Academische werkplaats Opvang & Herstel Impuls Onderzoekscentrum maatschappelijke zorg Radboudumc
Opvang en Herstel dichter bij de burger Inhoudsopgave Blz. 1: Redactioneel Blz. 2-3: Academische werkplaats Opvang & Herstel Resultaten MONTRA Housing First
Blz. 4-5: Kwetsbare burgers opvangen en ondersteunen Interview - Herstelwerk in de praktijk Krachtgericht en herstelondersteunend werken Blz. 6-7: Interview - Bestuurders gaan voor kwaliteit en vroeginterventie Blz. 8: Varia Wie vormen de Academische werkplaats Opvang & Herstel?
Maatschappelijke opvang dichter bij de burger Gemeenten en organisaties werkzaam in zorg, welzijn en volkshuisvesting zoeken hun weg in een nieuw krachtenveld als gevolg van de transities in het sociale domein vanaf 2015. Veertien maatschappelijke opvangorganisaties door heel Nederland werken al sinds 2007 samen aan een betere begeleiding van kwetsbare mensen. Zij stimuleren professioneler en meer methodisch handelen in een gezamenlijke Academische werkplaats Opvang & Herstel. De deelnemers komen op voor de opvang en ondersteuning van de meest kwetsbare, ook dakloze, mensen die in onze samenleving tussen wal en schip dreigen te vallen.
bij (dreigende) dakloosheid kunnen goede diensten bewijzen bij opvang en herstel in thuissituaties waar het bijvoorbeeld bij alleenstaande mannen en gezinnen mis dreigt te gaan. Voor gemeenten, woningcorporaties en verzekeraars zijn de herstelondersteunende begeleidingstrajecten en de gestructureerde methodieken met bijbehorend kwaliteitsinstrumentarium die in de werkplaats door Impuls zijn ontwikkeld, waardevolle instrumenten. Ze kunnen worden ingezet om problemen van en met kwetsbare mensen te helpen terugdringen en tegelijk hun zelfredzaamheid te vergroten. Daarvoor moet de expertise van de opvang beschikbaar zijn voor de nieuwe gemeentelijke sociale wijkteams.
’De opvang gaat meer inzetten op vroeginterventie en herstelondersteuning’ prof. dr. Judith Wolf De deelnemers helpen kwetsbare mensen om het eigen leven weer op de rails te krijgen, zodat zij uitzicht houden op participatie en kwaliteit van leven, wanneer de eigen kracht (tijdelijk) is uitgeput. In de Academische werkplaats investeren de opvangorganisaties in krachtgerichte en gestructureerde begeleiding die effectief de juiste herstelondersteuning biedt aan kwetsbare mensen. Ze boeken daarmee niet alleen resultaten voor klanten, maar ook voor de samenleving.
Directeur Impuls - Onderzoekscentrum maatschappelijke zorg Radboudumc Directeur Academische werkplaats Opvang & Herstel
De samenwerking heeft een grote impuls gegeven aan de kwaliteit van de begeleiding in de opvang. Methodieken zoals Herstelwerk en Critical Time Intervention (CTI) werden in opdracht van de werkplaats door het Onderzoekscentrum maatschappelijke zorg – inmiddels bekend onder de naam Impuls – theoretisch gefundeerd, met onderzoek onderbouwd en mede gebaseerd op ervaringen van klanten en professionals. De komende jaren zetten de partners het werk aan een steviger bodem in het bestaan van kwetsbare mensen voort. Zij gaan inzetten op vroeginterventie en herstelondersteuning. Hun expertise en het groeiende inzicht in risicofactoren en beschermende factoren
Opvang en Herstel dichter bij de burger • 1
Academische werkplaats Opvang & Herstel In 2007 kwam op initiatief van enkele opvangorganisaties en het Onderzoekscentrum maatschappelijk zorg van het Radboudumc een Academische werkplaats Opvang x Oggz van de grond. Het Plan van Aanpak Maatschappelijke Opvang in de vier grote steden (2006, verlengd in 2011), gericht op de bestrijding van (dreigende) dakloosheid vormde een stimulans voor meer methodisch denken en werken in de maatschappelijke opvang. Wie kwamen daar eigenlijk terecht, hoe was hun functioneren? Wat hebben specifieke groepen zoals dak- en thuisloze jongeren eigenlijk nodig? Wat is effectieve begeleiding met het oog op herstel en preventie?
Sterke verbinding tussen wetenschap en praktijk
Werkwijze
Doel van de samenwerking was om op basis van wetenschappelijk onderzoek gezamenlijk een kwaliteitsslag in de maatschappelijke opvang te maken wat betreft methodisch en professioneel werken. De ontwikkeling van de leerstoel maatschappelijke zorg van prof. dr. Judith Wolf en het onderzoek verricht door Impuls vormen een stuwende kracht achter de inspanningen in de werkplaats. In de Academische werkplaats heeft zich sinds 2006 een vruchtbare wisselwerking tussen theorie en praktijk ontwikkeld door de actieve participatie van veertien opvangorganisaties. Inhoudelijk zijn vooral in het toen nog geheten ‘speerpunt’ Sociale uitsluiting en Dakloosheid veel projecten ontwikkeld en uitgevoerd. In 2012 kozen de organisaties voor een verlenging van vijf jaar. In het visiedocument Een bodem in het bestaan (2014) heeft de Academisch werkplaats onder de nieuwe naam Opvang & Herstel haar ambities voor 2014-2017 verwoord.
Partners concentreren en bundelen via de werkplaatsproducten hun inspanningen om binnen hun organisaties tot kwaliteitsverbetering te komen. Zij spreken jaarlijks enkele dossiers af met een bepaalde looptijd en een bepaald budget. De activiteiten combineren wetenschappelijke kwaliteit met praktische toepasbaarheid. Er ligt altijd intensieve samenwerking met begeleiders en klanten aan ten grondslag. Impuls voert samen met een projectgroep en een werkgroep de activiteiten uit. Directeur van de Academische werkplaats is prof. dr. Judith Wolf.
Een greep uit de resultaten •
•
Herstelwerk - Ontwikkeling en beschrijving van Herstelwerk, de krachtgerichte basismethodiek. Het doel van Herstelwerk is het herstel van kwetsbare mensen, uitgaande van hun krachten en mogelijkheden en de beschikbare bronnen in hun omgeving. De methodiek is uitgewerkt in herstelondersteunende begeleidingstrajecten met bijbehorend werk- en trainingsmateriaal voor diverse groepen in de opvang, waaronder dak- en thuisloze jongeren. De methodiek wordt op veel plaatsen in het land toegepast. CTI - Doorontwikkeling van de Critical Time Interventie (CTI) voor onder meer dakloze mensen en (ex-)gedetineerden. CTI is een kortdurende (6-9 maanden), gestructureerde en krachtgerichte benadering. De focus ligt op re-integratie met als uitgangspunt dat mensen in een transitie vaak meer bereid zijn extra ondersteuning te accepteren. In een tweejarig traject van werk- en leerbijeenkomsten werden ruim dertig begeleiders tot CTI-begeleiders opgeleid. In opdracht van de werkplaats is een studie uitgevoerd onder klanten die vanuit een opvangvoorziening vertrokken naar (begeleid) zelfstandig wonen. Impuls onderzocht of CTI effectiever is dan de gebruikelijke zorg. Begeleiders en klanten zijn enthousiast over CTI. De onderzoeksresultaten komen snel beschikbaar.
•
•
•
•
2 • Opvang en Herstel dichter bij de burger
Housing First - Een veelbelovende methodiek voor de aanpak van dakloosheid die de afgelopen jaren ook in Nederland steeds meer is ingezet. De werkplaats gaf opdracht voor een inventariserend onderzoek naar de verschillende praktijken in Nederland vanuit een grondige literatuurstudie naar wat (internationaal) bekend is over de werkzaamheid. Het rapport van Impuls (Housing First: principes en praktijken. Wewerinke & Wolf, 2014) is begin 2014 gereed gekomen en biedt inzicht in doelen en principes, in de varianten, de doelgroep, de soort begeleiding, baten, knelpunten en mogelijke oplossingen. Trainingsinfrastructuur - Mede ter ondersteuning van de professionalisering van de opvangorganisaties in de werkplaats heeft Impuls een trainingsinfrastructuur ontwikkeld. Trainingen zijn beschikbaar voor onder meer Herstelwerk, CTI en Houvast (de krachtgerichte basismethodiek voor dak- en thuisloze jongeren). Kwaliteitsinstrumenten - In de werkplaats is intensief voorbereidend werk verricht aan het structureel meten van de ervaringen van klanten in de opvang. Samen met Impuls werd de Consumer Quality Index voor de Opvang (CQI-Opvang) ontwikkeld en in een pilot onderzocht. Met dit instrument kunnen belangrijke prestatieindicatoren van de opvang gemeten worden. Enkele organisaties van de werkplaats deden mee aan de pilot van het Risicotaxatie-instrument Sociale uitsluiting (Tax-Su). Begeleiders en klanten zijn enthousiast over het gebruik van het instrument en de inzichten die de taxatie geeft van de risico’s op uitval, de urgentie van ingrijpen en het soort hulp dat nodig is.
Actuele projecten en activiteiten Monitoren van trajectuitkomsten Opvangorganisaties hebben behoefte aan een betere monitoring van de uitkomsten van individuele begeleidingstrajecten. Die monitoring is primair bedoeld voor de kwaliteitsverbetering en kwaliteitsborging van begeleidingstrajecten. Maar ook naar financiers en gemeenten kan daarmee transparant verantwoording worden afgelegd over de resultaten van alle inspanningen en de kosten die hiermee zijn gemoeid. Daarom is het project MONTRA (Monitoring uitkomsten trajecten in de opvang) gestart. Het richt zich op het periodiek meten hoe werkzaam deze trajecten (en de gebruikte methodieken) zijn.
Zelfhulp stimuleren: werken met ervaringsdeskundigen en klanten Binnen de methodiek Herstelwerk wordt momenteel in samenwerking met ervaringsdeskundigen en klanten van de opvang het praktische zelfhulpboek Op eigen kracht ontwikkeld. Het boek is een handreiking en ondersteuning om zelf aan het werk te gaan met het eigen herstel. Het biedt werkbladen met vragen en oefeningen over herstel en hoop, veerkracht vergroten en je eigen kracht opsporen en inzetten. De werkplaats heeft opdracht gegeven voor de doorontwikkeling in 2014. In dat kader voert Impuls een toetsing uit. Judith Wolf: ‘Dit is een goed voorbeeld van onze samenwerking met klanten. Typisch voor de werkplaats is dat we het boek toetsen in het gebruik door klanten zelf, om uit te zoeken wat hen in hun ervaring het meest ondersteunt. We kijken of het boek helemaal zelfstandig kan worden gebruikt, of dat met enige ondersteuning van begeleiders het effect groter is, of juist als klanten er samen in een groep, zonder begeleiding, mee werken. Met de resultaten passen we dan het zelfhulpboek aan. We schakelen bij de toetsing en het verwerken van resultaten een werkgroep van ervaringsdeskundigen in.’
MONTRA Doel van het project is om in samenwerking met gemeenten en opvangorganisaties een model te ontwikkelen voor de monitoring van uitkomsten van trajecten. Dit model draagt bij aan reflectie op en verbetering van het methodisch werken en geeft ook gelegenheid verdiepend wetenschappelijk onderzoek naar de praktijken te doen. Judith Wolf: ‘Het is een logische vervolgstap op de methodiekontwikkeling en de toetsing van de kwaliteit van het proces waarmee we al een start hebben gemaakt. Het is een strategisch project voor de werkplaats.’ Er is een gefaseerd traject voorzien, waarin na de ontwikkeling van het model, het uitwerken van de elementen ervan en het beschrijven van voorwaarden en implementatie, pilotmetingen worden gedaan bij opvangorganisaties. Daarna kan worden beslist over landelijke uitrol. Na een verkenningsfase om de stand van zaken bij monitoring van trajectuitkomsten in kaart te brengen (2014), volgt besluitvorming over de daadwerkelijke ontwikkeling. Bij de verkenning zal een referentiegroep vanuit de gemeenten worden betrokken.
Doorontwikkeling Herstelwerk en Housing First Voor de stabiliteit van kwetsbare mensen zijn in samenhang een aantal leefgebieden heel belangrijk: wonen, activiteiten en relaties. Judith Wolf: ’In de werkplaats is daarom een project gestart voor een methodische verdieping van deze leefgebieden in het kader van Herstelwerk. We willen de doorontwikkeling van Herstelwerk op deze leefgebieden gestalte geven in samenwerking met Housing First praktijken die op hun beurt straks kunnen profiteren van elementen van Herstelwerk. Uit het inventariserende onderzoek naar deze praktijken blijkt dat stabiele huisvesting bij het merendeel van de klanten van Housing First mogelijk is. Hier zie je de meerwaarde van het gezamenlijk investeren in de werkplaats; ook hierin kunnen we veel van elkaar leren.’ Het project levert een praktische handleiding op voor professionals. Daarnaast wordt een kwaliteitskader beschreven voor de modelgetrouwheidstoetsing. Judith Wolf: ‘In dit traject verwerken we de kennis over risicofactoren van huisuitzetting en dakloosheid uit studies van Impuls in een project van de werkplaats. Ook in dit dossier werken we in expertbijeenkomsten samen met klanten en begeleiders.’
Housing First Nederland Housing First heeft de laatste jaren in verschillende grote Nederlandse gemeenten een hoge vlucht genomen. Dakloze, kwetsbare mensen worden direct gehuisvest en dan meer of minder intensief, maar zo lang als nodig begeleid bij het behouden van de woning. In principe zonder voorwaarden vooraf. Het is een praktische, herstel- en krachtgerichte interventie. De begeleiding (in opdracht van gemeente, OGGZ, GGZ en/of woningcorporatie) zit er kort en direct op. Housing First is een evidence-based interventie uit de VS en weet bij klanten met zeer complexe, meervoudige problemen, stabiele huisvesting te realiseren.
Opvang en Herstel dichter bij de burger • 3
Kwetsbare burgers opvangen en ondersteunen Wie zijn kwetsbare burgers? Iedere gemeente kent ze, want iedere samenleving heeft ze: kwetsbare, niet of verminderd zelfredzame mensen die moeite hebben om op eigen kracht mee te komen. Dat onvermogen om zelfstandig, met de gebruikelijke hulp van anderen uit het sociale netwerk, te voorzien in onderdak, inkomen, activiteiten, contacten en gezondheid wordt vaak versterkt door een combinatie van onderling verweven psychosociale problemen. Soms is er verslaving of psychiatrische problematiek in het spel, soms zijn de verstandelijke vermogens beperkt en of is sprake van herhaalde contacten met politie en justitie. Vooral door dakloosheid verergeren de problemen vaak onnodig en snel. De opvang ziet het als cruciaal om te zorgen voor een stabiele woonsituatie. De moderne opvang omvat veel meer dan de bekende bed-broodbad-voorziening voor langdurig dakloze mannen met complexe problemen. Professionele begeleiders ondersteunen mensen bij hun herstelproces op een methodische en gestructureerde manier. Samen stellen ze doelen, knopen aan bij eigen kracht van klanten en bouwen een vertrouwensrelatie op. Woonbegeleider Sanne: ‘Eigen regie betekent overigens niet dat je alleen maar afwacht. Je hebt altijd te maken met de eisen die de maatschappij stelt. Soms heeft iemand juist een beetje druk nodig om in beweging te komen, soms werkt het averechts. Als werker moet je oog hebben voor momenten die een ingang geven.’
Dakloos en in de opvang Jessica vertelt hoe ze na een plotseling einde aan een relatie van 15 jaar dakloos werd, na verschillende logeerpartijen bij familieleden: ‘Je voelt je dan toch te veel, ik ben gaan zwerven’. Ze koos er vaak voor om niet binnen te slapen in het toenmalig Slaaphuis. ‘Komt omdat ik heel erg verslaafd was.’ Ze vertelt over een leven van gebruiken, geen geld hebben en geen rust of energie voor iets anders. ‘Bij de Binnenvest had ik wel begeleiding, maar ik deed er niets mee.’ Ze voelt zich nu oké, maar verhult niet dat ze veel heeft meegemaakt. ‘Maar ik ben heel blij dat ik nu hier woon’.
Motivatie om te veranderen Interview - Herstelwerk in de praktijk Sanne Janson werkt bij De Binnenvest in Leiden als woonbegeleider en Jessica Remmerswaal is een van haar klanten. In een dubbelinterview vertellen zij over hun ervaringen met Herstelwerk. Jessica was jarenlang dakloos, maar heeft sinds enige tijd een eigen stek in de stad met begeleiding van De Binnenvest.
‘Ik houd niet zo van moeten. Wel van willen’.
4 • Opvang en Herstel dichter bij de burger
Jessica ervaart veel hulp en steun van Sanne. ‘Met haar kan ik over alles, wat dan ook, praten’. Sanne vertelt dat het team Jessica al eerder op een eigen plek had willen hebben.‘Ze kwam in de nachtopvang niet toe aan de rust om verandering in haar leven te willen. In Jessica’s situatie werkt het niet om voorwaarden vooraf te stellen, zoals meestal gebeurt.’ Jessica vertelt hoe het kwam dat ze ineens wel open stond voor verandering. ‘Ik kreeg een relatie met een man waardoor ik weer merkte hoe het normale leven kan zijn: goede kleren, ritme, vakanties, uitgaan, er weer goed uit zien.’ De ervaring zette haar aan het denken over haar leven en haar keuzes. ‘Daarna ben ik mijn afspraken met De Binnenvest gaan nakomen en ben ik uit de scene gebleven. Sindsdien gaat het beter met me’.
Krachtgericht en herstelondersteunend werken De maatschappelijke opvang spreekt mensen aan op wat ze willen en kunnen en werkt met haar methodieken volgens belangrijke krachtprincipes. De sleutel tot herstel ligt in de hoop op een betere toekomst en herstel begint bij wat klanten zich in hun leven wensen. Professionals blijven die hoop voeden en ondersteunen.
Maakt het werken volgens Herstelwerk voor jullie verschil? Jessica: ‘Tja, wat is herstel? Ik bén hersteld. Het gaat veel beter met me sinds ik hier woon. Die methode zegt me niets, maar Sanne is prima voor mij.’ Sanne: ‘De regie ligt nu echt bij degene die je helpt en niet in de begeleidingsplannen die vaak meer van ons als begeleiders waren dan van de klanten. Dat is heel prettig. Ik kan van alles willen, maar uiteindelijk gaat het om wat Jessica wil en doet. En ik ondersteun.’ Jessica: ‘Je eist niet, je legt geen druk op me van je moet dit of dat. Ik houd niet van moeten. Wel van willen.’
Wat wil je dan? Jessica: ‘Ik wil dit, wonen op een eigen plek. Eigen keukentje.’ Ze gebaart trots om zich heen. Jessica vertelt hoe ze haar dagritme weer heeft opgebouwd, haar huis aan kant houdt, regelmatig kookt, afspraken maakt met de medebewoner met wie ze badkamer en toilet deelt. ‘Dat vind ik het enige nadeel’. Sanne: ‘Maar het is ook wel goed, dat je contact moet hebben en afspraken moet maken over schoonmaken. Alles helemaal voor jezelf, dat is een volgende stap om aan te werken.’
Herstelproces Jessica ontdekt wat ze allemaal nog kan en wil bereiken. Dit proces van herstel is heel persoonlijk en kent kleine stapjes vooruit en stapjes terug. Jessica doet het zelf, maar haar contact met Sanne als begeleider vervult een cruciale rol. Jessica denkt erover vrijwilligerswerk te gaan doen: ‘In een dierenasiel of bij een kinderopvang of in een buurthuis.’ Ze maakt zich zorgen of haar methadongebruik geen probleem zal zijn, vanwege de negatieve beelden in de samenleving over verslaafden en daklozen. Jessica: ‘Ik vraag me wel eens af of mijn buren op me neerkijken, dat vind ik moeilijk. Ieder mens heeft een verleden. Ik zou er wel graag heel eerlijk over zijn. Ik ben netjes en kom mijn afspraken na. Toch, Sanne?’ Sanne: ‘Zeker. Die beelden zijn helaas een feit, maar we gaan op zoek naar een plek waar jij goed op je plaats bent.’
Opvang en Herstel dichter bij de burger • 5
Interview - Bestuurders gaan voor kwaliteit en vroeginterventie Managers van drie Nederlandse opvangorganisaties die partner zijn in de Academische werkplaats Opvang & Herstel in gesprek over de werkplaats en de kansen voor de opvang bij de transities in het sociale domein. Pim Dijkstra is bestuurder van Neos Eindhoven, Rob Maan is manager en MTlid van Stichting de Tussenvoorziening in Utrecht en Hil Rabenberg is bestuurder van dnoDoen in Noord-Holland (Alkmaar en Hoorn).
‘Opvang en herstel doe je thuis’!
Wat zien jullie als toegevoegde waarde van de Academische werkplaats? Rob: ‘We hebben als vooruitstrevende opvangorganisaties in de centrumgemeenten de professionalisering van de begeleiding van kwetsbare mensen via de werkplaats met succes opgepakt. Van die investeringen in effectieve methodieken en in opleiding van onze medewerkers plukken we nu de vruchten. We zien het resultaat van methodisch werken, ook bij deze moeilijke doelgroep. De volgende stap is die resultaten ook monitoren om er verantwoording over af te leggen. Van die professionaliseringsslag profiteren ook andere maatschappelijke partijen, gemeenten incluis, mee.’ Pim: ‘We hebben in de werkplaats geleerd hoe we het beste een duurzaam herstelproces voor kwetsbare mensen kunnen opzetten. Dat vraagt deskundige, professionele en betrokken medewerkers die precies de noodzakelijke begeleiding kunnen geven om mensen naar zelfredzaamheid terug te brengen. De werkplaats helpt ons die kwaliteit te waarborgen.’
Wat merken de klanten en de samenleving ervan? Hil: ‘We kunnen de nieuwe methodieken snel en tegen redelijke kosten inzetten bij bijvoorbeeld signalen uit of over probleemgezinnen. Wij zijn specialisten die je inzet als er snel iets moet gebeuren om mensen of gezinnen die het water aan de lippen staat, integraal te helpen hun bestaan weer op de rails te krijgen. Liefst thuis.
6 • Opvang en Herstel dichter bij de burger
Kortdurende trajecten, vroeginterventie en preventie Wij zorgen dat mensen een dak boven hun hoofd houden, dat is cruciaal. Daarvoor heb je goede, korte lijnen met woningcorporaties en gemeenten nodig. Je moet de weg weten in de schulddienstverlening. En flexibel kunnen schakelen in de mate van begeleiding die een klant in een traject nodig heeft. Woningcorporaties maken graag afspraken met ons omdat ze weten dat de professionele begeleiding er direct bovenop zit. Daar is veel winst te behalen, zowel voor onze klanten als voor de samenleving. De klanten worden snel geholpen, terwijl dakloosheid en overlast voor gemeenten zoveel mogelijk worden voorkomen.’
Wederkerigheid Pim: ‘De methodische begeleiding heeft geholpen om de professionals zakelijker te maken. Het draait sterker dan vroeger om wederkerigheid. Naast rechten staan plichten en duidelijke afspraken als keerzijde van het serieus nemen van mensen in hun kracht en ambities.’
Instroom kritisch bekijken, door- en uitstroom bevorderen Vroeger was er voor opvangorganisaties geen prikkel om mensen met een AWBZ-verblijfsindicatie snel te laten doorstromen. Hil: ‘Het is goed dat dit is veranderd. Verbeterde doorstroom en uitstroom zijn directe gevolgen van krachtgericht werken gericht op burgerschap en participeren.’ Pim: ‘Krachtgericht werken betekent klanten naar binnen halen met als doel ze ook terug te brengen in de samenleving.’ Hil: ‘Wat je voor die doorstroom wel nodig hebt, is goede contacten en afspraken met woningcorporaties over sociale huurwoningen.’
Wat verwachten jullie van de transitie naar de WMO-nieuwe stijl? Hil: ‘De opvang functioneerde altijd als tweedelijnsvoorziening, maar laagdrempelige toegang is voor ons een must. Voor onze klanten, maar ook voor gemeenten die zorg en welzijn op wijkniveau dichtbij de burgers willen organiseren, is het heel belangrijk dat onze expertise snel beschikbaar blijft bij de nieuwe ‘voordeur’. Hil: ‘De verandering geeft ons de kans om veel dichter bij de burger te komen. Om onze kennis van risicofactoren en signaleren in te zetten voor (terugval)preventie en vroeginterventie. Daar heeft iedereen alleen maar bij te winnen’. Pim beaamt: ‘Vroeg erbij zijn en mensen in hun thuissituatie opvang bieden, betekent veel leed maar ook kosten besparen. Wijkteams willen dat ook. Uiteindelijk gaat het erom dat burgers geholpen worden, wie dat ook doen. Daarom moeten we als opvang meer dan vroeger actief aansluiting zoeken bij buurtinitiatieven, goed samenwerken met vrijwilligers en met ervaringsdeskundigen om de sociale inbedding van kwetsbare mensen te bevorderen.’
Grenzen aan zelfredzaamheid Rob: ’Wijkteams zullen burgers gaan aanspreken op verantwoordelijkheid en zelfredzaamheid. Dat is prima, maar kan tekortschieten voor de kwetsbaarste mensen die wij opvangen en die vaak echt niet zelfredzaam zijn. Op het moment dat je na drie maanden huurachterstand, uit je huis gezet wordt, schiet de zelfredzaamheid tekort en kan een generalistisch wijkteam weinig betekenen. Dan heb je de specialisten van de opvang nodig. En snel.’
‘Er zijn grenzen aan de zelfredzaamheid. En dan is er gelukkig de opvang.’
Hil: ‘Juist daarom moet de maatschappelijke opvang niet te ver af staan van de wijkteams. Ons specialisme moet via de wijkteams juist de mensen die het even niet op eigen kracht redden, kunnen bereiken. Wij hebben de expertise in huis in combinatie met een gestructureerde trajectaanpak die we waar nodig direct kunnen inzetten. Voor een doelgroep die je op heel verschillende plaatsen aantreft. Daar liggen kansen voor samenwerking.’
Risico’s en uitdagingen Rob: ‘Onze kracht is weten hoe je kwetsbare mensen op weg naar herstel opvangt en met de nodige confrontatie begeleidt, ook als ze terugvalmomenten doormaken. De uitdaging is om dit goed over het voetlicht te krijgen bij de nieuwe eerste lijn.’ Dat de specialistische kennis van de opvang onvoldoende zou worden benut of te laat wordt ingezet door de generalistische insteek van de wijkteams, zien de bestuurders als een risico voor hun kwetsbare klanten. Hil: ‘Door bezuinigingen is sprake van het sluiten van inloopvoorzieningen. Dan is het de vraag of onze klanten zelfstandig het wijkteam kunnen vinden. Als zij van de radar verdwijnen, wordt signaleren en preventief werken moeilijk.’ Pim: ‘Ik zie als grootste uitdaging om grotere participatie te bewerkstelligen voor de groep die wij nu bedienen, in een samenleving die maar beperkt open staat voor deze mensen.’
Opvang en Herstel dichter bij de burger • 7
Wie vormen samen met Impuls de Academische werkplaats Opvang & Herstel?
Varia Grote lijn kennisagenda 2014-2017 Tegelijk met haar visiedocument heeft de werkplaats haar kennisagenda voor de komende jaren vastgesteld. Met het oog op verdere professionalisering en kwaliteitsverbetering van de opvang gaat de werkplaats: • meer inzicht ontwikkelen in welke doelgroepen met welke risicoprofielen de deelnemende organisaties bereiken; • investeren in analyses van bereikte groepen kwetsbare mensen en van de risico- en beschermende factoren die een rol spelen in hun kwetsbaarheid, onder andere ter versterking van de preventiefunctie van de opvang; • inzetten op de borging, implementatie en doorontwikkeling van de krachtgerichte methodieken Herstelwerk, Critical Time Interventie en Housing First; • inzetten op het monitoren van de uitkomsten van krachtgerichte trajecten bij deelnemende organisaties. Deze zijn gekoppeld aan de algemene begeleidingsdoelen van deze trajecten. Daardoor kan verantwoording worden afgelegd aan de samenleving en beleidsmakers.
Meer informatie over de Academische werkplaats Opvang & Herstel Interesse om op de hoogte te blijven van de activiteiten van de Academische werkplaats? Meer weten over de visie op kwetsbare mensen en hun begeleiding? Een exemplaar ontvangen van het visiedocument ‘Een bodem in het bestaan’? Neem contact op met
[email protected]. Meer weten over de methodieken Herstelwerk, Critical Time Intervention en Housing First? Ga naar de website van Omz: www.impuls-onderzoekscentrum.nl
Centrum Voor Dienstverlening www.cvd.nl De Binnenvest www.debinnenvest.nl
dnoDoen www.dnodoen.nl
Humanitas Onder Dak www.humanitasonderdak.nl
HVO-Querido www.hvoquerido.nl
IrisZorg www.iriszorg.nl
Kessler Stichting www.kesslerstichting.nl
LIMOR www.limor.nl
Neos www.st-neos.nl
LEVANTOgroep www.levantogroep.nl
Colofon
Traverse www.smo-traverse.nl
© Impuls - Onderzoekscentrum maatschappelijke zorg Radboudumc. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt, in enige vorm of enigerlei wijze, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Impuls - Onderzoekscentrum
Stichting de Tussenvoorziening www.tussenvoorziening.nl
maatschappelijke zorg Radboudumc. Tekst:
Gerdie Kienhorst, TextAbility
Eindredactie: Judith Wolf en Sandra Boersma Fotografie:
Frank Wiersema (blz. 6 en 7)
Design:
Jenny Jansen, Final Design
Drukker:
Rikken Print
8 • Opvang en Herstel dichter bij de burger
Stichting Maatschappelijke Opvang Breda eo. www.smobreda.nl
Zienn www.zienn.nl