5-12-2011
Overzicht 1. 2. Geneesmiddel-voedingsmiddel interacties met gewone voeding en sondevoeding Apr. K. Cosaert
3. 3 4. 5. 6.
Definitie Effect van voeding op geneesmiddel a) Bereiding - toediening GM b) Absorptie GM c) Metabolisme GM d) Farmacologie GM e) Excretie GM Eff t van voedingstoestand Effect di t t d op geneesmiddel idd l Effect van geneesmiddel op voeding of voedingstoestand Specifieke interacties met sondevoeding Besluit
1
5-12-2011
1. Definitie • Geneesmiddel-voedingsinteractie: – Wijziging in de farmacokinetiek of farmacodynamiek van GM off voedingscomponent(en) di t( ) – Significant: • verandering van de voedingstoestand door opstart van een GM • wijziging effect GM door invloed van voeding (succes therapie, bijwerkingen)
1. Definitie • Risicogroep: – – – – –
Oudere patiënten Kankerpatiënten p Transplantpatiënten Enterale voeding Gastro-intestinale stoornissen
2
5-12-2011
Overzicht
2. Effect van voeding g op p GM
1. 2.
a) Bereiding – toediening GM o Biochemische of fysische reacties
3. 3 4. 5. 6.
Definitie Effect van voeding op geneesmiddel a) Bereiding - toediening GM b) Absorptie GM c) Metabolisme GM d) Farmacologie GM e) Excretie GM Eff t van voedingstoestand Effect di t t d op geneesmiddel idd l Effect van geneesmiddel op voeding of voedingstoestand Specifieke interacties met sondevoeding Besluit
tussen het GM en de voedingscomponent o Voorbeelden • •
sondevoeding + Kayexalaat® Afbraak GM door hoge temperatuur van voeding
o Maatregelen: • •
GM niet mengen met (sonde)voeding Sonde spoelen voor en na toediening GM
3
5-12-2011
2. Effect van voeding g op p GM
2. Effect van voeding g op p GM
b) Absorptie GM
o Voorbeelden
o
snelheid, hoeveelheid opname: • •
• •
Voeding: ↑ secreties door maag en darmen => ↑ oplossen van GM => ↑ opname GM Vetrijke maaltijden: ↑ secretie van galzouten => ↑ opname van vetoplosbare GM of GM die galzouten nodig hebben voor opname Complexvorming tussen voeding en GM: nuchter ! Tragere of snellere absorptie ↔ hoeveelheid opgenomen ↔ effect
• Sporanox® • Capsules: met de maaltijd • Siroop: nuchter
• Geneesmiddelen met voeding in te nemen • • • •
Malarone® Noxafil ® + vetrijk drankje ® R Roaccutane t ® : Lipanthyl verschillende formuleringen
4
5-12-2011
2. Effect van voeding g op p GM
2. Effect van voeding g op p GM
• Geneesmiddelen nuchter in te nemen • Fosamax®: half uur voor ontbijt met water • l –Thyroxine®: consistent met maaltijd • Ijzer : thee, koffie: ↓absorptie, vit C: ↑absorptie
• Specifieke voedingscomponenten mijden • Ciprofloxacine®: antacida, zuivelprodukten • Doxycycline®: ijzerpreparaten, zuivelprodukten
• Snelheid van opname: • Lanoxin®: voeding vertraagt opname en piek
• Complexe casus: muco patiënt • Sporanox® capsules + PPI + Cola + Creon ®
5
5-12-2011
2. Effect van voeding g op p GM c) Metabolisme van GM o o o
Effect op omzetting naar actieve of inactieve stof thv darm en/of lever Belangrijk bij GM met nauw verband effect ~ plasmaconcentratie Voorbeelden: •
Alcohol: + Flagyl®, + Minidiab® “antabuse reactie”: nausea, duizeligheid, misselijkheid, warmte-opwellingen bij combinatie
2. Effect van voeding g op p GM (Vervolg voorbeelden) • Pompelmoessap: inhibitie CYP3A4 thv darm • Beschreven met meer dan 50 GM Niet relevant voor intraveneuze GM • • Effect kan 3 dagen na inname aanhouden • Adalat®, Neoral®,…: concentratie ↑ • Switch naar ander GM binnen klasse • Spruitjes, op houtskool gebakken vlees, broccoli, t b k inductie tabak: i d ti CYP1A2 • Snellere afbraak van Haldol®, Inderal®, Isoptine®, Redomex® • Interactie met kruiden: knoflook
6
5-12-2011
2. Effect van voeding g op p GM d) Farmacologie van GM o
o
Invloed van voeding op de werking van het geneesmiddel: versterking g g of afzwakking g van het effect Voorbeelden: •
Voeding rijk aan vitamine K ↔ Marcoumar® • Donkergroene bladgroenten: spinazie, andijvie, boerenkool, raapstelen • Vermindering van antistollingseffect
2. Effect van voeding g op p GM • Alcohol ↔ Temesta®, Dormicum®, Atarax®, Oxicontin®, Morfine® • Verhoging van het sederend effect • Tyramine ↔ MAO inhibitoren (Aurorix®, Nardelzine®) • Tyramine: oude kazen, donkere chocolade, gistbevattende voeding • Inhibitie afbraak tyramine door MAO inhitoren • Tyramine werkt sympatomimetisch => > bloeddruk bl dd k stijging, tij i versneld ld h hartritme, t it hersenbloedingen, temperatuursstijging
7
5-12-2011
Overzicht 1. 2.
3. 3 4. 5. 6.
Definitie Effect van voeding op geneesmiddel a) Bereiding - toediening GM b) Absorptie GM c) Metabolisme GM d) Farmacologie GM e) Excretie GM Eff t van voedingstoestand Effect di t t d op geneesmiddel idd l Effect van geneesmiddel op voeding of voedingstoestand Specifieke interacties met sondevoeding Besluit
3. Invloed van voedingstoestand op GM Beschikbaarheid GM (vooral verdeling en eliminatie, minder absorptie) en effect kunnen beïnvloed worden door voedingstoestand: • Obesitas: • hogere dosissen nodig om zelfde effect te bekomen: ↑ opname van vetoplosbare geneesmiddelen in vetweefsel
• Malnutritie: eiwitten, calorieën, micronutriënten • EW tekort (albumine): snellere eliminatie van GM (tetracycline), ®) groter VD ((Geomycine g y • Micronutrïënten: actieve componenten van enzymsystemen die de GM metaboliseren • GM studies: weinig vermelding van BMI van patiënten↔ veel GM bij patiënten met malnutritie
8
5-12-2011
Overzicht 1. 2.
3. 3 4. 5. 6.
Definitie Effect van voeding op geneesmiddel a) Bereiding - toediening GM b) Absorptie GM c) Metabolisme GM d) Farmacologie GM e) Excretie GM Eff t van voedingstoestand Effect di t t d op geneesmiddel idd l Effect van geneesmiddel op voeding of voedingstoestand Specifieke interacties met sondevoeding Besluit
4. Effect van GM op voeding of voedingstoestand GM geïnduceerde veranderingen: multi-factorieel:
1) Invloed op voedsel-inname, vertering, opname: • • • • • • •
Smaakverandering: Lamisil®, Flagyl®, Glucophage® Droge mond: Ditropan® Motiliteit : Motilium® Misselijkheid: chemotherapie Maaglast: NSAIDs: Brufen®, Voltaren®, Ferrograd® Slokdarmperforatie: Fosamax®, Ferrograd® Opname: Ezetrol ®
9
5-12-2011
4. Effect van GM op voeding of voedingstoestand
4. Effect van GM op voeding of voedingstoestand 3) GM geïnduceerde metabole effecten
2) Invloed op distributie, afbraak, uitscheiding • • •
Distributie: Xenecal® Constipatie: Morfine®, Contramal®, Redomex® Diarree: Augmentin®, Dalacin®
• • • •
Hyperglycemie: Risperdal®, Zyprexa®, Medrol®, Tenormin®, Neoral® ((new onset diabetes)) Hypoglycemie: Diamicron®, Inderal®, Prozac® Lipidenveranderingen (lipodystrofie): protease inhibitoren (Kaletra®) anabolica (Decadurabolin®) Proteïne veranderingen: • Groeihormoon: ↑ proteïne synthese • Anabolica: ↑ N retentie, herstel spiermassa bij HIV, trauma • Corticoiden (langdurig, hoge dosis): ↓ groei
10
5-12-2011
4. Effect van GM op voeding of voedingstoestand
4. Effect van GM op voeding of voedingstoestand 4) GM geïnduceerde micronutriënten tekorten • •
Ca tekort: steroiden,, bisfosfonaten,, oestrogenen g Mg tekort: Prograft®, Platinol®, Questran®
• • •
Foliumzuurtekort: Diphantoine®, Eusaprim®,Ledertrexaat® Vitamine B12 tekort: Losec®, Pantozol® Vitamine K tekort: Luminal®, Phenytoine®, Xenical®
11
5-12-2011
4. Effect van GM op voeding of voedingstoestand
Overzicht
5) Onrechtstreekse invloed op voedsel-inname:
1. 2.
vermogen om voeding aan te kopen/ te bereiden/ in te nemen: – Cognitieve verstoring: Keppra®, Temesta® – Visuele veranderingen: Vfend® – Bewegingsstoornissen: neuroleptica: Risperdal®, Haldol® – Gangstoornissen: Loramet®
3. 3 4. 5. 6.
Definitie Effect van voeding op geneesmiddel a) Bereiding - toediening GM b) Absorptie GM c) Metabolisme GM d) Farmacologie GM e) Excretie GM Eff t van voedingstoestand Effect di t t d op geneesmiddel idd l Effect van geneesmiddel op voeding of voedingstoestand Specifieke interacties met sondevoeding Besluit
12
5-12-2011
5. Specifieke interacties met sondevoeding
5. Specifieke interacties met sondevoeding
GM ↔ voeding/voedingsmateriaal: • Dikte + lengte maagsonde • GM eigenschappen: viscositeit, vorm (pellets), hulpstoffen • Plaats van voeden: gastrisch, duodenaal, jejunaal • Sondevoeding: • EW: gehydrolyseerd of niet • Invloed op GI motiliteit: viscositeit, osmolariteit, vetgehalte • Manier van voeden: continu, intermittent, bolus, cylisch • Flush protocol: frequentie, volume
• Gevolgen: • Occlusie van de voedingssonde g • Inadequate opname van het GM • Onvoldoende toediening van voeding
13
5-12-2011
Overzicht
6. Besluit
1. 2.
• Door de bomen het bos zien • Apotheker:
3. 3 4. 5. 6.
Definitie Effect van voeding op geneesmiddel a) Bereiding - toediening GM b) Absorptie GM c) Metabolisme GM d) Farmacologie GM e) Excretie GM Eff t van voedingstoestand Effect di t t d op geneesmiddel idd l Effect van geneesmiddel op voeding of voedingstoestand Specifieke interacties met sondevoeding Besluit
– Interpretatie van relevantie van interacties – Benadrukken van belang interacties en uitleggen waarom – Spiegels GM bij verandering: TDM
• Onderscheid: – – – –
absoluut nuchter met maaltijd met of zonder maaltijd maar steeds op zelfde manier maaltijd geen belang
14
5-12-2011
6. Besluit Vragen? Twijfels? Uw apotheker zoekt samen met u naar de beste oplossing!
+
= 30
15