Overgewicht De gemeente aan zet Een inventarisatie van gemeentelijke beleidsinstrumenten gericht op het voorkomen van overgewicht
Dr. Ir. Chris Nijboer S. van Alst Nationaal Instituut voor Gezondheidsbevordering en Ziektepreventie (NIGZ), Woerden
Colofon Overgewicht. De gemeente aan zet is een product van het Nationaal Instituut voor Gezondheidsbevordering en Ziektepreventie (NIGZ). Auteurs: Dr. Ir. Chris Nijboer S. van Alst
Uitgave: Nationaal Instituut voor Gezondheidsbevordering en Ziektepreventie (NIGZ), Woerden Bestelwijze: Deze uitgave is te bestellen bij het NIGZ. Bestelnummer: KW051642 Prijs (exclusief verzendkosten): € 15,00 Adres: Klantenservice NIGZ, Postbus 500, 3440 AM Woerden Tel: (0348) 43 76 07 Fax: (0348) 43 76 66
[email protected], www.nigz.nl Dit rapport is ook te downloaden via de webwinkel op www.nigz.nl
© NIGZ 2005. Niets uit deze uitgave mag zonder schriftelijke toestemming worden overgenomen, noch ten behoeve van folio-uitgaven, noch ten behoeve van digitale uitgaven. Verzoeken tot overname van beeld of tekst kunnen schriftelijk worden gericht aan Uitgeverij NIGZ, Postbus 500, 3440 AM Woerden, e-mail:
[email protected]
Inhoud SAMENVATTING................................ ................................ ................................ ............................... 3 1. INLEIDING ................................ ................................ ................................ ................................ ..... 4 2. WERKWIJZE................................ ................................ ................................ ................................ .. 7 3. BELEIDSMAATREGELEN NAAR SETTING................................ ................................ ................. 10 4. BELEIDSMAATREGELEN NAAR BELEIDSVELD ................................ ................................ ........ 15 5. PRAKTIJKVOORBEELDEN ................................ ................................ ................................ ......... 18 5.1. BEWEEGMANAGEMENT................................ ................................ ................................ ...... 18 5.2. TOT BEWEGEN BEWOGEN ................................ ................................ ................................ . 19 5.3. ACTIEPROGRAMMA VOEDING EN BEWEGING................................ ................................ .. 20 6. CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN................................ ................................ .......................... 21 Financieringsmogelijkheden ................................ ................................ ................................ ............ 24 Geraadpleegde experts en referenties................................ ................................ .............................. 25 Bijlage 1: Tabellen waarin instrumenten zijn ingedeeld naar thema en toegespitst per beleidsveld.... 28 Bijlage 2: Projectbeschrijvingen................................ ................................ ................................ ........ 35 Bijlage 3: Instellingen die zich bezig houden met overgewicht................................ ........................... 47
1
2
SAMENVATTING Vanaf 2003 draagt de gemeente zorg voor de uitvoering van de jeugdgezondheidszorg voor 0- tot 19-jarigen. In het kader van het Grotestedenbeleid (GSB) is afgesproken dat gezondheid wordt meegenomen in de sociale pijler van het beleidskader GSB (2005-2009). Binnen dit kader is een doelstelling geformuleerd ten aanzien van overgewichtpreventie (en -bestrijding) bij de jeugd van 0-19 jaar. Overgewicht en obesitas bij jongeren vereist een integrale aanpak, waar verschillende beleidsvelden bij betrokken zijn. Hoewel burgers zelf bepalen wat en hoeveel ze eten of en in welke mate ze bewegen, kan de verantwoordelijkheid voor het probleem overgewicht niet alleen bij hen neergelegd worden. Aangezien een deel van het probleem mede veroorzaakt wordt door de ‘obesogene’ omgeving, zal deze aangepast moeten worden om gezondere keuzes in voeding en beweging mogelijk te maken. Ook de overheid moet haar verantwoordelijkheid nemen. De preventie van overgewicht vereist een integrale aanpak, waar verschillende beleidsvelden bij betrokken zijn. De centrale doelstelling van dit rapport is het schetsen van kansen voor gemeentelijke beleidsmaatregelen die kunnen bijdragen aan het voorkomen van overgewicht. De leeftijdsgroep 0-19 jaar wordt gezien als een groep waar op termijn een grote winst te behalen valt. Aanpassingen in het gedrag kunnen relatief makkelijker doorgevoerd en geaccepteerd worden. Er is een inventarisatie gemaakt van beleidsinstrumenten die ingezet zijn in nationaal en lokaal georiënteerde projecten gericht op het voorkomen van overgewicht bij jongeren tussen 0 en 19 jaar. Deze beleidsinstrumenten zijn ingedeeld naar type (communicatief, juridisch, economisch of voorzieningen) en onderscheiden naar de settings school, wijk en zorg. Daarnaast zijn vanuit beleidsvelden instrumenten geïnventariseerd; daarvoor hebben we ons beperkt tot de beleidsvelden Onderwijs, Sport & Recreatie, Ruimtelijke Ordening/Verkeer & Vervoer, en Zorg & Welzijn. Door de toenemende prevalentie en het ontbreken van een effectieve therapie is primaire preventie van groot belang. Bij de preventie van overgewicht gaat men zich steeds meer richten op het gelijktijdig bevorderen van gezonde voeding (verminderen van de energieinname) en het stimuleren van beweging. Hierbij is het van belang dat men zich niet alleen richt op het individu, maar ook op de omgeving. Duidelijk is dat de voorgestelde maatregelen integraal moeten worden aangeboden. Zij grijpen in op verschillende settings en vereisen betrokkenheid van verschillende beleidsvelden. Het aanstellen van een overgewichtcoördinator wordt voorgesteld als één van de mogelijke kansrijke maatregelen welke de gemeente kan inzetten om overgewicht intergraal en intersectoraal aan te pakken.
3
1. INLEIDING Nederland is te zwaar Ongeveer 40% van de Nederlanders in de leeftijd van 20-60 jaar is te zwaar en 10% daarvan (4% van de Nederlanders van 20-60) heeft ernstig overgewicht (Visscher & Seidel, 2001). In de periode 1976-1997 is het percentage ernstig overgewicht in Nederland ongeveer verdubbeld en de toename in het vóórkomen van ernstig overgewicht zet zich sindsdien nog steeds voort. De verwachting is dat de stijgende tendens blijft bestaan. Nederland lijkt met een vertraging van ongeveer tien jaar de Amerikaanse trend te volgen. Niet alleen 20-plussers hebben overgewicht. Steeds meer jongeren hebben daar last van (Hirasing et al., 2001). In 1997 varieerde het percentage overgewicht, afhankelijk van de leeftijd, tussen de 7% en 16%. Ernstig overgewicht varieerde tussen 0,5-1,6% bij jongens en 0,7-2,7% bij meisjes (Brugman et al., 1995a). Obesitas komt acht keer zo veel voor als in 1980. Bovendien blijft ook de omgeving zodanig veranderen dat het steeds eenvoudiger wordt om te kiezen voor een hogere energie-inname en een lager energieverbruik. Overgewicht hangt samen met tal van chronische ziekten Overgewicht en met name ernstig overgewicht (obesitas) hangen samen met tal van chronische aandoeningen, zoals hypertensie, hart- en vaatziekten, diabetes mellitus type 2 (suikerziekte) en astma. Ook hebben mensen met ernstig overgewicht vaker last van verschillende vormen van kanker en van aandoeningen aan het bewegingsapparaat (bijvoorbeeld artrose) en de ademhalingsorganen. Overgewicht gaat bovendien gepaard met lichamelijke beperkingen en een slechtere kwaliteit van leven (Han et al., 1998). Kinderen met (ernstig) overgewicht zijn vaak de dupe van stigmatisering. Hierdoor hebben deze kinderen in de vroege adolescentie meer kans op een lagere zelfwaardering en daarmee samenhangende psychosociale problemen, zoals eenzaamheid, verdriet en gespannenheid (Strauss, 2000). De kans op overgewicht op latere leeftijd is vijf tot zeven maal zo groot voor kinderen met overgewicht dan voor leeftijdsgenootjes zonder overgewicht (Schmitz & Jeffery, 2000), waardoor ze als volwassenen een verhoogd risico lopen op diabetes mellitus type 2 en hart- en vaatziekten. Determinanten van overgewicht Overgewicht ontstaat doordat het lichaam meer energie binnenkrijgt dan het nodig heeft. Twee factoren hebben hier invloed op: de energie-inname via de voeding en het energieverbruik door beweging. Er is daarnaast een aantal zichtbare, gemakkelijk te traceren factoren bekend die voorspellers zijn voor overgewicht voor een bepaalde groep kinderen. Verondersteld wordt dat er kritieke groeiperiodes zijn welke overgewicht op jong volwassen leeftijd voorspellen; de perinatale periode en de periode rond 5 à 7 jaar (Vosters, 2003). Daarnaast zou zuigelingenvoeding samenhangen met het ontwikkelen van overgewicht; borstvoeding heeft vermoedelijk een beschermend effect, al zijn er tegenstrijdige resultaten (Li et al., 2003). Ook genetische factoren spelen een rol bij overgewicht, zij het op het individuele niveau (Montague et al.,1997). De totale hoeveelheid genetisch materiaal is de laatste jaren echter nauwelijks veranderd. Dit geeft aan dat erfelijke factoren niet alleen de enorme stijging van het voorkomen van overgewicht kunnen verklaren (Schmitz & Jeffery, 2000). Wat wel is veranderd, is het leefmilieu en de leefstijl. Arbeid wordt steeds meer uitgevoerd door machines en voeding is steeds eenvoudiger en in grote hoeveelheden te verkrijgen. Die voeding bevat vaak teveel calorieën, de verkeerde vetten en daarnaast is er sprake van te weinig variatie (Gemeente Rotterdam, 2004). Deze omgeving, waarin relatief gemakkelijk gekozen kan worden voor een grote energie-inname of een beperkte hoeveelheid lichamelijke activiteit, wordt ook wel een 'obesogene' omgeving genoemd. Naast de ontwikkeling van deze omgeving, is het aantal inactieve mensen flink gestegen de afgelopen jaren. Tv-kijken en computeren blijken een belangrijke bron van inactiviteit. Bovendien wordt tv-kijken vaak gecombineerd met het eten van energierijke versnaperingen
4
(Renders et al., 2004). Naast de grotere inactiviteit – de meeste kinderen komen niet aan de beweegnorm – levert ook het toegenomen gebruik van zoete dranken (frisdrank, gezoete zuiveldrank en vruchtensappen), snacks en snoep een belangrijke bijdrage aan de toename in overgewicht. Bij kinderen zijn ook nog bepaalde psychologische en sociale factoren van belang waar bijvoorbeeld ouder-kind-interacties, voorbeeldgedrag van ouders en opvoedingsregels onder vallen. De ouder-kind-interactie komt tot uiting in de controle van het voedingsgedrag, aanmoediging, kritiek en het faciliteren van meer beweging (Gill, 1997). Dit heeft een belangrijke invloed op de vorming van eet- en beweegpatronen van kinderen. Preventie van overgewicht: individu en omgeving Door de toenemende prevalentie, de hogere kans op morbiditeit en het ontbreken van effectieve therapie is primaire preventie van overgewicht van groot belang. Tot voor kort waren preventieve activiteiten vooral gericht op het bevorderen van gezonde voeding of bewegingsstimulering. Er komt nu steeds meer aandacht voor het gelijktijdig bevorderen van deze twee ter preventie van overgewicht. Daarnaast is het van belang niet alleen individugericht, maar ook omgevingsgericht te werken. De gezonde keuze moet makkelijker, aantrekkelijker en vanzelfsprekender worden gemaakt en daarnaast moeten er meer kansen geboden worden voor beweging en gezonde voeding. De omgeving speelt daar een belangrijke rol bij. Het ANGELO-model – dat staat voor ANalysis Grid for Environments Linked to Obesity- kan een praktisch instrument zijn om de belangrijkste omgevingsfactoren te traceren, waarop vervolgens interventies en onderzoek kunnen worden afgestemd (Egger & Swinburn, 1997; Swinburn et al., 1999). In dit model wordt de obesogene omgeving onderscheiden naar fysieke, economische, politieke en sociaal-culturele aspecten, zowel op nationaal niveau (macro) als op regionaal of lokaal niveau (micro). De invloeden op macroniveau (bijvoorbeeld prijsbeleid, ontwikkeling koopkracht, multiculturele invloeden, mechanisering, automatisering, vervoerssysteem, stedenbouw) bepalen mede de prevalentie van overgewicht in de bevolking. Invloeden op microniveau (bijvoorbeeld aanbod in winkels, schoolkantines en bedrijfsrestaurants, peer attitudes, gezinssituatie, mechanisering en automatisering van (huishoudelijke) arbeid) bepalen mede welke individuen overgewicht zullen ontwikkelen (Gezondheidsraad, 2003). Ook Dahlgren & Whitehead (1991) geven het belang aan van de omgeving (zie figuur 1).
Figuur 1: Determinanten van overgewicht. Naar: Dahlgren & Whitehead (1991) Volgens hen vormen de sociale omgeving, leef- en werkomgeving en de algemeen sociaaleconomische, culturele omgeving de belangrijkste settings voor preventie. Vertaald naar
5
preventie bij jongeren, is de omgeving thuis, op school, in de wijk en in de gezondheidszorg van belang. Verantwoordelijkheid van de overheid De Welzijnswet en de Wet Collectieve Preventie Volksgezondheid (WCPV) geven de gemeente naast een algemene verantwoordelijkheid ook specifieke uitvoerende taken op het gebied van gezondheid. Vanaf 2003 dient de gemeente zorg te dragen voor de uitvoering van de jeugdgezondheidszorg voor 0- tot 19-jarigen, waar ook de preventie van overgewicht onder valt. Het gemeentelijk gezondheidsbeleid omvat meer dan de uitvoering van de WCPV door de GGD. Het dient afgestemd te worden met andere gemeentelijke onderwerpen (wonen, werken, verkeer, sociale zekerheid, onderwijs, milieu, welzijn). Elke vier jaar moet een nieuwe nota worden vastgesteld. De gemeente kan als geen ander lokaal invloed uitoefenen op het individu via de JGZ en de ‘obesogene’ omgeving. Gemeentelijke beleidsvelden Overgewicht en obesitas bij jongeren vereist een integrale aanpak, waar verschillende beleidsvelden bij betrokken zijn. Zij leveren allemaal een eigen unieke bijdrage bij de bestrijding van overgewicht. Er zijn inmiddels voorbeelden bekend van veelbelovende samenwerking tussen de verschillende sectoren. Zo is in Australië recent een project gestart waarbij de gemeentelijke sectoren, buurt, sport, vervoer en onderwijs zijn betrokken in het project Walking School Buses (www.health.vic.gov.au/activeforlife/programs.htm#walking, oktober 2004). Hierin wordt aan kinderen de mogelijkheid geboden onder begeleiding van volwassenen naar en van school te lopen. Ook in Nederland is deze samenwerking tussen sectoren gewenst. Doel en achtergrond opdracht In het kader van het Grotestedenbeleid (GSB) is afgesproken dat gezondheid wordt meegenomen in de sociale pijler van het beleidskader GSB (2005-2009). Binnen dit kader is een doelstelling geformuleerd ten aanzien van overgewichtpreventie (en -bestrijding) bij de jeugd van 0-19 jaar. De centrale doelstelling van dit rapport is het schetsen van kansen voor gemeentelijke beleidsmaatregelen, die kunnen bijdragen aan het voorkomen van overgewicht. Dit rapport is ook bedoeld als uitnodiging om overige kansen van lokaal beleid gericht op het voorkomen van overgewicht in kaart te brengen. De inventarisatie en analyse heeft niet de pretentie een compleet beeld te geven van alle maatregelen die gemeenten (kunnen) nemen ter bestrijding van overgewicht. Leeswijzer Hoofdstuk 2 gaat in op de werkwijze die gevolgd is voor deze inventarisatie en analyse van beleidsvelden. In hoofdstuk 3 worden de lokale beleidsmaatregelen gepresenteerd die zich richten op overgewicht, op voeding, of op bewegen, ingedeeld naar verschillende settings (school, wijk en zorg). Hoofdstuk 4 toont een selectie van de meest veelbelovend geachte interventies gepresenteerd per beleidsveld (Onderwijs, Sport & Recreatie, Ruimtelijke Ordening/Verkeer & Vervoer en Zorg & Welzijn). In hoofdstuk 5 passeert een aantal voorbeelden uit de praktijk de revue. In hoofdstuk 6 worden de conclusies en aanbevelingen beschreven. In bijlage 1 staan de tabellen waarin instrumenten zijn ingedeeld naar thema en toegespitst per beleidsveld. In bijlage 2 is een overzicht te vinden van de genoemde projecten. In bijlage 3 worden de instellingen die een rol kunnen spelen bij de preventie van overgewicht genoemd.
6
2. WERKWIJZE Om kansen voor gemeentelijke beleidsmaatregelen ter voorkoming van overgewicht te kunnen schetsen, is een inventarisatie en analyse van beleidsinstrumenten gedaan. Hiervoor zijn de volgende stappen ondernomen: • • •
Oriëntatiefase: desk research Vervolgfase: expertinterviews (n = 4) & expert meeting (n = 13) Eindfase: verwerking en verslaglegging van resultaten
In de oriëntatiefase is nagegaan welke indeling in beleidsmaatregelen de kansen voor de gemeenten het meest inzichtelijk kon maken. Daarvoor is ten eerste gekozen de beleidsmaatregelen die gemeenten ter beschikking staan in te delen naar type. Hierbij is aangesloten bij de meest gangbare, en binnen gemeenten veelgebruikte, indeling van Van der Doelen (1993). Hij onderscheidt drie typen beleidsmaatregelen, verdeeld in twee categorieën: stimulerend en repressief (zie tabel 1). Naast deze drie typen beleidsmaatregelen zijn in dit rapport voorzieningen als extra type toegevoegd. Stimulerende beleidsmaatregelen worden ingezet om gezondheidsbevorderende of -beschermende factoren te stimuleren. Repressieve maatregelen dienen om gezondheidsschadende factoren te voorkomen of terug te dringen. In dit rapport wordt slechts onderscheid gemaakt naar type en niet naar categorie. Tabel 1. Indeling van beleidsmaatregelen (naar Van der Doelen, 1993) stimulerend repressief communicatief voorlichting propaganda juridisch overeenkomst gebod, verbod economisch subsidie heffing voorzieningen realisatie aanbod aanbodbeperking Ten tweede is gekozen voor settingspecifieke beleidsmaatregelen gelet op de doelgroep 0 tot 19 jaar. Hierbij is onderscheid gemaakt naar school, wijk en zorg. De setting thuis is hierbij achterwege gelaten met het oog op de minimale invloed die de gemeente hier direct op zou kunnen hebben; wel wordt een indirecte invloed verondersteld via wijk, zorg of school, en de betreffende beleidsmaatregelen komen dan ook daarin aan de orde. Vervolgens is op basis hiervan gezocht naar beleidsinstrumenten die ingezet zijn in nationaal en lokaal georiënteerde projecten gericht op het voorkomen van overgewicht. Hierbij is gebruik gemaakt van inventarisaties die recent gedaan zijn binnen het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) en het NIGZ (Nationaal Instituut voor Gezondheidsbevordering en Ziektepreventie) (Bemelmans et al., 2004; Nijboer, 2004). Hierbij gaat het om interventies gericht op het voorkomen van overgewicht, of de twee belangrijkste determinanten van overgewicht, voeding en bewegen. De interventies zijn nationaal en lokaal georiënteerd en gericht op de gezonde bevolking. De inclusiecriteria van deze search zijn scherper gedefinieerd, naar: § een beperking tot de doelgroep 0-19 jaar § na 1995 § het betreft nationale lokale interventies § het betreft interventies op school, in de wijk en via de zorg § veronderstelde haalbaarheid en effectiviteit In de vervolgfase zijn experts benaderd. In eerste instantie zijn vier gemeentelijke beleidsmedewerkers gevraagd die ervaring hadden met aan overgewicht gerelateerde projecten. Het betreft beleidsmedewerkers uit Rotterdam, Voorhout, Nijmegen en Alkmaar. Aan hen is een groslijst van de beleidsinstrumenten ter discussie voorgelegd. Daarna werd deze
7
aangepast en voorgelegd aan een grotere groep experts (n=13), met het verzoek van ieder beleidsveld vijf instrumenten te selecteren die zij als meest haalbaar en effectief beschouwden. Uit de expert meetings kwam naar voren dat de inventarisatie meer inzicht zou kunnen bieden als een keuze gemaakt werd voor een select aantal beleidsvelden. Er is ervoor gekozen om alleen die beleidsvelden op te nemen die de grootste invloed lijken te hebben bij de aanpak van overgewicht, en de grootste potentie tot het bereiken van de jeugd, hun ouders en omgeving. Daarnaast moeten de beleidsvelden direct invloed uit kunnen oefenen op de omgeving. Er lijkt geen eenduidige benaming te zijn voor de beleidsvelden in de verschillende gemeenten. Hier is gekozen voor de beleidsvelden Onderwijs, Sport & Recreatie, Ruimtelijke Ordening/Verkeer & Vervoer (RO/VV) en Zorg & Welzijn (zie figuur 2). Bij Ruimtelijke Ordening/Verkeer & Vervoer is hier tevens het vergunningenbeleid ondergebracht. Naast deze sectoren is een categorie overige beleidsvelden opgenomen. Hieronder vallen veelbelovende of effectieve instrumenten die niet direct onder de genoemde sectoren ondergebracht konden worden, maar wel een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan de preventie van overgewicht. Om mogelijke ideeën op te doen en kansen te schetsen is ervoor gekozen de meest effectief of haalbare geachte expliciet aan te (laten) geven, maar daarnaast ook andere mogelijkheden te noemen.
ONDERWIJS
RUIMTELIJKE ORDENING/ VERKEER & VERVOER
SPORT & RECREATIE LOKAAL BELEID OVERGEWICHT
ZORG & WELZIJN
OVERIG
Figuur 2: Beleidsvelden die sterke betrokkenheid hebben bij het lokaal beleid.
8
In de eindfase zijn de gegevens geanalyseerd, verwerkt en gerapporteerd. Dit verslag biedt een beschrijving van het beleidsinstrumentarium naar setting, en naar beleidsveld. Sommige instrumenten zijn geselecteerd uit projecten. Deze projecten zijn in de bijlage opgenomen en in de loop van 2005 beschikbaar via www.nigz.nl.
9
3. BELEIDSMAATREGELEN NAAR SETTING In tabel 2 zijn lokale beleidsmaatregelen gepresenteerd die zich richten op overgewicht, op voeding, of op bewegen, ingedeeld naar verschillende settings: school, wijk en zorg. Hierin is verder onderscheid gemaakt naar juridische instrumenten, economische instrumenten, communicatieve instrumenten, en voorzieningen. Juridische instrumenten zijn min of meer voorwaardelijke maatregelen om een interventie daadwerkelijk te realiseren en/of te continueren. Het betreft wetten, regels en afspraken. Economische instrumenten hebben tot doel gezond gedrag om overgewicht te voorkomen financieel te ondersteunen en/of aan te moedigen. Communicatieve instrumenten omvatten communicatiestrategieën, gericht op gedrag en leefstijl, en/of determinanten van gedrag zoals kennis, intentie, zelfmanagement en dergelijke. Instrumenten die voorzieningengericht zijn, zorgen dat iets beschikbaar komt. Indien een maatregel daadwerkelijk ingezet is, is voor zover bekend de betrokken gemeente erbij vermeld.
10
Tabel 2a. De gemeentelijke beleidsinstrumenten ingedeeld naar type instrument met de betrokken beleidsvelden, vanuit de setting school Gericht op overgewicht, voeding of bewegen Juridische instrumenten Convenant kantinebeleid, trakteerbeleid en/of beweegbeleid Creëer basisvoorwaarden voor het realiseren van voedingsbeleid op school Verbod op verkooppunten van snacks in de nabijheid van scholen Controle op de uitvoering van regelgeving omtrent bewegingsonderwijs Verbod van honden op speel- en sportvelden Economische instrumenten Financiële ondersteuning voor gezonde scholen, dan wel scholen die overgewicht aanpakken Verstrekking van gratis of gesubsidieerde groente en/of fruit Prijsbeleid waarin gezonde voeding goedkoper is dan ongezonde voeding Stimulering van gezonde schoolkantines in het Voortgezet Onderwijs Beloning van het gebruik van langzame verkeersmogelijkheden van en naar school Vergoeding/tegemoetkoming van zwemlessen en/of vervoer naar beweegfaciliteiten Het openstellen van sportfaciliteiten via gemeentepas of onderwijs Voorzieningen Gewicht en lengte regelmatig meten voor vroegtijdige signalering en verwijzing naar zorg Invoeren van een samenhangend aanbod van voeding en beweging Creëren van een gezonde omgeving, door bijvoorbeeld gezonde alternatieven aan te bieden Meer bewegingsfaciliteiten op school, en voor- en naschoolse activiteiten (Sociaal) veilige speelplaatsen Aanleg van verkeersveilige en sociaal veilige langzame verkeersroutes Aanstellen overgewichtcoördinator die samenwerking realiseert tussen school, gemeente en sport Stimulering van bewegingsfaciliteiten bij nieuwbouw van scholen Communicatieve instrumenten Ondersteuning van mogelijkheden van zelf-monitoring en persoonlijke feedback op school Ondersteuning van voorlichting over bewegingsstimulering en gezonde voeding Deskundigheidsbevordering bij leerkrachten t.a.v. signaleren en voorkomen van overgewicht Individuele en groepsvoorlichting over voeding op school aan leerlingen, ouders en leerkrachten Testen van voedingsgedrag Role modelling door peers, leerkrachten of bekende sportfiguren Deskundigheidsbevordering bij leerkrachten t.a.v. bewegen Bewegingsstimulering voor een specifieke doelgroep
Gemeente
Overgewicht Voeding Arnhem, Tilburg West. Mijnstreek Bewegen Overvecht
Onder Sport wijs & Recre atie X X
RO/ VV
X
Zorg & Welzijn
X X X
X X
Overgewicht Voeding Diverse
X X
Bewegen
X X
X
X
X
X
X X X X X X X
X
X X
Overvecht Overgewicht Diverse Rotterdam Voeding Bewegen Groningen Voorhout
Overgewicht Helmond e.a. Voeding
Diverse
Bewegen Diverse Helmond e.a
X X X X X X X X
X X X X
X X X X X
X X
X X X X
X X
X
11
Tabel 2b. De gemeentelijke beleidsinstrumenten ingedeeld naar type instrument met de betrokken beleidsvelden, vanuit de setting wijk Gericht op overgewicht, voeding of bewegen Juridische instrumenten Formuleren van richtlijnen t.a.v. lokale reclame en media met betrekking tot overgewicht Gestalte geven aan publiek-private samenwerking Realiseren van een structureel samenwerkingsverband tussen gemeente, onderwijs en sport Het niet verlenen van vergunningen voor fastf ood-bedrijven naast school of buurthuis Structureel organiseren van een beweegmanagement team Verbod van honden op speel- en sportvelden Economische instrumenten Financiële ondersteuning aan wijkgerichte projecten gericht op het voorkomen van overgewicht Subsidiëren en certificeren van sportverenigingen die voldoen aan bepaaldecriteria voor voedingsen sportbeleid Stimuleren van projecten waarbij sportclubs, buurtwerk, thuiszorg en GGD samenwerken Via prijsbeleid gezonde voeding goedkoper maken dan ongezonde voeding Verstrekken van gratis of gesubsidieerde groente en fruit aan bepaalde groepen Gratis of gereduceerde tarieven voor sport voor bepaalde groepen wijkbewoners, bijv. een sportpas Opnemen van contributiegelden van sportverenigingen in het minimabeleid Subsidiëren van sport(kennismakings-)mogelijkheden voor bepaalde doelgroepen Voorzieningen Aanstellen van een coördinator/adviseur op het gebied van gezond gewicht Met cafetaria zoeken naar mogelijkheden om het assortiment van groente en fruit uit te breiden Bij nieuwbouw rekening houden met laagdrempelige beweegmogelijkheden in de wijk Realiseren van een goede en veilige indeling van (woon)omgeving, zodat bij de inrichting van de openbare ruimte voorrang gegeven wordt aan maatregelen die beweging stimuleren Ondersteunen van sportstimuleringsprogramma’s voor specifieke doelgroepen Realiseren van een multifunctionele sport- en speelgelegenheid Communicatieve instrumenten Lokale (multi)media inzetten als ondersteuning, agendering, bewustwording of kennisvermeerdering Individuele of groepsvoorlichting om sport te bevorderen Integreren van reguliere activiteiten in de wijk en gerichte voedings- en beweegactiviteiten Deskundigheidsbevordering van vrijwilligers en lokale gezondheidswerkers Inventariseren van interventiemogelijkheden in de wijk die gezonde voeding en bewegen stimuleren Testen van eigen beweeg- en voedingsgedrag met behulp van eettesten, tussendoortjestest e.d. Ondersteunen van deelname aan landelijke activiteiten en projecten, bijv. de FLASH!-campagne
Gemeente
Overgewicht Rotterdam Voeding Bewegen
Onder Sport wijs & Recr eatie X X X
Utrecht e.a Diverse
Overgewicht Rotterdam, Leiden 4 gemeenten in Friesland
X
X X X X X X
RO/ VV
X
Zorg & wel zijn X X X X
X X
X
X
X
X
X X
X
X
Voeding Bewegen
Maastricht Rotterdam Gouda Utrecht e.a.
Overgewicht Voeding Bewegen
X X Leiden, Rotterdam, A’dam Rotterdam Breukelen
Overgewicht Groningen, Rotterdam e.o. Groningen
X
Amsterdam Diverse
X
X X
X X
X
X
X X X X X X X
X X
X
X
X
12
Tabel 2c. De gemeentelijke beleidsinstrumenten ingedeeld naar type instrument met de betrokken beleidsvelden, vanuit de setting zorg Gericht op overgewicht, voeding of bewegen Juridische instrumenten In kaart brengen van het voedings- en bewegingsgerelateerd gedrag om beleid hierop te ontwikkelen Gebruiken van een signaleringsprotocol voor de signalering, advisering en hulpverlening aan kinderen met overgewicht en obesitas via periodiek geneeskundig onderzoek (PGO) Verbeterde basisinfrastructuur op het gebied van zorg en preventie waarin sprake is van een sluitende keten van alle functies op het terrein van algemene preventie, hulpverlening en behandeling van overgewicht Stimuleren van zorgverzekeraars om ze te laten investeren in gezond gedrag Economische instrumenten Stimuleren van projecten waarbij onderwijs, sportclubs en buurtwerk samenwerken met eerstelijnszorg (huisartsen, thuiszorg en GGD) om overgewicht te voorkomen (bijv. via beschikbaar stellen van BOS-, GSB-, onderwijs-, sportstimulerings- of achterstandsbeleidsgelden) Voorzieningen Aanstellen van één coördinator/adviseur op het gebied van gezond gewicht Ontwikkelen van informatie en adviespunten ten aanzien van het voorkomen van overgewicht Aanbieden van minimale interventiestrategie (MIS) die na signalering binnen de JGZ wordt ingezet Aanbod van een programma aan patiënten gericht op gezonde voeding en beweging Ondersteuning van samenwerking binnen de eerstelijns gezondheidszorg, bijv. huisartsenpraktijken stimuleren om patiënten door te verwijzen naar diëtist, jeugdgezondheidszorg of sportclub Veranderingen aanbrengen in (de fysieke omgeving van) zorginstellingen om bewegen te stimuleren Communicatieve instrumenten Deskundigheidsbevordering onder zorgaanbieders (waaronder consultatiebureau-artsen) op gebied van signalering overgewicht en mogelijkheden dit te voorkomen Individuele informatie en adviesgesprekken door jeugdartsen en verpleegkundigen via PGO Ondersteunen van spreekuur van voedings- en/of bewegingsdeskundige Verbetering van voorlichting, begeleiding en ondersteuning van borstvoeding Ondersteuningen van activiteiten gericht op het belang van gezonde voeding, bijv. ondersteuning van buurtverenigingen bij het organiseren van een voedingsweek, ondersteuning van persoonlijke advisering en interactief advies-op-maat systeem of gezonde voeding voor ouders Stimuleren dat vanuit de eerstelijns gezondheidszorg, bijvoorbeeld een huisartsenpraktijk, mensen worden aangezet tot een lichamelijk actieve leefstijl Aanbieden van deskundigheidsbevordering aan huisartsen en andere zorgverleners om te laten zien dat ook bewegingsstimulering een van hun taken kan zijn
Gemeente
Onder Sport wijs & Recr eatie
RO/ VV
Overgewicht Amsterdam
X X
X X
Zorg & wel zijn
X
X
X X
Overgewicht
X
X
X
Overgewicht
X X X X X
Den Haag
Den Haag Bewegen
X
Overgewicht
X
X
X Alkmaar
X X
X X X X
Voeding
Beweging
X X
X
13
Ten eerste, en bijna vanzelfsprekend, is de belangrijkste maatregel die een gemeente kan nemen om overgewicht aan te pakken, het expliciet benoemen van overgewicht in de gezondheidsnota. Uit de gesprekken met de experts blijkt dat dit een voorwaarde is om beleid hieromtrent verder vorm te geven. Ten tweede heeft een gemeente de keuze uit een keur van instrumenten die zich richten op de aanpak van overgewicht, zoals tabel 2 laat zien. Het zal niet verwonderlijk zijn dat in de setting school vooral de sector Onderwijs is betrokken, en in de wijk de sector Ruimtelijke Ordening/Verkeer & Vervoer en in de zorg de sector Zorg & Welzijn. Een groot deel van deze instrumenten is echter settingoverschrijdend en vereist dan ook een samenwerking van verschillende beleidsvelden. Bij deze inventarisatie is er min of meer een schatting gemaakt welke beleidsvelden nog meer betrokken zijn bij het gepresenteerde instrument. De betrokkenheid van de beleidsvelden zal ook niet in elke gemeente hetzelfde zijn. Dit is afhankelijk van de portefeuilleverdeling maar ook van de lokale situatie (is er bijvoorbeeld draagvlak, liggen er al goede contacten met de sectoren onderling). Daarnaast is het zo dat overgewicht door verschillende sectoren aangekaart en aangepakt kan worden. Zo kan het creëren van meer bewegingsfaciliteiten op school, en het aanbieden van voor- en naschoolse activiteiten, naast een betrokkenheid van het beleidsveld Onderwijs ook de betrokkenheid van het beleidsveld Sport & Recreatie vereisen. Bij het realiseren van een goede en veilige indeling van de (woon)omgeving, zodat bij de inrichting van de openbare ruimte voorrang gegeven wordt aan maatregelen die beweging stimuleren, kunnen bijvoorbeeld de beleidsvelden Sport & Recreatie, Ruimtelijke Ordening/Verkeer & Vervoer en Zorg & Welzijn betrokken zijn. En wil men vanuit de setting zorg projecten stimuleren waarbij onderwijs, sportclubs en buurtwerk samenwerken met eerstelijnszorg (huisartsen, thuiszorg en GGD) om overgewicht te voorkomen, dan dienen daar zowel Onderwijs als Sport & Recreatie, Ruimtelijke Ordening/Verkeer & Vervoer en Zorg & Welzijn bij betrokken te zijn. Om dit soort sectoroverschrijdende instrumenten tot een goede uitvoer te brengen, is het raadzaam een overgewichtcoördinator aan te stellen. Deze dient dan de verantwoordelijkheid te krijgen om de samenwerking tussen de verschillende sectoren optimaal te laten verlopen en zich te richten op een integraal gemeentelijk aanbod gericht op de preventie van overgewicht.
14
4. BELEIDSMAATREGELEN NAAR BELEIDSVELD Naast de setting als uitgangspunt te kiezen, is gekozen om vanuit de beleidssector te bekijken wat mogelijke beleidsinstrumenten zijn om overgewicht aan te pakken. Er is gekozen voor de sectoren Onderwijs, Sport & Recreatie, Ruimtelijke Ordening/Verkeer & Vervoer en Zorg & Welzijn. Voor de beleidsambtenaar ontstaat hierdoor een beeld van zijn of haar mogelijkheden. Een overzicht van de uitgebreide inventarisatie met als uitgangspunt de beleidssector is terug te vinden in bijlage 1. Op basis van wat er is geïnventariseerd in het voorgaande is een selectie van instrumenten gemaakt die volgens de experts de meest veelbelovende zijn wat effectiviteit en haalbaarheid betreft. Per beleidsveld (Onderwijs, Sport & Recreatie, Ruimtelijke Ordening/Verkeer & Vervoer en Zorg & Welzijn) is een top 5 samengesteld (zie tabel 3). Bij de beoordeling is geen rekening gehouden met eventuele financiële middelen die nodig zijn voor de instrumenten. Het ene instrument zal meer financiële middelen vereisen dan het andere en het is daarom aan te bevelen te bezien hoeveel en waar eventueel extra middelen te verkrijgen zijn. Hierbij valt te denken aan de BOS-regeling, ZonMw, GSB-gelden, onderwijs-, sportstimulerings- of achterstandsbeleidgelden of bepaalde stichtingen en fondsen (bijvoorbeeld het VSBfonds, het Oranje Fonds, of de Stichting Kinderpostzegels). De geselecteerde interventies richten zich op overgewicht, voeding of bewegen. Indien een instrument reeds ingezet is in een project staat de projectnaam erbij vermeld. Enige informatie over de projecten is weergegeven in bijlage 2; voor meer uitgebreide informatie wordt verwezen naar www.nigz.nl. Er is tevens onderscheid gemaakt naar juridische, economische of communicatieve instrumenten of dat het een voorziening betreft. Tabel 3a. Instrumenten ingedeeld naar thema in te zetten vanuit beleidsveld Onderwijs Onderwijs Thema Overgewicht
Instrument Gewicht regelmatig laten meten om overgewicht te signaleren en door te verwijzen naar zorg
Bewegen
Meer voor- en naschoolse bewegingsfaciliteiten en idem op school, bijvoorbeeld herinvoeren van het schoolzwemmen; sport op het schoolplein onder toezicht van een professional/volwassene Deskundigheidsbevordering bij leerkrachten t.a.v. (signaleren en voorkomen van) overgewicht, belang voeding en beweging Creëren van een omgeving om snoepen te ontmoedigen, bijvoorbeeld geen snoep- maar fruitautomaten; frisdranken vervangen door melkproducten of water Aanstellen van een voedings- en beweegcoördinator/ overgewichtcoördinator die zorgdraagt voor samenwerking tussen sportsector, school, gemeente en zorg
Overgewicht Voeding
Overgewicht
1
Type Voorziening
Voorziening
Communicatief
Project Signaleringsprotocol, Okido JUMP-in
Schoolkantineproject
Voorziening
Voorziening
JUMP-in 1
JUMP-in kende alleen de beweegcoördinator
15
Tabel 3b. Instrumenten ingedeeld naar thema in te zetten vanuit beleidsveld Sport & Recreatie Sport & Recreatie Thema Bewegen
Bewegen Bewegen Bewegen Bewegen
Instrument Aanstellen van een voedings- en beweegcoördinator/ overgewichtcoördinator die zorgdraagt voor samenwerking tussen sportsector, de lessen lichamelijke opvoeding, gemeente en sportsector Gratis of gereduceerde tarieven voor sport voor bepaalde groepen wijkbewoners, via bijvoorbeeld een sportpas Realiseren van een structureel samenwerkingsverband in de driehoek: gemeente, onderwijs en sport Organiseren van sportieve recreatieve ‘fun’ evenementen Verspreiding en uitbreiding van bewegingstimulerende voorzieningen, zoals fitnessfaciliteiten, skatebaan, zandbak
Type Voorziening
Project JUMP-in¹
Economisch Juridisch Voorziening Voorziening
Kies voor Hart en Sport
Tot bewegen bewogen
Tabel 3c. Instrumenten ingedeeld naar thema in te zetten vanuit beleidsveld Ruimtelijke Ordening/Verkeer & Vervoer Ruimtelijke Ordening/Verkeer & Vervoer Bewegen
Bewegen Bewegen
Voeding Bewegen
Realiseren van sportruimte in wijken waar sport is verdwenen met trapveldjes en sportieve vernieuwingsplekken c.q. inrichting van multifunctionele sport en speelruimte. Zorgen voor een goede en veilige indeling van de woonomgeving, zodat bij de inrichting van de openbare ruimte voorrang gegeven wordt aan maatregelen die lichamelijke (laagdrempelige) activiteit bevorderen Aanleg van voldoende en (sociaal) veilige wandel- en fietspaden Verbeteren van (veilige en schone) schoolpleintjes en het stimuleren van bewegingsmogelijkheden (balveldjes, actieve hangplekken, goede verlichting) Het niet verlenen van nieuwe vergunningen voor een snackbar/snackcar naast school of buurthuis Verbod van honden op speel- en sportvelden en controle op naleving
Voorziening
Tot bewegen bewogen
Voorziening
Tot bewegen bewogen
Voorziening
Juridisch Juridisch
Tabel 3d. Instrumenten ingedeeld naar thema in te zetten vanuit beleidsveld Zorg & Welzijn Zorg en welzijn Overgewicht
Juridisch
Signalerings protocol
Overgewicht
Gebruik van opgestelde richtlijnen voor signalering, advisering en hulpverlening aan kinderen met overgewicht en obesitas Aanbieden van een minimale interventiestrategie die direct na signalering binnen de JGZ wordt ingezet
Voorziening
Overgewicht
In kaart brengen van voedings- en bewegingsgerelateerd gedrag om beleid hierop te ontwikkelen
Juridisch
MIS (minimale interventiestrategie) PGO (periodiek geneeskundig onderzoek)
Overgewicht
Oudercursus gezonde voeding
Communicatief
16
Overgewicht
Deskundigheidsbevordering zorgaanbieders (waaronder consultatiebureau-artsen) op het gebied van signalering van overgewicht en mogelijkheden dit te voorkomen Individuele informatie en adviesgesprekken door jeugdartsen en verpleegkundigen via periodiek geneeskundig onderzoek
Communicatief
Opvallend is dat van de twintig geselecteerde instrumenten, de helft gericht is op bewegen, acht op overgewicht en twee op voeding. Dit geeft aan dat de gemeenten veel kansen lijken te hebben aan de kant van bewegen, maar dat de invloed van de gemeenten via voedingsgerichte instrumenten niet minder interessant is. Het regelmatig meten van het gewicht in het onderwijs is één van de instrumenten die als veelbelovend gezien wordt. Deze meting zou uitgevoerd kunnen worden door een (sport)leerkracht. Het zou kostenbesparend werken wanneer dit vanuit de onderwijssector gebeurt, in plaats van dat er een arts of verpleegkundige voor ingezet moet worden. De meting zou moeten plaatsvinden in een veilige omgeving voor het kind. Een convenant tussen gemeente, school, sportsector, GGD en kantinecateraar omtrent het kantinebeleid, trakteerbeleid of beweegbeleid werd door de experts wel als effectief beoordeeld, maar niet als haalbaar en is daarom ook niet terug te vinden in een van bovenstaande overzichten. Het is een instrument wat het overwegen waard lijkt te zijn. Het niet verlenen van een vergunning voor een bepaald type horeca, bijvoorbeeld fastfood, lijkt een discutabel beleidsinstrument voor de gemeente. Als een pand volgens het bestemmingsplan een horecabestemming heeft, heeft de gemeente geen instrumentaria om te bepalen wat voor type horeca. Een gemeente kan wel rekening houden met de afstand van school en dit type voorzieningen. Een aardig instrument kan zijn een omgevingsscan te (laten) doen om inzicht te krijgen in het aanbod en mogelijkheden, horeca- sport en voedingsaanbod en beweegmogelijkheden. Daarnaast blijkt dat interventies vanuit het beleidsveld Zorg & Welzijn zich vooral richten op het individu. Eén van de in te zetten instrumenten is het opstellen van richtlijnen voor de signalering, advisering en hulpverlening. Door het KCO is een signaleringsprotocol opgesteld om overgewicht te signaleren bij jongeren (Bulk-Bunschoten et al., 2004). Voor het vaststellen van overgewicht bij jongeren is de BMI (Body Mass Index: gewicht (kg) gedeeld door lengte (cm) in het kwadraat) een minder goede maat. De BMI moet aangevuld worden met de klinische blik van de onderzoeker. De klinische blik baseert zich op de volgende kenmerken: - Lichaamsbouw - Puberteitsstadium - Etniciteit - Verdeling van vet over het lichaam Na signalering is het van belang dat er – indien nodig – een advies of behandeling volgt. Aangezien er nog geen evidence-based preventieprogramma voorhanden is, is het overbruggingsplan opgesteld dat zich op de volgende vijf veelbelovende elementen richt: stimuleren van borstvoeding, reduceren van het gebruik van gezoete dranken, verminderen van zittende activiteiten, bevorderen van het buitenspelen en bevorderen van ontbijten (BulkBunschoten et al., 2005).
17
5. PRAKTIJKVOORBEELDEN Om meer invulling te geven aan de wijze waarop de beleidsinstrumenten kunnen worden ingezet, is een aantal praktijkvoorbeelden uitgewerkt waarin kort de werkwijze wordt toegelicht, te weten beweegmanagement, Tot bewegen bewogen en het Actieprogramma Voeding en Beweging. Ze zijn in overleg met experts gekozen omdat ze aansprekend, innovatief en interessant zouden zijn. Dit houdt geenszins in dat er geen andere praktijkvoorbeelden zijn die ook voldoen aan deze (grotendeels subjectieve) criteria. Deze praktijkvoorbeelden geven wellicht enige indruk van hoe de aanpak van overgewicht vorm kan krijgen. Benadrukt wordt dat de beschikbare mogelijkheden en uitwerkingen gemeentespecifiek zijn. Bepalend voor kansrijke maatregelen zijn bijvoorbeeld het huidige gemeentebeleid, beschikbare financiële middelen, het draagvlak en bestaande samenwerkingsverbanden, zowel op intern sectoroverschrijdend als extern niveau. 5.1. BEWEEGMANAGEMENT Wat is beweegmanagement? Het beweegmanagementteam is een groep professionals uit de sectoren buurt (welzijn), onderwijs en sport met als doel partners in de BOS-driehoek te stimuleren structureel gebruik te maken van elkaars kennis, ervaring en faciliteiten. De BOS-partners kunnen ervoor zorgen dat jeugdigen intensief in hun beweeggedrag worden gevolgd, dat de wijk uitnodigt om er te sporten, dat sportaanbieders een wervend beleid voeren en dat het vakonderwijs een kwaliteitsimpuls krijgt. Het beweegmanagementteam is verantwoordelijk voor het structureel en systematisch managen van het sport- en beweeggedrag van jeugd, waar allerlei activiteiten in geïntegreerd kunnen worden, bijvoorbeeld Kies voor Hart en Sport, WhoZnext en Club Extra. Deze activiteiten worden opgenomen in een lokaal programma van actie. Wat doet het beweegmanagementteam? Men werkt vanuit het onderwijs aan een goed sport- en beweegklimaat voor de jeugd. Er wordt zorg gedragen voor een goed lokaal jeugdsportprogramma rond scholen in een wijk. Het team maakt afspraken over gebruik van accommodaties, organisatie van activiteiten en uitwisseling van kader. Er worden contacten gelegd en onderhouden met en tussen scholen, GGD’en en diverse sportaanbieders. Instrumenten voor een lokaal programma van actie Bij het ontwikkelen van een lokaal programma van actie heeft het beweegmanagementteam de beschikking over twee analyse-instrumenten: - de Beweegnorm, om het sport- en beweeggedrag van de jeugd in kaart te brengen en de - Sport- en Beweegscan, om de sport- en beweegomgeving in en om de school te scannen op sport- en jeugdvriendelijkheid. De gegevens die de norm en scan opleveren, geven richting aan de vervolgstappen die het beweegmanagementteam neemt in de vorm van een actieplan. Samenwerkingspartners Beweegmanagement is ontwikkeld binnen het programma School & Sport (www.school-ensport.nl) van de KVLO (Koninklijke Vereniging van Leraren Lichamelijke Opvoeding), LC Nederland Instituut voor lokale Sport & Recreatie, NOC*NSF en NISB.
Via het beweegmanagementteam wil men zorgen voor een goed sport- en beweegklimaat zodat jongeren meer gaan bewegen en sporten. Behalve op bewegen kan men zich – als gemeente – ook richten op voeding of op overgewicht in zijn geheel. Een integrale benadering gericht op zowel voeding als bewegen lijkt het meest succesvol. Waar het beweegmanagement zich puur bezighoudt met bewegen, zou een overgewichtteam of -coördinator aangesteld kunnen worden die ervoor zorgdraagt dat de betrokken partijen structureel met elkaar samenwerken, waardoor er sprake is van een integrale aanpak van overgewicht. Met het instellen van een overgewichtteam of -coördinator kunnen bestaande
18
structuren en nieuw op te zetten initiatieven beter op elkaar afgestemd worden, waardoor de effectiviteit en het bereik vergroot kunnen worden. 5.2. TOT BEWEGEN BEWOGEN Te weinig beweging is een van de determinanten van overgewicht. Mensen pakken te snel de auto en jongeren besteden te veel tijd achter de tv of computer, waardoor zij niet voldoen aan de beweegnorm. Om dit tegen te gaan is een aantrekkelijke en veilige inrichting van de woonomgeving die uitnodigt tot bewegen van essentieel belang. Op deze wijze wordt niet alleen het recreatief bewegen gestimuleerd, maar wordt bewegen ook beter en meer ingepast in de dagelijkse routine. Wanneer men in wijken de sociale veiligheid, de verkeersveiligheid en de veiligheid in en om de woning vergroot en daarnaast zorgt voor meer groen en een omgeving die bewegen stimuleert, zal dit een positieve invloed hebben op het beweeggedrag. De relatie tussen omgeving en bewegen staan beschreven in vijf voorwaarden voor een beweegvriendelijke woonomgeving (Wendel-Vos, 2002): 1. Aanwezigheid van groen en recreatie 2. Aanwezigheid van voorzieningen 3. Bereikbaarheid van groen, recreatie en voorzieningen 4. Sociale veiligheid 5. Verkeersveiligheid In Voorhout heeft in het project Tot bewegen bewogen (in 2003 gestart en in 2004 afgerond) bewegingsstimulering in twee nieuw te bouwen wijken een belangrijke plek gekregen en is een start gemaakt met het lokale gezondheidsbeleid. Binnen dit project werkten de afdelingen Ruimtelijke Ordening/Verkeer & Vervoer, Welzijn, de GGD en het RIVM samen om de handleiding Bewegingsbevorderend en veilig bouwen uit te testen. Handleiding bewegingsbevorderend en veilig bouwen In veel gemeenten in Nederland worden nieuwe wijken gebouwd, of oude wijken geherstructureerd. De gemeentebesturen van een aantal van die gemeenten vinden het belangrijk om bij het bouwen zoveel mogelijk rekening te houden met gezondheid. Er is een Handleiding bewegingsbevorderend en veilig bouwen ontwikkeld die bruikbaar is voor gemeenten om het facet bewegingsbevordering mee te nemen. Zo kan de gemeente aandacht besteden aan de sociale veiligheid en de verkeersveiligheid in de wijk of de veiligheid in en om de woning. Het is bij het bouwen of herstructureren van wijken belangrijk om aandacht te besteden aan ‘gezonde woningen’ en de buurt zo in te richten dat de (determinanten van) gezondheid positief worden beïnvloed. Een woonomgeving die uitnodigt tot bewegen is belangrijk omdat actief bezig zijn het makkelijkst is vol te houden als het past bij de dagelijkse routine. Ook veiligheid heeft een sterke invloed op zowel de fysieke, psychische als sociale gezondheid. En in een verkeers- en sociaal veilige woonomgeving zullen mensen ook weer geneigd zijn meer te bewegen. Straten en voetpaden faciliteren verschillende lichamelijke activiteiten, zoals wandelen, fietsen en hardlopen. De mate van beschikbaarheid van (veilige) paden, en de afstand tot voorzieningen en de mate van diversiteit van de voorzieningen binnen een wijk zijn van invloed op het beweeggedrag. Instrument De handleiding beschrijft zeven stappen voor de gemeente naar een bewegingsbevorderende en veilige wijk, aangevuld met vijftig tips voor bewegingsbevordering en veilig bouwen. Samenwerkingspartners De Handleiding bewegingsbevorderend en veilig bouwen is ontwikkeld door het RIVM in samenwerking met de gemeente Voorhout en GGD Zuid-Holland Noord. De handleiding wordt door GGD Nederland geïmplementeerd in andere gemeenten, ondersteund door een Helpdesk (van april 2005 tot april 2006).
19
5.3. ACTIEPROGRAMMA VOEDING EN BEWEGING In Rotterdam is men ervan overtuigd dat er een grote gezondheidswinst behaald kan worden door al op jonge leeftijd aandacht te besteden aan de preventie van overgewicht. Overgewicht of obesitas op kinderleeftijd is een belangrijke voorspeller voor het ontwikkelen van overgewicht op volwassen leeftijd. Daarnaast geldt hoe jonger een kind, hoe groter de kans dat nieuwe voedings- en bewegingsgewoonten levenslang kunnen worden volgehouden. De gemeente Rotterdam zegt veel waarde te hechten aan het bevorderen van een gezonde leefstijl en het tegengaan van bewegingsarmoede onder de jeugd. In februari 2005 heeft de gemeenteraad groen licht gegeven voor het Actieprogramma Voeding en Beweging om de ontwikkeling van overgewicht bij de Rotterdamse jeugd tegen te gaan. Waar richt het Actieprogramma Voeding en Beweging zich op? De doelstelling van het Actieprogramma is het bevorderen van gezonde voeding en beweging onder de Rotterdamse jeugd om overgewicht te reduceren en bewegingsarmoede te bestrijden. Om deze doelstelling te bereiken worden activiteiten ingezet langs vier verschillende thema’s: - Jeugd en buitenruimte - Jeugd en binnenruimte - Voeding en beweging - Evenementen Instrumenten Het bevorderen van een actieve leefstijl is pas haalbaar als er maatregelen worden getroffen die zich uitstrekken tot andere beleidsterreinen dan sport, bewegen en gezondheid. Het gaat daarbij om de inrichting van de woonomgeving, de mogelijkheden op school (denk aan onderwijshuisvesting) en het gebruik van de schoolpleinen. Het gaat dus niet alleen om maatregelen die betrekking hebben op gedragsbeïnvloeding, maar ook om aanpassing van de omgeving van de jeugd. Accent op basisonderwijs Voor het komende jaar is het accent op het basisonderwijs gelegd. Het programma sluit naadloos aan op de gedachte achter de nieuwe brede school, namelijk de maatschappelijke zelfstandigheid van kinderen en jongeren te vergroten. Binnen het basisonderwijs is vooral het bewegingsonderwijs en leefstijleducatie van belang. Samenwerkingspartners Het Actieprogramma Voeding en Beweging is onderdeel van het integraal jeugdbeleid van de stad. Hierin wordt de noodzaak tot intensieve samenwerking tussen sectoren (facetbeleid) onderkend en gestimuleerd. De regie van het Actieprogramma is in handen van de Dienst Sport en Recreatie. Het Actieprogramma is tot stand gekomen in een werkgroep bestaande uit vertegenwoordigers van de Dienst Stedelijk Onderwijs, de Dienst Sport en Recreatie (SenR), de GGD en het Bestuur Openbaar Onderwijs Rotterdam. Samenwerkingspartners: Stichting Rotterdam Sportsupport, Stichting Rotterdam Topsport
20
6. CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN Stimuleren van gezonde voeding en bewegen De toename van overgewicht in de bevolking lijkt vooral een gevolg te zijn van een verstoring van de energiebalans. Deze verstoring komt doordat de energie-inname groter is dan het energieverbruik. De beste aanpak van overgewicht lijkt een combinatie te zijn van interventies gericht op het stimuleren van zowel gezonde voeding als lichaamsbeweging en het reduceren van inactiviteit (Renders et al., 2004). In het kader van preventie van overgewicht bij jongeren blijkt dat het alleen opleggen van beperkingen vaak op weinig waardering kan rekenen. Het is van belang jongeren en hun omgeving van de ernst van (gevolgen van) overgewicht bewust te maken door ze te verleiden tot gezonde voeding en meer beweging, in plaats van ze te straffen voor minder gezond gedrag. ‘Fun’-activiteiten zijn uitnodigend, zeker in vergelijking met restrictie van ongezonde voedingsmiddelen. Overgewicht de verantwoordelijkheid van burger en overheid Hoewel burgers zelf bepalen wat en hoeveel ze eten of bewegen en in welke mate, kan de verantwoordelijkheid voor het probleem overgewicht niet alleen bij hen neergelegd worden. Aangezien een deel van het probleem mede veroorzaakt wordt door de ‘obesogene’ omgeving, zal deze aangepast moeten worden om gezondere keuzes in voeding en beweging te creëren (Swinburn & Egger, 1999). Daarbij is het van belang dat er naast een individuele benadering ook aandacht besteed wordt aan de omgevingsfactoren. Overgewicht een plaats in de gezondheidsnota! De belangrijkste maatregel die een gemeente kan nemen om overgewicht aan te pakken, is dit ook expliciet benoemen in de gezondheidsnota. Sinds 1 januari 2005 zijn de G30gemeenten verplicht gesteld om overgewicht als thema in hun gezondheidsbeleid op te nemen. Verwacht wordt dat dit een groter aantal vernieuwende beleidsinstrumenten kan opleveren. Een onderzoek van het Voedingscentrum heeft uitgewezen dat overgewicht een duidelijke plaats heeft gekregen in de gemeentelijke gezondheidsnota’s. Er werden 221 gezondheidsnota’s gescreend op gezondheidsgerelateerde onderwerpen zoals voeding, jeugd en overgewicht. Deze screening wees uit dat er in het algemeen weinig diepgang was voor wat betreft overgewicht en voeding. Gemeenten lijken meer te kunnen met bewegen dan met voeding en in het bijzonder op het niveau van voorzieningen (Hinlopen, 2004). Ook uit het huidige onderzoek blijkt dat gemeenten veel beweegactiviteiten opzetten, zeker in vergelijking met interventies gericht op het aanbieden van gezonde voeding. Gemeenten doen dit met name onder de noemer sportstimulering en (nog) niet zozeer onder de noemer van overgewichtbestrijding. Wanneer ze dit wel zouden doen, lijken er meer gelden verkrijgbaar. De setting als uitgangspunt De integrale aanpak grijpt in op de settings waar de doelgroep, zoals jongeren, bereikt worden. Het voordeel van settings is dat ze vaak al toegerust zijn met structuren, routines, ingangs- en veranderingskanalen. De school lijkt een goede ingang voor het bereiken van jongeren en hun ouders, en is één van de settings waar al veel initiatieven zich op richten. Maar ook in de settings buiten de school om is het van belang overgewicht aan te pakken; om een meer structurele oplossing ten aanzien van overgewicht te bieden. Voor jongeren zijn dat de sportverenigingen en de setting wijk, maar ook de horeca. Voor een meer individuele gerichte preventie is de JGZ een meer aangewezen instantie.
21
Het beleidsveld als uitgangspunt Bij de aanpak van overgewicht is samenwerking van verschillende gebieden en beleidsterreinen vereist; andere terreinen dan men in eerste instantie zou verwachten. Zo is ruimtelijke Ordening/Verkeer & Vervoer een belangrijke sector om de fysieke omgeving bevorderlijk voor beweging te maken. Overgewicht hoeft hierbij niet altijd de invalshoek of het uitgangspunt te zijn om initiatieven te ontwikkelen die overgewicht kunnen helpen voorkomen. Werken aan de leefbaarheid en de veiligheid van een wijk kan bijvoorbeeld het gebruik van langzaam verkeer bevorderen en beweging stimuleren, en zodoende overgewicht voorkomen. Overgewicht vereist integrale aandacht op gemeenteniveau; dus ook een gemeentebrede coördinatie Om overgewicht aan te pakken is samenwerking tussen de verschillende sectoren en binnen verschillende disciplines kansrijk en vele mogelijkheden zijn hierbij voorgesteld. Het aanstellen van een overgewichtcoördinator of overgewichtteam die verschillende sectoren betrekt is een van de voorbeelden die als effectief en haalbaar beleidsinstrument kunnen worden beschouwd. Deze coördinator kan zorgdragen voor een goede communicatie, samenwerking en afstemming tussen alle betrokken partijen waardoor een gerichte en efficiënte aanpak mogelijk gemaakt wordt. Want de basis voor een succesvolle overgewichtpreventie ligt in de integrale aanpak waarbij praktisch alle beleidsvelden betrokken zijn. Mix van maatregelen Veel van de voorgestelde maatregelen staan niet op zichzelf, maar zullen integraal en gecombineerd moeten worden aangeboden. De balans tussen energie-inname en energieverbruik moet worden hersteld en dit is alleen mogelijk wanneer men zicht richt op zowel gezonde voeding als bewegen. Het sluiten van een convenant tussen gemeente, scholen, sport en buurt omvat bijvoorbeeld het aanstellen van een coördinator overgewicht, het inventariseren en creëren van voorzieningen, het creëren van basisvoorwaarden voor een gezond kantinebeleid op school, en het invoeren van een samenhangend lesaanbod over bewegen en voeding. Juridische en economische maatregelen en voorzieningenbeleid zijn voorwaardelijk voor communicatieve maatregelen Wanneer de keuze voor gezonde voeding makkelijker gemaakt of afgedwongen wordt, door bijvoorbeeld het weren van frisdranken of snoep uit scholen, wordt de energie-inname direct beïnvloed. In vergelijking met het stimuleren van een gezonde voeding lijkt er vooral een taak voor de gemeente te liggen om beweging te stimuleren. Er lijken veel beleidsinstrumenten mogelijk die beweging stimuleren, en veel van hen worden geacht effectief en haalbaar te zijn. De sector Ruimtelijke Ordening/Verkeer & Vervoer verdient hier een aparte vermelding; juist door de omgeving zo in te richten dat mensen meer en makkelijker bewegen, bijvoorbeeld door meer (toegang tot) bewegingsfaciliteiten, voorzieningen op loopafstand, parkeerbeperkingen in en om rond scholen en dergelijke, wordt verondersteld dat het herstel van de balans tussen energie-inname en energieverbruik eerder in zicht kan komen (Penris & Alleman, 2004). Communicatieve instrumenten, zoals voorlichting, informatievoorziening, het meer bewust maken van het belang van bewegen en gezonde voeding, zijn in de regel eerder volgend op wat op juridisch, economisch of voorzieningenniveau is ondernomen. Zo is het bewustmaken van bewegen alleen zinvol als er ook voldoende bewegingsfaciliteiten zijn en als deze ook toegankelijk zijn voor de doelgroep. Overgewicht als thema van de brede en gezonde school De brede school is een samenwerkingsverband tussen partijen die de ontwikkelingskansen van kinderen vergroten. Gezonde scholen werken aan de ontwikkeling van een gezondheidsbeleid. Scholen en schoolondersteunende organisaties ondernemen allerlei activiteiten ten behoeve van leerlingenzorg en gezondheidsbevordering op school (NIGZ, 2004). De
22
aanpak van overgewicht kan daarin een grote rol spelen. Steeds meer scholen zien het belang van dergelijke beleidsondersteunende integrale instrumenten. De genoemde beleidsinstrumenten en interventies die ingezet kunnen worden door de gemeente passen prima binnen de brede en gezonde scholen. De gemeente als motivator Uit de inventarisatie blijkt dat de gemeente veel mogelijkheden heeft om de omgeving te beïnvloeden en gezond gedrag te stimuleren. Ook is de gemeente als geen ander in staat om andere partijen te motiveren en stimuleren om overgewicht daadwerkelijk aan te pakken, al lijkt een directe, bepalende invloed ongewenst. Het lijkt voor de hand liggend om als gemeente het kantinebeleid op scholen en sportvoorzieningen te beïnvloeden, maar in de praktijk wordt duidelijk dat de bevoegdheden en middelen beperkt zijn. Het creëren van voldoende draagvlak om overgewicht te agenderen en scholen en sportverenigingen hierbij rond de tafel te krijgen is mogelijk haalbaar, maar in de uitvoering, bijvoorbeeld het aanbieden van (gezonde) voeding in kantines, heeft de gemeente geen stem. Een van de weerstanden om (juist en alleen) gezonde voeding aan te bieden is de angst voor inkomensderving. Aandacht hiervoor lijkt op zijn plaats. De invloed van de gemeente hangt onder meer af van het huidige gezondheidsbeleid, de ernst van het probleem in de betreffende gemeente, het draagvlak om iets aan overgewicht te doen, de capaciteit, en het vertrouwen dat de gemeenteraad en de burger heeft in de betreffende maatregel. Gegevens over effectiviteit, haalbaarheid en kosten Er is vooralsnog nauwelijks iets bekend van de effecten van beleidsmaatregelen die gericht zijn op het voorkomen van overgewicht (Bemelmans et al., 2004). Het is wel te verwachten dat er effectevaluaties zijn gedaan, met name voor wat betreft de projectgebonden instrumenten, maar deze zijn nog niet als zodanig beschreven/gepubliceerd. Dit maakt een uitwerking van de termen effectiviteit en haalbaarheid discutabel. Het verdient aanbeveling een keuze te maken uit de meest aansprekende en veelbelovende instrumenten om daarin nadere informatie over randvoorwaarden en effecten op te vragen. Ook de kosten en benodigde capaciteit van beleidsmaatregelen zijn (nog) niet of nauwelijks bekend. Wil men daarover meer weten, dan zal hier meer onderzoek naar gedaan moeten worden. Het ontbreken van deze gegevens bewijst nogmaals het belang van evaluaties en het meten van resultaten. Het verdient dan ook aanbeveling om te implementeren instrumenten en projecten goed te monitoren, de effecten te meten en te evalueren. Lange-termijn-investering Het inzetten van een effectieve maatregel zorgt niet direct voor een zichtbaar resultaat. Er moet rekening mee worden gehouden dat de effecten pas op lange termijn zichtbaar zullen zijn. Enige jaren zullen verstrijken voordat de uitwerking zichtbaar zal zijn. Wanneer we nu bij de jeugd de vinger aan de pols houden en er via beleidsmaatregelen preventief gehandeld kan worden, kunnen daar over een aantal jaren de vruchten van geplukt worden. Delen van kennis Binnen de verschillende gemeenten worden diverse instrumenten al ingezet of bepaalde programma’s uitgevoerd. Men lijkt zich echter nog te weinig bewust te zijn van wat er al bestaat en gebeurt in het land. Te vaak wordt het wiel opnieuw uitgevonden; een tijd- en geldrovend fenomeen. Wanneer reeds vergaarde kennis voor iedereen toegankelijk en beschikbaar is, kan deze ingepast worden in bestaande structuren.
23
Financieringsmogelijkheden ZonMw-onderzoek BOS-regeling GSB-middelen Gelden voor onderwijs, sportstimulering of onderwijsachterstandsbeleid Stichtingen en fondsen, zoals het VSBfonds, het Oranje Fonds of de Stichting Kinderpostzegels Provinciale mogelijkheden
24
Geraadpleegde experts en referenties Geraadpleegde experts2 Mw. Berkhof Dhr. Buijs Dhr. Eldering Mw. van Haastrecht Dhr. Hompe Mw. van Kesteren Dhr. Kramer Dhr. de Liefde Mw. de Meij Mw. Panis Mw. Renders Dhr. de Vries Mw. Zijlstra
(Dienst Sport & Recreatie, Rotterdam) (NIGZ, Woerden) (GGD Rotterdam e.o.) (NIGZ, Woerden) (Volksgezondheid en Welzijn, gemeente Buren) (GGD Zuid-Holland Noord) (NIGZ, Woerden) (Welzijn, Gemeente Voorhout) (GG&GD Amsterdam) (NIGZ, Woerden) (KCO, Amsterdam) (Gemeente Alkmaar) (GG&GD Amsterdam)
Referenties Bemelmans, W.J.E., Wendel-Vos, G.C.W., Bos, G., Schuit, A.J. & Tijhuis, M.A.R. (2004). Interventies ter preventie van overgewicht in de wijk, op school, op het werk en in de zorg. Bilthoven: RIVM. Brugman, E., Meulmeester, J.F., Spee-Van der Wekke, J., Beuker, R.J. & Radder, J.J. (1995). Peilingen in de jeugdgezondheidszorg. PGO-Peiling 1993/1994. Rapport nr. 95.061. Leiden: TNO Preventie en Gezondheid. Bulk-Bunschoten, A.M.W., Renders, C.M., Leerdam, F.J.M. van & HiraSing, R.A. (2004). Signaleringsprotocol Overgewicht in de Jeugdgezondheidszorg. Amsterdam: VU medisch centrum. Bulk-Bunschoten, A.M.W., Renders, C.M., Leeuwen, M.N. van, Leerdam, F.J.M. van & HiraSing, R.A. (2005). Overbruggingsplan bij kinderen met overgewicht. Amsterdam: VU medisch centrum. Dahlgren & Whitehead (1991). What can be done about inequalities in health? The Lancet 338(8774):1059-63. Doelen, F. van der (1993). De gereedschapskist van de overheid: Een inventarisatie. In Lucht, F. van der & Jansen, J. (1999). Beleidsafhankelijke determinanten van enkele belangrijke gezondheidsproblemen en bijbehorende beleidsactoren. Bilthoven: RIVM. Egger, G. & Swinburn, B. (1997). An “ecological” approach to the obesity pandemic. BMJ 315(7106):477-480. Gemeente Rotterdam (2004). Actieprogramma 2005: Voeding en Beweging. “Energie in Balans”. Gezondheidsraad (2003). Overgewicht en obesitas. Adviesstuk Den Haag. Gill, T.P. (1997). Key issues in the prevention of obesity. British Med. Bulletin 53(2):359-388. 2
Een overzicht van instellingen die zich bezig houden met overgewicht is terug te vinden in Bijlage 3.
25
Han, T.S., Tijhuis, M.A.R., Lean, M.E.J. & Seidell, J.C. (1998). Quality of life in relation to overweight and body fat distribution. American Journal Public Health 88:1814-1820. Hinlopen, C. (2005). Presentatie van het onderzoek naar behoeften van en mogelijkheden bij lokale uitvoeringsorganisaties op het terrein van de overgewichtpreventie. HiraSing, R.A., Fredriks, A.M., Buuren, S. van, Verloove-Vanhorick, S.P. et al. (2001). Toegenomen prevalentie van overgewicht en obesitas bij Nederlandse kinderen en signalering daarvan aan de hand van internationale normen en nieuwe referentiediagrammen. Nederlands Tijdschrift Geneeskunde 145:1296-1303. Li, L., Parsons, T.J. & Power, C. (2003). Breast feeding and obesity in childhood: cross sectional study. BMJ 327: 904-905. Montague, C.T., Farooqi, S., Whitehead J.P. et al. (1997). Congenital leptin deficiency is associated with severe early-onset obesity in humans. Nature 387:903-908. Nijboer, C. (2004). Overgewicht. Lokaal ingedikt en uitgediept. Woerden: NIGZ. Penris, M. & Alleman, T. (2004). Handleiding bewegingsbevorderend en veilig bouwen. RIVM. Renders, C.M., Henneman, L., Timmermans, D.R.M. & HiraSing, R.A. (2004). Televisiekijken en enkele eetgewoonten bij Amsterdamse 6-14-jarigen; een transversaal onderzoek. Nederlands Tijdschrift Geneeskunde 148(42):2072-2076. Renders, C. M., Seidell, J.C., Mechelen, W. van & Hirasing, R.A. (2004). Overgewicht en obesitas bij kinderen en adolescenten en preventieve maatregelen. Nederlands Tijdschrift Geneeskunde 148(42):2066-2070. Schmitz, M.K.H. & Jeffery, R.W. (2000). Public health interventions for the prevention and treatment of obesity. Medical Clinics of North America 84:491-510. Sniekers, J., Buijs, G. & Leurs, M. (2004). NIGZ/SLO (2004). Op weg naar een gezonde school. Brochure. Woerden: NIGZ/SLO. Strauss, R.S. (2000). Childhood obesity and self-esteem. Pedriatics 105(1):15. Swinburn, B.A., Egger, G. & Raza, F. (1999). Dissecting obesogenic environments: the development and application of a framework for identifying and prioritizing environmental interventions for obesity. American Journal of Preventive Medicine 29:563-570. Wendel-Vos, G.C.W., Schuit, A.J. & Seidell, J.C. (2002). De gevolgen van beleidsmaatregelen uit de Nota Wonen op bewegingsarmoede in Nederland. Onderdeel van de gezondheidseffectrapportage Mensen, wensen, gezond wonen. RIVM. Visscher, T.L. & Seidel, J.C. (2001). The public health impact of obesity. Annual Review of Public Health 22:355-375. Vosters, J. (2003). Project vroegtijdige signalering en preventie van overgewicht. www.health.vic.gov.au/activeforlife/programs.htm#walking
26
www.gezondeschool.nl www.ggd.nl www.nigz.nl www.nisb.nl www.kenniscentrumovergewicht.org www.kiesvoorhartensport.nl www.overgewicht.org www.school-en-sport.nl www.schoolgruiten.nl www.sport.nl www.sportiefwandelen.nl www.victorycamp.nl www.vng.nl www.voedingscentrum.nl www.whoznext.nl
27
Bijlage 1: Tabellen waarin instrumenten zijn ingedeeld naar thema en toegespitst per beleidsveld Tabel 4A Instrumenten ingedeeld naar thema in te zetten vanuit beleidsveld Onderwijs Onderwijs Thema Instrument Type Projectvoorbeeld OverConvenant tussen gemeente, school, sportsector, Juridisch gewicht GGD en kantinecateraar - kantinebeleid - trakteerbeleid - beweegbeleid Financiële ondersteuning voor gezonde scholen en Economisch scholen die overgewicht aanpakken Gewicht regelmatig laten meten om overgewicht te Voorziening signaleren en door te verwijzen naar zorg Voeding en Invoeren van een samenhangend lesaanbod Voorziening Beweging voeding en beweging Fit & Fun Ondersteunen van mogelijkheden van Communicatief zelfmonitoring en persoonlijke feedback op school Gezonde Voorlichting over belang van bewegingsstimulering Communicatief (op)voeding in en gezonde voeding, gericht op leerlingen, ouders, beweging, leerkrachten. Bijv. door huis-aan-huisbladen, Wikken en themaweek op school, minimarkt over gezonde (be)wegen voeding en bewegen, wedstrijd waarin kinderen een voorlichtingsboodschap ontwikkelen rondom gezond eten en bewegen, kooklessen JUMP-in Deskundigheidsbevordering bij leerkrachten t.a.v. Communicatief (signaleren en voorkomen van) overgewicht, belang van voeding en beweging Role modelling door peers, leerkrachten of bekende Communicatief Fit & Fun sportfiguren/idolen SchoolkantineVoeding Creëren van basisvoorwaarden voor een gezond Juridisch project voedingsbeleid op school. De volgende aspecten komen hierbij aan bod: - Afspraken met school over aanbod, prijs en portiegrootte - Ondersteunen van een aantrekkelijk, groter, goedkoper en gezond aanbod in de schoolkantine - Invoeren van hygiënenormen en een kantinebeleid - De kantine bij de lessen verzorging laten betrekken - Advies op maat per school SchoolGruiten Verstrekken van gratis of gesubsidieerde groente en Economisch fruit Economisch Gezonde voeding goedkoper maken dan ongezonde voeding Ontbijtproject Stimuleren van het aanbod van gezond ontbijt en/of Voorziening lunch op school Creëren van een omgeving om snoepen te ontmoe- Voorziening digen, bijvoorbeeld geen snoep- maar fruitautomaten; frisdranken vervangen door melkproducten of water
28
Bewegen
Individuele en groepsvoorlichting over gezonde voeding op school. Voorbeelden zijn: peer education, voorlichting op maat, samen ontbijten, fruitparty, roerbakdiner, ontwikkelen gezonde menukaart, ouderbijeenkomsten, traktatiekalender, website, quiz, posters, folders en drinkbeker e.a. Deskundigheidsbevordering bij leerkrachten t.a.v. gezonde voeding Testen van voedingsgedrag met behulp van bijvoorbeeld eet-, tussendoortjes- en smaaktesten en dergelijke Controle op de uitvoering van regelgeving omtrent de minimale hoeveelheid bewegingsonderwijs in het onderwijs Meer voor- en naschoolse bewegingsfaciliteiten en idem op school, bijvoorbeeld herinvoeren van het schoolzwemmen, sport op het schoolplein onder toezicht van een professional/volwassene Openstellen van faciliteiten via onderwijs voor laagdrempelige sportbeoefening Zorg voor (sociaal) veilige speelplaatsen, eventueel toezichthouder aanstellen Aanstellen van een voedings- en beweegcoördinator die zorgdraagt voor samenwerking tussen de sportsector, de lessen lichamelijke opvoeding en de gemeente Bij de bouw van nieuwe scholen rekening houden met speelruimte, fietspaden, trappen in plaats van lift, loopafstanden creëren in plaats van zaken doen binnen handbereik Inventariseren van belemmerende en stimulerende factoren ten aanzien van bewegen in het onderwijs Voorlichting over het belang van beweging, over het eigen beweeggedrag (eigen beweeggedrag testen), de beweegnorm en (sport)voorzieningen, over hoe bewegen beter is in te passen in het dagelijks leven (fietsen of lopen naar school, meer traplopen, aanbod van activiteiten) Deskundigheidsbevordering bij leerkrachten wat betreft bewegen Bewegingsstimulering voor specifieke doelgroepen Kinderen kennis laten maken met diverse soorten sport en faciliteren Ondersteuning deelname aan WhoZnext, Junior Heart Dance Award, Junior Hartdag
Communicatief
Ontbijtproject
Communicatief
SchoolGruiten
Communicatief
Schoolkantine project
Juridisch
Voorziening
JUMP-in
Voorziening Voorziening Voorziening
JUMP-in¹
Voorziening
Communicatief Communicatief
Fit & Fun
Communicatief
RealFit
Communicatief Communicatief
WhoZnext Kies voor Hart en Sport WhoZnext
Communicatief
29
Tabel 4B Instrumenten ingedeeld naar thema in te zetten vanuit beleidsveld Sport Sport Thema Instrument Type OverSamenwerking stimuleren van sportclubs en buurtEconomisch gewicht werk met thuiszorg, GGD en onderwijs Deskundigheidsbevordering van groepskrachten, Communicatief vrijwilligers, trainers van betrokken organisaties en lokale gezondheidswerkers Voeding Stimuleren van het aanbod van gezonde Voorziening (sport)voeding in sportkantines Bewegen Realiseren van een structureel Juridisch samenwerkingsverband in de driehoek gemeente, onderwijs en sport Aanstellen van een overgewichtcoördinator die Voorziening zorgdraagt voor samenwerking tussen de sportsector, de lessen lichamelijke opvoeding en de gemeente Gratis of gereduceerde tarieven voor sport voor Economisch bepaalde groepen wijkbewoners, via bijvoorbeeld een sportpas Subsidiëren en certificeren van sportverenigingen Economisch die voldoen aan bepaalde criteria voor voedings- en sportbeleid Aanbod van gesubsidieerde Economisch kennismakingscursussen van diverse sporten Breed aanbod van interventies op bewegen, Voorziening lichamelijk actief spel en opvoedingsondersteuning, zorg en recreatie Organiseren van sportieve recreatieve ‘fun’ Voorziening evenementen Realiseren van sportmogelijkheden voor bepaalde Voorziening groepen, bijvoorbeeld sportief kamp van activiteiten Stimuleren van schoolsportverenigingen Voorziening Verspreiding en uitbreiding van Voorziening bewegingstimulerende voorzieningen,z oals fitnessfaciliteiten, skatebaan, zandbak Role modelling door peers of inzet van een lokale Communicatief sport-ster als voorbeeldfiguur om sport te promoten Actieve reclame voor sportkennismakingslessen in Communicatief wijken waar veel bewegingsarmoede is, bijvoorbeeld een jaar van de sport instellen Ondersteuning deelname aan landelijke activiteiten: Communicatief FLASH!-campagne, nationale sportweek, jaar van de sport
Projectvoorbeeld
JUMP-in
De Gezonde Sportvereniging Kies voor Hart en Sport JUMP-in¹
De Gezonde Sportvereniging Sport Scoort
Victory Camp
Tot bewegen bewogen WhoZnext Voeding en Beweging
30
Tabel 4C Instrumenten ingedeeld naar thema in te zetten vanuit beleidsveld Ruimtelijke Ordening/Verkeer & Vervoer Ruimtelijke Ordening/Verkeer & Vervoer Thema Instrument Type Projectvoorbeeld Voeding Het niet verlenen van nieuwe vergunningen voor een Juridisch snackbar/snackcar naast school of buurthuis Bewegen Verbod van honden op speel- en sportvelden en Juridisch controle op naleving Beloning van het gebruik van langzame Economisch verkeersmogelijkheden van en naar school, bijvoorbeeld door heffing van parkeergelden in de omgeving van school Tot bewegen Aanleg van verkeersveilige en sociaal veilige langVoorziening bewogen zaam-verkeersroutes voor woon-schoolverkeer, eventueel aanstellen van een reisadviseur Realiseren van vervoersmogelijkheden naar Voorziening sportvoorzieningen Tot bewegen Realiseren van een sportruimte in de wijken waar sport Voorziening bewogen is verdwenen, met trapveldjes en sportieve vernieuwingsplekken c.q inrichting van een multifunctionele sport- en speelruimte Zorgen voor een goede en veilige indeling van de woonomgeving, zodat bij de inrichting van de openbare ruimte voorrang gegeven wordt aan maatregelen die lichamelijke (laagdrempelige) activiteit bevorderen Tot bewegen Winkelvoorzieningen op loop- en fietsafstand Voorziening bewogen Tot bewegen Aanleg van voldoende en (sociaal) veilige wandel- en Voorziening bewogen fietspaden Tot bewegen Goede parkeergelegenheid voor fietsen in de wijk en Voorziening bewogen bij voorzieningen Tot bewegen Zorg voor een compact stedelijk ontwerp Voorziening bewogen Tot bewegen Streef naar weinig hoogbouw, aanwezigheid van Voorziening bewogen (recreatieve) voorzieningen en openbaar groen aansluitend bij het bestaande stedelijk gebied Bewegingsstimulering door het bevorderen van Communicatief Voeding en beweging laagdrempelige vormen van bewegen, zoals lopen, wandelen, fietsen, de trap nemen, beter in te passen in het dagelijks leven. Voorlichting over eigen beweeggedrag, beweegnorm en sportvoorziening Verbeteren van (veilige en schone) schoolpleintjes en Voorziening stimuleren van bewegingsmogelijkheden (balveldjes, actieve hangplekken, goede verlichting)
31
Tabel 4D Instrumenten ingedeeld naar thema in te zetten vanuit beleidsveld Zorg & Welzijn Zorg en welzijn Thema Instrument Type Projectvoorbeeld OverIn kaart brengen van het voedings- en bewegingsJuridisch PGO (periodiek gewicht gerelateerde gedrag om beleid hierop te ontwikkelen geneeskundig onderzoek) Protocol van BMI (Body Mass Index) via periodiek Juridisch MIS (minimale geneeskundig onderzoek interventiestrategie) Gebruik van opgestelde richtlijnen voor de Juridisch Signaleringssignalering, advisering en hulpverlening aan kinderen protocol met overgewicht en obesitas Aanbieden van een minimale interventiestrategie die Voorziening MIS direct na signalering binnen de JGZ wordt ingezet Verbeterde zorginfrastructuur door realisatie van Juridisch zorgnetwerken en zorginformatiepunten Realiseren van een basisinfrastructuur opvoedingsJuridisch ondersteuning, waarin sprake is van een sluitende keten en aan alle functies op het terrein van algemene preventieve, hulpverlenende, correctieve en repressieve opvoedingsondersteuning wordt voldaan Stimuleren van investering door zorgverzekeraars in Juridisch gezond gedrag Aanstellen van een coördinator/adviseur op het Juridisch gebied van gezond gewicht Stimuleren van projecten waarbij sportclubs en Economisch buurtwerk samenwerken met thuiszorg en GGD Aanbod van een programma aan patiënten gericht op Voorziening gezonde voeding en beweging Stimuleren van huisartsenpraktijken om patiënten Voorziening door te verwijzen naar diëtist, jeugdgezondheidszorg of sportclub Deskundigheidsbevordering onder zorgaanbieders Communicatief (waaronder consultatiebureau-artsen) op het gebied van signalering van overgewicht en mogelijkheden om overgewicht te voorkomen Individuele informatie en adviesgesprekken door jeugdartsen en verpleegkundigen via periodiek geneeskundig onderzoek Persoonlijke benadering door schoolarts om te dik Communicatief Okido wordende kinderen aan te sporen deel te nemen aan cursus Ondersteunen van spreekuur van voedings- en/of Communicatief bewegingsdeskundige Oudercursus gezonde voeding Communicatief Gezonde voeding hoeft niet veel te kosten Voeding Beleid omtrent voeding om herstel te bevorderen en Juridisch verandering in de toekomst te bewerkstelligen Verbetering van begeleiding en ondersteuning Communicatief borstvoeding Ondersteuning van buurt- en speeltuinverenigingen Voorziening bij het organiseren van een voedingsweek
32
Bewegen
Ondersteuning van persoonlijke advisering en interactief advies-op-maat-systeem om met behulp van eettesten het eigen voedingsgedrag in te kaart brengen Individueel aanbod van diëtist en/of counselor Groepscursus gezond eten
Communicatief
Beleid omtrent bewegen om herstel te bevorderen en verandering te bewerkstelligen Veranderingen aanbrengen in zorginstellingen om bewegen te stimuleren (bijvoorbeeld het stimuleren van trapgebruik, minder aantrekkelijk maken van liftgebruik, liftgebruik limiteren voor gehandicapten) Bewegen bij baby’s bevorderen Aanbieden van deskundigheidsbevordering aan huisartsen en andere zorgverleners om te laten zien dat ook bewegingsstimulering een van hun taken kan zijn
Juridisch
Communicatief Communicatief
Gezonde voeding hoeft niet veel te kosten
Gezonde voeding hoeft niet veel te kosten
Voorziening
Voorziening Communicatief
33
Tabel 4E Instrumenten ingedeeld naar thema in te zetten vanuit overige beleidsvelden Overig Thema Instrument Type Projectvoorbeeld Voeding en OverRealiseren van een steunpunt voeding en bewegen/ Juridisch beweging gewicht werkgroep overgewicht. Partners kunnen zijn gemeente, wijk- of buurthuis en de doelgroep. En afhankelijk van het te bereiken doel zijn daarnaast te betrekken: school, thuiszorg, huisarts, zorgverzekeraar, woningbouwcorporatie, consultatiebureau, kinderdagverblijf en/of ziekenhuis. Taken zijn: opstellen van onderzoek naar aangrijpingspunten voor vroegtijdige signalering en preventie van overgewicht, opstellen van samenwerkingsovereenkomst in wijk t.a.v. van preventie van overgewicht, signaleren en verhelpen van lacunes in het bestaande aanbod aan interventies, signaleren van gewoonten van de jeugd in de gemeente wat betreft voeding en beweging, ondersteunen van onderzoek naar ontbijt- snackgedrag, frisdrankgebruik en het eten van fruit, richtlijnen formuleren t.a.v. lokale reclame en media, ondersteunen en stimuleren van meer laagdrempelige sport- en beweegactiviteiten die tegemoet komen aan de wensen en de behoeften van de doelgroep, e.d. Financiële ondersteuning aan wijkgerichte projecten Economisch gericht op het voorkómen van overgewicht Agendasetting, bewustwording of kennisvermeerCommunicatief Gezonde (op)voeding in dering. O.a.via lokale media, het organiseren van beweging een wijkoptocht, themaweek, bewustwordingsmanifestatie of groepsvoorlichting Integratie van reguliere activiteiten in de wijk en Communicatief Kinderkookcafé gerichte voedings- en beweegactiviteiten (Kinderkookcafé, materialenuitleen van gezond snoepen en peer education, deelname Junior Hartdag, Heart Dance Award) Voeding Formuleren van richtlijnen t.a.v. lokale reclame en Juridisch media en t.a.v. (on)gezonde voeding in de wijk Verstrekking van gratis of gesubsidieerde groente, Economisch fruit (en melk) aan bepaalde groepen bewegen Het openstellen van sportfaciliteiten via gemeentepas Voorziening voor laagdrempelige sportbeoefening Contributie sportverenigingen opnemen in het Juridisch minimabeleid
34
Bijlage 2: Projectbeschrijvingen Naam interventie Organisator:
Doelstelling:
Schoolkantine-project Voedingscentrum Mw. Engelhart Postbus 85700 2508 CK Den Haag Tel.: (070) 306 88 88
[email protected] Het creëren van basisvoorwaarden voor het realiseren van een beter en gezonder voedingsbeleid binnen scholen, uitmondend in een gezonde en veilige voedselverstrekking
Doelgroep:
Scholieren in het voortgezet onderwijs Intermediairen: Binnen de schoolsetting: directie, docenten, kantinebeheer, ouders Buiten de schoolsetting: GGD, cateraars
Setting: Activiteiten/ werkwijze:
School Dit project richt zich op het stimuleren van een goed kantinebeleid op scholen voor voortgezet onderwijs als onderdeel van de Gezonde School. De werkwijze biedt acht strategieën die ingezet kunnen worden in het onderwijs. -
-
Voedingsbeleid Een gezond en veilig schoolklimaat (hygiënisch verantwoord en evenwichtig aanbod in de kantine) Voedingeducatie in de les (gericht op de bewustwording en het trainen van keuzevaardigheden) Sport en bewegen (voedingseducatie heeft raakvlakken met bewegen) Zorgaanbod (resultaten uit de periodieke geneeskundige onderzoeken waarbij de BMI wordt meegenomen) kan een goed aanknopingspunt bieden voor een school om iets aan het kantineaanbod te gaan doen Psychologische en sociaal-emotionele ondersteuning Ouder- en buurtparticipatie Gezondheidsbevordering op de werkplek
Uit onderzoek is gebleken dat beleid voor een gezonde school pas echt effectief is als dit bestaat uit een mix van verschillende strategieën en methoden die zich uitstrekken over een langere periode (minimaal 3 tot 5 jaar). Dit betreft niet alleen de inzet van project- en lesactiviteiten, maar ook beleid en regelgeving binnen een school, en de fysieke inrichting en omgeving van de school. Materialen:
Schriftelijke materialen: - Goed voorbereid naar een gezond kantinebeleid. Stappenplan voor schoolleiders. - Naar een gezond en lekker kantineaanbod. Informatie voor kantinebeheerders - Hygiëne in een veilige schoolkantine. Informatie voor de kantine beheerder - Gezond eten, ook op school. Informatie voor ouders - Lesactiviteiten voor een gezonde keuze in de schoolkantine. Handleiding voor docenten en werkbladen voor 12-16 jarigen - Posters voor scholieren - Assortimentsmeter voor de kantinebeheerder - Draaiboek voor de GGD’en voor de regionale invoering Op www.voedingscentrum.nl staan: - Tests voor scholieren - Checklist voor een gezonde en gezellige schoolkantine - Ook is al het schriftelijke materiaal hier gratis te downloaden
35
Naam interventie Organisator:
Doelstelling:
Doelgroep: Setting: Activiteiten/ werkwijze: Materialen:
Naam interventie Organisator:
Kies voor Hart en Sport NOC*NSF Dhr. Van den Bemt Postbus 302 6800 AH Arnhem Tel.: (026) 483 47 10 NOC* NSF biedt samen met de Hartstichting en het IOS een project aan om kinderen bewust te maken van de relatie tussen bewegen en gezondheid. Kinderen in de leeftijd van 10-12 jaar actief kennis te laten maken met diverse sportactiviteiten. Daarnaast streeft het project ernaar om een effectieve en structurele samenwerking te realiseren op lokaal niveau tussen scholen, sportaanbieders, de gemeente, de GGD en de provinciale sportraad. Alle kinderen in groep 7 en 8 van het basisonderwijs School en sportvereniging Kinderen worden in de gelegenheid gesteld om na een uitgebreid lesprogramma over sport, bewegen en gezondheid, vrijblijvend met diverse sportieve activiteiten kennis te maken. Een lespakket De school kan een lesmodule toevoegen als zij daar interesse in heeft, het is een verdieping van het lespakket. Creëren van omgevingsvoorwaarden om activiteiten te kunnen organiseren, zoals kennismakingslessen door sportverenigingen
Minimale interventiestrategie
EMGO-Instituut, VU medisch Centrum Afdeling Sociale Geneeskunde Mw. Renders Van der Boechorststraat 7 1081 BT Amsterdam Doelstelling: Het ontwikkelen en evalueren van een minimale interventiestrategie (MIS), ter preventie van overgewicht bij 5-jarige kinderen binnen de JGZ Ouders van kinderen uit groep 2 Doelgroep: Intermediairen: Artsen en verpleegkundigen in de JGZ Setting: De interventie wordt gegeven door jeugdartsen en jeugdverpleegkundigen en is inpasbaar binnen het Basis Taken Pakket van de jeugdgezondheidszorg. Activiteiten/w De interventie richt zich op de ouders en bestaat uit drie individuele vervolgconsulten erkwijze: met een jeugdarts/jeugdverpleegkundige. In het programma worden hulpmiddelen en adviezen aangereikt om het eet-, beweeg- en zittend gedrag van de kinderen te beïnvloeden. De adviezen worden zoveel mogelijk aangepast aan de kennis, mogelijkheden en motivatie van de ouders. Hierdoor wordt een advies op maat gegeven. Materialen: Folder voor ouders: Uw kind weer op goed gewicht: de aanpak van overgewicht bij kleuters Werkboek voor ouders. Schriftelijke handleiding met stappenplan voor jeugdartsen en jeugdverpleegkundigen Quick scan voor voedings- en beweeggewoonten Training voor jeugdartsen en jeugdverpleegkundigen Factsheets voor jeugdartsen en jeugdverpleegkundigen met een stappenplan per consult
36
Naam interventie Organisator:
Doelstelling: Doelgroep: Setting: Activiteiten/ werkwijze:
Materialen:
Voeding en beweging Gemeente Rotterdam Dienst Sport & Recreatie Mw. Berkhof
[email protected] Het bevorderen van gezonde voeding en beweging onder de Rotterdamse jeugd om overgewicht te reduceren en bewegingsarmoede te bestrijden Jeugd van 0-19 jaar, hun ouders, leerkrachten, en professionals uit de gezondheidszorg en welzijn School en wijk Om de doelstelling te bereiken worden activiteiten ingezet langs verschillende thema’s: a. Jeugd en buitenruimte De mogelijkheid tot buitenspelen, bewegen en sporten is van essentieel belang voor de goede ontwikkeling van een kind. Er wordt extra geïnvesteerd in de buitenruimte om deze zowel kwantitatief als kwalitatief meer geschikt te maken voor de jeugd b. Jeugd en binnenruimte Er komt geld beschikbaar voor het aanpassen en verbeteren van een twintigtal bij Sport & Recreatie in beheer zijnde gymzalen. Tevens wordt er gekeken op welke wijze de capaciteit geoptimaliseerd kan worden. c. Voeding en beweging Het project Voeding en beweging bestaat uit verschillende deelprojecten, te weten: - Helpdesk Voeding en Beweging - Themabijeenkomsten voor ouders - Interventies binnen het onderwijs - Monitoring via de Rotterdamse Jeugdmonitor en het Electronisch Cliënten Dossier van de jeugdgezondheidszorg - Sportstimulering d. Evenementen In 2005 vindt een groot scala aan evenementen plaats, zowel topsport- als breedtesportevenementen met als hoofddoel het promoten van Rotterdam als dynamische sportstad. Daarnaast wordt ook een groot aantal activiteiten en evenementen georganiseerd op deelgemeentelijk niveau en buurtniveau, gericht op sportstimulering en bewegingsbevordering Divers, o.a. Lespakket voeding en beweging
37
Naam interventie
JUMP-in
Organisator:
GG&GD Amsterdam Mw. De Meij Afd. Epidemiologie, Documentatie en Gezondheidsbevordering Postbus 2200 1000 CE Amsterdam Tel.: (020) 55 55 701 Overgewicht tegen gaan door kinderen in de basisschoolleeftijd meer te laten bewegen zodat zij de Nederlandse Norm voor Gezond Bewegen halen
Doelstelling: Doelgroep: Setting: Activiteiten/ werkwijze:
Materialen:
Kinderen van groep 1 t/m groep 8. Speciale aandacht is er voor groepen met een lage sociaal-economische status en Turkse en Marokkaanse meisjes. School JUMP-in is een project dat bestaat uit een mix van interventies die kinderen van 4 tot 12 jaar meer laten bewegen. JUMP-in bestaat uit verschillende programmaonderdelen. Interventies op school: - informatiebijeenkomst op school over het belang van bewegen en JUMP-in in het bijzonder - De klas beweegt - De school beweegt - Beweegweek - Naschoolse sportlessen Interventies vakdocent lichamelijke opvoeding: - invoering van een leerlingvolgsysteem (van het NISB) - samenwerking met clubs/verenigingen - tijdens gymles extra aandacht voor plezier, etc. Interventies ouders: - symposia - nieuwsbrief - sportactiviteiten voor ouders Interventies voor sportclubs: - uitvoering schoolsportactiviteiten - deskundigheidsbevordering van trainers Interventies stadsdeel: - coördinatie en samenwerking partners in de buurt - stimuleren en coördineren van sportactiviteiten in de buurt - coördinatie van de sport- en beweegscan van het NISB (omgevingsfactoren in kaart brengen en resultaten van de scans vertalen naar besluitvorming. In JUMP-in staat samenwerking met buurt, onderwijs en sport centraal. nieuwsbrief leerlingvolgsysteem
38
Naam interventie Organisator:
Doelstelling:
Doelgroep: Setting: Activiteiten/ werkwijze:
Materialen:
Naam interventie Organisator:
Doelstelling: Doelgroep: Setting: Activiteiten/ werkwijze: Materialen:
De gezonde sportvereniging NOC*NSF Papendallaan 60 Postbus 302 6800 AH ARNHEM Tel.: (026) 483 44 00 Fax: (026) 482 12 45
[email protected] www.sport.nl Opzetten van structureel gezondheidsbeleid binnen de vereniging aan de handvan criteria, zodat verenigingsleden sporten (of bij sport betrokken zijn) in een gezonde en veilige omgeving, wat op lange termijn leidt tot het vergroten van de gezondheidswinst en terugdringen van de gezondheidsrisico’s van de verenigingsleden. Verenigingen die structureel gezondheidsbeleid hebben ontwikkeld mogen het kwaliteitskeurmerk ‘De Gezonde Sportvereniging’ voeren. Leden van de sportvereniging en de sportverenigingen zelf Sportvereniging Opzetten van structureel gezondheidsbeleid binnen de vereniging aan de hand van criteria. Verenigingen die een structureel gezondheidsbeleid hebben ontwikkeld mogen het kwaliteitskeurmerk ‘De Gezonde Sportvereniging’ voeren. Per vereniging worden de volgende activiteiten opgepakt: - Bepalen beginsituatie gezondheidsbeleid - Bepalen van plan van aanpak - Uitvoeren van plan van aanpak - Toets door NOC*NSF en uitreiking vignet - Meewerken aan de evaluatie Voor de verenigingen is een handboek ontwikkeld waarin zijn opgenomen: stappenplan, basis- en keuzecriteria, factsheets voor de diverse gezondheidsthema’s en overzichten van beschikbare ondersteuning en materialen. Overige relevante informatie is te vinden op de speciale website die is opgezet voor dit project: www.sport.nl/gezondesportvereniging
Sport scoort! Samenwerking tussen de wijkwelzijnsorganisaties, basisscholen, sportverenigingen Stade Advies en Gemeente Utrecht
[email protected] [email protected] Dat meer kinderen vaker sporten en dat er een betere sportinfrastructuur in de wijk ontstaat Kinderen van 4 tot 12 jaar School In alle wijken van Utrecht worden op 60% van de basisscholen twee of meer takken van sport aangeboden. Het kennismakingstraject bestaat uit vier tot zes bijeenkomsten en eindigt bij de sportaanbieder -
39
Naam interventie
Fit & Fun (Onderdeel van Nederland in Beweging!)
Organisator:
NOC*NSF en de Stichting Jeugd in Beweging Informatie: Gwendolijn Boonekamp, Thomas van der Staak NOC*NSF, Nederland in Beweging! Postbus 302 6800 AH Arnhem Tel: (026) 483 47 49 Fax: 026 482 28 09
Doelstelling:
Doelgroep: Setting: Activiteiten/ werkwijze:
Het project maakt deel uit van het actieprogramma Nederland in Beweging! en van de Stichting Jeugd in Beweging. Het bewerkstelligen van een gezonde leefstijl bij jongeren van 13-15 jaar door ze te stimuleren te blijven bewegen of om weer actief aan sport te doen Door het instellen van een Fit & Fun team op school wordt ingespeeld op de gedragsdeterminant sociale omgeving en wordt een bijdrage geleverd aan het realiseren van de randvoorwaardelijke doelen. Jongeren van 13 t/m 15 jaar in de tweede klas van het voortgezet onderwijs School - Kweken van bewustwording van het belang van het behouden/verkrijgen van een actieve leefstijl (conditieverbetering, gewichtsverlies, ontspanning en het verkrijgen van zelfstandigheid) -
De lessenreeks bij biologie is een interventie waarmee getracht wordt jongeren bewust te maken van de relatie tussen hun lichaam en bewegen. In drie lessen tijdens het vak biologie wordt het thema Fit & Fun ‘bewegen en gezondheid’ (inspanningsfysiologie en sportblessurepreventie) uitgelegd.
Behalve in de biologielessen wordt ook in de les lichamelijke opvoeding gewerkt met het Fit & Fun programma. Tijdens de gymlessen wordt door middel van het test en spelcircuit op muziek aandacht besteed aan de gedragsdeterminant persoonlijke effectiviteit. Werkboekje, waarin de ‘personality test’, de ‘sport discovery test’, de beweegbarometer en een stappenplan in zijn opgenomen; lessenreeks Handleiding voor biologiedocenten Handleiding voor de docenten bewegingsonderwijs Ieder teamlid van het Fit & Fun team krijgt een 'coach-jack' en 'team organiser' (jongerenhandleiding) -
Materialen:
40
Naam interventie Organisator:
Doelstelling: Doelgroep: Setting: Activiteiten/ werkwijze:
Goede voeding hoeft niet veel te kosten GGD Zuidelijk Zuid-Limburg Team Integrale Schuldhulpverlening van de gemeente Maastricht M. Steenbakkers tel: (043) 382 17 89 Dhr. Soemers tel: (043) 350 36 03 Deelnemers leren hoe ze met een beperkt budget toch gezond kunnen eten Mensen met een laag inkomen/lage sociaal-economische status en mensen in de schuldhulpverlening in de regio Zuidelijk Zuid-Limburg Schuldhulpverlening - Verplichte budgetteringscursus van 13 bijeenkomsten, waarvan 2 bijeenkomsten van ieder 2 a 2,5 uur zijn ontwikkeld getiteld Gezonde voeding hoeft niet veel te kosten. Deelnemers worden gestimuleerd om gezonde keuzes te maken. - Voorlichtingsbijeenkomst: een diëtiste geeft de cursisten tijdens één van deze bijeenkomsten informatie over goede voeding in het algemeen, geeft smaaktesten en geeft aan op welke manier je goedkoop en gezond voeding kunt kopen én koken. - Supermarktrondleiding: 1 uur durende rondleiding in een supermarkt, waarin o.a. uitleg gegeven wordt over het lezen van etiketten en het vergelijken van diverse merkproducten en huismerkproducten op prijs en kwaliteit (smaaktesten).
Materialen:
Informatiemap voor cursisten + achtergrondinformatie. Brochure Lekker en gezond eten voor weinig geld. Het wekelijks beschikbare geld voor voedsel wordt in deze brochure vertaald naar verschillende gezonde weekmenu’s in de vorm van menusuggesties. Folder Top tien gezonde voeding van het Voedingscentrum Smaak- en eettesten (waaronder de groente en fruit-; warme maaltijd- en vettest) en prijsvergelijkingstesten Gratis voedingspakketje in de supermarkt (Huis)werkopdrachten Handleiding voor diëtisten Evaluatieformulieren voor beide bijeenkomsten
Naam interventie Organisator: Doelstelling:
Ontbijtproject voor de basisschool, Hartslag Limburg
Doelgroep: Setting: Activiteiten/ werkwijze:
Materialen:
GGD Zuidelijk Zuid-Limburg Het doel van het project is dat kinderen vaker gaan ontbijten en dat hun ontbijt beter voldoet aan de criteria voor een volwaardig ontbijt. Kinderen tussen de 4 en 12 jaar in achterstandswijken Basisschool De verschillende componenten van het programma zijn verspreid over twee weken aangeboden in drie groepen (twee groepen zes, een groep zeven) van twee basisscholen in Maastricht. Het ontbijtproject bestaat uit een voorlichtingsprogramma op basisscholen in achterstandswijken, voorafgegaan door focusgroep-interviews die inzicht zouden hebben geboden in de mogelijke oorzaken van het overslaan van het ontbijt. Ouders en leerkrachten zijn betrokken bij de ontwikkeling en uitvoering van het programma. In de tweede week krijgen de kinderen en hun ouders een ontbijt op school aangeboden. Het ontbijt is aan tafels die verdeeld zijn in de vier vakken van de voedingswijzer. Tijdens het ontbijt worden de kinderen en de ouders geïnformeerd over de eisen waaraan een verantwoord ontbijt moet voldoen. Er wordt een ontbijtquiz gespeeld met stellingen over ontbijten. Daarnaast verschijnt een artikel in het wijkblad en de schoolkrant over het project. Persoonlijke ontbijtkaart Ontbijtquiz
41
Naam interventie Organisator:
WhoZnext
WhoZnext is een project dat ondersteund wordt vanuit het landelijk campagneteam. NISB Papendallaan 50 postbus 32 6800 AA Arnhem
[email protected] www.whoznext.nl Doelstelling - Jongeren concrete voorbeelden en tips geven over de mogelijkheden die er zijn om zelf sport te regelen - Meer sportinitiatieven waarbij jongeren een organiserende en verantwoordelijke rol spelen - Volwassenen jongeren actief betrekken als het om sportactiviteiten gaat. Ze worden hierdoor uitgedaagd hun ideeën in praktische activiteiten om te zetten. - Jongeren van 14 tot 18 jaar stimuleren tot deelname aan sportieve activiteiten Doelgroep Jongeren van 14 tot 18 jaar. Setting School, wijk, sportvereninging Activiteiten/w WhoZnext-teams zijn groepen jongeren van ongeveer 8 personen, die met erkwijze: ondersteuning van een volwassen persoon zelf activiteiten organiseren. De teams zijn actief in de buurt, het onderwijs en de sportvereniging en worden ondersteund door een sportbuurtwerker/jongerenwerker, docent of trainer.
Materialen:
Ieder WhoZnext-team ontwikkelt zelf een campagneplan en een communicatieplan. Dit wordt getoetst aan het landelijke campagneplan en in de vorm van een overeenkomst vastgelegd. Het WhoZnext-team organiseert sportactiviteiten rond de school (binnen of buiten lesverband), op verenigingen of in de buurt. Tevens organiseren ze hun eigen promotieactiviteiten (ondersteunt door NISB). Toolkit WhoZnext-team: 10 brochures, achtergrondinformatie, videoband, posters, flyers, hooded sweater, t-shirt, tas, cap, nekhanger, WhoZnext-Gamebox, WhoZnextvlag, WhoZnext-boarding blauw of rood, WhoZnext-stand
Naam interventie
Gezonde (op)voeding in beweging
Organisator
Helmondse overkoepeling peuterspeelzalen Braakse Bosdijk 4 Postbus 458 5700 AL Helmond Tel: (0492) 54 02 15 Stimuleren van gezonde (op)voeding en beweging Kinderen van 0 tot 6 jaar en hun ouders, leidsters School en Zorg & Welzijn Met ouderparticipatie is gekozen voor liedjes, bewegingsspelletjes, opdrachtjes en het spelen in de speeltuin. De week werd afgesloten met een minimarkt in de speeltuin in de wijk. Op deze wijze worden de ouders voorgelicht over het belang van bewegingsstimulering en gezonde voeding. - Een themadoos met daarin diverse mogelijkheden om het thema aan de orde te laten komen - Een ideeënboek met activiteiten - Posters en folders
Doelstelling: Doelgroep: Setting: Activiteiten/ werkwijze:
Materialen:
42
Naam interventie Organisator:
Doelstelling: Doelgroep: Setting: Activiteiten/ werkwijze:
Victory Camp Stichting Victory op Overgewicht Floris Heermalestraat 15 bis 3514 VV Utrecht Tel: (030) 272 30 77
[email protected] www.victorycamp.nl Het vergroten van het zelfvertrouwen van de tiener en van het inzicht in een gezonde levensstijl Tieners met overgewicht in de leeftijdscategorie 11 tot en met 17 jaar Vakantiekamp Het tweewekelijkse programma van Victory Camp is gebaseerd op drie peilers (voeding, psychologie en beweging). Het richt zich op bewegen, allerlei sporten komen voorbij en daarnaast zal er veel informatie gegeven worden over een gezonde leefstijl. Middels een verantwoord en goed doordacht programma geeft Victory Camp praktische adviezen en tips in de stijl van de tieners.
Naam interventie
Kinderkookcafé
Organisator:
Voedingscentrum Jeltje Snel tel: (070) 306 88 78 Wieteke van Zadelhoff Tel: (070) 306 88 85 www.voedingscentrum.nl
Doelstelling:
Doelgroep: Setting: Activiteiten/ werkwijze:
Materialen:
Voor dit project werkt het Voedingscentrum samen met twee GGD’en: GGD Hart voor Brabant in Den Bosch en Hulpverlening Gelderland Midden in Arnhem Positief beïnvloeden van de determinanten kennis, bewustwording, attitude (met name voorkeuren) en eigen effectiviteit (met name vraag- en onderhandelvaardigheden) van 9-12-jarigen op het gebied van groente- en fruitconsumptie Kinderen tussen de 9 en 12 jaar met een lage sociaal-economische status Wijk Het Kinderkookcafé is een activiteit waarbij kinderen samen gerechten met groente en fruit klaarmaken, proeven en mee naar huis nemen. Het koken gebeurt in buurthuizen in achterstandswijken, onder leiding van kookbegeleiders. De werving van de kinderen voor het Kinderkookcafé loopt via de school en het buurthuis. Het streven is om alle kinderen van 9-12 jaar uit de deelnemende wijken één middag te laten koken. Voor het Kinderkookcafé is een serie van negen menu's ontwikkeld. Hierbij is rekening gehouden met voedingsgewoonten en -voorschriften van kinderen uit achterstandswijken (zo wordt het gebruik van varkensvlees gemeden of er worden alternatieven aangedragen). De recepten zijn per menu afgedrukt en vormgegeven op een manier die de doelgroep aanspreekt. De bereiding van de gerechten wordt stapsgewijs uitgelegd en met plaatjes ondersteund. De kinderen krijgen de recepten na afloop mee naar huis.
43
Naam interventie Organisator:
Doelstelling
Doelgroep Setting Activiteiten/ werkwijze:
Materialen:
SchoolGruiten SchoolGruiten is een initiatief van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, het Produktschap Tuinbouw en AGF Promotie Nederland. De ministeries van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij ondersteunen het project. Uitvoering vindt plaats in nauwe samenwerking met het Voedingscentrum. Gruitlijn: (079) 347 08 10 (speciale informatielijn) Fax: (079) 347 05 05 email:
[email protected] www.schoolgruiten.nl Het doel is kinderen te stimuleren vaker voor groenten en fruit te kiezen door middel van attitudeverandering. Daarnaast wordt ook op het aspect van voldoende bewegen gewezen 4- tot 12-jarige scholieren uit groep 1 t/m 8 van het basisonderwijs, hun ouders, verdere gezinsleden. Daarnaast ook de leerkrachten in het basisonderwijs Basisscholen, schoolbesturen en gemeente Schoolinterventie in 2003-2004, waarbij lesmaterialen voor 26 lessen worden gebruikt, met daarnaast drie specifieke methodes: - Peer education - Voor- en door methode (o.a. vijf videofilmpjes) - Voedingsadvies op maat (persoonlijk afgestemde voorlichting op CD-rom). website - Gruitposters - kennismaking met groenten- en fruithapjes in zeven steden: Den Haag, Dordrecht, Leiden, Breda, Deventer, Zwolle en Almelo. Kinderen krijgen op school tweemaal per week een hapje uitgereikt. - Gruiten on tour: een aparte promotietournee lesmethode groep 5 tot en met 8 video Gruitposters website hapjes advies
Naam interventie
Cursus RealFit
Organisator:
GGD Westelijke Mijnstreek
[email protected] Bestrijden van overgewicht onder jongeren van 14 tot en met 18 met een programma van voedingseducatie en individuele begeleiding, beweging en psychologische begeleiding, zodat het risico op chronisch en hardnekkig overgewicht op latere leeftijd afneemt Jongeren met overgewicht tussen de 14 en 18 jaar, hun ouders en docenten Fitnesscentrum Het programma van de cursus RealFit bestond uit: - 12 keer een veelzijdig bewegingsaanbod in het fitnesscentrum - 3 voorlichtingsbijeenkomsten, waarin informatie over gezonde voeding en leefstijlaanpassingen gegeven werd - Deelname aan een fitheidstest bij aanvang en aan het einde. Aan de hand van deze test kon vooruit- dan wel achteruitgang in fitheid in kaart gebracht worden. - Mogelijkheid voor gratis persoonlijke voedingsbegeleiding - Voor ouders een aparte voorlichtingsbijeenkomst Draaiboek bewegingslessen RealFit Werkplan RealFit
Doelstelling:
Doelgroep: Setting: Activiteiten/ werkwijze:
Materialen:
44
Naam interventie Organisator:
Doelstelling:
Doelgroep: Setting: Activiteiten/ werkwijze:
Materialen:
Okido Christien Pieterse GGD Gelre-IJssel Postbus 90, 7400 AB Deventer (0570) 66 46 64
[email protected] Het ontwikkelen en uittesten van een interventieprogramma bestaande uit meerdere interventies gericht op de preventie en curatie van overgewicht bij kinderen van groep 7 door het verbeteren van de kennis, de attitude, de subjectieve norm, de waargenomen gedragscontrole, de intentie en het gedrag van kinderen en hun ouders omtrent gezonde voeding en beweging in relatie tot (over)gewicht en gezondheid Basisschoolleerlingen van groep 7 en hun ouders School Het interventieprogramma Okido bestaat uit meerdere onderdelen. - Wegen en meten. Het interventieprogramma start met het wegen en meten van alle deelnemende leerlingen door de jeugdverpleegkundige van de GGD. - Projecthoek. De deelnemende leerkrachten ontvangen een leskist - Lessen in de klas. Alle kinderen volgen in de klas een serie van 3 lessen van circa 1 uur. De eerste wordt gegeven door een jeugdverpleegkundige, de tweede door een diëtist en de derde door een beweegconsulent. - Schriftelijke informatie voor ouders. Alle ouders van de leerlingen worden door middel van schriftelijke informatie op de hoogte gehouden van het project op school. - Stimuleren schoolbeleid. De deelnemende scholen worden door middel van schriftelijke informatie gestimuleerd om een actief schoolbeleid te voeren omtrent gezonde voeding en bewegen. - Groepsgesprekken. De ouders van de kinderen met (dreigend) overgewicht worden uitgenodigd voor 2 groepsgesprekken met de jeugdverpleegkundige van de GGD en de diëtist van de thuiszorg. - Cursus. De kinderen met (dreigende) obesitas worden samen met hun ouders uitgenodigd voor een cursus van 9 bijeenkomsten. De deelnemende leerkrachten ontvangen een leskist met: Demonstratiematerialen (plastic fruit en sportattributen), Bibliotheekboeken, Een Okido-poster voor gedragsregels, De poster ‘Nederland krijgt dikke problemen’ van de Nederlandse Vereniging voor Diëtisten De beweegmeter met bijbehorende stickers Een projectmap met toelichting over de opzet van Okido De deelnemende cursisten ontvangen een cursusmap.
45
Naam interventie Organisator:
Doelstelling:
Doelgroep:
Setting: Activiteiten/ werkwijze:
Wikken en (be)wegen GGD Regio Nijmegen Contactpersoon: Sylvia Meijer (024) 329 72 16
[email protected] Een bijdrage leveren aan: - het voorkomen van overgewicht bij kinderen - het terugdringen van het aantal kinderen met (neiging tot) overgewicht Doelgroepen: Kinderen van 4 tot 15 jaar en de ouders van 0- tot 15-jarigen Intermediaire doelgroepen: Leidsters peuterspeelzalen en kinderdagverblijven, leerkrachten basisonderwijs, docenten voortgezet onderwijs (klas 1 en 2), verpleegkundigen en artsen 0-4- en 4-19jarigenzorg Kindercentra, basisonderwijs, voortgezet onderwijs / gezondheidsonderzoeken op locatie (scholen en consultatiebureau’s) bij de 0-4- en 4-19-jarigen Doelgroep 0-4-jarigen - Themabijeenkomst Gezonde (Op)Voeding op 20 kinderdagverblijven en peuterspeelzalen per jaar - Het themapakket Gezonde (Op)Voeding is daarvoor ontwikkeld inclusief een ondersteuningsaanbod voor de verpleegkundigen die deze bijeenkomst uitvoeren Doelgroep 4-12-jarigen - Ouderbijeenkomst voedingsvoorlichting en bewegingsstimulering door diëtist en beweegconsulent - Voedingslessen voor groep 1 t/m 8 middels 3 lesboxen voor onder-, middenen bovenbouw. Gericht op tussendoortjes, ontbijten, dranken - Advisering m.b.t. schoolgezondheidsbeleid; regels en afspraken, trakteren etc. - Implementatie beweegmethode De klas beweegt, een methode met 1001 beweegoefeningen voor in het klaslokaal - Training van het leerkrachtenteam op de beweegmethode De klas beweegt - 2 gymlessen gekoppeld aan het programma Wikken en (Be)Wegen Doelgroep 12-15-jarigen - Aanhaken bij FLASH!-campagne voor het VMBO - Advisering kantinebeleid Thema-onderzoek: in het schooljaar 2003-2004 is tijdens de gezondheidsonderzoeken (5/6-jarigen en 10/11-jarigen) het gewicht in relatie tot de lengte van de kinderen in Nijmegen en de regiogemeenten in kaart gebracht. Ook zijn vragen gesteld aan ouders (en kinderen) over voeding en beweging. Per school is er inzicht in het overgewichtpercentage.
Materialen:
Cursus Kinderen in beweging Een disciplinaire aanpak voor kinderen met overgewicht Themapakket Gezonde (Op)Voeding (zelf ontwikkeld) Voedingslesboxen onder-midden bovenbouw (deels zelf ontwikkelt, deels samengesteld uit landelijk materiaal)) Methode De klas beweegt (fysio-educatief) Leerkrachtentraining Ouderbijeenkomst basisonderwijs (zelf ontwikkeld)
46
Bijlage 3: Instellingen die zich bezig houden met Overgewicht Wie kan u lokaal helpen bij overgewicht? - De lokale GGD is belangrijkste ingang. - NIGZ voor lokale ondersteuning: Helpdesk NIGZ Lokaal Gezond
[email protected] (0348) 43 76 27 Het NIGZ kan eventueel ook bemiddelen in kennis en aanbod van anderen. Het NIGZ Het NIGZ (Nationaal Instituut voor Gezondheidsbevordering en Ziektepreventie) ontwerpt programma's waarmee gezond gedrag en een gezonde omgeving worden bevorderd. Het NIGZ helpt met name gemeenten, lokale gezondheidsorganisaties en bedrijven met het ontwikkelen, implementeren en evalueren van gezondheidsbeleid. wordt aan gezondheidsprofessionals praktische ondersteuning geboden in de vorm van informatievoorziening, training, voorlichtingsmethodieken en -materialen, advisering en coaching. Het NIGZ wil mensen informeren over hoe ze gezond kunnen blijven en over wat een (on)gezonde leefstijl is. Ook ondersteunt het NIGZ professionals die gezondheidsvoorlichting geven. Daarnaast draagt het NIGZ met onderzoek (reviews) en advisering bij aan de informatievoorziening over de openbare gezondheidszorg. Niet alleen landelijk maar ook lokaal werkt het NIGZ samen met beleidspartners. Zowel met gemeenten als met het management van (thuis)zorginstellingen, onderwijsinstellingen, bedrijven en non-profitorganisaties wordt samengewerkt. Het gaat dan vooral om het ontwikkelen, formuleren en implementeren van gezondheidsbevorderend beleid of programma’s. De Bleek 13 Postbus 500 3440 AM Woerden Telefoon: (0348) 43 76 00 Fax: (0348) 43 76 66 E-mail:
[email protected] www.nigz.nl GGD Nederland GGD Nederland is de landelijke vereniging voor GGD’en. De vereniging behartigt de belangen van alle GGD’en. Namens de GGD'en is GGD Nederland een belangrijke gesprekspartner voor bijvoorbeeld het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG). De vereniging beschikt over een ondersteunend instituut voor al haar activiteiten en projecten. GGD'en dragen bij aan de bevordering en de bewaking van de gezondheidszorg van de Nederlandse bevolking. GGD Nederland ondersteunt die werkzaamheden door: 1. Collectieve belangenbehartiging van de GGD'en bij overheden en maatschappelijke organisaties op landelijk niveau; 2. Het bieden van een platform voor overleg en (beleids)afstemming voor de GGD'en onderling; 3. Het verwerven en uitvoeren van projecten die ondersteuning bieden aan het functioneren van de GGD'en of die bijdragen aan de ontsluiting van nieuwe beleidsterreinen.
47
Bezoekadres: Adriaen van Ostadelaan 140 3583 AM Utrecht Correspondentieadres: Stichting Instituut GGD Nederland Postbus 85300 3508 AH Utrecht Telefoon: (030) 2523004 Fax: (030) 2511869 E-mail:
[email protected] www.ggd.nl Het Kenniscentrum Overgewicht De doelstelling van het Kenniscentrum Overgewicht (KCO) is het toegankelijk maken van onderzoek en het stimuleren, waar nodig, van onderzoek op het terrein van de etiologie, de preventie en behandeling van overgewicht. Dit doel wordt bereikt door bundeling van de gezamenlijke expertise, het benutten van elkaars netwerken en een herkenbare profilering naar buiten. Het kenniscentrum verzamelt informatie, is een vraagbaak voor preventiemedewerkers en hulpverleners en verstrekt informatie aan de media. Het kenniscentrum is beschikbaar voor het beantwoorden voor ad hoc vragen van het ministerie van VWS op het terrein van oorzaken, gevolgen en strategieën voor de behandeling en preventie van overgewicht en obesitas. Met het RIVM (VTV) is afgesproken dat het kenniscentrum de informatie op het terrein van overgewicht en obesitas actueel houdt en updates verzorgt ten behoeve van het Kompas Volksgezondheid en de Atlas Volksgezondheid. Kenniscentrum Overgewicht VU Medisch Centrum, EMGO-Instituut Van der Boechorststraat 7 1081 BT, Amsterdam Telefoon: (020) 4441712 Fax: (020) 4448181 E-mail:
[email protected] www.kenniscentrumovergewicht.nl NISB NISB (Nederlands Instituut voor Sport en Bewegen) wil zoveel mogelijk maatschappelijke winst met sport en bewegen behalen. De opdracht luidt een kennis- en innovatiecentrum voor sport en bewegen te ontwikkelen, voor het brede veld van sport en bewegen (georganiseerd, anders georganiseerd en ongebonden). NISB verwerft opdrachten van landelijke, provinciale en gemeentelijke instituties die hun focus hebben op bijvoorbeeld gezondheid, welzijn of onderwijs, maar daarbij sport en bewegen inzetten als middel om hun doelen te bereiken. Als landelijke organisatie richt NISB zich vooral op zogenoemde intermediaire organisaties. Dat betekent dat NISB samenwerkt met ministeries, provincies en gemeenten, sportorganisaties, opleidingsinstituten, gezondheidsbevorderende instellingen, provinciale sportraden, grootstedelijke sportservicepunten en andere organisaties waar sport en bewegen direct of indirect een rol spelen. Met bijvoorbeeld de FLASH!-campagne stimuleert NISB ook diverse publieksgroepen tot een actieve leefstijl.
48
Bezoekadres Papendallaan 50 6816 VD Arnhem Correspondentieadres Postbus 32 6800 AA Arnhem Telefoon: (026) 483 38 00 Fax: (026) 483 38 90 E-mail:
[email protected] www.nisb.nl NOC*NSF Nederlands Olympisch Comité*Nederlandse Sport Federatie (NOC*NSF) is de bundeling van de georganiseerde sport in Nederland. NOC*NSF wil de kwaliteit van de sport in Nederland verhogen, met aandacht voor top- en breedtesport. Daartoe is het NOC*NSF-beleid opgebouwd rond de thema's kwaliteit, kennis, geld en dienstverlening. Met het Manifest Nederland Sportland heeft NOC*NSF haar visie op de rol van sport in de Nederlandse maatschappij verwoord. De nationale sportkoepel wil uitdragen dat sport veel beter benut kan worden. NOC*NSF daagt ook anderen uit om te investeren in die kracht van sport. Bij het Informatiecentrum NOC*NSF kun je terecht met algemene vragen over de NOC*NSForganisatie en haar activiteiten. Het informatiecentrum is ook het centrale besteladres voor NOC*NSF-publicaties. NOC*NSF Papendallaan 60 Postbus 302 6800 AH Arnhem Telefoon: (026) 483 44 00 Fax: (026) 482 12 45 E-mail:
[email protected] www.sport.nl TNO TNO is in 1932 bij wet opgericht om onderzoek toepasbaar te maken voor bedrijven en overheden. TNO is een kennisorganisatie voor bedrijven, overheden en maatschappelijke organisaties en maakt wetenschappelijke kennis toepasbaar om het innovatief vermogen van bedrijfsleven en overheid te versterken. TNO is onder andere in te schakelen voor advies over het te voeren beleid en het verbeteren van producten en processen en Contractresearch in opdracht van overheden, bedrijven en organisaties. Terreinen waarop TNO adviseert, zijn onder andere de ruimtelijke inrichting van Nederland, logistiek en mobiliteit, de ontwikkelingen op het gebied van ICT, gezondheidszorg, beleid en management van arbeid, ecologie en duurzame ontwikkeling, voedselveiligheid en andere vormen van maatschappelijke veiligheid. Ook op het gebied van de interactie tussen mens en machine treedt TNO op als consultant. TNO Telefoon: Fax:
(015) 0696900 (015) 2612403
49
E-mail:
[email protected] www.tno.nl Het RIVM Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) is het onderzoeksinstituut van de overheid op het gebied van volksgezondheid en milieu. Het Milieu- en Natuurplanbureau is ook ondergebracht bij het RIVM. Het RIVM verricht niet alleen zelf onderzoek, maar verzamelt ook wereldwijd kennis en past die kennis toe. Het RIVM brengt jaarlijks een groot aantal rapporten en adviezen uit. Het RIVM onderzoekt veel aspecten op het gebied van volksgezondheid, voeding, milieurisico's, calamiteiten, milieu en natuur. De resultaten van het onderzoek worden vooral gebruikt door beleidsmakers en toezichthouders. Met de onderzoeksresultaten kunnen zij nieuwe regelgeving maken, bestaande regelgeving aanpassen of de uitvoering van regelgeving controleren. Bezoekadres Antonie van Leeuwenhoeklaan 9 3721 MA Bilthoven Correspondentie adres Postbus 1 3720 BA Bilthoven Telefoon: (030) 274 91 11 Fax: (030) 274 29 71 E-mail:
[email protected] www.rivm.nl Het Voedingscentrum Elke Nederlander kan met vragen over gezond en veilig eten terecht bij de onafhankelijke organisatie Stichting Voedingscentrum Nederland. Het Voedingscentrum wordt gefinancierd door de Nederlandse overheid (ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij en ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport) om consumenten wetenschappelijk verantwoorde, eerlijke informatie te geven over gezonde voeding en voedselveiligheid. Daarnaast bevordert het Voedingscentrum gezond eetgedrag met projecten en campagnes, met als doel: concrete gezondheidswinst. Een aantal activiteiten van het voedingscentrum zijn het beschikbaar stellen van informatie via internet (www.voedingscentrum.nl en www.studentenkeuken.nl) en via een digitale nieuwsbrief, het ontwikkelen en uitvoeren van communicatieprojecten en campagnes op het gebied van gezond en veilig eten, het beheren en uitvoeren van de Hygiënecode voor zorginstellingen en het ondersteunen van de invoering daarvan en het ontwikkelen van lesmaterialen voor het onderwijs. Bezoekadres Eisenhowerlaan 108 2517 KL Den Haag Correspondentieadres Postbus 85700 2508 CK Den Haag Telefoon: (070) 306 88 88 Fax: (070) 350 42 59 www.voedingscentrum.nl
50