uitvoeren van uitvoerende werkzaamheden gedurende een deel van de werktijd (ca. 80%) conform de normen t.a.v. kwaliteit en tijd en geldende werkmethoden en protocollen/voorschriften. 2. Aansturen van medewerkers: - inwerken en begeleiden van nieuwe medewerkers en overdragen van kennis/vaardigheden/procedures m.b.t. de uitvoering van het werk, werkmethoden, gebruik van middelen/materialen, Arbo en veilig werken, locatie-specifieke aspecten e.d.; - input leveren aan hiërarchisch leidinggevende over het functioneren van medewerkers. 3. Afstemming werkprogramma met klant: - afstemmen met klant over de uitvoering van het werkprogramma, eventueel gewenste beperkte aanvullende werkzaamheden en eventuele aandachtspunten; - inschakelen van leidinggevenden c.q. doorverwijzen van opdrachtgever bij commerciële aspecten van de dienstverlening c.q. structurele klachten. 4. Verantwoorde uitvoering werkzaamheden: - verzorgen van urenregistraties, bijhouden van logboek en vastleggen van bijzonderheden; - beheren van voorraden, materialen en apparatuur en binnen procedure aanvragen van aanvulling/vervanging.
Opgesteld door: EVZ organisatie-advies
meewerkend voorman/-vrouw schoonmaakonderhoud buiten I /1
Functiecategorie : Functienaam :
Schoonmaakonderhoud buiten Meewerkend voorman/-vrouw schoonmaakonderhoud buiten I
Bezwarende omstandigheden -
Krachtsinspanning bij het uitvoeren van schoonmaakwerkzaamheden, verrichten van tilwerkzaamheden, bij het ladderen en het verplaatsen van rolsteigers. Inspannende houding tijdens het maken van eenzijdige schoonmaakbewegingen; gebukt/gebogen, reikend of boven de macht werken, labiele evenwichtscondities tijdens het werken op klimmaterialen. Hinder van weersinvloeden bij buitenwerk (dat tot enkele graden onder 0 Cº en niet bij extreme regenval of wind plaatsvindt), werken in een natte en (lichtelijk) vuile omgeving. Kans op letsel door het vallen vanaf klimmaterialen en het (eventueel) omgaan met chemicaliën (beperkt door toepassing veiligheidsmaatregelen en persoonlijke beschermingsmiddelen).
Datum: april 2014
Functiegroep:
rn/wl/010414 F120051
Opgesteld door: EVZ organisatie-advies
meewerkend voorman/-vrouw schoonmaakonderhoud buiten I /2
Niveau onderscheidende kenmerken (NOK) – MEEWERKEND VOORMAN/-VROUW SCHOONMAAKONDERHOUD BUITEN KENMERK
MEEWERKEND VOORMAN/-VROUW I
MEEWERKEND VOORMAN/-VROUW II
Typering en aard van de werkzaamheden
Aard van het werk: - betreft het operationeel aansturen van specialistische reinigingswerkzaamheden (glazenwassen, gevelreiniging) in/aan gebouwen met een routinematig/ standaardmatig karakter en binnen een vaststaand werkprogramma, bij afwijkingen vindt overleg plaats met de leidinggevende; - reguliere eisen aan de tijdigheid en/of de kwaliteit van de operationele werkzaamheden; - aansturen groep van ca. 5 medewerkers.
Aard van het werk: - betreft het operationeel aansturen van specialistische reinigingswerkzaamheden (glazenwassen, gevelreiniging) in/aan gebouwen binnen een gegeven werkprogramma, en waarbij van de functiehouder wordt verwacht dat deze in staat is om het programma ter plaatse aan te passen aan de omstandigheden (werkvolgorde, werkmethoden e.d.); - vanwege de specialistische aard van de werkzaamheden wordt van de functiehouder verwacht dat deze in staat is om beslissingen te nemen ten aanzien van inzet van materialen en middelen; - aansturen groep van ca. 5 medewerkers.
Complexiteit uitvoerende werkzaamheden
De uit te voeren en te coördineren werkzaamheden zijn in grote mate ingekaderd en eenduidig van aard.
De uit te voeren en te coördineren werkzaamheden vragen om een inschatting van de organisatie en inhoudelijke afhandeling van het opgedragen werk.
Communicatieve vaardigheden
- operationeel en functioneel aansturen van medewerkers, afstemmen operationele werkzaamheden; - afstemmen werkzaamheden met opdrachtgever, bespreken van (opmerkingen over) de werkuitvoering.
- vanwege de aard van de werkzaamheden ligt een grotere nadruk op het overleg met vertegenwoordiger(s) van de opdrachtgever over aanvullende/beperkte aanpassing van werkzaamheden, verstoringen, realisatie van afspraken omtrent kwaliteit en tijdigheid van de werkzaamheden.
Opleiding en/of certificaten
Beschikking over een door de branche erkend certificaat dat aansluit op de door de branche vastgestelde eindtermen met betrekking tot de toegewezen werkzaamheden, zoals: - specialistische vakopleiding, toegesneden op het eigen specialisme; - opleiding lager kader; of een vergelijkbaar certificaat.
Beschikking over een door de branche erkend certificaat dat aansluit op de door de branche vastgestelde eindtermen met betrekking tot de toegewezen werkzaamheden of een vergelijkbaar certificaat.
Functiegroep
(referentie)
rn/wl/010414 F120051
Opgesteld door: EVZ organisatie-advies
Niveau onderscheidende kenmerken – Meewerkend voorman/-vrouw schoonmaakonderhoud buiten /1
Functiecategorie : Functienaam :
Algemeen schoonmaakonderhoud (Ambulant) objectleider algemeen schoonmaakonderhoud II
FUNCTIEPROFIEL Kenmerken van de referentiefunctie De schoonmaakwerkzaamheden worden uitgevoerd voor diverse opdrachtgevers en op diverse locaties, zoals: - kantoorpanden: algemene ruimten, werkplekken, kantines, sanitaire voorzieningen, etc.; - ziekenhuizen en zorginstellingen: algemene, patiënten- en behandelruimten, kantines, sanitaire voorzieningen, etc.; - hotels en recreatiebungalows: algemene ruimten, verblijfsruimten bezoekers, restaurants, sanitaire ruimten, etc.; - onderwijsinstellingen: algemene ruimten, lesvoorzieningen, kantines, sanitaire ruimten, etc.; - particulieren: woonruimten en sanitaire ruimten. Met de klanten zijn afspraken gemaakt over de uit te voeren schoonmaakwerkzaamheden welke zijn vastgelegd in een duidelijk werkprogramma en vertaald naar eenduidige instructies, protocollen en werkmethoden (traditioneel en/of microvezel). Binnen deze kaders geven de medewerkers, eventueel onder aansturing van meewerkend voorlieden, uitvoering aan de schoonmaakwerkzaamheden. Er wordt gebruik gemaakt van reguliere schoonmaakmiddelen (bij toepassing van de traditionele schoonmaakmethode) en materialen/apparatuur (werkdoeken, moppen, stofzuiger, etc.). De (ambulant) objectleider is verantwoordelijk voor de realisatie van het met de klant vastgestelde schoonmaakprogramma en fungeert als aanspreekpunt voor de klant inzake de planning en uitvoering van de werkzaamheden, maar ook de eventuele inplanning van aanvullende werkzaamheden c.q. de aanpassing van het programma (commerciële consequenties zijn verantwoordelijkheid van het management). De (ambulant) objectleider bewaakt de voortgang en kwaliteit van de schoonmaakwerkzaamheden en lost eventuele verstoringen en problemen op, ook als escalatiepunt voor meewerkend voormannen/-vrouwen. De (ambulant) objectleider geeft hiërarchisch leiding aan ca. 20 - 40 medewerkers op één of meerdere locaties, mede via (meerdere) meewerkend voormannen/-vrouwen. De (ambulant) objectleider verricht incidenteel uitvoerende werkzaamheden. Organisatie Direct leidinggevende Geeft leiding aan
: :
rayonleider/vestigingsmanager/ondernemer. 20 - 40 medewerkers algemeen schoonmaakonderhoud.
Verantwoordelijkheidsgebieden / kerntaken 1. Realisatie schoonmaakprogramma conform normen t.a.v. kwaliteit en tijd: - inventariseren, plannen en verdelen van werkzaamheden volgens het werkprogramma, maar ook inplannen van aanvullende/aangepaste werkzaamheden op basis van wensen van de klant (binnen bestaande kaders); - zorgen voor een optimale bezetting op de locatie(s), aanpassen/verschuiven van bezetting in aansluiting op (wijzigingen in) het werkprogramma, maar ook bij verzuim en verlof; - bewaken van voortgang en kwaliteit en afhandelen van, ook door meewerkend voormannen/-vrouwen aangegeven, (dreigende) knelpunten; e.e.a. binnen gestelde kaders; - toezien op de naleving van procedures, werkmethoden, protocollen/voorschriften e.d., ook ten aanzien van Arbo en veiligheid, constateren van afwijkingen, aanspreken van medewerkers c.q. meewerkend voorman/-vrouw en laten herstellen van onvolkomenheden in het werk, ook naar aanleiding van klachten van opdrachtgever; - binnen kaders aanvragen van middelen en (vervangende) materialen. 2. Leidinggeven aan de medewerkers: - bespreken van operationele resultaten, benoemen van aandachtspunten, hebben van aandacht voor de werksfeer en beleving van de medewerkers; - zorg dragen voor de overdracht van kennis/vaardigheden m.b.t. de uitvoering van het werk, werkmethoden, gebruik van middelen/materialen, Arbo en veilig werken, locatie-specifieke aspecten e.d. conform vastgesteld programma; - opvolgen van verzuim en in contact blijven met medewerkers ter bevordering van betrokkenheid en re-integratie; - beoordelen en terugkoppelen van de beoordeling aan medewerkers, benoemen van aandachtspunten qua functioneren, inzet en betrokkenheid. 3. Onderhouden van klantcontacten: - periodiek en ad hoc voeren van overleg met klant over de uitvoering en kwaliteit van de werkzaamheden, bespreken van klanttevredenheid en eventuele aandachtspunten; - afstemmen van eventuele onvolkomenheden/klachten en maken van afspraken over het voorkomen c.q. oplossen van klachten, ook voor wat betreft door de opdrachtgever te nemen maatregelen ter bevordering van een efficiënte en effectieve uitvoering van het werk; - maken van afspraken over aanvullende werkzaamheden/beperkte aanpassingen in het werkprogramma binnen bestaande contractuele afspraken; - inschakelen van leidinggevenden c.q. doorverwijzen van opdrachtgever bij commerciële aspecten van de dienstverlening c.q. structurele klachten. 4. Verantwoorde uitvoering werkzaamheden: - zorg dragen voor de urenregistraties, bijhouden van logboek en vastleggen van bijzonderheden; - aangeven van noodzaak tot aanpassing van de bestaande formatie en beschikbare materialen en middelen op basis van praktijkervaring en fluctuatie in het werkaanbod. Opgesteld door: EVZ organisatie-advies
(Ambulant) objectleider algemeen schoonmaakonderhoud II /1
Functiecategorie : Functienaam :
Algemeen schoonmaakonderhoud (Ambulant) objectleider algemeen schoonmaakonderhoud II
Bezwarende omstandigheden -
Krachtsinspanning bij het uitvoeren van sommige schoonmaakwerkzaamheden, het hanteren van hulpmiddelen en afvoeren van afval, linnengoed, etc. (incidenteel bij meewerken). Lopend en staand en soms gebukt/gebogen of reikend werken onder eenzijdige spierbelasting bij sommige schoonmaakbewegingen (incidenteel bij meewerken). Onaangenaam werk bij het reinigen van sanitaire voorzieningen en, afhankelijk van locatie, incidenteel meer dan reguliere vervuiling (incidenteel bij meewerken). Kans op letsel als gevolg van uitglijden op vloeren of beknelling van vingers of handen; dragen van reguliere werkkleding, handschoenen, etc. (incidenteel bij meewerken).
Datum: april 2014
Functiegroep:
rn/wl/010414 F110754
Opgesteld door: EVZ organisatie-advies
(Ambulant) objectleider algemeen schoonmaakonderhoud II /2
Niveau onderscheidende kenmerken (NOK) – (AMBULANT) OBJECTLEIDER ALGEMEEN SCHOONMAAKONDERHOUD (AMBULANT) OBJECTLEIDER I
(AMBULANT) OBJECTLEIDER II
(AMBULANT) OBJECTLEIDER III
Typering en aard van de werkzaamheden
KENMERK
Aard van het werk: - werkzaamheden vooral op locaties die geen/ nauwelijks specifieke eisen stellen aan de uitvoering van algemeen schoonmaakonderhoud; - werkprogramma ligt vast, incidenteel vervullen van aanvullende c.q. afwijkende werkzaamheden; - focus gericht op het realiseren van het werkprogramma conform normen t.a.v. kwaliteit en tijd en het oplossen van daarbij optredende verstoringen; - verantwoordelijk voor beschikbaarheid benodigde formatie/bezetting voor uitvoering werkprogramma; - indien nodig verrichten van uitvoerende werkzaamheden ter realisatie van het werkprogramma.
Aard van het werk: - werkprogramma ligt voor een belangrijk deel vast, eventueel aangevuld met periodiek algemeen schoonmaakonderhoud of specifieke opdrachten (bijvoorbeeld schoonmaak na uitvoering onderhoud, verhuizing); verstoringen van het werkprogramma komen beperkt voor; - verantwoordelijk voor een effectieve personele bezetting in aansluiting op het werkaanbod; - incidenteel verrichten van uitvoerende werkzaamheden.
Aard van het werk: - betreft de verantwoordelijkheid voor het realiseren van algemeen schoonmaakonderhoud op één of meerdere locaties, waarbij de omstandigheden gekenmerkt worden door onder meer: . een programma waarbij de aard van werk vastligt, maar met relatief meer kans op verstoring van de werkvolgorde en/of aanvullende periodieke en/of specifieke werkzaamheden, hetgeen aanvullende aandacht vergt voor het plannen en bijsturen van de realisatie van het programma; . aanvullende/stringentere eisen die worden gesteld aan de tijdigheid en/of de kwaliteit van de uitvoering van de algemene schoonmaakwerkzaamheden.
Leidinggevende verantwoordelijkheden
Leidinggevende verantwoordelijkheden: - focus gericht op effectieve en efficiënte uitvoering van het werkprogramma conform de geldende normen t.a.v. kwaliteit, tijd en het naleven van de juiste werkmethoden, protocollen en voorschriften; - nadruk ligt op functionele aansturing van medewerkers, opleiding/begeleiding (nieuwe) medewerkers; - geven van input voor feedback op functioneren.
Leidinggevende verantwoordelijkheden: - hiërarchisch leidinggeven aan medewerkers; - nadruk ligt op werksfeer, opleiding/begeleiding (nieuwe) medewerkers bij juiste werkuitvoering, maar ook beoordelen en geven van feedback aan medewerkers over hun functioneren en eventuele aandachtspunten.
Leidinggevende verantwoordelijkheden: - door grotere kans op verstoring operationeel proces, nadrukkelijker sturen op inzet, planning van medewerkers in het proces.
Communicatieve vaardigheden
- functioneel aansturen van medewerkers; - fungeren als primair aanspreekpunt voor klant en afstemmen van werkzaamheden en (eventuele klachten over) de werkuitvoering.
- leiding geven aan medewerkers: motiveren, overdragen operationele werkzaamheden, geven van feedback op functioneren; - optreden als eerste aanspreekpunt voor de klant: afstemmen (aanvullingen/wijzigingen op) werkzaamheden met opdrachtgever, bespreken van (klachten over) de werkuitvoering.
- veelvuldig afstemmen met de opdrachtgever omtrent (wijzigingen in/aanpassingen van) de uitvoering van de werkzaamheden.
Opleiding en/of certificaten
Beschikking over een door de branche erkend certificaat dat aansluit op de door de branche vastgestelde eindtermen met betrekking tot de toegewezen werkzaamheden, zoals: - (basis)vakopleiding schoonmaker/-ster, toegesneden op het eigen segment; - lager kader opleiding schoonmaakdienstverlening; of vergelijkbaar certificaat.
Beschikking over een door de branche erkend certificaat dat aansluit op de door de branche vastgestelde eindtermen met betrekking tot de toegewezen werkzaamheden, zoals: - (basis)vakopleiding schoonmaker/-ster, toegesneden op het eigen segment; - lager kader opleiding schoonmaakdienstverlening; of vergelijkbaar certificaat.
Beschikking over een door de branche erkend certificaat dat aansluit op de door de branche vastgestelde eindtermen met betrekking tot de toegewezen werkzaamheden, zoals: - evt. aanvullende certificaten voor specialistische schoonmaakwerkzaamheden of het werken op specifieke locaties (cleanroom, operatiekamers e.d.); of vergelijkbaar certificaat.
Functiegroep
(referentie)
rn/wl/010414 F110754 Opgesteld door: EVZ organisatie-advies
Niveau onderscheidende kenmerken – Objectleider algemeen schoonmaakonderhoud /1