PRAKTISCHE HANDLEIDING VOOR DE DUURZAME BOUW EN RENOVATIE VAN KLEINE GEBOUWEN - PRAKTISCHE AANBEVELING TER03 -
OVER HET VERVAARDIGEN VAN EEN FIETSENGARAGE Het ontwerp van gerieflijke en veilige fietsparkeervoorzieningen, in combinatie met de voetgangersingang van de gebouwen, voor een gemakkelijk dagelijks gebruik.
PRINCIPES CONTEXT De fiets biedt vele voordelen: hij is milieuvriendelijk en dringt zich in de stad op als een uitermate snel, soepel en zelfstandig vervoermiddel. Om het dagelijkse gebruik van de fiets te bevorderen en komaf te maken met problemen van fietsparkeren en diefstal, is het noodzakelijk dat de fietsers, in de woongebouwen en op hun plaats van bestemming, of in de directe nabijheid ervan, over gerieflijke en veilige fietsenstallingen kunnen beschikken. Overdekte fietsenstalling aan de ingang van een wooncomplex in Riehen (Bazel – CH). Foto: B. Thielemans
BENADERING > Nabijheid: De fietsenstalling moet zich op het perceel bevinden, op maximaal 20 m van de plaats van bestemming voor middellang parkeren, en op maximaal 50 m voor langparkeren (dag/nacht). Voor woongebouwen wordt de fietsenstalling met de voetgangersingang gecombineerd. De weg naar de plaats van bestemming moet tegen weer en wind beschermd zijn. Ondergrondse fietsenstallingen worden op de eerste kelderverdieping en in de nabijheid van de liften geïnstalleerd. > Zichtbaarheid: De plaats van de fietsenstalling moet gemakkelijk herkenbaar zijn. In de fietsenstalling is het aangewezen om een of twee fietsparkeersystemen te hebben die men gemakkelijk als zodanig kan identificeren. > Veiligheid: De fietsenstalling wordt aangeboden op plaatsen met een sterke sociale controle. Donkere zones en verborgen hoeken zijn uitgesloten. > Toegankelijkheid: De fietsenstalling moet vanaf de weg, de woning of het kantoor gemakkelijk toegankelijk zijn. Trappen zijn te vermijden. > Integratie: Het is wenselijk om qua design en integratie van de fietsenstalling in haar omgeving, een studie uit te voeren om de fietsenstalling een positief en innemend imago te verlenen. > Verlichting: Om eventuele dieven te ontmoedigen en voor een grotere veiligheid en veiliger gevoel, worden de fietsenstallingen bij voorkeur geïnstalleerd op een plaats met veel licht. Op donkere BLZ. 1 VAN 20 – FIETSENSTALLINGEN PLANNEN - OKTOBER 2007 PRAKTISCHE HANDLEIDING VOOR DE DUURZAME BOUW EN RENOVATIE VAN KLEINE GEBOUWEN - PRAKTISCHE AANBEVELING TER03 -
plaatsen en ‘s nachts worden ze kunstmatig verlicht. > Beschut: Een fietsenstalling bestemd voor langparkeren, moet tegen weer en wind beschut zijn. De keuze van de ligging onder een bestaand afdak kan besparingen opleveren. INDICATOREN Voor woongebouwen wordt het nodige aantal fietsparkeerplaatsen volgens hun grootte berekend (doorgaans uitgedrukt in aantal kamers). Voor kantoren en openbare gebouwen fietsparkeerplaatsen als volgt berekend: o o
(of
andere),
wordt
het
nodige
aantal
ofwel per m² overeenstemmende oppervlakte, ofwel volgens het Maximaal Gelijktijdig Aanwezige Bezoekersaantal (MGAB).
De kwaliteit van de fietsparkeervoorzieningen wordt beoordeeld op basis van de criteria die we hebben opgesomd in het hoofdstuk "Benadering". DOELSTELLINGEN
Minimaal: Toepassing van de wetgeving = naleving van de Gewestelijke Stedenbouwkundige Verordening (GSV). Zie uitvoering.
Aanbevolen: Berekening van het aantal fietsparkeerplaatsen volgens het aantal reële en potentiële gebruikers. Zie uitvoering.
Optimaal: Op het groeiend aantal fietsers anticiperen door in de mogelijkheid te voorzien om de fietsenstallingen uit te breiden met ongeveer 25% en door de meest gunstige parkeeromstandigheden te scheppen.
OVERZICHT VAN DE FIETSPARKEERVOORZIENINGEN KEUZE VAN DE VOORZIENINGEN VOLGENS DE PLAATS VAN DE STALLING VOORZIENINGEN
Individuele woning
Standaards: Omgekeerde U of boog
Collectieve woning
Ongeschikt
trein-, metro-, tram-, busstation
School, werkplek
Aanvaardbaar of gunstig
Sport-, winkel- of cultureel centrum
Overheidsdienst
Het meest geschikt Kleine winkel
PLAATS VAN DE STALLING
Fietsenrek
Hangsysteem
Fietskluis
BLZ. 2 VAN 20 – FIETSENSTALLINGEN PLANNEN - OKTOBER 2007 PRAKTISCHE HANDLEIDING VOOR DE DUURZAME BOUW EN RENOVATIE VAN KLEINE GEBOUWEN - PRAKTISCHE AANBEVELING TER03 -
VOORZIENINGEN
PLAATS VAN DE STALLING
Open fietsoverkapping, fietslokaal
Gesloten fietslokaal (deur + slot)
VEREISTEN VOLGENS DE PLAATS EN DE DUUR VAN DE STALLING VEREISTEN
PLAATS EN DUUR VAN DE STALLING School, Sport-, winkel- werkplek, Kleine winkel, of cultureel trein-, metro-, overheidsdienst centrum tram-, busstation
Maximale afstand van de fietsenstalling
Overkapping
Collectieve woning
Individuele woning
Lange duur dag en nacht
Lange duur dag en nacht
Korte duur
Middellange duur
Lange duur tijdens de dag
Minder dan een uur
Enkele uren
Van ‘s Van ‘s avonds Van ‘s avonds morgens tot tot ‘s morgens, tot ‘s morgens, ‘s avonds weekend weekend
20 m 10 m
Gunstig
20 m
(behalve indien (behalve indien gegroepeerd) gegroepeerd)
Noodzakelijk
Het beste: in de directe omgeving van de voetgangersingang. Aanvaardbaar indien geen andere oplossing: 50 m
Noodzakelijk
Noodzakelijk
Noodzakelijk
Gunstig in de Noodzakelijk winter in de winter
Noodzakelijk
Noodzakelijk
Specifieke verlichting
Nutteloos
Signalisatie
Nutteloos
Gunstig
Onderhoud
Heel beperkt
Beperkt maar regelmatig
Grondig en heel regelmatig
Grondig en heel regelmatig
Beperkt maar regelmatig
Neen
Uit te sluiten in de scholen en op de werkplek. Aanvaardbaar in openbare plaatsen (maximaal 60 €/jaar)
Neen
Neen
Tarifering
Neen
Noodzakelijk Noodzakelijk (identificatie (identificatie en en herhaling) herhaling)
Nutteloos
Volgens "Le type de parking selon la durée de stationnement" op www.provelo.org UIT TE SLUITEN PARKEERSYSTEMEN Over het algemeen moet men systemen vermijden die niet voldoende stabiliteit bieden om de fiets goed te ondersteunen (kromgetrokken voorwiel, enz.) en waarbij wiel en frame niet samen kunnen worden vastgemaakt (diefstal). BLZ. 3 VAN 20 – FIETSENSTALLINGEN PLANNEN - OKTOBER 2007 PRAKTISCHE HANDLEIDING VOOR DE DUURZAME BOUW EN RENOVATIE VAN KLEINE GEBOUWEN - PRAKTISCHE AANBEVELING TER03 -
Wiel te dik voor de fietsklem en onmogelijkheid om het kader vast te maken
Kromgetrokken voorwiel
Onstabiele fiets
De enige manier om het frame en het voorwiel aan een vast punt met een beugelslot vast te maken
Bron: www.provelo.org
ELEMENTEN VOOR EEN DUURZAME KEUZE TECHNISCHE ASPECTEN > Toepasbaarheid Afhankelijk van de configuratie van het gebouw, van de beschikbare ruimte, van de aanwezigheid van een achteruitbouwstrook, enz., moet men kiezen voor een binnen- of buiten, bedekte of niet-bedekte fietsparkeervoorziening. > Veiligheid Het moet mogelijk zijn om het frame en de beide wielen van de fiets vast te maken. Voor ‘s nachts of langparkeren is het wenselijk een gesloten en/of bewaakte ruimte te voorzien. > Universaliteit Het gekozen systeem moet voor alle fietsers toegankelijk zijn, ongeacht het model van hun fiets of hangslot. De voorkeur moet worden gegeven aan eenvoudige en functionele systemen. > Robuustheid Het materieel moet bestand zijn tegen vandalisme, tegen weersinvloeden en tegen een intensief gebruik. Sinds kort bevelen de fietsersbonden inox parkeersystemen aan die vrijwel onderhoudsvrij zijn en duurzamer zijn dan systemen in verzinkt staal.
MILIEUASPECTEN > Rationeel gebruik van de middelen Fietsparkeervoorzieningen nemen weinig plaats in, waardoor de ruimtelijke middelen en materialen beter kunnen worden benut, door globaal minder oppervlakte aan autoparkeergelegenheden te besteden, ten voordele van tuinen, woongelegenheid of diverse activiteiten. > Een efficiënter stedelijk milieu Dankzij de installatie van de fietsparkeervoorzieningen op het perceel, worden de voetpaden minder belast en worden de fietsen minder vaak aan verkeersborden of veiligheidshekken vastgemaakt. > Ecologische bouw van de overkappingen De aanbevelingen betreffende het waterbeheer en de materialen zijn van toepassing. De fietsoverkappingen kunnen als steun dienen voor een groen dak, voor zonnepanelen, enz.
BLZ. 4 VAN 20 – FIETSENSTALLINGEN PLANNEN - OKTOBER 2007 PRAKTISCHE HANDLEIDING VOOR DE DUURZAME BOUW EN RENOVATIE VAN KLEINE GEBOUWEN - PRAKTISCHE AANBEVELING TER03 -
ECONOMISCHE ASPECTEN > Investeringskost De onderstaande tabel geeft een overzicht van enkele kostenniveaus. Ter vergelijking, een autoparkeerplaats kost 10.000 tot 25.000 euro. Voorziening
Kost excl. BTW - installatie inbegrepen
Omgekeerde U (boog)
50 tot 55 € per fiets
Fietsenrek
30 tot 40 € per fiets
Hangsysteem
40 tot 50 € per fiets
Fietskluis (Box)
300 tot 900 € per fiets
Fietsoverkapping
130 tot 220 € per fiets
Lokaal van hard materiaal
1300 tot 1600 € per fiets
> Beheer: Het is nuttig een beheerder aan te stellen die toezicht houdt op de goede werking van de fietsenstallingen (onderhoud, verwijdering van achtergelaten fietsen, follow-up van de bezettingsgraad, enz.). > Minimaal onderhoud: De voorzieningen moeten weinig tot geen onderhoud vergen. > Kosteloosheid en tarifering: Er is geen reden dat een fietsenstalling betalend zou zijn, tenzij ze extra beveiliging biedt en de fietsen er voor lange duur kunnen worden geparkeerd. De kosteloosheid van stallingen van kwaliteit is een basisvereiste voor plaatsen waar men alleen fietsen kan parkeren. SOCIALE EN CULTURELE ASPECTEN > Mobiliteit De fiets bevordert de toegankelijkheid van de stadscentra en wijken en beperkt de verplaatsings- en parkeertijden. Fietsenstallingen in de nabijheid van trein-, metro- en busstations/haltes bevorderen het gebruik van het openbaar vervoer en bieden een grotere vrijheid van individuele verplaatsingen. > Gemak Om de fietsers in hun mobiliteitskeuze te sterken en hen af te raden de auto te nemen, moeten de fietsenstallingen in de eerste plaats praktisch zijn en een indruk geven van veiligheid, gebruiksvriendelijkheid en netheid. Het parkeersysteem moet de fiets, zelfs geladen, voldoende stabiliteit bieden, zonder eventuele bevestigingen of hangsloten. Idealiter moet men een kind in alle veiligheid in een kinderzitje kunnen vastmaken. > Design Het design van de fietsenstallingen, met de nadruk op het functioneel aspect, moet zodanig worden uitgedacht om een positief imago van de fiets over te brengen en de negatieve vooroordelen over de fiets als vervoermiddel te achterhalen. > Gezondheid en welzijn Dagelijks of regelmatig fietsen vermindert de stress en de risico’s van cardiovasculaire aandoeningen, van diabetes bij volwassenen, van obesitas en van verhoogde bloeddruk, en verbetert de kwaliteit van de botmassa, het uithoudingsvermogen en het psychologische welzijn. Bovendien hebben personen die dagelijks op weg naar het werk een frisse neus halen, een lager absenteïsme en leveren zij betere werkprestaties. > Zelfstandigheid van de kinderen Door het gebruik van de fiets, gecombineerd met het openbaar vervoer, verwerven kinderen BLZ. 5 VAN 20 – FIETSENSTALLINGEN PLANNEN - OKTOBER 2007 PRAKTISCHE HANDLEIDING VOOR DE DUURZAME BOUW EN RENOVATIE VAN KLEINE GEBOUWEN - PRAKTISCHE AANBEVELING TER03 -
een grote fysieke en psychische zelfstandigheid. DE JUISTE KEUZE MAKEN > De verhouding materiaal / milieuvriendelijkheid De robuustheid van de parkeersystemen heeft de overhand op de keuze van milieuvriendelijke materialen. Bijgevolg, hoewel de energiekost voor de productie van roestvrij en verzinkt staal hoog is, waarborgen deze materialen de robuustheid van het product in de tijd en vergen ze een minimaal onderhoud. > De verhouding ruimte / comfort Het heeft geen zin in een fietsenstalling meer plaatsen te plannen dan mogelijk is. Dat kan het manoeuvreren bemoeilijken, de fietsen beschadigen, en de fietser die de infrastructuur gebruikt zelfs vertraging doen oplopen, vuilmaken of verwonden. > Het totaal aantal plaatsen Het heeft geen zin het aantal fietsparkeerplaatsen al te zeer te vermenigvuldigen want een onderbenutte fietsenstalling schept een negatief beeld van het gebruik van de fiets. A contrario kan een fietsenstalling die op 80% bezet is, volzet lijken en nieuwe gebruikers ontmoedigen.
BLZ. 6 VAN 20 – FIETSENSTALLINGEN PLANNEN - OKTOBER 2007 PRAKTISCHE HANDLEIDING VOOR DE DUURZAME BOUW EN RENOVATIE VAN KLEINE GEBOUWEN - PRAKTISCHE AANBEVELING TER03 -
UITVOERING - GEMEENSCHAPPELIJKE ASPECTEN AAN ALLE VOORZIENINGEN PROGRAMMERING > Minimale doelstelling (): Naleving van de bepalingen van de Gewestelijke Stedenbouwkundige Verordening (GSV) o
Voor gebouwen met meerdere woningen, bepaalt de GSV: "Elk nieuw gebouw (…) omvat een lokaal voor het stallen van niet-gemotoriseerde tweewielers en kinderwagens. Dit lokaal voldoet aan de volgende voorwaarden: - het moet ter beschikking staan van alle inwoners van het gebouw; - het moet afmetingen hebben die verenigbaar zijn met de voorziene functie, rekening houdend met het aantal woningen, met minstens één stelplaats per woning; - het moet gemakkelijk bereikbaar zijn vanaf de openbare weg en de woningen; - het moet los staan van de parkeerplaatsen." BRBHG 21/11/2006, TITEL II, hoofdstuk V, artikel 17
o
o
Voor kantoren, voor oppervlakten bestemd voor activiteiten van hoogtechnologie en de vervaardiging van immateriële goederen, bepaalt de GSV: "Elk gebouw, nieuw gebouwd of heropgebouwd, bevat minstens één parkeerplaats voor fietsen per 200 m² vloeroppervlakte, met een minimum van twee parkeerplaatsen voor fietsen per gebouw." Voor oppervlakten bestemd voor ambachts-, nijverheids-, logistieke, opslagactiviteiten voor de vervaardiging van materiële diensten voor handelszaken, voor groothandel, voor grote speciaalzaken, voor voorzieningen van collectief belang of van openbare diensten en voor hotelinrichtingen, "Bij bouw of heropbouw wordt het aantal parkeerplaatsen voor fietsen vastgelegd op basis van een gemotiveerd voorstel van de aanvrager, met een minimum van twee parkeerplaatsen voor fietsen per gebouw." "Deze plaatsen voldoen aan de volgende voorwaarden: - ze zijn beveiligd; - ze zijn gemakkelijk toegankelijk vanaf de openbare weg; - ze zijn overdekt; - ze zijn uitgerust met een geschikte voorziening om de fiets vast te maken." BRBHG 21/11/2006, TITEL VIII, hoofdstukken IV en V, artikelen 13 en 17
o o
o
o
Voor scholen en ziekenhuizen, "moeten het personeel en de leerlingen bij voorrang parkeren in de vermelde voorzieningen (…°)." Bij voorzieningen met een hoofdtoegang voor het publiek, "moet de fietsenstalling zo dicht mogelijk bij de toegang gelegen zijn (ten hoogste op 20 m afstand), behoudens andersluidende veiligheidsvoorschriften van brandweer en politie. Als verscheidene voorzieningen dicht bij elkaar liggen, kan het aanbod gebundeld worden, vooral als dit de kwaliteit kan verhogen, bij voorbeeld door middel van een hogere overdekte parkeerverhouding of een groter aantal plaatsen." Voor fietsenstallingen voor middellange en lange duur "(haltes van het openbaar vervoer, cultuurvoorzieningen, sportvoorzieningen, ...) is minstens 50% van het aantal plaatsen overdekt." Een fietsenstalling voor kortstondig gebruik "(handelszaken, besturen, ...) hoeft niet noodzakelijk overdekt te zijn." BRBHG 21/11/2006, TITEL VII, Afdeling 4, Artikel 11
> Aanbevolen () en optimale () doelstellingen: Berekening van het aantal fietsparkeerplaatsen volgens het aantal reële en potentiële gebruikers. De behoefte aan fietsparkeerplaatsen varieert volgens het gewest, de stad en de wijk. In Brussel neemt men in aanmerking dat 2,5 tot 3% van de verplaatsingen per fiets gebeurt (cijfers van 1999: 1% in Brussel, 12% in Vlaanderen, 2% in Wallonië en 8% voor België) en telt BLZ. 7 VAN 20 – FIETSENSTALLINGEN PLANNEN - OKTOBER 2007 PRAKTISCHE HANDLEIDING VOOR DE DUURZAME BOUW EN RENOVATIE VAN KLEINE GEBOUWEN - PRAKTISCHE AANBEVELING TER03 -
men 0,29 fietsen per inwoner (0,70 in Vlaanderen, 0,39 in Wallonië en 0,56 in België). Aangezien het Gewest het aandeel van de fiets in het totaal aantal verplaatsingen beoogt te vergroten (15% in 2015), is het belangrijk dat de gebouwen voor de huidige en voor de potentiële gebruikers een voldoende aantal fietsparkeerplaatsen aanbieden. In een eerste benadering zullen wij ons op de hierna vermelde orden van grootte baseren. Vervolgens zullen deze cijfers moeten worden aangepast aan de lokale omstandigheden van elk project door middel van een enquête bij de gebruikers. o
Voor de woningen: Uitgaande van het principe dat met elke fiets een parkeerplaats moet overeenstemmen, beeldt de onderstaande tabel de orden van grootte af voor het aantal te plannen parkeerplaatsen, rekening houdend met de huidige situatie (0,29 fietsen per inwoner) en met een groei van het fietsenpark (0,50 fietsen per inwoner). Aanbevolen () 0,29 fietsen/inwoner
Doelstelling:
Optimaal () 0,50 fietsen/inwoner
Aantal te plannen plaatsen
Grondoppervlakte, keerruimte inbegrepen (*)
Aantal te plannen plaatsen
Grondoppervlakte, keerruimte inbegrepen (*)
1 kamer of studio
1
1,10 m² tot 2,85 m²
1
1,10 m² tot 2,85 m²
2 kamers
1
1,10 m² tot 2,85 m²
1,5
1,65 m² tot 4,28 m²
3 kamers
1,2
1,32 m² tot 3,42 m²
2
2,20 m² tot 5,70 m²
4 kamers
1,5
1,65 m² tot 4,28 m²
2,5
2,75 m² tot 7,13 m²
5 kamers
1,8
1,98 m² tot 5,13 m²
3
3,30 m² tot 8,55 m²
Grootte van de woningen:
(*) Oppervlakte voor loodrecht afwisselend hoog-laag parkeren aan weerskanten van de keerruimte = 1,10 m²; oppervlakte voor loodrecht parkeren op gelijk niveau aan één kant van de keerruimte = 2,85 m²
o
Voor de andere gebouwen: Het aantal aanbevolen () plaatsen wordt geschat op basis van het Maximaal Gelijktijdig Aanwezige Bezoekersaantal (MGAB) in het gebouw, aan de hand van de volgende in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest toepasselijke formule: MGAB wonende binnen een straal van 0,5 tot 5 Km 6 Overwegende dat in het BHG, 62% van de inwoners binnen een straal van 0,5 tot 5 Km van hun werkplek wonen, zal het aantal vereiste plaatsen voor een MGAB van 100 gelijk zijn aan: (100 x 62%)/6 = 10 plaatsen Deze formule houdt rekening met het aantal fietsen, met de ideale afstand voor de fiets en de voetganger en met het feit dat meerdere personen het openbaar vervoer en de auto gebruiken. Om de optimale doelstelling () te bereiken, kan men op een groeiend aantal fietsers anticiperen door in de mogelijkheid te voorzien de fietsenstallingen op de verschillende bestemmingen met 25% uit te breiden en tegelijkertijd de meest gunstige parkeeromstandigheden te scheppen.
VOORONTWERP > Functionele afmetingen van een fiets en van zijn parkeerruimte Afhankelijk van het parkeersysteem, afwisselend hoog-laag of op gelijk niveau, neemt een geparkeerde fiets een oppervlakte in van respectievelijk 0,80 m² tot 1,50 m², exclusief de keerruimte. Een parkeerbox voor een personenwagen neemt 15 tot 20 m² in.
BLZ. 8 VAN 20 – FIETSENSTALLINGEN PLANNEN - OKTOBER 2007 PRAKTISCHE HANDLEIDING VOOR DE DUURZAME BOUW EN RENOVATIE VAN KLEINE GEBOUWEN - PRAKTISCHE AANBEVELING TER03 -
o
Traditionele fiets: Parkeren op gelijk niveau, met keerruimte
o
Afwisselend hoog-laag parkeren
Plooifiets: Afmetingen van enkele modellen in geplooide stand Brompton:
28 x 57 x 59 cm
11,5 Kg
Diana:
36 x 58 x 78 cm
14 Kg
Dahon:
91 x 69 x 38 cm
14 Kg
SCE minifiets:
73 x 81 x 30 cm
15 Kg
> Dimensionering van de parkeerruimten De keuze van de afmetingen is een compromis tussen een minimaal ruimtegebruik en een optimaal comfort voor de gebruiker. Bij een te krappe maatvoering boet de fietsparkeervoorziening in aan effectieve capaciteit. Men moet dus de onderstaande parkeerafstanden in acht nemen:
Loodrecht parkeren
A
B
C
D
Oppervlakte per fiets
Op gelijk niveau
0,75 m
/
2,00 m (min. 1,80 m)
1,80 m
2,85 m²
Afwisselend hoog-laag
0,40 m
/
2,00 m (min. 1,80 m)
1,80 m
1,52 m²
BLZ. 9 VAN 20 – FIETSENSTALLINGEN PLANNEN - OKTOBER 2007 PRAKTISCHE HANDLEIDING VOOR DE DUURZAME BOUW EN RENOVATIE VAN KLEINE GEBOUWEN - PRAKTISCHE AANBEVELING TER03 -
Loodrecht parkeren
A
B
C
D
Oppervlakte per fiets
Op gelijk niveau
0,75 m
/
2,00 m (min. 1,80 m)
1,80 m
2,03 m²
Afwisselend hoog-laag
0,40 m
/
2,00 m (min. 1,80 m)
1,80 m
1,08 m²
Schuins parkeren (45°)
A
B
C
D
Oppervlakte per fiets
Op gelijk niveau
1,00 m
0,75 m
1,40 m
1,40 m
3,08 m²
Afwisselend hoog-laag
0,60 m
0,40 m
1,40 m
1,40 m
2,24 m²
A
B
C
D
Oppervlakte per fiets
Op gelijk niveau
1,50 m
0,75 m
1,00 m
1,40 m
3,75 m²
Afwisselend hoog-laag
1,00 m
0,40 m
1,00 m
1,40 m
2,85 m²
Schuins parkeren (60°)
Bron: tabellen en schema’s volgens de "Stallingswijzer"
BLZ. 10 VAN 20 – FIETSENSTALLINGEN PLANNEN - OKTOBER 2007 PRAKTISCHE HANDLEIDING VOOR DE DUURZAME BOUW EN RENOVATIE VAN KLEINE GEBOUWEN - PRAKTISCHE AANBEVELING TER03 -
> Dimensionering van de toegangen o De toegang tot een fietsenstalling moet vrij zijn van hindernissen. o Men moet vermijden dat de fietser ingewikkelde of gevaarlijke manoeuvres moeten uitvoeren. o Bijzondere aandacht moet gaan naar de toegangen tot bewaakte fietsenstallingen. Deze toegangen moeten voldoende breed zijn om verkeer in beide richtingen toe te laten. o De doorgangen moeten eveneens voldoende vrije hoogte bieden (minstens 2,20 m) om te vermijden dat de gebruikers het hoofd stoten. o De fietsenstallingen moeten zich bij voorkeur op de benedenverdieping bevinden om te vermijden dat de fietsers de trappen moeten nemen. Is dit niet mogelijk, dan moet een hellingsbaan of een trap met goten worden aangelegd. Een hellingsbaan verdient de voorkeur boven een trap. Hoewel ze meer plaats innemen, zijn ze minder steil en gemakkelijker in het gebruik. Indien het gebruik van trappen en/of hellingsbanen onvermijdelijk is, moeten de volgende criteria in acht worden genomen: Trappen Aanbevolen breedte: 200 cm (minimaal 120 cm) Maximale hellingshoek: 20° Metalen goten of hellingen: - Breedte: 10 cm – Diepte: 4 cm - Afstand van de muur: 30 cm - De bovenkant van de goot moet zich op dezelfde hoogte bevinden als de bovenkant van de treden. - Kies een goot in V-vorm voor een gemakkelijker gebruik. - Richtingverandering op de overlopen: denk aan de draaicirkel Foto: Pol Leemans
Hellingsbaan Aanbevolen breedte: 200 cm (minimaal 120 cm) Minimale lengte van het plateau: 180 cm Maximale hellingshoek: 10° (zeer korte lengte) Het loopvlak van de hellingsbaan moet vlak en ruw zijn (slipvrij). Let op aan het einde van de hellingsbaan: vermijd de kruising met andere gebruikers en plotse bochten.
Foto: B. Thielemans – Hellingsbaan gecombineerd met een trapvormig hellend vlak met kleine optreden.
STEDENBOUWKUNDIGE VERGUNNING Duid in de stedenbouwkundige vergunningsaanvraag het gekozen systeem en het aantal fietsparkeerplaatsen aan. Het feit dat het project de mobiliteit van de zachte weggebruikers op de voorgrond stelt en bevordert, is een niet uit te vlakken pluspunt bij de aanvraag van de stedenbouwkundige vergunning.
UITVOERINGSDOSSIER > Keuze van het materieel De technische fiches van de fietsparkeervoorzieningen zijn bij de fabrikant beschikbaar (zie Aanvullende informatie - Leveranciers). Behalve de bovenvermelde aanbevelingen, moet de ontwerper kiezen voor systemen: o
die stootvast en diefstalbestendig zijn (metaalschaar, ijzerzaag, slijpschijf, enz.) BLZ. 11 VAN 20 – FIETSENSTALLINGEN PLANNEN - OKTOBER 2007 PRAKTISCHE HANDLEIDING VOOR DE DUURZAME BOUW EN RENOVATIE VAN KLEINE GEBOUWEN - PRAKTISCHE AANBEVELING TER03 -
o o o
die direct in de grond verankerd en moeilijk te demonteren zijn die tegen weersinvloeden bestand zijn met een afwerking die kras- en slijtvast is en bestand is tegen solventen, …
> Toepasselijke normen op stalen parkeersystemen o NBN I 07 Thermisch verzinken van ferrometalen o NBN A 25 Stalen buizen voor courant gebruik > Bestek In aanmerking te nemen punten bij de opstelling van het bestek: Definities
o Het model, de naam en het type van het fietsparkeersysteem o Het(de) type(s) van fietsen waarvoor het parkeersysteem is bestemd o Het aantal fietsen per parkeersysteem
Maat- en o Het aantal fietsparkeerplaatsen vormkenmerken o De afmetingen van het geïnstalleerde parkeersysteem, fiets inbegrepen, en de vereiste keerruimte voor het parkeren van de fietsen o De asafstand o De montage-instructies o Het gewicht van de onderdelen Materialen
o De gebruikte materialen o De kenmerkende afmetingen o De in acht genomen normen (Belgische, buitenlandse of Europese normen) o Resultaten van de proef of proeven die op de materialen werd(en) uitgevoerd
Uitvoering
o Voor de plaatsing en montage te gebruiken materialen en toebehoren
Gebruik
o De gebruiksaanwijzing van het parkeersysteem (handelingen en methode voor het parkeren van de fiets en eventueel gebruik van een speciaal hangslot) o Het onderhoud en de reiniging
Divers
o De garantietermijn o Octrooien en alleenrecht o Eventuele referenties, foto’s en/of tekeningen
TOEZICHT OP DE WERKEN Toezicht op de correcte uitvoering en inachtneming van de voorschriften van de fabrikant, in het bijzonder de inachtneming van de dimensionering en van de verankeringen en bevestigingen. INGEBRUIKSTELLING o
Informatie van de gebruikers over een doeltreffend gebruik en onderhoud van de parkeervoorziening.
BLZ. 12 VAN 20 – FIETSENSTALLINGEN PLANNEN - OKTOBER 2007 PRAKTISCHE HANDLEIDING VOOR DE DUURZAME BOUW EN RENOVATIE VAN KLEINE GEBOUWEN - PRAKTISCHE AANBEVELING TER03 -
UITVOERING – SPECIFIEKE ASPECTEN VAN ELKE VOORZIENING De talrijke op de markt beschikbare fietsparkeervoorzieningen kunnen in enkele functionele families worden gegroepeerd. Hierna wordt elke familie met een door de fietsersbonden aanbevolen emblematisch model voorgesteld. DE STANDAARDS: DE OMGEKEERDE "U" OF BOOG
Bron: velopa
Deze voorziening bestaat uit een metalen U van verzinkt staal of van inox, stevig bevestigd, ofwel door middel van een grondplaat op harde vloer, ofwel door inwerking van de voeten in een funderingsbeton. Door zijn eenvoud en geringe grondinneming, integreert de omgekeerde U zich uitstekend in zijn omgeving. Hij is geschikt voor alle fietstypes en is het "universeel" model bij uitstek.
> Principe / Werking o Een U is geschikt voor twee fietsen, met het stuur tegengesteld voor een eenvoudiger hantering of verspringend geparkeerd. o Deze parkeervoorziening is geschikt voor de meeste veiligheidssloten en men kan de beide wielen en het frame vastmaken. > Exploitatie / Beheer o Minimale investering: ±110 € incl. BTW/stuk, plaatsing inbegrepen. o Zeer duurzaam. o Vrijwel onderhoudsvrij. > Uitvoering o Aanbevolen afmetingen van een "U": breedte 60 cm, hoogte 65 cm. o De omgekeerde U’s worden parallel aan elkaar geplaatst, ofwel loodrecht ten opzichte van de rijrichting, ofwel schuins, met inachtneming van de volgende afstanden: - overlangs tussen de U en een muur: 80 cm (minimaal 70 cm) - zijdelings tussen de U en een muur: 70 cm (minimaal 60 cm) - zijdelings tussen de U’s: 100 cm (minimaal 90 cm) o De diefstalveilige verankering van de U in de vloer gebeurt ofwel door middel van grondplaten die met veiligheidsbouten worden bevestigd, ofwel direct in de grond ingemetseld. In dit laatste geval moet het ingemetselde gedeelte beletten dat de U omhoog kan worden getrokken. o De U moet een zijdelingse druk van 100 kg kunnen weerstaan.
BLZ. 13 VAN 20 – FIETSENSTALLINGEN PLANNEN - OKTOBER 2007 PRAKTISCHE HANDLEIDING VOOR DE DUURZAME BOUW EN RENOVATIE VAN KLEINE GEBOUWEN - PRAKTISCHE AANBEVELING TER03 -
> Varianten
Foto’s: B. Thielemans / Velopa
FIETSENREKKEN
Foto: velopa
Fietsenrekken zijn bestemd voor het parkeren van meerdere fietsen. De afwisselende hoog-laag systemen maken een optimale plaatsbenutting mogelijk. Ze moeten verplicht uitgerust zijn met een systeem (staander, kabel, …) om het frame vast te houden en er een hangslot aan vast te maken, en moeten geschikt zijn voor alle bandentypes, ongeacht hun dikte.
> Principe / Werking o In tegenstelling tot een wielklemsysteem, rust het frame tegen een houder. Hierdoor is de fiets stabieler en kunnen voorwiel én frame worden vastgemaakt. > Exploitatie / Beheer o Minimale investering: 225 € / 8 plaatsen; 126 € / 4 plaatsen (richtprijs januari 2006, excl. BTW en plaatsing, verankeringsset harde vloer en aanbindsysteem inbegrepen) o Zeer duurzaam o Vrijwel onderhoudsvrij o Gebruiksvriendelijk > Uitvoering o Fietsenrekken kunnen worden gecombineerd en samengevoegd. o Ze kunnen simpelweg zonder bevestiging worden geplaatst, of worden verankerd, ofwel rechtstreeks aan de bestrating of aan een verzonken betonvoet.
bron: www.velopa.be – Model "Variant +"
BLZ. 14 VAN 20 – FIETSENSTALLINGEN PLANNEN - OKTOBER 2007 PRAKTISCHE HANDLEIDING VOOR DE DUURZAME BOUW EN RENOVATIE VAN KLEINE GEBOUWEN - PRAKTISCHE AANBEVELING TER03 -
> Varianten
Foto: Verhosté
Foto: B. Thielemans
Foto: Koppen
HANGSYSTEMEN: DE VERTICALE HANGHAAK Dit parkeersysteem bestaat uit een aan de muur bevestigde metalen haak waaraan de fiets wordt opgehangen. Dit parkeersysteem is niet geschikt voor openbare gebouwen maar biedt niettemin een goedkope en ruimtebesparende oplossing om in een privéwoning of bestaand appartementsgebouw een fietsenstalling te integreren. Foto’s: Mottez
> Exploitatie / Beheer o Minimale investering: 40 tot 50 € per fiets (haak, kabel, muurbescherming) o Zeer duurzaam o De muur waartegen de fietsen rusten vergt onderhoud o Geschikt voor de meeste fietsentypes o De diefstalbeveiliging, zo nodig, bestaat uit een aan de haak bevestigde kabel die men door een aan de fiets bevestigd hangslot haalt. o Doordat men de fiets moet opheffen, is dit systeem niet geschikt voor zwakkere personen en kinderen. > Uitvoering o De haken worden op 195 cm en 215 cm van het afgewerkt vloerniveau bevestigd. o De tussenafstand tussen twee haken op gelijke hoogte bedraagt 80 cm en tussen twee haken op afwisselende hoogtes 40 cm. o Denk eraan de muur met een stootvrije en vuilafstotende muurbekleding te beschermen. Foto: www.provelo.org
BLZ. 15 VAN 20 – FIETSENSTALLINGEN PLANNEN - OKTOBER 2007 PRAKTISCHE HANDLEIDING VOOR DE DUURZAME BOUW EN RENOVATIE VAN KLEINE GEBOUWEN - PRAKTISCHE AANBEVELING TER03 -
> Varianten Fietsdrager Het voordeel van dit systeem, in tegenstelling tot de hanghaak, is dat de drager op de gewenste hoogte kan worden geplaatst en plaats biedt voor twee fietsen. De fietsdrager is bijzonder praktisch voor het onderhoud van de fiets, maar neemt meer muuroppervlakte in dan de hanghaak. De fietsdrager bestaat eveneens in plooimodel. Foto: Olivier Chenu
Foto: Mottez
Plafonddrager met katrol Een goedkoop aan het plafond bevestigd hangsysteem met katrol. De foto hiernaast toont een systeem dat in de hal van een Brussels huis dagelijks wordt gebruikt (hoogte onder het plafond van 4,50 m).
Foto’s: olioreflex Foto: Claude Rener
BLZ. 16 VAN 20 – FIETSENSTALLINGEN PLANNEN - OKTOBER 2007 PRAKTISCHE HANDLEIDING VOOR DE DUURZAME BOUW EN RENOVATIE VAN KLEINE GEBOUWEN - PRAKTISCHE AANBEVELING TER03 -
FIETSKLUIZEN De fietskluis biedt de beste bescherming tegen weersinvloeden, vandalisme en diefstal bij langparkeren (volledige dag of nacht) in openbare ruimten (trein-, bus-, metrostations) waar geen gesloten fietsenstallingen beschikbaar zijn. Men hoeft enkel maar de fiets op de wielgeleiding te schuiven. Het nadeel van fietskluizen is hun visuele impact op hun omgeving. Bron: www.aguidonplus.fr
> Exploitatie / Beheer o Aanzienlijke investering: 300 tot 900 € per fiets. o Vereist een constant onderhoud. o Is geschikt voor de meeste fietstypes. De wielgeleider is geschikt voor smalle en brede wielen. o Gebruiksvriendelijk. o De diefstalbeveiliging is afhankelijk van het veiligheidsslot van de gebruiker en van de kwaliteit van het sluitsysteem van de deur (cilinderslot, slot met muntautomaat, computergestuurd). o In bepaalde fietskluizen kan men een tas of bagage aan de deur hangen. o De voorkeur moet uitgaan naar vrij hoge systemen zodat een fiets met kinderzitje in de kluis kan. > Uitvoering o Eenvoudig en snel: Fietskluizen bestaan in de vorm van prefab elementen of een kit. De fietskluizen worden ofwel aan de vloer bevestigd, ofwel op betonvoeten gemonteerd die onder het afgewerkt vloerniveau zijn ingewerkt. o Algemene afmetingen o Deur: 70 – 75 cm o Lengte: 200 – 210 cm o Hoogte: 140 – 150 cm > Varianten
FIETSOVERKAPPINGEN Goed geplaatste fietsoverkappingen dragen bij om het gebruik van de fiets praktisch en voor iedereen toegankelijk te maken. De fietsen zijn zichtbaar en het gebruik van de fietsoverkapping vereist geen sleutel of toegangscode. Ze zijn evenwel alleen denkbaar met de aanwezigheid van sociale controle. Foto: Deposito, Velopa
> Exploitatie, beheer o Voorzie standaards of rekken om de fietsen te ondersteunen en vast te maken. o De overkapping kan dienen als drager van thermische, fotovoltaïsche zonnepanelen BLZ. 17 VAN 20 – FIETSENSTALLINGEN PLANNEN - OKTOBER 2007 PRAKTISCHE HANDLEIDING VOOR DE DUURZAME BOUW EN RENOVATIE VAN KLEINE GEBOUWEN - PRAKTISCHE AANBEVELING TER03 -
(voorbeeld hierna) of van groene daken, … > Uitvoering o Vandalisme: vermijd verticale wanden op plaatsen zonder een permanente sociale controle. o Afmetingen: diepte: 2,10 m tot 2,50 m; hoogte: 2,15 m aan de ingang (men moet beschut van zijn fiets kunnen stappen); standaards bij voorkeur in de parkeerruimte op 1,85 m van de achterkant; de keerruimte is niet overdekt. o Materialen: robuust, vandalismebestendig, vrijwel onderhoudsvrij o Licht: tijdens de dag uitsluitend natuurlijk licht; zorg voor kunstmatige verlichting ‘s nachts. o Design: complementair aan het hoofdgebouw te ontwerpen, in contrast of in harmonie ermee maar niet ondoordacht (TER O4 – Verrijking van het stedelijke landschap). o De fietsenstallingen bestaan in de vorm van prefab, moduleerbare elementen. > Varianten
Foto’s: B. Thielemans / B. Thielemans / Alteag innova / B. Thielemans / Falco Koppen / B. Thielemans
BLZ. 18 VAN 20 – FIETSENSTALLINGEN PLANNEN - OKTOBER 2007 PRAKTISCHE HANDLEIDING VOOR DE DUURZAME BOUW EN RENOVATIE VAN KLEINE GEBOUWEN - PRAKTISCHE AANBEVELING TER03 -
FIETSLOKALEN Het fietslokaal is in de eerste plaats een gesloten en overdekt lokaal waarvan de toegang aan geïdentificeerde gebruikers is voorbehouden en dat zich meestal binnen een gebouw bevindt. Het kan evenwel ook afzonderlijk op een site worden ingericht. Het fietslokaal is een bijzonder interessante oplossing voor langparkeren en/of parkeren in risicozones. Foto: Jean-Marie Matagne
> Principe / Werking o De fietser plaatst zijn fiets in het lokaal maar moet hem toch vastmaken. De beveiliging van de fiets is dus ook afhankelijk van het of de gekozen parkeersystemen. o De deur wordt ontgrendeld door middel van een sleutel, een magnetische kaart of een code. o In openbare ruimten (stations, enz.) is een dergelijk lokaal vaak betalend. o De fietsen zullen des te meer beveiligd zijn als er sociale controle op het lokaal is (dicht bij een doorgang waar het lokaal kan worden gezien, verlichting, …). > Exploitatie / Beheer o Aanzienlijke investering: men moet per fiets 1300 tot 1600 € rekenen. o Zeer duurzaam indien aangepaste afwerking. o Gebruiksvriendelijk maar vereist de afgifte van een sleutel/badge aan de gebruikers. o Vereist een regelmatig onderhoud. o De diefstalbeveiliging is afhankelijk van het veiligheidsslot van de gebruiker en van de kwaliteit van het sluitsysteem van de deur. o Het kan nuttig zijn opbergkastjes te voorzien waar de gebruikers hun helm, hesje enz. kunnen opbergen. > Uitvoering o Het lokaal moet absoluut met parkeersystemen uitgerust zijn (standaards, fietsenrek of eventueel een hangsysteem). Deze systemen moeten vandalismebestendig zijn. o Voorzie een vrij brede deur (100 cm) voor de doorgang van een fietser die zijn fiets duwt. o Kies voor een pneumatisch deursysteem dat langzaam sluit, zo niet heeft de fietser meestal niet voldoende tijd om het lokaal binnen te gaan of te verlaten. o Het is aangeraden om ter hoogte van de pedalen een deurbescherming te voorzien. o Zorg voor verlichting en ventilatie in het fietslokaal. > Varianten: geïsoleerde gesloten fietsenstallingen
Foto’s: B.Thielemans / Velopa / Alteag Type A
BLZ. 19 VAN 20 – FIETSENSTALLINGEN PLANNEN - OKTOBER 2007 PRAKTISCHE HANDLEIDING VOOR DE DUURZAME BOUW EN RENOVATIE VAN KLEINE GEBOUWEN - PRAKTISCHE AANBEVELING TER03 -
AANVULLENDE INFORMATIE ANDERE AANDACHTSPUNTEN Infofiches die met fietsenstallingen en mobiliteit verband houden: o o o o o
TER00 TER01 TER02 TER04 MAT00
- Ruimtelijke ordening en milieu: algemeen - Gelegenheid bieden voor sociaal verkeer - Het voetgangersverkeer bevorderen - Verrijking van het stedelijke landschap - Materialen in bouw en renovatie
BIBLIOGRAFIE o o o o o o o o
Stationnement des vélos dans les entreprises, pdf-bestand, PROVELO vzw, 2006. Fietsplan 2005-2009, Brussels Hoofdstedelijk Gewest, Pascal Smet, Minister van Mobiliteit en Openbare werken. Ma commune fait du vélo, Les Cahiers du Vélo n° 6, PROVELO vzw, Brussel, 2002. De stallingswijzer, VAST SECRETARIAAT VOOR HET PREVENTIEBELEID, januari 2001, Brussel Vélos et transports publics: pour une stratégie et des mesures communes , GRACQ vzw, Brussel, 2000. Les cyclistes dans la circulation, VAES Jean-François, Koning Boudewijnstichting. Les politiques locales de développement du vélo, ADEME Editions, Parijs 2002. Plan de Déplacements Urbains. Handleiding, Patricia GOUT (dir.), CERTU, Lyon, 1996.
WEBSITES o o o o o o o o
www.bruxellesavelo.be www.febiac.be www.gracq.org www.lamaisonduvelo.be www.parcvelo.com www.provelo.org www.aguidonplus.fr www.airvelo.qbc.net
LEVERANCIERS Een lijst van leveranciers en hun aanbevolen modellen is op de website van de hierna vermelde fietsersbonden beschikbaar: o o o
Pro Velo: www.provelo.org Fietsersbond Nederland (Fietsparkeur): www.fietsersbond.nl/stallingsbeleid ADFC (Allgemeiner Deutscher Fahrrad Club): www.adfc.de/1852_1
BLZ. 20 VAN 20 – FIETSENSTALLINGEN PLANNEN - OKTOBER 2007 PRAKTISCHE HANDLEIDING VOOR DE DUURZAME BOUW EN RENOVATIE VAN KLEINE GEBOUWEN - PRAKTISCHE AANBEVELING TER03 -